LOOPBAND 3511 GEBRUIKSAANWIJZING

Transcriptie

1 LOOPBAND 3511 GEBRUIKSAANWIJZING

2 INHOUDSOPGAVE 1. BESCHRIJVING ONDERDELEN VEILIGHEIDSINSTRUCTIE AARDINGSINSTRUCTIE LIJST MET AANVULLENDE ONDERDELEN MONTAGE WAARSCHUWING ONDERHOUD INSTRUCTIES BEDIENINGSPANEEL

3 1. BESCHRIJVING ONDERDELEN Bedieningspaneel Veiligheidssleutel/-Clip Stroomkabel Onderstel loopband Stroomonderbreker Stroomka bel Stroomschakelaar Voet Beschermkap -2

4 2. VEILIGHEIDSINSTRUCTIE Bij gebruik van dit product dienen de gebruikelijke en navolgende veiligheidsvoorschriften absoluut in acht te worden genomen: Lees de handleiding goed door voordat u dit product gaat gebruiken. GEVAAR Ga voorzichtig om met dit product, om het risico op elektrische schokken te beperken: 1. Trek na gebruik de stekker uit het stopcontact en maak het apparaat vervolgens schoon. WAARSCHUWING om de kans op verbrandingen, vuur, elektrische schokken of lichamelijk letsel te beperken: 1. Houd toezicht als de stekker in het stopcontact zit, zodat er geen gevaarlijke situaties ontstaan of ongelukken kunnen gebeuren. Trek de stekker uit het stopcontact als het apparaat niet gebruik wordt of wanneer u zich aan het omkleden bent. 2. Het is noodzakelijk om toezicht te houden als dit apparaat door of in de buurt van kinderen of invaliden wordt gebruikt. 3. Gebruik de loopband alleen op de in de gebruiksaanwijzing beschreven wijze. Gebruik geen accessoires die niet door de fabrikant zijn aanbevolen, zodat er geen gevaarlijke situaties kunnen ontstaan of ongelukken kunnen gebeuren. 4. Gebruik dit apparaat nooit als een kabel of stekker beschadigd is, als het product niet goed werkt, als het product beschadigd is of in aanraking is gekomen met water. Breng het apparaat terug naar het servicecentrum of de verkoper voor inspectie en eventuele reparatie. 5. Gebruik het snoer niet als handvat of om het apparaat te verplaatsen. 6. Leg het snoer niet op een heet ondervlak. 7. Gebruik dit apparaat nooit als de luchtopeningen geblokkeerd worden. Zorg ervoor dat deze vrij zijn van stof, haren etc. 8. Steek geen voorwerpen in de openingen van het apparaat en laat ook niets in de -3

5 openingen vallen. 9. Het apparaat niet buiten gebruiken of plaatsen. 10. Gebruik het apparaat niet in ruimtes waar aerosolproducten (sprays) gebruikt worden of waar weinig zuurstof aanwezig is. 11. Zet voordat u het apparaat uitzet alle schakelaars op OFF en haal vervolgens de stekker uit het stopcontact. 12. Sluit het apparaat alleen aan op een goed geaard stopcontact. 13. Als het snoer beschadigd is, vraag de fabrikant om vervanging om ongelukken te voorkomen. De verkoper en gekwalificeerde vakmensen komen hiervoor ook in aanmerking. -4

6 3. AARDINGSINSTRUCTIE De apparaten moeten eerst nog geaard worden. Als er een storing optreedt of als de loopband uitvalt, biedt de aarding de wegvloeiende stroming de minste weerstand en beschermt u aldus tegen elektrische schokken. Het apparaat wordt geleverd met een aardgeleider en een geaarde stekker. De stekker moet worden ingestoken op een volgens de geldende wettelijke eisen en voorschriften geïnstalleerd en geaard stopcontact. Gevaar-Als de aardgeleider niet goed werkt bestaat er risico op een elektrische schok. Als u twijfelt of de apparaten goed geaard zijn, laat dit dan door een gekwalificeerde elektricien of reparateur controleren. Wijzig de meegeleverde stekker niet als deze niet in het stopcontact past, maar laat een passend stopcontact installeren door een gekwalificeerde elektricien. Het apparaat is uitgerust voor een nominale spanning van 220V-240V en heeft een geaarde stekker die lijkt op de stekker die wordt weergegeven in de figuur. Zorg ervoor dat het apparaat is aangesloten op een stopcontact dat dezelfde configuratie heeft als de stekker. U heeft geen adapter nodig voor dit apparaat. Figuur Aardingsmethode n GEAARD STOP- CONTACT - 4 -

