N I E U W S B R I E F. In deze nieuwsbrief van oktober 2016 (nr. 2016/3) komen de volgende onderwerpen aan de orde:

Transcriptie

1 N I E U W S B R I E F In deze nieuwsbrief van oktober 2016 (nr. 2016/3) komen de volgende onderwerpen aan de orde: 1. Voorgestelde fiscale maatregelen 2. Schenkingen voor eigen woning Leegwaarderatio box 3 geldt ook voor de erfbelasting 4. Wet DBA, aansprakelijkheid 5. Werknemer ontslaan en werk uitbesteden aan zelfstandige nog mogelijk? 6. Meer bescherming erfgenamen 7. BTW-aftrek niet per se uitgesloten bij verzaken factuureisen 8. Herinvesteringsreserve ook bij onttrekking mogelijk 9. Eerste uitspraak over gebruikelijkheidscriterium in werkkostenregeling 10. Werkruimte in huurwoning aftrekbaar? 11. Grens verhuurderheffing naar 25 woningen Er kan geen verantwoordelijkheid worden aanvaard voor hetgeen zonder deskundig advies ondernomen wordt naar aanleiding van deze publicatie.

2 1. Voorgestelde fiscale maatregelen Op Prinsjesdag zijn voorstellen ingediend voor aanpassingen in de belastingwetgeving. O.a. de volgende voorstellen zijn opgenomen. Vanzelfsprekend dienen de voorstellen wellicht gewijzigd nog door het Parlement te worden aangenomen. Uitfasering pensioen in eigen beheer. Daarover hebben wij u al geïnformeerd of zullen wij u binnenkort nog in een afzonderlijk memo informeren. De teruggaafregeling oninbare vorderingen BTW wordt vereenvoudigd. Het recht op teruggaaf van BTW ontstaat op het tijdstip dat de oninbaarheid van de vordering kan worden vastgesteld. Verondersteld wordt dat oninbaarheid in ieder geval ontstaat op het moment dat de vordering één jaar nadat deze opeisbaar is geworden, nog niet is betaald. Er hoeft voortaan geen afzonderlijk teruggaafverzoek meer te worden ingediend. Het bedrag kan in mindering worden gebracht op de periodieke aangifte. Voor de afnemer ontstaat de correctieplicht van de eerder in aftrek gebrachte BTW indien de factuur na één jaar nog niet is betaald. Het begrip bouwterrein voor de BTW wordt verruimd. Onder een bouwterrein wordt verstaan onbebouwde grond die kennelijk is bestemd om te worden bebouwd met een of meer gebouwen. Volgens voorstel wordt voortaan geacht ook sprake te zijn van onbebouwde grond als de leverancier grond levert waarop nog een gebouw staat maar waarbij hij zich er toe heeft verbonden om dit gebouw in het kader van de levering volledig te slopen. Voor de verkrijging van een bouwterrein is de samenloopvrijstelling van overdrachtsbelasting van toepassing. Het kabinet heeft aangekondigd dat de BTW landbouwregeling per 1 januari 2018 zal worden afgeschaft. Er is nog geen wetsvoorstel daarvoor ingediend. Met ingang van 20 september jl. moet voortaan worden afgerekend over de positieve aanmerkelijk belangclaim als de B.V. waarin de aandelen worden gehouden de vbi-status verkrijgt. Het percentage forfaitair rendement uit een vbi wordt automatisch gekoppeld aan het voor dat jaar geldende percentage van de hoogste schijf in box 3 (voor 2017 is dat 5,5%). Box 3-vermogen dat wordt ondergebracht in een vbi blijft ook belast in box 3 als dit vermogen binnen 18 maanden weer terug komt naar box 3. Er gaat een tegenbewijsregeling gelden indien aannemelijk kan worden gemaakt dat er een zakelijke reden was om het vermogen binnen 18 maanden terug te halen naar box 3. Gewoon inbrengen van vermogen in een B.V. ter beperking van de belastingdruk in box 3 blijft toegestaan. Met ingang van 1 januari 2017 wordt de aftrek voor uitgaven voor onderhoud van monumentenpanden afgeschaft. Er komt een niet-fiscale overgangsregeling voor 2017 en Met ingang van 2018 wordt de scholingsaftrek afgeschaft.

