Eindrapport. De crisis tussen mens en dier. Evaluatie bestrijding AI-crisis

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Eindrapport. De crisis tussen mens en dier. Evaluatie bestrijding AI-crisis"

Transcriptie

1 Eindrapport De crisis tussen mens en dier Evaluatie bestrijding AI-crisis

2 EINDRAPPORT DE CRISIS TUSSEN MENS EN DIER EVALUATIE BESTRIJDING AI-CRISIS Utrecht, maart 2004 Marja den Boer Lars Canté Annelies Dekker Bibilotte Duyvesteyn Henk Geveke Ruurd Jansen Michiel Kort Ronald van der Mark 26437

3 DE CRISIS TUSSEN MENS EN DIER EVALUATIE BESTRIJDING AI-CRISIS INHOUD Blz. 1. INLEIDING AANLEIDING DOEL EN ONDERZOEKSVRAGEN ONDERZOEKSAANPAK ONDERZOEKSKADER OPBOUW VAN HET RAPPORT DE VOGELPESTCRISIS OP HOOFDLIJNEN BESCHRIJVING VAN DE BELANGRIJKSTE GEBEURTENISSEN KENGETALLEN AI-CRISIS GEOGRAFISCH VERLOOP AI-CRISIS KOSTEN AI-CRISIS JURIDISCHE, VETERINAIRE EN MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT TEN TIJDE VAN DE UITBRAAK VAN VOGELPEST JURIDISCHE CONTEXT: WET- EN REGELGEVING (INTER)NATIONAAL VETERINAIRE CONTEXT MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT PLUIMVEESECTOR IN BEELD HOBBYDIERHOUDERS IN BEELD ANALYSE EN BEOORDELING DE VOORBEREIDING OP DE VOGELPESTCRISIS HAND- EN DRAAIBOEKEN OEFENING EN OPLEIDING CRISISORGANISATIE OP PAPIER BEMENSING EN MATERIËLE TOERUSTING ANALYSE EN BEOORDELING DE AANPAK VAN DE CRISIS INLEIDING SIGNALERING SCREENING, TRACERING, MONITORING BEPALING EN UITVOERING RUIMINGSTRATEGIE AI TAXATIE EN OPKOOP OVERIGE BESTRIJDINGSMAATREGELEN MESTPROBLEMATIEK... 93

4 5.8 DE HANDHAVING VAN DE MAATREGELEN AANPAK MET BETREKKING TOT DE VOLKSGEZONDHEID DE HERBEVOLKING DE AFBOUWFASE VAN DE CRISIS DE MAATSCHAPPELIJKE, SOCIAAL-PSYCHOLOGISCHE EN ECONOMISCHE EFFECTEN VAN DE AI-CRISIS ANALYSE EN BEOORDELING DE AANPAK VAN DE CRISIS TEN AANZIEN VAN HOBBYDIEREN EN DIERENTUINEN DE VOORBEREIDING BEPALEN RUIMINGSSTRATEGIE UITVOEREN RUIMINGSSTRATEGIE UITVOEREN RUIMINGEN BIJ HOBBYDIERHOUDERS TAXATIE HANDHAVING HERBEVOLKING DIERENTUINEN MAATSCHAPPELIJKE EFFECTEN ANALYSE EN BEOORDELING HET FUNCTIONEREN VAN DE CRISISORGANISATIE HET FUNCTIONEREN VAN DE CRISISORGANISATIE VAN LNV SAMENWERKING MET ANDERE OVERHEDEN ANALYSE EN BEOORDELING INFORMATIEVOORZIENING INLEIDING INFORMATIEVOORZIENING TUSSEN DE VERSCHILLENDE NIVEAUS VAN DE CRISISORGANISATIE INFORMATIEVOORZEINIG NAAR ANDERE OVERHEDEN INFORMATIEVOORZIENING NAAR DE SECTOR INFORMATIEVOORZIENING NAAR DE MAATSCHAPPIJ INFORMATIEVOORZIENING NAAR DE TWEEDE KAMER INFORMATIEVOORZIENING NAAR DE EU INFORMATIEVOORZIENING NAAR BUURLANDEN ANALYSE EN BEOORDELING INFORMATIEVOORZIENING CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN DE VOORBEREIDING DE AANPAK INFORMATIEVOORZIENING AANBEVELINGEN Bijlagen

5 1. INLEIDING 1.1 AANLEIDING Op 28 februari 2003 leidt een onderzoek naar een verhoogde uitval van leghennen bij een pluimveebedrijf in de Gelderse Vallei tot een ernstige verdenking van klassieke vogelpest. Nader onderzoek bevestigt dat beeld. Op zaterdag 1 maart wordt duidelijk dat voor het eerst sinds 1926 in Nederland sprake is van klassieke vogelpest of aviaire influenza (AI). Het is het begin van een zeer omvangrijke crisis die op 22 augustus formeel ten einde is, als het laatste toezichtsgebied van de Gelderse Vallei wordt vrijgegeven. In totaal zijn er dan ongeveer 30 miljoen dieren geruimd. In het overleg met de Tweede Kamer heeft de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) aan de Tweede Kamer toegezegd, de aanpak van de AI-crisis te laten evalueren en het eindrapport van deze evaluatie aan de Tweede Kamer te sturen. Daarbij is aangegeven dat het onderzoek begin november 2003 van start zal gaan en dat het eindrapport in maart 2004 zal worden opgeleverd. Ook is aangegeven dat de evaluatie door een onafhankelijk onderzoeksbureau dient te worden uitgevoerd en niet door het Ministerie van LNV zelf. Na een openbare aanbestedingsprocedure heeft Berenschot opdracht gekregen de evaluatie uit te voeren. In dit rapport vindt u de resultaten van het onderzoek. 1.2 DOEL EN ONDERZOEKSVRAGEN De evaluatie heeft als doel: Inzicht te verschaffen in de aanpak en het verloop van de AI-crisis. Aan de hand van de resultaten van de evaluatie eindverantwoording af te leggen aan de Tweede Kamer over de gehanteerde aanpak. Aan de hand van de resultaten leerpunten op te stellen ter verwerking in de opzet en werking van de crisisorganisatie van LNV en direct bij de bestrijding betrokken overheidsinstanties. De evaluatie geeft conform het bestek van LNV (d.d. 28 juli 2003) antwoord op de volgende onderzoeksvragen: a. Hoe was de overheid (naast LNV en RVV ook de andere betrokken departementen, provincies en gemeenten) voorbereid op een uitbraak van AI? Organisatie: veterinair complex, signaleringssysteem, bekwaamheid, materiële toerusting. Beleid: handboeken, draaiboeken, strategie, scenario's. Context: politieke en maatschappelijke realiteit, Europese- en nationale juridische omgeving, veterinair-technische omgeving. Welke leerpunten blijken uit de evaluatie met betrekking tot de crisisvoorbereiding?

6 b. Hoe is de uitbraak van AI aangepakt? Wat is gebeurd met de eerste signalen omtrent AI? In hoeverre heeft het feit dat AI zich al zo lang niet meer had gemanifesteerd een rol gespeeld bij de voorbereiding en de aanpak ervan? Hoe is de bestrijding en de handhaving georganiseerd? Heeft de organisatie adequaat gehandeld? Werden specifieke ervaringen tijdens de bestrijding omgezet in leereffecten? Wat was de doelmatigheid en de effectiviteit van de gekozen bestrijdingsstrategie en de daarmee samenhangende communicatie en besluitvorming? Welke leerpunten blijken uit de evaluatie met betrekking tot de crisisaanpak? c. Hoe is de informatievoorziening verlopen? Tussen de verschillende niveaus binnen de totale crisisorganisatie? Tussen de betrokken overheden onderling? Naar de sector? Naar de maatschappij? Naar de Tweede Kamer, provincies en gemeenten? Naar Europese Commissie? Naar de buurlanden? Welke leerpunten blijken uit de evaluatie met betrekking tot de informatievoorziening? Bijzondere aandacht is besteed aan: De eerste dagen van de uitbraak en daaropvolgende opschalingsmomenten. De relatie tussen de centrale en de regionale crisisorganisaties. De relatie tussen LNV als besturend orgaan met de andere overheden (BZK, VWS, de Belastingdienst, SZW, provincies en gemeenten), onder meer de afstemming, samenwerking en informatievoorziening met de overheden zoals vertegenwoordigd in het Interdepartementaal Beleids Team (IBT). De relatie tussen Nederland als AI-bestrijder en de EU in het algemeen en de buurlanden in het bijzonder. De wijze waarop door de crisisorganisatie omgegaan is met de aspecten vaccinatie, volksgezondheid, hobbydieren, openbare orde en veiligheid, opsporing en handhaving en communicatie op verschillende niveaus tot en met de uitvoering

7 1.3 ONDERZOEKSAANPAK Om de onderzoekvragen te beantwoorden, hebben wij de volgende activiteiten verricht. Interviews Wij hebben tientallen interviews gehouden met vertegenwoordigers van betrokken overheidsorganisaties (LNV, andere departementen, gemeenten, buurlanden, Europese Unie), koepelorganisaties in de pluimveesector, hobbydierhouders, wetenschappers en overige betrokkenen zoals dierenartsen. Wij hebben de geïnterviewden onder meer gevraagd naar feitelijke gebeurtenissen, eigen bijdragen aan het proces, de voorbereiding en de informatievoorziening. Ook vroegen wij naar oordelen over de aanpak van de crisis, met in het bijzonder de rol van LNV daarbij. In bijlage 2 is een overzicht opgenomen van onze gesprekspartners. Documentenstudie In de afgelopen maanden bestudeerden wij vele documenten: (inter)nationale wet- en regelgeving, beleidsnota s, brieven aan de Tweede Kamer, hand- en draaiboeken, protocollen, regelingen, persberichten, berichtgeving in de media, nieuwsbrieven, mededelingen, eerdere evaluatieonderzoeken en (deel)onderzoeken met betrekking tot de bestrijding. Tevens heeft het Ministerie van LNV ons inzage gegeven in alle vertrouwelijke documenten, zoals de verslagen van de crisisstaf. Een lijst met de door ons bestudeerde documenten treft u aan in bijlage 5. Enquête Tevens is onder een groot aantal betrokkenen schriftelijk een enquête afgenomen. In de vragenlijst is om een mening gevraagd over het optreden van de (rijks)overheid ter bestrijding van de AI-crisis. Onderwerpen die aan de orde kwamen, betroffen onder meer de feitelijke gang van zaken, de informatievoorziening, de beleving van de crisis en de nazorg. De volgende doelgroepen zijn bevraagd: Bedrijven die (preventief) zijn geruimd. Bedrijven in de sector die niet zijn geruimd. Hobbydierhouders bij wie het pluimvee is geruimd. Gemeenten. De vragenlijsten verschilden per doelgroep. In bijlage 3 treft u een steekproefverantwoording en de respons van de enquêtes aan. Groepsbijeenkomsten De uitkomsten van de enquête hebben wij besproken in een aantal groepsinterviews met pluimveehouders, hobbydierhouders en vertegenwoordigers van getroffen gemeenten. In deze groepsinterviews zijn wij op zoek gegaan naar kwalitatieve verklaringen voor opvallende en anderszins interessante kwantitatieve uitkomsten van de enquête, interviews en de deskresearch

