Handleiding ILIAS. Dit is de Nederlandse handleiding voor ILIAS 4.2.2

Transcriptie

1 Handleiding ILIAS Dit is de Nederlandse handleiding voor ILIAS G. Smits 2012

2 Inhoudsopgave Inleiding... 4 Inloggen... 5 De pagina editor... 8 Paragraaf invoegen... 9 Media invoegen Voer vraag in Voer overzicht vraag in Bestandslijst invoegen Voeg datatabel toe Voeg geavanceerde tabel toe Lijst invoegen Voeg sectie toe Voeg tabs toe Voeg interactieve image toe Code invoegen Groepen maken en gebruiken binnen een cursus, Het forum Bestanden invoegen Een weblink maken Een webfeed Wiki De woordenlijst Een oefening De mediapool De vragenpool Testvragen maken De gesloten vraag: HotSpot vraag Matching vraag Multiple-choise vragen (meerdere antwoorden) Numerieke vraag Foute tekst Bestand uploaden Flash vraag Java applet vraag Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 2

3 Kort antwoord vraag Meerkeuzevraag (één antwoord) Volgorde vraag (horizontaal) Tekst subset vraag Vragen rangschikken Test Een nieuwe test maken: Een test importeren: Een test kopiëren: Algemene instellingen Cijferschema Score en resultaat Handmatige score Statistieken Statistieken van de test Statistieken van de vragen in de vragenpool De enquête vragenpool Matrix vraag Metrische vraag Multiple- choice vraag Single-choice vraag Poging Beheer zinnen De enquête SCORM/AICC Leermodule Het exporteren van de SCORM leermodule Het importeren van de SCORM leermodule De ILIAS leermodule Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 3

4 Inleiding Hier is hij dan eindelijk. De eerste Nederlandstalige handleiding voor ILIAS. Het heeft wat tijd gekost om het zover compleet te maken. Ja, helemaal compleet is hij nog niet maar dit komt in de volgende versie. Klaar zal hij wel nooit zijn. Binnenkort komt er weer een nieuwe versie van ILIAS uit namelijk versie 4.3 met weer nieuwe functionaliteiten. Ook de leerweg wordt nog niet behandeld in deze versie van de handleiding. Dit was puur tijdgebrek. Mocht u dingen tegenkomen die niet juist of onvolledig zijn laat het mij dan weten zodat de volgende versies steeds een stuk beter worden. Ik ben geen schrijver (ben eigenlijk monteur) daarom zullen er ook nog wel taalfouten inzitten. Ook die wil ik graag horen. Dan kort iets over mijzelf. Mijn naam is Gerold Smits en woon in Oss. Ik werk nu anderhalf jaar met ILIAS en begin, dankzij deze handleiding, er nu achter te komen hoeveel ik weet van de leeromgeving. En ook hoeveel ik nog niet weet. Ik ben werkzaam voor Defensie als cursusleider voor het ontwerpen en bouwen van e-learning. Het doel van de handleiding was dan in eerste instantie ook om hem puur voor Defensie te maken. Ook ga ik binnenkort de cursussen voor gebruikers en ontwikkelaars geven binnen Defensie. Mocht u vragen hebben kunt u die altijd stellen en ik zal proberen om u verder te helpen naar een oplossing. De handleiding is voor een groot deel in tijd van Defensie gemaakt. De bronnen die gebruikt zijn zijn zowel de handleidingen op de ILIAS site als de boeken van Qaulitus en Mathias Kunkel. Daarnaast was het veel zoeken en uitproberen. De handleiding mag niet voor commerciële doeleinden gebruikt worden. Wilt u hem toch voor trainingen gebruiken zult u eerst toestemming moeten vragen. Ik hoop dat u iets aan deze handleiding heeft en dat hij duidelijk is. De kennis die ik hiermee opgedaan heb wil ik graag met u delen. Hopelijk deelt u de kennis die u heeft met mij want ik moet ook nog veel leren op het gebied van e-learning. Oss Gerold Smits g.a.m.smits@home.nl Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 4

5 Inloggen Iemand die voor de eerste keer inlogt in de ILIAS leeromgeving zal het volgende scherm te zien krijgen. De User Name wordt bepaald door de admin van de leeromgeving. Het wachtwoord kan in eerste instantie voor iedereen gelijk zijn met de verplichting dat bij de eerste keer inloggen dit gewijzigd moet worden. U krijgt als u de eerste keer inlogt het volgende scherm te zien: Klik in het vakje bij gebruikersovereenkomst accepteren? en druk op de verzend knop. Uw account is nu geactiveerd en u komt in het wijzigen van uw wacht woord. De eerste keer moet u namelijk het wachtwoord wijzigen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 5

6 Na het wijzigen van uw wachtwoord drukt u op de knop Overzicht en u komt in het onderstaande scherm. In het in de hier bovenstaande afbeelding ziet men in het rood omlijnde deel de twee opties voor de hoofdpagina s van de leeromgeving. Als eerste gaan we naar de belangrijkste functionaliteiten kijken van het persoonlijke scherm. Als men inlogt in de leeromgeving komt men altijd eerst op de overzichtspagina. Klikt men op Mijn cursussen & groepen dan ziet men een overzicht van de cursussen en groepen waarvan men lid is. Het gaat hier dus om alle cursussen en groepen ook die niet zichtbaar zijn op de overzichtspagina. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 6

7 Klikt men weer op persoonlijk scherm ziet men onderin ziet men nog twee functionaliteiten waar men diverse instellingen kan doen. In het persoonlijk profiel kan men de persoonlijke informatie invullen/aanpassen. In het publiek profiel stelt men in welke informatie over u de andere gebruikers kunnen zien. Bij de persoonlijke instellingen stelt u de algemene instellingen in zoals de taal de tijdszone en de datum en tijd instellingen. Men ziet hier ook het tabblad waar u het wachtwoord kunt wijzigen en de mailgegevens. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 7

8 De pagina editor In de komende hoofdstukken zult u regelmatig te maken krijgen met de mogelijkheden van het invoegen van pagina s. De verschillende opties hiervan zullen in dit hoofdstuk behandeld worden. De stijl van deze pagina s is afhankelijke van de stijlen die u ingevoerd heeft. In principe wordt gebruik gemaakt van een standaard stijl maar men kan ook per lesmodule een eigen stijl invoeren. Ook kan men een stijl invoeren in het beheerders gedeelte zodat iedereen hiervan gebruik kan maken. Dit kan echter alleen als men hier de rechten voor heeft. Het invoeren en wijzigen van de stijl zal in een later hoofdstuk behandeld worden. In dit hoofdstuk gaan we de mogelijkheden bekijken van de pagina invulling. Dit kan zowel als intro dienen bij een vraag maar vooral in de ILIAS en de SCORM/AICC leermodules. Het maken van deze leer modules zal ook later behandeld worden. De opties in de pagina s zijn: Paragraaf invoegen: Hiermee wordt tekst bedoeld in al zijn facetten. Media invoegen: Dit is het invoegen van beeld (film en afbeeldingen) geluid en animaties. Voer vraag in: Hiermee kan men simpele vragen invoegen bijvoorbeeld als zelftoetsing aan het einde van een hoofdstuk. Bestandslijst invoegen: Hiermee kan men een lijst met bestanden invoegen. Het zijn tevens links naar deze bestanden. Voeg datatabel toe: Hiermee voert men een eenvoudige tabel in met tekst en getallen. Voeg ge-avanceerde tabel toe: Hiermee heeft men de mogelijkheid om een tabel te maken waarbij in elk vak van de tabel de zelfde invoegmogelijkheden heeft al op een pagina. Lijst invoegen: Hier heeft men meer keuzes om een lijst te maken dan in de paragraaf en heeft men achter elke bullet weer dezelfde invoegmogelijkheden als in een pagina. Voeg sectie toe: Hier geldt weer hetzelfde als bij de lijst. Voeg tabs toe: Hier kan men tabs toevoegen waarachter men een complete pagina kan verbergen. Voeg interactieve image toe: Deze optie kan men nog niet maken in de Defensie omgeving maar wordt wel behandeld. Hiermee kan men pop-up pagina s maken en kan men meerdere afbeeldingen over elkaar laten schuiven. Code invoegen: Hier kan men diverse soorten code zoals o.a. HTML en JAVA-script invoegen. Voer overzicht vraag in: Heeft men vragen in een pagina gezet krijgt men hier een overzicht te zien van de vragen en de resultaten. Plakken van klembord: Informatie van andere pagina s die men op het klembord heeft opgeslagen kan men er hier weer afhalen. Men ziet er zijn zeer veel mogelijkheden om informatie op een pagina te zetten. In dit hoofdstuk zullen we dan ook uitgebreid in gaan op deze mogelijkheden en hoe men deze kan toepassen. Overal waar men de hierboven afgebeelde balk ziet kan men de elementen uit dit hoofdstuk invoegen. Dit doet men door op balk te klikken. Er verschijnt dan een uitklap menu zoals in de volgende afbeelding. Men kan nu een element aanklikken zodat er een sectie in de pagina komt waarin men de functionaliteit kan bewerken. Hierna zullen we de belangrijkste functionaliteiten gaan behandelen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 8

9 Paragraaf invoegen Met de paragraaf wordt een element bedoeld met daarin tekst. De paragraaf staat ingesteld op de standaard tekst van de u gekozen stijl. Hieronder ziet u een voorbeeld van de paragraaf. We zullen bovenaan beginnen. U ziet hier 3 knoppen. Bij de eerste Opslaan en terugkeren slaat hij het gemaakte op en keert hij één niveau hoger terug. In dit geval komt u dan weer op de pagina. Drukt u op opslaan dan wordt het ook opgeslagen maar blijft u in de paragraaf waar u aan het werken bent. En drukt u op annuleren gaat u ook weer één niveau hoger maar wordt er niets opgeslagen. Deze opties komen steeds terug. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 9

10 Daaronder zien we enkele keuze vakken. De eerste is een uitklapmenu paragraaf genaamd, zoals u hiernaast kunt zien. Men kan maar 1 paragraaf type kiezen per paragraaf. Kiest men dus Kopregel 1 dan zal de gehele tekst met dat lettertype en die grote weergegeven worden. Wilt u dus een ander type tekst uit deze rij gebruiken moet men deze opslaan en een nieuwe paragraaf invoegen. De overige functionaliteiten kan men wel steeds weer gebruiken zoals de karakters, lijsten, links en meer. Hier volgt een overzicht van deze functionaliteiten en wat het doel ervan is. Karakter: Hier heeft men de keuze uit str = vet, emp = cursief, imp = onderstreept A = een uitklap menu met de hiernaast afgebeelde mogelijkheden. Het gaat hier puur om de kleur en weergave van de tekst. Bij de code wordt de code zichtbaar zonder dat deze invloed heeft op de tekst. De complete code wordt dus weergegeven inclusief de Tags met inhoud. Het laatste item in dit vak is de gum. Klikt men hierop wordt de laatste bewerking ongedaan gemaakt. Men kan meerdere stappen terug doen. Lijsten: Hier heeft men twee mogelijkheden namelijk de geordende lijst (met de bullet) en de ongeordende lijst (met de cijfers ervoor). Voegt men een lijst in komen achter de twee type lijst nog twee opties tevoorschijn, zoals op de afbeelding hiernaast. Met deze mogelijkheid kan men de lijst verder in laten springen of juist weer terug zetten. Doet men dit meteen na het maken van de lijst dan gaat deze weer weg. Links: We kennen twee soorten namelijk de externe en de interne link. Op dit moment kan men met de interne link alleen een link naar een bestand of document maken. De externe link kan men gebruiken om een link te maken met een site of bestand binnen intranet. Klikt men op de knop xln dan verschijnt in het tekst vak de volgende code, [xln url=" Vul nu de url van de plaats op het intranet aan en u krijgt een link naar het betreffende bestand. Vul nu in de ruimte tussen de haakjes (][) de naam die men aan de link wil geven. Deze naam wordt dan ook zichtbaar in de tekst en is dus de link naar de site. Hiernaast ziet u het veld dat verschijnt als men op de iln knop drukt. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 10

11 Blader naar het gewenste bestand en druk op Creëer Link men krijgt dan de volgende code te zien, [iln dfile="291"][/iln]. Zet nu weer de gewenste naam tussen de haakjes (][) en dit wordt weer de link naar het bestand. Meer: Het laatste vak. Hier heeft men weer drie opties. De eerste is het rechtstreeks plakken vanuit Word. Drukt men op de knop verschijnt er de hiernaast onderstaande afbeelding. Kopieer nu het deel uit het Word-document en plak het in het witte vlak. Druk nu op Insert en de tekst wordt compleet in het ILIAS document ingevoegd. De tweede knop bevat de tekst Tex. Alle tekst die men nu tussen de tags zet wordt nu extra gemarkeerd. De laatste fn is de voetnoot. De tekst die men hier tussen de tags zet komt onder aan de pagina te staan als een voetnoot. Het maakt niet uit in welke paragraaf op de pagina men hem maakt. Ook tellen de voetnoten ook allemaal door op de pagina. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 11

12 Media invoegen Met media worden alle elementen bedoeld zoals beeld, geluid en animatie. Zorg dat de bestanden die je aangeleverd krijgt van een dusdanige kwaliteit zijn dat als ze eventueel op het volledige scherm vertoond worden ook nog duidelijk zijn. Houdt er echter wel rekening mee dat het bestand niet te zwaar is om het inladen eenvoudiger te maken. Klikt men weer op gearceerde balk en komt het uitklapscherm tevoorschijn men kiest nu voor Media invoegen. En het volgende scherm verschijnt. Men heeft nu twee keuzes. In de bovenste regel ziet u staan: Nieuw Media Object en Kies uit Media Pool. Hier ziet u de eerste optie die we gaan behandelen. U ziet in bovenstaande afbeelding dat er geen verplicht in te vullen velden zijn (deze zijn altijd met * gemarkeerd). Geeft u geen titel in dan neemt ILIAS automatisch de naam van het bestand over. Het maakt niet uit wat voor een type media object men wil invoegen men doet het altijd op dezelfde wijze. Klik op Bladeren en zoek het gewenste bestand op. Wil men later van het bestand ook een volledig scherm versie hebben vink in het onderste deel dan Gebruik dezelfde bron als hierboven aan. Wil men er een andere afbeelding, film of animatie invoegen vink dan bestand aan en voeg dit in. Men kan nu ook de afbeelding een ondertitel geven. Dit doet men door deze in het vak Schermnaam in te vullen. Druk nu op Opslaan en het volgende scherm verschijnt. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 12

13 Men kan nu alsnog andere bestanden invoegen en de grootte aanpassen. Pas de grootte op een dusdanige manier aan dat deze goed op de pagina past. De cursist kan dan altijd nog het media object op een volledig scherm bekijken. De bron grootte wordt hier nog weergegeven. Verder kan men de schermnaam nog aanpassen. Ook kan men hier in het vak Tekst Representatie een tekst invullen. Deze tekst verschijnt als men met de cursor op de afbeelding komt. De tweede optie is om een mediaobject uit een mediapool te halen. Drukt men op, na invoegen media, op de tekst Kies uit Media Pool. Men ziet nu de complete boom van alle modules te zien met daarin de media pools. Kies de mediapool die men wil gebruiken en kies de afbeelding uit deze pool die men wil gebruiken. Dit doet men door een vinkje te zetten en op Invoegen te drukken. De Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 13

