Onderliggende. Nietbewerkte. levensmiddelen (1) inflatietendens (2)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderliggende. Nietbewerkte. levensmiddelen (1) inflatietendens (2)"

Transcriptie

1 PRIJZEN PRIJZEN Overzicht In 6 is de aan de hand van de geharmoniseerde consumptieprijsindex (HICP) gemeten inflatie uitgekomen op, pct., tegen,5 pct. in 5. Voor het tweede jaar op rij was de Belgische inflatie aldus iets hoger dan die van het eurogebied, die, pct. bedroeg, zowel in 5 als in 6. De prijsveranderingen van voornamelijk administratieve aard hebben in 6 de inflatie met ongeveer, procentpunt gedrukt. Dit was het gevolg van TABEL 6 GEHARMONISEERDE CONSUMPTIEPRIJSINDEX VOOR BELGIË (veranderingspercentages t.o.v. het voorgaande jaar) Totaal Energiedragers Nietbewerkte levensmiddelen () Onderliggende inflatietendens () p.m. Gezondheidsindex () Bewerkte levensmiddelen Nietenergetische industriële goederen Diensten ,7 6,,,,,,, ,, 6,9,,,,, ,6,6,,,5,7,6, ,5,,7,7,8,,9, ,9 6,6,9,,,,, ,5,7,7,,,,, , 7,,,6,,9,,8 Exclusief prijsveranderingen van voornamelijk administratieve aard () (5) , 6,8,,5,,7, ,6,9 6,9,,,9, ,9,7,,,5,6, ,8,,7,,,, ,7,8,9,5,,, ,6,,7,,6,, ,5 8,,,6,,9, Bronnen: EC; FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie ; NBB. () Fruit, groenten, vlees en vis. () Gemeten aan de hand van de HICP, ongerekend de niet-bewerkte levensmiddelen en energiedragers. () Nationale consumptieprijsindex, ongerekend de producten die schadelijk worden geacht voor de gezondheid, namelijk tabak, alcoholhoudende dranken, benzine en diesel. () Dit zijn de maatregelen in verband met het kijk- en luistergeld, de tariefwijzigingen in de netwerkindustrieën waar de liberalisering het verst gevorderd is namelijk telecommunicatie, elektriciteit en gas en de wijzigingen in de indirecte belastingen. (5) Ongerekend het geraamde effect, in januari en juli, van de opneming van de koopjes in de HICP vanaf. 95

2 accijnsverlagingen op diesel en de afschaffing medio 5 van een eerder dat jaar ingevoerde belasting op niet-herbruikbare verpakkingen. Eens te meer onderging de inflatie in belangrijke mate de weerslag van de globalisering van de wereldeconomie. Dit proces gaat immers gepaard met belangrijke wijzigingen in de relatieve prijzen. Zo bleven de relatieve grondstoffenprijzen tijdens het verslagjaar flink stijgen. De prijs voor ruwe aardolie bereikte een recordhoogte, en benaderde begin augustus de drempel van 8 dollar per vat van het type Brent. Nadien viel die prijs evenwel terug, en vanaf oktober schommelde hij rond de 6 dollar per vat. De energiecomponent had zodoende in 5 en gedurende de eerste acht maanden van 6 onafgebroken opwaartse druk op de inflatie uitgeoefend, maar aan het einde van het verslagjaar droeg hij niet meer noemenswaardig bij tot de inflatie. Hiervan getuigt het feit dat de inflatie tijdens het vierde kwartaal is teruggevallen tot,9 pct., terwijl ze in het eerste kwartaal nog,6 pct. bedroeg. Toch leverden de energieprijzen over 6 als geheel nog een aanzienlijke bijdrage tot de stijging van de HICP, van gemiddeld,7 procentpunt, tegen, punt in 5. Deze bijdrage viel voor beide jaren hoger uit dan die in het eurogebied. Het positieve zij het beperkte inflatie-ecart ten opzichte van het eurogebied is dan ook toe te schrijven aan de grotere kortetermijngevoeligheid van de Belgische HICP voor de schommelingen in de prijs voor ruwe aardolie. Naast de voormelde directe effecten, heeft de prijsstijging van de ruwe aardolie tijdens het verslagjaar ook indirecte effecten gesorteerd op de consumptieprijzen, onder meer op die van de niet-energetische industriële goederen. Aan de andere kant oefent het globaliseringsproces tevens een matigend effect uit op het verloop van de relatieve prijzen van arbeidsintensieve goederen en diensten, in het bijzonder via de invoer uit lagekostenlanden. Volgens een recente studie van de OESO zou de weerslag daarvan in België, tijdens de periode gaande van begin tot eind 5, tussen, en, procentpunt per jaar hebben bedragen. Dat is meer dan het opwaartse effect van de globalisering geraamd tussen, en, procentpunt per jaar dat zich liet voelen via de stijging van de grondstoffenprijzen. De OESO schatte namelijk dat tot pct. van de waargenomen prijsstijging voor ruwe aardolie en pct. van de prijsstijging voor metalen kon worden verklaard door de voortschrijdende globalisering. Afgezien van dit directe kanaal, heeft de toegenomen internationale concurrentie eveneens een matigende invloed op het verloop van de kosten van binnenlandse oorsprong, meer in het bijzonder op dat van de loonkosten per eenheid product. Zo beperkte de gematigde loonontwikkeling in 6 de transmissie van de hogere grondstoffenprijzen naar de onderliggende inflatietendens. Ongerekend de prijsveranderingen van administratieve aard, versnelde deze laatste niettemin van, pct. in 5 tot,6 pct. 5. Volatiele componenten van de HICP Het inflatiepad werd in de loop van 6 andermaal in belangrijke mate beïnvloed door de prijsontwikkelingen van ruwe aardolie. Deze laatste hebben een zo goed als onmiddellijk effect op de consumptieprijzen van aardolieproducten zoals benzine, diesel en stookolie. De bijdrage van deze drie producten tot de totale inflatie, die in januari nog,7 procentpunt bedroeg, liep aanvankelijk geleidelijk terug, en werd vanaf september zelfs lichtjes negatief, grotendeels als gevolg van het prijsverloop voor ruwe aardolie. Het opwaartse effect van dat laatste werd evenwel enigszins getemperd door twee factoren, namelijk de daling van de accijnzen op diesel als gevolg van het in mei 5 ingevoerde omgekeerde kliksysteem en het feit dat de consumenten grotere kortingen op de in het «programmacontract» bepaalde maximumprijzen hebben gekregen (voor nadere toelichtingen, zie kader ). De prijsveranderingen van deze drie aardolieproducten hebben een soortgelijk onmiddellijk effect op de inflatie in het eurogebied, maar het is er minder uitgesproken, zowel in periodes waarin de prijs voor ruwe aardolie stijgt zoals dat het geval was in 999- en -6 als in periodes waarin hij daalt, zoals in. De grotere gevoeligheid van de Belgische HICP voor de schommelingen in de ruwe aardolieprijs is toe te schrijven aan twee factoren. Enerzijds vertegenwoordigen de aardolieproducten een groter aandeel in de consumptiekorf die als basis dient voor de berekening van de Belgische HICP, voornamelijk als gevolg van het grotere gewicht van stookolie. Anderzijds is de accijnsheffing op deze producten die door haar forfaitaire karakter de weerslag van de schommelingen in de aardolieprijs dempt gemiddeld genomen lager in België dan in het eurogebied. De accijnzen op benzine zijn in België weliswaar ietwat hoger dan in de eurozone, maar die op diesel en stookolie zijn beduidend lager. Het resultaat hiervan is dat de prijs van ruwe aardolie in België zwaarder doorweegt in de consumptieprijszetting voor deze drie aardolieproducten dan in het eurogebied. Hoewel de consumptieprijzen voor gas en elektriciteit tot op zekere hoogte afhangen van het prijsverloop van ruwe aardolie, zijn ze er minder gevoelig voor en reageren ze erop met enige vertraging. Zo worden de langetermijncontracten voor de levering van gas met een vertraging 96