8 In bijlage 2 zijn tevens de personen opgenomen die aan de groepsgesprekken hebben deelgenomen. Met de individuele gesprekken en groepsgesprekken hebben wij in totaal ongeveer 120 mensen gesproken over de aanpak van de AI-crisis. 1.4 ONDERZOEKSKADER In deze paragraaf presenteren wij ons onderzoekskader, dat als richtlijn diende door het beantwoorden van de onderzoeksvragen (zie figuur 1.1). Context Beschrijving en analyse Onderzoeksvragen Voorbereiding organisatie, beleid, context Beoordeling Conclusies (Inter)nationale wet- en regelgeving Beleid Hand- en draaiboeken Aanpak eerste signalen, lang niet voorgekomen, bestrijding, handhaving, doelmatigheid, communicatie, besluitvorming Informatievoorziening en crisisorganisatie tussen niveaus, tussen overheden, tussen andere relevante actoren Context en feitelijke situatie Verschillen en verklaringen Conclusies en Leerpunten Figuur 1.1 Onderzoekskader evaluatie aanpak AI-crisis. In de beschrijving en analyse onderscheiden we de context van de situatie zoals die in de praktijk is opgetreden. Deze context bestaat onder andere uit de (inter)nationale wet- en regelgeving, beleidsbesluiten en opgestelde hand- en draaiboeken. De feitelijke gang van zaken beoordelen wij in het licht van de context. We stellen de feitelijke situatie ook in het licht van onbedoelde en onvoorziene situaties ten tijde van de crisis. Wij vormen ons een oordeel over de balans tussen de juiste preparatie en de organisatorische veerkracht en het menselijk improvisatietalent dat nodig is om met de dynamiek van de crisis om te gaan. Op basis van de beoordeling formuleerden wij tot slot conclusies en leerpunten. 1.5 OPBOUW VAN HET RAPPORT De opbouw van het rapport is als volgt: In hoofdstuk 2 beschrijven wij de vogelpestcrisis op hoofdlijnen, de belangrijkste kengetallen en het geografische verloop ervan. In hoofdstuk 3 beschrijven we de juridische, veterinaire en maatschappelijke context ten tijde van de uitbraak van AI

9 In hoofdstuk 4 beschrijven wij de voorbereiding op de AI-crisis. In hoofdstuk 5 wordt een beschrijving gegeven van de verschillende stappen in de aanpak van de crisis, van signalering tot en met de afbouwfase. In dit hoofdstuk wordt ook de aanpak ten aanzien van volksgezondheid behandeld en komen de maatschappelijke effecten van de crisis aan de orde. In hoofdstuk 6 beschrijven wij de aanpak van de crisis ten aanzien van hobbydieren en dierentuinen. In hoofdstuk 7 komt de het functioneren van de crisisorganisatie aan de orde. In hoofdstuk 8 komt de informatievoorziening aan bod. In hoofdstuk 9 formuleren wij tot slot de conclusies en leerpunten van dit onderzoek

10 2. DE VOGELPESTCRISIS OP HOOFDLIJNEN In dit hoofdstuk beschrijven wij op hoofdlijnen de vogelpestcrisis. Allereerst beschrijven we de belangrijkste gebeurtenissen in de tijd (paragraaf 2.1). Vervolgens presenteren wij enkele kengetallen (paragraaf 2.2). Daarnaast beschrijven we kort het geografische verloop van de crisis (paragraaf 2.3). Het hoofdstuk sluit af met een paragraaf over de kosten (2.4). 2.1 BESCHRIJVING VAN DE BELANGRIJKSTE GEBEURTENISSEN Bij de beschrijving van de belangrijkste gebeurtenissen worden verschillende fasen aangehouden: de normale fase, aandachtsfase, crisisfase en afbouwfase. In de normale fase is er geen sprake van een (acute) crisis; het betreft min of meer de uitgangssituatie. In de aandachtsfase heeft een melding plaatsgevonden van een verdenking van AI in Nederland. De crisisfase gaat in wanneer er AI in Nederland wordt geconstateerd. Deze fase loopt door tot het sein wordt gegeven dat de ziekte is uitgeroeid. In de afbouwfase wordt de crisisorganisatie opgeheven, vindt evaluatie plaats en is er de financiële afwikkeling met de Europese Commissie Normale en aandachtsfase: tot en met 28 februari 2003 De vogelpest is niet nieuw in Europa. In 1926 komt de ziekte voor het eerst voor in Nederland. In de decennia daarna doet de ziekte Engeland, Schotland, Duitsland en Italië aan. In 1999 krijgt Italië te kampen met een zeer grote uitbraak van vogelpest. In Lombardije en Veneto verliezen bijna alle bedrijven hun dieren. Zo n 17 miljoen kippen, kalkoenen en parelhoenders sterven of worden afgemaakt. Als reactie op deze uitbraak in Italië, adviseert het Wetenschappelijk Comité voor Dierengezondheid en Dierenwelzijn van de Europese Commissie om de laagpathogene vorm van vogelpest te bestrijden. Nederland start een adhoc-monitoringsprogramma. Uit de resultaten van dit programma blijkt dat de vogelpest niet in Nederland voorkomt. Nederland krijgt wel te maken met de uitbraak van andere dierziekten, zoals onder meer varkenspest (1997) en mond- en klauwzeer (2001). Op 10 oktober 2002 breekt de vogelpest opnieuw uit in Italië in de regio's Veneto en Lombardije. Het gaat hier om de variant H7N3, waarvan de pathogeniteit laag is. Op zaterdag 22 februari wordt bij een pluimveebedrijf in de Gelderse Vallei een verminderde voer- en wateropname geconstateerd bij leghennen. Deze zet de volgende dag door en wordt gevolgd door verhoogde uitval. Op maandag 24 februari wordt diagnostisch onderzoek gestart door de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD). Later in die week wordt ook duidelijk dat hetzelfde probleem zich op meerdere bedrijven in de buurt voordoet. Het onderzoek leidt uiteindelijk tot een ernstige verdenking van klassieke vogelpest die de GD op 28 februari bij het Centraal Meldpunt Dierziekten aanmeldt. Dit is het begin van de aandachtsfase. Specialisten van de VWA/RVV bezoeken de bedrijven en zenden monsters naar het CIDC-Lelystad, het nationaal referentie-instituut voor aviaire influenza. Medewerkers van het CIDC-Lelystad verrichten in de nacht van vrijdag 28 februari op zaterdag 1 maart sectie. Het sectiebeeld dat eerder al op de GD is gerapporteerd, wordt daarbij in grote lijnen bevestigd. Op zaterdag wordt duidelijk dat in Nederland voor het eerst sinds 1926 sprake is van klassieke vogelpest of aviaire influenza. Op zondag 2 maart wordt duidelijk dat het gaat om een H7N7-type

11 2.1.2 Crisisfase: 28 februari - 22 augustus Februari en maart Nadat de VWA/RVV op vrijdag 28 februari constateert dat bij enkele bedrijven een zeer hoog sterftecijfer onder het pluimvee heerst, heeft de dienst die avond intensief contact met het departement. In de nacht van vrijdag op zaterdag wordt vanaf uur een vervoersverbod ingesteld in het gebied rondom de betrokken bedrijven. In de dagen daarna volgen nog vele andere maatregelen. Zo wordt op zaterdag 1 maart in de Gelderse Vallei een gebied van circa 10 km rond de betrokken bedrijven vastgesteld, waarbinnen vervoersbeperkingen gelden voor pluimvee, pluimveemest en eieren. Ook wordt voor heel Nederland een verzamelverbod vastgesteld en is het verboden pluimvee en broedeieren buiten Nederland te brengen. De AID ziet met hulp van de politie toe op naleving van de regelgeving. De VWA/RVV start met de screening van bedrijven in een straal van 3 km rond de besmettingshaarden. Op zaterdagochtend 1 maart komt de Centrale Crisisstaf (CCS) 1 van het ministerie bijeen. Nog dezelfde dag wordt de situatie en de te nemen maatregelen besproken in het Basisoverleg met het bedrijfsleven. Ook is er nauw contact met de Europese Commissie en betrokken gemeenten. Voor de uitvoering van de bestrijdingsmaatregelen wordt een omvangrijke crisisorganisatie opgebouwd. Ook wordt zaterdag gestart met de inrichting van het Regionale Crisiscentrum (RCC) in Stroe. Op 3 maart bericht de minister de Tweede Kamer voor het eerst over de uitbraak van de vogelpest. De minister vertelt welke maatregelen hij heeft genomen en dat er een begin is gemaakt met de ruiming van de verdachte bedrijven. Hij beziet of het verantwoord is het ruimen van de overige klinische verdachte bedrijven in de 1-km-zone plaats te laten vinden in een slachterij in het gebied. Daarnaast onderzoekt hij de mogelijkheid om gebruik te maken van Deense en Belgische dodingsmethoden. De Belgische methode is vergassing van grote hoeveelheden pluimvee door het afplakken van kippenschuren. De Deense methode is vergassing waarbij containers worden gebruikt. Op 4 maart start de commissie-wensing met haar werkzaamheden in het kader van welzijn. Deze commissie houdt toezicht op de zorgvuldige behandeling van pluimvee bij de ruimingen en op de zorgvuldige omgang met pluimvee in het kader van de vervoersverboden. De commissie zal wekelijks rapportages opleveren over haar werkzaamheden en bevindingen en aanbevelingen doen. In de eerste weken na de uitbraak, volgen de maatregelen elkaar op. Het aantal besmettingen neemt echter snel toe. De minister start een grootschalig onderzoek bij bedrijven verspreid over heel Nederland naar de aanwezigheid van een laagpathogene variant van aviaire influenza. Op 19 maart wordt aan de Tweede Kamer gemeld dat drie bedrijven serologisch positief zijn bevonden. Geconcludeerd wordt dat het laagpathogeen AI-virus in Nederland niet wijdverbreid aanwezig is. De monitoring wordt voortgezet waarbij vermeerderingsbedrijven tweewekelijks worden gecontroleerd. 1 In de verschillende hand- en draaiboeken wordt de CCS DCS genoemd. Zie hoofdstuk

