Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief"

Transcriptie

1 Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief Notes on Nursing, What it is and what it is not. (Florence Nightingale 1859) Rotterdam, september 2005 Naam: Jos Schaeffer Opleiding: HBO-V Instelling: Hogeschool Rotterdam Begeleider: Greta Kreuze Studentnummer: Instelling: Bouman GGZ In de psychiatrie gaat het niet zozeer om behandeling van zieken, maar om opvang van angstige mensen die een probleem hebben. Het gaat niet om één persoon die niet goed is maar om een stel mensen ( het sociale systeem ) die op elkaar reageren en van elkaar te lijden hebben. (Reedijk 1997)

2 Samenvatting Sinds enige jaren later heeft de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP, 2003) het standpunt ingenomen, dat verslavingsziekte een psychische ziekte is, vaak gecompliceerd door andere psychische en somatische aandoeningen. In het onderzoek is dan ook allereerst te lezen dat verslavingsziekte een onderdeel is van de psychiatrie, dit is tevens een validering voor de visie en het bio-psycho-sociale model. Dit model biedt mogelijkheden om het verlies van autonomie en de invloed op de gezondheidstoestand van de patiënt vanuit de drie genoemde invalshoeken te bezien. Goede diagnostiek om dit onderscheid te kunnen maken is noodzakelijk. Het ontwikkelen van richtlijnen voor de praktijk door verpleegkundigen is nodig, zodat niet alleen de meest actuele kennis maar ook de vaak niet uitgesproken waarden van de verpleegkundige zorgverlening vertaald worden naar de praktijk. Richtlijnen geven duidelijkheid bij keuzes, die verpleegkundigen in de praktijk moeten maken. Een voorbeeld is het wel of niet separeren van een psychiatrische zorgvrager. Een dergelijke beslissing, veelal van multidisciplinaire aard, is niet eenvoudig en moet goed onderbouwd worden. Als hiervoor bruikbare richtlijnen bestaan, die in overeenstemming zijn met de actuele inzichten over de behandeling, wordt de praktijk overzichtelijker en beter beheersbaar. Dit in een streven naar kwaliteitszorg die overigens wordt bepaald door de context van het moment. Mijn praktijkervaring heeft geleid tot de volgende: Probleemstellingen: Het gemis van een beleid: de aangeboden zorg hangt als los zand aan elkaar, er is geen samenhang in de aangeboden zorg door de verschillende disciplines en afdelingen (coördinatie van de zorg) en de zorg wordt veelal ad hoc gegeven. De voorgeschiedenis van de patiënt weet je niet, gebrek aan informatieoverdracht. Doelstelling: Door middel van deze scriptie wil ik helder krijgen of er binnen Bouman GGZ draagvlak is voor het invoeren van een verpleegkundig beleid. Geïnspireerd door onze oprichter Prof. Dr. K. Herman Bouman, beoog ik een beleid met een evenredige aandacht voor het proces en het product, zijnde: de zorg voor de verslaafde patiënt binnen Bouman GGZ. Vraagstelling: Op welke wijze wordt het verpleegkundig beleid binnen Bouman GGZ beleefd en hoe zou dit beleid kunnen worden verbeterd? Deelvragen: Wat is verslavingsziekte? Wat is verpleegkundige zorg? Vanuit de vraagstelling zijn enquêtevragen gedistilleerd. De onderzoeksgegevens zijn verwerkt en daaruit conclusies getrokken. Vervolgens heb ik aanbevelingen gedaan en kritisch teruggeblikt. Conclusie: Conclusie van het onderzoek op hoofdlijn, is dat er binnen Bouman GGZ geen sprake is van een eenduidig verpleegkundig beleid. De resultaten van de enquête bevestigen bijvoorbeeld dat de basiselementen van kwaliteitszorg ontbreken en dat het personeel behoefte heeft aan vakinhoudelijke coaching. Deskundigheidsbevordering is daarom niet alleen een aanbeveling om de kwaliteit van zorg te verankeren, maar ook vormt het de weg naar belevingsgerichte zorg. Verder zal de invoering van een elektronisch patiëntendossier de overdracht van informatie over patiënten sterk doen verbeteren. Bovendien zal de introductie van een regieverpleegkundige leiden tot betere coördinatie van zorg. Afgaande op de relevantie van het werken met verpleegkundige diagnoses, meen ik tenslotte dat er tenminste bij de respondenten positief draagvlak is voor een verpleegkundig beleid binnen Bouman GGZ. Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 2

3 Voorwoord Werken met mensen die verslaafd zijn vind ik heel bijzonder: het is niet alleen heel afwisselend, ieder mens is tenslotte anders, het meest intrigeert mij de mens achter zijn verslaving. Dikwijls ligt de verslaving als een soort deken over de persoon, soms haast zijn kwaliteiten / persoonseigenschappen verhullend. Die deken kan zo dik zijn (geworden) dat zelfs de autonomie van die mens onbereikbaar is geworden en de verslaving met die mens aan de haal gaat. Op zo n moment is er meer sprake van het overkomt je dan zelf kiezen. Zo ook de keuze van zorg en kwaliteit van leven. In de jaren dat ik als verpleegkundige werkzaam ben in de verslavingszorg ben ik gefascineerd geraakt door de uiteenlopende manieren van werken door de dezelfde disciplines in dezelfde setting. De charme vond ik altijd dat je je eigenheid kon bewaren. Er werd gewerkt naar eigen goeddunken. Vanaf de jaren tachtig is de tendens waarneembaar dat wij als hulpverleners druk doende zijn om ons te professionaliseren. Dit moet leiden tot verbetering en controle van de gezondheidszorg: kwaliteitszorg. Zowel in het kader van mijn afstuderen, alsook met de intentie een verpleegbeleid bij Bouman GGZ in te voeren, heb ik deze afstudeerscriptie geschreven. Deze afstudeerscriptie wil ik dan ook aanbieden aan de directie van Bouman GGZ, in de hoop dat dit onderzoek een bijdrage kan leveren aan het verder bouwen van een nieuw perspectief. Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 3

4 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Inleiding en aanleiding 5 Hoofdstuk 2: Verslavingsziekte als onderdeel van de psychiatrie Inleiding Het bio-psycho-sociale model Aard van de co-morbiditeit Conclusie Samenvatting 8 Hoofdstuk 3: Het verpleegkundig perspectief Inleiding Verpleegproces Coördinatie van de zorg en zorgmanagement Kwaliteit van de zorg Samenvatting 13 Hoofdstuk 4: Richtlijnen Inleiding Validiteit en betrouwbaarheid van standaarden en richtlijnen Deskundigheid van de individuele beroepsbeoefenaar blijft essentieel Goede professionals of een goed kwaliteitssysteem? Samenvatting 15 Hoofdstuk 5: Onderzoeksopzet 16 Hoofdstuk 6: Resultaten enquête Inleiding Uitwerking Samenstelling respondenten Beleving Visie Sterke punten en verbeterpunten 21 Hoofdstuk 7: Conclusies en aanbevelingen 22 Nawoord: 24 Literatuurlijst 25 Bijlage Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 4

5 1 Inleiding en aanleiding In de voorbije jaren werd verslaving gezien als een extreme vorm van afhankelijk gedrag. Verslaving werd gezien als een gedragsstoornis. Behandeling bestond in die tijd uit het aan gemotiveerde cliënten afleren van het ongewenste gedrag. Chronisch verslaafden bleken slecht bereikbaar voor behandeling. Voortschrijdend inzicht heeft gezorgd voor een update in het kijken naar en behandelen van verslaving: het bio/psycho/sociale model (van Es, 2004). In navolging van de ideeën die de oprichter van Bouman GGZ al had in het begin van de 20e eeuw, heeft Bouman GGZ gekozen voor het bio-psycho-sociale model. In de praktijk constateer ik: Probleemstellingen: Het gemis van een beleid: de aangeboden zorg hangt als los zand aan elkaar, er is geen samenhang in de aangeboden zorg door de verschillende disciplines en afdelingen (coördinatie van de zorg) en de zorg wordt veelal ad hoc gegeven. De voorgeschiedenis van de patiënt weet je niet, gebrek aan informatieoverdracht. Doelstelling: Door middel van deze scriptie wil ik helder krijgen of er binnen Bouman GGZ draagvlak is voor het invoeren van een verpleegkundig beleid. Geïnspireerd door onze oprichter Prof. Dr. K. Herman Bouman, beoog ik een beleid met een evenredige aandacht voor het proces en het product, zijnde: de zorg voor de verslaafde patiënt binnen Bouman GGZ. Vraagstelling: Op welke wijze wordt het verpleegkundig beleid binnen Bouman GGZ beleefd en hoe zou dit beleid kunnen worden verbeterd? Deelvragen: Wat is een verslavingsziekte? Wat is verpleegkundige zorg? Leeswijzer: In het volgende hoofdstuk (2) volgt uitleg over wat een verslavingsziekte is. Aan de hand van het biopsycho-sociale model wordt opeenvolgend de aard van de co-morbiditeit toegelicht tegen de achtergrond van de problematiek bij zorgprogramma s. In hoofdstuk 3 wordt het verpleegproces beschreven en wordt de coördinatie van zorg uitgewerkt voor de basiselementen van kwaliteitszorg. In het vierde hoofdstuk wordt het belang van richtlijnen en kwaliteitsverbetering in de verpleegkundige zorg benadrukt. Het vijfde hoofdstuk beschrijft de onderzoeksopzet, waarna in hoofdstuk 6 de resultaten van de enquête worden gepresenteerd. In hoofdstuk 7 volgt uiteenzetting van de conclusies en aanbevelingen. Na een kritische discussie in hoofdstuk 8 volgt tenslotte een nawoord. Beleid volgens van Dale: wijze van behandeling van een zaak met betrekking tot de gevolgde of te volgen beginselen of gedragslijn. Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 5

