Handleiding QuickEPP (Nederlands)

Transcriptie

1 Handleiding QuickEPP (Nederlands) Versie handleiding: revisie 1.4 Datum eerste aanmaak: 12 maart 2010 Datum laatste wijziging: 23 maart 2013 Auteur: Tim Boormans, Direct Web Solutions Pagina: 1 van 16

2 Inhoudsopgave 1. Installatie QuickEPP Instellingen bij SIDN Instellingen op uw hostingomgeving Andere map dan quickepp/ gebruiken voor deze webapplicatie QuickEPP configureren Uitleg configuratiewaarden Cronjob instellen voor asynchroon berichtenverkeer Extra beveiliging van uw QuickEPP installatie QuickEPP WHOIS SSL Inschakelen Synchroniseer uw QuickEPP met SIDN / importeer uw DRS-data Registrar ID instellen voor uitgaande verhuizingen Logging Extra scripts DNS-server koppeling Bijlage A Aanvragen toevoegen whitelist Bijlage B Aanvragen WHOIS ontheffing Gebruikersinformatie DNS-Checks Nameservers en glues, en het verschil Nameservers aanmaken Glues aanmaken Authinfo (verhuiscodes) opvragen Openstaand-blijvende verhuizingen Vastlopende cronjob (achtergrondtaak) Domeinnamen verhuizen van geroyeerde SIDN-registrars Reeds geregistreerde domeinen toevoegen aan QuickEPP Domeinnamen snelregistreren Gegevens contactpersonen wijzigen Houderwijzigingen in DRS Incorrect werkende software Pagina: 2 van 16

3 1. Installatie QuickEPP 1.1 Instellingen bij SIDN 1. Log in op de webinterface van SIDN via URL en ga naar de pagina Registrar Wijzigen registrargegevens. U krijgt dan een overzicht dat hierop lijkt: 2. Indien de optie via poll staat uitgevinkt vink deze dan aan zoals in het screenshot hierboven. Indien u de statusberichten ook per wilt ontvangen dan kunt u dat vakje ook aanvinken zoals hierboven. 3. Het vakje Behouden DNSKEY s dient u uit te vinken als u geen gebruik wilt maken van DNSSEC. QuickEPP ondersteunt op heden nog geen DNSSEC dus het is verstandig dit vakje altijd uit te vinken. 4. Het vakje Publiceer DNSSEC ondersteuning bepaalt of klanten die door de registrarlijst op sidn.nl bladeren u kunnen benaderen om DNSSEC te regelen. Als u geen DNSSEC aanbiedt dient u dit vakje uitgevinkt te laten. 5. Klik onderaan de pagina op Opslaan. 6. Bekijk bijlage A onderaan dit document. Open een nieuw bericht, kopieer de template in het bericht en vul uw deelnemernummer in, uw notify adres zoals u deze ook in het DRS heeft ingesteld en de ip-adressen waarvoor u IPwhitelisting wilt aanvragen. Dit zal het IP-adres zijn van de server waarop QuickEPP gaat draaien en mogelijk nog enkele andere IP-adressen. Na het invullen van het formulier verstuurt u deze naar support@sidn.nl en wacht u af totdat zij bevestigen dat uw whitelisting verwerkt is. Zij verwerken dit alleen op werkdagen binnen kantooruren. 7. Doe dezelfde handelingen van stap 6 ook met Bijlage B. Pagina: 3 van 16

