Schoolgids Cbs De Flambou, schooljaar

Transcriptie

1 1 SCHOOLGIDS

2 Voorwoord Beste ouders/verzorgers, Een schoolgids, waarom? Scholen verschillen van elkaar. Dat maakt het kiezen voor ouders er niet makkelijker op. Daarom maken we ieder schooljaar een schoolgids. De schoolgids is bedoeld voor ouders waarvan de kinderen nu op De Flambou zitten en voor ouders van toekomstige leerlingen. Naast de praktische zaken zoals schooltijden, vakanties, groepsverdeling en dergelijke besteden we in deze schoolgids aandacht aan de identiteit, de visie en missie van De Flambou, de inhoud van het onderwijs, de wijze waarop we de ontwikkeling van leerlingen bijhouden, de rol van de ouders binnen de school etc. Kortom een informatiegids waarin een zo volledig mogelijk beeld wordt geschetst van het reilen en zeilen op De Flambou. Deel A en deel B Voor u ligt de schoolgids van Cbs De Flambou (deel B). De Flambou is één van de 13 basisscholen van de Vereniging voor Christelijke Basisonderwijs Noardwest Fryslân. Aan het begin van elk schooljaar verschijnt de schoolgids. De schoolgids bestaat uit twee delen. Deel A wordt tweejaarlijks uitgegeven en bevat informatie over de vereniging en de school die niet elk jaar veranderd. Deel B is een schoolspecifiek deel. De schoolgids moet ouders in staat stellen om een weloverwogen besluit te nemen ten aanzien van de schoolkeuze voor hun kind. Daarnaast is de schoolgids bedoeld om ouders die al een kind op school hebben te informeren over het schooljaar, de werkwijze en de mogelijkheden die De Flambou biedt. Schoolplan, onderwijsgids en website Naast deze schoolgidsen beschikt de school over een schoolplan. Het schoolplan is een document wat het onderwijskundig beleid, het personeelsbeleid en het beleid met betrekking tot bewaking en verbetering van de kwaliteit van het onderwijs beschrijft. Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen geeft een onderwijsgids uit. Deze gids geeft informatie over rechten, plichten en mogelijkheden binnen het onderwijs. Het schoolplan en de onderwijsgids liggen op school ter inzage. Verder vindt u op de site van de school veel informatie over De Flambou. Ik hoop dat deze schoolgids u die informatie geeft die u wenst. Uiteraard bent u altijd welkom op school voor een toelichting. Voor opmerkingen over de schoolgids houden wij ons aanbevolen. Met vriendelijke groet, Dorien Zijlstra-Reitsma Directeur Cbs De Flambou Skoalstrjitte 2, 8854 AN Oosterbierum deflambou@cbo-nwf.nl 1

3 Inhoudsopgave Voorwoord 1 1 Even voorstellen Wie zijn wij? Identiteit Doelstellingen Missie Visie School en gedragsregels 7 2 De school nader bekeken Schoolorganisatie Schoolgrootte Groepsverdeling Plattegrond 9 3 Inhoud van het onderwijs 10 Kerndoelen 10 Godsdienstige vorming 10 Rekenen/Wiskunde 10 Nederlandse taal 10 Schrijfonderwijs 11 Friese taal 11 Engelse taal 11 Oriëntatie op mens en wereld 11 Burgerschap 12 Verkeer 12 Kunstzinnige oriëntatie 12 Culturele vorming 12 Bewegingsonderwijs 12 ICT 13 Sociaal emotionele ontwikkeling 13 Voorlichting alcohol- en drugs gebruik 13 Vrijstelling van onderwijs activiteiten 13 Lesrooster 13 Kwartieren tabel 14 4 Zorg 15 Passend onderwijs 15 Schoolondersteuningsprofiel 15 Nieuwe kinderen 15 Aannamebeleid leerlingen 15 Uitwerking van de zorg 16 Individuele ondersteuning 17 Zorg voor begaafde leerling 17 Overlegmomenten in- en extern 18 Gebiedsteam Franekeradeel 18 Schoolmaatschappelijk werk 18 Jeugdgezondheidszorg 19 Overgang groep 1 t/m 3 20 Overgang groep 4 t/m

4 Pesten 21 Verwijsindex 21 Uitstroom naar het voortgezet onderwijs 21 5 Onderwijskundig beleid 23 Ieder kind recht doen 23 Schoolplan 23 Terugblik op het vorig schooljaar. 23 Het jaarplan 23 Inspectie 23 6 Contact met de ouders 24 Schoolgids 24 Website 24 Fakkelnijs 24 Contactavonden 24 Kennismakingsbezoek 24 Ouderavond 24 Inloopochtend en -middag 24 Informatieavond en open avond 24 Rapport 24 Tentoonstelling 25 Klassenouders 25 Ouderparticipatielijst 25 Enquête 25 Afspraak 25 MR 25 7 Overige informatie 26 Schooltijden 26 Pleinwacht 26 Ziekte 26 Vakantierooster 26 Verzuim 26 Ouderbijdrage 26 Zending 27 Huiswerk 27 Schoolreisje 27 Voor- en naschoolse opvang 27 Arboplan 28 Ontruimingsplan 28 Logboek speeltoestellen 28 Rookvrije school 28 Trakteren 29 Fruit eten 29 Sport 29 Hoofdluis 29 Schoolfotograaf 29 Internet protocol 29 8 Adressen 30 3

5 1 Even voorstellen 1.1 Wie zijn wij? We vertellen de kinderen verhalen uit de bijbel en zingen christelijke liederen. Vanuit de christelijke identiteit vinden we elk kind uniek en waardevol, elk kind krijgt de ruimte om zich te ontwikkelen. Ook vieren wij de kerkelijke feesten, waarbij we vooral aan het Kerstfeest en aan het Paasfeest bijzondere aandacht besteden. Zo houden we in de adventstijd weekopeningen met alle leerlingen van de school. Eén keer per jaar bereiden we, samen met de plaatselijke kerk en de ouders, een Kerk-, School- en Gezinsdienst voor. 1.3 Doelstellingen In 1987 kreeg onze basisschool de naam De Flambou. Met als logo, een brandende fakkel. Met dit symbool willen wij tot uitdrukking brengen dat we warmte en licht uitstralen. We willen als flambou het pad verlichten dat een kind in zijn/haar eerste onderwijsjaren volgt. We willen dat het kind zich daarbij omgeven voelt door de warmte van de fakkel, zich veilig voelt op onze school. We hopen dat u ons herkent in het logo. 1.2 Identiteit De Flambou is een christelijke basisschool. Wij baseren ons onderwijs op de waarden en normen uit de christelijke traditie. We werken vanuit ons geloof in God. Respect is voor ons een sleutelwoord dat volgt uit het grote gebod uit de Bijbel: Heb je naaste lief als jezelf. Vanuit onze christelijke levensovertuiging willen wij kinderen bijbrengen dat omgaan met je medemens belangrijk is. Eigen ontwikkeling is alleen mogelijk wanneer je voldoende respect voelt voor je naaste. We leren de kinderen om voor elkaar te zorgen en elkaar te respecteren. We leren de kinderen ook hun leefwereld te respecteren en daarvoor zorg te dragen. In onze school hangen de volgende leefregels, die we regelmatig met de kinderen bespreken en waarnaar we regelmatig verwijzen: We praten, spelen en werken op een goede manier. We gebruiken de ruimte zoals die bedoeld is. We zijn zuinig op onze eigen en elkaars spullen. Hieronder worden de doelstellingen zoals ze door het ministerie van OC&W van ons worden verwacht en waar wij aan voldoen beschreven. 1. Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. Het wordt afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. 2. Het onderwijs richt zich in elk geval op de emotionele en de verstandelijke ontwikkeling, en op het ontwikkelen van creativiteit, op het verwerven van noodzakelijke kennis en van sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden. 3. Het onderwijs: a. gaat er mede van uit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving, b. is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie, en c. is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten. 4. Ten aanzien van leerlingen die extra zorg behoeven, is het onderwijs gericht op individuele begeleiding die is afgestemd op de behoeften van de leerling. 5. Het bevoegd gezag stelt ten minste eenmaal in de 4 jaar een schoolondersteuningsprofiel vast. 4

