Hierbij stuur ik u mijn besluit op het door de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) aangevraagde nieuwe aanbodkanaal NPO Plus.

Transcriptie

1 >Retouradres Postbus BJ Den Haag De raad van bestuur van de Nederlandse Publieke Omroep Postbus JJ..HILVERSUM Media en Creatieve Industrie Rijnstraat 50 Den Haag Postbus BJ Den Haag Onze referentie Uw brief van 09 juni 2015 Datum 19 augustus 2016 Betreft Besluit aanvraag nieuw aanbodkanaal NPO Plus Geachte raad, Bij brief van 9 juni 2015 heeft u een aanvraag ingediend voor instemming met het nieuwe aanbodkanaal NPO Plus. Deze aanvraag vervangt de eerdere aanvraag van bijlage 1b van de Meerjarenbegroting Volgens uw aanvraag vormt NPO Plus een integraal onderdeel van de strategische koers die de NPO uitzet voor de huidige concessieperiode en dient de aanvraag bezien te worden in het kader van het Concessiebeleidsplan (hierna: CBP ). Om die reden heeft u de aanvraag integraal weergegeven in bijlage 4.4. van het CBP. U verzoekt mij het besluit over NPO Plus te beoordelen in relatie tot de strategische koers zoals die in het CBP is uitgezet. Bijlagen 2 Een belanghebbende kan tegen dit besluit beroep instellen bij de Sector Bestuursrecht van de Rechtbank Amsterdam, Postbus 84500, 1080 BN Amsterdam. Het beroepsschrift moet binnen 6 weken na de dag waarop het besluit ter inzage is gelegd aan de rechtbank worden gestuurd. Hierbij stuur ik u mijn besluit op het door de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) aangevraagde nieuwe aanbodkanaal NPO Plus. Bijlage 1 geeft uitleg over het wettelijke kader, de procedure en het toetsingskader. Bijlage 2 gaat nader in op de ingebrachte zienswijzen van belanghebbende partijen. 1. Besluit tot instemming Met toepassing van artikel 2.21, derde lid, van de Mediawet 2008 verleen ik instemming met het aanbodkanaal NPO Plus onder de verderop in deze brief gegeven overwegingen en voorschriften. De door belanghebbende partijen ingebrachte zienswijzen geven mij aanleiding tot het stellen van enkele aanvullende voorschriften ten opzichte van het ontwerpbesluit. Ik wijs erop dat: 1. de aan dit besluit verbonden voorschriften ambtshalve kunnen worden gewijzigd wanneer uit de evaluaties zoals opgenomen in de voorschriften volgt dat er veranderde omstandigheden zijn of aanleiding is voor veranderde inzichten die redelijkerwijs meebrengen dat dit besluit niet ongewijzigd in stand kan blijven; en 2. dit besluit kan worden ingetrokken wanneer de daaraan verbonden voorschriften niet worden nageleefd. Pagina 1 van 12

2 Op wijziging van dit besluit is de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Onze referentie Beschrijving van NPO Plus Op basis van de aanvraag kan NPO Plus als volgt worden beschreven. Aard van de dienst NPO Plus is een zogenaamde catch up-dienst waarin het publiek het aanbod dat de publieke omroep op de lineaire hoofdkanalen heeft uitgezonden, kan terugkijken. NPO Plus stelt in abonnementsvorm programma s beschikbaar gedurende een langere periode tot en met 365 dagen -, zonder reclame en in een hoge beeldkwaliteit. Daarnaast biedt NPO Plus previews van programma s van in een lopend seizoen uit te zenden programma s en worden eerdere seizoenen van lopende televisieseries beschikbaar gesteld. NPO Plus is de betaalde aanvulling op de gratis dienst NPO Gemist. NPO Plus loopt sinds juni 2014 als experiment en wordt op dit moment aangeboden via NLziet. NLziet is een on demand abonnementsdienst waarbij de publieke omroep samenwerkt met RTL en SBS. 1 De publieke omroep wil NPO Plus daarnaast ook los van NLziet aanbieden. NPO Plus biedt het publiek een zelfstandige mogelijkheid om de programma s van de publieke omroep gedurende een langere periode en in hoge beeldkwaliteit te zien, aanvullend op de bestaande zenders en aanvullend op NPO Gemist. Het aanbod in NPO Plus en de relatie met NPO Gemist Voor de beschikbaarheid van het aanbod in NPO Gemist en NPO Plus maakt de NPO onderscheid tussen eigen producties waarvan de publieke omroep het merendeel van de rechten zelf in handen heeft, aankoop waarvan hij het merendeel van de rechten niet bezit en coproducties waarvoor de rechtensituatie per productie kan verschillen. Verder maakt de NPO onderscheid tussen meer tijdgebonden en meer tijdloze programma s. Dat onderscheid is bepalend voor hoe lang programma s beschikbaar blijven: hoe tijdlozer, hoe langer het programma is terug te zien. Via NPO Gemist kan het publiek zeven dagen lang gratis alle programma s (tijdgebonden én tijdloos) terugkijken die lineair zijn aangeboden, voor zover de NPO de rechten daarvoor bezit of kan verkrijgen. Programma s waarvan de NPO zelf alle rechten heeft (eigen producties), zijn nog langer gratis terug te zien dan zeven dagen, afhankelijk van het type programma. De NPO wil met NPO Plus bereiken dat het publiek zoveel als mogelijk alle programma s die zijn uitgezonden via de lineaire aanbodkanalen van de NPO tot en met 365 dagen na uitzending kan terugkijken. Daarnaast biedt NPO Plus previews en eerdere seizoenen van lopende series. Dit programma-aanbod is daarmee zoveel als mogelijk gelijk aan dat van de algemene televisieprogrammakanalen van de NPO. NPO Plus biedt dezelfde 1 NLziet biedt een gecombineerd abonnement op de catch up diensten NPO Plus van de NPO, RTL XL van RTL en KIJK van SBS. Pagina 2 van 12