12 In de gebieden waar vervoersverboden gelden, ontstaan welzijnsproblemen. Zo bezwijken de vleeskuikens onder hun eigen gewicht. Het kabinet reserveert 10 miljoen voor een welzijnsopkoop van vleeskuikens in het gebied rond Barneveld waar een vervoersverbod geldt. Ook stelt het kabinet 5 miljoen beschikbaar voor een noodfonds ten behoeve van sociaal-economische en psycho-sociale ondersteuning. Onder druk van de Tweede Kamer besluit de minister op 14 maart tot een ophokplicht voor pluimvee in heel Nederland. De minister laat wel weten te weinig controleurs te hebben om na te gaan of alle hobbydierhouders zich ook werkelijk aan het verbod zullen houden. Een week later wordt de maatregel ingetrokken, maar geldt er nog wel een verzamelverbod. Dit houdt in dat vogelmarkten, keuringen en veilingen van vogels voorlopig verboden zijn. In de Gelderse Vallei en tien kilometer daarbuiten blijft de ophokplicht wel van kracht. In de eerste weken van maart blijkt dat het virus ook de mens aansteekt. Op 4 maart besluit het Bestuurlijk Afstemmings Overleg (BAO) van VWS (op advies van het Outbreak Managment Team (OMT) van 3 maart) dat werkgevers van het ruimend personeel, de werknemers die direct betrokken zijn bij de daadwerkelijke ruimingen in de gelegenheid moeten stellen zich te laten vaccineren tegen griep. Ook moeten ze zijn voorzien van adequate beschermende kleding, inclusief neus-mondmaskers. Op 14 maart blijken negentien mensen besmet te zijn en oogontsteking te hebben. Staatssecretaris Ross-Van Dorp kondigt extra maatregelen aan. De groep mensen die een griepvaccinatie krijgt, wordt uitgebreid met beroepsmatige pluimveehouders en hun gezinnen en werknemers binnen het toezichtsgebied. Mensen met oogontsteking veroorzaakt door H7N7 worden behandeld met virusremmer Tamiflu. Vanaf 23 maart neemt het aantal ruimingen van hobbypluimvee in de Gelderse Vallei toe. Hiervoor hebben slechts enkele ruimingen van hobbypluimvee plaatsgehad. Hobbydierhouders moeten zich zelf aanmelden. Op 25 maart bericht de minister de Tweede Kamer dat hij bij Wageningen en Putten bufferzones wil aanleggen. Hiertoe heeft hij besloten na intensief vooroverleg tussen Nederland en de Europese Commissie. De bufferzones worden pluimveevrij gemaakt om het risico voor verdere verspreiding van het AI-virus buiten de Gelderse Vallei te beperken. De dieren op de bedrijven en de hobbymatig gehouden dieren in deze bufferzones worden preventief geruimd. Op 25 maart wordt een ernstige verdenking geconstateerd op een pluimveebedrijf in Beneden-Leeuwen (Gld). Dit bedrijf ligt twintig kilometer buiten het tot dan toe besmette gebied. Op 26 maart komt daar een verdenking in Opheusden bij. Het virus is de Rijn en de Waal overgestoken. April Op 1 april meldt minister Veerman aan de Tweede Kamer dat het mogelijk wordt de beschikbare capaciteit voor ruiming op een andere wijze in te zetten. Naast het ruimen binnen de 1-km-zone en de buffergebieden zal de resterende capaciteit benut worden voor ruimen in het Beschermingsgebied van de Gelderse Vallei en de risicobedrijven in de Toezichtsgebieden. Hiertoe wordt besloten om het risico van verspreiding zo snel mogelijk weg te nemen

13 In de dagen hierna blijkt dat het virus de Maas is overgestoken. Op 3 en 4 april zijn er verdenkingen van vogelpest in Teeffelen (Brabant) en Ospel (Limburg). De minister stelt een pluimveevrije bufferzone in in Noord-Brabant. Op 4 april kondigt de minister een algemeen vervoersverbod af, dat geldt voor geheel Nederland. Pluimvee, consumptie- en broedeieren, kippenvoer en mest mogen nergens in het land meer worden vervoerd. Eerdere versoepelingen van maatregelen worden teruggedraaid. Op dezelfde dag kondigt de minister aan dat het leger wordt ingezet om een gebied van tien kilometer rond Ospel af te zetten. Bij veertig op- en afritten van het zuidelijke deel van de A67 (Antwerpen-Eindhoven-Venlo) controleren leger en marechaussee de naleving van afgekondigde maatregelen die gelden voor dat gebied, zoals het vervoersverbod van pluimvee, consumptie-eieren, kippenvoer en mest. Het landelijk vervoersverbod wordt op 10 april opgeheven. In Nederweert (Limburg) worden op 7 april vijf kalkoenbedrijven die ernstig worden verdacht van besmetting met vogelpest geruimd, evenals de kalkoenbedrijven en andere pluimveebedrijven in een straal van één kilometer eromheen. Op 8 april wordt besloten de kalkoenbedrijven in een straal van 10 km preventief te ruimen. 2 Het ministerie onderzoekt varkens van gemengde bedrijven, om te bezien of de vogelpest mogelijk door varkens verspreid kan worden. Dit omdat ook varkens besmet kunnen raken met AI en het virus in varkens kan veranderen in een hoogpathogene variant. In het bloed van varkens op vijf gemengde bedrijven in de Gelderse vallei blijken antistoffen tegen het virus te zitten. Naar aanleiding van de resultaten van het onderzoek kondigt de minister op 15 april een vervoersverbod af voor varkens in de Gelderse Vallei en de gebieden in Limburg waar vogelpest heerst. Om te voorkomen dat de varkensboeren op de maatregelen zouden anticiperen, heeft Veerman het vervoersverbod niet met de sector besproken, zo zegt hij in het Kamerdebat. Op 16 april wordt het eerste geval van vogelpest in België geconstateerd. De Vlaamse autoriteiten ruimen alle bedrijven binnen een straal van drie kilometer rond het verdachte bedrijf in het dorp Meeuwen-Gruitrode. Ook al het pluimvee van particulieren in een straal van één kilometer wordt geruimd. De AI-crisis laat ook het bedrijfsleven niet ongemoeid. Het beursgenoteerde vis- en vleesconcern Nutreco komt op 17 april met een winstwaarschuwing. Storteboom, de grootste Nederlandse kippenslachter, kondigt een reorganisatie aan. Sinds de uitbraak van de vogelpest staan twee van de vijf slachterijen stil. Ook andere bedrijven (zoals vleesverwerker Plukon Poultry) kondigen verliezen aan. De minister geeft in een brief van 15 april aan de Tweede Kamer hoe het vogelpestvirus vermoedelijk is ontstaan. Naar aanleiding van de positieve uitslag van het monitoringsonderzoek naar de aanwezigheid van de laagpathogene variant van AI, is materiaal dat in 2002 opgestuurd is naar de Faculteit Diergeneeskunde en nog in de vriezer aanwezig was door het CIDC onderzocht. Dit materiaal blijkt een laagpathogene variant van het AI-virus te bevatten. De minister concludeert op basis hiervan dat vermoedelijk vanaf eind 2002 laagpathogeen H7-virus in Nederland aanwezig was. Uit de tracering blijkt dat het zeer wel denkbaar is dat de infectie door verschillende contacten naar de Gelderse Vallei is verspreid. 2 RCS-verslag 8 april

14 Vermoedelijk is het virus, na te zijn gemuteerd tot een hoogpathogene variant, in de Gelderse Vallei uitgebroken. 3 Op 17 april neemt de crisis een tragische wending. Een dierenarts uit Rosmalen overlijdt. Hij was namens de Gezondheidsdienst voor Dieren betrokken bij de bestrijding van vogelpest. Na onderzoek blijkt dat het virus, dat de dood van de dierenarts hoogstwaarschijnlijk heeft veroorzaakt, hetzelfde is dat onder pluimvee heerst. De dierenarts viel buiten het slikken en prikken -regime dat in het toezichtsgebied geldt, vanwege het feite dat hij als specialist-dierenarts van de GD alleen buiten het toezichtsgebied werkzaam was. 4 Met ingang van 19 april moet iedereen die in direct contact komt met pluimvee op verdachte of besmette bedrijven tevens antivirale middelen slikken. De betrokken ministeries van LNV en VWS kondigen een onderzoek aan naar het ontstaan van de verschillende uitleg van de gezondheidsrichtlijn voor mensen die betrokken zijn geweest bij de bestrijding van de vogelpest. Op 18 april verklaart de minister dat dierentuinen en dierenparken in het ophokgebied AIgevoelige dieren mogen vaccineren. De Europese Commissie geeft hiervoor een beschikking af. De vogelpest in België breidt zich verder uit, tot buiten de Vlaamse provincie Limburg. 57 bedrijven in een straal van tien kilometer rondom besmettingshaarden in de provincie Limburg worden geruimd. Op 24 april verklaart minister Veerman dat al het pluimvee tussen de A-67 (Eindhoven- Venlo) en Midden-Limburg wordt geruimd om een buffer te creëren die de uitbreiding van het virus tot staan moet brengen. Het ministerie verklaart dat circa vogels van hobbydierhouders in Limburg en Brabant worden geruimd. Op 29 april stellen de staatssecretaris van VWS en de minister van LNV een onafhankelijke commissie in die de vragen rond de ziekte en het overlijden van de dierenarts onderzoeken. De onafhankelijke commissie bestaat uit dr. B.R. Bot en prof. dr. L.G. Thijs. De minister bericht de Tweede Kamer eind april ook dat onderzoek bij gemengde besmette bedrijven geen aanwijzingen heeft opgeleverd dat er besmetting heeft plaatsgevonden tussen varkens. Mei Begin mei is er een ernstige verdenking van vogelpest in Helenaveen. Anderhalve week later blijkt het verdachte bedrijf niet besmet te zijn. Er blijkt sprake te zijn van een vergissing bij de koppeling van de testuitslagen, hetgeen ten onrechte leidt tot een positieve uitslag. 5 Drie bedrijven in de omgeving van het bedrijf zijn inmiddels geruimd. 3 De hypothese aangaande de introductie van AI in de Gelderse Vallei is aan het begin van de crisis actueel geweest, maar blijkt achteraf niet zo waarschijnlijk. Toen er vanuit de ingevroren kalkoen door het CIDC virus is geïsoleerd, bleek dit type H7N3 te zijn, een ander type dan de uitbraak in de Gelderse Vallei. Bron: CIDC. 4 Het slikken en prikken -regime gold alleen binnen de toezichtsgebieden. Voor de specialistdierenartsen, die werkzaam zijn buiten het toezichtsgebied, geldt het gewone hygiëneregime (Rapportage Commissie Bot, 5). 5 Persbericht LNV, 12 mei