6 2 Verslavingsziekte als onderdeel van de psychiatrie 2.1 Inleiding Het belangrijkste kenmerk van verslaving is 'de trek', de drang naar een middel, ook wel 'craving' genoemd. Wetenschappelijk onderzoek vanuit de neurowetenschappen en genetica sluit aan bij recent onderzoek dat kwetsbaarheid voor verslaving primair berust op stoornissen in de hersenen, die in belangrijke mate genetisch zijn bepaald (Neuropraxis, 2000). Het rapport medicamenteuze interventies bij drugsverslaving van de Gezondheidsraad (2002), onderschrijft dit standpunt. De Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP, 2003) neemt het standpunt in dat verslavingsziekte een psychische ziekte is, vaak gecompliceerd door andere psychische en somatische ziekten. In het visiedocument van Bouman GGZ definiëren van de Wetering en Czyzewski (2001, pag. 1) verslavingsziekte als volgt: Verslavingsziekte is een complex probleem. Het leidt tot verlies van autonomie op het gebied van emotie, denken en handelen. Afhankelijk van de gebruikte middelen heeft het tevens een invloed op de gezondheidstoestand van de patiënt. Juist omdat verslavingsziekte zo n complex probleem is, lijkt mij de noodzaak aanwezig om de zorg transparant, goed op elkaar afgestemd en op maat gesneden te geven. 2.2 Het bio-psycho-sociale model In eerder genoemd visiedocument staat op pagina 22 dat verslavingsziekte wordt veroorzaakt door een individueel bepaalde kwetsbaarheid, op basis van een combinatie van erfelijke en verworven eigenschappen. Het gaat hierbij om een samenspel van biologische, psychologische en sociale factoren waarvan het relatieve aandeel per individu kan verschillen. Om recht te doen aan genoemde factoren heeft men in de psychiatrie het bio-psycho-sociale model bedacht (Reedijk, 2005). Dit model biedt mogelijkheden om het verlies van autonomie en de invloed op de gezondheidstoestand van de patiënt vanuit de drie genoemde invalshoeken te bezien. Goede diagnostiek om dit onderscheid te kunnen maken is noodzakelijk. Deze visie onderstreept de plaats van de verslavingszorg in de gezondheidszorg en meer in het bijzonder in het vakgebied van de psychiatrie. Misbruik van en verslaving aan middelen zijn als psychiatrische stoornis opgenomen in de gangbare classificatiesystemen zoals DSM-IV 1 en de ICD Verslaving en andere psychische stoornissen blijken in de praktijk vaak met elkaar verweven. We spreken dan over co-morbiditeit, dit biedt mogelijkheden de stoornissen in gezamenlijkheid te bezien en te behandelen. (Czyzewski, 2001) Co-morbiditeit is eerder regel dan uitzondering. Het eerste diagnostische tussenresultaat van de eerste 6 maanden van 2003 heeft in hoge mate ernstige psychiatrische stoornissen laten zien (patiënten populatie Opvang- en Crisiscentrum, hierna te noemen OCC). Uit het onderzoek van Hauptmann (2003) bleek dat er in die periode op het OCC bijna geen patiënt was zonder psychiatrische stoornis. Franzek (2005) heeft hetzelfde onderzocht bij de Intensieve Zorg (IZ). Daaruit bleek dat de co-morbiditeit van de onderzochte patiënten over 2004 op de IZ 100% is. Uit schattingen die het Trimbos-instituut in 2001 presenteerde blijkt dat in Nederland twintig tot vijftig procent van de cliënten in de GGZ ook verslavingsproblemen heeft. In de verslavingszorg zou zestig tot tachtig procent van de clientèle ook last hebben van psychiatrische stoornissen. (Schoemaker, 2001) 1 DSM-IV: Diagnostic and Statistical Manual, 4th edition Gemaakt in opdracht van de American Psychiatric Association (APA). Een beknopte handleiding bij diagnostische criteria in de psychiatrie. (Reedijk, 2005) 2 ICD: International Classification of Diseases, 10 th edition. Een door de World Health Organisation (WHO) opgestelde internationale diagnoselijst. Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 6

7 Factoren die psychische problemen bevorderen (Reedijk, 2005, pag. 36: 1 kwetsbaarheid die ontstaan is door: aangeboren aanleg, erfelijke belasting, een beperkt verstand, een te zacht karakter en een overgevoelige aard; als baby aan te veel angst blootgestaan hebben; als klein kind traumatische ervaringen meegemaakt hebben; als jonge volwassene niet opgewassen zijn tegen de eisen die het sociale leven stelt, angstig en niet stressbestendig zijn en zich slechts met moeite staande kunnen houden. 2 Ingrijpende ervaringen: slachtoffer zijn van geweld, een ramp of een ongeluk; het verlies van een zeer geliefd persoon; lijden onder de gevolgen van vroegere psychische problemen. 3 Slechte sociale omstandigheden: langdurig onderworpen zijn aan (werk)stress; lijden aan slopende relatieconflicten; lijden onder eenzaamheid; lijden onder machtsmisbruik. 4 Slechte lichamelijke conditie: labiel worden door langdurig ziek-zijn en pijn lijden; verwardheid (delier) die het gevolg is van een ziekte. 5 Hersenafwijkingen: schadelijke invloed van alcohol en drugs; hersenbeschadiging door een ziekte, ongeluk of een beroerte; dementie als gevolg van een hersenziekte. 2.3 Aard van de co-morbiditeit Minkoff (2001) heef co-morbiditeit in vier categorieën onderverdeeld: Psychiatrie: mild matig, niet chronisch Verslaving: mild matig, niet chronisch Voorbeeld: 45 jarige, getrouwde man met depressieve klachten, angstklachten, overmatig alcoholgebruik en slapeloosheid in combinatie met problemen in het huwelijk en op het werk 1 Psychiatrie: mild matig Verslaving: ernstig - chronisch Voorbeeld: 32 jarige vrouw met ernstige crackverslaving, werkt als prostitué, kinderen zijn onder toezicht gesteld, voortdurende traumatisering, HIV positie f, dysthymie en posttraumatische stressstoornis. Zij staat onder toezich t van de reclassering. 3 Psychiatrie: ernstig en chronisch Verslaving: mild - matig, niet chronisch Voorbeeld: 25 jarige vrouw met stemmingsziekte en posttraumatische stressstoornis die met haar twee kinderen bij haar moeder woont. In hypomane perioden drinkt zij teveel omdat zij dan vindt dat zij van het leven mag genieten. Meestal is zij depressief. Zij is in dagbehandeling en heeft een case-manage r. 2 Psychiatrie: ernstig en al dan niet chronisch Verslaving: ernstig, al (A) dan niet (B) chronisch Voorbeeld: 35 jarige man met schizoaffectieve stoornis en alcoholverslaving; leeft in een beschermende woonvoorziening; is nog regelmatig zwaar onder invloed en heeft ernstige exacerbaties van zijn psychose; deze zijn niet gevaarlijk maar verstoren het klimaat in de woonvoorziening. Hij is vaak opgenomen voor detoxificatie maar blijft slechts korte perioden nuchter. 4 Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 7

8 Op basis van de ernst van de verslaving en van de co-morbide andere psychische ziekte(n) kunnen zorgprogramma s ontwikkeld worden. Een zorgprogramma kan worden opgevat als een aantal gespecificeerde en samenhangende activiteiten en maatregelen, die resulteren in een doelgerichte en planmatige inzet van twee of meer modules ten behoeve van een specifieke doelgroep. Zorgprogramma s zijn bedoeld om meer samenhang in de zorg te creëren op basis van vraag. Ze kunnen meer duidelijkheid scheppen in de organisatie, de financiering en een houvast bieden bij het bewaken van de kwaliteit. Er zijn verschillende GGZ-instellingen thans bezig met het ontwikkelen van zorgprogramma s. (de Boer, 2002) Helemaal zonder problemen gaat dit niet: (de Boer, 2002, pag. 8) Het is vaak erg moeilijk los te komen van de bestaande situatie, ook al stelt men zich aanvankelijk hoge doelen. De patiënten [ ] moeten gehoord worden (experience based) en zo het programma al niet evidence based is (gebaseerd op wetenschappelijke bewijzen), dan moet het toch zeker consensus based zijn (gebaseerd op de gedeelde intuïtie en ervaringen van hulpverleners). In de praktijk hebben patiënten echter niet zelden het nakijken bij de programmaontwikkeling en vervangt de intuïtie het streven naar objectieve fundering. Hoe betrek je patiënten bij de ontwikkeling van programma s? In welke fase? Er is veel onduidelijkheid over doelen, begrippen en doelgroepen. Is een indeling in doelgroepen naar DSM-classificaties wel zinvol? Wat doe je met doelgroepen die een bijzondere hulpvraag hebben, zoals asielzoekers of (verslaafde) slachtoffers van seksueel geweld? In sommige regio s is er een gebrek aan afstemming tussen de hulpverleners die bijdragen aan de uitvoering van programma s. Dat kan ertoe leiden dat het programma alleen in losse stukjes kan worden aangeboden. Op de achtergrond speelt bijvoorbeeld de angst mee dat men autonomie gaat verliezen, maar ook financiële en personele beperkingen kunnen een rol spelen. De inhoudelijke pluspunten worden wel erkend, maar sneuvelen in organisatorisch onvermogen. 2.4 Conclusie In essentie blijft de vraag wat programmeren in het kader van vraagsturing oplevert voor de inhoud van de zorg zelf. Worden doelen als transparantie, zorg op maat, flexibiliteit en verbetering van de kwaliteit wel gehaald? Het is mij niet bekend, domweg omdat er nog geen evaluatieonderzoek heeft kunnen plaatsvinden. Bij gebrek daaraan worden wel positieve effecten gerapporteerd, maar die hebben doorgaans te maken met de organisatorische randvoorwaarden, zoals professionalisering & specialisatie, verbetering van de samenwerking en het kritisch doorlichten van de organisatie. 2.5 Samenvatting De vraag naar de rentabiliteit van de verleende zorg zal de komende jaren toenemen. Dit betekent dat er steeds beter gekeken moet worden op welke wijze zorgvraag en zorgaanbod op elkaar kunnen worden afgestemd. Het werken vanuit een zorgprogramma is daarbij een hulpmiddel om duidelijkheid te scheppen in de organisatie, de rentabiliteit te verhogen en de kwaliteit te bewaken. Vooral waar vele soorten zorgverleners en behandelaars hun bijdrage moeten leveren wordt een programmatische aanpak bepleit. (Pool e.a., 2003) Zorg? Over de terminologie in de zorg bestaat in Nederland nog geen consensus. Sommigen gebruiken zorg als een overkoepelend begrip. Zo beseft iedereen dat geestelijke gezondheidszorg uit diverse functies bestaat: van preventie en dienstverlening tot curatie en soms zelfs onderdak. Anderen zien zorg als een begrip dat als synoniem met care tegenover behandeling ( cure ) staat en pleiten voor hulp als overkoepelend begrip. (programma s in de GGZ, 2002) Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 8

