De machinist van de trein. De man die de trein bestuurt. De moeilijkste tekst

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De machinist van de trein. De man die de trein bestuurt. De moeilijkste tekst"

Transcriptie

1 1. Lees tekst 1 en tekst 2. De moeilijkste tekst Tekst 1 Tekst 2 De machinist van de trein Je kunt machinist op een trein ( meester ) worden mits je natuurkunde en wiskunde gedaan hebt. Iedere machinist heeft een telefooncentrale in de cabine. De spoorwegpolitie kan hem of haar dan inlichten over ongelukken, zodat hij of zij maatregelen kan treffen. De maximale dienstlengte van een machinist bedraagt negen uur. De man die de trein bestuurt De man die de trein bestuurt mag geen fouten maken, want dat is niet fijn voor de mensen in de trein. Denk maar eens aan ongelukken met treinen. Die zie je wel eens op tv of in de krant, of je hoort erover op de radio. In het hokje van de bestuurder van de trein zit een knop. Daar moet hij steeds op drukken. Als hij de knop loslaat, stopt de trein meteen. Naar: Primeur Naar: spreekbeurten.info 2. Welke tekst is moeilijker? Hoe komt dat? pagina 1 van 12 pagina 1 van 12

2 1. Lees de uitleg. Voordoen nadoen Soms staan er moeilijke woorden in een tekst. Wat doe je dan? Je werkt dan met voordoen-nadoen. Iemand anders doet voor wat hij of zij met een moeilijk woord uit de tekst doet. Hij op zij praat daarbij hardop. Je kijkt en luistert hoe hij of zij het doet. En je gaat het nadoen. Zo ben je het meteen ook weer aan het voordoen aan iemand anders. 2. Je gaat nu voordoen-nadoen met tekst 3. Je juf of meester begint met het voordoen van het eerste moeilijke woord. Luister goed. Tekst 3 Ook dieren houden van mensen Kijk eens hoe lief hij naar me kijkt. Dat zeggen we wel vaker over onze hond, kat of hamster. Maar kijken huisdieren echt lief? Kunnen ze van mensen houden? En van elkaar? Mensen houden van dieren Paul Zak werkt bij de universiteit. Daar onderzoekt hij dieren. Hij probeert er zoveel mogelijk over te weten te komen. Hij zegt: Mensen houden zoveel van dieren. Maar hoe komt dat? Dat ben ik gaan onderzoeken. Knuffelen Als iemand vriendelijk of lief is, dan voelen we dat. Er verandert zelfs iets in ons lichaam, zegt Paul. Er komt een stofje los in ons bloed. Dat noem je een hormoon. Het is een heel speciaal hormoon: het knuffelhormoon. Je vindt het bij mensen die elkaar graag zien: bij man en vrouw, bij ouder en kind, en bij vrienden. De stof zorgt ervoor dat we hartelijk en vriendelijk voor elkaar zijn. Bij dieren is dat ook zo. Bron: De Morgen, pagina 2 van 12 pagina 2 van 12

3 3. Ga dan verder met het tweede moeilijke woord. Lees het stukje hieronder voor. Zo doe je het woord aan iemand anders voor: Ik lees het moeilijke woord onderzoekt. Dat komt van onderzoeken. Wat betekent onderzoeken? Ik lees een stukje verder. Ik zie in de zin na het woord staan: probeert er zoveel mogelijk over te weten te komen. Ik weet dat mensen die bij de universiteit werken vaak dingen willen weten. En het is leuk om meer van dieren te weten. Dus ik denk dat onderzoeken is: proberen er zoveel mogelijk over te weten te komen. 4. Lees de tip. Voordoen-nadoen bij moeilijke woorden doe je zo: Lees de tekst. Bij een moeilijk woord zeg je: Ik lees Je leest het moeilijke woord. Ik zie Kijk naar het woord zelf en het plaatje. En lees de zinnen voor en na het woord. Ik weet Wat weet je al over het woord? Zeg dat. Dus ik denk Wat denk je dat het woord betekent? Dat zeg je hier. 5. Doe het nu zelf. Ga voordoen-nadoen bij het derde moeilijke woord: hormoon. Gebruik het hok hieronder: Ik lees het moeilijke woord. Wat zou dat woord betekenen? Ik lees een stukje terug. Ik zie dat in de zin voor het woord een woord staat dat hetzelfde betekent. Dat is het woord: Ik weet dat. Dus ik denk dat een hormoon is. 6. In de tekst staat nog een moeilijk woord: hartelijk. Hoe kom je achter de betekenis van dit woord? Gebruik het hok hieronder. Tip: Kijk naar het plaatje. Ik lees. Ik zie op het plaatje twee hondjes die. Ze zijn heel erg voor elkaar. Ik weet Dus ik denk dat hartelijk ongeveer hetzelfde is als pagina 3 van 12 pagina 3 van 12

4 Een stukje teruglezen of verder lezen Begrijp je een woord in een tekst niet? Dan pak je de woordhulp. Hoe kom je achter de betekenis van een moeilijk woord? Stap 1 is: Lees een stukje terug of verder. Hoe kan dat je helpen? Lees het in de uitlegblokjes en maak de vragen. Je wilt weten wat een woord betekent. Wat kun je doen? Je lees een stukje terug of verder. Daar staat soms een woord dat ongeveer hetzelfde betekent. 1. Lees de zinnen: Wat een kabaal hier! Kan dat lawaai niet stoppen? Wat betekent hetzelfde als kabaal? Je wilt weten wat een woord betekent. Wat kun je doen? Je leest een stukje terug of verder. Daar staat soms een woord dat het tegengestelde betekent. 2. Lees de zinnen: Mijn broek is helemaal smerig! Hij kwam net schoon uit de was. Wat is het tegenovergestelde van smerig? Wat betekent smerig dus? Je wilt weten wat een woord betekent. Wat kun je doen? Je lees een stukje terug of verder. Daar wordt soms uitgelegd wat het woord betekent. 3. Lees de zinnen: De storm raasde voorbij ons huis. Hij kwam heel snel voorbij. Onze oren deden pijn van het lawaai. Wat betekent razen? pagina 4 van 12 pagina 4 van 12