3 terugkijkmogelijkheden als NPO Gemist, maar dan voor de duur tot en met 365 dagen. Hoe lang een programma precies beschikbaar blijft, hangt vooral af van de rechten die kunnen worden verkregen. De NPO wil het aanbod van NPO Plus zodanig onder de aandacht van het publiek brengen, bijvoorbeeld door kijktips, dat een evenwichtig, pluriform en gevarieerd aanbod ook on demand zichtbaar, makkelijk vindbaar en duidelijk herkenbaar is. Onze referentie NPO Plus zal geen reclame bevatten. Techniek NPO Plus zal als zogenaamde over-the-top dienst online worden aangeboden die op alle typen schermen kan worden gebruikt, waaronder op grote beeldschermen. Om die reden wordt NPO Plus als online versie in extra hoge kwaliteit aangeboden. Financiering NPO Plus brengt additionele kosten met zich mee. De belangrijkste extra kostenpost van NPO Plus is het verwerven van de rechten voor het langer beschikbaar stellen van programma s. De kosten wil de NPO dekken door NPO Plus op abonnementsbasis aan te bieden tegen een tarief tussen 2,00 en 3,50 per maand. Dit tarief is kostengeoriënteerd, met als grondslag dat de kosten voor rechtenafdracht pas worden gemaakt wanneer er inkomsten zijn. De NPO gaat er daarbij van uit dat uiteindelijk à mensen een abonnement zullen nemen en dat bij dat aantal het genoemde tarief de kosten kan dekken. Aanloopverliezen worden gedekt uit de extra kabelinkomsten die vanaf 2014 worden gerealiseerd. 3. Adviezen Raad voor Cultuur en Commissariaat voor de Media Raad voor Cultuur In zijn advies van 17 september 2015 adviseert de Raad positief over de aanvraag voor NPO Plus. Een publiek, onafhankelijk, toegankelijk en kwalitatief hoogwaardig on demand platform vergroot naar de mening van de Raad de toegankelijkheid tot publiek gefinancierd materiaal. De Raad adviseert echter wel om een aantal voorwaarden aan NPO Plus te stellen. De eerste voorwaarde is dat alle programma s van de publieke omroep - waar mogelijk - na lineaire uitzending op het open net nog minimaal een week zonder extra betaling beschikbaar zijn in een beeld- en geluidskwaliteit die aan de laatste eisen en technologie voldoen. De tweede voorwaarde is dat NPO Plus een herkenbare publieke programmering aanbiedt die past bij de publieke mediaopdracht van de publieke omroep. Ten derde verzoekt de Raad om te kijken naar gratis toegang voor het onderwijs tot het aanbod van de publieke omroep. Commissariaat voor de Media Het Commissariaat heeft in zijn advies van 15 september 2015 positief geoordeeld over de aanvraag van NPO Plus. Volgens het Commissariaat past NPO Plus binnen de publieke mediaopdracht en draagt het bij aan het vergroten van de toegankelijkheid van het bestaande publieke media-aanbod. De aanvraag verdient volgens het Commissariaat wel nadere onderbouwing op een aantal onderdelen. Het gaat om de behoefte van het publiek en de financiering van NPO Plus. Ook vraagt het Commissariaat aandacht voor het effect van de prijsstelling van NPO Plus op de toegankelijkheid van het media-aanbod. Tenslotte vraagt het Pagina 3 van 12

4 Commissariaat om nader te onderbouwen op welke wijze met de zogenaamde previews uitvoering wordt gegeven aan de publieke taakopdracht. Onze referentie Ik heb bij het nemen van mijn besluit acht geslagen op de adviezen van de Raad en het Commissariaat. Ik stel vast dat deze adviezen op zorgvuldige wijze tot stand zijn gekomen. Mede naar aanleiding van de adviezen van de Raad en het Commissariaat heb ik op 16 december 2015 nadere vragen gesteld aan de NPO over NPO Plus. De vragen gingen over de uitvoering van de publieke mediaopdracht, de succesfactoren voor bereik, de toegankelijkheid en de kosten van de dienst en de positie van rechthebbenden. De NPO heeft deze vragen op 20 januari 2016 beantwoord. De beantwoording van deze nadere vragen heb ik in mijn overwegingen meegenomen. 4. Overwegingen 4.1 Overwegingen met betrekking tot het publieke belang van NPO Plus Het aanbodkanaal NPO Plus draagt op verschillende manieren bij aan de uitvoering van de publieke mediaopdracht. Ruimere beschikbaarheid van het aanbod NPO Plus vergroot de beschikbaarheid, vindbaarheid en herkenbaarheid van het publieke media-aanbod. Op dit moment zijn de programma s van de publieke omroep op de lineaire programmakanalen te zien en vervolgens op NPO Gemist. Een groot deel van de programma s verdwijnt echter na zeven dagen van NPO Gemist. Zonder NPO Plus is er voor het publiek dan geen enkele mogelijkheid om een programma on demand te zien. Via NPO Plus kan het publiek nog een jaar on demand programma s bekijken. De dienst geeft een extra optie aan de kijker. Hij kan er nog steeds voor kiezen om bijvoorbeeld afleveringen van zijn favoriete serie gratis elke week lineair of op NPO Gemist te bekijken. Met NPO Plus heeft de kijker echter ook de mogelijkheid om op een zelfgekozen moment bijvoorbeeld meerdere afleveringen van een serie in hoge beeldkwaliteit en zonder reclame gedurende langere tijd te bekijken. Voorzien in behoeften van het publiek Het publiek kijkt steeds meer non-lineair. Onder alle leeftijdsgroepen, met uitzondering van 65+, stijgt het aandeel snel. In de leeftijd vanaf 13 jaar is het aandeel non lineair kijken inmiddels al meer dan 20 procent. Het aandeel nonlineair kijken is het grootst onder jongeren: in de leeftijd stijgt het al naar 45 procent. De verwachting is dat deze stijging doorzet, met name door de komst van steeds meer aanbieders van steeds meer verschillende non lineaire videodiensten. Het succes van een aantal on demand diensten laat zien dat er behoefte is bij het publiek. Pagina 4 van 12

5 Niet-lineaire kijktijd Onze referentie % 40% 30% 20% 10% % Totaal 13+ jaar jaar20-34 jaar35-49 jaar50-64 jaar 65+ jaar Grafiek 1. Aandeel van de kijktijd van de Nederlandse bevolking die wordt besteed aan niet-lineair kijken 2 Volgens onderzoek van de NPO ziet 36 procent van de Nederlanders NPO Plus als aanvulling op het huidige aanbod en is 12 procent bereid bij een redelijke prijs een abonnement te nemen op NPO Plus. Pluriformiteit NPO Plus bevat de volle breedte van de programmering van de lineaire hoofdkanalen. Daarmee biedt NPO Plus eenzelfde evenwichtig, pluriform, gevarieerd, kwalitatief hoogstaand aanbod met een grote verscheidenheid naar vorm en inhoud dat op een evenwichtige wijze een beeld van de samenleving geeft. Om te zorgen dat het publiek die pluriformiteit en variëteit ook ziet en ervaart zal de NPO het publiek gidsen door bijvoorbeeld kijktips en verwijzingen in programma s naar NPO Plus. Volgen, stimuleren en benutten van technologische ontwikkelingen Naast de traditionele verspreiding via ether, satelliet en kabel/iptv zijn inmiddels nieuwe online-vormen van distributie ontstaan. Die hebben er voor gezorgd dat ook de tablet, smartphone, laptop en gewone computer geschikt zijn om mediaaanbod te verspreiden en te ontsluiten. Media-aanbod, zowel lineair als non lineair, wordt geschikt gemaakt voor verschillende apparaten, waarmee ingespeeld kan worden op de individuele behoeften van het publiek. Met Uitzending Gemist (nu NPO Gemist) thema- en webkanalen en apps is de NPO een van de voorlopers. Met NPO Plus als on demand dienst die tegen betaling wordt aangeboden, zet de publieke omroep een volgende stap. NPO Plus kan een versterkend effect hebben op de markt, omdat het de adoptie van dit soort on demand diensten door het publiek kan vergroten. De NPO speelt een belangrijke innoverende rol voor vergelijkbare initiatieven uit de markt. Deze innoverende rol is ook in de Mediawet vastgelegd als taak van de publieke omroep. De samenwerking met de commerciële partners RTL Nederland B.V. en SBS 2 Sonck, N., S. Pennekamp en F. Kok (2014). Media:Tijd Amsterdam/Den Haag: NLO, NOM, SKO en SCP. en Wennekers, A. M., D. M. M. van Troost en P. R. Wiegman (2016). Media:Tijd Amsterdam/Den Haag: NLO, NOM, SKO, BRO en SCP. Pagina 5 van 12

