Tabel B.1 Netto replacement rates voor 4 typen huishoudens (na belastingheffing en inclusief tegemoetkomingen voor huur en gezin) met 2 kinderen
|
|
- Diana Meijer
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Armoedeval in internationaal perspectief Bijlage 6 Armoedeval in internationaal perspectief De armoedeval is geen typisch Nederlands probleem. In deze bijlage wordt bekeken in hoeverre andere landen met armoedevalverschijnselen te kampen hebben (paragraaf 1), welke oorzaken daar mogelijk aan ten grondslag liggen (paragraaf 2) en welke oplossingsrichtingen ter bestrijding ervan zijn gekozen (paragraaf 3). 1. Prestaties Replacement rate Tabel B.1 geeft voor een aantal landen de replacement rates weer 1. In deze netto-inkomens en netto-uitkeringen zijn de inkomensafhankelijke regelingen (op rijksniveau) opgenomen. Voor alleenstaanden is er in nagenoeg alle landen een duidelijke afstand tussen uitkering en laag loon. In Nederland is deze afstand kleiner. Over de gehele linie zijn Nederland en Denemarken de landen met de zwakste prikkels. Tabel B.1 Netto replacement rates voor 4 typen huishoudens (na belastingheffing en inclusief tegemoetkomingen voor huur en gezin) 0,6*APW a 1*APW alleenstaand alleenverdiener zonder kinderen alleenverdiener met 2 kinderen alleenstaande ouder met alleenstaand alleenverdiener zonder kinderen alleenverdiener met 2 kinderen alleenstaande ouder met Nederland Duitsland België Denemarken VS UK a APW = average production worker. Voor Nederland is 60% APW circa WML-niveau. Bron: OECD, Benefits and work incentives, Paris Marginale druk Tabel B.2 schetst een beeld van de marginale en gemiddelde belasting- en premiedruk inclusief het effect van inkomensafhankelijke regelingen in 1 De netto replacement rate (vervangingsvoet) wordt gedefinieerd als de verhouding tussen de hoogte van de netto-uitkering voor een werkloze en het netto-inkomen van een werkende. 281
2 internationaal perspectief 2. Nederland valt op met een zeer hoge marginale belasting- en premiedruk op het niveau van het wettelijk minimumloon. Tabel B.2 Marginale belasting- en premiedruk inclusief inkomensafhankelijke regelingen in procenten in 1999 (tussen haakjes 2001) Bron: NEI, Arbeid en Onderwijs, De armoedeval in perspectief, Rotterdam Uit de tabel valt verder op dat huishoudens die een lage of negatieve totale gemiddelde belasting- en premiedruk met inbegrip van inkomensafhankelijke regelingen en inkomensoverdrachten (op rijksniveau) hebben, bij een inkomensniveau van 60 procent van het APW-inkomen geconfronteerd worden met een hoge totale marginale belasting- en premiedruk. Voor Nederland loopt dit in een aantal gevallen (alleenverdiener met twee kinderen en alleenstaande met twee kinderen) zelfs op tot meer dan procent. Dit be- 2 Voor de bepaling van de marginale belasting- en premiedruk met inbegrip van de inkomensafhankelijke regelingen, wordt het verschil tussen het bruto- en het nettoloon voor en na een inkomensstijging van 1 procent van het APW van elkaar afgetrokken en gedeeld door het verschil tussen het brutoloon voor en na de stijging van het brutoloon. Hierdoor wordt berekend welk deel van de inkomensstijging wordt afgedragen aan belastingen en premies en eventuele reductie van de inkomensafhankelijke regelingen. 282
3 tekent dat een stijging van het brutoloon een negatief effect kan hebben op de hoogte van het nettoloon. Na de belastingherziening in 2001 is de gemiddelde druk over de gehele linie flink gedaald. Het verloop van de marginale druk is daarentegen minder eenduidig: huishoudens met een inkomen tot rond modaal hebben geen drukverlaging ondergaan; daarvan is wel sprake bij tweeverdieners met kinderen boven een modaal huishoudinkomen. 2. Oorzaken Bereidheid tot werken De bereidheid tot werken onder werklozen is in Nederland relatief groot. Figuur B.1 toont die bereidheid in een aantal Europese landen. Uit internationaal vergelijkend onderzoek 3 naar arbeidsgerichtheid van werklozen blijkt geen verband met de hoogte van de inkomensbescherming. In de Scandinavische landen met doorgaans hoge uitkeringen zijn werklozen even sterk gericht op werk als in het Verenigd Koninkrijk met veel lagere uitkeringen. De sterke arbeidsgerichtheid van werklozen in Scandinavische landen lijkt veel meer te maken te hebben met de actieve begeleiding van werklozen, werkervaring, vorming en controle. Figuur B.1 Percentage werklozen dat bereid is te werken Denemarken Nederland Zweden VK Ierland B elgië Frankrijk S panje Bron: Eurobarometer (overgenomen uit De Lathouwer en Bogaerts, Financiële incentieven en laagbetaald werk, Antwerpen 2001). 3 De Lathouwer, L. en K. Bogaerts, Financiële incentieven en laagbetaald werk, Antwerpen