15 Op 7 mei bericht het ministerie dat zij kratten gaat inzetten om hobbypluimvee te verzamelen. De minister heeft hiertoe besloten om het ruimen van hobbypluimvee te versnellen. De hobbydierhouder moet nu zelf de dieren in een krat doen, zodat de VWA/RVV de kratten kan op halen. Ook ontsmetten de hobbydierhouders nu zelf de hokken. De Nederlandse Belangenvereniging van Hobbydierhouders geeft op haar website tips om ruiming van vogels te vertragen, wanneer mensen hun dieren al hebben aangemeld. Op 9 mei wordt een bedrijf in het Duitse Schwalmtal op verdenking van vogelpest geruimd. De Belgische minister Tavernier verklaart dat zijn land de vogelpest onder controle heeft. In de Gelderse Vallei zijn de meeste hobbydieren geruimd. In Limburg en Noord-Brabant moeten halverwege mei nog bij adressen dieren worden opgehaald. Het is onbekend hoeveel hobbydierhouders geen melding hebben gemaakt van hun vogels. Een groep pluimveewetenschappers van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde verklaart dat zij vaccinatie tegen AI een noodzakelijke aanvulling in de huidige bestrijding van de vogelpestepidemie vinden, zowel voor hobbymatig pluimvee als voor bedrijfspluimvee. De noodzaak van andere bestrijdingsmethoden zoals ruiming van besmettingshaarden, compartimentering, één-op-éen transporten, meldingsplicht en dergelijke onderschrijven zij nog steeds. Moties van GroenLinks, SP en de Christenunie om het ruimen te stoppen en het hobbypluimvee te vaccineren, halen geen meerderheid in de Tweede Kamer. Juni Begin juni bieden de staatssecretaris van VWS en de minister van LNV de Tweede Kamer de rapportage van de commissie-bot aan, getiteld Onderzoek naar de omstandigheden rond de ziekte van een dierenarts, en diens overlijden aan aviaire influenza. De commissie constateert in haar rapportage dat het ziekteverloop van de dierenarts uniek is gebleken. Besmetting van mensen met dodelijke gevolgen was tot dan niet bekend (voor het H7N7- type) en heeft zich nadien ook niet voorgedaan. De dierenarts heeft volgens de commissie alle voor hem geldende veiligheidsmaatregelen nauwgezet in acht genomen. De slotsom van de commissie-bot is dat de dierenarts slachtoffer is geworden van een bijzonder ongelukkige samenloop van omstandigheden. In de maand juni zijn er geen nieuwe uitbraken van het vogelpestvirus. De minister versoepelt begin juni het regime. In een groot aantal gebieden vervalt de ophokplicht en mogen weer evenementen, tentoonstellingen en keuringen worden georganiseerd. De versoepelingen gelden niet voor de vervoersbeperkingsgebieden. Vanaf 21 juni maakt de minister in de media bekend dat het preventief doden van hobbypluimvee stopt. Ook de AID zal niet langer de hobbydierhouders, die hun vogels verborgen houden, opsporen. De minister geeft aan dat het niet langer noodzakelijk is om door te gaan als er geen veterinaire noodzaak meer is. De mest was afgevoerd van de bedrijven in de omgeving en daarmee was er geen besmettingsgevaar meer. De hobbydieren binnen een straal van drie kilometer van een besmet bedrijf moeten nog wel opgehokt blijven. De Europese Commissie verzacht het exportverbod voor Nederland. Export van pluimvee is toegestaan, mits dit niet gebeurt vanuit gebieden waar vogelpest heeft geheerst

16 Juli Vanaf 11 juli mag vanuit geheel Nederland, met uitzondering van de dan geldende vervoersbeperkingsgebieden, de export van levend pluimvee en broedeieren weer worden hervat. Augustus Voordat gebieden kunnen worden vrijgegeven, worden op bedrijven sentineldieren geplaatst en na 21 dagen onderzocht. Indien deze verklikkerkippen geen virus hebben opgelopen, kan het gebied worden vrijgegeven. Omdat er steeds meer onderzoeken negatief zijn, heft de minister in de loop van augustus steeds meer vervoersbeperkingsgebieden op. Vervoersverboden gelden niet meer en pluimveehouders mogen hun stallen weer gaan gebruiken. De minister heft op 22 augustus de laatste beperkende maatregelen in de Gelderse Vallei op. Ook de bedrijven in dat gebied mogen hun stallen weer herbevolken Afbouwfase: 22 augustus - heden Halverwege september bericht de minister de Tweede Kamer over de financiële consequenties voor het Rijk, de bijdrage van de Europese Unie en de stand van zaken ten aanzien van de financiële afwikkeling van de vogelpestcrisis. Ondernemingen die door de maatregelen ter bestrijding van de vogelpest in hun voortbestaan worden bedreigd, kunnen een beroep doen op het Noodfonds MKZ-AI. Op 9 september 2003 zijn er 82 aanvragen ingediend. De minister meldt de Tweede Kamer op 29 augustus dat de Europese aanbestedingsprocedure voor de evaluatie op 22 juli 2003 is gestart. Het eindrapport van deze evaluatie zal in maart 2004 aan de Tweede Kamer worden gestuurd. Begin december 2003 neemt de minister uit handen van een delegatie van de Waarheidscommissie Vogelpest het Zwartboek Vogelpest, het verdriet van Nederland in ontvangst

17 2.2 KENGETALLEN AI-CRISIS Totaal aantal besmettingen In totaal is er gedurende de crisis op 241 locaties een virologische besmetting geconstateerd. In deze gevallen is het virus aangetoond. Daarnaast zijn er 14 serologisch positieve gevallen gevonden. In deze gevallen zijn antilichamen tegen het virus aangetoond, maar is geen actief virus gevonden. Onderstaande tabel geeft een onderverdeling van de virologische en serologische gevallen naar bedrijfsmatig en hobbymatig gehouden pluimvee. VIROLOGISCH SEROLOGISCH Totaal Waarvan bedrijfsmatig Waarvan hobbymatig 14 8 Tabel 2.1 Overzicht aantal besmettingen. De kaarten 2.1 en 2.2 aan het einde van dit hoofdstuk presenteren het geografische overzicht van de locaties van de besmettingen. Rode sterren staan voor virologische besmettingen en blauwe sterren voor serologisch positieve gevallen. Verloop aantal besmettingen Onderstaande figuur geeft het verloop weer van het aantal vastgestelde besmettingen gedurende de crisis. verloop aantal besmettingen per dag Figuur 2.1 Verloop aantal besmettingen per dag. Bron: VWA/RVV: brongegevens CD ROM Klassieke vogelpest in Nederland 2003, voorlopige cijfers. In deze figuur zijn zowel de 227 besmettingen van bedrijfsmatig gehouden pluimvee als de 14 besmettingen van hobbymatig gehouden pluimvee opgenomen. Hiervan zijn geen aparte overzichten beschikbaar

18 De eerste besmetting werd definitief vastgesteld op 4 maart De laatste op 23 mei. De locatie van deze laatste besmetting was al geruimd op 21 april De laatste ruiming van een besmettingshaard vond plaats op 11 mei 2003 en was op 12 mei 2003 definitief besmet verklaard. Uit de figuur valt af te leiden dat het aantal besmettingen in maart en de eerste helft van april het sterkst toenam. In mei worden nog maar enkele gevallen vastgesteld. Verloop aantal ruimingen bedrijfsmatig gehouden pluimvee Figuur 2.2 geeft het verloop van het aantal ruimingen van bedrijfsmatig gehouden pluimvee weer. In deze figuur zijn zowel de ruimingen van besmettingshaarden als de preventieve ruimingen opgenomen. 70 Aantal ruimingen per dag in aantal locaties (totaal locaties) 60 aantal locaties datum Figuur 2.2 Aantal ruimingen per dag in aantal locaties. Bron: VWA/RVV: brongegevens CD ROM Klassieke vogelpest in Nederland 2003, voorlopige cijfers. Uit deze grafiek valt af te lezen dat de eerste ruiming wordt afgerond op 4 maart. De laatste preventieve ruiming vindt volgens de figuur plaats op 16 juni

19 Verloop ruimingen hobbymatig gehouden pluimvee Figuur 2.3 geeft het cumulatieve verloop van het aantal ruimingen van hobbymatig gehouden pluimvee weer. Cumulatief aantal geruimde hobbylocaties in de tijd totaal locaties aantal geruimde hobbylocaties datum Figuur 2.3 Aantal geruimde hobbylocaties per dag. Bron: VWA/RVV: brongegevens CD ROM Klassieke vogelpest in Nederland 2003, voorlopige cijfers. De eerste ruiming van hobbymatig gehouden pluimvee vond plaats op 5 maart Tot aan 23 maart vinden er in totaal 9 ruimingen plaats. Vanaf 23 maart loopt het aantal ruimingen snel op. Volgens deze gegevens van VWA/RVV komt het aantal geruimde hobbylocaties op De laatste ruiming vindt plaats op 17 juni

20 Cumulatief verloop geruimde dieren door welzijnsopkopen Figuur 2.4 geeft het verloop aan van het aantal opgekochte dieren via de zogenaamde welzijnsopkoopregeling. Deze hebben met name tussen half april en half mei plaatsgevonden. Er zijn in totaal op 109 locaties dieren opgekocht in het kader van de welzijnsopkoop. Figuur 2.4 Cumulatief verloop aantal geruimde dieren in de welzijnsopkoop. Bron: VWA/RVV opkooplijst d.d. 20 juni

21 Aantallen geruimde dieren In tabel 2.2 geven we een indruk van het aantal geruimde dieren. In totaal zijn er ongeveer 30 miljoen dieren geruimd in het kader van de bestrijding van de AI-crisis. Dat bedraagt zo n 30% van de totale pluimveestapel in Nederland. Categorie Aantallen Aantal geruimde dieren Aantal geruimde dieren bij welzijnsopkopen Aantal geruimde hobbydieren Totaal aantal geruimde dieren t.g.v. AI-crisis 2003 (benadering) 30 mln. Tabel 2.2 Overzicht geruimde dieren. Bron: LASER