6 Broadcasting B.V. in NLziet is daar een goed voorbeeld van. 3 NPO Plus is op dit moment als experiment onderdeel van NLziet. Door de instemming met de aanvraag voor NPO Plus kan die samenwerking worden voortgezet. Via NLziet heeft het publiek toegang tot de terugkijkdiensten van de NPO, SBS en RTL via één abonnement. NLziet draagt daarmee bij aan de toegankelijkheid van een pluriform media-aanbod, zowel publiek als commercieel, in Nederland. Onze referentie Toegankelijkheid Toegankelijkheid van het media-aanbod, ook via on demand diensten, is een belangrijk onderdeel van de publieke mediaopdracht. Het vragen van betaling heeft effect op de mate waarin de dienst toegankelijk is voor het publiek, omdat het een drempel kan zijn. Onderzoek van de NPO wijst uit dat 12 procent van Nederland bereid is om, bij een redelijke prijs, een abonnement op NPO Plus te nemen. In aanmerking nemend dat nog niet iedereen even enthousiast on demand kijkt, is die 12 procent een substantieel deel van het publiek. Verder biedt NPO Plus als dienst los van NLziet dienst een extra keuzemogelijkheid voor degenen die geen behoefte hebben aan of niet bereid zijn te betalen voor het alles in één abonnement van NLziet. On demand diensten zijn nog volop in ontwikkeling en nog niet iedereen is enthousiast gebruiker van betaalde on demand diensten. Ik vind het dan ook belangrijk dat naast NPO Plus de gratis NPO Gemist dienst beschikbaar blijft. Het aanbod van de publieke omroep is dan in elk geval gedurende zeven dagen gratis beschikbaar. Doelmatigheid Voor NPO Plus is extra financiering nodig. De belangrijkste kostenpost betreft de verwerving van de benodigde rechten. Programma s kunnen namelijk niet allemaal voor langere tijd of onbeperkt gratis beschikbaar blijven voor het publiek. Rechthebbenden moeten billijk en fair worden beloond. De NPO heeft verschillende opties overwogen voor de financiering van NPO Plus. 4 Eén daarvan is NPO Plus gratis aanbieden. De NPO stelt dat een gratis dienst tientallen miljoenen per jaar zou kosten, omdat de rechten moeten worden verworven voor doorgifte aan potentieel 17 miljoen Nederlanders. De financiering en eventuele kostenstijgingen als gevolg van hogere rechtenvergoedingen komen dan ten laste van het reguliere budget. Dat gaat ten koste van de reguliere programmering. De NPO heeft verder uitgelegd waarom niet is gekozen voor de alternatieven van afzien van NPO Plus en verspreiding van on demand aanbod aan derden overlaten, of aanbieden van NPO Plus als nevenactiviteit. Grootste bezwaar van het eerstgenoemde alternatief is dat niet de volle breedte van het publieke aanbod beschikbaar zal zijn voor een langere periode dan zeven dagen. Alleen de 3 Een vergelijkbare innoverende en stimulerende rol heeft de publieke omroep bij de ontwikkeling van digitale ether-radio (DAB). De NPO versnelt de uitrol van dit platform, vervangt daarbij DAB door het betere DAB+, versnelt de landelijke dekking en verbetert het netwerk voor ontvangst binnenshuis. De NPO verspreidt het volledige radioportfolio van 15 kanalen via DAB+. De NPO wil daarmee het publiek vertrouwd maken met DAB+ en zijn pakket aan radiokanalen. Dat stimuleert ook commerciële radiostations om te investeren in DAB+. In de FM-vergunningen voor commerciële radio is dat immers als voorwaarde gesteld. 4 Pagina s van het CBP Pagina 6 van 12

7 commercieel meest interessante programma s zullen dan door derde partijen beschikbaar worden gesteld, waarvoor het publiek een abonnement bij commerciële on demand aanbieders moet nemen. Bij het alternatief van NPO Plus als nevenactiviteit komt de dienst buiten de publieke media-opdracht te staan. Dat doorbreekt de programmatische afstemming en levert wettelijke beperkingen op, zoals ten aanzien van verwijzing en promotie via de publieke kanalen van de NPO. Dit overigens nog los van de vraag of NPO Plus als nevenactiviteit überhaupt mogelijk is binnen het stelsel van de Mediawet Onze referentie In het licht van de alternatieven vind ik de keuze van de NPO om NPO Plus binnen de hoofdtaak tegen betaling aan te bieden voldoende beargumenteerd. Rechthebbenden kunnen een redelijke vergoeding tegemoet zien en de reguliere programmering kan op peil blijven. 4.2 Overwegingen met betrekking tot de markt Betaalde dienst als onderdeel van de publieke taak Europese regels inzake de toepassing van de staatssteunregels op de financiering van de publieke omroep staan toe dat een publieke omroep een betaalde dienst introduceert ter uitvoering van zijn publieke taak. 5 Doel van de publieke omroep is echter niet om te concurreren met partijen in de markt. Hij heeft een eigen wettelijke taak om met zijn media-aanbod en diensten uitvoering te geven aan de publieke mediaopdracht. De publieke omroep heeft voldoende beargumenteerd waarom NPO Plus belangrijk is voor de uitvoering van de publieke mediaopdracht. Mogelijke gevolgen voor de markt Het vorenstaande neemt niet weg dat de introductie van NPO Plus als betaalde dienst die ook los van NLziet kan worden aangeboden, gevolgen kan hebben voor partijen in de markt. Met NPO Plus heeft het publiek immers een extra keuze voor een on demand dienst van de publieke omroep in een markt waarin ook andere partijen dergelijke nieuwe diensten ontwikkelen. In de Nederlandse markt bieden zowel nationale als internationale partijen betaalde on demand diensten aan en deze markt is nog sterk in ontwikkeling. Voor de positionering van NPO Plus ten opzichte van marktpartijen is het wenselijk dat de publieke omroep een vergoeding vraagt voor de dienst. Een gratis dienst zou een groter nadelig effect op de markt hebben, omdat het publiek op die manier een gratis alternatief heeft voor de commerciële on demand diensten. In het besluit van 21 april 2009 over de aanvraag voor het experimentele aanbodkanaal Uitzending Gemist op bestelling is al overwogen dat het op enig moment aangewezen kan zijn dat voor diensten van de publieke omroep een vergoeding betaald moet worden vanwege de marktverhoudingen. 6 Uit de ingebrachte zienswijzen van VCO en TMG blijkt dat zij begrijpen dat de NPO zijn aanbod voor langere tijd on demand beschikbaar wil houden. Ze vinden echter dat er ook alternatieve manieren zijn om het aanbod on demand aan te 5 Mededeling van de Commissie betreffende de toepassing van de regels inzake staatssteun op de publieke omroep, (2009/C 257/01), nr Brief Minister van OCW aan de raad van bestuur van de NPO, Besluit goedkeuring aanvraag aanbodkanalen 2008 en 2009, 21 april Pagina 7 van 12

