Mantelzorg en betaald werk bij vrouwen en mannen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Mantelzorg en betaald werk bij vrouwen en mannen"

Transcriptie

1 ARTIKELEN Mantelzorg en betaald werk bij vrouwen en mannen Edith Josten & Alice de Boer * Dit artikel geeft inzicht in de mate waarin betaald werk en mantelzorg elkaar bij vrouwen en mannen in de weg zitten. De gegevens komen uit een tweejaarlijks onderzoek onder zo n werkenden en niet-werkenden van het Sociaal en Cultureel Planbureau (Arbeidsaanbodpanel, ). In 2014 hielp 23% van de werkende vrouwen en 15% van de werkende mannen in de leeftijd jaar een naaste bij de persoonlijke verzorging of het huishouden. Het grotere percentage mantelzorgers onder vrouwen komt vooral doordat dochters vaker dan zonen voor een ouder zorgen. Voor een schoonouder zorgen vrouwen en mannen vrijwel even vaak. Als vrouwen en mannen eenmaal met mantelzorg beginnen, verschillen de gevolgen nauwelijks van elkaar. Ze korten hun arbeidsduur niet in verhoogde mate in en stoppen niet vaker met werk, maar het langdurig verzuim stijgt, vooral bij langer aanhoudende zorg. Wel krijgen mannen meer gezondheidsklachten en vrouwen niet. Inleiding Wat doe je als een naaste ziek of hulpbehoevend wordt? Ga je dan mantelzorg geven? Met andere woorden: ga je hem of haar dan helpen, bijvoorbeeld met het huishouden of de persoonlijke verzorging? De overheid wil dat burgers deze vraag vaker met ja gaan beantwoorden, want ze verwacht dat zulke hulp de uitgaven aan professionele zorg kan beteugelen. Ze heeft de afgelopen jaren daarom verschillende maatregelen genomen die de druk op mensen om hun naasten te helpen vergroot. Zo is in 2003 een richtlijn ingevoerd over gebruikelijke zorg. Sinds die tijd krijgen hulpbehoevenden met gezonde huisgenoten geen of minder vergoeding voor lichtere vormen van zorg; de huisgenoten worden geacht die te geven. Ook de Wet maatschappelijke ondersteuning uit 2007 gaat ervan uit dat mensen eerst in hun eigen netwerk hulp zoeken, voordat zij ondersteuning van de gemeente krijgen. Tegelijkertijd wil de overheid ook de arbeidsdeelname vergroten, wat de overheidsfinanciën eveneens moet verbeteren. De meeste aandacht gaat daarbij momenteel uit naar het verhogen van de pensioenleeftijd (bijv. TK, 2014/15). Maar ook uitbreiding van de arbeidsdeelname van vrouwen is nog altijd een belangrijke beleidsdoelstelling (bijv. TK, 2011/12). Verschillende partijen maken zich er zorgen over of een grotere arbeidsdeelname echter wel verenigbaar is met * Edith Josten en Alice de Boer zijn werkzaam bij het Sociaal en Cultureel Planbureau. e.josten@scp.nl. 414 Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4

2 Mantelzorg en betaald werk bij vrouwen en mannen het streven dat burgers meer voor elkaar moeten zorgen en niet tot een te zware last voor mensen leidt (bijv. RWI, 2010; TK, 2007/08). Want degenen die langer door moeten werken of hun arbeidsduur zouden moeten verlengen ouderen en vrouwen zijn juist ook de mensen die vaak hulpbehoevende naasten helpen; onderzoeken van zowel CBS als SCP laten zien dat het percentage mantelzorgers het grootst is onder vrouwen van jaar, op afstand gevolgd door mannen van die leeftijd (De Boer et al., 2015; De Boer & Keuzenkamp, 2009; CBS, 2015; Josten & De Boer, 2015; Oudijk et al., 2010; De Vries & Van der Mooren, 2010). In beleidsbrieven onderkent de overheid het risico op overbelasting; ze geeft erin aan dat dat het ongewenst is dat werkende mantelzorgers gezondheidsklachten krijgen of hun arbeidsduur noodgedwongen inkorten (TK, 2004/05, 2012/13). De overheid heeft daarbij speciale aandacht voor de positie van vrouwen, omdat die het vaakst naasten helpen: [ ] voorkomen moet worden dat de toenemende druk leidt tot een automatische keuze door vrouwen om minder te gaan werken. (TK, 2012/13: 4). Ook in emancipatiekringen worden expliciet zorgen geuit over een toename van de combinatie van zorgtaken en betaald werk bij vrouwen (zie bijv. Atria, 2014; NVR, 2014; Women Inc, 2015). Het is nog onvoldoende bekend of werkende vrouwen (en mannen) de laatste jaren inderdaad meer mantelzorg zijn gaan geven. Ook weten we nog weinig van de gevolgen van mantelzorg voor de arbeidsduur en gezondheid van werkenden. Weliswaar zijn de afgelopen jaren in Nederland verschillende onderzoeken gedaan naar het werk en welbevinden van mantelzorgers, maar deze hadden in het algemeen een cross-sectionele opzet. Hoewel zulke studies veel inzicht geven in de situatie van mantelzorgers, is een nadeel ervan dat de cross-sectionele opzet het lastig maakt om uitspraken te doen over oorzaak en gevolg (vgl. Hirst, 2002). Zo liet de meerderheid van de Nederlandse onderzoeken zien dat mantelzorgers een gemiddeld kortere werkweek hebben dan niet-mantelzorgers (zie bijv. Colombo et al., 2011; Crespo, 2006; Dautzenberg et al., 2000; Dekker et al., 2008; Oudijk et al., 2010; Sadiraj et al., 2009; Van Doorne-Huiskes et al., 2004; Woning, 2010). Alleen bij vrouwen is dat zo. Bij mannen kon zo n relatie niet worden aangetoond (Dykstra & Van Putten, 2010; Van Doorne-Huiskes et al., 2004). De studies maken echter niet duidelijk wat de oorzaak is van de gemiddeld kleinere arbeidsduur van (vrouwelijke) mantelzorgers. Is de oorzaak dat mensen met een grote arbeidsduur niet zo snel met mantelzorg beginnen? Of is de oorzaak dat mantelzorgers vaak hun arbeidsduur inkorten? Vermoed wordt dat het eerste het meest voorkomt (De Vries & Van der Mooren, 2010; Sadiraj et al., 2009), maar uitsluitsel erover is er niet. Uit de, eveneens cross-sectionele, onderzoeken naar het welbevinden van mantelzorgers bleek dat werkenden die naasten hielpen een iets slechtere gezondheid rapporteerden dan werkenden zonder zulke taken. Het verschil was gemiddeld erg klein (Collewet & De Koning, 2013; Dykstra & Van Putten, 2010); alleen als de zorg veel uren vergde, was het onderscheid matig (De Boer & De Klerk, 2013; Schakel, 2013). Tegelijkertijd zei maar liefst zo n 40%-50% van de mantelzorgers (werkend en niet-werkend) dat de zorg voor hun naaste zwaar was en de situatie Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4 415

3 Edith Josten & Alice de Boer hen nooit losliet (Broese van Groenou & De Boer, 2009; De Boer, 2003; De Boer et al., 2010). Ook in buitenlands onderzoek was het effect op de gezondheid beperkt in verhouding tot het aantal mensen dat de hulp belastend vond (Pinquart & Sörensen, 2003). Het is de vraag waar dat door komt. Beginnen werkenden eerder aan informele hulp als ze zelf in goede gezondheid zijn ( healthy worker effect ; vgl. Opree & Kalmijn (2012)), waardoor de hoge belasting niet snel tot gezondheidsproblemen leidt? Of is hun gezondheid vooraf net zo goed als die van anderen, en zijn de effecten van mantelzorg op de gezondheid simpelweg beperkt, ondanks de zwaarte van de hulp? Dat zou bijvoorbeeld het geval kunnen zijn als het werk afleiding geeft van de zorgsituatie (Isarin, 2005; Scharlach, 1994) of voorkomt dat mensen nog meer tijd besteden aan de zorg dan ze nu al doen (Eldh & Carlsson, 2011). Onderzoeksvragen Dit artikel laat zien of het aantal mantelzorgers onder werkenden stijgt, conform de beleidsinzet van de overheid. Ook toont het of de arbeidsduur en gezondheid van werkenden minder worden na starten met zulke hulp. Daartoe zijn longitudinale analyses gedaan: nagegaan is wat er gebeurt met werkenden die mantelzorger worden. We maken in de analyses onderscheid tussen de effecten op mannen en vrouwen. Omdat we willen weten of de groep vrouwelijke mantelzorgers als geheel meer beleidsaandacht vergt dan de mannelijke, maken we geen onderscheid naar huishoudsituatie; we nemen dus zowel alleenstaanden als leden van een paar mee. Om eventuele verschillen tussen mannen en vrouwen in de effecten van mantelzorg goed te kunnen duiden, laten we tevens zien of er een verschil is in aan wie zij hulp geven. Verreweg het grootste deel van de mantelzorgers in Nederland, ongeveer de helft tot meer, helpt een ouder of eventuele schoonouder (CBS, 2015; Dijkgraaf et al., 2009). Uit eerder onderzoek is bekend dat het percentage mantelzorgers onder Nederlandse vrouwen vooral groter is doordat zij juist deze groep vaker dan mannen bijstaan (De Boer et al., 2015; De Boer & Keuzenkamp, 2009). Maar aan wie precies zij meer hulp geven of dat alleen is aan hun ouders of ook aan hun eventuele schoonouders, is niet bekend, want in de onderzoeken op dit terrein zijn ouders/schoonouders in één categorie samengenomen. Dit artikel geeft ook daar meer inzicht in. Samenvattend stellen we drie onderzoeksvragen centraal: 1 Is het aantal werkenden dat mantelzorg geeft de afgelopen jaren gestegen? Verschilt de ontwikkeling tussen mannen en vrouwen? 2 Aan wie geven werkende vrouwen vaker hulp dan werkende mannen? Is dat alleen aan hun ouders of ook aan hun schoonouders? 3 Verminderen werkenden hun arbeidsduur in verhoogde mate als zij mantelzorgtaken oppakken? Stoppen zij dan in verhoogde mate met werken? Stijgen hun gezondheidsklachten en verzuim meer dan onder niet-mantelzorgers? Verschillen mannen en vrouwen van elkaar in de gevolgen die zij ondervinden? 416 Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4

4 Mantelzorg en betaald werk bij vrouwen en mannen Mantelzorgers worden in dit artikel opgevat als mensen die hulpbehoevende familieleden, vrienden, kennissen of buren helpen. Er is geen ondergrens gesteld aan de omvang van de hulp; zowel zware als lichte vormen van hulp tellen mee. Theoretisch kader De eerste onderzoeksvraag Is het aantal werkenden dat mantelzorg geeft de afgelopen jaren gestegen? is explorerend van aard. We stellen er daarom geen hypothese voor op. Voor de twee overige onderzoeksvragen doen we dat wel. Onderzoeksvraag 2 Uit verschillende studies is bekend dat dochters vaker dan zonen voor hun ouders zorgen (bijv. Bonsang, 2009; Grigoryeva, 2014; Wolf et al., 1997). Daar zijn een aantal verklaringen voor (zie bijv. Grigoryeva, 2014; Henz, 2010). Zo hebben vrouwen doordeweeks meer tijd beschikbaar dan mannen door hun gemiddeld kortere werkweek (De Boer et al., 2015), zouden ze meer gericht zijn op het geven van zorg dan mannen (De Boer et al., 2015; Mars et al., 2012; Portegijs & Cloïn, 2012) en zou hun omgeving, inclusief de hulpbehoevende zelf, zulke hulp ook eerder van hen verwachten, zeker als het gaat om huishoudelijke taken en persoonlijke verzorging (De Boer et al., 2015; Van Doorne-Huiskes et al., 2004). Daarnaast hebben vrouwen mogelijk een proactievere houding in de hulp aan ouders; zij zouden sneller dan mannen een hulpbehoefte signaleren (Matthews, 2002). Of ook schoondochters meer hulp geven dan schoonzonen is onduidelijk. Buitenlands onderzoek hiernaar levert geen eenduidig beeld op (zie de overzichten in Henz (2009), Shuey & Hardy (2003)). Ook vanuit theorieën over arbeid en zorg is het lastig hier een goede voorspelling over te doen. Aan de ene kant zou verwacht mogen worden dat schoondochters meer zorgen dan schoonzonen, omdat ze, net als dochters, meer tijd beschikbaar hebben en meer op zorg gericht zouden zijn (Henz, 2009). Aan de andere kant betrekken hun mannen hen wellicht niet zo vaak bij de hulp aan zijn ouders; vrouwen van schoonzonen halen hun partner er wellicht meer bij, omdat zijzelf vaak de primaire hulpgever zijn (Shuey & Hardy, 2003). We nemen daarom aan dat werkende mannen en vrouwen nauwelijks van elkaar verschillen in de hulp aan schoonouders (Hypothese 1). Onderzoeksvraag 3 Of mantelzorg de arbeidsduur en gezondheid van werkenden vermindert, zal afhangen van de mate waarin zorg- en werktaken met elkaar conflicteren. Volgens de role conflict theory (Biddle, 1986; Goode, 1960) kunnen de tegengestelde eisen die meerdere rollen met zich meebrengen een zware last vormen. Als deze de draagkracht van mensen te boven gaat, zal hun welbevinden verminderen. In het geval van mantelzorg kunnen mensen dan op een aantal manieren reageren. Als eerste kunnen ze minder tijd besteden aan de hulp dan eigenlijk nodig is. Vermoedelijk gebeurt dit weinig, want als werkenden eenmaal mantelzorg geven, hangt hun gemiddelde tijdsbesteding daaraan nauwelijks af van hun arbeidsduur (De Vries & Van der Mooren, 2010; Dijkgraaf et al., 2009). De zorgbehoefte lijkt Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4 417

5 Edith Josten & Alice de Boer dan bepalender te zijn voor de hoeveelheid hulp dan werkverplichtingen. Een tweede mogelijkheid is dat mensen hun werkweek inkorten omdat de combinatie van werk en mantelzorg anders te zwaar is. Helemaal stoppen met werk is de extreemste variant daarvan. Een derde optie is dat ze zich volop inzetten voor zowel zorg als werk, en veel vrije tijd inleveren (Eldh & Carlsson, 2011). Het risico daarvan is dat er onvoldoende momenten voor rust overblijven, waardoor de vermoeidheid groeit. Als mensen vervolgens extra inspanning gaan leveren om ervoor te zorgen dat hun werk- en zorgtaken niet lijden onder de grotere vermoeidheid, wordt de vermoeidheid steeds erger. Op den duur kunnen zo gezondheidsklachten ontstaan (zie het belasting-herstel -model van Meijman & Mulder (1998)). De role accumulation theory (Sieber, 1974; Thoits, 1983), daarentegen, gaat ervan uit dat het vervullen van meerdere rollen juist positief kan uitpakken, omdat mensen dan verschillende mogelijkheden hebben voor het opdoen van sociale contacten, zelfvertrouwen, status, enzovoorts. De combinatie van mantelzorg en betaald werk zou, vanuit deze optiek bezien, dus gunstig kunnen zijn. Net als Opree en Kalmijn (2012) veronderstellen wij dat mantelzorg en betaald werk elkaar eerder in de weg zullen zitten dan elkaar aanvullen. We nemen verder aan dat de precieze effecten vooral zullen afhangen van de zwaarte van de hulp. Wanneer de hulp kort duurt en niet veel tijd kost, is ze meestal wel in te passen naast werk en andere bezigheden. Maar de combinatie zal lastig zijn als de hulp intensief of langdurig is (Colombo et al., 2011; Plaisier et al., 2015; Van Doorne- Huiskes et al., 2004). En ze zal nog moeilijker zijn als ook de baan veel tijd vergt. In die situaties concurreren mantelzorg en werk met elkaar. We verwachten daarom dat mantelzorg vooral een zichtbaar negatief effect heeft op de arbeidsduur en gezondheid als veel werkenden die met mantelzorg beginnen een groot aantal uren per week gaan helpen of langdurige zorg gaan geven (Hypothese 2). Mannelijke mantelzorgers hebben een gemiddeld grotere arbeidsduur dan vrouwelijke (De Boer et al., 2015). Maar vrouwelijke helpers zullen vermoedelijk meer tijd kwijt zijn aan hun eigen huishouden en zorg voor eventuele kinderen. Hoe de totale belasting van beiden zich tot elkaar verhoudt is niet bekend, maar buitenlands onderzoek wijst erop dat vrouwelijke mantelzorgers hun arbeidsduur eerder terugbrengen bij dreigende overbelasting dan mannelijke (Arber & Ginn, 1995; Van Houtven et al., 2013). Dit zou komen doordat de financiële consequenties van een kortere arbeidsduur bij vrouwen kleiner zijn dan bij mannen door hun gemiddeld lagere uurloon (CPB, 2007) en ze minder gericht zijn op carrière en werk dan mannen en meer op zorg voor anderen (Van der Lippe & Siegers, 1994; Van Putten, 2009). We verwachten daarom dat: vrouwelijke mantelzorgers hun arbeidsduur vaker inkorten en vaker stoppen met werken dan mannelijke mantelzorgers (Hypothese 3); mannelijke mantelzorgers eerder gezondheidsklachten of een toenemend verzuim krijgen dan vrouwelijke, omdat zij hun arbeidsduur mogelijk niet zo snel inkorten onder invloed van mantelzorg (Hypothese 4). 418 Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4

6 Mantelzorg en betaald werk bij vrouwen en mannen Methode Databestand Voor beantwoording van de onderzoeksvragen gebruiken we het Arbeidsaanbodpanel van het Sociaal en Cultureel Planbureau. Dit is een langlopend onderzoek onder een steekproef van werkenden en niet-werkenden van jaar. De dataverzameling ervoor vindt plaats om de twee jaar. Het aantal respondenten bedraagt ongeveer per meting. Het Arbeidsaanbodpanel is een panelonderzoek. Deelnemers aan de vorige meting worden altijd opnieuw benaderd, zodat hun arbeidsmarktgedrag over de tijd kan worden gevolgd; 70%-80% doet dan weer mee. Daarnaast worden bij iedere meting nieuwe deelnemers aangezocht om de omvang van het panel op peil te houden en ervoor te zorgen dat ook jongeren voldoende vertegenwoordigd zijn. De deelnemers aan het Arbeidsaanbodpanel zijn, na herweging, qua leeftijd representatief voor de bevolking in de leeftijd van jaar. Ook werkenden met mantelzorgtaken lijken voldoende vertegenwoordigd: zij vielen bij vervolgmetingen niet vaker uit dan anderen, ook niet als ze meer dan vier of acht uur per week hielpen. Mensen die zeer intensieve hulp verlenen, bijvoorbeeld aan een terminaal zieke, zullen vermoedelijk wel ondervertegenwoordigd zijn, doordat hun hoofd vaak niet naar meedoen aan onderzoek zal staan. De dataverzameling vindt sinds 2004 plaats via een schriftelijke of internetvragenlijst (PAPI en CAWI), naar keuze van de respondent. In de jaren daarvoor werden face-to-face-interviews gehouden. Hier gebruiken we de gegevens uit de metingen , zodat we geen last hebben van de wijziging in de manier van bevraging. Meer informatie over het Arbeidsaanbodpanel staat in Vlasblom et al. (2015). Operationalisering Het geven van mantelzorg is gemeten met de vraag: Besteedt u een deel van uw tijd aan onbetaalde zorg voor hulpbehoevende personen in uw naaste omgeving? (Het gaat om hulp bij persoonlijke verzorging en huishoudelijke taken in verband met ziekte, handicap of ouderdom van familieleden, vrienden, buren en kennissen. Zorg voor gezonde kinderen blijft buiten beschouwing.). Mantelzorg betaald vanuit een persoonsgebonden budget telt in dit onderzoek dus niet mee, net zomin als hulp bij klusjes en begeleidende of administratieve taken. De antwoordmogelijkheden waren ja en nee. Bij ja werd vervolgens gevraagd hoeveel uren men gemiddeld per week helpt. Van een groot aantal uren hulp is naar onze mening sprake als iemand meer dan vier uur per week zorgt. Respondenten geven langdurige mantelzorg als ze minstens twee achtereenvolgende metingen van het panel hulp boden. Met andere woorden, ze geven langdurige hulp als ze zowel in jaar T+2 als T+4 zorgden. We kijken weliswaar alleen naar de effecten op T+2, maar bij een deel van de langdurige hulp zal toen al zichtbaar zijn geweest Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4 419

7 Edith Josten & Alice de Boer dat de zorg lang zou moeten aanhouden, en dat kan al effect op de mantelzorgers in kwestie (en hun arbeidsduur) hebben gehad. In 2014 is voor het eerst gevraagd aan wie men hulp geeft. Deze vraag stond alleen in de internetvragenlijst, maar bijna alle deelnemers vulden die lijst in (99,3%). We onderzoeken de invloed van beginnen met mantelzorg op 1. de contractuele arbeidsduur; 2. stoppen met werken; 3. de ervaren gezondheid en 4. verzuim. 1 Inkorting van de contractuele arbeidsduur doet zich voor als iemands contractduur bij de eerstvolgende meting van het Arbeidsaanbodpanel (twee jaar later) met minstens vier uur per week is verminderd. 2 Respondenten zijn gestopt met werken als zij eerst wel werkten en twee jaar later niet, ongeacht de reden daarvoor (bijv. zelf opgehouden, baan kwijtgeraakt, enz.). 3 De ervaren gezondheid is vastgesteld met de vraag Hoe is over het algemeen uw gezondheid?. Men kon antwoorden op een vijfpunts-schaal die loopt van zeer slecht tot zeer goed. 4 Verzuim is gemeten door de respondenten te vragen of zij het voorgaande kalenderjaar minstens twee weken achtereen niet konden werken in verband met ziekte (exclusief zwangerschapsverlof). Er is niet gevraagd waarom men verzuimt. Of het verzuim verband houdt met de mantelzorgtaak, de combinatie ervan met betaald werk, dan wel andere oorzaken heeft, is dus niet bekend. Analyses De analyses beperken zich tot mensen van jaar. Iedereen met betaald werk, ongeacht arbeidsduur, is meegeteld als werkend. Alleen jongeren en onderwijsvolgenden zijn verwijderd, omdat werk bij hen vaak een bijbaan is. Onderzoeksvraag 1 en 2 De eerste onderzoeksvraag Is het aantal werkenden dat mantelzorg geeft de afgelopen jaren gestegen? wordt beantwoord met cross-sectionele analyses op de metingen Voor het antwoord op onderzoeksvraag 2 Geven werkende vrouwen vaker hulp aan schoonouders dan werkende mannen? zijn cross-sectionele analyses gedaan op de 2014-gegevens. Het totale aantal waarnemingen was tot werkenden per meting, waarvan de helft mannen en de helft vrouwen. Onderzoeksvraag 3 Voor vraag 3 Wat zijn de effecten van mantelzorg en verschillen deze voor mannen en vrouwen? zijn longitudinale analyses uitgevoerd op de metingen Hiervoor gebruikten we alleen respondenten die minstens twee achtereenvolgende keren deelnamen. Zo kunnen we zien of mensen die tussen jaar T en T +2 met mantelzorg begonnen, in dezelfde periode hun arbeidsduur inkortten, ophielden met werk of een slechtere gezondheid kregen. Bij de verzuimanalyses kijken we naar de situatie in jaar T+3. Er zijn geen verzuimgegevens beschikbaar 420 Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4

8 Mantelzorg en betaald werk bij vrouwen en mannen voor T+2, omdat altijd naar het verzuim in het voorgaande kalenderjaar wordt gevraagd. Het verzuim in jaar T+3 is dus alleen bekend voor respondenten die ook in jaar T+4 meewerkten (dat wil zeggen minstens drie achtereenvolgende metingen meededen: T, T+2 en T+4). We vergelijken de effecten met de ontwikkelingen onder werkenden die op beide momenten geen mantelzorg gaven. Zo wordt duidelijk of eventuele veranderingen specifiek zijn voor mantelzorgers of dat er sprake is van een algemene tendens. Hoewel de analyses aanwijzingen opleveren over de oorzaak-gevolgrelatie, kunnen ze daar geen volledige zekerheid over geven; niet uit te sluiten is dat respondenten die besluiten mantelzorg te gaan geven op ongemeten kenmerken verschillen van respondenten die dat niet doen (bijv. minder carrièregerichtheid), en dat deze kenmerken de latere ontwikkeling van hun arbeidsduur en gezondheid beïnvloeden. Voor de longitudinale analyses zijn de gegevens uit de metingen samengevoegd (gepoold). De analyse-eenheden waren tijdvakken van respondenten. Deze duurden twee jaar (bij verzuim: vier jaar). Het aantal tijdvakken per respondent is één minder dan het aantal metingen waaraan ze meededen: respondenten die twee keer deelnamen, leverden dus één tijdvak op; respondenten die drie keer meewerkten, dus twee, enzovoorts. De longitudinale analyses beperkten zich tot respondenten die in jaar T+2 jonger waren dan zestig jaar (bij de verzuimanalyses: jonger dan zestig jaar in T+4), om arbeidsduurinkorting door seniorenregelingen en stoppen door prepensionering zoveel mogelijk uit te sluiten. Er waren 871 waarnemingen van werkenden die geen mantelzorg gaven in jaar T, maar wel in T+2. Er waren waarnemingen van werkenden zonder mantelzorg op beide peildata. Er zijn (multinomiale) logistische regressieanalyses gebruikt om na te gaan of mantelzorgers en niet-mantelzorgers van elkaar verschillen in hoe hun arbeidsduur en gezondheid zich tussen T en T+2 ontwikkelden. Het eventuele onderscheid tussen mannelijke en vrouwelijke mantelzorgers is onderzocht met een interactieterm tussen mantelzorg geven en geslacht. De volgende kenmerken zijn als controlevariabele toegevoegd aan de analyses: leeftijdsklasse, opleidingsniveau, wel/niet thuiswonende kinderen van maximaal twaalf jaar, wel/niet vrouw die in betreffende tijdvak haar eerste kind kreeg, wel/niet werkzaam in sector zorg en welzijn, en arbeidsduur in jaar T. Deze aspecten beïnvloeden de latere arbeidsduur en gezondheid van mensen, en mantelzorgers en niet-mantelzorgers verschillen op deze aspecten van elkaar (Boumans & Dorant, 2014; Sadiraj et al., 2009; Vlasblom et al., 2015). Verder is in de analyses naar inkorting van de arbeidsduur tevens gezondheid in jaar T als controlevariabele meegenomen, omdat een slechtere gezondheid de kans op stoppen met werken vergroot. Tot slot is in iedere analyse ook gecontroleerd voor de uitgangssituatie in jaar T op de betreffende afhankelijke variabele. De coëfficiënten van de controlevariabelen zijn niet in de tabellen opgenomen, omdat deze anders te groot worden. Door het samenvoegen van jaarbestanden komt een deel van de respondenten meerdere keren voor in de dataset. Daarom zijn robuuste standaardfouten geschat, die corrigeren voor het feit dat een deel van de waarnemingen niet onafhankelijk is van elkaar, maar is geclusterd op het niveau van de individuele res Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4 421

9 Edith Josten & Alice de Boer Tabel 1 Percentage mantelzorgers onder werkenden, a, b Verandering (in procentpunten) Totaal werkenden *** Naar uren hulp per week: t/m 2 uur *** > 2 t/m 4 uur > 4 t/m 8 uur > 8 uur Van wie: Man *** jaar jaar *** Vrouw *** jaar jaar *** a * p <,05; ** p <,01; *** p <,001. b Totaal: N(2004) = 3.154; N(2008) = 3.419; N(2012) = 3.164; N(2014) = pondent. Zonder zo n correctie worden de standaardfouten onderschat en daarmee de significantieniveaus overschat. Resultaten Het percentage werkenden dat mantelzorg geeft, steeg tussen 2004 en 2014 significant, van 13% naar 19%. Alleen het percentage dat maximaal twee uur per week helpt groeide (zie tabel 1). Zulke niet-intensieve hulp kwam al het meeste voor onder werkenden, en dat bleef zo. De toename van het aantal mantelzorgers heeft meerdere oorzaken. Een klein deel van de stijging, één procentpunt, ligt aan het feit dat er nu meer ouderen en vrouwen zijn onder werkenden dan tien jaar terug, en juist deze groepen geven vaak hulp. Voor het resterende deel van de toename, de overige vijf procentpunten, zijn verschillende verklaringen denkbaar. Ten eerste zijn de gezinnen gemiddeld kleiner dan vroeger, waardoor er minder andere gezinsleden zijn die in principe ook een hulpbehoevend familielid kunnen helpen (Van Doorne-Huiskes et al., 2002). Ten tweede hebben beleidswijzigingen vermoedelijk een rol gespeeld. Denk aan de extramuralisering steeds meer mensen met een grote zorgbehoefte blijven thuis wonen en de toenemende nadruk van de overheid op meer verantwoordelijkheid van burgers voor hun hulpbehoevende naasten (zie onze inleiding). Ten derde heeft de grotere media-aandacht voor onderlinge hulpverlening er mogelijk toe geleid dat mensen het belang van hulp aan anderen eerder onderkennen en er eerder toe overgaan. 422 Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4

10 Mantelzorg en betaald werk bij vrouwen en mannen Tabel 2 Percentage mantelzorgers onder werkenden, naar geslacht en relatie tot de hulpontvanger, 2014 a, b Totaal Man Vrouw Verschil m-v Geeft mantelzorg *** Geeft mantelzorg aan: Partner * Ouder *** Schoonouder Thuiswonend kind ** Uitwonend kind Ander familielid * Kennis/vriend Buur Anders a Werkenden kunnen meerdere mensen hulp geven. De som van het percentage mantelzorgers per hulpontvanger is daarom groter dan het totale aantal mantelzorgers. b * p <,05; ** p <,01; *** p <,001. c N(totaal) = 3.134; N(man) = 1.572; N(vrouw) = Het percentage mantelzorgers steeg net zo hard onder vrouwen als onder mannen: bij de eerstgenoemden groeide het van 17% naar 23%, bij de laatstgenoemden van 9% naar 15%. Bij beide seksen was er alleen sprake van een toename in de leeftijdsgroep jaar (zie tabel 1). Tabel 2 laat zien dat het grotere percentage mantelzorgers onder werkende vrouwen vooral komt doordat zij vaker dan mannen voor een ouder zorgen. 12% van de werkende vrouwen hielp in 2014 een of beide ouders, tegen 8% van de werkende mannen. Daarmee zijn ouders de groep die veruit het vaakst hulp van werkenden ontvangt. Er is geen verschil tussen werkende vrouwen en mannen in de hulp aan schoonouders, en ook aan de meeste andere groepen naasten geven vrouwen en mannen vrijwel even vaak zorg. Hypothese 1 wordt dus bevestigd. Wat voor gevolgen heeft het oppakken van mantelzorgtaken voor de arbeidsduur en gezondheid van werkenden? We laten eerst de resultaten voor alle werkenden zien. Onze hypothese was dat de arbeidsduur en gezondheid van mantelzorgers vooral minder worden als veel van hen een groot aantal uren per week gaan helpen of zorg op zich nemen die lang gaat duren. Dat eerste blijkt beperkt voor te komen; slechts 20% van de werkenden die tussen 2004 en 2012 met mantelzorg waren gestart, was meer dan vier uur per week gaan helpen (niet in tabel). Wel waren veel van hen, 39%, begonnen met niet-omvangrijke maar langdurige hulp, dat wil zeggen hulp die minstens twee jaar ging duren. In totaal was dus 59% gestart met omvangrijke en/of langdurige hulp. We verwachten daarom dat er een Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4 423

11 Edith Josten & Alice de Boer Tabel 3 Scores op de afhankelijke variabelen, naar wel/niet gestart met mantelzorg (in gemiddelde en procenten) a, b Niet-mantelzorger Met mantelzorg gestart tussen jaar T en T+2 Gemiddelde arbeidsduur in jaar T (in uren) % arbeidsduur met 4 uur ingekort tussen T en T+2 % gestopt met werken tussen T en T+2 % met goede of zeer goede gezondheid in jaar T % met gezondheid verslechterd tussen T en T+2 % 2 weken aaneen verzuim in T *** * % 2 weken aaneen verzuim in T+3 a Significante verschillen met niet-mantelzorgers zijn aangeduid met: * p <,05; ** p <,01; *** p <,001. b Niet-mantelzorgers: N(arbeidsduur) = 7.999, N(gezondheid) = 7.669, N(verzuim) = Met mantelzorg gestart: N(arbeidsduur) = 876, N(gezondheid) = 834, N(verzuim) = 484. zichtbare vermindering van de arbeidsduur en gezondheid van werkenden zal zijn na het starten met zorg. De analyses laten zien dat werkenden die met mantelzorg begonnen, vooraf al een kortere werkweek hadden dan anderen (zie tabel 3). Zij brachten hun arbeidsduur vervolgens niet in verhoogde mate terug. Ook stopten zij niet vaker dan anderen met werken. Ze pasten hun arbeidsinzet in het algemeen dus niet aan. Met andere woorden: de arbeidsduur van werkenden beïnvloedde in het algemeen wel of zij met mantelzorg begonnen, maar omgekeerd verminderde mantelzorg de werkweek niet. Tabel 3 laat ook zien dat er geen sprake was van een healthy worker-effect. De gezondheid van werkenden die met mantelzorg startten, was vooraf net zo goed als die van niet-mantelzorgers. Ook het percentage langdurige verzuimers was voorafgaand aan de zorg in beide groepen vrijwel even groot. Na starten met mantelzorg bleef de gezondheid van mantelzorgers vergelijkbaar met die van niet-mantelzorgers: het percentage dat een slechtere gezondheid kreeg, lag in beide groepen even hoog (zie tabel 3). Maar het percentage met langdurig verzuim werd onder mantelzorgers wel significant hoger. Was in jaar T-1 nog 12% van de latere mantelzorgers minstens twee weken aaneen ziek geweest, in jaar T+3 was dat gestegen naar 17%. Vooral onder werkenden die ook in jaar T+4 nog hulp gaven, en dus met langdurige zorg waren gestart, groeide het percentage met lang verzuim flink, van 13% in jaar T-1 naar 21% in jaar T+3. Onder niet-mantelzorgers bedroeg het aandeel langdurige verzuimers in beide jaren maar zo n 11% (zie tabel 3). Het grotere langdurig verzuim onder mantelzorgers kan veroorzaakt zijn door zowel de zorgsituatie zelf die belastend kan zijn als de combinatie ervan met betaald werk. Al met al blijkt de arbeidsduur van werkenden dus niet te veranderen na het starten met mantelzorg, maar stijgt het verzuim wel. Hypothese 2 wordt dus deels niet en deels wel bevestigd. 424 Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4

12 Mantelzorg en betaald werk bij vrouwen en mannen Tabel 4 Scores op afhankelijke variabelen, naar geslacht en wel/niet gestart met mantelzorg (in procenten) a, b Mannen - Niet-mantelzorger - Met mantelzorg gestart Vrouwen - Niet-mantelzorger - Met mantelzorg gestart % arbeidsduur met 4 uur ingekort tussen T en T+2 % gestopt met werken tussen T en T+2 % met gezondheid verslechterd tussen T en T * % 2 weken aaneen verzuim in T+3 a Significante interacties tussen geslacht en wel/niet met mantelzorg gestart zijn aangeduid met: * p <,05; ** p <,01; *** p <,001. b Mannen, niet-mantelzorgers: N(arbeidsduur)= 4.305, N(gezondheid)= 4.161, N(verzuim)= Mannen, met mantelzorg gestart: N(arbeidsduur) = 364, N(gezondheid) = 352, N(verzuim)= 203. Vrouwen, niet-mantelzorgers: N(arbeidsduur) = 3.694, N(gezondheid) = 3.508, N(verzuim)= Vrouwen, met mantelzorg gestart: N(arbeidsduur) = 512, N(gezondheid) = 482, N(verzuim)= 281. Onze derde en vierde hypothese waren dat beginnen met mantelzorg bij vrouwen eerder tot een kortere arbeidsduur zou leiden en bij mannen eerder tot een stijging van de gezondheidsklachten. De hypothese ten aanzien van de gezondheid blijkt te kloppen (zie tabel 4): er was een significante interactie tussen geslacht en mantelzorg geven. Vervolgtoetsen lieten zien dat mannen die mantelzorg gingen geven, significant vaker een slechtere gezondheid kregen dan andere mannen. Bij vrouwen was zo n effect er niet. Waarschijnlijk ligt dat niet alleen aan de grotere arbeidsduur van mannen, want ook bij vrouwen die minstens 28 uur per week werkten, was geen verslechtering van de gezondheid te zien (niet in de tabel). De effecten op arbeidsduur, stoppen met werk en verzuim, daarentegen, verschilden bij mannen en vrouwen niet significant van elkaar. De effecten die we bij de totale groep respondenten vonden geen significante inkorting van de arbeidsduur, maar wel een verhoogd verzuim gelden dus zowel voor mannen als vrouwen. Conclusies De eerste vraag in dit onderzoek was of het aantal werkenden dat mantelzorg geeft stijgt. Het antwoord hierop is duidelijk: het percentage mantelzorgers onder Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4 425

13 Edith Josten & Alice de Boer werkenden nam tussen 2004 en 2014 gestaag toe, met zes procentenpunten. Vooral het aantal dat maximaal twee uur per week helpt steeg. Er zijn waarschijnlijk meerdere oorzaken voor deze groei, zoals het toegenomen aandeel ouderen en vrouwen onder werkenden groepen die van oudsher vaak helpen. Maar ook de grotere bewustwording van het belang van onderlinge hulpverlening en de toenemende nadruk van de overheid op de eigen verantwoordelijkheid van burgers voor hun naasten zal een rol hebben gespeeld. Het aandeel mantelzorgers steeg het sterkst bij mannen en vrouwen van jaar. Dit is logisch als men bedenkt dat dit ook de mensen zijn waarvan de ouders nog in leven zijn en waarvan de ouders tegelijkertijd vaak een zodanige leeftijd hebben dat ze een groter risico hebben op gezondheidsklachten. De tweede vraag van dit onderzoek ging over aan wie mannen en vrouwen anno 2014 hulp geven. Vrouwen zorgen vaker voor hulpbehoevende naasten dan mannen. Het was al bekend dat dit vooral komt doordat vrouwen vaker dan mannen een ouder of eventuele schoonouder helpen. Het was echter nog onduidelijk of ze alleen voor ouders meer zorgen of ook voor schoonouders. Het blijkt dat werkende vrouwen vaker hun ouders helpen dan mannen; schoonouders helpen ze net zo weinig. De grotere zorg van vrouwen voor ouders heeft verschillende oorzaken, waaronder hun kleinere arbeidsduur, een grotere gerichtheid op zorg, en het feit dat zulke hulp door hun omgeving eerder van hen dan van mannen wordt verwacht. Ook zijn er aanwijzingen (Matthews, 2002) dat vrouwen een meer proactieve houding in de zorg aan ouders hebben dan mannen; zij monitoren en signaleren de hulpbehoefte, terwijl mannen hulp bieden bij een concrete vraag. In de derde vraag stond centraal wat de effecten zijn van mantelzorg op de arbeidsduur en gezondheid en of die effecten verschillen voor mannen en vrouwen. We kunnen concluderen dat de arbeidsduur en gezondheid meestal niet minder worden na het oppakken van mantelzorgtaken, maar het risico op langdurig verzuim groeit wel. De effecten op verzuim zijn groter als de zorg lang duurt. Helaas bevat het gebruikte databestand geen informatie over de verzuimreden. Het is dus onduidelijk of het grotere verzuim veroorzaakt is door vermoeidheid of grotere vatbaarheid voor ziekte als gevolg van de belasting die mantelzorgers ervaren, of dat verzuim soms ook wordt gebruikt om extra tijd vrij te maken voor de zorg. De verschillen tussen mannen en vrouwen in de gevolgen die zij ondervinden zijn niet zo groot als soms wel wordt gedacht. De effecten op arbeidsduur, stoppen met werk en verzuim verschillen niet significant tussen mannen en vrouwen. Bij mannelijke mantelzorgers neemt de ervaren gezondheid echter af, en bij vrouwen niet. Gegeven de vergrijzing van de bevolking en het toenemende appel op mensen om meer onderlinge hulp te geven, zal de werkende mantelzorger een belangrijke rol spelen in het totaal van aanbod van informele hulp. Dit onderzoek laat zien dat dit zowel een zaak van vrouwen als mannen kan zijn, maar van de eersten tot dusverre meer. Steun op de werkplek en het vergroten van begrip is een belangrijk aandachtpunt voor organisaties die te maken hebben met werknemers met mantelzorgtaken. Of het om mannen of vrouwen gaat, is daarbij eigenlijk niet zo van belang. Het is voor werkgevers vermoedelijk belangrijker om te kijken naar de 426 Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4

14 Mantelzorg en betaald werk bij vrouwen en mannen omvang en duur van de hulp. Een beperkt aantal uren hulp gedurende een overzichtelijke periode zal voor werknemers vaak wel zijn in te passen naast betaald werk, zonder dat er overbelasting ontstaat. Wat ook van belang is, is de relatie tot de zorgontvanger. Zo is zorg voor iemand uit het eigen gezin (partner, kind) in veel gevallen (emotioneel) belastender dan zorg voor ouders, schoonouders of anderen. De groei van het aantal mantelzorgers onder werkenden kan dus extra inspanningen vragen van werkgevers. Dat is deels niet te vermijden door de stijgende leeftijd van werkenden krijgen werkgevers sowieso vaker met de combinatie van werk en hulp te maken maar voorkomen moet worden dat het beroep op informele zorg zodanig groot wordt dat het de draagkracht van werknemers en werkgevers te boven gaat. Literatuur Arber, S. & Ginn, J. (1995). Gender differences in the relationship between paid employment and informal care. Work, Employment & Society, 9(3), Atria (2014). De nieuwe mantelzorger v/m. Bouwstenen voor een gendersensitief mantelzorgbeleid. Amsterdam: Atria. Baaijens, C. (2006). Arbeidstijden: tussen wens en werkelijkheid. Utrecht: Universiteit Utrecht. Biddle, B.J. (1986). Recent development in role theory. Annual review of sociology, Boer, A. de (2003). Het sociale netwerk van mantelzorgers. In J. M. Timmermans (Ed.), Mantelzorg. Over de hulp van en aan mantelzorgers (pp ). Den Haag: SCP. Boer, A. de, Broese van Groenou, M. & Keuzenkamp, S. (2010). Belasting van werkende mantelzorgers. TSG: tijdschrift voor gezondheidswetenschappen, 88(6), Boer, A. de & Klerk, M. de (2013). Effect van informele zorg op gezondheid. In M.M. Harbers & N. Hoeymans (Eds.), Gezondheid en maatschappelijke participatie. Themarapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014 (pp ). Bilthoven: RIVM. Boer, A. de, Klerk, M., de & Merens, A. (2015). Mannen en vrouwen: de hulp aan (schoon)ouders. Den Haag: SCP. Boer, A. de & Keuzenkamp, S. (2009). Vrouwen, mannen en mantelzorg. Beelden en feiten. Den Haag: SCP. Bonsang, E. (2009). Does informal care from children to their elderly parents substitute for formal care in Europe? Journal of health economics, 28(1), Boumans, N.P.G. & Dorant, E. (2014). Double-duty caregivers juggling employment and informal caregiving. Journal of advanced nursing, 70(7), Broese van Groenou, M. & Boer, A. de (2009). Uitkomst: ervaren belasting. In A. de Boer, M. Broese van Groenou, & J. Timmermans (Eds.), Mantelzorg. Een overzicht van de steun van en aan mantelzorgers in 2007 (pp ). Den Haag: SCP. CBS (2015). Personen met een langdurende zorgsituatie naar arbeidspositie. Den Haag: CBS. Collewet, M., & Koning, J. de (2013). Hoe gezond is werken? Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken, 29(1), Colombo, F., Llena-Nozal, A., Mercier, J. & Tjadens, F. (2011). Help wanted? Providing and paying for long-term care. Parijs: OECD. CPB (2007). Macro Economische Verkenning Den Haag: CPB. Crespo, L. (2006). Caring for parents and employment status of European mid-life women. Madrid: CEMFI. Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4 427

15 Edith Josten & Alice de Boer Dautzenberg, M.G.H., Diederiks, J.P.M., Philipsen, H., Stevens, F.C.J., Tan, F.E.S. & Vernooij-Dassen, M.J.F.J. (2000). The Competing Demands of Paid Work and Parent Care. Middle-Aged Daughters Providing Assistance to Elderly Parents. Research on Aging, 22(2), Dekker, R., Fouarge, D. & Schils, T. (2008). Concurrentie tussen arbeidsmarkt- en maatschappelijke participatie. ESB, 93(4538), Dijkgraaf, M., Boer, A. de & Keuzenkamp, S. (2009). Mantelzorg en participatie in betaald werk en vrijwilligerswerk. In A. de Boer, M. Broese van Groenou, & J. Timmermans (Eds.), Mantelzorg. Een overzicht van de steun van en aan mantelzorgers in 2007 (pp ). Den Haag: SCP. Doorne-Huiskes, A. van, Dykstra, P. & Schippers, J.J. (2004). Mantelzorg in de (tijds)klem. Sociale Wetenschappen, 47(4), Doorne-Huiskes, A. van, Dykstra, P. A., Nievers, E., Oppelaar, J. & Schippers, J.J. (2002). Mantelzorg: tussen vraag en aanbod. Den Haag: NIDI. Dykstra, P.A. & Putten, A. van (2010). Mantelzorgende mannen: een kwestie van moeten, kunnen of willen. TSG, 88(6), Eldh, A.C. & Carlsson, E. (2011). Seeking a balance between employment and the care of an ageing parent. Scandinavian Journal of Caring Sciences, 25(2), Goode, W.J. (1960). A theory of role strain. American sociological review, Grigoryeva, A. (2014). When Gender Trumps Everything: The Division of Parent Care Among Siblings. Princeton(NJ): Princeton University. Henz, U. (2009). Couples provision of informal care for parents and parents-in-law: far from sharing equally? Ageing and Society, 29(03), Henz, U. (2010). Parent care as unpaid family labor: How do spouses share? Journal of Marriage and Family, 72(1), Hirst, M. (2002). Transitions to informal care in Great Britain during the 1990s. Journal of Epidemiology and Community Health, 56(8), Isarin, J. (2005). Mantelzorg in een ontmantelde privé-sfeer. Budel: Damon. Josten, E. & Boer, A. de (2015). Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk. Den Haag: SCP. Lippe, T. van der & Siegers, J.J. (1994). Division of household and paid labour between partners: effects of relative wage rates and social norms. Kyklos, 47(1), Mars, G., van den Brakel, M., Portegijs, W., Chkalova, K. & Geerdinck, M. (2012). Vrouwen en de arbeidsmarkt. In A. Merens, M. Hartgers & M. van den Brakel (Eds.), Emancipatiemonitor 2012 (pp ). Den Haag: SCP/CBS. Matthews, S.H. (2002). Brothers and Parent Care: An Explanation for Sons Underrepresentation. New York: Springer. Meijman, T.F. & Mulder, G. (1998). Psychological aspects of workload. In P.J.D. Drenth, H. Thierry & C.J. de Wolff (Eds.), Handbook of work and organizational psychology, vol. 2: work psychology (pp. 5-33). Hove (VK): Psychology Press. NVR (2014). Brief aan de ministers van SZW en OCW en de staatssecretaris van VWS: decentralisatie van beleid en de gevolgen voor vrouwen. Den Haag: Nederlandse Vrouwen Raad. Opree, S.J. & Kalmijn, M. (2012). Exploring causal effects of combining work and intergenerational support on depressive symptoms among middle-aged women. Ageing and Society, 32(01), Oudijk, D., Boer, A. de, Woittiez, I., Timmermans, J. & Klerk, M. de (2010). Mantelzorg uit de doeken, een actueel beeld van het aantal mantelzorgers. Den Haag: SCP. Pinquart, M. & Sörensen, S. (2003). Differences between caregivers and noncaregivers in psychological health and physical health: a meta-analysis. Psychology and Aging, 18(2), Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4

16 Mantelzorg en betaald werk bij vrouwen en mannen Plaisier, I., Broese van Groenou, M.I. & Keuzenkamp, S. (2015). Combining work and informal care: the importance of caring organisations. Human Resource Management Journal, 25(2), Portegijs, W. & Cloïn, M. (2012). Verdeling van onbetaalde arbeid tussen partners. In A. Merens, M. Hartgers & M. van den Brakel (Eds.), Emancipatiemonitor 2012 (pp ). Den Haag: SCP/CBS. Putten, A. van (2009). The role of intergenerational transfers in gendered labour patterns. Amsterdam: Aksant. RWI (2010). Werken met zorg. Advies over het combineren van arbeid en zorg. Den Haag: RWI. Sadiraj, K., Timmermans, J., Ras, M. & Boer, A. de (2009). De toekomst van de mantelzorg. Den Haag: SCP. Schakel, S. (2013). Van de werkende mantelzorger naar de mantelzorgende werknemer. Amsterdam: VU Amsterdam. Scharlach, A.E. (1994). Caregiving and Employment: Competing or Complementary Roles? The gerontologist, 34(3), Shuey, K. & Hardy, M.A. (2003). Assistance to Aging Parents and Parents-in-law: Does Lineage Affect Family Allocation Decisions? Journal of Marriage and Family, 65(2), Sieber, S.D. (1974). Toward a theory of role accumulation. American sociological review, 39(August), Sman, F. van der, Korvorst, M., Cloïn, M., Merens, A. & Driessen, M. (2014). De combinatie van betaalde arbeid en zorgtaken. In A. Merens & M. van den Brakel (Eds.), Emancipatiemonitor 2014 (pp ). Den Haag/Heerlen: SCP/CBS. Thoits, P. (1983). Multiple identities and psychological well-being: a reformulation and test of the social isolation hypothesis. American sociological review, 48(2), TK (2004/05). Notitie De mantelzorger in beeld. Tweede Kamer, vergaderjaar 2004/05, , nr. 1. TK (2007/08). Mantelzorg. Verslag van een algemeen overleg. Tweede Kamer, vergaderjaar 2007/08, , nr. 15. TK (2011/12). Arbeidsmarktbeleid. Kabinetsreactie op het SER-advies Tijden van de Samenleving. Tweede Kamer, vergaderjaar 2011/12, , nr TK (2012/13). Modernisering regelingen voor verlof en arbeidstijden. Tweede nota van wijziging. Tweede Kamer, vergaderjaar 2012/13, , nr. 14. TK (2014/15). MvT bij de Wijziging van de AOW, de Wet op de loonbelasting 1964 en de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd in verband met de versnelling van de stapsgewijze verhoging van de AOW-leeftijd. Tweede Kamer, vergaderjaar 2014/15, , nr. 3. Van Houtven, C.H., Coe, N.B. & Skira, M.M. (2013). The effect of informal care on work and wages. Journal of health economics, 32(1), Vlasblom, J.D., Echtelt, P. van & Voogd-Hamelink, M. de (2015). Aanbod van arbeid Den Haag: SCP. Vries, J. de & Mooren, F. van der (2010). Mantelzorgers op de arbeidsmarkt. Sociaaleconomische trends (3e kwartaal), Wolf, D.A., Freedman, V. & Soldo, B.J. (1997). The division of family labor: Care for elderly parents. The Journals of Gerontology Series B, 52B, Women Inc. (2015). Campagne #ikbenerevenniet. Geraadpleegd , via www. womeninc. nl/ nieuwsbericht/ women -inc -campagne -zorgen -voor -anderen. Woning, W. (2010). Mantelzorg. Onderzoeksresultaten. Den Dolder: ADV Market Research. Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken 2015 (31) 4 429

Vrouwen, mannen en mantelzorg Beelden en feiten. Alice de Boer en Saskia Keuzenkamp

Vrouwen, mannen en mantelzorg Beelden en feiten. Alice de Boer en Saskia Keuzenkamp Vrouwen, mannen en mantelzorg Beelden en feiten Alice de Boer en Saskia Keuzenkamp Sociaal en Cultureel Planbureau Den Haag, 2009 In kranten en beleidsstukken is met enige regelmaat te lezen dat mannen

Nadere informatie

Bijlagen Werkloos toezien?

Bijlagen Werkloos toezien? Bijlagen Werkloos toezien? Gevolgen van de crisis voor emancipatie en welbevinden Ans Merens Edith Josten Bijlage A Data en methode 2 A.1 Arbeidsduur en arbeidsdeelname van partners van werklozen 2 A.2

Nadere informatie

Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk. Edith Josten Alice de Boer

Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk. Edith Josten Alice de Boer Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk Edith Josten Alice de Boer Sociaal en Cultureel Planbureau Den Haag, maart 2015 Het Sociaal en Cultureel Planbureau is ingesteld bij Koninklijk Besluit van

Nadere informatie

Inhoud. Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk. Bijlage A. Alice de Boer

Inhoud. Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk. Bijlage A. Alice de Boer Bijlage A Auteurs Edith Josten Alice de Boer Inhoud Bijlage A. Afbakening van mantelzorg in andere onderzoeken en aanvullende tabellen 2 A.1 Afbakening van mantelzorg 2 A.2 Aanvullende tabellen 3 Bijlage

Nadere informatie

Feiten en cijfers mantelzorg (en werk) Maak werk van mantelzorg. januari 16

Feiten en cijfers mantelzorg (en werk) Maak werk van mantelzorg. januari 16 Feiten en cijfers mantelzorg (en werk) Maak werk van mantelzorg januari 16 1 Maatschappelijke ontwikkelingen Door de vergrijzing neemt de vraag naar zorg toe. De nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk. Edith Josten Alice de Boer

Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk. Edith Josten Alice de Boer Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk Edith Josten Alice de Boer Sociaal en Cultureel Planbureau Den Haag, maart 2015 Het Sociaal en Cultureel Planbureau is ingesteld bij Koninklijk Besluit van

Nadere informatie

Belang van het sociale netwerk bij ziekte

Belang van het sociale netwerk bij ziekte Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Hoefman, R.J., Brabers, A.E.M., Verleun, A., Meulenkamp, T. M. en Jong, J.D. de. We ondersteunen onze naasten graag, maar

Nadere informatie

Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen

Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen Martijn Souren Ongeveer 7 procent van de werknemers met een verleent zelf mantelzorg. Ze maken daar slechts in beperkte mate gebruik van aanvullende

Nadere informatie

Een onderzoek naar de ontwikkeling in omvang, kenmerken en ervaren belasting van mantelzorgers in Limburg tussen 2008/2009, 2012 en 2016

Een onderzoek naar de ontwikkeling in omvang, kenmerken en ervaren belasting van mantelzorgers in Limburg tussen 2008/2009, 2012 en 2016 Trends in Mantelzorg Een onderzoek naar de ontwikkeling in omvang, kenmerken en ervaren belasting van mantelzorgers in Limburg tussen 2008/2009, 2012 en 2016 Aanleiding Mantelzorg in de participatiemaatschappij

Nadere informatie

Mantelzorgers op de arbeidsmarkt

Mantelzorgers op de arbeidsmarkt ers op de arbeidsmarkt Jannes de Vries en Francis van der Mooren Een op de tien 25- tot 65-jarigen verleent zorg aan hun partner, een kind of een ouder. Vrouwen en 45- tot 55-jarigen zorgen vaker voor

Nadere informatie

Zorg voor hulpbehoevende ouders

Zorg voor hulpbehoevende ouders Maarten Alders en Ingrid Esveldt 1) Door de toenemende vergrijzing zal het aantal zorgbehoevende ouderen toenemen. Een deel van de zorg wordt verleend door de kinderen. Dit artikel onderzoekt in welke

Nadere informatie

Artikelen. Combinatie van zorg en werk: de invloed van baankenmerken. Saskia te Riele en Martijn Souren

Artikelen. Combinatie van zorg en werk: de invloed van baankenmerken. Saskia te Riele en Martijn Souren Artikelen Combinatie van zorg en werk: de invloed van baankenmerken Saskia te Riele en Martijn Souren Moeders met jonge kinderen werken in Nederland voornamelijk in deeltijd. Door minder uren te werken,

Nadere informatie

Meer of minder uren werken

Meer of minder uren werken Meer of minder uren werken Jannes de Vries Een op de zes mensen die minstens twaalf uur per week werken (de werkzame beroeps bevolking) wil meer of juist minder uur werken. Van hen heeft minder dan de

Nadere informatie

Trends in Mantelzorg. November Trends in Mantelzorg

Trends in Mantelzorg. November Trends in Mantelzorg Een onderzoek naar de ontwikkeling in omvang, kenmerken en ervaren belasting van mantelzorgers in Limburg tussen 2008/2009, 2012 en 2016. November 2018 www.ggdlimburgnoord.nl www.ggdzl.nl AANLEIDING Mantelzorg

Nadere informatie

Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe

Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe, G. Waverijn

Nadere informatie

Meeste werknemers tevreden met aantal werkuren

Meeste werknemers tevreden met aantal werkuren Meeste werknemers tevreden met aantal werkuren Christianne Hupkens De meeste werknemers zijn tevreden met de omvang van hun dienstverband. Ruim zes op de tien werknemers tussen de 25 en 65 jaar wil niet

Nadere informatie

Artikelen. Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst

Artikelen. Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst Artikelen Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst Martijn Souren en Jannes de Vries Onder laagopgeleide vrouwen is de bruto arbeidsparticipatie aanzienlijk

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Werk en Mantelzorg. mei 17

Feiten en cijfers. Werk en Mantelzorg. mei 17 Feiten en cijfers Werk en Mantelzorg mei 17 1 Maatschappelijke ontwikkelingen Door de vergrijzing neemt de vraag naar zorg toe. Door de toename van de vraag nemen ook de zorgkosten toe. Door de verschuiving

Nadere informatie

Langdurende zorg door mannelijke en vrouwelijke werknemers

Langdurende zorg door mannelijke en vrouwelijke werknemers Sociaaleconomische trends Langdurende zorg door mannelijke en vrouwelijke werknemers 2017 Sebastian Alejandro Perez Inhoud 1. Inleiding 3 2. Langdurende zorgsituaties 4 3. Arbeid en langdurende zorg 6

Nadere informatie

Mantelzorg in Nederland; soorten en maten. Alice de Boer SCP/VU

Mantelzorg in Nederland; soorten en maten. Alice de Boer SCP/VU Mantelzorg in Nederland; soorten en maten Alice de Boer SCP/VU 1 Beelden bij mantelzorg hulp aan familie, niet buren of vrienden persoonlijke verzorging is echte zorg vrouwen van middelbare leeftijd die

Nadere informatie

Alice de Boer Saskia Keuzenkamp. OCW 28 april 2009

Alice de Boer Saskia Keuzenkamp. OCW 28 april 2009 Mantelzorg: m/v verschillen Alice de Boer Saskia Keuzenkamp OCW 28 april 2009 Opbouw: twee vragen Wie helpt wie, met wat, hoeveel en welke gevolgen? Hoe combineren mantelzorgers arbeid en zorg? Verschillen

Nadere informatie

Bijlage Verantwoording van de berekening van het aantal ernstig belaste mantelzorgers (mantelzorg uit de doeken)

Bijlage Verantwoording van de berekening van het aantal ernstig belaste mantelzorgers (mantelzorg uit de doeken) Bijlage Verantwoording van de berekening van het aantal ernstig belaste mantelzorgers (mantelzorg uit de doeken) Debbie Oudijk Alice de Boer Isolde Woittiez Joost Timmermans Mirjam de Klerk Sociaal en

Nadere informatie

Feiten en cijfers mantelzorg

Feiten en cijfers mantelzorg Feiten en cijfers mantelzorg Hieronder leest u de meest belangrijke feiten en cijfers op het gebied van mantelzorg in Nederland uit het SCP-rapport 'Informele hulp: wie doet er wat?' (2015). Aantal mantelzorgers

Nadere informatie

De combinatie van betaald werk en mantelzorg: impact op gezondheid en arbeidsparticipatie

De combinatie van betaald werk en mantelzorg: impact op gezondheid en arbeidsparticipatie Ruim vier miljoen mensen in Nederland verleenden mantelzorg in 2014, dat is 33% van de volwassen bevolking (de Klerk, 2015; de Staat van Volksgezondheid en Zorg, 2016). Hiervan verleenden naar schatting

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340 78

Nadere informatie

Aan de leden van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport Tweede Kamer der Staten Generaal

Aan de leden van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport Tweede Kamer der Staten Generaal Aan de leden van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport Tweede Kamer der Staten Generaal Amsterdam, 11 december 2014 Betreft: Algemeen Overleg Informele zorg op 16 december 2014 Op 11

Nadere informatie

De hoofdlijnen van de analyses staan beschreven in paragraaf 1.3 van het rapport. Hier worden de analyses bij onderzoeksvraag 3 en 4 nader toegelicht.

De hoofdlijnen van de analyses staan beschreven in paragraaf 1.3 van het rapport. Hier worden de analyses bij onderzoeksvraag 3 en 4 nader toegelicht. Bijlage 1 Verrichte analyses In dit rapport staan de volgende onderzoeksvragen centraal: 1. Bieden werkgevers nieuwe personeelsleden vaker dan vroeger een tijdelijk in plaats van vast contract bij indiensttreding?

Nadere informatie

Mantelzorgers en werk. Samenvattend rapport Kenmerk: November 2016

Mantelzorgers en werk. Samenvattend rapport Kenmerk: November 2016 Mantelzorgers en werk Samenvattend rapport Kenmerk: 20450 November 2016 1 Inhoudsopgave Geschreven voor Inleiding 3 Conclusies 5 Resultaten Mantelzorg, werk en belasting 7 Ondersteuning mantelzorgers 13

Nadere informatie

Aanbod van arbeid 2012

Aanbod van arbeid 2012 Bijlage B: Tabellen Auteurs Jan Dirk Vlasblom Edith Josten Marian de Voogd-Hamelink Bijlage B. Tabellen In deze bijlage zijn diverse tabellen opgenomen behorende bij het SCP-rapport Aanbod van Arbeid 2012

Nadere informatie

Informele helper en o zo gelukkig Alice de Boer en Crétien van Campen

Informele helper en o zo gelukkig Alice de Boer en Crétien van Campen Informele helper en o zo gelukkig Alice de Boer en Crétien van Campen In krantenberichten wordt informele hulp vaak geassocieerd met overbelaste verzorgers die naast een baan ook nog veel tijd besteden

Nadere informatie

Gelukkig blijven zorgen èn werken. Alice de Boer SCP/VU

Gelukkig blijven zorgen èn werken. Alice de Boer SCP/VU Gelukkig blijven zorgen èn werken Alice de Boer SCP/VU Julius centrum sept 2015 Minder professionele zorg We moeten steeds meer helpen Druk, druk, druk sandwich Veel hulpbehoevende ouderen burnout Opbouw

Nadere informatie

Vrouwen lopen zichzelf vaak voorbij

Vrouwen lopen zichzelf vaak voorbij Vrouwen lopen zichzelf vaak voorbij Vrouwen lopen zichzelf vaak voorbij. Dit kan leiden tot vervelende gezondheidsklachten, waar vaak weinig aandacht aan besteed wordt. Zo blijkt uit een onderzoek van

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

Veranderingen in arbeidsparticipatie van gescheiden moeders

Veranderingen in arbeidsparticipatie van gescheiden moeders Veranderingen in arbeidsparticipatie van gescheiden moeders Suzanne Peek Gescheiden moeders stoppen twee keer zo vaak met werken dan niet gescheiden moeders. Ook beginnen ze vaker met werken. Wanneer er

Nadere informatie

Mantelzorg: beelden en feiten. Alice de Boer HVA 7 sept 2010

Mantelzorg: beelden en feiten. Alice de Boer HVA 7 sept 2010 Mantelzorg: beelden en feiten Alice de Boer HVA 7 sept 2010 Wat is/doet het SCP? Taak: beschrijving sociaal en cultureel welzijn en informatie verzamelen voor beleid Geeft kamer gevraagd en ongevraagd

Nadere informatie

SAMENVATTING SAMENVATTING. Werk en Psychische Gezondheid: Studies naar de invloed van werk kenmerken, sociale rollen en gender

SAMENVATTING SAMENVATTING. Werk en Psychische Gezondheid: Studies naar de invloed van werk kenmerken, sociale rollen en gender SAMENVATTING Werk en Psychische Gezondheid: Studies naar de invloed van werk kenmerken, sociale rollen en gender In de jaren negentig werd duidelijk dat steeds meer werknemers in Nederland, waaronder in

Nadere informatie

Informele hulp: wie doet er wat? Kerncijfers

Informele hulp: wie doet er wat? Kerncijfers Informele hulp: wie doet er wat? Kerncijfers Omvang, aard en kenmerken van mantelzorg en vrijwilligerswerk in de zorg en ondersteuning in 2014 Mirjam de Klerk, Alice de Boer, Inger Plaisier, Peggy Schyns,

Nadere informatie

De verdeling van arbeid en zorg tussen vaders en moeders

De verdeling van arbeid en zorg tussen vaders en moeders De verdeling van arbeid en zorg tussen vaders en moeders Marjolein Korvorst en Tanja Traag Het krijgen van kinderen dwingt ouders keuzes te maken over de combinatie van arbeid en zorg. In de meeste gezinnen

Nadere informatie

Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking

Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking Clemens Siermann en Henk-Jan Dirven De uitstroom van 50-plussers uit de werkzame beroepsbevolking is de laatste jaren toegenomen. Een kwart van deze

Nadere informatie

Levensfasen van kinderen en het arbeidspatroon van ouders

Levensfasen van kinderen en het arbeidspatroon van ouders Levensfasen van kinderen en het arbeidspatroon van ouders Martine Mol De geboorte van een heeft grote invloed op het arbeidspatroon van de vrouw. Veel vrouwen gaan na de geboorte van het minder werken.

Nadere informatie

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Arbeidsgehandicapten in Nederland Arbeidsgehandicapten in Nederland Ingrid Beckers In 2003 waren er in Nederland ruim 1,7 miljoen arbeidsgehandicapten; 15,8 procent van de 15 64-jarige bevolking. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee

Nadere informatie

9. Actieve ouderen in vrijwilligerswerk en mantelzorg

9. Actieve ouderen in vrijwilligerswerk en mantelzorg 9. Actieve ouderen in vrijwilligerswerk en mantelzorg Cretien van Campen en Mirjam de Klerk (SCP) 9.1. Inleiding In Nederland is het aandeel in de bevolking dat vrijwilligerswerk doet hoger dan in andere

Nadere informatie

Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012

Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012 Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012 Onderzoek en Statistiek Gemeente Lelystad Telefoon: 0320-278574 E-mail: lelystadspanel@lelystad.nl www.lelystadspanel.nl Colofon Dit is een onderzoeksrapportage gemaakt

Nadere informatie

De nieuwe mantelzorger v/m

De nieuwe mantelzorger v/m Maart 2015 De nieuwe mantelzorger v/m Bouwstenen voor een gendersensitief mantelzorgbeleid 1. Vrouwen, mannen, mantelzorg en economische zelfstandigheid Vanaf 1 januari 2015 worden de effecten van de participatiesamenleving,

Nadere informatie

Wat heeft de werkgever eraan? Een literatuurstudie naar de kosten en baten van mantelzorgvriendelijk beleid in arbeidsorganisaties

Wat heeft de werkgever eraan? Een literatuurstudie naar de kosten en baten van mantelzorgvriendelijk beleid in arbeidsorganisaties Wat heeft de werkgever eraan? Een literatuurstudie naar de kosten en baten van mantelzorgvriendelijk beleid in arbeidsorganisaties In opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 28

Nadere informatie

pggm.nl Mantelzorg en dementie in de beleving van PGGM&CO-leden

pggm.nl Mantelzorg en dementie in de beleving van PGGM&CO-leden pggm.nl Mantelzorg en dementie in de beleving van PGGM&CO-leden Enquête Mantelzorg en dementie 2014 Vooraf In juli 2014 vroegen wij onze leden naar hun ervaringen met mantelzorg in het algemeen, en mantelzorg

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Mantelzorgers demografisch

Mantelzorgers demografisch Mantelzorgers demografisch Tot stand gekomen in het kader van het project RAAK-MKB Ontwerpen voor zorgverleners Auteurs Ing. K. Voortman-Overbeek; onderzoeker lectoraat Industrial Design (Saxion) Redactie

Nadere informatie

Gebruik van kinderopvang

Gebruik van kinderopvang Gebruik van kinderopvang Saskia te Riele In zes van de tien gezinnen met kinderen onder de twaalf jaar hebben de ouders hun werk en de zorg voor hun kinderen zodanig georganiseerd dat er geen gebruik hoeft

Nadere informatie

Motieven en belasting van mantelzorgers van mensen met dementie

Motieven en belasting van mantelzorgers van mensen met dementie Deze factsheet maakt onderdeel uit van een reeks van twee factsheets. Factsheet 1 beschrijft de problemen en wensen van mantelzorgers van mensen met dementie. Factsheet 2 beschrijft de motieven en belasting

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 32 855 Modernisering regelingen voor verlof en arbeidstijden Nr. 14 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter

Nadere informatie

De nieuwe mantelzorger v/m

De nieuwe mantelzorger v/m September 2014 De nieuwe mantelzorger v/m Bouwstenen voor een gendersensitief mantelzorgbeleid 1. Vrouwen, mannen, mantelzorg en economische zelfstandigheid Ruim drie maanden voor de invoering van een

Nadere informatie

Vrouwen, mannen en de hulp aan (schoon)ouders. Alice de Boer Mirjam de Klerk Ans Merens

Vrouwen, mannen en de hulp aan (schoon)ouders. Alice de Boer Mirjam de Klerk Ans Merens Vrouwen, mannen en de hulp aan (schoon)ouders Alice de Boer Mirjam de Klerk Ans Merens Sociaal en Cultureel Planbureau Den Haag, april 2015 Het Sociaal en Cultureel Planbureau is ingesteld bij Koninklijk

Nadere informatie

Genderverschillen in de ervaren zorgbelasting van partner-mantelzorgers over de tijd

Genderverschillen in de ervaren zorgbelasting van partner-mantelzorgers over de tijd Genderverschillen in de ervaren zorgbelasting van partner-mantelzorgers over de tijd Joukje Swinkels 1, Theo van Tilburg 1, Alice de Boer 2, Marjolein Broese van Groenou 1 1 Department of Sociology, Faculty

Nadere informatie

Alleenstaande moeders op de arbeidsmarkt

Alleenstaande moeders op de arbeidsmarkt s op de arbeidsmarkt Moniek Coumans De arbeidsdeelname van alleenstaande moeders is lager dan die van moeders met een partner. Dit verschil hangt voor een belangrijk deel samen met een oververtegenwoordiging

Nadere informatie

Beroepsbevolking 2005

Beroepsbevolking 2005 Beroepsbevolking 2005 De veroudering van de beroepsbevolking is duidelijk zichtbaar in de veranderende leeftijdspiramide van de werkzame beroepsbevolking (figuur 1). In 1975 behoorde het grootste deel

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

Ouders op de arbeidsmarkt

Ouders op de arbeidsmarkt Ouders op de arbeidsmarkt Ingrid Beckers en Johan van der Valk De bruto arbeidsparticipatie van alleenstaande s is sinds 1996 sterk toegenomen. Wel is de arbeidsparticipatie van paren nog steeds een stuk

Nadere informatie

Het sociaal netwerk en het gebruik van zorg door ouderen (55+) in Limburg

Het sociaal netwerk en het gebruik van zorg door ouderen (55+) in Limburg Het sociaal netwerk en het gebruik van zorg door ouderen (55+) in Limburg Onderzoek onder ouderen naar de relatie tussen het sociaal netwerk en het gebruik van formele zorg en mantelzorg Inleiding De relatie

Nadere informatie

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Arbeidsgehandicapten in Nederland en in Nederland Ingrid Beckers In 22 waren er in Nederland ruim anderhalf miljoen arbeidsgehandicapten. Dit komt overeen met 14,7 procent van de 15 64-jarigen. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee

Nadere informatie

Vrouwen op de arbeidsmarkt

Vrouwen op de arbeidsmarkt op de arbeidsmarkt Johan van der Valk Annemarie Boelens De arbeidsdeelname van vrouwen lag in 23 op 55 procent. De arbeidsdeelname van vrouwen stijgt al jaren. Deze toename komt de laatste jaren bijna

Nadere informatie

Advies en informatie direct vanaf beginfase belangrijk voor mantelzorgers van mensen met dementie

Advies en informatie direct vanaf beginfase belangrijk voor mantelzorgers van mensen met dementie Deze factsheet maakt onderdeel uit van een reeks van twee factsheets. Factsheet 1 beschrijft de problemen en wensen van mantelzorgers van mensen met dementie. Factsheet 2 beschrijft de motieven en belasting

Nadere informatie

Ouderschapsverlof. Ingrid Beckers en Clemens Siermann

Ouderschapsverlof. Ingrid Beckers en Clemens Siermann Ouderschapsverlof Ingrid Beckers en Clemens Siermann Ruim een kwart van de werknemers in Nederland die in 24 recht hadden op ouderschapsverlof, hebben daarvan gebruik gemaakt. nemen veel vaker ouderschapsverlof

Nadere informatie

Werkloosheid in : stromen en duren

Werkloosheid in : stromen en duren Werkloosheid in 24 211: stromen en duren Wendy Smits, Harry Bierings en Robert de Vries Als het aantal mensen dat werkloos wordt groter is dan het aantal werklozen dat er in slaagt weer aan het werk te

Nadere informatie

Hoofdstuk 14. Mantelzorg

Hoofdstuk 14. Mantelzorg Hoofdstuk 14. Mantelzorg Samenvatting Mantelzorg is zorg aan een bekende uit de eigen omgeving, die voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is en kan bestaan uit het huishouden doen, wassen

Nadere informatie

Inkomsten uit arbeid van vrouwen en hun partners

Inkomsten uit arbeid van vrouwen en hun partners Inkomsten uit arbeid van vrouwen en hun s Karin Hagoort en Maaike Hersevoort In 24 verdienden samenwonende of gehuwde vrouwen van 25 tot 55 jaar ongeveer de helft van wat hun s verdienden. Naarmate het

Nadere informatie

Kwaliteit van de arbeid en arbeidstransities

Kwaliteit van de arbeid en arbeidstransities Kwaliteit van de arbeid en arbeidstransities Josten, E. & Ester, P. (2005). Quality of work life and work transition, the Netherlands in European perspective. OSA publicatie A213. Op de Lissabon top van

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk in de provincie Groningen stabiel

Vrijwilligerswerk in de provincie Groningen stabiel Vrijwilligerswerk in de provincie Groningen stabiel De afgelopen jaren verschuiven steeds meer taken en verantwoordelijkheden in de samenleving van de overheid naar inwoners. Het idee achter deze participatiesamenleving

Nadere informatie

Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren

Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren Sandwichgeneratie in de gemeente Haaren Onderzoek naar omvang, knelpunten en ondersteuningsbehoefte Februari 2017 drs. W. Jeeninga, onderzoeker GGD Hart voor Brabant drs. M. Scholtens, functionaris gezondheidsbeleid

Nadere informatie

Enquête mantelzorg in de gemeente Haren

Enquête mantelzorg in de gemeente Haren Enquête mantelzorg in de gemeente Haren Inleiding Inwoners van Haren met fysieke of psychosociale beperkingen hebben vaak ondersteuning nodig om nog zo veel mogelijk volwaardig deel uit te kunnen maken

Nadere informatie

Werkloosheid Redenen om niet actief te

Werkloosheid Redenen om niet actief te Sociaal Economische Trends 2013 Sociaaleconomische trends Werkloosheid Redenen 2004-2011 om niet actief te zijn Stromen op en duren de arbeidsmarkt Werkloosheidsduren op basis van de Enquête beroepsbevolking

Nadere informatie

6 Betaald werk en zorgtaken

6 Betaald werk en zorgtaken betaald werk en zorgtaken 6 Betaald werk en zorgtaken Patricia van Echtelt en Mariëlle Cloïn Kernpunten Hoewel de economische krimp in 2012 minder fors was dan in 2009, is de werkloosheid de laatste jaren

Nadere informatie

Werk en mantelzorg Kwaliteit van leven en het gebruik van ondersteuning op het werk

Werk en mantelzorg Kwaliteit van leven en het gebruik van ondersteuning op het werk Werk en mantelzorg Kwaliteit van leven en het gebruik van ondersteuning op het werk F L T IJ L E I D I N G G E V E N D E D X A S Z I E K E I K W D O B E G R I P M A N T E L Z O R G R E N R U G L T K K

Nadere informatie

(Over)belasting van mantelzorgers

(Over)belasting van mantelzorgers (Over)belasting van mantelzorgers Rapport met een overzicht van de resultaten voor de deelnemende mantelzorgers en organisaties Martje Folkertsma Inhoud Het doel van het onderzoek... 3 De dataverzameling...

Nadere informatie

Ziekteverzuim het laagst bij werknemers met een hoge mate van autonomie en veel steun van collega's en leidinggevenden

Ziekteverzuim het laagst bij werknemers met een hoge mate van autonomie en veel steun van collega's en leidinggevenden Ziekteverzuim het laagst bij werknemers met een hoge mate van autonomie en veel steun van collega's en leidinggevenden Martine Mol en Jannes de Vries Een hoge werkdruk onder werknemers komt vooral voor

Nadere informatie

Wisselingen tussen werkloosheid en nietberoepsbevolking

Wisselingen tussen werkloosheid en nietberoepsbevolking Wisselingen tussen werkloosheid en nietberoepsbevolking Ronald van Bekkum (UWV), Harry Bierings en Robert de Vries In arbeidsmarktbeleid en in statistieken van het CBS wordt een duidelijk onderscheid gemaakt

Nadere informatie

Hoge werktevredenheid geen garantie voor doorwerken tot pensioen

Hoge werktevredenheid geen garantie voor doorwerken tot pensioen Hoge werktevredenheid geen garantie voor doorwerken tot pensioen 11 Meeste werknemers tevreden met het werk Acht op de tien werknemers (zeer) tevreden met hun werk Vrouwen vaker tevreden dan mannen Werknemers

Nadere informatie

Hoe gezond is langer doorwerken?

Hoe gezond is langer doorwerken? Hoe gezond is langer doorwerken? Christianne Hupkens Als het aan het kabinet ligt, zullen ouderen steeds langer aan het werk blijven. De vraag is dan welke gevolgen werken op oudere leeftijd voor de gezondheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 710 Vragen van het lid

Nadere informatie

Gezond blijven werken, ook met mantelzorg

Gezond blijven werken, ook met mantelzorg Onderzoeken De gegevens in dit leaflet zijn afkomstig uit verschillende onderzoeken: 1. Tussen 2011 en 2013 voerden de Vrije Universiteit in samenwerking met het Expertisecentrum Mantelzorg onderzoek uit

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 28 april 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 28 april 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340 78

Nadere informatie

Arbeidsdeelname van paren

Arbeidsdeelname van paren Arbeidsdeelname van paren Johan van der Valk De combinatie van een voltijdbaan met een is het meest populair bij paren, met name bij paren boven de dertig. Ruim 4 procent van de paren combineerde in 24

Nadere informatie

'Gratis' mantelzorg (m/v)

'Gratis' mantelzorg (m/v) 'Gratis' mantelzorg (m/v) Presentatie Eelco Wierda bij NVR-expertmeeting 'Gendersensitief beleid bij gemeenten' 11 juni 2015 Vorig jaar ben ik mij vanuit Atria als Kenniscentrum voor Emancipatie verder

Nadere informatie

GGD Amsterdam Eenzaamheid in Beeld

GGD Amsterdam Eenzaamheid in Beeld GGD Amsterdam Eenzaamheid in Beeld Samenvatting Eén op de acht volwassen Amsterdammers voelt zich ernstig. Dat is meer dan gemiddeld in Nederland. In vergelijking met voorgaande jaren voelen steeds meer

Nadere informatie

Urenuitbreiding van vrouwen met een werkloze partner

Urenuitbreiding van vrouwen met een werkloze partner ARTIKELEN Urenuitbreiding van vrouwen met een werkloze partner Edith Josten * Mannen hebben in de crisis vaker hun baan verloren dan vrouwen. Volgens sommigen kan dat een emancipatoire werking hebben:

Nadere informatie

Ouderen op de arbeidsmarkt: 60+ ers en 40+ ers

Ouderen op de arbeidsmarkt: 60+ ers en 40+ ers Ouderen op de arbeidsmarkt: 60+ ers en 40+ ers Rapport van ILC Zorg voor later, Stichting Loonwijzer/WageIndicator, en Universiteit van Amsterdam/Amsterdams Instituut voor Arbeids Studies (AIAS) Inhoudsopgave

Nadere informatie

Zorg voor de mantelzorger

Zorg voor de mantelzorger Zorg voor de mantelzorger Het geven van zorg aan je naasten is een taak van ons allen. Dat verwacht de overheid ook van ons. Maar voor zorgmedewerkers is mantelzorg verlenen een extra gezondheidsrisico.

Nadere informatie

Langdurige werkloosheid in Nederland

Langdurige werkloosheid in Nederland Langdurige werkloosheid in Nederland Robert de Vries In 25 waren er 483 duizend werklozen. Hiervan waren er 23 duizend 42 procent langdurig werkloos. Langdurige werkloosheid komt vooral voor bij ouderen.

Nadere informatie

Herintreders op de arbeidsmarkt

Herintreders op de arbeidsmarkt Herintreders op de arbeidsmarkt Sabine Lucassen Voor veel herintreders is het lang dat ze voor het laatst gewerkt hebben. Herintreders zijn vaak vrouwen in de leeftijd van 35 44 jaar en laag of middelbaar

Nadere informatie

Cognitieve achteruitgang: ook verlies van het persoonlijk netwerk?

Cognitieve achteruitgang: ook verlies van het persoonlijk netwerk? Cognitieve achteruitgang: ook verlies van het persoonlijk netwerk? M. J. Aartsen, TG. van Tilburg, C. H. M. Smits Inleiding Veel mensen worden in hun dagelijks leven omringd door anderen waarmee ze een

Nadere informatie

Mantelzorg. Een overzicht van de steun van en aan mantelzorgers in 2007. Redactie: Alice de Boer Marjolein Broese van Groenou Joost Timmermans

Mantelzorg. Een overzicht van de steun van en aan mantelzorgers in 2007. Redactie: Alice de Boer Marjolein Broese van Groenou Joost Timmermans Mantelzorg Mantelzorg Een overzicht van de steun van en aan mantelzorgers in 2007 Redactie: Alice de Boer Marjolein Broese van Groenou Joost Timmermans Sociaal en Cultureel Planbureau Den Haag, februari

Nadere informatie

Managers zijn de meest tevreden werknemers

Managers zijn de meest tevreden werknemers Sociaaleconomische trends 2014 Managers zijn de meest tevreden werknemers Linda Moonen februari 2014, 02 CBS Sociaaleconomische trends, februari 2014, 02 1 Werknemers zijn over het algemeen tevreden met

Nadere informatie

participatiesamenleving

participatiesamenleving Tussen verzorgingsstaat en participatiesamenleving De feiten en fabels over informele zorg Prof. dr. Kim Putters Mezzo, 14 mei 2014 Inhoud 1. SCP en Mezzo 2. De Sociale Staatt van Nederland d 2013 3. De

Nadere informatie

Deeltijdarbeid. WAV-Rapport. Seppe Van Gils. Maart 2004

Deeltijdarbeid. WAV-Rapport. Seppe Van Gils. Maart 2004 Deeltijdarbeid Seppe Van Gils Maart 2004 WAV-Rapport Steunpunt Werkgelegenheid, Arbeid en Vorming Interuniversitair samenwerkingsverband E. Van Evenstraat 2 blok C 3000 Leuven T:32(0)16 32 32 39 F:32(0)16

Nadere informatie

Hoofdstuk 21 Mantelzorg

Hoofdstuk 21 Mantelzorg Hoofdstuk 21 Mantelzorg Samenvatting Mantelzorg is in de Stadsenquête gedefinieerd als zorg aan een bekende uit de eigen omgeving, die voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is en kan bestaan

Nadere informatie

Artikelen. Naar een arbeidsdeelname van 80 procent in 2016

Artikelen. Naar een arbeidsdeelname van 80 procent in 2016 Artikelen Naar een arbeidsdeelname van 8 procent in 216 Boukje Janssen en Martijn Souren Om de vergrijzing betaalbaar te houden en krapte op de arbeidsmarkt te voorkomen, heeft het kabinet zich tot doel

Nadere informatie

Mantelzorg, waar ligt de grens?

Mantelzorg, waar ligt de grens? Mantelzorg, waar ligt de grens? CDA Talentacademie 2014-2015 Anita Relou Wat is volgens het christendemocratisch gedachtengoed de grens van mantelzorg. Inleiding 2015. Een jaar met veel veranderingen in

Nadere informatie

Mantelzorg. Een goed om te waarderen! Job van Exel, GE-iMTA

Mantelzorg. Een goed om te waarderen! Job van Exel, GE-iMTA Mantelzorg Een goed om te waarderen! Job van Exel, GE-iMTA SER: voor een betaalbare ouderenzorg: verpleging, intensieve persoonlijke verzorging en begeleiding uit collectieve middelen wonen, welzijn en

Nadere informatie

Monitor werkdruk in de kraamzorg 2018

Monitor werkdruk in de kraamzorg 2018 Monitor werkdruk in de kraamzorg 2018 Daniël de Rijke BSc In opdracht van de NBvK Juni 2018 Monitor werkdruk in de kraamzorg 2018 Daniël de Rijke/NBvK, juni 2018 Pagina!1 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1

Nadere informatie

Mantelzorg. Figuur 1. Mantelzorg per GGD regio. 2 van 6 Rapport Mantelzorg. Bron: Zorgatlas RIVM

Mantelzorg. Figuur 1. Mantelzorg per GGD regio. 2 van 6 Rapport Mantelzorg. Bron: Zorgatlas RIVM Mantelzorg Op 10 november 2014 is het de Dag van de Mantelzorg. Dit jaar wordt deze dag voor de 16 e maal georganiseerd. De Dag van de Mantelzorg is bedoeld om mantelzorgers in het zonnetje te zetten en

Nadere informatie