5 4. Lees tekst 4. Let op de moeilijke woorden. Daar staat een streep onder. Tekst 4 Naar de bibliotheek Youri en Kemal gaan naar de bibliotheek. Kemal moet zijn pasje laten verlengen. Met dat pasje kan hij boeken lenen. En dat moet nog langer blijven duren. Yusuf is een echte boekenwurm. Hij leest heel veel. Hij zoekt in de bibliotheek naar enerverende boeken. Saaie boeken vindt hij maar niets. Zijn broer had een tijd geleden een mysterieus boek gelezen. De titel is: Het geheim van de blauwe steen. Het klinkt geheimzinnig. Yusuf wil het ook gaan lezen. Helaas weet hij de naam van de schrijver niet. Maar gelukkig kun je die in de computer van de bibliotheek opzoeken. Je kunt dan de titel van een boek intypen. Dan krijg je ook de naam van de auteur te zien. Dat kun je probleemloos doen. Niemand vindt dat moeilijk. Bron: BV Taal 5. a. In tekst 4 staan zes moeilijke woorden. Lees steeds een stukje terug en verder. Zoek de betekenissen op in de tekst. Zet daar een streep onder. b. Hoe heb je de betekenis gevonden? Trek lijnen tussen de woorden en de vakjes bovenaan. Eén woord is al voorgedaan. Hetzelfde Tegengestelde Uitleg verlengen boekenwurm mysterieus auteur enerverend probleemloos pagina 5 van 12 pagina 5 van 12

6 Naar de plaatjes bij de tekst kijken 1. Soms kan een plaatje helpen, als je wilt weten wat een moeilijk woord betekent. Lees de uitleg. Je wilt weten wat een woord betekent. Wat kun je doen? Je kijkt naar het plaatje bij de tekst. Op het plaatje zie je soms wat het woord betekent. 2. Lees tekst 5. Tekst 5 Dieren nadoen Iedereen reist wel eens met een vervoermiddel. Maar wist je dat veel vervoermiddelen op dieren lijken? Vliegtuig Een vliegtuig ziet er net zo uit als een vogel. Allebei hebben ze een kop, een staart en vleugels. Raderboot En kijk eens naar een raderboot. De schoepen van zo n boot werken ongeveer hetzelfde als de zwemvliezen van een eend. Ze duwen allebei veel water weg. Hoe meer water ze wegduwen, hoe harder de eend en de boot gaan. Kangoeroe Een skippybal is geen echt vervoermiddel. Toch is een skippybal ook nagemaakt. Van een kangoeroe! Bron: H. Nagel, Pootjes, VPRO 3. a. Kijk in de inleiding. Daar staat: Maar wist je dat veel vervoermiddelen op dieren lijken? b. Kijk dan naar de plaatjes. Wat is een vervoermiddel? 4. a. Lees het stuk tekst bij Raderboot. Zijn schoepen mensen, dieren of dingen? Waarom denk je dat? b. Wat zijn schoepen? Hoe zien ze eruit? Hoe ben je daar achter gekomen? pagina 6 van 12 pagina 6 van 12

7 Naar het woord kijken 1. In teksten staan vaak moeilijke woorden. Soms bestaan die woorden uit twee stukjes. Lees de uitleg. Je wilt weten wat een woord betekent. Wat kun je doen? Je kijkt goed naar het woord. Soms ken je al een stukje van het woord! Voorbeeld: fototoestel Het woord fototoestel bestaat uit twee woorden: foto en toestel. Je weet wat een foto is en je weet wat een toestel is (een apparaat). Let op: bij deze woorden is het laatste woord meestal het belangrijkste! Het laatste woord van fototoestel is toestel. Een fototoestel is dus een toestel of apparaat waar je foto s mee kunt maken. 2. Kijk naar de plaatjes. Welke woorden zie je hier? Schrijf het bij de plaatjes in de vakjes. Wat valt je op bij deze woorden? 3. De woorden op de volgende bladzijde bestaan allemaal uit twee stukjes. Deze stukjes zijn zelf ook woorden. - Maak bij elk van die twee woorden een tekening. - Maak ook een tekening van het hele woord. Schrijf erbij wat het woord betekent. pagina 7 van 12 pagina 7 van 12

8 kledingkast kleding kast kledingkast Het betekent: tentdoek tent doek tentdoek Het betekent: goudzoeker goud zoeker/zoeken goudzoeker Het betekent: wegversmalling weg versmalling wegversmalling Het betekent: pagina 8 van 12 pagina 8 van 12

9 Opzoeken in het woordenboek 1. Zie je een woord dat je niet kent? Soms kom je zelf niet achter de betekenis. Wat doe je dan? Dat staat in de laatste stap van de woordhulp: Je kunt dan aan iemand anders vragen wat het woord betekent. Of je kunt het woord opzoeken het in woordenboek. 2. Hoe zoek je een woord op in een woordenboek? Lees samen met je juf of meester de uitleg: In een woordenboek zoek je op alfabet. Dat gaat van de letter A tot en met Z. Met welke letter begint het woord? Staat die letter achteraan in het alfabet? Dan hoef je niet vooraan in het woordenboek te gaan zoeken. Bovenaan de bladzijdes van het woordenboek staan woorden. Die beginnen met bepaalde letters. Zo zie je of je al een beetje op de goede plek aan het zoeken bent. Voorbeeld: Je moet het woord woerd opzoeken. Je slaat het woordenboek open. Een beetje achteraan, want de w zit achteraan het alfabet. Bovenaan de bladzijde staat wikkelen wisselen. Die woorden beginnen met een w. Dus dan weet je dat je ongeveer op de goede plek zoekt. Kijk dan naar de tweede letter van het woord. Voorbeeld: De tweede letter van woerd is de o. Je moet dan naar een andere bladzijde. Je komt op de bladzijde met bovenaan: wisselvallig wreed. De tweede letter van wreed is de r. De o komt nog voor de r in het alfabet. Je zit nu dus op de goede bladzijde. Kun je het woord nog niet vinden? Kijk dan naar de derde letter van het woord. En misschien nog naar de vierde, en zo verder. Heb je het woord gevonden? Achter het woord staat wat het betekent. Voorbeeld: Een woerd is een mannetjeseend. 3. Zet de volgende woorden in de volgorde van het alfabet: wisselvallig 1. vrucht 2. wreed 3. woerd 4. zink 5. vurig 6. wikkelen 7. pagina 9 van 12 pagina 9 van 12