14 media is nu ingevoegd zoals deze in de media pool staat. Wil men deze wijzigen kan men dit doen door de eigenschappen te wijzigen van de media. Ga naar Default eigenschappen. Men komt nu weer in het hier bovenstaande scherm en kan de foto aanpassen voor de pagina. Wil men een animatie, film of geluid invoegen zal er nog een optie bij komen. Men kan nu de media bepaalde parameters meegeven. De belangrijkste is om de media automatisch te laten starten bij het openen van de sco. Vul zoals in het voorbeeld de tekst in en de media start niet automatisch op. Zet men hier true neer dan start hij wel automatisch op. Voer vraag in Ook in een lesmodule kan men vragen invoeren. Het doel van deze vragen is om de cursist zichzelf te testen. De cursist krijgt ook meteen het antwoordt. Er is ook geen score aan de vragen verbonden. De vragenkeuze is beperkter dan in de vragenpool en de test die men buiten de leermodule maakt. Hiernaast zie je een overzicht van de verschillende type vragen die in de lesmodule mogelijk zijn. Hoe men deze vragen moet maken staat in het hoofdstuk vragen maken. Ook kan men kiezen voor het kopiëren van een vraag uit een vragen pool. Klik hiervoor de optie Kopieer vraag uit de pool aan en men krijgt weer de complete boom te zien men de beschikbare vragenpools. Contoleer wel of de vraag uit de pool ook daadwerkelijk in de lesmodule werkt omdat dit niet altijd het geval is. Een optie die bij de vragen in de lesmodule past is het overzicht van de vragen die men op een pagina kan invoegen. Voer overzicht vraag in Heeft men vragen in een lesmodule gezet kan men dit afsluiten met een overzicht. In dit overzicht heeft men twee mogelijkheden: Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 14

15 1. Status bericht: Nu wordt er alleen aangegeven hoeveel van de vragen u juist heeft beantwoordt (bovenste zin in onderstaande afbeelding). 2. Lijst van verkeerd geantwoorde vragen: Vinkt men deze aan, of beide, Dan Verschijnen er in het blauw die vragen die fout beantwoordt zijn. Hebt u alle vragen goed laat hij alleen de bovenste zin zien. Heeft men vragen in een lesmodule gezet en zijn deze niet allemaal goed- beantwoordt dan zal er in de boom een rood kruis in het bolletje verschijnen. Ook de daaropvolgende sco s, waar geen vragen in zitten, zullen nu fout gerekend worden. Men kan deze echter wel doorlopen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 15

16 Bestandslijst invoegen Met deze optie kan men een lijst met bestanden invoegen die men nodig heeft in de cursus en/of lesmodule. Het is geen link dus wil men de bestanden wijzigen dan moet men dus de lesmodule aanpassen. De bestanden zitten nu ook daadwerkelijk in de lesmodule. Dit kunnen verschillende soorten bestanden zijn dus ook film en/of geluidsbestanden. Men kan op deze wijze ondersteunende informatie op een pagina toevoegen zonder dat de pagina vol met tekst staat. Kiest men voor deze optie verschijnt het volgende scherm. Zoek het gewenste bestand op door te bladeren naar het gewenste bestand. Geef het eventueel een titel. Geeft men het geen titel dan Dan komt deze er ook niet te staan. De titel komt in een gekleurde balk erboven te staan zoals in onderstaande afbeelding. Druk op opslaan en het bestand staat netjes op volgende wijze op de pagina. De blauwe tekst is nu de link naar het bestand. Men kan eventueel bestanden die al in een lesmodule (repository) aanwezig zijn ook invoegen. Zoek het gewenste bestand op in de boom die nu verschijnt klik dit aan en sla het op. Ditzelfde kan men doen met bestanden uit de werkruimte mits men deze heeft. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 16

17 Voeg datatabel toe Een datatabel is een eenvoudige tabel waarbij men tekst en/of getallen in de tabel kan zetten. Men kan de tabel geheel aanpassen zoals u wilt. Wil men echter meer kleuren gebruiken in de tabel dan zal men dat in de stijl moeten wijzigen. Anders zal hij de kleuren gebruiken die standaard in de stijl zitten. Al men een tabel invoegt krijgt men eerst het volgende scherm. Hier volgen de verschillende opties die men heeft voor het maken van een tabel: Aantal kolommen/rijen: Hier vult men Het aantal kolommen en rijen men wil. Dit kan men echter later nog altijd aanpassen. Tabelbreedte: Hier geef je de totale breedte van de tabel aan. De kolommen worden evenredig verdeeld over de totale breedte. Ook dit kan natuurlijk later aangepast worden. Randen: Hier geeft men de randen om de cellen aan in pixels. Zet men hier 0 neer dan zijn er dus geen randen om de cellen. Cel opvulling: Hier geef je de ruimte rondom de tekst of cijfers in de cel aan. Cel spreiding: Dit geeft de onderlinge afstand tussen de cellen aan. Karakteristieken: Hier hebt u maar één optie namelijk standaard. Wilt u meer mogelijkheden zal men in de stijl nieuwe moeten definiëren. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 17

18 Header row: Hier bepaal je de kopregels van de tabel. Deze staat standaard op 1. Voettekst rijen: Hier kun je een voettekst rij invoegen. Header columns: hier geldt weer hetzelfde als bij de header row. Voettekst kolommen: Hier kun je dus weer één of meer voettekst kolom(men) invoegen. Stijl van de eerste rij: Hier kan men kiezen wat de kleur is van de eerste rij. Deze stijl kan men in de stijlsheet aanpassen. Uitlijning: Men bepaald hier waar de tabel op de pagina komt te staan. Schermnaam: Dit is de naam van de tabel die in het scherm wordt weergegeven. Men kan kiezen of deze naam boven of onder de tabel wordt weergegeven. De breedte van de tekst is gelijk aan de breedte van de tabel. Paste table: Dit is de wijze hoe de tabel opgebouwd is. Dit kan als een gewone spreadsheet zijn of middels HTML code. Als men nu de tabel opslaat kan men deze later nog bewerken. Nadat we de tabel hebben opgeslagen kunnen we deze gaan invullen met tekst en getallen. Het volgende scherm wordt dan zichtbaar. We zien aan de bovenzijde weer de bekende tekst editor. De cel wordt automatisch breder als men er tekst in zet. Wil men er nu rijen of kolommen bij voegen doet men dit door op dit teken te klikken en dan een keuze te maken van wat men wil. Men kan nu kolommen invoegen, zowel links als rechts, verwijderen en verplaatsen. Vergeet natuurlijk niet om de wijzigingen op te slaan. Boven de tabel zien zien we nog 3 tabs. De eerste stuurt u terug naar de pagina. Bij de tweede kunt u de tabeleigenschappen wijzigen. Dit is bijna hetzelfde als de eerste pagina, alleen kan men nu niet meer het aantal rijen en kolommen wijzigen. De derde tab is wel belangrijk want hier kan men de cellen apart wijzigen. Drukt men op de tab TabelCel Eigenschappen krijgt men het volgende beeld te zien. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 18

19 Als eerste kan men nu de stijl van elke cel bepalen. Kies een stijl en vink de cellen aan die men in die stijl wil hebben. Druk nu op de knop Stel de stijlen in en de door u aangevinkte cellen hebben de gekozen stijl. Nu gaan we de breedte van de cellen bepalen. Druk op de tab Breedte en men krijgt het volgende beeld te zien. Vul de gewenste breedte van de cel in het tekst vak in de cel in en druk op de knop Sla breedte op en de cel zal die breedte aannemen. Men kan nu dus per cel de breedte bepalen. Dit is onafhankelijk van de tabelbreedte. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 19

20 Het volgende wat we in kunnen stellen is de uitlijning per cel. Men kan kiezen tussen een uitlijning links, midden of rechts. Men kan dit dus ook weer per cel instellen. Het laatste wat we in de cel kunnen instellen is de Spanne. De spanne is het samenvoegen van cellen. Men kan nu dus de cellen in de de kolom (Col. Span) en/of de rij (Row Span) samen voegen. Zorg dat je dus eerst de tabel helemaal in orde hebt voordat men hem gaat vullen. Dit om te voorkomen dat men dat kwijt raakt. Voegt men namelijk cellen samen zal alleen de data die in de eerste cel staat behouden blijven. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 20

21 Voeg geavanceerde tabel toe De geavanceerde tabel maakt men op dezelfde wijze als een datatabel. Hieronder zien we de opties bij de geavanceerde tabel. Het enige verschil is dat men bij dit type tabel de tab wijzig data niet aanwezig is. De cellen in deze tabel zien er ook iets anders uit dan bij de data tabel. In elke cel van dit type tabel heeft men nu weer dezelfde opties als bij een pagina. Zoals men hiernaast ziet staat in elke cel weer de welbekende gearceerde balk waar men weer dezelfde opties heeft als bij een pagina. Lijst invoegen We hebben gezien dat men bij het invoegen van een paragraaf een lijst kan invoegen. We kunnen ook apart een lijst invoegen. Het voordeel hiervan is dat men meer mogelijkheden heeft. Zoals men hieronder ziet kan men kiezen tussen een puntenlijst met bullets of een genummerde lijst. Kiest men voor de genummerde lijst heeft men de volgende keuze mogelijkheden zoals op de afbeelding rechts. Nu nog de startwaarde invullen. Het maakt niet uit welk type men kiest men geeft altijd een decimale startwaarde aan. Ook moet men hier al het aantal eenheden aangeven. Dit kan men later niet meer wijzigen maar men kan er dan gewoon weer een lijst onder zetten zodat het één geheel wordt. In Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 21

22 deze lijst kan heeft nu, na elk cijfer of bullet, weer alles invoegen als op een normale pagina. Voeg sectie toe Ook hier geldt weer dat we dezelfde opties hebben als bij een paragraaf. Maar kiest men voor één van de hiernaast afgebeelde secties komt hierin weer de bekende gearceerde balk. Nu kan men dus weer invoegen wat men wil. Men heeft dus nu weer alle opties die men op een normale pagina ook heeft. Zo kan men de sectie dus ook gebruiken als een omlijning van een pagina. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 22

23 Voeg tabs toe Met deze optie kan men tabs toevoegen op een pagina. Een tab kan men zien als een tabblad in een map. In dit geval kan men deze tabs vullen als een normale pagina en deze vullen met informatie. Men kan hier bijvoorbeeld aanvullende informatie in zetten die betrekking heeft op die pagina. Hiernaast ziet men de eerste opties voor het aanmaken van de tabs. Ten eerste het type. Hier kan men kiezen of het tabblad verticaal of horizontaal uitschuift. Dan kan men het aantal tabbladen kiezen. Men kan echter altijd nog tabbladen toevoegen. Men kan de hoogte en breedte van een tabblad bepalen. Vult men hier echter niets in dan beslaat deze de gehele breedte van de pagina en kan men onbeperkt doorgaan met deze pagina te vullen. Let er echter op dat men niet gaat scrollen in de pagina. Dan het gedrag van het tabblad. Hier kan men instellen hoe een tabblad zich gedraagt. Men heeft drie mogelijkheden namelijk: 1. Alles gesloten: Dan zijn ze in principe dicht en moet men ze nog open maken door op het gewenste tabblad te klikken. De vorige sluit dan weer. Er staat er dus altijd maar één open. 2. Eerste keer geopend: Het eerste tabblad is open als men op de pagina komt. Door erop te klikken sluit deze. 3. Forceer al de geopende: In dit geval staan de tabbladen altijd open en kan men ze ook niet sluiten. Het laatste wat we kunnen instellen is de uitlijning. Dit betreft de horizontale uitlijning. Dit is natuurlijk alleen mogelijk als men de inhoud ook een bepaalde breedte heeft gegeven. De opties zijn links, rechts, midden en links of rechts drijvend. Links en rechts drijvend wil zeggen dat de tabbladen in de vrije ruimte links of rechts, waar men voor kiest, komt te hangen. Als men de tabs nu opgeslagen heeft krijgt men het onderstaande beeld te zien. De positie geeft de plaats aan van de linker bovenhoek van de tab. Drukt men op de knop voeg tab toe zal er weer een tab onder gezet worden. De tekst op de tab kan men hier aanpassen door de titel te selecteren en te vervangen door de gewenste tekst. Nadat we de tab een nieuwe naam hebben gegeven en deze hebben opgeslagen kunnen we hem gaan vullen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 23

24 De tab vult u door op de gearceerde balk te klikken en er in te voegen wat men maar wil. Men heeft nu ook weer dezelfde opties als op een pagina. Als de tabs klaar zijn zien ze er als volgt uit op een pagina. Hieronder zien we een voorbeeld van twee verticale tabs. Voeg interactieve image toe De interactieve pagina kan men op dit moment nog niet maken binnen de Defensie omgeving. Toch zullen we hier een uitleg geven van de mogelijkheden van de interactieve image. Men kan hiermee een afbeelding afbeelding over een andere laten schuiven of er popup teksten of afbeeldingen laten verschijnen. We zullen in enkele stappen laten zien hoe men deze optie kan gebruiken. Als eerste zal men een afbeelding moeten invoegen. Dit is de basis afbeelding voor de interactieve afbeelding. Houdt er wel rekening mee dat de afbeelding al op het juiste formaat is dit kan men namelijk niet meer aanpassen nadat men hem ingevoegd heeft. Nadat men deze afbeelding heeft ingevoegd Nu heeft men de afbeelding. En moet men de gebieden aangeven die de triggers zijn voor de popups. Men heeft de optie om rechthoekige, ronde, polygonen ( Met deze optie kan men een drie of meerhoek maken) maken en de markeerstift. Kies het type trigger gebied en druk op Toevoegen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 24

25 Men moet nu, afhankelijk van de vorm, de punten gaan bepalen van het trigger gebied. Voor een rechthoek geeft men eerst de linker bovenhoek en daarna de rechter onder hoek aan. Bij de cirkel eerst het middelpunt en daarna de buitenrand van de cirkel. Bij de polygoon geeft men alle hoekpunten aan. Het nadeel van de huidige versie is dat men het vak pas te zien krijgt als als men beide punten heeft aangegeven. Men krijgt dan het hier onderstaande scherm te zien. Bij de polygoon krijgt men wel steeds de lijn te zien die men tekent. De markeerstift heeft dezelfde opties als een normale trigger. En ziet er als volgt uit. Gaat men over dit markeerpunt zal de trigger geactiveerd worden en van kleur veranderen (deze wordt geel). Geef de trigger nu een naam en sla hem op. Op deze wijze kan men dus meerdere triggers in een afbeelding zetten en deze allemaal een naam geven. Onder de afbeelding zoals hierboven komt nu een overzicht van de triggers zoals de volgende afbeelding. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 25

26 Nu moet de popup nog een inhoud krijgen. Dit doet men door op de tab Inhoud Popups te drukken en daarna op de knop Voeg Popup toe. Men kan nu de titel wijzigen en de nieuwe titel opslaan. Men kan nu zo veel titels maken als men wil. Nu gaan we weer terug naar de triggers en gaan de juiste titels bij de popup plaatsen. Dit doet men door op het uitklap menu titel te klikken en de juiste titel te selecteren uit diegene die u ingevoerd heeft. Dit is de naam van de popup. De inhoud van de popup gaan we zo meteen behandelen. De locatie van de popup en de grootte geeft u daaronder op. Vult u niets in bij de locatie zal deze altijd links bovenin verschijnen. Heeft men een titel geselecteerd zal er onder Activiteiten de tekst Wijzig Popup Positie komen te staan. Drukt men op deze tekst dan verschijnt de popup in beeld en kan men deze verplaatsen naar de gewenste positie. Nu kan men nog de locatie en grote van de popup met tekst opgeven. De tekst die hier komt te staan gaan we hierna invoeren. We hebben nu de vorm, grootte, plaats en titel bepaalt van de popup nu moeten we hem nog een inhoud geven. Klik nu op de tab Pagina. Onder de afbeelding ziet men nu de volgende balk. De tekst dit is de muis is de tekst die in de popup komt te staan. Maar zoals men aan de balk kan zien heeft men ook nu weer dezelfde opties als in een gewone pagina. De volgende functionaliteit in de interactieve pagina is de bedekkende images. Druk op de tab en men kan een afbeelding uploaden. Nu geldt weer hetzelfde als bij de titel. Men kan meerdere afbeeldingen uploaden en daarna kan men, onder de tab triggers, weer een afbeelding selecteren. Nu komt er onder activiteiten de tekst Wijzig Overlay Positie te staan. Men krijgt nu de positie van de afbeelding te zien en kan deze naar de plaats slepen die men wil. De grootte van deze afbeelding zal men vooraf al moeten bewerken. Deze afbeelding heeft natuurlijk dezelfde trigger als Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 26

27 de popup. De interactieve pagina is vooral een optie binnen ILIAS waar men veel mee moet experimenteren. Men kan hier heel leuke effecten mee krijgen. Code invoegen Deze optie doet iets anders dan het in eerste instantie doet vermoeden. De code die men hier invoegt wordt namelijk ook daadwerkelijk als code weergegeven en niet door de computer dus niet als code maar als vlakke tekst gelezen. Dit dient er dus voor om code te laten zien hoe deze in elkaar steekt. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 27

28 Het maken van een cursus binnen ILIAS Voor we de diverse onderdelen van een cursus gaan behandelen eerst de functie cursus. Deze functie dient ervoor om een container te vormen waarin men alle elementen van een cursus opslaat. Een cursus in ILIAS verbindt drie elementen met elkaar om zo een e-learning module te ondersteunen. Te weten: Inhoud ter beschikking stellen: De cursus stelt een container voor waarin alle modules, documenten, fora, toetsen en andere leermiddelen zitten. Beschikbaarheid regelen: Als cursusleider kan men bepalen wie welke elementen op welk tijdstip tot zijn beschikking heeft. Dit kan ook nog per groep en zelfs per persoon geregeld worden. Cursus leden: Een cursus heeft natuurlijk leden. Het kan namelijk voorkomen dat meerdere groepen tegelijkertijd met dezelfde cursus bezig zijn maar niet allemaal op hetzelfde moment gestart zijn. In dat geval kan men de leden in groepen indelen waardoor men meer overzicht heeft over de cursisten. Het voordeel van een cursus binnen ILIAS is dat men meer kan regelen binnen de opleiding. Men kan een cursus als een onafhankelijk element zien binnen ILIAS. Er zijn aparte rollen binnen een cursus voor de cursus administrateur, Cursusleider/instructeur en de cursist. En deze rechten zijn voor elke cursus apart aan te passen. Op deze manier kan men gedurende de cursus, de leden van een cursus meer rechten verlenen. Binnen de Defensie omgeving van ILIAS is bepaald dat we elke opleiding in een cursus gaan bouwen ook al bestaat dit slechts uit één element. Open het Depot en klik op Voeg nieuw item toe. Kies nu uit de keuze lijst die vrij komt de Cursus en klik hierop. Men heeft nu de volgende opties: Een nieuwe cursus bouwen. Een cursus importeren die elders gebouwd is. Dit geldt dus ook voor de cursussen die gebouwd zijn in de ontwikkelomgeving en geplaatst moeten worden in de productie omgeving. Een cursus kopiëren. Men kan een cursus met de basiselementen kopiëren en deze later altijd nog aanpassen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 28

29 We gaan er hier vanuit dat we een nieuwe cursus gaan maken en daarna gaan vullen met de diverse leermiddelen. Dus blijven bij optie 1. De titel van een cursus is altijd verplicht. Dat wat men hier invult wordt ook zichtbaar in het Depot. De beschrijving is de tekst die eronder komt te staan en een korte beschrijving is over de inhoud van de cursus. Drukt men nu op Cursus toevoegen heeft men de cursus aan gemaakt en kan men deze de eigenschappen geven die men wil. Ook hier kan men nog altijd de naam en de beschrijving van de cursus wijzigen. Het is verstandig om tijdens het bouwen van de cursus deze nog Niet beschikbaar te laten staan zodat deze nog niet beschikbaar en zichtbaar is voor anderen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 29

30 Wil men de cursus voor onbepaalde tijd beschikbaar stellen vinkt men Tijdelijk onbeperkt aan. Wil men hem voor een bepaalde periode beschikbaar stellen vinkt men Tijdelijk beschikbaar aan en verschijnt het volgende scherm: Hier kan men de begin- en eind- datum instellen van de cursus. Buiten deze periode is hij alleen beschikbaar voor de cursus administrator. We hebben nu bepaald wanneer de cursus beschikbaar is en gaan nu bepalen voor wie de cursus beschikbaar is. Dit doen we in de registratie. Ook kan men hier bepalen in welke periode men zich kan aanmelden voor de cursus. Dit is dus niet hetzelfde als de beschikbaarheidsperiode. Men kan hier ook bepalen of iemand moet aanvragen bij de cursus administrateur of hij lid mag worden of via een wachtwoord lid kan worden. Wordt men lid krijgt men via de interne mail een bericht. Ook kan men aangeven hoeveel cursisten er maximaal kunnen aanmelden. Hieronder ziet men de mogelijkheden van de presentatie van de cursus. Men kan bijvoorbeeld de content groeperen per soort. Zodat alle leermiddelen bij elkaar staan. Ook kan men hier de content sorteren. Dit is vooral gemakkelijk tijdens het bouwen van de cursus. Met Handmatig gesorteerd kan men de content zelf in de volgorde zetten zoals men wil. De laatste twee opties van de onderstaande afbeelding kan men gebruiken als men wil. Het is niet verstandig om bij een cursus die voor iedereen beschikbaar is men ook alle leden kan zien die met de cursus bezig zijn. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 30

31 Bij de cursus informatie kan men uitgebreider informatie kwijt over de cursus, welke syllabus/lsp er bij deze cursus horen. Ook zet men hier wie de contactpersoon is van de cursus. Dit is in principe de cursusleider of hoofd van opleiding. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 31

32 Groepen maken en gebruiken binnen een cursus, Omdat de cursus de omgeving is waar men de leer modules neerzet kan men een groep gebruiken. Dit om per groep of klas de verschillende content beschikbaar te stellen. Op deze wijze kunnen meerdere cursussen tegelijkertijd starten met verschillende instructeurs en verschillende groepen. Net als bij de cursus worden de groepen door drie elementen verbonden namelijk: 1. Inhoud gereed zetten: De groep is een omgeving waarin men voor de leden van de groep o.a. leermateriaal, fora en toetsen beschikbaar kan stellen. Ook kan men binnen de groep nog groepen aanmaken. 2. Het regelen van de toegang: Men kan door het vormen van groepen de toegang per cursist beter regelen. Ook kan men met syndicaten werken met ieder een aparte opdracht. 3. Het beheren van cursisten: Men kan binnen een groep de cursisten apart via de interne mail met elkaar laten communiceren. Zo kan men dus ook op afstand cursisten met elkaar opdrachten uit laten voeren. Een groep, is net als bij een cursus, een onafhankelijk onderdeel binnen de leeromgeving met een eigen beheerder en leden. De leden kunnen binnen een groep dan ook aparte rechten hebben die men binnen een cursus of de leeromgeving heeft. Bij het aanmaken van een groep bepaalt de beheerder van de groep wie welke rechten krijgt binnen de groep. Het aanmaken van een groep gebeurt op dezelfde wijze als een cursus aanmaken. Men voegt een item toe en en daarna klikt men groepen aan in de lijst. Het volgende scherm wordt nu zichtbaar. Ook hier heeft men de keuze om een nieuwe groep aan te maken of er één te importeren. Ook moet men aangeven of de groep ook zichtbaar is voor niet leden van de groep ja of nee. Nu kan men op de knop Nieuwe groep drukken en de groep is aan gemaakt.nu is het, net als bij de cursus, om de registratie en presentatie van de groep te regelen. Ook kan men hier weer de titel en beschrijving van de groep regelen. Het is hier natuurlijk heel belangrijk dat men dit goed en doordacht invult met in het achterhoofd wat men met de groep wil en wat je verwacht van de groepsleden. Dit geldt zeker als men groepen gaat gebruiken voor groepsopdrachten met e persoonlijk karakter. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 32

33 Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 33

34 Het forum Het forum is er voor om op afstand informatie uit te wisselen en te discussiëren over bepaalde leerstof en/of onderwerpen. Op deze wijze kan ieder lid van een cursus met de andere leden bespreken en later weer terugkijken ook al heeft men niet deelgenomen aan de discussie. Door het rechten systeem binnen de leeromgeving kan men deze ook gebruiken binnen het forum. Maak je een forum aan komt hier automatisch de rol van moderator van het forum bij. Men kan als beheerder deze functie ook toewijzen aan elk lid of begeleider van de cursus. Een forum aanmaken gaat weer hetzelfde als bij de cursus en de groep. Ook hier heeft men weer de keuze tussen een nieuw forum maken en een forum importeren. Vul de titel en eventueel de beschrijving en en druk op Forum toevoegen. Het forum is aangemaakt en men kan het verder gaan inrichten. Je kunt nu een Thema invoeren waar men de discussie over wil hebben of waar men informatie over wil uitwisselen. De vraag, of het antwoord op iemand anders zijn vraag zet je in het vak Artikel. Ook kan men eventueel een document of afbeelding uploaden. Druk op verzend en het bericht staat in het forum. Ook kan men aangeven of men via de interne mail een bericht wil ontvangen als er op jou bericht gereageerd is. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 34

35 Heb je een forum aangemaakt en als men deze opent. Dan komt men op de volgende pagina (zie onderstaande afbeelding). Men kan nu de verschillende onderwerpen bekijken, nieuwe onderwerpen toevoegen en aangeven welke je al gelezen hebt. En natuurlijk een bericht plaatsen in het forum. In de Instellingen kan men aangeven hoe de berichten en onderwerpen gesorteerd moeten worden. Ook kan men hier instellen of men onder een pseudoniem berichten in het forum kan plaatsen en of de moderator eerst een bericht moet bekijken voordat het geplaatst wordt. Het is verstandig om als eerste onderwerp de regels van het forum uit te leggen zodat hier geen misverstanden over bestaan. Mede cursisten kunnen hierop natuurlijk gewoon reageren en aangeven als ze het er niet mee eens zijn. Het volgende wat we nu in gaan stellen zijn de moderators. Klikt men op de tab Moderators ziet men de volgende afbeelding. Men kan hier dus de rol van moderator koppelen en/of ontkoppelen. Door op de knop Zoek gebruiker kan men leden toevoegen en hier uit de moderators selecteren. In eerste instantie is de maker van het forum de moderator. Maar dit kan het beste de cursusleider zijn of een instructeur. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 35

36 Klikt men het onderwerp aan dan ziet men het onderstaande beeld. Men kan nu een nieuw onderwerp aanmaken. Men moet nu het onderwerp (dit noemt men hier thema) een naam geven en natuurlijk het artikel met eventuele bijlage. Bij de naam komt nu automatisch de gebruikersnaam te staan van diegene die het nieuwe thema heeft aangemaakt. Ook moet men hier weer aangeven of men een bericht wil krijgen als er geantwoord is op jou vraag. Wil men nu het thema bekijken drukt men op het betreffende thema en men ziet onderstaand scherm. Hier heeft men dus diverse opties om antwoorden te kunnen geven in het forum. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 36

37 Bestanden invoegen. Men kan met deze functionaliteit diverse soorten bestanden invoegen. Dit kunnen verschillende soorten bestanden zijn van een simpel Word bestand t/m flash bestanden. Men moet er echter rekening mee houden dat als men een bestand invoegt wordt dit buiten ILIAS geopend in het betreffende programma waarin het gemaakt is. Dus een Word bestand wordt in Word geopend mits dit aanwezig is op de computer. Het kan daarna ook gewoon bewerkt worden. Wil men niet hebben dat het bestand in allemaal verschillende versies gaat rond zwerven dan kan men deze dus beter op een dusdanige manier in de leeromgeving plaatsen dat er niets meer mee gedaan kan worden. Dus een alleen lezen bestand of bij een tekstbestand opslaan als een PDF. Een ander voordeel van een PDF is dat het een kleiner bestand is. Een bestand invoegen doet men op de volgende manier. Voeg weer een item toe in het Depot en wel het bestand. Men komt dan in de volgende invulvelden. Men kan ook nu weer kiezen uit de volgende drie manieren om bestanden te uploaden: 1. Als los document: Hiermee wordt elk bestand als een apart bestand in ILIAS geplaatst en is ook apart zichtbaar. Deze mogelijkheid is op bovenstaande afbeelding te zien. Laat men de titel vrij dan neemt ILIAS automatisch de titel van het bestand over. Houdt er wel rekening mee dat er een maximum grote zit aan het te uploaden bestand. 2. Meerdere documenten tegelijk: Men kan ook meerdere bestanden in één keer uploaden. De bestanden moeten dan gezamenlijk als een Zip-pakket geüpload worden. De bestanden zullen nu in verschillende mappen worden opgeslagen. Worden de bestanden in een groep of cursus gebruikt worden de bestanden in folders geplaatst (zie de afbeelding op de volgende pagina. 3. Kopieer bestand: Men kan nu een bestand uit een andere cursus, waarvan men admin is, kopieren. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 37

38 Heft men een bestand geüpload klikt men op de blauwe tekst achter het symbool en het bestand wordt geopend in het noodzakelijke programma. De computer zal dan, afhankelijk van de gebruikte software op de computer, vragen of het bestand geopend of opgeslagen dient te worden. Kiest men voor openen en het bestand wordt geopend. Nadat het bestand in een cursus zit kan men het natuurlijk nog altijd wijzigen of een een nieuwe versie plaatsen. Ook heeft men de mogelijkheid om het maar voor een bepaalde tijd beschikbaar te stellen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 38

39 Een weblink maken Het probleem met de leeromgeving binnen de leeromgeving van Defensie is dat men verbinding heeft met het internet. Een weblink kan men dus alleen maken binnen de Defensie omgeving dus op het intranet. Toch kan men volop gebruik maken van deze functionaliteit. Het grote voordeel van de weblink is dat men een link kan maken met de diverse boekwerken of intranet sites van eenheden. Maar men kan ook een link maken binnen de leeromgeving. Een weblink maken we door een item toe te voegen en de weblink te kiezen. Daarna zal de link tussen de leeromgeving en het intranet gelegd moeten worden door het adres achter Link Target te zetten. Ook moet men de weblink een naam geven. Men kan ook hier weer een weblink importeren. Heeft men alles ingevuld drukt men op website toevoegen en, mits actief is aangevinkt is de link ook daadwerkelijk actief. Ook nu kan heeft men weer de standaard 3 opties om een link in te voegen. Achter Link Target komt het adres te staan van de link waarnaar men naar toe verwijst. Achter Link Naam Zet men de naam die zichtbaar wordt in de cursus. Bij de beschrijving kan men een korte beschrijving geven over de link waar men naar toe verwijst. Dit is echter niet verplicht. Heeft men de website toegevoegd ziet men de volgende afbeelding. Men kan hier onder andere de geschiedenis van de link bekijken en controleren of de link (nog) geldig is. Op de cursus pagina ziet men nu de het web logo met daarachter de naam. Dit is ook de link naar de betreffende pagina. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 39

40 Een webfeed. Een webfeed is een alternatieve, versimpelde weergave van online inhoud. Het is de meest gebruikte vorm van websyndicatie. Een site plaatst zijn inhoud vaak in verkorte of beschrijvende versie, in een online bestand: de feed. Er zijn twee open standaarden voor feeds: RSS en Atom. Deze XML-formaten bepalen de opbouw van het feed-bestand. Een webfeed maakt men op de volgende wijze. Ook de webfeed is weer één van de items onder de knop Add new item. Heeft men dit geselecteerd dan ziet men het hier onderstaande scherm. Vul hier nu de titel in b.v. Actueel KL nieuws. Tegenwoordig staan er ook RSS links op de intranet startpagina links boven op de pagina. Dit is te herkennen aan het symbool dat ook in ILIAS wordt gebruikt. Het eenvoudigste is nu om een webfeed pagina te openen de link te kopiëren en op de plaats voor de Feed URL te plakken. De URL voor de KL nieuws pagina is: Nu komt er aan de rechterzijde in het depot een blok te staan, of meerdere blokken met daarin de webfeed. Hiernaast zie je een voorbeeld van de webfeed van Nu.nl en wel de sport pagina. Elke regel is een link naar het betreffende bericht. De berichten worden automatisch geüpdatet. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 40