9 3 Het verpleegkundig perspectief 3.1 Inleiding Het heeft niet veel zin iets over verplegen te zeggen als dat niet op basis van een bepaalde visie is. De afgelopen jaren is er veel veranderd en ontwikkeld op dit gebied. Dit alles in samenhang met maatschappelijke ontwikkelingen, het professionaliseringsproces, de theorievorming in de verpleging en met het kwaliteitsdenken. Er zijn na Florence Nightingale s tijd veel verschillende visies op- en theorieën over verplegen ontstaan. Denk bijvoorbeeld aan Henderson (1950), van Bergen/Hollands (1980), van den Brink- Tjebbes (1985), Neuman (1986), Grypdonck (1990), en Gordon (heden). Hoewel er over deze verschillende theorieën veel geschreven is, zijn er toch wel enkele gezamenlijke kenmerken te noemen: professioneel (met een bepaalde beroepsidentiteit en -autonomie), afgebakend (binnen bepaalde grenzen), planmatig (volgens een bepaalde opzet / systematiek), procesmatig (in een gewenste richting), methodisch (volgens een bepaalde werkwijze) en intentioneel (bewust en gericht) Pool (Met het oog op de toekomst, 2003) beschrijft op pagina 20 dat de erkenning van de eigen deskundigheid en beroepsverantwoordelijkheid van de verpleegkundigen tot uitdrukking komt door de opname van verpleegkundigen in de wet BIG (Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg). Pool schrijft verder dat de verpleegkunde tot de kerndiscipline van de gezondheidszorg wordt gerekend. In het ziekenhuis wordt verpleegkundig werk ook wel de tweede kernactiviteit in het medischspecialistisch bedrijf genoemd. Dat wil niet zeggen dat verpleegkundigen een soort surrogaatartsen zijn. Het betekent wel dat verpleegkundigen over een grote mate van medische kennis dienen te beschikken om hun verantwoordelijkheid te kunnen dragen, beëindigt Pool. 3.2 Verpleegproces Wat is nu eigenlijk verplegen? De NRV (Nationale Raad voor de Volksgezondheid) beschrijft in het verpleegkundig beroepsprofiel (1988) verplegen als volgt: Beroepsmatig verplegen is het herkennen, analyseren, evenals advies en bijstand verlenen ten aanzien van feitelijke of dreigende gevolgen van lichamelijke en/of geestelijke ziekteprocessen, handicaps, ontwikkelingsstoornissen en hun behandeling voor de fundamentele levensverrichtingen van het individu. Verpleegkundig handelen houdt tevens in het zodanig beïnvloeden van mensen, dat menselijke vermogens worden benut met het oog op het instandhouden en bevorderen van de eigen gezondheid. Dit beeld bevat enkele belangrijke elementen: De gevoelsmatige aspecten bij- en het sociale belang van de beroepsuitoefening; De technische competentie en vaardigheden die voor de beroepsuitoefening nodig zijn; De systematische kennis en zelfstandige oordeelsvorming van de beroepsbeoefenaar. Er is mij nog geen eenduidige beschrijving van verslavingsverpleegkunde bekend. In een toenemend aantal instellingen, bijvoorbeeld binnen het Erasmus MC, is het gangbaar het verpleegkundig proces uit te werken in een (al dan niet standaard-) verpleegplan. Dit proces heeft een aantal vaste stappen. Het doorlopen van deze stappen biedt de verpleegkundige een methodisch kader om beslissingen te nemen en de problemen op te lossen die hij in de praktijk tegenkomt (Townsend, 2001). De stappen zijn: Verpleegkundig onderzoek/-anamnese Een anamnese is het systematisch verzamelen van relevante en belangrijke gegevens ten behoeve van het vaststellen van verpleegproblemen en het plannen en evalueren van zorg. Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 9

10 Vaststelling van een actueel- of potentieel verpleegprobleem / diagnose Bijzondere aandacht is er de laatste tijd voor een zorgvuldige, gefundeerde en liefst gestandaardiseerde beschrijving van het verpleegprobleem, de zogenaamde verpleegkundige diagnose. De verpleegkundige diagnose: Is een klinisch oordeel (objectief en verifieerbaar), Is een sturingsinstrument (richtinggevend) voor de doelstelling en de actie/interventie, dus voor het verdere verpleegkundige proces, Betreft niet de gezondheidsverstoring zelf, maar de gevolgen van de gezondheidsverstoring en de reacties van de verpleegde hierop, Moet door een bekwaam verpleegkundige gesteld worden. De diagnose is de fase waar alles omdraait. Alle activiteiten die aan deze fase voorafgingen, hebben als doel een diagnose formuleren. Alle planningactiviteiten die na deze fase volgen zijn op de diagnose gebaseerd. De juistheid van een diagnose hangt voor een groot deel af van de kwaliteit van de gegevens die in de anamnese fase zijn verzameld. Voorbeelden van, bij verslavingsziekte, relevante verpleegkundige diagnosen zijn (Townsend, 2001, pag ): Oververmoeidheid, Voedingstekort, Geringe zelfachting, Verstoorde verbale communicatie, Verstoord denken, Veranderde zintuiglijke waarneming, Machteloosheid, Verstoord slaappatroon, Angst (paniek), Vrees Het erkennen van het belang van een zorgvuldige diagnosestelling heeft in Amerika geleid tot het oprichten van de NANDA (North American Nursing Diagnoses Association). In Nederland speelt de NRV, samen met de beroepsgroep (o.a. via NU 91, het Landelijk Expertisecentrum Verpleging & Verzorging en de Verpleegkundig Wetenschappelijke Raad (VWR) een belangrijke rol in de verdere ontwikkelingen. Ook al zijn zorgvragers met hetzelfde medische probleem opgenomen en hebben ze min of meer dezelfde verpleegkundige zorg nodig, toch zullen de prioriteiten bij elke zorgvrager anders liggen. De verpleegkundige diagnose richt de aandacht op de individuele behoeften van de zorgvrager die anders over het hoofd gezien worden. Planning van de actie/interventie In de planningsfase leidt de verpleegkundige, het liefst samen met de zorgvrager, de verpleegdoelen uit de diagnostische fase af. Deze doelen dienen volgens de RUMBA eisen te worden geformuleerd (Hunink, 2000). Tevens bepaalt de verpleegkundige welke interventies nodig zijn om de verpleegdoelen te halen. De planningsfase is voltooid als het verpleegplan af is. In de planningsfase bekijkt de verpleegkundige eerst welke problemen volgens standaardprocedures kunnen worden opgelost en voor welke problemen een individueel verpleegplan moet worden opgesteld. Relevant (relevant) Understandable (begrijpelijk) Measurable (meetbaar) Behavioral (waarneembaar gedrag) Attainable (haalbaar) Afbeelding 1: The helix of never ending improvement. (KUB Tilburg) Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 10

11 Uitvoering van de actie/interventie In de rol als zorgverlener richt de verpleegkundige zich in dit gedeelte van het verpleegproces niet alleen op het behandelen en genezen. Ook het instandhouden en ontwikkelen van de gezondheid en voorzien in basisbehoeften zoals het bieden van veiligheid zijn belangrijke taken. Zoals Pool (2003) schrijft, ligt de meerwaarde van de hbo-verpleegkundige in het vermogen om complexe verpleegsituaties te analyseren en in te schatten en in het beargumenteren, verantwoorden en onderbouwen van keuzes in een multi- of monodisciplinaire situatie. De interventies worden uitgevoerd door de verpleegkundige of andere zorgverleners. De uitvoeringsfase is afgerond als de verpleegkundige acties en het resultaat van de acties voor de zorgvrager in het verpleegplan zijn genoteerd. Evaluatie Tijdens de evaluatie wordt een oordeel geveld over de kwaliteit of waarde van iets. Tijdens de evaluatie beoordelen de zorgvrager en de verpleegkundige: aan de hand van de verpleegdoelen of en in hoeverre de verpleegdoelen bereikt zijn, aan de hand van standaarden en criteria voor de toepassing van het verpleegkundige proces wat het verpleegplan hieraan heeft bijgedragen. Hiermee beantwoordt deze evaluatie aan de kenmerken van alle evaluaties, namelijk de beoordeling van kwaliteit of de waarde van iets aan de hand van vooraf opgestelde standaarden en criteria. Tijdens het verpleegkundige proces wordt er eigenlijk constant geëvalueerd, tevens biedt het de verpleegkundige een methodisch kader om beslissingen te nemen en de problemen op te lossen die de verpleegkundige in zijn werk tegenkomt (Townsend, 2001). De evaluatie begint bij het vastleggen van de beginsituatie van het verpleegproces en wordt tijdens elke volgende fase van het verpleegkundig proces herhaald. Via de evaluatie geven de verpleegkundigen blijk van hun betrokkenheid en hun verantwoordelijkheidsbesef. Door de resultaten van de zorg te evalueren tonen zij dat ze niet alleen geïnteresseerd zijn in het plannen en uitvoeren van de zorg maar ook in de effecten die dat op het leven van de zorgvrager heeft. Evaluaties bieden verpleegkundigen de mogelijkheid om de zorg te verbeteren (een proces dat nooit eindigt, zie afbeelding 1). Interventies die niet het gewenste effect hebben, kunnen worden gestaakt zodat de verpleegkundige zich kan concentreren op interventies die wel effect hebben. Rapportage en verslaglegging Deze onderdelen vormen met hun specifieke rapportage het zorgdossier. Om op afdelingsniveau te kunnen komen tot een goede (volgens onderstaande eisen) rapportage is het van belang om het doel hiervan te weten: het geeft een overzicht van de aangeboden zorg, biedt mogelijkheden om de diverse zorggerelateerde functionaliteiten te kunnen overzien en te analyseren en geeft inzicht in de voortgang van het zorgverleningproces (bijvoorbeeld door de koppeling aan een tijdpad). Door een planmatige en gestructureerde verslaglegging (geheel geïntegreerd met alle zorgvormen) ontstaat een goed totaalbeeld in het dossier van de patiënt, welke tot kwaliteitsverbetering van de aangeboden zorg kan leiden. Welke informatie en activiteiten moeten worden overgedragen is proces- en situatieafhankelijk. Om tot een zo eenduidig mogelijke interpretatie van de informatie te komen, dient de voortgangsrapportage aan de volgende eisen te voldoen (CBO 3 /VWR 1999): Concreet: de voortgangsrapportage vermeldt welk gedrag de patiënt vertoont. Bondig: de voortgangsrapportage bevat ter zake doende informatie. Hoofdzaken worden onderscheiden van bijzaken. Eenduidig: de voortgangsrapportage bevat voor de gebruiker bekende begrippen. Onbekende terminologie en jargon dient vermeden te worden. Het woordgebruik en de zinsbouw mogen niet verwarrend zijn. Objectief: interpretaties van objectieve observaties dienen als zodanig aangegeven te worden. Duidelijk: het handschrift dient leesbaar te zijn. 3 CBO: Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 11

