OPDRACHTKAART. Thema: Nabewerken. Snijden 3. Snijschema s NB Voorkennis: De snijmachine Snijden

Transcriptie

1 OPDRACHTKAART NB Snijschema s Voorkennis: De snijmachine Snijden Intro: Voordat je gaat snijden moet je de snijmachine programmeren. Dus moet je eerst een uitlijnmodel maken, de snijvolgorde bepalen en de snijmaten uitrekenen. Dan heb je een zogenaamd snijschema gemaakt. Doelen: Aan het eind van deze opdracht kun je: een snijschema maken voor doorsnijden en rondom schoonsnijden de snijmachine programmeren een snijproef maken Aan het eind van deze opdracht ken je: de begrippen snijschema, uitlijnmodel, snijvolgorde, snijmaten de begrippen snijproef en proefsnede Activiteiten: Lees de tekst Snijschema s. Maak de toets. Maak de praktijkopdracht. Vul de checklist in. Vul de evaluatie in. Maak de eindtoets. Tijd: Voor deze opdracht heb je ongeveer 2,5 lesuren: theorie bestuderen: 0,5 lesuur toets maken: 0,5 lesuur praktijkopdracht maken: 1 lesuur eindtoets maken: 0,5 lesuur Materiaal: theorietekst Snijschema s toets praktijkopdracht checklist en evaluatieformulier Beoordeling: De docent beoordeelt: de 3 snijschema s de 3 snijproeven Vraag nu aan je docent: de eindtoets

2 Theorie NB Snijschema s Snijden is precisiewerk. Het is belangrijk dat we zorgvuldig werken. Voordat we gaan snijden maken we een snijschema. Een snijschema bestaat uit de volgende onderdelen: uitlijnmodel; snijvolgorde; snijmaten. Uiteindelijk hebben we dan een lijstje waarop staat, welke snijmaat we voor elke snede moeten instellen. Een moderne snijmachine kan je programmeren. Je zet de gewenste snijmaten in de computer. Na elke snede wordt het zadel automatisch ingesteld. Je hoeft de stapel alleen nog maar de goede kant op te draaien, zorgvuldig aan te leggen en te snijden. Snijvolgorde Daarna bedenken we in welke volgorde we gaan snijden. Dat is belangrijk om de snijmachine te kunnen programmeren. Eerst moeten we de aanleghoek opzoeken. We moeten dezelfde aanleghoek gebruiken als de drukker. De eerste snede maken we altijd aan de lange zijde van de stapel. We plaatsen de stapel dus met de lange zijde tegen het zadel. Daarbij letten we op dat hij met de aanleg tegen het zadel en tegen een zijaanleg ligt. Of je de rechter of de linker zijaanleg moet gebruiken, hangt natuurlijk van de aanleghoek af. Kijk maar naar de afbeeldingen. Als we de snijmachine niet kunnen programmeren moeten we na elke snede de volgende snijmaat instellen. Dan duurt het snijden natuurlijk veel langer. Op school maakt het niet uit, omdat we maar kleine hoeveelheden snijden. Maar in bedrijven moet het snel gaan, daar staat dit soort machines niet. Uitlijnmodel We moeten precies weten waar gesneden moet worden. We zoeken het eindformaat op. Dan pakken we een drukvel en tekenen nauwkeurige lijnen op de plaatsen waar we moeten snijden. Dat noemen we ook wel uitlijnen.als we klaar zijn, hebben we een uitlijnmodel gemaakt. linker zijaanleg gebruiken rechter zijaanleg gebruiken

3 Theorie NB Voor de tweede snede moeten we de andere zijde van de aanleghoek tegen het zadel plaatsen, de korte zijde dus. positie voor de tweede snede snijmaat voor snede 1 Als we dit weten kunnen we beginnen met de snijvolgorde. We zoeken daarbij naar de slimste manier. Want we willen de stapel zo min mogelijk draaien. Bekijk het onderstaande voorbeeld. Snijmaten Als we de snijvolgorde weten, kunnen we bij elke snede de snijmaat opmeten. Daarvan maken we een lijstje. Volgens dat lijstje kunnen we de snijmachine programmeren. snijmaat voor snede 2 Bij het opmeten moeten we altijd uitgaan van de afstand tussen achteraanleg en mes. Dat is de snijmaat die we instellen om een snede te maken. Op de onderstaande tekeningen zijn deze afstanden met pijlen aangegeven. snijmaat voor snede 3