3 PRIJZEN GRAFIEK 5 5 HICP () INFLATIE IN BELGIË EN IN HET EUROGEBIED (veranderingspercentages t.o.v. de overeenstemmende maand van het voorgaande jaar, tenzij anders vermeld) AARDOLIEPRODUCTEN () () Brent in euro (rechterschaal) GAS EN ELEKTRICITEIT () van ongeveer zes maanden geïndexeerd op het prijsverloop van ruwe olie. Bovendien wordt de weerslag hiervan afgezwakt door de omvang van de transport- en distributiekosten in de finale verkoopprijs van gas. De transmissie naar de elektriciteitsprijs is nog zwakker, omdat slechts in relatief beperkte mate aardolie en gas worden gebruikt als input bij de productie van elektriciteit. Bovendien wegen de binnenlandse productie- en distributiekosten zwaarder door in de kostenstructuur van deze energiedrager. Daarenboven komt het prijsverloop van gas en elektriciteit nog met meer vertraging tot uiting in de HICP, aangezien voor de marktsegmenten die eind 6 niet vrijgemaakt waren namelijk Wallonië en Brussel de consumptieprijsindex wordt berekend op basis van de jaarlijkse facturen die de distributeurs naar de huishoudens sturen. Een en ander heeft tot gevolg dat het prijsstijgingstempo van die producten maar vanaf medio geleidelijk is gaan versnellen, en in de loop van het verslagjaar nog niet aanmerkelijk is beginnen te dalen. De bijdrage van gas en elektriciteit tot de inflatie bedroeg, procentpunt in 6, tegen, punt in 5. Ook in het eurogebied volgt het prijsverloop voor gas en elektriciteit dat van ruwe aardolie met een zekere vertraging en is het er minder uitgesproken. De transmissie van de prijsschommelingen voor ruwe aardolie naar deze producten blijkt derhalve geen asymmetrie teweeg te brengen tussen het inflatieverloop in België en dat in het eurogebied. Al met al zijn de energiedragers in 6 gemiddeld 7, pct. duurder geworden, tegen,7 pct. in 5. Brent in euro (rechterschaal) ONDERLIGGENDE INFLATIETENDENS () Prijsveranderingen van administratieve aard in België Verandering in het seizoensprofiel in België Prijsveranderingen van administratieve aard in het eurogebied Naast het prijsverloop van de energiedragers, ligt ook dat van de onbewerkte levensmiddelen traditioneel ten grondslag aan kortetermijnvariaties in de inflatie. De prijzen voor deze producten worden immers in hoge mate bepaald door de soms zeer variabele condities aan de aanbodzijde. Vooral als gevolg van de weersomstandigheden vielen deze laatste tijdens het verslagjaar al met al ongunstig uit, terwijl ze in 5 veeleer neutraal waren. Derhalve versnelde de prijsstijging van de onbewerkte levensmiddelen van,7 pct. in 5 tot, pct. in 6. België Eurogebied Bronnen : EC, NBB. () Ongerekend het geraamde effect voor België, in januari en juli, van de opneming van de koopjes in de HICP vanaf. () Benzine, diesel en stookolie. () Bijdrage tot de totale inflatie in procentpunten. () Gemeten aan de hand van de HICP, ongerekend de niet-bewerkte levensmiddelen en energiedragers. 97

4 Kader Factoren die de directe weerslag van de olieprijsstijgingen hebben getemperd De voorbije jaren heeft de forse prijsverhoging voor ruwe aardolie de inflatie aanzienlijk versneld. Om de stijging van de benzine- en dieselprijs af te remmen, bevroor de federale regering in mei 5 het oorspronkelijke kliksysteem dat ze in augustus had ingevoerd om de accijnzen op benzine en diesel te verhogen, en bracht ze een omgekeerd kliksysteem in werking met de bedoeling om de accijnzen te verlagen. Het oorspronkelijke kliksysteem bepaalde dat de helft van elke uit de toepassing van het «programmacontract» voortvloeiende prijsdaling zou worden gecompenseerd door een permanente verhoging van de accijnzen, en dit tot een bij wet vastgesteld gecumuleerd maximumbedrag zou worden bereikt. In werd een identiek maximum vastgelegd voor benzine en diesel, namelijk,8 eurocent per liter. Terwijl deze drempel in 5 van kracht bleef voor benzine, werd het maximum voor diesel opgetrokken tot,5 eurocent per liter. Aanvankelijk was het de bedoeling dat dit systeem van toepassing zou blijven tot in 7. Volgens het nieuwe, omgekeerde kliksysteem wordt elke verhoging van de btw-ontvangsten als gevolg van een prijsstijging in toepassing van het «programmacontract» volledig gecompenseerd door een accijnsverlaging, op voorwaarde dat de door het «programmacontract» vastgestelde prijzen de drempels van, euro per liter voor diesel en,5 euro voor benzine overschrijden. Zo werden de accijnzen op diesel tussen juli 5 en eind augustus 6 verlaagd met ongeveer 5 eurocent per liter. Met andere woorden, zonder deze maatregel zou de dieselprijs rekening houdend met het feit dat op deze verlaagde accijnzen ook pct. btw zou zijn geheven aan het einde van het verslagjaar ongeveer 6 eurocent per liter hoger zijn geweest. Voor benzine werd geen enkele verlaging opgetekend, aangezien de maximumprijs de activeringsdrempel voor deze maatregel niet heeft overschreden. In de praktijk heeft de invoering van het omgekeerde kliksysteem er dus toe geleid dat het verschil tussen de diesel- en benzineprijs sinds medio 5 opnieuw is toegenomen. De aldus toegestane accijnsverlagingen zijn definitief verworven, zelfs wanneer de aardolieprijzen opnieuw gaan dalen, zoals dat het geval is geweest sinds september 6. Hierdoor liggen de accijnzen op diesel opnieuw ruim onder het Europese gemiddelde, en kwamen ze eind augustus zelfs in de buurt van het Europese minimumtarief. In november werden de accijnzen op onvermengde diesel evenwel met eurocent per liter verhoogd, teneinde een gedifferentieerd accijnstarief voor respectievelijk onvermengde diesel en biodiesel tot stand te brengen. Een andere factor die de directe weerslag van de prijsstijging voor ruwe aardolie heeft beperkt, is het feit dat de distributiesector in de loop der jaren aan de consument steeds grotere kortingen op de door het «programmacontract» vastgestelde maximumprijzen is gaan toekennen. De omvang van de gemiddelde korting kan worden geraamd door een vergelijking te maken van de in de HICP opgetekende gemiddelde consumptieprijs met de op dat ogenblik geldende maximumprijs. Hieruit blijkt dat het verschil tussen deze twee prijzen de afgelopen jaren systematisch is toegenomen. Tijdens de eerste negen maanden van 6 bedroeg de voor benzine en diesel toegekende korting gemiddeld 6 eurocent per liter, terwijl deze in de periode van 999 tot steeds binnen de marge was gebleven van à eurocent. Ook de gemiddelde korting op stookolie is gestegen, namelijk van ongeveer eurocent per liter in de periode van 999 tot, tot,5 eurocent tijdens de eerste drie kwartalen van 6. Deze verhoging van de kortingen zou een gevolg kunnen zijn van de hoge olieprijzen zelf, waardoor het moeilijker is om kostenstijgingen af te wentelen op de consument omdat de vraag elastischer is geworden. Ze zou er evenwel ook kunnen op wijzen dat de concurrentie bij de distributie van de aardolieproducten is toegenomen, ook al lijkt het feit dat sommige pomphouders veel grotere kortingen toekennen dan andere, aan te tonen dat deze markt nog steeds sterk gesegmenteerd is, en gekenmerkt blijft door onvolmaakte concurrentie.! 98