8 bieden dan via een eigenstandige dienst op abonnementsbasis. De NPO kan er ook voor kiezen om aanbod te verspreiden via platforms van derden of NPO Plus alleen als onderdeel van NLziet. Dat zou in hun ogen minder effect op hun organisaties en diensten hebben. Ik constateer dat de NPO alternatieven heeft overwogen en gemotiveerd heeft uitgelegd waarom die alternatieven niet of onvoldoende bijdragen aan de uitvoering van de publieke mediaopdracht. Onze referentie NLziet De NPO kan met NPO Plus versterkend werken voor de Nederlandse markt door naast NPO Plus als eigen dienst, ook samen te werken met andere partijen. Een succesvol NPO Plus kan het publiek stimuleren tot het gebruik van on demand diensten in den brede. De samenwerking met de commerciële partners RTL Nederland B.V. en SBS Broadcasting B.V. in NLziet is daarvoor een belangrijke kans. Als NLziet zich kan ontwikkelen tot een sterke on demand dienst, dan is zowel het aanbod van zowel publieke als commerciële omroepen beter on demand beschikbaar voor het publiek. Daarmee draagt NLziet bij aan de verspreiding en het bereik van Nederlands aanbod in den brede. De commerciële partners hebben in hun zienswijze gezegd een toekomst te zien in NLziet. Ook de NPO ziet verbeterpotentieel. NLziet is een open platform, dus ook andere content aanbieders kunnen zich hierbij aansluiten. Ik vind dan ook dat de NPO zich moet inspannen om een bijdrage te blijven leveren aan NLziet. Voorwaarde hierbij is wel dat het aanbod van de NPO duidelijk herkenbaar blijft in de dienst, zodat het publiek weet waar het naar kijkt. Financieringsmodel en prijs NPO Plus wordt gefinancierd door een kostengeoriënteerd abonnementstarief aan het publiek te vragen. Met een tarief van 2,00 à 3,50 per maand verwacht de NPO de kosten van NPO Plus te kunnen financieren, aannemende dat tot mensen een abonnement nemen. Het doel is niet om extra inkomsten te verkrijgen of winst te maken. De kosten voor rechtenafdracht worden pas gemaakt wanneer er inkomsten zijn. Hoe hoger de inkomsten uit de abonnementen, hoe meer aan rechthebbenden wordt uitgekeerd. VCO en TMG zeggen in hun zienswijzen het positief te vinden dat NPO Plus tegen betaling wordt aangeboden. Wel menen zij dat er alternatieven zijn voor NPO Plus op abonnementsbasis. De NPO zou bijvoorbeeld ook voor pay-per-view kunnen kiezen. Verder is volgens VCO en TMG het tarief van tussen de 2,00 en 3,50 per maand voor NPO Plus te laag, marktverstorend en ook niet kostendekkend, zeker in de eerste jaren als het bereik nog niet op het gewenste niveau is. Zij stellen dat de prijs niet marktconform is, omdat het voor commerciële aanbieders onmogelijk is tegen dergelijke lage tarieven vergelijkbare diensten aan te bieden. Commerciële aanbieders kunnen niet slechts kostengeoriënteerd opereren, zij moeten winst maken om te kunnen overleven en investeren. VCO en TMG vrezen dan ook dat een te laag tarief voor NPO Plus een negatief effect heeft op de bereidheid van het publiek om commerciële on demand diensten af te nemen. De NPO heeft in zijn aanvraag, ondersteund door informatie uit de business case, uitgelegd waar de prijsstelling van 2,00 tot 3,50 uit voortkomt. VCO en TMG hebben informatie verstrekt over bestaande en voorgenomen commerciële on demand diensten en de tarieven daarvoor. Die informatie kent de nodige aannames en inschattingen. Volgens VCO en TMG werkt NPO Plus met een tarief Pagina 8 van 12

9 van 2,00-3,50 marktverstorend voor on demand en OTT-diensten van commerciële partijen. Ik constateer dat niet alle on demand- en OTT-diensten met elkaar te vergelijken zijn. Een catch up dienst zoals NPO Plus is van een andere aard dan een live streaming kanaal voor sport of evenementen of een pay-per-view filmkanaal dat over-the-top worden aangeboden. VCO en TMG hebben ook geen kwantitatieve informatie verstrekt die inzicht geeft in de mate waarin NPO Plus met een prijs tussen 2,00 en 3,50 hen belemmert in de ontwikkeling van vergelijkbare diensten. De keuze voor de abonnementsvorm voor NPO Plus vind ik begrijpelijk. Het merendeel van on demand diensten wordt op abonnementsbasis aangeboden. De NPO sluit met NPO Plus aan bij de gebleken voorkeur van het publiek voor abonnementsdiensten. Onze referentie Afweging publieke belang en mogelijke markteffecten Met NPO Plus kan de publieke omroep de volle breedte van het aanbod van de publieke omroep on demand voor langere tijd beschikbaar stellen op een manier die aansluit bij de behoefte van het publiek. Non lineaire diensten bieden niet alleen de kans om programma s te bekijken waarvan men de uitzending gemist heeft of om later nog eens terug te zien. Meer en meer stelt de kijker zijn eigen programma-mix samen om die te bekijken op de momenten waarop het hem uitkomt. Als de publieke omroep niet meegaat in deze ontwikkeling en de aansluiting bij het veranderende mediagedrag mist, loopt hij het risico relevantie voor een steeds groter publiek te verliezen. Ik acht het publieke belang daarmee voldoende onderbouwd. Markpartijen wijzen er met name op dat met NPO Plus een stand alone dienst in de markt wordt gezet met een uitgebreide en exclusieve catalogus Nederlandstalig aanbod. Ik acht het begrijpelijk dat de NPO, gezien vanuit zijn eigenstandige publieke taak, niet afhankelijk wil zijn van platforms en diensten van commerciële derden. Met een eigen dienst kan het volledige aanbod beschikbaar gesteld worden, ook het aanbod voor specifieke doelgrepen. Zo kan de samenhang, vindbaarheid en herkenbaarheid van het publieke aanbod behouden blijven. Ik acht dit van voldoende publiek belang. Dit sluit niet uit dat de NPO ter versterking van de markt daarnaast ook samenwerkt met derden. Ik vind het belangrijk dat de NPO zich blijft inspannen voor de samenwerking in NLziet. Verder heeft de NPO te kennen gegeven dat na afloop van de catch up periode van NPO Plus bezien wordt welke programma s ook via diensten van derden beschikbaar kunnen komen. Bij de prijsstelling van NPO Plus moet een balans worden gevonden tussen de mogelijke impact op de markt en het publieke belang van de dienst als het gaat om de toegankelijkheid. Met een hogere prijs zou de impact op on demand diensten van partijen in dezelfde markt mogelijk kleiner zijn. Een hogere prijs doet echter afbreuk aan de toegankelijkheid van het aanbod in NPO Plus voor het brede publiek. Een lagere prijs hoeft niet per definitie een groter negatief effect op de markt te hebben. Bij een lagere prijs kan het publiek eerder de afweging maken om naast NPO Plus ook andere diensten af te nemen. Op basis van de door VCO en TMG in hun schriftelijke en mondelinge zienswijzen gegeven informatie zie ik onvoldoende aanleiding om nu te concluderen dat het tarief van tussen 2,00-3,50 een dermate grote negatieve invloed op de markt zal hebben dat het publieke belang daar niet tegen opweegt. De zienswijzen hebben wel aanleiding gegeven om als voorschrift bij dit besluit op te nemen dat uiterlijk Pagina 9 van 12

