LOI Hogeschool. HBO Bouwkunde, bachelor. Visitatiedatum: 23 november 2005

Transcriptie

1 LOI Hogeschool Opleiding: Variant: HBO Bouwkunde, bachelor deeltijd Visitatiedatum: 23 november 2005 Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, maart 2006

2 2 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

3 Inhoud 3 Deel A: Onderwerpen Voorwoord Inleiding Werkwijze Oordeelsvorming Oordelen per onderwerp Schematisch overzicht oordelen Totaaloordeel 11 Deel B: Facetten 13 Onderwerp 1 Doelstellingen van de opleiding 15 Onderwerp 2 Programma 18 Onderwerp 3 Inzet van personeel 24 Onderwerp 4 Voorzieningen 27 Onderwerp 5 Interne kwaliteitszorg 28 Onderwerp 6 Condities voor continuïteit 31 Deel C: Bijlagen 33 Bijlage 1 Onafhankelijkheidsverklaring panelleden 34 Bijlage 2 Beknopt CV panelleden 35 Bijlage 3 Bezoekprogramma visitatie 39 Bijlage 4 Overzichtslijst van door de opleiding ter inzage gelegd materiaal 41 NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 3

4 4 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

5 Deel A: Onderwerpen NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 5

6 6 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

7 1.1 Voorwoord Dit rapport is het verslag van een panel dat in opdracht van NQA de opleiding HBO Bouwkunde van de LOI Hogeschool heeft onderzocht. Het beschrijft de werkwijze, de bevindingen en de conclusies. Het onderzoek vond plaats in het kader van Toets Nieuwe Opleiding van hogere beroepsopleidingen. Het onderzoek is feitelijk gestart in november 2005, het moment waarop de opleiding haar zelfevaluatierapport bij de NQA aanleverde. Als onderdeel van het onderzoek was er een panelbezoek aan de opleiding. Dit bezoek vond plaats op 23 november Het panel bestond uit de volgende personen: De heer prof. ir. J. Berenbak (domeinpanellid, voorzitter); De heer ir. P. Lubbers (domeinpanellid); De heer ing. G.G.A. Roymans (domeinpanellid); De heer drs. G.J.H. Vermeulen (NQA-auditor); Mevrouw M. Snel (NQA-auditor). Dit panel voldoet aan de eisen zoals gesteld in het document Protocol ter beoordeling van de werkwijze van visiterende en beoordelende instanties van de toenmalige NAO (2005), nu NVAO. Het panel beschikt over domeinspecifieke deskundigheid, onderwijs- en auditdeskundigheid en deskundigheid over de internationale ontwikkelingen van de discipline (zie bijlage 2). Het rapport bestaat uit drie delen: Deel A: een hoofdrapport, het Onderwerprapport, waarin de oordelen van het panel over de basiskwaliteit van de opleiding op onderwerpniveau worden uitgesproken met daarbij de overwegingen waarop die oordelen zijn gebaseerd. Het gaat hier om oordelen in de gradatie positief/negatief. Tevens wordt hier het eindoordeel geformuleerd. Deel B: een Facetrapport waarin op facetniveau door het panel oordelen en argumenten ter onderbouwing van dat oordeel worden gegeven. De oordelen gaan uit van de tweepuntsschaal (onvoldoende en voldoende) zoals die door de NVAO is voorgeschreven. Dit facetrapport vormt de basis van het Onderwerprapport. Deel C: hierin zijn alle relevante bijlagen opgenomen. 1.2 Inleiding De Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) is opgericht in De LOI Hogeschool is in 1996 opgericht na erkenning door het Ministerie van OCenW als aangewezen particuliere instelling voor verzorging van hbo-opleidingen. De LOI Hogeschool heeft zich ontwikkeld tot een omvang van ruim studenten. De LOI biedt individueel onderwijs waarbij studenten tijd-, plaats- en tempo-onafhankelijk kunnen studeren. De LOI Hogeschool sluit hiermee aan op de maatschappelijke trend van individualisering en behoefte aan maatwerk bij studenten. Vrijwel alle studenten hebben een betaalde werkkring en volgen de studie naast de werkkring. NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 7

8 De LOI Hogeschool maakt gebruik van afstandsleren door middel van I-studie: Individueel, Interactief, Intelligent en Innovatief onderwijs. Studenten studeren zelfstandig op door henzelf bepaalde tijdstippen en plaatsen. De LOI biedt faciliteiten voor contact met docenten en medestudenten via de digitale leeromgeving voor bijvoorbeeld het insturen van opdrachten, het oefenen van tentamens, contact met medestudenten of docenten, het opzetten van werkruimten en discussieplatforms en voor het volgen van de eigen studievoortgang. De opleiding HBO Bouwkunde van de LOI Hogeschool is ondergebracht in de businessunit Techniek. De businessunitmanager is verantwoordelijk voor de contacten met het werkveld en het initiëren van opleidingsprojecten. Projectleiders geven vervolgens vorm aan de opleidingsprojecten. Zij worden ondersteund vanuit diverse afdelingen, waaronder het Examenbureau, Logistieke afdelingen, Inkoop, Prepublishing Services, Project Planning Services en een Marketingafdeling en het Customer Contact Center. De opleiding HBO Bouwkunde wordt aangeboden als een vierjarige opleiding, wanneer de studenten in een relevante werkomgeving werkzaam zijn, kan de opleiding in drieëneenhalf jaar worden doorlopen. De relevante werkplek kan dan worden ingebracht als stageplek. Voor de ontwikkeling van de opleiding wordt uitgegaan van het landelijke beroeps- en opleidingsprofiel hbo-ingenieur bouwkunde uit De opleiding HBO Bouwkunde van de LOI Hogeschool profileert zich, gebaseerd op markt- en concurrentieanalyses, op het gebied van bouwtechniek en bouwconstructie. Daarmee biedt de opleiding een in Nederland uniek Bouwkundeprogramma. Voor de opleiding zijn verschillende experts aangetrokken om de opleiding te ontwikkelen en uit te voeren. 1.3 Werkwijze De beoordeling van de opleiding(en) door het panel heeft plaatsgevonden conform de werkwijze zoals die is neergelegd in het beoordelingsprotocol van NQA. Deze werkwijze wordt hieronder beschreven. De visitatie vond plaats op basis van het domeinspecifieke referentiekader dat voor de opleiding(en) geldt (zie facet 1.1). NQA onderscheidt drie fasen in het visiteren: de voorbereidingsfase, het eigenlijke bezoek door het panel en de rapportagefase. Hieronder volgt een korte toelichting per fase. De voorbereidingsfase Voorafgaand aan de visitatie van de opleiding is door twee auditoren van NQA een generieke agenderende audit uitgevoerd op instellingsniveau (4 oktober 2005). Hierbij zijn de generieke, opleidingsoverstijgende aspecten geaudit. De resultaten zijn voorgelegd aan de LOI en ter beschikking gesteld aan het visitatiepanel, dat de resultaten heeft betrokken bij de beoordeling van de opleiding. Ter voorbereiding van de visitaties heeft de NQA-auditor het informatiedossier gecheckt op kwaliteit en compleetheid en daarmee op bruikbaarheid voor de visitatie. Nadat het dossier in orde was bevonden, heeft het visitatiepanel zich voorbereid op het bezoek. 8 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

9 In diezelfde periode november 2005 bereiden de panelleden zich inhoudelijk voor op het bezoek november Zij bestudeerden het zelfevaluatierapport (en bijlagen), formuleerden in een beoordelingsformat hun voorlopige oordelen op basis van argumenten en zij formuleerden vraagpunten. Zij gaven hun bevindingen door aan de NQA-auditor. Op basis van een overzicht van voorlopige oordelen inventariseerde de NQA-auditor tenslotte kernpunten en prioriteiten voor materialenonderzoek en gesprekken. Tijdens een voorbereidende vergadering is het bezoek door het panel concreet voorbereid. De opleiding heeft in haar zelfevaluatierapport kenbaar gemaakt voor welk domeinspecifiek referentiekader zij kiest. De NQA-auditor heeft met de domeindeskundige(n) in het panel bekeken of sprake is van adequate domeinspecifieke doelstellingen, of dat nadere aanvulling dan wel nadere specificatie nodig is. In het facetrapport is aangegeven op welke landelijke beroeps- en opleidingsprofielen het domeinspecifieke kader (en het opleidingsprogramma) is gebaseerd. Het bezoek door het panel NQA heeft een bezoekprogramma ontwikkeld voor de (dag-)indeling van het bezoek door het panel dat is aangepast aan de specifieke situatie van de opleiding (bijlage 3). Er vonden gesprekken plaats met het opleidingsmanagement en met vertegenwoordigers van het werkveld. Zij zijn tevens auteurs van het programma. Aan het begin en tijdens het bezoek is ter inzage gevraagd materiaal bestudeerd. Tussen de gesprekken door heeft het panel zogenaamde schakelmomenten ingelast om de bevindingen uit te wisselen en te komen tot gezamenlijke en meer definitieve (tussen-)oordelen. De bevindingen zijn door de panelleden schriftelijk beargumenteerd. Aan het einde van het bezoek heeft de voorzitter een mondelinge terugkoppeling gegeven van enkele indrukken en ervaringen van het panel, zonder expliciete oordelen uit te spreken. De fase van rapporteren Door NQA is, op basis van de bevindingen van het panel, een tweeledige rapportage opgesteld, bestaande uit een facetrapport en een onderwerprapport, waarin de kwaliteit van de opleiding is beoordeeld. Met dit rapport wordt door de opleiding(en) accreditatie aangevraagd bij de NVAO. In het facetrapport wordt door NQA gerapporteerd op facetniveau. Voorafgaand aan het facetrapport heeft de opleiding in december 2005 een tussenrapportage met de bevindingen van het visitatiepanel ontvangen. Op basis daarvan heeft de opleiding aanvullend materiaal toegezonden. De opleiding heeft in februari 2006 een concept facetrapport voor een check op feitelijke onjuistheden ontvangen. Naar aanleiding daarvan zijn enkele wijzigingen aangebracht. In het onderwerprapport wordt door NQA een oordeel op de onderwerpen en op de opleiding als geheel gegeven. Dit rapport is in maart 2006 voor een check op feitelijke onjuistheden aan de opleiding voorgelegd. Het definitieve rapport is door het panel vastgesteld in maart Het visitatierapport is uiteindelijk in maart 2006 ter beschikking gesteld aan de opleiding, die het samen met de accreditatieaanvraag kan indienen bij de NVAO. NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 9

10 1.4 Oordeelsvorming In dit hoofdstuk wordt per onderwerp een oordeel uitgesproken op basis van weging van de facetten die van dat onderwerp deel uitmaken. Bij deze weging spelen de beslisregels zoals die door de NQA in het beoordelingsprotocal zijn geformuleerd en nader uitgewerkt in de notitie Handreiking voor oordeelsvorming een belangrijke rol. Tevens is bij de beoordeling rekening gehouden met accenten die de opleiding eventueel legt, het domeinspecifieke kader en een vergelijking met andere relevante opleidingen op een aantal aspecten. In de oordelen per onderwerp wordt steeds een herhaling gegeven van de oordelen op de facetten gevolgd door een weging die leidt tot het eindoordeel. De (uitgebreide) argumentatie is te vinden in het facetrapport. 1.5 Oordelen per onderwerp Doelstellingen opleiding Aan de drie facetten behorend bij het onderwerp Doelstellingen opleiding is het oordeel voldoende toegekend. De oordelen op het onderwerp zijn voor de opleiding Bouwkunde derhalve positief Programma Aan de zes facetten behorend bij het onderwerp Programma is het oordeel voldoende toegekend. De oordelen op het onderwerp zijn voor de opleiding Bouwkunde derhalve positief Inzet van personeel Aan de drie facetten behorend bij het onderwerp Inzet van personeel is het oordeel voldoende toegekend. De oordelen op het onderwerp zijn voor de opleiding Bouwkunde derhalve positief Voorzieningen Aan de twee facetten behorend bij het onderwerp Voorzieningen is het oordeel voldoende toegekend. De oordelen op het onderwerp zijn voor de opleiding Bouwkunde derhalve positief Interne kwaliteitszorg Aan de twee facetten behorend bij het onderwerp Interne kwaliteitszorg is het oordeel voldoende toegekend. De oordelen op het onderwerp zijn voor de opleiding derhalve positief Condities voor continuïteit Aan de drie facetten behorend bij het onderwerp Condities voor continuïteit is het oordeel voldoende toegekend. De oordelen op het onderwerp zijn voor de opleiding derhalve positief. 10 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

11 1.6 Schematisch overzicht oordelen Totaaloverzicht van oordelen op facet- en onderwerpniveau Onderwerp/Facet Opleiding HBO Bouwkunde Onderwerp 1 Doelstelling van de opleiding 1.1 Domeinspecifieke eisen Voldoende 1.2 Niveau bachelor Voldoende 1.3 Oriëntatie hbo bachelor Voldoende Totaaloordeel Positief Onderwerp 2 Programma 2.1 Eisen hbo Voldoende 2.2 Relatie doelstellingen en inhoud Voldoende programma 2.3 Samenhang in opleidingsprogramma Voldoende 2.4 Studielast Voldoende 2.5 Instroom Voldoende 2.6 Duur Voldoende Totaaloordeel Positief Onderwerp 3 Inzet van Personeel 3.1 Eisen hbo Voldoende 3.2 Kwantiteit personeel Voldoende 3.3 Kwaliteit personeel Voldoende Totaaloordeel Positief Onderwerp 4 Voorzieningen 4.1 Materiële voorzieningen Voldoende 4.2 Studiebegeleiding Voldoende Totaaloordeel Positief Onderwerp 5 Interne kwaliteitzorg 5.1 Systematische aanpak Voldoende 5.2 Betrekken van medewerkers, studenten, Voldoende alumni en het beroepenveld Totaaloordeel Positief Onderwerp 6 Condities voor continuïteit 6.1 Afstudeergarantie Voldoende 6.2 Investeringen Voldoende 6.3 Financiële voorzieningen Voldoende Totaaloordeel Positief 1.7 Totaaloordeel Op grond van voorgaand schema en de inhoudelijke onderbouwing daarvan in paragraaf 1.5 waaruit blijkt dat de opleiding HBO Bouwkunde op zes onderwerpen positief scoort, is de conclusie dat het totaaloordeel over de opleiding positief is. NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 11

12 12 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

13 Deel B: Facetten NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 13

14 14 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

15 Onderwerp 1 Doelstelling van de opleiding Facet 1.1 Domeinspecifieke eisen Voldoende Criteria - De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De opleiding HBO Bouwkunde baseert de eindkwalificaties op de eindtermen uit het landelijke vastgestelde Beroeps- en opleidingsprofiel hbo-ingenieur bouwkunde, Deze eindtermen weerspiegelen de breedte van de functies en taken van het beroepenveld bouwkunde (65 procent) en daarnaast biedt het profiel 35 procent vrije ruimte dat naar keuze van de opleiding kan worden ingevuld. Voor de ontwikkeling van de opleiding HBO Bouwkunde, het uitschrijven van het curriculum, heeft de opleiding gebruik gemaakt van de expertise vanuit Ingenieursbureau Boorsma B.V. Samen met dit bureau heeft de opleiding een concurrentie- en marktanalyse uitgevoerd, waaruit de behoefte van het werkveld naar bouwconstructeurs en bouwtechnici blijkt. Het panel onderschrijft deze vraag vanuit het werkveld. Vanuit deze externe legitimering heeft de opleiding gekozen voor een profilering op het gebied van bouwconstructie en bouwtechniek binnen de eindtermen van Beroeps- en opleidingsprofiel hbo-ingenieur bouwkunde, november Deze profilering blijkt tevens uit bestudering van het curriculum dat voor ongeveer 60 procent uit onderdelen bestaat die zijn te relateren aan de vakgebieden bouwconstructie en bouwtechniek. Het panel onderschrijft de mate waarin deze profilering in het curriculum aan bod komt. Het panel heeft CV s (bijlage CV s, januari 2006) van de betreffende personen vanuit Ingenieursbureau Boorsma B.V. bestudeerd en stelt vast dat deze personen garant staan voor de kwaliteit en actualiteit van de verdiepende inslag waarvoor de opleiding HBO Bouwkunde heeft gekozen. De opleiding hanteert de landelijk vastgestelde competentie beschrijvingen (HBO-raad, 2003) voor verschillende opdrachtbeschrijvingen, waaronder de praktijkopdrachten. De opleiding HBO Bouwkunde heeft als onderdeel van de marktanalyse haar curriculum vergeleken met de curricula van één Belgische en twee Duitse opleidingen. Daaruit blijkt dat de Nederlandse opleiding wat betreft de bouwtechnische en constructieve vakken vergelijkbaar is met de twee Duitse opleidingen en dat de brede basis vanuit het Nederlandse beroepsprofiel vergelijkbaar is met het curriculum van de Belgische opleiding. Door het modulair vormgegeven onderwijs is het curriculum internationaal beter vergelijkbaar dan nationaal. De LOI Hogeschool heeft een Programma-adviesraad (PAR) die voor het hoger onderwijs onder meer (strategische) verkenningen doet, aanbevelingen doet voor het ontwikkelen van nieuwe opleidingen hoger onderwijs en die adviseert over de kwaliteit van de uitvoering van de opleidingen en over het profiel van de docenten. De PAR NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 15

16 bestaat uit een voorzitter en negen domeinadviseurs en onderhoudt contact met de aan de (sub)domeinen gelieerde beroepenveldcommissies waarvan zij advies krijgt over onder meer het vereiste niveau van de opleidingen. De opleiding HBO Bouwkunde valt onder het subdomein Built Environment, onderdeel van het domein Techniek. Het domein Techniek is vertegenwoordigd in de PAR. Vooralsnog is er geen beroepenveldcommissie (BVC) actief voor de opleiding HBO Bouwkunde. De opleiding haalt haar externe expertise vanuit Ingenieursbureau Boorsma B.V. binnen tot de BVC voor de opleiding HBO Bouwkunde is geïnstalleerd. De opleiding is voornemens deze in het voorjaar van 2006 te installeren, voor de start van de opleiding HBO Bouwkunde. Facet 1.2 Niveau bachelor Voldoende Criteria - De beoogde eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een bachelor. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De eindtermen, leerstof, leerdoelen en examens worden ontwikkeld aan de hand van de Dublin-descriptoren en de generieke kernkwalificaties voor het hbo-bachelorniveau van de Commissie Franssen. De LOI Hogeschool hanteert instructiedocumenten voor auteurs en beoordelaars. In de instructiedocumenten worden de beide niveauaanduidingen toegelicht. Daarin is tevens een stramien opgenomen voor het leerplan van een module, waarin zowel de inhoud als het hbo-bachelorniveau is verwerkt. De opleiding heeft in een matrix de relatie tussen de gehanteerde eindtermen en de Dublin-descriptoren weergegeven. Daaruit blijkt dat de eindtermen in voldoende mate het hbo-niveau weerspiegelen. De opleiding heeft de algemene eindkwalificaties uit het beroepsprofiel (1999) vergeleken met de generieke hbo-kwalificaties van de commissie Franssen en de Dublindescriptoren en constateert dat deze voldoende het hbo-bachelorniveau weerspiegelen. De opleiding heeft een onafhankelijk extern deskundige tevens naar het niveau van de gehanteerde eindkwalificaties laten kijken. Uit de rapportage Beoordeling van het curriculum van de opleiding bachelor HBO Bouwkunde van deze deskundige, constateert het panel dat de algemene eindkwalificaties en het gekozen profiel (1999) het niveau voldoende overtuigend weerspiegelen. De onafhankelijkheid en deskundigheid van de extern deskundige is middels een CV aangetoond. De opleiding HBO Bouwkunde heeft haar eindkwalificaties vergeleken met die van de instroomeisen voor de HTI-opleiding Beton- en staaltechniek te Amsterdam en met de cursussen Staalconstructeur en Betonconstructeur vanuit de Betonvereniging en Bouwen met Staal. Hieruit blijkt dat de eindtermen van de opleiding HBO Bouwkunde aansluiten op de instroomeisen van de HTI-opleiding en de cursussen vanuit de Betonvereniging en Bouwen met Staal. Hierdoor kunnen afgestudeerden van HBO Bouwkunde, mits voldaan wordt aan de gestelde werkervaringseisen, instromen in een verkort programma. Er wordt alleen opgeleid voor externe examens als deze door de LOI Hogeschool zijn beoordeeld op het hbo-niveau. 16 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

17 Facet 1.3 Oriëntatie hbo bachelor Voldoende Criteria De beoogde eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de volgende beschrijvingen van een bachelor: - mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties - een hbo-bachelor heeft de kwalificaties voor het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen waarvoor een hbo-opleiding vereist is of dienstig is. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De eindtermen zijn gebaseerd op het landelijk vastgestelde opleidingsprofiel (Beroepsen opleidingsprofiel hbo-ingenieur bouwkunde, 1999) waarbij voor een profilering bouwconstructie en bouwtechniek is gekozen (vergelijk facet 1.1). Het beroepsprofiel (1999) en de profilering voor bouwconstructie en bouwtechniek zijn goed gekozen en komen overeen met hbo-bachelorniveau. De beschreven beroepsrollen (opleidingsprofiel 1999) zijn: bouwtechnisch tekenaar, constructief tekenaar/rekenaar, constructeur, calculator, adviseur, ambtenaar Bouw- en Woningtoezicht, beheerder, werkvoorbereider, uitvoerder. De gekozen beroepen voor een afgestudeerde hboingenieur zijn conform de volledige breedte van het beroepsprofiel. Gezien de gekozen profilering en de uitwerking daarvan in het programma zijn bepaalde beroepsrollen minder uitgewerkt in het programma. De opleiding heeft aan het panel verklaard dat duidelijk te zullen articuleren naar de student toe. De opleiding heeft haar eindkwalificaties en haar programmaonderdelen vergeleken met de landelijk vastgestelde competenties voor de hbo-opleiding Bouwkunde (HBO-raad, 2003). Voor de inrichting van het onderwijs en de ontwikkeling van de leerstof, hanteert de opleiding de eindtermen vanuit het opleidingsprofiel (1999) samen met de gekozen profilering bouwconstructie en bouwtechniek. Voor de vormgeving van het onderwijs zijn deze formuleringen voor deze opleiding meer toereikend. Voor de formuleringen van de praktijkopdrachten hanteert de opleiding wel de competentiebeschrijvingen uit NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 17

18 Onderwerp 2 Programma Facet 2.1 Eisen hbo Voldoende Criteria - Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek. - Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline. - Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Kennisontwikkeling vindt plaats via het studiemateriaal van de LOI Hogeschool, via I- studie en via vakliteratuur. Het LOI-studiemateriaal bevat de leerstof en de toelichtingen en is een combinatie van studieboek en uitleg van de docent. Daarbij wordt onder meer gebruik gemaakt van de Jellema-serie en de NEN-normen. De kwaliteit van het lesmateriaal wordt geborgd door één of meer onafhankelijke beoordelaars met kennis van en praktijkervaring in het relevante werkveld. Voor deze kwaliteitscontrole worden vastgestelde procedures en documenten gehanteerd. De systematiek waartoe deze behoren, is ISO-9001 gecertificeerd, vergelijk facet 5.1. De presentatie wordt op essentiële momenten, waaronder de voorbereiding op examens, ondersteund door de digitale leeromgeving. Studenten krijgen de garantie dat zij tijdens hun studie altijd de beschikking hebben over het meest actuele lesmateriaal. Verandert er tijdens de studie iets in de lesstof, dan ontvangt de student de gewijzigde/geactualiseerde versie, ook al heeft hij de lesstof al ontvangen. Door middel van een toevoeging aan het lesmateriaal wordt intern bijgehouden wanneer de lesstof voor het laatst is herzien. Relevante actuele ontwikkelingen worden in de modulen ingevoegd door het ter beschikking stellen van kopieën uit vaktijdschriften bij de lesstof en/of in de digitale leeromgeving. De LOI Hogeschool hanteert verschillende methoden om de band met actuele ontwikkelingen in het vak en in de beroepspraktijk te borgen. Docenten komen uit het werkveld en zij geven voortdurend feedback op de inhoud van het programma. Bij de ontwikkeling van modulen en examens worden deskundigen uit het werkveld betrokken en voor alle opleidingen zijn marktverkenners en vakdeskundigen aangesteld, die bijdragen aan het actueel houden van het programma. Het panel stelt vast dat de kwaliteitseisen met betrekking tot de ontwikkeling en borging voor het bestudeerde lesmateriaal (propedeuse) van de opleiding HBO Bouwkunde van toepassing is. Studenten voeren literatuur onderzoek uit. In de afstudeerfase wordt van studenten verwacht dat zij een ontwerpopdracht in de praktijk uitvoeren binnen de profilering bouwtechniek en bouwconstructie. Aanraking met actuele beroepspraktijk gebeurt doordat de student, voor de uitvoering van verschillende (praktijk)opdrachten, geacht wordt in het betreffende werkveld 18 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

19 werkzaam te zijn. Voor de uitvoering van verschillende verplichte opdrachten is een relevante werkplek een vereiste. Aan de werkplek wordt als eis gesteld dat de student de portfolio-opdrachten en (stage-/)afstudeeropdracht moet kunnen uitvoeren op hbo-niveau en dat theorie en praktijk moeten kunnen worden geïntegreerd. Aanvullende eisen waaraan de werkplek voor de opleiding Bouwkunde moet voldoen zijn niet geformuleerd, vanwege de diversiteit van de werkplekken. Daarom geeft de opleiding aan de relevantie van een werkplek op individueel niveau te toetsen. Verder kan een relevante werkplek als stageplek worden ingebracht, stageopdrachten worden dan binnen de relevante werkplek uitgevoerd. In het programma is de ontwikkeling van algemene en beroepsspecifieke vaardigheden opgenomen. De leerlijn wordt vormgegeven van algemene computervaardigheden en bouwkundige en constructieve basiskennis in de propedeuse naar de meer specialistische vakken en de integratie van vakken in de hoofdfase. Zowel de algemene als de beroepsspecifieke vaardigheden worden middels verschillende opdrachten, drie praktijkdagen en het portfolio ontwikkeld. Feedback speelt daarbij een belangrijke rol. Uit bestudering van de modulen uit het curriculum constateert het panel dat de algemene vaardigheden en de beroepspecifieke vaardigheden, die kenmerkend zijn voor de gekozen profilering bouwconstructie en bouwtechniek, voldoende ontwikkeld worden waarbij de beroepspraktijk een belangrijke rol speelt. Kijkend naar alle beroepen die het beroepsprofiel (1999) weergeeft, komen enkele daarbij behorende vaardigheden in mindere mate aan bod (vergelijk facet 2.2). Dit is in overeenstemming met de gekozen profilering. Facet 2.2 Relatie doelstellingen en inhoud programma Voldoende Criteria - Het beoogde programma, het didactisch concept, de werkvormen en de wijze van toetsing weerspiegelen de te bereiken eindkwalificaties van de opleiding. - De te bereiken eindkwalificaties zijn aantoonbaar vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het beoogde programma. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De ontwikkeling van de nieuwe opleiding HBO Bouwkunde is de taak van de projectleider, die werkt onder verantwoordelijkheid van de businessunitmanager. De projectleider laat, op basis van het beroeps- en opleidingsprofiel, het leerplan voor de opleiding en de leerplannen voor de afzonderlijke modulen opstellen. Per module worden eindtermen geformuleerd, afgeleid van de eindkwalificaties. Voor de ontwikkeling van een module is in de auteursinstructie een stramien opgenomen voor het leerplan daarvan. De keuze voor de profilering bouwconstructie en bouwtechniek is gebaseerd op externe waarnemingen vanuit Ingenieursbureau Boorsma B.V. Het panel onderschrijft de keuze voor deze profilering. De opleiding benut de vrije ruimte die het profiel biedt volledig voor bouwconstructie en bouwtechniek dat tezamen met de gemeenschappelijke constructieen bouwtechnische eindtermen maakt dat ongeveer 60 procent van het curriculum geënt NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 19

20 is op bouwconstructie en bouwtechniek. Het panel vindt dit, op basis van de externe waarnemingen, een goede weergave. Deze waarnemingen geven de behoefte aan gespecialiseerde bouwtechnici en constructeurs weer en de verwachting dat deze nog toeneemt. Daarnaast is de profilering en de weergave daarvan in het curriculum van de opleiding HBO Bouwkunde van de LOI Hogeschool uniek in Nederland. Een onafhankelijke deskundige heeft de aansluiting tussen de leerdoelen van het curriculum en de eisen vanuit het beroepsprofiel (1999) getoetst en constateert in zijn rapportage dat de leerdoelen de breedte van het profiel voldoende weerspiegelt. Het panel stelt vast dat de eindkwalificaties uit het beroepsprofiel (1999) in het curriculum aan bod komen en dat de verdieping in sterke mate is toegespitst op bouwconstructie en bouwtechniek. De leerdoelen, de leerstof en de examens worden ontwikkeld aan de hand van de Dublin-descriptoren en de generieke kernkwalificaties voor het hbo-bachelorniveau van de Commissie Franssen. De LOI Hogeschool hanteert instructiedocumenten voor auteurs en beoordelaars, waarin de beide niveauaanduidingen worden toegelicht. Daarin is tevens een stramien opgenomen voor het leerplan van een module, waarin zowel de inhoud als het hbo-bachelorniveau zijn verwerkt (vergelijk 1.2). Deze instructiedocumenten worden gehanteerd voor de opleiding HBO Bouwkunde. De LOI Hogeschool stelt zich ten doel individueel (hoger) onderwijs te verzorgen dat onafhankelijk van tijd, plaats en tempo plaatsvindt: afstandsonderwijs op maat. Voor de opleiding HBO Bouwkunde is er sprake van interactief studeren met behulp van de digitale leeromgeving, LOI Campus en I-studie, waarvan de I-coach onderdeel is. Gedurende de gehele studie bieden docenten persoonlijke begeleiding en is er de mogelijkheid van contact met studiegenoten. De digitale leeromgeving LOI Campus zal worden gebruikt voor het insturen van opdrachten, het contact met medestudenten, docenten en de LOI, voor discussieforums, voor de mediatheek en voor inzicht in de studievoortgang. Het onderwijs binnen de LOI Hogeschool is sterk gericht op innovatie, onder andere door toepassing van informatietechnologische ontwikkelingen die individueel studeren mogelijk maken. Binnen het concept van afstandsleren is sprake van een grote variëteit aan leeractiviteiten, leeromgevingen en keuzemogelijkheden voor de student. De lesstof is leerstof en docent tegelijk. Voor de opleiding HBO Bouwkunde wordt de leerstof aangeboden via de opeenvolgende en/of de concentrische methode (de leerstof komt telkens opnieuw aan de orde, steeds uitgebreider en moeilijker). Voor onderdelen van de leerstof die niet op afstand kunnen worden getoetst (de algemene vaardigheden) zijn drie verplichte praktijktrainingsdagen in het programma ingebed. De leerstof bestaat voornamelijk uit schriftelijk materiaal dat speciaal is ontwikkeld voor afstandsonderwijs. De didactische rol van de docent is voor een groot deel verwerkt in de leerstof en in de vormgeving van het studiemateriaal. In de leerstof zijn parate kennisvragen en oefenopgaven opgenomen. Daarnaast kan de student opgaven insturen die door docenten worden gecorrigeerd en becommentarieerd. Het panel heeft het programma bestudeerd en constateert dat de invulling van de opleiding goed past bij de werkvormen die zij hanteert en bij het didactische concept van afstandsonderwijs. 20 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

21 Het panel heeft de modulemappen van de propedeuse bestudeerd en constateert dat deze volgens een vast stramien zijn vormgegeven. Deze beschrijvingen zijn goed uitgewerkt, waarbij een duidelijke structuur en opzet zichtbaar is. Alle modulen/vakken worden afzonderlijk getoetst door in het lesmateriaal opgenomen oefen- en inzendopgaven en door een afsluitend examen. Voor elke module worden twee examenmomenten per jaar geboden. Voor de toetsing van algemene vaardigheden worden stage-, portfolio- en samenwerkingsopdrachten gehanteerd. Voor de borging van de kwaliteit van de toetsing heeft de LOI Hogeschool eveneens procedures opgesteld, zowel voor het opstellen als het beoordelen van toetsen. Zo wordt voor het corrigeren van open vragen gewerkt met een standaarduitwerking. Waar dit niet mogelijk is, is er een correctierichtlijn. Het panel constateert dat deze procedure van toepassing is voor de opleiding HBO Bouwkunde. Uit de bestudeerde modulebeschrijvingen van de opleiding HBO Bouwkunde blijkt dat, naast leerdoelen, toetscriteria en -vormen zijn opgenomen. Het werken met portfolio is verplicht, evenals een deel van de inzendopgaven en de specifieke praktijkopdrchten. Het inzenden van kennisvragen en oefenopgaven is niet verplicht. In de Onderwijs- en Examen regeling (OER) van de opleiding HBO Bouwkunde wordt duidelijke informatie gegeven over de examens en examenprocedure. Na bestudering van het toetsmateriaal (opgenomen in de modulemappen) constateert het panel dat de inhoud en het niveau van de toetsen goed is. Vaardigheden worden op verschillende manieren getoetst, afhankelijk van de betreffende soort vaardigheid. De bouwtechnische en constructieve vaardigheden worden vooral schriftelijk getoetst, zoals reken- en tekenvaardigheden. Algemene vaardigheden worden getoetst middels het portfolio en de praktijkdagen. Het panel oordeelt dat deze in relatie met de gekozen profilering bouwconstructie en bouwtechniek voldoende adequaat getoetst worden. Het zelfde is van toepassing op enkele andere vaardigheden die buiten de profilering vallen, zoals die van leidinggevende en architect. Het panel constateert dat de opleiding de eindtermen uit het beroepsprofiel (1999) in het curriculum uitvoert, maar dat bepaalde vaardigheden minder aan bod komen. Deze vaardigheden vallen niet onder de profilering bouwconstructie en bouwtechniek. Het panel vindt het programma consistent met het gekozen profiel bouwconstructie en bouwtechniek. Daarop aansluitend articuleert de opleiding bepaalde beroepsrollen uit het beroepsprofiel (1999) (calculator, beheerder, werkvoorbereider en uitvoerder), die door de gekozen profilering niet zichtbaar zijn uitgewerkt in het programma, anders naar student. De opleiding geeft namelijk aan dat de afgestudeerde van de LOI opleiding HBO Bouwkunde als beginnend beroepsbeoefenaar in het bijzonder werkzaam is in functies binnen de functiecategorie Ontwerpen waarop het profiel van de opleiding zich richt. Functies die binnen deze functiecategorie vallen zijn bijvoorbeeld die van bouwkundige, constructeur of bouwkundig- of constructief tekenaar. NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 21

22 Facet 2.3 Samenhang in opleidingsprogramma Voldoende Criteria - Het beoogde programma is inhoudelijk samenhangend. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Zoals alle opleidingen van de LOI Hogeschool bestaat de opleiding HBO Bouwkunde uit een propedeuse en een hoofdfase, waaronder de stage- en afstudeerfasen. De propedeuse bevat basismodulen gericht op kennisverwerving. In de hoofdfase wordt deze uitgebreid en toegepast. De afstudeerfase is gericht op het aanbrengen van integrale samenhang tussen de verschillende modulen. Het onderwijsprogramma van de opleiding is uitgeschreven in de OER. Uit bestudering van het programma en het gevoerde gesprek, constateert het panel dat de modulen een breed scala aan onderwerpen beslaan. De modulen gaan gedurende de studie dieper op de inhoud in en vragen om meer integratie van de opgedane kennis. Deze integratie wordt gerealiseerd middels (praktijk)opdrachten die de relatie tussen de theorie en de praktijk omvatten. De student moet hiervoor een relevante werk-/stageplek hebben. Wanneer een student geen relevante werkplek heeft, kunnen bepaalde (praktijk)opdrachten in een later stadium, bijvoorbeeld tijdens de stage, worden uitgevoerd. Hiermee wordt pas dan de integratie tussen theorie en praktijk gerealiseerd. Een samenhang tussen de praktijk en de theorie wordt in het studiemateriaal door de aangeboden theorie en de daarbij behorende (praktijk)opdrachten gerealiseerd. Wanneer de student een relevante werkplek heeft, vervult deze uiteraard een verbindende functie tussen theorie en praktijk. Facet 2.4 Studielast Voldoende Criteria - Het beoogde programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Studenten kunnen de opleiding HBO Bouwkunde, met een omvang van 240 EC s (European credits), in drieëneenhalf jaar afronden. Dat is mogelijk door de efficiencyfactor en het concurrency-principe. Efficiencywinst wordt geboekt doordat de studenten alle weken van het jaar kunnen benutten voor de studie. Studenten met een relevante werkplek kunnen een half jaar studieverkorting realiseren om de studie in drieëneenhalf jaar af te ronden, het concurrency-principe. Met een relevante werkplek kan de student de theorie dagelijks in de praktijk brengen en zich de theorie, door zijn praktijkervaring, sneller eigen maken. 22 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

23 De opleiding biedt tempo-onafhankelijk onderwijs aan. De opleiding geeft een advies over de volgorde waarin vakken bestudeerd moeten worden, maar de student is vrij om zijn persoonlijke leerroute uit te stippelen. Als hij een vak eerder wil volgen kan hij de opleiding verzoeken om vervroegde toezending van het lesmateriaal of versnelde toezending van alle vakken. Eventuele studiebelemmeringen worden gesignaleerd vanuit gesprekken met studenten of via binnenkomende vragen via het Customer Contact Centre (call-centre). De binnengekomen signalen worden besproken waarop vervolgens verbetertrajecten worden ingezet (vergelijk facet 5.2). In het portfolio neemt de student zijn studieplanning op. Middels de interactieve I-coach kan de student invoeren wanneer hij welke stappen wil zetten. De I-coach stuurt de student bericht wanneer deze actie moet ondernemen of een actie heeft nagelaten. Tevens wordt de studievoortgang in de digitale leeromgeving weergegeven, waarbij het programma uitgaat van de door de student ingevoerde wenselijke planning. Het panel constateert dat het programma flexibel is en daardoor in grote mate aan te passen aan de wensen van de student. Facet 2.5 Instroom Voldoende Criteria - Het beoogde programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: vwo, havo, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Studenten kunnen zich op elk gewenst moment inschrijven voor de opleiding. Om te worden toegelaten tot de opleiding moeten studenten in het bezit zijn van een diploma havo, vwo of mbo-4. Als de student 21 jaar of ouder is en niet voldoet aan deze eisen kan hij een toelatingstoets doen. De beoordeling van de toelating ligt bij de Toetsingscommissie die bestaat uit (externe) deskundigen. Het panel constateert dat in de loop van het curriculum voor bepaalde programmaonderdelen een relevante werkplek vereist is. Door de opleiding is een relevante werkplek niet als eis geformuleerd bij de instroom. Indien de student geen relevante werkplek heeft, dient hij bepaalde programmaonderdelen in de stage uit te voeren naast de reguliere stageopdrachten. Dit impliceert een studievertraging. Het is mogelijk om op basis van diploma s of elders opgedane kennis en ervaring (via werkgeversverklaringen) bepaalde vrijstellingen aan te vragen. Deze aanvragen worden beoordeeld door de Toetsingscommissie. Ze maakt daarbij gebruik van een lijst met standaardvrijstellingen die ze elk half jaar checkt. Als een (voor)opleiding niet op de standaardlijst voorkomt, wordt het verzoek naar een vaste externe deskundige voor de opleiding HBO Bouwkunde gestuurd die advies uitbrengt aan de Toetsingscommissie. Voor het verlenen van vrijstellingen voor praktijkonderdelen op basis van elders verworven competenties is een verklaring van de werkgever nodig. NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 23

24 Vooralsnog is er geen vrijstellingenlijst voor de opleiding HBO Bouwkunde vastgesteld. Het panel constateert, op basis van het waargenomen systeem dat de opleiding hiervoor gaat hanteren en de gevoerde gesprekken, dat eventuele vrijstellingen voldoende onderbouwd dienen te worden door de student en geborgd worden door een extern deskundige. Het panel constateert, op basis van het bestudeerde programma, dat een aansluiting op de vooropleiding qua inhoud wordt gerealiseerd. In het propedeuseprogramma komt veel basale wiskunde, natuurkunde en mechanica aan bod. Facet 2.6 Duur Voldoende Criteria - De opleiding voldoet aan formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum: hbo-bachelor: 240 studiepunten. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De omvang van de opleiding is 240 European credits (EC s). Dit blijkt uit de totale omvang van de EC s in de modulebeschrijvingen. De omvang van de propedeuse is 60 EC s en van de omvang van de hoofdfase is 180 EC s. Onderwerp 3 Inzet van Personeel Facet 3.1 Eisen hbo Voldoende Criteria De opleiding sluit aan bij de volgende criteria voor de inzet van personeel: - het onderwijs zal voor een belangrijk deel worden verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De LOI heeft een overzicht van alle externe medewerkers (ERD: Externe Relatie Database) die bij het ontwikkelings- en begeleidingstraject van de opleidingen zijn betrokken. Deze medewerkers vervullen één of meerdere van de volgende functies: voor ontwikkelaar, begeleider/docent, examinator en gatekeeper (vergelijk 3.3). Hiervoor heeft de LOI functiebeschrijvingen opgesteld. De ontwikkelaars, begeleiders en examinatoren moeten onder meer werkzaam (of recent geweest) zijn in de beroepspraktijk en moeten een verbinding kunnen leggen tussen theorie en praktijk. Bij de selectie van externe medewerkers wordt expliciet gekeken naar de vooropleiding en de ervaring in de relevante beroepspraktijk. Het panel stelt vast dat de LOI Hogeschool voor haar opleiding een goed werving- en selectiesysteem hanteert dat de 24 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

25 kwaliteit van het personeel borgt. Deze systematiek is van toepassing op de opleiding HBO Bouwkunde. Na bestudering van de CV s van de externe medewerkers van de propedeuse van de opleiding HBO Bouwkunde, kan het panel bevestigen dat zij functioneren op tenminste hbo-bachelorniveau en beschikken over goede actuele kennis en ervaring uit de praktijk. Het panel is van mening dat de kwalificaties van de externe medewerkers/auteurs een goede dekking geven van de vereiste kwalificaties voor de vormgeving van praktijk- en beroepsgericht onderwijs. Verder is al het personeel dat betrokken is bij de ontwikkeling en de uitvoering van de opleiding in de praktijk werkzaam. Facet 3.2 Kwantiteit personeel Voldoende Criteria - Er wordt voldoende capaciteit vrijgemaakt om de opleiding te kunnen starten. - Er wordt voldoende capaciteit vrijgemaakt om de opleiding te kunnen continueren. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De aard van het onderwijs van de LOI (afstandsonderwijs) stelt bijzondere eisen aan de opbouw van het personeelsbestand. De LOI werkt met ongeveer 300 vaste en 1000 externe medewerkers. Om de voortgang van de processen waarbij externe medewerkers zijn betrokken te garanderen is er een aantal controlemomenten ingebouwd. Er zijn zorgvuldige procedures opgesteld voor de ontwikkeling van een nieuwe opleiding. Daarvoor wordt een projectplan opgesteld dat de basis vormt voor de bepaling van de benodigde capaciteit. Voor de werkzaamheden van de docenten (reactie op huiswerk en/of vragen) zijn normtijden opgesteld. Dat geldt eveneens voor het nakijken van examenwerk door het examenbureau. De Afdeling Organisatie Opleidingen houdt dit bij en maant zonodig de betrokkenen. Als blijkt dat studenten te lang moeten wachten wordt de capaciteit uitgebreid. Opmerkingen over de sterke en zwakke kanten van medewerkers worden opgenomen in de ERD. Voor iedere module worden altijd minimaal twee docenten ingezet in verband met ziekte of vakantie. Zo wordt studeren 52 weken per jaar altijd mogelijk gemaakt. Als de module voor meerdere opleidingen wordt aangeboden, worden zonodig meerdere docenten aangesteld. In de verkoopbegroting worden gegevens opgenomen ten aanzien van het aantal docenten en correctoren en de verwachte tijdsinvestering en het honorarium. De investeringsbegroting bevat een gedetailleerd kostenoverzicht, onder meer de kosten van auteurs en docenten. NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 25

26 Facet 3.3 Kwaliteit personeel Voldoende Criteria - Inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De LOI heeft voor de functies van alle externe medewerkers adequate beschrijvingen opgesteld: voor ontwikkelaars (auteur, toetsconstructeur, beoordelaar, toetsvaststeller, redacteur); begeleiders (docent afstandsonderwijs, docent contactonderwijs, docent afstudeeropdracht, stagedocent, coach portfolio); examinatoren (zoals examencorrector en examinator); en gatekeepers (zoals marktverkenner, vakdeskundige, programmaleider en externe projectuitvoerder). In de functiebeschrijvingen worden de taken, de verantwoordelijkheid en de criteria beschreven. De ontwikkelaars, begeleiders en examinatoren moeten tenminste een hbo-titel hebben, werkzaam (geweest) zijn in de beroepspraktijk, over relevante vakdeskundigheid beschikken en didactische (schrijf)ervaring hebben. De LOI heeft een uitgewerkte procedure voor werving en selectie van medewerkers. Aangezien het afstandsonderwijs hoge eisen stelt aan de docenten en auteurs worden er nauw omschreven selectiecriteria gehanteerd. Van de docenten wordt een andere rol verwacht dan bij contactonderwijs en van de auteurs wordt verwacht dat deze een deel van de rol van de docent in de leerstof verwerken. Docenten en auteurs worden geselecteerd op basis van vastgestelde criteria. Voor vaste medewerkers hanteert de LOI een beoordelingssystematiek met regelmatige functionerings- en beoordelingsgesprekken. Daarvoor is een uitvoerige procedure opgesteld. Medewerkers volgen verschillende trainingen, bijvoorbeeld een driejarige management development programma voor leidinggevenden en een tweejarig trainingsprogramma voor projectleiders. De kwaliteit van externe medewerkers wordt bewaakt door middel van de ERD, dat een overzicht bevat van alle personen die geschikt zijn voor één of meer onderwijsfuncties; door een intensieve selectieprocedure (zoals een controle van de CV s aan de hand van de functiecriteria, het schrijven van een proefhoofdstuk); door periodieke controles van de prestaties (zoals controles van uitwerkingen van docenten door een corrigerende docent); en door evaluaties onder studenten. Opmerkingen van studenten ten aanzien van docenten worden opgenomen in de ERD en worden besproken met de medewerker, die vervolgens de kans krijgt tot verbetering van zijn werk. Na enige tijd wordt het werk van de betreffende medewerker opnieuw gecontroleerd om te kijken of er ook daadwerkelijk verbeteringen zichtbaar zijn. Het panel heeft CV s van medewerkers uit de propedeutische fase bestudeerd en constateert dat voldoende inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische kwaliteiten aanwezig zijn. 26 NQA visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt)

27 Onderwerp 4 Voorzieningen Facet 4.1 Materiële voorzieningen Voldoende Criteria - De beoogde huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Het verzorgen van afstandsonderwijs stelt aan de materiële voorzieningen bijzondere eisen. De LOI Hogeschool draagt, in het geval van examens en/of mondelinge les- of praktijkdagen, zorg voor adequate accommodatie, materiaal en apparatuur. Hiertoe beschikt zij in het eigen gebouw over (examen)voorzieningen. In een aantal gevallen wordt de voorkeur gegeven aan een centrale plaats in Nederland, vanwege de geografische spreiding van de studenten. Het panel stelt vast dat de organisatorische aspecten en kosten worden meegenomen in de verkoopbegroting (2005). Voor het uitoefenen van de primaire taak, het verzorgen van afstandsonderwijs, wordt een geavanceerd logistiek apparaat ingezet waarbij voldoende capaciteit beschikbaar is om de studievoortgang te garanderen. Daarnaast stelt de LOI een digitale leeromgeving ter beschikking, voor de opleiding HBO Bouwkunde (vergelijk paragraaf 4.2). Voor het contact van studenten met de instelling beschikt de LOI over een specifiek voor deze activiteit gecertificeerd (ITO) Customer Contact Center. Deze garandeert naast een optimale bereikbaarheid voor studenten ook een goede verwerking van de informatie. Deze is namelijk ingebed in de kwaliteitszorgsystematiek. Doordat de LOI afstandsonderwijs geeft zijn de elementen huisvesting, bibliotheek en overige faciliteiten minder van belang. Inlogfaciliteiten die het panel heeft waargenomen zijn goed. De organisatorische aspecten en de kosten van de voor de opleiding vereiste voorzieningen worden meegenomen in de verkoopbegroting en de investeringsbegroting. Facet 4.2 Studiebegeleiding Voldoende Criteria - Er is voorzien in personele capaciteit voor studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten, die adequaat zijn met het oog op de studievoortgang. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Het begeleidingssysteem sluit aan bij de aard van het onderwijs (tijd-, tempo- en plaatsonafhankelijk) en bij het profiel van de LOI-student: volwassen, zelfstandig, meestal zeer gemotiveerd en vaak werkzaam binnen het vakgebied van de gevolgde studie. De didactische rol van de docent in het contactonderwijs is voor een belangrijk deel verwerkt in de leerstof zelf. Bij de begeleidingsaspecten wordt in de eerste plaats gestreefd naar NQA - visitatie LOI Hogeschool, opleiding HBO Bouwkunde, bachelor (dt) 27