22 2.3 GEOGRAFISCH VERLOOP AI-CRISIS Op 28 februari 2003 worden de eerste uitbraken van AI gedetecteerd bij zes pluimveebedrijven in Scherpenzeel, Renswoude en Barneveld. In het kaartje hiernaast zijn deze weergegeven. In de dagen na 28 februari breidt het virus zich steeds sneller uit onder bedrijven in deze en omliggende gemeenten. Pluimveebedrijven in aangrenzende gemeenten zoals De Glind, Lunteren, Woudenberg, Leusden en Achterveld raken in de eerste weken van maart ook besmet. In de weken hierna breidt het virus zich vanuit de Gelderse Vallei gezien uit naar het oosten en het zuiden. Op 4 april wordt een kalkoenbedrijf in Ospel (Limburg) ernstig verdacht van vogelpest. Drie dagen later, op 7 april, wordt officieel vogelpest bij dit bedrijf vastgesteld. Hiermee is het virus overgeslagen naar Limburg en Noord Brabant. In het kaartje hiernaast zijn de eerste drie besmettingen in Ospel en Nederweert weergegeven. Het aantal besmettingen neemt ook in deze regio snel toe: in de maand april raakt een reeks bedrijven in deze omgeving besmet, zoals in Heythuysen, Neer en Kelpen. Na de maand april komen er nog maar weinig nieuwe besmettingen bij: de crisis lijkt onder controle. De laatste besmetting wordt vastgesteld op 23 mei in Kelpen (Limburg). Overigens is deze al op 21 april preventief geruimd. 2.4 KOSTEN AI-CRISIS De kosten die ten gevolge van de uitbraak van AI zijn ontstaan, bedragen circa 270 miljoen. Deze kosten bestaan hoofdzakelijk uit tegemoetkomingen in de schade en uitvoeringskosten. De EU betaalt 50% van de tegemoetkomingen en 50% van een deel van de uitvoeringskosten. Op basis van het convenant bestrijding besmettelijke dierziekten gesloten in 2000 tussen Rijk en PBO s, draagt de pluimveesector 11,3 miljoen bij. Het overige deel van de kosten wordt gefinancierd door het Rijk

23 De kosten als gevolg van de economische schade vormen geen onderdeel van dit onderzoek. Schattingen van het Landbouw Economisch Instituut (LEI), gemaakt ten tijde van de crisis, bedragen enkele honderden miljoenen euro s. 6 Deze geraamde kosten zijn volgens het LEI redelijk representatief voor de werkelijk geleden schade. Kaart 2.1 Topografisch overzicht van de besmette locaties. 6 Ketenconsequenties van de uitbraak van vogelpest, LEI, maart

24 Kaart 2.2 Overzicht besmette hobbydierhouders

25 3. JURIDISCHE, VETERINAIRE EN MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT TEN TIJDE VAN DE UITBRAAK VAN VOGELPEST In dit hoofdstuk gaan we in op de juridische, veterinaire en maatschappelijke context ten tijde van de uitbraak van de vogelpestcrisis. In paragraaf 3.1 beschrijven we het (inter)nationale wettelijk kader voor de bestrijding van AI. Hierbij gaan we in op de EU-regelgeving, het Nederlandse juridisch kader en de relatie tussen lidstaat en EU bij een uitbraak van een besmettelijke dierziekte. Paragraaf 3.2 beschrijft vervolgens de veterinaire organisatie in het kader van dierziekten in Nederland, het signaleringssysteem op papier en het bestaande veterinaire inzicht ten aanzien van AI dat bestond ten tijde van de uitbraak. Ook geven we in deze paragraaf een overzicht van de bestrijdingsstrategie die op papier bestond en gaan we in op de verantwoordelijkheidsverdeling tussen de overheid en de sector bij de bestrijding van een dierziekte. Paragraaf 3.3 geeft een schets van de maatschappelijke context ten tijde van de uitbraak van AI. Paragraaf 3.4 en 3.5 beschrijven respectievelijk de pluimveesector en de organisatie van hobbydierhouders. Dit hoofdstuk sluit af met een paragraaf analyse en beoordeling. 3.1 JURIDISCHE CONTEXT: WET- EN REGELGEVING (INTER)NATIONAAL In deze paragraaf beschrijven we het juridisch kader dat bestaat ten behoeve van (de bestrijding van) klassieke vogelpest. Voor een belangrijk deel wordt dit kader bepaald op internationaal niveau, door wet- en regelgeving van de Europese Unie Internationaal wettelijk kader van de bestrijding van AI A. Office international des Epizooties (OIE) De OIE is een internationale organisatie die wereldwijd de stand van zaken met betrekking tot de diergezondheid, besmettelijke dierziekten en dierziektebestrijding inzichtelijk en transparant maakt door middel van het zogenoemde world animal health information system. In totaal zijn 162 landen aangesloten. Ook alle EU-lidstaten zijn lid van de organisatie. De aangesloten landen verplichten zich de zogenoemde lijst-a-ziekten 7, waaronder hoog pathogene aviaire influenza (HPAI), onmiddellijk te melden en met de grootst mogelijke kracht te bestrijden. 8 Uitbraak van een lijst-a-ziekte betekent in ieder geval dat maatregelen genomen worden in het internationale handelsverkeer in dieren en dierlijke producten, die de verspreiding van de ziekte naar andere landen moet voorkomen. De door de OIE op de verschillende onderwerpen vastgestelde normen werken vaak door in de EU-regelgeving. 7 Dit zijn ziekten die zich bij uitbraak zeer snel kunnen verspreiden en die grote sociaaleconomische gevolgen kunnen hebben of die grote risico s voor de volksgezondheid kunnen hebben. 8 Pluimveehouderij en besmettelijke dierziekten: inventarisatie van kennis en dilemma s, 8, Wageningen UR,

26 Jaarlijks publiceert de OIE de Terrestrial Animal Health Code. Hoofdstuk van de terrestrial Animal Health Code 2003 definieert onder andere de voorwaarden om de titel HPAI-vrij land te kunnen voeren. Ten slotte geeft de code aan welke maatregelen de aangewezen (veterinaire) bestuursorganen zouden moeten treffen in het kader van import of doorvoer van verschillende AI-gevoelige dieren en -producten. B. EU-regelgeving De Europese regelgeving voor de bestrijding van de AI-crisis bestaat voornamelijk uit richtlijnen en beschikkingen. 9 Relevante richtlijnen Richtlijn 92/40/EEG 10 van de Raad van 19 mei 1992 tot vaststelling van communautaire maatregelen voor de bestrijding van aviaire influenza. Richtlijn 89/662/EEG van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandkoming van de interne markt. Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt. Richtlijn 90/539/EEG van de Raad van 15 oktober 1990 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van pluimvee en broedeieren. Richtlijn 92/40 bevat de communautaire maatregelen die bij het uitbreken van HPAI bij pluimvee moeten worden toegepast. Met andere woorden, deze richtlijn is te kenschetsen als de bestrijdingsrichtlijn (HP)AI. Voor de definitie van pluimvee wordt verwezen naar Richtlijn 90/539/EEG. Deze richtlijn regelt het intracommunautaire handelsverkeer van pluimvee en broedeieren; het is met andere woorden een handelsrichtlijn. 11 Onder pluimvee wordt in de richtlijn verstaan: kippen, kalkoenen, parelhoenders, eenden, ganzen, kwartels, duiven, fazanten en patrijzen, die in gevangenschap worden opgefokt of gehouden voor de fokkerij, voor de productie van vlees of van consumptie-eieren of om in het wild te worden uitgezet. De volgende box geeft een overzicht van de belangrijkste aspecten in de bestrijdingsrichtlijn (92/40/EEG). 9 De Richtlijnen van de EC zijn voor de lidstaten verbindend ten aanzien van het binnen een bepaalde termijn te bereiken resultaat; aan de nationale instanties wordt echter de bevoegdheid gelaten vorm en middelen te kiezen. Richtlijnen moeten overeenkomstig de procedures in de afzonderlijke lidstaten in nationale wetgeving worden omgezet. Beschikkingen van de EC zijn verbindend in al hun onderdelen voor degenen tot wie zij zijn gericht. Beschikkingen kunnen tot één of tot alle lidstaten, tot ondernemingen of tot personen gericht zijn. 10 PbEG L Richtlijn 90/539/EEG van de Raad van 15 oktober 1990 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van pluimvee en broedeieren

27 EUROPESE BESTRIJDINGSRICHTLIJN AI, 92/40/EEG Richtlijn 92/40/EEG regelt op hoofdlijnen de volgende zaken: Plicht tot melding van (een vermoeden van) de dierziekten Maatregelen bij een vermoeden dat sprake is van besmetting met AI Maatregelen bij een bevestiging van een besmetting van de ziekte, zoals doding van dieren Maatregelen op contactbedrijven Instelling van zogenoemde beschermingsgebieden (3 km) en toezichtsgebieden (10 km); in deze gebieden gelden onder meer vervoersverboden en andere stringente maatregelen ter voorkoming van verspreiding van de ziekte Het uitgangspunt van een vaccinatieverbod (inclusief de voorwaarden waaronder noodvaccinatie mogelijk is) De rol van het PVC (het tegenwoordige SCFCAH, het Standing Committee for the food chain and animal health) In de bijlagen van de richtlijn zijn onder meer de verplichte tests voor het diagnosticeren van AI opgenomen en de procedure voor het reinigen en ontsmetten van een besmet bedrijf. De twee andere richtlijnen gaan over controles in het intracommunautaire handelsverkeer in (respectievelijk) producten van dierlijke oorsprong (89/662) en in levende dieren (90/425). In deze beide richtlijnen zijn zogenoemde vrijwaringsartikelen opgenomen (respectievelijk artikel 9 & 10). Deze artikelen verplichten de lidstaten om elkaar te vrijwaren van de verspreiding van dierziekten. Dit moeten lidstaten onder meer doen door: onmiddellijk de door de communautaire voorschriften aangewezen bestrijdings- of preventiemaatregelen ten uitvoer te leggen, of elke andere maatregel te nemen die de lidstaat passend acht. Naast bovenstaande richtlijnen wordt het juridisch kader gevormd door verschillende beschikkingen die worden uitgevaardigd door de Europese Commissie. Beschikking 90/424/EEG regelt zo bijvoorbeeld de voorschriften inzake de financiële bijdrage van de Gemeenschap in de maatregelen die moeten worden getroffen op basis van de bestrijdingsrichtlijn AI (92/40/EEG). 12 Gedurende de AI-crisis is een groot aantal beschikkingen uitgevaardigd. De beschikkingen gaan in het algemeen in op maatregelen die moeten worden getroffen in het kader van de bestrijding van de AI-crisis. Het kan hierbij gaan om door Nederland genomen maatregelen die bevestigd en aangevuld worden of om maatregelen en voorwaarden (bijvoorbeeld voor specifieke ontheffingen) die niet in de bestrijdingsrichtlijn zijn uitgewerkt. 12 Krachtens artikel 3, lid 4, van Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied, kan de Commissie bepalen welke maatregelen door de betrokken lidstaat moeten worden genomen om het welslagen van de [bestrijdings]actie te waarborgen (2003/290/EG)