12 Rapportage is belangrijk in situaties waarbij de verleende zorg verantwoord dient te worden (klachtregeling, tuchtrecht, jurisprudentie, WGBO) en vergroot het de mogelijkheden tot het doen van wetenschappelijk onderzoek. 3.3 Coördinatie van de zorg en zorgmanagement De regisseursrol van de hbo-verpleegkundige komt tot uitdrukking in de zorgcoördinatie, waarin de verpleegkundige verantwoordelijk is voor het totale verloop van het zorgproces. Het behandelplan heeft een multidisciplinair karakter. De hbo-verpleegkundige in de psychiatrie treedt steeds vaker op als casemanager / zorgcoördinator omdat hij als een spin in het web van de zorgverlening zit en in staat is 24-uurszorg te waarborgen. Als casemanager moet de verpleegkundige de behoeften van de zorgvrager goed in kunnen schatten en overbrengen aan en afstemmen met andere disciplines. Het onderhandelen met verschillende partijen in het belang van de zorgvrager is een complexe aangelegenheid. De verpleegkundige heeft de taak om het gemeenschappelijk bepaalde beleid te bewaken tijdens de uitvoering van de zorg. Om de regiefunctie 4 te kunnen vervullen moet de hbo-verpleegkundige in staat zijn om de deskundigheid van andere disciplines in te kunnen schatten (Pool, 2003). Zorgmanagement omvat het toezicht houden op zowel hoe de behandeling wordt georganiseerd als hoe die wordt uitgevoerd. De zorgmanager heeft tot taak ervoor te zorgen dat een behandelplan door de verschillende functionarissen op een goede, consistente en op elkaar aansluitende wijze wordt uitgevoerd. (Janzing en Kerstens, 2005) Zorgmanagement en coördinatie van zorg hebben dus raakvlakken. De verpleegkundige als zorgmanager heeft te maken met een breed behandelaanbod. Uitgaande van de zorgvraag dienen er verschillende behandelprogramma s ontwikkeld te zijn. Deze programma s, die beschreven worden in het afdelingsbehandelplan, dienen goed op elkaar afgestemd te worden. De zorgmanager is een medebewaker van het afdelingsbehandelplan. Hij ziet er op toe dat datgene wat op basis van de zorgvraag dient te worden aangeboden op een goed geordende wijze gebeurt. De zorgmanager superviseert voorts de verschillende persoonlijk begeleiders. Hij is een vraagbaak voor deze functionarissen. Hij kan en moet hier en daar ook aanwijzingen kunnen geven. Hij ziet er op toe dat het werk van de andere disciplines (agogisch medewerkers, maatschappelijk werkers, psychiater, psycholoog e.a.) binnen de lijnen verlopen van wat er in de behandelbesprekingen is bepaald. 3.4 Kwaliteit van de zorg Vanaf de jaren zeventig en tachtig groeide in Nederland de tendens om de beroepsuitoefening in de gezondheidszorg op doelmatigheid en kostenaspecten te controleren. De belangrijkste kwesties hebben tegenwoordig betrekking op de kosten, de kwaliteit van de beroepsuitoefening en de toegankelijkheid van de gezondheidszorg. Voor dit geheel van activiteiten wordt ook wel de algemene term kwaliteitszorg gebruikt. De basiselementen van kwaliteitszorg zijn (Hunink, 2000): Normering of normstelling (vaststellen van het gewenste niveau van kwaliteit), Toetsing (beoordelen of de gewenste situatie in de praktijk plaatsvindt), Verbetering (stappen nemen om de gewenste kwaliteit te realiseren), Kwaliteitsmanagement (scheppen van de voorwaarden om de beoogde kwaliteit te handhaven), Het doel van kwaliteitszorg is dat er in de gezondheidszorg: Wordt gewerkt volgens actuele inzichten en stand van kennis, Geen onnodige zorg wordt gegeven, Minder variatie optreedt in het handelen van beroepsbeoefenaren, Bijdrage wordt geleverd aan kostenbeheersing in de zorgsector, De aangeboden zorg tenminste voldoet aan afspraken over afgesproken kwaliteit, transparantie optreedt, dat wil zeggen duidelijkheid naar binnen en buiten over hoe een instelling of afdeling aan de afspraken over gewenste kwaliteit voldoet. 4 In de functiewaardering academische ziekenhuizen (fuwavaz) is de functie regieverpleegkundige ingevoerd. Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 12

13 In de kwaliteitswet zorginstellingen (1996), hoofdstuk 2, artikel 2 wordt dit als volgt omschreven: De zorgaanbieder biedt verantwoorde zorg aan. Onder verantwoorde zorg wordt verstaan zorg van goed niveau, die in ieder geval doeltreffend, doelmatig en patiëntgericht wordt verleend en die afgestemd is op de reële behoefte van de patiënt. 3.5 Samenvatting Omdat de verslaving biologische, sociale en psychologische oorzaken heeft, is de behandeling en zorg van verslaving multidisciplinair. De verpleegkundige zorg is een van die disciplines. Door het beschrijven van het verpleegkundig proces, de coördinatie en de vier basiselementen van kwaliteitszorg, heb ik getracht duidelijk te maken waar het verpleegkundig perspectief zit in de behandeling van verslavingsziekte. Aangezien de psychiatrische component zo belangrijk is in het ontstaan van verslaving, moet die in de behandeling natuurlijk terug te vinden zijn. Het psychiatrisch aandeel van de behandeling zal meer op de voorgrond komen te staan, maar psychologische en sociaal-maatschappelijke interventies blijven een fundamenteel onderdeel van de behandeling. De interventies van de verschillende disciplines hangen onder andere af van de gestelde diagnose maar ook van de fase in de behandeling. In het begin van het behandeltraject, bijvoorbeeld bij de afdeling stabilisatie en diagnostiek, ligt het accent vaker op psychiatrische en somatische zorg. Verder in het traject gaan andere zaken, zoals sociale, een rol spelen. Het volgende hoofdstuk gaat over richtlijnen en kwaliteitsverbetering. Zorg, waarin de intuïtie ontbreekt, is slechts half en ontoereikend. Wan t : hoe meet ik troost? Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 13

14 4 Richtlijnen 4.1 Inleiding Voor diverse onderdelen en aspecten van de verpleegkundige zorg zijn kwaliteitscriteria en toetsinstrumenten ontwikkeld. Door het NIVEL (Het Nederlands instituut onderzoek van de gezondheidszorg) en het CBO is een groot aantal aspecten geïnventariseerd. Deze kunnen door beroepsbeoefenaren en onderzoekers worden geraadpleegd. 4.2 Validiteit en betrouwbaarheid van standaarden en richtlijnen Willen wij als verpleegkundigen werken aan verbetering van de verpleegkundige zorg, dan is het nodig niet alleen genoegen te nemen met validering via consensus. Consensusstandaarden kunnen er immers net zo goed toe bijdragen dat professionele vooroordelen gehandhaafd blijven, in plaats van ter discussie gesteld worden. In dit geval is het beter om je te oriënteren op empirische evidentie, onderzoeksresultaten waarvan de geldigheid en betrouwbaarheid voldoende zijn. Grypdonck geeft aan dat standaarden vooral moeten worden gebaseerd op evidence-based practice, dat wil zeggen praktijkhandelingen waarvan aangetoond is dat ze effect hebben. Met het beschikbaar komen van meer evidence-based verpleegkundige onderzoeksresultaten is het mogelijk de criteria voor goed handelen beter te onderbouwen. Ook ervaringen en beleving van zorgvragers kunnen door goed kwalitatief onderzoek geïdentificeerd en in richtlijnen vertaald worden. Hoewel kwaliteitsonderzoek, meer dan wetenschappelijk onderzoek, praktijkgericht is, gaan kwaliteitstoetsing en wetenschappelijk onderzoek door de beschikbaarheid van evidence-based practice steeds meer op elkaar lijken. 4.3 Deskundigheid van de individuele beroepsbeoefenaar blijft essentieel Bij alle aandacht voor standaarden en richtlijnen voor de kwaliteit van verpleegkundige zorg bestaat het gevaar voor verminderen van de diepgang van het verplegen. Grypdonck (1995a) beschrijft als het belangrijkste kenmerk hiervan de geheelbenadering van de zorgvrager. Het gebruik van standaarden en richtlijnen kan namelijk gemakkelijk leiden tot een statische, maar ook versnipperde en op de grootste gemende deler van zorgvragers afgestemde praktijkvoering. Bovendien worden moeilijker te operationaliseren aspecten, zoals bejegening, minder gemakkelijk vertaald in standaarden en criteria. Ze dreigen daardoor minder aandacht te krijgen in de richtlijnen. Het is moeilijk algemene richtlijnen voor goede begeleiding te geven omdat dit voor elke zorgvrager iets anders kan betekenen. Maar het gevolg van het ontbreken, of in zeer algemene termen stellen, van richtlijnen is dat aan de individuele verpleegkundige wordt overgelaten hoe hij de begeleiding invult. De richtlijnen bieden in dat geval geen duidelijkheid over wat kwaliteit in de praktijk betekent, zeker niet voor minder ervaren verpleegkundigen. Een vertaling door ervaren verpleegkundigen naar de concrete praktijk op het niveau van wat zeg je wel, en wat zeg je niet is dan noodzakelijk. 4.4 Goede professionals of een goed kwaliteitssysteem? Zoals eerder beschreven is er een overgang gaande van de traditionele beroepsinhoudelijke kwaliteitszorg, waarin vakmanschap centraal staat, naar de bedrijfskundige optiek, waarin de nadruk ligt op het beschrijven van processen en procedures in een kwaliteitssysteem. Een gevolg kan zijn dat ook bij de verpleegkundige zorg het managementperspectief, gericht op efficiëntie en minder verspilling, belangrijker wordt dan het beroepsinhoudelijke perspectief, dat bij uitstek op deskundig hulpverlenerschap is gericht. Casparie (1998 in Hunink 2000 pag )) ziet in deze ontwikkeling een gevaar voor de kwaliteit van de zorg. Volgens hem wordt de kwaliteit in instellingen veel meer bepaald door de daar werkzame professionals dan door het al dan niet aanwezig zijn van een kwaliteitssysteem. Zij nemen immers de beslissingen over de zorg. Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 14

15 Casparie pleit dan ook voor verbetering op het individuele niveau van de hulpverlener, en wel op drie dimensies: Het vakmanschap, De motivatie om het werk goed te willen doen, De kritische instelling om zijn eigen werkzaamheden te willen reflecteren. Casparie betoogt met klem: liever goede professionals zonder systeem dan een prachtig kwaliteitssysteem met matig functionerende professionals. Hij stelt dan ook dat het aanknopingspunt om de kwaliteit te verbeteren op het individuele niveau ligt en dat daarom het functioneren van de professionals in het primaire proces, op zowel individueel als teamniveau, het eerste moet worden beoordeeld op kwaliteit. De vraag is natuurlijk hoe bedrijfskundige en beroepsinhoudelijke kwaliteitsverbetering zich het beste tot elkaar kunnen verhouden. Ofman (1999, in Hunink 2000, pag. 137) geeft aan dat kwaliteit van een organisatie is opgebouwd uit drie soorten kwaliteit. Kwaliteit die moet: de minimale, wettelijk acceptabele kwaliteit. Een lager niveau is ondenkbaar. Deze kwaliteit is vaak vastgelegd, of ge(waar)borgd, in systemen en procedures. Ofman noemt dit de het -kwaliteit. Kwaliteit die hoort: de kwaliteit die de klant verwacht. Deze kwaliteit is vaak verbonden met de cultuur in de organisatie en wordt de wij -kwaliteit genoemd. Kwaliteit die kan: de kwaliteit die de klant niet verwacht maar wel waardeert. Het is dit stukje extra waardoor de klant niet alleen geholpen wordt maar zich als persoon herkend en bevestigd voelt. Deze meer persoonlijke kwaliteit wordt de ik -kwaliteit genoemd. Werken aan kwaliteit betekent altijd werken via deze drie gangen, hoewel voor het startpunt verschillende ingangen kunnen worden gekozen. Door kwaliteit te leveren die niet verwacht maar wel gewaardeerd wordt, dus kwaliteit die kan, biedt een instelling net dat stukje extra dat haar boven de anderen uittilt. 4.5 Samenvatting Het ontwikkelen van richtlijnen voor de praktijk door verpleegkundigen is nodig, zodat niet alleen de meest actuele kennis maar ook de vaak niet uitgesproken waarden van de verpleegkundige zorgverlening vertaald worden naar de praktijk. Richtlijnen geven duidelijkheid bij keuzen die verpleegkundigen in de praktijk moeten maken. Een voorbeeld is het wel of niet separeren van een psychiatrische zorgvrager. Een dergelijke beslissing, veelal van multidisciplinaire aard, is niet eenvoudig en moet goed onderbouwd worden. Als hiervoor bruikbare richtlijnen bestaan, die in overeenstemming zijn met de actuele inzichten over de behandeling, wordt de praktijk overzichtelijker en beter beheersbaar. Na bestudering uit de literatuur blijkt dat kwaliteit een relatief en door de context bepaald begrip is. Kwaliteitsverbetering vraagt voortdurende evaluatie en bijsturing. In feite gaat het bij kwaliteitsevaluatie om het vertalen en verfijnen van kennis en theorie naar de dagelijkse verpleegkundige praktijk. Dat is geen luxe maar gewoon noodzaak voor een goede praktijkvoering. Liever goede professionals zonder systeem dan een prachtig kwaliteitssysteem met matig functionerende professionals (Casparie, 1998). Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 15