7 GEAARD UITEINDE - 5 -

8 4. LIJST MET AANVULLENDE ONDERDELEN Onderdeel Specificatie QT Y Onderdeel Specificatie QT Y A Onderstel 1 a Truss inbusschroef M8xP1.25x20 6 B Beschermkap L 1 b Truss kruiskopschroef M5xP0.8x15 6 C Beschermkap R 1 c Stekker d Inbussleutel + kruiskopschroevendraaier 5mm 1 (70mmX70mm) e SILICONENSPRAY 1-5 -

9 5. MONTAGE WAARSCHUWING: Nadat u de loopband in elkaar heeft gezet, kunt u de band plaatsen. Als u eerst de band losmaakt kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan. Montage moet door twee personen worden uitgevoerd. (Let Op! Volg de stappen nauwkeurig op om verwondingen te voorkomen. ) 1. Zet de handgreep van het bedieningspaneel omhoog (A) zoals op de rechterafbeelding, draai de inbusschroef (a) aan, vervolgens kunt u de band plaatsen. NB: Voer de montage altijd met twee of meer personen uit om gevaarlijke situaties te voorkomen. Doe dit nooit - 6 -

10 alleen

11 2. Zet vervolgens de linker- en rechterkanten van het onderstel omhoog, zoals op de rechterafbeelding, gebruik een inbussleutel (a) om dit vast te draaien en plaats de band. NB: Voer de montage altijd met twee of meer personen uit om gevaarlijke situaties te voorkomen. Doe dit nooit alleen. 3. Draai de linker- en rechterkant beschermkap (B,C) met een kruiskopschroef (b) vast

12 6. WAARSCHUWING: Deze loopband is volledig inklapbaar zodat deze kan worden opgeborgen. Zet alle bewegingen uit (inclusief de band en haal de stekker eruit) voordat u het apparaat opbergt en til het onderstel omhoog totdat deze vastklikt en laat het onderstel vervolgens los. Maar als u de loopband wilt gebruiken, zet uw voet dan op het pedaal van de uitschuifbare buis zoals op de figuur rechts (houd het Verwijderd: t onderstel vast zodat u niet valt). Als het apparaat niet reageert als u uw voet op het pedaal zet, schud het apparaat dan zachtjes op en neer, zet het onderstel zachtjes op de grond zoals de pijl rechts aangeeft. Doe dit alleen als u naast het apparaat staat. (NB1: Om gevaarlijke situaties te voorkomen door incorrect gebruik door kinderen of doordat de gebruiker het onderstel verkeerd neerzet, ga voor de loopband staan als u deze verplaatst en pak met beide handen de greep van de achterste beschermkappen vast en zet de loopband zo weg dat er genoeg ruimte is, vervolgens kunt u de loopband verplaatsen.) (NB2: Om verwondingen te voorkomen, verplaats de loopband niet op oneffen ondergrond.) (NB3: Om verwondingen te voorkomen, ga niet onder de loopband staan als het onderstel verplaatst.). Opmerking:De cilinder bevat gas onder hoge druk. Zorg ervoor dat het apparaat niet - 9 -

13 botst met andere objecten om gevaarlijke situaties te voorkomen. Opmerking:Als de cilinder geraakt wordt, kan deze beschadigd raken en daardoor niet meer goed werken. De loopband kan vallen wanneer u deze inklapt