10 twee jaar na de introductie van NPO Plus het abonnementstarief moet worden geëvalueerd. De NPO beargumenteert op basis van dit onderzoek of het tarief aanpassing behoeft. Als het ministerie dat op basis van de evaluatie nodig acht, kan het voorschrift met betrekking tot het tarief worden gewijzigd. Onze referentie De publieke omroep opereert in een markt waar ook commerciële partijen actief zijn. De publieke omroep dingt mee naar de gunst van het publiek en dat brengt hoe dan ook markteffecten met zich mee. Dat doet de publieke omroep echter niet om te concurreren met commerciële marktpartijen, maar ter vervulling van een zelfstandige publieke taak. Dat de publieke omroep publieke financiering ontvangt wordt gerechtvaardigd door het publieke belang van zijn taken en diensten. Dit veronderstelt dat die taken en diensten op zorgvuldige en transparante wijze beschreven, onderbouwd en toebedeeld zijn en dat een afweging plaatsvindt tussen het publieke belang en de mogelijk onevenredig nadelige gevolgen voor de markt. Dat de publieke omroep voor de uitvoering van zijn publieke opdracht publieke middelen ontvangt, sluit niet uit dat hij ter uitvoering van die opdracht diensten tegen betaling aanbiedt. Maar ook voor die diensten geldt dat een beoordeling plaatsvindt op basis van het publieke belang en mogelijke onevenredige gevolgen voor de markt. Ik vind dat de publieke waarde van NPO Plus voldoende is onderbouwd. Ik constateer dat de introductie van NPO Plus als betaalde dienst door de publieke omroep gevolgen kan hebben voor marktpartijen. Deze gevolgen kunnen enerzijds positief van aard zijn als het gaat om de voortrekkersrol van de publieke omroep bij het ontwikkelen van nieuwe technische mogelijkheden en diensten. Anderzijds zijn er mogelijk negatieve effecten wanneer commerciële partijen belemmerd worden in het opzetten van vergelijkbare nieuwe diensten op rendabele basis. Maar marktpartijen hebben ook te maken met concurrentie die uit andere hoeken komt. Vele partijen, uit binnen- en buitenland, betreden de Nederlandse audiovisuele markt met nieuwe on demand diensten en andere overthe-top diensten. De markt voor on demand diensten en andere OTT-diensten is nog sterk in ontwikkeling. Zoals VCO en TMG in hun zienswijzen beschrijven, zijn marktpartijen zoekende naar de beste modellen en posities. Mede op basis van door belanghebbende partijen ingediende zienswijzen zie ik geen aanleiding om aan te nemen dat er zodanig nadelige gevolgen voor de markt zijn dat zij opwegen tegen het publieke belang van NPO Plus voor de uitvoering van de publieke media-opdracht. Niettemin zie ik in de zienswijzen van VCO en TMG aanleiding om extra voorschriften te verbinden aan mijn instemming met NPO Plus. Ik verwijs daarvoor naar paragraaf Overige overwegingen De publieke omroep wil met NPO Plus een relevant bereik hebben onder zowel een breed en algemeen publiek als onder bevolkings- en leeftijdsgroepen van verschillende omvang en samenstelling. Op basis van de veranderende publieksbehoefte, streeft de publieke omroep ernaar om à huishoudens te bedienen met NPO Plus. Met dit aantal gebruikers verwacht de publieke omroep dat hij de kosten van de dienst kan financieren. Het aantal gebruikers van NPO Plus hangt af van verschillende succesfactoren. Pagina 10 van 12