41 Wiki Een Wiki is een website of deel van een website waarop bezoekers zelf op een eenvoudige manier informatie kunnen toevoegen of aanpassen. Daarvoor is geen toestemming of toegangscode nodig (bij sommige wiki s moet je je eerst registreren). Op de leeromgeving ILIAS kunnen we ook per cursus, sessie of zelfs per groep een Wiki aanmaken. Deze Wiki bevat dan specifiek informatie over de onderwerpen die in de cursus behandeld worden. Op deze manier kan men virtueel samen werken om kennis te delen. Een Wiki maakt men op de volgende wijze aan. Klik in het depot weer op Voeg nieuw item toe en selecteer Wiki. Het volgende scherm is nu te zien. Men kan nu dus een Wiki aanmaken of er één importeren. Geef de Wiki een titel en geef de eerste pagina een naam. Ook kan men hier een beschrijving over de Wiki en een introductie tekst neerzetten. Druk daarna op Add Wiki en de wiki is klaar om gevuld te worden. De wiki pagina ziet er nu als volgt uit. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 41

42 Om de tekst in deze pagina te wijzigen drukt men op het tabblad wijzigen, Dus niet op de knop wijzigen die in het rechter menu staat. Onder de titel kan men nu kiezen wat men toe wil voegen. Selecteer het gewenste en klik hierop om het gewenste in te voegen. Wil men tekst invoegen kies je voor Paragraaf invoegen. En ziet men de volgende afbeelding. Men kan natuurlijk ook meerdere items in een pagina zetten zoals verschillende media in de vorm van foto s, films, geluid of een animatie. Wil men een nieuw onderwerp invoegen zal men moeten kiezen voor de optie Paragraaf invoegen. In het tekst vak zet men nu de volgende code. [[insert page naam van de pagina]]. Op de plaats waar nu naam van de pagina staat vult men de nieuwe pagina naam in. Achteraf kan men dit natuurlijk nog altijd wijzigen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 42

43 De woordenlijst De woordenlijst is een functie waarin men een lijst van woorden en/of termen kan plaatsen die betrekking hebben op de cursus waarin de woordenlijst is geplaatst. Een woordenlijst maken we weer aan door een item toe te voegen en woordenlijst aan te klikken. Men krijgt dan het volgende veld te zien. Bij een virtuele woordenlijst neemt deze alle woorden uit de lijsten van die cursus mee. Dus heeft men binnen elke groep in een cursus een aparte woordenlijst zijn de woorden in alle woordenlijsten zichtbaar. Ook als men er woorden of termen bij zet worden de lijsten bijgewerkt. De woordenlijst komt er dan als volgt uit te zien. We zien hier een virtuele woordenlijst die zowel de woorden uit de lijst woord als woordenlijst2 heeft. Dit is een korte lijst met en in de Snelle Navigatie staat hij op Alle wat inhoud dat alle woorden en termen zichtbaar zijn. Bij een grote woordenlijst is het dan eenvoudiger om te navigeren per letter. Zoals u in het voorbeeld ziet neemt hij alleen die letters mee die betrekking hebben op de woorden uit de woordenlijst. Nieuwe woorden in de lijst zetten doet men door op de activiteiten knop achter de woordenlijst die men wil aanpassen te drukken en daarna op de knop Wijzigen. De onderstaande afbeelding wordt dan zichtbaar. Vul in het vak nieuw begrip een nieuw woord in en druk op Voeg nieuwe Term toe en het woord staat in de woordenlijst. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 43

44 Men kan nu, zoals onderstaande afbeelding, een omschrijving geven van de term. Ook nu heeft men weer diverse opties om in te voegen. Men kan nu een omschrijving geven van het onderwerp zoals hieronder te zien is. Heeft men het woord klaar dan kan men deze opslaan. Bij Opslaan en terugkeren gaat men automatisch terug naar de hierboven staande afbeelding. Met daarin de zojuist gemaakte omschrijving. Op deze wijze kan men dus een soort encyclopedie maken voor de betreffende cursus compleet met afbeeldingen, filmpjes, tabellen en geluid. Voor de cursist komt deze er dan als volgt uit te zien. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 44

45 Een oefening Een oefening of een opdracht binnen de leeromgeving is een mogelijkheid om een cursist een opdracht te verstrekken die daarna binnen de leeromgeving geïmporteerd en naar de instructeur verstuurd wordt. De instructeur kan hem daarna nakijken, een cijfer en feedback geven. Dit kan bijvoorbeeld een verslag van een praktijkopdracht zijn. Het verslag maakt hij in Word en upload dit bestand in ILIAS. Men selecteert een oefening door een item toe te voegen. Ook nu heeft men weer drie opties. We gaan ervan uit dat we een nieuwe maken en vullen de titel en de beschrijving in. Dit is een beschrijving van de gehele oefening dus niet van de eventuele opdrachten die hierin zitten. Na op de knop toevoegen te hebben gedrukt is de oefening aangemaakt. Nu moet komt men in het volgende scherm. Hier gaat men de daadwerkelijke opdracht maken. Men moet nu titel geven aan de opdracht. Dit is omdat er meerdere opdrachten in een oefening kunnen zitten. Tevens kan men hier een starttijd invoeren vanaf wanneer de cursist de opdracht kan maken. De uiterste datum is verplicht maar kan later altijd gewijzigd worden. Zet deze in eerste instantie zo ver mogelijke weg. De werkinstructie kan men hier invoeren maar dit kan ook gedaan worden doormiddel een van een bestand. Het nadeel van deze laatste optie is dat de cursist deze niet meteen kan zien. Wil men hier bijvoorbeeld een opdracht zoals in het O&T traject gebruikt wordt plaatsen kan men hem hier als HTML code plaatsen wat gedegen kennis hiervan vereist. Heeft men bestand ingevoegd zal men deze nog moeten downloaden wat weer een extra handeling is voor de cursist. De cursist ziet de opdracht die in de oefening zit als volgt: Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 45

46 Als de cursist nu op de betreffende opdracht klikt ziet men het volgende: Zo lang dat de tijd voor de opdracht niet verstreken is kan de cursist zijn opdracht uploaden. Dit doe je door op de knop (deze is hier niet zichtbaar maar staat achter de tekst U hebt geen bestand afgeleverd ) Het ingeleverde. Men krijgt het scherm waar men het bestand met de gemaakte opdracht kan uploaden. Heeft men de opdracht geüpload dan is deze naar de instructeur verzonden. Deze kan hem nu gaan beoordelen en er feedback op geven en het resultaat weer naar de cursist sturen. In de leerweg kan de instructeur zien welke cursisten er al opdrachten ingestuurd hebben. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 46

47 De mediapool In een mediapool kan men systematisch alle beeld, geluid, animaties en andere media opslaan. Het grote voordeel is dat iedereen die toestemming heeft om in de cursus te werken dezelfde media kan gebruiken zonder dat hij deze op zijn eigen computer heeft staan. We kunnen ook nu we kiezen tussen een mediapool aan te maken of te importeren. Geef de mediapool weer een titel en een beschrijving en voeg hem toe. Men kan nu alsnog de titel en de beschrijving wijzigen. Ook kan men hier de voorkeurs grote van een afbeelding, film of animatie aangeven. De mediapool is nu gereed om gevuld te worden. De onderstaande mediapool is al voor een deel gevuld. Men kan nu door op Creëer Media Object te klikken media toevoegen of door op Creëer Folder een map aanmaken. Door de verschillende soorten media in verschillende mappen te zetten krijgt men een duidelijk overzicht van alle media. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 47

48 Als we de keuze hebben gemaakt of we het nieuwe object in een map of gewoon in de mediapool zetten kunnen we verder gaan met het vullen ervan. Bij het invoegen van media moet men goed weten wat men er mee wil doen. Men is niet verplicht om het object een titel te geven. Geeft men er geen titel aan dan zal hij automatisch de naam van het bestand hier invullen. Men heeft ook de keuze of men het object als bestand of als een link toevoegt aan de mediapool. Heeft men het object toegevoegd dan moet men nog beslissen of men de originele grote behoudt of niet. Dit geldt zowel voor de grote in een vraag of een module, als de volledige scherm versie. Gebruikt men later het object kan men dit in het object altijd nog aanpassen. Men kan hem later dus altijd kleiner maken maar niet groter. Mijn advies is dan ook om altijd het media object in zijn originele vorm in de mediapool op te slaan en bij de volledige scherm versie te kiezen voor de optie Gebruik dezelfde bron als hierboven. Men kan nu de mediapool vullen. Hoe we de mediapool verder gaan gebruiken komt in latere hoofdstukken naar voren als we objecten hieruit gaan gebruiken voor vragen of leermodules. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 48

49 De vragenpool In een vragenpool kan men verschillende vragen en vragentypes maken en opslaan. Het grote voordeel is dat men eenvoudig vragen kan toevoegen, verwijderen of wijzigen die men in verschillende toetsen kan gebruiken. Ook kan men, door verschillende vragenpools te maken deze eenvoudig onderverdelen in type of onderwerp. De vragen die in een vragenpool gemaakt worden en gebruikt worden in een test kan men ook wijzigen als de test al loopt. Dit heeft geen invloed op de test omdat de oorspronkelijke vraag gebruikt wordt. Als men dus vragen in een test heeft zitten die niet juist zijn en men wijzigt de vragen in de vragenpool blijven de foute vragen dus in de test zitten en zal men dus een nieuwe test moeten maken om de fouten eruit te halen. We kunnen ook nu kiezen tussen een mediapool aan te maken, te importeren of te kopiëren. Geef de vragenpool weer een titel en een eventueel een beschrijving en klik op de knop Vraag toevoegen aan vragenpool. De vragenpool is nu klaar om gevuld te worden met vragen en men komt dan ook meteen in het volgende veld. Hierboven ziet men de verschillende vragen typen waaruit men kan kiezen. Al deze types zullen in het volgende hoofdstuk behandeld worden. Door hier een keuze te maken komt men direct in het veld voor het maken van de vraag. De vragen pool is dus puur een opslagplaats voor de diverse vragen. De instellingen voor de test maakt men apart in de test en dit geldt ook voor de instellingen voor de vragen. Het enige wat nog moet gebeuren als men de vragenpool gevuld heeft is de vragen beschikbaar stellen voor de diverse toetsen of tests. Dit doet men door bij de instellingen de vragenpool online te zetten en dit op te slaan. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 49

50 Testvragen maken. Men kan op twee plaatsen vragen maken. Namelijk in de hiervoor behandelde vragenpool of direct in een test. Het nadeel van de vragen direct in een test te maken is dat men beperkt is in het aantal vragen. Wil men een test hebben met 10 vragen en maakt men deze direct in de test zal de test altijd uit dezelfde 10 vragen bestaan. Gebruikt men vragen uit een vragenpool dan kan men gebruik maken van alle vragen uit de gekozen vragenpools en zal elke test anders zijn. Hiernaast zien we de verschillende vragentypes. Dit zal ook de volgorde zijn waarin ze behandeld worden. De keuze welk type je gebruikt is afhankelijk van wat men wil. Nadat men een keuze gemaakt heeft over het type vraag klikt men op de knop Creëer en men komt in het specifieke menu voor het maken van de vraag. Wel is het belangrijk om te weten welke soorten er zijn en welke informatie men nodig heeft om de verschillende vragen te maken en zo aantrekkelijk mogelijk te maken voor de cursisten. Daarom is hier een kort overzicht van de verschillende vragen en wat ze inhouden. Gesloten vraag: Een gesloten vraag is een vraag met een tekst met daarin gaten. Deze gaten dient men op te vullen met de juiste woorden. Hotspot vraag: Een hotspot vraag is een vraag waarbij men de juiste plek of afbeelding (hotspot) moet aanklikken Matching vraag: Bij dit type vraag moet men de antwoorden die bij elkaar horen aan elkaar koppelen. Multiple-choise vragen: (met meerdere antwoorden): Een meerkeuze vraag waarbij meerdere antwoorden goed zijn en men deze dus allemaal moet aangeven. Numerieke vraag: Bij deze vragen is het antwoord altijd een getal. Wel kan men hier een onder en bovenwaarde aangeven. Fouttekst: Eén of meerdere delen van een tekst moeten als juiste oplossing aangewezen worden. Bestand upload vraag: Als antwoord moet men een bestand met het juiste antwoord geüpload worden en daarna beoordeeld door de instructeur. Flash vraag: De vraag en het antwoord zijn in een Flash-applet gemaakt en worden daarin beoordeeld. Het resultaat wordt aan de leeromgeving doorgegeven. Java Applet vraag: Hier geldt hetzelfde als bij de Flash vraag alleen wordt de vraag nu in Java script gemaakt. Kort antwoord vraag: Bij dit type vraag heeft men twee opties. Eén met sleutelwoorden zodat hij automatisch nagekeken wordt of zonder en dan moet een instructeur de vraag nog beoordelen. Multiple-choise vragen: (één antwoord): Een meerkeuze vraag waarbij maar één antwoord juist is. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 50

51 Vraagvolgorde vraag: (horizontaal): Hierbij moet men de verschillende antwoorden in de juiste volgorde achter elkaar zetten. Tekst subset vraag: Vragen rangschikken: Hierbij moet men de verschillende afbeeldingen in de juiste volgorde zetten. Je ziet dat er een uitgebreide mogelijkheid is om je vragen te maken en de verschillende type vragen maken het voor de cursist ook uitdagender. Bij het maken van vragen is een deel bij alle vragen hetzelfde. Hieronder zie je de eerste pagina van de gesloten vraag. De volgende items moet zijn bij elke vraag hetzelfde en een deel is met een * gemarkeerd dus verplicht om in te vullen. De titel*: Deze is om snel de vraag terug te vinden. Dit is ook de naam die de vraag in de vragenpool en de test krijgt. Auteur*: Dit wordt automatisch ingevuld en is de naam van diegene die ingelogd is en de vraag maakt. Beschrijving: Hier kan men een uitgebreidere beschrijving van de vraag neerzetten. Dit is zowel in de vragenpool als de test zichtbaar maar alleen voor de instructeur en de auteur. De vraag*: In dit vak zet men de vraag of de opdracht dit kan natuurlijk per vraag type verschillen. Werktijd: Hier kun je de tijd aangeven die voor de vraag nodig is om hem te beantwoorden. Als men later een test maakt gebruikt de test de tijden om de totaaltijd van de test te bepalen. Antwoorden mixen: Als er meerdere antwoorden zijn, bijvoorbeeld bij de meerkeuze vragen, kan men hier aangeven of de antwoorden gemixt moeten worden. Voordat we naar de verschillende type vragen gaan eerst eens kijken wat er achter de menubalk van de vragen zit. De eerste knop brengt ons terug in de vragenpool maar de rest van de knoppen hebben een belangrijkere functie in het onderhouden en bewerken van de verschillende vragen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 51

52 Er zitten kleine verschillen tussen de verschillende vragen maar over het algemeen komt men in dezelfde functies. Wijzig inhoud: Nadat men een vraag klaar heeft kan men deze nog altijd bewerken. Onder deze tab gaan we de inhoud van de vraag wijzigen. Met de inhoud wordt bedoeld de vraag die de cursist ziet. De vraag zelf blijft hetzelfde maar men kan diverse items toevoegen om de vraag te verduidelijken. De onderdelen die men toe kan voegen worden behandeld in het hoofdstuk over de lesmodule. De belangrijkste twee die men hier zal gebruiken zijn de paragraaf (een stuk tekst) en de media (foto, film of geluid). Men zowel voor als na de vraag een onderdeel toevoegen door op het + teken de klikken in het midden van de gearceerde balk boven en/of onder de vraag. Laten zien: Drukt men op deze tab dan krijgt men een voorbeeld te zien van de vraag zoals de cursist hem te zien krijgt. Men kan nu wel de vraag maken maar krijgt geen resultaat te zien. Wijzig eigenschappen: Door op deze tab komt men terug in het veld waarin men de vraag gemaakt heeft en kan men deze weer bewerken. Feedback: Men wil natuurlijk dat de cursist zoveel mogelijk leert daarom is feedback heel belangrijk. Door een goede feedback te geven kan de cursist zowel van zijn fouten maar ook van zijn juiste antwoorden leren. Men geeft hier feedback bij het juiste antwoord en in het tweede veld vertelt men welke antwoorden fout zijn. Bij meerkeuze vragen of vragen met meerdere antwoorden kan men naast de hiervoor benoemde opties ook nog feedback per antwoord geven. In de feedback kan men zelfs verschillende media toevoegen om de feedback te verduidelijken. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 52

53 Hint: Men kan Statisch: Deze naam is niet juist. Hier kan men namelijk de statistieken zien van een vraag in de vragenpool. Men kan hier zien waar de vraag gebruikt wordt, hoe vaak de vraag beantwoordt is en hoe vaak hij goed beantwoordt is. Deze gegevens kan men gebruiken om te controleren of het een goede vraag is. Wordt de vraag namelijk vaak fout beantwoordt zal men moeten kijken waar de oorzaak ligt en kan men de vraag eventueel aanpassen. Dan gaan we nu over naar de verschillende types vragen. De gesloten vraag: Een gesloten vraag is een vraag met een tekst met daarin gaten. Deze gaten dient men op te vullen met woorden. Voor elk woord dat goed is krijgt men punten. Hier een voorbeeld van dit type vraag. De Duitsers noemen dit type vraag een lückentext-frage of wel een gaten tekst vraag. Nadat men het type vraag geselecteerd heeft kunnen we de vraag gaan maken. Geef de vraag een titel. Houd dit simpel zodat de vraag later eenvoudig is teug te vinden. De auteur wordt automatisch ingevuld dus kunnen we de vraag gaan maken. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 53

54 In het vak verhaspelde zin kan men nu een tekst invullen. Die woorden die men weg wil laten plaatst men tussen de volgende code. [gap] [/gap] deze code lijkt op HTML code, alleen de haakjes zijn anders. Als men de tekst klaar heeft kan men de werktijd invullen. Deze staat standaard op 1 minuut. Bij de Tekst vergelijkings methode kan men bepalen of de tekst die de cursist moet vullen hoofdletter gevoelig is of niet. De veldlengte van de tekst moet men ook aangeven. Geef deze een waarde die een paar letters langer is dan de langste tekst die men in moet vullen. Nu gaan we de gaten bewerken door op de knop Creëer gaten te klikken. Men heeft nu drie opties voor het gebruik van een gat. De eerste optie is een tekst gat. De cursist is nu vrij om een tekst in te vullen mits hij binnen het maximale aantal letters blijft. Door op te drukken kan men antwoorden toevoegen. Men kan dan dus alternatieve woorden opgeven en die apart punten geven. De tweede optie is selecteer gaten. Nu moet de cursist een keuze maken uit het aantal opgegeven antwoorden. Men krijgt dus een soort meerkeuze vraag in een tekst. De derde en laatste optie is de numerieke periode. Een rare naam maar men geeft hier een getal in wat juist is en kan een boven en onder waarde aangeven waar tussen het antwoord nog goed is. Drukt men nu op opslaan dan wordt de vraag opgeslagen en blijft men in het huidige menu om de vraag te bewerken. Drukt men op opslaan en terugkeren dan wordt de vraag opgeslagen en gaat men terug naar de vragenpool. De vraag kan later altijd nog bewerkt worden. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 54

55 HotSpot vraag Een hotspot vraag is een vraag met een afbeelding. Hieronder ziet men een voorbeeld van een dergelijke vraag. Men beantwoordt de vraag door op het juiste verkeersbord te klikken. Gaat men met de cursor over een deel van de afbeelding zal de naam verschijnen van de hotspot. Houdt er dus rekening mee dat men niet het antwoordt verwerkt in de naam van de hotspot maar geef ze een neutrale naam bijvoorbeeld bord 1 voor het eerste bord en de andere verder nummeren. De afbeelding die men gebruikt moet al klaar zijn voordat men hem importeert. Dit geldt zowel voor hoe deze er uitziet als het formaat. In het voorbeeld is een een breedte van 700px X 217px gebruikt. De afbeelding moet men dus in een ander beeldbewerkingsprogramma eerst bewerken voordat men hem in de vraag kan gebruiken. Ook bij deze vraag vult men de titel in en de vraag. Daarna moet men de afbeelding gaan invoegen die men al gemaakt heeft voor de vraag. Dit doet men door het gewenste bestand te selecteren. Druk op de knop Bladeren achter Afbeelding*. Als men de afbeelding heeft ingevoegd geselecteerd drukt men op de opslaan knop en kan men de hot spots gaan bepalen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 55

56 Na het opslaan krijgt men het onderstaande beeld te zien en kan men de hot spots gaan bepalen. Rechts onder ziet men drie knoppen. 1. Add rectangle area: Drukt men op deze knop en men krijgt dan het volgende beeld te zien. Er wordt nu gevraagd om op de hoek linksboven van het gewenste gebied te klikken. Hier komt dan een blauw kruisje te staan. Hierna volgt de vraag om op de rechter onder hoek te klikken van het gewenste gebied. Heeft men dit gedaan zal om het geselecteerde gebied een blauw vierkant te komen staan. Geef het geselecteerde gebied een naam, dit is niet verplicht, en druk op opslaan. Heeft men dit gedaan dan komt men weer terug in de vraag en kan men een nieuwe hotspot toevoegen. 2. Add circle area: Nu gaan we een hotspot toevoegen in de vorm van een cirkel. Op de afbeelding hiernaast zien we weer de drie verkeersborden. Bij de eerste zie je de eerste hotspot in de vorm van een vierkant. In de tweede gaan we een cirkelvormig hotspot maken. Je klikt eerst op het midden van de cirkel en daar komt weer een blauw kruisje te staan zoals op de afbeelding. Daarna klikt men op de buitenste rand van de cirkel en we hebben de tweede hotspot. Geef deze hotspot eventueel een naam en druk op opslaan. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 56

57 3. Add polygoon area: Een polygonen vorm is een veelhoek. In het volgende voorbeeld hebben we het over een driehoek. Je klikt weer op het eerste punt en hier komt weer een blauw kruisje te staan. Klik op het volgende punt en men krijgt een lijn tussen de twee punten. Kiest men nu een volgende punt en er vormt zich een driehoek met het eerste punt. Wil men meer hoekpunten kan men deze gewoon toevoegen tot men de gewenste vorm heeft. Geef de hotspot weer een naam en druk op opslaan. Om de vraag nu af te maken hoeft men alleen nog maar een score toe te voegen zoals in de onderstaande afbeelding en op de knop opslaan en terugkeren en men gaat weer terug naar de vragenpool en de vraag is klaar. Matching vraag De matching vraag is een vraag waarbij men twee termen of afbeeldingen heeft die bij elkaar horen, matchen. Hieronder zie je een voorbeeld waarbij men bekende duo s moet samenstellen. Links zie je de selectie en rechts een keuze vak voor wat erbij hoort. Deze termen staan onder de vraag ook nog een keer vermeld. Net zoals bij de vorige vragen moet men de titel en de vraag invullen. Ook kan men bij dit type vraag instellen dat de definities en de termen gemixt worden of één van beide. Verder kan men de afmetingen van de afbeeldingen instellen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 57

58 Men kan nu een aantal definities en termen invullen of men zet hier afbeeldingen neer Het is niet zo dat het aantal definities en termen gelijk moet zijn. Daarna gaat men de paren matchen en aan elk paar punten toekennen. Als men nu weer op de knop opslaan en terugkeren drukt is de vraag klaar voor gebruik in een toets. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 58

59 Multiple-choise vragen (meerdere antwoorden) De meerkeuze vraag kent twee varianten. De hier behandelde meerkeuze vraag bevat meer dan 1 juiste oplossing. De andere is natuurlijk die met maar één juist antwoord. Het is belangrijk dat men het juiste type kiest. Uiterlijk zullen ze er allebei hetzelfde uitzien in een test dus geef in de vraag duidelijk weer dat men meerdere juiste antwoorden kan/moet kiezen. Hiernaast ziet men een voorbeeld waarbij afbeeldingen gebruikt zijn. Maar men kan ook tekst als antwoorden gebruiken. Net als bij de overige vragen moet men, nadat men het type vraag geselecteerd heeft, deze een titel geven en de tekst van de vraag invullen. In de afbeelding hieronder ziet men de invulvelden. Achter het Antwoord Types kan men de mogelijkheden voor de antwoorden uitbreiden. Bij antwoord met een enkele regel zoals in het voorbeeld is men beperkt tot een antwoord van één regel. De andere optie is de antwoorden met meerdere regels. Deze optie zorgt dat men voor het antwoord dezelfde mogelijkheden heeft als bij de vraag. Dit vak ziet er ook hetzelfde uit als bij de vraag. Men kan nu langere antwoorden opgeven en eventueel tekst met afbeeldingen combineren. vak dan In dit voorbeeld gaan we bovenstaande vraag maken. De afbeeldingen die men wil gebruiken voor de vraag moeten bij dit type vraag al de gewenste afmetingen hebben. Deze kunnen dus niet meer veranderd worden nadat men ze in de vraag gezet heeft. Houdt er dus rekening mee dat alle afbeeldingen dezelfde afmetingen hebben. Door op de + knop bij activiteiten te drukken kan men weer antwoorden toevoegen. Druk op de knop browse en selecteer uit jouw bestanden de gewenste afbeelding, en druk daarna op de knop uploaden. Als men alle gewenste afbeeldingen, of tekst, heeft geüpload of ingevuld heeft men het volgende beeld. Men kan nu nog altijd een korte tekst invullen deze komt dan naast de afbeelding te staan. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 59

60 Nu moet men nog de score per vraag toekennen. In het voorbeeld hebben we de juiste antwoorden 5 punten per antwoord gegeven en de foute antwoorden -5. Als men nu dus alle antwoorden zou selecteren krijgt men dus nul punten. Men kan er zelfs voor kiezen dat als het juiste antwoord niet geselecteerd is men ook aftrekpunten krijgt. De vraag kan nu opgeslagen worden en is klaar voor gebruik. Numerieke vraag Bij dit type vraag is het antwoordt altijd een getal. Dit kan een uitkomst van een berekening zijn of het schatten van een afstand. Men kan hierbij een boven en een onder waarde aangeven. Maakt men dit gelijk heeft de cursist geen speling dus moet hij het exacte getal invullen. Het enige wat bij deze vraag ingevuld moet worden zijn natuurlijk weer de titel en de vraag. Daarnaast moet men aangeven hoeveel karakters en invulveld moet hebben en het aantal punten men voor de vraag krijgt. Het antwoordt van deze vraag is verwerkt in de limiet. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 60

61 Men geeft dus niet de exacte waarde op van het antwoordt maar alleen de onder en boven waarde van het antwoordt. De vraag kan weer worden opgeslagen en men is weer klaar. Foute tekst Bij deze vraag moet men de fouten die in een tekst staan aanwijzen. Zoals je in het voorbeeld ziet heeft men een zwarte en blauwe tekst. De zwarte is de aanwijzing voor de eigenlijke vraag. De blauwe tekst is de tekst waar de fouten inzitten. Men kan hierin alle woorden aanklikken maar alleen bij die woorden die men vooraf heeft aangegeven krijgt men punten. De vraag is de omschrijving die later als zwarte tekst zal worden weergegeven. In het vak Error Text kan men nu de tekst zetten met de fouten erin. Voor elk fout woord zet men een # (hekje) zodat het programma de fouten kan herkennen. Bij het vak Text Size kan men nu nog de grote van de foute tekst bepalen. Bij 100% zal de tekst gelijk zijn in grote als die van de vraag. Heeft men alles ingevuld drukt men op de knop Analyse Error Text en men krijgt het volgende beeld te zien. Onderin ziet men de Error Data staan en daar staan dan de foute woorden. Hierachter zet men dan de oplossing en de punten die men per woord krijgt. De vraag is nu klaar en kan opgeslagen worden. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 61

62 Bestand uploaden Dit type vraag is te vergelijken met een oefening. Hiernaast ziet men een voorbeeld van dit type vraag. Men krijgt dus een opdracht waarbij men de oplossing als een bestand moet insturen naar de instructeur. Dit wordt dus niet automatisch nagekeken en gecorrigeerd maar dit moet dus door de instructeur beoordeeld worden. Nadat men de vraag, of opdracht, heeft ingevuld gaan we nu bepalen waar het bestand aan moet voldoen. Men kan bij Maximum file upload size De maximale grote van het bestand aangeven. Doet men dit niet zal de cursist de maximale grote kunnen uploaden die het systeem toestaat. Ook kan men achter Alowed file extension het bestand type aangeven. Geef daarna aan hoeveel punten de cursist voor deze opdracht kan krijgen. Nu kan men nog een vinkje zetten achter Completed by Submission. Doet men dit dan heeft de cursist de opdracht voltooid als hij een bestand heeft ingestuurd en krijgt hij Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 62

63 nog geen score. De score voor dit vraag type zal door de instructeur moeten gebeuren en wordt behandeld in het hoofdstuk handmatige score. Het cijfer kan later altijd nog worden aangepast. Flash vraag Java applet vraag Kort antwoord vraag Bij dit type vraag heeft men twee opties. Eén met sleutelwoorden zodat hij automatisch nagekeken wordt of zonder sleutelwoorden en dan moet een instructeur de vraag nog beoordelen. Het beoordelen van dit vraag type wordt behandeld bij de handmatige score. Ook bij dit vraagtype zal men weer de titel in moeten voeren. Bij de vraag vult men natuurlijk de vraag in. Dit kan dus een open vraag zijn of een vraag waar de cursist een kort antwoord moet geven. Bij deze laatste optie moet men sleutelwoorden ingeven. De sleutelwoorden worden gescheiden door een spatie en in het vak sleutelwoorden geplaatst. Het programma herkend de sleutelwoorden en geeft de maximale score als alle sleuteloorden in het antwoord zitten. Heeft de cursist dus niet alle sleutelwoorden in het antwoord staan is de hele vraag fout. Vult men geen sleutelwoorden in dan is het een open vraag die daarna nog door de instructeur nagekeken moet worden. Ook nu moet er al aangegeven worden hoeveel punten de cursist maximaal voor de vraag kan krijgen. Meerkeuzevraag (één antwoord) We hebben de meerkeuzevraag met meerdere antwoorden al behandeld. Nu gaan we kijken naar de meerkeuzevraag met juist antwoord. Zoals je hier ziet zien de vragen het hetzelfde uit voor de cursist. Het maken van dit type vraag is ook bijna hetzelfde als het andere type meerkeuzevraag. Ook nu moeten we weer een één bij titel Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 63

64 en vraag invullen ook kan men weer aangeven of de antwoorden gemixt worden. Dit keer is gekozen voor tekst als antwoord. Je ziet nu ook et verschil tussen de meerkeuzevraag met meerdere antwoorden en met maar één juist antwoord. Je hoeft nu alleen punten voor de antwoorden te geven. De cursist kan maar één antwoord kiezen. Heeft men alles ingevuld dan kan men de vraag weer opslaan. Volgorde vraag (horizontaal) Bij deze vraag moet men de verschillende antwoorden in de juiste volgorde achter elkaar zetten. In het voorbeeld zijn het een aantal getallen die men in de juiste volgorde moeten worden gezet maar dit kan ook een zin zijn. Men klikt een vakje aan en schuift hem naar de plek waar men hem wil hebben. Hier ziet men de invul velden van de vraag. De vraag is weer de uitleg van de opdracht. De Ordering Text Is de tekst die in die volgorde moet komen te staan. Een spatie tussen de woorden of getallen geeft de verschillende blokken aan. Wil men meerdere woorden in één blok hebben zet men :: tussen de verschillende blokken tekst. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 64

65 Vergeet niet om de grote van de tekst in te vullen. Dit is in procenten van de vraag tekst. Dus gebruikt men in de vraag een letter grote van 12 dan is 100 bij de tekst grote ook 12. De vraag is nu klaar en kan opgeslagen worden. Tekst subset vraag Bij dit type vraag krijgt men dus een aantal invulvelden. In het voorbeeld zie je een vraag met daaronder drie vakken. Voor elk vak krijg je apart punten. Het eerste deel van dit type vraag is weer hetzelfde als bij de andere. Wel kan men bij dit type vraag zelf bepalen hoeveel antwoorden men minimaal moet geven. Stel er zijn vijf mogelijke antwoorden kan men dus bepalen dat er minimaal 3 antwoorden gegeven moeten worden. Men geeft nu 3 punten per goed antwoord dan zou men dus maximaal 5 x 3 punten = 15 punten kunnen behalen. Men moet minimaal 3 antwoorden geven dus dan heeft men 9 punten. Men kan nu dus ook aangeven dat men maximaal 10 punten kan behalen bij deze vraag. Als men dan dus meer dan drie juiste antwoorden geeft krijgt men een bonuspunt. Ook kan men aangeven of het antwoord hoofdletter gevoelig is of niet. Maak weer de antwoorden en geef hier punten aan en de vraag is weer klaar. Nu alleen nog opslaan en men kan verder met de volgende vraag. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 65

66 Vragen rangschikken Deze vraag lijkt heel veel op de volgorde vraag. Het grote voordeel van dit type vraag is dat men hier afbeeldingen als antwoord kan gebruiken. Men kan de vraag op twee manieren vertonen. Dit kan men kiezen door op het knopje links van het vraagteken te drukken. Rechts ziet u de vraag vertoond met Java ondersteuning en hieronder zonder. In de afbeelding rechts moet men de afbeeldingen in de juiste volgorde verschuiven en in de onderstaande afbeelding moet men in het vak voor het antwoord, door middel van cijfers, de volgorde aangeven van de antwoorden. Het maken blijft precies hetzelfde. Ook nu moeten we weer moeten we de titel en de vraag invullen. Ook kunnen we hier een minimum hoogte van de afbeelding in pixels aangeven en de grote van de thumbnail. De antwoorden die we opgeven moet men hier in de juiste volgorde zetten. En dit kan dus gewoon tekst zijn, zoals in het voorbeeld als een afbeelding. Dan nog het aantal punten voor deze vraag toekennen en de vraag kan weer opgeslagen worden. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 66

67 Test We hebben een vragenpool aangemaakt en deze gevuld met vragen. Voordat de cursist deze nu kan gaan gebruiken zullen we deze in een test moeten zetten. We kunnen hier verschillende soorten testen maken zoals een zelf test, een toets of een opdracht die door de instructeur nog nagekeken moet worden. We selecteren nu onder het menu Add New Item de test. Zolang de test nog niet online staat kan men deze altijd wijzigen. Staat deze eenmaal online en men ontdekt dat er fouten in zitten zal men een nieuwe test moeten maken. Vergeet niet voordat men de oude test verwijderd de resultaten op te slaan. We hebben nu drie opties om een test te maken namelijk: 1. Een nieuwe test maken. 2. Een test importeren uit een andere leeromgeving. 3. Een test kopiëren binnen deze leeromgeving. 1.Een nieuwe test maken: Bij een nieuwe test vult men de titel van de test in, zoals op de hieronder staande afbeelding, Men kan hier ook de korte beschrijving over de test invullen. Druk op de knop Toevoegen test in de algemene instellingen van de test. Dit wordt later behandeld. 2.Een test importeren: De tweede optie is een test importeren vanuit een andere ILIAS leeromgeving. Men kan dus een test in een andere leeromgeving bouwen en dan exporteren en weer importeren in de productie omgeving. Na het importeren van de test komt u weer in de algemene instellingen van de test. 3.Een test kopiëren: De derde optie is dat men een test kopieert binnen dezelfde leeromgeving. Men kan dan dus de complete test kopiëren en daarna bewerken. Men kan daarna dus nog bepalen welke vragenpool men voor deze test gaat gebruiken en de naam bewerken. Je geeft een titel op van de test (in dit geval was dit test) die men wil kopiëren en drukt op Continue en men komt dan in het volgende scherm. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 67

68 ILIAS heeft nu gezocht naar alle testen met deze naam die jij gemaakt hebt. In dit geval heeft hij er twee gevonden en hier moet men een keuze uit maken door deze aan te vinken en daarna op de knop Kopieer toets te drukken. En het volgende scherm wordt zichtbaar. Nu kan men deze test weer gaan bewerken door op de knop Instellingen te drukken. De test is nu aangemaakt en de instellingen kunnen bepaald of gewijzigd worden. Bij het maken en importeren van een test komt men automatisch in het onderstaande veld. Kopieert men een test dan moet men de instellingen nog aanklikken. Algemene instellingen We gaan nu eerst de algemene eigenschappen Behandelen. 1. Online: Zet de test pas online als men zeker weet dat deze klopt. 2. Titel: Deze neemt hij mee van het aanmaken of kopiëren van de test maar men kan hem hier dus nog aanpassen. 3. Beschrijving: Als men de test nog geen beschrijving heeft gegeven of deze aan wil passen kan dat hier. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 68

69 4. Anonimiteit: Zet men deze functie op Anonymous Test Dan worden de resultaten van de cursist niet zichtbaar. Ze worden wel geregistreerd maar kijkt men dan in de leerweg van de cursist dan zal er in plaats van de naam, onbekend komen te staan. Deze optie is goed te gebruiken als zelf test voor de cursisten. 5. Willekeurige selectie van vragen: Zet men dit aan dan worden de vragen automatisch uit de vragenpool, of meerdere vragenpools, gehaald en op een willekeurige wijze gebruikt. De vragenpool wordt dan gekopieerd naar de test. Dus wijzigingen in de vragenpool nadat de test online staat worden niet in de test meegenomen. Drukt men nu op de knop vragen dan ziet men het onderstaande scherm en kan men de vragen gaan invoegen. Men geeft hier de volgende drie opties weer: a. Selectie vragen: Heeft men vragen in een vragenpool zitten met een verschillende score zal, als men deze optie aanzet, er in de test alleen vragen komen met een gelijke score. b. Totaal aantal vragen: Hier vult men het aantal vragen in die in de test komen te zitten. c. Bron vragenpools: Hier geeft men aan uit welke vragenpool, of meerdere vragenpools, de vragen moeten komen. De test zal dan de vragen voor de cursist evenredig verdelen over de verschillende vragen pools. 6. Choose pool when creating questions: Zet men dit aan dan moet men de vragenvoor de test allemaal maken en komen deze niet in een aparte vragenpool. Heeft men deze optie aangezet en kiest men daarna toch voor de willekeurige selectie van vragen zullen alle vragen die men gemaakt heeft worden verwijderd. De volgorde van de vragen zal ook steeds hetzelfde blijven. Het aantal vragen van de test is het aantal dat men maakt. Men kan nog wel gebruik maken van de vragen uit diverse vragenpools middels de optie Zoek naar vragen. Gebruikt men deze niet moet men de vragen voor de test aanmaken door op de knop -test_create_question- te drukken. Men kan nu dezelfde vragen types maken als in de vragenpool. 7. Introductie: Hier kan men inleidende informatie over de test geven voor de cursist. Zoals informatie over het aantal pogingen en vragen, de score enz. 8. Show the complete information page: Hier kan men aangeven dat er naast de introductie tekst ook de overige informatie over de test wordt weer gegeven. zoals aantal vragen en de de score. Net als bij de introductie kan men hier een tekst neerzetten die, mits men het onderste vakje aan vinkt, de cursist aan het einde van de test te zien krijgt. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 69

70 Het volgende wat we in kunnen stellen zijn de sessie instellingen. Men is niet verplicht om deze opties te gebruiken. 1. Max. aantal keer proberen*: Wil men hebben dat een cursist maar een beperkt aantal pogingen heeft om de test te maken stelt men het hier in. Deze staat standaard op 0 = onbeperkt. 2. Max. processingtijd: Hier stelt men de tijd in die de cursist over de test mag 3. doen. Stelt men dit niet in zal de leeromgeving zelf een tijd bepalen aan de hand van de van de tijden per vraag. Ook moet men hier aangeven of de tijd voor elke poging is of voor alle pogingen bij elkaar. 4. Start tijd: Hier kan men de aanvangsdatum en tijd van de test invullen. 5. Eindtijd: Hier vult men de eind datum en tijd in van de test. 6. Test password: Hier kan men een wachtwoord invullen waarmee de test beveiligd is. Het volgende vak van de algemene instellingen van de test gaat over de presentatie ervan. 1. Gebruik vorige antwoorden:???? 2. Force JavaScript: Onder andere bij de matching- en de verticaal rangschikken vraag kan men gebruik maken van JavaScript. De vraag ziet er dan grafisch aantrekkelijker uit. 3. Toetstitel Output: Hier kan men aangeven wat er in de kop van de test komt te staan. Raadzaam is om in elk geval de titel van de test te tonen. Het volgende vak is de volgorde eigenschappen. Hier kan men bepaalde opties aan de toets toevoegen zoals:. Vragen uitstellen: De cursist kan nu een vraag overslaan en deze komt automatisch aan het einde van de test terug. 2. Mix de vragen: De vragen worden dan door elkaar gegeven waardoor de spiekkans nihil wordt. Gebruikt men dus een vragenpool zal er een willekeurige keuze gemaakt worden uit deze pool. 3. Toon vraag samenvatting: Deze optie laat de cursist een lijst zien van de vragen uit de test. Hierdoor kan de cursist de zelf de volgorde van de vragen kiezen Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 70

71 door direct naar een vraag uit de lijst te gaan. Men kan dan nog kiezen wanneer de lijst met vragen getoond wordt zoals in de afbeelding hiernaast Toon gemarkeerde vragen: Met deze optie kan een cursist een vraag markeren. Deze optie is alleen van nut als de cursist een samenvatting van de vragen kan zien. De cursist ziet dan een ster ( ) achter de vraag staan en weet dat daar iets mee is bijvoorbeeld hij weet niet zeker of het antwoord goed is en wil deze nog een keer bekijken. 5. Toon toets opties: Als men deze optie aanzet komt op elke pagina een knop te staan waarmee de cursist de test kan opschorten en later weer verder gaan. De volgende twee vakken gaan over de berichtgeving over deelname aan de test en de kiosk mode Als men optie 1 aanzet krijgt men geen bericht als een cursist de test heeft voltooid. Dit staat standaard aan. 2. Bij de tweede optie krijgt de eigenaar van de test een bericht als een cursist de test voltooid heeft. Men krijgt echter alleen te zien wie wanneer de test heeft voltooid. 3. Bij deze optie krijgt de eigenaar van de test ook de complete resultaten te zien van de cursist. 4. Bij de vierde optie geeft men aan of men na elke poging van de cursist een bericht krijgt of pas nadat hij zijn laatste poging heeft gedaan. Als men dus geen beperking heeft gezet op het aantal pogingen die de cursist heeft men dus ook geen bericht van de cursist krijgt over zijn resultaten. Houd er rekening mee dat als men een test maakt de instructeur de eigenaar van de test maakt zodat hij deze berichtgeving over de test van zijn cursisten krijgt. 5. Kiosk Mode: Als men de kiosk mode aanzet kan de cursist de test niet verlaten voordat hij hem heeft voltooid. Alle knoppen en functionaliteiten van de leeromgeving die niet nodig zijn voor de test zijn dan niet zichtbaar. Dan nu het laatste blok van de algemene instellingen van de test. Hier kan men de beperkingen van de deelnemers instellen zoals: 1. Nodig vaste deelnemers uit: Als men dit aan vinkt moet men de deelnemers zelf 1 2 Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 71

72 3 invoeren. Je kunt hier ook meerdere deelnemers in één keer invoeren. 2. Maximum aantal gebruikers die deze test kunnen gebruiken: Hier kan men het aantal deelnemers opgeven die tegelijkertijd de test doen. Dus niet het maximale aantal die de test kunnen doen. 3. Nutteloze tijd voor actieve gebruikers: Hier vul je een tijd in seconden in die de cursist moet wachten om weer opnieuw aan de test mogen beginnen. De basis instellingen zijn nu klaar en de vragen zitten ook in de test. Nu gaan we het cijferschema in orde maken. Cijferschema Hieronder zie je uitgangswaarde en tekst. Wil men meer stappen in de beoordeling kan men dit doen door op de knop Creëer een nieuwe nootstap te drukken. Men heeft nu de volgende invul opties: 1. Korte aanduiding: Hier kan men de korte aanduiding ingeven die in de leerweg getoond wordt. Houd dit kort bijvoorbeeld, geslaagd en gezakt. 2. Officieel formulier: Deze aanduiding kan gebruikt worden om op een certificaat te zetten. Echter de functionaliteit certificaten is in de Defensie leeromgeving uit gezet. 3. Minimum niveau (in %): Dit is het minimum aantal punten (in procenten) die een cursist moet hebben om deze stap in de beoordeling te halen. 4. Met succes afgelegd: Hier vinkt men aan vanaf welke score de test met behaald is. Vink dit dus nooit aan achter de score die onvoldoende is Houd er rekening mee dat elke test minimaal twee stappen in de beoordeling heeft. Eén voor geslaagd en één voor gezakt. Score en resultaat In dit deel gaan we de opties met betrekking de score en d presentatie van de feedback en de resultaten van de test. Als eerste gaan we naar het punten systeem kijken. Hierbij kunnen we de volgende opties gebruiken: 1. Scoring systeem: Hier heeft men twee opties. Bij de eerste optie tellen alle oplossingen mee dus als een vraag uit meerdere delen bestaat zullen deze sub scores geteld worden ook als de vraag niet volledig is beantwoord. Bij de tweede optie tellen alleen die vragen die volledig ingevuld zijn. 2. Multiple choice vragen: Ook hier weer twee opties. Bij de eerste krijgt men geen punten als men de vraag niet beantwoord. Bij de tweede krijgt men wel punten als de vraag niet beantwoord is mits dit in de vraag (in de vragenpool) aan gegeven is. 3. Knip negatieve punten: Bij sommige vragen kan men negatieve punten geven Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 72

73 als men een verkeerd antwoord geeft. Als de score voor een vraag een negatieve score is kan men er voor kiezen of deze wel of niet in de totale score van de test wordt meegenomen of niet. 4. Het kan zijn dat men meerdere pogingen kan doen van een test. Men kan er hier dan voor kiezen of het resultaat van de laatste of de beste poging geldt als eindresultaat Ook met betrekking tot de feedback kan men enkele zaken regelen. De feedback komt dan direct na het beantwoorden van de vraag. Men kan hier meerdere opties tegelijkertijd aanzetten. Vinkt men hier niets aan dan kan de cursist aan het einde van de test deze alsnog bekijken. Men kan er dus voor kiezen dat de feedback meteen zichtbaar is en/of het aantal punten dat hij voor de vraag behaald heeft en/of de juiste oplossing van de vraag. Deze opties zijn vooral van belang als het om een zelf test gaat. Het volgende wat men aan kan geven is wanneer de toets resultaten voor de cursist zichtbaar worden. Men heeft hier de volgende opties: Nadat de test is afgelegd: Als de cursist klaar is met de test kan hij de resultaten meteen bekijken. Het nadeel is dat er op dat moment andere cursisten nog bezig zijn met de test. Dit is wel de standaard. Altijd: De cursist kan nu ook gedurende dat hij bezig met het maken van de test zijn tussentijdse score zien. Nooit: Hij kan nu nooit zijn resultaten zien. Dit kan men gebruiken als men de test klassikaal of met de cursist wil bespreken. Datum: Hier kan men aangeven vanaf welke datum en tijdstip de resultaten voor de cursisten zichtbaar zijn. Bijvoorbeeld nadat iedereen van die sessie de test voltooid moet hebben. Nu gaan we de laatste instellingen bepalen namelijk hoe de cursist de testresultaten na voltooien van de test te zien krijgt. Ook hier kan men de verschillende opties met elkaar combineren Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 73

74 1. Toon aflopen test details: De cursist kan een nu overzicht zien van de vragen met de resultaten per vraag. 2. Score details: De cursist kan nu naast de oplossing die hij gegeven heeft ook de juiste oplossing zien. 3. Afdrukweergave oplossing: Deze optie zorgt ervoor dat de cursist aan het einde van de test een overzicht van zijn antwoorden krijgt. Dit is dus voordat hij de test definitief verstuurd. Na beëindigen van de test zijn de gegeven antwoorden ook terug te zien op de informatie pagina. 4. Toon antwoord feedback in test resultaten: Vinkt men deze optie aan dan ziet de cursist de vraag specifieke feedback weer die men bij het maken van de vraag heeft ingevoerd. 5. Results print view (answers only): Vinkt men deze aan dan ziet de cursist de details van een gegeven vraag als een afdrukpagina. 6. Show Signature Placeholder: Vinkt men dit aan dan bevindt er zich op de overzichtspagina van de testgegevens de regel waar de cursist een handtekening kan zetten, nadat hij het afgedrukt heeft. 7. Show Suggested Solution: Vinkt men dit aan dan komt er aan het einde van de test naast de knop laat resultaten zien ook een knop met Toon lijst met antwoorden. Drukt men nu op laatstgenoemde knop krijgt men een lijst met antwoorden. Druk nu op de tekst Toon details en men krijgt een gedetailleerde weergave van de vraag resultaten. 8. Export settings: Kies voor deze optie als ILIAS een gecomprimeerd overzicht van de single-choice-vragen moet maken. Handmatige score Bij vragen en toetsen die tot nu toe behandeld zijn werden de vragen automatisch door de leeromgeving gecontroleerd en van een score voorzien. De open vragen en opdrachten kunnen echter niet door het systeem beoordeeld worden en zullen dus door een instructeur beoordeeld moeten worden. Boven in de menubalk van de test vindt men de tab handmatige score. Aan de achterzijde van deze menubalk bevindt zich de mogelijkheid om de gebruikers te zoeken waarvoor men opdrachten of vragen handmatig moe beoordelen. Men kan zowel op de status als op naam van de deelnemers zoeken. Door op de knop Filter de drukken filtert men die personen uit die men nodig heeft. Hieronder ziet u het resultaat van een test met 3 open vragen. De score is nu nog 0 omdat de instructeur de vragen nog moet beoordelen. Nadat ik middels de filter de juiste cursist zichtbaar heb gemaakt kan ik (als instructeur) zijn vragen gaan beoordelen. In het volgende voorbeeld zie je vraag 1 van de drie ingevulde vragen. Met ziet hierin dat de cursist drie vragen heeft beantwoordt en hij hiervoor nog geen punten heeft gekregen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 74

75 Men kan hier het aantal punten toewijzen en als men op Instelling manuele feedback klikt kan men ook voor deze vraag een feedback geven. Sla na elke vraag het resultaat en de feedback op. De score wordt dan meteen meegenomen in het resultaat. Het groene vinkje onder het antwoord geeft aan dat de cursist de vraag heeft beantwoordt heeft en de cursist kan de resultaten bekijken van zijn toets. Bij het beoordelen van een opdracht gaat het iets anders. Maar dit is al behandeld in het hoofdstuk over de oefening. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 75

76 Statistieken Men kan zowel de statistieken van een test als van elke vraag in de vragenpool bekijken. Bij de test gaat het om de resultaten per deelnemer, voor de gehele test (dus alle deelnemers) en per vraag. Statistieken van de test Hierboven ziet men de statistieken per persoon. Door op de tekst Toon gedetailleerde evaluatie achter de persoon te klikken krijgt men de gedetailleerde gegevens van de test te zien. Dit ziet er als volgt uit. Hier kan men de resultaten zien, zoals de score, het percentage, de tijd dat men bezig is geweest en men heeft de mogelijkheid om de antwoorden per vraag te zien van deze test. Op deze wijze kan men de test analyseren of deze te eenvoudig, of te moeilijk is. We kunnen ook de resultaten per vraag aanklikken (de laatste tab). Men ziet dan de vragen die beantwoordt zijn in deze test (dit kunnen dus alle vragen uit de vragenpool zijn) Men ziet hier geen resultaten alleen hoe vaak is die vraag in deze test gebruikt. Hieronder zie je een afbeelding van de laatste optie namelijk de Samengevoegde test resultaten. Hier kan men de meest informatie over de test uit halen. Men kan hier onder andere zien wat het scoringspercentage per vraag uit de toets. Men heeft hier dus een eenvoudig overzicht van hoe de test door de cursisten gemaakt is en welke vragen er gebruikt zijn. Ook kan men deze gegevens eenvoudig exporteren en afdrukken. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 76

77 Statistieken van de vragen in de vragenpool Ook in de vragenpool kan men de statistieken bekijken van de vragen. Het kan natuurlijk voor komen dat de vragen uit een vragenpool in meerdere tests gebruikt worden. Om nu te kijken of de vragen juist geformuleerd zijn kan men de statistieken van de afzonderlijke vragen bekijken. Men vindt de gegevens onder de tab statisch in de vragenpool. Als men nu klikt op het grafiekje achter de vraag waar men informatie over wil krijgt men het volgende scherm te zien. Men kan nu dus zien hoe vaak de vraag gebruikt is en het scoringspercentage. Ook ziet men hier in welke tests de vraag gebruikt wordt/is met daarachter een link naar de test. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 77

78 De enquête vragenpool Wil men gebruik maken van een enquête dan kan men gebruik maken van een gewone vragen pool maar ook van de speciale vragenpool voor de enquête. Het voordeel hiervan is dat er enkele speciale vraag types in zitten die speciaal ontworpen zijn voor het gebruik in een enquête. In het rijtje nieuwe items kiezen we voor de Vragenpool (enquête). En geven deze weer een titel en, eventueel, een beschrijving. Kies nu voor Vraag toevoegen aan vragenpool en de vragenpool is opgeslagen. Men komt nu terug in de cursus en moet dus weer de vragenpool aanklikken om hierin te kunnen werken. Het beeld lijkt veel op dat van de vragenpool alleen de tab afdrukvoorbeeld in de normale vragenpool is hier de tab Beheer zinnen. De vragenpool voor de enquête kent 5 type vragen namelijk: 1. De matrix vraag: Dit is een tabel met meerdere vragen en meerdere antwoorden. 2. Metrische vraag: Bij deze vraag moet men een getal ingeven. Bijvoorbeeld wat de leeftijd van een persoon is. 3. Meerkeuze vraag: hier hebben we zowel de meerkeuze vraag met meerdere antwoorden als slechts met één antwoord. 4. Poging: Dit is een gewone open vraag. De eerste vraag is meteen de meest uitgebreide. Matrix vraag De matrix vraag is eigenlijk een tabel met meerdere vragen. Hieronder ziet u een voorbeeld van dit type vraag. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 78

79 Het maken van de matrix vraag vereist wel wat voorbereiding zodat het het maken ervan vereenvoudigd wordt. Heeft men dit type vraag geselecteerd krijgt men het volgende veld te zien. De titel moet natuurlijk weer ingevuld worden (Dit is de vetgedrukte naam in het voorbeeld). De vraag is de inleiding voor het geheel en komt boven de tabel te staan. Bij Subtype heeft men de keuze of men één of meerdere antwoorden kan invullen per rij. Met verplicht wordt er bedoeld of men dit deel verplicht is in te vullen of niet. Bij verschijning kan men bepalen of er en dunne zwarte lijn tussen de kolommen en/of rijen komt te staan. De rijen hebben in elk geval om en om een andere kleur. De neutrale kolom kan ook apart afgesplitst worden door een dikkere zwarte lijn zoals in het voorbeeld. Nu we de opmaak van de vraag klaar hebben gaan we naar de invulling kijken. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 79

80 De kolomtekst is de tekst die boven de kolommen komt te staan. Met ziet hierachter de knop Zin toevoegen Hier kan men kiezen uit standaard zinnen ( zoals in onderstaande voorbeeld). Echter moeten dan alle vereiste velden ingevuld zijn. De antwoorden moeten dan ook ingevuld zijn ook al kan men deze later wijzigen. De vraag wordt automatisch opgeslagen. Je selecteert een zin uit de de lijst en boven de kolommen komen de antwoorden te staan. Druk daarna op de knop Zin toevoegen onder de tabel en hij wordt automatisch in de vraag ingevoegd. Wil men zinnen toevoegen dan vult mijn bij de matrix kolomteksten en, eventueel, de tekst voor de neutrale kolom in druk op de knop Opslaan als zin en deze worden opgenomen bij de zinnen. Let op: de kolomteksten moeten altijd opgeslagen zijn in het beheer van de zinnen anders is de vraag onbruikbaar. De neutrale kolom is altijd de laatste kolom. De schaal is bedoeld om te kunnen communiceren met een externe statistiek software. Het is mogelijk om de waarde hiervan te wijzigen. Wil men de volgorde wijzigen doet men dit door op de pijltjes onder activiteiten te drukken. Bij de Matrix kolom instellingen moet men zowel bij de linker als de rechter pool een tekst invullen om deze zichtbaar te maken. Dit zijn de zogenaamde tegenpolen. Nu nog de eigenlijke vragen invullen in het veld Matrix rijen. Het klinkt raar maar bij antwoord vult men de eigenlijke vraag in voor die rij. Wil men nu de cursist in de gelegenheid stellen om zijn antwoord ook toe te kunnen laten lichten vinkt men Open antwoord aan. Nu komt er als extra een invulveld onder de vraag te staan. Dit kan men dus bij elke matrix rij afzonderlijk toepassen. Het label heeft weer dezelfde eigenschap als de schaal bij de matrix kolom. Nu kan men de vraag opslaan en terugkeren naar de vragenpool. Ook kan men door op de tab Laten zien de vraag bekijken. Men kan hem daarna nog altijd aanpassen tot deze naar wens is. Onder de tab Layout kan men de verdeling van de verschillende onderdelen over de breedte wijzigen. Dit wordt procentueel weergegeven. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 80

81 Metrische vraag De metrische vraag is een vraag waarbij men een getal moet invullen. In het voorbeeld is geen minimum en maximum waarde ingevuld. De vraag maakt men op de volgende wijze. Men vult natuurlijk weer een titel en een vraag in. Dan geeft men aan wel subtype men wil gebruiken. Het verschil tussen de drie sub types is: Interval: Niet absolute ratio: Absolute ratio: Daarna vult men eventueel een minimum en een maximum waarde in en de vraag is klaar. Multiple- choice vraag Ook in de enquête kan men kiezen voor een meerkeuze vraag. Het eerste type is die waarbij men meerdere antwoorden kan invullen. Hieronder ziet u een voorbeeld waarbij de antwoorden horizontaal staan. Men heeft ook de mogelijkheid om deze onder elkaar te zetten wat bij langere antwoorden natuurlijk beter is. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 81

82 Nu gaan we de vraag maken. Nadat we weer de titel en de vraag hebben ingevuld gaan we weer bepalen of de vraag verplicht is. We vinken hier ook aan of de antwoorden verticaal of horizontaal getoond worden. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 82

83 Men heeft de keuze of men de antwoordselectie aanzet of niet. Als men deze aanzet moet men een minimum en een maximale waarde instellen. Men heeft nu bepaald hoeveel antwoorden er minimaal ingevuld moeten worden en hoeveel er maximaal ingevuld kunnen worden. Nu is het een kwestie van de antwoorden maken en weer kezen of men het antwoord kan toelichten. Nu de vraag opslaan en hij is klaar voor gebruik. Single-choice vraag Naast de meerkeuze vraag met meerdere antwoorden hebben we in de enquête ook weer de mogelijkheid van de meerkeuzevraag met één antwoord. Hierboven ziet u een voorbeeld van deze vraag en we gaan nu kijken hoe hem te maken. Het eerste deel is natuurlijk weer hetzelfde. Na het invullen van de titel, de vraag en of deze verplicht is komen we weer aan bij de oriëntatie. Naast de horizontale en verticale optie hebben we hier ook de keuze uit de combobox. De combobox is een uitklap menu waar men het gewenste antwoord moet selecteren, zoals op de afbeelding hiernaast. De rest is gelijk aan de andere meerkeuze vraag. Sla de vraag weer op in de vragenpool en klaar. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 83

84 Poging Dit is het laatste vraagtype van de vragenpool voor de enquête. Het is een simpele open vraag. Zoals u hierboven ziet krijgt men nu een invulveld waar de cursist zijn commentaar kan geven. Deze vraag maakt men op de volgende wijze. Na weer de titel en de vraag ingevuld te hebben hoeft men bij dit vraagtype alleen maar het maximale aantal karakters en het formaat van het invulveld op te geven. Het formaat van het invulveld wordt weergegeven in karakters. Nu alleen nog aangeven of de vraag verplicht is en hij is weer klaar om op te slaan. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 84

85 Beheer zinnen Een vragenpool voor de enquête werkt alleen als alle zinnen (dus alle kolomteksten) ook daadwerkelijk in het beheer van de zinnen zijn opgenomen. Dus als men een eigen opmaak voor deze kolomteksten heeft gemaakt moet men daarna op de knop Opslaan als zin drukken en de zin opslaan. Men komt dan in het volgende veld. Geef de zin een titel en bevestig deze. De zin is nu opgeslagen en kan altijd opnieuw gebruikt worden. Men kan natuurlijk ook de zinnen al vooraf invoeren. Dit doet men door op de knop Beheer zinnen te drukken in de vragenpool voor de enquête. Men krijgt dan het volgende scherm te zien. Vul hier de titel de antwoorden en eventueel de tekst voor de neutrale kolom in en druk op de knop Creëer nieuwe zin en hij is klaar voor gebruik. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 85

86 De enquête De vragen voor de enquête zijn gemaakt en nu moeten kunnen we deze gebruiken in de enquête. Belangrijk is dat alle kolomteksten ook daadwerkelijk opgeslagen zijn in het beheer van de zinnen anders kan men de vragenpool niet gebruiken. De enquête wordt weer op de gebruikelijke wijze aangemaakt door onderstaande veld in te vullen. De enquête lijkt in eerste instantie op de van de test maar er zitten toch enkele bijzonderheden in waar men op moet letten. Heeft men een vragenpool voor de enquête gemaakt dan dient men het vinkje achter kies de pool wanneer u vragen maakt ingevuld te staan (dit is standaard). Daarna bepaald men de toegang voor de enquête. Hier kan men bepalen of de enquête wel of niet anoniem wordt ingevuld. Ook kan hier de start en einddatum invullen. Men is niet verplicht om beide in te vullen. De invulvelden hiervoor komen te voorschijn als men het gewenste aanvinkt. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 86

87 Nu gaan we cursist van informatie voorzien over de enquête door de introductietekst in te vullen en de afsluitende tekst. Standaard staat er een afsluitende tekst zoals in de afbeelding. Nu alleen nog de toegang aan zetten en eventueel een vinkje te zetten zodat men een mailtje krijgt als iemand de enquête heeft ingevuld. Nu is het een kwestie van opslaan en men kan de vragen gaan toevoegen. Vergeet later niet om hier terug te keren om de enquête online te zetten. Klikt men nu op de tab Vragen dan ziet men het hier bovenstaande scherm. Druk nu op de knop Doorzoek op vragen en hij gaat zoeken naar vragen voor de enquête. Men kan nu die vragen die men in de enquête wil uitkiezen en invoegen. Er zitten verschillende filters op zodat men eenvoudiger kan zoeken. Dit geldt vooral als er veel vragenpools in de leeromgeving zitten. Een andere wijze om vragen aan te maken voor de enquête is om ze direct te maken bij het aanmaken van de enquête. Men drukt nu niet op de knop Doorzoek op vragen maar op Voeg nieuwe Pagina toe. Nu kan men kiezen welke vraag men wil maken en waar deze moet komen te staan. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 87

88 Onder de tab Wijzig enquête vragen komt men in een scherm waar men de vragen die men geplaatst heeft nog wijzigen. Men kan van daar uit ook weer naar de vragenpool. De tab Afdrukvoorbeelde laat een voorbeeld zien van de totale enquête en hoe deze er geprint uit ziet. Verder zijn er nog diverse instellingen zoals de voorwaarden, onderhoud en rechten die voor zichzelf spreken als men de optie bekijkt. De evaluatie kent meerdere opties. Men kan hier zowel de individuele als de totale resultaten zien van de enquête. Ook kan men hier de grafieken per vraag zien. In de toekomst zal dit nog worden uitgebreid. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 88

89 SCORM/AICC Leermodule ILIAS kent 3 soorten leermodule namelijk: 1. ILIAS Leermodule 2. HTML leermodule 3. SCORM/AICC Leermodule In dit hoofdstuk gaan we een leermodule maken die voldoet aan de SCORM norm. Waar staat SCORM voor? SCORM SCORM staat voor Sharable Content Object Reference Model (een Deelbaar Content Object Referentie Model. Een deelbaar Content Object wil zeggen dat SCORM de systematiek is waarmee eenheden van online trainingsmateriaal tussen systemen kunnen worden uitgewisseld. SCORM bepaalt hoe je deelbare content objecten of SCO's creëert, die hergebruikt kunnen worden in verschillende systemen en contexten. Dit wil niet zeggen dat als we in ILIAS een leermodule maken deze met een andere zomaar bewerkt kan worden maar deze kan men wel in een andere LMS gebruiken en zal daar ook mee communiceren. Het maken van de leermodule is niet moeilijk en men zal er veel van de in de voorgaande hoofdstukken ik moeten gebruiken om er een mooie aantrekkelijke leermodule van te maken. Maar met veel fantasie en een creatieve geest komt men een heel stuk. We selecteren nu onder voeg nieuw item toe voor de SCORM/AICC Leermodule. Men kan nu kiezen tussen een bestaand SCORM pakket te importeren of een nieuwe te maken. Wij kiezen nu om een nieuwe leermodule te maken. Het importeren wordt later behandelt. Hierboven zien we dat we de leermodule een titel moeten geven. De beschrijving kan altijd later worden ingevuld. Ook kan men natuurlijk de titel later altijd nog wijzigen. Druk nu op de knop Creëer en de leermodule is aangemaakt. Nu begint het echte werk en gaan we de structuur van de leermodule maken. Het is natuurlijk verstandig dat men vooraf een storyboard heeft gemaakt zodat men weet wat men wil. Men hoeft dan alleen nog maar de structuur aan te maken en de pagina s in te vullen. Op de volgende pagina zien we het volgende veld. We beginnen bovenin het veld. Drukt men op de knop Creëer woordenlijst Dan maakt ILIAS automatisch een woordenlijst aan die verbonden is aan de leermodule. Men kan natuurlijk ook een bestaande woordenlijst koppelen door op de knop Voeg woordenlijst toe drukken en de gewenste woordenlijst te selecteren. Verder kan men hier de eigenschappen van de leermodule en de bijbehorende woordenlijst instellen. Bij Lokalisatie stelt men de taal in van de leermodule. Bij Huidige stijl Stelt men de gewenste stijl in. Deze stijlen kan men maken in het beheer gedeelte. Heeft men meerdere stijlen hierin staan krijgt men hier een keuze veld. Maakt men vragen in de leermodule dan kan men hier instellen hoe vaak de cursist de vragen kan proberen. Zet men hier 0 neer dan is het aantal pogingen onbeperkt. Om nu de structuur van de leermodule te maken gaan we naar de tab organisatie. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 89

90 De leermodule communiceert met de leeromgeving en schrijft de resultaten hiervan weg. Drukt men nu op de tab Organisatie dan krijgt men weer de bekende gearceerde balk te zien. Men heeft nu de keuze om een hoofdstuk, SCO of een middel in te voegen. Ook kan men het aantal van bepalen. Dit aantal kan men natuurlijk achteraf altijd nog uitbreiden of onderdelen verwijderen. Nu is van belang hoe men de structuur van de leermodule wil opbouwen. In een hoofdstuk kan men zowel een middel als een SCO invoegen. In een SCO en een middel kan men verschillende pagina s en/of template pagina s plaatsen. Het grootte verschil tussen een middel en een SCO is het volgende: Een middel kan men niet exporteren en/of importeren een SCO wel. Een SCO schrijft zijn gegevens wel weg naar de LMS en een middel niet. Een middel wordt niet opgenomen in de leerweg. Na voltooien van de pagina s wordt het bolletje in de boom structuur bij een SCO groen en bij een middel blijft dit blauw. Bij een SCO heeft men eventueel een pagina met de omschrijving en het doel van de SCO bij een middel start men altijd op de eerste pagina. Denk dus goed na of men een middel of een SCO gebruikt en waar men hem voor gebruikt. Op de afbeelding hieronder ziet men een leermodule met daarin een SCO, Middel en een hoofdstuk. De titels kan men eenvoudig wijzigen door de tekst te selecteren en te wijzigen in de tekst die men wil. Vergeet natuurlijk niet om daarna op de knop Sla titels op te drukken zodat deze ook bewaard blijft. Drukt men op de tekst Wijzigen achter een bijvoorbeeld een SCO. Men gaat dan in dat element en krijgt men een nieuwe balk waarmee men er pagina s in kan zetten. Ook nu kan men zien dat als men dit bij een hoofdstuk doet men daar wel een SCO in kan plaatsen. Men kan dit ook doen door op de gearceerde balk onder een element te klikken. Op deze wijze kan men ook nieuwe hoofdstukken, Sco s en middelen invoegen. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 90

91 Aan de linkerzijde van het scherm ziet men onder organisatie hoe de structuur is van de leermodule. Hiernaast ziet men een voorbeeld hiervan. Men ziet bovenaan de leermodule met daaronder een SCO, middel en een hoofdstuk. In het middel zit één pagina. De dor u gegeven namen komen erachter te staan. Dit is niet de structuur zoals de cursist hem te zien krijgt. Ook hier kan men direct naar het gewenste component van de leermodule gaan om deze te bewerken. Nu gaan we kijken wat er mogelijk is in de diverse componenten in een leermodule. Als eerste het hoofdstuk. Zoals men hieronder ziet kan men in een hoofdstuk zowel SCO s maar ook middelen invoegen. Een hoofdstuk kan men niet als los element exporteren. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 91

92 De SCO kan men vullen met pagina s en template pagina s. Men kan losse SCO s importeren in een leermodule maar ook los exporteren naar een andere leermodule. Onder de tab Bestanden kan men zien welke bestanden men allemaal gebruikt heeft in de SCO. En kan men deze downloaden. Onder de tab vragen ziet men een overzicht van de gebruikte vragen. De tab Omschrijving/Doelen is de pagina die men als eerste krijgt te zien voordat de eigenlijke pagina s met leerstof komen. Men krijgt dan het volgende scherm te zien. Men kan de pagina ook verbergen door het vinkje te zetten. De tekst of lijst die men in de tekstvakken invult komen ook op deze pagina te staan. Ze komen dan onder beschrijving en leerdoelen te staan. Bij een middel heeft men, zoals men in de afbeelding ziet, minder mogelijkheden dan bij de SCO. Ook als men er vragen in zet zal na beantwoorden van de vragen het resultaat niet zichtbaar zijn in de boomstructuur. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 92

93 Als men nu de structuur klaar heeft en alle pagina s gevuld kan men doormiddel van de tab voorvertoning in de leermodule of de tab voorbeeld in de elementen zien hoe het er voor de leerling uit komt te zien. Nu hoeft men de leermodule alleen nog maar beschikbaar te stellen voor de cursisten. Het beschikbaar stellen doen we door de leermodule te exporteren en daarna op de gewenste plaats te importeren. Men kan dus in een willekeurige ILIAS omgeving een leermodule maken en deze naar de juiste plaats exporteren. Het exporteren van de SCORM leermodule Druk op het leermodule icoon onder organisatie aan de linkerzijde van het scherm zodat men aan het begin van de leermodule zit. Klik nu op de tab exporteren en men krijgt het hieronder staande scherm te zien. Men kan nu het type kiezen hoe men de leermodule wil exporteren. Men heeft de keuze uit: SCORM 2004 SCORM th edition SCORM 1.2 HTML HTML één pagina, review modus Na de gewenste keuze geselecteerd te hebben drukt men op de knop Exporteren en er wordt een Zip pakket gemaakt van de leermodule. Nu kan men dit pakket downloaden en opslaan op een plaats die men zelf wil. De leermodule is nu klaar en men kan hem in elke willekeurige cursus plaatsen. Ook kan men hem nu in andere leeromgevingen plaatsen. Dus bijvoorbeeld in een Moodle omgeving. Hij zal dan gewoon met die leeromgeving communiceren. Wijzigen kan men hem alleen in de ILIAS leeromgeving. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 93

94 Het importeren van de SCORM leermodule We hebben nu de leermodule als Zip pakket opgeslagen en moeten hem nu weer importeren zodat de cursisten er gebruik van kunnen maken. Ga naar de omgeving en/of cursus waarin men de leermodule wil plaatsen. Druk op de Nieuw item toe en kies voor SCORM/IACC leermodule. Men krijgt nu het bovenstaande scherm te zien. Nu kiezen we voor optie 1 het importeren van een SCORM/IACC package. Geef het juiste type aan en blader naar het bestand. Als basis staat bij het type al SCORM 2004 aan. Het valideren van het bestand staat ook al aangevinkt. Vinkt men de auteurs modus aan dan kan men de leermodule nog bewerken maar is hij niet beschikbaar voor de cursist. Druk nu op de knop Importeer en de leermodule wordt ingeladen. Nu moet men nog de instellingen voor de cursist maken zoals men deze wil. Dit doet men in het volgende scherm. Links boven ziet men de knop Tonen. Dit is om een preview te bekijken. Om op deze wijze de leermodule te bekijken hoeft men de instellingen nog niet te hebben opgeslagen. Men kan later natuurlijk altijd weer naar de instellingen terug gaan om deze te wijzigen. Ook als men een nieuwe Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 94

95 versie van de leermodule wil uploaden kan men dit hier doen en zal dit versiebeheer bijgehouden worden. We zullen hier de opties van boven naar beneden uitleggen. Online: Dit moet men aanvinken om de leermodule online te zetten zodat de cursist hem kan gebruiken. Toon: Hier stelt men in hoe de module weergegeven wordt. Men heeft onder andere de keuze of de module in een nieuw of in het bestaande scherm wordt weer gegeven. Breedte / height: Hier geeft men de hoogte aan die bedoelt wordt bij gedefinieerde breedte en hoogte bij Toon. Max. aantal pogingen: Dit is het aantal pogingen die de cursist kan doen om de module te voltooien. Zet men hier 0 neer dan is het aantal pogingen onbeperkt. Standaard lessenmode: Hier stel je in hoe ILIAS de SCO s in de leermodule aanstuurt. Naast de standaard aansturing is er ook de optie doorzoeken. Met de optie doorzoeken kan de cursist de leermodule doorkijken zonder dat dit in de leerweg vastgelegd wordt. Creëer Mode (voor lessenmode 'normaal'): Hier hebben we weer twee opties. Krediet wil zeggen dat alle activiteiten vastgelegd worden. Stelt men hier geen krediet in dan wordt er niets vastgelegd van wat een cursist doet en is dit voor de instructeur ook niet zichtbaar. Stel de lesmodules in op herzien als de student SCO afgerond heeft: Vinkt men dit aan dan wordt na beëindiging van de leermodule deze op herzien gezet. De cursist kan nu nog wel de leermodule bekijken maar de resultaten worden niet gewijzigd in de leerweg. Onbeperkt Sessie Timeout: Door dit aan te vinken voorkomt men dat, vooral bij grote leermodules, de cursist automatisch uitgelogd wordt omdat hij te lang met een module bezig is. Maak Topnavigation-Balk onbruikbaar: De bovenste navigatiebalk is nu niet meer zichtbaar alleen de onderste. Deze kan men niet uitschakelen. Verberg linkerzijde van Navigatie-boom: Nu wordt navigatie-boom verborgen tijdens het opstarten van de leermodule. De cursist kan hem altijd alsnog oproepen. Zet aan Sequencing & Navigation overeenkomstig de instellingen van de leermodule: Hiermee zet je de navigatie structuur aan zoals men deze gemaakt heeft in de leermodule. In principe staat dit aan. Enable storage of results of interactions: Hiermee kan men alle communicatie van de leermodule met de leeromgeving uitzetten. Maak opslag van data mogelijk betreffende de leerdoelen: Bepaling van verwerkingstijden door ILIAS i.p.v SCO: Zet men dit aan dan worden de werktijden door de leeromgeving verwekt en niet door elke SCO afzonderlijk. Toon debug menu:? Sla de wijzigingen op en de leermodule is gereed voor gebruik. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 95

96 De ILIAS leermodule Hoewel we de ILIAS leermodule ook als een SCORM module kunnen exporteren zit er toch een duidelijk verschil tussen deze twee. De ILIAS leermodule is het beste te vergelijken met een e-boek dat op het internet gepubliceerd wordt. Het bestaat ook uit hoofdstukken, en sub-hoofdstukken, en pagina s. Nadat men de leermodule een titel en eventueel een beschrijving heeft gegeven drukt men op de knop Leermodule toevoegen. Men krijgt nu het onderstaande beeld te zien. Men ziet nu al een duidelijk verschil met de SCORM module. Ook de tabs aan de bovenzijde zijn anders. Men kan nu direct naar de hoofdstukken, pagina s, vragen of links toe door op de betreffende tab te klikken. Men kan nu hoofdstukken en pagina s toevoegen. Men kan echter geen template pagina s gebruiken zoals in de SCORM module. We gaan nu eerst het interne menu bekijken van de leermodule en wat we hier mee kunnen doen. Hoofdstukken: Hier maak je de structuur van de hoofdstukken. Alle pagina s: Hier worden alle pagina s weergegeven en in welk hoofdstuk deze staan. Vragen: Hier zie je alle vragen die in de leermodule zitten. Met een verwijzing naar het hoofdstuk en de pagina waar deze staan. Interne link: Hier staan alle interne links die in de leermodule zitten. Link controle: Hier kan men controleren of de externe links die in de leermodule zitten ook nog werken. Onderhoud: Hier kan men de boomstructuur van de leermodule laten controleren en eventueel repareren. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 96

97 De overige tabs (in de bovenste balk) zijn hetzelfde als bij de SCORM module. Het invoegen van de hoofdstukken en de pagina s gebeurd nu op dezelfde wijze als bij de SCORM module. Op de pagina s kan men weer hetzelfde en op de zelfde wijze vullen. Als men later weer verder wil werken aan de leermodule zal de op de volgende wijze openen. Om nu weer verder te kunnen werken klikt men op Wijzig pagina en men komt in het volgende veld. Klik nu weer op de tab Lesmodule en men kan weer in de leermodule werken. Hij zal dan openen in hoofdstuk 1 maar druk op wijzigen achter dit hoofdstuk en je krijgt weer de complete boomstructuur te zien en kan men verder werken aan de module. Handleiding ILIAS ECEMEL 2012 Pagina 97