Project Buurtbemiddeling Maarssen Jaarrapportage 2009

Transcriptie

1 Project Buurtbemiddeling Maarssen Jaarrapportage 2009 Jaarrapportage 2009 Project Buurtbemiddeling Maarssen 1

2 Inleiding Geachte lezer, In deze jaarrapportage is de voortgang van het project Buurtbemiddeling Maarssen beschreven. Conform de beschikking geven wij enkele cijfermatige en inhoudelijke gegevens weer. Daarnaast informeren wij u graag over de voortgang van het project waarin tevens onze bevindingen zijn verwerkt. Allereerst informeren wij u over de werkwijze van buurtbemiddeling. Buurtbemiddeling bemiddelt in conflicten die spelen tussen buren en/of buurtgenoten. Het is de bedoeling dat deze partijen samen tot een oplossing komen. Buurtbemiddeling helpt daarbij. Vrijwillige bemiddelaars luisteren naar het afzonderlijke verhaal van beide partijen. Zij geven geen oordeel en dragen geen oplossing aan. Zij helpen partijen om samen een oplossing te vinden die voor beide partijen aanvaardbaar is. Zo is de kans kleiner dat het probleem zich weer voordoet. Iedere bewoner van de gemeente Maarssen kan (kosteloos ) gebruik maken van Buurtbemiddeling. Ook lokale organisaties kunnen buurtproblemen doorverwijzen. De procedure is als volgt. De hulpvrager kan direct contact opnemen met de coördinator Buurtbemiddeling en legt uit wat er aan de hand is. Als het conflict bemiddelbaar is, worden er twee bemiddelaars ingezet. De bemiddelaars maken vervolgens een afspraak voor een gesprek bij de hulpvrager thuis, alwaar de hulpvrager zijn kant van het verhaal kan vertellen. Daarna gaan de bemiddelaars, indien gewenst, bij de andere partij langs. Zij horen ook hun kant van het verhaal. Als beide partijen daarmee instemmen, is er vervolgens op een neutrale locatie een gesprek tussen de hulpvrager en diens buren. De bemiddelaars zorgen ervoor dat dit gesprek goed verloopt. De buren maken samen afspraken die op papier worden gezet. Alles wat gezegd wordt, blijft vertrouwelijk. Buurtbemiddeling is niet geschikt voor zaken waarbij sprake is van criminaliteit, verslaving, psychiatrische problemen of waarbij problemen binnen een familie spelen. Ook conflicten met instanties zijn niet bedoeld voor Buurtbemiddeling. Uiteraard zijn wij voor uw vragen en opmerkingen bereikbaar. Met vriendelijke groet, Karin van den Heuvel Coördinator Buurtbemiddeling Jaarrapportage 2009 Project Buurtbemiddeling Maarssen 2

3 Aantal meldingen per wijk In de periode januari tot en met 31 december 2009 zijn 42 aanmeldingen geregistreerd. Uit onderstaande tabel zijn het aantal meldingen per wijk weergegeven. Hierbij is geen rekening gehouden met het aantal inwoners per wijk. Een hoger aantal meldingen per wijk geeft niet per definitie aan dat dit een probleemwijk betreft. Het kan aangeven dat de bewoners in de betreffende wijk sociaal bewust zijn en zich actief willen inzetten om tot een oplossing te komen van hun burenconflict. aantal meldingen per wijk Antilopespoor Bisonspoor Bloemstede Boomstede Componistenbuurt Duivenkamp Fazantenkamp Hoge Brug/Friezenbuurt Lanen/Dichters Maarssen-centrum Pauwenkamp Reigerskamp Schildersbuurt Spechtenkamp Staatslieden/Zeehelden Tienhoven/Oud Maarseveen Valkenkamp Zebraspoor Zwanenkamp Bij aanvang van het project was als uitgangspunt vastgesteld dat 40 zaken zouden worden aangemeld. Buurtbemiddeling heeft met 42 aangemelde zaken dit uitgangspunt behaald. Er is 18 maal een melding door de politie gedaan. Van woningcorporatie Portaal zijn 6 meldingen afkomstig. Er is keer door gemeente gemeld (wijkbeheer, wethouder), 2 maal door maatschappelijk werk en 2 maal door overige organisaties. maal heeft een bewoner zelf contact opgenomen met buurtbemiddeling. Uitgangspunt bij aanvang van het traject was dat de deelnemende partners, Politie en woningcorporatie Portaal het merendeel van de zaken aanleveren. Het aantal meldingen laat zien dat dit gebeurd is. Zoals verwacht is er een toename van het aantal zelfmelders te constateren; in geheel 2009 ten opzichte van 2 gedurende het eerste half jaar De verwachting is dat, vanwege verdere bekendheid met het project, het aantal zelfmelders in de toekomst zal toenemen. Jaarrapportage 2009 Project Buurtbemiddeling Maarssen 3

4 In onderstaande tabel wordt het aantal verwijzingen per verwijzer/instantie weergegeven. verwijzers gemeente maatschappelijke dienstverlening overige organisaties politie woningcorporatie zelfverwijzer 18 Resultaten van de meldingen Hieronder vindt u de resultaten betreffende de 42 aangemelde zaken. A) Niet geschikt voor buurtbemiddeling: doorverwijzing/terugverwijzing instantie: zaken Deze meldingen zijn na de intake procedure door coördinator niet geschikt bevonden voor Buurtbemiddeling en doorverwezen naar andere hulpverlenende instanties. Hieruit blijkt dat buurtbemiddeling een laagdrempelige voorziening is die behalve daadwerkelijke bemiddeling ook kan fungeren als aanspreekpunt in geval van aanwezige zorgbehoefte. B) Wel geschikt voor buurtbemiddeling: 35 zaken I. lopende zaken / in de wacht 3 zaken (aangemeld in 2009) zijn nog niet afgerond. Bij deze zaken vindt een (vervolg)bemiddelinggesprek plaats of staan (op verzoek van een der partijen) in de wacht. II. via intake door coördinator/advies en informatie zaken zijn na telefonische intake en het verstrekken van advies en informatie door de coördinator, door hulpvrager zelf afgerond. III. via partijen apart Bij zaken zijn door bemiddelaars gesprekken gevoerd met partijen apart. Vervolgens zijn bewoners zelf tot een succesvolle afronding gekomen. IV. via bemiddelingsgesprek met beide partijen 6 zaken zijn door (een) gezamenlijk(e) gesprek(ken) met bemiddelaars met beide partijen, bewoners tot afspraken c.q. succesvolle afronding gekomen V. afgesloten Bij 12 zaken werd het bemiddelingproces afgesloten wegens geen verdere voortgang bemiddeling. Dit werd veroorzaakt doordat een van de partijen afzag van verdere inzet bemiddeling (weigering burencontact), verhuizing of andere ontwikkelingen. Jaarrapportage 2009 Project Buurtbemiddeling Maarssen 4

5 De categorieën II t/m V tellen mee in de berekening van het slagingspercentage. Rekenkundig weergegeven: (II+III+IV):(II+III+IV+V)]x100%. 20:32x100%=62,5% van de zaken is succesvol afgerond. Bij 3,5% van de zaken werd het bemiddelingsproces afgesloten wegens externe factoren. Onderstaand zijn deze resultaten grafisch weergegeven. resultaten van meldingen 12 niet geschikt lopende zaken 6 3 succesvol afgerond via intake coordinator succesvol afgerond via intake partijen apart succesvol afgerond via bemiddeling beide partijen afgesloten % resultaten van meldingen excl. niet geschikte en lopende zaken 3,5% 62,5% succesvol afgerond afgesloten Jaarrapportage 2009 Project Buurtbemiddeling Maarssen 5

6 Probleemcategorieën Hieronder geven wij weer welk type problemen voorkomen in de bemiddelingstrajecten. Van de 42 aanmeldingen was in 28 gevallen als oorzaak geluidsoverlast aangegeven. Geluidsoverlast kan worden veroorzaakt door apparatuur (audio, huishoudelijk, gereedschap), door volwassen/kinderen (geschreeuw, gezang, gegil, lopen/stampen op vloer/parket), door dieren (hondgeblaf, gemiauw van poezen) of muziek (muziekinstrumenten zoals piano, trommels). Bij 5 zaken ging het om problemen voortkomend uit een meningsverschil over erf/afscheiding en/of overlast betreffende begroeiing. De overige problemen werden veroorzaakt door parkeeroverlast, pesten/lastig vallen van buren/buurtgenoten of vernieling. De klachten stonden in sommige gevallen niet op zichzelf maar zijn ook in combinatie met elkaar voorgekomen. Bevindingen Graag informeren wij u vervolgens over de bevindingen welke wij in het eerste jaar van het project hebben opgedaan. De eerste maanden na aanvang zijn besteed aan het werven en trainen van vrijwilligers, contact te leggen met het sociale netwerk en het project bekendheid te geven. De eerste aanmeldingen werden derhalve vanaf maart/april in gang gezet. Buurtbemiddeling blijkt in de praktijk een laagdrempelige voorziening. Ten eerste valt op dat de intakeprocedure (coördinator) direct een effectieve interventie voor de doelgroep blijkt te zijn. In de intake krijgt de hulpvrager immers aandacht en erkenning voor haar/zijn probleem, hetgeen de motivatie van de hulpvrager om zich coöperatief op te stellen vergroot en een werkrelatie met de bemiddelaar tot stand brengt. Uit de intakeprocedure blijkt in eerste instantie of buurtbemiddeling de juiste inzet voor de aanwezige problematiek kan zijn. Niet alle aanmeldingen blijken geschikt te zijn. Het kunnen doorverwijzen naar hulpverlenende instanties is hierbij van essentieel belang. Een goede afstemming tussen buurtbemiddeling en hulpverlenende instanties is hierbij noodzakelijk. Daarnaast kan het voorkomen dat na aanvang van het bemiddelingsproces andere hulpverlening is gewenst. Er speelt in de regel meer dan alleen de blaffende hond van de buren. Te denken valt aan problemen in de relationeleen/of gezinssfeer waarbij andere hulpverlening geadviseerd kan worden zoals bijvoorbeeld maatschappelijk werk en jeugdzorg. Uitgangspunt van buurtbemiddeling is dat conflictsituaties in een zo vroeg mogelijk stadium opgepakt worden. De praktijk leert dat in een aantal situaties het niet altijd tot een bemiddelingsgesprek komt met beide partijen gezien het feit dat een van de partijen niet openstaat voor bemiddeling. Dit bleek vooral bij de langlopende conflicten, welke aangemeld werden gedurende het eerste jaar van het project. De verwachting is dat naarmate het project langer loopt en meer bekendheid krijgt, conflictsituaties in een eerder stadium worden aangemeld waardoor de kans tot een effectieve bemiddeling wordt vergroot. Opvallend is dat bij sommige zaken de buren toch weer in gesprek komen met elkaar en tot een oplossing (willen) komen. In die zin heeft de inzet van buurtbemiddeling zeker een positieve bijdrage aan het oplossend vermogen van bewoners. Er kan geconstateerd worden dat de inzet van buurtbemiddeling de zelfredzaamheid en verantwoordelijkheid van bewoners vergroot en bijdraagt aan een beter sociaal leefklimaat. Jaarrapportage 2009 Project Buurtbemiddeling Maarssen 6

7 Procesbeschrijving Inzet vrijwilligers Een goed functionerend team is tijdens het eerste jaar een allereerste vereiste gebleken. Per eind 2009 kon Buurtbemiddeling op 10 getrainde en gemotiveerde bemiddelaars een beroep doen. Het team blijkt in staat te zijn zeer zelfstandig te werken en valt als zeer betrokken (zowel bij buurtbemiddeling als met elkaar) te omschrijven. Alle bemiddelaars zijn gemotiveerd om ervaring op te doen en zichzelf te ontwikkelen. Het is wellicht overbodig te melden dat het succes van Buurtbemiddeling valt of staat met de inzet van deze vrijwillige bemiddelaars, die zich belangeloos inzetten voor hun medebewoners. Zoals al eerder verwoord in de tussenrapportage 2009 is het van essentieel belang dat deze bemiddelaars de gelegenheid krijgen zich te blijven ontwikkelen o.a. door middel van structurele bij- /nascholing. In de planning voor de komende twee jaar (resterende looptijd van het project) wordt aandacht geschonken aan de deskundigheidsbevordering van de bemiddelaars. Daarnaast nemen de bemiddelaars deel aan het structurele (in 2009) 4-wekelijkse overleg waarbij naast het delen van opgedane ervaringen ook ruimte is voor intervisie. Een permanente werving van vrijwilligers is noodzakelijk gezien (de te verwachten) wijzigingen (zwangerschap, afwezigheid door studie, beëindiging samenwerking, etc.) in de personele bezetting. De bemiddelaars krijgen per tweetal een zaak toegewezen door de coördinator. Hierbij wordt gelet op locatie (er wordt niet in de woonwijk van betreffende bemiddelaars bemiddelt) en casuïstiek. De bemiddelaars rouleren hierbij, dit met het oog op inzetbaarheid en het opdoen van ervaring. Sociaal netwerk Een goede aansluiting bij het bestaande lokale en regionale sociale netwerk is in de praktijk van essentieel belang gebleken. Het project Buurtbemiddeling is door de sociale organisaties erg positief ontvangen wat de voortgang van het project een stimulerende impuls heeft gegeven. De prettige samenwerking wordt door de coördinator als zeer positief ervaren. Bekendheid en een goede samenwerking met diverse hulpverlenende instanties is niet alleen van belang i.v.m. doorverwijzing naar deze instanties, maar ook met het oog op verwijzing van deze instanties naar buurtbemiddeling toe. De coördinator neemt deel aan het structurele overleg Aanpak Woonoverlast Maarssen. Daarnaast vindt deelname aan het Vrijwilligersberaad Maarssen plaats. Overleg met instanties zoals maatschappelijk werk, thuisbegeleiding, ouderenadviseur etc. zijn incidenteel aan de orde. Stuurgroep De stuurgroep is voortgekomen uit de voorbereidingsgroep Buurtbemiddeling (vertegenwoordigd door Gemeente, Gilde en Zuwe Zorg). Na ondertekening op 2 april 2009 van het convenant Buurtbemiddeling door deelnemende partners (Gemeente, Gilde, Zuwe Zorg, Politie en woningbouwcorporatie Portaal) is de stuurgroep geïnstalleerd. In de stuurgroep worden de deelnemende partners vertegenwoordigd. In 2009 heeft de voorbereidingsgroep/stuurgroep maal regulier overleg gevoerd. De stuurgroep volgt de voortgang en ontwikkelingen en stuurt zonodig bij. Structureel worden zaken besproken zoals de voortgang van het project, aantal meldingen door partners, planning, uitgaven budget etc. In 2010 zal de stuurgroep eens per kwartaal overleg voeren. Jaarrapportage 2009 Project Buurtbemiddeling Maarssen

8 Begroting Het uitgavenoverzicht laat zien dat de uitgaven ten behoeve van het project in 2009 binnen de begroting zijn gebleven en zodoende positief kan worden afgesloten. PR Tijdens het verloop van het eerste jaar heeft het project de nodige aandacht gekregen van verschillende (lokale) media, wat de bekendheid van het project ten goede is gekomen. Foldermateriaal is op verschillende openbare gelegenheden verspreid en er zijn verschillende presentaties gehouden voor sociale organisaties. Buurtbemiddeling heeft tevens deelgenomen aan de vrijwilligersdag op november. Inmiddels is de website in de lucht. Neemt u gerust eens een kijkje. Middels deze website kan contact worden gelegd met de coördinator. CCV De coördinator neemt deel aan Regionaal Overleg Coördinatoren Buurtbemiddeling welke is gelieerd aan het CCV (Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid). Het CCV ontwikkelt en implementeert kennis en samenhangende instrumenten om de maatschappelijke veiligheid te vergroten. Daarnaast ondersteunt het CCV de preventieve aanpak van buurtbemiddeling. Doel van het regionale overleg is het uitwisselen van ervaringen en in samenspraak nieuwe ontwikkelingen signaleren welke worden kortgesloten tijdens landelijke overleg. Vanuit het CCV is een registratiesysteem ter beschikking gesteld waarin de zaken kunnen worden geregistreerd t.b.v. rapportages. In 2010 zal gebruik worden gemaakt van een vernieuwd systeem waarbij de bemiddelaars zelfstandig kunnen registreren. Op deze wijze kan (door de coördinator) op elk moment de status van een zaak worden bekeken. Conclusie Deze jaarrapportage laat zien dat het eerste jaar als succesvol kan worden beschouwd. Buurtbemiddeling Maarssen heeft een gezicht gekregen en de weg naar Buurtbemiddeling lijkt bekend te zijn voor bewoners (naar verwachting in toenemende mate) en het sociale netwerk. De positieve ontvangst door het sociale netwerk heeft zeker bijgedragen aan het succes van Buurtbemiddeling. Voor 2010 zullen activiteiten gericht op PR, welke de bekendheid van Buurtbemiddeling ten goede zullen komen, een punt van aandacht blijven. Zoals eerder vermeld valt en staat het succes van Buurtbemiddeling met de inzet van getrainde, gemotiveerde en vrijwillige bemiddelaars. Het is dus van groot belang een gemotiveerd team te behouden voor Buurtbemiddeling wat ingezet kan worden om burenconflicten te helpen oplossen. Het komende jaar zal daarom verdere aandacht worden geschonken aan werving van nieuwe bemiddelaars en bijscholing van de bemiddelaars om kennis te ontwikkelen en de motivatie op peil te houden. We kijken uit naar een succesvol Maarssen, februari 2010 Zuwe Zorg Project Buurtbemiddeling Maarssen P/a Gaslaan CN Maarssen Jaarrapportage 2009 Project Buurtbemiddeling Maarssen 8