5 PRIJZEN ACCIJNZEN OP EN KORTINGEN TOEGEKEND BIJ DE DISTRIBUTIE VAN AARDOLIEPRODUCTEN (eurocent per liter) ACCIJNZEN 6 BENZINE 6 DIESEL 6 STOOKOLIE België Eurogebied () EU-minimum () BRANDSTOFKORTINGEN BENZINE DIESEL STOOKOLIE () Kwartaalgemiddelden Bronnen : EC, NBB. () Gemiddeld niveau van de accijnzen in het eurogebied gewogen met de in elk land verbruikte hoeveelheden. () Minimumniveau van de accijnzen van toepassing sinds januari. () Leveringen groter dan. liter. Rekening houdend met het gewicht van de diverse producten in de HICP, kan de weerslag van de hogere kortingen bij de distributie van de aardolieproducten, in de periode -6, worden geraamd op,5 procentpunt. Voor het omgekeerde kliksysteem bedraagt deze gecumuleerde impact,6 punt. Samen hebben deze twee factoren dus een neerwaarts effect van, procentpunt op het geaggregeerde prijspeil gesorteerd. De korting die de federale regering eind 5 had toegekend op het bedrag van de stookoliefactuur, had geen weerslag op het prijspeil van 6, omdat die maatregel niet langer van kracht was. Gelet op de statistische conventies! 99

6 die gelden ten aanzien van de samenstelling van de prijsindex, heeft de soortgelijke korting die in de loop van het verslagjaar, op voorlopige basis, werd toegekend aan de gezinnen die met gas verwarmen van haar kant geen enkele invloed gehad op het prijsverloop van de energiedragers in de HICP. 5. De onderliggende inflatietendens Wanneer de volatiele componenten van de HICP buiten beschouwing worden gelaten, wordt een indicator van de onderliggende inflatietendens verkregen, zij het dat het gebruik van dit concept wellicht minder pertinent is geworden in de huidige context, doordat de berekeningswijze ervan een asymmetrische behandeling van de effecten van de globalisering impliceert. Deze indicator van de onderliggende inflatietendens weert immers de rechtstreekse weerslag van de prijsstijgingen voor energie, die deels voortvloeien uit de forse expansie van de vraag in de opkomende landen, terwijl de neerwaartse druk van de globalisering van de wereldeconomie op de prijzen van fabricaten dan weer niet wordt geneutraliseerd. GRAFIEK ONDERLIGGENDE INFLATIETENDENS (veranderingspercentages t.o.v. de overeenstemmende maand van het voorgaande jaar) 5 6 Onderliggende inflatietendens () waarvan : Bewerkte levensmiddelen Diensten Niet-energetische industriële goederen Bronnen : EC, NBB. () Gemeten aan de hand van de HICP, ongerekend de niet-bewerkte levensmiddelen, energiedragers, prijsveranderingen van voornamelijk administratieve aard, alsook het geraamde effect, in januari en juli, van de opneming van de koopjes in de HICP vanaf. In België vertoont deze indicator een profiel dat grosso modo overeenstemt met dat van het eurogebied als geheel. Enkel een aantal tijdelijke factoren, zoals prijsveranderingen van administratieve aard, hebben sinds de start van de monetaire unie tot enige asymmetrieën geleid. Zo is de onderliggende inflatietendens in België fors gedaald in en, als gevolg van de afschaffing van het kijk- en luistergeld in Vlaanderen en Brussel en de verlaging ervan in Wallonië, terwijl prijsveranderingen van administratieve aard in een significant opwaarts effect hebben gesorteerd in het eurogebied. Sinds 5 laat de onderliggende inflatietendens in België en in het eurogebied opnieuw een parallel verloop zien. In deze situatie is tijdens het verslagjaar geen verandering opgetreden, afgezien van de tijdelijke opstoot tijdens de zomermaanden in België, voornamelijk als gevolg van een wijziging in het seizoensprofiel van de HICP. Deze vloeide voort uit een actualisering van de korf met betrekking tot de vakantieuitgaven. Om na te gaan in welke mate de onderliggende inflatietendens werd beïnvloed door de marktkrachten, is het beter om geen rekening te houden met de prijsveranderingen van administratieve aard. In België hebben deze laatste vooral een weerslag gehad op het prijsverloop van bewerkte levensmiddelen. Ze hadden te maken met de prijsstijgingen voor tabak, maar ook met de invoering, begin 5, van een belasting op niet-herbruikbare verpakkingen, die later dat jaar werd afgeschaft. Deze laatste maatregel heeft bijgevolg de jaar-op-jaarverandering van deze component opwaarts beïnvloed tijdens de eerste helft van 5, en neerwaarts tijdens de eerste helft van 6. Worden deze prijsveranderingen van administratieve aard buiten beschouwing gelaten, dan is de onderliggende inflatietendens versneld, namelijk van, pct. in 5 tot,6 pct. in 6. Tegen het einde van het verslagjaar leek evenwel een einde te zijn gekomen aan die versnelling. De opwaartse beweging in de onderliggende inflatie weerspiegelt vooral de transmissie van de prijsstijgingen voor ruwe aardolie en andere grondstoffen. De weerslag ervan werd evenwel voor een deel gecompenseerd door het dempende effect dat de globalisering uitoefent via de invoer van fabricaten en de vrij gematigde loonontwikkeling.

7 PRIJZEN Op het niveau van de producentenprijzen, dat wil zeggen in het stadium dat de consumptie voorafgaat, is de transmissie van de hogere prijzen voor olie en de andere grondstoffen duidelijk merkbaar voor de intermediaire producten. Het betreft immers producten met een relatief lage toegevoegde waarde, die derhalve gevoeliger zijn voor prijsveranderingen van de grondstoffen. De producentenprijzen van de consumptiegoederen lijken daarentegen relatief gespaard te zijn gebleven, althans tot eind 5. Nadien begon zich een onafgebroken stijging af te tekenen, die gedurende heel het jaar 6 aanhield. Het feit dat het aandeel van de binnenlandse toegevoegde waarde in dit latere productiestadium veel hoger is dan voor de intermediaire producten, verklaart niet alleen het beperkte karakter van de transmissie, maar tevens waarom deze zich later heeft gemanifesteerd; in een dergelijke situatie is er immers meer speling om de kostenstijgingen niet onmiddellijk door te berekenen in de verkoopprijzen. Dit argument verklaart tevens waarom de consumptieprijzen van de in de HICP opgenomen niet-energetische industriële producten nog minder gevoelig zijn dan de producentenprijzen van consumptiegoederen. Het aandeel van de binnenlandse kosten is immers nog groter bij de consumptieprijzen, onder meer omdat deze laatste de kosten van transport en distributie omvatten. Uit een meer gedetailleerde analyse van het verband tussen prijzen en kosten in twintig niet-energetische subsectoren van de verwerkende nijverheid blijkt eveneens dat de kostenstructuur een cruciale determinant is van de transmissie die men waarneemt. Zo vertoont het prijsverloop in deze subsectoren sinds een positieve correlatie met het aandeel van de energie in de productiekosten, gemeten aan de hand van de gecumuleerde kosten volgens de input-outputtabel van. Deze correlatie is evenwel vrij beperkt, wat door verschillende factoren kan worden verklaard. In de eerste plaats onderschat de benadering via de gecumuleerde kosten de werkelijke impact van energie op de prijsvorming, GRAFIEK TRANSMISSIE VAN DE PRIJSSTIJGINGEN VOOR RUWE AARDOLIE EN ANDERE GRONDSTOFFEN PRIJZEN VAN NIET-ENERGETISCHE GOEDEREN (indexcijfer = ) 5 6 Producentenprijzen : Intermediaire goederen Niet-energetische goederen Consumptiegoederen Consumptieprijzen : Niet-energetische industriële goederen volgens de HICP () Veranderingen van de producentenprijzen () 8 6 AANDEEL VAN DE ENERGETISCHE INVOER EN VERLOOP VAN DE PRODUCENTENPRIJZEN IN DE VERWERKENDE NIJVERHEID () (procenten) (7,) Voedingsmiddelen en dranken 7 Textielproducten 8 Kleding en bont 9 Leder en lederwaren Hout en producten van hout Pulp, papier en papierwaren Drukwerk en opgenomen media Chemische producten 5 Producten van rubber en kunststof 6 Overige niet-metaalhoudende minerale producten 7 Metalen in primaire vorm 6 Aandeel van de energetische invoer () Producten van metaal 9 Machines, apparaten en werktuigen Kantoormachines en computers Elektrische machines en apparaten Radio-, televisie- en communicatieapparatuur Medische apparatuur en instrumenten, precisie- en optische instrumenten en uurwerken Motorvoertuigen, aanhangwagens en opleggers 5 Overige transportmiddelen 6 Meubelen en overige goederen en producten n.e.g. Bronnen : FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie ; INR ; NBB. () Ongerekend de energiedragers. () Veranderingen van januari tot september 6, uitgedrukt in jaarlijkse groeipercentages. () Aandeel van de energetische invoer in de gecumuleerde kosten, berekend aan de hand van de meest recente input-outputtabel (). () Ongerekend het geraamde effect van de koopjes, in januari en juli van elk jaar.

