Monitoring van faunapassages in de Brabantse Kempen Onderzoeksverslag

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Monitoring van faunapassages in de Brabantse Kempen Onderzoeksverslag"

Transcriptie

1 Monitoring van faunapassages in de Brabantse Kempen Onderzoeksverslag Merijn van den Hout Anne Steeghs Marvin Verkuijlen Annika Vermaat 26 juni 2015

2

3 Monitoring van faunapassages in de Brabantse Kempen Onderzoeksverslag Foto omslag: Marvin Verkuijlen 26 juni 2015 Merijn van den Hout Anne Steeghs Marvin Verkuijlen Annika Vermaat Blok 4 Jaar 1 Toegepaste Biologie HAS Hogeschool Den Bosch i.s.m. het Huis van de Brabantse Kempen

4

5 Voorwoord Voor u ligt het onderzoeksverslag Monitoring van faunapassages in de Brabantse Kempen. Dit onderzoek is uitgevoerd door Merijn van den Hout, Anne Steeghs, Marvin Verkuijlen en Annika Vermaat, eerstejaarsstudenten Toegepaste Biologie aan de HAS Hogeschool te s-hertogenbosch. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de gemeente Bergeijk in samenwerking met het Huis van de Brabantse Kempen. Wij hebben onderzoek gedaan naar de effectiviteit van twaalf verschillende faunapassages in de Brabantse Kempen. Als leidraad voor de uitvoering van de monitoring is er gebruik gemaakt van het Monitoringsplan voor monitoring faunapassages in de Brabantse Kempen. Ons onderzoek is onderdeel van een groter onderzoek waarbij alle passages in de Brabantse Kempen gemonitord zullen gaan worden. We willen Harrie Brouwers graag bedanken voor het mogelijk maken en ondersteunen van het onderzoek. Rene Quinten willen we bedanken voor de begeleiding tijdens ons onderzoek. Ook willen we Jaap Willems en Roeland Uijtdewilligen bedanken voor de praktische ondersteuning. Ten slotte willen we ook Karin van Dueren den Hollander bedanken voor de vele tips over het monitoren van faunapassages en de ondersteuning tijdens het determineren van de vele gevonden sporen. Wij wensen u veel leesplezier toe. Merijn van den Hout, Anne Steeghs, Marvin Verkuijlen en Annika Vermaat s-hertogenbosch, 26 juni 2015

6

7 Inhoudsopgave Samenvatting... 8 H1. Inleiding H2. Materiaal en methode Faunapassages Uitvoering Cameraval Stempelkussen Data-analyse Vergunningen H3. Resultaten Totaalscore per faunapassage Faunapassage N397 (1), Eersel Faunapassage N397 (2), Eersel Faunapassage N397 (3), Bergeijk Faunapassage N397 (4), Bergeijk Faunapassage N397 (5), Bergeijk Faunapassage N613, Bergeijk Faunapassage Burgemeester Aartslaan, Bergeijk Faunapassage Loverensedijk, Bergeijk Faunapassage Looërheideweg, Bergeijk Faunapassage N284 (1), Bladel Faunapassage N284 (2), Bladel Faunapassage Castersedijk, Bladel Waardeoordeel per faunapassage Aantal waarnemingen per faunapassage H4. Discussie, conclusie en aanbevelingen Algemeen Stempelkussens Faunapassages Conclusie Aanbevelingen Bronnenlijst... 26

8 Bijlagen Bijlage A: Inventarisatietabellen Bijlage B: Flora- en faunawet tabellen Bijlage C: Resultaten faunapassages op datum Bijlage D: Scores per faunapassage... 44

9 Samenvatting Een faunapassage is een middel om natuurgebieden, die versnipperd zijn geraakt door infrastructuur, weer met elkaar te verbinden om een groter leefgebied voor dieren te creëren. Echter wordt er vaak getwijfeld of dieren daadwerkelijk gebruik maken van faunapassages. Het aanleggen en onderhouden van faunapassages is een dure aangelegenheid. Daarom is er in dit onderzoek gekeken naar de effectiviteit van twaalf faunapassages in de Brabantse Kempen. De monitoring van de faunapassages is gedaan met behulp van stempelkussens en cameravallen. Na de determinatie van loopsporen en dieren op camerabeelden, is de effectiviteit van een faunapassage bepaald op basis van het gebruik door doelsoorten en ook op het gebruik door diersoorten die zijn vermeld op de Rode lijst of op de Flora- en Faunawettabellen. De twaalf onderzochte faunapassages bevinden zich in de gemeenten Bergeijk, Eersel en Bladel. Van deze passages zijn er acht effectief bevonden, deze passages worden gebruikt door beschermde soorten en doelsoorten. Dit betekent dat de meerderheid van de faunapassages nuttig zijn voor de dieren in de Brabantse Kempen. Vier faunapassages zijn niet effectief bevonden omdat er geen dieren zijn waargenomen. Echter zijn deze passages niet te beoordelen, aangezien ze gebreken vertoonden in het onderhoud. Het is belangrijk dat de faunapassages op de juiste manier worden onderhouden, wanneer dit niet het geval is zal het gebruik door diersoorten mogelijk verhinderd worden. Om een nog breder en beter beeld te krijgen over de effectiviteit van faunapassages wordt het aangeraden om de monitoring door te zetten volgens het Monitoringsplan voor monitoring faunapassages in de Brabantse Kempen.

10

11 H1. Inleiding Faunapassages worden beschouwd als een oplossing voor het tegengaan van versnippering. Echter is het aanleggen en onderhouden van faunapassages een dure aangelegenheid. Daarom wordt er met een kritische blik naar de effectiviteit van faunapassages gekeken. De aanleiding voor deze kritische blik is het gebrek aan wetenschappelijk onderzoek welke de effectiviteit van faunapassages aantoont (van Santen, 2012). Het ontbreken van voldoende feitelijk bewijs zorgt voor verdeeldheid over het nut van het Natuur Netwerk Nederland (voorheen Ecologische Hoofdstructuur) (Haasnoot, 2013). Eerder monitoringsonderzoek wijst echter wel op het effectief gebruik van faunapassages (Smit, 2007). Meer monitoring zou kunnen bijdragen aan de overtuiging dat faunapassages werkelijk effectief zijn. Door infrastructuur, zoals wegen en spoorlijnen, worden grote natuurgebieden versnipperd en verkleind. Voor de aanwezige fauna heeft dit nadelige gevolgen zoals barrièrewerking, verstoring, sterfte door aanrijding en verlies van biotoop (Cuperus, Fluit, Udo de Haes & Canters, 1988). Om een duurzaam voortbestaan van populaties te garanderen is het belangrijk dat het gebied waarin deze populaties leven groot genoeg is. In Nederland is dit in de meeste gebieden niet het geval, veel natuur is versnipperd geraakt door wegen en bebouwing (Opdam, 2002). Door versnippering van een leefgebied kunnen populaties van elkaar gescheiden worden waardoor er minder genetische variëteit ontstaat binnen de populaties (Johanssen, Primmer & Merila, 2007). Door minder genetische variëteit kan inteelt ontstaan. Hierdoor kunnen er negatieve gevolgen optreden voor de populaties, zoals verzwakte dieren en zelfs uitsterving van de populatie (Dixo, Metzger, Morgante & Zamudio, 2009). Een grote mate van inteelt geeft problemen zoals een zwakker immuunsysteem, minder nakomelingen, kleinere en zwakkere dieren en erfelijke afwijkingen (Neveah, 2010). De verzwakking of uitsterving van populaties kan nadelige gevolgen hebben voor het ecosysteem en de biodiversiteit (Broek, Eijsackers, Straalen & Evenblij, 2012). Om de negatieve gevolgen van versnippering tegen te gaan is in Nederland het Natuur Netwerk Nederland opgesteld. Met als doel de natuurgebieden van Nederland te verbinden waarbij faunapassages als koppelstuk dienen tussen de verscheidene gebieden (Lammers et al., 2005). Dit is dan ook de belangrijkste functie van een faunapassage. De achterliggende functies van de passages zijn, buiten het voorkomen van aanrijdingen met dieren, vooral het vergroten van de leefgebieden. Hierdoor wordt ook de mogelijkheid gegeven tot seizoensmigratie en het stimuleren van de populatiegroei door (her)kolonisatie van nieuwe leefgebieden (Wansink et al., 2013). Ook zorgen de passages voor een reductie van inteelt in de deelpopulaties door middel van genenuitwisseling tussen de populaties (Haasnoot, 2013). Voor de realisatie van ontsnippering zijn er verschillende typen faunapassages ontwikkeld die zich onderscheiden door de faunadoelsoorten die er gebruik van maken. Hierbij zijn amfibieën, reptielen en zoogdieren de drie soortgroepen. Deze zijn weer verder onder te verdelen in klein, middel en groot wild (Wansink et al., 2013). Ook zijn er faunapassages die zich enkel toespitsen op één diersoort, zoals de dassentunnel. Deze kunnen echter ook gebruikt worden door andere diersoorten omdat de passage groot genoeg is om andere dieren er doorheen te laten. Naast het type faunapassage zijn ook factoren in de omgeving van belang die het gebruik van de passage beïnvloeden. Het is belangrijk om te kijken welke habitattypen er aanwezig zijn aan beide kanten van de passage en of deze habitattypen geschikt zijn voor de doelsoorten van de passage (Haasnoot, 2013). Ook is voor de dieren de bereikbaarheid en de geleiding richting de passage van belang voor het werkelijke gebruik. Daarnaast is de bereikbaarheid voor mensen van de passage zelf van belang voor het onderhouden, schoonmaken en monitoren van de passage (Van Krieken, 10

12 Mannee & Sanders, 2015a). Bovenstaande factoren vormen de basis voor de indeling van belangrijke of minder belangrijke passages in drie groepen, zoals beschreven in het Monitoringsplan voor monitoring faunapassages in de Brabantse Kempen (Van Krieken, Mannee & Sanders, 2015b). Voor dit onderzoek zijn voornamelijk passages gekozen die als goed beoordeeld zijn voor monitoring, dit is monitoringsgroep I (Van Krieken et al., 2015b). Dit onderzoek is deel van een groter monitoringsplan om alle faunapassages in De Kempen te monitoren. Aangeraden wordt om twee keer per jaar te monitoren, in het voor- en najaar; in de maanden maart/april en in de maanden september/oktober (Van Krieken et al., 2015b). In dit onderzoek is voor de geselecteerde faunapassages alleen de voorjaarsmonitoring uitgevoerd, met toevoeging van de maanden mei en juni. De belangrijkste reden om in maart/april te monitoren is de voorjaarstrek van amfibieën (Wansink et al., 2013). Een aantal van de geselecteerde faunapassages zijn speciaal aangelegd voor amfibieën (amfibieëntunnel), daarom is het belangrijk om vooral deze passages goed te monitoren in de bovengenoemde maanden. De andere doelsoorten, zoogdieren en reptielen, hebben een minder duidelijke periode in het jaar waarin trekgedrag vertoond wordt. Om een duidelijk beeld te krijgen van de effectiviteit van faunapassages is het belangrijk dat er genoeg en verschillende passages gemonitord worden. In het inventarisatierapport faunapassages Brabantse Kempen is een samenvatting gemaakt met de aanwezige faunapassages en ook in welke staat van onderhoud deze zich bevinden. Dit zijn in totaal 54 passages binnen de Brabantse Kempen (Van Krieken et al., 2015a). Voor dit onderzoek zijn er daaruit twaalf passages geselecteerd die gemonitord zijn. Deze zijn geselecteerd op regio, staat van onderhoud en goede bereikbaarheid voor dieren. Het doel van dit onderzoek was het vaststellen van de effectiviteit van deze twaalf faunapassages. De hieruit verkregen resultaten kunnen een breder beeld scheppen over het algemene nut van faunapassages. En daarmee het gebrek aan feitelijk bewijs over het nut van het Natuur Netwerk Nederland verminderen. In dit onderzoek is de effectiviteit van een faunapassage bepaald door het aantal diersoorten dat gebruik maakt van de passage. Hierbij is vooral gekeken of een passage wel of niet door een doelsoort gebruikt wordt. De monitoring is uitgevoerd door middel van stempelkussens en cameravallen. Om de frequentie van het gebruik vast te stellen is er gekeken naar het wekelijks terugkeren van sporen op de stempelkussens en het aantal gefilmde dieren door middel van cameravallen. Om het belang van de faunapassages verder te differentiëren zijn de waargenomen diersoorten getoetst op mate van bescherming en zeldzaamheid aan de hand van de Flora- en Faunawet en de Rode lijst. 11