28 3.1.2 Nationaal wettelijk kader van de bestrijding van AI Evenals op Europees niveau bestaan in het kader van de diergezondheid in Nederland ook een groot aantal wetten, AMVB s en ministeriële regelingen. Over het algemeen zijn regels in dit kader sterk gedetailleerd. De Nederlandse wet- en regelgeving is vaak gebaseerd op of gekoppeld aan EU-verordeningen, -richtlijnen of beschikkingen. Gezondheids- en Welzijns Wet voor Dieren (GWWD) De inhoudelijke bepalingen uit de voornoemde EU-richtlijnen zijn onder meer geïmplementeerd in de GWWD. De GWWD is een kaderwet. Dat betekent dat onderdelen van de GWWD worden uitgewerkt in AMVB s en Ministeriële regelingen. De Nederlandse basis voor regelgeving voor de preventie en de bestrijding van dierziekten, waaronder AI, ligt vast in Hoofdstuk II, Afdeling 3 van de GWWD. In de onderstaande box zijn de voor de bestrijding van de AI-crisis meest relevante artikelen opgesomd. DE GEZONDHEIDS- EN WELZIJNS WET VOOR DIEREN Artikel 17. Dit artikel biedt de mogelijkheid om diverse preventieve maatregelen te treffen om te voorkomen dat een besmettelijke ziekte zich verspreidt. Hieronder vallen bijvoorbeeld vaccinatie, de instelling van een fokverbod, het onschadelijk maken van producten die drager van smetstoffen kunnen zijn, een verbod om bedrijven te betreden, e.d. Dit artikel bepaalt ook dat wanneer een besmettelijke dierziekte is aangewezen in overeenstemming met de minister van VWS, de voorgaande maatregelen in overeenstemming met die minister worden gesteld. Artikel 18. Dit artikel biedt de mogelijkheid om voor (delen van) Nederland het op een bepaalde plaats bijeenbrengen van aangewezen categorieën of soorten dieren te verbieden, te schorsen of te onderwerpen aan zekere regels. Artikel 19. Dit artikel regelt de meldingsplicht van houders van dieren die verschijnselen van een besmettelijke dierziekte vertonen of van dieren waarvan kan worden aangenomen dat ze in de gelegenheid zijn geweest om te worden besmet. Artikel 29 stelt dat alle houders van zieke of verdachte dieren erop toe moeten zien dat deze hun verblijfplaats niet verlaten. Artikel 21. Dit artikel stelt dat de minister zo spoedig mogelijk besluit tot het nemen van de door hem nodig geachte maatregelen tot bestrijding van een besmettelijke dierziekte en dat de minister de burgemeester van de gemeente, waarop de maatregelen betrekking hebben, onmiddellijk hiervan in kennis stelt. Ten slotte stelt dit artikel dat de minister indien de situatie daarom vraagt, deze maatregelen kan nemen zonder die van tevoren op schrift te stellen. In dat geval moet de minister deze maatregelen wel alsnog zo spoedig mogelijk op schrift stellen en bekendmaken. Artikel 22. Dit artikel biedt de basis om met name op bedrijfsniveau verschillende bestrijdingsmaatregelen te treffen zoals doding van besmette en verdachte dieren, het ophokken en afzonderen van dieren, het reinigen en ontsmetten van bedrijven. Artikel 30. Op grond van dit artikel kunnen vervoersverboden worden ingesteld betreffende dieren, producten, voertuigen en andere voorwerpen die dragers kunnen zijn van smetstoffen. Artikel 31. Op grond van dit artikel kunnen de bestrijdingsregelingen direct na hun bekendmaking in werking treden. Deze regelingen hoeven niet in de Staatscourant bekend te worden gemaakt. Bekendmaking kan (ook) op andere wijze, bijvoorbeeld via de media. Artikel 100. Dit artikel regelt de meldingsplicht van dierenartsen en van een ieder die in het kader van werkzaamheden die in een onderzoeksinstelling worden verricht, gevallen van besmettelijke dierziekten opmerkt. Wanneer deze personen weten of redelijkerwijs kunnen vermoeden dat een dier verschijnselen vertoont van een besmettelijke dierziekte, dat een dier is aangetast door een besmettelijk dierziekte of drager van smetstof is, moeten zij dit terstond melden bij de daarvoor aangewezen ambtenaar

Eindrapport. De crisis tussen mens en dier. Evaluatie bestrijding AI-crisis

Eindrapport. De crisis tussen mens en dier. Evaluatie bestrijding AI-crisis Eindrapport De crisis tussen mens en dier Evaluatie bestrijding AI-crisis EINDRAPPORT DE CRISIS TUSSEN MENS EN DIER EVALUATIE BESTRIJDING AI-CRISIS Utrecht, maart 2004 Marja den Boer Lars Canté Annelies

Nadere informatie

Het handelen in strijd met de voorschriften uit onderhavige regeling levert op grond van de Wet op de economische delicten een economisch delict op.

Het handelen in strijd met de voorschriften uit onderhavige regeling levert op grond van de Wet op de economische delicten een economisch delict op. Toelichting voor de Staatscourant 1. Algemeen Onlangs zijn in Rusland en Kazakstan uitbraken van hoogpathogeen Aviaire Influenza (hierna: AI) geconstateerd. Het betreft uitbraken van virustype H5N1 dat

Nadere informatie

Eindrapport Welzijnscommissie Dierziekten December april 2018

Eindrapport Welzijnscommissie Dierziekten December april 2018 Eindrapport Welzijnscommissie Dierziekten December 2017- april 2018 1. Inleiding Welzijnscommissie Dierziekten Het kabinet vindt bij de bestrijding van dierziekten bewaking van dierenwelzijnsaspecten van

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 7 december 2016, nr. WJZ/16190444, houdende wijziging van de Regeling maatregelen beschermings- en toezichtsgebied vogelgriep Biddinghuizen 2016,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 5812 26 maart 2012 Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 17 maart 2012, nr.

Nadere informatie

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van, TRCJZ/2006/533, houdende wijziging van de Tijdelijke regeling tot wering van AI

Nadere informatie

Vogelgriep-vaccinatie van hobbypluimvee.

Vogelgriep-vaccinatie van hobbypluimvee. Vogelgriep-vaccinatie van hobbypluimvee. Het vogelgriepvirus en vaccinatie Het zal u niet ontgaan zijn: het H5N1-vogelgriepvirus heeft zich vanuit Zuidoost-Azië verspreid richting Europa. Sinds eind februari

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2005 (02.12) (OR. en) 14116/05 LIMITE AGRILEG 166

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2005 (02.12) (OR. en) 14116/05 LIMITE AGRILEG 166 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 november 2005 (02.12) (OR. en) PUBLIC 14116/05 LIMITE AGRILEG 166 ZITTINGSDOCUMENT van: het voorzitterschap aan: de Groep hoofden van de veterinaire diensten

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Directoraat-generaal Agro Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den

Nadere informatie

15-07-2008 Kamervragen aan de ministers van VWS en LNV over de explosieve stijging van het aantal Q-koorts gevallen in Brabant

15-07-2008 Kamervragen aan de ministers van VWS en LNV over de explosieve stijging van het aantal Q-koorts gevallen in Brabant 15-07-2008 Kamervragen aan de ministers van VWS en LNV over de explosieve stijging van het aantal Q-koorts gevallen in Brabant Kamervragen van het lid Thieme aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2013 411 esluit van 9 oktober 2013, houdende wijziging van diverse besluiten betreffende veterinaire aangelegenheden 0 Wij Willem-lexander, bij de

Nadere informatie

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 18 november 2005, TRCJZ/2005/3460, houdende wijziging van de Tijdelijke regeling

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief. De gemeenteraad van Albrandswaard. Betreft: Stand van zaken vogelgriep. Geachte raadsleden,

Raadsinformatiebrief. De gemeenteraad van Albrandswaard. Betreft: Stand van zaken vogelgriep. Geachte raadsleden, Raadsinformatiebrief De gemeenteraad van Albrandswaard Uw brief van: -- Ons kenmerk: 1154506 Uw kenmerk: -- Contact: René van Griensven Bijlage(n): 3 Doorkiesnummer: 0653965948 E-mailadres: r.v.griensven@bar-organisatie.nl

Nadere informatie

- Men maakt onderscheid tussen AIV-A, AIV-B en AIV-C. Waar slaat die toevoeging A, B of C op?

- Men maakt onderscheid tussen AIV-A, AIV-B en AIV-C. Waar slaat die toevoeging A, B of C op? Praktische-opdracht door een scholier 1923 woorden 5 februari 2005 7,3 18 keer beoordeeld Vak ANW Inleiding Het onderwerp van onze praktische opdracht is Aviaire Influenza, oftewel Vogelpest. Om gerichter

Nadere informatie

De rol van het ministerie van LNV bij besmettelijke dierziekten

De rol van het ministerie van LNV bij besmettelijke dierziekten De rol van het ministerie van LNV bij besmettelijke dierziekten Eelco Ronteltap / Huibert Maurice Directie Voedselkwaliteit en Diergezondheid Inhoud van de presentatie Waarom bijeenkomst over dierziektebestrijding

Nadere informatie

MKZ-crisis maart 2001: naar de toekomst. drs E.B. Visser

MKZ-crisis maart 2001: naar de toekomst. drs E.B. Visser MKZ-crisis maart 2001: Evaluatie en maatregelen naar de toekomst drs E.B. Visser Even voorstellen: Edwin Visser. Dierenarts in maatschap te Etten-Leur (1994). Nu 6 jaar bestuurslid KNMvD. Vakgroep Gezondheidszorg

Nadere informatie

Dierziekten en plantenziekten

Dierziekten en plantenziekten Dierziekten en plantenziekten dierziekten maatregelen bij milieu-incidenten, zie het schema milieu maatregel instantie wettelijke basis toelichting 1. informatie 1a. informatie aan overheid 1a1. melding

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE 23.2.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 50/51 UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 17 februari 2012 tot wijziging van bijlage E bij Richtlijn 92/65/EEG van de Raad, wat betreft de modellen van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 28 807 Vogelpestcrisis (Aviaire influenza) Nr. 180 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 18378 28 maart 2018 Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 27 maart 2018, nr. WJZ/18053054,

Nadere informatie

Hobbypluimvee in tijden van vogelgriep

Hobbypluimvee in tijden van vogelgriep Hobbypluimvee in tijden van vogelgriep Bron: www.levendehave.nl/ Waar krijgen houders van hobbykippen mee te maken als er een uitbraak is van hoogpathogene vogelgriep? a. Ophok- en afschermplicht Voor

Nadere informatie

1 Onderwerp. 2 Wettelijke basis. Erkende quarantainevoorzieningen voor vogels afkomstig uit 3 e landen

1 Onderwerp. 2 Wettelijke basis. Erkende quarantainevoorzieningen voor vogels afkomstig uit 3 e landen code OVQV-01 versie 02 ingangsdatum 08-01-2014 pag. 1 van 6 versie datum toelichting 02 December 2013 Aanpassing aan NVWA sjabloon en enkele correcties 1 Onderwerp Vogels, die ingevoerd worden uit 3e-landen,

Nadere informatie

Symposium GKZ & Hygieia - Import, o.d.z. Better safe than sorry. Dierziektebestrijding bij het invoeren van (volgens de GWWD ) besmette dieren

Symposium GKZ & Hygieia - Import, o.d.z. Better safe than sorry. Dierziektebestrijding bij het invoeren van (volgens de GWWD ) besmette dieren Symposium GKZ & Hygieia - Import, o.d.z. Better safe than sorry Dierziektebestrijding bij het invoeren van (volgens de GWWD ) besmette dieren Mauro De Rosa Inleiding Doel presentatie Dierziektebestrijding

Nadere informatie

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 8 Dierziekte

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 8 Dierziekte Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing Netwerkkaart 8 Dierziekte 8 Dierziekte versie 2015 Crisistypen (dreigende) ernstige dierziekte Bevoegd gezag Europese Commissie en Raad minister van Economische

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. handelende in overeenstemming met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. handelende in overeenstemming met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 5289 6 april 2010 Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 26 maart 2010, nr. 115877, houdende

Nadere informatie

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 17 augustus 2006, TRCJZ/2006/2750 houdende voorschriften betreffende bluetongue

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 29 683 Dierziektebeleid Nr. 103 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

Nadere informatie

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 20 september 2006, TRCJZ/2006/2966 houdende wijziging (9) van de Regeling beperkingsgebieden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 400 F Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangen van het Diergezondheidsfonds voor het jaar 2001 Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2006D0415 NL 16.12.2011 007.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 14 juni 2006 betreffende

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE,

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE, Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 23 februari 2012, nr. 261126, houdende wijziging van de Regeling tijdelijke maatregelen dierziekten in verband met een

Nadere informatie

Wijziging Regeling vaccinatie Newcastle disease

Wijziging Regeling vaccinatie Newcastle disease LNV Wijziging Regeling vaccinatie Newcastle disease 4 juni 2002/Nr. TRCJZ/2002/16943 Directie Juridische Zaken Gelet op richtlijn 92/66/EEG van de Raad van 14 juli 1992 tot vaststelling van communautaire

Nadere informatie

4. Pluimveebedrijf: inrichting gebruikt voor het fokken of houden van pluimvee.

4. Pluimveebedrijf: inrichting gebruikt voor het fokken of houden van pluimvee. Ziekte van Newcastle en vogelgriep Maatregelen van kracht in België (KB van 28 november 1994, MB van 24 juli 2018 en MB van 22 november 2018 betreffende de ziekte van Newcastle en het KB van 5 mei 2008

Nadere informatie

Regeling van de Staatssecretaris van Eco

Regeling van de Staatssecretaris van Eco Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 16 november 2014, nr. WJZ/14187230, houdende instelling van het beschermings- en toezichtsgebied in verband met de bestrijding van hoogpathogene

Nadere informatie

1 Kent u het bericht Politiek: Euthanasie asieldieren voorkomen? 1)

1 Kent u het bericht Politiek: Euthanasie asieldieren voorkomen? 1) Directie Landbouw De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 30 augustus 2007 2060724210 DL. 2007/2615 16 oktober

Nadere informatie

Rapport. Datum: 6 oktober 2004 Rapportnummer: 2004/385

Rapport. Datum: 6 oktober 2004 Rapportnummer: 2004/385 Rapport Datum: 6 oktober 2004 Rapportnummer: 2004/385 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit in het kader van de bestrijding van de vogelpest een kliklijn

Nadere informatie

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur, en Voedselkwaliteit van 5 april 2007, nr. TRCJZ/2007/1185, houdende wijziging (39) van de Regeling beperkingsgebieden

Nadere informatie

Sociaal- Economische Raad

Sociaal- Economische Raad Sociaal- Economische Raad Natuurlijke en rechtspersonen tot wie een ontwerpverordening van de Sociaal-Economische Raad of een bedrijfslichaam zich uitstrekt, kunnen gedurende vier weken bij de betreffende

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie VERORDENINGEN 4.2.2017 NL L 31/13 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/193 VAN DE COMMISSIE van 3 februari 2017 tot wijziging van bijlage II bij Beschikking 2007/777/EG en bijlage I bij Verordening (EG) nr.

Nadere informatie

Het vaccinatieplan tegen NCD

Het vaccinatieplan tegen NCD Het vaccinatieplan tegen NCD Inhoudsopgave Vaccinatieplan tegen NCD 3 Vermeerderingsdieren 5 Leghennen 7 Vleeskuikens 8 Vleeskalkoenen 10 Newcastle Disease 12 Vaccinatieplan tegen NCD Om het pluimvee in

Nadere informatie

COMMISSIE. (Voor de EER relevante tekst) (2009/712/EG)

COMMISSIE. (Voor de EER relevante tekst) (2009/712/EG) 19.9.2009 Publicatieblad van de Europese Unie L 247/13 COMMISSIE BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 18 september 2009 ter uitvoering van Richtlijn 2008/73/EG van de Raad wat betreft informatiepagina's op

Nadere informatie

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 23 december 2008, TRCJZ/2008/3792, houdende wijziging van de Regeling tijdelijke

Nadere informatie

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 24 december 2018, nr. WJZ/18326747, houdende specifieke maatregelen in het beperkingsgebied in verband met de bestrijding van laagpathogene

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Economische Zaken;

De Staatssecretaris van Economische Zaken; Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 20 november 2014, nr. WJZ/14190815, houdende houdende instelling van een beschermings- en een toezichtsgebied in verband met de bestrijding van

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID Brussel, 27 februari 2018 KENNISGEVING AAN BELANGHEBBENDEN TERUGTREKKING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK EN EU-REGELS OP HET GEBIED VAN

Nadere informatie

Naam protocol: Vervoer pluimvee naar slachthuis Versie: 1.12

Naam protocol: Vervoer pluimvee naar slachthuis Versie: 1.12 Pagina: 1 van 5 Opgesteld door: AVINED Postbus 2703 3430 GC Nieuwegein info@avined.nl www.avined.nl NEPLUVI Postbus 331 3990 GC Houten info@nepluvi.nl www.nepluvi.nl Pagina: 2 van 5 1 Algemeen 1.1 Achtergrond

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 17, 18, eerste en tweede lid, 30, eerste en derde lid, 31 en 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

Gelet op de artikelen 17, 18, eerste en tweede lid, 30, eerste en derde lid, 31 en 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren; Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 13 maart 2014, nr. WJZ/14045913, houdende maatregelen in verband met de uitbraak van laagpathogene aviaire influenza in Bruchem De Staatssecretaris

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 26 april 2019 Betreft Evaluatie van het diergezondheidsfonds

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 26 april 2019 Betreft Evaluatie van het diergezondheidsfonds > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 22615 9 augustus 2013 Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 2 augustus 2013, nr. WJZ/13136086, houdende

Nadere informatie

ECLI:NL:CBB:2003:AF7436

ECLI:NL:CBB:2003:AF7436 ECLI:NL:CBB:2003:AF7436 Instantie Datum uitspraak 10-04-2003 Datum publicatie 17-04-2003 Zaaknummer AWB 03/413 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie College van Beroep voor het bedrijfsleven

Nadere informatie

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, HANDELENDE IN OVEREENSTEMMING MET DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, HANDELENDE IN OVEREENSTEMMING MET DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 16 december 2009, nr. 99604, houdende wijziging van de Regeling tijdelijke maatregelen

Nadere informatie

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, Gelet op de artikelen 17 en 31 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren; BESLUIT:

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, Gelet op de artikelen 17 en 31 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren; BESLUIT: MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 30 januari 2009, nr. TRCJZ/2009/244, houdende wijziging van de Regeling tijdelijke

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling

EUROPEES PARLEMENT. Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling 4 april 2001 PE 286.392/12-37 AMENDEMENTEN 12-37 ONTWERPVERSLAG - Encarnación Redondo Jiménez (PE 286.392) Communautaire maatregelen

Nadere informatie

Resultaten van de monitoring voor vogelgriep in 2014

Resultaten van de monitoring voor vogelgriep in 2014 Resultaten van de monitoring voor vogelgriep in 2014 Actieve monitoring bij wilde vogels In 2014 werden bij de actieve monitoring 3.036 wilde vogels op de aanwezigheid van vogelgriep onderzocht. Net als

Nadere informatie

L 249/20 Publicatieblad van de Europese Unie

L 249/20 Publicatieblad van de Europese Unie L 249/20 Publicatieblad van de Europese Unie 23.7.2004 BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 15 juli 2004 tot uitvoering van Richtlijn 64/432/EEG van de Raad voor wat betreft aanvullende garanties voor het

Nadere informatie

Kamervragen aan de ministers van VWS en LNV over nieuwe gevallen van Q-koorts besmettingen bij mensen in Brabant

Kamervragen aan de ministers van VWS en LNV over nieuwe gevallen van Q-koorts besmettingen bij mensen in Brabant 08-05-2008 Kamervragen aan de ministers van VWS en LNV over nieuwe gevallen van Q-koorts besmettingen bij mensen in Brabant Vragen van het lid Thieme aan de ministers van Volksgezondheid Welzijn en Sport

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen 20.7.2002 L 192/27 RICHTLIJN 2002/60/EG VAN DE RAAD van 27 juni 2002 houdende vaststellingvan specifieke bepalingen voor de bestrijdingvan Afrikaanse varkenspest en houdende wijziging van Richtlijn 92/119/EEG

Nadere informatie

Aanpak uitbraken van besmettelijke dierziekten

Aanpak uitbraken van besmettelijke dierziekten Aanpak uitbraken van besmettelijke dierziekten Agenda I Achtergrond II Aanpak uitbraken dierziekten III Veterinaire exportcertificering zuivel IV Stellingen I Achtergrond Voedselveiligheid Belang internationale

Nadere informatie

Vaccinatie tegen vogelgriep van bedrijfsmatig gehouden biologische legkippen en legkippen met vrije uitloop

Vaccinatie tegen vogelgriep van bedrijfsmatig gehouden biologische legkippen en legkippen met vrije uitloop Vaccinatie tegen vogelgriep van bedrijfsmatig gehouden biologische legkippen en legkippen met vrije uitloop Vaccinatie toegestaan De Europese Unie heeft op 22 februari 2006 een akkoord bereikt over het

Nadere informatie

VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET VOGELGRIEP

VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET VOGELGRIEP Vogelgriep: F.A.Q. versie 19 VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET VOGELGRIEP A. ALGEMENE VRAGEN 1. Welke vogels vallen onder pluimvee? 2. Wat zijn de symptomen van een ernstig geval van vogelgriep bij vogels?