11 Aantrekkelijkheid In de eerste plaats wordt het succes van NPO Plus bepaald door de aantrekkelijkheid van de dienst voor het publiek. Dat moet het de moeite waard vinden om te betalen. De aantrekkelijkheid zit in het aanbod: de programma s van de publieke omroep zijn gedurende langere tijd in een hoge beeldkwaliteit te bekijken zonder reclame. Om die aantrekkelijkheid te vergroten wil de NPO ook previews van nog uit te zenden programma s op NPO Plus aanbieden en een deel van de programma s exclusief aanbieden. Dat is begrijpelijk, omdat dit twee kanten op werkt. Het publiek wordt zo niet alleen uitgenodigd om naar NPO Plus te gaan, maar het neemt ook kennis van te verwachten aanbod op de reguliere aanbodkanalen. De previews moet echter wel een ondergeschikt onderdeel blijven van het aanbod op NPO Plus. Als het aantal previews erg groot wordt, dan kan het karakter van de dienst veranderen. Onze referentie Technische kwaliteit en gebruiksvriendelijkheid In de tweede plaats hangt het welslagen van NPO Plus af van de technische kwaliteit en gebruiksvriendelijkheid. Belangrijk daarbij zijn een publieksvriendelijke interface, een storingsvrije werking van de dienst en de toepassing van gepersonaliseerde informatie. Het is ook van belang dat het publiek weet wanneer voor een programma van de publieke omroep moet worden betaald. Het moet immers voor iedereen mogelijk zijn om een programma van de publieke omroep gratis te zien. De NPO moet het publiek goed informeren over de periode waarin programma s gratis en betaald te zien zijn. 5. Conclusie Ik verleen instemming met het aanbodkanaal NPO Plus dat wordt aangeboden. Ik verbind daar de volgende voorschriften aan: a. Programma s die op NPO Plus worden aangeboden, zijn ministens zeven dagen gratis on demand toegankelijk via NPO Gemist. 7 b. De NPO draagt er zorg voor dat voor het publiek duidelijk is welk aanbod gedurende welke periode beschikbaar is en of het gratis dan wel tegen betaling beschikbaar is. c. NPO Plus wordt tegen een abonnementstarief van tussen 2,00 en 3,50 aangeboden. De NPO evalueert in afstemming met het ministerie uiterlijk twee jaar na de introductie van NPO Plus het abonnementstarief. Daarbij kijkt de NPO naar de toegankelijkheid voor het publiek, de marktgevolgen en de ontwikkelingen met betrekking tot de daadwerkelijke kosten van de dienst. De NPO beargumenteert op basis van het onderzoek of het tarief aanpassing behoeft. Als het ministerie dat op basis van de evaluatie nodig acht, kan het voorschrift met betrekking tot het tarief worden gewijzigd. d. De NPO rapporteert jaarlijks over de ontwikkeling, het bereik, de gebruikerservaring en de kosten en opbrengsten van NPO Plus. e. De NPO evalueert in het kader van de vijfjaarlijkse evaluatie als bedoeld in titel 2.7 van de Mediawet 2008 NPO Plus vóór het eind van de concessieperiode (31 december 2020). Onderdeel van de evaluatie is hoe de dienst bijdraagt aan de publieke taak, ook in het licht van de 7 Met uitzondering van eerdere seizoenen van lopende series. Pagina 11 van 12

12 marktontwikkelingen. Op basis van de evaluatie beschrijft de NPO in het concessiebeleidsplan de dienst NPO Plus opnieuw en beargumenteert hoe hij daarmee verder gaat, al dan niet onder gewijzigde voorwaarden of in gewijzigde vorm. Onze referentie Hoogachtend, de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Sander Dekker Pagina 12 van 12

13 BIJLAGE 1 bij Besluit nr tot instemming met het nieuwe aanbodkanaal NPO Plus. 1. Wettelijk kader en procedure 1.1 Wettelijk kader Volgens de Europese regels inzake staatssteun bij de publieke omroep moeten aard en omvang van de publieke taak van de publieke omroep volgens een transparante procedure worden vastgesteld. De aanbodkanalen waarvoor de aanvraag voor ministeriële instemming is gedaan, zijn aanbodkanalen als bedoeld in artikel 2.20 van de Mediawet 2008 waarop de instemmingsprocedure van artikel 2.21 van toepassing is. Aanbodkanalen zijn onderdeel van de publieke taak van de landelijke publieke omroep. Dit betekent dat voor het verzorgen of het beëindigen van aanbodkanalen instemming op grond van artikel 2.21, derde lid, Mediawet 2008 vereist is. De instemmingsprocedure waarborgt dat de aard en omvang van de taak van de publieke omroep op transparante wijze wordt vastgesteld in overeenstemming met de Europeesrechtelijke kaders voor staatssteun en de toepassing daarvan op de financiering van de publieke omroep. In het bijzonder kan hierbij verwezen worden naar het besluit van de Europese Commissie van 26 januari Onderdeel van dit besluit is de toepassing van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht bij de besluitvorming over instemming met publieke mediadiensten. 1.2 Procedure De gevolgde procedure is als volgt: Aanvraag De landelijke publieke omroep geeft in het CBP of in de jaarlijkse Meerjarenbegroting onderbouwd aan welke aanbodkanalen hij wil toevoegen aan of schrappen uit het aanbod en vraagt daarvoor de instemming van de minister (artikel derde lid, Mediawet 2008). In bijlage 1b van de Meerjarenbegroting heeft de NPO een aanvraag gedaan voor NPO Plus. Bij brief van 9 juni 2015, kenmerk uit-20939, heeft de NPO laten weten dat: - NPO Plus een integraal onderdeel vormt van de strategische koers die de NPO uitzet voor de komende concessieperiode; - de aanvraag van NPO Plus bezien dient te worden in het kader van het CBP ; - bij de ontwikkeling van het CBP het profiel en de opzet van NPO Plus nader is verduidelijkt en verdiept; en - de aanvraag van NPO Plus zoals opgenomen in bijlage 1b van de Meerjarenbegroting om die reden vervangen wordt door de in de bijlage bij de brief van 9 juni 2015 opgenomen aanvraag. Vanwege deze samenhang heeft de NPO de aanvraag integraal weergegeven in bijlage 4.4 van het CBP De landelijke publieke omroep heeft het Concessiebeleidsplan conform artikel 2.21, eerste lid, Mediawet 2008 openbaar gemaakt. Informeren belanghebbende partijen De volgende belanghebbenden zijn, indien van toepassing mede ten behoeve van hun leden, bij brieven van 7 juli 2015 actief op de hoogte gesteld van de aanvraag en de te volgen procedure: ANP, het Nederlands Uitgeversverbond, NDP Nieuwsmedia, RadioCorp B.V., Telegraaf Media Groep N.V., TV Digitaal B.V., Vereniging Commerciële Omroepen, de Nederlandse Vereniging voor Commerciële Radio, Netflix International B.V., HBO Nederland en FOX International Channels. Advisering Raad voor Cultuur en Commissariaat voor de Media Over aanvragen voor nieuwe aanbodkanalen of het beëindigen van bestaand aanbodkanalen wordt aan de Raad voor cultuur (hierna: de Raad) en het Commissariaat voor de Media (hierna: het 1 Beschikking van de Europese Commissie, nr. c (2010) 132, inzake steunmaatregel E 5/2005 (ex BB 170b/2003), jaarlijkse financiering van de Nederlandse publieke omroep. 1