13 H2. Materiaal en methode 2.1 Faunapassages Voor het monitoren van de faunapassages zijn een aantal faunapassages geselecteerd op basis van locatie, een goede bereikbaarheid voor monitoring en de toepasbaarheid van monitoringsmethodes (tabel 2.1 en bijlage A). De geselecteerde faunapassages bevinden zich in de gemeenten Eersel, Bergeijk en Bladel (figuur 2.1). Tabel 2.1: Geselecteerde faunapassages, gebaseerd op Van Krieken et al (2015b) Gemeente Beheerder Coördinaten Weg Type passage Omgeving Aan water Eersel Provincie X: N397 (1) Faunatunnel Bos/weiland Ja Noord-Brabant Y: Eersel Provincie X: N397 (2) Faunatunnel Bos/weiland Ja Noord-Brabant Y: Bergeijk Provincie X: N397 (3) Dassentunnel Bos Nee Noord-Brabant Y: Bergeijk Provincie X: N397 (4) Dassentunnel Bos/weiland Nee Noord-Brabant Y: Bergeijk Provincie X: N397 (5) Loopplank Weiland Ja Noord-Brabant Y: Bergeijk Provincie X: N613 Faunatunnel Bos Nee Noord-Brabant Y: Bergeijk Gemeente X: Burgemeester Amfibieëntunnel Bos/weiland Ja Bergeijk Y: Aartslaan Bergeijk Gemeente X: Loverensedijk Kleine faunatunnel Weiland Ja Bergeijk Y: Bergeijk Gemeente X: Looërheideweg Amfibieëntunnel Bos/weiland Ja Bergeijk Y: Bladel Provincie X: N284 (1) Amfibieëntunnel Bos Ja Noord-Brabant Y: Bladel Provincie X: N284 (2) Amfibieëntunnel Weiland Nee Noord-Brabant Y: Bladel Brabants Landschap X: Y: Castersedijk Loopplank Weiland Ja Figuur 2.1: Locaties van de geselecteerde faunapassages 12

14 Er zijn twee typen faunapassages gemonitord: loopplanken en kleine faunatunnels. Loopplanken zijn aangebrachte loopstroken van hout aan de wand van een brug. Dieren kunnen hierdoor onder de brug door en hoeven dan niet via de weg of het water over te steken. De doelsoorten zijn marters, muizen, amfibieën, egels en konijnen (Wansink et al., 2013). Kleine faunatunnels zijn tunnels die kleiner zijn dan 2 x 2 meter en bestaan meestal uit beton, staal of kunststof. Deze faunatunnels zijn rond of vierkant en variabel in de afmetingen, dit is afhankelijk van de diersoort. De doelsoorten zijn vossen, marterachtigen, bevers, egels, konijnen, muizen, reptielen en amfibieën. Afhankelijk van specifieke doelsoorten wordt er ook wel van een amfibieëntunnel of een dassentunnel gesproken (Wansink et al., 2013). Amfibieëntunnels zijn vierkante tunnels die zijn voorzien van licht, meestal door middel van een rooster. Wanneer er geen licht is, maken amfibieën geen gebruik van de tunnel. Om te voorkomen dat amfibieën op de weg kunnen komen, wordt er gebruik gemaakt van een geleidingswand (Ravon, z.d.). Dassentunnels zijn ronde buizen waarbij de specifieke doelsoort de das is, maar andere diersoorten maken ook gebruik van deze tunnels zoals andere marterachtigen, konijnen en vossen. Het is belangrijk dat er geen water in de tunnel komt, want dan maakt de das geen gebruik van deze tunnel (Brandjes, van Eekelen, Krijgsveld & Smit, 2002). Voor het onderzoek zijn er twee loopplanken, vier faunatunnels, vier amfibieëntunnels en twee dassentunnels gemonitord (tabel 2.1). 2.2 Uitvoering De monitoring vond plaats in de maanden maart, april, mei en juni. Dit gebeurde één dag per week. In maart en april werd de amfibieëntrek gemonitord. Ook werd er gemonitord in mei en juni om een breder beeld te krijgen van de diersoorten die gebruik maken van de faunapassages, ook incidentiele gebruikers werden geregistreerd. Van de drie meest gebruikte monitoringsmethoden is er gekozen voor de cameravallen en stempelkussens. Deze methoden voldoen aan de randvoorwaarde van één dag per week. Het zandbed is uitgesloten als monitoringsmethode vanwege de intensieve tijdsinvestering die hiervoor nodig zou zijn. Een zandbed moet namelijk dagelijks worden bekeken en voor het veldwerk was er maar één dag per week beschikbaar. Daarnaast heeft het weer invloed op de sporen die achtergelaten worden in een zandbed. Een regenbui zou alle sporen kunnen uitwissen (Van Krieken et al., 2015b). Bij faunapassage N397 (1) en N397 (2) is er ook gekeken naar sporen die de dieren hebben achtergelaten in de modder in de faunapassages. Hier zijn foto s van gemaakt en deze zijn naderhand gedetermineerd Cameraval Faunapassage N613 en faunapassage N284 (2) zijn gemonitord met een cameraval van het merk Uway, type NX50. Deze twee passages zijn gekozen, omdat hier de cameravallen buiten het zicht opgehangen kunnen worden. Bij faunapassage N613 werd de cameraval voor de ingang gepositioneerd door deze aan een boom te bevestigen met behulp van een stripband en een kettingslot (figuur 2.2). Bij faunapassage N284 (2) werd de cameraval bij de ingang gepositioneerd door deze te bevestigen aan het hek een stripband en een kettingslot. Er is vastgelegd welke diersoorten gebruik maakten van de faunapassages (figuur 2.3). Bij beweging werd de camera tijdelijk geactiveerd en werd het beeld opgenomen. Bij elke opname is er voor 20 seconden gefilmd. Het was niet mogelijk om instellingen met betrekking tot de mate van beweging of warmte te wijzigen. De camera had de beschikking over intern licht, waardoor deze nog steeds opnames kon maken als er geen externe lichtbron aanwezig was. De cameraval kon voor een langere tijd opnames maken, maar moest minimaal één week op dezelfde locatie blijven hangen zodat de dieren aan de camera konden wennen (Van Krieken et al., 2015b). De beelden zijn elke week uitgelezen en ook werden de batterijen vervangen. De waargenomen dieren zijn gedetermineerd met behulp van de website van de Zoogdierverening. 13

15 Figuur 2.2: Cameraval N613 (foto: Annika Vermaat) Figuur 2.3: Cameraval N284 (2) (foto: Annika Vermaat) Stempelkussen Alle faunapassages waren geschikt om te monitoren met een stempelkussen. Deze stempelkussens registreerden pootafdrukken en staartsporen (Van Krieken et al., 2015b). Wanneer een dier over het stempelkussen liep, liep hij met zijn pootjes over een stempel met inkt, waarna hij pootafdrukken achterliet op papier. Twee amfibieëntunnels hadden een rooster dat licht doorliet. Om te voorkomen dat er water op de stempelkussens kwam is één meter van het rooster afgedekt met een vuilniszak. Om de stempelkussens te maken (figuur 2.4 en figuur 2.5) is er gekozen voor een multiplexplank met een dikte van 5,5mm en een lengte van 100cm voor de ondergrond, voor twee tunnels is een lengte van 80cm gebruikt. De breedte van de plank werd bepaald door de afmetingen van de faunapassage, de gehele loopstrook werd gevuld zodat er geen dieren langs konden lopen. De specifieke afmetingen van de stempelkussens zijn opgenomen in bijlage A. In het midden van de plank werd een stempel geplaatst, dit was een stuk kunstzeem dat was doordrenkt met een mengsel van paraffineolie en koolstofpoeder. Dit zijn natuurlijke grondstoffen die niet schadelijk zijn voor zoogdieren. Het is onbekend of dit schadelijk is voor amfibieën (Wansink et al., 2013). Aan de zijkanten van het kunstzeem en aan de uiteinden van de plank is een randje deurmat vastgeniet aan de houten plank. Aan beide zijden van de plank werd een stuk papier bevestigd met behulp van punaises in de randjes deurmat. Het papier is elke week vervangen, zodat er nieuwe sporen konden worden waargenomen. Vervolgens werd de locatie van de faunapassage en de datum wanneer het papier is neergelegd en opgehaald op het papier geschreven. Ook werd er elke week een nieuw mengsel van paraffineolie en koolstofpoeder op het kunstzeem aangebracht. De sporen van de stempelkussens werden gedetermineerd met behulp van de boeken Veldgids Diersporen van Annemarie van Diepenbeek (2013) en Dier en Spoor van Lars-Henrik Olsen (2012). Figuur 2.4: Stempelkussen (foto: Marvin Verkuijlen) Figuur 2.5: De stapsgewijze bouw van een stempelkussen (Van Krieken et al., 2015b) 14

16 2.3 Data-analyse Per faunapassage is geanalyseerd welke diersoorten er gebruik van maken. Er is gekeken naar het aantal diersoorten per faunapassage en niet naar het aantal individuen, want dit is niet te onderscheiden. Eén individu kan meerdere malen gebruik hebben gemaakt van dezelfde faunapassage en daarmee meerdere loopsporen op een stempelkussen hebben achtergelaten. De soortgroepen die zijn gemonitord zijn gewervelden, met name de zoogdieren, amfibieën en reptielen. Met het aantal diersoorten dat is waargenomen in een faunapassage, is bepaald of de faunapassage effectief is. Een faunapassage is effectief wanneer deze wordt gebruikt door een doelsoort, de soort waarvoor de faunapassage is aangelegd. Wanneer een dassentunnel wordt gebruikt door een das, of wanneer een amfibieëntunnel wordt gebruikt door een amfibie, zijn deze faunatunnels effectief. Ook wordt er gesproken van effectiviteit wanneer deze faunapassage wordt gebruikt door een diersoort die voorkomt op de Rode Lijst of wanneer het dier onder de bescherming van de Flora- en Faunawet valt. Vervolgens is er een waardeoordeel toegekend aan elke faunapassage door middel van een scoresysteem waarbij rekening is gehouden met de mate van bescherming en zeldzaamheid van soorten. In dit scoresysteem zijn de Flora- en faunawet (FFW) tabellen opgenomen (bijlage B), de meest recente tabellen zijn gebruikt. Voor de Rode lijst soorten zijn de Rode Lijst Zoogdieren (2007) en de Rode Lijst Amfibieën en Reptielen (2007) geraadpleegd. In het beoordelingsschema (tabel 2.2) is te zien dat soorten uit de FFW3 tabel zwaarder mee wegen dan soorten uit de FFW1 tabel. Maar ook Rode Lijst soorten wegen minder zwaar mee dan FFW3, omdat deze soorten niet wettelijk worden beschermd (Van Krieken et al., 2015b). Met de uiteindelijke score is er vervolgens een waardeoordeel toegekend aan een faunapassage (tabel 2.3). Tabel 2.2: Beoordelingsschema waarmee de effectiviteit van de faunapassages is beoordeeld (Van Krieken et al., 2015b) Score Score Soortklasse FFW1 Geen soorten 1-2 soorten 3-4 soorten >5 soorten FFW2 Geen soorten 1-2 soorten 3 soorten >4 soorten FFW3 Geen soorten 1 soort 2 soorten >3 soorten Rode Lijst Geen soorten 1-2 soorten 3-4 soorten >5 soorten Totaal Tabel 2.3: Het waardeoordeel dat een faunapassage heeft gekregen bij een bepaalde eindscore (Van Krieken et al., 2015b) Totaalscore Waardeoordeel 0 Geen oordeel 1-3 Matig gebruikt door beschermde soorten 4-6 Veel gebruikt door beschermde soorten 7-12 Zeer veel gebruikt door beschermde soorten Verschillende muizensoorten zijn niet met zekerheid van elkaar te onderscheiden. Alle sporen en de beelden van muizen zijn gedetermineerd tot de familie ware muis en zijn niet verder gespecificeerd op soortnaam. Hierdoor kan er geen score en waardeoordeel aan worden verbonden. Echter zijn muizen wel doelsoorten van faunatunnels en loopplanken, waardoor faunapassages die worden gebruikt door muizen wel effectief kunnen worden verklaard. 15