4 1.2 Instellingen op uw hostingomgeving 1. U dient een database aan te maken voor om de software correct te laten werken. Het is aan te raden om een nieuwe database aan te maken en geen bestaande te hergebruiken. Met een bestaande database wordt een database bedoeld waarin ook andere applicaties hun data opslaan. Bewaar de inloggegevens van de aangemaakte database goed voor wanneer u deze later nog nodig heeft. 2. Stel de database in om te werken met utf-8 (general) codering. Dit kunt u bijvoorbeeld met PHPmyAdmin instellen onder de optie Handelingen of Operations. Met PHPmyAdmin kunt u ook de database van QuickEPP beheren. Importeer het meegeleverde databasebestand (database/quickepp_structuur.sql) in de database waar u zojuist de codering heeft ingesteld. Als u bij het importeren moet kiezen voor een codering dan moet u utf-8 selecteren. Importeer daarna ook het bestand (database/quickepp_data.sql) in de database. Sluit de databasemanager. 3. Open de FTP en upload alle bestanden naar de server. Het beste is om de mapnaam te noemen zoals hij ontwikkeld is, namelijk: quickepp en deze te plaatsen in de hoofdmap van uw website. Dit is meestal een map genaamd als public_html of htdocs. 1.3 Andere map dan quickepp/ gebruiken voor deze webapplicatie Het is mogelijk om een andere benaming te gebruiken voor de map van QuickEPP. De software is geprogrammeerd om dat aan te kunnen, echter is dat niet op alle plaatsen binnen de software mogelijk om te automatiseren. Let er daarom goed op dat na het wijzigen van de mapnaam in het configuratiebestand ook het pad in het htaccess-bestand op locatie /quickepp/.htaccess gewijzigd moet worden. U dient er zelf zorg voor te dragen dat alle documentatie, software en updates uitgaan van de standaard padnaam, en dat als u een andere mapnaam selecteert u zelf die documentatie, software en updates in uw eigen benoemde map dient te plaatsen in plaats van in de beschreven of aangeleverde structuur. Let op: als u tijdens de installatie wordt doorverwezen naar de inlogpagina in plaats van naar het script dat u probeert te benaderen dan betekent dat de aangevraagde URL niet bestaat. Controleer in die situatie het aangeroepen pad op de server en probeer het opnieuw. 1.4 QuickEPP configureren 1. Ga naar de map quickepp/scripts/ en open het beveiligingsbestand genaamd.htaccess. In dit bestand treft u de zgn Allow/Deny configuratie aan. Het is belangrijk om eigen eigen ip-adres hier toe te voegen. Ga naar en volg de instructies op hoe om de juiste inhoud voor het.htaccess bestand te kopieren. Als u eenmaal de juiste inhoud in het.htaccess bestand heeft geplaatst slaat u het bestand op, op dezelfde locatie waar u het bestand geopend heeft. 2. Open uw webbrowser (Internet Explorer of Firefox bijvoorbeeld) en ga naar de locatie waar u QuickEPP heeft geupload. U opent dan via de webbrowser het bestand quickepp/scripts/access_test.php. Als u een melding krijgt dat u het niet mag bekijken Forbidden 403 dan moet u de vorige stap herhalen, maar niet met de bovenste code op die website maar de code eronder die voor Dynamische ipadressen bedoeld is. Sla de gekopieerde code op in het.htaccess bestand en test het opnieuw. Herhaal deze twee stappen totdat u de pagina kunt bekijken met een goed geconfigureerd.htaccess bestand. 3. Ga naar de map quickepp/library/class/ en open het bestand genaamd config.quickepp.php. Hierin moet u de omgevingsvariabelen invullen die voor uw server en SIDN account van toepassing zijn. Als u niet alle variabelen weet dan kunt u deze proberen te achterhalen achterhalen door middel van ons meegeleverd script: Pagina: 4 van 16

5 quickepp/scripts/environment.php. Roep deze aan via de browser en bekijk wat het script zegt. Vergeet niet om ook de DEFINE s onder de PHP configuratie code correct in te stellen! 1.5 Uitleg configuratiewaarden cookie_domain cookie_alive_time max_domains_registration batch drs_user / drs_pass Dit is de domeinaam van de webruimte waarop QuickEPP geinstalleerd staat, maar dan zonder http(s):// ervoor en voorafgaand door een punt. Dit is het aantal seconden dat u ingelogd blijft nadat u de laatste keer een pagina heeft opgeroepen binnen QuickEPP. Het maximale aantal domeinnamen om tegelijk te registreren met de QuickEPP SnelRegistratie functionaliteit. Te hoge afstelling kan timeouts veroorzaken. Deze waarden zijn bedoeld voor de inlognaam en wachtwoord Pagina: 5 van 16