3 De fictieve dienstbetrekking voor commissarissen worden afgeschaft. Commissarissen die niet als ondernemer werken moeten voortaan één keer per jaar aan de Belastingdienst doorgeven welke arbeidsbeloning zij ontvangen. Indirecte belangen van minder dan 5% en direct gehouden belangen van minder dan 5% vallen niet meer onder de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten en de doorschuivingsregeling. Dit betreft de reparatie van een beslissing van de Hoge Raad van 22 april Schenkingen voor eigen woning 2017 Vanaf 2017 wordt de schenkingsvrijstelling eigen woning voor kinderen tussen 18 en 40 jaar verhoogd tot Indien in de jaren 2010 tot en met 2014 al een schenking aan een kind is gedaan waarbij de verhoogde vrijstelling is toegepast, kan voor het deel dat hoger is dan de al gebruikte vrijstelling geen gebruik meer worden gemaakt van de verhoging. Indien de eerdere schenking met gebruikmaking van de hoge vrijstelling plaatsvond in 2015 of 2016 kan de schenking in 2017 aangevuld worden tot mits in 2016 aanvullend (vrijgesteld) geschonken wordt. 3. Leegwaarderatio box 3 geldt ook voor de erfbelasting Sinds 2010 geldt voor de waarde van verhuurde woningen in box 3 een correctie op de WOZwaarde vanwege de zogenaamde leegwaarderatio. Afhankelijk van de bruto-jaarhuur mag een forfaitaire aftrek op de WOZ-waarde van dat jaar toegepast worden voor verhuurde woningen in box 3. In 2015 oordeelde de Hoge Raad dat bij een afwijking van meer dan 10% tussen de forfaitair bepaalde box 3-waarde en de waarde in het economische verkeer tòch de lagere waarde in het economisch verkeer mag worden aangehouden. De in de Uitvoeringsregeling opgenomen leegwaarderatio-berekening is daarvoor onverbindend. Op 23 september jl. heeft de Hoge Raad beslist dat het hiervoor bedoelde arrest uit 2015 ook van toepassing is voor de schenk- en erfbelasting. Dit met de overweging dat de doelstellingen voor de waarderingsregelingen in de Inkomstenbelasting en de Successiewet hetzelfde zijn, namelijk voorkomen dat verhuurde woningen door het gebruik van de WOZwaarde in aanmerking worden genomen voor een waarde die te ver afwijkt van de werkelijke waarde. De bewijslast dat de afwijking meer dan 10% bedraagt, ligt bij belastingplichtige. 4. Wet DBA, aansprakelijkheid Tot 1 mei 2017 kunnen opdrachtgevers en opdrachtnemers werken aan de vervanger van de VAR waarbij modelovereenkomsten een grote rol kunnen spelen. Tot 1 mei 2017 zal de Belastingdienst wel toezicht houden maar geen sancties opleggen als het niet helemaal vlekkeloos loopt. Handelen in overeenstemming met de modelovereenkomst biedt opdrachtgevers en opdrachtnemers duidelijkheid en zekerheid. Echter als achteraf blijkt dat een arbeidsrelatie toch een dienstbetrekking is of is geweest, zal de opdrachtgever te maken kunnen krijgen met naheffing van loonheffingen. Dan is het verhalen van de nageheven loonbelasting en premies volksverzekeringen door de opdrachtgever op de opdrachtnemer gebruikelijk aangezien die heffingen door de werknemer dienen te worden gedragen.

