Kaart 5: Voorzieningen Wmo Achtergrondinformatie voor patiënten

Transcriptie

1 Kaart 5: Voorzieningen Wmo Achtergrondinformatie voor patiënten Onderscheid gesprek en beoordeling De Nederlandse gemeenten ontwikkelen een nieuwe manier van werken binnen de Wmo. Deze bestaat uit twee stappen. De eerste stap is het in gesprek met u verkennen van uw persoonlijke situatie. Dit noemen de gemeenten Het Gesprek. Hieruit volgt mogelijk de tweede stap: het beoordelen van een aanvraag voor ondersteuning met gemeentelijke voorzieningen. Deze nieuwe aanpak kan betekenen dat de formele aanvraagprocedure voor een bepaalde voorziening naar achteren wordt geschoven. De start van het contact tussen u en de gemeente is dan niet meteen de vraag om een specifieke voorziening (bv. scootmobiel), maar het gegeven dat u bijvoorbeeld problemen ondervindt met boodschappen doen. In gesprek met u kijkt de gemeente dan eerst naar alle mogelijke oplossingen voordat voor de vraag naar een specifieke voorziening aan bod komt. Mochten uw persoonlijke situatie en de mogelijke oplossingen al verkend zijn en achten u en/of de gemeente een brede verkenning niet nodig, dan kan natuurlijk meteen de aanvraag van een specifieke voorziening starten. Het Gesprek Het doel van het Gesprek is het vaststellen van uw ondersteuningsbehoefte met het oog op een of meer te bereiken resultaten en de oplossingen die daarbij passen, inclusief uw eigen mogelijkheden. Van het Gesprek is een verslag het resultaat. De functie van het Gesprek en van het verslag zijn helder: het is ook de voorbereiding op een mogelijke formele aanvraag. Uit het verslag blijkt welke ondersteuningsmogelijkheden, eventueel in de vorm van voorzieningen, nodig en beschikbaar zijn. Onderwerpen die onder meer in het gesprek aan de orde komen: 1. Problemen bij zelfredzaamheid en participatie Waar loopt u tegen aan als het gaat om: a. Het voeren van uw huishouden? b. Het zich verplaatsen in en om de woning? c. Het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel? d. Het ontmoeten van mensen en het deelnemen aan sociale activiteiten? Wat gaat niet meer, en wat nog wel? Waar liggen de behoeftes en waarom? 2. Ervaren beperking, chronisch psychisch of psychosociaal probleem Wat is de oorzaak van de door u ervaren problemen met zelfredzaamheid en participatie? Is dat uw ziekte van Parkinson of een parkinsonisme? Zijn er

2 andere oorzaken? Zijn deze oorzaken al medisch vastgesteld of moet dat in een latere fase gebeuren? 3. Te bereiken resultaat a. U kunt wonen in een schoon en leefbaar huis b. U kunt wonen in een voor u of het gezin geschikte woning c. U kunt beschikken over goederen voor primaire levensbehoeften d. U kunt beschikken over schone, draagbare en doelmatige kleding e. U kunt thuis zorgen voor gezonde kinderen die tot het gezin behoren f. U kunt zich verplaatsen in, om en nabij het huis g. U kunt zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel h. U heeft de mogelijkheid om contacten te hebben met medemensen en deel te nemen aan recreatieve, maatschappelijke of religieuze activiteiten 4. Oplossingsmogelijkheden: a. Inzet eigen kracht en mobiliseren/ inzet eigen netwerk b. Wettelijk voorliggende voorzieningen (voorbeelden zijn de kinderopvang, de financiële steun op grond van de Wet werk en bijstand, de hulpmiddelen van de zorgverzekering, de zorg uit de Algemene wet bijzondere ziektekostenverzekering (AWBZ), de huur- en zorgtoeslag) c. Algemeen gebruikelijke voorzieningen d. Collectieve of algemene voorzieningen e. Individuele voorzieningen 5. Het arrangement De te realiseren (combinatie van) oplossingen. Het gaat hier om (een mix van) de bij onderdeel vier genoemde oplossingsmogelijkheden. Voor zover daar individuele voorzieningen bij aan de orde zijn, kan de gemeentelijke vertegenwoordiger aangeven of de aanvraag daarvoor direct gedaan kan worden of dat u daarvoor bij een andere gemeentelijke medewerker moet zijn. Voor een verdere toelichting op onder meer deze stappen verwijzen wij u naar de brochure Het Gesprek die is gemaakt voor de gezamenlijke gemeenten. Aanvraag individuele voorziening Wmo Wanneer u voor een individuele voorziening in aanmerking komt, kunt u deze op verschillende manieren van de gemeente ontvangen: In natura: de gemeente regelt voor u de hulp bij het huishouden of een voorziening; Als persoonsgebonden budget (pgb): u ontvangt een geldbedrag om zelf hulp bij het huishouden of een voorziening in te kopen.

3 Zelf regelen Werken met een pgb is zelf keuzes maken en beslissen wat u nodig heeft. Voordelen van het zelf regelen zijn dat u: niet afhankelijk bent van het bestaande aanbod maar meer keuzemogelijkheden heeft en zelfstandiger bent. de ondersteuning regelt op een manier die aansluit bij uw situatie en wensen. beslist welke leverancier of hulpverlener u inschakelt. overlegt over service en kwaliteit. opdrachtgever en klant bent. Het zelf regelen van uw ondersteuning houdt in dat u zelf: zoekt naar het juiste hulpmiddel of iemand die u helpt met uw huishouden. rekening houdt met de door uw gemeente meegegeven vereisten voor het hulpmiddel of de hulp. het hulpmiddel aanschaft of werkafspraken maakt met uw hulp. een contract afsluit met leveranciers of een overeenkomst opstelt met uw hulp. de kwaliteit bewaakt van de geleverde diensten. uw administratie voert zoals: - het uitbetalen van uw hulp of leverancier; - het verantwoorden van het uitgegeven budget aan uw gemeente. Is het Pgb iets voor u? Heeft u belangstelling voor het pgb, maar vraagt u zich af of het pgb wel geschikt is voor u? Door onderstaande vier vragen te beantwoorden, kunt u snel inschatten of een pgb bij u past. Als u alle vragen met JA kunt beantwoorden, sluit het pgb waarschijnlijk goed aan bij uw wensen en situatie. 1. Wil ik zelf beslissen welke ondersteuning bij mij past? 2. Vind ik het prettig zelf werkafspraken met mijn hulp te maken (werktijden en soort activiteiten) of specifieke wensen van een voorziening te kunnen vaststellen? 3. Ben ik in staat zelf hulp te vinden of zelf een voorziening te regelen, of ken ik iemand die mij daarbij kan helpen? 4. Ben ik in staat mijn pgb te beheren, te verantwoorden en afspraken te maken met mijn hulp of leverancier?

4 De verschillen nog eens op een rij Natura Pgb De gemeente regelt uw hulpmiddel of uw hulp bij het huishouden. U kiest en regelt zelf (binnen de gestelde eisen) uw hulpmiddel of persoon die u komt helpen bij het huishouden. De gemeente kiest een aanbieder die uw hulpmiddel levert. De gemeente geeft u de keuze van een aantal zorgaanbieders die de hulp bij het huishouden aan u kunnen leveren. U kiest zelf uw hulpmiddel en/of beslist zelf door wie, wanneer en waar de hulp bij het huishouden geleverd wordt, zodat dit aansluit bij uw wensen. De gemeente zorgt voor de administratieve afhandeling. U doet zelf de inkoop en uitbetaling, en houdt hiervan een administratie bij, zodat u aan de gemeente kunt laten zien hoe u uw budget heeft besteed. Persoonsgebonden budget (pgb) Wilt u meer weten over het persoonsgebonden budget binnen de Wmo? Budgethoudersvereniging Per Saldo biedt geïnteresseerden en houders van een pgb informatie en ondersteuning. Kijk op de website van Per Saldo ( Daar staat ook specifieke informatie over het pgb Wmo.

5 Contactinformatie: Per Saldo Churchillaan DD Utrecht Ook heeft Per Saldo samen met het Ministerie van VWS en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten een handreiking PgbWijzer Wmo voor gemeenten opgesteld voor de uitwerking van het pgb binnen de Wmo.