6 drs_registrar_id local_ip default_country_code default_access_code db_host / db_user / db_pass / db_name van uw SIDN registrar account. Zeer waarschijnlijk is de user een getal in de (zonder DSU!) en is het wachtwoord een willekeurig door SIDN gegenereerd wachtwoord. Het achterste gedeelte van uw contact handles. Gebruik uw WHOIS toegang om de WHOIS van een willekeurige.nldomeinnaam op te halen die via uw SIDN account geregistreerd staat. Daarin kunt u dit achtervoegsel vinden. (Het is geen noodzaak dit tijdens de installatie te doen, maar wel noodzakelijk vóórdat u verhuizingen aanvraagt in QuickEPP. Vergeet het dus niet!) Zie hoofdstuk 1.11 Registrar ID instellen voor een uitgebreide toelichting met screenshots. Het IP-adres waarop uw QuickEPP geinstalleerd staat en dat tevens is aangemeld bij SIDN voor de EPP-whiteling en WHOIS-ontheffing. Momenteel is alleen NL nog mogelijk. De standaard ingevulde prefix voor telefoon- en faxnummers. Dit is de database configuratie. Als het goed is heeft u aan het begin van deze handleiding een database aangemaakt en daarvan inloggegevens bewaard. Die moet u hier invullen. transfer_update_ns_default Of de nameserver na een verhuizing gewijzigd moeten worden. Dit is puur een mogelijkheid om de standaardinstelling te maken. Bij iedere verhuizing staat er alsnog een checkbox die aan of uitgevinkt kan worden. Deze instelling bepaalt enkel of die checkbox standaard aangevinkt of uitgevinkt moet zijn. transfer_ns1/2.. ns13 xml_logging_level snelreg_registrant_handle snelreg_adminc_handle snelreg_techc_handle snelreg_ns1.. ns3 registry_existance_check De nieuwe nameservers die moeten worden ingesteld nadat de verhuizing is afgerond, indien het aangevinkt is om de nameservers te wijzigen na het verhuizen. De manier en de hoeveelheid berichten die gelogd wordt voor nadere of latere inspectie. In hoofdstuk 1.12 Logging wordt hier uitgebreid op ingegaan. De standaard ingevulde registranthandle voor SnelRegistraties De standaard ingevulde adminhandle voor SnelRegistraties De standaard ingevulde techhandle voor SnelRegistraties De standaard ingevulde nameservers voor SnelRegistraties Hiermee stelt u in of er bij het aanroepen van de domeinnaamregistratie wizard en bij het invoeren van domeinnamen eerst gecontroleerd moet worden of de domeinnamen nog beschikbaar zijn voor registratie. Het kan wenselijk zijn om deze controle uit te schakelen als u té grote aantallen domeinnamen tegelijkertijd registreert. 4. Als u eenmaal denkt dat u QuickEPP goed geconfigureerd heeft, open dan in de webbrowser het script quickepp/scripts/check_configuration.php aan. Als dit script groene regels uitspuwt dan is QuickEPP klaar voor gebruik. Komt er geen groene tekst uit maar alleen zwarte of rode tekst, dan klopt er nog iets niet in de voorgaande uitgevoerde stappen. 5. Als laatste moet de whitelisting voor DRS5 gecontroleerd worden. Open daarvoor in de webbrowser het script quickepp/scripts/check_whitelisting.php. Indien de uitvoer rood is dan moet u de whitelisting nog aanvragen bij SIDN en moet u helaas even wachten met de verdere installatie van QuickEPP totdat het ip-adres van deze server is toegevoegd aan de whitelisting van SIDN (met het formulier uit bijlage A, zie Instellingen bij SIDN; punt 3 hogerop in deze handleiding. Is de uitvoer groen, dan is Pagina: 6 van 16

7 deze server reeds aangemeld voor de whitelisting en kunt u doorgaan met de installatie van QuickEPP. 6. Nadat de configuratie goed ingesteld is moet u als laatste nog een login bij QuickEPP aanmaken. Open daarom in de webbrowser het script quickepp/scripts/create_user.php en maak een gebruikersaccount aan met een zelf te kiezen logincombinatie. Nadat u een groene melding heeft gekregen is de gebruiker toevoegd en kunt u door gaan met de volgende stap. 7. Open nu het QuickEPP paneel via de webbrowser. Probeer in te loggen met de zojuist aangemaakte inloggegevens. Kunt u zodadelijk succesvol inloggen maar komt u niet in het overzichtsscherm van QuickEPP dan heeft u een fout gemaakt in de het configuratiebestand met de configuratiewaarde cookie_domain. 8. U kunt nu werken met de QuickEPP software! 1.6 Cronjob instellen voor asynchroon berichtenverkeer Zodra QuickEPP geïnstalleerd is moet ook een achtergrondtaak ingesteld worden om de asynchrone berichtenstroom af te handelen. Dit zijn bijvoorbeeld statusberichten en domeinverhuizingen. De achtergrondtaak zal nimmer zichtbaar zijn en zich op de achtergrond uitvoeren Vraag uw systeembeheerder om een cronjob in te stellen voor het meegeleverde script quickepp/scripts/cron.poll_and_transfer.php zodat het regelmatig wordt uitgevoerd. Bijvoorbeeld 1 keer per etmaal of voor grootverbruikers eenmaal per 10 minuten. Een voorbeeld van de cronjobtaak (het start commando) kan eruit zien zoals: cd /uw/pad/naar/quickepp/scripts/; php f cron.poll_and_transfer.php 1.7 Extra beveiliging van uw QuickEPP installatie Indien u net dat beetje meer beveiliging wilt gebruiken om uw installatie van de QuickEPP software mee te beschermen dan zijn daar twee oplossingen voor. Oplossing 1 is de meest simpele: verplaats het.htaccess bestand van de quickepp/scripts/ map naar de quickepp/ map. Daarmee wordt voortaan de hele QuickEPP map getoetst op toegang van buitenaf. In bepaalde gevallen is het niet wenselijk om personen te weigeren op basis van IP-adres. In die gevallen dient er gekozen te worden voor http authenticatie. Hoe u dat type authenticatie instelt is na per server verschillend. Mocht u gebruik maken van Apache dan zijn en een goed punt om te beginnen. 1.8 QuickEPP WHOIS Indien u binnen QuickEPP problemen (bijvoorbeeld applicatie-errors of helemaal geen resultaat) heeft met het ophalen van WHOIS-data en/of het controleren van de beschikbaarheid van domeinnamen is dit vrijwel altijd te verwijten aan het feit dat uw IP- Whitelisting niet correct werkt voor het ip-adres waarop de QuickEPP applicatie geinstalleerd heeft. U krijgt dan een 403 Forbidden bericht van de server terug. Controleer uw IPwhitelisting bij SIDN (telefonisch) of neem contact met ons op. 1.9 SSL Inschakelen Om SSL in te schakelen zijn enkele kleine stappen vereist: 1. Open het configuratiebestand quickepp/library/class/config.quickepp.php 2. Stel variabele quickepp_use_ssl in op waarde 1 Pagina: 7 van 16

8 3. Stel variabele quickepp_force_ssl in op waarde 1 als u wilt dat QuickEPP vereist om met SSL in te loggen. Als u zonder SSL probeert in te loggen dan krijgt u een foutmelding. 4. Stel variabele quickepp_url in met in plaats van 5. Sla het configuratiebestand op. 6. Het gebruik van SSL is ingeschakeld! 1.10 Synchroniseer uw QuickEPP met SIDN / importeer uw DRS-data Om uw huidige DRS-data te importeren in QuickEPP is een aparte synchronisatietool beschikbaar gesteld in de quickepp/scripts/ map. Met de DRS-rapportages kunt u gemakkelijk uw QuickEPP-installatie synchroniseren met de data van SIDN. Ook als u wijzigingen heeft doorgevoerd via een ander systeem (het webdrs of een ander administratiesysteem) dan zullen alle opgezegde domeinnamen uit QuickEPP worden verwijderd en alle gewijzigde data in QuickEPP bijgewerkt worden. Dit laatste is pas mogelijk vanaf versie Volg onderstaand stappenplan om de import succesvol uit te voeren: 1. Bekijk uw huidige QuickEPP installatie: verzeker u ervan dat de map genaamd quickepp/scripts/sync_files/ bestaat. Bestaat deze niet, dan maakt u deze map leeg aan. 2. Ga naar het registrargedeelte van de SIDN website. (problemen met inloggen? Contacteer SIDN. Dit is vaak een andere login dan de EPP-login) 3. Eenmaal ingelogd, navigeer boven in het menu naar pagina: Mijn SIDN > Rapportages > DRS Rapportages. 4. Download de 5 drs-rapportages van de SIDN website naar de sync_files map: a. DOMAIN_HANDLES b. DOMAIN_HANDLES_EXTENDED c. DOMAIN_NAME_SERVERS d. UNATTACHED_HANDLES e. UNATTACHED_NAME_SERVERS 5. Pak de bestanden uit zodat alleen de vijf CSV-bestanden overblijven. Laat de bestandsnamen intact zoals u ze uit het ZIP-archief haalt. Verzeker uzelf aan het einde van deze stap dat u de 5 CSV-bestanden beschikbaar heeft op de server waarop QuickEPP staat. 6. Open uw webbrowser en roep het script genaamd quickepp/scripts/cron.sync_system.php aan. 7. Controleer na het uitvoeren van het synchronisatiescript of alles naar wens is geïmporteerd. Indien u tegen problemen aanloopt dan kunt u ons hierover mailen. De variëteit aan situaties en alsmaar wijzigende rapportages van SIDN maakt het voor ons lastig om een eenduidig script te proceduren, maar samen met uw hulp zullen we zorgdragen voor een optimaal script Registrar ID instellen voor uitgaande verhuizingen Soms krijgen we klachten over niet zichtbare uitgaande domeinnaamverhuizingen in het verhuizingenoverzicht. Gelukkig is dat geen fout in de software, maar een fout van degene die de installatie van QuickEPP heeft uitgevoerd. Er zijn twee mogelijke redenen: 1) De meestvoorkomende reden is dat de handleiding niet of nauwelijks is doorgelezen. Stap 1 van het installatieproces behandelt het inschakelen van POLL-berichten bij SIDN. Volg alle stappen nauwkeurig om het probleem op te lossen. 2) Mocht methode 1 het probleem niet oplossen dan is uw drs_registrar_id waarschijnlijk niet of niet goed ingesteld. Deze waarde is het achtervoegsel van uw Pagina: 8 van 16

9 contactpersoonhandles en u kunt dit achtervoegsel terugvinden door een WHOIS uit te voeren op 1 van de domeinnamen die zich in uw SIDN account bevind. Hieronder een kopie van het configuratiebestand en een voorbeeld van een WHOIS. Vraag de Registrar Whois op van deze domeinnaam (niet de publieke WHOIS via de website van SIDN). U krijgt dan onderstaande WHOIS-gegevens: De waarde die in de groene vakjes staat is de waarde die we zochten, namelijk DIRWS. Kopieer en plak deze tekst als waarde van uw drs_registrar_id in uw configuratiebestand en zorg ervoor dat alle letters hoofdletters blijven. Sla het configuratiebestand op. Hiermee moet het probleem zijn opgelost. Pagina: 9 van 16

10 1.12 Logging In de eerste versies van QuickEPP werd uit voorzorg alles gelogd. Iedere kleine transactie: inloggen, uitloggen, info, controles; feitelijk alles. Dat zorgde voor explosief groeiende databases doordat de achtergrondtaak (cronjob) bij veel partijen werd afgesteld om eenmaal per minuut te draaien. Dat is 3600 keren per dag. De pleister op de wond was om de cronjob minder vaak te laten draaien, maar dat is geen perfecte situatie. En dat is nu niet meer nodig. In de laatste versie van quickepp zit een heuse logging-engine met instelbare logging-levels. Groeit de database te snel of loopt quickepp perfect en vind u logging onnodig, dan schakelt u de logging gewoon helemaal uit. De beschikbare logging-levels zijn: 0. Geen logging, helemaal niets wordt opgeslagen en u kunt niets terugvinden. 1. Alleen de hoofdtransacties met toegevoegde waarde (domaininfo, contactinfo, domainupdate, hostcreate, etc). Voorheen was dit logging-level normal. 2. Alle communicatie vanaf inloggen tot aan uitloggen en alles daartussen (LET OP: veroorzaakt een explosief groeiende logfile in de database!). Voorheen was dit logging-waarde all. U stelt het logging mechanisme in het configuratiebestand in met de waarde (bijvoorbeeld): xml_logging_level= Extra scripts Er staan een aantal extra scripts in de quickepp/scripts/ map die nog onbesproken zijn. Veel van deze scripts moet u openen en inschakelen alvorens u ze kunt gebruiken. Kijk daarom altijd goed of er een regel is zoals: $execute = false; Wijzig die regel naar: $execute = true; Het is sterk aan te raden om na het gebruik van het script de waarde weer terug op false in te stellen! Een kort overzicht van de huidige scripts en een korte toelichting: access_test Low-level controle of de /scripts/ map geconfigureerd is tegen ongewenst gebruik van buitenaf. activate_admin_user Activeer de gebruiker met ID=1 als u zichzelf heeft buitengesloten check_configuration Controleer de configuratie van QuickEPP check_whitelisting Controleer uw IP-Whitelisting bij SIDN create_user Maak een nieuwe admin-gebruiker aan voor QuickEPP deactivate_admin_user Deactiveer de gebruiker met ID=1 wanneer u weer toegang hebt environment Probeert de serverconfiguratie te raden, handig bij de installatie reset_admin_password Wijzig het admin wachtwoord van ID=1 als u die vergeten bent 1.14 DNS-server koppeling Versie 1.x van QuickEPP ondersteunt geen koppeling met externe DNS-serversystemen zoals PowerDNS, BIND of custom DNS-API s. Pagina: 10 van 16

11 Bijlage A Aanvragen toevoegen whitelist BEGIN FORMULIER Registrarnummer : Notify adres : IP-adressen toevoegen Vult u hier de IP-adressen in die u wilt toevoegen aan de whitelist. 1. IP-adres : 2. IP-adres : 3. IP-adres : 4. IP-adres : 5. IP-adres : 6. IP-adres : 7. IP-adres : 8. IP-adres : IP-adressen verwijderen Vult u hier de IP-adressen in die u wilt laten verwijderen van de whitelist. 1. IP-adres : 2. IP-adres : 3. IP-adres : 4. IP-adres : 5. IP-adres : 6. IP-adres : 7. IP-adres : 8. IP-adres : Met dit formulier kunt u IP-adressen opgeven waarmee u toegang wilt hebben tot de EPPinterface van DRS5. U kunt maximaal acht individuele IP-adressen opgeven (geen CIDR-blokken). Een IP-adres is ofwel een IPv4-adres, ofwel een IPv6-adres. U kunt dit aanvraagformulier verzenden naar support@sidn.nl. Na verwerking van de adressen ontvangt u een bevestiging op het adres waarvandaan u dit formulier verzonden heeft EINDE FORMULIER Pagina: 11 van 16

12 Bijlage B Aanvragen WHOIS ontheffing BEGIN FORMULIER / START OF FORM REGISTRAR-NUMBER : NOTIFY- -ADDRESS : CIDR-BLOCK : CIDR-BLOCK : CIDR-BLOCK : CIDR-BLOCK : CIDR-BLOCK : CIDR-BLOCK : CIDR-BLOCK : CIDR-BLOCK : Verklaring De Whois-ontheffing wordt slechts verleend ten behoeve van werkzaamheden door de registrar als bedoeld in de Algemene voorwaarden voor registrars. De ontheffing is uitdrukkelijk bedoeld voor de eigen, interne activiteiten van de registrar (bijvoorbeeld om te controleren of bij een verhuizing of het uit quarantaine halen van een domeinnaam het verzoek daartoe van de houder afkomstig is. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling om aan derden de mogelijkheid te bieden de Whois-data te raadplegen, bijvoorbeeld via uw website. U dient dan ook dusdanige maatregelen te treffen dat op basis van de ontheffing geen oneigenlijk gebruik wordt gemaakt van de Whois door (eigen) geautoriseerd personeel, of door derden. Door het aanvragen van een ontheffing verklaart de registrar akkoord te gaan met bovenstaande voorwaarden en restricties. De ontheffing kan te allen tijde ingetrokken worden of aan verdere voorwaarden worden onderworpen. U kunt dit aanvraagformulier verzenden naar support@sidn.nl EINDE FORMULIER / END OF FORM Pagina: 12 van 16

13 2. Gebruikersinformatie 2.1 DNS-Checks In DRS4 werd voor vrijwel elke mutatie een DNS-Controle uitgevoerd. Dit kon soms het registratie- of mutatieproces behoorlijk dwarszitten. Ook als u uw DNS wél juist geconfigureerd had vond SIDN soms van niet. In DRS5 is dat niet meer zo. De onafhankelijke Klankbordgroep Techniek bij SIDN heeft zich ingezet om deze DNS controles volledig te laten verdwijnen en daarmee het registratie- en mutatieproces duidelijk, snel en effectief te maken. In DRS5 vindt enkel nog een DNS-check achteraf plaats. Heeft een domeinnaam minder dan 2 nameservers gekoppeld, dan wordt de domeinnaam uit de zonefile gehaald. Heeft de domeinnaam twee of meer nameservers dan wordt de domeinnaam pas echt opgenomen in de.nl-zonefile bij de eerstvolgende zonefile update. 2.2 Nameservers en glues, en het verschil Nameservers zijn feitelijk de DNS-servers waarop u met DNS-records (A, MX, CNAME) uw domeinnaam publiceert. Vaak is dit de lokale machine als u met Directadmin, Plesk of Cpanel werkt. De nameserver antwoord aan iedere aanvrager dat hij uw website kent en daar graag alle adresdata over wilt verstrekken, indien de aanvrager dat wenst. De nameserver op uw systeem heeft zelf ook nameservers die vertellen waar hij zichzelf bevindt, en die nameservers zijn mogelijk niet van uzelf. Uw nameservers draait dan op de nameservers van iemand anders, en is daarvan afhankelijk. Een voorbeeld daarvan is dat dns1.provider.nl en dns2.provider.nl de nameservers zijn van quickepp.nl. Een glue is exact zo een nameserver maar met als enig verschil dat een glue alleen afhankelijk is van zichzelf. De nameserver op uw systeem is niet afhankelijk van een andere provider of dienst om zijn eigen adresdata te publiceren. Een glue kan dat helemaal alleen zonder hulp van anderen. Een voorbeeld van een glue is dns1.quickepp.nl en dns2.quickepp.nl die de nameservers zijn van de domeinnaam quickepp.nl Nameservers aanmaken Om nameservers aan te maken ga naar `Nameservers` => `Nameserver aanmaken`. Alle versies vóór van QuickEPP ondersteunden een enorm uitgebreide configuratie. Dat werd als ongemakkelijk en onhandig ervaren. Daarom is het vanaf versie alleen nog maar mogelijk om per nameserver 1 IPv4-adres en 1 IPv6-adres te definieren. Wilt u een bestaande nameserver bewerken en zitten er meerdere IP-adressen aan gekoppeld? Dan zult u die voortaan met het webdrs van SIDN moeten bewerken. Navraag bij SIDN leert ons dat alleen grote Amerikaanse providers dergelijke techniek gebruiken waarbij software wordt geschreven die het Round-Robin principe simuleert om softwarematige load-balancing toe te passen in plaats van de gebruikelijke hardwarematige load-balancing Glues aanmaken Het aanmaken van nameservers voor een domeinnaam die nog niet bestaat was lastig en erg onhandig in DRS4. Het was exact het kip-ei probleem: zonder domeinnaam geen nameservers, en zonder nameservers geen domeinnaam (veroorzaakt door de DNScontroles). In DRS5 is dit probleem opgelost: een domeinnaamregistratie vereist geen nameservers. Dat lucht op. Dus u registreert eerst de domeinnaam naar keuze zonder nameservers, daarna maakt u nameservers (glues) aan voor deze domeinnaam, en daarna Pagina: 13 van 16

14 koppelt u de nameservers net alsof het nameservers zijn. Een korte situatieschets is hieronder weergegeven: 1. Registreer de domeinnaam dedomeinnaam.nl 2. Ga naar Nameservers => Nameserver toevoegen. Creer de nameservers genaamd ns1.dedomeinnaam.nl en ns2.dedomeinnaam.nl. 3. Ga naar `Domeinen` => vink `dedomeinnaam.nl` aan => Klik op de knop `Nameservers Wisselen` => selecteer de bovengenoemde nameservers en klik de wizard door om de wijzigingen door te voeren. 4. Uw domeinnaam met is nu geregistreerd en zal de adresdata zoeken bij zijn eigen nameservers op de ip-adressen die u zelf voor die nameservers kunt configureren. Na de configuratie van die ip-adressen bent u in het bezit van een eigen stel GLUEnameservers! 2.3 Authinfo (verhuiscodes) opvragen Als u meerdere domeinnamen wilt wegverhuizen naar een andere SIDN-registrar dan dient u normaliter de authinfo codes per domeinnaam via het webdrs van SIDN op te vragen. Dat is een heel gedoe. Daarom kunt u die codes ook in bulk opvragen in QuickEPP. Tot 50 codes per verstuurde aanvraag is de richtlijn. Belangrijk daarbij is om te weten dat alle authinfo codes realtime worden opgevraagd bij de SIDN en niet uit het lokale systeem worden opgehaald. Dat heeft als reden dat de authinfo code wijzigt na iedere mutatie op een domeinnaam. Het zou teveel resources kosten om na iedere mutatie opnieuw de authinfo code op te vragen bij de SIDN. Daarom wordt deze pas opgevraagd als u deze daadwerkelijk wilt gaan gebruiken. 2.4 Openstaand-blijvende verhuizingen Sommige QuickEPP-gebruikers hebben last van openstaande verhuizingen die niet afgerond worden. Het afronden van die verhuizingen dient gewoonlijk te gebeuren in het cronjobproces (de achtergrondtaak). U dient zich ervan te verzekeren dat dit proces draait. Per juni 2011 is het verhuisproces van SIDN live wat wilt zeggen dat er geen wachtperiode van vijf dagen meer geldt. Een verhuizing is direct doorgevoerd. Toch zal de cronjob zijn functie behouden (voor uitgaande verhuizingen)! 2.5 Vastlopende cronjob (achtergrondtaak) De achtergrondtaak heeft als negatief aspect dat het proces soms blijft vasthangen tijdens uitvoering. Dat wordt in 9 van de 10 gevallen veroorzaakt door onderhoud en storingen bij de registry (SIDN). Dat is heel lastig te tacklen, maar vanaf versie hopen we dit verholpen te hebben. Het blijkt namelijk dat wanneer SIDN onbereikbaar is door onderhoud of storingen dat het wel nog mogelijk is om verbinding te maken met SIDN, maar dat het EPPberichtenverkeer bevroren wordt. Dat is een vreemde situatie voor een systeem dat feitelijk onbereikbaar is. Voor degenen die zelf vastlopende situaties willen analyseren staat hieronder een overzicht van alle mogelijke situaties waarin de verbinding met SIDN kan vastlopen: - Nog niet verbonden met SIDN, maak verbinding - Nog niet verbonden met SIDN, meer dan het maximaal toegestande verbindingen in gebruik (8 simultane verbindingen). - Kan niet verbinden met SIDN (storing) - Kan niet verbinden met SIDN (onderhoud) - Reeds verbonden met SIDN, maar SIDN start een onderhoudsvenster - Overschrijden querylimiet (poll/info): per minuut en/of per dag Pagina: 14 van 16