14 7. ONDERHOUD 1. Als de band de neiging heeft om van het midden te glijden, stop dan de loopband. Pak een 5 mm inbusschroef en draai de inbusschroef van de achterste beschermkap aan. Als de band bijvoorbeeld naar links weggegleden is, draai de schroef dan een kwartslag naar links; als de band naar rechts weggegleden is, draai de schroef dan een kwartslag naar rechts; zet de loopband aan nadat deze is bijgesteld. Als u vindt dat de band nog niet goed gecentreerd is, herhaal dan deze procedure. Gebruik de loopband niet totdat de band tijdens gebruik gecentreerd blijft.. (NB1: dit is erg belangrijk, als de band niet gecentreerd is, volg dan bovenstaande procedure.) (NB2: De band blijft waarschijnlijk niet precies in het midden liggen en beweegt een beetje naar links en rechts. Dit varieert door de manier waarop gebruikers het apparaat gebruiken of het heeft te maken met het gewicht van de gebruikers. Het is niet nodig om de band bij te stellen als deze niet tegen de randen aan beweegt.) 2. Afhankelijk van hoe het apparaat gebruikt wordt, breng siliconenspray aan volgens de aanwijzingen uit onderstaande tabel. Breng steeds 10 mm siliconenspray aan. Draai met de inbussleutel de schroef van de achterrol los. Til de band op en - 9 -

15 breng in het midden siliconenspray aan. Centreer de band vervolgens en draai de schroeven weer aan. (NB: Als de band wegglijdt, volg dan bovenstaande procedure om de band te smeren.) KGS/LBS SNELHEID Tijd onder 6km/u 1 jaar KGS 6~12km/u 6 maanden boven 12km/u 3 maanden onder 4mijl/u 1 jaar LBS 4~8mijl/u 6 maanden boven 8mijl/u 3 maanden Opmerking: dit is het advies voor huishoudelijk gebruik. Als dit apparaat zakelijk gebruikt wordt, moet het apparaat maandelijks gecontroleerd worden

16 8. INSTRUCTIES BEDIENINGSPANEEL -10

17 LCD-Scherm TIJD HRC&TIJD HARTSLAG TRAINING HELLING- PROGRAMMA- REEKS STAND CALORIEËN SPIEREN SNELHEID GEWICHT/ AFSTAND LED-LICHT MELDINGEN IDEVICE VERBINGSINGS- STATUS Beschrijving Heart Rate Training Zones Gebruiker in deze leeftijdscategorie, beoogde HRC formule: Max. Hartslag = (220 - leeftijd) Laag: 0~64% Vetverbranding: 65%~74% Aerobic: 75%~84% Hoog: boven 85% Instructie: Als de gebruiker 30 jaar is, de maximale HRC lager is dan 190 en de HRC tijdens de HRC training modus 120 is, dan wordt dit 120/190 = 63% en zal het Low (laag) aangeven

18 INSTRUCTIE SCHERM SPIEREN Zodra de loopband start, zullen de schermen human body (menselijk lichaam) en muscle line (spieren) oplichten, als u de hellingstand aanpast wordt getoond NIVEAU 0 NIVEAU 1~3 NIVEAU 4~6 welke spieren worden getraind. NIVEAU 7~9 NIVEAU 10~12 NIVEAU 13~

19 Instructies Bedieningspaneel START: (a) Druk nadat u op start heeft gedrukt op deze knop om een snelle training te starten. (b) Druk op deze knop als de loopband in PAUSEstand staat om de loopband opnieuw te starten. STOP: (a) Druk tijdens het trainen kort op deze knop en het systeem zal in de pauzestand gaan en op het scherm verschijnt: PAUSE en de standaardinstelling hiervoor is 5 minuten. Na 5 minuten zal het systeem de trainmodus beëindigen en teruggaan naar de start/steady modus en de achtergrondverlichting van het scherm zal uitgaan (slaapstand). (b) Houdt tijdens de pauzestand deze knop 4 seconden ingedrukt om de training te beëindigen en terug te gaan naar de start/ready modus. (c) Druk onder list selecting mode op deze knop om terug te gaan naar de vorige lijst. SPEED +/-:Door op deze knop te drukken kunt u de snelheid aanpassenen als u de snelheid - handmatig 13 - wilt aanpassen dan kunt u dit