16 5 Onderzoeksopzet Inleiding Door middel van literatuurstudie heb ik o.a. verslavingsziekte en verpleegkundige zorg uitgediept. Door middel van deze studie heb ik getracht een theoretische onderbouwing te vinden voor de meerwaarde van de verpleegkundige zorg: planmatig werken volgens een cyclisch proces met inbegrip van de basiselementen van kwaliteitszorg. Vraagstellingen: Wat is de beleving van de collega s t.a.v. de verpleegkundige zorg bij Bouman GGZ? Hoe groot is de behoefte van de collega s bij Bouman GGZ aan een verpleegbeleid, dat wil zeggen: planmatig werken volgens een cyclisch proces? Methoden en technieken Na het formuleren van probleem en doelstellingen ben ik op zoek gegaan naar de meest recent toonaangevende bronnen. De geraadpleegde literatuur heb ik gevonden door gebruik te maken van het internet en door te zoeken in de catalogi van de bibliotheken van de Hogeschool Rotterdam, de medische bibliotheek van het Erasmus MC en de bibliotheek van het Trimbos-instituut. Ik heb bij voorkeur gezocht op artikelen die evidence based of op z n minst expert based zijn. De uitkomsten van de enquête heb ik verwerkt met behulp van Excel (spreadsheet). De onderzoeksgroep De populatie die onderzocht werd, zijn collega s bij Bouman GGZ, werkzaam op verschillende afdelingen. In de uitoefening van hun werk hebben genoemde collega s direct patiëntencontact en zijn mede verantwoordelijk voor de behandeling van de patiënt. Het betreft hier collega s die zowel klinisch als ook ambulant werken in o.a. de volgende disciplines: agogisch medewerker, arts, verpleegkundige, ziekenverzorgende en maatschappelijk werker. Ik heb gekozen om de enquête bij meerdere disciplines uit te delen om een zo duidelijk mogelijk antwoord te krijgen op mijn vraagstelling en deelvragen. De enquête heb ik digitaal verspreid onder de genoemde groep. Voor het retourneren heb ik de geënquêteerden de keus gegeven uit 2 mogelijkheden: 1 beantwoorden door middel van , 2 enquête uitprinten, invullen en terugsturen per interne post, Onderzoeksvorm Nadat het theoretisch kader is goedgekeurd, ben ik begonnen met de voorbereidingen van het praktijkgedeelte, het kwantitatieve onderzoek. Ik heb gekozen voor een enquête met gesloten vragen omdat deze methode betrouwbaarder is dan open vragen, de antwoorden eenvoudig anoniem verwerkt kunnen worden en de verwerkingstijd korter is dan bij open vragen. Met name de anonimiteit vind ik belangrijk omdat de kans op minder sociaal wenselijke antwoorden hoger is en daarmee betrouwbaarder (Baarda en de Goede, 2001). De gegevens uit de praktijk heb ik verzameld door middel van een enquête. De onderzoeksvragen zijn afkomstig van de vraagstelling en naar aanleiding van de theoretische uitgangspunten (beschrijving verpleegproces) opgesteld. De enquête bestaat uit 15 gesloten vragen en is als volgt opgebouwd: 1 inventarisatie naar de samenstelling van de doelgroep. 2 onderzoek naar beleving op het werk 3 bekendheid met visie 4 onderzoek naar werkwijze / samenwerking Een proefenquête is ter beoordeling aan 3 collega s en een psychologe gegeven. Het invullen van de proefenquête heeft enkele onduidelijkheden naar voren gebracht. Hierdoor heb ik de vragen kunnen verduidelijken. Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 16

17 6 Resultaten enquête 6.1 Inleiding Hieronder volgt een overzicht van de opvallendste resultaten van de enquête. Voor de volledige uitkomsten en rechte tellingen verwijs ik u naar bijlage Uitwerking Van de 480 verstuurde enquêtes en 280 ontvangen leesbevestigingen, zijn er 64 geretourneerd. De respons is dus 13,3%. Het bleek op korte termijn niet mogelijk om de onderzoeksgroep zorgvuldig uit het totale personeelsbestand te filteren. Ik heb ervoor gekozen om liever te veel dan te weinig mensen te benaderen. Dit is tevens een oorzaak van de lage respons. Andere redenen voor deze lage respons kunnen zijn: korte responstijd (12 dagen) vakantieperiode (28 juli t/m 8 augustus) alle enquêtes zijn uitsluitend digitaal (per mail) verspreid lang niet alle collega s zijn vertrouwd met het gebruik van de pc, afgaande op de wijze van terugsturen. Uit de grafiek valt te lezen dat in het bijzonder collega s die klinisch werken de voorkeur geven voor het terugsturen van de enquête per interne post. validatie respons 120,00% 100,00% 80,00% 60,00% ambulant klinisch 40,00% 20,00% 0,00% interne post mail Van de respondenten blijkt 61% klinisch en 39% ambulant te werken Samenstelling respondenten 120,00% 100,00% 80,00% 60,00% ambulant klinisch 40,00% 20,00% 0,00% ziekenverzorgende / paramedisch medewerker groepswerker / agogisch medewerker verpleegkundige maatschappelijk werker arts anders Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 17

18 De samenstelling van de respondenten wordt in onderstaande grafiek weer gegeven. N = 64 ziekenverzorgende / paramedisch werker groepswerker / agogisch medewerker verpleegkundige maatschappelijk werker arts anders Beleving Coaching Een opvallende uitkomst is, dat 50,7% van de respondenten aangeeft (vakinhoudelijk) te weinig gecoacht te worden. De verdeling tussen de disciplines gaat ongeveer gelijk op. Een uitzondering vormen de artsen (N = 3): 100% geeft aan te weinig gecoacht te worden. Vraag 4 te weinig voldoende Totaal ziekenverzorgende / paramedisch medewerker 50,00% 50,00% 100,00% groepswerker / agogisch medewerker 47,37% 52,63% 100,00% verpleegkundige 48,00% 52,00% 100,00% maatschappelijk werker 83,33% 16,67% 100,00% Arts 100,00% 0,00% 100,00% Anders 22,22% 77,78% 100,00% Totaal 49,21% 50,79% 100,00% Aansluiting opleiding bij werkzaamheden 59,4% van de respondenten geeft aan, dat genoten opleiding een beetje aansluit bij de voornaamste werkzaamheden. 28,1% van de respondenten geeft aan, dat dit komt omdat de functie een te bescheiden rol heeft in het zorgproces Visie Daar waar bijna 100% aangeeft bekend te zijn met de visie van Bouman GGZ, is 84,4% bekend met het behandelbeleid. Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 18

19 Is in uw werkzaamheden de visie van Bouman GGZ herkenbaar? 120,00% 100,00% 80,00% 60,00% 40,00% ja nee missing 20,00% 0,00% klinisch ambulant Is het duidelijk wie (welke discipline) wat (geboden zorg) doet bij u op de afdeling? 90,00% 80,00% 70,00% 60,00% 50,00% 40,00% 30,00% ja nee missing 20,00% 10,00% 0,00% klinisch ambulant Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 19

20 Kunt u aangeven in hoeverre er bij u op de afdeling gewerkt wordt met het vaststellen van verpleegproblemen / verpleegkundige diagnoses? 30,00% 25,00% 20,00% 15,00% 10,00% 5,00% nooit zelden soms dikwijls altijd missing 0,00% klinisch ambulant Kunt u aangeven in hoeverre u het relevant vindt dat er met verpleegproblemen / verpleegkundige diagnoses gewerkt wordt bij u op de afdeling? 90,00% 80,00% 70,00% 60,00% 50,00% 40,00% 30,00% niet relevant beetje relevant erg relevant missing 20,00% 10,00% 0,00% klinisch ambulant Afstudeerscriptie HBO-V: Verslavingszorg vanuit verpleegkundig perspectief 20

Plannen van zorg Niveau 4

Plannen van zorg Niveau 4 Antwoorden stellingen Plannen van zorg Niveau 4 NU ZORG Editie 2014 Pagina 1 Hoofdstuk 1. Wanneer wordt verpleegkundige zorg gegeven? 1. In de jaren zestig was professionele zorg erg duur, daarom werd

Nadere informatie

Foto: halfpoint. 123rf.com. methodisch werken

Foto: halfpoint. 123rf.com. methodisch werken 1 Foto: halfpoint. 123rf.com methodisch werken Methodisch werken 1 Als zorgprofessional doe je nooit zomaar iets. Je werkt volgens bepaalde methodes en procedures. In dit hoofdstuk leer je wat methodisch

Nadere informatie

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE?

