7 AFRIKA MAANDAG 11 OKTOBER 2010

Transcriptie

1

2

3 7 AFRIKA MAANDAG 11 OKTOBER 2010 Rwandese boeren koken op gas uit koeienmest KIGALI, 11 oktober 2010 Rwandese boeren met minstens twee koeien in hun stal kunnen zich de moeite sparen om elke dag hout te sprokkelen. Met een subsidie van de overheid kunnen ze een biogasinstallatie bouwen en op gasvuurtjes beginnen koken. Al 350 Rwandezen hebben intussen thuis een biogasinstallatie. Naar schatting 95 procent van de Rwandezen gebruikt houtskool, brandhout en ander plantaardig materiaal om te koken en om licht te maken. "Als we geen andere energiebronnen aanspreken, stoken we al onze bossen op", zegt een landbouwwetenschapper in het zuiden van het land. In het heuvelachtige Rwanda leidt ontbossing tot sterke erosie, wat de voedselvoorziening in het gedrang brengt. Daarom zette de Rwandese regering drie jaar geleden een programma op om biogasinstallaties te promoten. Die installaties halen gas uit koeienmest en dat gas gebruiken de boeren om te koken en als brandstof voor gaslampen. Het resterend afval is bruikbaar als meststof. Alleen boeren met minstens twee koeien op stal, kunnen een aanvraag indienen zo is de overheid er zeker van dat de installaties maximaal gebruikt worden. En veel boeren hebben twee of meer koeien, want de voorbije jaren profiteerden ze van een ander programma waarbij arme boeren goedkoop koeien konden kopen. Ook in scholen worden biogasinstallaties gebouwd, maar daar werken ze op menselijke uitwerpselen. (Bron: Infosud/vertaling IPS) 1. Hoeveel mensen werden al bereikt met deze nieuwe maatregel? Hoe lang is dit project al aan de gang (op het moment dat het artikel geschreven is)? 2. Noem 2 voordelen van deze maatregel voor de natuur. 3. Noem 2 voordelen voor de Rwandese boeren. 4. In welke categorie plaatsen jullie dit verhaal: positief, neutraal of negatief? 5. Kies drie treffende kernwoorden aan de hand waarvan jullie het verhaal overzichtelijk,

4 2 MILIEU ZONDAG 14 APRIL 2013 Rwanda al vijf jaar vrij van plastic 14 april 2013 Rwanda heeft zich de voorbije vijf jaar geprofileerd als het modelvoorbeeld van de "bag ban". In een poging om het ecosysteem te beschermen, verbood het land in 2008 de verkoop en het gebruik van niet-afbreekbare plastic zakken. Wat volgt is een succesverhaal. Een met voor- en tegenstanders, maar ook één dat andere landen en werelddelen niet snel genoeg kunnen volgen. De vaak felgekleurde plastic zakken die ontelbare straten en steden op het Afrikaanse continent ontsieren, hebben vernielende gevolgen voor het milieu. Weggegooide zakken verstoppen rioleringen en creëren stilstaande waterplassen, de ideale broeihaarden voor malariamuggen. Ze verstikken de bodem en blijven bovendien hardnekkig lang rondslingeren. Afhankelijk van de dikte van een zakje kan het 20 tot jaar duren voor het door de natuur afgebroken is. Verbranden is alvast geen oplossing want dan komen er toxische stoffen vrij. In 2006 werd een wet ingevoerd die de verkoop en het gebruik van zakjes met een dikte van minder dan 100 micrometer illegaal maakte, en in 2008 bande de Rwandese overheid alle niet-afbreekbare zakken. Op alle scholen wordt er les gegeven rond ecologisch bewustzijn, bevestigt Gerrit Stassyns, hij werkt en woont in de Rwandese hoofdstad Kigali. Sinds 2004 worden er veel nationale campagnes georganiseerd. Op tv zie je vaak instructies die je vertellen hoe je het milieu proper kan houden. De aanpak lijkt te werken. De steden liggen er fantastisch proper bij, vertelt Koen Peeters. Voor Duizend heuvels, zijn roman over Rwanda, bracht de auteur de voorbije twee jaar verscheidene maanden door in het land. Ik heb de hele tijd dat ik daar was echt geen enkele persoon met een plastic zak zien rondwandelen. (De volledige versie van dit artikel verscheen op de website van MO*magazine) 1. Noem 2 nadelige gevolgen voor de natuur van plastic zakken. 2. Wat is het belangrijkste positieve gevolg van het verbod voor de Rwandese gezondheid? 3. In welke categorie plaatsen jullie dit verhaal: positief, neutraal of negatief? 4. Kies drie treffende kernwoorden aan de hand waarvan jullie het verhaal overzichtelijk,

5 9 AFRIKA ZONDAG 23 JANUARI 2011 Rwanda krijgt steeds meer bossen KIGALI, 23 januari 2011 De meeste van zijn buren op het platteland van het district Gisagara in het zuiden van Rwanda zijn boeren, maar Pascal Segatashya, vader van vijf kinderen, leefde tot twee jaar geleden van het illegaal kappen van eucalyptusbomen op zijn vijf hectare grond. Het hout verkocht hij als brandhout. Negentig procent van de inwoners van Gisagara is actief in de landbouw. Net als in andere delen van het land groeide de bevolking er nadat zo'n drie miljoen Rwandezen terugkeerden, die het land ontvluchtten na de genocide van De groeiende bevolking op het platteland is op zoek naar landbouwgrond, brandhout en hout voor de bouw. Daardoor dreigt te veel bos te verdwijnen. Maar Rwanda heeft bescherming van de bossen enkele jaren geleden uitgeroepen tot topprioriteit. En twee jaar geleden werd Pascal gearresteerd toen hij met zijn pick-up, volgeladen met hout, op weg was naar huis. Zijn arrestatie zorgde voor een ommezwaai. Nu stort hij zich op duurzaam bosgebruik, met steun van de plaatselijke autoriteiten. Op een deel van zijn land staan nog eucalyptusbomen, op het andere gedeelte plantte hij avocado en mangobomen. "Deze bomen onderhouden is gemakkelijk en ik verdien geld met de verkoop van het fruit. Dat is veel eenvoudiger dan illegaal kappen en levert geen problemen met de autoriteiten op", zegt hij. Pascal zegt dat zijn maandelijkse inkomen ongeveer 147 euro is. Met de illegale houtkap verdiende hij hetzelfde, maar daarmee verwoestte hij ook geleidelijk zijn bron van inkomsten. (Bron: IPS) 1. Noem 2 negatieve gevolgen voor Pascal van het illegaal kappen van bomen op zijn land. 2. Wat is het belangrijkste positieve gevolg van de nieuwe manier van werken voor Pascal? 3. In welke categorie plaatsen jullie dit verhaal: positief, neutraal of negatief? 4. Kies drie treffende kernwoorden aan de hand waarvan jullie het verhaal overzichtelijk,

6 4 AFRIKA WOENSDAG 20 OKTOBER 2011 Rwanda offert hoger onderwijs op voor beter basisonderwijs KIGALI, 20 oktober 2010 In een poging om de millenniumdoelstelling te halen voor basisonderwijs voor alle kinderen tegen 2015, heeft Rwanda beslist om geld weg te halen bij het hoger onderwijs. Duizenden studenten die afhankelijk zijn van een beurs vrezen dat ze hun studies zullen moeten stopzetten. In 2009 gaf het Rwandese ministerie van Onderwijs voor 8,2 miljoen euro uit aan beurzen voor zo'n studenten in het hoger onderwijs. De regering wil dat geld nu liever gebruiken om alle kinderen gratis basisonderwijs te bieden: zes jaar in de lagere school en drie jaar secundair onderwijs. Volgens Cedric Kavamahanga, student aan het Instituut voor Wetenschap en Technologie in Kigali, zullen veel van zijn medestudenten moeten stoppen met studeren. Maar de Rwandese regering blijft erbij dat de nieuwe focus op het basisonderwijs de opofferingen in het hoger onderwijs waard is. De minister van Onderwijs Charles Murigande belooft dat het beurssysteem geleidelijk afgebouwd zal worden. Hij hoopt ook dat universiteiten zelf beurzen in het leven zullen roepen met geld uit onderzoek. Studenten kunnen ook een lening afsluiten die ze na hun studies terugbetalen. Onderwijsdeskundigen vrezen echter voor de gevolgen van de beslissing. Op korte termijn kan Rwanda weliswaar een pak meer kinderen basisonderwijs garanderen, maar op lange termijn lukt het misschien niet om een intellectuele top te vormen die het land economisch vooruit kan helpen. (Bron: IPS) 1. Wat is volgens de overheid de belangrijkste reden om te besparen op hoger onderwijs en te investeren in basisonderwijs? 2. Wat is het belangrijkste negatieve gevolg op korte termijn? 3. Wat is het belangrijkste negatieve gevolg op lange termijn? 4. In welke categorie plaatsen jullie dit verhaal: positief, neutraal of negatief? 5. Kies drie treffende kernwoorden aan de hand waarvan jullie het verhaal overzichtelijk,

7 3 OPINIE MAANDAG 7 APRIL 2014 Het is van moeten in Rwanda 7 april 2014 (OPINIE) - Iedereen lijkt het erover eens dat Rwanda sinds 1994 geen democratie is geworden met recht op vrije meningsuiting. Maar op economisch vlak gaat het land er wel op vooruit. Vraag is: wie profiteert van die economische groei? Op economisch vlak leek de verrijzenis van Rwanda een succesverhaal. Volgens de officiële cijfers is armoede en ongelijkheid gedaald. Rwanda doet het ook goed als het over de millenniumdoelstellingen gaat. Moeder- en kindersterfte daalden spectaculair de jongste jaren, mede dankzij een wijdverspreid ziekteverzekeringssysteem. Meer kinderen gingen naar school. Maar vertellen die cijfers wel het hele verhaal? Op het terrein is de werkelijkheid veel complexer. Veel kleine boeren worden door het nieuwe landbouwbeleid van hun land gedreven. Er zijn vergunningen nodig om goederen te verkopen op de markt, om artisanale bakstenen en pannen te maken of om als fietstaxi te werken. En je moet relatief hoge taksen betalen om die activiteiten te mogen uitoefenen. Heel veel jongeren kunnen niet trouwen omdat ze de middelen niet hebben om een huis te kunnen bouwen volgens de officiële standaarden. Naargelang de lokale context zijn er boetes omdat mensen hun koeien vrij laten grazen, omdat ze geen (dure en verplichte) ziekteverzekering hebben, omdat ze niet in het ziekenhuis bevallen, omdat ze niet de juiste gewassen verbouwen, omdat ze geen dakpannen op hun huis hebben, omdat ze niet juist gekleed gaan. Het leven is er voor veel Rwandezen niet gemakkelijker op geworden. Er is inderdaad economische ontwikkeling. Je moet maar een dag in Kigali verblijven om dat te zien. En ook op het platteland is er economische groei. Maar die groei blijft kleven bij een beperkte klasse en sijpelt niet door naar de overgrote meerderheid van de bevolking. Vooral bij jongeren neemt de frustratie over een gebrek aan toekomst toe. An Ansoms UCL (De volledige versie van dit artikel verscheen in De Standaard) 1. Noem 3 positieve evoluties sinds de genocide, die blijken uit de officiële cijfers. 2. Noem 3 regels die het moeilijk maken voor de arme bevolking, voor de kleine boeren. 3. Wie profiteert er hoofdzakelijk van de nieuwe regels? 4. In welke categorie plaatsen jullie dit verhaal: positief, neutraal of negatief? 5. Kies drie treffende kernwoorden aan de hand waarvan jullie het verhaal overzichtelijk,