20 met 0.1 verhogen/verlagen. Als u deze knop lang ingedrukt houdt, dan zal de snelheid snel verhogen/verlagen. INCLINE / :Door op deze knop te drukken kunt u de hellingstand aanpassen en als u de hellingstand handmatig wilt aanpassen, dan kunt u de stand met 1 verhogen/verlagen. Als u deze knop ingedrukt houdt, dan zal de hellingstand snel verhogen/verlagen. ENTER:Druk op deze knop om te bevestigen en naar de volgende instelling te gaan. MODE:Druk gedurende de start/ready modus op deze knop om de Program recycle in te stellen. INCLINE INSTANT KEY 2/4/6/8/10/12:Pas de waarde van de hellingstand meteen aan naar een bepaalde waarde. De eenheid is in. Als u tijdens het trainen of als de loopband in start/ready modus staat, de VEILIGHEIDSSLEUTEL uit het apparaat haalt, zal het middelste scherm de afbeelding arrow towards down tonen en zullen alle waarden op 0 worden gezet. De motor van de loopband en het programma zullen meteen stoppen en de hellingstand blijft in dezelfde positie staan. Als de gebruiker de veiligheidsleutel terug in het apparaat plaatst, zal de loopband starten, maar het systeem zal automatisch teruggaan naar de standaardinstelling. Instructie Hartslag Handgreep hartslagmeter: Als de gebruiker tijdens het trainen de hartslagmeter vastpakt, dan zal het scherm van de hartslag oplichten en wordt binnen 20 seconden de huidige HRC-waarde weergegeven. Draadloze hartslagmeter: In verband met veiligheid en een correcte meting, adviseren we om bij een snelheid boven 7.2 km/u (4.5MPH) een borstband te gebruiken in plaats van de handgreep. Dit is de beste manier om een draadloze hartslagmeter te gebruiken, omdat de hartslag meteen aan het systeem wordt doorgegeven. Bevestig de borstband onder de borstspier en trek deze een beetje strak zodat u nog wel makkelijk kunt ademhalen

21 Een borstband is niet noodzakelijk, u kunt dit zelf aanschaffen. De gebruikelijke waarden liggen tussen de 40~220BPM (hartslagen per minuut) als een draadloze hartslagmeter of een handgreep wordt gebruikt, neem de waarde van de draadloze hartslagmeter dan als uitgangspunt

22 BPM BPM BPM BPM Leef Age Leef Leef -tijd H Standaard H Standaard - H Standaard - H Standaard L L L tijd L tijd

23 Instructie Simpele Bediening START/READY STATUS Start/ready status: Nadat het apparaat is aangezet en opgestart, zal er pieptoon klinken en verschijnt na 2 seconden het scherm weight setting (instellen gewicht). Weight Setting: 1. Druk op SPEED+ or SPEED- om het gewicht in te stellen, de standaardinstelling is 70KG(150 pond), waarden tussen 23~130 KG (50~286 pond). 2. Druk op ENTER om het gewicht te bevestigen, het scherm toont: "SELECT PROGRAM" (selecteer programma), druk op SPEED+ or SPEED- om een programma te selecteren of druk op QUICK START (snelstart) om meteen te starten. Het doel van het instellen van het gewicht is om de gebruiker te laten zien hoeveel calorieën zijn verbrand en om de juiste formule voor de training te geven. Het gewicht kan bij elke herstart worden ingesteld. U kunt als u klaar bent met uw training of nadat de veiligheidssleutel uit het apparaat is verwijderd terug navigeren naar de pagina om het gewicht in te stellen. Slaapstand: Als het apparaat niet gebruikt wordt, dan gaat deze over in slaapstand. Het systeem zal op stand-by gaan en de achtergrondverlichting van het scherm gaat uit. Als het apparaat in slaapstand staat, druk op een willekeurige knop om het scherm weer te activeren. QUICK START MODE Starten van de training: 1. Druk op ENTER om het gewicht te bevestigen en op QUICK START om de training direct te starten. Op het scherm verschijnt: "READY GO" en het programma zal na 3 seconden starten met een snelheid die ingesteld staat op 1.0km/u (0.6MPH), een hellingstand van 0, en een trainingstijd van "0:00", die maximaal tot 99:59 kan worden ingesteld. 2. Tijdens de training: (1) Druk op INCLINE QUICK KEY of INCLINE or INCLINE om de hellingstand aan te passen