15 2.6 Domeinnamen verhuizen van geroyeerde SIDN-registrars Vanaf versie is het mogelijk om domeinnamen te verhuizen van geroyeerde SIDNregistrars. Voorheen was dit nog niet mogelijk omdat domeinnamen die bij een geroyeerde SIDN-registrar staan geen authinfo verhuiscode gekoppeld hebben. Om die situaties af te vangen is er een checkbox voor `Royement` toegevoegd. Als u die aanvinkt hoeft u geen authinfo code op te geven voor het verhuizen van de domeinnamen (mits de domeinnaam echt bij een geroyeerde registrar staat natuurlijk!). Zo kunt u zelf aangeven of u gaat verhuizen met of zonder authinfo verhuiscode. Als u een bulkverhuizing uitvoert vul dan wel het scheidingsteken achter de domeinnaam in maar laat de ruimte achter het scheidingsteken leeg. Als u voor de komma kiest als scheidingsteken, dan zou onderstaand een voorbeeld kunnen zijn van de input: domein1.nl, domein2.nl, domein3.nl, U kunt ook het woord geen gebruiken als authcode. Dit maakt geen verschil met bovenstaande maar is duidelijker wanneer u erover wilt communiceren: domein1.nl,geen domein2.nl,geen domein3.nl,geen NB: Als u ervoor kiest om geen als authcode te gebruiken dan bent u niet verplicht om het Royement-vinkje aan te vinken. 2.7 Reeds geregistreerde domeinen toevoegen aan QuickEPP Het is sinds versie mogelijk om reeds geregistreerde domeinnamen in te laden in QuickEPP indien die zich reeds nog niet in QuickEPP bevinden. Een voorbeeld daarvan zijn domeinnamen die u of één van uw medewerkers heeft geregistreerd via de webinterface van SIDN, of een domeinnaam die via de opt-out procedure van SIDN geregistreerd is geworden. Er kunnen verschillende redenen zijn, maar u wilt toch graag de domeinnaam beheren vanuit QuickEPP. Dat kan met deze nieuwe functionaliteit. Door deze functionaliteit aan te roepen kunt u een lijst.nl-domeinnamen invoeren en met één klik op de knop deze volledig laten inladen in QuickEPP. De gekoppelde contactpersonen, nameservers en overige domeinnaamdetails zullen via de EPP-interface van SIDN worden gedownload en in het lokale systeem worden opgeslagen. Daarna kunt u de domeinnamen beheren net zoals alle andere domeinnamen in het QuickEPP-systeem. 2.8 Domeinnamen snelregistreren Een grote wens van een groep QuickEPP-klanten was om domeinnamen te kunnen registreren met vaste contactpersonen en vaste nameservers waardoor ze niet telkens de zoekwizard hoeven te doorlopen. Die wens wordt mogelijk gemaakt door de Snel-Registratie functionaliteit. In het QuickEPP-configuratiebestand staat de mogelijkheid deze vaste registratiedata te configureren. Een voorbeeld van die configuratie staat hieronder: Pagina: 15 van 16

16 snelreg_registrant_handle=tim dirws snelreg_adminc_handle=sup dirws snelreg_techc_handle=tec dirws snelreg_ns1=ns1.nameserver.com snelreg_ns2=ns2.nameserver.com snelreg_ns3= Indien u maar 2 nameservers heeft dient u de configuratiewaarde snelreg_ns3 leeg te laten. 2.9 Gegevens contactpersonen wijzigen Het wijzigen van de gegevens van bestaande contactpersonen wordt steeds meer beperkt door de registry (SIDN). Dit wordt gedaan om identiteitsfraude en juridisch incorrecte situaties te voorkomen. In het huidige systeem is het namelijk simpeler om houdergegevens van een domeinnaam te wijzigen. Maar daarmee staan wel de belangen van de domeinnaameigenaar op het spel. Om die reden kunnen alleen de adres en contactgegevens van gekoppelde contactpersonen worden gewijzigd en niet de bedrijfsnaam, persoonsnaam, KVK-nummer, rechtsvorm en in de toekomst wellicht nog meer velden. Bij het aanmaken van een contactpersoon dient u dus altijd direct de juiste benaming te kiezen. Want ook al gaat het maar om een spatie die u vergeet of teveel plaatst, ongeacht de fout in de contactpersoonnaam vereist een wijziging van contactpersonen voor die domeinnaam, nadat u een nieuwe contactpersoon met de juiste gegevens heeft aangemaakt. Het wordt geadviseerd om in situaties waarin een bedrijfsnaam de houder/eigenaar van een domeinnaam wordt om in de contactpersoon de bedrijfsnaam te hanteren zoals die bij de Kamer van Koophandel staat ingeschreven, en ook het KVK-nummer te definieren. In juridische geschillen kan door middel van die data de wettige eigenaar snel worden bepaald Houderwijzigingen in DRS5 In DRS5 doet u een houderwijziging niet meer door de contactgegevens van de houder te wijzigen. U doet dit door een nieuwe contactpersoon aan te maken indien de nieuwe houder nog niet in uw QuickEPP administratie staat. Daarna selecteert u in het domeinoverzicht de domeinnaam en klikt u op Houder wijzigen. Hiermee wordt de huidige houdercontactpersoon ontkoppeld en een nieuwe houder contactpersoon gekoppeld. De gegevens van de vorige houder contactpersoon blijven doordaar intact en ook voor alle andere domeinnamen waar die contactpersoon houder van is blijven ongewijzigd Incorrect werkende software Verdenkt u QuickEPP van fouten of gebeuren er dingen die niet stroken met de werkelijkheid zoals getoond in de WHOIS van SIDN? Controleer dan altijd eerst of u met de laatste versie van QuickEPP werkt. De meeste bugreports die we ontvangen worden opgelost door de installatie van de nieuwste versie software en daarnaast ook vaak door het synchroniseren van de software met de DRS-data van SIDN. Alle updates worden naar alle klanten toegezonden. Als u deze updates niet ontvangt neem dan contact op om uw contactgegevens bij te laten werken. Pagina: 16 van 16