8 aangezien ingevoerde niet-energetische inputs meestal ook een deel energie bevatten dat niet kan worden gemeten, en dat kan variëren van de ene sector tot de andere. Verder houdt deze bivariate analyse geen rekening met de eventuele rol van andere factoren dan het prijsverloop van energie. Zo is het frappant dat de producten met de hoogste prijsstijgingen de metalen in primaire vorm en de producten van metaal uitgerekend die producten zijn waarvan de prijzen ook werden beïnvloed door de sterke prijsstijging voor metaalgrondstoffen. Bovendien blijken sommige van de sectoren die een relatief gematigd prijsverloop laten optekenen, net die sectoren te zijn die volgens de gangbare opinie het sterkst worden geconfronteerd met het fenomeen van de globalisering. Dit is het geval voor kleding, kantoormachines en computers, en radio-, televisie- en communicatieapparatuur. Dit dempende effect van de globalisering kwam ook tot uiting op het niveau van de consumptieprijzen van een aantal niet-energetische producten, onder meer als gevolg van het relatief gematigde verloop van de producentenprijzen van de voornoemde producten, maar ook omdat een groeiend percentage van de consumptie van deze producten rechtstreeks wordt ingevoerd uit lagekostenlanden. Zo werd niettegenstaande de algemene versnelling van het prijsstijgingstempo van de niet-energetische industriële goederen in 6 een vertraging van het prijsstijgingstempo opgetekend voor kleding, schoeisel en huishoudelijke apparaten, terwijl de prijzen van audio-, video-, foto- en filmapparatuur evenals gegevensverwerkende apparatuur zijn blijven dalen, zij het in een minder snel tempo dan in 5. Algemeen wordt aangenomen dat de globalisering een niet te verwaarlozen invloed uitoefent op de prijzen van deze producten. De prijsveranderingen van audio-, video-, foto- en filmapparatuur en van gegevensverwerkende apparatuur zijn evenwel ook het resultaat van de sterke technologische vooruitgang. Daarenboven werd het in de Belgische HICP opgetekende prijsverloop van de gegevensverwerkende apparatuur in zekere mate neerwaarts beïnvloed door de overschakeling in naar een nieuwe methode om prijswijzigingen te schonen voor wijzigingen in de kwaliteit van het product. Voorts was de onderliggende inflatietendens al bij al bescheiden, omdat de inflatiedruk van binnenlandse oorsprong beperkt is gebleven. Bijgevolg heeft de diensteninflatie zich voor het tweede jaar op rij gestabiliseerd in de buurt van pct., ondanks het tijdelijke opwaartse effect dat tijdens de zomermaanden werd opgetekend als gevolg van de verandering van het seizoensprofiel van de korf. Dit resultaat is voornamelijk te verklaren door de gematigde loonontwikkelingen, wat net als in andere landen van het eurogebied deels het gevolg is van de globalisering. In België kan de loonmatiging in 6 GRAFIEK GLOBALISERING EN CONSUMPTIEPRIJZEN AANDEEL VAN DE INVOER UIT LAGEKOSTENLANDEN () (in procenten van de totale invoer uit landen buiten het eurogebied) 5 6 () CONSUMPTIEPRIJZEN (veranderingspercentages t.o.v. het voorgaande jaar) 5 6 Kleding Schoenen Huishoudelijke apparaten Audio-, video-, foto- en filmapparatuur Gegevensverwerkende apparatuur Niet-energetische industriële goederen Bronnen : EC ; FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie ; INR. () De lagekostenlanden omvatten alle landen buiten het eurogebied met uitzondering van Australië, Canada, Denemarken, Japan, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Zweden en Zwitserland. () Eerste negen maanden van het jaar Producten onderhevig aan globalisering ook, voor een deel, worden verklaard door de invoering van een nieuw nationaal consumptieprijsindexcijfer in januari (voor nadere toelichtingen, zie kader ). Meer fundamenteel toont de geringe inflatiedruk van binnenlandse oorsprong aan dat de weerslag van de prijsstijging voor ruwe aardolie beperkt is gebleven tot de directe en indirecte eersteronde-effecten, en dat de tweederondeeffecten grotendeels achterwege zijn gebleven in 6.

9 PRIJZEN Kader Hervorming van de nationale consumptieprijsindex Sinds de invoering van de geharmoniseerde consumptieprijsindex (HICP) in 997 bestaan in België twee inflatiemaatstaven naast elkaar met betrekking tot de door de huishoudens verbruikte goederen en diensten. De HICP is een essentiële indicator voor het monetaire beleid. De Raad van Bestuur van het Eurosysteem heeft immers de prijsstabiliteit op deze basis gedefinieerd. In België worden de inkomens geïndexeerd aan de hand van de nationale consumptieprijsindex (nationale CPI) en sinds 99 aan de hand van de gezondheidsindex die ervan is afgeleid. Om die reden overleggen de sociale partners in de Indexcommissie en de Nationale Arbeidsraad over de opstelling en de berekening van deze index. Deze betrokkenheid van de sociale partners is specifiek voor België, en geldt niet ten aanzien van de Belgische HICP. WEERSLAG VAN DE HERVORMING VAN DE NATIONALE CONSUMPTIEPRIJSINDEX,,5,,5,,5,,5 INFLATIE ALS JAAR-OP-JAARVERANDERING (veranderingspercentages t.o.v. de overeenstemmende maand van het voorgaande jaar),,5,,5,,5,,5, 5 6, INFLATIE IN DE LOOP VAN HET JAAR (index februari van ieder jaar = () ) HICP Nationale CPI Bronnen : EC, NBB. () Doordat de HICP wordt beïnvloed door de koopjes, sinds de opneming ervan in, werd ervoor geopteerd om februari in plaats van januari te nemen als basis voor de in de grafiek gepresenteerde indexen.!

10 In januari 6 werd een nieuwe nationale CPI ingevoerd omdat de tot eind 5 vigerende index verouderd was geworden. De voor deze index gehanteerde productenkorf en wegingen waren immers nog gebaseerd op de consumptiestructuur van de particulieren in de jaren , en werden sinds de invoering van die index in januari 998 nooit geactualiseerd. Bovendien bleek het noodzakelijk de genoteerde prijzen van sommige producten aan te passen om rekening te houden met veranderingen in de kwaliteit van de producten, naar analogie van de HICP. De sociale partners kwamen in december 5 hieromtrent tot een akkoord in de Indexcommissie. De veroudering van de nationale index was duidelijk merkbaar geworden in de loop van de jaren -5, en was niet zonder gevolgen gebleven voor de inflatie. Tijdens deze periode beliepen de verschillen tussen de door de nationale index gemeten inflatie en de inflatie gemeten op basis van de HICP, circa,5 procentpunt per jaar. Het spreekt voor zich dat een verschil van deze omvang een niet te verwaarlozen invloed heeft gehad op het groeitempo van de gezondheidsindex, en bijgevolg ook op dat van de loonkosten tijdens de periode -5. Dankzij de herziening vertoont de nationale CPI opnieuw veel gelijkenissen met de HICP. Zo hadden beide indices in 6 een grotendeels identiek verloop, afgezien van het feit dat het niveau van de HICP doordat de koopjes wel in de HICP, maar niet in de nationale CPI in aanmerking worden genomen in januari en juli van elk jaar systematisch naar beneden wordt getrokken. De situatie in 6 contrasteert met deze in en 5, toen beide indices in de loop van het jaar geleidelijk uit elkaar waren gegroeid. De inflatie volgens de jaar-op-jaarverandering van de nationale CPI werd in 6 evenwel in belangrijke mate gedrukt door de manier waarop de nieuwe index werd ingevoerd. De omrekeningscoëfficiënt om van de oude naar de nieuwe nationale index over te schakelen, is immers gebaseerd op de gemiddelde niveaus die respectievelijk door beide indices werden bereikt in. Zo werd de opwaartse vertekening in de sinds door het oude nationale indexcijfer gemeten inflatie in de praktijk integraal tenietgedaan in 6. Als gevolg hiervan bedroeg de verandering van de nationale CPI op jaarbasis,8 pct. tijdens het verslagjaar, terwijl de door de HICP gemeten inflatie, pct. beliep. In de Nationale Arbeidsraad volgden de sociale partners in grote lijnen dezelfde methode om de omrekeningscoëfficiënt voor de gezondheidsindex te bepalen. De omschakeling sorteerde in 6 aldus een significant neerwaarts effect op de jaar-op-jaarverandering van de gezondheidsindex, die op,8 pct. uitkwam. Het gedeelte van de in en 5 toegekende indexeringen van de inkomens dat is toe te schrijven aan de veroudering van de index, werd hierdoor in de loop van het jaar 6 gecompenseerd. Aangezien de overschakeling van de oude naar de nieuwe index enkel een weerslag heeft op de jaar-op-jaarveranderingen in 6, zouden de door de twee indices gemeten inflatiecijfers vanaf 7 dicht bij elkaar in de buurt moeten liggen. Daarnaast werd ook besloten om voortaan om de twee jaar een gedeeltelijke actualisering uit te voeren van de nationale CPI, wat een belangrijke stap vooruit betekent met het oog op het behoud van zijn representativiteit. De grotere flexibiliteit van de HICP inzake actualisering en de efficiëntere manier waarop deze index kan worden aangepast als gevolg van kwaliteitsveranderingen, maken evenwel dat deze index nog steeds de nauwkeurigste is. Ondanks de geboekte vooruitgang blijven er nog een aantal uitdagingen bestaan. De belangrijkste verbeteringen die op Europees niveau moeten worden gerealiseerd, zijn de behandeling van de woonkosten in het geval van door de eigenaars bewoonde huizen, waarmee momenteel geen rekening wordt gehouden in de HICP, evenals de harmonisering en veralgemening van de aanpassingen voor kwaliteitsveranderingen. Die uitdagingen gelden a fortiori ook voor de Belgische HICP en meer bepaald voor de nationale CPI, waarin aanpassingen voor kwaliteitsveranderingen, ondanks de hervorming van 6, op beperktere schaal gebeuren. Andere belangrijke uitdagingen, specifiek voor België, betreffen de actualisering van de gegevens omtrent de structuur van de kleinhandel, en de veralgemening tot een groter aantal producten van de elementaire aggregatie aan de hand van een meetkundig gemiddelde. Door beide ingrepen zouden de HICP en de nationale CPI beter de substitutieeffecten tussen verkooppunten en tussen producten moeten weerspiegelen. De invoering van de nieuwe nationale index heeft andermaal aangetoond hoe belangrijk het is dat wordt gewaakt over de kwaliteit en representativiteit van de inflatiemaatstaf.

PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014

PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

Belgische consumptieprijzen van aardolieproducten

Belgische consumptieprijzen van aardolieproducten bijlage bijlage b b Belgische consumptieprijzen van aardolieproducten. Inleiding en conclusies De gecumuleerde bijdrage van de aardolieproducten (benzine, diesel en huisbrandolie) tot de totale inflatie

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016

PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016 Geharmoniseerde

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - november 2015 De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex stijgt in november naar 1,4%, ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015

PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015

PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015 Geharmoniseerde

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015

PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015 PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - december 2014 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex daalt in december naar -0,4%,

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017

PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017 PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - december 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in december 2,2% ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - november 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in november 1,7% ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016

PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016 PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - september 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in september 1,8% ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016

PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 01/2016 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016 Geharmoniseerde

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017

PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017 PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - augustus 2017 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in augustus 2,0% ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015

PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015 Geharmoniseerde

Nadere informatie

CBS: Inflatie december naar laagste niveau in ruim 5 jaar

CBS: Inflatie december naar laagste niveau in ruim 5 jaar Persbericht PB15-001 8 januari 2015 9.30 uur CBS: Inflatie december naar laagste niveau in ruim 5 jaar Inflatie december daalt naar 0,7 procent Goedkopere autobrandstoffen verlagen inflatie Inflatie eurozone

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie licht gedaald naar 2,9 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie licht gedaald naar 2,9 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB13-024 9 april 2013 9.30 uur Inflatie licht gedaald naar 2,9 procent Inflatie gedaald door benzineprijzen Accijnzen op tabak verhogen inflatie De inflatie

Nadere informatie

Inflatie stijgt in december naar 1,7 procent

Inflatie stijgt in december naar 1,7 procent Persbericht PB14-001 9 januari 2014 9.30 uur Inflatie stijgt in december naar 1,7 procent - Prijzen van benzine en kleding verhogen inflatie - Inflatie in 2013 gemiddeld 2,5 procent - Inflatie eurozone

Nadere informatie

Inflatie daalt licht naar 1,5 procent

Inflatie daalt licht naar 1,5 procent Persbericht PB13 077 5 december 2013 9:30 uur Inflatie daalt licht naar 1,5 procent Pakketreizen en voeding verlagen inflatie Benzine verhoogt inflatie Inflatie eurozone stijgt De inflatie is in november

Nadere informatie

CBS: inflatie nog steeds onder de 1 procent

CBS: inflatie nog steeds onder de 1 procent Persbericht PB14-046 7 augustus 2014 9.30 uur CBS: inflatie nog steeds onder de 1 procent Inflatie in juli onveranderd laag op 0,9 procent Huren weer fors omhoog Inflatie eurozone gedaald De inflatie in

Nadere informatie

Laagste inflatie sinds november 2010

Laagste inflatie sinds november 2010 Persbericht PB13-067 7 november 2013 9:30 uur Laagste inflatie sinds november 2010 - Inflatie daalt sterk naar 1,6 procent - Effect btw op inflatie uitgewerkt - Nederlandse inflatie blijft hoger dan in

Nadere informatie

Inflatie en indexering in België : oorzaken en mogelijke gevolgen van de huidige inflatieopstoot

Inflatie en indexering in België : oorzaken en mogelijke gevolgen van de huidige inflatieopstoot INFLATIE INFLATIE EN INDEXERING EN INDEXERING BELGIË IN : BELGIË OORZAKEN : OORZAKEN MOGELIJKE EN MOGELIJKE GEVOLGEN GEVOLGEN VAN DE VAN HUIDIGE DE HUIDIGE INFLATIEOPSTOOT INFLATIEOPSTOOT Inflatie en indexering

Nadere informatie

Voornaamste bevindingen

Voornaamste bevindingen Het inflatieverloop Het inflatieverloop belgië: in belgië: een nbb een analyse nbb analyse op op vraag vraag van de van federale federale regering regering Voornaamste bevindingen Het recente verloop van

Nadere informatie

CBS: inflatie omhoog door autobrandstoffen en vakanties

CBS: inflatie omhoog door autobrandstoffen en vakanties Persbericht PB14-029 8 mei 2014 9.30 uur CBS: inflatie omhoog door autobrandstoffen en vakanties Inflatie stijgt van 0,8 procent naar 1,2 procent Inflatie omhoog na drie maanden daling Verschil met eurozone

Nadere informatie

Inflatie daalt naar 2,8 procent

Inflatie daalt naar 2,8 procent Persbericht PB13-057 5 september 2013 9:30 uur Inflatie daalt naar 2,8 procent - Inflatie daalt van 3,1 naar 2,8 procent - Daling door benzine, kleding en buitenlandse vakanties - Inflatie eurozone gedaald

Nadere informatie

CBS: Inflatie stijgt licht naar 1 procent

CBS: Inflatie stijgt licht naar 1 procent Persbericht PB14 054 4 september 2014 9.30 uur CBS: Inflatie stijgt licht naar 1 procent Prijsontwikkeling vliegtickets en kleding verhoogt inflatie Weinig impact boycot Rusland op prijzen voor consument

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt naar 2,4 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt naar 2,4 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-029 10 mei 2012 9.30 uur Inflatie daalt naar 2,4 procent Inflatie omlaag door voeding en tabak Vakanties duurder Inflatie in Nederland nog steeds hoger

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie weer onder 3 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie weer onder 3 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-072 6 november 2008 9.30 uur Inflatie weer onder 3 procent Inflatie lager door sterkste daling benzineprijs in dertig jaar Ook inflatie eurozone flink

Nadere informatie

CBS: Inflatie weer onder de 1 procent

CBS: Inflatie weer onder de 1 procent Persbericht PB14-059 9 oktober 2014 9.30 uur CBS: Inflatie weer onder de 1 procent Inflatie in september 0,9 procent Vliegtickets verlagen inflatie Inflatie in Nederland iets lager dan in de eurozone De

Nadere informatie

CBS: inflatie stijgt licht

CBS: inflatie stijgt licht Persbericht PB14-042 10 juli 2014 9.30 uur CBS: inflatie stijgt licht Inflatie in juni 0,9 procent Kleding, vakanties en vliegtickets verhogen inflatie Verschil met eurozone kleiner De inflatie in juni

Nadere informatie

Persbericht. Dure benzine verhoogt inflatie. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Dure benzine verhoogt inflatie. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-026 8 april 2010 9.30 uur Dure benzine verhoogt inflatie Inflatie in maart omhoog door prijsstijging benzine Groenteprijzen stijgen door strenge winter

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-007 11 februari 2010 9.30 uur Inflatie omlaag door gas en elektriciteit Energie ruim 17 procent goedkoper dan een jaar eerder Voeding goedkoper Nederlandse

Nadere informatie

CBS: inflatie blijft laag

CBS: inflatie blijft laag Persbericht PB14 039 10 juni 2014 9.30 uur CBS: inflatie blijft laag Inflatie in mei 0,8 procent Vakanties en voedingsmiddelen goedkoper Autobrandstoffen duurder De inflatie in mei was 0,8 procent. Na

Nadere informatie

Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012

Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012 Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012 1. Consumptieprijsindex Brussel, 27 september 2012 De consumptieprijsindex stijgt in september 2012 met 0,21 punt ten opzichte van vorige maand en bedraagt

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in september 2,0 procent. Inflatie afgelopen halfjaar vrijwel stabiel

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in september 2,0 procent. Inflatie afgelopen halfjaar vrijwel stabiel Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB03-195 30 oktober 2003 9.30 uur Inflatie in september 2,0 procent De inflatie in Nederland is in september 2003 uitgekomen op 2,0 procent. Dat is een lichte

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt, huurstijging historisch laag. Daling gasprijs sterkste in jaren

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt, huurstijging historisch laag. Daling gasprijs sterkste in jaren Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-056 9 augustus 2007 9.30 uur Inflatie daalt, huurstijging historisch laag De inflatie is in juli 2007 gedaald naar 1,5 procent. Dat is 0,2 procentpunt

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie stijgt naar 2,1 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie stijgt naar 2,1 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-034 10 mei 2011 9.30 uur Inflatie stijgt naar 2,1 procent Inflatie stijgt vooral door duurdere benzine Tabak, voedingsmiddelen en koffie ook duurder

Nadere informatie

Technische toelichting

Technische toelichting Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-080 7 april 2000 10.30 uur Inflatie ook in maart stabiel De inflatie is in maart 2000 uitgekomen op 1,9 procent. Dat is ongeveer even hoog als in de

Nadere informatie

Inflatie zakt naar 0,8 procent

Inflatie zakt naar 0,8 procent Persbericht PB14-022 10 april 2014 9.30 uur Inflatie zakt naar 0,8 procent Laagste inflatie in bijna vier jaar tijd Tabak en identiteitsbewijzen drukken inflatie Kleding goedkoper De inflatie is in maart

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie in december gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek. Prijzen in december gedaald. Inflatie naar laag niveau

Persbericht. Inflatie in december gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek. Prijzen in december gedaald. Inflatie naar laag niveau Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-002 8 januari 2004 9.30 uur Inflatie in december gedaald De inflatie in Nederland is in december 2003 uitgekomen op 1,7 procent. Dit is de laagste uitkomst

Nadere informatie

Inflatie in januari 1,4 procent Halvering in halfjaar tijd Inflatie Nederland en eurozone nagenoeg gelijk

Inflatie in januari 1,4 procent Halvering in halfjaar tijd Inflatie Nederland en eurozone nagenoeg gelijk Persbericht PB14-008 13 februari 2014 9.30 uur Inflatie daalt Inflatie in januari 1,4 procent Halvering in halfjaar tijd Inflatie Nederland en eurozone nagenoeg gelijk De inflatie is in januari 2014 gedaald

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie loopt in april licht op. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie loopt in april licht op. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-107 12 mei 2000 10.30 uur Inflatie loopt in april licht op De inflatie is in april 2000 iets hoger uitgekomen dan in het eerste kwartaal dit jaar. Ten

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in december licht gestegen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in december licht gestegen Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB13-001 10 januari 2013 9.30 uur Inflatie in december licht gestegen Inflatie in december 2,9 procent Prijzen van voedingsmiddelen verhogen inflatie Inflatie

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Prijsontwikkeling autobrandstoffen en groenten remt inflatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Prijsontwikkeling autobrandstoffen en groenten remt inflatie Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB05-014 10 februari 2005 9.30 uur Inflatie in januari hoger door energieprijzen De Nederlandse inflatie is in januari 2005 uitgekomen op 1,5 procent. In

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie stijgt naar 2,7 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie stijgt naar 2,7 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-062 6 oktober 2011 9.30 uur Inflatie stijgt naar 2,7 procent Inflatie hoger door duurdere kleding en benzine Telefoon- en internetdiensten drukken de

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie hoger door duurdere kleding. Centraal Bureau voor de Statistiek. Technische toelichting. Zomercollectie kleren duurder

Persbericht. Inflatie hoger door duurdere kleding. Centraal Bureau voor de Statistiek. Technische toelichting. Zomercollectie kleren duurder Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-027 5 april 2007 9.30 uur Inflatie hoger door duurdere kleding De inflatie is in maart 2007 uitgekomen op 1,8 procent. Dat is 0,3 procentpunt hoger dan

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in september licht gedaald

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in september licht gedaald Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-068 9 oktober 2008 9.30 uur Inflatie in september licht gedaald Benzine, diesel en vliegtickets minder duur Inflatie eurozone opnieuw gedaald De Nederlandse

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt in juli tot 1,1 procent. Huurstijging gemiddeld 3,1 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt in juli tot 1,1 procent. Huurstijging gemiddeld 3,1 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-121 5 augustus 2004 9.30 uur Inflatie daalt in juli tot 1,1 procent De inflatie is in juli 2004 uitgekomen op 1,1 procent. Dat is 0,3 procentpunt lager

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie lager in december

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie lager in december Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-001 5 januari 2012 9.30 uur Inflatie lager in december Inflatie in december omlaag naar 2,4 procent Benzineprijzen en beltarieven verlagen inflatie Inflatie

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

Prijzenobservatorium: Historiek en werking

Prijzenobservatorium: Historiek en werking Prijzenobservatorium: Historiek en werking Seminarie FEVIA - BABM 17 september 2013 Peter Van Herreweghe Agenda 1. Prijzenobservatorium : Historiek en taken 2. Werking : Gegevens, aanpak, procedure, timing

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang Statistisch Bulletin Jaargang 72 2016 11 17 maart 2016 Inhoud 1. Prijzen 3 Inflatie in februari blijft gelijk 3 I. Consumentenprijsindex alle huishoudens (2015=100) (07) 4 II. Consumentenprijsindex, alle

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Laagste inflatie sinds 1987

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Laagste inflatie sinds 1987 Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-052 6 augustus 2009 9.30 uur Laagste inflatie sinds 1987 Inflatie duikt naar 0,2 procent Prijsdaling gas verlaagt inflatie met 1,0 procentpunt Huurstijging

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie gestegen naar 1,9 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie gestegen naar 1,9 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-001 6 januari 2011 9.30 uur Inflatie gestegen naar 1,9 procent Duurdere autobrandstoffen verhogen inflatie Inflatie in 2010 gemiddeld 1,3 procent Inflatie

Nadere informatie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Perscommuniqué Brussel, 15 september 2000 Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de

Nadere informatie

Persbericht. Consumentenprijsindex juni

Persbericht. Consumentenprijsindex juni Persbericht PB99-176 9 juli 1999 10.30 uur Consumentenprijsindex juni De consumentenprijzen zijn tussen mei en juni met 0,4 procent gedaald. Dit blijkt uit cijfers van het CBS. Vergeleken met vorig jaar

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie licht omhoog naar 1,6 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie licht omhoog naar 1,6 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-064 7 oktober 2010 9.30 uur Inflatie licht omhoog naar 1,6 procent Inflatie iets omhoog door prijsontwikkeling benzine Nederlandse inflatie blijft lager

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie opnieuw hoger. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie opnieuw hoger. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-078 3 december 2009 9.30 uur Inflatie opnieuw hoger Benzineprijs verhoogt inflatie in november Inflatie in Nederland en eurozone nu vrijwel gelijk De

Nadere informatie

CBS: Inflatie daalt licht

CBS: Inflatie daalt licht Persbericht PB14-077 4 december 2014 9.30 uur CBS: Inflatie daalt licht Inflatie in november 1 procent Benzine goedkoper Inflatie in Nederland gelijk aan die in de eurozone De inflatie is in november gedaald

Nadere informatie

Persbericht. Afzetprijzen industrie gestegen. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Afzetprijzen industrie gestegen. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-071 30 maart 2001 9.30 uur Afzetprijzen industrie gestegen Na drie maanden van prijsdalingen zijn de prijzen van Nederlandse industrieproducten in februari

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang Statistisch Bulletin Jaargang 72 2016 15 14 april 2016 Inhoud 1. Prijzen 3 Inflatie blijft stabiel in maart 3 I. Consumentenprijsindex alle huishoudens (2015=100) (11) 4 II. Consumentenprijsindex, alle

Nadere informatie

Persbericht. Consumentenprijsindex juli 1999

Persbericht. Consumentenprijsindex juli 1999 Persbericht PB99-200 6 augustus 1999 10.30 uur Consumentenprijsindex juli 1999 In juli zijn de consumentenprijzen in Nederland gemiddeld niet veranderd. Dit blijkt uit cijfers van het CBS. Er waren wel

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Van dit persbericht is een herziene versie verschenen (zie persbericht PB04-036)

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Van dit persbericht is een herziene versie verschenen (zie persbericht PB04-036) Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-035 11 maart 2004 9.30 uur Van dit persbericht is een herziene versie verschenen (zie persbericht PB04-036) Inflatie in februari gedaald naar 1,2 procent

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Prijzen in januari iets hoger dan in december. Daling van inflatie kent meerdere oorzaken

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Prijzen in januari iets hoger dan in december. Daling van inflatie kent meerdere oorzaken Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-016 5 februari 2004 9.30 uur Inflatie in januari gedaald naar 1,4 procent De inflatie in Nederland is in januari 2004 uitgekomen op 1,4 procent. Dit

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie iets lager. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie iets lager. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-016 4 maart 2010 9.30 uur Inflatie iets lager Kleding en brandstoffen drukken inflatie Beltarieven hoger Nederlandse inflatie blijft duidelijk onder

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie loopt verder op. Centraal Bureau voor de Statistiek. Benzineprijs zeer fors gestegen Inflatie Nederland ruim onder eurozone

Persbericht. Inflatie loopt verder op. Centraal Bureau voor de Statistiek. Benzineprijs zeer fors gestegen Inflatie Nederland ruim onder eurozone Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-048 3 juli 2008 9.30 uur Inflatie loopt verder op Benzineprijs zeer fors gestegen Inflatie Nederland ruim onder eurozone De inflatie is in juni uitgekomen

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie in juli 2,8 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie in juli 2,8 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-179 4 augustus 2000 10.30 uur Inflatie in juli 2,8 procent CBS-Persdienst Postbus 4000 2270 JM Voorburg tel. (070) 337 58 16 fax (070) 337 59 71 E-mail:

Nadere informatie

2. METHODOLOGISCHE AANPASSINGEN

2. METHODOLOGISCHE AANPASSINGEN Integrale versie 2. METHODOLOGISCHE AANPASSINGEN In vergelijking met de vorig jaar gepubliceerde reeksen 2 over de kapitaalgoederenvoorraad (KGV) en de afschrijvingen zijn er drie methodologische aanpassingen

Nadere informatie

December 2013 Inflatiemaatstaf : huidige stand van zaken en uitdagingen

December 2013 Inflatiemaatstaf : huidige stand van zaken en uitdagingen Inflatiemaatstaf : huidige stand van zaken en uitdagingen J. Langohr (*) Inleiding Zoals om de acht jaar het geval is, wordt de nationale consumptieprijsindex (NCPI), waarop de gezondheidsindex gebaseerd

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in februari iets hoger. Inflatie gestegen door hogere benzineprijzen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in februari iets hoger. Inflatie gestegen door hogere benzineprijzen Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-017 8 maart 2007 9.30 uur Inflatie in februari iets hoger De inflatie is in februari 2007 uitgekomen op 1,5 procent. Dat is iets hoger dan in januari.

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie in 1999 is 2,2 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie in 1999 is 2,2 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-008 14 januari 2000 10.30 uur Inflatie in 1999 is 2,2 procent In 1999 lagen de prijzen voor consumenten gemiddeld 2,2 procent hoger dan in 1998. Dit

Nadere informatie

CPI Statistisch Bulletin, december 2016

CPI Statistisch Bulletin, december 2016 CPI Statistisch Bulletin, december 2016 Willemstad, februari 2017 Consumentenprijzen Curaçao december 2016 Prijzen 0,2 procent hoger vergeleken met november;inflatie 2016 is 0,0 procent H et consumentenprijsindexcijfer

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie stabiel ondanks dure energie. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie stabiel ondanks dure energie. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-060 10 maart 2000 10.30 uur Inflatie stabiel ondanks dure energie De inflatie is in februari 2000 uitgekomen op 2,0 procent. Dat is gelijk aan de uitkomst

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie in november iets afgevlakt. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie in november iets afgevlakt. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-277 8 december 2000 10.30 uur Inflatie in november iets afgevlakt De consumentenprijzen lagen in november 3,0 procent hoger dan in november vorig jaar.

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in mei gedaald tot 3,3 procent. Daling inflatie vooral door ontwikkeling vorig jaar

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in mei gedaald tot 3,3 procent. Daling inflatie vooral door ontwikkeling vorig jaar Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-112 7 juni 2002 9.30 uur Inflatie in mei gedaald tot 3,3 procent De inflatie in Nederland is in mei 2002 uitgekomen op 3,3 procent. Dit is 0,3 procentpunt

Nadere informatie

Economie. De conjunctuur

Economie. De conjunctuur Economie De conjunctuur De Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie biedt onpartijdige statistische informatie. De informatie wordt conform de wet verspreid, meer bepaald voor wat betreft

Nadere informatie

Persbericht. Consumentenprijsindex maart 1999

Persbericht. Consumentenprijsindex maart 1999 Persbericht PB99-085 9 april 1999 10.30 uur Consumentenprijsindex maart 1999 In maart was de consumentenprijsindex 0,9 procent hoger dan in februari. De stijging is vooral een gevolg van de stijging van

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in juli ongewijzigd op 1,6 procent. Energie belangrijkste oorzaak inflatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in juli ongewijzigd op 1,6 procent. Energie belangrijkste oorzaak inflatie Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB05-089 4 augustus 2005 9.30 uur Inflatie in juli ongewijzigd op 1,6 procent De inflatie is in juli 2005 niet gewijzigd. Net als in juni lagen de prijzen

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang Statistisch Bulletin Jaargang 72 2016 28 14 juli 2016 Inhoud 1. Macro-economie 3 Koerswaarde van aandelen (25) 3 2. Prijzen 3 Inflatie in juni blijft ongewijzigd op 0 procent 3 I Consumentenprijsindex

Nadere informatie

Economisch Tijdschrift. Speciale editie April 2008

Economisch Tijdschrift. Speciale editie April 2008 Economisch Tijdschrift Speciale editie April 28 Nationale Bank van België Alle rechten voorbehouden. De gehele of gedeeltelijke vermenigvuldiging van deze publicatie voor educatieve en niet-commerciële

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang Statistisch Bulletin Jaargang 72 2016 41 13 oktober 2016 Inhoud 1. Prijzen 3 Inflatie daalt naar 0,1 procent 3 I. Consumentenprijsindex alle huishoudens (2015=100) (37) 4 II. Consumentenprijsindex, alle

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie stijgt in juni naar 1,6 procent. Kleding en schoenen in juni goedkoper

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie stijgt in juni naar 1,6 procent. Kleding en schoenen in juni goedkoper Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB05-079 7 juli 2005 9.30 uur Inflatie stijgt in juni naar 1,6 procent In juni 2005 lagen de prijzen voor consumenten 1,6 procent hoger dan in juni 2004.

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

Een nieuwe nationale consumptieprijsindex en 10 jaar HICP

Een nieuwe nationale consumptieprijsindex en 10 jaar HICP EN 1 JAAR HICP Een nieuwe nationale consumptieprijsindex en 1 jaar HICP D. Cornille * Inleiding Dit artikel gaat over de recente ontwikkelingen op het gebied van inflatiemaatstaven, in Europa als geheel

Nadere informatie

Economie. De conjunctuur

Economie. De conjunctuur Economie De conjunctuur De Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie biedt onpartijdige statistische informatie. De informatie wordt conform de wet verspreid, meer bepaald voor wat betreft

Nadere informatie

6. Prijzen, kosten en concurrentievermogen

6. Prijzen, kosten en concurrentievermogen 6. Prijzen, kosten en concurrentievermogen De inflatie is in 212 teruggelopen tot 2,6 % en onder invloed van de tragere prijsstijgingen voor energiedragers is het verschil ten opzichte van de drie buurlanden

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 29 maart 2018

PERSBERICHT Brussel, 29 maart 2018 01/2007 07/2007 01/2008 07/2008 01/2009 07/2009 01/2010 07/2010 01/2011 07/2011 01/2012 07/2012 01/2013 07/2013 01/2014 07/2014 01/2015 07/2015 01/2016 07/2016 01/2017 07/2017 01/2018 Index (2013 = 100)

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 27 februari 2018

PERSBERICHT Brussel, 27 februari 2018 01/2007 07/2007 01/2008 07/2008 01/2009 07/2009 01/2010 07/2010 01/2011 07/2011 01/2012 07/2012 01/2013 07/2013 01/2014 07/2014 01/2015 07/2015 01/2016 07/2016 01/2017 07/2017 01/2018 Index (2013 = 100)

Nadere informatie

Basisverlegging Producentenprijzen Index, 2015=100

Basisverlegging Producentenprijzen Index, 2015=100 Basisverlegging Producentenprijzen Index, 2015=100 28 februari 2018 samenvatting trefwoorden Beschrijving basisverlegging Producentenprijzen Index naar 2015=100 inclusief koppeladvies. Producentenprijzen

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt in februari naar 1,1 procent. Lagere benzineprijzen drukken inflatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt in februari naar 1,1 procent. Lagere benzineprijzen drukken inflatie Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB06-028 9 maart 2006 9.30 uur Inflatie daalt in februari naar 1,1 procent De inflatie is in februari 2006 uitgekomen op 1,1 procent. Dat is 0,2 procentpunt

Nadere informatie

HET INFLATIEVERLOOP IN BELGIË: EEN NBB ANALYSE OP VRAAG VAN DE FEDERALE REGERING 1 VOORNAAMSTE BEVINDINGEN

HET INFLATIEVERLOOP IN BELGIË: EEN NBB ANALYSE OP VRAAG VAN DE FEDERALE REGERING 1 VOORNAAMSTE BEVINDINGEN DEPARTEMENT STUDIËN HET INFLATIEVERLOOP IN BELGIË: EEN NBB ANALYSE OP VRAAG VAN DE FEDERALE REGERING 1 VOORNAAMSTE BEVINDINGEN 1. HET RECENTE VERLOOP VAN DE INFLATIE EN DE KOOPKRACHT - De inflatie is in

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

Het inflatieverloop in België : een NBB-analyse op verzoek van de federale regering (1)

Het inflatieverloop in België : een NBB-analyse op verzoek van de federale regering (1) Het inflatieverloop Het inflatieverloop belgië: in belgië: een nbb-analyse een nbb-analyse op verzoek op verzoek van de van federale federale regering regering Het inflatieverloop in België : een NBB-analyse

Nadere informatie

Persbericht. Aardolie drukt prijsniveau industrie. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Aardolie drukt prijsniveau industrie. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-021 31 januari 2001 9.30 uur Aardolie drukt prijsniveau industrie De prijzen van Nederlandse industrieproducten zijn in december met 2,3% gedaald ten

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang Statistisch Bulletin Jaargang 72 2016 24 16 juni 2016 Inhoud 1. Prijzen 3 Inflatie blijft in mei 0 procent 3 I. Consumentenprijsindex alle huishoudens (2015=100) (19) 4 II. Consumentenprijsindex, alle

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie