de Sport en de Openluchtrecreatie JAARVERSLAG 2015 BLOSO

Transcriptie

1 A g e n t s c h a p v o o r d e B e v o r d e r i n g va n d e L i c h a m e l i j ke O n t w i k ke l i n g, de Sport en de Openluchtrecreatie JAARVERSLAG 2015 BLOSO

2 INHOUD JAARVERSLAG 2015 Lijst met afkortingen I. Inleiding 1 II. Beleidskader 3 III. Financiën en Begroting 6 IV. Personeel 14 V. Informatica 29 VI. Subsidiëring 34 VII. Topsport 99 VIII. Blosocentra 126 IX. Infrastructuur 149 X. Sportkaderopleiding 154 XI. Sportpromotie en Kenniscentrum Sport 234 XII. Sportdatabank Vlaanderen 288 XIII. Evenementen 293 XIV. Communicatie en Public Relations 300 XV. Klachtenrapport 306

3 Lijst met afkortingen ABCD AHOVOKS AKOV ANB AOP ASO BBC BKD BLOSO BOIC BPS BR BS BSO BVLO CJSM DAC DSKO EK ELO EOC ESR EVC EVK EYOF FFEU FOD GDPB GGS GIS GO! HRM ICES IKZ ISB JKP JSC KB KICS KMILO KU Leuven LAN L.O. MER Adeps, Bloso, COIB, Duitstalige Gemeenschap Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming Agentschap voor Natuur en Bos Arbeidsovereenkomst Occasioneel Personeel Algemeen Secundair onderwijs Beheers en Beleidscyclus Beroepskwalificatiedossiers Agentschap voor de Bevordering van de Lichamelijke Ontwikkeling, de Sport en de Openluchtrecreatie. Belgisch Olympisch en interfederaal comité Beleidsprioriteit Sport Bewegingsrecreatie Belgische staatsblad Beroeps Secundair onderwijs Bond voor Lichamelijke opvoeding Cultuur, Jeugd, Sport en Media Derde Arbeidscircuit Directeur Sportkaderopleiding Europees kampioenschap Elektronische leeromgeving Entiteiten Overleg Comité Europees Stelsel van Rekeningen Eerder verworven competenties Eerder verworven kwalificaties Europese Jeugd Olympische Dagen Financieringsfonds voor Schuldafbouw en Eénmalige Investeringsuitgaven Federale Overheidsdienst Gemeenschappelijke Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk Gediplomeerde in gespecialiseerde studies Geografisch informatiesysteem Gemeenschapsonderwijs Human Resource Management Internationaal Centrum voor Ethiek in de Sport Integrale Kwaliteitszorg Instituut voor Sportbeheer Jeugd en Kinderrechtenbeleidsplan Jeugdsportcoördinator Koninklijk Besluit Kennis en informatiecentrum sport Koninklijk Militair Instituut voor de Lichamelijke Opvoeding Katholieke Universiteit Leuven Local Area Network Lichamelijke opvoeding Milieu effectenrapport

4 MSKO NADO OVSG OVUNOLO P&O PBM PTOW PVTS RSZ RUP SGA SNS STC SVS TMVW TSO UGent VDAB VFV VGC VIA VIGeZ VLABUS VLHORA VMM VOI VOTAS VSF VSKO VTE VTO VTS VUB VVSG WADA WAN WB WK Manager Sportkaderopleiding Nationaal AntiDoping Organisatie Onderwijssecretariaat voor Steden en Gemeenten Overleg van de universiteiten met opleiding lichamelijke opvoeding Personeel en Organisatie Persoonlijke beschermingsmiddelen Plaats en Tijdsonafhankelijk Werken Publicatiefonds Vlaamse Trainersschool Rijksdienst voor Sociale Zekerheid Ruimtelijk uitvoeringsplan Sportgekwalificeerde ambtenaar Sport na school Sporttechnisch Coördinator Stichting Vlaamse Schoolsport Tussengemeentelijke Maatschappij der Vlaanderen voor Watervoorziening Technisch Secundair onderwijs Universiteit Gent Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding VoetbalFederatie Vlaanderen Vlaamse Gemeenschapscommissie Vlaamse intersectorale akkoorden Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie en Ziektepreventie Vlaams Bureau voor Sportbegeleiding Vlaamse Hogescholenraad Vlaamse Milieumaatschappij Vlaams Openbare Instelling Centrale gegevensbank Vlaamse Trainersschool Vlaamse Sportfederatie Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs Voltijdse equivalenten Vorming, training en Opleiding Vlaamse Trainersschool Vrije Universiteit Brussel Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten World Antidoping Agency Wide Area Network Wereldbeker Wereldkampioenschap

5 I. INLEIDING Het Commissariaatgeneraal Bloso werd als Vlaamse Openbare Instelling met rechtspersoonlijkheid (VOI) opgericht bij decreet van 12/12/1990 (BS van 21/12/1990) betreffende het bestuurlijk beleid (hoofdstuk VI). Het Bloso werd als pararegionale B operationeel op 1/4/1991. Op 1/4/2006 trad het decreet van 7/5/2004 (BS van 7/6/2004) in werking dat het Bloso, in het kader van BBB, omvormt van de Vlaamse Openbare Instelling (VOI) Commissariaatgeneraal voor de Bevordering van de Lichamelijke Ontwikkeling, de Sport en de Openluchtrecreatie, tot het Intern Verzelfstandigd Agentschap met rechtspersoonlijkheid (IVArp) Bloso. Het Blosoomvormingsdecreet van 7/5/2004, van toepassing vanaf 1/4/2006, werd op initiatief van minister Anciaux, opnieuw gewijzigd bij decreet van 5/5/2006 (BS van 6/7/2006) tot wijziging van het decreet van 7/5/2004 tot omvorming van de Vlaamse Openbare Instelling Commissariaatgeneraal voor de Bevordering van de Lichamelijke Ontwikkeling, de Sport en de Openluchtrecreatie tot het Intern Verzelfstandigd Agentschap met rechtspersoonlijkheid Bloso. Het Blosoomvormingsdecreet van 7/5/2004, geeft het Bloso in artikel 4 (zoals gewijzigd bij decreet van 5/5/2006) als missie het Vlaamse sportbeleid uit te voeren conform de taken vermeld in artikel 5, om de sportparticipatie en de kwaliteit van het sportaanbod te verhogen. Het Blosoomvormingsdecreet van 7/5/2004, geeft het Bloso in artikel 5 (zoals gewijzigd bij decreet van 5/5/2006) de volgende taken: de organisatie van sportkampen en sportklassen in de Blosocentra; het uitbouwen en ter beschikking stellen van de Blosocentra aan sportfederaties, sportclubs, sportdiensten, topsporters en individuele sportbeoefenaars, onder meer voor de organisatie van trainingen, stages en wedstrijden, op alle niveaus; het zelf aanbieden en erkennen via de Vlaamse Trainersschool van sportkaderopleidingen; de planning van de internationale uitwisseling van trainers, sportexperts en topsporters uitvoeren; het voeren en coördineren van de sportpromotie op Vlaams niveau; de subsidiëring, de begeleiding en de inspectie van sportfederaties, sportdiensten en andere sportactoren; het uitvoeren van het Vlaams topsportbeleid; het uitbouwen van een Kenniscentrum Sport; 1

6 het adviseren en begeleiden van de uitbouw van de sportinfrastructuur in Vlaanderen; vanuit de opgebouwde kennis en terreinexpertise beleidsgerichte input ter beschikking stellen van de beleidsondersteuning, bedoeld in artikel 4, 1, van het kaderdecreet. Door de inkanteling van de afdeling sport van het departement CJSM bij het Bloso (vanaf 1/1/2016), werd het decretale beleidskader voor Sport Vlaanderen (vroeger Bloso) aangepast. Het decretale beleidskader is vastgelegd in het decreet van 7 mei 2004 betreffende het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Sport Vlaanderen (BS 7/6/2004), gewijzigd bij de decreten van 5 mei 2006 (BS 6/7/2006) en 4 december 2015 (BS 21/12/2015). Deze laatste wijzigingen kennen ingang per 1 januari 2016 en omvatten onder andere de naamsverandering van Bloso naar het agentschap Sport Vlaanderen en de integratie van de beleidsondersteunende opdracht inzake Sport aan het agentschap. De dagelijkse leiding van het Bloso was in 2015 in handen van lijnmanagers Philippe Paquay, administrateurgeneraal en Paul Rowe, algemeen directeur. Het jaarverslag 2015 geeft een gedetailleerd beeld van hoe het Bloso zijn decretale opdrachten als Intern Verzelfstandigd Agentschap met rechtspersoonlijkheid concreet invulde en uitvoerde. 2

7 II. BELEIDSKADER 1. BEHEERSOVEREENKOMST Conform de beslissing van de Vlaamse Regering werd door het Bloso, een beheersovereenkomst tweede generatie opgesteld voor de periode In deze beheersovereenkomst werden de wederzijdse rechten en plichten van de Vlaamse Regering en het Bloso vastgelegd alsmede de strategische en operationele doelstellingen die uitvoering geven aan het regeerakkoord en de beleidsnota Sport ( ) van de minister. Het Regeerakkoord bepaalt dat vanaf 2015 de managementovereenkomsten en beheersovereenkomsten worden afgeschaft. Deze beslissing werd verder geconcretiseerd in de nota Opvolging van doelstellingen in de regeerperiode , die door de Vlaamse Regering op 5/12/2014 werd goedgekeurd. Hierin wordt beslist dat de management en beheersovereenkomsten vanaf 2015 zullen geïntegreerd worden in de jaarlijkse ondernemingsplannen. 2. ONDERNEMINGSPLAN 2015 In uitvoering van de nota Opvolging van doelstellingen in de regeerperiode , heeft het Bloso een ondernemingsplan voor 2015 opgemaakt. Dit ondernemingsplan werd aan de Inspectie van Financiën voorgelegd en door de minister goedgekeurd. Een ondernemingsplan is een operationele vertaling van de doelstellingen, zoals opgenomen in de beleidsnota's en brieven en bevat voor 2015 volgende vier onderdelen. Deel A: Beleidsdoelstellingen, doelstellingen met betrekking tot recurrente taken en beheersdoelstellingen. Deel B: Doelstellingen opgelegd door regeringsafspraken: Hierbij werden de acties vermeld die gericht zijn op het verhogen van de maturiteit van de eigen organisatie en/of het beperken van risico s en de wijze waarop wordt omgegaan met de aanbevelingen uit de verschillende audits van Audit Vlaanderen. Deel C: Doelstellingen met betrekking tot Welzijn: Dit onderdeel bevat de operationele elementen die werden opgenomen in een globaal preventieplan en de daaruit voortvloeiende jaarlijkse actieplannen. Deel D: Doelstellingen met betrekking tot diversiteit en Gelijke Kansen: Dit onderdeel bevat de acties die het agentschap Bloso zal ondernemen op het gebied van diversiteit en gelijke kansen. Elke operationele doelstelling uit dit ondernemingsplan werd verder vertaald in concrete projecten en processen. Per proces en project wordt uitvoerig een stand van zaken gegeven en worden de planning, de indicatoren en streefwaarden voor 2015 bepaald. 3. TRANSITIE SPORT Het nieuwe organogram van de Vlaamse overheid, zoals in bijlage opgenomen in het Vlaamse Regeerakkoord , vermeldt voor het Beleidsdomein Cultuur, Jeugd, Sport en Media drie entiteiten: het Departement Cultuur, Jeugd en Media, een 3

8 Agentschap Sport en de Vlaamse Regulator voor de Media. Ook de beleidsnota Sport ( ) bevestigt dat de tweeledige structuur van de sportadministratie, met enerzijds het agentschap Bloso en anderzijds de afdeling Sport van het departement CJSM, zal samensmelten tot één nieuwe sportadministratie. Op 6/02/2015 hechtte de Vlaamse Regering haar goedkeuring aan de bisconceptnota Transitie beleidsveld sport: naar een vernieuwd agentschap Sport Vlaanderen en besliste hiermee dat alle taken (beleidsondersteunend en beleidsuitvoerend) binnen het beleidsveld Sport aan het agentschap Bloso (Sport Vlaanderen) worden toevertrouwd. Om deze hervorming te realiseren tegen 1/01/2016 werd een transitiewerkgroep met de leidend ambtenaren en het kabinet sport ingesteld die het veranderingstraject aanstuurde tot op het moment van de overdracht. De heer Philippe Paquay, administrateurgeneraal van het agentschap Bloso, werd aangeduid als coördinator van het veranderingstraject. Daarnaast werd een transitieteam aangeduid dat instond voor het opstellen en uitvoeren van het inkantelingsplan. Er werden 14 werkgroepen samengesteld om deze transitie vlot uit te voeren. In elk van deze werkgroepen werden medewerkers van beide entiteiten betrokken. Er werden zowel strategische als operationele werkgroepen samengesteld (Werkgroep Visie, missie, strategie Werkgroep Processen Werkgroep Regelgeving Werkgroep HRM Werkgroep Financiën en Begroting Werkgroep ICT en Informatiebeheer Werkgroep Communicatie Werkgroep Facilitair management Werkgroep Infrastructuur en Ruimtelijke Ordening Werkgroep Topsport Werkgroep Internationaal sportbeleid Werkgroep Sport voor Allen Werkgroep Gezond en Ethisch sporten Werkgroep Beleidsdomeingebonden taken). Daarnaast werd er in 2015 ingevolge het Vlaams Regeerakkoord en in overleg met WADA voor geopteerd om NADO Vlaanderen administratief onder te brengen bij het vernieuwde sportagentschap Sport Vlaanderen. Daarbij zal de operationele onafhankelijkheid van de NADO gewaarborgd worden. Om de inkanteling van de NADO binnen het Agentschap Sport Vlaanderen in goede banen te leiden werd in 2015 een interne werkgroep opgestart. In 2015 stond, naast de transitieactiviteiten, de continuïteit van de huidige dienstverlening centraal. Op 4 december 2015 werd het Blosoomvormingsdecreet gewijzigd tot het decreet van 7 mei 2004 betreffende het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Sport Vlaanderen. De wijzigingen kennen ingang per 1 januari 2016 en omvatten onder andere de naamsverandering van Bloso naar het agentschap Sport Vlaanderen en de integratie van de beleidsondersteunende opdracht inzake Sport aan het agentschap. Deze wijziging betekent dat vanaf 1 januari 2016 het agentschap Sport Vlaanderen de enige Vlaamse sportadministratie is die de Vlaamse minister van Sport en de Vlaamse Regering ondersteunt bij de voorbereiding en de evaluatie van het integraal Vlaams sportbeleid van breedtesport tot topsport en de enige Vlaamse sportadministratie die het beleid uitvoert. De opdracht van het agentschap Sport Vlaanderen omvat in elk geval: het ondersteunen van sportactoren via subsidiëring of begeleiding; het ontwikkelen, aanbieden en erkennen van sportkaderopleidingen en het valoriseren met diploma s of attesten via de Vlaamse Trainersschool; het adviseren, begeleiden en ondersteunen van de uitbouw van sportinfrastructuur, met bijzondere aandacht voor omgevingskwaliteit; het exploiteren en uitbouwen van de eigen centra; het voeren en coördineren van de sportpromotie op Vlaams niveau; 4

9 het uitvoeren van het topsportbeleid; het stimuleren van gezond en ethisch sporten; het uitvoeren van het antidopingbeleid, conform de WADAcode; het inzetten op beleidsontwikkeling en verspreiding voor de sportsector, en op een Kennis en Informatiecentrum Sport en het aansturen en opvolgen van wetenschappelijk onderzoek; het opvolgen van het internationale sportbeleid; het opzetten van samenwerkingsverbanden binnen de sportsector of met andere beleidsvelden. Voor het uitvoeren van het antidopingbeleid geniet NADO Vlaanderen volledige operationele autonomie. 5

10 III. FINANCIËN EN BEGROTING 1. BEGROTING Voor de initiële begroting 2015 werden volgende dotaties aan Bloso toegekend: * Een werkingsdotatie van keuro; * Een dotatie voor topsport van keuro; * Een dotatie voor decretale subsidiëring van topsport van keuro; * Een dotatie voor de verevening in het kader van de interne staatshervorming van keuro; * Een dotatie voor het decreet lokaal sportbeleid van keuro; * Een dotatie in het kader van de uitvoering van het decreet op de sportfederaties, exclusief topsport van keuro; * Een dotatie schoolsport van 537 keuro; * Een dotatie voor de samenwerking met de sportfacilitator van 100 keuro; * Een dotatie voor de sportdatabank van 273 keuro; * Een dotatie voor het decreet sport in het hoger onderwijs van 936 keuro; * Een dotatie voor de ondersteuning van de brede school met sportaanbod van keuro; * Een dotatie gefinancierd met de netto opbrengsten van de Nationale Loterij van keuro; * Een dotatie m.b.t. de decretale subsidiëring in het kader van het decreet op tewerkstelling in de sport van keuro. Voor de uitvoering van het investeringsprogramma werd voor de investeringen in de centra van Bloso een machtiging van keuro en een correlatief krediet van keuro voorzien. Voor de investeringen in de sportinfrastructuur van de lokale besturen werd een correlatief krediet van keuro voorzien. Voor de investeringen in de centra van Bloso met FFEU middelen werd 750 keuro voorzien. Voor de recuperatie van de bezoldigingen gesco s werd een bedrag van keuro voorzien. Daarnaast beschikt het Bloso ook over eigen inkomsten van keuro (sponsoring, inkomsten uit de exploitatie van de Blosocentra, inschrijvingen sportkampen, inschrijvingen VTS cursussen, Sociale Maribel) Het overgedragen overschot vorige boekjaren bedroeg keuro. Naar aanleiding van de begrotingscontrole 2015 werd de begroting van Bloso als volgt aangepast: * de werkingsdotatie werd verlaagd tot keuro; * de dotatie voor de overeenkomst met de sportfacilitator werd verlaagd tot 98 keuro; * De dotatie voor de sportdatabank werd verlaagd 270 keuro; 6

11 * De dotatie m.b.t. de decretale subsidiëring in het kader van het decreet op de tewerkstelling in de sport wordt verhoogd tot keuro; * De dotatie voor de verevening in het kader van doorbraak 44 wordt t.o.v. de initiële begroting verlaagd tot keuro. Het correlatief krediet wordt verhoogd tot keuro. Enerzijds is er een vermindering met keuro ingevolgde de afroming van het overgedragen saldo, anderzijds is er een toename met keuro (700 keuro voor investeringen in de Blosocentra keuro voor de realisatie van de topsportinfrastructuur in Antwerpen en 800 keuro voor de realisatie van de topsportinfrastructuur van de KU Leuven). In december 2015 werd de begroting 2015 een laatste keer aangepast. Deze aanpassing had langs ontvangstenzijde te maken met gestegen dotaties (nl. een bijkomende dotatie in het kader van de rendementsondersteuning voor tewerkstelling van personen met een arbeidshandicap) en meerontvangsten ingevolge sponsoring, gestegen inschrijvingen voor de sportkaderopleiding en terugvorderingen subsidies en bijgevolg langs uitgavenzijde met een herschikking in de uitgaven. De eigen inkomsten werden verhoogd met 839 keuro (ontvangsten Blosocentra, inschrijvingen VTS cursussen, inkomsten sponsoring, terugvorderingen subsidies en investeringsbijdragen van Howest voor de bouw van de beweeghal in Brugge), de werkingsdotatie werd verhoogd met 3 keuro ingevolge de herverdeling van de kredieten voor rendementsondersteuning voor tewerkstelling van personen met een handicap en de dotatie m.b.t. decretale subsidiëring in het kader van het decreet op de tewerkstelling in de sport werd verhoogd met 600 keuro. 2. JAARREKENING In 2015 werd, in overleg met het kabinet van de bevoegde minister, een negatief begrotingsresultaat gerealiseerd van euro dat samen met het overschot op 31/12/2014 van euro, het gecumuleerd overschot terugbrengt tot euro. Gerealiseerde begrotingsontvangsten Gerealiseerde begrotingsuitgaven euro euro euro Dit in 2015 gerealiseerde begrotingstekort is het gevolg van het niet toekennen van een correlatief krediet voor de investeringen, met als doel in te teren op het begrotingssaldo. De resultatenrekening volgens de bedrijfseconomische boekhouding sluit af met een nettowinst van euro. Het verschil tussen het negatief begrotingssaldo en het positief resultaat in de bedrijfseconomische boekhouding is te verklaren door de toepassing van de verschillende aanrekeningsregels. 7

12 BEGROTINGS ARTIKEL (in duizend euro) ONTVANGSTEN PR Dst BASISALLOCATIE OMSCHRIJVING BO 2015 BA 2015 DEFINITIEVE BEGROTING 2015 ENT PR ESR HG09HFGAASOW HF AS HG0 9HF Verkopen van Nietduurzame goederen en diensten HG09HFGAASOW HF AS HG0 9HF Verkopen van Nietduurzame goederen en diensten HG09HFGAASOW HF AS HG0 9HF Verzekeringsmaatschappij (Ethias) HG09HFGAASOW HF AS HG0 9HF Project EWOS 28 HG09HFGAASOW HF AS HG0 9HF Investeringsbijdragen Howest 525 HG09HFGAASOW HF AS HG0 9HF Terugvorderingen subsidies 117 HG09HFGAAS OW HF AS ONTVANGSTEN WERKING EN TOELAGEN SPORT VOOR ALLEN BELEID HG09HFGAAXOI HF AX HG0 9HF Investeringsbijdragen van de FFEU aan het Bloso HG09HFGAAXOI HF AX ONTVANGSTEN INTERNE STROMEN FINANCIERINGSFONDS VOOR SCHULDAFBOUW EN EENMALIGE INVESTERINGSUITGAVEN HG09HFGAZZOG HF ZZ HG0 9HF overgedragen overschot vorige boekjaren HG09HFGAZZOG HF ZZ OVERGEDRAGEN SALDO HG09HFGAZZOW HF ZZ HG0 9HF Sociale Maribel HG09HFGAZZ HF ZZ ONTVANGSTEN WERKING EN TOELAGEN OW HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Werkingsdotatie aan het Bloso (ART. HB0 HF bij VG) HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Dotatie aan het Bloso voor topsport (ART. HB0 HF bij VG)

13 HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Dotatie aan het Bloso met betrekking tot de decretale subsidiëring van topsport in het kader van het decreet op de sportfederaties (ART. HB0 HF bij VG) HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Dotatie aan het Bloso voor het decreet lokaal sportbeleid (ART. HB0 HF bij VG) HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Dotatie aan het Bloso met betrekking tot de decretale subsidiëring in het kader van het decreet op de sportfederaties(exclusief topsport) (ART. HB0 HF bij VG) HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Dotatie aan het Bloso voor Schoolsport (ART. HB0 HF bij VG) HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Dotatie gefinancierd in uitvoering van artikel 62 bis financieringswet (ART. HB0 HF bij VG) HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Recuperatie van bezoldigingen gesco's HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Overeenkomst met sportfacilitator DBFM (ART. HB0 HF bij VG) HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Dotatie aan het Bloso voor de sportdatabank Vlaanderen (ART. HB HF bij VG) HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Dotatie aan het Bloso voor het decreet sport in het hoger onderwijs (ART. HB0 HF bij VG) HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Dotatie aan het Bloso voor de ondersteuning van brede school met sportaanbod (ART. HB0 HF bij VG) HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Overeenkomst departement "Europese Dag van de Trainer" (ART. HB0 HF bij VG) HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Dotatie aan het Bloso m.b.t. de decretale subsidiëring in het kader van het decreet op de tewerkstelling in de sport HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF De dotatie aan het Bloso voor de verevening in hat kader van doorbraak 44 HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Investeringsdotatie aan het Bloso HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Investeringskredieten topsportinfrastrucuur KUL HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Investeringskredieten topsportinfrastructuur Antwerpen HG09HFGAZZOI HF ZZ HG0 9HF Investeringskredieten sportinfrastructuur lokale besturen HG09HFGAZZOI HF ZZ ONTVANGSTEN INTERNE STROMEN TOTAAL ONTVANGSTEN

14 BEGROTINGS ARTIKEL (in duizend euro) UITGAVEN PR Dst BASISALLOCATIE OMSCHRIJVING BO 2015 BA 2015 DEFINITIEVE BEGROTING 2015 ENT PR ESR VAK VEK VAK VEK VAK VEK HG01HAG2ZZLO HA ZZ HG0 1HA Algemene lonen Bloso HG01HAG2ZZLO HA ZZ LONEN HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Werking Lijnmanager HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Verzekeringen HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Werking Informatica HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Algemene werkingskosten (economaat) HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Allerhande uitgaven voor de verevening in het kader van doorbraak 44 HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Werking infrastructuur HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Personeel Diverse HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Huur gebouwen Machelen, Inspectiedienst Gent, Gordelsecretariaat HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Belastingen en heffingen HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Rentes op overheidsschuld in nationale valuta HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Aankoop vervoermiddelen HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Materiaal uitrusting mobiele ploeg HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Aankoop duurzaam materiaal HG01HAG2ZZWT HA ZZ HG0 1HA Informatica hardware HG01HAG2ZZWT HA ZZ WERKING EN TOELAGEN HG01HFG2ZZOV HF ZZ HG0 1HF Over te dragen overschot van het boekjaar HG01HFG2ZZOV HF ZZ OVER TE DRAGEN SALDO

15 HG01HFG2AALO HF AA HG0 1HF Lonen Topsporters HG01HFG2AALO HF AA LONEN TOPSPORTBELEID HG01HFG2AAWT HF AA HG0 1HF Specifieke uitgaven HG01HFG2AAWT HF AA HG0 1HF Uitgaven project Be Gold HG01HFG2AAWT HF AA HG0 1HF Decretale subsidiëring topsport Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor Topsportscholen (decreet 13/07/2001) Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor voorbereiding en deelname aan internationale wedstrijden (decreet 13/07/2001) Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties (EK, WK, WB in Vlaanderen) (decreet 13/07/2001) Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor voorbereiding en deelname van Vlaamse atleten aan Olympische Spelen, Wereldspelen, Paralympics en EYOD (decreet 13/07/2001) HG01HFG2AAWT HF AA HG0 1HF Gespecialiseerde apparatuur voor Topsport HG01HFG2AAWT HF AA WERKING EN TOELAGEN TOPSPORTBELEID HG01HFG2ASLO HF AS HG0 1HF Lesgevers VTS HG01HFG2ASLO HF AS HG0 1HF Lesgevers Multimove HG01HFG2ASLO HF AS HG0 1HF Lesgevers Sportpromotie HG01HFG2ASLO HF AS HG0 1HF Lesgevers Blosocentra HG01HFG2ASLO HF AS LONEN SPORT VOOR ALLEN BELEID HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Werking Gordelfestival HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Werking Sportpromotie/kenniscentrum HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Werking infrastructuur HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Algemene werkingskosten Blosocentra HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF VTS Werking HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Huur onroerende goederen Blosocentra HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Decreet sport in het hoger onderwijs HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Decreet tewerkstelling in de sport HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Werkingssubsidies Sportimonium HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF DECREET SUBSIDIERING SPORTFEDERATIES Basissubsidies Vlaamse sportfederaties (decreet 13/7/2001) Subsidies koepelorganisatie (VSF) (decreet 13/7/2001)

16 Subsidies organisaties sportieve vrijetijdsbesteding (decreet /7/2001) Aanvullende subsidies Vlaamse sportfederaties prioriteitenbeleid Vlaamse regering (decreet 13/7/2001) Aanvullende subsidies Vlaamse sportfederaties jeugdsport (decreet 13/7/2001) Aanvullende subsidies sportfederaties sportkampen (decreet /7/2001) Terugvorderingen subsidies HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF DECREET LOKAAL SPORTBELEID Subsidies Vlaams instituur sportbeheer en recreatiebeleid Subsidies Vlaams Bureau sportbegeleiding HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Werkingskosten ondersteuning van de brede school met sportaanbod HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF DECREET LOKAAL SPORTBELEID HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF DECREET LOKAAL SPORTBELEID HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF DECREET LOKAAL SPORTBELEID HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Aankoop vervoermiddelen HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Aankoop Duurzaam materiaal HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Aankoop duurzaam materiaal centra HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Materiaal uitrusting mobiele ploeg HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Aankoop didactisch en wetenschappelijk materiaal HG01HFG2ASWT HF AS HG0 1HF Aankoop sportmateriaal uitleendienst HG01HFG2ASWT HF AS WERKING EN TOELAGEN SPORT VOOR ALLEN BELEID HG01HFG2ASIS HF AS HG0 1HF Ondersteuning van de lokale schoolsportwerking via de actie brede school met sportaanbod (vroeger Follo) HG01HFG2ASIS HF AS INTERNE STROMEN SPORT VOOR ALLEN BELEID HG01HFG2AWIS HF AW HG0 1HF Interrelatie met de rand HG01HFG2AWIS HF AW INTERNE STROMEN DE RAND HG01HFG5AELE HF AE HG0 1HF Aflossing schuld lening wielerbaan HG01HFG5AELE HF AE LENINGEN HET VOEREN VAN EEN PLANMATIG SPORTINFRASTRUCTUURBELEID HG01HFG2AEWT HF AE HG0 1HF Investeringen sportinfrastructuur lokale besturen

17 HG01HFG2AEWT HF AE HG0 1HF Investeringsbijdragen topsportinfrastructuur Antwerpen HG01HFG2AEWT HF AE HG0 1HF Investeringsbijdragen aan de KUL voor topsportinfrastructuur HG01HFG2AEWT HF AE HG0 1HF Investeringen tussenkomst Howest HG01HFG2AEWT HF AE HG0 1HF Budget infrastructuur INVESTERINGEN FFEU middelen HG01HFG2AEWT HF AE WERKING EN TOELAGEN HET VOEREN VAN EEN PLANMATIG SPORTINFRASTRUCTUURBELEID HG01HFG5AEWT HF AE HG0 1HF Budget infrastructuur HG01HFG5AEWT HF AE WERKING EN TOELAGEN HET VOEREN VAN EEN PLANMATIG SPORTINFRASTRUCTUURBELEID TOTAAL UITGAVEN

18 IV. PERSONEEL Door de vorige Vlaamse Regering werd beslist om in elke beheersovereenkomst ( ) een verplichte generieke bepaling op te nemen met betrekking tot personeelskostenefficiëntie. Daarbij heeft het Bloso zich geëngageerd om het reëel aantal medewerkers uitgedrukt in VTE, maximaal gelijk te houden en bij voorkeur te verlagen ten opzichte van het reëel aantal VTE in de entiteit op het moment van het ingaan van het Vlaams Regeerakkoord (juli 2009), en dit ongeacht het eerder gevalideerd personeelsplan (met 584 VTE). Bijkomend bij deze bepaling in de beheersovereenkomst werden lineaire besparingen op de personeelskredieten doorgevoerd van 2,5% (in 2010) en een bijkomende besparing van 1,5% in In 2011 bevestigde de Vlaamse Regering het principe om onder de noemer beter doen met minder het aantal ambtenaren verder te verminderen. Uiteindelijk werd de beslissing genomen om tijdens de voorbije regeerperiode de personeelsbesparingen op te trekken tot 6,5%. Rekening houdend met het feit dat de topsporters niet in rekening gebracht worden voor de te behalen norm van 6,5% minder personeelsleden tegen juni 2014, behaalde het Bloso de norm (633 personeelsleden of 7 minder dan de norm van 640 op 30/06/2014). Met het aantreden van de huidige Vlaamse Regering werden echter nieuwe besparingen opgelegd: een daling van het personeelsaantal met 11% tegen medio 2019 en evenredige budgettaire besparing waarbij er in 2015 al een fikse voorafname gebeurde. Al deze besparingen hebben gevolgen voor de eerder in het personeelsbehoeftenplan ingeschreven engagementen. Dit heeft er opnieuw toe geleid dat in overleg en met akkoord van de vakverenigingen door het managementcomité van Bloso werd beslist om het personeelsbehoeftenplan uit 2010 ongewijzigd verder te verlengen. In het kader van het normalisatietraject voor langdurige contractuele personeelsleden werden reeds in 2010 grote inspanningen geleverd. Ook in 2011 werden contractuele personeelsleden via een statutaire selectieprocedure toegelaten tot de proeftijd. Vervolgens werden de regularisaties van langdurige contractuele personeelsleden om budgettaire redenen voorlopig uitgesteld, maar er werd een planning opgesteld om deze opnieuw op te nemen in de periode In 2013 vonden 16 contractuele personeelsleden zo de weg naar een benoeming tot ambtenaar. In 2014 werden er 18 personeelsleden benoemd tot ambtenaar. In 2015 (laatste lichting) werden er opnieuw 27 personeelsleden benoemd tot ambtenaar. Eind 2015 waren er 443 vastbenoemde personeelsleden (334 eind 2009, 441 eind 2010, 431 eind 2011 en eind 2012, 424 eind 2013 en 430 eind 2014). Het aantal gewone contractuele personeelsleden bedroeg 69 (exclusief het seizoenpersoneel, de vervangingscontracten, de startbanen en de gesco s topsport en sportpromotie) aan het einde van Daarnaast telde Bloso eind 2015 ook 14 personeelsleden met een vervangingscontract en 101 tijdelijke en uitzonderlijke opdrachten. Zonder deze laatste telde Bloso begin december in totaal dus 443 vastbenoemde + 69 contractuele = 512 permanente tewerkstellingen (549 eind 2014, 556 eind 2013,

19 eind 2012, 572 eind 2011, 575 eind 2010). Zodoende is de personeelsformatie goeddeels ingevuld rekening houdend met de in opgelegde dalingen. Voor de jaarlijkse monitoring van het aantal personeelsleden voor de Vlaamse Regering in het kader van de nieuwe besparingen, worden alle categorieën personeelsleden samengevoegd en dan telde het Bloso 638 personeelsleden op 31 december 2015 (645 in december 2014, 652 in december 2013, 655 in december 2012, 666 in december 2011). Zonder de topsporters, die uiteindelijk opnieuw uitgesloten werden van de besparingen, bedroeg het aantal 586. Zoals reeds aangegeven moet tegen juni 2019 de personeelsomvang binnen de Vlaamse overheid verder dalen met personeelsleden. Voor het Bloso betekent dit een verdere daling met 69 te besparen koppen (naar 563 personeelsleden, alle personeelsleden inbegrepen, maar exclusief topsporters). Op 6/02/2015 besliste de Vlaamse Regering in uitvoering van het Vlaams Regeerakkoord dat alle beleidsvoorbereidende en uitvoerende taken binnen het beleidsveld Sport samengevoegd worden in één agentschap Sport Vlaanderen met ingang van 1/01/2016. Dit was meteen de start voor een transitietraject met als coördinator administrateurgeneraal Philippe Paquay. De transitie werd in 2015 grondig voorbereid in verschillende werkgroepen. Het ontwerp van decreet waarbij het agentschap Bloso omgevormd wordt naar het agentschap met rechtspersoonlijkheid Sport Vlaanderen werd ingediend bij het Vlaams Parlement. Deze operatie bracht verschuivingen met zich mee en die verschuivingen waren dan weer de aanleiding voor de overdracht van personeelsleden vanuit het Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media naar het agentschap Sport Vlaanderen. De overdracht van deze 26 personeelsleden werd op 11/12/2015 formeel geregeld via een besluit van de Vlaamse Regering. Inzake gelijke kansen en diversiteit is het Bloso ook in 2015 tegemoet gekomen aan het Strategisch beleidsplan van de dienst Emancipatiezaken door het gelijkekansen en diversiteitthema te verankeren in de managementcyclus en de jaarlijkse gelijkekansen en diversiteitsacties te integreren in het ondernemingsplan van Bloso. De entiteitspecifieke streefcijfers zijn in het Blosoondernemingsplan 2015 opgenomen. Het managementcomité van het Bloso volgt de uitvoering van het ondernemingsplan van Bloso strikt op, en dus ook de uitvoering van de jaarlijkse gelijkekansen en diversiteitsacties. Voor sommige gelijkekansen en diversiteitsacties wordt projectmatig in afdelingsoverschrijdende werkgroepen samengewerkt. Het Bloso heeft sinds 2014 ook een beleidsondersteuner diversiteit en gelijke kansen, die zich toelegt op de beleidsvoorbereiding en beleidsopvolging rond diversiteit in de sport (kansengroepen) om over strategische informatie te beschikken en goed onderbouwde en kwalitatieve beleidsplannen te leveren die door het Bloso kunnen uitgevoerd worden. Rekening houdend met de aanhoudende besparingen op personeelskredieten die aan Bloso ook in 2015 werden opgelegd en met de onvermijdelijke invloed daarvan op instroom, heeft Bloso in 2015 verder ingezet op duurzame verandering van de organisatiecultuur en duurzame verankering in de organisatiestructuur. 15

20 Concrete acties die in 2015 m.b.t. duurzaam personeelsbeleid succesvol werden doorgevoerd zijn: Duurzame verandering van de organisatiecultuur door: deelname aan de Duodag Via dit initiatief kunnen leidinggevenden/personeelsleden van Sport Vlaanderen op een laagdrempelige manier kennis maken met de vaardigheden, inzet en mogelijkheden van de werkzoekenden met een arbeidsbeperking. het blijvend verder sensibiliseren van personeelsleden/leidinggevenden door informatie te verspreiden over en deel te nemen aan de in 2015 door de dienst Diversiteit aangereikte campagnes (vergaderingen commissie diversiteit, netwerk Mozaïko, Broodje Divers, studiedag 'Onbeperkt aan de slag', bevragingen, ). het gericht aanbieden van en toestaan aan personeelsleden/leidinggevenden tot het volgen van vorming m.b.t diversiteit, gender en loopbaanontwikkeling. extra aandacht voor neutraal, helder en toegankelijk taalgebruik in alle vacatures, het consequent opnemen van de diversiteitsparagraaf, het vermelden van de mogelijkheid om redelijke aanpassingen te vragen tijdens de selectie en het d.m.v. gericht fotomateriaal in beeld brengen van de kansengroepen Duurzame verankering van diversiteit en gelijke kansen in de organisatiestructuur door: het zoveel mogelijk beperken van de uitstroom van de doelgroepen personen met een migratieachtergrond en personen met een handicap of chronische ziekte ; een gerichte registratie van stagiairs uit de kansengroepen personen met een arbeidshandicap en personen met een migratieachtergrond om opportuniteiten tot instroom te optimaliseren. Ondanks de moeilijke besparingscontext, hebben de onophoudelijke sensibiliseringsinspanningen van de voorbije jaren, gekoppeld aan bijkomende concrete acties in 2015 (duodag, ), toch duidelijk vruchten afgeworpen. De behaalde streefcijfers inzake doelgroepen, onderlijnen dit. Volgens de cijfers doorgegeven door de dienst Diversiteit, had Bloso op 31/12/2015 4,08% personeelsleden met een migratieachtergrond in dienst, hetgeen betekent dat het vooropgestelde streefcijfer behaald werd. Wat de kansengroep personen met een arbeidshandicap of chronische ziekte betreft (waarvoor we in het verleden ons ambitieus streefcijfer nooit naar beneden hebben herzien), hebben we nog geen cijfers doorgekregen, maar kunnen we uit onze telling alvast opmaken dat we ons streefcijfer benaderen en hiermee aanzienlijk hoger scoren dan het gemiddelde binnen de Vlaamse overheid. 1. AANTAL EN INDELING VAN HET BLOSOPERSONEEL Er wordt een onderscheid gemaakt tussen enerzijds, het vastbenoemd personeel (inclusief de ambtenaren in proeftijd) en anderzijds, de contractuele personeelsleden. 1. Vast benoemd personeel 1 januari juli december 2015 Niveau A Niveau B Niveau C Niveau D Totaal

21 2. Contractueel personeel 1 januari 2015 Gewone contractuelen (bijkomende en specifieke opdrachten Vervangingsopdrachten Hooggekwalificeerde functies Tijdelijke en uitzonderlijke opdrachten Totaal Niveau A Niveau B Niveau C Niveau D Totaal juli 2015 Gewone contractuelen (bijkomende en specifieke opdrachten Vervangingsopdrachten Hooggekwalificeerde functies Tijdelijke en uitzonderlijke opdrachten Totaal Niveau A Niveau B Niveau C Niveau D Totaal december 2015 Gewone contractuelen (bijkomende en specifieke opdrachten Vervangingsopdrachten Hooggekwalificeerde functies Tijdelijke en uitzonderlijke opdrachten Totaal Niveau A Niveau B Niveau C Niveau D Totaal EVOLUTIE VAN HET VASTBENOEMD PERSONEEL Na de aanzienlijke aangroei van het vastbenoemd personeel in 2001 als gevolg van een uitbouw van de technische groep in de Blosocentra, steeg het aantal vastbenoemde personeelsleden de voorbije jaren ingevolge de statutaire aanwerving van contractuele personeelsleden die geslaagd waren in de generieke proeven. Meer recent stagneerde dit aantal om vervolgens licht te dalen, grotendeels door een voorzichtig vervangingsbeleid omwille van de opgelegde besparingen. De stijging van 424 vastbenoemde personeelsleden eind december 2014 naar 443 in december 2015 is het gevolg van regularisaties van langdurige contractuele personeelsleden. Deze stijging wordt echter deels teniet gedaan door het niet vervangen van gepensioneerde personeelsleden omwille van de opgelegde besparingen. 17

22 1/04/1991 1/01/1992 1/01/1993 1/01/1994 1/01/1995 1/01/1996 1/01/1997 1/01/1998 1/01/1999 1/01/2000 1/01/2001 1/01/2002 1/01/2003 1/01/2004 1/01/2005 1/01/2006 1/01/2007 1/01/2008 1/01/2009 1/01/2010 1/01/2011 1/01/2012 1/01/2013 1/01/ /12/2015 1/04/1991 1/01/1992 1/01/1993 1/01/1994 1/01/1995 1/01/1996 1/01/1997 1/01/1998 1/01/1999 1/01/2000 1/01/2001 1/01/2002 1/01/2003 1/01/2004 1/01/2005 1/01/2006 1/01/2007 1/01/2008 1/01/2009 1/01/2010 1/01/2011 1/01/2012 1/01/2013 1/01/2014 1/01/ /12/2015 Evolutie van het vast benoemd personeel (inclusief de personeelsleden in proeftijd) EVOLUTIE VAN HET CONTRACTUEEL PERSONEEL Bijkomende en specifieke opdrachten Het betreft hier in oorsprong 26 betrekkingen die bij de oprichting van de pararegionale aan het Bloso werden toegekend, en die ingevolge het latere raamstatuut werden herleid tot zeven verschillende specifieke functies waaronder het restauratiepersoneel (koks) en de redders, die dan later mee opgenomen werden in het ministerieel besluit van 14/5/2008 houdende vaststelling van de bijkomende of specifieke opdrachten (een lijst die begin 2013 grondig herzien en uitgebreid werd). Op basis van overgangsbepalingen uit het oude Blosoinstellingsspecifiek besluit moeten hier ook nog enkele andere contractuelen met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur aan toegevoegd worden (o.a. exsportfondsers en de voormalige categorie hulppersoneel) Globaal ging het op 31/12/2015 om 69 personeelsleden. Dit is een daling met 50 personeelsleden ten overstaan van 132 het jaar voordien. Die daling is hoofdzakelijk het gevolg van het doorstromen van contractuele personeelsleden naar vastbenoemde betrekkingen. Evolutie van het contractueel personeel (bijkomende en specifieke opdrachten)

23 Hooggekwalificeerde functies Op 31/12/2015 waren vier van de acht hooggekwalificeerde betrekkingen op contractuele basis ingevuld, met name één opleidingsconsulent, twee trainingsexperten en één communicatieverantwoordelijke. Vervangingsopdrachten Er waren 14 contractuele personeelsleden met een vervangingsopdracht in december 2015 (21 in 2014, 19 in 2013, 18 in 2012, 26 in 2011, 33 in 2010, 43 in 2009 en 49 in 2008). De meeste vervangingen doen zich voor in de niveaus C en D. Het betreft voornamelijk vervangingen van werknemers die een halftijdse of voltijdse loopbaanonderbreking (algemeen stelsel) of een halftijdse loopbaanonderbreking vanaf 55 jaar tot aan de pensioengerechtigde leeftijd (bijzonder stelsel) aanvragen. Tijdelijke behoeften en uitzonderlijke opdrachten Uitzonderlijke opdrachten Op 31/12/2015 waren er 9 gesubsidieerde contractuele personeelsleden tewerkgesteld in het gescoproject Sportpromotie en 32 in het gescoproject Topsport. Daarnaast waren er binnen de groep uitzonderlijke opdrachten op 31/12/2015 eveneens 20 contractuele tewerkstellingen in het project Topsportstudent Hoger Onderwijs. Tijdelijke behoeften Het aantal personeelsleden met een arbeidsovereenkomst Tijdelijke behoeften (seizoenspersoneel/opdracht met in de regel een arbeidsovereenkomst van maximaal 6 maanden) blijft de laatste jaren statusquo. In de loop van 2015 waren er 35 verschillende personeelsleden tewerkgesteld voor 36 tewerkstellingsperiodes. Ze vertegenwoordigden samen 16 VTE. De evolutie van het aantal personeelsleden Tijdelijke behoeften sinds de oprichting van het Bloso blijkt uit de hiernavolgende grafiek: Blosopersoneel Tijdelijke behoeften De terugloop is het gevolg van het feit dat het aantal recurrente opdrachten in de Blosocentra toegenomen is en dat, als gevolg daarvan, de tewerkstelling als seizoenpersoneel geleidelijk aan werd afgebouwd en vervangen werd door een permanente tewerkstelling op jaarbasis (vastbenoemde technisch assistenten of personeelsleden met een 19

24 arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur). Het personeel blijft evenwel noodzakelijk omwille van piekperiodes. Startbanen (bijzonder tewerkstellingsproject) Ingevolge de wet van 24/12/1999 ter bevordering van de werkgelegenheid (het zogenaamde Rosettaplan) werd in 2000 het project Startbanen bij de Vlaamse overheid opgestart. De bedoeling was om jongeren zo snel mogelijk in te schakelen op de arbeidsmarkt, met bijzondere aandacht voor jongeren die het moeilijk hebben op de arbeidsmarkt, in het bijzonder laaggeschoolden, allochtonen en personen met een handicap. Met de reorganisatie ten gevolge van BBB en de daarmee gepaard gaande verdere responsabilisering werd het tot dan toe centraal beheerde budget voor de financiering herverdeeld onder de nieuwe beleidsdomeinen. Binnen het beleidsdomein Cultuur, Jeugd, Sport en Media werd destijds aan het agentschap Bloso een budget toegewezen voor de tewerkstelling van 5 startbaners. Bij het Bloso liepen in 2015 volgende projecten: 3 tewerkstellingen voor onderhoudsfuncties in Blosocentra (nl. 1 in het Blosocentrum Willebroek, 1 in het Blosocentrum Hofstade en 1 in het Blosocentrum Blankenberge). Daarnaast was 1 startbaner tewerkgesteld in niveau A op het hoofdbestuur in de afdeling Financiën en Begroting. Sociale Maribel Het Bloso heeft in de loop van 2011 een aanvraag ingediend bij het Fonds Sociale Maribel van de Overheidssector tot het verkrijgen van een financiële tussenkomst voor de realisatie van 4 bijkomende voltijdse equivalenten. Na goedkeuring door het beheerscomité heeft Bloso vanaf 1/3/2011 recht op een maximale tegemoetkoming van ,24 euro per kwartaal in Het doel van de Sociale Maribel is bijkomende arbeidsplaatsen te realiseren. Aldus mag de tegemoetkoming enkel als definitief verworven worden beschouwd indien het arbeidsvolume minstens gehandhaafd blijft ten opzichte van de referteperiode, en de tewerkstelling van de 4 bijkomende voltijdse equivalenten ook effectief heeft plaatsgevonden in de betrokken periode. Gelet op de doorgevoerde besparingen in het personeelsbestand zal achteraf nog moeten blijken of de financiële tussenkomst behouden kan blijven. Op 31/12/2015 waren er 4 personeelsleden tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst in het kader van Sociale Maribel, allen in de categorie van schoonmaak en cateringpersoneel. Jobstudenten In 2015 werden tijdens de vakantieperiode 91 jongeren tewerkgesteld als jobstudent (voor een periode van 1 of 2 weken). Deze jobstudenten worden voornamelijk ingezet in de Blosocentra om de piekmomenten bij de Blososportkampen op te vangen (keuken en schoonmaak) en 20