4 Theorie NB snijmaat voor snede 4 We komen dus tot de volgende snijmaten: snede 1: snede 2: snede 3: snede 4: 42,5 cm 60,0 cm 42,0 cm 59,4 cm Nu kunnen we de snijmachine instellen of programmeren.

5 Toets NB Snijschema s Vraag 1 Hier zie je een vel dat gesneden moet worden. De snijder heeft een uitlijnmodel gemaakt. Hij heeft de snedes aangegeven met rode lijnen. Hoeveel snedes moet de snijder maken? Kruis het juiste antwoord aan. O2 snedes O4 snedes O6 snedes O8 snedes O 10 snedes Vraag 2 De snijder bedenkt van tevoren de volgorde van de snedes. Daarvoor moet hij de aanleghoek weten. Hier is de snijvolgorde met cijfers aangegeven. Klopt de snijvolgorde? Let op de aanleghoek! OJa,de snijvolgorde is goed. ONee,de snijvolgorde is fout. Vraag 3 Je ziet hier een uitlijnmodel. Het papier moet rondom schoongesneden worden. Wat is het eindformaat? Kruis aan. O 42,5 cm x 60,0 cm O 42,5 cm x 59,4 cm O 42,0 cm x 59,4 cm O 42,0 cm x 60,0 cm

6 Toets NB Vraag 4 De snijder moet een snijschema maken. Dat is een uitlijnmodel met de snijvolgorde en de snijmaten. Als hij de snijvolgorde en de snijmaten weet, kan hij de snijmachine programmeren. Hij moet weten op welke snijmaten hij de snedes moet instellen. Op de afbeelding zie je de snijmaten staan. Op welke snijmaten moet hij de snedes instellen? Zet de juiste snijmaat achter de snede. snede snede 1 snede 2 snede 3 snede 4 snijmaat Vraag 5 Kruis ALLE juiste antwoorden aan. De snijder bepaalt de snijvolgorde. Hij moet daarbij rekening houden met verschillende gegevens. Hij moet... O... dezelfde aanleghoek gebruiken als de drukker. O... zo weinig mogelijk snedes maken. O... de stapel zo weinig mogelijk draaien.

7 Toets NB Vraag 6 Wat is het eindformaat van deze vellen? Kruis het juiste antwoord aan. O 10,0 cm x 14,0 cm O 10,0 cm x 14,5 cm O 10,5 cm x 14,0 cm O 10,5 cm x 14,5 cm Vraag 7 Dit vel moet rondom schoongesneden worden. Aan elke zijde moet 3 mm afgesneden worden. Het eindformaat is DIN A 4. Zet achter elke snede de goede snijmaat. snede snede 1 snede 2 snede 3 snede 4 snijmaat Vraag 8 Op deze afbeelding staan twee snijvolgordes. Welke volgorde is de goede? Schrijf erbij waarom. O Snijvolgorde 1 is goed, want: O Snijvolgorde 2 is goed, want:

8 Toets NB Vraag 9 Dit drukvel moet de snijder rondom schoonsnijden en doorsnijden tot A 4. Bekijk de maten en de snijvolgorde. Zet achter elke snede de goede snijmaat. Kies uit de onderstaande snijmaten: 21,0cm 29,7cm 42,0cm 44,0 59,4cm 59,7cm snede snede 1 snede 2 snede 3 snede 4 snede 5 snede 6 snijmaat Vraag 10 Voordat de snijder aan de oplage begint, maakt hij een snijschema. Hieronder staan de handelingen in de verkeerde volgorde. Zet de handelingen in de juiste volgorde. snijproef maken snijmaten aangeven snijmaten programmeren snijvolgorde aangeven uitlijnmodel maken