6 6. Het onderwijs aan een speciale school voor basisonderwijs is tevens erop gericht leerlingen waar mogelijk tot het volgen van onderwijs in basisscholen of scholen voor voortgezet onderwijs te brengen. 7. De scholen voorzien in een voortgangsregistratie omtrent de ontwikkeling van leerlingen die extra zorg behoeven, en omtrent leerlingen die onderwijs volgen als bedoeld in artikel Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat: a. de leerlingen in beginsel binnen een tijdvak van 8 aaneensluitende schooljaren de school kunnen doorlopen; b. de leerlingen in 8 schooljaren ten minste 7520 uren onderwijs ontvangen, met dien verstande dat de leerlingen in de eerste 4 schooljaren ten minste 3520 uren onderwijs en in de laatste 4 schooljaren ten minste 3760 uren onderwijs ontvangen, en aan de leerlingen in de laatste 6 schooljaren ten hoogste 7 weken van het schooljaar 4 dagen per week onderwijs wordt gegeven, die evenwichtig zijn verdeeld over het schooljaar, bij een schoolweek van in beginsel niet minder dan 5 dagen onderwijs, en c. de onderwijsactiviteiten evenwichtig over de dag worden verdeeld, tenzij afwijking van deze verdeling van belang is in verband met activiteiten in het kader van het voorkomen en bestrijden van onderwijsachterstanden. 9. Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat leerlingen die in verband met ziekte thuis verblijven dan wel zijn opgenomen in een ziekenhuis, op adequate wijze voldoende onderwijs kunnen genieten. 10. Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat daarbij op structurele en herkenbare wijze aandacht wordt besteed aan het bestrijden van achterstanden in het bijzonder in de beheersing van de Nederlandse taal, waarin ook door middel van vroegschoolse educatie kan worden voorzien. 1.4 Missie Op grond van bovenstaande doelstellingen hebben we de missie van onze school als volgt omschreven. Vanuit de christelijke traditie en de daarbij behorende waarden en normen willen we kinderen leiden en begeleiden op de weg naar een harmonieus zelfstandig handelend mens rekening houdend met de individuele mogelijkheden. 1.5 Visie Waarden op de Flambou Op de Flambou werken we en geven we ons onderwijs vorm onder de slogan Samen spelen, samen leren, samen leven. Dit geven we vorm volgens de onderstaande waarden, dit noemen we onze kernwaarden. 1. Respect 2. Vertrouwen 3. Betrokkenheid 4. Verwondering Respect De Flambou is een christelijke basisschool. Het onderwijs op onze school is gebaseerd op waarden en normen uit de christelijke traditie. Respect is voor de Flambou het sleutelwoord dat volgt uit de bijbelse norm heb je naaste lief als jezelf. Respect zit in onze houding ten opzichte van elkaar. We accepteren elkaar zoals we zijn. Op de Flambou leren we kinderen voor elkaar te zorgen en elkaar te respecteren. Kinderen leren ook dat zij zorg en respect moeten hebben voor hun omgeving. We leren de kinderen ook hun leefwereld te respecteren en daarvoor zorg te dragen. Belofte: wij beloven dat wij op De Flambou met respect met je omgaan en dat wij je helpen bij het omgaan met anderen zonder te pesten en gepest te worden. In de praktijk van alle dag betekent dit: We hanteren de schoolregels waarin respectvol met elkaar omgaan, rekening houden met elkaar, iedereen mag er zijn, uitgangspunten zijn. We hebben aandacht voor het voorkomen van pestgedrag door vanaf groep 1 de training Rots en Water te geven. Kinderen van verschillende leeftijden zitten bij elkaar in een groep, leren van en met elkaar. 5

7 Vertrouwen Wij vinden het belangrijk dat kinderen, ouders en leerkrachten zich thuis voelen op onze school. We werken in een vertrouwde en veilige omgeving aan een goed pedagogisch klimaat. Elk kind mag zijn wie het is. We hebben vertrouwen in elkaar en elkaars kunnen. Vanuit het vertrouwen in elkaar gebruiken we elkaars talenten. Vanuit het vertrouwen hebben de school, de kinderen en de ouders elk hun eigen verantwoordelijkheid. Er is een open en duidelijke communicatie en we geven elkaar het vertrouwen. We hebben vertrouwen in elkaar en elkaars kunnen. Vanuit dit vertrouwen gebruiken we elkaars talenten. Er is een open en duidelijke communicatie en we geven elkaar vertrouwen. De school, de kinderen en de ouders hebben hier elk hun eigen verantwoordelijkheid. Vanuit het vertrouwen kan ieder zijn eigen rol invullen en ontwikkelen. Belofte: We beloven dat we je vertrouwen en verantwoordelijkheid geven voor je eigen leren. In de praktijk van alle dag betekent dit: Kinderen werken met een weektaak, waarin ze hun eigen verantwoordelijkheid nemen voor hun leren door zelf te plannen. Betrokkenheid Een goede leerkracht is betrokken bij de leerlingen en de thuissituatie. Betrokkenheid houdt in dat je elke leerling persoonlijke, positieve aandacht geeft. Betrokkenheid van de leerkracht heeft invloed op het welbevinden van kinderen en zorgt ervoor dat het zelfvertrouwen van de leerlingen toeneemt. Als de leerkracht zich betrokken toont bij het wel en wee van zijn leerlingen, zorgt dat ook voor een sterkere band met hen. Een goede relatie met de leerlingen heeft invloed op het onderwijs en de sfeer in de klas. Betrokkenheid van ouders bij de opvoeding en het onderwijs van hun kind, zowel thuis als op school is essentieel. Ouderbetrokkenheid heeft een positieve invloed op het kind. Het heeft niet alleen te maken met het welzijn van het kind, maar het verhoogt ook de schoolprestaties. Belofte: Wij beloven naar je te luisteren als jij zegt wat je wilt leren en wij beloven goed te kijken hoe jij het beste leert. In de praktijk van alle dag betekent dit: Dat we gezamenlijk onderwijs vormgeven; dat ouders in de school mee het onderwijs vormgegeven, dat er veel gebruik gemaakt wordt van gastlessen, dat bedrijven in het dorp betrokken worden bij het onderwijs op de Flambou. We zoeken de aansluiting bij bedrijven en organisaties in onze gemeenschap. Ook houden we omgekeerde 10 minutengesprekken, waarin ouders mogen vertellen hoe zij hun kind zien. We gaan steeds meer werken met eigen leervragen. Wat wil jij weten, op welke manier ga je het aanpakken en zo kun je je op je eigen manier en in eigen tempo ontplooien. We gaan werken met portfolio s waarin jij zelf kunt laten zien aan de leerkracht en je ouders waar je mee bezig bent en waar je naar toe wilt werken. Verwondering Leren begint met verwonderen. Verwondering is prachtig en waardevol en vraagt openheid en nieuwsgierig zijn naar de ander en de wereld om ons heen. Mensen zijn van nature nieuwsgierig, daar is geen druk van buitenaf voor nodig. Verwondering stelt ons in staat om op een andere manier te kijken naar alledaagse zaken. Verwondering betekent stilstaan. Het heeft te maken met ontdekkingen en nieuwe ervaringen. Op de Flambou willen we ons richten op de verwondering en vindingrijkheid, op nieuwsgierigheid en creatief denken, als motoren van het onderzoekend en ontwerpend leren. Door een onderzoekende houding bij kinderen te stimuleren willen we kinderen helpen hun eigen talenten te ontdekken en te ontwikkelen. Belofte: Wij beloven je te helpen nieuwsgierig te zijn en de goede vragen te stellen zodat je zelf kunt bepalen wat je wilt leren. We beloven dat we je helpen om te ontdekken wat je talenten zijn en om nog beter te worden in datgene waar je al goed in bent. In de praktijk van alle dag betekent dit: We werken met Topondernemers, waarin jij zelf mag kiezen op welke deelvraag van het gekozen onderwerp je antwoorden wilt geven. Dat we ons onderwijs zo vorm geven dat je je kunt verwonderen, dat je je talenten ontdekt door veel creatief (muziek, koken, in de tuin, enzovoort) met elkaar bezig te zijn. We denken aan talent- 6

8 rondes waarin de technische vakken en ict een plek krijgen. Deze waarden gelden voor iedereen en aan deze waarden toetsen we regelmatig ons onderwijs. Drietalig Onderwijs We hebben gekozen voor drietalig onderwijs. De kinderen groeien op in een tweetalige situatie. We sluiten aan bij de thuistaal van de kinderen. Daarnaast leven we in een sterk Engels georiënteerde samenleving en is voor ons Engels een logische invulling van de derde taal. Hierdoor leren de kinderen zich bewust worden van de meertaligheid en wordt het algemene taalgevoel van de kinderen gestimuleerd en versterkt. It oanlearen fan mear talen is belangryk foar de ynternasjonale kommunikaasje. Of, om it hiel simpel te sizzen: de bern moatte har yn binnenen bûtenlân rêde kinne. Út ynternasjonaal wittenskiplik ûndersyk hat boppedat kear op kear dúdlik bliken dien dat de basisskoalle oandacht jaan moat oan de memmetaal fan it bern. As dy goed ûntwikkele wurdt, kinne dêr folle makliker oare talen oan tafoege wurde. Foardielen fan meartalich ûnderwiis: De bern binne harren bewust fan meartaligens; De bern wurde taret op in Europa dêr t ferskillende talen in rol spylje; De bern behearskje al op jonge leeftyd mear talen as allinne harren memmetaal; It algemiene taalgefoel fan de bern wurdt stimulearre en fersterke. Wat betsjut it foar de skoalle? By trijetalich ûnderwiis spylje trije talen in grutte rol yn de skoalle. De trije talen wurde net allinne as fak ûnderwiisd, mar ek brûkt om les yn te jaan by oare fakken. Op 24 maaie 2012 hat de Flambou it sertifikaat Trije Talige Skoalle krigen. Yn 2016 binne wy in 3TS plus skoalle wurden. 1.6 School en gedragsregels Orde en rust in een school zorgen voor een goed schoolklimaat waarin elke leerling optimaal kan profiteren van het onderwijs. We hebben daarom drie schoolregels opgesteld. We praten, spelen en werken op een goede manier. We gebruiken de ruimte zoals die bedoeld is. We zijn zuinig op onze eigen en elkaars spullen. Bij deze drie regels hebben we beschreven welk gedrag we willen zien. Dit gedrag wordt in diverse lessen met de kinderen besproken. Daarnaast worden er 10 lessen Rots en Water gegeven. Het Rots en Water programma richt zich op bewustwording van eigen kracht en mogelijkheden en het vermogen om met andere mensen samen te spelen, te werken en te leven in een snel veranderende samenleving. Als je als kind (mens) jezelf niet kent, begrijp je een ander ook niet en wordt het moeilijk met die ander een respectvolle relatie op te bouwen. Sociale competentie betekent dan ook dat kinderen van jongs af aan met elkaar leren samen te spelen. Samen spelen leidt tot samen werken wat leidt tot samen leven. Spelenderwijs ontdekt het kind de wereld en ontwikkelt het zelfbewustzijn en zelfvertrouwen, vertrouwen in een ander en sociale vaardigheden. Pestgedrag tolereren we niet. Toch komt dat, helaas, ook op onze school voor. We hebben daarom een pestprotocol opgesteld waarin we beschrijven op welke manier we het pesten tegengaan. Een van de manieren zijn de lessen Rots en Water. Ook houden we de ouders op de hoogte van de regels die op school gelden, zodat u thuis ook aandacht kunt besteden aan de regels. Wij stellen het zeer op prijs als u het ons meldt wanneer kinderen worden gepest. Gezamenlijk kunnen we het pesten tegengaan. Wij willen elkaar recht doen en respect hebben voor elkaar. Daar staan wij voor in een gezamenlijke verantwoordelijkheid met u als ouder. Dat willen we graag laten zien door de sfeer en de uitstraling in onze school. 7

9 2 De school nader bekeken De leerlingen van onze school komen uit Oosterbierum. Het totaal aantal kinderen schommelt rond de 45 leerlingen. De school is gevestigd aan de Skoalstrjitte nr. 2, een prachtige locatie direct grenzend aan het kaatsveld. Naast de 4 leslokalen beschikken wij over een gemeenschapsruimte annex speellokaal, R.T. / IB ruimte, personeels- en directiekamer. We beschikken over een ruim plein, wat is onderverdeeld in een plein voor de kinderen van groep 1, 2 en 3 en een plein voor de kinderen van de groepen 4 tot en met 8. Achter de school ligt het kaatsveld, dat wordt bij mooi weer soms gebruikt voor bewegingslessen. 2.1 Schoolorganisatie We zijn een drieklassige school, we werken binnen het leerstofjaarklassensysteem met combinatiegrepen. We bieden de leerstof adaptief aan. Hiervoor werken we onder meer met het planbord, de dagkaart en de weektaak. Kinderen ontwikkelen zich naar eigen kunnen, vermogen en niveau. We geven extra zorg aan kinderen die dat nodig hebben en kinderen die meer aan kunnen krijgen extra uitdaging. Hierbij maken we gebruik van levelwerk. Ook is er op verenigingsniveau een plusklas, waar de excellentie kinderen van onze school één dag in de week naar toe kunnen. 2.2 Schoolgrootte Ieder jaar op 1 oktober stelt de school vast hoeveel leerlingen op school zijn ingeschreven. De uitkomsten van die telling sturen we naar het ministerie. De cijfers vormen de basis van de vergoedingen voor het volgende schooljaar. Een overzichtje: : aantal leerlingen : aantal leerlingen : aantal leerlingen : aantal leerlingen : aantal leerlingen : aantal leerlingen Groepsverdeling Op grond van het leerlingenaantal worden door het Ministerie van Onderwijs financiën beschikbaar gesteld, daarnaast krijgen we als kleine school nog iets extra s van onze vereniging zodat we drie combinatiegroepen kunnen maken. U vindt de meest recente groepsverdeling van op onze website. De groepen draaien onder verantwoordelijkheid van een leerkracht. Voor de volgende groepen zijn dit: Groep 1 / 2 / 3 : juf Geartsje en juf Berber Groep 4 / 5 : juf Petra H. en juf Lisanne Groep 6 / 7 / 8 : juf Petra Z., juf Petra H. Op dinsdag is meester Sicco, onze conciërge, op school aanwezig. Hij draagt zorg voor administratieve, huishoudelijke, onderhoudsen reparatiewerkzaamheden. Eén dag in de week is juf Adriaentsje de intern begeleider op school. Zij coördineert het zorgsysteem op onze school en helpt leerkrachten kinderen te ondersteunen met leer, gedragsen/of sociaal emotionele problemen. Juf Dorien Zijlstra-Reitsma is directeur van de school en heeft de algemene leiding. Ze is op woensdag (wisselend ochtend of middag) en donderdag aanwezig. Daarnaast is juf Dorien ook directeur op PCBS De Schalmei in Tzummarum. Binnen de vereniging CBO Noardwest Fryslân werkt zij samen met de directeuren van de andere basisscholen. Juf Petra Zwart is bouwcoördinator en aanspreekpunt bij afwezigheid van de directeur. Ook in 2014 zal het aantal leerlingen rond de vijftig zitten. 8

10 2.4 Plattegrond 9

11 3 Inhoud van het onderwijs Kerndoelen De Wet op het primair onderwijs schrijft in grote lijnen voor welke vak- en vormingsgebieden aan de orde moeten komen. Om concreet te maken wat een leerling aan het einde van de basisschool moet kennen en kunnen, heeft het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de kerndoelen en referentieniveaus basisonderwijs ontwikkeld. De Flambou gebruikt moderne lesmethoden die aan de eisen voldoen. Per vakgebied geven wij hieronder aan welke methoden wij gebruiken. De kwartierentabel is aan het eind van dit hoofdstuk in deze schoolgids opgenomen waaruit u kunt opmaken hoeveel tijd aan welke vakken in de afzonderlijke groepen wordt besteed. Het gaat daarbij om gemiddelden die per leerjaar en per periode iets kunnen variëren. Godsdienstige vorming Vanuit onze christelijke identiteit is de godsdienstige vorming belangrijk. Voor het vertellen van de Bijbelverhalen en de uitleg van de bijbehorende thema s gebruiken we Kind op maandag. Deze methode diept de verhalen uit en reikt de leerkracht liederen en verwerkingsopdrachten aan. Het kerstfeest en het paasfeest vieren wij op school zoveel mogelijk met alle kinderen samen. De invulling verschilt per jaar. De kinderen leveren hieraan een bijdrage in de vorm van toneel, declamatie, muziek enz. Tijdens de Adventsperiode beginnen we elke week met een weekopening. Op het Fakkelnijs staan de thema s van de week en de Bijbelverhalen vermeld. Naast de godsdienstige vorming gericht op het christendom laten we de kinderen ook kennis maken met andere godsdienstige stromingen zoals de islam, het hindoeïsme, het boeddhisme en het jodendom. Rekenen/Wiskunde In groep 1 en 2 spreken we van wiskundige oriëntatie. Veel rekenkundige begrippen zitten verborgen in opdrachten als bouwen met blokken, lotto s, buitenspel en puzzels. Verder ontwikkelen we de begrippen met verhaaltjes, liedjes, rollenspel en hoeken. In de groepen 1 tot en met 8 gebruiken wij de methode Alles telt. Naast Alles telt beschikken we over aanvullende materialen als: Met Sprongen Vooruit, Maatwerk enz. Ook verrijkingsmaterialen zijn op school aanwezig. Voorbeelden hiervan zijn Rekentoppers, Plustaak en Rekenmeesters. Om de vorderingen goed te kunnen registreren nemen we regelmatig toetsen af. Naar aanleiding van de gegevens die deze toetsen opleveren krijgen de kinderen de mogelijkheid een deel van de leerstof te herhalen of iets moeilijker leerstof te verwerken. Tijdens de rekenlessen gebruiken de kinderen dagelijks het computerprogramma Ambrasoft. Nederlandse taal Bij het taalonderwijs wordt onderscheid gemaakt tussen: Mondelinge taalvaardigheid; Leesvaardigheid; Schrijfvaardigheid; Spelling; Taalbeschouwing. In groep 1 en 2 vallen al deze onderdelen onder de noemer taalactiviteiten. We werken daar onder andere aan door kring-, luister-, spreek-, stempeloefeningen en de diverse hoeken. Voor taal gebruiken we de methode Taal in Beeld, met de daarbij behorende software. Daarnaast gebruiken we het computerprogramma Ambrasoft. Lezen leren we de leerlingen aan met behulp van Veilig leren lezen. Een aanvang met het aanvankelijk lezen start in groep 2. Hier treffen we de voorbereidingen om succesvol te leren lezen. De leesvaardigheid vergroten we door het intensief gebruik van de Voortgezet Technisch Lezen methode Lekker Lezen. Daarnaast ma- 10

12 ken we gebruik van diverse leesvormen zoals tutorlezen, toneellezen, klassikaal lezen enz. Naast de taalvaardigheden brengen we op school ook de liefde voor boeken bij. We lezen regelmatig voor en er vinden andere activiteiten plaats in het kader van leesmotivatie. De school beschikt over een uitgebreide schoolbibliotheek met daarin Nederlandse, Fryske en Engelse boeken. Ook is er een keur aan informatieve boeken. We proberen de kinderen liefde voor boeken bij te brengen. Dit doen we door veel te lezen en voor te lezen. We doen aan boekpromotie, jaarlijks doen we mee met de Kinderboekenweek, kinderjury, voorleeswedstrijd enz. Tevens beschikken we als school over een grote collectie boeken. Daarnaast hebben we via de Openbare Bibliotheek een mooie collectie boeken beschikbaar. Deze boeken mogen de kinderen ook mee naar huis om te lezen. Schrijfonderwijs Schrijven en de ontwikkeling van een eigen handschrift oefenen we structureel. In groep 1 en 2 staat een goede motorische ontwikkeling centraal. Vanaf groep 3 gebruiken we hiervoor de methode Pennenstreken. Deze methode sluit haarfijn aan bij de methode van aanvankelijk leesonderwijs. Friese taal We hebben gekozen voor drietalig onderwijs. De kinderen groeien op in een tweetalige situatie. We sluiten aan bij de thuistaal van de kinderen. De Friese taal heeft een belangrijke rol in ons onderwijs. Voor meer dan 50% van de kinderen is dit hun moedertaal. We werken vanaf groep 1 met meerdere Friese dagdelen. Tijdens deze dagdelen wordt alles door de leerkracht in het Fries gedaan. In groep 1, 2 en 3 wordt dit verwerkt in het thema waarin ze werken. Vanaf groep 4 en 5 wordt gewerkt met programma s zoals Witwat en Bist Wiizer. Voor groep 6 tot en met 8 gebruiken we de methode Studio F. Bij deze methode gebruiken we actief het digibord en de website. Daarnaast gebruiken we allerlei Friese materialen van CEDIN waarin wereldoriënterende onderwerpen centraal staan. Voor de bovenbouw hebben we een abonnement op het maandblad Switsj. De kinderen van groep 8 doen mee aan het Fries examen. Engelse taal Omdat we een drietalige school zijn wordt er veel aandacht besteed aan het Engels. We hanteren een Engels dagdeel in alle groepen. Vanaf groep 1,2 en 3 zijn er dagelijks verschillende Engelse momenten met activiteiten in het Engels. Daarnaast gebruiken we in de groepen 1 tot en met 8 de methode Take it Easy. Het accent ligt daarbij op het mondeling taalgebruik en maakt gebruik van een native speaker via het digibord. De methode sluit goed aan bij veel bekende Engelse woorden die in ons spraakgebruik voorkomen. De kinderen in de bovenbouw worden voorbereid op het Anglia-examen in groep 8. Oriëntatie op mens en wereld Voor de vorming en ontwikkeling van het kind is het van belang dat het kennis heeft van de wereld nabij of veraf. Verschillende aspecten daarvan komen aan de orde bij aardrijkskunde, geschiedenis en biologie/natuurkunde. We werken met thema s in alle groepen waar de diverse aspecten in samenhang aan de orde komen. We gebruiken hiervoor in groep 1/2/3 de thema s van Onderbouwd. Vanaf groep 4 gebruiken we de methode Topondernemers. Gedurende een aantal weken werken alle kinderen aan hetzelfde onderwerp op verschillende manieren en met verschillende leervragen. Elke leervraag leidt tot onderzoek. Soms werken kinderen alleen aan een leervraag en soms in tweetallen of kleine groepjes. Door samen te werken leren de kinderen van elkaar. Om antwoord te vinden op de leervragen kunnen leerlingen verschillende bronnen raadplegen. Zij gebruiken bijvoorbeeld de bibliotheek, boeken, tijdschriften, kranten, leermethoden, familieleden, internet etc. Elke themaperiode sluiten we af met een presentatie waarbij de kinderen laten zien en vertellen wat ze geleerd hebben. 11

13 Burgerschap Leerlingen groeien op in- en maken deel uit van een steeds complexere, pluriforme maatschappij. Als basisschool willen we dat onze leerlingen zich zo goed mogelijk ontplooien en we bereiden ze voor op deelname aan deze samenleving. Allereerst is kennis van belang, maar daar blijft het niet bij. Vanuit onze christelijke identiteit vinden we het van belang dat leerlingen op een zelfbewuste manier in het leven staan, waarbij ze niet alleen respect hebben voor anderen, maar ook naar de anderen omzien. Wij willen leerlingen brede kennis over en verantwoordelijkheidsbesef voor de samenleving meegeven. In de school leren de leerlingen samen te leven met de anderen. Wij leren de leerlingen de cognitieve vaardigheiden rekenen, lezen, schrijven om je staande te kunnen houden in de maatschappij. Daarnaast sociale vaardigheden door goed met elkaar om te gaan. Daarnaast willen we ook de leerlingen stimuleren later actief aan onze democratische maatschappij deel te nemen. Daar is kennis voor nodig (hoe zit de samenleving in elkaar), maar ook sociale vaardigheden (hoe discussieer je respectvol met elkaar) en het is van belang dat je leert te handelen vanuit de met elkaar gedeelde waarden en normen. Burgerschap zien we niet direct als apart vak. Het maakt deel uit van het alledaagse lesgeven waarbij leerlingen worden uitgedaagd na te denken over hun rol als burger in de school en maatschappij. Bij godsdienstige vorming en wereldoriëntatie geven we aandacht aan democratie en identiteit. Normen en waarden zijn bij ons erg belangrijk. In de lessen besteden we aandacht aan hoe we met elkaar omgaan, ruzie, pesten enz., komen aan de orde. Verkeer Vanaf groep 5 krijgen de kinderen gericht verkeersonderwijs. Ze werken met de materialen van Veilig Verkeer Nederland. In groep 7/8 sluiten we de lessen af door één keer in de twee jaar mee te doen aan het landelijk schriftelijk en praktisch verkeersexamen. Kunstzinnige oriëntatie Bij kunstzinnige oriëntatie gaat het om het gebruik van hoofd, hart en handen. Bij ons op school krijgt dit vorm in muziek, handenarbeid, tekenen en cultuur. Kinderen leren zich aan de hand van kunstzinnige oriëntatie open te stellen. Ze kijken naar schilderijen en beelden, luisteren naar muziek en genieten van taal en beweging. Kunstzinnige oriëntatie is er ook op gericht bij te dragen aan de waardering van leerlingen voor culturele en kunstzinnige uitingen in hun leefomgeving. Onderwijs in kunstzinnige oriëntatie is voor de groepen 1 en 2 opgenomen in het totale onderwijsprogramma omdat ze werken met thema s. Bij de groepen 3 t/m 8 staan de verschillende vakken die vallen onder kunstzinnige oriëntatie op het rooster. Bij handvaardigheid werken de leerlingen met verschillende materialen en technieken. We stimuleren de eigen creativiteit van de kinderen. Ook leren we hun de eigenschappen en mogelijkheden van materialen en hoe ze gereedschappen moeten gebruiken. Ouderhulp bij deze creatieve vakken is onmisbaar. Wij zijn dan ook blij met de inzet van ouders/verzorgers. In alle groepen wordt muziek verzorgd. De kinderen zingen veel liederen. Ze leren over ritme en maat, het hanteren van instrumenten en muzieknotatie. De leerkracht gebruikt hiervoor de methode Muziek moet je doen en Muziek voor de basisschool. Culturele vorming Ook maken we voor alle groepen gebruik van het cultuurprogramma Sterrenkijker. Tijdens dit programma maken de kinderen kennis met verschillende culturele uitingen. Dit kan in de vorm van een bezoek aan het theater, een museum, een voorstelling of bezoek van een kunstenaar in de klas etc. Bewegingsonderwijs De school heeft voor groep 1,2, 3 een speellokaal. De groepen 4 t/m 8 maken gebruik van de sporthal in Tzummarum. Bij mooi weer kunnen we beschikken over het kaatsveld dat naast de school gelegen is. Centraal staat tijdens het bewegingsonderwijs: Het vergroten van de zelfstandigheid, de motorische en zintuiglijke vaardigheden; 12

14 Het bevorderen van sociale vaardigheden, gemeenschapsgevoel, de cognitieve- en emotionele ontwikkeling; Het stimuleren en activeren van een sportieve vrijetijdsbesteding. In groep 1, 2 en 3 is dagelijks bewegingsonderwijs. De oudere kinderen hebben één keer per week bewegingsonderwijs. Hiervoor maken we gebruik van verschillende bronnenboeken zoals Basislessen bewegingsonderwijs deel 1 en 2 en het bronnenboek gymnastiek Bewegingsonderwijs voor de basisschool. ICT In de huidige maatschappij kan men niet zonder computer. Daarom vinden we het van belang dat een kind leert omgaan met computers. Ook maken we gebruik van programma s die het leerproces ondersteunen of aantrekkelijker maken. We geven daarom vanaf groep 1 computeronderwijs. In eerste instantie richt dit zich op de basale vaardigheden voor bepaalde onderwijsondersteunende computerprogramma s. Vanaf groep 5 leren de kinderen typvaardigheid. De bovenbouwleerlingen surfen op internet om bijvoorbeeld informatie voor werkstukken en spreekbeurten te verzamelen. Sociaal emotionele ontwikkeling Rots en Water kenmerkt zich door de psychofysieke didactiek, wat wil zeggen dat vanuit een fysieke invalshoek, mentale en sociale vaardigheden worden aangeleerd. Leren door ervaren en doen gevolgd door een kort kringgesprek waarin ruimte is voor zelfreflectie van het kind. Tijdens deze gesprekken worden linken gelegd naar de realiteit van het klaslokaal, schoolplein en thuissituaties. De kinderen leren met behulp van de begrippen Rots (opkomen voor jezelf, jezelf kunnen verdedigen, weten wat je wilt, wat je kunt en wie je bent) en Water (open staan voor- en kunnen inleven in anderen, communicatie, vriendschap) hoe zij in bepaalde situaties reageren en wat dat betekent voor een ander. Ze worden zich bewust van zichzelf en de ander. Dankzij de vaste rode draad in het programma: gronden (stevig staan), centreren (adem in de buik) en focussen ontwikkelen ze zelfbeheersing en zelfcontrole. Voorlichting alcohol- en drugsgebruik Onze school doet in de bovenbouw mee aan het project De gezonde school en genotmiddelen. In dit project krijgen de leerlingen les over tabak, alcohol en andere drugs zoals hasj en wiet. We bevorderen dat kinderen gezonde keuzes maken en dat hun sociale weerbaarheid groter worden. Het is verstandig hier al aandacht aan te besteden als de kinderen nog op de basisschool zitten. Als school hebben we het volgende standpunt ingenomen: in school en op het plein roken we in het bijzijn van de leerlingen niet. Ook alcohol gebruiken we niet in het bijzijn van de leerlingen. Vrijstelling van onderwijsactiviteiten Alle kinderen doen aan alle voor hun groep geldende, en in schoolgids en/of schoolplan genoemde activiteiten mee. Er kunnen echter redenen zijn waarom een kind niet aan bepaalde activiteiten deel kan nemen. Denk aan medische redenen waardoor deelname aan bijvoorbeeld bewegingsonderwijs niet mogelijk is. Per geval wordt in overleg met de directie bekeken of uw kind dan vrijgesteld kan worden van de betreffende activiteit. Als uw kind van deelname is vrijgesteld, doet het vervangende activiteiten op school. Lesrooster De kwartierentabel (pag. 15, hiernaast) geeft aan hoeveel tijd we per week aan de verschillende vakken besteden. Het gaat om gemiddelden die enigszins kunnen variëren per periode (de getallen geven het aantal kwartieren per week aan). In verband met de Trije Talige Skoalle kunnen diverse vakken in het Frysk of Engels gegeven worden. 13

15 Kwartieren tabel Vakgebied Gr. 1 Gr. 2 Gr. 3 Gr. 4 Gr. 5 Gr. 6 Gr.7 Gr.8 Godsdienstige vorming Werken met ontwikkelingsmateriaal Rekenen / wiskunde Ned. Taal / Taal Ned. Taal / Lezen Ned. Taal / Schrijven Engels Fries Wereldoriëntatie Soc. redzaamheid (verkeer en soc. emot. ontw.) Bewegingsonderwijs Kunstz. vorming Muziek Kunstz. vorming Tekenen Kunstz. vorming Handvaardigheid ICT Pauze / fruit eten totaal

16 4 Zorg Passend onderwijs De schoolbesturen van het basisonderwijs in Friesland dragen samen de verantwoordelijkheid voor goede onderwijsondersteuning voor elke leerlingen in Friesland. Dit doen ze in de Stichting Passend Onderwijs Friesland. Deze bestuurlijke krachtenbundeling sluit aan bij landelijke ontwikkelingen: vanaf 1 augustus 2014 heeft elk schoolbestuur zorgplicht. Besturen zijn vanaf die datum wettelijk verplicht alle kinderen passend onderwijs te bieden. Dit kan zijn: op de eigen school of op een andere, beter passende school. Schoolondersteuningsprofiel Iedere school heeft haar kwaliteiten en ontwikkelpunten beschreven in een zogenaamd schoolondersteunings profiel (SOP). In het schoolondersteuningsprofiel staan de volgende onderdelen beschreven: Een korte typering van onze school. De kwaliteit van de ondersteuning waarop alle kinderen kunnen rekenen. De deskundigheid waarover onze school kan beschikken. De voorzieningen die wij hebben om leerlingen extra ondersteuning te bieden. De verkorte versie van ons schoolondersteuningsprofiel is te vinden op onze website. Nieuwe kinderen De aanmelding van nieuwe kinderen vindt plaats via de directie van de school. Wij vinden het prettig dat u uw kind opgeeft rond het derde jaar. Op deze manier kunnen wij tijdig een beeld krijgen van het aantal kinderen dat in groep 1 komt. In een eerste kennismaking- en intakegesprek vertelt de directie van alles over onze school en kunt u de vragen die u hebt stellen. Na afloop krijgt u een informatiepakket en een inschrijvingsformulier. U kunt dit thuis op uw gemak nog eens doorlezen en het inschrijfformulier invullen. Als u het inschrijfformulier heeft ingeleverd kijken we of er aanvullende informatie nodig is. Dit zullen we bij u opvragen. Hierbij kijken we specifiek naar de behoeften van uw kind en of we daar als school aan kunnen voldoen. Wanneer uw kind wordt toegelaten worden de gegevens van u en uw kind ingevoerd in het administratiesysteem. U ontvangt na inschrijving een brief met daarin de bevestiging van de inschrijving. Zodra uw kind vier jaar is geworden, is het welkom. Voorafgaand mogen de kinderen komen proefdraaien. Zes weken van te voren neemt de groepsleerkracht contact met u op. De leerkracht komt bij u thuis en vult met u een vragenlijst in over de ontwikkeling van uw kind. Deze gegevens zijn van groot belang. Aan de hand daarvan kunnen we ons voorbereiden op de komst van uw zoon of dochter en er voor zorgen dat uw kind een goede start maakt. Bij overgang van een leerling van en naar een andere basisschool (bijvoorbeeld door verhuizing) is een onderwijskundig rapport vereist en vindt er een uitwisseling van gegevens tussen de scholen plaats. Aannamebeleid leerlingen Ons uitgangspunt is dat we ons best doen om alle kinderen die bij ons aangemeld worden een leerrijke en veilige plek te bieden op onze school. Om daartoe in staat te zijn zullen we ieder kind de ondersteuning en aandacht moeten kunnen bieden die het nodig heeft. Bij aanmelding van een kind dat veel extra zorg en aandacht vraagt zullen we heel zorgvuldig te werk gaan om op basis van de juiste afwegingen tot een goede keuze te komen wat betreft de aanname.we hanteren hierbij de volgende route: We gaan na in welke mate de leerling ondersteuning nodig heeft; We gaan na of en op welke wijze de school hulp kan bieden; We zoeken contact met de peuterspeelzaal (of vorige school) i.v.m. het zorgdossier; Wanneer nodig wordt er geobserveerd op de peuterspeelzaal om een duidelijk beeld te krijgen van de zorgbehoefte van de leerling; De ouders ontvangen informatie van de directie over het te volgen stappenplan; Kunnen we als school uw kind niet toelaten, dan moet het schoolbestuur in overleg met u een passende onderwijsplek op een 15

17 andere school aanbieden. Dit noemen we zorgplicht. Uitwerking van de zorg Onder zorg verstaan we alle maatregelen en activiteiten die we op school voor alle leerlingen en speciaal voor hen die specifieke ondersteuningen nodig hebben realiseren. Op de Flambou vormt het model Handelingsgericht Werken de basis voor de ondersteuningsstructuur. Dit model omvat vier stappen die structuur geven aan het onderwijs te weten; Het verzamelen van gegevens. Analyseren van de verzamelde gegevens. Werken aan onderwijs op basis van de geanalyseerde gegevens. Het evalueren van de resultaten van het gegeven onderwijs. De resultaten en de analyse van stap 4 vormen hierna opnieuw het startpunt voor een volgende cyclus Handelingsgericht Werken. Op de Flambou staat de groep bij het Handelingsgericht Werken centraal. De leerkracht stemt de instructie en leerstof af op de behoefte en mogelijkheden van de groep. Met behulp van dagelijkse observatie, correctie en de toetsen die bij de onderwijsmethode horen, volgt de leerkracht de ontwikkeling van de leerlingen en geeft op een verantwoorde wijze oplossingen en extra hulp. Deze gegevens worden geanalyseerd Op de Flambou gebruiken we methode toetsen en een leerlingvolgsysteem van Cito om de ontwikkeling van de kinderen te volgen. Dit betekent dat naast de toetsen bij de verschillende methoden op de verschillende vakken we gebruik maken van Cito-toetsen. Deze toetsen staan los van de gebruikte methoden. Ze hebben een landelijke normering. Groep 2 maakt voor het eerst een Cito-toets. Daarna zijn er vanaf groep 3 in januari/februari en mei/juni Cito-toetsen. Door het afnemen en registreren van deze toetsen krijgen we aanvullende informatie over de vorderingen van de leerlingen. Van elke leerling wordt een leerlingprofiel gemaakt waarop de vorderingen staan. 16

18 De gegevens van deze toetsen komen in een geautomatiseerd leerlingvolgsysteem. Zo kunnen we de gegevens per kind en per groep uitdraaien en hebben we ook een overzicht van de prestaties op schoolniveau. In contacten met ouders gebruiken we beide toetsen om de ontwikkeling van uw kind te laten zien. Na de afname van methodegebonden toetsen rekenen en taal en na de Cito-toetsen vult de leerkracht een toetsanalyse formulier in. Aan de hand van de analyse van de toetsen maakt de leerkracht een wekenplanning voor de groep. De onderwijsactiviteiten voor de verschillende vakgebieden staan hierin gepland. Differentiatie op het gebied van instructie, oefen- of verwerkingstijd vindt plaats aan de hand van de geanalyseerde groepsgegevens. Deze overzichten zijn aanleiding tot het veranderen van programma s, methoden, instructie en tijd op groep- of schoolniveau (opbrengstgericht werken). aanslaat bij de leerling, dan kan de school een beroep doen op andere instanties binnen onze vereniging (zorg advies team ZAT). Hierbij valt te denken aan ambulante begeleiders of andere deskundigen vanuit het speciaal onderwijs, de jeugdhulpverlening, schoolmaatschappelijk werk, e.d. Wanneer een veel intensievere begeleiding nodig is dan onze basisschool kan geven (kleinere groepen, meer specialistische hulp enz.) worden deze kinderen verwezen naar het speciaal onderwijs. Individuele ondersteuning Voor sommige leerlingen is het noodzakelijk dat zij (tijdelijk) individueel ondersteund worden. Incidentele ondersteuning Dit kan incidenteel gebeuren wanneer een leerkracht dit na observatie in de groep nodig vindt. Deze ondersteuning vindt plaats tijdens het ronde lopen van de leerkracht of tijdens het takenwerk. Kortdurende ondersteuning Het kan gedurende een afgebakende periode van enkele weken/maanden gebeuren wanneer na observatie van leerkracht/intern begeleider of na observatie en advies van externe deskundigen hiertoe wordt besloten. Deze kortdurende ondersteuning wordt gegeven tijdens het takenwerk. De kortdurende ondersteuning staat vermeld in de weekplanning. Structurele ondersteuning Wanneer leerlingen structureel extra ondersteuning nodig hebben wordt er een eigen leerlijn gemaakt. De eigen leerlijn beschrijft het plan van aanpak voor een schooljaar met daarbij het ontwikkelingsperspectief en uitstroomprofiel. Als blijkt dat ondersteuning onvoldoende Zorg voor begaafde leerling Ook bovengemiddeld begaafde leerlingen krijgen extra aandacht. Er is de mogelijkheid van een Plusklas. Deze plusklassen zijn bedoeld voor de groepen 3 t/m 8. De plusklassen zijn op de Toermalijn in Franeker en op de PJF in Harlingen. Hiervoor is een protocol, het zogenaamde SI-DI R protocol. Dit protocol is voor Signalering en Diagnosticering van intelligente en hoogbegaafde leerlingen in het basisonderwijs. Dit protocol wordt jaarlijks in november in gevuld. Ouders krijgen daar, wanneer er mogelijk sprake is van hoogbegaafdheid, informatie over de vervolgstappen. Een eventueel verwijzen vindt pas plaats in overleg en met toestemming van de ouder(s)/verzorger(s). Als er een leerling in aanmerking komt voor de plusklas, betekent dit dat de leerling 1 dagdeel per week naar de plusklas gaat. Verder zit de leerling gewoon de rest van de week op zijn/ haar eigen school. Op alle scholen zijn materialen aangeschaft, die voor deze leerlingen uitdagende leerstof bieden (levelboxen). Het is belangrijk om leerlingen die meer aankunnen al in een vroeg stadium te signaleren. 17