Nadere informatie

Het ophokken van biopluimvee heeft geen effect op de biostatus van de dierlijke producten (eieren, vlees):

Het ophokken van biopluimvee heeft geen effect op de biostatus van de dierlijke producten (eieren, vlees): Vogelgriep: wat moet je weten? Bron: Boerenbond, FAVV, DGZ Ophokplicht en bio Het ophokken van biopluimvee heeft geen effect op de biostatus van de dierlijke producten (eieren, vlees): Artikel 14, b, iii

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage. Geachte Voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage. Geachte Voorzitter, Directie Voedselkwaliteit en Diergezondheid De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 10 september 2008 08-LNV-107

Nadere informatie

VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET VOGELGRIEP

VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET VOGELGRIEP Vogelgriep: F.A.Q. versie 27 VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET VOGELGRIEP A. ALGEMENE VRAGEN 1. Welke vogels vallen onder pluimvee? 2. Wat zijn de symptomen van een ernstig geval van vogelgriep bij vogels?

Nadere informatie

De Minister van Economische Zaken,

De Minister van Economische Zaken, Regeling van de Minister van Economische Zaken van 12 oktober 2017, nr. WJZ/17161078, houdende specifieke maatregelen in het beperkingsgebied in verband met de bestrijding van laagpathogene aviaire influenza

Nadere informatie

EU-wetgeving en beleid. Annemarie Bouma Ministerie LNV

EU-wetgeving en beleid. Annemarie Bouma Ministerie LNV EU-wetgeving en beleid Annemarie Bouma Ministerie LNV Afrikaanse varkenspest: regelgeving OIE EU NL 2 OIE World organisation for Animal Health Transparency global disease situation OIE-listed diseases

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 497 Besluit van 20 augustus 2004, houdende wijziging van het Besluit bescherming tegen Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 2009, TRCJZ/2009/ houdende een vaccinatiecampagne ter bestrijding van Q-koorts

Nadere informatie

Wijziging Regeling handel levende dieren en levende produkten

Wijziging Regeling handel levende dieren en levende produkten Wijziging Regeling handel levende dieren en levende produkten LNV «Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, Visserijwet 1963» 30 januari 1995/Nr. J. 95440 Directie Juridische zaken De Minister van Landbouw,

Nadere informatie

VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET VOGELGRIEP

VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET VOGELGRIEP Vogelgriep: F.A.Q. versie 17 VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET VOGELGRIEP A. ALGEMENE VRAGEN 1. Welke vogels vallen onder pluimvee? 2. Wat zijn de symptomen van een ernstig geval van vogelgriep bij vogels?

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 750 Besluit van 17 december 1997, houdende regelen betreffende het gebruik van sera en entstoffen (Besluit gebruik sera en entstoffen) Wij Beatrix,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 2092 Vragen van de leden

Nadere informatie

Vragen en antwoorden over het Schmallenbergvirus Versie 14 februari 2012

Vragen en antwoorden over het Schmallenbergvirus Versie 14 februari 2012 Vragen en antwoorden over het Schmallenbergvirus Versie 14 februari 2012 Is er mogelijk gevaar voor omwonenden/mensen? Op basis van de beschikbare informatie concluderen experts van het RIVM dat overdracht

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 27 december 2016, nr. WJZ/16200732, houdende specifieke maatregelen in het toezichtsgebied in verband met de bestrijding van hoogpathogene aviaire

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8060 28 mei 2010 Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 25 mei 2010, nr. 129491, houdende

Nadere informatie

Datum 25 mei 2016 Betreft Beantwoording vragen over het bericht 'Vogelmarkten moeten stoppen'

Datum 25 mei 2016 Betreft Beantwoording vragen over het bericht 'Vogelmarkten moeten stoppen' > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 augustus 2010 Betreft Q-koorts. Geachte Voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 augustus 2010 Betreft Q-koorts. Geachte Voorzitter, > Retouradres Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directie Voedselkwaliteit en Diergezondheid Cluster Landbouwhuisdieren

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 659 Besluit van 13 december 2012, houdende de vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van een aantal artikelen van de Wet dieren,

Nadere informatie

Informatie over Q-koorts

Informatie over Q-koorts Informatie over Q-koorts De laatste jaren is er steeds meer aandacht voor Q-koorts. De afgelopen weken ontvingen gemeenten hierover brieven van de Vereniging Nederlandse Gemeenten, het ministerie van Volksgezondheid

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie L 94/44 31.3.2004 VERORDENING (EG) Nr. 599/2004 VAN DE COMMISSIE van 30 maart 2004 tot vaststelling van een geharmoniseerd model voor een certificaat en inspectieverslag voor het intracommunautaire handelsverkeer

Nadere informatie

VERORDENING VACCINATIE NEWCASTLE DISEASE (PPE) 2006

VERORDENING VACCINATIE NEWCASTLE DISEASE (PPE) 2006 INTEGRALE TEKST bijgewerkt t/m wijziging 2009-I, gepubliceerd d.d. 21-08-2009 1) VERORDENING VACCINATIE NEWCASTLE DISEASE (PPE) 2006 Verordening van het Productschap Pluimvee en Eieren van 15 juni 2006

Nadere informatie

beschermings- en toezichtsgebied vogelgriep Kamperveen 2016 komen te luiden:

beschermings- en toezichtsgebied vogelgriep Kamperveen 2016 komen te luiden: Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 29 december 2016, nr. WJZ/16201752, tot wijziging van Regeling maatregelen beschermings- en toezichtsgebied vogelgriep Boven- Leeuwen 2016 en

Nadere informatie

VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET DE ZIEKTE VAN NEWCASTLE EN VOGELGRIEP

VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET DE ZIEKTE VAN NEWCASTLE EN VOGELGRIEP Ziekte van Newcastle en vogelgriep: F.A.Q. versie 8 VRAGEN EN ANTWOORDEN IN VERBAND MET DE ZIEKTE VAN NEWCASTLE EN VOGELGRIEP 1. Wat wordt verstaan onder hobbypluimvee? 2. Wanneer moet ik mijn beslag met

Nadere informatie

Resultaten van de monitoring voor vogelgriep in 2011

Resultaten van de monitoring voor vogelgriep in 2011 Resultaten van de monitoring voor vogelgriep in 2011 Actieve monitoring bij wilde vogels In 2011 werden bij de actieve monitoring 3.397 wilde vogels op de aanwezigheid van vogelgriep onderzocht. Net als

Nadere informatie

Omzendbrief met betrekking tot de erkenning van instellingen, instituten en centra

Omzendbrief met betrekking tot de erkenning van instellingen, instituten en centra Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief met betrekking tot de erkenning van instellingen, instituten en centra Referentie PCCB/S2/BHOE/1338165 Datum 25/01/2016 Huidige versie

Nadere informatie

4. Pluimveebedrijf: inrichting gebruikt voor het fokken of houden van pluimvee.

4. Pluimveebedrijf: inrichting gebruikt voor het fokken of houden van pluimvee. Ziekte van Newcastle en vogelgriep Maatregelen van kracht in België (KB van 28 november 1994, MB van 24 juli 2018 en MB van 22 november 2018 betreffende de ziekte van Newcastle en het KB van 5 mei 2008

Nadere informatie

Factsheet maatregelen Q-koorts (12 februari :00 uur)

Factsheet maatregelen Q-koorts (12 februari :00 uur) Factsheet maatregelen Q-koorts (12 februari 2010 11:00 uur) Inleiding Q-koorts is een zoönose (een dierziekte die overgedragen kan worden op de mens) die wordt veroorzaakt door de bacterie Coxiella burnetti

Nadere informatie

FES-AI onderzoek als respons op de uitbraak

FES-AI onderzoek als respons op de uitbraak Tjeerd Kimman Nu weten we (niet) alles De afkortingen: FES: Fonds Economische Structuurversterking AI: Aviaire Influenza FES-AI: Impulse Program on Avian Influenza De uitbraak van 2003 in kille cijfers

Nadere informatie

L 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE

L 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE L 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie 25.11.2006 II (Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing) COMMISSIE BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 17 november 2006 tot wijziging

Nadere informatie

A In artikel 5.5 vervallen het tweede lid alsmede de aanduiding 1. voor het eerste lid.

A In artikel 5.5 vervallen het tweede lid alsmede de aanduiding 1. voor het eerste lid. Grondslag Gelet op de artikelen 2.2, tiende lid, onderdelen d, e, f, g, i, j, l, onder 1 en 4º, m, n, p, 2.8, vierde lid, onderdelen a en b, 7.1, 7.2, tweede lid, 7.8, eerste lid, van de Wet dieren; Artikelen

Nadere informatie

Afrikaanse varkenspest Europese strategie en wetgeving

Afrikaanse varkenspest Europese strategie en wetgeving Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Afrikaanse varkenspest Europese strategie en wetgeving J. Hooyberghs Directoraat-generaal Controlebeleid Directie Dierengezondheid en Veiligheid

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Economische Zaken;

De Staatssecretaris van Economische Zaken; Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 16 november 2014, nr. WJZ/14187229, houdende een tijdelijke stilstand van vervoer van gevogelte, vee afkomstig van bedrijven met bedrijfsmatig

Nadere informatie

Vogel-griep. Cees van de Noort Baancommissie Golf en Country Club Liemeer

Vogel-griep. Cees van de Noort Baancommissie Golf en Country Club Liemeer Vogel-griep Advies wat te doen bij het aantreffen van dode (water)vogels op de golfbanen van Liemeer G&CC Te Nieuwveen door Cees van de Noort Baancommissie Golf en Country Club Liemeer 23-2-2015 UPDATE:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 622 Mond- en Klauwzeer Nr. 3 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VISSERIJ Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, Handelende in overeenstemming met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, Handelende in overeenstemming met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport; MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 15 maart 2006, TRCJZ/2006/819 houdende een tijdelijke vrijstellingsregeling in

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 3917 28 januari 2016 Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 26 januari 2016, nr. WJZ / 16009052, houdende

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid. van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid. van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid EUROPEES PARLEMENT 2004 ««««««««««««2009 Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid 19.7.2005 VOORLOPIGE VERSIE 2005/0063(CNS) ONTWERPADVIES van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid

Nadere informatie

Antwoord op Statenvragen PS2003-123 Arnhem, 20 mei 2003 nr. Z6055

Antwoord op Statenvragen PS2003-123 Arnhem, 20 mei 2003 nr. Z6055 Provinciale Staten Antwoord op Statenvragen PS2003-123 Arnhem, 20 mei 2003 nr. Z6055 Vogelpest De leden van Provinciale Staten Ingevolge het bepaalde in artikel 42 van het Reglement van Orde van Provinciale

Nadere informatie

Ned. Werkgroep hobbymatig gehouden Pluimvee en Parkvogels,

Ned. Werkgroep hobbymatig gehouden Pluimvee en Parkvogels, 12 februari 2007 N.a.v. uitbraak vogelgriep in Suffolk Aan de leden van de vaste commissie van LNV Op woensdag 14 februari 2007 debatteert u over de uitbraak van H5N1in Suffolk en het Nederlandse beleid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 229 Varkenspest Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VISSERIJ Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie