3 Rundveefokkerij Melkproductiecontrole Selectie Fokwaardeschatting Inseminatieplannnen 69 3.
|
|
- Adriana Martens
- 2 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Veiligheidsvoorschriften Genen en hun vererving Genotype en fenotype Erfelijke gebreken Genfrequenties Afsluiting 27 2 Fokmethoden Zuivere teelt en inteelt Kruisingen Fokwaardeschatting Selectie op index Selectie en selectieresultaten Afsluiting 50 3 Rundveefokkerij Melkproductiecontrole Selectie Fokwaardeschatting Inseminatieplannnen Afsluiting 70 4 Varkensfokkerij Wetten en regels Organisaties en structuur Varkensrassen Fokprogramma's Gegevens verzamelen Afsluiting 92 Trefwoordenlijst 95 INHOUD 7
2 8 FOKKERIJ EN MANAGEMENT
3 1 Veiligheidsvoorschriften Oriëntatie Het ene dier is het andere niet. Er zijn grote verschillen in uiterlijk en in productie tussen dieren. Deze eigenschappen van de dieren liggen voor een groot deel erfelijk vast. Als veehouder kun je hier weinig aan doen. De productie en hoedanigheid van de nieuwe generatie is echter ook voor een groot deel afhankelijk van omgevingsfactoren. Op welke zaken kun je als veehouder invloed uitoefenen en welke kenmerken zijn (grotendeels) genetisch bepaald? Hoe kun je door gericht te fokken toch je doel bereiken? Wat zijn de gevolgen als je dieren inzet die drager zijn van een erfelijk gebrek? Het is voor elke veehouder belangrijk om een goed inzicht in deze materie te krijgen. 1.1 Genen en hun vererving Natuurlijk moet je dieren goed verzorgen als je wilt dat ze topprestaties leveren. Maar ze moeten het wel al in zich hebben: zonder de goede erfelijke aanleg begin je met een achterstand. Het moet bij de dieren in alle opzichten goed zitten tussen de oren. Mendel De Oostenrijkse monnik Mendel zette in 1865 als eerste mens iets op papier over hoe de erfelijkheid in elkaar zit. Aanvankelijk werd hij uitgelachen, maar ongeveer dertig jaar later werd zijn visie geaccepteerd als de erfelijkheidswetten van Mendel. Hij ontdekte bij het kruisen van erwtenplanten dat sommige (dominante) eigenschappen andere (recessieve) kenmerken overheersten. In een ander geval kwamen de twee eigenschappen (bloemkleur) in een mengvorm tot uiting (intermediair). Zijn theorieën bleken later net zo voor dieren te gelden als voor planten. De celkern chromosomen genen diploïd Om te begrijpen hoe bepaalde eigenschappen vererven. moet je je verdiepen in de gebeurtenissen in de cel tijdens de voortplanting. De erfelijke eigenschappen van een individu liggen opgeborgen in de kern van de cellen. In deze kern bevinden zich chromosomen, met daarop de genen. Deze genen zijn de eigenlijke dragers van de erfelijke eigenschappen. Iedere diersoort heeft een vast aantal chromosomen. Chromosomen komen in paren voor: in een normale lichaamscel is er dus altijd een even aantal chromosomen. Men duidt dit aan met de term diploïd. Het aantal chromosoomparen wordt vaak aangegeven met de letter n. Voor een varken bijvoorbeeld geldt: n = 19. Elk dier heeft in zijn celkernen dus 2n chromosomen. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 9
4 Fig. 1.1 Het aantal chromosomen van enkele diersoorten. Diersoort Varken 38 Rund 60 Schaap 54 Geit 60 Ezel 62 Paard 64 Kip 78 Hond 78 Mens 46 Chromosomen Bouw van een chromosoom DNA Een chromosoom is een zeer lang molecuul met een touwladderstructuur. De 'stijlen' van de touwladder bestaan uit fosfaten en de 'sporten' bestaan uit basen. De gehele molecuul wordt desoxyribose nucleïne acid genoemd, kortweg DNA. Fig. 1.2 Schematische weergave van een stukje DNA. gen Op een chromosoom zijn de genetische eigenschappen vastgelegd in de genen. Een stukje van het chromosoom dat de code voor een eigenschap bevat, wordt een gen genoemd. Elk chromosoom bevat vele genen. De codes voor de verschillende eigenschappen zijn vastgelegd met slechts vier verschillende basen. Het aantal en de volgorde van de basen waaruit een gen bestaat, varieert echter enorm. Zo kan met een beperkt aantal bouwstenen een oneindig aantal eigenschappen gecodeerd worden. Ieder levend wezen op aarde gebruikt ditzelfde DNA voor de codering van zijn eigenschappen. 10 FOKKERIJ EN MANAGEMENT