17 2.4 Vergunningen Er werd gemonitord langs wegen en daarom zijn er vergunningen afgegeven door gemeente Bergeijk, de provincie Noord-Brabant en Brabants Landschap, dit zijn de beheerders van de faunapassages (tabel 2.1). Er is rekening gehouden met ieders veiligheid door het dragen van veiligheidshesjes en de auto verantwoord te parkeren. 16

18 H3. Resultaten Per faunapassage zijn alle waargenomen diersoorten weergegeven in tabellen, de volledige lijst met alle waargenomen diersoorten per datum is opgenomen in bijlage C. De diersoorten zijn beoordeeld op soortklasse van de Flora- en Faunawet (FFW) tabellen (bijlage B). De verkregen totaalscores zijn gebruikt om een waardeoordeel toe te kennen aan de faunapassages (bijlage D). Tevens is er gekeken of de waargenomen diersoorten tot de doelsoorten van het type faunapassage behoren. Verder is er aangegeven hoeveel metingen er per passage hebben plaatsgevonden. Het aantal metingen is te koppelen aan het aantal waarnemingen van een diersoort, hierdoor kan gezien worden of de diersoort regelmatig gebruik maakt van de passage of dat het om een incidenteel bezoek ging. 3.1 Totaalscore per faunapassage Faunapassage N397 (1), Eersel De faunapassage N397 (1) in Eersel is een faunatunnel. Bij deze passage zijn acht metingen gedaan, waarbij er zes keer sporen zijn aangetroffen. Deze sporen zijn van de diersoorten egel, bruine rat, hond en huiskat (tabel 3.1). Egels behoren tot soortklasse FFW1. Dit betekent dat de passage een totaalscore van 1 krijgt. Een egel is een doelsoort voor dit type faunapassage. Tabel 3.1: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage N397 (1), Eersel Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Egel Stempelkussen 6 FFW1 Ja Bruine rat Stempelkussen 4 Geen Nee Hond Sporen in modder 1 Geen Nee in de passage Huiskat Sporen in modder in de passage 1 Geen Nee Totaalscore Faunapassage N397 (2), Eersel De faunapassage N397 (2) in Eersel is een faunatunnel. Bij deze passage zijn acht metingen gedaan, maar er zijn geen diersoorten waargenomen (tabel 3.2). Dit betekent dat de passage een totaalscore van 0 krijgt. Tabel 3.2: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage N397 (2), Eersel Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Geen Totaalscore 0 17

19 3.1.3 Faunapassage N397 (3), Bergeijk De faunapassage N397 (3) in Bergeijk is een dassentunnel. Bij deze passage zijn acht metingen gedaan, hiervan is eenmaal data verloren gegaan omdat het stempelkussen door onbekende oorzaak buiten de passage geplaatst was. Er zijn geen diersoorten waargenomen (tabel 3.3). Dit betekent dat de passage een totaalscore van 0 krijgt. Tabel 3.3: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage N397 (3), Bergeijk Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Geen Totaalscore Faunapassage N397 (4), Bergeijk De faunapassage N397 (4) in Bergeijk is een dassentunnel. Bij deze passage zijn acht metingen gedaan, waarbij er één keer sporen zijn aangetroffen. Deze sporen zijn van de diersoort kleine watersalamander (tabel 3.1). Kleine watersalamanders behoren tot soortklasse FFW1. Dit betekent dat de passage een totaalscore van 1 krijgt. Een kleine watersalamander is een doelsoort voor dit type faunapassage. Tabel 3.4: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage N397 (4), Bergeijk Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Kleine watersalamander Stempelkussen 1 FFW1 Ja Totaalscore Faunapassage N397 (5), Bergeijk De faunapassage N397 (5) in Bergeijk bestaat uit twee loopplanken aan beide zijden van het water. Aan één zijde van het water is het stempelkussen aan het begin van het onderzoek verdwenen, hierdoor zijn er geen metingen gedaan aan deze zijde. Aan de andere zijde zijn acht metingen gedaan, hiervan is eenmaal data verloren gegaan omdat het papier van het stempelkussen verdwenen was. Er zijn zeven keer sporen aangetroffen. Bij deze passage zijn de diersoorten ware muis en bruine rat waargenomen (tabel 3.5). Deze diersoorten behoren niet tot een soortklasse. Dit betekent dat de passage een totaalscore van 0 krijgt. Een muis is een doelsoort voor dit type faunapassage. Tabel 3.5: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage N397 (5), Bergeijk Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Ware muis Stempelkussen 4 Geen Ja Bruine rat Stempelkussen 7 Geen Nee Totaalscore 0 18

20 3.1.6 Faunapassage N613, Bergeijk De faunapassage N613 in Bergeijk is een faunatunnel. Bij deze passage zijn acht metingen gedaan, waarbij er zes keer sporen aangetroffen. Deze sporen zijn van de diersoorten vos, egel, ware muis, bruine rat en huiskat (tabel 3.6). De cameraval is opgehangen tijdens de vierde meting. Met de cameraval zijn de diersoorten muis en huiskat waargenomen. Eenmaal heeft de cameraval tussen twee metingen geen opnames gemaakt. Vossen en egels behoren tot soortklasse FFW1. Dit betekent dat de passage een totaalscore van 1 krijgt. Egels, vossen en muizen zijn doelsoorten voor dit type faunapassage. Tabel 3.6: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage N613, Bergeijk Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Vos Stempelkussen 1 FFW1 Ja Egel Stempelkussen 5 FFW1 Ja Ware muis Stempelkussen 3 Geen Ja Cameraval 1 (met cameraval) Bruine rat Stempelkussen 1 Geen Nee Huiskat Stempelkussen 1 Geen Nee Cameraval 1 (met cameraval) Totaalscore Faunapassage Burgemeester Aartslaan, Bergeijk De faunapassage Burgemeester Aartslaan in Bergeijk is een amfibieëntunnel. Bij deze passage zijn negen metingen gedaan, hiervan is vijfmaal data verloren gegaan, eenmaal omdat het papier van het stempelkussen was losgeraakt en omgeklapt op de stempel. Viermaal is er data verloren gegaan door werkzaamheden langs de weg waardoor er zand in de tunnel was gekomen. Er zijn geen diersoorten waargenomen (tabel 3.7). Dit betekent dat de passage een totaalscore van 0 krijgt. Tabel 3.7: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage Burgemeester Aartslaan, Bergeijk Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Geen Totaalscore Faunapassage Loverensedijk, Bergeijk De faunapassage Loverensedijk in Bergeijk is een kleine faunatunnel. Bij deze passage zijn tien metingen gedaan, waarbij er acht keer sporen zijn aangetroffen. Deze sporen zijn van de diersoorten steenmarter, ware muis en bruine rat (tabel 3.8). Steenmarters behoren tot soortklasse FFW2. Dit betekent dat de passage een totaalscore van 1 krijgt. Steenmarters en muizen zijn doelsoorten voor dit type passage. Tabel 3.8: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage Loverensedijk, Bergeijk Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Steenmarter Stempelkussen 1 FFW2 Ja Ware muis Stempelkussen 6 Geen Ja Bruine rat Stempelkussen 7 Geen Nee Totaalscore 1 19

21 3.1.9 Faunapassage Looërheideweg, Bergeijk De faunapassage Looërheideweg in Bergeijk is ingestort op 9 april Voor die tijd zijn er twee metingen gedaan en zijn er geen diersoorten waargenomen bij deze passage (tabel 3.9). Dit betekent dat de passage een totaalscore van 0 krijgt. Tabel 3.9: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage Looërheideweg, Bergeijk Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Geen Totaalscore Faunapassage N284 (1), Bladel De faunapassage N284 (1) in Bladel is een amfibieëntunnel. Bij deze passage zijn acht metingen gedaan, waarbij er zeven keer sporen zijn aangetroffen. Deze sporen zijn van de diersoorten bunzing, vos, egel, ware muis, bruine rat en huiskat (tabel 3.10). Bunzingen, vossen en egels behoren tot soortklasse FFW1. Dit betekent dat de passage een totaalscore van 2 krijgt. Bunzingen, vossen, egels en muizen zijn doelsoorten voor dit type passage. Tabel 3.10: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage N284 (1), Bladel Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Bunzing Stempelkussen 1 FFW1 Ja Vos Stempelkussen 1 FFW1 Ja Egel Stempelkussen 4 FFW1 Ja Ware muis Stempelkussen 6 Geen Ja Bruine rat Stempelkussen 2 Geen Nee Huiskat Stempelkussen 4 Geen Nee Totaalscore Faunapassage N284 (2), Bladel De faunapassage N613 in Bergeijk is een faunatunnel. Bij deze passage zijn acht metingen gedaan, waarbij er twee keer sporen zijn aangetroffen. Deze sporen zijn van de diersoorten steenmarter en huiskat (tabel 3.11). De cameraval is opgehangen tijdens de derde meting. Met de cameraval zijn de diersoorten steenmarter, muis en huiskat waargenomen. Steenmarters behoren tot soortklasse FFW2. Dit betekent dat de passage een totaalscore van 1 krijgt. Steenmarters en muizen zijn doelsoorten voor dit type faunapassage. Tabel 3.11: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage N284 (2), Bladel Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Steenmarter Stempelkussen 1 FFW2 Ja Cameraval 1 (met cameraval) Ware muis Cameraval 2 (met cameraval) Geen Ja Huiskat Stempelkussen 1 Geen Nee Cameraval 1 (met cameraval) Totaalscore 1 20

22 Faunapassage Castersedijk, Bladel De faunapassage Castersedijk in Bladel is een loopplank. Bij deze passage zijn tien metingen gedaan, waarbij er tien keer sporen zijn aangetroffen. Deze sporen zijn van de diersoorten woelrat, egel, bruine rat, ware muis en huiskat (tabel 3.12). Woelratten en egels behoren tot soortklasse FFW1. Dit betekent dat de passage een totaalscore van 1 krijgt. Egels en muizen zijn doelsoorten voor dit type faunapassage. Tabel 3.12: Waargenomen diersoorten en de bijbehorende score bij faunapassage Castersedijk, Bladel Waargenomen diersoort Methode Aantal waarnemingen Soortklasse Doelsoort Woelrat Stempelkussen 2 FFW1 Ja Egel Stempelkussen 2 FFW1 Ja Ware muis Stempelkussen 1 Geen Ja Bruine rat Stempelkussen 10 Geen Nee Huiskat Stempelkussen 1 Geen Nee Totaalscore Waardeoordeel per faunapassage Faunapassages N397 (2), N397 (3), Burgemeester Aartslaan en Looërheideweg hebben een totaalscore van 0 en krijgen het waardeoordeel geen oordeel (tabel 3.13). Tevens zijn hier geen doelsoorten waargenomen. Daarom zijn deze faunapassages niet effectief. Faunapassage N397 (5) heeft het waardeoordeel geen oordeel, echter is hier wel een doelsoort waargenomen, daarom is deze faunapassage wel effectief. Faunapassages met een totaalscore van 1 tot 3 krijgen het waardeoordeel matig gebruikt door beschermde soorten. Dit zijn de faunapassages N397 (1), N397 (4), N613, Loverensedijk, N284 (1), N284 (2) en Castersedijk (tabel 3.13). Daarom zijn deze faunapassages effectief. Tevens zijn er bij deze passages doelsoorten waargenomen. Tabel 3.13: Totaalscores en waardeoordelen van de gemonitorde faunapassages Faunapassage Totaalscore Waardeoordeel* Doelsoorten Effectief N397 (1) 1 Matig gebruikt door beschermde soorten Ja Ja N397 (2) 0 Geen oordeel Nee Nee N397 (3) 0 Geen oordeel Nee Nee N397 (4) 1 Matig gebruikt door beschermde soorten Ja Ja N397 (5) 0 Geen oordeel Ja Ja N613 1 Matig gebruikt door beschermde soorten Ja Ja Burgemeester Aartslaan 0 Geen oordeel Nee Nee Loverensedijk 1 Matig gebruikt door beschermde soorten Ja Ja Looërheideweg 0 Geen oordeel Nee Nee N284 (1) 2 Matig gebruikt door beschermde soorten Ja Ja N284 (2) 1 Matig gebruikt door beschermde soorten Ja Ja Castersedijk 1 Matig gebruikt door beschermde soorten Ja Ja * Verklaring totaalscore: 0 = Geen oordeel, 1-3 = Matig gebruikt door beschermde soorten, 4-6 = Veel gebruikt door beschermde soorten, 7-12 = Zeer veel gebruikt door beschermde soorten 21

23 3.3 Aantal waarnemingen per faunapassage Het totaal aantal keer dat er sporen aangetroffen zijn tijdens alle metingen is weergegeven in figuur 3.1. Per locatie en type tunnel is te zien met welke frequentie de dieren er gebruik van maken. Opvallend hierbij is de hogere mate van gebruik van loopplanken en de kleine faunatunnel, onafhankelijk van de positie. Het gebruik van dassentunnels is gemiddeld lager. Ook opvallend zijn de twee faunatunnels op dezelfde plek aan de N397, waarbij passage N397 (1) wel gebruikt wordt en passage N397 (2) niet. Figuur 3.1: Omgevingskaart met type en locatie van faunapassages. Het cijfer bij de passages staat voor het totaal aantal keer dat er sporen zijn aangetroffen. 22

24 H4. Discussie, conclusie en aanbevelingen 4.1 Algemeen Voor dit onderzoek was het belangrijk om te monitoren in de maanden maart en april vanwege de amfibieëntrek. Echter was er vertraging met de verstrekking van de vergunningen, voor het betreden van de faunapassages aan de provinciale wegen, waardoor eventuele sporen van amfibieën en andere diersoorten destijds zijn gemist. Nadat de stempelkussens zijn gemaakt, zijn deze direct in de faunapassages geplaatst. In de eerste weken waren er duidelijk minder sporen te zien ten opzichte van de rest van de weken gedurende het project. Dit kan duiden op een gewenningsperiode van de stempelkussens voor de diersoorten die gebruik maken van de faunapassages. Daarnaast bleven in de eerste paar weken de stempels niet lang genoeg vochtig. Dit is te wijten aan het probleem dat de houten planken, waar de stempels op bevestigd zijn, al de paraffineolie opnamen omdat de planken nog niet verzadigd waren. Nadat de houten planken zich eenmaal hadden verzadigd met paraffineolie was het probleem ook direct verholpen en bleven de stempels gemiddeld één week vochtig. Wat betreft de faunapassages waar niet met zekerheid een diersoort kon worden gedetermineerd, werd, indien mogelijk, een cameraval geplaatst. Bij faunapassage N284 (2) is een cameraval opgehangen. Eerder zijn hier loopsporen gevonden van een marterachtige, die aan de hand van alleen de sporen niet op soortnaam gebracht kon worden. Op de beelden van deze cameraval is een steenmarter aangetroffen. Hoogstwaarschijnlijk zijn de eerder aangetroffen loopsporen van een steenmarter. Uit deze meting bleek dat de steenmarter wel door de cameraval was opgenomen maar er diezelfde week geen sporen op het stempelkussen zijn aangetroffen. Hiermee wordt er gesteld dat het stempelkussen niet alle dieren meet die door de faunapassages heen lopen. Dit is ook gezien bij katten en muizen die wel door de cameraval zijn opgenomen, maar geen sporen hebben achtergelaten op het stempelkussen. Voor de cameravallen geldt dat deze er minstens één week moeten hangen tot de diersoorten er aan gewend zijn geraakt. Dit zou in de gewenningsperiode kunnen resulteren in het afschrikken van diersoorten waardoor zij minder of geen gebruik meer maken van de desbetreffende faunapassage (Wansink et al., 2013). De sporen van de muizen die gevonden zijn op de stempelkussens zijn moeilijk met zekerheid te determineren tot soortnaam. Hierdoor zijn alle muizensporen benoemd tot ware muis. Dit geldt ook voor de muizen die gevonden zijn op de camerabeelden. Het kan een vertekend beeld geven over de effectiviteit van de faunapassages. Wanneer er een muizensoort, die onder de Flora- en Faunawet valt, door de faunapassage gaat zou dit de score verhogen die de effectiviteit bepaald. Voor dit onderzoek was er de mogelijkheid om één dag per week te monitoren. Met deze reden waren stempelkussens in combinatie met cameravallen de juiste methode voor de monitoring van deze faunapassages. 4.2 Stempelkussens Tijdens het onderzoek zijn er verscheidene gebeurtenissen geweest wat een effect op de resultaten heeft gehad. Wat betreft de stempelkussens gaat het onder andere om het loskomen of omvouwen van het papier, wat resulteerde in een verlies van één meting met data. Dit is eenmaal gebeurd bij de faunapassages Burgemeester Aartslaan, Castersedijk, N397 (2) en zelfs tweemaal bij N397 (5). Verder is er bij de Burgemeester Aartslaan wederom vier metingen verloren gegaan door werkzaamheden langs de weg bij de faunapassage. Tot slot is er nogmaals één meting verloren gegaan bij N397 (2) te Eersel doordat het stempelkussen door menselijk toedoen uit de tunnel was gehaald. In de derde week van het onderzoek is er een stempelkussen verdwenen bij faunapassage N397 (5) te Bergeijk. Deze faunapassage bestaat uit twee loopplanken, waar aan beide kanten een stempelkussen was geplaatst. Eén van deze twee stempelkussens is wel blijven liggen maar het andere stempelkussen is nooit teruggevonden. Er is gekozen om deze niet te vervangen vanwege de extra kosten, met als gevolg dat er alleen sporen zijn waargenomen vanuit één kant van de faunapassage. 23

25 4.3 Faunapassages Wanneer er naar de tekortkomingen rondom de faunapassages wordt gekeken is de aanloop naar de faunapassages van belang. Hier zijn dan ook enkele knelpunten te benoemen. De rubberen matten die belangrijk zijn bij de begeleiding ontbraken in zijn geheel of in delen bij de faunapassages N397 (3), N397 (4), Burgermeester Aartslaan en de Castersedijk. Het ontbreken van deze matten heeft vooral een nadelig effect op de kleine diersoorten die op deze manier gemakkelijk door de omheining heen kunnen lopen (Ravon, z.d.). Bij de faunapassages Burgemeester Aartslaan en Loverensedijk waren ook enkele grote gaten in het hekwerk waardoor ook de grotere diersoorten een weg kunnen vinden door het hekwerk. Daarnaast is de aansluiting van de begeleiding op de faunapassage zelf van groot belang. Deze aansluiting was bij faunapassages N397 (4) en Castersedijk niet naar behoren (bijlage A). Tot slot ontbrak de omheining in zijn geheel bij faunapassage N397 (5) waardoor dieren vrijuit op de straat kunnen komen en niet direct naar de faunapassage worden geleid. Hierdoor is het mogelijk dat minder dieren gebruik hebben gemaakt van de faunapassage en er dus mogelijk sporen zijn misgelopen, omdat deze dieren de weg kunnen oversteken. Verder is er tijdens het veldwerk gebleken dat faunapassage N397 (3) en N397 (4) vol met water stonden. Dit kan ook verklaren waarom er geen sporen bij faunapassage N397 (3) en eenmaal sporen van een salamander bij faunapassage N397 (4) zijn aangetroffen. Uit de resultaten is gebleken dat de faunapassages N397 (2), N397 (3), Burgemeester Aartslaan en Looërheideweg niet effectief zijn verklaard. Vergelijkend met voorgaande discussiepunten is er te zien dat er vijf van de acht metingen met data verloren zijn gegaan in de faunapassage aan de Burgemeester Aartslaan, en twee van de acht metingen bij faunapassage N397 (2). Verder is op 9 april 2015 de faunapassage aan de Looërheideweg ingestort en vervolgens door de gemeente Bergeijk defect verklaard en verwijderd. Hierdoor konden niet meer dan twee metingen gedaan worden. Met dit gemis aan data van bovenstaande faunapassages kan er geen nauwkeurig beeld worden weergegeven over de effectiviteit van deze faunapassages. 4.4 Conclusie In tabel 3.13 is geconcludeerd dat de faunapassages N397 (1) te Eersel, N284 (2) te Bladel, N397 (4) te Bergeijk, N613 te Bergeijk, Loverensedijk te Bergeijk, Castersedijk te Bladel, N284 (1) te Bladel en N397 (5) te Bergeijk als effectief beschouwd worden. Er zijn hier namelijk sporen van doelsoorten en/of van de flora- en faunawet gevonden, zoals een vos, steenmarter en egel. De faunapassages Burgemeester Aartslaan te Bergeijk, N397 (2) te Eersel, N397 (3) te Bergeijk en Looërheideweg te Bergeijk hebben gedurende de monitoringsperiode geen sporen opgeleverd, maar kunnen door gemis aan data niet met zekerheid op effectiviteit worden beoordeeld. Opvallend is wel dat alle faunapassages die niet effectief zijn verklaard gebreken vertonen in het onderhoud. Op basis van dit onderzoek kan er voor 66,7 % van de gemonitorde faunapassages geconcludeerd worden dat ze, met een matig waardeoordeel en/of vanwege het gebruik van doelsoorten, effectief zijn verklaard. Het geeft dus aan dat de meerderheid van de faunapassages nuttig zijn voor de dieren in de Brabantse Kempen. Dit is bevorderend voor de ontsnippering in de gemeenten Bergeijk, Bladel en Eersel. 4.5 Aanbevelingen Om te zorgen dat het stempelkussen vanaf dag één naar behoren werkt is het verstandig om geïmpregneerd hout te gebruiken (Van der Sijde Hout B.V., z.d.). Hierdoor zal het hout zich niet eerst verzadigen met paraffineolie en is de stempel vanaf de eerste dag voldoende nat om voor goede sporen met inkt te zorgen. Verder wordt hiermee voorkomen dat de stempelkussens gaan vervormen en/of rotten waardoor de stempelkussens voor langere tijd te gebruiken zijn. Om er zeker van te zijn dat er zo min mogelijk paraffineolie van de stempel lekt, is het verstandig om het 24

26 stempelkussen geheel te omsluiten. Hierdoor wordt de stempel omringd door een opstaande rand en heeft de paraffineolie minder kans om buiten het stempelkussen te komen, waardoor de stempel langer nat blijft. Het is belangrijk dat de aanloop naar de faunapassages en onderhoud van de faunapassages naar behoren zijn (Ouden & Piepers, 2008; Ravon, z.d.). Zodra bovenstaande eigenschappen niet voldoen aan hun eisen, zullen de diersoorten niet optimaal of niet gebruik maken van de faunapassages. Faunapassages N397 (3), N397 (4), N397 (5), Burgemeester Aartslaan, Loverensedijk en Castersedijk voldoen niet aan deze eisen. Om te zorgen dat deze faunapassages optimaal gebruikt kunnen worden, is het essentieel om deze tekortkomingen te verhelpen. Hierbij is het verstandig om een onderhoudsplan op te stellen waarbij periodieke controles worden uitgevoerd zodat mogelijke gebreken snel worden gesignaleerd en kunnen worden verholpen. Om een breder en dus beter beeld te krijgen van de effectiviteit van de faunapassages is het verstandig om de monitoring door te zetten volgens de normen en methodiek van Monitoringsplan voor monitoring faunapassages in de Brabantse Kempen (Van Krieken et al., 2015b). Dit kan door bijvoorbeeld vrijwilligers of studenten in te zetten die het onderzoek willen overnemen. Hierdoor komt er meer data beschikbaar en kunnen faunapassages die nu niet effectief zijn verklaard misschien nog effectief verklaard worden. 25

27 Bronnenlijst Brandjes, G.J., Eekelen, R. van, Krijgsveld, K., Smit, G.F.J. (2002). Het gebruik van faunabuizen onder rijkswegen. Culemborg: Bureau Waardenburg BV Broek, J., Eijsackers, H., Straalen, N., Evenblij, M. (2012). Biodiversiteit meer dan alleen soorten. Den Haag: Bio-wetenschappen en maatschappij Cuperus, R., Fluit, N. van der, Udo de Haes, H.A., Canters, K.J., (1988). De kwetsbaarheid van natuur en landschap voor versnippering door verkeer en infrastructuur. Leiden: Centrum voor milieukunde Dixo, M., Metzger, J.P., Morgante, J.S., Zamudio K.R. (2009). Habitat fragmentation reduces genetic diversity and connectivity among toad populations in the Brazilian Atlantic Coastal Forest. Biological Conservation, 142: Haasnoot, R. (2013). Faunavoorzieningen: Functionaliteit, Effectiviteit en Toekomstig onderzoek. [MSc. Stagerapport]. Utrecht: Universiteit Utrecht Johansson M., Primmer, CR., Merila, J., (2007). Does habitat fragmentation reduce fitness and adaptibility? A case study of the common frog (Rana temporaria). Molecular Ecology, 16(13): Krieken, T. van, Mannee, J., Sanders, R. (2015a). Inventarisatierapport faunapassages Brabantse Kempen. s-hertogenbosch: HAS Hogeschool Krieken, T. van, Mannee, J., Sanders, R. (2015b). Monitoringsplan voor monitoring faunapassages in de Brabantse Kempen. s-hertogenbosch: HAS Hogeschool Lammers, G.W., Hinsberg, A. van, Loonen, W. Reijnen, M.J.S.M., Sanders, M.E. (2005). Optimalisatie Ecologische Hoofdstructuur. Bilthoven: Milieu- en Natuurplanbuerau Muizenpagina.nl. (z.d.). Rassen en soorten muizen. Geraadpleegd op 12 juni 2015, van Neveah. (2010). Faunapassages, versterking van de ruggengraat. Geraadpleegd op 6 maart 2015, van Opdam, P.F.M. (2002). Natuurbeleid, Biodiversiteit en EHS: doen we het wel goed? Wageningen: Alterra Ouden, J.B. den, Piepers, A.A.G. (2008). Richtlijnen voor inspectie en onderhoud van faunavoorzieningen bij wegen. Wageningen: Nieuwland Ravon. (z.d.). Eisen aan een amfibieëntunnel. Geraadpleegd op 9 mei 2015, van Regelink Ecologie & Landschap. (z.d.). Beschermde soorten door de Flora- en faunawet. Geraadpleegd op 1 mei 2015, van 26

28 Santen, H. van (2012). Dure dierenbruggen. NRC Handelsblad, Smit, G.F.J. (2007). Monitoring Faunapassages Noord-Brabant pilot Culemborg: Bureau Waardenburg BV Van der Sijde Hout B.V. (z.d.). Vragen over geïmpregneerd hout. Geraadpleegd op 11 juni 2015, van Wansink, D.E.H, Brandjes, G.J., Bekker, G.J., Eijkelenboom, M.J., Hengel, B., van den, Haan, M.W., de, Scholma, H. (2013). Leidraad Faunavoorzieningen bij Infrastructuur. Delft: Rijkswaterstaat 27

29 Bijlagen Bijlage A: Inventarisatietabellen Tabel A.1: Faunapassage N397 (1), gebaseerd op Van Krieken et al (2015a) Beheerder Provincie Noord-Brabant Gemeente Eersel Coördinaten X: Y: Bouwjaar - Gebied Faunatunnel parallel aan de Run vormt de verbinding tussen de oevers van de beek met bosgebied aan één kant en weiland aan de andere kant Aquatisch/ terrestrisch Terrestrisch Type passage Faunatunnel Begeleiding naar de faunapassage Goed, maar de begeleidende mat komt niet bij de tunnel uit Afmetingen totale passage (B x H x ~L) 100 x 96 x ± 1800 cm Afmetingen looppad (B x H x ~L) + afmeting ev. 47 cm opstaande rand Algemene conditie van het materiaal Goed Conditie van tunneldoorgang (blad etc.) Goed Mogelijkheid tot stempelkussen, inclusief Ja, 100 x 60 cm precieze afmetingen Mogelijkheid tot bevestiging cameraval, Ja inclusief bevestigingsmethode Bereikbaarheid voor monitoring Goed Overige opmerkingen - Figuur A.1: Faunapassage N397 (1) en omgeving (foto s: Annika Vermaat) 28

30 Tabel A.2: Faunapassage N397 (2), gebaseerd op Van Krieken et al (2015a) Beheerder Provincie Noord-Brabant Gemeente Eersel Coördinaten X: Y: Bouwjaar - Gebied Faunatunnel parallel aan de Run vormt de verbinding tussen de oevers van de beek met bosgebied aan één kant en weiland aan de andere kant Aquatisch/ terrestrisch Terrestrisch Type passage Faunatunnel Begeleiding naar de faunapassage Goed, maar de begeleidende mat komt niet bij de tunnel uit Afmetingen totale passage (B x H x ~L) 100 x 87 x ±1800 cm Afmetingen looppad (B x H x ~L) + afmeting ev. 76,5 cm opstaande rand Algemene conditie van het materiaal Goed Conditie van tunneldoorgang (blad etc.) Goed Mogelijkheid tot stempelkussen, inclusief Ja, 100 x 60 cm precieze afmetingen Mogelijkheid tot bevestiging cameraval, Ja inclusief bevestigingsmethode Bereikbaarheid voor monitoring Goed Overige opmerkingen - Figuur A.2: Faunapassage N397 (2) en omgeving (foto s: Annika Vermaat) 29

31 Tabel A.3: Faunapassage N397 (3), gebaseerd op Van Krieken et al (2015a) Beheerder Provincie Noord-Brabant Gemeente Bergeijk Coördinaten X: Y: Bouwjaar - Gebied De kleine faunatunnel vormt een verbinding op de rand van twee bosgebieden Aquatisch/ terrestrisch Terrestrisch Type passage Dassentunnel Begeleiding naar de faunapassage Goed, maar de rubberen mat ontbreekt Afmetingen totale passage (B x H x ~L) 40 x 35 x ±2000 cm Afmetingen looppad (B x H x ~L) + afmeting ev. 31 cm opstaande rand Algemene conditie van het materiaal Goed Conditie van tunneldoorgang (blad etc.) Goed Mogelijkheid tot stempelkussen, inclusief Ja, 100 x 30 cm precieze afmetingen Mogelijkheid tot bevestiging cameraval, Nee inclusief bevestigingsmethode Bereikbaarheid voor monitoring Goed Overige opmerkingen Het gaas is grof. Figuur A.3: Faunapassage N397 (3) en omgeving (foto s: Annika Vermaat) 30

Monitoringsplan voor monitoring faunapassages in de Brabantse Kempen

Monitoringsplan voor monitoring faunapassages in de Brabantse Kempen 2015 Monitoringsplan voor monitoring faunapassages in de Brabantse Kempen Tobias van Krieken 1 Joeri Mannee Rik Sanders HAS Hogeschool s Hertogenbosch Huis van De Brabantse Kempen 5 februari 2015 Foto:

Nadere informatie

Inventarisatierapport faunapassages Brabantse Kempen

Inventarisatierapport faunapassages Brabantse Kempen 2015 Inventarisatierapport faunapassages Brabantse Kempen Krieken, Tobias van Mannee, Joeri Sanders, Rik HAS Hogeschool, s-hertogenbosch 5-2-2015 INHOUD 1. Inleiding... 3 2. Materiaal & Methode - Inventarisatie

Nadere informatie

Aantal faunapassages bij rijkswegen en provinciale wegen, 2012

Aantal faunapassages bij rijkswegen en provinciale wegen, 2012 Aantal faunapassages bij rijkswegen en provinciale wegen, 2012 Indicator 8 november 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Monitoring Faunapassages Noord-Brabant pilot 2006

Monitoring Faunapassages Noord-Brabant pilot 2006 Monitoring Faunapassages Noord-Brabant pilot 2006 Monitoring van het gebruik van 47 faunapassages onder provinciale wegen G.F.J. Smit Monitoring Faunapassages Noord-Brabant pilot 2006 Monitoring van het

Nadere informatie

Amfibieën op loopstroken onder rijkswegen

Amfibieën op loopstroken onder rijkswegen 1 Amfibieën op loopstroken onder rijkswegen Jeroen Brandjes, Geesje Veenbaas & Gerard Smit Een faunapassage is een bouwkundige constructie die is aangelegd om passage van dieren over of onder een (spoor)weg

Nadere informatie

FAUNAMONITORING IN DE PROVINCIE ZEELAND Provincie Zeeland & Rijkswaterstaat Zee en Delta 1 FEBRUARI 2019

FAUNAMONITORING IN DE PROVINCIE ZEELAND Provincie Zeeland & Rijkswaterstaat Zee en Delta 1 FEBRUARI 2019 FAUNAMONITORING IN DE PROVINCIE ZEELAND Provincie Zeeland & Rijkswaterstaat Zee en Delta 1 FEBRUARI 2019 Contactpersoon BAS VAN DEN DRIES Arcadis Nederland B.V. Postbus 264 6800 AG Arnhem Nederland 2 van

Nadere informatie

Rapport monitoring gebruik faunapassages

Rapport monitoring gebruik faunapassages www.rijkswaterstaat.nl Bijlage(n) Rapport monitoring gebruik faunapassages De Wiericke, Karitaatmolensloot, Rietveldsche wetering en Hoogeveensche vaart Pagina 1 van 48 Pagina 2 van 48 Rapport monitoring

Nadere informatie

Advies over ontsnipperingsmaatregelen

Advies over ontsnipperingsmaatregelen Advies over ontsnipperingsmaatregelen in Laakdal Adviesnummer: INBO.A.3531 Datum advisering: 1 februari 2017 Auteur(s): Contact: Joris Everaert Niko Boone (niko.boone@inbo.be) Kenmerk aanvraag: e-mail

Nadere informatie

Het gebruik door dieren van faunapassages bij de Elfenbaan.

Het gebruik door dieren van faunapassages bij de Elfenbaan. Het gebruik door dieren van faunapassages bij de Elfenbaan. N11, Traject Alphen a/d Rijn Zoeterwoude-Rijndijk R. van Eekelen Het gebruik door dieren van faunapassages bij De Elfenbaan. N11, Traject Alphen

Nadere informatie

Quickscan. Een. Projectnummer 018. Opdrachtgever. Opdrachtnemer. Scholtenhagenweg 10

Quickscan. Een. Projectnummer 018. Opdrachtgever. Opdrachtnemer. Scholtenhagenweg 10 Quickscan natuuronderzoek ivm bestemmingsplan en ontwikkelingen Bellersweg 13 Hengelo Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Haaksbergen 9 juli 2013 Rapportnummer 0128 Projectnummer 018 Opdrachtgever

Nadere informatie

Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen

Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Haaksbergen 21 Mei 2014 Rapportnummer 031 Projectnummer 012 opdrachtgever Fam. Ten Dam Kolenbranderweg

Nadere informatie

Barrières en versnippering van de Ecologische Hoofdstructuur,

Barrières en versnippering van de Ecologische Hoofdstructuur, Barrières en versnippering van de Ecologische Hoofdstructuur, 2005-2011 Indicator 16 april 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede

Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Enschede 2 December 2010 Rapportnummer 0123 Projectnummer

Nadere informatie

Monitoring gebruik faunapassages Rijkswaterstaat Utrecht

Monitoring gebruik faunapassages Rijkswaterstaat Utrecht Monitoring gebruik faunapassages Rijkswaterstaat Utrecht Onderzoek op 13 locaties langs rijkswegen A12, A27 en A28 G.J. Brandjes F. van Vliet Monitoring gebruik faunapassages Rijkswaterstaat Utrecht Onderzoek

Nadere informatie

Faunapassages. met gegolfd staal

Faunapassages. met gegolfd staal Faunapassages met gegolfd staal Gegolfd Staal,de verbindende factor! In de loop van de twintigste eeuw is onze natuur sterk versnipperd door o.a. de aanleg en een steeds intensiever gebruik van de auto-,

Nadere informatie

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons) Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk 14-16 (KuiperCompagnons) NATUUR Kader De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze soortgroepen

Nadere informatie

Notitie flora en fauna

Notitie flora en fauna Notitie flora en fauna Titel/locatie Projectnummer: 6306 Datum: 11-6-2013 Opgesteld: Rosalie Heins Gemeente Baarn is voornemens om op de locatie van de huidige gemeentewerf een nieuwe brede school ontwikkelen.

Nadere informatie

Ontsnipperende maatregelen bij infrastructuur, 2016

Ontsnipperende maatregelen bij infrastructuur, 2016 Indicator 4 oktober 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Eind 2016 was circa 60% van de

Nadere informatie

Ontsnipperende maatregelen bij infrastructuur, 2017

Ontsnipperende maatregelen bij infrastructuur, 2017 Indicator 4 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Eind 2017 waren er in totaal

Nadere informatie

Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter

Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter Ff-onderzoek Wierdenseweg, Enter Datum: 19-9-2013 Opgesteld door: Vincent de Lenne Projectnummer: 6444 Aanleiding en doel Binnen het plangebied (zie bijlage 1) wordt

Nadere informatie

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt CONCEPT Omgevingsdienst Regio Utrecht juli 2012 kenmerk/ opgesteld door beoordeeld door Ronald Jansen Dagmar Storm INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding...

Nadere informatie

Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde.

Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde. Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde. Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde. Status Definitief Datum 7 april 2015 Handtekening Matthijs

Nadere informatie

Het Brabantse natuurbeleid onder de loep Bijstelling noodzakelijk?

Het Brabantse natuurbeleid onder de loep Bijstelling noodzakelijk? Het Brabantse natuurbeleid onder de loep Bijstelling noodzakelijk? Conclusie Er zijn veel ontwikkelingen in het natuurbeleid sinds 2010 Er zijn aanpassingen doorgevoerd of noodzakelijk Natuurbeleid in

Nadere informatie

Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van Leiden BV

Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van Leiden BV Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van Leiden BV. 121653-558229 Colofon Titel: Ecologische quickscan Haarlemmerstraat, Leiden Projectnummer: 12009 Datum: 13-08-2012 Auteur(s): R.W.

Nadere informatie

Monitoring wildwaarschuwingssysteem. 2012 in Overijssel

Monitoring wildwaarschuwingssysteem. 2012 in Overijssel Monitoring wildwaarschuwingssysteem 2012 in Overijssel Opdrachtgever: Projectleiding: Onderzoeksperiode: Onderzoekslocaties: Veldwerk: Auteurs: Datum: Provincie Overijssel, Bert Dijkstra en Marc Wilborts

Nadere informatie

Quick scan ecologie Jan Vermeerstraat te Rucphen

Quick scan ecologie Jan Vermeerstraat te Rucphen Quick scan ecologie Jan Vermeerstraat te Rucphen Quick scan ecologie Jan Vermeerstraat te Rucphen Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen T. Ursinus Scanopy 12.144 concept november 2012 foto omslag Els

Nadere informatie

Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg

Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg Nieuwsbrief Versie: oktober 2014 Inhoud 1. Inleiding 2. Zoogdieren 3. Herpetofauna 4. Vlinders 5. Overig 6. Colofon Wat dragen de ecoducten bij de Zwaluwenberg bij aan

Nadere informatie

Oktober Quick scan ecologie terrein naast Sloterweg 1121

Oktober Quick scan ecologie terrein naast Sloterweg 1121 Oktober 2015 Quick scan ecologie terrein naast Sloterweg 1121 Quick scan ecologie terrein naast Sloterweg 1121 Auteur Opdrachtgever Foto omslag Pien Brouwer, certificaathouder zorgvuldig handelen Flora-

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (PvdD) (d.d. 18 april 2017) Nummer 3288

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (PvdD) (d.d. 18 april 2017) Nummer 3288 van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PvdD) (d.d. 18 april 2017) Nummer 3288 Onderwerp Provinciale vrijstellingen overige diersoorten Wet Natuurbescherming Aan de leden van Provinciale

Nadere informatie

AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON

AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON juni 2007 In

Nadere informatie

Monitoring Natuurverbinding Hoorneboeg & Zwaluwenberg

Monitoring Natuurverbinding Hoorneboeg & Zwaluwenberg Monitoring Natuurverbinding Hoorneboeg & Zwaluwenberg Versie: december 2016 Uitwerpsel van de boommarter die voornamelijk uit lijsterbessen bestaan Inhoud 1. Inleiding 2. BBC interview 3. Natuurbrug Hoorneboeg

Nadere informatie

Notitie. 1 Aanleiding

Notitie. 1 Aanleiding Aan Bart van Eck Onderwerp Advies over natuurwetgeving bij de inrichtingsplannen voor de waterberging de Ronde Hoep 1 Aanleiding De polder de Ronde Hoep is aangewezen voor calamiteitenberging in de deelstroomgebiedsvisie

Nadere informatie

Quick scan ecologie. Mientweg 5 & 29 te Lutjewinkel

Quick scan ecologie. Mientweg 5 & 29 te Lutjewinkel Quick scan ecologie Mientweg 5 & 29 te Lutjewinkel Samenvatting Inhoud H 01 Aanleiding Voor de Mientweg 5 en Mientweg 29 te Lutjewinkel wordt een ruimtelijke ontwikkeling voorbereidt. Het gaat om de ontwikkeling

Nadere informatie

Notitie. Quickscan natuuronderzoek. Parallelweg 9 in Neede. In het kader van de Flora- en faunawet. oktober rapportnr: 13477

Notitie. Quickscan natuuronderzoek. Parallelweg 9 in Neede. In het kader van de Flora- en faunawet. oktober rapportnr: 13477 Notitie Quickscan natuuronderzoek Parallelweg 9 in Neede In het kader van de Flora- en faunawet Dit rapport is gedrukt op 100% FSC-papier oktober rapportnr: 13477 In opdracht van: Gemeente Berkelland Postbus

Nadere informatie

Aanleiding van het onderzoek Wat is een quickscan

Aanleiding van het onderzoek Wat is een quickscan Correspondentie gegevens Projectgegevens Datum : 26 oktober 2015 Projectlocatie : Lindelaan 2b, Dordrecht Opgesteld door : Ing. P. Otte Betreft : FF- wet Quickscan Projectnummer : 1554 Contactpersonen

Nadere informatie

Notitie Flora- en faunaonderzoek Apeldoorn

Notitie Flora- en faunaonderzoek Apeldoorn Notitie Flora- en faunaonderzoek Apeldoorn Elburgweg 59, Apeldoorn Datum: 21-10-2013 Opgesteld door: Vincent de Lenne Projectnummer: P3959 Aanleiding en doel Aan de Elburgweg te Apeldoorn worden twee kippenschuren

Nadere informatie

NEM Meetnet Bunzing & Boommarter jaar 3 (=2018)

NEM Meetnet Bunzing & Boommarter jaar 3 (=2018) NEM Meetnet Bunzing & Boommarter jaar 3 (=2018) 13:30 uur Planning 2018; incl. toewijzen lege atlasblokken Sil Westra & Dick Bekker Foto: Erik Korsten Introductie Boommarter, spectaculaire uitbreiding

Nadere informatie

Quick scan ecologie. terrein hoek Bladstraat Bogtmanweg Tuitjenhorn. 21 februari 2018

Quick scan ecologie. terrein hoek Bladstraat Bogtmanweg Tuitjenhorn. 21 februari 2018 Quick scan ecologie terrein hoek Bladstraat Bogtmanweg Tuitjenhorn 21 februari 2018 1 Quick scan ecologie terrein hoek Bladstraat Bogtmanweg te Tuitjenhorn Auteur Opdrachtgever Foto omslag Philippine Brouwer-Stam,

Nadere informatie

~J 'J ~_; JJj_;1 -~-L'._j_f J~-- _;J (j) VJ ~_;J~ N l'- O"l. !'- co. (V) O"l

~J 'J ~_; JJj_;1 -~-L'._j_f J~-- _;J (j) VJ ~_;J~ N l'- Ol. !'- co. (V) Ol ~J 'J ~_; JJj_;1 -~-L'._j_f J~-- _;J (j) VJ ~_;J~ (V) O"l 0 st N l'- O"l co!'- co 1 i ~-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

FAUNAVOORZIENINGEN: Functionaliteit, Effectiviteit en Toekomstig onderzoek

FAUNAVOORZIENINGEN: Functionaliteit, Effectiviteit en Toekomstig onderzoek FAUNAVOORZIENINGEN: Functionaliteit, Effectiviteit en Toekomstig onderzoek Opdrachtgever: Rijkswaterstaat Dienst Water, Verkeer en de Leefomgeving (WVL), voor 01-04-2013 Dienst Verkeer en Scheepsvaart

Nadere informatie

Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele

Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele Butersdijk nabij nummer 21, Lettele Datum: 12-3-2014 Opgesteld door: Vincent de Lenne Projectnummer: 6546 Aanleiding en doel Aan de Butersdijk, nabij

Nadere informatie

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw,

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw, Bureauonderzoek ecologie, wijzigingsplan IJsseldijk-West Ecologie Bij de voorbereiding van een ruimtelijk plan dient onderzocht te worden of de Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet 1998 en het

Nadere informatie

QUICK SCAN FLORA EN FAUNA. Heilleweg 21 te Sluis

QUICK SCAN FLORA EN FAUNA. Heilleweg 21 te Sluis QUICK SCAN FLORA EN FAUNA Heilleweg 21 te Sluis 1 QUICK SCAN FLORA EN FAUNA Heilleweg 21 te Sluis Opdrachtgever: A.C. Dingemans Heilleweg 21 4524 KL Sluis Opgesteld door: ZLTO Advies Cereshof 4 4463 XH

Nadere informatie

Memo: Datum: 13 april Quickscan ecologische waarden (Flora en faunawet en EHS) sloop BMV Hoensbroek

Memo: Datum: 13 april Quickscan ecologische waarden (Flora en faunawet en EHS) sloop BMV Hoensbroek Memo: Datum: 13 april 2015 Quickscan ecologische waarden (Flora en faunawet en EHS) sloop BMV Hoensbroek Opdrachtgever: Vandewall Planologisch Advies BV Sint Maartenslaan 26 6221 AX Maastricht Opgesteld

Nadere informatie

ACTUALISEREND ONDERZOEK FLORA- EN FAUNAWET KREKENBUURT TE ELST

ACTUALISEREND ONDERZOEK FLORA- EN FAUNAWET KREKENBUURT TE ELST ACTUALISEREND ONDERZOEK FLORA- EN FAUNAWET KREKENBUURT TE ELST ACTUALISEREND ONDERZOEK FLORA- EN FAUNAWET KREKENBUURT TE ELST november 2009 In opdracht van: GEM Westeraam Elst CV Postbus 83 6660 AB ELST

Nadere informatie

Rapportage: Eric Verkaik Veldwerk: Elmar Prins. Quickscan. Spankerenseweg 20 Dieren

Rapportage: Eric Verkaik Veldwerk: Elmar Prins. Quickscan. Spankerenseweg 20 Dieren Rapportage: Eric Verkaik Veldwerk: Elmar Prins Quickscan Spankerenseweg 20 Dieren februari 2011 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 2 Gegevens plangebied... 2 3 Methode... 3 4 Resultaten... 3 4.1 Bureaustudie...

Nadere informatie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie 1 NATUUR 1.1 Natuurwetgeving & Planologie De bescherming van de natuur is in Nederland vastgelegd in respectievelijk de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Deze wetten vormen een uitwerking

Nadere informatie

Quickscan Flora- en Faunawet Nieuwbouw Doorninkweg 6. Verkennend onderzoek naar beschermde natuurwaarden ten behoeve van ruimtelijke ontwikkelingen

Quickscan Flora- en Faunawet Nieuwbouw Doorninkweg 6. Verkennend onderzoek naar beschermde natuurwaarden ten behoeve van ruimtelijke ontwikkelingen Quickscan Flora- en Faunawet Nieuwbouw Doorninkweg 6 Verkennend onderzoek naar beschermde natuurwaarden ten behoeve van ruimtelijke ontwikkelingen Quickscan Flora- en Faunawet Nieuwbouw Doorninkweg 6 Verkennend

Nadere informatie

Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg

Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg Nieuwsbrief Versie: januari 2015 Ringslang bij het Wasmeer Inhoud 1. Inleiding 2. Zoogdieren 3. Herpetofauna 4. Erosie 5. Internationaal 6. Colofon Wat dragen de ecoducten

Nadere informatie

P a r a g r a a f e c o l o g i e N i e u w b o u w w o n i n g S c h a p e n d r i f t t e N o r g

P a r a g r a a f e c o l o g i e N i e u w b o u w w o n i n g S c h a p e n d r i f t t e N o r g P a r a g r a a f e c o l o g i e N i e u w b o u w w o n i n g S c h a p e n d r i f t t e N o r g X.X Eco lo gi e KADER Om de uitvoerbaarheid van het plan te toetsen, is een inventarisatie van natuurwaarden

Nadere informatie

Faunaonderzoek met de fotoval op 11 kerkterreinen van de Stichting Oude Groninger Kerken

Faunaonderzoek met de fotoval op 11 kerkterreinen van de Stichting Oude Groninger Kerken Faunaonderzoek met de fotoval op 11 kerkterreinen van de Stichting Oude Groninger Kerken Albert-Erik de Winter Oktober 2012 Dankwoord Dank gaat uit naar de Stichting Oude Groninger Kerken voor toestemming

Nadere informatie

Notitie Flora en faunawet bestemmingsplan Centrum Best; Locatie ten noorden van begraafplaats

Notitie Flora en faunawet bestemmingsplan Centrum Best; Locatie ten noorden van begraafplaats Ecologica BV Rondven 22 6026 PX Maarheeze 0495-46 20 70 0495-46 20 79 info@ecologica.eu www.ecologica.eu Gemeente Best T.a.v. dhr. P. van den Broek Raadhuisplein 1 Postbus 50 5680 AB Best Datum: 2 april

Nadere informatie

Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten

Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag P.J.H. van der Linden N. Hemmers Bureau Buitenweg 13.128 - definitief

Nadere informatie

Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug

Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag P.J.H. van der Linden N. Hemmers Bureau Buitenweg 13.143

Nadere informatie

Jaarverslag Zoogdieren onderzoek Hobokense Polder 2016 Bert Mertens

Jaarverslag Zoogdieren onderzoek Hobokense Polder 2016 Bert Mertens Jaarverslag Zoogdieren onderzoek Hobokense Polder 2016 Bert Mertens Reegeit met 2 jongen 2017 is al gestart en de temperaturen lopen al langzaam op. Tijd voor een terugblik op 2016 voor onze zoogdieren.

Nadere informatie

Toets flora en fauna Herinrichting locatie Spreeuwenstraat 11 te Nijmegen

Toets flora en fauna Herinrichting locatie Spreeuwenstraat 11 te Nijmegen Toets flora en fauna Herinrichting locatie Spreeuwenstraat 11 te Nijmegen Datum : 27 maart 2014 Projectnummer : 13-0255 Opdrachtgever : Bureau Verkuylen Inleiding Aanleiding In verband met de voorgenomen

Nadere informatie

Onderzoek flora en fauna Landschapspark Susteren

Onderzoek flora en fauna Landschapspark Susteren Onderzoek flora en fauna Landschapspark Susteren Monitoring faunapassages en inventarisatie ecologische zones bij de N297 G.J. Brandjes F. van Vliet G. Hoefsloot Onderzoek flora en fauna Landschapspark

Nadere informatie

voorontwerpbestemmingsplan Landgoed Pijnenburg

voorontwerpbestemmingsplan Landgoed Pijnenburg voorontwerpbestemmingsplan Landgoed Pijnenburg Geacht college, Tijdens de raadsvergadering van december heeft de raad unaniem besloten de besluitvorming over het voorontwerpbestemmingsplan Landgoed Pijnenburg

Nadere informatie

Dassen onderweg. Jaap Mulder & Nico Jonker. Provincie Noord-Holland Rijkswaterstaat Prorail - Grontmij Bureau Mulder-natuurlijk

Dassen onderweg. Jaap Mulder & Nico Jonker. Provincie Noord-Holland Rijkswaterstaat Prorail - Grontmij Bureau Mulder-natuurlijk Dassen onderweg Jaap Mulder & Nico Jonker NRC: Dure dierenbruggen De wildviaducten verspreiden zich als een olievlek over Nederland. Maar of herten, vlinders en hagedissen er iets mee opschieten wordt

Nadere informatie

Natuuronderzoek Pauwhof in Zwaanshoek

Natuuronderzoek Pauwhof in Zwaanshoek Natuuronderzoek 2017-2018 Pauwhof in Zwaanshoek Opdrachtgever: Vink + Veenman Groot Eco Advies 2018-054 Concept 21-08-2018 Definitief 22-08-2018 2 Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 Methode en veldbezoeken

Nadere informatie

Ervaringen met verkeersslachtoffertellingen G.F.J. Smit, A.J.M. Meijer Bureau Waardenburg bv

Ervaringen met verkeersslachtoffertellingen G.F.J. Smit, A.J.M. Meijer Bureau Waardenburg bv Ervaringen met verkeersslachtoffertellingen G.F.J. Smit, A.J.M. Meijer Bureau Waardenburg bv Inleiding Jaarlijks worden vele dieren in ons land slachtoffer van het verkeer. Het aantal slachtoffers onder

Nadere informatie

mmmm:?-:- B \ D O C (bibliotheek en documentatie) 89 2001 (2) Dienst Weg-en Waterbouwkunde Postbus 5044, 2600 GA DELFT Tol.

mmmm:?-:- B \ D O C (bibliotheek en documentatie) 89 2001 (2) Dienst Weg-en Waterbouwkunde Postbus 5044, 2600 GA DELFT Tol. mmmm:?-:- B \ D O C (bibliotheek en documentatie) Dienst Weg-en Waterbouwkunde Postbus 5044, 2600 GA DELFT Tol. 015-2518 363/364 89 2001 (2) loof Cx) 1. Rapportnummer DWW-2002-155 2. Serienummer 3. Ontvanger

Nadere informatie

DE N333: GROOT KNELPUNT IN DE NATUURVERBINDING TUSSEN DE WEERRIBBEN - DE WIEDEN

DE N333: GROOT KNELPUNT IN DE NATUURVERBINDING TUSSEN DE WEERRIBBEN - DE WIEDEN DE N333: GROOT KNELPUNT IN DE NATUURVERBINDING TUSSEN DE WEERRIBBEN - DE WIEDEN Het moerascomplex van De Weerribben en De Wieden behoort tot de belangrijkste laagveenmoerasgebieden van Europa. Tussen deze

Nadere informatie

asbest bodem ecologie

asbest bodem ecologie asbest bodem ecologie De heer Spronck Datum 25 april 2013 Onderwerp Onderzoek aanwezigheid das groenstrook nabij Withuis 16A te Eijsden In verband met de aanstaande uitbreiding van een kantooraccommodatie,

Nadere informatie

Memo oplegnotitie natuurtoets Gesterkoog pagina 2/

Memo oplegnotitie natuurtoets Gesterkoog pagina 2/ Memo oplegnotitie natuurtoets Gesterkoog pagina 2/6 Afbeelding 2. Impressie plangebied met mogelijk te kappen bomen. 1.2 Wijzigingen toetsingskader Het project wordt uitgevoerd in 2017. Op 1 januari 2017

Nadere informatie

Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer:

Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer: Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Vergunning Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998 Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer: 2016-600903 Kenmerk: 2016/86141 d.d. 3

Nadere informatie

Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân

Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân Inhoud 1. Doel van de notitie 2. Vigerend beleid ree in Fryslân 3. Wettelijke status ree 4. Schade, overlast en risico s 5. Wettelijk kader bescherming

Nadere informatie

Onderzoek Waterspitsmuis fietspad Groningen-Winsum

Onderzoek Waterspitsmuis fietspad Groningen-Winsum Onderzoek Waterspitsmuis fietspad Groningen-Winsum Datum 7 november 2016 Auteur Ing. M.W. Bokje In opdracht van Provincie Groningen, Mevr. U. Nauta Projectnummer P16078 1 Aanleiding en vraagstelling Tussen

Nadere informatie

De weg eist zijn tol: 10 jaar verkeersslachtoffers op de Nijmeegsebaan in Groesbeek

De weg eist zijn tol: 10 jaar verkeersslachtoffers op de Nijmeegsebaan in Groesbeek De weg eist zijn tol: 10 jaar verkeersslachtoffers op de Nijmeegsebaan in Groesbeek Kees Schreven NOU-congres, De Hoeve van Nunspeet, 7-9 januari 017 Mac Gillavry D. 1930. De Levende Natuur 3: 10. Mac

Nadere informatie

Surveillance Muntjak Goirle

Surveillance Muntjak Goirle Surveillance Muntjak Goirle Onderzoek naar het voorkomen van de muntjak (Muntiacus reevesi) in Park Boschkens in Goirle R.M. Koelman Januari 2014 Rapport van de Zoogdiervereniging In opdracht van de Nederlandse

Nadere informatie

Kastanjelaanschool te Leiderdorp

Kastanjelaanschool te Leiderdorp Kastanjelaanschool te Leiderdorp Onderzoek naar het gebruik van een gebouw door vleermuizen als winterverblijfplaats V. Nederpel J. Groot M. van Straaten 2010 Opdrachtgever Gemeente Leiderdorp Van der

Nadere informatie

Briefrapport. aanleiding en methode. SAB Arnhem B.V. datum: 30 januari betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1