9 PRAKTIJKOPDRACHT NB Snijschema s maken Dit ga je doen Je maakt 3 verschillende snijschema s: 1. doorsnijden: 4 stroken snijden van 10,7 x 61 cm 2. rondom schoonsnijden: snijden tot formaat 41 x 59 cm 3. rondom schoonsnijden en doorsnijden: 4 vellen snijden van 21 x 29,7 cm Dit heb je nodig planosnijmachine 3 vellen papier, formaat 43 x 61 cm voor de uitlijnmodellen 3 vellen papier, formaat 43 x 61 cm voor de snijproeven potlood en liniaal De opdracht in stappen Voor elk snijschema moet je de onderstaande stappen aanhouden: A Uitlijnmodel maken Teken eerst de aanleghoek op het vel. Teken de snijlijnen met potlood. B Snijvolgorde bepalen Bedenk de meest efficiënte snijvolgorde. Geef de snedes met cijfers aan. C Snijmaten aangeven Reken bij elke snede de snijmaat uit. Zet de snijmaten bij de snijlijnen. D Snijproef maken Programmeer de snijmachine volgens het snijschema. Snijd één vel. Let op! Niet het uitlijnmodel snijden! Controleer de maatvoering. Inleveren Vul de checklist en het evaluatieformulier in. Lever alles in bij de docent. Aantekeningen

10 checklist NB Snijschema s Leerling Docent Heb je 3 snijschema s gemaakt? O O Zijn de snijlijnen netjes getekend? O O Staan de aanleghoeken erop? O O Heb je de snijvolgorde met cijfers aangegeven? O O Staan de maten erop? O O Zijn de 3 snijproeven goed? O O Staat de snijmachine uit? O O Is de werkplek goed opgeruimd? O O

11 Evaluatie NB Snijschema s 1. Had je voldoende tijd voor deze opdracht? 2. Wat vond je moeilijk aan deze opdracht? 3. Wat vond je makkelijk aan deze opdracht? 4. Wat zou je de volgende keer anders doen? 5 Geef jezelf een beoordeling: Ozeer onvoldoende want Oonvoldoende want O matig want Ovoldoende want Oruim voldoende want Ogoed want Ozeer goed want Eindbeoordeling: Cijfer:

12 Eindtoets NB Snijschema s Vraag 1 Voordat je aan een snijopdracht begint, maak je een snijschema. Een snijschema bestaat uit 3 onderdelen. Schrijf deze onderdelen op: Vraag 2 In welke volgorde moet je dit vel snijden? Zet bij elke snede het juiste cijfer. Vraag 3 Hier zie je een vel uitlijnmodel. In welke volgorde moet je dit snijden? Zet bij elke lijn het juiste cijfer. Vraag 4 Bekijk dit snijschema. De aanleghoek is niet aangegeven. Waar zit de aanleghoek? Geef de aanleghoek aan.

13 Eindtoets NB Vraag 5 Je ziet hier een uitlijnmodel. Het papier moet rondom schoongesneden worden. Schrijf het eindformaat op: Vraag 6 Een vel is 42 cm x 32 cm. Aan elke zijde worden 2 cm afgesneden. Wat is het eindformaat? Vraag 7 Deze vraag gaat over het bovengenoemde vel. Op welke snijmaten moet je de snijmachine instellen? Schrijf de juiste snijmaten achter de snedes. snede snede 1 snede 2 snede 3 snede 4 snijmaat

14 Eindtoets NB Vraag 8 Dit vel moet rondom schoongesneden worden. Aan elke zijde moet 3 mm afgesneden worden. Het eindformaat is DIN A 3. Zet achter elke snede de goede snijmaat. snede snede 1 snede 2 snede 3 snede 4 snijmaat Vraag 9 Wat is het eindformaat van deze vellen? Vraag 10 Dit drukvel moet je rondom schoonsnijden en doorsnijden tot A 4. Bepaal eerst de snijvolgorde. Zet dan achter elke snede de goede snijmaat. snede snede 1 snede 2 snede 3 snede 4 snede 5 snede 6 snijmaat