10 4. Lees de zinnen. De moeilijke woorden staan vetgedrukt. Wat betekenen deze woorden? Zoek ze op in het woordenboek. Let op: zoek snel en goed! Wie heeft als eerste alle betekenissen gevonden? Dinsdag arriveert hij in Amsterdam. arriveren = Overal worden maatregelen genomen voor de veiligheid. de maatregel = Het schip kon nog net door de sluis. de sluis = Staan er bij een woord twee betekenissen? Kijk dan welke betekenis het beste in de zin past. Op dat schip staan veel containers. de container = pagina 10 van 12 pagina 10 van 12

11 Omgaan met moeilijke zinnetjes In een tekst staan wel eens zinnetjes die niet zo moeilijk lijken. Maar ze zijn dan soms toch moeilijk. Hoe kan dat? 1. Lees de tip. Begrijp je een zin niet? Kijk dan maar eens goed: misschien staan er woorden in die normaal iets anders betekenen. Bijvoorbeeld: Daar heb je de poppen aan het dansen. Dat betekent in een tekst meestal niet dat er echt poppen aan het dansen zijn. Maar het betekent: Nu beginnen de problemen. Zulke zinnetjes noem je een spreekwoord of gezegde. 2. Ken jij al veel spreekwoorden? Je krijgt een kaartje van je juf of meester. Er zijn twee soorten kaartjes: - Kaartjes waar een spreekwoord op staat; - Kaartjes waar de betekenis van een spreekwoord op staat. Loop door de klas. Heb je een spreekwoord? Zoek dan iemand die de betekenis van dat spreekwoord op zijn kaartje heeft staan. Heb je de betekenis op je kaartje? Zoek dan iemand met het goede spreekwoord. pagina 11 van 12 pagina 11 van 12

12 Welke strategie? Hoe komt je achter de betekenis van een moeilijk woord? Je gebruikt dan de volgende strategieën: 1. Je leest een stukje terug of verder. Daar wordt soms uitgelegd wat het woord betekent. Of er staat een woord dat hetzelfde of het tegengestelde betekent. 2. Je kijkt naar het plaatje. Daarop zie je soms wat het woord betekent. 3. Je kijkt naar het woord zelf. Misschien ken je al een stukje van het woord. 4. Wat doe je als je het dan nog niet weet? Je zoekt het woord op in het woordenboek. Vul het schema in. Welke strategie heb je gebruikt? En wat betekent het woord? Moeilijk woord (in een zin) Gerda was vroeger verslaafd aan toetjes. Ze kon niet zonder toetjes en at er wel tien op een dag. Vooral chocoladepudding vond ze heerlijk. Die at ze het liefst. Haar gewicht nam iedere week toe. Steeds woog ze weer meer dan in de vorige week. Soms probeerde ze te stoppen. Dat was tevergeefs. Op een dag zag ze op tv dat dikke mensen vaak erg ziek worden. Toen ging ze gezond eten. Bijvoorbeeld rauwkost. Ook dronk ze heel veel water. En groentesap. Dat groentesap maakte ze zelf in de blender. Handig! Strategie (vul het nummer in) Betekenis Ze is nu niet meer dik. En ze eet maximaal drie toetjes per dag. pagina 12 van 12 pagina 12 van 12

Tekst lezen en moeilijke woorden

Tekst lezen en moeilijke woorden Tekst lezen en moeilijke woorden 1. Lees de tekst met het stappenplan. Zet een lijn onder de woorden die jij moeilijk vindt. 2. Lees de uitleg. In een tekst staan soms woorden die je niet kent. Op de woordhulp

Nadere informatie

Voorspellen, tekst lezen en verwijswoorden begrijpen

Voorspellen, tekst lezen en verwijswoorden begrijpen Voorspellen, tekst lezen en verwijswoorden begrijpen 1. Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. Let op de titel, de kopjes en de plaatjes. 2. Lees de uitleg. In een tekst staan vaak verwijswoorden.

Nadere informatie

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.

Nadere informatie

Lesbrief 3. De fysiotherapeut.

Lesbrief 3. De fysiotherapeut. MDS-65 speakerstand Thema Gezondheid. Lesbrief 3. De fysiotherapeut. Inleiding Deze les gaat over praten met de fysiotherapeut. Een man, meneer Kaya, belt de fysiotherapeut. Hij maakt een afspraak. Hij

Nadere informatie

Titel/kopjes/plaatje: Ik denk aan: Dit weet ik er al over:

Titel/kopjes/plaatje: Ik denk aan: Dit weet ik er al over: 1. Lees de uitleg. Voorspellen en tekst lezen Voor je een tekst gaat lezen, voorspel je waarover hij gaat. Kijk eerst goed hoe de tekst eruitziet. Want je kunt aan de buitenkant van de tekst soms al zien

Nadere informatie

De Trampoline De Haar 200, Leidschendam. Lees de tekst met het stappenplan. Kom je nog moeilijke woorden tegen in de tekst? Gebruik dan de woordhulp.

De Trampoline De Haar 200, Leidschendam. Lees de tekst met het stappenplan. Kom je nog moeilijke woorden tegen in de tekst? Gebruik dan de woordhulp. Tekst lezen Lees de tekst met het stappenplan. Kom je nog moeilijke woorden tegen in de tekst? Gebruik dan de woordhulp. 1. Iedereen heeft wel een spijkerbroek. Spijkerbroeken zijn heel populair. Waardoor

Nadere informatie

Strategieles serie 2 Vragen stellen Handleiding niveau A

Strategieles serie 2 Vragen stellen Handleiding niveau A Deze strategieles bevat meerdere opdrachten rondom de strategie. Elke opdracht betreft een aspect van deze strategie. Het is de bedoeling dat u een keuze maakt uit de opdrachten. Stel vast met welk onderdeel

Nadere informatie

Actielessen. Lesbrief 1. Nederlands leren. Wat leert u in deze les? Veel succes!