24 (2) Druk op SPEED QUICK KEY of SPEED+ of SPEED- om de huidige snelheid aan te passen

25 Afbreken of beëindigen van de training: 1. Als u tijdens het trainen op stop drukt, dan gaat de PAUSE modus aan. De snelheid loopt langzaam terug richting 0 en de hellingstand blijft in de huidige positie staan. 2. Als de tijd op 99:59 seconden staat ingesteld of als u het programma of uw ingestelde doel heeft behaald (Tijd/Afstand/Calorieën), dan zal de snelheid langzaam teruglopen naar 0, de hellingstand blijft in de huidige positie staan en op het scherm verschijnt RUN END. Houdt STOP 4 seconden ingedrukt of wacht 4 minuten totdat het systeem weer op stand-by gaat. PROGRAMMA MODUS Als het apparaat in stand-by staan, druk op ENTER om het gewicht te bevestigen, het scherm toont vervolgens SELECT PROGRAM. Druk op SPEED+ / SPEED-om het programma te wijzigen, dit doet u als volgt: MANUAL P1 P2 P3 P4 P5 P6 RANDOM USER H.R.C.1-3 BODY FAT Druk op STOP om terug te gaan naar de bovenste selectielijst. PROGRAMMA Manual (Handmatig) 1. Druk op ENTER om Manual te selecteren en ga vervolgens naar de instelling TIME: Druk op SPEED+ of SPEED- om de tijd aan te passen, de standaardinstelling is 0:00m, de waarden zijn 20:00~99:00, en de eenheid is minuut: seconden. 2. Druk op ENTER om de tijd te bevestigen en ga naar de instelling Distance: Druk op SPEED+ of SPEED- om de afstand aan te passen, de standaardinstelling is 0.00, de waarden zijn , de eenheid is km (mijl). 3. Druk op ENTER om de afstand te bevestigen en ga naar instelling Calories: Druk op SPEED+ of SPEED- om de calorieën aan te passen, de standaardinstelling is 0, de waarden zijn , de eenheid is calorieën

26 4. Nadat u bovenstaande hebt ingesteld, drukt u op START om de training te starten en het programma neemt de ingestelde waarden als uitgangspunt, zodra dit op 0 komt, betekent dit dat de training is afgelopen. Opmerking: Tijd, Afstand, Calorieën kunnen zo worden ingesteld dat zodra één instelling ingesteld is, de andere automatisch op 0 komen te staan. Opmerking: Als de Tijd, Afstand en Calorieën op 0 staan ingesteld bij het starten van de loopband, dan werkt dit als een positief getal. PROGRAMMA_P1 (9-hole)-3.5 km 1. Nadat u op ENTER hebt gedrukt en P1 hebt geselecteerd, gaat u naar de instelling fitness intensity level; Druk op SPEED+ of SPEED- om het niveau in te stellen, de standaardinstelling is 1, de waarden zijn 1 ~ niveau Druk op ENTER om de afstand te bevestigen, na 3 seconden komt op het scherm "Ready Go" te staan en kunt u starten met de training. PROGRAMMA_P2 (hill climb/heuvel beklimmen) 1. Druk op ENTER om P2 te selecteren en ga naar de instelling intensity level: Druk op SPEED+ of SPEED- om het niveau in te stellen, de standaardinstelling is 1, de waarden zijn 1 ~ niveau Druk op ENTER om het niveau te bevestigen en ga naar de instelling time: Druk op SPEED+ of SPEED- om de tijd in te stellen. De standaardinstelling is 30:00, de waarden zijn 20:00-99:00, de eenheid is minuut: seconden. 3. Druk op ENTER om de tijd te bevestigen, na 3 seconden komt op het scherm "Ready Go" te staan en kunt u starten met de training. PROGRAMMA_P3-P6: zelfde instellingen als bij P2. Opmerking: voor programma P1~P6, zie de bijlage. PROGRAMMA_RANDOM (WILLEKEURIG) 1. Druk op ENTER om random te selecteren en ga naar de instelling time: Druk op SPEED+ of SPEED- om de tijd in te stellen, de standaardinstelling is 0:00, de waarden zijn 20:00-99:00, de eenheid is minuut: seconden. 2. Druk op ENTER om de tijd te bevestigen en ga naar de instelling distance: Druk op SPEED+ of SPEED- om de afstand in te stellen, de standaardinstelling is 0.00,

27 de waarden zijn , de eenheid is km (mijl). 3. Druk op ENTER om de afstand te bevestigen en ga naar de instelling Calories: Druk op SPEED+ of SPEED- om de calorieën aan te passen, de standaardinstelling is 0, de waarden zijn , de eenheid is calorieën. 4. Nadat u bovenstaande hebt ingesteld, drukt u op START om de training te starten. Opmerking: Tijd, Afstand, Calorieën kunnen zo worden ingesteld dat zodra één instelling ingesteld is, de andere automatisch op 0 komen te staan. PROGRAMMA_USER (GEBRUIKER) (U kunt zelf de snelheid en hellingstand invoeren) 1. Druk op ENTER om USER te selecteren en ga naar U1~U4, u kunt 4 verschillende programma s opslaan. (1) Druk op SPEED+ of SPEED- om U1, U2, U3, U4 te selecteren. (2) Houdt ENTER 3 seconden ingedrukt en ga naar self-setting, druk op SPEED+ or SPEED- om de snelheid aan te passen en druk op INCLINE+ of INCLINE- om de hellingstand aan te passen, druk op ENTER om next Profile zone adjustment te selecteren (totaal 20 niveaus). Als u alles heeft ingesteld, houdt ENTER dan 3 seconden ingedrukt om de gegevens op te slaan. 2. Druk op ENTER om U1 te selecteren en ga naar de instelling time: Druk op SPEED+ of SPEED- om de tijd in te stellen. De standaardinstelling is 0:00, de waarden zijn 20:00-99:00, de eenheid is minuut: seconden. 3. Druk op ENTER om de tijd in te stellen en ga naar de instelling distance: Druk op SPEED+ of SPEED- om de afstand in te stellen, de standaardinstelling is 0.00, de waarden zijn , de eenheid is km (mijl). 4. Druk op ENTER om de afstand in te stellen en ga naar de instelling Calories: Druk op SPEED+ of SPEED- om de calorieën in te stellen, de standaardinstelling is 0, de waarden zijn , eenheid is calorieën. 5. Nadat u bovenstaande hebt ingesteld, drukt u op START om de training te starten. Opmerking: Tijd, Afstand, Calorieën kunnen zo worden ingesteld dat zodra één instelling ingesteld is, de andere automatisch op 0 komen te staan HRC 1-3(Deze functie moet gebruikt worden indien een hartslagmeter wordt gebruikt. ) Als het programma HRC geselecteerd is, dan zal in het midden van het scherm de waarde getoond worden die u heeft ingesteld. De hellingstand en de snelheid gaan

28 gestaag omhoog om zo het juiste trainingsdoel te bereiken. Het HRC-programma heeft 3 verschillende standen: 60%, 75% en THR (zelf in te stellen). Druk op ENTER om H.R.C 1-3 te selecteren en selecteer vervolgens 60%, 75%, Target Heart Rate/beoogde hartslag (hieronder aangeduid als THR). Druk op SPEED+ of SPEED- om 60%, 75%, THR te selecteren. Opmerking: Als u de HRC modus gebruikt, dan kunt u alleen een draadloze hartslagmeter gebruiken (wij adviseren om een borstband te gebruiken). Als het systeem na 45 seconden geen signaal heeft doorgekregen, dan zal het systeem automatisch afsluiten en het bericht NO PULSE tonen, druk op STOP of wacht 4 minuten totdat het systeem weer op stand-by gaat. Als u het programma afsluit, dan zal de snelheid iedere 10 seconden verminderen. Als de werkelijke hartslag lager is dan de beoogde hartslag, dan zal de snelheid met 0.1m km/u toenemen. Als de werkelijke hartslag hoger is dan de beoogde hartslag, dan zal de snelheid met 0.1 km/u afnemen. Als u de snelheid 10 keer heeft versneld, dan zal de hellingstand met 1 niveau stijgen. Als u de snelheid 10 keer heeft verlaagd, dan zal de hellingstand met 1 niveau dalen. De snelheid kan tot de maximale en minimale snelheid worden ingesteld: 1.0 km/u en de maximale hellingstand is %,75% (1) Druk op ENTER om 60% te selecteren en ga naar de instelling time: Druk op SPEED+ of SPEED- om de tijd in te stellen, de standaardinstelling is 0:00, (2) Druk op ENTER om de tijd in te stellen en ga naar de instelling age: Druk op SPEED+ of SPEED- om de leeftijd in te stellen, de standaardinstelling is 30, waarden tussen (3) (4) Druk op ENTER om de leeftijd te bevestigen, het bpm-scherm zal de leeftijd tonen en vervolgens de de formule toepassen om de beoogde waarde van de HRC te bepalen. Druk op ENTER om de waarde van de hartslag te bevestigen, na 3 seconden komt op 2. THR (Target Heart Rate/Beoogde Hartslag) (1) Druk op ENTER om THR te bevestigen en ga naar de instelling time: Druk op SPEED+ of SPEED- om de tijd in te stellen, de standaardinstelling is 0:00, waarden tussen 20:00-99:00, eenheid is minuut: seconden

29 (2) Druk op ENTER om de tijd te bevestigen en ga naar de instelling pulse value: Druk op SPEED+ of SPEED- om de waarde van de hartslag in te stellen, de standaardinstelling is 72, dit kan met 1 worden aangepast. (3) Druk op ENTER om de waarde van de hartslag te bevestigen, na 3 seconden komt op het scherm "Ready Go" te staan en zal de training starten. LICHAAMSVET MODUS Druk op ENTER om BODY FAT (lichaamsvet) te selecteren: a. Leeftijd:Standaardinstelling is 30, waarden tussen 13~80, step is 1, druk op speed+/- om dit aan te passen en de juiste waarde te selecteren en druk op ENTER om naar de volgende instelling te gaan. b. Lengte:Standaardinstelling is 170 cm,waarden tussen 120~200 cm,per 1 cm, druk op speed+/- om dit aan te passen en de juiste waarde te selecteren en druk op ENTER om naar de volgende instelling te gaan. c. Geslacht:Standaardinstelling is man,druk op speed+/- om man (1) of vrouw (0) te selecteren. Selecteer de juiste waarde en druk op ENTER. d. Gewichtt:Standaardinstelling is 70 kg(150lb), waarden tussen 23~130kg(50~286LB). Per 1 kg, druk op speed+/- om dit aan te passen en de juiste waarde te selecteren. Druk op ENTER. Houdt met beide handen de hartslagmeter 15 seconden vast en na 15 seconden wordt op het scherm uw lichaamsvetpercentage getoond (zie ondergaande lijst). Druk vervolgens op STOP of wacht 1 minuut om terug te gaan naar het start/ready scherm. Onder GESLACHT Normaal Boven Obesitas 1.(man) 0.0~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ boven 0.(vrouw) 0.0~ ~ ~ ~ ~ ~ ~ boven