4 Onderzoek van De Beer 4 geeft aan dat de bereidheid om een baan te accepteren sterk kan variëren met de kwaliteit van de baan. Ook verschilt de bereidheid tussen onderscheiden groepen. Jongeren en allochtonen hebben een grotere bereidheid dan gemiddeld en oudere werklozen vertonen de laagste bereidheid om minder aantrekkelijke banen te aanvaarden. Institutionele belemmeringen De relatief hoge replacement rate in Nederland kan worden veroorzaakt door de hoogte van het minimumloon en door de hoogte van de uitkeringen inclusief inkomensafhankelijke regelingen. Tabel B.3 geeft de hoogte van het minimumloon volgens twee methoden voor een aantal landen weer 5. Nederland scoort relatief hoog als het gaat om de koopkracht van minimumloners. De verhouding tussen het minimumloon en het gemiddeld loon is voor Nederland gemiddeld. Met name Frankrijk blijkt een relatief hoog minimumloonniveau te hebben ten opzichte van het gemiddeld verdiende loon. De hoogte van het minimumloon hoeft overigens niet bepalend te zijn voor de armoedeval of productiviteitsval. De laagste toegepaste CAO-loonschalen spelen in sommige landen een grotere rol. Omdat het CAO-bereik in bijvoorbeeld de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk aanzienlijk lager ligt dan in Nederland, België en Frankrijk, ligt een internationale vergelijking echter minder voor de hand. Tabel B.3 Bruto minimumloon volwassen werknemers 1997 Koopkracht Verhouding minimumloon t.o.v. gemiddeld loon Nederland 53,5 België ,5 Frankrijk 93 69,9 Spanje 49 36,1 Verenigd Koninkrijk 91 49,6 Verenigde Staten 86 45,6 Bron: Ministerie van SZW, De Nederlandse verzorgingsstaat; sociaal beleid en economische prestaties in internationaal perspectief, Den Haag De Beer, P. Het onderste kwart: werk en werkloosheid aan de onderkant van de arbeidsmarkt, Den Haag Staat de koopkracht centraal dan wordt gerekend met koopkrachtpariteiten. Een andere methode is de Kaitz-indez: de verhouding van het minimumloon en het gemiddeld verdiende loon. De Kaitz-index biedt inzicht in de positie van het minimumloon binnen het loongebouw. Welvaartsverschillen zijn dan geëlimineerd. 284
5 Het Instituut voor Onderzoek van Overheidsuitgaven (IOO) heeft onderzoek gedaan naar het gebruik van inkomensafhankelijke regelingen in een aantal landen 6. Het patroon dat naar voren komt is dat de meeste landen regelingen hebben om de kosten voor huisvesting te verlagen, en regelingen gericht op het verminderen van de kosten voor scholing en opvang van kinderen. Nederland behoort tot de landen met relatief veel inkomensafhankelijke regelingen. Daarbij zij opgemerkt dat sommige landen door belastingvoordelen in plaats van via inkomensafhankelijke regelingen een soortgelijke doelstelling trachten te bereiken. Dit bemoeilijkt een vergelijking. Tabel B.4 geeft de gewichten van de verschillende inkomensbronnen voor een alleenstaande en een alleenverdiener met twee kinderen die langdurig inactief zijn. Het betreft hier alleen de rijksregelingen. In Nederland blijkt de huursubsidie een relatief groot deel van het inkomen uit te maken. Alleen het Verenigd Koninkrijk scoort hoger. Family benefits, waaronder regelingen voor kinderopvang, leggen vooral in de Verenigde Staten veel gewicht in de schaal. Nederland heeft hier het kleinste aandeel. Verlies van inkomensafhankelijke regelingen is een van de veroorzakers van de hoge marginale druk. Een vergelijking met tabel II kan dat illustreren. Daar waar inkomensafhankelijke regelingen een groot deel van het inkomen uitmaken is de marginale druk vaak hoog. Tabel B.4 Bronnen van inkomen voor langdurig inactieven (aandelen in procenten van het netto-inkomen) Nederland Duitsland België Denemarken Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten unemploy-ment insurance social assistance Bron: OECD, Benefit systems and work incentives, Parijs family benefits housing benefits income taxes nettoinkomen 6 Instituut voor Onderzoek van Overheidsuitgaven, International Income Statistics, Zoetermeer