4 Er geldt een verhaalsverbod voor de van de opdrachtgever (na)geheven premies werknemersverzekeringen en de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet. Dat zijn heffingen die door de werkgever worden gedragen. Een bepaling in de (model)overeenkomst over het verhalen van deze premie of deze bijdrage op de werknemer, is wettelijk niet toegestaan en dus nietig. Volgens de Staatssecretaris in antwoord op Kamervragen is sprake van gedeelde verantwoordelijkheid voor de arbeidsrelatie, waarbij ieder de eigen lasten draagt. 5. Werknemer ontslaan en werk uitbesteden aan zelfstandige nog mogelijk? Voor het ontslag van een werknemer is een redelijke grond vereist. Indien de werkgever vervolgens de werkzaamheden wil uitbesteden aan een zelfstandige, kan dat volgens de Ontslagregeling alleen als de betreffende werkzaamheden worden uitbesteed aan een echte zelfstandige. De werkgever dient aannemelijk te maken dat degene die de werkzaamheden gaat verrichten dat niet doet op basis van een arbeidsovereenkomst. Werkgevers kunnen niet meer met een VAR bewijzen dat de werkzaamheden aan een echte zelfstandige worden uitbesteed. Om die reden is het artikel in de Ontslagregeling dat betrekking heeft op het uitbesteden van werkzaamheden aan zogenoemde echte zelfstandigen aangepast. Sinds 1 juli 2016 moeten werkgevers aannemelijk maken dat de werkzaamheden worden uitbesteed aan een persoon die de werkzaamheden niet op basis van een arbeidsovereenkomst verricht. De werkgever kan voortaan aan de hand van een vooraf door de Belastingdienst goedgekeurde en door partijen gesloten (model)overeenkomst aannemelijk maken dat de werkzaamheden niet op basis van een arbeidsovereenkomst worden verricht. Daarnaast geldt nog steeds als voorwaarde dat de opdrachtnemer ingeschreven moet zijn bij de Kamer van Koophandel. Ontbreekt een modelovereenkomst, dan zal de werkgever op een andere manier aannemelijk moeten maken dat de werkzaamheden aan een echte zelfstandige worden uitbesteed. Hierbij kan worden gedacht aan: - de specifieke overeenkomst van opdracht; - de jaarstukken die door de opdrachtnemer zijn opgemaakt voor de Belastingdienst; - de toepassing van de fiscale zelfstandigenaftrek door de opdrachtnemer; - winstgevendheid van de onderneming van de opdrachtnemer, het hebben van meerdere opdrachtgevers, het lopen van ondernemersrisico en het aantoonbaar aan acquisitie doen enz. Als de werkgever niet aannemelijk kan maken dat de opdrachtnemer een echte zelfstandige is, wordt diegene voor de toepassing van de Ontslagregeling beschouwd als een schijnzelfstandige. Het doet er niet toe dat de werkzaamheden niet op basis van een arbeidsovereenkomst worden verricht. Er is in dat geval geen redelijke grond voor ontslag. De ontslagen werknemer kan dan binnen 26 weken na opzegging of de datum van de ontbindingsprocedure een beroep doen op de zogenoemde wederindiensttreding. De werknemer kan de kantonrechter vragen de opzegging te vernietigen of, in geval van ontbinding, herstel van de arbeidsovereenkomst of een billijke vergoeding eisen. 6. Meer bescherming erfgenamen

5 Sinds 1 september 2016 gelden er nieuwe regels voor een aanvaarde erfenis. Erfgenamen worden nu beter beschermd tegen onverwachte schulden nadat zij de erfenis zuiver hebben aanvaard. Hoe zit het ook alweer? Als u erfgenaam bent, dan hebt u drie opties: 1. De erfenis zuiver aanvaarden: u accepteert alle vermogensbestanddelen én alle schulden. Hiermee wordt u met uw gehele vermogen aansprakelijk als er meer schulden dan bezittingen blijken te zijn. 2. De erfenis verwerpen: u accepteert de erfenis niet. U ontvangt dus niets uit de nalatenschap, maar bent ook niet aansprakelijk voor eventuele schulden. 3. De erfenis beneficiair aanvaarden: u accepteert de erfenis onder de voorwaarde dat deze positief is. U bent dan niet met uw eigen vermogen aansprakelijk voor een eventueel tekort. Probleem was dat bepaalde handelingen al leiden tot zuiver aanvaarden van de nalatenschap met als gevolg dat de erfgenaam aansprakelijk werd voor de schulden van de nalatenschap. Vanaf 1 september zijn er drie belangrijke wijzigingen: 1. Onder andere het alvast leeghalen van de woning leidt niet meer tot het automatisch zuiver aanvaarden van de erfenis. Dat is pas het geval als u goederen verkoopt of op een andere manier onttrekt aan schuldeisers. 2. Hebt u de erfenis aanvaard en wordt u geconfronteerd met een onverwachte schuld? Dan kunt u de kantonrechter verzoeken de erfenis alsnog beneficiair te aanvaarden. Dit moet binnen drie maanden na ontdekking van de schuld gebeuren. 