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? - Geplaatst in VISUS 4-2017 - EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? Om de verschillen tussen de kennis uit het laatste wetenschappelijk bewijs en de klinische praktijk kleiner te maken is de afgelopen

Nadere informatie

Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3

Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3 Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3 Handleiding Voltijd Jaar 3 Studiejaar 2015-2016 Stage-opdrachten Tijdens stage 3 worden 4 stage-opdrachten gemaakt (waarvan opdracht 1 als toets voor de

Nadere informatie

Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige

Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot intensive care verpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied intensive

Nadere informatie

Methodisch werken met zorgleefplan, ondersteuningsplan of begeleidingsplan

Methodisch werken met zorgleefplan, ondersteuningsplan of begeleidingsplan Zorgleefplan, ondersteuningsplan en begeleidingsplan Methodisch werken met zorgleefplan, ondersteuningsplan of begeleidingsplan Om goede zorg en/of ondersteuning te kunnen geven aan een cliënt is het werken

Nadere informatie

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige Eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied van de

Nadere informatie

Organiseren van zorg Niveau 3

Organiseren van zorg Niveau 3 Antwoorden stellingen Organiseren van zorg Niveau 3 NU ZORG Editie 2014 Pagina 1 Hoofdstuk 1. Het zorgproces 1. De holistische mensvisie gaat uit van de hele mens. Lichamelijke, psychische en sociale aspecten

Nadere informatie

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot kinderverpleegkundige

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot kinderverpleegkundige Eindtermen voor de vervolgopleiding tot kinderverpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot kinderverpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied kinderverpleegkundige

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord 11 DEEL 1 HET BEROEP VAN DE MBO-VERPLEEGKUNDIGE 13

Inhoud. Voorwoord 11 DEEL 1 HET BEROEP VAN DE MBO-VERPLEEGKUNDIGE 13 Inhoud Voorwoord 11 DEEL 1 HET BEROEP VAN DE MBO-VERPLEEGKUNDIGE 13 1 Waar gaat het om in de verpleging? 15 1.1 Oriëntatie op het beroep van mbo-verpleegkundige 15 1.1.1 Inhoud van het beroep 16 1.1.2

Nadere informatie

Bedoeling van dit werkcollege:

Bedoeling van dit werkcollege: PSYCHOLOGISCHE DIAGNOSTIEK Veld Klinische en Gezondheidspsychologie Oktober 2005 Cécile Vandeputte- v.d. Vijver Bedoeling van dit werkcollege: Bespreking van de stappen van het psychodiagnostisch proces

Nadere informatie

KWALITEITSONTWIKKELING GGZ

KWALITEITSONTWIKKELING GGZ KWALITEITSONTWIKKELING GGZ Kwalitatief goede zorg tegen aanvaardbare kosten Door Sebastiaan Baan Korte uitleg animatie: https://youtu.be/dl6n5hix2d Y 2 NETWERK KWALITEITSONTWIKKELING GGZ Landelijk Platform

Nadere informatie

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot spoedeisende hulp verpleegkundige

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot spoedeisende hulp verpleegkundige Eindtermen voor de vervolgopleiding tot spoedeisende hulp verpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot spoedeisende hulp verpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied

Nadere informatie

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot intensive care kinderverpleegkundige

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot intensive care kinderverpleegkundige Eindtermen voor de vervolgopleiding tot intensive care kinderverpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot intensive care kinderverpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied

Nadere informatie

CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek CarePower 2013/14

CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek CarePower 2013/14 CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek CarePower 2013/14 Datum : 01-02-2014 Auteur : Jaap Noorlander, Joris van Nimwegen Versie : 2 1 Inhoudsopgave Inleiding... Pagina 3 Vraagstelling... Pagina 3 Methode

Nadere informatie

Verklarende woordenlijst

Verklarende woordenlijst Verklarende woordenlijst bij toetsingskader voor instellingen waar mensen verblijven die niet thuis kunnen wonen Utrecht, maart 2017 Behandeling Handelingen en interventies van medische, gedragswetenschappelijke

Nadere informatie

Beoordelingsmodel scriptie De beoordelaars gaan niet over tot een eindbeoordeling indien een van de categorieën een onvoldoende is.

Beoordelingsmodel scriptie De beoordelaars gaan niet over tot een eindbeoordeling indien een van de categorieën een onvoldoende is. Beoordelingsmodel scriptie De beoordelaars gaan niet over tot een eindbeoordeling indien een van de categorieën een is. Plan van aanpak 1.aanleiding (10 punten) Er is geen duidelijk omschreven aanleiding

Nadere informatie

Inhoud. Deel I Het verpleegkundig beroep in beeld. Deel II Methodisch werken

Inhoud. Deel I Het verpleegkundig beroep in beeld. Deel II Methodisch werken IX I Deel I Het verpleegkundig beroep in beeld 1 Waar gaat het om in de verpleging?.............................................. 3 1.1 Oriëntatie op het beroep van mbo-verpleegkundige..................................

Nadere informatie

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot dialyse verpleegkundige

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot dialyse verpleegkundige Eindtermen voor de vervolgopleiding tot dialyse verpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot dialyse verpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied van de dialyse

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus

Nadere informatie

Beroepscode doktersassistent. Nederlandse Vereniging van Doktersassistenten

Beroepscode doktersassistent. Nederlandse Vereniging van Doktersassistenten Beroepscode doktersassistent Nederlandse Vereniging van Doktersassistenten Beroepscode Doktersassistent Wat is een beroepscode? Een beroepscode bevat ethische en praktische normen en waarden van het beroep.

Nadere informatie

ZiN en kwaliteitsbeleid

ZiN en kwaliteitsbeleid ZiN en kwaliteitsbeleid Ineen Werkconferentie kwaliteit 24 april 2014 Prof Niek J de Wit, huisarts Lid advies commissie kwaliteit achtergrond Agenda Organisatie ZiN Visie op kwaliteit Kwaliteitsregister

Nadere informatie

VAN ZORG NAAR PREVENTIE

VAN ZORG NAAR PREVENTIE VAN ZORG NAAR PREVENTIE Jaap van der Stel Jaap van der Stel Lector GGz Hogeschool Leiden Brijder-Parnassia GGZ ingeest Legitimatie psychische gezondheidszorg Legitimiteit van de psychische gezondheidszorg

Nadere informatie

Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen Een notitie naar aanleiding van onderzoek van de Inspectie jeugdzorg oktober 2008

Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen Een notitie naar aanleiding van onderzoek van de Inspectie jeugdzorg oktober 2008 Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen Een notitie naar aanleiding van onderzoek van de Inspectie jeugdzorg oktober 2008 Inleiding De veiligheid van het kind is een van de belangrijkste

Nadere informatie

Tussentijdse bevindingen van het thematoezicht naar de ketenzorg rond psychiatrische patiënten met ernstige somatische comorbiditeit

Tussentijdse bevindingen van het thematoezicht naar de ketenzorg rond psychiatrische patiënten met ernstige somatische comorbiditeit Bijlage Tussentijdse bevindingen van het thematoezicht naar de ketenzorg rond psychiatrische patiënten met ernstige somatische comorbiditeit 1 Achtergrond De casus van de heer W., beter bekend als de casus

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 Preventie 67 1 Inleiding 67 2 Praktijkoverwegingen 69 3 Wetenschappelijke onderbouwing 78 4 Aanbevelingen 87 Noten 90 Literatuur 90

Hoofdstuk 4 Preventie 67 1 Inleiding 67 2 Praktijkoverwegingen 69 3 Wetenschappelijke onderbouwing 78 4 Aanbevelingen 87 Noten 90 Literatuur 90 Inhoud Voorwoord 9 Hoofdstuk 1 Inleiding 11 1 Inleiding 11 2 Visie 12 3 Dwang 13 4 Drang 14 5 Doel van de richtlijn 16 6 Doelgroep 16 7 Patiëntengroep 16 8 Werkwijze 17 9 Leeswijzer 18 Noten 20 Literatuur

Nadere informatie

PROFESSIONEEL STATUUT AERREA B.V.

PROFESSIONEEL STATUUT AERREA B.V. PROFESSIONEEL STATUUT AERREA B.V. Met dit professioneel statuut wordt een nadere invulling gegeven aan de eis van de Kwaliteitswet zorginstellingen waarin de instelling wordt verplicht om te voorzien in

Nadere informatie

Diagnose en classificatie in de psychiatrie

Diagnose en classificatie in de psychiatrie Diagnose en classificatie in de psychiatrie Klinische Validiteit Research Betrouwbaarheid Prof dr Bert van Hemert psychiater en epidemioloog Afdelingshoofd psychiatrie DBC Kosten-baten 2 Diagnosen in de

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus

Nadere informatie

PersonaCura. Uw specialist in persoonlijkheid & gedrag bij senioren

PersonaCura. Uw specialist in persoonlijkheid & gedrag bij senioren PersonaCura Uw specialist in persoonlijkheid & gedrag bij senioren Inleiding We willen allemaal oud worden, maar het liever niet zijn. Ouder worden betekent immers omgaan met verlies van gezondheid, van

Nadere informatie

TRAINING INDICEREN MET NANDA NIC NOC Welkom

TRAINING INDICEREN MET NANDA NIC NOC Welkom TRAINING INDICEREN MET NANDA NIC NOC Welkom PROGRAMMA Hervormingen in de langdurige zorg Wetgeving Achtergrond en uitgangspunten indiceren Classificatiesystemen Methodisch werken NANDA: introductie Anamnese

Nadere informatie

Regiebehandelaar & Kwaliteitsstatuut

Regiebehandelaar & Kwaliteitsstatuut Regiebehandelaar & Kwaliteitsstatuut Niet meer Insurance Based werken? Joost Walraven, Klinisch Psycholoog / Manager Zorg Hoofddocent management KP-opleiding blog.walraven@gmail.com NVGzP 25 juni 2015

Nadere informatie

Workshop voor Aon. Esther Pans. Ontwikkelingen in het medisch tuchtrecht met gevolgen voor het aansprakelijkheidsrecht. Donderdag 14 maart 2013

Workshop voor Aon. Esther Pans. Ontwikkelingen in het medisch tuchtrecht met gevolgen voor het aansprakelijkheidsrecht. Donderdag 14 maart 2013 Workshop voor Aon Ontwikkelingen in het medisch tuchtrecht met gevolgen voor het aansprakelijkheidsrecht Esther Pans Donderdag 14 maart 2013 Medische aansprakelijkheid: Hoofdbehandelaarschap Kernvraag:

Nadere informatie

Model cliëntendossier

Model cliëntendossier Model cliëntendossier Modelproduct van OKAB, Ondersteuning Kwaliteitszorg Alternatieve Behandelwijzen Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO INLEIDING In het kader van het project Ondersteuning

Nadere informatie

Samenvatting leerstof Geriatrie opleiding

Samenvatting leerstof Geriatrie opleiding Samenvatting leerstof Geriatrie opleiding Klinisch redeneren doen we in feite al heel lang. VUmc Amstel Academie heeft hiervoor een systematiek ontwikkeld, klinisch redeneren in 6 stappen, om gedetailleerd

Nadere informatie

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2011. Bijlage 7. Behandeling

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2011. Bijlage 7. Behandeling 2011 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstelling functie 4 2.1 Algemeen 4 2.2 Continue, systematische, langdurige en multidisciplinaire zorg (CSLM) 5 2.3 gericht op herstel en/of het aanleren van vaardigheden

Nadere informatie

Samenvatting. Adviesvragen

Samenvatting. Adviesvragen Samenvatting Adviesvragen Een deel van de mensen die kampen met ernstige en langdurige psychiatrische problemen heeft geen contact met de hulpverlening. Bij hen is geregeld sprake van acute nood. Desondanks

Nadere informatie

De CBP: Competentie Beoordeling Praktijk

De CBP: Competentie Beoordeling Praktijk De CBP: Competentie Beoordeling Praktijk Op de HBOV van de Hogeschool Leiden wordt sinds het studiejaar 2013-2014 gewerkt met CBP s, Competentie Beoordelingen in de Praktijk. Gedachte hierachter is, dat

Nadere informatie

Beoordeling: Parkinson

Beoordeling: Parkinson Projectgroep 1 Debby Aloserij 500618648 Hogeschool van Amsterdam Leon Borst 500643824 Januari 2014 Hellen Brakkee 500653051 HB- erpleegkunde Carolien Büdgen 500617279 Docent: Josanne Kers Joyce Stuijt