6 3. Beleid Er zijn landen waar vooral met toeslagen voor de laagstbetaalden wordt getracht de werkgelegenheid aan de onderkant van de arbeidsmarkt te stimuleren. Voorbeelden zijn de Verenigde Staten (inkomensafhankelijke arbeidskorting voor werkenden, earned income tax credit ), het Verenigd Koninkrijk (family credit) en Canada (self sufficient project). Doel van deze toeslagen is verhoging van het door arbeid verkregen inkomen. Anderzijds zijn er landen, zoals Nederland, België en Frankrijk, waar het accent ligt op verlaging van de totale arbeidskosten via arbeidskostensubsidies of lastenverlichting voor werkgevers. Het is volgens Roorda en Vogels 7 logisch dat in de Verenigde Staten, Canada en het Verenigd Koninkrijk waar het minimumloon relatief laag is, het accent ligt op toeslagen voor werknemers om de werkloosheid onder de minst gekwalificeerden te verminderen. Niet de productiviteitsval maar de werkloosheidsval speelt hier de belangrijkste rol. De relatief hoge niveaus van minimumloon(kosten) in België, Frankrijk en Nederland maken volgens Roorda en Vogels loonkostensubsidies meer voor de hand liggend. Zeker wanneer ook rekening wordt gehouden met de omvang van de indirecte arbeidskosten. In de loonkostensubsidielanden liggen deze, gemeten in een percentage van de totale arbeidskosten, 10 à 15 procentpunten hoger dan in de toeslagenlanden. Loonkostensubsidies stimuleren werkgevers laagbetaalde arbeid aan te bieden. Omdat het minimumloon het minimale noodzakelijke inkomen biedt om in het levensonderhoud te voorzien, is er in deze landen minder reden voor werknemerstoeslagen. De productiviteitsval is de meest belemmerende factor. Heffingskortingen Uit het voorgaande kan worden geconcludeerd dat ter bestrijding van armoedevalverschijnselen in Nederland een werknemerstoeslag, bijvoorbeeld de heffingskorting voor werkenden, een denkbare optie is. Ook in andere landen maken heffingskortingen in toenemende mate deel uit van het activerings- en/of inkomensondersteuningsbeleid. Naast Nederland zijn er 14 landen die gebruikmaken van heffingskortingen in de inkomstenbelasting, maar deze niet ongetoetst uitkeren 8. De heffingskortingen, die deze landen kennen, zijn zeer divers en variëren van een algemene heffingskorting tot een korting voor specifieke uitgaven (zoals een eigen woning of studiekosten). Sommige landen hebben in de inkomstenbelasting zowel uitkeerbare als niet-uitkeerbare heffingskortingen. De meeste heffingskortingen die wor- 7 Roorda, W.B. en E.H.W.M Vogels, Werknemerstoeslagen versus loonkostensubsidies, ESB, 13 februari 1998, p Ministerie van Financiën, Deelrapportage inkomensbeleid, Den Haag
7 den uitbetaald zijn zogenaamde specifieke heffingskortingen, dat wil zeggen dat belastingplichtigen aan speciale eisen moeten voldoen willen zij in aanmerking komen voor de heffingskorting. In de Verenigde Staten is voor het eerst een inkomensafhankelijke arbeidskorting ( earned income tax credit, EITC) toegepast. In de Verenigde Staten is de EITC het belangrijkste instrument ter bestrijding van de armoede. De EITC is een heffingskorting die verrekend wordt met de verschuldigde belasting; als de korting groter is dan de te betalen belasting, wordt het verschil uitbetaald. Uitvoering Belangrijk element van een integrale aanpak van de armoedeval is een efficiënte inrichting en een adequate werkwijze van de uitvoeringsorganisatie. In de Verenigde Staten hebben hervormingen in de (uitvoering van de) bijstand in de periode 1994 tot 1998 bijgedragen aan een daling van het beroep op de bijstand met 40 procent 9. De hervormingen die president Clinton heeft ingevoerd bestaan uit de volgende maatregelen: 1. Het recht op bijstand wordt vervangen door de plicht tot werken vanaf de eerste dag dat iemand aanspraak maakt op een uitkering. 2. Het recht op bijstand geldt maximaal twee jaar achter elkaar en vijf jaar in totaal. 3. De staten krijgen de mogelijkheid sancties op te leggen of de uitkeringen stop te zetten wanneer bijstandscliënten niet aan hun plichten voldoen. 4. De staten krijgen een vast budget voor de bijstand, zodat ze een financiële stimulans hebben om mensen uit de bijstand te laten stromen. Dit vervangt het systeem waarbij de staten uitkeringen kunnen declareren bij de federale overheid. In de staat Wisconsin heeft zelfs een daling van het beroep op de bijstand met 87 procent plaatsgevonden. Van de uitstromers heeft 83 procent werk gevonden. Volgens Nyfer 10 is de snellere daling in Wisconsin deels te verklaren door de wijze waarop de staat de uitvoering van de bijstand heeft georganiseerd. De aanpak is zeer klantgericht en wordt gekenmerkt door een werk-voor-inkomen-principe. Cliënten die echt niet kunnen werken starten onmiddellijk met een intensief scholings- en werkervaringsprogramma, waarbij de uitkering is vervangen door presentiegeld: pay for performance. In het traject dat een cliënt doorloopt, zijn financiële prikkels ingebouwd, zodat elke stap die een cliënt dichter bij regulier werk brengt beloond wordt. 9 Nyfer, Eén loket voor werk en inkomen; lessen uit Wisconsin, Breukelen Ibid. 287
8 De uitvoerende organisatie krijgt één bedrag voor het verzorgen van de reïntegratie en voor het verstrekken van de uitkeringen. Hoe sneller de organisatie cliënten aan werk helpt, hoe minder uitkeringen ze hoeft te verstrekken, dus hoe meer geld er over blijft. Hiervan mag de uitvoerende organisatie een deel houden. 288
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Datum : 26 augustus 2003 Onderwerp : Bijzondere aanpassing WML periode 1999 t/m 2002
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Datum : 26 augustus 2003 Onderwerp : Bijzondere aanpassing WML periode 1999 t/m 2002 Aanleiding Elke vier jaar moet de vraag worden beantwoord of er omstandigheden
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2005 2006 30 300 XV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2006 E BRIEF VAN DE MINISTER
Nadere informatieDe Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE. Inkomensafhankelijke arbeidskorting
De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 22 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22 Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333 44 44 Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 000 XV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2012 Nr. 64 BRIEF VAN
Nadere informatie14 BIJLAGE INTERNATIONALE KERNGEGEVENS BBP per hoofd van de bevolking
14 BIJLAGE INTERNATIONALE KERNGEGEVENS In deze bijlage worden Nederlandse cijfers op het terrein van arbeidsmarkt en sociale zekerheid vergeleken met die van een groot aantal Europese landen, de USA en
Nadere informatie2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal 1
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015-2016 34 302 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2016) T BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIEN Aan de Voorzitter
Nadere informatieKinderbijslag in internationaal perspectief Bijlage 2
Kinderbijslag in internationaal perspectief Bijlage 2 1. Inleiding Deze bijdrage heeft tot doel de Nederlandse kinderbijslag in internationaal perspectief te plaatsen. Belangrijke aspecten zijn hierbij
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 32 140 Herziening Belastingstelsel Nr. 27 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieVoorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag
> Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 200 XV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2008 Nr. 58 BRIEF VAN
Nadere informatie2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatieBijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen van het lid Noorman-den Uyl over de armoedeval.
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 33 682 Evaluatie Wet uniformering loonbegrip Nr. 13 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede
Nadere informatieDatum: 26 oktober 2016 Betreft: Doorrekening standaardkoopkracht voorbeeldhuishoudens (actualisatie 2017)
CPB Notitie Aan: Ministerie van Financien Datum: 26 oktober 2016 Betreft: Doorrekening standaardkoopkracht voorbeeldhuishoudens (actualisatie 2017) Centraal Planbureau Van Stolkweg 14 Postbus 80510 2508
Nadere informatie5 Het wettelijk minimumjeugdloon in internationaal perspectief
5 Het wettelijk minimumjeugdloon in internationaal perspectief 5.1 Vergelijking van bruto wettelijk minimumjeugdlonen Ook andere landen kennen minimumjeugdlonen. In de helft van de OESO-landen is dat het
Nadere informatieBalkenende IV en de Armoedeval: een effectieve combinatie?
Balkenende IV en de Armoedeval: een effectieve combinatie? Thijs van den Berg 0407542 Bachelorscriptie Fiscale Economie 16-07-2007 Overheid & Fiscaliteit Begeleider: W. Kanning Inhoud 1 Inleiding 1 2 Theoretisch
Nadere informatieBijstandsuitkeringen in veel OESO-landen gedaald
Bron: O. van Vliet (2017) Bijstandsuitkeringen in veel OESO-landen gedaald, Sociaal Bestek, nr. 6, pp. 58-59. Bijstandsuitkeringen in veel OESO-landen gedaald Olaf van Vliet Universiteit Leiden Voor veel
Nadere informatieDatum: 26 oktober 2016 Betreft: Doorrekening standaardkoopkracht voorbeeldhuishoudens (actualisatie 2017)
CPB Notitie Aan: Ministerie van Financien Datum: 26 oktober 2016 Betreft: Doorrekening standaardkoopkracht voorbeeldhuishoudens (actualisatie 2017) Centraal Planbureau Van Stolkweg 14 Postbus 80510 2508
Nadere informatieDe sociale minima: actie nodig
De sociale minima: actie nodig BEA CANTILLON SARAH MARCHAL De auteurs zijn respectievelijk directeur en navorser van het Centrum voor Sociaal Beleid Herman Deleeck (Universiteit Antwerpen) Aspirant van
Nadere informatieSamenvatting Scenario s armoedevalbestrijding
Samenvatting Scenario s armoedevalbestrijding Bestrijding van de armoedeval is van groot belang voor het terugdringen van de uitkeringsafhankelijkheid en het bevorderen van de arbeidsparticipatie en scholing.
Nadere informatieKoopkracht van 65-plussers
Koopkracht van 65-plussers 2009-2010 Berekeningen Prinsjesdag 2009 In opdracht van de ouderenbonden UnieKBO en PCOB Nibud, september 2009 Koopkracht van 65-plussers 2009-2010 Berekeningen Prinsjesdag 2009
Nadere informatie2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatie2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatieMinisterie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Datum : 10 december 2007 Onderwerp : technische toelichting bij brief armoedeval
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Datum : december 07 Onderwerp : technische toelichting bij brief armoedeval 1. Inleiding Verschillende maatregelen die het kabinet de komende jaren wil doorvoeren,
Nadere informatieNummer : 02/36 Datum : 20 maart 2002 Aan : Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
CPB Notitie Nummer : 02/36 Datum : 20 maart 2002 Aan : Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Nogmaals: Arbeidsmarkteffecten van inkomensafhankelijke regelingen In CPB Notitie 00/03, Arbeidsmarkteffecten
Nadere informatieInkomenseffecten Participatiewet en kostendelersnorm WWB. Nibud, 2013
Inkomenseffecten Participatiewet en kostendelersnorm WWB Nibud, 2013 Inhoud 1 INLEIDING... 3 2 INKOMENSEFFECTEN... 4 2.1 Alleenstaande Wajonger... 4 2.2 Wajonger met een partner... 6 2.3 Wajonger bij ouders...
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 710 Vragen van het lid
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2007-II
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 1 0,15 0,12 100% = 25%
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 20 808 Inkomensbeleid 1989 Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 28 oktober 1988 De vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid 1 heeft
Nadere informatie2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA Den Haag ASEA/LIV/2004/37584
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA Den Haag Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon
Nadere informatieEffect fiscale- en inkomensondersteunende regelingen op economische zelfstandigheid
Effect fiscale- en inkomensondersteunende regelingen op economische zelfstandigheid Ministerie van SZW, 2 februari 1 Inleiding Aanleiding In de brief van de minister van OCW, SZW en J&G: Meer kansen voor
Nadere informatieDe bruikbaarheid van koopkrachtplaatjes
De bruikbaarheid van koopkrachtplaatjes Rond de behandeling van de begroting van SZW ontstaan ieder jaar heftige debatten over de koopkracht. Koopkrachtplaatjes staan daarbij centraal, maar wat zeggen
Nadere informatieKoopkrachtverandering van ouderen 2014-2015
Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015 Berekeningen Prinsjesdag 2014 Nibud, september 2014 Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015 Berekeningen Prinsjesdag 2014 Nibud, september 2014 In opdracht
Nadere informatieSP-voorstel fiscale behandeling eigen woning
CPB Notitie Datum : 27 augustus 2004 Aan : de SP, de heer E. Irrgang SP-voorstel fiscale behandeling eigen woning 1 Inleiding De SP-fractie heeft het CPB gevraagd de budgettaire en koopkrachteffecten te
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 33 682 Evaluatie Wet uniformering loonbegrip Nr. 15 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede
Nadere informatieKoopkracht van 65-plussers met aanvullend pensioen in 2009
Koopkracht van 65-plussers met aanvullend pensioen in 2009 Nibud, februari 2009 In opdracht van de NVOG Koopkracht van 65-plussers met aanvullend pensioen in 2009 Nibud, februari 2009 In opdracht van de
Nadere informatie2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 33 682 Evaluatie Wet uniformering loonbegrip Nr. 14 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede
Nadere informatieStructurele gevolgen voor de arbeidsmarkt van een viertal PvdA voorstellen
CPB Notitie Datum : 27 september 2004 Aan : Tweede kamerfractie PvdA (Martin van Leeuwen) Structurele gevolgen voor de arbeidsmarkt van een viertal PvdA voorstellen 1 Inleiding De Tweede Kamerfractie van
Nadere informatieBIJLAGE 2: Bruto-nettotrajecten
BIJLAGE 2: Bruto-nettotrajecten Aan de heer Groot is toegezegd om informatie te verstrekken over verschillen tussen het brutonettotraject van ondernemers en werknemers. 1 Aannames Een vergelijking van
Nadere informatieKoopkrachtverandering van ouderen 2014-2015
Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015 Berekeningen Prinsjesdag 2014 Nibud, september 2014 Koopkrachtverandering van ouderen 2014-2015 Berekeningen Prinsjesdag 2013 Nibud, september 2014 In opdracht
Nadere informatieSymposium Kindcentra 2020
Symposium Kindcentra 22 s-gravenhage, 9 Oktober 215 Willem Adema, D.Phil Senior Economist, OECD Social Policy Division Cognitieve ontwikkeling van kinderen Ondersteunen van arbeidsparticipatie van ouders
Nadere informatieAWBZ-premie over vier schijven Uitgevoerd op verzoek van de Socialistische Partij
CPB Notitie 17 juni 2014 AWBZ-premie over vier schijven Uitgevoerd op verzoek van de Socialistische Partij. CPB Notitie Aan: SP, Henk van Gerven Datum: 17-6-2014 Betreft: AWBZ-premie over vier schijven
Nadere informatieAan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag
> Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 258 Wijziging van de wijze van aanpassing van de kinderbijslag, de wet van 22 december 1994 tot nadere wijziging van de Algemene Kinderbijslagwet,
Nadere informatieWijziging Re-integratieverordening Wet werk en bijstand
AAN DE RAAD VAN DE GEMEENTE TEN BOER Raadsvergadering: 19 december 2012 Registratienummer: TB 12.3407403 Agendapunt: 8 Onderwerp: Voorstel: Toelichting: Wijziging Re-integratieverordening Wet werk en bijstand
Nadere informatieMemo beperken inkomenseffecten
Memo beperken inkomenseffecten Aanleiding De ongerustheid in de samenleving over de effecten van de nieuwe zorgpremie op het koopkrachtbeeld, de arbeidsmarkt en de werking van het zorgstelsel. Kernpunten
Nadere informatieInkomenseffecten van het basisinkomen 2.0
Inkomenseffecten van het basisinkomen 2.0 Effect van de invoering van het basisinkomen op het inkomen van een aantal voorbeeldhuishoudens Jasja Bos, Marjan Verberk-De Kruik Inkomenseffecten van het basisinkomen
Nadere informatieBesluit van (datum) tot wijziging van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang
Besluit van (datum) tot wijziging van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van (datum), Directie
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 29 764 Harmonisatie van inkomensafhankelijke regelingen (Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen) 29 765 Wijziging van een aantal wetten in
Nadere informatieDatum: 23 oktober 2015 Betreft: Doorrekening standaardkoopkracht voorbeeldhuishoudens
CPB Notitie Aan: Teun van Dijck (PVV), Elbert Dijkgraaf (SGP), Henk Krol (50Plus), Tunahan Kuzu (groep Kuzu/Öztürk), Arnold Merkies ( SP), Pieter Omtzigt (CDA), Esther Ouwehand (Partij voor de Dieren),
Nadere informatie1 Kamerstukken II, , 33682, nr. 11. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatieInkomenseffecten Wet Uniformering Loonbegrip
CPB Notitie 1 juni 13 Inkomenseffecten Wet Uniformering Loonbegrip Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Financiën en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. CPB Notitie Aan: Ministerie
Nadere informatieInkomstenbelasting. Module 7 hoofdstuk 2
Inkomstenbelasting Module 7 hoofdstuk 2 Verschillende vormen inkomen, verschillende vormen belasting Verschillende boxen Box 1 Bruto inkomen uit arbeid (denk aan brutoloon) Inkomen uit koophuis Aftrekposten
Nadere informatieInkomenseffecten Wet Uniformering Loonbegrip
Opdrachtgever SZW Inkomenseffecten Wet Uniformering Loonbegrip Opdrachtnemer CPB / D. van Vuuren, M. Gielen Onderzoek Inkomenseffecten Wet Uniformering Loonbegrip Categorie Wets- en beleidsevaluatie Conclusie
Nadere informatieKoopkrachtberekeningen voor 2014 Uitgewerkte voorbeelden Prinsjesdag 2013
Koopkrachtberekeningen voor 2014 Uitgewerkte voorbeelden Prinsjesdag 2013 Op Prinsjesdag 2013 berekent het Nibud de koopkrachteffecten voor 100 verschillende huishoudens. Hier staan van 5 van deze huishoudens
Nadere informatieEindexamen vwo economie 2014-I
Opgave 1 1 maximumscore 2 De kredietcrisis in de VS leidt ertoe dat Nederlandse banken verlies lijden op hun beleggingen in de VS en daardoor minder makkelijk krediet verstrekken aan bedrijven. Hierdoor
Nadere informatieBijlage: minimumjeugdloon in historisch en internationaal perspectief
Bijlage: minimumjeugdloon in historisch en internationaal perspectief Historische ontwikkeling van het wettelijk minimumjeugdloon De ontstaansgeschiedenis van het wettelijk minimumloon in Nederland gaat
Nadere informatieBijlage 2: gevolgen verhoging energiebelasting op aardgas in de eerste schijf met 25%
Bijlage 2: gevolgen verhoging energiebelasting op aardgas in de eerste schijf met 25% Inleiding Deze bijlage bevat de effecten van een mogelijke verhoging van de energiebelasting (EB) op aardgas in de
Nadere informatieKoopkrachtontwikkelingen 2011-2012 Voorbeeldberekeningen Prinsjesdag 2011 Alle bedragen in euro s, gemiddeld per maand.