5 geslachtschromosomen Bijna alle chromosoomparen zijn aan elkaar gelijk in die zin dat ze voor dezelfde eigenschappen coderen. Dat zijn de homologe chromosomen. Een uitzondering hierop is het chromosoompaar dat verantwoordelijk is voor het geslacht van een individu. Dit zijn de geslachtschromosomen. Deze worden aangeduid met een X of een Y. Bij zoogdieren bezit het mannelijke dier een X- en een Y-chromosoom, terwijl het vrouwelijke exemplaar twee X-chromosomen heeft. Alle lichaamscellen met een kern bevatten de volledige set chromosomen. Bij de gewone celdeling worden alle chromosomen gedupliceerd en de kopieën verdeeld over de dochtercellen. Celdeling mitose Voortplanting, en dus vermenigvuldiging van genetisch materiaal, gebeurt op verschillende manieren. De simpelste wijze van voortplanten is het splitsen van cellen: celdeling of mitose. Dit komt voor bij de deling van eencellige organismen, maar ook bij de groei van weefsels en organen bij de hogere diersoorten. Hierbij splitsen de chromosomenparen zich, waarna van ieder chromosoom een kopie gemaakt wordt. Er zijn nu twee volledige setjes chromosoomparen. Deze setjes bewegen zich ieder naar een pool van de cel. Om beide groepjes nieuwe chromosomen vormt zich een nieuwe kernmembraan, waarna zich een nieuwe celwand vormt tussen de nieuwe cellen. Fig. 1.3 Mitose bij een dierlijke cel. Voortplanting gameten meiose haploïd zygote Bij de vorming van geslachtscellen of gameten (zaad- en eicellen) splitsen de chromosoomparen zich ook, maar ze worden daarna niet gekopieerd. In de nieuwe cellen komt dus van elk paar slechts een chromosoom te zitten. De geslachtscellen van varkens bevatten dus negentien chromosomen. Deze deling om geslachtscellen te produceren heet reductiedeling of meiose. De geslachtscellen hebben een volledige set enkele chromosomen. Dit noemt men haploïd, de helft van de chromosomen is aanwezig. Op die chromosomen zijn wel de codes voor alle eigenschappen aanwezig, maar in enkelvoud. Bij de bevruchting vormen de homologe chromosomen van zaaden eicel weer volledige paren. De bevruchte eicel (zygote) is dus weer diploïd. Chromosomen van verschillende individuen zijn samengevoegd tot paren. Het gevolg GENEN EN HUN VERERVING 11
6 is dat van het nieuwe individu alle eigenschappen genetisch gezien voor de helft bepaald zijn door de vader en voor de helft door de moeder. Welke helft? Dat is volledig toeval. Geslachtsbepaling van het embryo Bij de reductiedeling wordt ook het paar geslachtschromosomen gescheiden en verdeeld over verschillende geslachtscellen. Na de meiose in de teelballen bevat de helft van de spermacellen het X-chromosoom en de andere helft het Y-chromosoom. Eicellen kunnen alleen maar het X-chromosoom bevatten. Voor het geslacht van het embryo is dus bepalend welke zaadcel de bevruchting realiseert. Een zaadcel met een Y-chromosoom resulteert in een mannelijk embryo, een zaadcel met een X- chromosoom geeft een vrouwelijke nakomeling. Dit geldt voor alle zoogdieren, dus ook voor het varken. Bij vogels, zoals kippen, is het precies andersom. Daar bepaalt de hen het geslacht van de nakomelingen. Fig. 1.4 De zaadcellen van de beer bepalen of er een zeugje of een beertje ontstaat. Individuen die tweeslachtig zijn, hebben die eigenschap doordat er bij de reductiedeling iets fout is gegaan. Een enkele keer komt het bijvoorbeeld voor dat de scheiding van de geslachtschromosomen niet goed verloopt, waardoor een zaadcel ontstaat, waarin zowel het X- als het Y-chromosoom nog aanwezig is. Zou deze zaadcel een eitje bevruchten, dan ontstaat een embryo met XY van de vader, gecombineerd met X van de moeder, dus XXY als geslachtschromosomen. Uit zo'n embryo kan een individu groeien met zowel mannelijke (XY) als vrouwelijke (XX) eigenschappen. Deze tweeslachtige individuen zijn meestal niet vruchtbaar. Geslachtsgebonden eigenschappen Ook de geslachtschromosomen bevatten erfelijke informatie. Dit worden 12 FOKKERIJ EN MANAGEMENT
2 Voortplanten met organen Bouw en werking van geslachtsorganen Werking van geslachtshormonen Afsluiting 31
Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Voortplanten van genen 9 1.1 Genetica 9 1.2 Kruisingen 13 1.3 Crossing-over en mutatie 16 1.4 Erfelijkheid en praktijk 17 1.5 Inteelt en inteeltdepressie 21 1.6 Afsluiting
Samenvattingen. Samenvatting Thema 4: Erfelijkheid. Basisstof 1. Basisstof 2. Erfelijke eigenschappen:
Samenvatting Thema 4: Erfelijkheid Basisstof 1 Erfelijke eigenschappen: - Genotype: o genen liggen op de chromosomen in kernen van alle cellen o wordt bepaald op moment van de bevruchting - Fenotype: o
ERFELIJKHEID. 1 N i e t a l l e m a a l h e t z e l f d e Afbeelding 17-2
ERFELIJKHEID 1 N i e t a l l e m a a l h e t z e l f d e Afbeelding 17-2 Afbeelding 17-1 Mensen uit elkaar houden vind je vast makkelijker. Toch hebben ook mensen veel meer overeenkomsten dan verschillen.
Jongetje of meisje? hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.
Auteur VO-content Laatst gewijzigd 24 October 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/62534 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken
Samenvatting Erfelijkheid Vmbo 3a Biologie voor Jou. Erfelijke informatie ligt in de celkern in de chromosomen. Chromosomen bestaan weer uit DNA.
Samenvatting Erfelijkheid Vmbo 3a Biologie voor Jou 4.1 Fenotype Genotype = waarneembare eigenschappen van een individu = de erfelijke informatie in het DNA Genotype + milieufactoren = fenotype Erfelijke
Klinische Genetica. Geslachtsgebonden (X-chromosoom gebonden) recessieve overerving
Klinische Genetica Geslachtsgebonden (X-chromosoom gebonden) recessieve overerving Klinische Genetica Bij uw bezoek aan de polikliniek Klinische Genetica heeft de klinisch geneticus of een genetisch consulent
HAVO 5 Begrippenlijst Erfelijkheid allel Allelen zijn verschillende vormen van een gen. Zij liggen in homologe chromosomen op precies dezelfde
HAVO 5 Begrippenlijst Erfelijkheid allel Allelen zijn verschillende vormen van een gen. Zij liggen in homologe chromosomen op precies dezelfde plaats. Allelen coderen voor dezelfde eigenschap bijvoorbeeld
S e k S u e l e v o o r t p l a n t i n g r e d u c t i e d e l i n g o f m e i o S e e n g e n e t i S c h e v a r i a t i e
76 Voortplanting S e k s u e l e v o o r t p l a n t i n g De seksuele voortplanting of reproductie van de mens houdt in dat man en vrouw elk de helft van hun erfelijke aanleg, dus één van elk van de 22
3. Eén gen kan vele allelen hebben. Hoeveel allelen van één gen heeft ieder individu?
Genetica Vragen bij hoofdstuk 13, 14 en 15 van 'Biology', Campbell, 7e druk Versie 2006 2007 Theorie 1. Hoe noemt men een plant die raszuiver is voor een bepaalde eigenschap? 2. Hoe noemt men planten met
Begeleiden voortplanting vee. Fokkerij en management
Begeleiden voortplanting vee Fokkerij en management Fokkerij en management Theorie Theo Boumans Jan Rietjens Jan Oosterwijk eerste druk, 2002 FOKKERIJ EN MANAGEMENT 3 Artikelcode: 28054.2 Colofon Auteursteam:
Newsletter April 2013
1. Inleiding Met het thema van deze nieuwsbrief willen we ons richten op de fundamenten van het fokken: de basisgenetica. Want of je het nu wil of niet. dit is ook de basis voor een succesvolle fok! Misschien
4 HAVO thema 4 Erfelijkheid EXAMENTRAINER OEFENVRAGEN
Examentrainer Vragen Karyogrammen In afbeelding 1 zijn twee karyogrammen weergegeven. Deze karyogrammen zijn afkomstig van een eeneiige tweeling. Het ene kind is van het mannelijk geslacht zonder duidelijke
PRAKTISCH MEER OVER ERFELIJKHEID
l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n PRAKTISCH MEER OVER ERFELIJKHEID over houden van huisdieren Heel wat ziekten en aandoeningen bij dieren zijn (helemaal
2. Erfelijkheid en de ziekte van Huntington
2. Erfelijkheid en de ziekte van Huntington Erfelijkheid Erfelijk materiaal in de 46 chromosomen De mens heeft in de kern van elke lichaamscel 46 chromosomen: het gaat om 22 paar lichaamsbepalende chromosomen
28 Testkruising testkruising = een kruising om te achterhalen of een organisme homozygoot of heterozygoot is. Voorbeeld van een testkruising om te bepalen of een organisme homozygoot of heterozygoot is
Biologie (jaartal onbekend)
Biologie (jaartal onbekend) 1) Bijgevoegde fotografische afbeelding geeft de elektronenmicroscopische opname van een organel (P) van een cel. Wat is de belangrijkste functie van dit organel? A. Het transporteren
De volgende vragen testen je kennis van de meest voorkomende vaktermen in de klassieke genetica. Welk woord ontbreekt in de volgende zinnen?
Populatiegenetica Versie 2006-2007 Vragen bij COO Belangrijke begrippen De volgende vragen testen je kennis van de meest voorkomende vaktermen in de klassieke genetica. Welk woord ontbreekt in de volgende
Genetische Selectie. Eindwerk: hondenfokker 2 de jaar. Sabine Spiltijns
Genetische Selectie Eindwerk: hondenfokker 2 de jaar Sabine Spiltijns 2010-2011 0 We kunnen aan de hand van een genetische selectie ongeveer voorspellen hoe de puppy s van onze hondjes er gaan uitzien.
Celdeling vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Auteur VO-content Laatst gewijzigd 14 July 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/62460 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Erfelijkheid. Examen VMBO-GL en TL. biologie CSE GL en TL. Bij dit examen hoort een bijlage.
Examen VMBO-GL en TL Erfelijkheid biologie CSE GL en TL Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 26 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 30 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Biologie: Erfelijke informatie in de cel 6/29/2013. dr. Brenda Casteleyn
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Biologie: Erfelijke informatie in de cel 6/29/2013 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) en studenten van forum
Basis erfelijkheid. K.V.K de Koperwiek 1 oktober 2013
Basis erfelijkheid K.V.K de Koperwiek oktober 0 Erfelijkheid Elk levend individu heeft evenveel meegekregen van zijn vader als van zijn moeder. Elk onderdeel vererft onafhankelijk van alle andere Kleur
Erfelijkheidsschema's deel 1.
Erfelijkheidsschema's deel 1. Theorie: o Elke cel bevat 2n chromosomen. n = aantal verschillende chromosomen. Bij mensen is n=23 en dus zitten in elke lichaamscel 23 paar (46) chromosomen. Eén deel kreeg
3.Mitose. 2.Mitose. Hoeveel chromatiden bevat een menselijke cel maximaal tijdens te mitose?
In welke cellen vindt mitose plaats? Hoeveel chromatiden bevat een menselijke cel maximaal tijdens te mitose? Hoeveel centromeren bevat een menselijke cel maximaal tijdens de mitose? Een cel ondergaat
Level 1. Vul het juiste woord in
Level 1 Vul het juiste woord in Keuze uit: Gen, Allel, Locus, Dominant, Recessief, Co-dominantie, Monohybride kruising, Dihybride kruising, Autosoom, Autosomale overerving, X-chromosomale overerving, Intermediair
Klinische Genetica. Autosomaal dominante overerving
Klinische Genetica Autosomaal dominante overerving Klinische Genetica U bent (of uw kind is) doorverwezen naar de polikliniek Klinische Genetica. Tijdens de eerste afspraak legt een klinisch geneticus
Klinische Genetica. Autosomaal recessieve overerving
Klinische Genetica Autosomaal recessieve overerving Klinische Genetica U of uw kind is doorverwezen naar de polikliniek Klinische Genetica. Tijdens de afspraak legt een klinisch geneticus of een genetisch
Copyright 2008 Pearson Education Inc., publishing as Pearson Benjamin Cummings
De meeste organismen hebben een twee sets chromosomen, met daarop informatie voor alle eigenschappen van dat organisme (diploid) Deze erfelijke informatie noemen we het genotype Hoe deze erfelijke informatie
Oplossingen Biologie van 2000
www. Oplossingen Biologie van 2000 Disclaimer: Alle uitwerkingen zijn onder voorbehoud van eventuele fouten. Er is geen enkele aansprakelijkheid bij de auteur van deze documenten. Vraag 1 Om deze vraag
Vererving Toegepast bij Europese vogels. Door Ben Cretskens
Vererving Toegepast bij Europese vogels Door Ben Cretskens Inhoud Inleiding Mutatie? Lichaam van de vogel Bevruchting Kleuren Verervingen Inleiding Darwin had gelijk! Wetten van Mendel Eigenschappen van
Veehouderij. Ondersteunen fokkerij
Veehouderij Ondersteunen fokkerij Ondersteunen fokkerij Varkensfokkerij GertWouter Bouwman Jan Nijholt Jan Oosterwijk tweede druk, 2000 1999 ONDERSTEUNEN FOKKERIJ 3 Artikelcode: 10322 2000 1999 Ontwikkelcentrum,
Level 1. Vul het juiste woord in
Level 1 Vul het juiste woord in Keuze uit: Gen, Allel, Locus, Dominant, Recessief, Co-dominantie, Monohybride kruising, Dihybride kruising, Autosoom, Autosomale overerving, X-chromosomale overerving, Intermediair
Infoblad. Chromosoomafwijkingen. Chromosoomafwijkingen, wat zijn dat eigenlijk? En waardoor ontstaan ze? Hierover lees je in dit infoblad.
Chromosoomafwijkingen Chromosoomafwijkingen, wat zijn dat eigenlijk? En waardoor ontstaan ze? Hierover lees je in dit infoblad. Chromosomen In het lichaam zitten heel veel cellen. De cellen zijn de bouwstenen
Tussen de trofoblast en de kiemschijf wordt de navelstreng gevormd.
Biologie SE4 Hoofdstuk 6 Paragraaf 1 Tijdens de ovulatie komt een eicel vrij uit een van de beide ovaria. Deze eicel komt terecht in een eileider. Een van de zaadcellen die de tocht van de vagina naar
Verklarende woordenlijst
12 Verklarende woordenlijst Gebaseerd op een woordenlijst die werd ontwikkeld door Londen IDEAS Genetic Knowledge Park aangepast volgens hun kwaliteitsnormen. Januari 2008 Gesteund door EuroGentest, NoE
Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk?
Biologie Vraag 1 Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk? Microvilli Microtubuli Microfilamenten Intermediaire filamenten Biologie: vraag 1 Biologie Vraag 2
Verklarende Woordenlijst
12 Verklarende Woordenlijst Gebaseerd op een woordenlijst die werd ontwikkeld door Londen IDEAS Genetic Knowledge Park aangepast volgens hun kwaliteitsnormen. Juli 2008 Vertaald door Mies Wits-Douw en
BIOLOGIE VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.10.1
BIOLOGIE VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEAMEN 2016 V15.10.1 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens (CvTE). Het CvTE is verantwoordelijk voor de afname van
Een mens is voor 50% genetisch identiek aan een banaan.
Een mens is voor 50% genetisch identiek aan een banaan. Qu3 / DNABAR Noorderlicht 2010 Voorwoord 3 Dit boekje is een initiatief van de afdeling Genetica van het Universitair Medisch Centrum Groningen.
Jongetje of meisje? vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Auteur VO-content Laatst gewijzigd 15 July 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/62461 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Juli blauw Biologie Vraag 1
Biologie Vraag 1 Bij bijen komt parthenogenese voor. Dit is de ontwikkeling van een individu uit een onbevruchte eicel. Bij bijen ontstaan de darren (mannelijke bijen) parthenogenetisch. De koningin en
Juli geel Biologie Vraag 1
Biologie Vraag 1 Bij bijen komt parthenogenese voor. Dit is de ontwikkeling van een individu uit een onbevruchte eicel. Bij bijen ontstaan de darren (mannelijke bijen) parthenogenetisch. De koningin en
Zijn er bij deze onderwerpen deficiënties, dan kun je via de volgende sites je kennis vergroten: - -
VOORKENNIS BIOLOGIE Inhoud Organen en Cellen... 2 Voortplanting... 3 Erfelijkheid... 3 Planten... 4 Verbranding en ademhaling... 5 Voeding en vertering... 5 De cursus biologie, die je voorbereidt op het
Inhoud. Voorwoord 5. Inleiding 6
Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Erfelijkheidsleer 9 1.1 Erfelijke verandering 9 1.2 Ontdekking van de erfelijkheidsleer (genetica) 12 1.3 De chromosomen 13 1.4 Kwalitatieve eigenschappen 17 1.5 De monogene
3 H3. Geslachtscellen maken? CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.
Auteur Its Academy Laatst gewijzigd Licentie Webadres 08 May 2015 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/51181 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.
Fenotype nakomelingen. donker kort 29 donker lang 9 wit kort 31 wit- lang 11
1. Bij honden is het allel voor donkerbruine haarkleur (E) dominant over het allel voor witte haarkleur (e). Het allel voor kort haar (F) is dominant over het allel voor lang haar (f). Een aantal malen
Copyright 2008 Pearson Education Inc., publishing as Pearson Benjamin Cummings
De meeste organismen hebben een twee sets chromosomen, met daarop informatie voor alle eigenschappen van dat organisme (diploid) Deze erfelijke informatie noemen we het genotype Hoe deze erfelijke informatie
Spierziekten en genetica
Susan Peters, MSc Spierziekten en genetica Chromosomen en genen Ons lichaam is opgebouwd uit miljarden cellen. Zij ontstaan door celdeling. Eerst is er alleen een bevruchte eicel. Deze deelt zich in tweeën,
Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk?
Biologie Vraag 1 Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk? Microtubuli Microfilamenten Intermediaire filamenten Microvilli Biologie: vraag 1 Biologie Vraag 2
Concept cartoons zijn meerkeuzevragen in de vorm van een dialoog met plaatje. Dat ziet er bijvoorbeeld zo uit:
Concept cartoons Concept cartoons zijn meerkeuzevragen in de vorm van een dialoog met plaatje. Dat ziet er bijvoorbeeld zo uit: Over de dialoog De uitspraken die de figuren doen, zijn gebaseerd op wetenschappelijk
Examen Voorbereiding Erfelijkheid
Examen Voorbereiding Erfelijkheid Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016 Thema 4 Erfelijkheid Begrippenlijst: Begrip DNA-sequentie Genexpressie Epigenetica Homozygoot Heterozygoot Intermediair Monohybride
Nederlandse samenvatting
Wanneer in een gesprek het onderwerp gentherapie wordt aangesneden, wordt vrijwel onmiddelijk stier Herman van stal gehaald. Dit gebeurt ten onrechte. Stier Herman is een kloon en kloneren is niet hetzelfde
Monohybride en dihybride kruisingen vmbo-kgt34
Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 19 July 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/63372 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.
Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk?
Biologie Vraag 1 Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk? Microtubuli Microfilamenten Intermediaire filamenten Microvilli Biologie: vraag 1 Biologie Vraag 2
ALGEMENE ERFELIJKHEIDSLEER
ALGEMENE ERFELIJKHEIDSLEER INHOUDSOPGAVE: BEKNOPTE ALGEMENE ERFELIJKHEID... 2 Begripen... 2 Mutatie... 2 De lichaamscel... 3 De celkern... 3 De celdeling van de somatische cel... 4 De reductiedeling...
Oefenvraagstukken genetica
Oefenvraagstukken genetica Monohybride kruisingen. 50 meerkeuze vragen. OPLOSSEN MET KRUISSINGSSCHEMA!!!!! 1. Poes Kitty met lange haren heeft gepaard met kater Kobus. Zij krijgt zowel kortharige als langharige
De romp bestaat uit een borstholte en een buikholte, gescheiden door het middenrif.
Samenvatting Thema 1: Organen en cellen Basisstof 1 Levenskenmerken (levensverschijnselen): - stofwisseling (ademhaling, voeding, uitscheiding) - groei - voortplanting - reageren op prikkels - ontwikkeling
Afwegingen bij de keuze voor ICSI. Polikliniek Gynaecologie Route 48
Afwegingen bij de keuze voor ICSI Polikliniek Gynaecologie Route 48 0 De inhoud van deze voorlichtingsfolder is samengesteld door de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG). Deze folder
Basisstof 7 Genetische variatie
Afbeelding 33. RNA-interferentie.1 RNA bevat 2 complementaire sequenties die aan elkaar plakken, zodat er een haarspeld structuur ontstaat (1 van afbeelding 33). Het enzym Dicer knipt het dubbele RNA in
Mitochondriële ziekten
Mitochondriële ziekten Erfelijkheid NCMD Het Nijmeegs Centrum voor Mitochondriële Ziekten is een internationaal centrum voor patiëntenzorg, diagnostiek en onderzoek bij mensen met een stoornis in de mitochondriële
Dialogen voor conceptcartoons. Verband genotype/fenotype, dominant/recessief
Dialogen voor conceptcartoons Verband genotype/fenotype, dominant/recessief 1 Is dit ons kind? (Zie conceptcartoon Horst Wolter op deze site.) Leermoeilijkheid (misconcept): Uiterlijke eigenschappen weerspiegelen
Welke combinatie van twee celorganellen en hun respectievelijke functies is correct?
Biologie Vraag 1 Welke combinatie van twee celorganellen en hun respectievelijke functies is correct? ribosoom en synthese van eiwitten kern en fotosynthese mitochondrion en fotosynthese ribosoom
Klonen van dieren. Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
Klonen van dieren Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie 2 Klonen van dieren Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie I: Wat is klonen? Klonen is het ongeslachtelijk voortplanten
Examenreader Erfelijkheid BIOLOGIE
Examenreader ERFELIJKHEID Inhoud 1 Introductie 2 2 Eindtermen erfelijkheid... 3 3 Begrippenlijst erfelijkheid... 4 4 Oefening Jongen of een meisje?... 6 5 Algemeen geldende regels rond kruisingsvraagstukken...
Basis Katten Genetica - 1
Basis Katten Genetica - 1 Inleiding Alles wat leeft bestaat uit een grote hoeveelheid cellen, die eigenlijk niets anders doen dan voedingsstoffen opnemen en zichzelf in tweeën delen Een cel zou, met enige
Biologie 1997 Augustus
www. Biologie 1997 Augustus Vraag 1 In de onderstaande tekening is de elektronenmicroscopische afbeelding van een cel van een traanklier van een mens weergegeven. Het afgescheiden traanvocht bevat een
Genetische aspecten. Inleiding
Hoofdstuk 2 Genetische aspecten Inleiding De ontwikkeling van één enkele bevruchte eicel tot een uiterst complex menselijk organisme staat onder voortdurende invloed van erfelijke factoren, van het interne
SZH voor levend erfgoed
SZH voor levend erfgoed Populatiemanagement Infoavond Drentsche Patrijshonden Woudenberg 19 november 2013 Een korte introductie Kor Oldenbroek Myrthe Maurice Van Eijndhoven Wat kunt u vandaag verwachten:
intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI)
patiënteninformatie intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI) ICSI is een afkorting van intracytoplasmatische sperma-injectie. ICSI is een vorm van reageerbuisbevruchting. Bij een ICSI-behandeling brengt
Examen Voorbereiding Cellen
Examen Voorbereiding Cellen Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016 Thema 2 Cellen Begrippenlijst: Begrip Organellen Plastiden Stamcellen Embryonale stamcellen Adulte stamcellen Endoplasmatisch reticulum
Evolutie van de generatiewisseling
Evolutie van de generatiewisseling Oefen- en zelftoetsmodule bij hoofdstukken 29 en 30 van Campbell november 2006 Introductie Met behulp van dit zelfstudie-onderdeel oefen je de termen en begrippen die
Inteelt in de VSS. Erik Schuiling, 28 januari 2011
Inteelt in de VSS Erik Schuiling, 28 januari 2011 1. De VSS en de rassen 2. Soort en ras 3. Wat is inteelt 4. Effecten van inteelt 5. Inteelt voorkomen 6. Slot 1 1. Vereniging Speciale Schapenrassen 50
Afsluitende les. Leerlingenhandleiding. DNA-onderzoek en gentherapie
Afsluitende les Leerlingenhandleiding DNA-onderzoek en gentherapie Inleiding In de afsluitende les DNA-onderzoek en gentherapie zul je aan de hand van een aantal vragen een persoonlijke en kritische blik
Biologie Vraag 1 <A> <B> <C> <D> Vraag 1. Dit zijn een aantal gegevens over een nucleïnezuur.
Biologie Vraag 1 Dit zijn een aantal gegevens over een nucleïnezuur. 1. Het is een enkelvoudige keten. 2. Het bevat als basen: G A C T. 3. Het varieert naargelang de soort cel binnen één organisme. 4.
Het fokken van rashonden. Omgaan met verwantschap en inteelt. Kor Oldenbroek Jack Windig
Het fokken van rashonden Omgaan met verwantschap en inteelt Kor Oldenbroek Jack Windig Begrippenlijst Begrippenlijst Allel Een variant van een gen. Een variant kan ertoe leiden dat er een ander eiwit wordt
D N A e N c h r o m o s o m e N humane genoom adenosine (A), guanosine (G), cytidine (C) thymidine (T) nucleotiden Uridine (U)
26 Erfelijke aanleg D N A e n c h r o m o s o m e n Onze menselijke ontwikkeling, zowel de lichamelijke als de geestelijke, wordt bepaald en gestuurd door onze erfelijke aanleg. Recent is gebleken dat
Inhoud les 2. Afwijkingen van wetten van Mendel Polyploïdie. Autopolyploïden Allopolyploïden. les 2 Populatie- en kwantitatieve genetica 1
Inhoud les 2 Afwijkingen van wetten van Mendel Polyploïdie Autopolyploïden Allopolyploïden genetica 1 Schijnbare afwijkingen van Wetten van Mendel Certatie: letterlijk wedstrijd (tussen pollenkorrels).
Thema Generaties hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/62532
Auteur VO-content Laatst gewijzigd 30 mei 2017 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres https://maken.wikiwijs.nl/62532 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet.
Alles door elkaar 1. a) b) c) 2. a) b) c) a) b) BIOLOGIE 2017/18 WERKBOEK
Alles door elkaar 1. Van twee erwtenplanten worden nakomelingen verkregen. Hiervan blijken er 28 rode bloemen te dragen en 11 witte bloemen. a) Wat zijn de genotypen van de ouderplanten? b) Welk allel
BIOLOGIE VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V
BIOLOGIE VMBO KB VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V17.03.2 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens (CvTE). Het CvTE is verantwoordelijk voor de afname van
Standaard Beknopte algemene erfelijkheidsleer
Standaard Beknopte algemene erfelijkheidsleer Uitgegeven door: Nederlandse Bond van Vogelliefhebbers Beknopte algemene erfelijkheid Begrippen Mutatie De lichaamscel De celkern De celdeling van de somatische
Chapter. Nederlandse samenvatting. (Dutch summary)
Chapter 5 Nederlandse samenvatting (Dutch summary) Nederlandse samenvatting De meeste diersoorten planten zich voort via twee geslachten: mannetjes en vrouwtjes. Dit wordt seksuele voorplanting genoemd
Keurmeestersvereniging Zangkanaries Opleiding keurmeester Zangkanaries
Keurmeestersvereniging Zangkanaries Pagina - 1 - van 15 In deze module zal op een minder wetenschappelijke, maar meer populaire wijze worden ingegaan op zaken die zich afspelen rond de cel met daarin de
Chromosoomonderzoek bij herhaalde miskramen
Chromosoomonderzoek bij herhaalde miskramen Een miskraam betekent vrijwel altijd een teleurstelling voor een vrouw en haar partner. Al snel zal de vraag naar de oorzaak gesteld worden; na een tweede miskraam
Eindexamen biologie vwo I
Eendagshaantjes In de pluimveehouderij worden in Nederland jaarlijks tientallen miljoenen eendagshaantjes gedood. Dit cijfer is te vinden in het rapport Alternatieven voor doding van eendagskuikens, in
Biologie 2000 Vraag 1 De plaats waar de chromatiden van een chromosoom tijdens de eerste fasen van een cel/kerndeling aan mekaar vastzitten noemt men: A. Centriool B. Centromeer C. Centrosoom D. Chromomeer
Kruisingen van de girlitz met de rode kanarie en hun nakomelingen
Kruisingen van de girlitz met de rode kanarie en hun nakomelingen Korte handleiding voor een doelgerichte kweek met hybriden aan de hand van enkele grondbeginselen van de erfelijkheidsleer en een praktijkvoorbeeld
PENTA College csg Scala Rietvelden Vakgroep biologie 3 havo Thema 5 Erfelijkheid
Thema 5 Erfelijkheid Naam Klas : : 1 Inhoudsopgave Paragraaf 1 Genotype en fenotype blz. 3-4 Paragraaf 2 Homologe chromosomen blz. 5 t/m 8 Paragraaf 3 Geslachtelijke voortplanting blz. 9-10 Paragraaf 4
Krokodil 32 Bruine rat 42 Konijn 44 Zijdeaapje 46 Chimpansee 48 Tabel 1
A BASISSTOF Beantwoord de volgende vragen. 1 Hoe wordt de informatie voor de erfelijke eigenschappen van een organisme genoemd? De volgende gegevens horen bij de vragen 2 en 3. In tabel 1 is voor enkele
Fokken, hoe doe je dat? Fokkerij Fokkerij: rekening houden met wetten en toeval De DNA-code Zaadcel en eicel
Fokken, hoe doe je dat? Kor Oldenbroek, CGN (http://www.wageningenur.nl/nl/expertises- Dienstverlening/Wettelijke-Onderzoekstaken/Centrum-voor-Genetische-Bronnen- Nederland-1.htm ) en Jinke Hesterman,
7.1 Genetica. Algemeen overzicht van termen DNA
Hoofdstuk 7 Fokken 7.1 Genetica 7.1.1 Genetische invloeden en leefmilieu invloeden 7.1.2 Het selecteren 7.1.3 Inleiding over inteelt, lijnteelt en een outcross 7.1.4 Verdere diepgang in de materie van
Erfelijkheidsonderzoek: Exoomsequencing
Erfelijkheidsonderzoek: Exoomsequencing Exoomsequencing is een nieuwe techniek voor erfelijkheidsonderzoek. In deze folder vindt u informatie over dit onderzoek. De volgende onderwerpen komen aan bod:
Welke van de bovenstaande celorganellen of levensprocessen kunnen zowel in prokaryote, als in eukaryote cellen voorkomen?
Biologie Vraag 1 Celorganellen en levensprocessen bij levende cellen zijn: 1. Ribosomen 2. ATP synthese 5. DNA polymerase 3. Celmembranen 6. Fotosynthese 4. Kernmembraan 7. Mitochondria Welke van de bovenstaande
1 Vruchtbaarheid en voortplanting Bronst en bevruchting Bronst bij het varken Bevruchting Afsluiting 18
Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Vruchtbaarheid en voortplanting 9 1.1 Bronst en bevruchting 9 1.2 Bronst bij het varken 12 1.3 Bevruchting 14 1.4 Afsluiting 18 2 Bouw en functie van de geslachtsorganen
Genetica. Marvin Tersluijsen. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Marvin Tersluijsen 08 April 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/74428 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.
ICSI. intracytoplasmatische sperma injectie. Voor wie is ICSI? Hoe verloopt een ICSI-behandeling?
ICSI intracytoplasmatische sperma injectie ICSI is een afkorting van intracytoplasmatische sperma-injectie. ICSI is een vorm van reageerbuisbevruchting. Bij een ICSI-behandeling brengt men in het laboratorium
Chromosoomtranslocaties
12 Afdeling Genetica van het Universitair Medisch Centrum Groningen http://www.umcgenetica.nl/ Chromosoomtranslocaties Afdeling Klinische Genetica van het Leids Universitair Medisch Centrum http://www.lumc.nl/4080/
Erfelijkheid van de ziekte van Huntington
Erfelijkheid van de ziekte van Huntington In de kern van iedere cel van het menselijk lichaam is uniek erfelijk materiaal opgeslagen. Dit erfelijk materiaal wordt ook wel DNA (Desoxyribonucleïnezuur) genoemd.
AAbb of Aabb = normaal zicht aabb of aabb = retinitis pigmentosa AABB of AABb = retinitis pigmentosa
13. (MC) Retinitis pigmentosa is een erfelijke vorm van blindheid, die kan veroorzaakt worden door een recessief allel (a) op een locus alfa, of door een dominant allel (B) op een andere locus, bèta. Onderstaande