Nadere informatie

Visie Dimence Groep op VerpleGinG en VerzorGinG

Visie Dimence Groep op VerpleGinG en VerzorGinG Visie Dimence Groep op verpleging en verzorging Visie Dimence Groep op verpleging en verzorging De zorg verandert en vindt zoveel mogelijk thuis of dichtbij huis plaats. Er worden minder mensen opgenomen

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011)

Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011) Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011) Inhoudsopgave Verslag 2-4 Grafieken 5-10 Samenvatting resultaten 11-16 Bijlage - Vragenlijst 17+18 Cohesie Cure and Care Hagerhofweg 2 5912 PN

Nadere informatie

Een depressie. P unt P. kan u helpen. volwassenen

Een depressie. P unt P. kan u helpen. volwassenen Een depressie P unt P kan u helpen volwassenen Iedereen is wel eens moe, somber en lusteloos. Het is een normale reactie op tegenvallers, een verlies en andere vervelende gebeurtenissen. Wanneer dit soort

Nadere informatie

Hart voor je patiënt, goed in je vak, trots op je werk

Hart voor je patiënt, goed in je vak, trots op je werk Visie Verpleging & Verzorging VUmc 2015 Preventie Zorg plannen Pro-actief State-of-the-art zorg Samen Zorg uitvoeren Gezamenlijk verant wo or de lijk Screening & diagnostiek Efficiënt Zinvolle ontmoeting

Nadere informatie

Standpunt NVGzP inzake hoofdbehandelaarschap in de specialistische

Standpunt NVGzP inzake hoofdbehandelaarschap in de specialistische Standpunt NVGzP inzake hoofdbehandelaarschap in de specialistische GGZ In april van dit jaar publiceerde de Inspectie voor de Gezondheidszorg een concept-advies over het hoofdbehandelaarschap in de specialistische

Nadere informatie

Bijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie

Bijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie Bijeenkomst afstudeerbegeleiders 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie Doel deel II bijeenkomst vandaag Afstudeerbegeleiders zijn geinformeerd over inhoud Medmec jaar vier (scriptievaardigheden) Afstudeerbegeleiders

Nadere informatie

1 Samenvatting: een nieuw beroepenhuis V&V

1 Samenvatting: een nieuw beroepenhuis V&V 1 Samenvatting: een nieuw beroepenhuis V&V 1.1 V&V 2020 heeft op basis van: de rondetafelgesprekken met vele honderden beroepsbeoefenaren; de achtergrondstudies met een review van wetenschappelijk onderzoek

Nadere informatie

Masterpiece Autonomie bij de geriatrische zorgvrager na invoering van het Baxtersysteem

Masterpiece Autonomie bij de geriatrische zorgvrager na invoering van het Baxtersysteem Masterpiece Autonomie bij de geriatrische zorgvrager na invoering van het Baxtersysteem Een beeld vormen en in kaart brengen van de autonomie bij de geriatrische zorgvrager na invoering van het Baxtersysteem

Nadere informatie

CLIëNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2011, van brief tot conclusie!!

CLIëNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2011, van brief tot conclusie!! CLIëNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2011, van brief tot conclusie!! De brief: Het Venster F.D. Rooseveltlaan 18 Postbus 2157 5600 CD Eindhoven Eindhoven, 29 november 2011 Betreft: Enquete cliënttevredenheid Beste

Nadere informatie

OPLEIDING INTENSIVE CARE VERPLEEGKUNDIGE

OPLEIDING INTENSIVE CARE VERPLEEGKUNDIGE OPLEIDING INTENSIVE CARE VERPLEEGKUNDIGE 1. Deskundigheidsgebied van de intensive care verpleegkundige blad 2 van 11 2. Eindtermen voor de opleiding intensive care verpleegkundige blad 6 van 11 LRVV Deel

Nadere informatie

doordat er op dat moment geen leeftijdsgenootjes aanwezig zijn. Als ze iets mochten veranderen gaven ze aan dat de meeste kinderen iets aan de

doordat er op dat moment geen leeftijdsgenootjes aanwezig zijn. Als ze iets mochten veranderen gaven ze aan dat de meeste kinderen iets aan de SAMENVATTING Er is onderzoek gedaan naar de manier waarop kinderen van 6 8 jaar het best kunnen worden geïnterviewd over hun mening van de buitenschoolse opvang (BSO). Om hier antwoord op te kunnen geven,

Nadere informatie

s-gravenhage, 14 januari 2000 De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. Borst-Eilers

s-gravenhage, 14 januari 2000 De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. Borst-Eilers Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal s-gravenhage, 14 januari 2000 Onderwerp: Beleidsvisie landelijk kennis/behandelcentrum eetstoornissen Hierbij doe ik u een mijn «beleidsvisie voor

Nadere informatie

Procesevaluatie Effectief Actief 2013. Drs. L. Ooms Dr. C.Veenhof

Procesevaluatie Effectief Actief 2013. Drs. L. Ooms Dr. C.Veenhof Procesevaluatie Effectief Actief 2013 Drs. L. Ooms Dr. C.Veenhof VOORWOORD Effectief Actief (EA) is een programma geïnitieerd door het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen (NISB). Het heeft als doel

Nadere informatie

Congres ziekenhuispsychiatrie

Congres ziekenhuispsychiatrie Congres ziekenhuispsychiatrie Het belang van integrale zorg psychiatrie & somatiek belicht vanuit de visie van de zorgverzekeraar 7 november 2013 Anouk Mateijsen Regio manager, Achmea Divisie Zorg & Gezondheid

Nadere informatie

6 1 = Groot probleem; 2 = Klein probleem; 3 = Geen probleem; 99 = Missing Bereikbaarheid

6 1 = Groot probleem; 2 = Klein probleem; 3 = Geen probleem; 99 = Missing Bereikbaarheid Volwassenen cure Verslaving cure CQiv-amb Patiëntervaring Patiëntervaring Instrument Naam instrument CQ-index Kortdurende ambulante GGZ verkort Code Versie/uitgever Meetpretentie Type instrument Type respondent

Nadere informatie

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Congres Focus op Onderzoek, 22 juni 2015 Gerda de Kuijper, AVG/senior senior onderzoeker CVBP/UMCG Dederieke Festen AVG/senior onderzoeker

Nadere informatie

PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten

PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten Beoordeling Te behalen Behaald 1. Past het onderwerp/ontwerp bij het vak/de vakken? 1 Herkenbaarheid van het vak of de vakken. Past het onderwerp

Nadere informatie

Toelichting De kerncompetentie vakinhoudelijk handelen vormt de rode draad van elke leerweg. De andere kerncompetenties zijn daarbij ondersteunend.

Toelichting De kerncompetentie vakinhoudelijk handelen vormt de rode draad van elke leerweg. De andere kerncompetenties zijn daarbij ondersteunend. Kerncompetenties Kerncompetentie 1 Vakinhoudelijk handelen De beroepsbeoefenaar integreert alle vakinhoudelijk kennis en vaardigheden en een professionele attitude t.b.v. optimale patiëntenzorg en werkprocessen.

Nadere informatie

Beroepsopdracht 4 De geriatrische zorgvrager

Beroepsopdracht 4 De geriatrische zorgvrager Beroepsopdracht 4 De geriatrische zorgvrager 1 Werkprocessen en competenties gericht op het verpleegplan 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op. A: Beslissen en activiteiten initiëren

Nadere informatie

Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport > Retouradres Postbus 2518 6401 DA Heerlen Minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport Stadspiateau 1 3521 AZ Utrecht

Nadere informatie

Samenvatting. Welk type zorg is PDL?

Samenvatting. Welk type zorg is PDL? Samenvatting In dit proefschrift is de zorgverlening volgens Passiviteiten Dagelijks Leven (PDL) beschreven. PDL wordt in toenemende mate toegepast in de Nederlandse en Vlaamse ouderenzorg en men ervaart

Nadere informatie

Zorgprogramma voor mensen met gerontopsychiatrische problematiek in het verpleeghuis

Zorgprogramma voor mensen met gerontopsychiatrische problematiek in het verpleeghuis Zorgprogramma voor mensen met gerontopsychiatrische problematiek in het verpleeghuis Anne van den Brink Specialist Ouderengeneeskunde Onderzoeker Pakkende ondertitel Inhoud presentatie Inleiding Aanleiding

Nadere informatie

- kiezen voor het gebruik van goede digitale informatiesystemen in de zorgpraktijk.

- kiezen voor het gebruik van goede digitale informatiesystemen in de zorgpraktijk. SAMENVATTING Het aantal mensen met een chronische aandoening neemt toe. Chronische aandoeningen leiden tot (ervaren) ongezondheid, tot beperkingen en vermindering van participatie in arbeid en in andere

Nadere informatie

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2010. Bijlage 7. Behandeling

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2010. Bijlage 7. Behandeling 2010 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstelling functie 4 2.1 Algemeen 4 2.2 Aanvullende functionele diagnostiek 5 2.3 Kortdurende behandeling gericht op herstel en/of het aanleren van vaardigheden of

Nadere informatie

Met elkaar in gesprek over kwaliteitsverbetering en hoogspecialistische ggz. Door Ralph Kupka en Sebastiaan Baan

Met elkaar in gesprek over kwaliteitsverbetering en hoogspecialistische ggz. Door Ralph Kupka en Sebastiaan Baan Met elkaar in gesprek over kwaliteitsverbetering en hoogspecialistische ggz Door Ralph Kupka en Sebastiaan Baan Netwerk Kwaliteitsontwikkeling GGZ Sebastiaan Baan Netwerk LPGGz NIP NVvP Nederlands Huisartsen

Nadere informatie

Quick scan Ambulant begeleid wonen. Rapport naar aanleiding van het onderzoek van de Inspectie jeugdzorg bij Kompaan

Quick scan Ambulant begeleid wonen. Rapport naar aanleiding van het onderzoek van de Inspectie jeugdzorg bij Kompaan Quick scan Ambulant begeleid wonen Rapport naar aanleiding van het onderzoek van de Inspectie jeugdzorg bij Kompaan Inspectie jeugdzorg September 2006 Inleiding De Inspectie jeugdzorg wil een inschatting

Nadere informatie

Achtergronddocument Specifieke groepen binnen de GGZ

Achtergronddocument Specifieke groepen binnen de GGZ Achtergronddocument Specifieke groepen binnen de GGZ Specifieke groepen binnen de GGZ 1 2 Achtergronddocument bij advies Hoogspecialistische GGZ 1 Inleiding In dit achtergronddocument bespreekt de commissie

Nadere informatie

Langdurige Forensische Psychiatrie

Langdurige Forensische Psychiatrie Zorgzwaarte Checklijst Langdurige Forensische Psychiatrie Drs. Peter C. Braun, Dr. Erik Bulten Persoonlijke gegevens van de patiënt: Naam tbs-gestelde: Geboortedatum: TBS nummer: Verblijfplaats ten tijde

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase 2014-2015 VT-DT ONDERZOEKSVERSLAG 1 Bijlage 5c Beoordelingsformulier onderzoeksverslag

Nadere informatie

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 7. Behandeling

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 7. Behandeling 2009 Versie 1 januari 2009 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstelling functie 4 2.1 Algemeen 4 2.2 Aanvullende functionele diagnostiek 4 2.3 Kortdurende behandeling gericht op herstel en/of het aanleren

Nadere informatie

Kerncompetenties psychotherapeut

Kerncompetenties psychotherapeut Kerncompetenties psychotherapeut 5 oktober 2006 Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie Overname is toegestaan, mits ongewijzigd en met gebruik van bronvermelding. Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie,

Nadere informatie

Quick scan Ambulant begeleid wonen

Quick scan Ambulant begeleid wonen Quick scan Ambulant begeleid wonen 21-07-2006 Rapport n.a.v. het onderzoek van de Inspectie jeugdzorg bij Jarabee Inspectie jeugdzorg Juli 2006 Inleiding De Inspectie jeugdzorg wil een inschatting maken

Nadere informatie

Woord vooraf 2 e druk

Woord vooraf 2 e druk V Woord vooraf 2 e druk Verpleegkundig, zorgkundig en verzorgend Je zult merken dat in dit boek vaak het woord verpleegkundig gebruikt wordt. Dat is niet omdat verpleegkundig werk belangrijker zou zijn

Nadere informatie

Verpleegkundige diagnoses in de hemato-oncologie

Verpleegkundige diagnoses in de hemato-oncologie Verpleegkundige diagnoses in de hemato-oncologie Verpleegkundige diagnoses in de hemato-oncologie H.T. Speksnijder Redactie: J.M. Vink C.A.M. Verhoeven P.C. van Sintmaartensdijk-Schuijff Bohn Stafleu

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod

Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod U bent niet de enige Een op de tien Nederlanders heeft te maken met een persoonlijkheidsstoornis of heeft trekken hiervan. De Riagg Maastricht is gespecialiseerd

Nadere informatie

Verwijzen naar de GGZ. Wanneer verwijzen naar de Generalistische basis GGZ en Gespecialiseerde GGZ?

Verwijzen naar de GGZ. Wanneer verwijzen naar de Generalistische basis GGZ en Gespecialiseerde GGZ? Verwijzen naar de GGZ Wanneer verwijzen naar de Generalistische basis GGZ en Gespecialiseerde GGZ? Nieuwe structuur in de geestelijke gezondheidszorg Om de kwaliteit en de kostenbeheersing in de geestelijke

Nadere informatie

Subsidiënt: Ministerie van VWS. Zorgverleners werken liever met interne oproepkrachten dan met personeel van buitenaf

Subsidiënt: Ministerie van VWS. Zorgverleners werken liever met interne oproepkrachten dan met personeel van buitenaf De gegevens in deze factsheet mogen met bronvermelding (E.E.M. Maurits, A.J.E. de Veer & A.L. Francke. Zorgverleners werken liever met interne dan met personeel van buitenaf. Utrecht: NIVEL, 2013) worden

Nadere informatie

Oktober Verantwoordelijkheidsverdeling in de zorg

Oktober Verantwoordelijkheidsverdeling in de zorg Oktober 2018 Verantwoordelijkheidsverdeling in de zorg Verantwoordelijkheidsverdeling in de zorg 1. Inleiding De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (hierna: de inspectie) ziet toe op de naleving van een

Nadere informatie

Competentieprofiel voor coaches

Competentieprofiel voor coaches Competentieprofiel voor coaches I. Visie op coaching Kwaliteit in coaching wordt in hoge mate bepaald door de bijdrage die de coach biedt aan: 1. Het leerproces van de klant in relatie tot diens werkcontext.

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking

Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking Nederlandse Associatie voor Examinering 1 Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking Met de scriptie voor Compensation & Benefits Consultant (CBC) toont de kandidaat een onderbouwd advies

Nadere informatie

VISIE OP PROBLEEMGEDRAG

VISIE OP PROBLEEMGEDRAG VISIE OP PROBLEEMGEDRAG INLEIDING Bij het Centrum voor Consultatie en Expertise (CCE) kunnen zorgprofessionals en anderen terecht voor expertise over ernstig en aanhoudend probleemgedrag. Het gaat om probleemgedrag

Nadere informatie

Body of Knowledge. Kwalificatiedossier Verpleegkundige mbo. Werkversie 0.1. 1/12 Verpleegkundige mbo v0.1

Body of Knowledge. Kwalificatiedossier Verpleegkundige mbo. Werkversie 0.1. 1/12 Verpleegkundige mbo v0.1 Body of Knowledge Kwalificatiedossier Verpleegkundige mbo Werkversie 0.1 1/12 Verpleegkundige mbo v0.1 Inhoud 1 Verpleegkundige MBO basis... 3 1.1 Menselijk functioneren... 3 1.2 Methodisch handelen...

Nadere informatie

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) geldig vanaf 1 januari 2016 575.774.000.000.1550 Pagina 1 van 10 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE...2 Reglement GGZ 2016...3 1.1. Het Reglement Geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

Polikliniek stemming en stabiliteit

Polikliniek stemming en stabiliteit Polikliniek stemming en stabiliteit Irene Tolner, MANP-GGz F. Verlinden, ouderenpsychiater 1 september 2015 Best Practice project 2006-2007 Realiseren van polikliniek voor ouderen (=60+) met een stemmingsstoornis

Nadere informatie

a. Hebben de professionals die rondom een cliënt samenwerken hetzelfde doel voor (eigen werkgebied overstijgend)?

a. Hebben de professionals die rondom een cliënt samenwerken hetzelfde doel voor (eigen werkgebied overstijgend)? Toetsingskader Verantwoorde zorg voor delictplegers met ernstige psychische en/of psychiatrische klachten (Cliëntniveau / Uitvoerend niveau); concept, 23 maart 2010 Aspect 1: Doelconvergentie De mate waarin

Nadere informatie

Gespreksdocument Inleiding Doel Werkwijze

Gespreksdocument Inleiding Doel Werkwijze Gespreksdocument Inleiding Het portfolio is gevuld met bewijslast voor de behaalde competenties op het gevraagde niveau Het laatste studiepunt wordt behaald met het schrijven van het gespreksdocument.

Nadere informatie

Position paper Organisatie van zorg voor SOLK

Position paper Organisatie van zorg voor SOLK Position paper Organisatie van zorg voor SOLK NOLK, September 2013 Samenvatting Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten (SOLK) zijn klachten die na adequaat medisch onderzoek niet of niet

Nadere informatie

Scriptiegroep. Bijeenkomst 08

Scriptiegroep. Bijeenkomst 08 Scriptiegroep Bijeenkomst 08 Inhoudselementen van een scriptie Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding Bronnenonderzoek Afstudeerproject Conclusie Samenvatting Literatuurlijst Bijlagen Inhoudsopgave Routekaart

Nadere informatie

Onderzoek klanttevredenheid Proces klachtbehandeling 2011... Antidiscriminatievoorziening Limburg

Onderzoek klanttevredenheid Proces klachtbehandeling 2011... Antidiscriminatievoorziening Limburg Proces klachtbehandeling 2011................................................................... Antidiscriminatievoorziening Limburg Mei 2012...................................................................

Nadere informatie

JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND

JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND Aan: Werkgroep kostencomponenten jeugd GGZ (met aanbieders) Van: TWO jeugdhulp Holland Rijnland Datum: 12-07-2017 Onderwerp: Concept omschrijving diensten Jeugd GGZ 2018, behorende

Nadere informatie

Onderscheid door Kwaliteit

Onderscheid door Kwaliteit Onderscheid door Kwaliteit 2010 Algemeen Binnen de intensieve overeenkomst fysiotherapie 2010 verwachten wij van u 1, en de fysiotherapeuten vallend onder uw overeenkomst, een succesvol afgeronde toets

Nadere informatie

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) geldig vanaf 1 januari 2015 575.774.000.000.1450 Pagina 1 van 13 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 2 Reglement GGZ 2015... 3 1.1. Het Reglement Geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

Professional of niet? Nelleke Rietveld

Professional of niet? Nelleke Rietveld Professional of niet? Nelleke Rietveld Domein? Wat is het domein van de verpleegkundige? Professionalisering wat is dat eigenlijk? Professionalisering houdt in dat je je als beroepsgroep duidelijk onderscheidt

Nadere informatie

Samenvatting. Nieuwe ontwikkelingen in de palliatieve zorg: kwaliteitsindicatoren en het palliatieve zorgcontinuüm.

Samenvatting. Nieuwe ontwikkelingen in de palliatieve zorg: kwaliteitsindicatoren en het palliatieve zorgcontinuüm. Samenvatting Nieuwe ontwikkelingen in de palliatieve zorg: kwaliteitsindicatoren en het palliatieve zorgcontinuüm Samenvatting 173 Vanaf halverwege de jaren '90 is palliatieve zorg door de Nederlandse

Nadere informatie

Professioneel statuut GGZ Veenendaal

Professioneel statuut GGZ Veenendaal Professioneel statuut GGZ Veenendaal Doel Met dit professioneel statuut wordt een nadere invulling gegeven aan de eis van de Kwaliteitswet zorginstellingen waarin de instelling wordt verplicht om te voorzien

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting De levensverwachting van mensen met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) is gemiddeld 13-30 jaar korter dan die van de algemene bevolking. Onnatuurlijke doodsoorzaken zoals

Nadere informatie

Rapport Tevredenheidonderzoek 2015

Rapport Tevredenheidonderzoek 2015 Rapport Tevredenheidonderzoek 2015 Rapport Tevredenheidonderzoek Huize Westerheide 2015 Huize Westerheide Sparrenlaan 26 1213 SP Hilversum Telefoon: 035 62 88 540 Fax: 035 53 37 613 E-mail: info@huizewesterheide.nl

Nadere informatie

Gespreksdocument Handleiding Eindgesprek

Gespreksdocument Handleiding Eindgesprek Gespreksdocument Handleiding Eindgesprek Opleiding tot radiodiagnostisch/radiotherapeutisch laborant Datum Maart 2017 Versie 1 Versie 1 maart 2017 Handleiding Eindgesprek Radiodiagnostisch Therapeutisch

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting Op grond van klinische ervaring en wetenschappelijk onderzoek, is bekend dat het gezamenlijk voorkomen van een pervasieve ontwikkelingsstoornis en een verstandelijke beperking tot veel bijkomende

Nadere informatie

Landelijk Opleidingscompetentieprofiel. Master Physician Assistant

Landelijk Opleidingscompetentieprofiel. Master Physician Assistant Landelijk Opleidingscompetentieprofiel Master Physician Assistant Dit Landelijk Opleidingscompetentieprofiel van de Physician Assistant is tot stand gekomen door samenwerking tussen de 5 PA opleidingen

Nadere informatie

Antwoord van staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 9 december 2010)

Antwoord van staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 9 december 2010) AH 740 2010Z13219 Antwoord van staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 9 december 2010) 1 Bent u bekend met nieuw onderzoek van Michigan State University

Nadere informatie