30 TEKENINGEN PROGRAMMA S P1 - P6 Er zijn in totaal 30 Niveaus, 1 minuut per niveau en deze worden afwisselend weergegeven. MANURL P1 (9 hole) Show hiding zone P2 (hill climb) Show hiding zone P3 (hill run) Show hiding zone P4 (interval) Show hiding zone P5 (rolling) Show hiding zone P6 (weight loss) Show hiding zone RANDOM (Speed by chance, below is drawing)

31 USER HRC 1-3 HRC(60%) HRC(75%) HRC(THR) BODY FAT (BDF)

32 WIJZIGEN ENGELSE/METRISCHE EENHEDEN Ga naar het scherm weight en houdt ENTER 10 seconden ingedrukt en ga vervolgens naar English/metric changing mode. Als dit op Engels staat ingesteld, dan zal op het scherm ENGLISH getoond worden. Als het op metrisch staat ingesteld, zal op het scherm METRIC getoond worden. Druk op de knop speed +/- om dit te wijzigen naar English of metric en druk op ENTER om dit te bevestigen. Als dit succesvol gewijzigd is, zal de initialisatie van het systeem beginnen. INFORMATIE FOUTMELDING Als de motor van de loopband niet goed werkt of het apparaat geen signaal kan ontvangen, dan zal de loopband automatisch stoppen en het volgende zal op het scherm worden getoond zodat de gebruiker het probleem kan oplossen. E1:De snelheidswaarde kan niet worden gelezen, misschien werkt de motor niet goed of kan er geen signaal worden ontvangen. E6:de gegevens voor de hellingstand kloppen niet, misschien is de motor van de helling defect of kan er geen signaal worden ontvangen. E7:AD van de helling overschrijdt de normale waarde; de motor van de helling is defect of er is sprake van een verkeerde instelling

33 BIJLAGE P1~P6 TABEL PROGRAMMA S P1 (9 hole) SPEED AND ELEVATION CHANGES 9 HOLE (P1) Niveau 1 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 2 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 3 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 4 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 5 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 6 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 7 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 8 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 9 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau ELEVATION (MPH) (KPH)

34 P2 (hill climb) SPEED A ND ELEVATION CHANGES HILL CLI MB (P2) Niveau 1 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 2 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 3 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 4 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 5 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 6 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 7 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 8 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 9 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 10 ELEVATION (MPH) (KPH)

35 P3 (HILL RUN) SPEED A ND ELEVATION CHANGES HILL RU N (P3) Niveau 1 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 2 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 3 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 4 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 5 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 6 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 7 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 8 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 9 ELEVATION (MPH) (KPH) Niveau 10 ELEVATION (MPH) (KPH)

36 P4 (interval) SNELHEIDSVERANDERINGEN INTERVAL (P4) Niveau 1 (MPH) (KPH) Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Niveau 6 Niveau 7 Niveau 8 Niveau 9 Niveau 10 (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH)

37 P5 (rolling) SNELHEIDSVERANDERINGEN ROLLING (P5) Niveau 1 (MPH) (KPH) Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Niveau 6 Niveau 7 Niveau 8 Niveau 9 Niveau 10 (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH) (MPH) (KPH)

38 P6 (Weight loss) ALLEEN SNELHEIDSVERANDERINGEN Omzetfrequentie Gewichtsverlies(P6) British system Niveau 1 speed(mph) Metric system speed (KPH) British system Niveau 2 speed(mph) Metric system speed (KPH) British system speed Niveau 3 (MPH) Metric system speed (KPH) British system speed Niveau 4 (MPH) Metric system speed(kph) British system speed Niveau 5 (MPH) Metric system speed (KPH) British system speed Niveau 6 (MPH) Metric system speed (KPH) British system speed Niveau 7 (MPH) Metric system speed (KPH) British system speed Niveau 8 (MPH) Metric system speed (KPH) British system speed Niveau 9 (MPH) Metric system speed (KPH) British system speed Niveau (MPH) Metric system speed (KPH)