Actielessen. Lesbrief 1. Nederlands leren. Wat leert u in deze les? Veel succes! http://www.edusom.nl Actielessen Lesbrief 1. Nederlands leren Wat leert u in deze les? Op welke manieren je Nederlands kunt leren. Zinnen met als. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente

Nadere informatie

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan? Les 1: Een poëziekaart maken poëziekaart Lees over Verbonden zijn. Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een Verbonden zijn De Nieuwsbegrip leesles gaat over de ramadan. Tijdens de ramadan voelen

Nadere informatie

rage [spreek uit: raa zju] su per markt super markt supermarkt Die ne ke Dieneke ra dijs radijs

rage [spreek uit: raa zju] su per markt super markt supermarkt Die ne ke Dieneke ra dijs radijs Tekst lezen en een schema invullen 1. Luister en lees mee. kwe ken kweken rage raa zju] moes tuin moestuin bakje moestuinbakjes actie aksie] tv teevee] tv pro gram ma tv-programma su per markt super markt

Nadere informatie

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan? Les 1: Een poëziekaart maken Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart Lees over Verbonden zijn. Verbonden zijn De Nieuwsbegrip leesles gaat over de ramadan. Tijdens de

Nadere informatie

Wat doe je in deze les?

Wat doe je in deze les? Handleiding Strategieles Ophelderen van onduidelijkheden niveau A Een onderdeel van Nieuwsbegrip XL zijn de strategielessen. De strategielessen zijn bedoeld om de strategieën voor begrijpend lezen bij

Nadere informatie

Dit weet ik er al over:

Dit weet ik er al over: Lees de uitleg. Voorspellen en tekst lezen Voor je een tekst gaat lezen, voorspel je waarover hij gaat. Kijk eerst goed hoe de tekst eruitziet. Want je kunt aan de buitenkant van de tekst soms al zien

Nadere informatie

titel/kopje/plaatje Ik denk aan: Dit weet ik er al over:

titel/kopje/plaatje Ik denk aan: Dit weet ik er al over: Lees de uitleg. Voorspellen en tekst lezen Voor je een tekst gaat lezen, voorspel je waarover hij gaat. Kijk eerst goed hoe de tekst eruitziet. Want je kunt aan de buitenkant van de tekst soms al zien

Nadere informatie

Les 1: Een verzorgingskaart maken voor je huisdier

Les 1: Een verzorgingskaart maken voor je huisdier Les 1: Een verzorgingskaart maken voor je huisdier Voorbereiden: hoe moet je je dier verzorgen? De Nieuwsbegriples gaat over vogelgriep. De vogels moet je nu goed verzorgen. Anders worden ze ziek. Eigenlijk

Nadere informatie

Les 1: Een verzorgingskaart maken voor je huisdier

Les 1: Een verzorgingskaart maken voor je huisdier Les 1: Een verzorgingskaart maken voor je huisdier Voorbereiden: hoe moet je je dier verzorgen? De Nieuwsbegriples gaat over vogelgriep. De vogels moet je nu goed verzorgen. Anders worden ze ziek. Eigenlijk

Nadere informatie

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

De Trampoline De Haar 200, Leidschendam

De Trampoline De Haar 200, Leidschendam Tekst lezen 1. Lees de tekst met het stappenplan. Kom je nog moeilijke woorden tegen in de tekst? Gebruik dan de woordhulp. 2. Het Eurovisie Songfestival wordt gehouden in Malmö, in Zweden. Kijk op de

Nadere informatie

Films kijken op internet: verboden of niet?

Films kijken op internet: verboden of niet? Les over auteursrecht tekst niveau A Films kijken op internet: verboden of niet? Veel mensen kijken graag naar films. Jij ook? Als je zin hebt om een film te zien, kun je natuurlijk naar de bioscoop gaan.

Nadere informatie

Wat doe je in deze les? Zo staat het in het stappenplan

Wat doe je in deze les? Zo staat het in het stappenplan Strategieles Ophelderen van onduidelijkheden Wat doe je in deze les? Bij Nieuwsbegrip lees je altijd een tekst. Je gebruikt dan het stappenplan Lezen en de woordhulp. Een stap op het stappenplan is ophelderen

Nadere informatie

Lesbrief 1. Bij de huisarts

Lesbrief 1. Bij de huisarts Thema Gezondheid Lesbrief 1. Bij de huisarts Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren met de huisarts. Uw klachten beschrijven. Vragen stellen aan de huisarts. Vragen van de huisarts beantwoorden. Veel

Nadere informatie

Les 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven

Les 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven Les 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven Wat voor tekst ga je schrijven en waarom? Op 31 oktober is het Halloween en op 11 november is het Sint-Maarten. Veel mensen weten niet zo goed wat voor feesten

Nadere informatie

Melkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool

Melkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Wat leert je kind? Taal en ouders: de basisschool Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Wat leert je kind?, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken

Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken Les 1: Je eigen vredesspreuk bedenken Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken Bekijk met de klas het Jeugdjournaalfilmpje op www.nieuwsbegrip.nl. Let er vooral op wat vrede precies betekent.

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.

Nadere informatie

Tekst lezen en moeilijke woorden

Tekst lezen en moeilijke woorden Tekst lezen en moeilijke woorden 1. Lees de tekst met het stappenplan. Zet tijdens het lezen een lijn onder de woorden die jij moeilijk vindt. 2. Lees de uitleg. In een tekst staan soms woorden die je

Nadere informatie

3. Wat betekent ergens hinder van ondervinden (regel 16)? Hoe ben je achter de betekenis gekomen?

3. Wat betekent ergens hinder van ondervinden (regel 16)? Hoe ben je achter de betekenis gekomen? Tekst lezen 1. Lees de tekst en gebruik het stappenplan als je het nodig hebt. Kom je nog moeilijke woorden tegen in de tekst? Gebruik dan de woordhulp. 2. Waarom hadden met name scholieren in Midden-

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 7. Eindverslag 86. Extra opdrachten 90. Tips voor op school 94

Inhoud. Inleiding 7. Eindverslag 86. Extra opdrachten 90. Tips voor op school 94 Inhoud Inleiding 7 deel 1 lees- en kijkbio Hoofdstuk 1 Verhalen vertellen 10 Hoofdstuk 2 Zelf verhalen vertellen 12 Hoofdstuk 3 Voorlezen 16 Hoofdstuk 4 Verhalen lezen 18 Hoofdstuk 5 Verhalen in boeken

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Opdracht 1 bij 4.1 * Doe de opdracht in groepjes. Uitleg voor de docent: Verdeel de klas in groepjes van vier à vijf cursisten. Op deze pagina staan kaartjes met lichaamsdelen

Nadere informatie

Hoe maak ik een werkstuk?