19 Overlegmomenten in- en extern Intern worden de leerlingen door de groepsleerkracht en de intern begeleider besproken tijdens de groepsbesprekingen. De hulp die leerlingen krijgen wordt beschreven in het leerlingdossier. Op onze school is een orthotheek ingericht, waar de leerkrachten extra informatie en lesstof kunnen vinden, die voor een bepaalde problematiek nodig is. Ook zijn er altijd ontwikkelingen gaande, die de zorg rond de leerlingen verder kunnen optimaliseren. Wij zijn goed op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen door samen te werken in een netwerk van intern begeleiders, het bezoeken van congressen die in het teken staan van zorg voor leerlingen. Om de sociaal emotionele ontwikkeling van de leerlingen in kaart te brengen gebruiken we het leerlingvolgsysteem SCOL. Ouders worden door de groepsleerkracht of de intern begeleider op de hoogte gebracht wanneer een kind in aanmerking komt voor onderzoek op school, wanneer een leerling is besproken in de leerlingbespreking of wanneer een leerling anderszins extra ondersteuning nodig heeft. Wanneer school onderzoek of advies van een externe deskundige nodig heeft wordt eerst toestemming gevraagd aan de ouders. Over het tijdpad van een extern onderzoek en de werkwijze worden ouders altijd zo volledig mogelijk op de hoogte gehouden door de intern begeleider. Het resultaat van hun onderzoek wordt altijd met de ouders besproken. Hetzij door direct overleg tussen ouders en de extern deskundige, hetzij door het sturen van een verslag van het onderzoek naar de ouders. De groepsleerkracht wordt dan een handreiking gegeven voor ondersteunende aanpakken en activiteiten op school. Ook krijgen de ouders advies over mogelijk aanpakken die thuis kunnen plaatsvinden. Natuurlijk kunt u als ouder wanneer er vragen of onduidelijkheden zijn over de ontwikkeling van uw kind altijd een afspraak maken met de groepsleerkracht, Intern Begeleider of directeur. Gebiedsteam Franekeradeel Het Gebiedsteam Franekeradeel is samengesteld uit professionals uit verschillende organisaties, zoals de Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Fryslân, MEE Friesland, Welzijn Centraal, Bureau Jeugdzorg Friesland, De Skûle en de Jeugdgezondheidszorg. Zij werken samen om snel tot een oplossing te komen voor uw vraag. Het team kan u helpen bij het vinden van oplossingen voor problemen die te maken hebben met sociale zaken, en die dus horen bij de Participatiewet (werk, inkomen en uitkeringen), de Wmo (zelfstandig leven en meedoen in de samenleving) en de Jeugdwet (hulp en zorg aan kinderen, jongeren en ouders). Het gebiedsteam is er dus voor alle inwoners van de gemeente Franekeradeel. Contactgegevens Gebiedsteam Franekeradeel: Telefoon: info@gebiedsteamfranekeradeel.nl Wat betekent dat voor u? Binnen het team krijgt u één contactpersoon. Deze contactpersoon bespreekt u situatie en de mogelijke oplossingen met u. Samen kijkt u welke oplossingen u zelf kunt regelen, en of u daar verder nog hulp bij nodig heeft. Uw eigen mogelijkheden en hulp van uw sociale netwerk zijn daarbij erg belangrijk. Bij complexe problemen kan uw contactpersoon de hulp van de rest van het team inschakelen, of helpt u bij het leggen van contact met een gespecialiseerde hulpverleningsinstantie. Uw contactpersoon blijft wel uw vaste aanspreekpunt. Schoolmaatschappelijk werk Wat kan het schoolmaatschappelijk werk voor u doen? Heeft u vragen over uw kind, maakt u zich zorgen of ervaart u een probleem waarbij u het even niet meer weet dan kunt u terecht bij het Schoolmaatschappelijk werk. Bij het schoolmaatschappelijk werk kunt u terecht met vragen zoals: Mijn kind wil niet goed luisteren Mijn kind is druk of agressief Mijn kind wordt gepest 18

20 Het gaat niet goed op school Er is iets met mijn kind maar wat? Moet ik me zorgen maken om mijn kind? Ik vind het opvoeden momenteel best lastig en wil er graag met iemand over praten We hebben financiële problemen, wie kan me daar bij helpen? we elkaar kennen, vertrouwen en bereid zijn om te delen in verantwoordelijkheden, kennis en ervaring. Wij willen u daarom graag laten weten wat wij als GGD voor u en uw zoon en/of dochter kunnen betekenen! Wat kan het schoolmaatschappelijk werk voor u doen: Samen met u gaan we onderzoeken wat er precies aan de hand is In een aantal gesprekken gaan we samen met u en, wanneer wenselijk ook met uw kind en/of de school, zoeken naar oplossingen die aansluiten bij uw kind, uw situatie en bij de school, om veranderingen in gang te zetten Wanneer noodzakelijk zoeken we met u naar een instelling die u en uw kind het beste kan helpen. De schoolmaatschappelijk werker kan ook bemiddelen tussen u en school De hulp van de schoolmaatschappelijk werker is gratis en de gesprekken zijn vertrouwelijk. Onze schoolmaatschappelijk werkster is: mevr. Tineke Boersma Aanmelden Wilt u graag een gesprek dan kan u zich aanmelden: via gebiedsteam telefoon info@gebiedsteamfranekeradeel.nl via de Intern begeleider van de school Jeugdgezondheidszorg Dit doet de GGD op school Samen met het basisonderwijs richt de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van GGD Fryslân zich op de ontwikkeling en gezondheid van alle kinderen vanaf de geboorte tot de leeftijd van 19 jaar. We volgen de gezondheid en ontwikkeling van uw kind en stimuleren ook een gezonde levensstijl. We komen regelmatig op school voor zorgoverleggen en voor de gezondheidsonderzoeken bij de kinderen. Samenwerking tussen school, GGD en ouders is een belangrijke voorwaarde om kinderen gezond te laten opgroeien. Goed samenwerken lukt alleen als Gezondheid Alle vijfjarige kinderen en hun ouder(s) krijgen van ons een uitnodiging voor een gezondheidsonderzoek op school bij de jeugdarts en de doktersassistente. Dit is een onderzoek naar de lichamelijke gezondheid en de ontwikkeling van uw kind. De kinderen uit groep 7 en hun ouder(s) krijgen een uitnodiging voor een onderzoek bij de jeugdverpleegkundige. De ouder(s) vullen voor beide onderzoeken een vragenlijst in die met de jeugdarts, doktersassistente en/of jeugdverpleegkundige wordt besproken. Als u zich zorgen maakt, hulp of advies zoekt of vragen hebt over de gezondheid, het gedrag of de ontwikkeling van uw kind dan kunt u altijd een afspraak maken. Dit kan via de doktersassistente of de leerkracht. U kunt dan een onderzoek of gesprek met de jeugdarts/ jeugdverpleegkundige aanvragen. Ook voor een controle van de houding, gehoor- of ogentest kunt u bij ons terecht. Opvoeding Ouders van basisschoolleerlingen en leerkrachten kunnen bij de pedagoog van de GGD terecht voor steun bij de opvoeding en het opgroeien. Er is een telefonisch spreekuur voor 19