3. Als de nalatenschap al vereffend of verdeeld is en er alsnog een onbekende schuld opduikt, bent u daar niet met uw eigen vermogen voor aansprakelijk. Alleen hetgeen u geërfd hebt, moet u dan terugbetalen. Ook hiervoor moet u binnen drie maanden na ontdekking naar de kantonrechter. Let op: Niet elke schuld waarmee u niet bekend was, wordt aangemerkt als onverwachte schuld. U hebt zelf een onderzoekplicht. Een erfenis waarin bijvoorbeeld alleen een huis zit waarvan blijkt dat de hypotheek hoger is dan de verkoopopbrengst geldt niet als onverwachte schuld. Belastingschulden of overbedelingschulden aan kinderen uit de nalatenschap van de eerder overleden partner gelden ook niet als onbekende schulden. 7. BTW-aftrek niet per se uitgesloten bij verzaken factuureisen Het zal bekend zijn dat een factuur aan de formele voorwaarden daarvoor moet voldoen voor de aftrek van voorbelasting Denk o.a. aan: - Datum van uitreiking - Een opeenvolgend nummer - BTW-identificatienummer uitreikende ondernemer - Volledige naam en adres van de ondernemer en zijn afnemer - De hoeveelheid en de aard van de geleverde goederen of de omvang en de aard van de verrichte diensten - De datum waarop de goederenlevering of dienst heeft plaatsgevonden of voltooid is - De vergoeding en de eenheidsprijs - Het toegepaste tarief van de BTW - Het te betalen bedrag aan BTW

6 Onlangs heeft het EU-Hof van Justitie beslist dat het niet-voldoen aan formele voorwaarden voor de aftrek van voorbelasting, zoals factuurvereisten, nog niet betekent dat BTW-aftrek helemaal niet mogelijk is. De aftrek van in rekening gebrachte BTW mag niet worden geweigerd als de Belastingdienst beschikt over alle noodzakelijke informatie om te beoordelen of is voldaan aan de materiële voorwaarden voor de aftrek. Het EU-Hof besliste in een andere zaak dat de correctie van een factuur met betrekking tot een verplichte vermelding, zoals een BTW-identificatienummer, terugwerkende kracht moest hebben. Het recht op aftrek van voorbelasting kon na die correctie niet alleen worden uitgeoefend voor het jaar van correctie van de oorspronkelijke factuur, maar ook voor het jaar waarin de factuur was opgesteld. 8. Herinvesteringsreserve ook bij onttrekking mogelijk Voor de opbrengst bij vervreemding van een bedrijfsmiddel is onder voorwaarden een herinvesteringsreserve (HIR) mogelijk. In 1970 besliste de Hoge Raad voor de voorloper van de HIR, de vervangingsreserve, dat onder de opbrengst bij vervreemding moest worden verstaan: datgene wat bij vervreemding van een bedrijfsmiddel in werkelijkheid wordt verkregen. Dat heeft tot gevolg gehad dat boekwinsten die ontstonden doordat een bedrijfsmiddel werd onttrokken aan het ondernemingsvermogen, niet in aanmerking kwamen voor reservering in een HIR. Onlangs is de Hoge Raad omgegaan en heeft bepaald dat de normale winstbepalingsregels moeten gelden voor het vormen van een HIR. Daaruit volgt dat de HIR bedoeld is om bij vervanging van bedrijfsmiddelen belastingheffing over de stille reserves in de oude bedrijfsmiddelen te voorkomen. Verder heeft de Hoge Raad overwogen dat ook als de door een vervreemding van een bedrijfsmiddel verkregen opbrengst niet meer beschikbaar is voor herinvestering, terdege een herinvesteringsvoornemen aanwezig kan zijn. 9. Eerste uitspraak over gebruikelijkheidscriterium in werkkostenregeling Onlangs heeft Rechtbank Noord-Holland zich uitgesproken over het gebruikelijkheidscriterium in de WKR. Het betrof een B.V. die een aandelenplan had. De directieleden kregen jaarlijks gratis aandelen toegekend. Met ingang van 2012 paste de B.V. de WKR toe en wees ze de aandelen aan als eindheffingsbestanddeel. De vrije ruimte werd overschreden, dus gaf de B.V. in verband met de toegekende aandelen bedragen aan als eindheffing op basis van een tarief van 80%. De inspecteur paste het gebruteerde tabeltarief van 108,3% toe. De Rechtbank overwoog dat het ging om verstrekkingen met een aanzienlijke waarde. Dit was echter volgens de Rechtbank onvoldoende om te concluderen dat de verstrekkingen niet onder de WKR konden worden gebracht. Daarvoor moest eerst worden vastgesteld wat gebruikelijk was in overigens overeenkomstige omstandigheden. Daarna kon eerst worden vastgesteld of daarvan in belangrijke mate werd afgeweken. De inspecteur had niet duidelijk gemaakt waarmee hij deze situatie had vergeleken. Ook het passeren van de in het Handboek Loonheffing opgenomen grens van betekende niet dat de inspecteur het van hem verlangde bewijs had geleverd. De B.V. mocht de verstrekking aanwijzen als eindheffingsbestanddeel en werd in het gelijk gesteld.

