Wet Markt & Overheid: sluit de uitwerking aan bij de doelstelling?
|
|
- Elisabeth Koster
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Wet Markt & Overheid: sluit de uitwerking aan bij de doelstelling? mw. drs. C. Lampe en drs. B. Dessing* Per 1 juli 2012 is de Wet Markt en Overheid in werking getreden. De WMO stelt gedragsregels vast voor overheden die economische activiteiten verrichten. Doelstelling van de WMO is het waarborgen van een gelijk speelveld tussen overheden en marktpartijen. In dit artikel betogen wij dat de regels waarin de WMO nader zijn uitgewerkt op onderdelen onvolledige of onjuiste informatie geven, waardoor de doelstelling van de WMO in gevaar brengt. In dit artikel leggen wij, vanuit economisch perspectief, de belangrijkste implementatierisico s bloot. Inleiding De Wet Markt en Overheid (hierna: WMO) wijzigt de Mededingingswet. 1 De WMO vereist dat provincies, gemeenten, waterschappen en zelfstandige bestuursorganen (hierna: overheden) ten aanzien van economische activiteiten voldoen aan de gedragsregels uit de WMO. 2 Voor economische activiteiten die al werden ondernomen voor 1 juli 2012 geldt op hoofdpunten een overgangsperiode van twee jaar tot aan 1 juli De uitdaging in de toepassing van de WMO ligt vooral in de toepassing op deze bestaande economische activiteiten. Dit komt deels door de grondige inventarisatie die dit vergt, maar ook omdat het toepassen van de gedragsregels voor bestaande activiteiten een (beperkte) reorganisatie kan betekenen. De WMO heeft als doel een gelijk speelveld te creëren voor overheden en marktpartijen. Om een gelijk speelveld te waarborgen zijn vier gedragsregels voor overheden geïntroduceerd. 4 Kort gezegd komen die gedragsregels op het volgende neer: 1. Integrale kostprijsberekening: Overheden dienen tenminste de integrale kostprijs te rekenen voor hun economische activiteiten (art. 25i Mw). 2. Bevoordelingsverbod: Een overheid mag een overheidsbedrijf niet bevoordelen boven concurrerende ondernemingen en kent geen voordelen toe die verder gaan dan gebruikelijk in het normale handelsverkeer (art. 25j Mw). 3. Gegevensgebruik: Gegevens die zijn verkregen vanuit publiekrechtelijke bevoegdheden mogen niet voor economische activiteiten worden gebruikt, tenzij marktpartijen ook over deze gegevens kunnen beschikken (art. 25k Mw). 4. Functiescheiding: Er moet een functiescheiding plaatsvinden voor personen ten aanzien van economische en niet-economische activiteiten (art. 25l Mw). De vier gedragsregels zijn nader uitgewerkt in het Besluit Markt en Overheid (hierna: BMO). 5 Daarnaast is een Handreiking Wet Markt en Overheid (hierna: Handreiking) 6 opgesteld, waarin de WMO en de toepassing daarvan nader is toegelicht. De implementatie van drie van de vier gedragsregels het bevoordelingsverbod, het gegevensgebruik en de functiescheiding van overheidsbedrijven zijn voornamelijk feitelijke implementatievraagstukken. Het vaststellen of een activiteit een economische activiteit betreft waarop de gedragsregels van toepassing zijn, alsmede de berekening van de integrale kostprijs bevatten (methodologische) economische vraagstukken. Wij zijn van mening dat deze twee vraagstukken in het BMO en de Handreiking onvoldoende, en op onderdelen zelfs onjuist, worden toegelicht. Uit een Nulmeting inzake de WMO 7 blijkt dat overheden de implementatie van de WMO moeilijk vinden. Daarbij wijzen zij voornamelijk op het feit dat zij praktijkinformatie - * Carina Lampe en Bastiaan Dessing zijn economen en 1. Hoofdstuk 4b Mw. 2. Voortdurende klachten van marktpartijen over oneerlijke concurrentie door overheden hebben de Tweede Kamer ervan overtuigd dat er een noodzaak bestaat voor een wettelijke regeling waarin gedragsregels voor 31354, nr. 3, Wijziging van de Mw ter invoering van regels inzake ondernemingen die deel uitmaken van een publiekrechtelijke rechtspersoon of die hiermee zijn verbonden (aanpassing Mw ter invoering van gedragsregels voor de overheid), p Voor art. 25l van de Mw geldt een overgangsperiode van één jaar. 4. Art. 25i t/m 25l Mw. 5. Stb. 2012, p. 255 Besluit markt en overheid, 6 juni 2012 (hierna: BMO). 6. Ministerie van EL&I, Handreiking Wet Markt en Overheid, 1 juli 2012 (hierna: Handreiking). 7. Nulmeting Wet Markt en Overheid van Kwink Groep van 1 mei 2013 (hierna: Nulmeting). 5
2 sche activiteit en (ii) de bedrijfseconomische principes die leidend zouden moeten zijn bij de berekening van de integrale kostprijs. 8 Dit artikel tracht een aantal van deze principes in te vullen. mische activiteit. Daarna wordt toegelicht hoe de integrale kostprijsberekening voor deze activiteiten in het licht van de WMO optimaal plaatsvindt en welke punten onvoldoende of zelfs onjuist worden toegelicht in het BMO en/of de Handreiking. Het artikel sluit af met de conclusie dat in onze optiek het BMO en de Handreiking overheden te veel ruimte bieden in de implementatie van de WMO door onvoldoende en zelfs onjuiste kaders te schetsen. Daarmee wordt het doel van de WMO, het waarborgen van een gelijk speelveld tussen overheden en marktpartijen, niet vanzelfsprekend bereikt. Om de WMO toe te passen moeten overheden in de eerste plaats hun economische activiteiten inventariseren. Het BMO en de Handreiking geven een aantal goede voorbeelden van wat doorgaans een economische activiteit is (zoals het maken van pasfoto s door de burgerlijke stand, verhuren van DVD s en CD s in een openbare bibliotheek), maar geven slechts een heel beperkt handvat voor activiteiten die buiten de genoemde voorbeelden vallen. In de Handreiking wordt uitgelegd dat er meerdere kenmerken ( indicatoren ) zijn aan de hand waarvan econo- in de toelichting wordt vervolgens maar een enkel kenmerk uitgelicht: Het is niet altijd eenvoudig vast te stellen of activiteiten economisch van aard zijn. Deze beoordeling van het geval. Er zijn indicatoren die behulpzaam zijn bij de beoordeling en die volgen uit jurisprudentie. Een sterke indicatie dat de door uw overheidsorganisatie verrichte activiteit van economische aard is, is bijvoorbeeld de aanwezigheid van verschillende aanbieders van dezelfde soort goederen en diensten. (Handreiking, p. 14). Hoewel dit een terecht punt is, is dit niet het enige criterium. De WMO is, ook volgens de visie van de Tweede Kamer, complementair aan de regels van het Europese staatssteunkader 9. Binnen dit Europese staatssteunkader is ook de vraag van belang of sprake is van een economische (markt)activiteit, met name in het licht van de toets of de activiteit kan worden aangemerkt als dienst van algemeen economisch belang (hierna: DAEB). 10 Ook in de totstandkomingsgeschiedenis van de WMO wordt gememoreerd aan het verband tussen economische activiteiten en het DAEB-begrip: De bepaling of sprake is van economische activiteiten hangt samen met de vraag of de activiteiten worden verricht ter uitvoering van een dienst van algemeen belang of een dienst van algemeen economisch belang. (MvT II, p. 31). In dit kader schetsen wij daarom kenmerken van een economische activiteit in het licht van de lijnen die de Europese Commissie heeft uitgezet bij de beoordeling van een DAEB 11 : 1. Er bestaat een markt voor de activiteit omdat de activiteit al door een marktpartij wordt aangeboden. Dit kenmerk impliceert dat een activiteit die aanvankelijk tijd wel kan veranderen in een economische activiteit als naast de overheid ook marktpartijen de activiteit beginnen aan te bieden. 2. Er zou een markt kunnen bestaan voor de activiteit omdat de overheid een stabiele winst realiseert die ook voor een private onderneming acceptabel zou zijn. Het gebrek aan concurrentie kan ontstaan omdat de marktgrootte of markstructuur zodanig is dat er geen ruimte is voor één of meerdere (winstgevende) ondernemingen naast de desbetreffende overheidsorganisatie of omdat marktpartijen door de overheid worden tegengehouden (bijvoorbeeld door quasiinbesteding). Een andere reden is dat de aanwezigheid van een overheidsorganisatie op de markt op zichzelf als onoverkomelijke toetredingsbarrière wordt ervaren door private ondernemingen. 8. De Nulmeting laat zien dat iets meer dan 40% van de overheden zich op eigen initiatief heeft gevoegd naar één of meerdere gedragsregels van de Wet Markt en Overheid (hierna: WMO). Bijna 60% van de overheden heeft op het moment van de studie nog geen initiatief genomen om de WMO te implementeren. Uit de enquête blijkt verder dat overheden behoefte hebben aan meer praktische informatie en voorbeelden die bij de toepassing van de WMO kan helpen. Het gebrek aan informatie geldt met name voor kenmerken en voorbeelden van economische activiteiten en voor de berekening van de integrale kostprijs. 9. Om [parallelle toepasselijkheid van deze gedragsregels en de staatsteunregels] te voorkomen is gekozen voor een van toepassing is, hetzij de gedragsregels van toepassing 10. Het Europese kader voor steun aan een DAEB bestaat uit drie richtlijnen: 1) Mededeling van de Commissie betreffende de toepassing van de staatssteunregels van de Europese Unie op voor het verrichten van diensten van algemeen economisch belang verleende compensatie (2012/C 8/02), 2) Besluit van de Commissie van 20 december 2011 betreffende de toepassing van art. 106, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst, verleend aan bepaalde met het beheer van diensten van algemeen economisch belang belaste ondernemingen (2012/21/EU) en 3) Mededeling van de Commissie EU-kaderregeling inzake staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst (2012/C 8/03). Deze drie richtlijnen lichten toe wat de randvoorwaarden zijn waaronder overheden zijn vrijgesteld van de meldingsplicht bij de Commissie met betrekking tot steun aan een DAEB (richtlijnen 1 of 2) en, als steun niet aan deze voorwaarden voldoet, onder welke voorwaarden de steun aan een DAEB door de Commissie toegestaan kan worden (richtlijnen 3). Commissiegids DAEB 2013, overview/new_guide_eu_rules_procurement_nl.pdf 6
3 3. Er bestaat een markt voor de activiteit, omdat een activiteit bij wet is voorbehouden aan de overheid (overheidsprerogatief) 12 en deze ervoor kiest de uitvoering op te dragen aan een marktpartij. Er zijn twee belangrijke lessen die hieruit volgen voor overheden. Ten eerste dat de afwezigheid van (lokale) marktpartijen nog niet betekent dat geen sprake kan zijn van een economische activiteit. Ten tweede is het belangrijk om op te merken dat de vraag of sprake is van een economische activiteit op verschillende momenten een ander antwoord kan hebben, omdat een markt voor een goed of dienst over tijd kan ontstaan en verdwijnen. Dat betekent dat voorzichtigheidshalve deze vraag periodiek opnieuw dient te worden gesteld. Een van de gedragsregels van de WMO is de verplichting tot het rekenen van de integrale kostprijs voor economische activiteiten. De berekening van de integrale kostprijs bestaat uit een aantal meer en minder complexe stappen. 13 Hoewel het te ver gaat om elke stap in detail te behandelen, is het belangrijk om gevoel te krijgen bij het denkkader dat bij elke stap leidend zou moeten zijn. De WMO is in het leven geroepen om een zo gelijk mogelijk marktspeelveld te creëren 14 en dat betekent dat de marktconformiteit bij elke stap in het oog moet worden gehouden. In de WMO zelf wordt ook verwezen naar marktconformiteit. In de woorden van art. 25i lid 3: Bij de vaststelling van de integrale kosten (...) wordt eigen vermogen voor zover dat redelijkerwijs aan de economische activiteiten kan worden toegerekend, een bedrag in aanmerking genomen dat niet lager is dan de lasten die in het normale handelsverkeer gebruikelijk zijn 15 (onze accentuering) Uit deze tekst volgt dat kosten niet één-op-één dienen te worden doorberekend, maar dat rekening moet worden gehouden met het kostenniveau van een (gemiddelde) marktpartij. Overheden kunnen immers op verschillende manieren een kostenvoordeel hebben ten aanzien van marktpartijen. Om een beeld te krijgen van kostenvoordelen dienen overheden te onderzoeken wat de kosten zouden zijn geweest indien niet zij, maar een marktpartij een bepaalde economische activiteit had verricht. 16 denkkader dat hiertoe moet worden toegepast staat in de Indien dit denkkader niet wordt toegepast, kan dit leiden tot een tarief dat niet realistisch is voor een marktpartij en dat daarom de concurrentie verstoort. Het BMO wijkt al gevaarlijk af van dit denkkader door consistent te spreken over het doorberekenen 17 van kosten en niet over het rekenen of berekenen van kosten. Het doorberekenen van kosten impliceert dat de integrale kostprijsberekening een basis dient te hebben in de daadwerkelijk gemaakte kosten. Dit staat haaks op de gedachte dat overheden bij de berekening van de integrale kosten uit moeten gaan van marktconformiteit. Niet voor alle relevante kosten bestaat het risico dat het niet hanteren van een marktconform denkkader ook tot kosten doorgaans vrij eenvoudig te bepalen op basis van de jaarstukken van overheden. Bij andere relevante kosten, waaronder de vermogenskosten en afschrijvings- en onderhoudskosten, bestaat echter een risico dat overheden concurrentie vervalsen als zij niet het marktconforme denkkader toepassen bij de integrale kostprijsberekening. Risico ten aanzien van de vermogenskostenvoet Het meest concrete voorbeeld van een implementatierisico bij de integrale kostprijsberekening ligt in de berekening van de integrale vermogenskosten. Art. 7 van het BMO bepaalt: Indien voor de kostendoorberekening (..) vermogenskosten worden bepaald, wordt daarbij uitgegaan van de gewogen gemiddelde kosten van het vermogen desbetreffende economische activiteiten, tenzij het ac- plaatsvindt. In deze formulering is geen referentie opgenomen naar wat gangbaar is in de markt en wordt slechts gesproken over de kosten van het vermogen dat wordt aangewend. De Nota van Toelichting bij het BMO stelt vervolgens dat bij de invulling van de gewogen gemiddelde kosten van het vermogen (onder economen beter bekend als de WACC, weighted average cost of capital) gebruik kan worden gemaakt van de omslagrente die bij provincies, gemeenten en waterschappen wordt gebruikt als vermogenskostenvoet Een taak die tot de kerntaken van de staat behoort of die wegens haar aard, doel en de regels waaraan zij is onderworpen met die taken verband houdt. Bijvoorbeeld: het handhaven van de openbare orde; het verlenen van (bouw)vergunningen en concessies; de controle van het luchtverkeer; de inzameling van afval bij particulieren. de berekening van de vermogens-, onderhouds- en moeten onder andere keuzes worden gemaakt ten aanzien van de relevantie van kosten, het aggregatieniveau van de kosten en de juiste allocatiesleutels. 14. De wet kent een viertal gedragsregels die de marktomstandigheden voor overheid of particulier zoveel mogelijk gelijk maakt. De omstandigheden blijven ongelijk, bijvoorbeeld omdat overheidsbedrijven vooralsnog niet onder het regime van de vennootschapsbelasting vallen. 15. Art. 25i Mw, lid Niet alle kostenvoordelen vanuit een overheid zijn relevant. Het gaat alleen om kostenvoordelen die inherent inkoopvoordelen op basis van de schaal van een overheid niet direct relevant, omdat ook bedrijven een bepaalde grootte kunnen hebben en bepaalde inkoopvoordelen kunnen benutten. juni 2012, houdende regels voor overheden over de doorberekening van kosten en de toepassing van het bevoordelingsverbod. 18. BMO, NvT, p
4 Dit is op eerste gezicht exact wat de WMO beoogt te voorkomen en is in ieder geval strijdig met de visie van de Europese Commissie 19 en de doelstelling van de creatie van een gelijk marktspeelveld. De omslagrente is gebaseerd op een dan ook in een kostenvoordeel. Immers, de omslagrente zal lager zijn aangezien de overheid inherent kredietwaardiger is dan een marktpartij, bijvoorbeeld vanwege de bevoegdheid om belastingen te heffen. Het gebruik van de omslagrente houdt dus geen rekening met wat een gangbare vermogensvergoeding is in het normale handelsverkeer. Vooral voor kapitaalintensieve overheidsorganisaties, zoals een gemeentelijke afvalinzameldienst, kan een klein verschil in de berekening van de vermogenskostenvoet leiden tot grote verschillen in het tarief. 20 Een marktconforme vermogenskostenvoet kan worden bepaald aan de hand van de gewogen gemiddelde kapitaalkosten zoals ook de Autoriteit Consument & Markt (hierna: ACM) die vaststelt voor gereguleerde sectoren. De berekening wordt dan gemaakt op basis van een benchmark van vergelijkbare private marktpartijen. Dit is een complexe oefening maar ook een noodzakelijke om een gelijk speelveld te waarborgen. Naast de complicatie ten aanzien van de te hanteren vermogenskostenvoet, zijn er complicaties ten aanzien van de te hanteren waarderingsgrondslag en de te kiezen afschrijvingsmethoden en -termijnen. Deze keuzes raken de integrale kostprijs zowel via de resulterende afschrijvings- en onderhoudskosten als via de activawaarde waarover de vermogenskosten worden gerekend. Niet elke keuze zal leiden tot een tariefstelling die bijdraagt aan de creatie of waarborg van een gelijk marktspeelveld. Het BMO bepaalt in art. 6 het volgende: Indien voor de kostendoorberekening (..) vermogenskosten worden bepaald die betrekking hebben op activa, wordt daarbij uitgegaan van de jaarstukken, voor zover deze relevante gegevens betreffende die activa bevatten, en van de regels die bij of krachtens wet inzake de waardering en afschrijving van activa zijn bepaald (..) De wijze waarop overheden hun jaarstukken inrichten en de keuzes die zij hiertoe maken zijn echter diffuus en in sommige gevallen economisch simplistisch. In het BMO wordt dit impliciet erkend. In art. 3 wordt aangestipt dat de kosten moeten worden berekend met toepassing van een stelsel van baten en lasten. Het alternatief een kasstelsel waarbij uitgaven en inkomsten niet worden onderscheiden van kosten en opbrengsten komt nog steeds voor bij overheden en maakt van een goede integrale kostprijs berekening een ondoenlijke taak. Dit illustreert dat er aanzienlijke risico s zijn voor overheden indien zij zonder meer de keuzes die ten grondslag liggen aan het jaarverslag als leidend beschouwen. Art. 1 van het BMO geeft nog wel aan dat deze keuzes zijn gelimiteerd tot objectief te rechtvaardigen bedrijfseconomische principes, maar in de NvT bij het BMO (par. 3.2) wordt aan overheden weer (te) veel ruimte gegeven in de keuze van de waarderingsmethodiek: Het wettelijk regime voor markt en overheid legt de overheden geen verplichtingen op ten aanzien van welke boekhoudmethode zij hanteren en bepaalt dus niet dat zij activa moeten waarderen op basis van de historische kostprijs of op basis van de vervangingswaarde en hoe zij dus afschrijvingen bepalen, etcetera. Niet iedere keuze die in lijn ligt met de methode van het jaarverslag of het BMO en de Handreiking is echter vanuit mededingingsperspectief een juiste. Om een gelijk speelveld te creëren dienen kosten vooral niet te laag te worden ingeschat. Een te hoge inschatting is wellicht ook onwenselijk, maar niet zozeer vanuit een mededingingsperspectief. Dit heeft consequenties voor de waardering van een activum, de afschrijftermijnen, en de daaruit voortvloeiende afschrijvings- en onderhoudskosten. 21 Vanuit een mededingingsperspectief is het aan te raden om bij de waardering van een activum zo veel mogelijk uit te gaan van de hoogste van ofwel de vervangingswaarde, ofwel de historische aanschafprijs. Omdat de WMO zich ten doel stelt om vervalsing van mededinging te voorkomen en ruimte voor toegang van marktpartijen te laten, raden wij december 2011 betreffende de toepassing van art. 106, lid 2, van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie op staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst, verleend aan bepaalde met het beheer van diensten van algemeen economisch belang belaste ondernemingen (2012/21/EU). Dit besluit verwijst naar het compensatiemechanisme voor het verrichten van een DAEB. Niettemin geeft dit ook een indicatie ten aanzien van een toepasselijke vergoeding voor een economische activiteit, omdat vergoedingen voor economische activiteiten marktconform moeten zijn en dus in beginsel hoger zouden moeten liggen. Volgens art. 5, lid 5 van dit besluit moet de vergoeding voor een DAEB (en dus ook voor economische activiteit) rekening houden met een redelijk rendement op vermogen, waaronder wordt verstaan het rendement op kapitaal dat zou worden verlangd door een gemiddelde onderneming. Vermogenskosten zouden dus op basis van een benchmarking met de markt de WACC benadering moeten worden berekend en niet op basis van de daadwerkelijke kosten. 20. Dit wordt geïllustreerd door het feit dat in gereguleerde sectoren waar de ACM de vermogenskostenvoet vaststelt, zelfs een kleine methodologische aanpassing in de wijze waarop de vermogenskostenvoet wordt berekend vele honderden miljoenen Euro s verschil kan maken in de totale jaarlijkse sectoromzet. Een voorbeeld van een dergelijke sector is het landelijk en regionaal beheer van Haffner en Nillesen (2013), Referentieperiode voor vaststellen reguleringsrente netbeheerders, ESB 98 (4660), p De onderhoudskosten hangen direct samen met de afschrijvingskosten, omdat onderhoud noodzakelijk is om een activum ook daadwerkelijk te kunnen gebruiken tot aan de geplande levensduur. 8
5 aan de keuze van een van de twee methodieken afhankelijk te maken van de verhouding van de vervangingswaarde en historische kostprijs. Als de vervangingswaarde lager is dan de historische kostprijs, kan het beste de historische kostprijs in rekening worden gebracht omdat er anders sprake zou kunnen zijn van onvoldoende (door)berekenen van de kostprijs in de zin van art. 25i. Mw. Als de vervangingswaarde hoger is dan de historische kostprijs van de activa, zou het hanteren van de historische kostprijs kunnen leiden tot een tarief dat lager is dan wat realistisch is voor een bestaande marktpartij of een potentiële markttoetreder. Dit kan bijvoorbeeld zo zijn omdat marktpartijen die later tot de markt zijn toegetreden de hogere vervangingswaarde hebben moeten betalen. Bij de te hanteren afschrijvingsmethodieken en (economische) levenstermijnen van de activa dienen twee zaken in het oog te worden gehouden. Ten eerste moet rekening worden gehouden met de mogelijkheid dat een activum reeds kan zijn afgeschreven, maar nog wel wordt ingezet ten behoeve van een economische activiteit. Indien deze afschrijvingskosten voor het betreffende activum zijn genomen toen er nog geen sprake was van een economische activiteit (of indien het activum eerst anders werd aangewend) kan het zijn dat er disproportioneel weinig kosten zijn toegerekend aan een economische activiteit. Dit is onwenselijk vanuit een mededingingsperspectief. Daarnaast moet rekening worden gehouden met de notie dat afschrijvingsmethoden gelijk dienen te worden toegepast voor economische activiteiten die te maken hebben met dezelfde gemeenschappelijke en gezamenlijke kosten. Conclusie De WMO laat, gelet op de bijbehorende totstandkomingsgeschiedenis, zo veel ruimte in de implementatie van de WMO, dat een gelijk marktspeelveld niet altijd is gegarandeerd. Ten eerste geeft de WMO onvoldoende inzicht in de kenmerken van een economische activiteit. Het BMO en de Handreiking noemen maar een enkel concreet kenmerk van een economische activiteit: het bestaan van concurrentie. In andere gevallen hangt het bestaan van een econo- het geval. Door dit gebrek aan informatie lopen overheden het risico dat zij miskennen dat sprake is van een economische activiteit. Ten tweede bevat de toelichting bij de WMO onvoldoende en zelfs onjuiste uitleg ten aanzien van het marktconforme denkkader dat overheden bij de toepassing van de gedragsregels zouden moeten hanteren. Overheden dienen de kosten van een economische activiteit te berekenen alsof zij zelf een marktpartij zouden zijn geweest ( counterfac- lijke kosten garandeert niet, of niet voldoende, de creatie of waarborg van een gelijk marktspeelveld. Naar onze mening geven het BMO en de Handreiking overheden vooral te veel ruimte bij de berekening van de vermogens-, onderhoudsen afschrijvingskosten. Een gevolg hiervan kan zijn dat overheden de WMO uitvoeren door compliant te zijn met het BMO en de Handreiking, maar zo onbewust en wellicht ook ongewild toch niet voldoen aan de doelstelling van de WMO, waardoor zij mogelijk niet compliant zijn met het Europese staatssteunkader. 9
Plan van aanpak onderzoek naar de gevolgen van de Wet Markt en Overheid op de economische activiteiten van de gemeente Venray
Plan van aanpak onderzoek naar de gevolgen van de Wet Markt en Overheid op de economische activiteiten van de gemeente Venray Henk Mijnster, Adviseur AO/IC gemeente Venray versie 2 Pagina 2 van 8 Inhoud
Nadere informatieMarkt en Overheid. Workshop Congres gemeentefinanciën
Markt en Overheid Workshop Congres gemeentefinanciën Waarom een wet Markt en Overheid? Het is overheden toegestaan economische activiteiten uit te voeren (geen verbodstelsel) De inzet van publieke middelen
Nadere informatieInformatiemiddag Wet Markt en Overheid. 11 februari 2014
Informatiemiddag Wet Markt en Overheid 11 februari 2014 Wet MenO: de overheid als ondernemer Waarom een Wet Markt en Overheid? Van een ongelijk speelveld naar sportieve concurrentie Kern wet Markt en Overheid
Nadere informatieRAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: AST/2014/012125
RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: AST/2014/012125 COMMISSIE Algemene Zaken en Control op 27 november 2014 AGENDANUMMER: 7 Onderwerp: Wet markt en overheid economische activiteiten aan te wijzen
Nadere informatieVOORSTEL. Algemeen Bestuur. Besluit. Voorstel. Samenvatting. Aan het algemeen bestuur. [Portefeuillehouder] [Toelichting]
VOORSTEL Algemeen Bestuur ONDERWERP Wet Markt en Overheid AGENDAPUNT E04a DATUM 12 oktober 2015 OPENBAAR ja BEHANDELD DOOR R.A.C. de Wit REGISTRATIENUMMER [Registratienummer] TELEFOONNUMMER 088-2568002
Nadere informatieRaadsvoorstel. Onderwerp Algemeen belang vaststelling Wet Markt en Overheid. Status Besluitvormend
Datum: 14-04-15 Onderwerp Algemeen belang vaststelling Wet Markt en Overheid Status Besluitvormend Voorstel De volgende economische activiteiten vast te stellen als activiteiten die plaatsvinden in het
Nadere informatieRapportage Wet Markt en Overheid Ridderkerk
Rapportage Wet Markt en Overheid Ridderkerk Ontvanger : Gemeente Ridderkerk Organisatie : Step in Control B.V. Samenstellers : Dhr. Björn van Eijk : Dhr. Joost Parren : Dhr. Bob van Leeuwen : Projectgroep
Nadere informatieVoorstel aan de raad. Geadviseerd besluit. Toelichting op beslispunten. Ruimtelijke Ontwikkeling & Milieu 132007 17-12-2014. E.
Verantwoordelijk team Ruimtelijke Ontwikkeling & Milieu Nummer Kenmerk Raad d.d. 132007 17-12-2014 Paragraaf begroting Portefeuillehouder E. Heinrich Steller M. van Poorten / S. van der Meer Datum 30 september
Nadere informatieNOTA VAN TOELICHTING (Besluit markt en overheid) CONCEPT d.d. 25-10-2011 I. ALGEMEEN. 1. Inleiding
NOTA VAN TOELICHTING (Besluit markt en overheid) CONCEPT d.d. 25-10-2011 I. ALGEMEEN 1. Inleiding Bij dit besluit worden nadere regels gesteld voor de toepassing van de artikelen 25g, 25i en 25j van de
Nadere informatieAan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel: 2014/48
Voorstel aan de raad Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg 1 8331 XE Steenwijk Steenwijk, 24-6-2014 Nummer voorstel: 2014/48 Voor raadsvergadering d.d.: 01-07-2014 Agendapunt: 5 Onderwerp:
Nadere informatieZaaknummer: 2014/54782 Referentie: 2014/55085. Raadsvergadering d.d. 1 juli 2014 agendapunt 15. Aan: De Gemeenteraad. Vries, 16 juni 2014
Raadsvergadering d.d. 1 juli 2014 agendapunt 15 Zaaknummer: 2014/54782 Referentie: 2014/55085 Aan: De Gemeenteraad Vries, 16 juni 2014 Portefeuillehouder: mevr. N. Hofstra Behandelend ambtenaar: mevr.
Nadere informatie4fe. raadsvoorstel G F. Buijserd Bedrijfsvoering I Carl Brouwer. 16 oktober
Gemeente Nieuwkoop College van Burgemeester en Wethouders 4fe lllllllllllll II G14.0945 r raadsvoorstel portefeuillehouder opgesteld door Registratienummer collegebesluit vergaderdatum raad jaar/nummer
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 255 Besluit van 6 juni 2012, houdende regels voor overheden over de doorberekening van kosten en de toepassing van het bevoordelingsverbod (Besluit
Nadere informatieNOTA VAN TOELICHTING (Besluit markt en overheid) CONCEPT d.d I. ALGEMEEN. 1. Inleiding
NOTA VAN TOELICHTING (Besluit markt en overheid) CONCEPT d.d. 16-12-2011 I. ALGEMEEN 1. Inleiding In dit besluit worden nadere regels gesteld voor de toepassing van de artikelen 25g, 25i en 25j van de
Nadere informatieHandreiking Wet Markt en Overheid
Handreiking Wet Markt en Overheid Handreiking Wet Markt en Overheid 1 Colofon Deze handreiking is een uitgave van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. De publicatie is opgesteld
Nadere informatieTitel : Wet Markt en Overheid; bepalen welke economische activiteiten zijn aan te merken als zijnde van algemeen belang in de zin van de Wet
College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel DATUM 10-12-2013 NUMMER PS PS2014BEM02 AFDELING MAO COMMISSIE BEM STELLER Ageeth Nijkamp DOORKIESNUMMER 2714 DOCUMENTUMNUMMER 80EEBE0B PORTEFEUILLEHOUDER
Nadere informatieWet Markt en Overheid en Besluit Markt en Overheid
Wet Markt en Overheid en Besluit Markt en Overheid Wijziging Mededingingswet Er zijn vier gedragsregels ingevoerd voor overheden als zij goederen of diensten op de markt aanbieden, zelf dan wel via hun
Nadere informatieSamenvatting Wet Markt en Overheid 1. INLEIDING
Samenvatting Wet Markt en Overheid 1. INLEIDING Overheden verrichten over het algemeen publiekrechtelijke taken. In de loop van de tijd zijn overheden zelf of via hun overheidsbedrijven steeds meer marktactiviteiten
Nadere informatieOpenbaar ACM/UIT/ WB Den Haag ACM/UIT/ Ons kenmerk: Zaaknummer: 16/012014
Ons kenmerk: Zaaknummer: ACM/UIT/314202 16/012014 BESLUIT van de Autoriteit Consument en Markt als bedoeld in artikel 70c, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Mededingingswet Muzenstraat 41 www.
Nadere informatieMemo Wet Markt en Overheid
Aanleiding Op 1 juli 2012 is de Wet Markt (hierna Wet M en O) in werking getreden. Deze wet betreft een wijziging van de Mededingingswet. De wet is bedoeld om concurrentievervalsing door de overheid te
Nadere informatieCollegevoorstel. Zaaknummer: aanwijzing economische activiteiten Wet markt en overheid
Zaaknummer: 00383503 : aanwijzing economische activiteiten Wet markt en overheid Collegevoorstel Feitelijke informatie Op 1 juli 2014 moet de gemeente voldoen aan de Wet markt en overheid. Deze wet is
Nadere informatieWet Markt en Overheid
2019 1 Introductie Even voorstellen Aanleiding en rechtvaardiging Wat gaan we doen? 2 Inhoud Algemeen deel (14:00-14.45u) Introductie Wettelijk kader Wet MenO Toepassingsbereik Wet MenO Toezicht Wezenlijke
Nadere informatieOnderwerp: Implementatie Wet Markt en Overheid; vaststelling economische activiteiten in het algemeen belang (art. 25h Mededingingswet).
1 van 6 Portefeuillehouder : Burgemeester O. van Veldhuizen Programmabegroting : 3. Economische Zaken Steller : R. Bitter Telefoonnummer : 0229-252200 Afdeling : Stadsontwikkeling - WEL Email : r.bitter@hoorn.nl
Nadere informatieBespreking banken 21 juli 2016 Drinkwatertarief WMD: hoe komt het tot stand? Wettelijk kader
Bespreking banken 21 juli 2016 Drinkwatertarief WMD: hoe komt het tot stand? Wettelijk kader Inleiding Het wettelijk kader voor het toezicht op de tarieven die drinkwaterbedrijven in rekening brengen voor
Nadere informatiePagina 1/5. Gemeente s-hertogenbosch t.a.v. het College van B en W Postbus 12345 2500 GZ S-HERTOGENBOSCH. Den Haag,
Gemeente s-hertogenbosch t.a.v. het College van B en W Postbus 12345 2500 GZ S-HERTOGENBOSCH Den Haag, Aantal bijlage(n): Uw kenmerk: Ons kenmerk: 7592_ Contactpersoon: R.M. Timmerman / ronald.timmerman@acm.nl
Nadere informatieBesluiten: 1. De brief Toepassing Wet markt en overheid (Z/15/141361) vast te stellen.
B en W-nummer 15.0045; besluit d.d. 20-1-2015 Onderwerp Collegebrief toepassing Wet markt en overheid Besluiten: 1. De brief Toepassing Wet markt en overheid (Z/15/141361) vast te stellen. Perssamenvatting:
Nadere informatieNummer: Ï20HOI885' Ontvangstdatum: 280KT2011
Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie > Retouradres Postbus 20101 2500 EC Den Haag Vereniging van Nederlandse Gemeenten t. a. v. mr. RJ.J.M. Pans Postbus 30435 2500 GK Den Haag Datum
Nadere informatieAan de raad. No. 7. Wissenkerke, 27 juni Onderwerp: Aanwijzen diensten van algemeen belang ivm de Wet Markt en Overheid
Raadsvergadering d.d. 11 september 2014 Aan de raad Voorstraat 31, 4491 EV Wissenkerke Postbus 3, 4490 AA Wissenkerke Tel 14 0113 Fax (0113) 377300 No. 7. Wissenkerke, 27 juni 2014 Onderwerp: Aanwijzen
Nadere informatiePagina 1/20. Naar sportieve concurrentie
Naar sportieve concurrentie Pagina 1/20 Een analyse van de naleving van de gedragsregels uit de Wet Markt en Overheid door gemeenten bij de exploitatie van gemeentelijke sportaccommodaties T 070 722 20
Nadere informatieAfdeling: Concernzaken Concernbeleid Leiderdorp, 28 augustus 2014 Onderwerp: Wet markt en overheid -
Pagina 1 van 5 Nr. 1 Afdeling: Concernzaken Concernbeleid Leiderdorp, 28 augustus 2014 Onderwerp: Wet markt en overheid - Beslispunten vaststellen economische activiteiten van algemeen belang Aan de raad.
Nadere informatieWet Markt en Overheid
1 Introductie Even voorstellen Aanleiding en rechtvaardiging Wat gaan we doen? 2 Inhoud Algemeen deel (14:00-14.45u) Introductie Wettelijk kader Wet MenO Toepassingsbereik Wet MenO Toezicht Wezenlijke
Nadere informatie3.0. Wet markt en overheid; economische activiteiten in het algemeen belang
3.0. Wet markt en overheid; economische activiteiten in het algemeen belang Inhoudsopgave 3.0. Wet markt en overheid; economische activiteiten in het algemeen belang... 2 Raadsvoorstel wet markt en overheid;
Nadere informatieMotie Onderzoek uitbreiden economische activiteiten van algemeen belang
Regnr. BSD/2016.437 Tekst Raadsvoorstel Economische activiteiten in het algemeen belang 2016 Inleiding In de vergadering van 1 oktober 2015 heeft uw raad ingestemd met de motie Onderzoek uitbreiden activiteiten
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2008 2009 31 354 Wijziging van de Mededingingswet ter invoering van regels inzake ondernemingen die deel uitmaken van een publiekrechtelijke rechtspersoon
Nadere informatiedrs. Ewout P. Cassee wethouder ruimtelijke ordening, vastgoed, MRA, financiën en bedrijfsvoering
Haarlem Gemeente Haarlem drs. Ewout P. Cassee wethouder ruimtelijke ordening, vastgoed, MRA, financiën en bedrijfsvoering Retouradres Postbus 511, 2003PB Haarlem Aan de leden van de commissie Bestuur I
Nadere informatieGemeente Hellendoorn. Aan de raad. ui ui min ii mi mi ii (code voor postverwerking)
Punt 8. Wet markt en overheid; aanwijzen uitzonderingen van algemeen belang Gemeente Hellendoorn Aan de raad Samenvatting: Per 1 juli 2012 is de Wet markt en overheid in werking getreden. Aanleiding voor
Nadere informatieAdvieslijst van de vergadering van de raadscommissie Wonen & Vastgoed
Advieslijst van de vergadering van de raadscommissie Wonen & Vastgoed Plaats: Gemeentehuis Deurne Datum: 17 november 2014 Tijd: 20:00 uur Aanwezig: J. van Lierop, voorzitter; C. Hendriks, griffier; M.
Nadere informatiegemeente Eindhoven Raadsvoorstel algemeen belangvaststelling Wet Markt en Overheid
gemeente Eindhoven Inboeknummer 14bst00827 Beslisdatum B&W 6 mei 2014 Dossiernummer 14.19.751 Raadsvoorstel algemeen belangvaststelling Wet Markt en Overheid Inleiding Op 1 juli 2012 is de Wet Markt en
Nadere informatieAutoriteit Consument l Markt. Gemeente NOORDENVELD. 1 a DEC Class.nr T.a.v. het College van Burgemeester en Wethouders
113.10148 Gemeente NOORDENVELD Class.nr 1 a DEC. 2013 T.a.v. het College van Burgemeester en Wethouders Mi Paraa' voo' arcìiieí Den Haag, 1 8 DEC 2013 Aantal bijlage(n): 1 (Onderzoeksrapport) Uw kenmerk:
Nadere informatieKartelvorming bij Aanbestedingen en Wet M&O. Rick van Tol en Karen Pier
Kartelvorming bij Aanbestedingen en Wet M&O Rick van Tol en Karen Pier Bijeenkomst VJK, 23 november 2017 1 Programma I II Wat doet ACM? Hoe herken ik een kartel? Case: bid-rigging III De overheid als ondernemer
Nadere informatieOnderwerp: Vaststelling van economische activiteiten in het algemeen belang in het kader van de Wet Markt en Overheid
Raadsvoorstel Agenda nr.7 Onderwerp: Vaststelling van economische activiteiten in het algemeen belang in het kader van de Wet Markt en Overheid Soort: Besluitvormend Opsteller: J. van den Bogaart Portefeuillehouder:
Nadere informatieAanwijzingsbesluit Markt & Overheid
Aanwijzingsbesluit Markt & Overheid DE RAAD VAN DE GEMEENTE HAREN, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 december 2014; gelet op artikel 229 van de Gemeentewet; b e s l u i t : I. de
Nadere informatieGeachte leden van de raad,
Aan : de raad Van : het college van burgemeester en wethouders Adviseurs: : Piet Bruinsma, Gerard Elenga Datum : 15 december 2016 Onderwerp : uitwerking punten 3 en 4 van amendement inzake t Olde Maat
Nadere informatieOnderwerp: Wet Markt en Overheid - aanwijzen economische diensten van algemeen belang
Registratienummer Raad-14-01795 Z-14-14435 Agendapunt Advies aan raad Opgesteld door Hieke Seijsener Bijlagenummer Onderwerp: Wet Markt en Overheid - aanwijzen economische diensten van algemeen belang
Nadere informatieRaadsvoorstel <- Klik hier voor uitgebreide toelichting
Datum raadsvergadering: 18 september 2014 Onderwerp: Aanwijzingsbesluit onderwerpen van algemeen belang Wet Markt en Overheid. 0.Samenvatting: Op 1 juli 2012 is de Wet Markt en Overheid ( Wet M en O) van
Nadere informatie*ZE9D3DB4DBC* Raadsvergadering d.d. 16 december 2014
*ZE9D3DB4DBC* Raadsvergadering d.d. 16 december 2014 Agendanr.. Aan de Raad No.ZA.14-31029/DV.14-419, afdeling Middelen en Advies, Staf. Sellingen, 11 december 2014 Onderwerp: Aanwijzen economische activiteiten
Nadere informatieAanwijzingsbesluit algemene belangen in het kader van de Wet Markt en Overheid.
Aan de raad, Onderwerp: Wet Markt en Overheid Voorstel: Aanwijzingsbesluit algemene belangen in het kader van de Wet Markt en Overheid. 1 SAMENVATTING In het kader van de Wet Markt en Overheid zijn de
Nadere informatieHoorn. Onderwerp: Implementatie Wet Markt en Overheid; vaststelling economische activiteiten in het algemeen belang (art. 25h Mededingingswet).
-W- f GEMEENTE Hoorn 1 van 6 Zaaknummer Programmabegroting Steller 1021660 Buraemeester O. van Veldhuizen 3. Economische Zaken R. Bitter Stadsontwikkeling - WEL Telefoonnummer Email ; 0229-252200 : r.bitter@hoorn.nl
Nadere informatieRaadsvergadering. Grondslag De Mededingingswet en de Wet Markt en Overheid die daar een onderdeel van uitmaakt.
RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 27 november 2014 14-106 Onderwerp Wet Markt en Overheid Aan de raad, Onderwerp Wet Markt en Overheid Gevraagde beslissing De volgende economische activiteiten aan
Nadere informatieOpenbaar. Besluit. BESLUIT van Autoriteit Consument en Markt als bedoeld in artikel 70c, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Mededingingswet
Besluit BESLUIT van Autoriteit Consument en Markt als bedoeld in artikel 70c, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Mededingingswet Ons kenmerk Zaaknummer : ACM/UIT/504402 : ACM/18/033624 ACM/UIT/504402
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 29303 29 oktober 2013 Besluit van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 28 oktober 2013, nr. IENM/BSK-2013/239467,
Nadere informatie4. Voor het toepasselijke juridisch kader verwijst ACM naar de bijlage bij dit besluit.
Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/206173_OV Zaaknummer: 15.0721.29.1.01 Datum: 6 december 2016 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op de bezwaren van het college van burgemeester en wethouders van de
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 354 Wijziging van de Mededingingswet ter invoering van regels inzake ondernemingen die deel uitmaken van een publiekrechtelijke rechtspersoon
Nadere informatieAanwijzing economische activiteiten in het algemeen belang op grond van de Wet markt en overheid
Agendapunt commissie: Steller telefoonnummer email Mr. C.W.M. van Alphen 3553 Kees.van.Alphen@valkenswaard.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering 2322 3 juli 2014 Onderwerp: Aanwijzing economische
Nadere informatieRAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT
RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad 1150644 Datum: 16 december 2014 Behandeld door: P.A.M. Meijland/C. Mens/ CM. de Lange Afdeling / Team: RO/MO/Beleidsontwikkeling BEDV/ BJVZ Onderwerp:
Nadere informatie1. De wet Markt en Overheid (hierna: Wet MenO) is op 1 juli 2012 in werking getreden als onderdeel van de Mededingingswet (hierna: Mw).
Ons kenmerk: ACM/DJZ/2016/200128_OV Zaaknummer: 15.1049.29.1.01 Datum: 11 januari 2016 Op 5 oktober 2015 heeft de Autoriteit Consument en Markt (hierna: ACM) het verzoek van [Dansschool A] om op te treden
Nadere informatieDe nieuwe Wet Markt en Overheid en de rol van de NMa
De nieuwe Wet Markt en Overheid en de rol van de NMa Ronald Timmerman en Veronique van Poll Presentatie congres Transport van afval 5 februari 2012 Nederlandse Mededingingsautoriteit 1 Waar staat de NMa
Nadere informatieRijswijk. MI i Ill I 111! Ilil! lit II :35 pagina 1 van 3. Bijlage bij voorstel B en W
Bijlage bij voorstel B en W Datum Corsanummer portefeuillehouder(s) 5 juni 2014 14.064516 R. van Hemert - Economie, Sport en Verkeer & Vervoer R.A.J. van der Meij - Stadsontwikkeling, Stadsbeheer en Grondzaken
Nadere informatieImplementatie Wet Markt en Overheid, economische activiteiten
AAN DE RAAD VAN DE GEMEENTE TEN BOER Raadsvergadering: 25 juni 2014 Registratienummer: TB 14.4454538 Agendapunt: 17 Onderwerp: Voorstel: Implementatie Wet Markt en Overheid, economische activiteiten I.
Nadere informatieIn bijlage 1 is de uitwerking van de analyse opgenomen aan de hand van de vragen uit het stappenplan van het Ministerie van EL&I.
Aan Betreft Van CMT/B&W Toepassing Wet Markt en Overheid Mieke Lammers(GF&C)/Nanda Laagland (GMJZ) Datum 3 maart 2014 Op basis van het plan van aanpak (CMT 28 augustus 2013) is een analyse uitgevoerd op
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 34546 13 oktober 2015 Besluit van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 12 oktober 2015, nr. IENM/BSK-2015/ 197529,
Nadere informatiePagina. Besluit Openbaar. Ons kenmerk: Zaaknummer: ACM/DM/2017/201173_OV /Kees Groot Horeca vs Marcandi
Pagina 1/13 Muzenstraat 41 2511 WB Den Haag Postbus 16326 2500 BH Den Haag T 070 722 20 00 F 070 722 23 55 info @acm.nl www.acm.nl www.consuwijzer.nl Ons kenmerk: Zaaknummer: ACM/DM/2017/201173_OV 15.1221.29/Kees
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 31 354 Wijziging van de Mededingingswet ter invoering van regels inzake ondernemingen die deel uitmaken van een publiekrechtelijke rechtspersoon
Nadere informatieWorkshop Aanbestedingsrecht
Workshop Aanbestedingsrecht Matanja Pinto 5 maart 2015 Inleiding 1. Kern 2. Wettelijk kader 3. Aanbestedingsplicht 4. Relevante uitzonderingen 5. Procedures 6. Criteria 7. Rechtsbescherming 8. Cases Kern
Nadere informatieRaadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. categorie/agendanr. B. en W RA A 4 16/125. Raad. Onderwerp: Bijlage(n): Publicatie
Raadsvoorstel Jaar Raad categorie/agendanr. B. en W. 2016 RA16.0007 A 4 16/125 Onderwerp: Algemeen belang verklaring Mededingingswet Portefeuillehouder: J. Otter Afdeling: Ontwikkeling, Beleid en Directiestaf
Nadere informatieBelastingplicht overheidsondernemingen: (enkele) staatssteunaspecten. Prof. R.H.C. Luja UvA, 23 oktober 2014
Belastingplicht overheidsondernemingen: (enkele) staatssteunaspecten Prof. R.H.C. Luja UvA, 23 oktober 2014 Historie Oneerlijke concurrentie? Onder omstandigheden concurreert de overheid met marktpartijen
Nadere informatieWet Markt en Overheid
VNG Juridische 2-daagse 27 oktober 2014 Wet Markt en Overheid Annemieke van der Beek Martijn van Bemmel www.kvdl.nl Introductie Kennedy Van der Laan 1992 11 advocaten 2014 100 advocaten en notarissen Waarom
Nadere informatieWet Markt en Overheid
Arnhem, 8 november 2016 Gijs van Midden Wet Markt en Overheid Juridische 2-daagse Vereniging Nederlandse Gemeenten Programma 1. Ratio en achtergronden bij de Wet Markt en Overheid 2. Reikwijdte van het
Nadere informatieVaste activa Materiële vaste activa
1 BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (voor winstbestemming) 31 december 2015 31 december 2014 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 375.365 504.356 Vlottende activa Voorraden 50.210 20.111 Vorderingen 105.994
Nadere informatieGemeente Delft. In vertrouwen u hiermede op dit moment voldoende geïnformeerd te hebben, Het college van burgemeester en wethouders van Delft,
Besturing en Controlling Besturing khlc Gemeente Delft De Torenhove Martinus Nijhofflaan 2 2624 ES Delft Bankrekening BNG 28.50.01.787 t.n.v. gemeente Delft Retouradres : Besturing, Postbus 78, 2600 ME
Nadere informatieWij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
wijziging van de Mededingingswet in verband met wijziging van de bepalingen over markt en overheid en wijzigingen in het concentratietoezicht, en wijziging van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek en de Overgangswet
Nadere informatie*Z007B8D4FF3* documentnr.: INT/C/14/08883 zaaknr.: Z/C/14/08258
*Z007B8D4FF3* documentnr.: INT/C/14/08883 zaaknr.: Z/C/14/08258 Raadsinformatiebrief Onderwerp Aard : de Wet Markt en Overheid : Actieve informatie Portefeuillehouder : M.F.R.A. Jilisen Datum college :
Nadere informatiein li ui li li li li in MI
Gemeente p Bergen op Zoom in li ui li li li li in M Voorlegger Onderwerp Nummer voorstel Datum voorstel Contactpersoon Contactpersoon Email Contactpersoon Telefoon Programmanummer en naam mplementatie
Nadere informatie1. Inleiding en richtlijnen
NOTITIE RENTE 2017 1. Inleiding en richtlijnen 1.1 Inleiding Bij de wijzigingen van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) en de invoering van de Vennootschapsbelasting (VPB) voor de lagere overheden
Nadere informatieRaadsstuk. Onderwerp: wet Markt en Overheid BBV nr: 2014/161956
Raadsstuk Onderwerp: wet Markt en Overheid BBV nr: 2014/161956 1. Inleiding Op 1 oktober 2012 is de Wet Markt en Overheid van kracht geworden (de artikelen 25g t/m 25m in de Mededingingswet). Deze wet
Nadere informatieOpenbaar besluit. Besluit. 1 Samenvatting. 2 Leeswijzer. Concept openbare versie beslissing op bezwaar
Besluit Concept openbare versie beslissing op bezwaar Ons kenmerk : ACM/UIT/492947 Zaaknummer : ACM/17/019356 Datum : 1 Samenvatting 1. Bij besluit van 26 september 2017 1 (hierna: besluit van 26 september
Nadere informatieVerzoeker klaagt erover dat de provincie Flevoland hem benadeelt door financiële steun te verlenen aan een directe concurrent van zijn onderneming.
Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat de provincie Flevoland hem benadeelt door financiële steun te verlenen aan een directe concurrent van zijn onderneming. Beoordeling I. Bevindingen Verzoekers
Nadere informatieDatum Agendapunt Documentnummer. 21 april 2015 R05S003
Datum Agendapunt Documentnummer R05S003 Onderwerp Wet markt en overheid Raadsvoorstel Zeewolde Beoogd effect Het doel van het voorstel is om de economische activiteiten, die momenteel in het kader van
Nadere informatieVaste activa Materiële vaste activa Vlottende activa Vorderingen Liquide middelen
BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) 31 december 2016 31 december 2015 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 141.403 83.813 Vlottende activa Vorderingen 56.120 115.269 Liquide middelen
Nadere informatieRaadsbesluit. 17 december 2014 Aanwijzingsbesluit diensten van algemeen economisch belang (DAEB)
Kenmerk 132007 Datum 17 december 2014 Aanwijzingsbesluit diensten van algemeen economisch belang (DAEB) De raad van de gemeente Renkum; gezien het voorstel d.d. 30 september 2014 Gelet op artikel 25h,
Nadere informatie*Z008A2460B3* documentnr.: INT/M/14/10034 zaaknr.: Z/M/14/08261
*Z008A2460B3* documentnr.: INT/M/14/10034 zaaknr.: Z/M/14/08261 Raadsvoorstel Onderwerp : Wet Markt en Overheid Datum college : 19 augustus 2014 Portefeuillehouder : H.P.W.M. van Daal Afdeling : Control
Nadere informatieEDC RAPPORTAGE ANNEX 1: MODELBESCHRIJVING EDC. Annex 1 Modelbeschrijving EDC. 29 februari Versie ACM-Openbaar
Annex 1 Modelbeschrijving EDC 29 februari 2016 1-1 Versie ACM-Openbaar 1 INLEIDING Op 17 december 2015 heeft ACM het marktanalysebesluit ontbundelde toegang (hierna: het ULL Besluit ) gepubliceerd. In
Nadere informatieHandelsregister Kamer van Koophandel te Plaats KvK, dossiernummer
Publicatierapport 2015 Coöperatie Coöperatief Ondernemers Platform Veluwe U.A Handelsregister Kamer van Koophandel te Plaats KvK, dossiernummer 57197911 Vastgesteld door de Vergadering van de ledenraad
Nadere informatieHoofdstuk 1. Algemene bepalingen
De raad van de gemeente Simpelveld; gelet op artikel 212 van de Gemeentewet; besluit vast te stellen de Financiële verordening gemeente Simpelveld 2015 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 31 354 Wijziging van de Mededingingswet ter invoering van regels inzake ondernemingen die deel uitmaken van een publiekrechtelijke rechtspersoon
Nadere informatieVaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Vorderingen Liquide middelen
BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) 31 december 2016 31 december 2015 ACTIVA Vaste activa Immateriële vaste activa - 1.375 Materiële vaste activa 121.931 176.592 Vlottende activa 121.931
Nadere informatieGemeen tewat E RLAN D
Gemeen tewat E RLAN D Monnickendam, 1 juli 2014 Nummer: Portefeuillehouder: Contactpersoon: Wettelijke grondslag voor raadsbevoegdheid: 328-1 L.M.B.C. Wagenaar-Kroon NA Hellingman-Kuiper artikel 25h, zesde
Nadere informatie5. De gemeente beschikt niet over taxaties van de percelen die onderwerp zijn van onderhavig geschil.
Besluit Beslissing op bezwaar Ons kenmerk Zaaknummer : ACM/UIT/510673 : ACM/19/035014 Datum : 23 april 2019 1. Samenvatting 1. De (hierna: de ACM) heeft bij besluit van 21 december 2018 1 (hierna: het
Nadere informatieBESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Bouwbedrijf P. Moll B.V. een boete opgelegd.
Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3938_650/35 Betreft zaak: B&U-sector / Beheermaatschappij P. Moll Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren
Nadere informatieOntwerp. VERORDENING (EU) nr. /.. VAN DE COMMISSIE
NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, xxx C(20..) yyy definitief Ontwerp VERORDENING (EU) nr. /.. VAN DE COMMISSIE van [ ] betreffende de toepassing van artikel 101, lid 3, van het Verdrag betreffende de
Nadere informatieRAADSVOORSTEL. Rv. nr.: B en W-besluit d.d.: B en W-besluit nr.:
RAADSVOORSTEL Rv. nr.: B en W-besluit d.d.: 10-6-2014 B en W-besluit nr.: 14.0493 Naam programma: Bestuur en dienstverlening Onderwerp: Wet markt en overheid Aanleiding: Op 1 juli 2012 is de Wet markt
Nadere informatieProvincie Zuid-Holland Beleidsnota kostprijsberekening en rentetoerekening 2017
Provincie Zuid-Holland Beleidsnota kostprijsberekening en rentetoerekening 2017 1 1. Inleiding en achtergrond De Financiële verordening van de provincie Zuid-Holland schrijft voor dat Provinciale Staten
Nadere informatieDe Gemeenteraad van Albrandswaard
Aan De Gemeenteraad van Albrandswaard Datum Betreft Contactpersoon Doorkiesnummer Email Bijlage(n) Ons kenmerk Uw kenmerk CC 16 december 2014 Informatie invoering vennootschapsbelasting voor overheidsondernemingen
Nadere informatieDe zienswijze is op de OPTA website onder thema interconnectie te vinden.
Inleiding Bij brief van 17 december 2002, kenmerk OPTA/IBT/2002/202957, heeft het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) de markt op de hoogte gebracht
Nadere informatieVerslag afzonderlijke boekhouding verslagjaar 2014. artikel 43 lid 9 Elektriciteitswet artikel 32 lid 11 Gaswet
Verslag afzonderlijke boekhouding verslagjaar 2014 artikel 43 lid 9 Elektriciteitswet artikel 32 lid 11 Gaswet Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Financieel verslag N.V. RENDO... 4 2.1 Balans... 4 2.2
Nadere informatieMasterclass 'Praktisch Mededingingsrecht (Staatssteun)
Masterclass 'Praktisch Mededingingsrecht (Staatssteun) 7 juni 2016 Edwin Schotanus advocaat Introductie Toezichthouders Europese Commissie ACM Introductie Toepasselijke wet- en regelgeving Verdrag betreffende
Nadere informatieII. Relevante artikelen uit de Tijdelijke regeling implementatie artikelen 8 en 14 Richtlijn energie-efficiëntie
Stappenplan EED energie-auditplicht I. Inleiding Onderstaand stappenplan beoogt behulpzaam te zijn bij de vraag of u en uw inrichting auditplichtig zijn op grond van de Tijdelijke regeling implementatie
Nadere informatieMemo. De WACC, investeringsruimte en tarieven. Vivienne Frankot. Datum: 28 juni 2018
Memo Onderwerp De WACC, investeringsruimte en tarieven Van: Vivienne Frankot Datum: 28 juni 2018 Aanleiding Bij de behandeling van het financieel plan 2018 in de AvA van 13 november 2017 en bij de behandeling
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 31 490 Vernieuwing van de rijksdienst Nr. 118 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN EN RIJKSDIENST Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieRJ-Uiting : Actuele kostprijs
RJ-Uiting 2017-2: Actuele kostprijs Algemeen Met RJ-Uiting 2016-11 Actuele kostprijs heeft de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) enige wijzigingen voorgesteld om nadere duiding te geven over het begrip
Nadere informatie