Briefrapport. aanleiding en methode. SAB Arnhem B.V. datum: 30 januari betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1 Briefrapport van: ons kenmerk: SAB Arnhem B.V. KUEN/80685 datum: 30 januari 2009 betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1 aanleiding en methode Aan de Bloksteegweg 1, te Borne (gemeente Borne)

Nadere informatie

Nieuwe bedrijfslocaties

Nieuwe bedrijfslocaties E c o l o g i s c h e i n v e n t a r i s a t i e Om de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan Midwolda-Nieuwlandseweg Arts/Rulo te toetsen, is een ecologische inventarisatie uitgevoerd. Tevens is gekeken

Nadere informatie

Een vegetatieopname maken 6 Een flora-inventarisatie uitvoeren 9 Een natuurtoets uitvoeren 11

Een vegetatieopname maken 6 Een flora-inventarisatie uitvoeren 9 Een natuurtoets uitvoeren 11 Inhoudsopgave 2inhoudsopgave A B C G Oriëntatie s Oriënteren op het onderzoeken van flora en fauna 4 Werkwijzer Een vegetatieopname maken 6 Een flora-inventarisatie uitvoeren 9 Een natuurtoets uitvoeren

Nadere informatie

Bijlage 6: Oplegnotitie bij bijlage 5 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch, Buro Bakker, 2011

Bijlage 6: Oplegnotitie bij bijlage 5 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch, Buro Bakker, 2011 Bijlage 6: Oplegnotitie bij bijlage 5 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch, Buro Bakker, 2011 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch

Nadere informatie

Groengebied Amstelland AB 16-04-2009 Agendapunt 8 Ecologische verbinding Holendrechter- en Bullewijkerpolder BIJLAGE 2: NOTA VAN UITGANGSPUNTEN

Groengebied Amstelland AB 16-04-2009 Agendapunt 8 Ecologische verbinding Holendrechter- en Bullewijkerpolder BIJLAGE 2: NOTA VAN UITGANGSPUNTEN Groengebied Amstelland AB 16-04-2009 Agendapunt 8 Ecologische verbinding Holendrechter- en Bullewijkerpolder BIJLAGE 2: NOTA VAN UITGANGSPUNTEN De Holendrechter- en Bullewijkerpolder als ontbrekende schakel

Nadere informatie

Monitoring Natuurverbinding Hoorneboeg & Zwaluwenberg

Monitoring Natuurverbinding Hoorneboeg & Zwaluwenberg Monitoring Natuurverbinding Hoorneboeg & Zwaluwenberg Versie: september 2017 Kale rode bosmier foeragerend op nectar van wilgbloesem Inhoud 1. Inleiding 2. Bosmieronderzoek 3. Vegetatie 4. Herpetofauna

Nadere informatie

Txt L.,t6bS. Monitoring gebruik faunapassages Rijkswaterstaat Utrecht. Bureau Waardenburg bv Adviseurs voor ecojoge & miheu

Txt L.,t6bS. Monitoring gebruik faunapassages Rijkswaterstaat Utrecht. Bureau Waardenburg bv Adviseurs voor ecojoge & miheu Txt L.,t6bS Monitoring gebruik faunapassages Rijkswaterstaat Utrecht Onderzoek op 19 locaties langs rijkswegen A2, Al2, A27 en A28 F. van Vliet G.J. Brandjes Bureau Waardenburg bv Adviseurs voor ecojoge

Nadere informatie

Notitie Ontwikkeling TBT en aanwezigheid van de das

Notitie Ontwikkeling TBT en aanwezigheid van de das Notitie Ontwikkeling TBT en aanwezigheid van de das Vliegveld Twente, Enschede Projectnummer: 6629 Datum: 21-2-2017 Opgesteld: Gerard Lubbers Inleiding De gebiedsregisseur Area Development Twente (ADT)

Nadere informatie

5 Relatie tussen het voorkomen van de bosmuis en de rosse woelmuis en de structuur en breedte van de verbinding

5 Relatie tussen het voorkomen van de bosmuis en de rosse woelmuis en de structuur en breedte van de verbinding 5 Relatie tussen het voorkomen van de bosmuis en de rosse woelmuis en de structuur en breedte van de verbinding 5.1 Inleiding Vanuit de praktijk komen veel vragen over de optimale breedte en structuur

Nadere informatie

Quickscan natuuronderzoek Dwarsdijk

Quickscan natuuronderzoek Dwarsdijk Quickscan natuuronderzoek Dwarsdijk Een inventarisatie van beschermde Zelhem flora en fauna Zelhem, februari 2007 Rapportnummer 0712 Projectnummer 756 opdrachtgever VanWestreenen Adviseurs Varsseveldseweg

Nadere informatie

Onderzoek naar het voorkomen van grote bosmuis bij Ter Apel 2014

Onderzoek naar het voorkomen van grote bosmuis bij Ter Apel 2014 Onderzoek naar het voorkomen van grote bosmuis bij Ter Apel 2014 D.L. Bekker Augustus 2014 Rapport van het Bureau van de Zoogdiervereniging In opdracht van Antea Group Onderzoek naar het voorkomen van

Nadere informatie

Notitie quickscan Flora en fauna

Notitie quickscan Flora en fauna Notitie quickscan Flora en fauna Prins Bernardstraat 2, Oldenzaal Projectnummer: 8399 Datum: 5-9-2017 Opgesteld: V. de Lenne Inleiding De initiatiefnemer is voornemens de woning aan de Prins Bernhardstraat

Nadere informatie

-Rooien van het aanwezige sierplantsoen en enkele acacia s en zomereiken. -Transportbewegingen van mensen en voertuigen en aanvoer van materieel

-Rooien van het aanwezige sierplantsoen en enkele acacia s en zomereiken. -Transportbewegingen van mensen en voertuigen en aanvoer van materieel Zwolle, 25 oktober Henk Hunneman Natuuronderzoek pompstation Wageningen Aanleiding Vitens is voornemens om op de locatie van productiebedrijf Wageningen het huidige drinkwaterreservoir te vervangen door

Nadere informatie

Aanvullend natuuronderzoek TATA. tbv tijdelijke natuur

Aanvullend natuuronderzoek TATA. tbv tijdelijke natuur Aanvullend natuuronderzoek TATA tbv tijdelijke natuur 2017 Aanvullend natuuronderzoek TATA tbv tijdelijke natuur C. van den Tempel & V. Ronde 2017 Projectleider Afdeling Opdrachtgever Financiering Foto

Nadere informatie

Validatie. faunaonderzoek. Rapportnummer: WRO125-FF-Def01. Kragten, 6 oktober 2016, Herten.

Validatie. faunaonderzoek. Rapportnummer: WRO125-FF-Def01. Kragten, 6 oktober 2016, Herten. Toelichting Betreft Ons kenmerk Herinrichting Kanjel en Gelei Actualiserend veldbezoek flora en fauna WRO125 Datum 18 april 2018 Opsteller R. Janssen Verificatie C. Teheux Validatie G. van Hulzen Waterschap

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verantwoording Titel : Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Subtitel : Projectnummer : Referentienummer : Revisie : C1 Datum : 30-10-2012 Auteur(s) :

Nadere informatie

Genetische diversiteit in kleine populaties

Genetische diversiteit in kleine populaties Genetische diversiteit in kleine populaties Problemen, oplossingen en het nut van monitoring Arjen de Groot Team Dierecologie, Alterra WUR Ecologie in de praktijk 21 maart 2013, Eindhoven Inhoud 1) Het

Nadere informatie

Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182

Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182 Notitie Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182 Betreft Actualisatie locatieonderzoek natuurwaarden 1 Aanleiding In 2007 is door Grontmij het Locatieonderzoek natuurwaarden Projectlocatiegebied

Nadere informatie

... EcoGroen Advies BV Emmastraat 16 8011 AG Zwolle

... EcoGroen Advies BV Emmastraat 16 8011 AG Zwolle Colofon. Titel: Monitoren en inspectie kleine faunatunnels A73 Gelderland 2013-2014 Subtitel: Onderzoek naar het functioneren van vijf kleine faunatunnels onder de A73 tussen km 95 en 98,2 Projectcode:

Nadere informatie

Monitoring natuurverbinding Hoorneboeg, Laarderhoogt en Zwaluwenberg

Monitoring natuurverbinding Hoorneboeg, Laarderhoogt en Zwaluwenberg Monitoring natuurverbinding Hoorneboeg, Laarderhoogt en Zwaluwenberg Versie: januari 2019 Impressie van de noordelijke toeloop van natuurbrug Laarderhoogt. Inhoud 1. Droogte 2. Vroege vogels 3. Mierenonderzoek

Nadere informatie

Eindrapport VELDONDERZOEK KLEINE MARTERS IN DE ZWAAIKOM TE OOSTERHOUT

Eindrapport VELDONDERZOEK KLEINE MARTERS IN DE ZWAAIKOM TE OOSTERHOUT Eindrapport VELDONDERZOEK KLEINE MARTERS IN DE ZWAAIKOM TE OOSTERHOUT Eindrapport VELDONDERZOEK KLEINE MARTERS IN DE ZWAAIKOM TE OOSTERHOUT rapportnr. 2017.2494 juni 2017 In opdracht van: Gemeente Oosterhout

Nadere informatie

Notitie. Referentienummer Datum Kenmerk november Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk

Notitie. Referentienummer Datum Kenmerk november Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 254564 13 november 2014 254564 Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk 1 Aanleiding en doel De ontwikkelingsmaatschappij Ruimte voor

Nadere informatie

Notitie quickscan flora en fauna Wilgenweg 10, Groot- Ammers

Notitie quickscan flora en fauna Wilgenweg 10, Groot- Ammers Notitie quickscan flora en fauna Wilgenweg 10, Groot- Ammers Aan: S. Baardwijk (Sjaak Baardwijk Hoveniersbedrijf ) Van: Kopie: L. Boon (Ecoresult) B. Verhoeven (Ecoresult) Datum: 15 oktober 2014 Versie:

Nadere informatie

Koninklijke Hoogheid, meneer Van Vollenhoven, dames en heren, We hebben vandaag samen iets te vieren. Goed dat u er allemaal bent.

Koninklijke Hoogheid, meneer Van Vollenhoven, dames en heren, We hebben vandaag samen iets te vieren. Goed dat u er allemaal bent. Speech van de minister van Infrastructuur en Milieu, Melanie Schultz van Haegen, opening ecoduct Hoog Buurlo over de A1, Kroondomein Het Loo, maandag 5 september 2011 Koninklijke Hoogheid, meneer Van Vollenhoven,

Nadere informatie

Bron: Goois Natuurreservaat Natuurbrug Zanderij Crailoo: verbinding voor mens en dier

Bron: Goois Natuurreservaat Natuurbrug Zanderij Crailoo: verbinding voor mens en dier uit de wetenschap Bron: Goois Natuurreservaat Natuurbrug Zanderij Crailoo: verbinding voor mens en dier In 2006 is Natuurbrug Zanderij Crailoo feestelijk door de koningin geopend. Met een lengte van achthonderd

Nadere informatie

Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november Soortenbescherming

Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november Soortenbescherming Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november 2009 Soortenbescherming De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze

Nadere informatie

Quick scan ecologie Schagerbrug - woningbouw

Quick scan ecologie Schagerbrug - woningbouw Quick scan ecologie Schagerbrug - woningbouw Quick scan ecologie Schagerbrug - woningbouw Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag T. Ursinus 12.010 januari 2012 Grasland behorende bij het

Nadere informatie

Meldpunt Vossenschade: een overzicht voor 2012

Meldpunt Vossenschade: een overzicht voor 2012 Pagina 1 van 5 Meldpunt Vossenschade: een overzicht voor 2012 Inleiding Sinds 2007 beschikt de over een meldpunt Vossenschade. Om dit meldpunt meer bekendheid te geven voor heel Vlaanderen werd in januari

Nadere informatie