7 De inspecteur kan nog in hoger beroep gaan. 10. Werkruimte in huurwoning aftrekbaar? Een ZZP er (ondernemer) in de bouw verrichtte voorbereidende en ondersteunende werkzaamheden vanuit een werkkamer in zijn huurwoning. Deze werkkamer was geen zelfstandig gedeelte van de woning. Hij stelde de woning voor meer dan 10% in zijn onderneming te gebruiken en daardoor het huurrecht op de woning tot zijn ondernemingsvermogen te mogen rekenen. Hof Den Haag was het met de inspecteur eens dat het huurrecht geen bedrijfsmiddel was, waardoor niet werd toegekomen aan de vraag of het huurrecht verplicht ondernemingsvermogen, verplicht privévermogen of keuzevermogen was. Vervolgens besliste het Hof dat de kosten voor de woning moesten worden aangemerkt als ondernemingskosten, voor zover deze verband hielden met de werkkamer. De werkkamer vormde naar verkeersopvatting geen zelfstandig gedeelte van de woning. Er werd geen aftrek toegestaan. De Hoge Raad overwoog dat een huurrecht een vermogensrecht was. Dit brengt met zich dat het huurrecht dat (ook) wordt gebruikt voor de ondernemingsuitoefening, wel degelijk ondernemingsvermogen kan vormen. De etikettering van het huurrecht als ondernemingsvermogen leidt er volgens de Hoge Raad toe dat het gehele bedrag van de huur ten laste van de winst kan worden gebracht. Voor het privégebruik van de woning moet vervolgens een bedrag volgens het eigenwoningforfait voor bedrijfswoningen aan de winst worden toegevoegd. De vraag is of iedere ondernemer de huur van zijn woning kan aftrekken. Voor aftrek dient het zakelijk gebruik minimaal 10% te zijn. De aftrekmogelijkheid is vervolgens afhankelijk van de etikettering van het huurrecht. De nieuwe ondernemer in een huurwoning en de ondernemer die naar een (andere) huurwoning verhuist kunnen voor het huurrecht opteren voor ondernemingsvermogen. Degenen die al langer in een huurwoning wonen en geen aftrek hebben gevraagd, hebben impliciet het huurrecht al geëtiketteerd als privé-vermogen. Om de etikettering te wijzigen is een bijzondere omstandigheid noodzakelijk. Het arrest van de Hoge Raad zal niet als bijzondere omstandigheid worden aangemerkt. Mogelijk kan een (aanzienlijke) toename van het zakelijk gebruik van de woning wel als bijzondere omstandigheid worden aangemerkt. Ook degenen die belastbaar resultaat uit overige werkzaamheden genieten kunnen gebruik maken van deze aftrek, bijv. gastouders. 11. Grens verhuurderheffing naar 25 woningen Minister Blok heeft onlangs bekend gemaakt dat hij spoedig een wetsvoorstel zal indienen waarbij de heffingsvrije voet in de verhuurderheffing van 10 naar 25 woningen gaat.