Koopkrachtontwikkelingen 2011-2012 Voorbeeldberekeningen Prinsjesdag 2011 Alle bedragen in euro s, gemiddeld per maand. 2011-2012 koopkrachtontwikkeling (bedragen netto per maand) 1. Alleenstaande in bijstand
Nadere informatieWet Werk en Bijstand de belangrijkste punten op een rij. Letterlijke teksten uit het wetsvoorstel
Wet Werk en Bijstand de belangrijkste punten op een rij. Letterlijke teksten uit het wetsvoorstel 1. inleiding Het wetsvoorstel omvat een aantal maatregelen die de vangnetfunctie van de WWB en van de Wet
Nadere informatieUitgewerkte voorbeelden koopkracht 2012-2013. Prinsjesdag 2012
Uitgewerkte voorbeelden koopkracht 2012-2013 Prinsjesdag 2012 Koopkrachtontwikkelingen 2012-2013 Voorbeeldberekeningen Prinsjesdag 2012 2012-2013 koopkrachtontwikkeling (bedragen netto per maand) Alle
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 777 Geleidelijke afbouw van de dubbele heffingskorting in het referentieminimumloon tot een keer de algemene heffingskorting met uitzondering
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 24 515 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting Nr. 482 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan
Nadere informatieDe minimale inkomensbescherming in Europa
Arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden De minimale inkomensbescherming in Europa Cantillon, B., Van Mechelen, N., Marx, I. & Van den Bosch, K. (2004). De evolutie van de bodembescherming in de 15 Europese
Nadere informatieBijlage 4: Werkenden met een laag inkomen
Bijlage 4: Werkenden met een laag inkomen Dit overzicht gaat in op de inzichten die de cijfers van het CBS bieden op het punt van werkenden met een laag inkomen. Als eerste zal ingegaan worden op de ontwikkeling
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2003-II
4 Antwoordmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juist antwoord
Nadere informatieKoopkracht: een kwestie van tienden
Koopkracht: een kwestie van tienden De meting van koopkracht en inkomensongelijkheid door het CPB Patrick Koot 12 februari 2016 Inhoud Hoe wordt koopkracht gemeten? Statische koopkrachtdefinitie Microsimulatie
Nadere informatieFeitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 2005
Feitenkaart Inkomensgegevens Rotterdam en regio 005 Begin 008 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 005 van het CBS beschikbaar
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 4
Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door M. 1189 woorden 16 november 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Economie, hoofdstuk 4 Loon/winst: zijn vormen van inkomen. Hierover betaal je belastingen
Nadere informatieKoopkracht van ouderen 2013-2014. Berekeningen Prinsjesdag 2013 Nibud, september 2013
Koopkracht van ouderen 2013-2014 Berekeningen Prinsjesdag 2013 Nibud, september 2013 Koopkracht van ouderen 2013-2014 Berekeningen Prinsjesdag 2013 Nibud, september 2013 In opdracht van de CSO, koepel
Nadere informatie2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatieKoopkrachtberekeningen voor 2016 Uitgewerkte voorbeelden Prinsjesdag 2015
Koopkrachtberekeningen voor 2016 Uitgewerkte voorbeelden Prinsjesdag 2015 Op Prinsjesdag 2015 berekent het Nibud de koopkrachteffecten voor 100 verschillende huishoudens. Hier staan van 5 van deze huishoudens
Nadere informatieUIT inkomstenbelasting
De inkomstenbelasting, box 1. De inkomstenbelasting box 1, is het systeem van belasten van inkomen uit arbeid. Ook het huis waar men woont wordt in dit systeem belast. Box 1 bestaat uit drie onderdelen:
Nadere informatieSector : Conjunctuur en collectieve sector Afdeling/Project : Inkomens en Prijzen Samensteller(s) : Nicole Bosch Nummer : 157 Datum : 14 juni 2006
CPB Memorandum Sector : Conjunctuur en collectieve sector Afdeling/Project : Inkomens en Prijzen Samensteller(s) : Nicole Bosch Nummer : 157 Datum : 14 juni 2006 Aangepaste berekening van replacement rate
Nadere informatieBernard ter Haar Vrijdag 1 juli 2016
Bernard ter Haar Vrijdag 1 juli 2016 Indeling Werken met een beperking Wie zijn de kwetsbare werkzoekenden? Wat is hun harde werkelijkheid? Wat doen we eraan? Uitdagingen Melkert banen 120 100 80 60 40
Nadere informatieTabel 1 Statische Koopkrachtontwikkeling 2002 (in procenten)
Bijlage 5 In het overleg over het begrotingsonderzoek SZW van 22 november 2001 heb ik toegezegd u voor de begrotingsbehandeling nadere informatie te doen toekomen met betrekking tot de inkomensmaatregelen
Nadere informatieAdviestabel ouderbijdragen kinderopvang 2003
Toelichting bij het formulier voor de berekening van het belastbaar inkomen 1. Algemeen Vooraf Ouders betalen de hoogste ouderbijdrage, tenzij zij kunnen aantonen dat het gezamenlijke belastbaar huishoudinkomen
Nadere informatieEffecten van het Regeerakkoord voor de marginale druk Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
CPB Notitie 10 december 2012 Effecten van het Regeerakkoord voor de marginale druk Uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid CPB Notitie Aan: SZW Centraal Planbureau
Nadere informatie2513AA22XA. Inleiding. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatieNOTA VAN TOELICHTING. Algemeen. 1. Inleiding
NOTA VAN TOELICHTING Algemeen 1. Inleiding Het onderhavige besluit wordt gewijzigd in verband met het besluit van het kabinet om voor 2006 en volgende jaren de rijksvergoeding van de kosten van kinderopvang
Nadere informatieKoopkrachtberekeningen
Koopkrachtberekeningen 2018-2019 Uitgewerkte voorbeelden Januari 2019 Het Nibud heeft de koopkrachteffecten voor 100 verschillende voorbeeldhuishoudens berekend. Hier staan van acht Overzicht % verandering
Nadere informatieInternationale vergelijking kindregelingen
Internationale vergelijking kindregelingen Nederland kent een uitgebreid en historisch gegroeid stelsel van kindregelingen dat aan ouders financiële ondersteuning geeft. In het regeerakkoord Bruggen Slaan
Nadere informatieEindexamen vwo economie I
Opgave 1 1 maximumscore 1 Uit het antwoord moet blijken dat de hoogte van de arbeidsinkomensquote 0,7 / 70% is. 2 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat als b 1 daalt, het inkomen na belastingheffing
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 31 322 Kinderopvang Nr. 137 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieKoopkrachtontwikkelingen 2011-2012
Koopkrachtontwikkelingen 2011-2012 Voorbeeldberekeningen januari 2012 Verandering in koopkracht tussen 2011 en 2012 (bedragen in euro s per maand) Koopkrachtontwikkeling voor 2012 procentueel (bedragen
Nadere informatieHet Maatschappelijk Belang van Cao s. Leren van Zweden, Duitsland en Australië? dr. Judith Raven Erasmus Universiteit Rotterdam
Het Maatschappelijk Belang van Cao s. Leren van Zweden, Duitsland en Australië? dr. Judith Raven Erasmus Universiteit Rotterdam Onderzoek in opdracht van Instituut Gak In samenwerking met University of
Nadere informatieBijlage I. Sociaal-economische achtergrondcijfers en Nationale en Europese indicatoren voor sociale insluiting
Bijlage I. Sociaal-economische achtergrondcijfers en Nationale en Europese indicatoren voor sociale insluiting Tabel 1.1 Kerncijfers sociaal-economische trends 1995 2000 2003 2005 2007 Bevolking (x 1 mln)
Nadere informatieMarginale druk en participatiebelasting per huishoudtype in 2015
Marginale druk en participatiebelasting per huishoudtype in CPB Achtergronddocument April Arjen Quist Inleiding Dit achtergronddocument bevat een toelichting en aanvulling op het hoofdstuk Fiscaal beleid
Nadere informatieTabellen uit de positionpaper, opgesteld in opdracht min OCW, januari 2014
1 Tabellen uit de positionpaper, opgesteld in opdracht min OCW, januari 2014 De meeste relevante tabellen met betrekking tot partneralimentatie zijn uit de positionpaper 1. Persoonlijk bruto inkomen Tabel
Nadere informatie6,1. Praktische-opdracht door een scholier 1991 woorden 25 mei keer beoordeeld. Hoofdvraag:
Praktische-opdracht door een scholier 1991 woorden 25 mei 2004 6,1 123 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdvraag: Wat is de relatie tussen jongeren, arbeid en geld? Deelvragen: 1. Hoeveel jongeren werken?
Nadere informatieSAMENVATTING...2 HOOFDSTUK 1. INLEIDING...6 HOOFDSTUK 2. OVERZICHT MARGINALE DRUK- EN WERKLOOSHEIDSVALCIJFERS...7
OVERZICHT ARMOEDEVAL SAMENVATTING...2 HOOFDSTUK 1. INLEIDING...6 HOOFDSTUK 2. OVERZICHT MARGINALE DRUK- EN WERKLOOSHEIDSVALCIJFERS...7 2.1. MARGINALE DRUK- EN WERKLOOSHEIDSVALCIJFERS...7 2.1.1. Werkloosheidsvalcijfers...7
Nadere informatieAlleenstaande ouders en kindregelingen
Alleenstaande ouders en kindregelingen Op deze site wordt u geïnformeerd over regelingen die in het regeerakkoord Bruggen slaan zijn opgenomen. Naar aanleiding van de plannen voor het versoberen van de
Nadere informatieExamen VWO. Economie 1 (nieuwe stijl)
Economie 1 (nieuwe stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 29 mei 13.3 16.3 uur 2 2 Voor dit examen zijn maximaal 62 punten te behalen; het examen bestaat uit 31 vragen.
Nadere informatieDe anatomie van de armoedeval
De anatomie van de armoedeval Auteur(s): Allers, M.A. (auteur) Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO), Rijksuniversiteit Groningen. Met dank aan Flip de Kam, Cees Sterks
Nadere informatieAfhankelijk van een uitkering in Nederland
Afhankelijk van een uitkering in Nederland Harry Bierings en Wim Bos In waren 1,6 miljoen huishoudens voor hun inkomen afhankelijk van een uitkering. Dit is ruim een vijfde van alle huishoudens in Nederland.
Nadere informatieKoopkrachtberekeningen voor 2015 Uitgewerkte voorbeelden januari 2015
Koopkrachtberekeningen voor 2015 Uitgewerkte voorbeelden januari 2015 In januari 2015 berekent het Nibud de koopkrachteffecten voor 100 verschillende huishoudens. Hier staan van 5 van deze huishoudens
Nadere informatie