Hoe maak ik een werkstuk? Hoe maak ik een werkstuk? Je gaat, misschien wel voor de eerste keer, een eigen werkstuk maken. Dat is leuk, maar ook best moeilijk. Je moet er namelijk een heleboel voor doen. Heb je al eens een eigen

Nadere informatie

Les 4. De fysiotherapeut.

Les 4. De fysiotherapeut. http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 4. De fysiotherapeut. Inleiding Deze les gaat over praten met de fysiotherapeut. Een man, meneer Bashir, belt de fysiotherapeut. Hij maakt een afspraak. Hij zegt

Nadere informatie

Melkweg. Een dagje ouder. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Ouder worden

Melkweg. Een dagje ouder. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Ouder worden Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Een dagje ouder Ouder worden Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Een dagje ouder, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit katern

Nadere informatie

Les 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven

Les 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven Les 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven Wat voor tekst ga je schrijven en waarom? Op 31 oktober is het Halloween en op 11 november is het Sint-Maarten. Veel mensen weten niet zo goed wat voor feesten

Nadere informatie

Melkweg. Een dak boven je hoofd. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Het huis

Melkweg. Een dak boven je hoofd. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Het huis Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Een dak boven je hoofd Wonen: Het huis Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Een dak boven je hoofd, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn

Nadere informatie

Tekst lezen en vragen stellen

Tekst lezen en vragen stellen Tekst lezen en vragen stellen 1. Lees de uitleg. Als je een tekst leest, probeer je de tekst zo goed mogelijk te begrijpen. Maar dat gaat niet vanzelf. Je moet er iets voor doen. Tijdens het lezen komen

Nadere informatie

* Dit is belangrijk.?? Dit snap ik niet. / Dit is een moeilijk woord.

* Dit is belangrijk.?? Dit snap ik niet. / Dit is een moeilijk woord. Tekst lezen en een tekstschema maken 1. Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. Let op de titel, de kopjes en de plaatjes. 2. Lees de tekst actief. Kom je nog moeilijke woorden tegen in de

Nadere informatie

Uitleg bij de spellingskaartjes.

Uitleg bij de spellingskaartjes. Uitleg bij de spellingskaartjes. 1. De BLAUWE kaartjes zijn bedoeld om alleen te oefen met de spellingskaartjes 2. Met de Paarse kaartjes mag je met zijn tweeën oefenen met de spellingskaartjes 3. De Groene

Nadere informatie

E.H.B.O. Werkstuk Vera Kleuskens, groep 7

E.H.B.O. Werkstuk Vera Kleuskens, groep 7 E.H.B.O. Werkstuk Vera Kleuskens, groep 7 1 Vera Kleuskens groep 7 Inhoudsopgave Voorwoord... 3 Inleiding... 4 1. Wat is E.H.B.O... 5 2. E.H.B.O. vereniging... 6 3. Cursus... 7+8+9 4. Reanimatie en A.E.D....

Nadere informatie

Titel, plaatjes en kopjes

Titel, plaatjes en kopjes Strategie-activiteit Voorspellen 1 Titel, plaatjes en kopjes Voorspellen Je hebt een stukje van een leestekst gekregen. Kruis aan welk stukje. Ik heb: О een titel О een plaatje О kopjes Doe nu een voorspelling.

Nadere informatie

Voorwoord !!!! Wat heb je nodig?

Voorwoord !!!! Wat heb je nodig? Haas is op Kip Voorwoord Wat heb je nodig? Je gaat samen met je kind Haas is op Kip lezen. Dat is geschreven door Annemarie Bon. Deze leeshandleiding is van Marjolein van Muijden. De uitwerking en opmaak

Nadere informatie

Les 1. Bij de huisarts

Les 1. Bij de huisarts http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 1. Bij de huisarts Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren met de huisarts. Uw klachten beschrijven. Vragen stellen aan de huisarts. Vragen van de huisarts

Nadere informatie

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst Voorspellen Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. Let op de titel, de kopjes en het plaatje. Tekst lezen en vragen stellen over de tekst 1. Lees de uitleg. Als je een tekst actief leest,

Nadere informatie

Thema 3 Vervoer. Inhoudsopgave

Thema 3 Vervoer. Inhoudsopgave Thema 3 Vervoer Inhoudsopgave 3.1 Met de taxi 155 3.2 Regels in het verkeer 156 3.3 De tijd 157 3.4 Reizen met de trein 160 3.5 Wie, wat, waar? 161 3.6 Komen en gaan 163 3.7 Reizen met de auto 165 3.8

Nadere informatie

Tekst lezen en een woordenweb maken

Tekst lezen en een woordenweb maken Tekst lezen en een woordenweb maken Je gaat straks een tekst samenvatten. Je vertelt dan in het kort waar een tekst over gaat. Je vertelt in een paar zinnen wat het belangrijkste van een tekst is. 1. Je

Nadere informatie

Tekst lezen en een tekstschema invullen

Tekst lezen en een tekstschema invullen Tekst lezen en een tekstschema invullen 1. Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. 2. Lees de tekst. Kom je nog moeilijke woorden tegen in de tekst? Gebruik dan de woordhulp. Schrijf tijdens

Nadere informatie

Lesbrief begrijpend lezen (Nieuwsbegrip) tekst groep 5 en 6

Lesbrief begrijpend lezen (Nieuwsbegrip) tekst groep 5 en 6 tekst groep 5 en 6 Carnaval In een deel van Nederland vieren mensen weer carnaval. Carnaval duurt van 18 tot en met 21 februari. De mensen vieren dit feest ieder jaar. Carnaval is een feest met veel tradities

Nadere informatie

WERKEN MET VERHALEN VAN DE HODJA

WERKEN MET VERHALEN VAN DE HODJA WERKEN MET VERHALEN VAN DE HODJA Verhalen van de Hodja: Hassan en de tijgers Introductie van het verhaal - DILIT-luisteren: o De cursisten gaan per 2 zitten (bij voorkeur 2 cursisten met dezelfde moedertaal

Nadere informatie

Letters, woorden, boeken

Letters, woorden, boeken Melkweg Lezen van Alfa B naar Alfa C Letters, woorden, boeken Participatie: De bibliotheek Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Colofon Melkweg: Letters, woorden, boeken, 2016 Dit boekje

Nadere informatie

Les 2 opdrachten 1F. 2. Lees de tekst met het stappenplan. Welke antwoorden op je vragen heb je gevonden? Strategie: ophelderen van onduidelijkheden

Les 2 opdrachten 1F. 2. Lees de tekst met het stappenplan. Welke antwoorden op je vragen heb je gevonden? Strategie: ophelderen van onduidelijkheden Het Repair Café Tekst lezen 1. De tekst gaat over het repareren van spullen in het Repair Café. Wat zou je over het Repair Café willen weten? 2. Lees de tekst met het stappenplan. Welke antwoorden op je

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken

Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken Les 1: Je eigen vredesspreuk bedenken Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken Bekijk met de klas het Jeugdjournaalfilmpje op www.nieuwsbegrip.nl. Let er vooral op wat vrede precies betekent.

Nadere informatie

Met hulp: Tekst lezen en moeilijke woorden afleiden

Met hulp: Tekst lezen en moeilijke woorden afleiden Let op: je maakt Opdracht 1 Met hulp óf Opdracht 1 Zonder hulp Met hulp: Tekst lezen en moeilijke woorden afleiden 1. Kijk naar de tekst en voorspel waar deze over gaat. 2. Lees de tekst actief. 3. Kom

Nadere informatie

Les 6. Herhaling thema.

Les 6. Herhaling thema. http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 6. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden uit les 1, 2, 3, 4 en 5. Vragen beantwoorden. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente

Nadere informatie

Actielessen. Lesbrief 3. Leren in de bibliotheek. Wat leert u in deze les? Veel succes! http://www.edusom.nl

Actielessen. Lesbrief 3. Leren in de bibliotheek. Wat leert u in deze les? Veel succes! http://www.edusom.nl http://www.edusom.nl Actielessen Lesbrief 3. Leren in de bibliotheek Wat leert u in deze les? Hoe je kunt leren in de bibliotheek en op het internet Grammatica: voltooide tijd Veel succes! Deze les is

Nadere informatie

Verder is het handig als je dit boekje bij de hand hebt. Je hoeft het niet helemaal te printen!

Verder is het handig als je dit boekje bij de hand hebt. Je hoeft het niet helemaal te printen! Haas krijgt bezoek Voorwoord Wat heb je nodig? Je gaat samen met je kind Haas krijgt bezoek lezen. Dat is geschreven door Annemarie Bon. Je moet dat boekje dus bij de hand hebben. Je kunt het kopen, maar

Nadere informatie

Melkweg. In de war. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Gezondheid: Omgaan met problemen. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann

Melkweg. In de war. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Gezondheid: Omgaan met problemen. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Melkweg Lezen van Alfa B naar Alfa C In de war Gezondheid: Omgaan met problemen Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Colofon Melkweg: In de war, 2016 Dit boekje is een uitgave van Stichting

Nadere informatie

Thuis films kijken. Acteurs spelen het verhaal na. de acteur = iemand die voor zijn beroep toneelspeelt of in een film speelt

Thuis films kijken. Acteurs spelen het verhaal na. de acteur = iemand die voor zijn beroep toneelspeelt of in een film speelt Speciale les over auteursrecht tekst niveau AA Thuis films kijken 1 Jij kijkt vast wel eens naar een film. 2 Dat kan in de bioscoop. 3 Maar je kunt films ook thuis bekijken. Op internet. 4 Dat is lekker

Nadere informatie

In dit thema staat het creëren van een goede groepssfeer centraal. Les 2 Samenwerken Deze les gaat over helpen, geholpen worden en samenwerken.

In dit thema staat het creëren van een goede groepssfeer centraal. Les 2 Samenwerken Deze les gaat over helpen, geholpen worden en samenwerken. Thema 1 De groep? Dat zijn wij! overzicht van de lessen De groep? Dat zijn wij! In dit thema staat het creëren van een goede groepssfeer centraal. Les 1 Hier zijn we weer! In deze eerste les na de zomervakantie

Nadere informatie

Lesbrief begrijpend lezen groep 5 en 6 (Nieuwsbegrip)

Lesbrief begrijpend lezen groep 5 en 6 (Nieuwsbegrip) handleiding Deze les kunt u op dezelfde manier behandelen als de methode Nieuwsbegrip die wordt gebruikt voor begrijpend lezen. De tekst komt oorspronkelijk uit week 6-2010 en is toegespitst op het actuele

Nadere informatie

Melkweg. Pinnen mag. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Geld

Melkweg. Pinnen mag. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Geld Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Pinnen mag Geld Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Pinnen mag, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit katern is een uitgave

Nadere informatie

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me.

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me. Zonder hulp: onduidelijkheden ophelderen 1. Lees de tekst actief. Schrijf de volgende tekens in de kantlijn bij de tekst om te laten zien dat je actief leest. X Dit klopt niet met wat ik al wist/dacht.

Nadere informatie

Voorspellen en tekst lezen

Voorspellen en tekst lezen Voorspellen en tekst lezen 1. Lees de uitleg. Als je gaat lezen, doe je eerst een voorspelling. Waar zou de tekst over gaan? Kijk eerst goed hoe de tekst eruitziet. Want je kunt aan de buitenkant van de

Nadere informatie

4 manieren om Samsam te gebruiken

4 manieren om Samsam te gebruiken msam samsam = samen delen samen leren s a m e n werken Lesbrief wereldbu rgerscha p Samsam gaat over alle thema's van wereldburgerschap en kinderrechteneducatie. Door met de onderstaande opdrachten een

Nadere informatie

De beoordeling van je werkstuk

De beoordeling van je werkstuk De beoordeling van je werkstuk Inzet: - Je levert je werk op tijd in, op de datums die hieronder staan! - Je vraagt hulp als je iets niet snapt. - Je laat je werk in het klad zien, zodat je het nog kunt

Nadere informatie

Een schema invullen

Een schema invullen 12. In regel 35 staat: Ze lezen de krant en volgen het nieuws ook op radio, tv en online. Wie worden bedoeld met Ze? Vul in: lezen de papieren krant en volgen het nieuws ook op radio, tv en online. Vul

Nadere informatie

Handleiding Strategieles Verbanden niveau A

Handleiding Strategieles Verbanden niveau A Handleiding Strategieles Verbanden niveau A Een onderdeel van Nieuwsbegrip Zilver zijn de strategielessen. De strategielessen zijn bedoeld om de strategieën voor begrijpend lezen bij de leerlingen te introduceren

Nadere informatie

Dit wist ik al. X Dit klopt niet met wat ik al wist/dacht. * Dit is belangrijk.? Dit snap ik niet / dit is een moeilijk woord.! Dit valt me op!

Dit wist ik al. X Dit klopt niet met wat ik al wist/dacht. * Dit is belangrijk.? Dit snap ik niet / dit is een moeilijk woord.! Dit valt me op! Voorspellen en tekst lezen 1. Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. Let op de titel, de kopjes en de plaatjes. 2. Lees de tekst actief. Gebruik de volgende tekens bij de tekst om te laten

Nadere informatie

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst Voorspellen Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. Let op de titel, de kopjes en het plaatje. Tekst lezen en vragen stellen over de tekst 1. Lees de uitleg. Tijdens het lezen van een tekst,

Nadere informatie

Les 2. Naar het ziekenhuis.

Les 2. Naar het ziekenhuis. http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 2. Naar het ziekenhuis. Wat leert u in deze les? De weg vragen. Om herhaling en verduidelijking vragen. Je naam spellen. Vragen stellen en beantwoorden. Veel succes!

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Opdracht 1 bij 4.2 Vraag en antwoord. Cursist A: lees de vraag hardop. Cursist B: lees het antwoord hardop. 1. Moet je morgen naar de tandarts? 1. Nee, ik moet morgen

Nadere informatie

werkbladen thema 7 DE BASISSCHOOL

werkbladen thema 7 DE BASISSCHOOL werkbladen thema 7 DE BASISSCHOOL 7.0 vragen bij de film alleen Kijk naar de film. Geef antwoord op de vragen. eerste ronde filmkijken 1 2 3 Badria vindt Nederlands moeilijk. De juf komt op huisbezoek.

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. Naar het ziekenhuis.

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. Naar het ziekenhuis. Thema Gezondheid Lesbrief 2. Naar het ziekenhuis. Wat leert u in deze les? De weg vragen. Om herhaling en verduidelijking vragen. Je naam spellen. Vragen stellen en beantwoorden. Veel succes! 1 HET GESPREK

Nadere informatie

Lesbrief bij Niemand mag het weten. Trudy van Harten

Lesbrief bij Niemand mag het weten. Trudy van Harten Lesbrief bij Niemand mag het weten Trudy van Harten Voor groep 6 en 7 Inhoud van deze lesbrief - Thema s in het boek - Lesopzet - Doel van de les - Uitwerking - Bijlage 1: Opdrachtenblad - Bijlage 2: Niemand

Nadere informatie

RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / 8 3124 SG Schiedam Tel.: 010-4717036 / 010-2470164

RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / 8 3124 SG Schiedam Tel.: 010-4717036 / 010-2470164 R.K. Basisschool De Vlinder RV 07 R.K. Basisschool de Vlinder groep 8 Stockholm 3 / 8 3124 SG Schiedam Tel.: 010-4717036 / 010-2470164 GOEDE STUDIEGEWOONTEN Bij goed studeren (leren) of huiswerk maken

Nadere informatie

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me.

? Hier heb ik een vraag bij.?? Dit snap ik niet.! Dit valt me op! N Dit is nieuw voor me. 1. Kijk naar de titel en de tussenkopjes van de tekst. Kijk ook naar het plaatje. Waar gaat de tekst over? 2. Tijdens deze les let je extra op moeilijke woorden in de tekst. Kies of je opdracht 1 met hulp

Nadere informatie

Testboekje voor groep 4

Testboekje voor groep 4 Testboekje voor groep 4 Niet Schoolse Cognitieve Capaciteiten Test GION Gronings Instituut voor Onderzoek van onderwijs, Opvoeding en ontwikkeling Rijksuniversiteit Groningen Vul eerst op het antwoordformulier

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema. http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 16. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden van les 12, 13, 14 en 15. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag

Nadere informatie

Stel: je wordt op een ochtend wakker en je merkt dat je onzichtbaar bent geworden. Wat ga je doen? Hoe voel je je? Schrijf er een verhaaltje over.

Stel: je wordt op een ochtend wakker en je merkt dat je onzichtbaar bent geworden. Wat ga je doen? Hoe voel je je? Schrijf er een verhaaltje over. Stel: je komt een fee tegen en je mag één wens doen. Wat zou je wensen? Wat zou er daarna gebeuren? Hoe zou je je voelen? Schrijf hier een kort verhaaltje over. Stel: je wordt op een ochtend wakker en

Nadere informatie

Let op! Alles graag getypt in lettergrootte 12, lettertype mag je zelf kiezen.

Let op! Alles graag getypt in lettergrootte 12, lettertype mag je zelf kiezen. Beste leerling van groep 6 en ouders, Afgelopen weken zijn de leerlingen bezig geweest met het maken van een klad-werkstuk, over een onderwerp naar eigen keuze. Thuis moeten de leerlingen het net-werkstuk

Nadere informatie

Wat weet ik al over het onderwerp? (Kennis ophalen)

Wat weet ik al over het onderwerp? (Kennis ophalen) HANDLEIDING BLOK 1, WEEK 3, LES 1 GROEP 4 achtergrondinformatie Leesstrategie Wat weet ik al over het onderwerp? (Kennis ophalen) Lesdoelen De kinderen kunnen: bedenken wat ze al weten over het onderwerp.

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek.

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek. http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek. Wat leert u in deze les? Moeten en hoeven gebruiken. Vragen hoe het met uw kind gaat. Veel succes! Deze les is ontwikkeld

Nadere informatie

Voordat je de toets maakt Je gaat een toets maken. Je krijgt drie teksten met opdrachten. Je krijgt eerst een voorbeeld.

Voordat je de toets maakt Je gaat een toets maken. Je krijgt drie teksten met opdrachten. Je krijgt eerst een voorbeeld. Voordat je de toets maakt Je gaat een toets maken. Je krijgt drie teksten met opdrachten. Je krijgt eerst een voorbeeld. pagina 1 van 9 Voorbeeldtekst William James Sidis William James Sidis is geboren

Nadere informatie

Luister naar het gedicht en lees mee met de tekst. Vul de ontbrekende woorden in.

Luister naar het gedicht en lees mee met de tekst. Vul de ontbrekende woorden in. 18 Elka Le Mair De boekenwurm werkblad 1 Luister naar het gedicht en lees mee met de tekst. Vul de ontbrekende woorden in. De boekenwurm Elka Le Mair Ik vond laatst een boekenwurm Kruipend (1) het gras

Nadere informatie

De ontwikkelde materialen per unit.

De ontwikkelde materialen per unit. Handleiding. Dit is de handleiding voor het remediërende programma voor de leeszwakke leerling bij het vak Engels. De hulpmiddelen zijn ontwikkeld voor leerlingen die bij de toetsen technisch lezen uitvallen

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een

Nadere informatie

Thema Informatie vragen bij een instelling

Thema Informatie vragen bij een instelling http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Les 29. Bellen over een probleem Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over een probleem op het werk. Woorden die aangeven hoe vaak

Nadere informatie

De beoordeling van je werkstuk

De beoordeling van je werkstuk De beoordeling van je werkstuk Inzet: - Je levert je werk op tijd in, op de datums die hieronder staan! - Je vraagt hulp als je iets niet snapt. - Je laat je werk in het klad zien, zodat je het nog kunt

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? om de directeur te overtuigen. Wat voor tekst schrijf je? een overtuigende tekst. Voorbereiden van je overtuigende tekst

Waarom ga je schrijven? om de directeur te overtuigen. Wat voor tekst schrijf je? een overtuigende tekst. Voorbereiden van je overtuigende tekst niveau A, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Waarom ga je schrijven? om de directeur te overtuigen Voor welk feest zou je in ieder geval een vrije dag willen hebben? Wat voor tekst schrijf je?

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.

Nadere informatie

ie - de - reen iede - reen iedereen Wa - sa - bi Wasabi aard - be - ving aard - beving aardbeving te - le - vi - sie tele - visie televisie

ie - de - reen iede - reen iedereen Wa - sa - bi Wasabi aard - be - ving aard - beving aardbeving te - le - vi - sie tele - visie televisie Tekst lezen en moeilijke woorden 1. Kijk naar de tekst. Waar gaat de tekst over? 2. Luister en lees mee. Big Hero 6 [spreek uit: bik hieroo siks] ie - de - reen iede - reen iedereen hulp - ro - bot hulp

Nadere informatie

Taal op niveau Luisteren Op weg naar niveau

Taal op niveau Luisteren Op weg naar niveau Taal op niveau Luisteren Op weg naar niveau 1F Naam: Groep: Uitgeverij: Edu Actief b.v. Meppel Auteur: Annemieke Struijk Redactie: Edu Actief b.v. Meppel Vormgeving: Edu Actief b.v. Meppel Illustraties:

Nadere informatie

Met hulp: vragen over de tekst bedenken en beantwoorden

Met hulp: vragen over de tekst bedenken en beantwoorden Let op: je maakt Opdracht 1 Met hulp óf Opdracht 1 Zonder hulp 1. Lees de uitleg. Met hulp: vragen over de tekst bedenken en beantwoorden Als je een tekst actief leest, probeer je de tekst zo goed mogelijk

Nadere informatie

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6 We gaan een werkstuk maken en je mag het helemaal zelf doen. Het is helemaal jouw eigen werkstuk. Maar om je even goed op weg te helpen hebben we hieronder alle stapjes even op een rij gezet. Wat moet

Nadere informatie

HANDLEIDING BLOK 1, WEEK 1, LES 1 GROEP 4

HANDLEIDING BLOK 1, WEEK 1, LES 1 GROEP 4 HANDLEIDING BLOK, WEEK, LES GROEP achtergrondinformatie Leesstrategie Waarom lees ik de tekst? (Leesdoel bepalen) Lesdoelen De kinderen kunnen: vertellen wat een tekst is; opnoemen welke teksten ze voor

Nadere informatie

Lesbrief 6. Herhaling thema.

Lesbrief 6. Herhaling thema. Thema Gezondheid Lesbrief 6. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden uit les 1, 2, 3, 4 en 5. Vragen beantwoorden. Veel succes! Deze lesbrief is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag

Nadere informatie

Het verstaan van spraak door kinderen van 8, 9, 10 en 11 jaar

Het verstaan van spraak door kinderen van 8, 9, 10 en 11 jaar Het verstaan van spraak door kinderen van 8, 9, 10 en 11 jaar Wij zijn heel blij dat je mee wilt doen aan ons onderzoek! Je vader of moeder heeft je misschien al iets verteld over het onderzoek. Voor het

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 1 bij 1.2 * Doe de opdracht met de groep. Uitleg voor de docent: De cursisten lopen door elkaar door het lokaal. Laat de cursisten elkaar in tweetallen begroeten,

Nadere informatie

Dit is het begeleidende e-book bij Haas wint een Beer

Dit is het begeleidende e-book bij Haas wint een Beer Haas wint een Beer Voorwoord Dit is het begeleidende e-book bij Haas wint een Beer Het is gemaakt door Marjolein van Muijden die jarenlange ervaring heeft met het begeleiden van kinderen met leesproblemen.

Nadere informatie

Kies 4 kinderen uit en zing de zeppelin. Rijd als een auto door de klas en geef iedereen een autodropje

Kies 4 kinderen uit en zing de zeppelin. Rijd als een auto door de klas en geef iedereen een autodropje Kies 4 kinderen uit en zing de zeppelin. Rijd als een auto door de klas en geef iedereen een autodropje Rijd als een auto achteruit door de klas en geef iedereen een autodropje Zing het liedje gaan we

Nadere informatie