14 Commissariaat) op grond van artikel 2.21, tweede lid, Mediawet 2008 advies gevraagd. Bij brieven van 24 juli 2015 heb ik de aanvraag voor NPO Plus voor advies toegezonden aan de beide adviseurs. Ik heb daarbij gevraagd de aanvraag te beoordelen in het licht van het CBP en, gelet op deze samenhang, het advies tegelijk met het advies over het CBP uit te brengen. Het Commissariaat en de Raad hebben op respectievelijk 15 en 17 september 2015 hun advies over het CBP , met daarin het advies over NPO Plus, ingediend. Deze adviezen zijn als bijlage bij dit besluit gevoegd. Nadere vragen De minister kan, indien daartoe aanleiding bestaat, nadere vragen stellen aan de NPO. 2 Op 16 december 2015 heb ik mede naar aanleiding van de adviezen van de Raad en het Commissariaat nadere vragen gesteld. De NPO heeft deze vragen bij brief van 20 januari 2016 beantwoord. Deze brief is tegelijk met het ontwerpbesluit openbaar gemaakt. Ontwerpbesluit De minister stelt vervolgens mede op basis van de adviezen een ontwerpbesluit op. Het ontwerpbesluit en de daarop betrekking hebbende relevante stukken worden openbaar gemaakt door deze ter inzage te leggen via plaatsing op Daaraan voorafgaand wordt van het ontwerpbesluit kennis gegeven in de Staatscourant. Op 19 april 2016 heb ik in de Staatscourant kennis gegeven van de zakelijke inhoud van het ontwerpbesluit. Op 19 april 2016 zijn het ontwerpbesluit en de daarop betrekking hebbende relevante stukken gepubliceerd op Met een brief van 18 april 2016 heb ik het ontwerpbesluit aan de hiervoor onder a genoemde belanghebbenden toegezonden en is nadere uitleg gegeven over de procedure, waaronder de wijze waarop zienswijzen kunnen worden ingediend. Zienswijzen belanghebbende partijen Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na terinzagelegging van het ontwerpbesluit schriftelijk of mondeling een onderbouwde zienswijze geven over het ontwerpbesluit. In deze periode wordt ook een hoorzitting gehouden als daar naar het oordeel van de minister voldoende behoefte aan bestaat. De Nederlandse Vereniging voor Commerciële Omroepen (VCO)en Telegraaf Media Groep N.V. (TMG) hebben schriftelijke zienswijzen ingediend. Daarnaast hebben VCO en haar leden en NDP Nieuwsmedia en haar leden eerder opmerkingen gemaakt over NPO Plus in hun schriftelijke zienswijzen van 23 december 2015 op het Ontwerpbesluit aanvragen nieuwe aanbodkanalen en stopzetten bestaande aanbodkanalen uit het Concessiebeleidsplan van 11 november Op 18 mei 2016 is een hoorzitting gehouden, waarbij de VCO en TMG aanwezig waren. Op verzoek van TMG is na een openbaar deel een besloten hoorzitting met TMG gehouden. Zowel van het openbare gedeelte als het besloten gedeelte is een onafhankelijk verslag gemaakt. De schriftelijke zienswijzen, met uitzondering van de delen die door partijen als vertrouwelijk zijn aangemerkt, en het verslag van het openbare gedeelte van de hoorzitting worden tegelijk met dit besluit ter inzage gelegd via publicatie op Definitief besluit Na afloop van de zienswijzetermijn neemt de minister een definitief besluit. De minister baseert zich daarbij mede op de adviezen van de Raad en het Commissariaat en weegt de door belanghebbenden ingediende onderbouwde zienswijzen op zorgvuldige en evenwichtige wijze mee. Beroep Bij toepassing van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure kunnen belanghebbenden die het niet eens zijn met het besluit van de minister binnen zes weken na de terinzagelegging rechtstreeks beroep instellen bij de bestuursrechter. 2. Het toetsingskader De publieke omroep geeft elke vijf jaar in het CBP en zo nodig in de jaarlijkse begroting aan welke aanbodkanalen hij wil toevoegen aan zijn aanbod en vraagt hiervoor goedkeuring van de minister (artikel 2.21 van de Mediawet 2008). De publieke omroep moet onderbouwen waarom de nieuwe 2 Voor minister kan worden gelezen staatssecretaris. 2

15 aanbodkanalen passen binnen de publieke taak. Daarbij moet aandacht besteed worden aan de beoogde doelgroep en het beoogde publieksbereik, de behoefte van het publiek, de relatie met het andere media-aanbod, het bestaande aanbod op de markt en de wijze(n) van distributie en financiering. Het inhoudelijke beoordelingskader voor goedkeuring van de publieke taakactiviteiten ligt besloten in de publieke taak zoals omschreven in artikel 2.1 van de Mediawet. Nieuwe aanbodkanalen van de publieke omroep moeten tevens beoordeeld worden op markteffecten. Met de Europese Commissie is afgesproken dat voor de beoordeling op markteffecten de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht wordt toegepast. In deze procedure hebben commerciële mediabedrijven en andere belanghebbenden zes weken de tijd om hun zienswijze te geven op het ontwerpbesluit van de minister. In deze periode wordt ook een hoorzitting door het ministerie georganiseerd en/of kunnen belanghebbenden bilateraal gehoord worden. In hun zienswijzen kunnen belanghebbende partijen mogelijke schadelijke markteffecten naar voren brengen en onderbouwen. De minister weegt onevenredig nadelige gevolgen voor de markt af tegen het publieke belang van een nieuwe dienst. De minister weegt de onderbouwde zienswijzen van belanghebbende partijen op een zorgvuldige en evenwichtige wijze mee bij het nemen van zijn besluit. 3

16 Bijlage 2 bij Besluit nr tot instemming met het nieuwe aanbodkanaal NPO Plus. I. Ingekomen zienswijzen 1. Op 19 april 2016 is in de Staatscourant kennis gegeven van de zakelijke inhoud van het ontwerpbesluit. Op 19 april 2016 zijn het ontwerpbesluit en de daarop betrekking hebbende relevante stukken gepubliceerd. Met een brief van 18 april 2016 heb ik aan mij bekende belanghebbenden en de NPO het ontwerpbesluit toegezonden en is nadere uitleg gegeven over de procedure, waaronder de wijze waarop zienswijzen kunnen worden ingediend. Belanghebbenden hebben gedurende zes weken na de publicatie van het ontwerpbesluit de gelegenheid gehad mondelinge en schriftelijke zienswijzen in te dienen. 2. Op 18 mei 2016 is een hoorzitting gehouden. Tijdens het open deel is namens de Vereniging Commerciële Omroepen (VCO) door zijn gemachtigde en enkele leden van VCO het woord gevoerd. Namens Telegraaf Media Groep (TMG) is door zijn gemachtigde en twee medewerkers het woord gevoerd. Op verzoek van TMG is na afloop van het openbare deel een vertrouwelijk deel met TMG gevolgd. Tijdens het vertrouwelijke gedeelte hebben namens TMG zijn gemachtigde en twee medewerkers het woord gevoerd. Van beide gedeelten van de hoorzitting is een onafhankelijk verslag gemaakt. Het verslag van het open gedeelte is aan de deelnemende partijen gezonden en is als bijlage bij onderhavig besluit gevoegd. Het verslag van het vertrouwelijke gedeelte is aan TMG gezonden. Omdat het besprokene in het vertrouwelijke deel bedrijfsvertrouwelijke gegevens betreft, is het verslag hiervan niet openbaar. 3. De volgende belanghebbenden hebben een schriftelijke zienswijze ingediend: - VCO en haar leden. Deze schriftelijke zienswijze van 31 mei 2016 bouwt voort op en werkt nader uit hetgeen namens VCO op de hoorzitting aan de orde is gesteld. De aantekeningen die VCO ten behoeve van de hoorzitting heeft gemaakt, maken integraal onderdeel uit van de zienswijze van VCO. Verder heeft de gemachtigde van VCO op 31 mei 2016 namens RTL een vertrouwelijke aanvullende zienswijze ingediend. - TMG. Deze zienswijze van 30 mei 2016 is een aanvulling op hetgeen door TMG op de hoorzitting is gesteld. De pleitnotities die de gemachtigde van TMG voor de hoorzitting heeft opgesteld, maken volgens TMG onderdeel uit van het dossier. 4. Daarnaast hebben VCO en haar leden en NDP Nieuwsmedia en haar leden eerder opmerkingen gemaakt over NPO Plus in hun schriftelijke zienswijzen van 23 december 2015 op het Ontwerpbesluit aanvragen nieuwe aanbodkanalen en stopzetten bestaande aanbodkanalen uit het Concessiebeleidsplan van 11 november Hierna zal ik ingaan op de ingebrachte zienswijzen. In zijn schriftelijke zienswijze van 30 mei 2016 zegt TMG kennis te hebben genomen van de zienswijze die namens VCO in de hoorzitting mondeling is toegelicht en zich aan te sluiten bij de kritiek die namens VCO op het ontwerpbesluit is geuit. Dit betekent dat mijn reactie op de zaken die VCO naar voren heeft gebracht tevens gericht is aan TMG. 6. De vertrouwelijke aanvullende zienswijze van 31 mei 2016 die door de gemachtigde van VCO namens RTL is ingediend, bevat nadere vertrouwelijke informatie over de positie van NLziet en de betaalde propositie RTL XL Premium van RTL. Deze informatie dient als nadere onderbouwing van hetgeen in de openbare zienswijze is gesteld. TMG heeft in het vertrouwelijk gedeelte van de hoorzitting nadere strategische en financiële informatie gegeven over de plannen van TMG met nieuwe OTT-diensten. Ik heb de vertrouwelijke informatie van VCO en TMG in mijn overwegingen betrokken. Ik stel vast dat de aanvullende zienswijze van 31 mei 2016 namens RTL en hetgeen TMG tijdens het besloten gedeelte van de hoorzitting naar voren heeft gebracht bedrijfsvertrouwelijke gegevens bevat. Ik neem de vertrouwelijkheid in acht en zal alleen het gestelde in de openbare 1

17 zienswijze van VCO verkort weergeven. De vertrouwelijk verstrekte informatie wordt dan ook niet openbaar gemaakt. 7. De NPO heeft mij vertrouwelijk inzicht gegeven in de business case die aan de aanvraag van NPO Plus ten grondslag ligt. Ik heb deze vertrouwelijke informatie betrokken in mijn afwegingen. Ik stel vast dat de business case bedrijfsvertrouwelijke gegevens bevat. Deze worden dan ook niet openbaar gemaakt. 8. Mede naar aanleiding van hetgeen in de schriftelijke zienswijzen en tijdens de hoorzitting naar voren is gebracht, heb ik besloten het ontwerpbesluit aan te passen door extra voorschriften te verbinden aan mijn instemming met NPO Plus. II. II.1 Reactie op de ingekomen zienswijzen Zienswijzen VCO en NDP Nieuwsmedia ten aanzien van het toetsingskader In de zienswijzen van VCO en NDP Nieuwsmedia van 23 december 2015 op het Ontwerpbesluit aanvragen nieuwe aanbodkanalen en stopzetten bestaande aanbodkanalen uit het Concessiebeleidsplan van 11 november 2015 gaan VCO en NDP Nieuwsmedia in op het ontbreken van voldoende toetsingskader voor het nemen van besluiten over aangevraagde aanbodkanalen. Zij wijzen daarbij ook op NPO Plus. VCO heeft deze opmerkingen herhaald in de randnummers 8 tot en met 19 van zijn zienswijze van 31 mei 2016 op het ontwerpbesluit inzake NPO Plus. De opmerkingen van VCO en NDP Nieuwsmedia zijn op dit onderdeel nagenoeg van gelijke strekking. Hieronder zullen de opmerkingen van VCO en NDP Nieuwsmedia tezamen worden behandeld. Kern van de opmerkingen van VCO en NDP Nieuwsmedia is dat het ontwerpbesluit thans prematuur is. Een operationeel toetsingskader voor toetsing van de programmatische keuzes aan de aangescherpte taakopdracht ontbreekt nog en de formele criteria voor de markt impact toets liggen nog niet vast, zodat marktpartijen onvoldoende houvast hebben voor hun inbreng. VCO stelt met zoveel woorden dat het voor de hand had gelegen dat de staatssecretaris in elk geval ad hoc, zoals ook in relatie tot de aanvraag voor NPO Nieuws en Evenementen, een markttoets uitvoert. Reactie 9. Het toetsingskader heeft tot doel om de concrete programmatische keuzes van de publieke omroep te beoordelen in het licht van de aangescherpte publieke mediaopdracht die zich richt op de kerntaken informatie, cultuur en educatie. De nieuwe wetgeving waarop de uitwerking van het operationele toetsingskader gebaseerd wordt, is nog niet in werking getreden en kan daardoor ook nog niet dienen als basis voor onderhavig besluit. De NPO wil met NPO Plus bereiken dat het publiek alle programma s die zijn uitgezonden via de lineaire aanbodkanalen van de NPO tot 365 dagen na uitzending kan terugkijken. Daarnaast biedt NPO Plus previews en eerdere seizoenen van lopende series. Dit programma-aanbod is daarmee gelijk aan dat van de algemene programmakanalen van de NPO. Dat aanbod is beoordeeld in het kader van de programmatische keuzes en zal, wanneer het nieuwe operationele toetsingskader er is, straks ook aan dat kader getoetst zijn voordat het beschikbaar is via NPO Plus. Uiteraard moet het aanbod op alle aanbodkanalen van de publieke omroep wel bijdragen aan de uitvoering van de publieke mediaopdracht. Tot slot is de prestatieovereenkomst, die op basis van de nieuwe wetgeving en het toetsingskader wordt gesloten, nog niet tot stand gekomen, zodat ook deze nog niet in de besluitvorming kan worden betrokken. 10. Het is wel mogelijk NPO Plus te toetsen aan de distributiestrategie zoals die in het CBP is opgenomen. De NPO heeft in de aanvraag voor NPO Plus en hoofdstuk 3.3 van het CBP voldoende uitgelegd hoe NPO Plus past binnen de on demand distributiestrategie van de NPO. 11. Bestuursrechtelijke zorgvuldigheid brengt mee dat besluitvorming op een aanvraag niet afhankelijk wordt gemaakt van toekomstige kaders waarvan nog niet duidelijk is hoe die er 2