25 gedeeltelijk ook om de afwezigheid van permanente personeelsleden ingevolge vakantieverlof te compenseren. De evolutie van het aantal jobstudenten, sinds de oprichting van het agentschap Bloso, blijkt uit de hiernavolgende grafiek: Blosojobstudenten Arbeidsovereenkomsten voor occasioneel personeel (AOP) Onder de bijkomende en specifieke opdrachten valt ook een categorie van occasionele medewerkers met een sporttechnische, sportpedagogische of sportorganisatorische kwalificatie. Deze arbeidsovereenkomsten voor occasioneel personeel zijn arbeidsovereenkomsten voor bepaalde opdrachten van korte duur. In de Blosocentra betreft het voornamelijk de tewerkstelling van lesgevers tijdens de sportkampen, sportklassen en andere eigen organisaties. In de Blosopromotiediensten gaat het om lesgevers in het kader van allerhande promotionele acties en andere sportieve evenementen. De afdeling Sportkaderopleiding maakt vooral arbeidsovereenkomsten voor cursusverantwoordelijken, docenten, technisch directeurs en personen die cursusteksten samenstellen. In 2015 werden verschillende medewerkers tewerkgesteld over een totaal van verschillende arbeidsovereenkomsten van korte duur. De verdeling van de tewerkstelling over de verschillende afdelingen is opgenomen in onderstaande tabel: Afdeling aantal contracten Afdeling Sportkaderopleiding Afdeling Sportkaderopleiding Centra Centrum Blankenberge 345 Centrum Brugge 90 Centrum Genk 395 Centrum Gent 51 Centrum Hasselt 116 Centrum Herentals 538 Centrum Hofstade 611 Centrum Liedekerke

26 Centrum Nieuwpoort 422 Centrum Oordegem 211 Centrum Waregem 808 Centrum Willebroek 232 Centrum Woumen 462 Promotiediensten Provinciale promotiedienst Antwerpen 366 Provinciale promotiedienst Limburg 388 Provinciale promotiedienst OostVlaanderen 593 Provinciale promotiedienst VlaamsBrabant 532 Provinciale promotiedienst WestVlaanderen 838 Eindtotaal De occasionele medewerkers worden tewerkgesteld als gewoon contractueel personeelslid onder toepassing van de RSZreglementering, of onder de voordelige regeling van artikel 17 van het KB van 28 november 1969 waarbij er vrijstelling geldt van het betalen van sociale bijdragen. En indien aan de betreffende voorwaarden is voldaan kan een occasionele medewerker eveneens worden aangeworven als jobstudent. Dit alles resulteert in 5 verschillende wettelijke statuten. De verdeling van de tewerkstelling over de verschillende statuten is opgenomen in onderstaande tabel: Wettelijk statuut aantal contracten Contractueel artikel met RSZ Jobstudent dagen 886 artikel met RSZ 54 Eindtotaal BELANGRIJKE PERSONEELSINFO In 2015 werd werk gemaakt van een vernieuwd intranet Jij en Sport Vlaanderen. Alle recente belangrijke personeelsinformatie (vroeger verspreid via onder meer omzendbrieven en ) inzake de loopbaan, het loon, verloven en afwezigheden, vervoer, welzijn, voordelen, Vlimpers en PTOW kunnen er worden geraadpleegd. Daarnaast is er ook een luik Wie is wie met een recente foto van alle Blosopersoneelsleden en hun functie. Alle nieuwigheden inzake Blosogerelateerde zaken worden voortaan aangekondigd op de muurkrant. 22

27 3. LOOPBAAN 1. Vaste benoeming van contractuele personeelsleden In 2015 werden er 27 contractuele Blosopersoneelsleden toegelaten tot de proeftijd met het oog op een vaste benoeming via specifieke procedures voor geslaagden voor de generieke proeven. 2. Nieuwe aanwerving, ontslag en pensionering Vastbenoemde personeelsleden In 2015 werden 5 nieuwe personeelsleden toegelaten tot de proeftijd. 1 personeelslid kwam, in het kader van horizontale mobiliteit, over van een ander departement. 4 personeelsleden namen zelf ontslag (1 in de graad van adjunct van de directeur, 1 als medewerker, 1 als technicus en 1 als speciaal assistent). In 2015 waren er geen overlijdens. 2 personeelsleden werden in 2015 vroegtijdig op pensioen gesteld door Medex wegens definitieve arbeidsongeschiktheid en na uitputting van hun ziektekapitaal van 666 werkdagen en 1 personeelslid na uitputting van het ziektekapitaal van 222 werkdagen. 20 personeelsleden hebben in 2015 het Bloso verlaten wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Contractuele personeelsleden Aan 1 personeelslid werd een contract van onbepaalde duur aangeboden als medewerker. Aan 1 personeelslid werd een contract van onbepaalde duur aangeboden als kok en aan 1 personeelslid werd een contract van onbepaalde duur aangeboden als deskundige. Schoonmaak, catering en onderhoudspersoneel. Binnen de groep schoonmaak en cateringpersoneel kregen 10 personeelsleden een contract van onbepaalde duur. 6 personeelsleden verlieten in 2015 het Bloso wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. 4. AANWEZIGHEDEN 1. Ziekte en ziektecontrole 3 vastbenoemde personeelsleden werd in 2015 op pensioen gesteld wegens definitieve beroepsongeschiktheid (2 na uitputting van het ziektekapitaal van 666 werkdagen en 1 na uitputting van het ziektekapitaal van 222 werkdagen (boven de 60 jaar)). 23

28 Aantal per geslacht (totale Blosopopulatie : 49 % vrouwen en 51 % mannen) Vrouwen nemen 57,33% van alle ziektedagen (13.831) voor hun rekening tov 42,67% van de mannen. 81 controles gaan naar vrouwen t.o.v. 65 naar mannen. Aantal per leeftijd Van het totaal aantal ziektedagen (13.831) neemt de leeftijdscategorie 5159 jaar het hoogst percentage ziektedagen voor zijn rekening (46,81%) terwijl ze 24,72% van het totale Blosopersoneel uitmaken. Aantal per duur In 2015 werden 563 ziektes van 1 dag genoteerd, met name 33,27% van het totaal aan ziektemeldingen. Dit is een stijging t.o.v toen er 507 ziektes van 1 dag waren. Het aandeel kortlopende afwezigheden wegens ziekte (gemiddeld 6,5 dagen per melding) bedroeg 60,28% van het aantal meldingen. Het aandeel langdurige afwezigheid (gemiddeld 60,5 dagen per melding) bedroeg 6,44% van het aantal meldingen. Resultaten van de controles Er werden in ziektecontroles uitgevoerd. In 97 van de 146 controles was de ziekte gerechtvaardigd (waarvan 29 goedkeuringen om deeltijds te werken wegens ziekte), bij 3 controles diende het personeelslid vervroegd te hervatten en 17 keer was de controle onmogelijk wegens afwezigheid van het personeelslid. Het gemiddeld aantal dagen per ziektemelding bedroeg voor het Blosopersoneel 8,2 ziektedagen (lichte daling t.o.v. 9,1 in 2013 en 9,4 in 2014). Evolutie aantal ziektecontroles

29 2. Statutaire verloven Voltijdse loopbaanonderbreking (algemeen en bijzonder stelsel) Algemeen stelsel In 2015 waren er 3 vastbenoemde personeelsleden met voltijdse loopbaanonderbreking. Bijzonder stelsel Geen vastbenoemde personeelsleden hadden voltijdse loopbaanonderbreking ter verzorging van een zwaar ziek familielid. 5 vastbenoemde personeelsleden en 1 contractueel personeelslid hadden voltijdse loopbaanonderbreking voor ouderschapsverlof. Geen enkel vastbenoemd personeelslid had voltijdse loopbaanonderbreking voor palliatieve zorgen. Deeltijdse loopbaanonderbreking (algemeen en bijzonder stelsel) Algemeen stelsel In 2015 waren er 14 vastbenoemde personeelsleden met deeltijdse loopbaanonderbreking. Bijzonder stelsel 19 vastbenoemde personeelsleden hadden een halftijdse loopbaanonderbreking ter verzorging van een zwaar ziek familielid. 16 vastbenoemde en 2 contractuele personeelsleden hadden een deeltijdse loopbaanonderbreking voor ouderschapsverlof. 34 vastbenoemde personeelsleden en 5 contractuele personeelsleden waren met deeltijdse loopbaanonderbreking 55+ tot de pensioenleeftijd. Deeltijdse prestaties onbetaald verlof 46 vastbenoemde personeelsleden hadden in de loop van 2015 een verlof voor deeltijdse prestaties (50%, 60%, 70%, 80% of 90%). 10 vastbenoemde personeelsleden en 1 contractueel personeelslid zaten in een stelsel van deeltijdse presteren wegens ziekte. 3 vastbenoemde personeelsleden en 1 contractueel personeelslid hadden in 2015 een onbetaald verlof (5 jaar). De evolutie van de verschillende verloven, sinds 1991, blijkt uit de hiernavolgende grafieken: 25

30 Voltijdse loopbaanonderbrekingen (alg en bijz stelsel) Deeltijdse loopbaanonderbrekingen (alg en bijz stelsel) Verlof voor deeltijdse prestaties (inclusief deeltijdse prestaties wegens ziekte) (vastbenoemde personeelsleden)

31 5. VORMING, TRAINING, OPLEIDING In 2015 bedroeg de uitgave voor Personeel en Organisatie (P&O) euro, waarvan VTO euro en HRM euro. De uitgaven VTO voor 2015 liggen hoger dan in 2014 maar lager dan het gemiddelde van de voorbije jaren. Niettegenstaande werden er meer uren opleiding gevolgd t.o.v. de laatste 5 jaren. Er werden in 2015, nettouren besteed aan VTOactiviteiten. Er werd meer gratis VTO gevolgd, meer opleidingen werden gegeven door eigen personeel en er werden goedkopere maar evenwaardige alternatieven gezocht voor duurdere opleidingen. De VTOactiviteiten werden geprogrammeerd, hetzij als gevolg van functioneringsgesprekken, hetzij op vraag van de afdelingshoofden, hetzij ingevolge persoonlijke aanvragen van individuele personeelsleden. Van de 339 personen die hebben deelgenomen aan VTO waren er 174 mannen en 165 vrouwen. Ongeveer 58% van het totaal aantal personeelsleden heeft deelgenomen aan minstens één VTOactiviteit. Zowel bij de mannelijke deelnemers als bij de vrouwelijke deelnemers bedraagt het deelnemingspercentage 58%. 128 personen hebben deelgenomen aan 1 VTOactiviteit, 71 aan 2, 28 aan 3 en 112 personen aan 4 of meer VTOactiviteiten. De participatiegraad voor het niveau A bedraagt 100%, voor het niveau B 90%, voor het niveau C 72% en 27% voor het niveau D. Opmerking: Bij de berekening van de participatiegraad is de noemer het totaal aantal personeelsleden in dienst ( topsporters) op 31/12/2015. In de teller staat het het aantal personeelsleden die minstens één VTO volgden in VTOkengetallen 2015: VTO 2015 Totaal Geslacht Leeftijd Niveau Statuut Man Vrouw <= 34 j 3544 j 4554 j >= 55j A B C D Statutair Contr. Algemene vormingskost in EURO # personen die aan 1 VTOactiviteit deelnamen # personen die aan 2 VTOactiviteiten deelnamen # personen die aan 3 VTOactiviteiten deelnamen # personen die in aan 4 of meer VTOactiviteiten deelnamen netto # uren besteed aan VTOactiviteiten Naast de organisatie van opleidingen werd in 2015 ook de proeftijd met het oog op een vaste benoeming gecoördineerd, met name 15 in niveau A, 6 in niveau B, 22 in niveau C en 25 in niveau D in totaal dus 68 ambtenaren op proef. 27

32 6. WELZIJN OP HET WERK 1. Veiligheidsbezoeken en vergaderingen 21 bedrijfsbezoeken aan het hoofdbestuur, de centra, de inspectiediensten en de werkplaatsen van Bloso (het betreft hier het jaarlijkse bedrijfsbezoek in aanwezigheid van de arbeidsgeneesheer, de GDPB (Gemeenschappelijke Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk), de centrumverantwoordelijke of dienstverantwoordelijke en de afgevaardigden van de vakverenigingen). 4 informele overlegmomenten tussen Bloso, vakverenigingen en de GDPB. 2 EOC s. 2. Acties Testen van het brandalarm op het hoofdbestuur: iedere eerste donderdag van de maand om 11u. Evacuatieoefeningen in de centra. Ter beschikking stellen van de keuringsattesten (liften, heftoestellen, HScabines, ladders, elektrische installaties) aan het afdelingshoofd centra, het afdelingshoofd infrastructuur en aan de centrumverantwoordelijken. 3. Nota s en documenten Er werden 12 maandverslagen door de GDPB opgesteld. Opstellen van het jaarverslag bestemd voor de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg door de GDPB. Verslagen van bedrijfsrondgangen werden opgesteld door de GDPB. Controle van de lijst met beroepsactiviteiten en de lijst met gebruikte Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM s) ten behoeve van het personeel van Bloso. De GDPB heeft regelmatig contact met de verschillende buitendiensten. Bij nood aan informatie betreffende arbeidsveiligheid, welzijn enzovoorts, wordt deze door de GDPB verzorgd. 4. Arbeidsongevallen In 2015 werden 37 arbeidsongevallen aangegeven, 35 arbeidsongevallen op de arbeidsplaats en 2 ongevallen op de weg van en naar de arbeidsplaats. Er werden 3 ongevallen geweigerd. Van deze 37 arbeidsongevallen zijn er: 13 arbeidsongevallen zonder gevolg geklasseerd 20 arbeidsongevallen met verletdagen 2 ongevallen woonwerkverkeer 3 geweigerde dossiers. 28

33 V. INFORMATICA 1. HOOFDACTIVITEITEN VAN DE INFORMATICACEL 1. Doorlopende opdrachten Software en hardwarehelpdesk voor het hoofdbestuur en de buitendiensten. Informaticagebruikers hebben één aanspreekpunt indien zij problemen ondervinden bij het gebruik van hun PC, printer of programmatuur. Dit is de helpdesk van de informaticacel. De informaticacel maakt gebruik van helpdeskondersteunende software om de honderden oproepen per jaar snel en efficiënt af te handelen. Kengetallen: ± 397 PC s, ± 300 printers, ± 800 gebruikers. De personen zonder PC zijn hierin ook opgenomen. Deze personen hebben regelmatig vragen voor de helpdesk. Netwerk en serverbeheer (LAN en WAN). Zowel het netwerk als de servers worden beheerd. Enkele voorbeelden van taken: backupbeheer, aanmaken en verwijderen van gebruikers, beheer van de verschillende toegangsrechten per gebruiker, capaciteitsbeheer van de servers en het netwerk, beheer van de externe connecties naar internet en leveranciers, interventies bij defecten, monitoring (in het oog houden) van de verschillende netwerk en servercomponenten door het nakijken van logbestanden, e.a.. Kengetallen: 21 LAN s, dit zijn de lokale netwerken binnen één gebouw of aanverwante gebouwen (één site), één WAN bestaande uit twintig netwerklijnen naar de twintig sites. Beheer van de centrale softwaresystemen. Dit is de software die door meerdere personen tegelijkertijd gebruikt wordt en geïnstalleerd is op de servers. De softwarepakketten die op de afzonderlijke PC s geïnstalleerd zijn (zoals Word en Excel), vallen hier niet onder. De volgende software wordt beheerd: * Windows 2000 Server (3), Windows 2003 Server (6), Windows 2008 Server (45), SCO Unix (1) en HP Unix (1). Dit zijn de besturingssystemen van de servers. * Microsoft Exchange Server (1), dit is de software die zorgt voor de afhandeling van . * Microsoft SCCM Server (18), dit is de software die zorgt voor de automatische installatie van PC s, software en updates. * Microsoft SQL Server (4), dit is de software die zorgt voor de gecentraliseerde databanken. * Spil van de firma Acerta (1), dit is de software die instaat voor HRM en loonberekening. * Cisco ASA (firewall) (2), dit is de software die instaat voor de beveiliging van het interne netwerk ten opzichte van de buitenwereld (bijvoorbeeld: internet). 29

34 * Microsoft IIS (1), dit is de software die instaat voor de intranet website (een webserver die enkel beschikbaar is voor de personeelsleden van het Bloso), e.a.. * Microsoft Sharepoint (3), dit is de software die instaat voor de websites: het business monitoringsysteem, diverse intranet en extranetsites, e.a. * Bluecoat appliance (1), dit is de hardware/software die ervoor zorgt dat alle PC s beschikken over een internettoegang. * Allot appliance (2), dit is de hardware/software die ervoor zorgt dat er Quality of Service (QoS) kan aangeboden worden op het Bloso netwerk waardoor het dataverkeer van bedrijfskritische applicaties (zoals onder meer SPIL) voorrang krijgt op minder belangrijk dataverkeer. * Microsoft Terminal Server (1), dit is de software die ervoor zorgt dat personeelsleden van thuis uit (of vanaf een andere locatie) een verbinding kunnen leggen met het Bloso netwerk. Op deze manier kunnen personeelsleden gebruik maken van alle applicaties die zich op het interne netwerk bevinden. * PeopleSoft ELM (1), dit is de software die aan de basis ligt van VotasIII en gebruikt wordt door de afdeling Sportkaderopleiding/Vlaamse Trainersschool voor het beheer van hun cursussen, cursisten, diploma s, e.a.. Nieuwe installaties (hardware en software), aanpassingen aan bestaande installaties en vervanging van verouderde systemen. Administratie van aankoop, budgetbeheer, inventarisatie en stockbeheer. Ontwikkeling van software. Indien er behoefte is aan software die niet op de informaticamarkt te koop is omdat er specifieke Bloso vereisten zijn, dan wordt deze software door de informaticacel zelf gecreëerd. Afhankelijk van de behoefte wordt de informaticacel hierbij bijgestaan door externe informatici. Er wordt gewerkt met een projectmatige aanpak met minimum volgende taken: * Behoeftebepaling. * Analyse en opmaak van user stories. * Programmatie van de software en de unittests. * Continuous Integration, de opgeleverde software continu integreren met het volledige systeem. * Testen van de software, in productie brengen van de software en nazorg. Na afloop van het project, wordt de software beheerd, onderhouden en eventueel aangepast aan veranderende behoeften. Ondersteuning van diverse Microsoft Accessapplicaties zoals Sportdag voor Ambtenaren,. Onderhoud van de databank Personen en Organisaties (PO): eliminatie van dubbels,. Ontwikkeling van online inschrijvingsformulieren voor de website van Bloso. Elke bezoeker van deze website kan informatie aanvragen over of zich inschrijven voor allerhande acties, evenementen, campagnes, sportkampen en sportlessen. Adviesverlening bij en ondersteuning van de websites van Bloso. 2. Projecten In 2015 werd aan de volgende projecten gewerkt: 30

35 Externe Authenticatie : Proof of concept met Netscaler en OpenAM Migratie van hosting Multimove website naar Bloso (Sport Vlaanderen). Project Intranet: navigatie, inhoud en ontwikkeling Wie is Wie applicatie. Wijziging IP adresblok Bloso bij VO. Vervanging van de pc s en portables in het hoofdbestuur en de buitendiensten Voorbereiding inkanteling afdeling Sport van het departement in Sport Vlaanderen. Volgende aspecten kwamen aan bod. Installatie van PC s en laptops, Migratie van de documenten van het departementaal DMS (documentum) naar het DMS van Bloso (Sharepoint), Migratie van mailboxen en persoonlijke netwerkschijven naar de mailen serveromgeving van Bloso, Beheer overnemen van enkele toepassingen (Hestia). Naamsverandering van Bloso naar Sport Vlaanderen mee begeleiden. Door de naamsveranderingen moesten de adressen van alle personeelsleden en een aantal URL s aangepast worden. Wifi Buitendiensten: Naar aanleiding van het sportinnovatiecongres werd in het centrum Brugge de wifi capaciteit gevoelig uitgebreid. Daarna werd voor een aantal andere prioritaire centra een omgevingsanalyse en plaatsingsplan opgesteld. In de eerste helft van 2016 moet in deze centra de wifi capaciteit ook gevoelig uitgebreid worden. Na de overstap op 1/1/2015 naar Orafin als boekhoudpakket werd een project opgestart om het oude pakket Ross tegen eind september uit te faseren en de data te migreren naar een SQL server zodat indien nodig de data nog beschikbaar waren Project Recreatex Inschrijving Sportkampen : Bij de start van de inschrijvingsperiode voor de zomerkampen was er een crash van de systemen waardoor inschrijvingen tijdelijk niet mogelijk waren. Na analyse van de verschillende oorzaken werd beslist om de integratie van Recreatex webshop met Mijn Bloso niet langer te gebruiken. In het najaar werd deze koppeling dan ook doorgeknipt Het project Spakkirefactor : omwille van functionele (product voldoet niet meer aan de huidige vereisten) en technische redenen (ESRI software is endoflife) zouden de Spakkidatabank, de Spakkibackofficetoepassing en de rapporteringstool moeten herschreven worden. In 2014 werd de behoefteanalyse voor het luik vervangen van de Spakkidatabank en de Spakkibackofficetoepassing afgerond. In 2015 werd de functionele analyse opgestart. Door andere prioriteiten werd dit project tijdelijk uitgesteld. De applicatie Sport na School werd in 2014 volledig herschreven en in de eerste helft van 2015 afgewerkt. Leerlingen kunnen online een SNS pas aanvragen. De inschrijvingen (o.a. betalingen en afdrukken van SNSpassen) kunnen door de Follo s beheerd worden in de online toepassing. De vernieuwde toepassing is sinds 1/9/2015 in gebruik. Sportsterrendagen: Er werd een inschrijvingsformulier en een backoffice toepassing ontwikkeld om de inschrijvingen voor de Sportsterrendagen vlot te laten verlopen en te verwerken. Spakkibevragingstool: Naar aanleiding van een oproep bij de gemeentes om de kwaliteit van de Spakkidatabank te verhogen, werd een toepassing ontwikkeld 31

36 waarmee de gemeenten aanpassingen aan de Spakki gegevens konden voorstellen. Deze werden dan door Bloso, na controle, in de Spakki toepassing ingegeven Blosowebsite wordt website van Sport Vlaanderen: * Voor de verouderde website van Bloso werd een nieuwe structuur en design uitgewerkt, die met moderner technologie en een nieuwe huisstijl beter onze klanten informeert. In de loop van het project is aan dat project nog de naamsverandering van het sportagentschap toegevoegd. In de getekende websitestructuur is rekening gehouden met de inkanteling van de afdeling Sport van het departement CJSM in het nieuwe agentschap. Zo is er voor elke website die zij beheerde, onderzocht of het opportuun was om hem in de grote nieuwe koepelsite te herbergen (Dopinglijn, Gezond Sporten, Topsport Vlaanderen, ). Uiteindelijk zullen we erin slagen van de twintig sites die de overheid gebruikte om burgers over sport te informeren er één over te houden. Bij elke beslissing over de structuur en welke info erin opgenomen moet worden, stond de beleving en het gemak van de gebruiker voorop. Er is hard gewerkt aan een duidelijke focus van de site: zijn primaire doelgroep en boodschap. * De site moet het nieuwe merk Sport Vlaanderen op de kaart zetten, en het helpen een positief imago te verwerven: dynamisch, modern en met een toon die je van een grote broer verwacht, tegelijk vertrouwen wekkend en vertrouwd. De nieuwe website zal in zijn structuur, in zijn inhoud en in zijn technologie toegankelijk, helder en aantrekkelijk zijn. * In 2015 heeft het verzamelen van alle data, het toetsen van doelen, wensen en verschillende gebruikers (lees: afdelingen) geleid tot een nieuwe informatiearchitectuur. Die informatiearchitectuur is op basis van iteraties intern gevalideerd, door de verschillende afdelingen en door het management De wireframes zijn intern gevalideeerd De wireframes zijn onderworpen aan gebruikerstests De wireframes zijn gedesignd met aandacht voor de nieuwe Vlaamse huisstijl Het project van de nieuw websitestructuur is bijna volledig opgeleverd De technologie om de nieuwe site te ontwikkelen is gekozen Het ontwikkelingstraject is uitgetekend Uptodate houden van de huidige Blosowebsite kalender, ). (nieuwsflashes, blikvangers, * Technische en inhoudelijke ondersteuning bieden aan alle Blosomedewerkers die een stuk van de Blosowebsite beheren. * Het ontwikkelen van nieuwe online invulformulieren, refactoring van bestaande Problem reporter Mountainbike Routes * In opdracht van Bloso ontwikkelde Routeyou een module waarmee enerzijds de mountainbiker eenvoudig een probleem met een mountainbikeroute kan 32

37 melden en anderzijds Bloso de gemelde problemen kan opvolgen en afhandelen. Deze module werd geïntegreerd in de Blosowebsite. Het project Sportdatabank Vlaanderen : in 2015 werd de Sportdatabank Vlaanderen verder onderhouden en vooral ook verder uitgebreid. Volgende zaken werden toegevoegd: * Sportvacatures: aangemelde leden kunnen een sportvacature plaatsen Meest recente sportvacatures Sportvacatures plaatsen en beheren via MijnBloso Sportvacatures zoeken Reageren op sportvacature Misbruik melden van sportvacatures Backoffice beheer van sportvacatures Sportvacature link op Sportdatabankkaartjes voor sites van derden. * Twitterlijsten van Sportdatabank Vlaanderen * Sportdatabank mobile app Uitbreiding beheer Sportdb functies Aanbod VTS opleidingen en inschrijvingen op opleidingen. 2. HARDWARE Aankoop van hardware Aankoop in 2015 Type Aantal Samsung M Citrix NetScaler VPX 200 Mbps Enterprise Edition 1 Dell Latitude E7450 (portable) 1 Apple ipadpro Wifi + Cellular 12Gb Space grey 1 Cisco Catalyst Port PE IP Base ac CAP; 3x3:2SS: Int AntE Reg Domain ac CAP; w/cleanair; 3x4:2SS: Mod: Int Ant: E Reg Domain ac CAP; Ctrl AP 4x4:3SS: w/cleanair; Int Ant: E Reg Domain 20 33

38 VI. SUBSIDIËRING 1. VOORAFGAANDELIJKE TOELICHTING Het decreet sportfederaties van 13 juli 2001 werd in 2015 gewijzigd door het decreet van 18 december 2015 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting De subsidiëring van de loonkosten aan 90% van personeelsleden in de functie van coördinator binnen de Vlaamse sportfederaties wordt vanaf 2015 niet langer gegarandeerd. Bij een ontoereikend subsidiekrediet wordt voortaan een correctiefactor toegepast op de subsidiepercentages van de loonkosten van alle gesubsidieerde personeelsleden (coördinatoren en medewerkers), waardoor het krediettekort op een billijke manier verspreid wordt over alle gesubsidieerde sportfederaties. De uitvoeringsbesluiten van het huidige decreet sportfederaties werden in 2015 verder uitgevoerd zowel voor de ondersteuning van de werking in de basisopdrachten als voor de ingediende projecten in de facultatieve opdrachten. Ter voorbereiding van een nieuw decreet voor de georganiseerde sportsector, dat in 2017 in voege zal gaan, ondernamen we in 2015 verdere stappen. We schreven in nauw overleg met het kabinet Sport een voorontwerp van decreet houdende de erkenning en subsidiëring van de georganiseerde sportsector en wonnen hierover het advies van de Vlaamse Sportraad in. Daarna keurde de Vlaamse Regering dit voorontwerp van decreet op 18 december 2015 een tweede keer principieel goed en legde dit vervolgens voor advies voor aan de Raad van State. Dit voorontwerp van decreet heeft als doel de georganiseerde sportwereld te responsabiliseren en op basis van een verhoogde autonomie de Vlaamse sportfederaties te laten uitgroeien tot ambitieuze en dynamische organisaties die in staat zijn te anticiperen op toekomstige maatschappelijke en sportieve uitdagingen. De klantvriendelijke benadering van de sporter dient hierbij centraal te staan. Het decreet beoogt de effectiviteit en de efficiëntie van de ingezette Vlaamse middelen te verhogen en de kwaliteit van het sportaanbod in de Vlaamse sportclubs te verbeteren, vertrekkende van een verantwoorde rationalisatie van het Vlaamse sportfederatielandschap. Het voorontwerp van decreet voorziet in een afstemming tussen de financiële input van de Vlaamse overheid en de output aan resultaten van het georganiseerde sportaanbod en dit rekening houdende met promotionele, sporttechnische, ondersteunende en kwalitatieve aspecten. Daarnaast wordt het vastleggen van een groeitraject in het kader van goed bestuur binnen de sportfederaties een belangrijk beleidsinstrument. In dat kader werd in 2015 een studieopdracht Goed bestuur in Vlaamse sportfederaties uitgeschreven. Deze studieopdracht heeft als centrale doelstelling het concretiseren van de principes over goed bestuur naar de praktijk van de Vlaamse sportfederatiesector en het faciliteren van de implementatie, evaluatie en volarisatie binnen het nieuwe decreet. De studieopdracht werd eind 2015 toegewezen aan KU Leuven faculteit sociale wetenschappen Leuven International and European Studies. 34

39 Vanaf 2014 is het nieuwe decreet lokaal sportbeleid van toepassing voor gemeenten en provincies. Aangezien de sectorale subsidies aan de gemeenten vanaf 2016 overgeheveld worden naar het Gemeentefonds, is 2015 het laatste subsidiejaar voor de gemeenten (uitgezonderd de randgemeenten). Voor de provincies blijft het decreet van kracht tot de definitieve inkanteling van de persoonsgebonden materies een feit is. Voor de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) blijft tot en met 2015 het Sport voor Allendecreet van kracht. Vanaf 2014 is het nieuwe decreet houdende het stimuleren, het coördineren en het subsidiëren van de tewerkstelling in de sportsector en het bijhorend besluit van toepassing. Dit decreet en besluit kadert binnen de doelstelling om de professionalisering en de tewerkstelling binnen de sportsector te vergroten met specifieke aandacht voor de gevolgen van de interne staatshervorming en het programmadecreet van 13/7/2012. In 2015 werd in overleg met de sector gestart met de evaluatie van het decreet van 3/4/2009 houdende de toekenning van subsidies voor de uitbouw, de coördinatie en de promotie van het sportaanbod van de studentenvoorzieningen van de Vlaamse universiteiten en hogescholen en de erkenning en subsidiëring van een Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging. Het decreet botst op haar eigen budgettaire limieten en wordt getoetst op haar efficiëntie en effectiviteit. De evaluatie wordt afgerond in Het subsidiëringsbeleid in 2015 werd voornamelijk geregeld door volgende subsidiedecreten: Het decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding, gewijzigd bij de decreten van 24 december 2004, 23 mei 2008, 20 december 2013 en 18 december 2015; Het decreet van 9/3/2007 houdende de subsidiëring van gemeente en provinciebesturen en de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor het voeren van een Sport voor Allenbeleid (voor VGC); Het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid (gemeenten, provincies, vzw De Rand en ISB); Het decreet van 8/11/2013 houdende het stimuleren, het coördineren en het subsidiëren van de tewerkstelling in de sportsector. Het decreet van 3/4/2009 houdende de toekenning van subsidies voor de uitbouw, de coördinatie en de promotie van het sportaanbod van de studentenvoorzieningen van de Vlaamse universiteiten en hogescholen en de erkenning en subsidiëring van een Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging; HET DECREET VAN 13/7/2001 HOUDENDE DE REGELING VAN DE ERKENNING EN SUBSIDIËRING VAN DE VLAAMSE SPORTFEDERATIES, DE KOEPELORGANISATIE EN DE ORGANISATIES VOOR DE SPORTIEVE VRIJETIJDSBESTEDING Het decreet van 13/7/2001, dat in werking trad op 1/1/2002, creëert een doorzichtig sportlandschap door een duidelijk onderscheid te maken tussen de sportfederaties, onderverdeeld in unisportfederaties en recreatieve sportfederaties, de organisaties voor 35

40 de sportieve vrijetijdsbesteding en de koepelorganisatie, die als aanspreekpunt fungeert voor de sportfederaties. Via de invoering van de erkenning en subsidiëring van de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding is een structurele (financiële) oplossing gevonden voor de sportfederaties waarvan de sporttak niet in het sporttakkenbeleid is opgenomen. De drie actoren binnen dit decreet dienen een beleidsplan voor de duur van vier jaar op te stellen, beginnend op 1 januari van het jaar volgend op de Olympische Zomerspelen en eindigend op 31 december van het jaar van de volgende Olympische Zomerspelen. ERKENNING In het decreet van 13/7/2001 is de loskoppeling van de erkenning en de subsidiëring van de sportfederaties behouden. De Vlaamse overheid erkent sportfederaties die aan een aantal criteria voldoen. Voor de sportfederaties is de erkenning een legitimering naar de buitenwereld toe. Vooral op internationaal vlak kan dit voor sportfederaties belangrijk zijn. In dit decreet worden daartoe de minimale kwantitatieve en kwalitatieve erkenningsvoorwaarden vastgelegd. De erkenning van sportfederaties wordt verleend voor onbepaalde duur door de Vlaamse minister van Sport, maar wordt wel jaarlijks gecontroleerd. Ook voor de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding zijn aparte erkenningsvoorwaarden in het decreet opgenomen. De erkenning van de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding wordt voor vier jaar verleend door de Vlaamse minister van Sport. SUBSIDIËRING Het subsidiëren van sportfederaties is geen doel op zich, maar een beleidsinstrument dat door de overheid heel gericht wordt gebruikt om twee belangrijke doelstellingen te realiseren: Een verhoging van de sportparticipatie en een betere doorstroming naar de georganiseerde sport; Een verhoging van de kwaliteit van het sportaanbod en de werking van de sportfederaties. Inzake subsidiëring worden de sportfederaties ingedeeld in unisportfederaties en recreatieve sportfederaties. Unisportfederaties concentreren zich uitsluitend op één sporttak, waarbij het accent op het competitieve ligt en maken tevens deel uit van een internationaal erkende structuur. Recreatieve sportfederaties bieden één of meer sporttakken aan met een meer recreatieve inslag. De subsidiëring van sportfederaties blijft gekoppeld aan een sporttakkenlijst. Op 5/12/2008 heeft de Vlaamse Regering een nieuwe sporttakkenlijst goedgekeurd waarbij de vorige sporttakkenlijst (goedgekeurd op 31/5/2002) beperkt werd aangepast. Zo is de vroegere sporttak speleologie voortaan opgenomen als een discipline binnen de sporttak klim en bergsport. Omgekeerd duikt ropeskipping in de huidige lijst op als afzonderlijke sporttak, daar waar ropeskipping binnen de vorige sporttakkenlijst nog als een discipline van de sporttak gymnastiek voor subsidiëring in aanmerking kwam. 36

41 De huidige sporttakkenlijst telt de volgende 54 sporttakken en bijhorende disciplines die voor subsidiëring in aanmerking komen in het kader van het sporttakkenbeleid. SPORTTAKKEN EN HUN DISCIPLINES DIE VOOR SUBSIDIËRING IN AANMERKING KOMEN IN HET KADER VAN HET SPORTTAKKENBELEID 1 Aikido 2 Atletiek: loop en kampnummers, marathon, snelwandelen, veldloop, stratenloop, ultraloop, jogging, berglopen 3 Badminton 4 Baseball Softball: baseball, slowpitch softball, fastpitch softball 5 Basketbal 6 Klim en bergsport: sportklimmen (rots, muur, snelheid, lead, bouldering, drytool), bergwandelen en trekking, bergbeklimmen (alpinisme, rotsklimmen, offpiste skiën/boarden, toerskiën/boarden, ijsklimmen, skialpinisme, expedities), canyoning, speleologie 7 Boksen: Engels boksen (olympisch) 8 Boogschieten: doelschieten (olympisch), field, doelschieten compound 9 Dansen: standaard (ballroom, latin), actuele dansen 10 Duiken: duiken, vinzwemmen, onderwaterhockey, vrijduiken, onderwatertechnieken 11 Fitness: individuele fitness, groepsfitness, sports aerobics, fitness teams, hiphop 12 Gewichtheffen Powerliften: trekken, stoten, bench press, squat, dead lifting 13 Golf: golf, pitch&putt 14 Gymnastiek: artistieke gymnastiek, ritmische gymnastiek, ritmische gymnastiek per tuig, acrobatische gymnastiek, aerobic gymnastics, tumbling, trampoline, dubbele minitrampoline, synchroon trampoline, algemene gymnastiek 15 Handbal: handbal, strandhandbal 16 Hockey 17 Ijshockey 18 Ijsschaatsen: figuurschaatsen, snelschaatsen, shorttrack, synchroonschaatsen 19 Jujitsu: duosystem, fighting systems 20 Judo 21 Kaatsen 22 Kanokajak: lijnvaren, slalom, polo, marathon, rivier, dragonboat, freestyle, rafting 23 Karate: stijl, wedstrijd (noncontact) 24 Kendo 25 Korfbal 26 Krachtbal 27 Motorrijden: motorcross, trial 28 Oriëntatielopen: looporiëntatie, mountainbike oriëntatie, ski oriëntatie, trial oriëntatie 29 Paardrijden: dressuur, jumping, eventing, voltige, mennen, endurance, reining, horseball 30 Parachutisme: formation skydive, freestyle skydive, style & accuracy landing, canopy formation, freeflying, paraski, skysurfing, canopy piloting 31 Reddend zwemmen: pool, surf (beach) 32 Roeien: boordroeien, koppelroeien 33 Rolschaatsen: skeeleren, kunstrolschaatsen, rink hockey, inline hockey, downhill, skateboarding, inlinefreestyle 34 Ropeskipping 35 Rugby 36 Schermen: floret, degen, sabel 37 Schieten (olympisch): geweer, pistool, running target, kleischieten, bench, historische wapens, parcours, ordonnance 38 Skiën: snowboard, vrijestijl, alpine, langlauf, schansspringen, nordic combined, 37

42 telemark, speed, gras, roller, firngleiten 39 Squash 40 Taekwondo: stijl, sparring (olympisch) 41 Tafeltennis 42 Tennis: tennis, beachtennis 43 Triatlonduatlon: triatlon, duatlon, aquatlon, wintertriatlon, crosstriatlon, winterduatlon 44 Voetbal: veldvoetbal, zaalvoetbal, strandvoetbal, minivoetbal 45 Volleybal: zaalvolleybal, strandvolleybal, parkvolleybal 46 Wandelen: wandelen, nordic walking 47 Waterskiën: tornooi (figuur, schans, slalom), blootsvoets, wakeboard, racing, kabelbaan 48 Wielrennen: weg, piste, mountainbike, veldrijden, BMX, trial, fietspolo, indoor (cyclobal, kunstwielrennen) 49 Worstelen: grieksromeins, vrijestijl 50 Wushu 51 Zeilen: olympische klassen, windsurfing, zwaardboot, kielboot, multihull, erkende klassen, klassieke yachtklassen, kitesurfen, golfsurfen 52 Zeilwagenrijden: zeilwagenrijden, speedsailing 53 Zwemmen: zwemmen, waterpolo, synchroonzwemmen, schoonspringen, openwaterzwemmen 54 Gehandicaptensporten: boccia, torbal, goalbal en de sporttakken en hun disciplines uit deze sporttakkenlijst De erkenning van sportfederaties wordt voor onbepaalde duur verleend, maar de subsidies worden jaarlijks aan de sportfederaties toegekend. In het decreet van 13/7/2001 wordt een apart deel gewijd aan de subsidiëring van de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding. Zowel de koepelorganisatie als de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding dienen aan specifieke subsidiëringsvoorwaarden te voldoen en specifieke eigen opdrachten te vervullen. BASISOPDRACHTEN VAN DE SPORTFEDERATIES Via de vijf verplichte basisopdrachten van een Vlaamse sportfederatie geeft de Vlaamse overheid prioriteit aan: de organisatie van competitieve sportbeoefening (enkel voor unisportfederaties) en recreatieve sportbeoefening; de kaderopleiding en bijscholing van de sporttechnische verantwoordelijken van de sportfederatie en de aangesloten sportclubs en de praktijkgerichte bijscholing van het bestuurlijke en administratieve kader van de sportfederatie en de aangesloten sportclubs; de begeleiding (sporttechnisch, bestuurlijk, administratief, sportpromotioneel en sportmedisch) van de sportclubs; de informatiedoorstroming van de sportfederatie naar de sportclubs en van de sportfederatie naar het Bloso; de promotie van de eigen sporttak(ken). FACULTATIEVE OPDRACHTEN VAN DE SPORTFEDERATIES Via de facultatieve (dus niet verplichte) opdrachten van een Vlaamse sportfederatie wordt ruimte gecreëerd voor een projectmatige subsidieregeling, waarbij het accent kan 38

43 worden gelegd op jeugdsport, sportkampen, topsport (zie hoofdstuk VII. TOPSPORT) en het prioriteitenbeleid van de Vlaamse Regering. Het uitvoeringsbesluit jeugdsport van 12/9/2008, dat gebaseerd is op het creëren van een jeugdsportfonds, is in werking getreden voor de jeugdsportprojecten die worden georganiseerd vanaf het jaar Met het uitvoeringsbesluit sportkampen van 16/1/2009 worden de Vlaamse sportfederaties gestimuleerd om kwaliteitsvolle sportkampen te organiseren zowel voor leden (dropout verminderen) als voor nietleden (sportparticipatie verhogen). Dit uitvoeringsbesluit is in werking getreden voor alle sportkampen die worden georganiseerd vanaf het jaar Het prioriteitenbeleid van de Vlaamse Regering heeft tot doel de sportparticipatie van bijzondere doelgroepen en hun aansluiting bij een sportclub te bevorderen. Aan deze laatste facultatieve opdracht, ook reeds voorzien in het vorige decreet van 13/4/1999, werd voor het eerst in 2003 uitvoering gegeven. In 2003 en 2004 stond het prioriteitenbeleid in het teken van het bevorderen van de gezamenlijke sportbeoefening van allochtone en autochtone bevolkingsgroepen in de sportclubs. In de periode werd prioriteit gegeven aan de doelgroep personen met een handicap. Gedurende de beleidsperiode luidde het thema het bevorderen van de sportparticipatie van 55plussers en hun aansluiting bij een sportclub. Sinds 2013 staat het prioriteitenbeleid in het teken van het stimuleren en activeren van gezond sporten bij de jeugd in de sportclubs. Dit thema loopt tot 31/12/2016. HET DECREET VAN 7/3/2007 HOUDENDE DE SUBSIDIËRING VAN GEMEENTE EN PROVINCIEBESTUREN EN DE VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE VOOR HET VOEREN VAN EEN SPORT VOOR ALLENBELEID In dit jaarverslag vemelden we ook nog de definitieve subsidie 2014 (afrekening in 2015) aan de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC), daarom behouden we de inhoud over het Sport voor Allendecreet nog. Immers, vanaf 2014 is het nieuwe decreet lokaal sportbeleid van kracht voor gemeenten en provincies en vanaf 2016 voor de VGC. Het decreet regelde in hoofdzaak de subsidiëring van de besturen (gemeenten, provincies, VGC) en de indieners van een verenigingssportbeleidsplan (indien de gemeente zelf niet instapt in het decreet). Via de beleidssubsidie tracht de Vlaamse overheid de VGC aan te zetten tot het voeren van een Sport voor Allenbeleid. Het decreet vertrekt voor de VGC vanuit de drie gemeentelijke inhoudelijke accenten: aandacht voor de ondersteuning van de georganiseerde sport in clubverband, aandacht voor de andersgeorganiseerde sport en het expliciet werk maken van toegankelijkheid tot en diversiteit in de sport. Voor de VGC werden deze accenten vertaald naar het bovenlokale niveau aangevuld met specifieke opdrachten voor sport voor mensen met een handicap en voor de pool van sportgekwalificeerde begeleiders. Daarnaast werd op basis van het decreet lokaal sportbeleid met het Vlaams Instituut voor Sportbeheer en Recreatiebeleid (ISB) een beheersovereenkomst afgesloten. Het 39

44 ISB heeft de voorbereiding van de begeleiding van de besturen in het kader van het decreet lokaal sportbeleid als opdracht. HET DECREET VAN 6/7/2012 HOUDENDE HET STIMULEREN EN SUBSIDIËREN VAN EEN LOKAAL SPORTBELEID Het decreet regelt de subsidiëring van de besturen (gemeenten, provincies, VGC) en vzw De Rand. Via de subsidie tracht de Vlaamse overheid de besturen aan te zetten tot het voeren van een lokaal sportbeleid. Het decreet ondersteunt voor de gemeenten (t.e.m. 2015) en de VGC (vanaf 2016) de uitvoering van 4 beleidsprioriteiten: het ondersteunen van de kwalitatieve uitbouw van de sportverenigingen via een doelgericht subsidiebeleid; het stimuleren van sportverenigingen tot professionalisering met een bijzonder accent op kwaliteitsvolle jeugdsportbegeleiding en eventueel tot onderlinge samenwerking; het voeren van een activeringsbeleid met het oog op een levenslange sportparticipatie via een anders georganiseerd laagdrempelig beweeg en sportaanbod; het voeren van een beweeg en sportbeleid met aandacht voor transversale samenwerking zodat kansengroepen gelijke kansen krijgen om actief te participeren in sport. Voor de provincies geldt één beleidsprioriteit: het stimuleren van personen met een handicap tot sportbeoefening via een laagdrempelig beweeg en sportaanbod. Op basis van het decreet lokaal sportbeleid wordt het Vlaams Instituut voor Sportbeheer en Recreatiebeleid (ISB) gesubsidieerd voor de begeleiding van de gemeenten, de VGC en de provincies in het kader van de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen en voor de uitbouw van een expertisecentrum Buurtsport. DECREET VAN 8/11/2013 HOUDENDE HET STIMULEREN, HET COÖRDINEREN EN HET SUBSIDIËREN VAN DE TEWERKSTELLING IN DE SPORT Het decreet van 8/11/2013 regelt de erkenning en de subsidiëring van een organisatie voor de coördinatie en de tewerkstelling van een pool van sportbegeleiders en sportondersteuners. De organisatie(s) binnen dit decreet had(den) de tijd tot 31 januari 2014 om een erkennings en subsidiëringsaanvraag in te dienen voor de komende vijf jaar. De subsidiëringsaanvraag moest vergezeld zijn van een beleidsplan in het kader van het tewerkstellingsdecreet voor de periode van en een eerste jaaractieplan Op basis van de binnengekomen aanvragen wordt VLABUS erkend en gesubsidieerd voor de komende vijf jaar. HET DECREET VAN 3/4/2009 HOUDENDE DE TOEKENNING VAN SUBSIDIES VOOR DE UITBOUW, DE COÖRDINATIE EN DE PROMOTIE VAN HET SPORTAANBOD VAN DE STUDENTENVOORZIENINGEN VAN DE VLAAMSE UNIVERSITEITEN EN HOGESCHOLEN EN DE ERKENNING EN SUBSIDIËRING VAN EEN VLAAMSE OVERKOEPELENDE STUDENTENSPORTVERENIGING 40

45 Het decreet van 3/4/2009 regelt de subsidiëring van de vijf Vlaamse associaties in het hoger onderwijs en de erkenning en subsidiëring van een Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging. De actoren binnen dit decreet moeten een sportbeleidsplan voor de duur van 4 jaar op te stellen, gelijklopend met de olympiade. Op respectievelijk 1/9/2012 en eind december 2012 hebben de Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging en de vijf Vlaamse associaties hun sportbeleidsplan bij het Bloso ingediend. De subsidie aan de 5 Vlaamse associaties in het hoger onderwijs wordt verleend voor de uitbouw, de coördinatie en de promotie van het sportaanbod binnen de onderwijsstructuur waarvoor deze associaties verantwoordelijk zijn. De erkenning en subsidiëring van de overkoepelende studentensportvereniging wordt verleend voor de organisatie van associatieoverschrijdende studentensportinitiatieven en voor de deelname van studenten aan internationale studentensportinitiatieven. 2. OVERZICHT SUBSIDIES DEFINITIEVE SUBSIDIES DEFINITIEVE SUBSIDIES % VAN TOTALE SUBSIDIËRING Basissubsidies Vlaamse sportfederaties , ,08 40,11% 37,51% ESR code Aanvullende subsidies Vlaamse sportfederaties Jeugdsport , ,58 4,10% 4,82% ESR code Aanvullende subsidies Vlaamse sportfederaties Sportkampen , ,87 0,89% 0,99% ESR code Aanvullende subsidies Vlaamse sportfederaties Prioriteitenbeleid , ,59 0,36% 0,35% ESR code Subsidies Koepelorganisatie (VSF) , ,96 1,23% 1,32% ESR code Subsidies organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding , ,00 0,96% 1,04% ESR code Subsidies gemeenten (incl.de Rand VGC gemeenten) , ,02 ESR code en (princ. subsidie 2015*) 27,72% 27,52% Subsidies provincies , ,00 0,68% 0,71% 41

46 ESR code (princ. subsidie 2015*) Subsidies Vlaamse Gemeenschapscommissie (bovenlokaal zie ook gem) , ,22 0,79% 0,83% ESR code (princ. subsidie 2015*) Subsidie ISB (decreet 6/7/2012) , ,00 0,36% 0,37% ESR code Decreet sport in het hoger onderwijs ,00 (waarvan euro decr. subsidie 2014 voor de associaties en euro ESR code voor de Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging) ,00 (waarvan euro princip. decr. subsidie 2015 voor de associaties en euro voor de Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging) 1,69% 1,73% Tewerkstellingsdecreet (Vlabus) , ,00 5,60% 6,59% ESR code Werkingssubsidies Sportimonium , ,00 0,19% 0,20% ESR code Subtotaal subsidies zonder topsport Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor de voorbereiding en deelname aan internationale wedstrijden ESR code , ,32 84,68% 84,03% , ,00 10,16% 10,31% Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor Topsportscholen , ,00 3,91% 4,12% ESR code Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor organisatie van WK,EK,WB in Vlaanderen ESR code Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor voorbereiding en deelname van Vlaamse topsporters aan Olympische Spelen, Wereldspelen, Paralympics en EYOD ESR code Subtotaal subsidies topsport , ,03 0,23% 0,31% , ,00 1,03% 1,06% , ,03 15,32% 15,97% Totaal subsidies , ,35 100,00% 100,00% 42

47 3. BASISSUBSIDIES VLAAMSE SPORTFEDERATIES ESR code Wettelijke basis Decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding, gewijzigd bij de decreten van 24 december 2004, 23 mei 2008, 20 december 2013 en 18 december Besluit van de Vlaamse Regering van 5/12/2008 tot vaststelling van de erkenningsen subsidiëringsvoorwaarden van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding. 2. Erkenning Om als Vlaamse sportfederatie erkend te worden en te blijven, moet aan zestien erkenningsvoorwaarden, die beschreven worden in artikel 5 van het decreet, voldaan worden. In 2015 zijn 88 sportfederaties erkend. Ten opzichte van 2014 werd de erkenning van de vzw Gym & Dans Federatie Vlaanderen ingetrokken omwille van fusionering door opslorping met de vzw Sportafederatie. ERKENDE SPORTFEDERATIES IN ABC Vlaanderen American Kickboxing Association vzw 2. AKTIVIA vzw 3. Badminton Vlaanderen vzw 4. Belgische Politie Sportbond Nederlandstalige Vleugel vzw 5. Bond voor Lichamelijke Opvoeding vzw 6. BRSF Vlaanderen vzw 7. Cricket Vlaanderen vzw 8. Dansliga Sportfederatie vzw 9. De FitnessOrganisatie vzw 10. FALOSSportfederatie van de KWB vzw 11. Federatie Dans en Sport vzw 12. Federatie Disco, Show en Freestyle vzw 13. Federatie van Amateurs Motorcrossbonden van Vlaanderen vzw 14. FROS Amateursportfederatie vzw 15. Gezinssportfederatie vzw 16. GymnastiekFederatie Vlaanderen vzw 17. Handboogliga vzw 18. Hondenfederatie Vrienden Onder Eén vzw 19. Klim en Bergsportfederatie vzw 20. Koninklijke Antwerpse Vereniging van Vriendenclubs vzw 21. Koninklijke Belgische Korfbalbond Vlaamse Liga vzw 22. Koninklijke Belgische Liefhebbersvoetbalbond vzw 23. Koninklijke Vlaamse Voetbalbond vzw 24. Landelijke Rijverenigingen vzw 25. Liga van Vlaamse Zweefvliegclubs vzw 26. Natuurvriendensportfederatie vzw 27. Nederlandstalige Liga voor Onderwateronderzoek en Sport vzw 43

48 28. OKRA SPORT, trefpunt 55+ vzw 29. Parantee vzw 30. Petanque Federatie Vlaanderen vzw 31. PSYLOS vzw 32. Recreatief Aangepast Sporten vzw 33. Sneeuwsport Vlaanderen vzw 34. Sportafederatie vzw 35. Sportievak vzw 36. Sportiv vzw 37. SSport Federatie vzw 38. Tennis Vlaanderen vzw 39. Verbond van Vlaamse Speleologen vzw 40. Verbond van Vlaamse Watersportverenigingen Recrea vzw 41. Vereniging voor modelluchtvaartsport vzw 42. Vlaams Verbond voor Oriënteringssporten vzw 43. Vlaamse Aikido Vereniging vzw 44. Vlaamse Atletiekliga vzw 45. Vlaamse Autosportfederatie vzw 46. Vlaamse Baseball en Softball Liga vzw 47. Vlaamse Basketballiga vzw 48. Vlaamse Boks Liga vzw 49. Vlaamse Boogsport Federatie 'Liggende Wip' vzw 50. Vlaamse Bowlingsport Federatie vzw 51. Vlaamse Handbal Vereniging vzw 52. Vlaamse Hockey Liga vzw 53. Vlaamse Judofederatie vzw 54. Vlaamse JuJitsu Federatie vzw 55. Vlaamse Kano & Kajak Federatie vzw 56. Vlaamse Karate Federatie vzw 57. Vlaamse Kunstschaatsen Bond vzw 58. Vlaamse Liefhebbers Motorrijders vzw 59. Vlaamse Liga Paardensport vzw 60. Vlaamse Liga van Bedrijfssport vzw 61. Vlaamse Minivoetbalfederatie vzw 62. Vlaamse Motorrijdersbond van België vzw 63. Vlaamse Reddingsfederatie vzw 64. Vlaamse Roeiliga vzw 65. Vlaamse Rollerbond vzw 66. Vlaamse Rugby Bond vzw 67. Vlaamse Schermbond vzw 68. Vlaamse Schietsportkoepel vzw 69. Vlaamse Snookerfederatie vzw 70. Vlaamse Squashfederatie vzw 71. Vlaamse Taekwondo Bond vzw 72. Vlaamse Tafeltennisliga vzw 73. Vlaamse Triatlon & Duatlon Liga vzw 74. Vlaamse Vechtsport Associatie vzw 75. Vlaamse Vereniging van Hengelsport Verbonden vzw 76. Vlaamse Vereniging voor Golf vzw 77. Vlaamse Volleybalbond vzw 78. Vlaamse Wandel en Omnisportfederatie vzw 79. Vlaamse Wandelfederatie vzw 44

49 80. Vlaamse Wielrijdersbond vzw 81. Vlaamse Wushu Federatie vzw 82. Vlaamse Yachting Federatie vzw 83. Vlaamse Zaalvoetbalbond vzw 84. Vlaamse Zwemfederatie vzw 85. Voetbalfederatie Vlaanderen vzw 86. Vrije Vlaamse Recreatiesporten vzw 87. Waterski Vlaanderen vzw 88. Wielerbond Vlaanderen vzw De erkenning van een sportfederatie wordt voor onbepaalde duur toegekend door de Vlaamse minister van Sport. De erkenningsvoorwaarden worden jaarlijks gecontroleerd. 3. Subsidiëring De gesubsidieerde sportfederaties worden ingedeeld in unisportfederaties en recreatieve sportfederaties. Unisportfederaties concentreren zich uitsluitend op één sporttak, waarbij het accent op het competitieve ligt en maken tevens deel uit van een internationaal erkende structuur. De unisportfederaties worden ingedeeld in drie categorieën. Een unisportfederatie van categorie A kan o.a. als enige, via haar nationale koepel, deelnemen aan de Olympische Spelen en heeft ten minste 500 aangesloten leden. Een unisportfederatie van categorie B kan o.a. als enige, via haar nationale koepel, deelnemen aan Wereldkampioenschappen of de Wereldspelen en heeft ten minste aangesloten leden. Een unisportfederatie van categorie C kan o.a. als enige, via haar nationale koepel, deelnemen aan de Paralympics en heeft ten minste aangesloten leden. De recreatieve sportfederaties bieden één of meer sporttakken aan met een meer recreatieve inslag. De recreatieve sportfederaties moeten ten minste aangesloten leden hebben. De recreatieve sportfederaties voor personen met een handicap moeten ten minste aangesloten leden hebben. In 2015 zijn leden aangesloten bij de gesubsidieerde Vlaamse sportfederaties, waarvan leden aangesloten bij unisportfederaties en leden bij recreatieve sportfederaties. Het totaal aantal aangesloten leden in 2015 is ten opzichte van 2014 gestegen met leden (+3,88 %): leden (+3,92%) bij de unisportfederaties en leden (+3,80%) bij de recreatieve sportfederaties. Bij de vergelijking t.o.v zien we in alle leeftijdscategorieën een stijging : 0 tot 11jarigen (+8,54%), 12 tot 18jarigen (+3,80%) en >18 jaar (+2,01%). Ook per geslacht zien we telkens een stijging, die vooral bij de vrouwen zeer uitgesproken is: mannen (+1,84%) en vrouwen (+7,13%). Samen met de stijging van de ledencijfers steeg ook het aantal sportclubs in 2015 (+1,86%). 45

50 AANTAL LEDEN EN CLUBS VAN GESUBSIDIEERDE SPORTFEDERATIES j 1218j >18j MAN VROUW LEDEN CLUBS Unisportfederaties ,37% 22,87% 46,76% 62,17% 37,83% 100,00% 40,65% Recreatieve sportfederaties ,95% 7,68% 80,37% 59,96% 40,04% 100,00% 59,35% TOTAAL ,85% 17,48% 58,67% 61,38% 38,62% 100,00% 100,00% AANTAL LEDEN EN CLUBS VAN GESUBSIDIEERDE SPORTFEDERATIES j 1218j >18j MAN VROUW LEDEN CLUBS Unisportfederaties ,15% 22,74% 46,11% 60,74% 39,26% 100,00% 40,72% Recreatieve sportfederaties ,54% 7,86% 78,60% 59,16% 40,84% 100,00% 59,28% TOTAAL ,91% 17,47% 57,62% 60,18% 39,82% 100,00% 100,00% Algemene subsidiëringsvoorwaarden Om voor subsidiëring in aanmerking te komen, moeten unisportfederaties en recreatieve sportfederaties voldoen aan de volgende voorwaarden: Aan alle aangesloten leden via de sportclubs gedurende het sportjaar sportactiviteiten op een verantwoorde wijze aanbieden, waarbij het gaat om een voldoende regelmatige en fysieke inspanning: voor de unisportfederaties van categorie A en B en de recreatieve sportfederaties: via de sportclubs activiteiten aanbieden waarbij de aangesloten leden wekelijks gedurende minstens 30 weken de aangeboden sporttak(ken) kunnen beoefenen. voor de unisportfederatie van categorie C en voor de recreatieve sportfederaties voor gehandicapte personen: via de sportclubs die sporttakken aanbieden voor gehandicapte personen, activiteiten aanbieden waarbij de aangesloten leden tweewekelijks gedurende minstens 30 weken één of meer sporttakken kunnen beoefenen. De programmering van de sportactiviteiten van de sportclubs inventariseren waarbij de controle van deze gegevens door het Bloso steekproefsgewijs kan plaatsvinden bij de aangesloten leden en sportclubs. 46

51 Op elektronische wijze een ledenbestand bijhouden met betrekking tot de aangesloten sportclubs en een bestand bijhouden met betrekking tot de aangesloten leden. Een boekhouding voeren volgens de door de Vlaamse Regering voorgeschreven regels. Jaarlijks de door de algemene vergadering goedgekeurde rekeningen en de balans van het voorbije jaar aan het Bloso voorleggen. Via de sportclubs een gedeelte van de jaarlijkse bijdrage van de aangesloten leden innen, bestaande uit: een forfaitair bedrag van minstens 2,50 euro per aangesloten lid en het integrale bedrag van de ledenverzekering per aangesloten lid. In het vierjaarlijks beleidsplan de werking, de kwaliteitszorg en de effectmeting per basisopdracht opnemen en omschrijven hoe de voortgangsbewaking door de sportfederatie wordt georganiseerd. Het vierjaarlijks beleidsplan dient aangevuld te worden met een jaarlijks actieplan waarin voor alle basisopdrachten en in voorkomend geval voor de facultatieve opdrachten de concrete activiteiten en timing, die gerealiseerd zullen worden om de strategische en operationele doelstellingen te verwezenlijken, en de bijhorende gedetailleerde begroting aan bod komen. Voldoen aan de volgende voorwaarden inzake opleiding en bijscholing van de verantwoordelijke personen: de sporttechnische coördinator(en) en de coördinator topsport van de sportfederatie moet(en) jaarlijks een sport of managementgerelateerde bijscholing van minstens zes uur volgen die georganiseerd of erkend wordt door de VTS; de administratieve coördinator van de sportfederatie moet jaarlijks een administratieve bijscholing van minstens zes uur volgen die door het Bloso georganiseerd of erkend wordt. Uitvoering van de basisopdrachten Om in aanmerking te komen voor subsidies moeten de sportfederaties de volgende vijf basisopdrachten uitvoeren: Unisportfederaties 1 organiseren van competitieve sportbeoefening op lokaal, nationaal en internationaal vlak 2 organiseren van recreatieve sportbeoefening voor kinderen, jongeren, volwassenen en senioren 3 organiseren van kaderopleiding en bijscholing 4 begeleiding van de aangesloten sportclubs met bijzondere aandacht voor de kwaliteitszorg, een informatieplicht nakomen ten opzichte van de sportclubs en de aangesloten leden alsmede een informatieopdracht uitoefenen ten behoeve van de Vlaamse overheid Recreatieve sportfederaties 1 organiseren van zuiver recreatieve sportbeoefening en in voorkomend geval organiseren van competitiegerichte recreatieve sportbeoefening op lokaal en Vlaams vlak 2 organiseren van kaderopleiding en bijscholing 3 begeleiding van de aangesloten sportclubs met bijzondere aandacht voor de kwaliteitszorg 4 een informatieplicht nakomen ten opzichte van de sportclubs en de aangesloten leden alsmede een informatieopdracht vervullen ten behoeve van de Vlaamse overheid 5 de eigen sporttak promoten 5 promoten van de aangeboden sporttak(ken) 47

52 Voorwaarden inzake personeel Elke unisportfederatie moet minimaal 1 voltijds equivalent sporttechnische coördinator, 1 voltijds equivalent administratieve coördinator en 1 halftijds of voltijds equivalent sporttechnische coördinator voor recreatieve sportbeoefening in dienst hebben. Een unisportfederatie die gesubsidieerd wordt voor de facultatieve opdracht topsport en die participeert in een topsportschool, kan gesubsidieerd worden voor 1 voltijds equivalent met de functie van coördinator topsport. Elke unisportfederatie kan bijkomend nog voor 4 voltijdse equivalenten subsidies krijgen. Unisportfederaties met , , of aangesloten leden en meer hebben recht op respectievelijk 1, 2, 3 of 4 bijkomende voltijdse equivalenten. Elke recreatieve sportfederatie moet minimaal 1 voltijds equivalent sporttechnische coördinator en 1 voltijds equivalent administratieve coördinator in dienst hebben. Een recreatieve sportfederatie kan bijkomend nog voor 4 voltijdse equivalenten subsidies krijgen. De personeelsleden dienen te voldoen aan de volgende minimale voorwaarden inzake diploma s en getuigschriften: sporttechnisch coördinator: licentiaat Lichamelijke Opvoeding/master in de Lichamelijke Opvoeding en de bewegingswetenschappen bij voorkeur ofwel met een specialisatie in de betrokken sporttak, ofwel met een getuigschrift/diploma Trainer A of het hoogste bestaande getuigschrift/diploma in de betrokken sporttak, uitgereikt door de VTS of daarmee geassimileerd; sporttechnisch coördinator voor recreatieve sportbeoefening van de unisportfederatie: regent Lichamelijke Opvoeding/bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs met onderwijsvak Lichamelijke Opvoeding; coördinator topsport: hoger secundair onderwijs en het getuigschrift/diploma Trainer A in de betrokken sporttak, uitgereikt door de VTS of daarmee geassimileerd; sporttechnisch medewerker: hoger secundair onderwijs met een getuigschrift/diploma Trainer B in de betrokken sporttak, uitgereikt door de VTS of daarmee geassimileerd. Regenten Lichamelijke Opvoeding/bachelors in het onderwijs: secundair onderwijs met onderwijsvak Lichamelijke Opvoeding en licentiaten Lichamelijke Opvoeding/masters in de Lichamelijke Opvoeding en de Bewegingswetenschappen worden vrijgesteld van het getuigschrift/diploma Trainer B; administratief coördinator: hoger onderwijs van één cyclus met volledig leerplan/professionele bachelor of kandidaatsdiploma/academische bachelor of getuigschrift van hoger onderwijs uitgereikt na een cyclus van ten minste twee studiejaren; administratief medewerker: hoger secundair onderwijs. Minstens 50% van de gesubsidieerde personeelsleden binnen een sportfederatie dient sporttechnisch geschoold te zijn en bovendien een sporttechnische functie uit te oefenen. 48

53 Subsidiëring van de basisopdrachten Sportfederaties die gesubsidieerd worden voor de uitvoering van de vijf bovenvermelde basisopdrachten, ontvangen hiervoor basissubsidies, uitgesplitst in personeelssubsidies en werkingssubsidies. Personeelssubsidies De loonkost van het personeel in de sportfederaties wordt gesubsidieerd op basis van hun in aanmerking komende diploma s en de overeenstemmende salarisschalen bepaald in het besluit van de Vlaamse Regering van 13/1/2006 houdende de vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid. De loonkost van de coördinatoren wordt aan 90% gesubsidieerd. De loonkost van het eerste voltijds equivalent in de functie van medewerker wordt aan 75% gesubsidieerd. De loonkost van de overige equivalenten in de functie van medewerker wordt aan 50% gesubsidieerd. In 2015 werden 352,11 voltijdse equivalenten gesubsidieerd t.o.v. 345,70 voltijdse equivalenten in 2014 (+ 6,41 VTE). Aantal VTE Unisportfederaties 224,40 225,61 Recreatieve sportfederaties 121,30 126,50 Totaal 345,70 352,11 De sportfederaties krijgen op geregelde tijdstippen een volledig geautomatiseerd overzicht van de gesubsidieerde personeelsleden met vermelding van functie, salarisschaal, gesubsidieerde anciënniteit, gesubsidieerd werkregime en subsidiepercentage. Werkingssubsidies De werkingssubsidies worden voor 50% toegekend op basis van het totaal aantal aangesloten leden en voor 50% op basis van het totaal aantal gesubsidieerde voltijdse equivalenten. Voor de unisportfederaties bedragen de werkingssubsidies minimaal 30% en de personeelssubsidies maximaal 70% van het begrotingskrediet voor de basissubsidies van de unisportfederaties. Voor de recreatieve sportfederaties bedragen de werkingssubsidies minimaal 25% en de personeelssubsidies maximaal 75% van het begrotingskrediet voor de basissubsidies van de recreatieve sportfederaties. 4. Financiële weerslag Voor het werkingsjaar 2015 werden 38 unisportfederaties en 27 recreatieve sportfederaties gesubsidieerd. Wijzigingen t.o.v. het werkingsjaar 2014: de ropeskippingfederatie BRSF Vlaanderen vzw werd in 2015 voor het eerst als recreatieve sportfederatie gesubsidieerd; Gym & Dansfederatie Vlaanderen vzw, vanaf 2015 via 49

54 fusie opgeslorpt door Sportafederatie vzw, wordt niet langer als recreatieve sportfederatie gesubsidieerd. Omwille van een ontoereikend krediet werd bij de toekenning van de basissubsidies 2015 een correctiefactor 0,89 toegepast op de personeelssubsidies In de tabel worden de 38 unisportfederaties en 27 recreatieve sportfederaties opgesomd met vermelding van de basissubsidies die ze ontvingen voor de uitgevoerde basisopdrachten in 2015 (inclusief vergelijking met 2014). OVERZICHT BASISSUBSIDIES Unisportfederatie Definitieve subsidies 2014 Definitieve subsidies 2015 Badminton Vlaanderen vzw , ,35 Danssport Vlaanderen vzw , ,71 GymnastiekFederatie Vlaanderen vzw , ,87 Handboogliga vzw , ,13 Klim en Bergsportfederatie vzw , ,24 Koninklijke Belgische Korfbalbond Vlaamse Liga vzw , ,89 Nederlandstalige Liga voor Onderwateronderzoek en Sport vzw , ,55 Parantee vzw , ,29 Sneeuwsport Vlaanderen vzw , ,78 Tennis Vlaanderen vzw , ,69 Vlaams Verbond voor Oriënteringssporten vzw , ,93 Vlaamse Atletiekliga vzw , ,13 Vlaamse Baseball en Softball Liga vzw , ,54 Vlaamse Basketballiga vzw , ,53 Vlaamse Handbalvereniging vzw , ,66 Vlaamse Hockey Liga vzw , ,12 Vlaamse Judofederatie vzw , ,90 Vlaamse JuJitsu Federatie vzw , ,67 Vlaamse Kano & Kajak Federatie vzw , ,64 Vlaamse Karate Federatie vzw , ,44 Vlaamse Liga Paardensport vzw , ,80 Vlaamse Reddingsfederatie vzw , ,72 Vlaamse Roeiliga vzw , ,03 Vlaamse Rollerbond vzw , ,02 Vlaamse Rugby Bond vzw , ,70 Vlaamse Schermbond vzw , ,84 Vlaamse Schietsportkoepel vzw , ,22 Vlaamse Squashfederatie vzw , ,45 Vlaamse Taekwondo Bond vzw , ,12 Vlaamse Tafeltennisliga vzw , ,61 Vlaamse Triatlon & Duatlon Liga vzw , ,44 Vlaamse Vereniging voor Golf vzw , ,97 50

55 Vlaamse Volleybalbond vzw , ,46 Vlaamse Yachting Federatie vzw , ,45 Vlaamse Zwemfederatie vzw , ,25 Voetbalfederatie Vlaanderen vzw , ,11 Waterski Vlaanderen vzw , ,62 Wielerbond Vlaanderen vzw , ,35 Subtotaal unisportfederaties , ,22 OVERZICHT BASISSUBSIDIES Recreatieve sportfederaties Definitieve subsidies 2014 Definitieve subsidies 2015 AKTIVIA vzw , ,00 Bond voor Lichamelijke Opvoeding vzw , ,09 BRSF Vlaanderen vzw ,38 De FitnessOrganisatie vzw , ,79 FALOSSportfederatie van de KWB vzw , ,59 Federatie Dans en Sport vzw , ,31 FROS Amateursportfederatie vzw , ,83 Gezinssportfederatie vzw , ,19 Gym & Dans Federatie Vlaanderen vzw ,95 Koninklijke Antwerpse Vereniging van Vriendenclubs vzw , ,08 Koninklijke Belgische Liefhebbersvoetbalbond vzw , ,11 Koninklijke Vlaamse Voetbalbond vzw , ,24 Landelijke Rijverenigingen vzw , ,82 Natuurvrienden Sportfederatie vzw , ,96 OKRASPORT, trefpunt 55+ vzw , ,19 PSYLOS vzw , ,44 Recreatief Aangepast Sporten vzw , ,05 Sportafederatie vzw , ,28 Sportievak vzw , ,61 SSport Federatie vzw , ,13 Verbond van Vlaamse Watersportverenigingen Recrea vzw , ,53 Vlaamse Liga van Bedrijfssport vzw , ,62 Vlaamse Minivoetbalfederatie vzw , ,06 Vlaamse Wandel en Omnisportfederatie vzw , ,15 Vlaamse Wandelfederatie vzw , ,31 Vlaamse Wielrijdersbond vzw , ,27 Vlaamse Zaalvoetbalbond vzw , ,84 Vrije Vlaamse Recreatiesporten vzw , ,32 Subtotaal recreatieve sportfederaties , ,86 Totaal , ,08 51

56 Voorschotten basissubsidies 2015 Aan Danssport Vlaanderen vzw, BRSF Vlaanderen vzw en Sportafederatie vzw werden vier voorschotten van elk 20% van de geraamde basissubsidies 2015 toegekend omwille van volgende redenen: Danssport Vlaanderen vzw werd in 2014 voor het eerst als een unisportfederatie gesubsidieerd; BRSF Vlaanderen vzw werd in 2013 nog niet gesubsidieerd als een recreatieve sportfederatie; Sportafederatie vzw wordt in 2015 als fusiefederatie gesubsidieerd, waarbij Gym & Dans Federatie Vlaanderen opgeslorpt wordt. Aan de overige 36 unisportfederaties en 25 recreatieve sportfederaties werden vier voorschotten toegekend van elk 22,5% van de basissubsidies De uitbetaling van deze decretaal voorziene voorschotten verliep in 2015 trimestrieel. Met de ontvangsten uit teruggevorderde voorschotten van subsidies 2014 en een restbedrag op de decretale kredieten topsport 2015 werd in december 2015 nog een aanvullend vijfde voorschot op de basissubsidies 2015 uitbetaald voor een totaalbedrag van ,35 euro. Saldo basissubsidies 2015 Het saldo van de basissubsidies 2015 werd uitbetaald op 11/07/2016 nadat Vlaams minister van Sport Muyters de definitieve basissubsidies 2015 had toegekend. De totale subsidies 2015 voor de basisopdrachten bedragen ,41 euro. Dit is 37,52% van de totale subsidies aan derden (private sector en lokale/provinciale besturen, zie tabel OVERZICHT SUBSIDIES). 5. Begeleiding en controle In het decreet van 13/07/2001 is een aantal randvoorwaarden ingebouwd die de sportfederaties moet aanzetten een kwalitatief beleid te voeren en de nodige aandacht te besteden aan integrale kwaliteitszorg binnen hun totale werking. Een van de belangrijkste instrumenten hiervoor is het vierjaarlijks beleidsplan. Bloso begeleidt en ondersteunt de sportfederaties bij het opstellen en eventueel tussentijds bijsturen van hun beleidsplan via drie pijlers, met name screening, begeleiding en advisering van beleidsplannen van sportfederaties, opleidingen en bijscholingen en het aanbieden van tools. Binnen de pijler screening, begeleiding en advisering zorgt Bloso iedere beleidsperiode of olympiade (de huidige beleidsplannen van de sportfederaties lopen van 2013 tot en met 2016) voor een algemene en een aantal individuele screenings van beleidsplannen. De resultaten van de algemene screening, die bij de indiening van de huidige beleidsplannen gebeurde, vormen de basis voor een sportfederatieoverschrijdende remediëring en begeleiding. Individuele screening leidt tot een advies dat bilateraal met de sportfederatie wordt besproken. De individuele screenings gebeurden zowel op vraag van de sportfederaties als op initiatief van Bloso. De 52

57 beleidsplannen werden gescreend op conformiteit aan de eisen van het decreet en het uitvoeringsbesluit en op techniciteit (bvb minimale gegevensverzameling, smart doelstellingen) en congruentie. De sportfederaties kregen tijdens hun begeleidingstraject bijkomende inlichtingen, tips, mogelijkheden en voorbeelden aangereikt om hun tekortkomingen bij te sturen en pasten hun beleidsplan aan. Via intensieve begeleiding en advisering ging bijzondere aandacht naar sportfederaties die op beleidsmatig vlak en naar invulling van de basisopdrachten zwak scoren. Ook hier werd het beleidsplan op basis van het advies en de bilaterale gesprekken bijgestuurd. Inspelend op het vrij grote verloop van de coördinatoren in de sportfederaties, richt VTS samen met de Vlaamse Sportfederatie vzw (VSF) jaarlijks de Basismodule voor (nieuwe) coördinatoren in. VSF neemt hierbij volgende thema s voor haar rekening: vergadertechnieken, interne communicatie, personeelsbeleid, begeleiden van sportclubs, omgaan met vrijwilligers, financieel management en eventmanagement. Bloso verzorgt specifieke onderwerpen als beleidsplanning en rapportering, sportstructuren en sportorganisaties, medisch en ethisch verantwoord sporten, sportwetgeving, sportdecreten met uitvoeringsbesluiten en sportkaderopleiding. Het Blosogedeelte werd georganiseerd in februari In het najaar van 2015 werd er geen nieuwe basismodule voor nieuwe coördinatoren opgestart. Omdat het huidige decreet op 1 januari 2017 zal opgeheven worden door het nieuwe decreet houdende de erkenning en subsidiëring van de georganiseerde sportsector, zullen er in de loop van 2016 bijscholingen georganiseerd worden voor alle coördinatoren. Nog binnen de pijler opleidingen en bijscholingen konden alle medewerkers van de Vlaamse sportfederaties hun beleidsmatige competenties verhogen door het volgen van bijscholingen over beleidsgerelateerde thema s. In totaal werden 549,5 uren voor administratieve coördinatoren, 306,5 uren voor coördinatoren topsport, 315,0 uren voor sporttechnische coördinatoren en 298 uren voor coördinatoren recreatieve sportbeoefening aangeboden tijdens 84 bijscholingen. Binnen de derde pijler worden aan de sportfederaties formats met de nodige toelichtingen ter beschikking gesteld voor het opstellen van hun beleidsplan en voor de opvolging en de evaluatie ervan. Daarnaast zijn tools uitgewerkt voor de belangrijke opdrachten opleiding en bijscholing en begeleiding sportclubs. Deze tools vertalen de teksten van het decreet en het uitvoeringsbesluit naar een praktische handleiding bij de afbakening en invulling van de basisopdrachten. Twee nieuwe tools voor andere basisopdrachten werden voorbereid (inhoudelijke afbakening en stramien), maar de definitieve uitwerking werd in het kader van een nakend nieuw decreet op de sportfederaties on hold gezet. De praktische tips voor de afbakening en invulling uit de voorbereiding worden wel gebruikt bij de begeleiding van de beleidsplanning van sportfederaties of naar aanleiding van adhoc vragen en adviezen. 4. AANVULLENDE SUBSIDIES VLAAMSE SPORTFEDERATIES VOOR DE FACULTATIEVE OPDRACHT JEUGDSPORT ESR code Wettelijke basis Decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding, gewijzigd bij de decreten van 24 december 2004, 23 mei 2008, 20 december 2013 en 18 december

58 Besluit van de Vlaamse Regering van 12/09/2008 tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkrijgen van een subsidie voor de facultatieve opdracht jeugdsport. 2. Subsidiëring Het decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding voorziet een minimaal bedrag van ,00 euro voor de uitvoering van de facultatieve opdracht jeugdsport door de Vlaamse sportfederaties. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast aan het cijfer van de gezondheidsindex. De facultatieve opdracht omvat een jeugdsportproject van de sportfederatie met als doelstelling de kwaliteit van de jeugdsportwerking in de sportclubs te verhogen, met bijzonder aandacht voor de verhoging van de sportparticipatie van de jeugd. Om het jeugdsportproject te realiseren wordt binnen elke sportfederatie gewerkt met een jeugdsportfonds, waarvan de financiële middelen onder de clubs worden verdeeld. Bij de toekenning van de subsidies worden volgende beoordelingscriteria gehanteerd: * de relatie tussen de begroting van het jeugdsportproject, de inhoud, het beoogde resultaat en het aantal kinderen en jongeren dat wordt bereikt; * de mate waarin de middelen ten goede komen van de aangesloten sportclubs; * de mate waarin het initiatief een vernieuwend karakter of een voorbeeldfunctie heeft voor de Vlaamse sportclubpraktijk; * de mate waarin kwaliteitsaspecten (kwaliteitszorg en kwaliteitslabels) zijn opgenomen in het jeugdsportproject; * de mate waarin het jeugdsportproject inspeelt op reële behoeften met betrekking tot de jeugdsport binnen die specifieke sportfederatie; * de mate waarin en de wijze waarop specifieke initiatieven worden ondernomen om de aansluiting van maatschappelijk achtergestelde jongeren bij sportclubs te verhogen; * de mate van samenwerking met andere sportfederaties of andere bovenlokale partners en de wijze waarop deze gerealiseerd wordt; * de mate waarin en de wijze waarop aandacht wordt besteed aan een omkadering door sportpromotionele, sportmedische, sportpedagogische of sporttechnische deskundigen; * de mate van geografische spreiding van het jeugdsportproject; * de mate waarin en de wijze waarop aandacht besteed wordt aan aspecten van ethisch verantwoorde jeugdsport, gelijkheid van kansen en respect voor diversiteit. In 2015 kwamen 38 Vlaamse sportfederaties, waarvan 30 unisportfederaties en 8 recreatieve sportfederaties, in aanmerking voor aanvullende subsidies jeugdsport. In de hierna volgende tabel worden de 38 Vlaamse sportfederaties, die in 2015 effectief een jeugdsportproject hebben gerealiseerd, opgesomd met vermelding van de betrokken projectnaam en de door de minister goedgekeurde duur van het jeugdsportproject. 54

59 30 Unisportfederaties OVERZICHT AANTAL JEUGDSPORTPROJECTEN 2015 SPORTFEDERATIES Titel jeugdsportproject Goedgekeurde duur project Badminton Vlaanderen vzw Jeugdbadminton Danssport Vlaanderen vzw De Schatkist jeugddans GymnastiekFederatie Vlaanderen vzw Q4Gym Handboogliga vzw Voor elk Schuttertje: Quality Time Koninklijke Belgische Korfbalbond Vlaamse Ligavzw Jeugdscorekaart Nederlandstalige Liga voor Onderwateronderzoek en Sport vzw Duik erin! Parantee vzw De jeugd, de DOEkomst Sneeuwsport Vlaanderen vzw Kid s on snow Tennis Vlaanderen vzw Jeugdfonds Tennis Vlaanderen Vlaamse Atletiekliga vzw Jeugdsportfonds Vlaamse Baseball en Softball Liga vzw Jeugdsportfonds Louke Wouters Vlaamse Basketballiga vzw VBLGive & Go Vlaamse Handbal Vereniging vzw JeugdSportFonds Vlaamse Judofederatie vzw Jeugdjudofonds (JJF) Vlaamse JuJitsu Federatie vzw VJJFjeugdsportproject Vlaamse Kano & Kajak Federatie vzw Jeugdinvest Vlaamse Roeiliga vzw Jeugdsportfonds Vlaamse Roeiliga vzw Vlaamse Rugby Bond vzw Jeugdsportproject VERDI Vlaamse Schermbond vzw Fencing Move Vlaamse Squashfederatie vzw Zet jeugdsquash op 1! Vlaamse Taekwondo Bond vzw Taekids Vlaamse Tafeltennisliga vzw Jeugdsterren Vlaamse Triatlon en Duatlon Liga vzw Sterrenplan Vlaamse Vereniging voor Golf vzw VVG Jeugd Golf Vlaamse Volleybalbond vzw Jeugdsportfonds volley@club Vlaamse Yachting Federatie vzw VYF jeugdlabels Vlaamse Zwemfederatie vzw Jeugdfonds zwemmen Voetbalfederatie Vlaanderen vzw Kwaliteit op en naast het veld Waterski Vlaanderen vzw Jeugdsportlabel Wielerbond Vlaanderen vzw Jeugdsportfonds Recreatieve sportfederaties FALOSSportfederatie van de KWB vzw Jeugdvriendelijke krachtbalclub FROS Amateursportfederatie vzw FROS Jeugdsportfonds (JSF) 2015 Gezinssportfederatie vzw Van Basic tot Best!

60 Koninklijke Vlaamse Voetbalbond vzw KVVJeugdsportfonds Landelijke Rijverenigingen vzw VIKI Recreatief Aangepast Sporten vzw Jeugdsportproject voor Recreas clubs Sportafederatie vzw Sporti label Vlaamse Zaalvoetbalbond vzw VZVBJeugdfonds Alle sportfederaties die in september 2015 een subsidiëringsaanvraag jeugdsport 2016 indienden, werden vrijblijvend uitgenodigd op een gesprek. In de loop van de maanden september, oktober en november 2015 heeft de afdeling Subsidiëring gesprekken gevoerd met 38 sportfederaties. Tijdens deze gesprekken werden de lopende projecten jeugdsport 2015 en ook de ingediende subsidiëringsaanvraag jeugdsport 2016 besproken. Deze gesprekken hebben bijgedragen tot het afsluiten van het convenant jeugdsport 2016 tussen Sport Vlaanderen en de betrokken sportfederaties. 3. Financiële weerslag Unisportfederaties OVERZICHT SUBSIDIES JEUGDSPORT Definitieve subsidies 2014 Definitieve subsidies 2015 Badminton Vlaanderen vzw , ,99 Danssport Vlaanderen vzw , ,05 GymnastiekFederatie Vlaanderen vzw , ,06 Handboogliga vzw 9.514, ,99 Koninklijke Belgische KorfbalbondVlaamse Ligavzw , ,95 Nederlandstalige Liga voor Onderwateronderzoek en Sport vzw 9.422, ,95 Parantee vzw , ,52 Sneeuwsport Vlaanderen vzw , ,38 Tennis Vlaanderen vzw , ,73 Vlaamse Atletiekliga vzw , ,93 Vlaamse Baseball en Softball Liga vzw , ,09 Vlaamse Basketballiga vzw , ,00 Vlaamse Handbal Vereniging vzw , ,00 Vlaamse Judofederatie vzw , ,31 Vlaamse JuJitsu Federatie vzw , ,13 Vlaamse Kano & Kajak Federatie vzw 6.800, ,00 Vlaamse Roeiliga vzw , ,00 Vlaamse Rugby Bond vzw , ,89 Vlaamse Schermbond vzw 9.874, ,00 Vlaamse Squashfederatie vzw , ,66 Vlaamse Taekwondo Bond vzw , ,13 Vlaamse Tafeltennisliga vzw , ,98 Vlaamse Triatlon en Duatlon Liga vzw , ,72 56

61 Vlaamse Vereniging voor Golf vzw , ,55 Vlaamse Volleybalbond vzw , ,00 Vlaamse Yachting Federatie vzw , ,46 Vlaamse Zwemfederatie vzw , ,84 Voetbalfederatie Vlaanderen , ,95 Waterski Vlaanderen vzw , ,00 Wielerbond Vlaanderen vzw , ,00 Recreatieve sportfederaties FALOSSportfederatie van de KWB vzw 9.597, ,21 FROS Amateursportfederatie vzw ,00 Gezinssportfederatie vzw , ,00 Gym en Dans Federatie Vlaanderen vzw 4.000,00 Koninklijke Vlaamse Voetbalbond vzw , ,00 Landelijke Rijverenigingen vzw , ,82 Recreatief Aangepast Sporten vzw , ,38 Sportafederatie vzw , ,00 Vlaamse Zaalvoetbalbond vzw , ,91 Totaal , ,58 Een voorschot, dat 90% van de toegekende maximale Blososubsidie 2015 bedraagt, werd uitgekeerd aan 30 unisportfederaties en 8 recreatieve sportfederaties, na goedkeuring van het jeugdsportproject Het saldo van de aanvullende subsidies 2015 jeugdsport werd uitbetaald op 11/7/2016 nadat Vlaams minister van Sport Muyters de definitieve subsidies 2015 had toegekend. De totale subsidie 2015 voor jeugdsport bedraagt ,58 euro. Dit is 4,82 % van de totale subsidies aan derden (private sector en lokale/provinciale besturen, zie tabel OVERZICHT SUBSIDIES). 5. AANVULLENDE SUBSIDIES VLAAMSE SPORTFEDERATIES VOOR DE FACULTATIEVE OPDRACHT SPORTKAMPEN ESR code Wettelijke basis Decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding, gewijzigd bij de decreten van 24 december 2004, 23 mei 2008, 20 december 2013 en 18 december Besluit van de Vlaamse regering van 16/1/2009 tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkrijgen van de subsidies inzake de door de sportfederaties georganiseerde sportkampen 57

62 2. Subsidiëring Het decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding voorziet een minimaal bedrag van euro voor de uitvoering van de facultatieve opdracht sportkampen door de Vlaamse sportfederaties. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast aan het cijfer van de gezondheidsindex. Een sportkamp is een organisatie op initiatie of vervolmakingsniveau die plaatsvindt in internaatsverband gedurende minimaal vijf opeenvolgende dagen, op één welbepaalde locatie, met de deelname van minstens zeven interne deelnemers behorende tot de Vlaamse Gemeenschap en waarbij aan iedere deelnemer per dag minstens vier uur begeleide sportactiviteiten gegeven wordt door gekwalificeerde lesgevers. Bij de toekenning van de subsidies worden volgende beoordelingscriteria gehanteerd: de bezoldiging van de gekwalificeerde lesgevers, waarbij er maximaal 1 lesgever per 7 deelnemers in aanmerking komt voor subsidiëring; het aantal gesubsidieerde effectieve interne deelnemers, waarbij de deelnemers uit kansengroepen dubbel tellen voor subsidiëring. In 2015 kwamen 15 Vlaamse sportfederaties in aanmerking voor aanvullende subsidies sportkampen. Dit waren 8 unisportfederaties (Badminton Vlaanderen vzw, Danssport Vlaanderen vzw, Koninklijke Belgische KorfbalbondVlaamse Ligavzw, Vlaamse Atletiekliga vzw, Vlaamse Liga Paardensport vzw, Vlaamse Rugby Bond vzw, Vlaamse Schietsportkoepel vzw en Vlaamse Tafeltennisliga vzw) en 7 recreatieve sportfederaties (Bond voor Lichamelijke Opvoeding vzw, Federatie Dans en Sport vzw, Gezinssportfederatie vzw, Koninklijke Vlaamse Voetbalbond vzw, Recreatief Aangepast Sporten vzw, Sportafederatie vzw en Sportievak vzw).. Alle sportfederaties die in september 2015 een subsidiëringsaanvraag sportkampen 2016 indienden, werden vrijblijvend uitgenodigd op een bilateraal gesprek. In de loop van de maanden september, oktober en november 2015 heeft de afdeling Subsidiëring gesprekken gevoerd met 15 sportfederaties. Hierbij werden de opmerkingen van de provinciale Blosoinspecteurs over de voorbije sportkampen 2015 aan de betrokken sportfederaties gemeld ook de ingediende subsidiëringsaanvraag sportkampen 2016 besproken. Deze gesprekken hebben bijgedragen tot het afsluiten van het convenant sportkampen 2016 tussen Sport Vlaanderen en de betrokken sportfederaties. 3. Financiële weerslag Unisportfederaties OVERZICHT SUBSIDIES SPORTKAMPEN Definitieve subsidies 2014 Definitieve subsidies 2015 Badminton Vlaanderen vzw , ,70 Danssport Vlaanderen vzw , ,72 Koninklijke Belgische Korfbalbond Vlaamse Liga vzw , ,06 Vlaamse Atletiekliga vzw 8.434, ,27 Vlaamse Liga Paardensport vzw , ,56 Vlaamse Rugby Bond vzw 1.228, ,71 58

63 Vlaamse Schietsportkoepel vzw 491,39 624,78 Vlaamse Tafeltennisliga vzw 9.842, ,11 Recreatieve sportfederaties Bond voor Lichamelijke Opvoeding vzw , ,77 Federatie Dans en Sport vzw , ,34 Gezinssportfederatie vzw , ,03 Koninklijke Vlaamse Voetbalbond vzw 7.740, ,53 Recreatief Aangepast Sporten vzw 8.403, ,45 Sportafederatie vzw , ,70 Sportievak vzw , ,14 Totaal , ,87 In 2015 werden aan 8 unisportfederaties en 7 recreatieve sportfederaties 4 voorschotten toegekend. Elk decretaal berekend voorschot bedraagt 22,5% van de subsidies die werden toegekend voor het jaar Omdat het voorziene krediet voor de facultatieve opdracht sportkampen op de begroting 2015 ontoereikend was voor de volledige uitbetaling van de vier decretaal berekende voorschotten sportkampen 2015, werd de som van de vier toegekende voorschotten gereduceerd tot 90% van het voorziene krediet sportkampen Dit wil zeggen dat er vier aangepaste voorschotten werden toegekend waarbij er telkens een correctiefactor van 98,04% werd toegepast op het decretaal berekende voorschot. Voor 7 unisportfederaties en 8 recreatieve sportfederaties bedroeg elk voorschot 98,04% van 22,5% van de aanvullende subsidie sportkampen toegekend voor het jaar De uitbetaling van de voorschotten in 2015 verliep trimestrieel. Het saldo van de aanvullende subsidies 2015 sportkampen werd uitbetaald op 11/7/2016 nadat Vlaams minister van Sport Muyters de definitieve subsidies 2015 had toegekend. De totale subsidie 2015 voor de organisatie van sportkampen bedraagt ,87 euro. Dit is 0,99% van de totale subsidies aan derden (private sector en lokale/provinciale besturen, zie tabel OVERZICHT SUBSIDIES) 6. AANVULLENDE SUBSIDIES VLAAMSE SPORTFEDERATIES VOOR DE FACULTATIEVE OPDRACHT PRIORITEITENBELEID VAN DE VLAAMSE REGERING ESR code Wettelijke basis Decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding, gewijzigd bij de decreten van 24 december 2004, 23 mei 2008, 20 december 2013 en 18 december Besluit van de Vlaamse Regering van 7/9/2012 tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkijgen van een subsidie voor de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid voor de gesubsidieerde sportfederaties. 59

64 2. Subsidiëring Het decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding voorziet een minimaal bedrag van euro voor de uitvoering van de facultatieve opdracht prioriteitenbeleid. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast aan het cijfer van de gezondheidsindex. Het prioriteitenbeleid van de Vlaamse Regering heeft voor de periode als thema: het bevorderen van de sportparticipatie van de jeugd en hun aansluiting bij een sportclub via het stimuleren en activeren van gezond sporten in de sportclubs. De sportfederaties moeten bij hun project rekening houden met een aantal criteria, o.a. een aanbod op maat van de jeugdsporter, kwaliteitsvolle begeleiding en een duurzaam karakter. In 2015 kwamen 15 sportfederaties (enkel unisportfederaties) in aanmerking voor aanvullende subsidies prioriteitenbeleid. In de hierna volgende tabel worden de 15 unisportfederaties opgesomd waarvan het project prioriteitenbeleid 2015 werd goedgekeurd. OVERZICHT SPORTFEDERATIES MET EEN GOEDGEKEURD PROJECT PRIORITEITENBELEID 2015 Unisportfederaties GymnastiekFederatie Vlaanderen vzw Tennis Vlaanderen vzw Vlaamse Atletiekliga vzw Vlaamse Basketballiga vzw Vlaamse Judofederatie vzw Vlaamse JuJitsu Federatie vzw Vlaamse Roeiliga vzw Vlaamse Rugby Bond vzw Vlaamse Schietsportkoepel vzw Vlaamse Tafeltennisliga vzw Vlaamse Volleybalbond vzw Vlaamse Zwemfederatie vzw Voetbalfederatie Vlaanderen vzw Waterski Vlaanderen vzw Wielerbond Vlaanderen vzw 60

65 3. Financiële weerslag Unisportfederaties OVERZICHT SUBSIDIES PRIORITEITENBELEID Definitieve subsidies 2014 Definitieve subsidies 2015 GymnastiekFederatie Vlaanderen vzw , ,48 Tennis Vlaanderen vzw , ,40 Vlaamse Atletiekliga vzw 9.108,58 692,92 Vlaamse Basketballiga vzw 5.583, ,00 Vlaamse Judofederatie vzw 3.833, ,00 Vlaamse JuJitsu Federatie vzw , ,77 Vlaamse Roeiliga vzw 2.508, ,24 Vlaamse Rugby Bond vzw , ,00 Vlaamse Schietsportkoepel vzw 7.299, ,19 Vlaamse Tafeltennisliga vzw 5.297, ,03 Vlaamse Volleybalbond vzw , ,27 Vlaamse Zwemfederatie vzw , ,98 Voetbalfederatie Vlaanderen vzw , ,00 Waterski Vlaanderen vzw 9.967, ,13 Wielerbond Vlaanderen vzw 9.110, ,18 Totaal , ,59 In 2015 werd aan 15 unisportfederaties een voorschot toegekend. Voor de 15 sportfederaties bedroeg het voorschot 75% van de subsidie waarop deze sportfederaties aanspraak kunnen maken op basis van de ingediende subsidieaanvraag Het saldo van de aanvullende subsidies 2015 prioriteitenbeleid werd uitbetaald op 11/07/2016 nadat Vlaams minister van Sport Muyters de definitieve subsidies 2015 heeft toegekend. De totale subsidie 2015 voor prioriteitenbeleid bedraagt ,59 euro. Dit is 0,35% van de totale subsidies aan derden (private sector en lokale/provinciale besturen, zie tabel OVERZICHT SUBSIDIES). 7. SUBSIDIES VLAAMSE KOEPELORGANISATIE (VSF) ESR code Wettelijke basis Decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding, gewijzigd bij de decreten van 24 december 2004, 23 mei 2008, 20 december 2013 en 18 december

66 Besluit van de Vlaamse Regering van 5/12/2008 tot vaststelling van de erkenningsen subsidiëringsvoorwaarden van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding 2. Erkenning Om voor erkenning in aanmerking te komen, moet de koepelorganisatie aan een reeks erkenningsvoorwaarden voldoen, opgesomd in artikel 40 van het decreet. De erkenning wordt voor de duur van de olympiade toegekend. 3. Subsidiëring Om voor subsidiëring in aanmerking te komen, moet de erkende koepelorganisatie aan een aantal subsidiëringsvoorwaarden voldoen: Uitvoering van 5 opdrachten 1. optreden als vertegenwoordiger van het geheel van de aangesloten sportfederaties naar de overheid toe en waar daar wordt om gevraagd; 2. de aangesloten sportfederaties regelmatig informeren; 3. de aangesloten sportfederaties op juridisch, administratief, organisatorisch en beleidsmatig vlak ondersteunen; 4. de behoeften van de aangesloten sportfederaties detecteren waarvoor onderzoeksen studiewerk noodzakelijk is; 5. sportverenigingen ondersteunen met als doel een duurzame kwaliteitsverbetering en professionalisering te realiseren op het vlak van administratieve, bestuurlijke en logistieke clubwerking (vanaf 1/1/2014). De koepelorganisatie moet in het vierjaarlijks beleidsplan de hierboven vermelde opdrachten afzonderlijk aan bod laten komen. Het vierjaarlijks beleidsplan dient aangevuld te worden met een jaarlijks actieplan en een daaraan gekoppelde jaarlijkse begroting waarin eveneens alle opdrachten aan bod komen. Voorwaarden inzake personeel De erkende koepelorganisatie heeft voor de uitvoering van haar opdrachten 1 t.e.m. 4 recht op 4 voltijdse equivalenten. De personeelssubsidie voor deze 4 voltijdse equivalenten bedraagt respectievelijk tweemaal 90%, eenmaal 75% en eenmaal 50% van de desbetreffende loonkost. Voor de eerste 2 voltijdse equivalenten dienen de personeelsleden te beschikken over een diploma hoger onderwijs van twee cycli met volledig leerplan/master. Een van beiden moet houder zijn van een diploma licentiaat in de Lichamelijke Opvoeding /master in de lichamelijke opvoeding en de bewegingswetenschappen. Bij de invulling van het derde en vierde equivalent dienen de personeelsleden te beschikken over minimaal het diploma van hoger secundair onderwijs. De subsidies voor een koepelorganisatie bestaan uit werkingssubsidies en een personeelssubsidies. De werkingssubsidie voor de uitvoering van de bovenvermelde opdrachten 1 t.e.m. 4 bedraagt 1/3 van de personeelssubsidie. 62

67 Voor de uitvoering van de bovenvermelde opdracht 5 heeft de koepelorganisatie recht op een subsidie van euro. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast aan het cijfer van de gezondheidsindex. De bovenvermelde opdracht 5 wordt geconcretiseerd in een beheersovereenkomst. 4. Financiële weerslag OVERZICHT SUBSIDIES AAN DE VLAAMSE KOEPELORGANISATIE Vlaamse Sportfederatie vzw Definitieve subsidies 2014 Definitieve subsidies 2015 Uitvoering opdrachten 1 t.e.m , ,48 Uitvoering opdracht , ,48 Totaal , ,96 In 2015 werden 4 voorschotten op de subsidies 2015 toegekend en uitbetaald voor een totaalbedrag van ,44 euro. Het saldo van de subsidies 2015 werd uitbetaald op 11/07/2016 na toekenning van de definitieve subsidies 2015 door Vlaams minister van Sport. De totale subsidie 2015 bedraagt ,96 euro. Dit is 1,32% van de totale subsidies aan derden (private sector en lokale/provinciale besturen, zie tabel OVERZICHT SUBSIDIES). 8. SUBSIDIES ORGANISATIES VOOR DE SPORTIEVE VRIJETIJDSBESTEDING ESR code Wettelijke basis Decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding, gewijzigd bij de decreten van 24 december 2004, 23 mei 2008, 20 december 2013 en 18 december Besluit van de Vlaamse Regering van 5/12/2008 tot vaststelling van de erkenningsen subsidiëringsvoorwaarden van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding. 2. Erkenning Om voor erkenning in aanmerking te komen, moeten de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding aan een reeks erkenningsvoorwaarden voldoen, opgesomd in artikel 48 van het decreet. De erkenning wordt voor de duur van de olympiade toegekend. 63

68 3. Subsidiëring Om voor subsidiëring in aanmerking te komen moet de erkende organisatie voor de sportieve vrijetijdsbesteding aan de volgende voorwaarden voldoen: Uitvoering functies: een informatie en documentatiefunctie: het verzamelen, ontsluiten en aanbieden van informatie en documentatie over de betrokken cluster; een begeleidende functie: dienst en adviesverlening aanbieden met bijzondere aandacht voor de kwaliteitszorg; een promotiefunctie: de sportieve vrijetijdsbesteding van de betrokken cluster promoten; een aanspreekfunctie: fungeren als centraal aanspreekpunt voor de aangesloten verenigingen, de sportieve vrijetijdsbeoefenaars die zij vertegenwoordigen en de Vlaamse overheid. Andere voorwaarden: Een beleidsplan indienen voor vier jaar waarin zij haar organisatorische en financiële planning uiteenzet en waarin de hierboven vermelde functies afzonderlijk aan bod komen. Het vierjaarlijks beleidsplan dient aangevuld te worden met een jaarlijks actieplan en een daaraan gekoppelde jaarlijkse begroting waarin eveneens alle functies afzonderlijk aan bod komen. De organisatie heeft minstens 1 voltijds equivalent in dienst. Dit personeelslid dient minstens te beschikken over een diploma van hoger onderwijs van 1 cyclus met volledig leerplan/professionele bachelor of kandidaatsdiploma/academische bachelor of getuigschrift van hoger onderwijs, uitgereikt na een cyclus van ten minste twee studiejaren. Op elektronische wijze een bestand met betrekking tot de aangesloten sportieve vrijetijdsbeoefenaars op het secretariaat bijhouden. Subsidiebedragen: Artikel 16 van het decreet van 23/5/2008 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2008 wijzigt met ingang van 1/1/2008 de aard en wijze van subsidiëring van de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding, bepaald in artikel 50 van het decreet van 13/7/2001. De organisatie voor de sportieve vrijetijdsbesteding ontvangt vanaf 2008 voor het vervullen van haar functies minimaal een bedrag van euro. Afhankelijk van het aantal sportieve vrijetijdsbeoefenaars dat zij vertegenwoordigt, ontvangt de organisatie supplementair een maximaal subsidiebedrag van: euro indien de organisatie minder dan sportieve vrijetijdsbeoefenaars vertegenwoordigt; euro indien de organisatie tot en met sportieve vrijetijdsbeoefenaars vertegenwoordigt; euro indien de organisatie tot en met sportieve vrijetijdsbeoefenaars vertegenwoordigt; 64

69 euro indien de organisatie tot en met sportieve vrijetijdsbeoefenaars vertegenwoordigt; euro indien de organisatie of meer sportieve vrijetijdsbeoefenaars vertegenwoordigt. De voormelde bedragen worden met ingang van 1/1/2008 jaarlijks aangepast aan het cijfer van de gezondheidsindex. Voor de berekening van de subsidies gebeurt de aanpassing telkens op 1 januari van het kalenderjaar. Het basisindexcijfer is datgene van de maand december Financiële weerslag OVERZICHT SUBSIDIES AAN DE ORGANISATIES VOOR DE SPORTIEVE VRIJETIJDSBESTEDING Organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding Definitieve subsidies 2014 Definitieve subsidies 2015 Vlaamse Cluster van Luchtsporten vzw , ,32 Vlaamse Confederatie Hengel, Honden en andere Dierenhobby s vzw Vlaamse Organisatie voor Internationale Volkssporten vzw , , , ,94 Vlaamse Traditionele Sporten vzw , ,94 Totaal , ,00 In 2015 werden 4 voorschotten op de subsidies 2015 toegekend en uitbetaald voor een totaalbedrag van ,00 euro. Het saldo van de subsidies 2015 werd uitbetaald op 11/07/2016 na toekenning van de definitieve subsidies 2015 door Vlaams minister van Sport. De totale subsidie 2015 bedraagt ,00 euro. Dit is 1,04% van de totale subsidies aan derden (private sector en lokale/provinciale besturen, zie tabel OVERZICHT SUBSIDIES). 9. SUBSIDIES GEMEENTE EN PROVINCIEBESTUREN EN DE VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE VOOR HET VOEREN VAN EEN SPORT VOOR ALLENBELEID ESR code 43.12, ESR code 43.22, ESR code en ESR code In dit jaarverslag wordt enkel nog de definitieve subsidie 2014 en de principiële subsidie 2015 aan de VGC op basis van het SVAdecreet vermeld. Immers, vanaf 2014 is het decreet lokaal sportbeleid reeds van toepassing op gemeenten en provincies en op ISB (zie punt 10). We vermelden hier dan ook enkel nog de zaken die van toepassing zijn op de VGC. 65

70 1. Wettelijke basis Decreet van 9/3/2007 houdende de subsidiëring van gemeente en provinciebesturen en de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor het voeren van een Sport voor Allenbeleid. Besluit van de Vlaamse Regering van 19/9/2008 ter uitvoering van het decreet van 9/3/2007 houdende de subsidiëring van gemeente en provinciebesturen en de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor het voeren van een Sport voor Allenbeleid algemene bepalingen en bepalingen tot het verkrijgen van de beleidssubsidie. 2. Subsidiëring De subsidiëring binnen het Sport voor Allendecreet omvat: Beleidssubsidie (gemeenten t.e.m. 2013, provincies t.e.m. 2013, VGC te.m en indieners van verenigingssportbeleidsplan t.e.m. 2013) Beleidssubsidie Om voor beleidssubsidie in aanmerking te komen dient een bestuur aan de volgende basisvoorwaarden te voldoen: Het beschikken over een sportbeleidsplan dat aanvaard is door de minister; Het beschikken over één of meerdere sportgekwalificeerde ambtenaren overeenkomstig de bepalingen van het decreet; Het beschikken over een sportraad overeenkomstig de bepalingen van het decreet; Het indienen van het jaarlijkse verslag overeenkomstig de bepalingen van het decreet; Het uitvoeren van de evaluaties overeenkomstig de bepalingen van het decreet; Sportbeleidsplan en subsidiëringsmodaliteiten Naargelang het bestuursniveau werden in het decreet inhoudelijke opdrachten opgelegd die aan bod dienen te komen in de hoofdstukken van het sportbeleidsplan en waaraan de beleidssubsidie dient besteed te worden volgens minimale bestedingspercentages. We vermelden hier enkel nog de voorwaarden voor de VGC. Voor de VGC geldt een dubbele subsidiëring namelijk bovenlokaal (cfr. provincies) en lokaal (cfr.de gemeenten). Bovenlokaal: Hoofdstuk 1: de directe financiële ondersteuning van bovenlokale sportverenigingen (extra 15% op lokaal 50%) Hoofdstuk 2: de ondersteuning en stimulering van sport voor mensen met een handicap (15%); Hoofdstuk 3: de ondersteuning of stimulering van de inter en bovenlokale samenwerking in sport (30%); 66

71 Hoofdstuk 4: de organisatie van een pool van sportgekwalificeerde begeleiders (20%); Bijkomend: een coördinerende en begeleidende opdracht bij de opmaak, uitvoering en evaluatie van de sportbeleidsplannen van de gemeenten van het tweetalig gebied BrusselHoofdstad, waarbij de afstemming tussen het gemeentelijke sportbeleidsplan en het sportbeleidsplan van de Vlaamse Gemeenschapscommissie centraal staat. Deze beleidssubsidie bedraagt euro (niet geïndexeerd) en dient aangewend te worden voor hoofdstuk 1 t.e.m. 4 cfr. de provincies en het bijkomende specifieke hoofdstuk voor de VGC. De verplichte bestedingspercentages per hoofdstuk worden niet decretaal opgelegd maar werden vastgelegd op voorstel van de VGC en na akkoord van de minister. Lokaal (Brusselse gemeenten): Het decreet voorziet echter dat, indien een gemeente van het tweetalig gebied BrusselHoofdstad geen gemeentelijk sportbeleidsplan voor subsidiëring indient, het subsidiebedrag toegekend wordt aan de VGC. Aangezien er geen enkele Brusselse gemeente is ingestapt in het decreet, voorziet de VGC, naast haar bovenlokale opdrachten, eveneens een lokaal sportbeleid cfr. de voorwaarden van een gemeente. Hoofdstuk 1: de directe financiële ondersteuning van de sportverenigingen (50%); Hoofdstuk 2: de ondersteuning en de stimulering van de andersgeorganiseerde sport (20%); Hoofdstuk 3: de ondersteuning en stimulering van de toegankelijkheid tot sport en de diversiteit in sport (10%); Hoofdstuk 4: de beschrijving van een globaal meerjarenplan m.b.t. de sportinfrastructuur (geen subsidie). De VGC ontvangt hiervoor een beleidssubsidie van euro (niet geïndexeerd) voor volgende opdrachten: Voorwaarden inzake sportgekwalificeerde ambtenaar (SGA) Aantal: Om voor subsidiëring in aanmerking te komen, moet de VGC beschikken over minstens twee voltijdse sportgekwalificeerde ambtenaren. De besturen (o.a. VGC) die reeds gesubsidieerd werden in het kader van het decreet van 1995, verbinden zich ertoe om tijdens de eerste legislatuur het aantal voltijdse equivalenten inzake SGA s niet te verminderen in vergelijking met het aantal gesubsidieerde SF s in Diplomavoorwaarden en andere getuigschriften: 1 de gespecialiseerde universitaire opleidingen in sportmanagement, geassimileerd aan de opleiding sportfunctionaris van de VTS, namelijk: a) het licentiaatsdiploma van de interuniversitaire specialisatieopleiding in de sporten bewegingswetenschappen, richting sport en recreatiemanagement (gediplomeerde in de gespecialiseerde studies GGS ); 67

72 b) de diploma s van licentiaat in de lichamelijke opvoeding met postgraduaat in sportmanagement behaald voor 31/12/1994, namelijk: 1) licentiaat in de sportagogiek, richting management van de Universiteit Gent; 2) adviseur in sport en recreatiemanagement van de Katholieke Universiteit Leuven; 3) licentiaat in de vrijetijdsagogiek, richting recreatie, sport en toerisme van de Vrije Universiteit Brussel; 2 de gespecialiseerde universitaire opleidingen, namelijk: a) master in de lichamelijke opvoeding en de bewegingswetenschappen afstudeerrichting sportmanagement; b) Master of Sportmanagement of Advanced Studies in European Master in Sports Management (MAnaMA); c) de diploma s van licentiaat in de lichamelijke opvoeding en de bewegingswetenschappen, afstudeerrichting sportmanagement. De SGA die beschikt over een van die diploma s, moet via de VTS een inschalingsprocedure doorlopen teneinde het diploma sportfunctionaris van de VTS te behalen; 3 de opleidingen in de lichamelijke opvoeding en de bewegingswetenschappen namelijk: a) master in de lichamelijke opvoeding en de bewegingswetenschappen; b) bachelor (academisch) in de lichamelijke opvoeding en de bewegingswetenschappen; c) bachelor (professioneel) in het onderwijs: secundair onderwijs lichamelijke opvoeding; d) licentiaat in de lichamelijke opvoeding; e) geaggregeerde voor het lager secundair onderwijs in de lichamelijke opvoeding; f) gegradueerde in de lichamelijke opvoeding; 4 een diploma van minstens het niveau bachelor, niet vermeld in 3, aangevuld met elders verworven competenties binnen het sportbeleid. Hiervoor dient een specifieke EVCprocedure doorlopen te worden. De SGA die beschikt over de kwalificaties, vermeld in 3 en 4, moeten aanvullend in het bezit zijn van het diploma of getuigschrift van sportfunctionaris, afgeleverd door de VTS, of moeten dat diploma bij de VTS behalen binnen de drie jaar na de aanstelling als sportgekwalificeerde ambtenaar. De besturen krijgen vier maanden (drie maanden extra indien heirkracht en akkoord van de minister) vervangingstijd indien een SGA tijdelijk of definitief afwezig is. Voorwaarden inzake de sportraad De VGC dient te beschikken over een afzonderlijke, autonome en erkende sportraad. De sportraad heeft als taak advies aan de overheid te geven, op eigen initiatief of op verzoek, voor alle aangelegenheden die de sportraad belangrijk acht in het kader van het sportbeleid. 68

73 De sportraad is representatief voor alle vormen van sportbeoefening. Het bestuur betrekt in de sportraad de actoren die de Nederlandstalige sport bevorderen. Van de sportraad zijn lid: 1 de afgevaardigden van alle Nederlandstalige sportinitiatieven, onder andere sportverenigingen, sportprojecten, instellingen, scholen en organisaties, zowel private als publieke, die sportieve activiteiten ontplooien op het van toepassing zijnde grondgebied; 2 deskundigen inzake sport. Enkel het collegelid bevoegd voor sport en de sportgekwalificeerde ambtenaar kunnen de vergaderingen van de sportraad bijwonen als waarnemer. Impulssubsidie Niet van toepassing op de VGC. Aanvullende subsidie Niet van toepassing op de VGC. Subsidie Vlaams Instituut voor Sportbeheer en Recreatiebeleid vzw (ISB) Vanaf 2013 wordt aan het ISB een subsidie toegekend voor de voorbereiding van de begeleiding van de besturen in het kader van het decreet lokaal sportbeleid (zie punt 10). Subsidie Vlaams Bureau voor Sportbegeleiding vzw (Vlabus) Vanaf 2013 wordt aan Vlabus een subsidie toegekend voor de voorbereiding van de coördinatie en de begeleiding van een pool van professionele begeleiders in de sport in het kader van het decreet lokaal sportbeleid (zie punt 10) en nadien op basis van het tewerkstellingsdecreet (punt 11). Subsidie monitoringopdracht Niet meer van toepassing vanaf Financiële weerslag Aangezien de definitieve subsidie 2014 voor de VGC beslist wordt na controle van het jaarlijkse verslag 2014 dat ingediend moet worden voor 1/9/2015, worden in dit Blosojaarverslag 2015 nog de definitieve subsidies 2014 en de principiële subsidie 2015 opgenomen (afrekening tegen 1/9/2016). 69

74 Vlaamse Gemeenschapscommissie OVERZICHT DEFINITIEVE BELEIDSSUBSIDIE 2014 VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE Beleidssubsidie 2014 decretaal Toegekende BS 2014 na controle JV en binnen krediet Uitbetaald binnen krediet op 14(V) en 15(S) Terugv over 14 in 16 VGC , ,00 VGC (Brusselse gemeenten) , ,00 Totaal , , ,00 0,00 OVERZICHT PRINCIPIELE BELEIDSSUBSIDIE 2015 VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE (o.v. controle op jaarlijks verslag) Vlaamse Gemeenschapscommissie Beleidssubsidie 2015 decretaal Principiele beleidssubsidie binnen krediet 15 VGC , ,22 VGC (Brusselse gemeenten) , ,22 Totaal , ,44 4. Begeleiding en controle Niet meer van toepassing in het kader van het SVAdecreet. 10. DECREET HOUDENDE HET STIMULEREN EN SUBSIDIËREN VAN EEN LOKAAL SPORTBELEID ESR code 43.12, ESR code 43.22, ESR code en ESR code Vanaf 2014 worden de gemeenten (t.e.m. 2015), provincies (t.e.m. 2017) en ISB gesubsidieerd op basis van het decreet lokaal sportbeleid. Voor VGC blijft dit voor 2015 nog op basis van het Sport voor Allendecreet (zie punt 9). Vanaf 2016 werd het decreet lokaal sportbeleid opgeheven voor de gemeenten met uitzondering voor de randgemeenten. De subsidies werden vanaf 2016 overgeheveld naar het gemeentefonds. 70

75 1. Wettelijke basis Decreet van 6/07/2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid Besluit van de Vlaamse Regering van 16/11/2012 betreffende de uitvoering van het decreet van 6/07/2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid. Decreet van 15/07/2011 houdende vaststelling van de algemene regels waaronder in de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest periodieke plan en rapporteringsverplichtingen aan lokale besturen kunnen worden opgelegd. Decreet van 7/05/2004, gewijzigd op 12/07/2013 en 23/04/2014, houdende omvorming van de vzw de Rand tot een privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap en houdende vaststelling van de bevoegdheden van de provincie VlaamsBrabant inzake de ondersteuning van de Vlaamse Rand, artikel 10/1, ingevoegd bij het decreet van 12/07/2013, en artikel 10/2, ingevoegd bij het decreet van 25/04/2014; Samenwerkingsovereenkomst van 25/4/2014 tussen de Vlaamse Gemeenschap en de vzw de Rand betreffende de subsidiëring van de vzw de Rand voor de uitvoering van de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen van het decreet lokaal sportbeleid, ten behoeve van de Nederlandstalige initiatieven in de Vlaamse Rand rond Brussel. 2. Subsidiëring Het hoofddoel van het planlastendecreet is om in verschillende sectoren een vereenvoudiging inzake subsidieprocedure tussen lokale besturen en de Vlaamse overheid te realiseren. Voor gemeenten en provincies resulteert dit in de: afschaffing van een afzonderlijk sportbeleidplan afschaffing van de voorwaarden voor de sportgekwalificeerde ambtenaar aanpassing van de planverplichtingen aanpassing van de rapporteringsverplichtingen afschaffing van de verenigingssportbeleidsplannen, aangezien de voorwaarde inzake het aanstellen van een sportgekwalificeerde ambtenaar niet meer gesteld kan worden. Daarnaast heeft het proces inzake interne staatshervorming een bijkomende impact gehad op de regelgeving inzake de provincies. Dit resulteerde in de aanpassing en afbakening van de inhoudelijke bevoegdheden; een piste die nog verder bewandeld zal worden in met het oog op een mogelijke afschaffing van de bevoegdheid sport bij de provincies vanaf Op de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de Brusselse gemeenten is het planlastendecreet niet van toepassing. 71

76 Meerjarenbeleidsplan en subsidiëringsmodaliteiten Om voor subsidiëring in aanmerking te komen dienen de besturen een strategische meerjarenplanning voor het beleidsveld sport in te dienen via de beleids en beheerscyclus (BBC). Uit deze meerjarenplanning moet blijken dat het bestuur voldoet aan de decretale voorwaarden zoals hieronder beschreven. De hiernavolgende Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen voor de gemeenten en de Vlaamse Gemeenschapscommissie (vanaf 2016) werden in het decreet lokaal sportbeleid opgenomen. Per beleidsprioriteit werd tevens een minimaal bestedingspercentage opgelegd: (1) het ondersteunen van de kwalitatieve uitbouw van de sportverenigingen via een doelgericht subsidiebeleid (25%); (2) het stimuleren van sportverenigingen tot professionalisering met een bijzonder accent op kwaliteitsvolle jeugdsportbegeleiding en eventueel tot onderlinge samenwerking (35%); (3) het voeren van een activeringsbeleid met het oog op een levenslange sportparticipatie via een anders georganiseerd laagdrempelig beweeg en sportaanbod (10%); (4) het voeren van een beweeg en sportbeleid met aandacht voor transversale samenwerking zodat kansengroepen gelijke kansen krijgen om actief te participeren in sport. (Voor VGC aangevuld met: en met bijzondere aandacht voor het stimuleren van personen met een handicap tot sportbeoefening ) (10%). De subsidie voor de gemeenten bedraagt 2,4 euro per inwoner en voor de VGC euro en wordt jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex, weliswaar binnen het beschikbare krediet. De subsidie kan enkel verantwoord worden door kosten m.b.t. de aanvaarde beleidsmaatregelen inzake de beleidsprioriteiten 1 t.e.m. 4 en volgens de decretale bestedingspercentages. Tevens dient de gemeente/vgc de subsidie met 30% te vermeerderen (cofinanciering) en die ook via deze vier beleidsprioriteiten te verantwoorden. Voor de provincies worden de volgende bevoegdheden inzake sport opgenomen waarvan de modaliteiten worden uitgewerkt in een bestuursakkoord: het stimuleren van personen met een handicap tot sportbeoefening; het, op vraag van de gemeenten, stimuleren en ondersteunen van de regionale werking in de sportsector; het ondersteunen of organiseren van bovenlokale sportevenementen; het bouwen of subsidiëren van bovenlokale sportinfrastructuur; het coördineren van de relatie tussen natuur, sport en recreatie en ruimtelijke ordening; het beheren van unieke bovenlokale instellingen in de sport. Onder een unieke bovenlokale instelling in de sport wordt verstaan een bovenlokale organisatie die een specifieke meerwaarde betekent voor de sport op provinciaal niveau en die niet op Vlaams of op lokaal niveau ingevuld wordt. De Vlaamse beleidsprioriteit Sport voor Allen voor de provincies is : 72

77 het stimuleren van personen met een handicap tot sportbeoefening via een laagdrempelig beweeg en sportaanbod. De subsidie voor de provincies bedraagt 0,6 euro per inwoner en wordt jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex, weliswaar binnen het beschikbare krediet. De subsidie kan enkel verantwoord worden door kosten m.b.t. de aanvaarde beleidsmaatregelen inzake deze beleidsprioriteiten. Er is geen verplichting tot cofinanciering voor de provincies. Voorwaarden inzake de sportraad Het gemeentebestuur en de Vlaamse Gemeenschapscommissie beschikken over een sportraad die, op eigen initiatief of op verzoek, autonoom advies geeft aan de overheid, over alle aangelegenheden die de sportraad belangrijk acht in het kader van het sportbeleid. De schepen of het collegelid, bevoegd voor sport, kan als waarnemer de vergaderingen bijwonen. Het lidmaatschap van de sportraad kan niet als voorwaarde voor subsidiëring worden gesteld. Het gemeentebestuur/vgc moet aantonen dat ze de sportraad heeft betrokken bij de opmaak van de strategische meerjarenplanning met betrekking tot het beleidsveld sport en dat het om advies heeft gevraagd over de strategische meerjarenplanning met betrekking tot het beleidsveld sport. De sportraad bespreekt ook jaarlijks de opgemaakte jaarrekening met betrekking tot het beleidsveld sport. Het bestuur motiveert bij het nemen van beslissingen eventuele afwijkingen op de uitgebrachte adviezen aan de sportraad. De provincies moeten niet meer verplicht beschikken over een sportraad. Ze zijn wel verplicht het sportveld te betrekken, in het bijzonder binnen de doelgroep mensen met een beperking, bij de opmaak en evaluatie van het sportbeleid. Vzw de Rand In het decreet van 7/5/2004, gewijzigd op 12/7/2013, houdende de omvorming van de vzw de Rand tot een privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap en houdende de vaststelling van de bevoegdheden van de provincie Vlaams Brabant inzake de ondersteuning van de Vlaamse Rand, hierna het decreet van 7/5/2004 genoemd, wordt de mogelijkheid opgenomen dat de Vlaamse Regering een subsidie kan verlenen aan de vzw de Rand voor de uitvoering van een of meer beleidsprioriteiten voor het sportbeleid ten behoeve van de Nederlandstalige initiatieven in de Vlaamse Rand rond Brussel. De subsidie kan enkel gebruikt worden voor de uitvoering van het lokaal sportbeleid in die randgemeenten waarvan het gemeentebestuur geen subsidie heeft aangevraagd in het kader van het decreet lokaal sportbeleid voor de uitvoering van de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen en waar er een samenwerking van de lokale Nederlandstalige initiatieven met de vzw de Rand bestaat. Het betreft de beleidsprioriteiten vastgelegd in artikel 5 van het decreet van 6/7/2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid. Het indienen en door de minister van Sport aanvaard worden van een sportbeleidsplan m.b.t. de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen 73

78 overeenkomstig de bepalingen van het decreet lokaal sportbeleid en de samenwerkingsovereenkomst; Het inhoudelijk invullen van de vier Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen overeenkomstig de voorwaarden vermeld in het decreet en het besluit lokaal sportbeleid en in de samenwerkingsovereenkomst; Het voldoen aan het minimale bestedingspercentage per Vlaamse beleidsprioriteit Sport voor Allen overeenkomstig artikel 2 van de samenwerkingsovereenkomst (BPS1 35%, BPS2 15%, BPS3 20% en BPS4 10%); Het beschikken over aanvaarde subsidiereglementen ter uitvoering van de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen; Het bepalen van indicatoren voor de evaluatie van de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen. Het indienen van een jaarlijks verslag overeenkomstig de bepalingen van de samenwerkingsovereenkomst. Kraainem, Linkebeek en WezembeekOppem maakten in 2014 gebruik van deze regeling en worden voor voor hun sportbeleid gesubsidieerd via de vzw De Rand. SintGenesiusRode en Wemmel stapten rechtstreeks in het decreet. Organisatie voor de begeleiding van de besturen (ISB) Om de kwalitatieve uitbouw van het sportbeleid te ondersteunen blijft de doelstelling inzake begeleiding van de besturen ook in dit decreet behouden. Jaarlijks voorziet de Vlaamse Regering een subsidie voor de begeleiding van gemeenten, de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de provincies in het kader van de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen en voor de ontplooiing van een expertisecentrum Buurtsport. Deze inhoudelijke opdracht aan het ISB en de nadere voorwaarden om de subsidie te verkrijgen zijn vastgelegd in het decreet lokaal sportbeleid van 6/07/2012. Om als erkende organisatie in aanmerking te komen voor subsidies dienen ze volgende opdrachten uit te voeren: actieve kennisverzameling en kennisontwikkeling, rekening houdend met de behoeften van de besturen in het kader van de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen; informatie en kennis betreffende de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen actief ter beschikking stellen aan de besturen door middel van: De organisatie van een helpdeskfunctie; De organisatie van vormingen, studiedagen, intervisiemomenten en actieve begeleidingstrajecten; De concrete vertaling van de Vlaamse beleidsprioriteiten Sport voor Allen naar het werkveld via het uitwerken van goede praktijkvoorbeelden; Het opzetten van rechtstreekse communicatiekanalen met de verschillende lokale actoren in functie van snelle en accurate informatieverspreiding. 74

79 Het expertisecentrum Buurtsport kent volgende kernopdrachten: beleidsgericht vertegenwoordigen van Buurtsport Ondersteunen en faciliteren van een (transversaal) Platform Buurtsport als formele gesprekspartner, ambassadeur, klankbord en geestelijke eigenaar Buurtsport. Bruggen bouwen naar andere beleidsdomeinen en van maken (middelen, samenwerkingsverbanden, overtuigen meerwaarde ) Zichtbaar maken van Buurtsport kennisopbouw en uitwerken evidence based modellen Kennisontwikkeling en innovatie Monitoring via onderzoek ondersteuning en faciliteren van veranderingen op het terrein Kennisdeling, ervaringsuitwisseling en opleiding Ondersteuning en begeleiding op het veld 3. Financiële weerslag In mei 2015 werd op basis van het decreet lokaal sportbeleid de principiële decretale subsidie 2015 toegekend aan de besturen en voor 100% uitbetaald (uitg.vgc). De controle op de toegekende subsidie 2015 gebeurt op basis van de jaarrekening 2015, die ingediend moet worden voor 31/7/2016. Bijgevolg zijn de defintieve subsidies 2015 en mogelijke terugvorderingen pas gekend einde Daarom worden ook de definitieve subsidies 2014 en de terugvorderingen 2014 pas vermeld in dit jaarverslag. Definitieve subsidie 2014 Overzicht m.b.t. definitieve subsidies 2014 OVERZICHT DEFINTIEVE SUBSIDIES 2014 DECREET LSB Decretale subsidie 2014 Principiële subsidie 2014 binnen krediet Defintieve subsidie 2014 Terugvorderingen 2014 gemeenten , , , ,53 VGCgem * , , ,00 0,00 De Rand , , , ,04 Subtot gem , , , ,57 provincie , , ,90 0,00 VGC * *SVAdecreet , , ,00 0,00 Subtot best , , , ,57 ISB , , ,00 0,00 Totaal , , , ,57 75

80 Voor 2014 geeft dit volgende procentuele verhoudingen: 27,72% (gemeenten, VGC gem en de Rand), 0,68% (provincies), 0,79% (VGC bovenlokaal) en 0,36% (ISB) van de totale subsidies aan derden (private sector en lokale/provinciale besturen, zie tabel OVERZICHT SUBSIDIES). Voor de definitieve subsidie 2014 per begunstigde wordt verwezen naar de hierna volgende tabellen. Gemeente OVERZICHT DEFINITIEVE SUBSIDIE 2014 GEMEENTEN Principiële subsidie 2014 Uitbetaalde subsidie 2014* Definitieve subsidie 2014 Terugvordering 2014 Aalst , , ,20 0,00 Aalter , , ,00 0,00 Aarschot , , ,00 0,00 Aartselaar , , ,40 0,00 Affligem , , ,00 0,00 Alken , , ,00 0,00 Alveringem , , ,00 0,00 Antwerpen , , ,60 0,00 Anzegem , , ,40 0,00 Ardooie , , ,07 274,13 Arendonk , , ,60 0,00 As , , ,46 279,14 Asse , , ,00 0,00 Assenede , , , ,86 Avelgem , , ,96 418,44 BaarleHertog 6.220, , ,80 0,00 Balen , , ,00 0,00 Beernem , , , ,68 Beerse , , ,80 0,00 Beersel , , , ,64 Begijnendijk , , ,80 0,00 Bekkevoort , , ,60 0,00 Beringen , , ,40 0,00 Berlaar , , ,75 852,25 Berlare , , , ,35 Bertem , , , ,10 Bever 5.210, , ,40 0,00 Beveren , , ,80 0,00 Bierbeek , , ,60 0,00 Bilzen , , ,20 0,00 Blankenberge , , ,66 106,14 Bocholt , , ,60 0,00 Boechout , , ,60 0,00 Bonheiden , , ,80 0,00 Boom , , ,40 0,00 Boortmeerbeek , , ,80 0,00 Borgloon , , ,00 0,00 Bornem , , ,40 0,00 Borsbeek , , , ,45 76

81 Boutersem , , ,80 0,00 Brakel , , ,00 0,00 Brasschaat , , ,40 0,00 Brecht , , ,40 0,00 Bredene , , ,40 0,00 Bree , , ,60 0,00 Brugge , , ,00 0,00 Buggenhout , , , ,88 Damme , , ,60 0,00 De Haan , , ,20 0,00 De Panne , , ,20 0,00 De Pinte , , ,60 0,00 Deerlijk , , ,60 0,00 Deinze , , , ,18 Denderleeuw , , ,60 0,00 Dendermonde , , ,60 0,00 Dentergem , , ,60 0,00 Dessel , , ,40 0,00 Destelbergen , , ,00 0,00 Diepenbeek , , ,80 0,00 Diest , , ,60 0,00 Diksmuide , , ,80 0,00 Dilbeek , , ,20 0,00 DilsenStokkem , , ,80 0,00 Drogenbos 0,00 0,00 0,00 0,00 Duffel , , ,40 0,00 Edegem , , ,60 0,00 Eeklo , , ,60 0,00 ErpeMere , , , ,00 Essen , , ,00 0,00 Evergem , , ,80 0,00 Galmaarden , , , ,40 Gavere , , ,60 0,00 Geel , , ,20 0,00 Geetbets , , ,37 129,43 Genk , , ,60 0,00 Gent , , ,80 0,00 Geraardsbergen , , ,60 0,00 Gingelom , , ,00 0,00 Gistel , , , ,97 Glabbeek , , ,60 0,00 Gooik , , ,40 0,00 Grimbergen , , ,00 0,00 Grobbendonk , , ,80 0,00 Haacht , , ,40 0,00 Haaltert , , ,28 271,32 Halen , , ,80 0,00 Halle , , ,80 0,00 Ham , , ,20 0,00 Hamme , , ,40 0,00 HamontAchel , , ,00 0,00 Harelbeke , , ,80 0,00 77

82 Hasselt , , ,20 0,00 HechtelEksel , , ,00 0,00 Heers , , ,20 0,00 HeistopdenBerg , , ,80 0,00 Hemiksem , , ,00 0,00 Herent , , ,80 0,00 Herentals , , ,20 0,00 Herenthout , , ,80 0,00 HerkdeStad , , ,40 0,00 Herne , , ,80 0,00 Herselt , , ,60 0,00 Herstappe 0,00 0,00 0,00 0,00 Herzele , , ,60 0,00 HeusdenZolder , , ,20 0,00 Heuvelland , , ,00 0,00 Hoegaarden , , ,60 0,00 Hoeilaart , , ,60 0,00 Hoeselt , , ,20 0,00 Holsbeek , , ,60 0,00 Hooglede , , ,00 0,00 Hoogstraten , , ,40 0,00 Horebeke 0,00 0,00 0,00 0,00 HouthalenHelchteren , , ,40 0,00 Houthulst , , ,60 0,00 Hove , , ,60 0,00 Huldenberg , , ,20 0,00 Hulshout , , ,40 0,00 Ichtegem , , ,20 0,00 Ieper , , , ,81 Ingelmunster , , ,20 0,00 Izegem , , ,20 0,00 Jabbeke , , ,40 0,00 Kalmthout , , ,40 0,00 Kampenhout , , ,40 0,00 Kapellen , , ,40 0,00 KapelleopdenBos , , ,40 0,00 Kaprijke , , ,20 0,00 Kasterlee , , ,80 0,00 Keerbergen , , , ,52 Kinrooi , , ,80 0,00 Kluisbergen , , , ,68 Knesselare , , ,40 0,00 KnokkeHeist , , ,60 0,00 Koekelare , , ,63 582,37 Koksijde , , ,20 0,00 Kontich , , ,60 0,00 Kortemark , , ,80 0,00 Kortenaken , , ,40 0,00 Kortenberg , , ,40 0,00 Kortessem , , ,00 0,00 Kortrijk , , ,60 0,00 Kraainem 0,00 0,00 0,00 0,00 78

83 Kruibeke , , ,20 0,00 Kruishoutem , , ,80 0,00 Kuurne , , , ,64 Laakdal , , ,20 0,00 Laarne , , ,00 0,00 Lanaken , , ,60 0,00 Landen , , ,77 633,63 Langemark ,40 0, , ,40 Poelkapelle Lebbeke , , ,80 0,00 Lede , , ,00 0,00 Ledegem , , ,60 0,00 Lendelede , , ,60 0,00 Lennik , , ,00 0,00 Leopoldsburg , , ,80 0,00 Leuven , , ,40 0,00 Lichtervelde , , ,80 0,00 Liedekerke , , ,40 0,00 Lier , , ,40 0,00 Lierde , , ,30 400,50 Lille , , ,00 0,00 Linkebeek 0,00 0,00 0,00 0,00 Lint , , ,00 0,00 Linter 0,00 0,00 0,00 0,00 Lochristi , , , ,09 Lokeren , , ,80 0,00 Lommel , , ,60 0,00 Londerzeel , , ,60 0,00 LoReninge 7.917, , ,60 0,00 Lovendegem , , ,60 0,00 Lubbeek , , ,20 0,00 Lummen , , ,20 0,00 Maarkedal , , , ,04 Maaseik , , ,20 0,00 Maasmechelen , , ,60 0,00 Machelen , , ,20 0,00 Maldegem , , ,40 0,00 Malle , , ,20 0,00 Mechelen , , ,00 0,00 Meerhout , , ,20 0,00 MeeuwenGruitrode , , ,00 0,00 Meise , , ,20 0,00 Melle , , , ,12 Menen , , ,20 0,00 Merchtem , , ,37 965,83 Merelbeke , , ,00 0,00 Merksplas , , ,40 0,00 Mesen 0,00 0,00 0,00 0,00 Meulebeke , , ,40 0,00 Middelkerke , , ,80 0,00 MoerbekeWaas , , ,80 0,00 Mol , , ,80 0,00 Moorslede , , ,00 0,00 79

84 Mortsel , , ,20 0,00 Nazareth , , ,40 0,00 Neerpelt , , ,40 0,00 Nevele , , ,03 995,17 Niel , , ,40 0,00 Nieuwerkerken , , ,40 0,00 Nieuwpoort , , ,20 0,00 Nijlen , , ,00 0,00 Ninove , , ,00 0,00 Olen , , ,20 0,00 Oostende , , ,60 0,00 Oosterzele 0,00 0,00 0,00 0,00 Oostkamp , , , ,88 Oostrozebeke , , ,40 0,00 Opglabbeek , , ,85 974,95 Opwijk , , ,60 0,00 Oudenaarde , , ,20 0,00 Oudenburg , , ,00 0,00 OudHeverlee , , ,40 0,00 OudTurnhout , , ,00 0,00 Overijse , , ,40 0,00 Overpelt , , ,00 0,00 Peer , , ,60 0,00 Pepingen , , ,80 0,00 Pittem , , ,20 0,00 Poperinge , , ,60 0,00 Putte , , ,40 0,00 Puurs , , ,60 0,00 Ranst , , ,20 0,00 Ravels , , ,00 0,00 Retie , , ,60 0,00 Riemst , , ,00 0,00 Rijkevorsel , , ,60 0,00 Roeselare , , ,20 0,00 Ronse , , ,20 0,00 Roosdaal , , ,73 885,27 Rotselaar , , ,20 0,00 Ruiselede , , ,60 0,00 Rumst , , ,40 0,00 Schelle , , ,20 0,00 Scherpenheuvel ,80 0, , ,80 Zichem Schilde , , ,80 0,00 Schoten , , ,40 0,00 SintAmands , , ,60 0,00 SintGenesiusRode , , , ,66 SintGillisWaas , , ,40 0,00 SintKatelijneWaver , , ,60 0,00 SintLaureins , , ,00 0,00 SintLievensHoutem , , ,60 504,40 SintMartensLatem , , ,20 0,00 SintNiklaas , , ,20 0,00 SintPietersLeeuw , , ,40 0,00 80

85 SintTruiden , , ,80 0,00 SpiereHelkijn 5.064, , , ,80 Stabroek , , ,20 0,00 Staden , , ,40 0,00 Steenokkerzeel , , ,00 0,00 Stekene , , ,80 0,00 Temse , , , ,23 Ternat , , ,80 0,00 Tervuren , , ,40 0,00 Tessenderlo , , , ,80 Tielt , , ,80 0,00 TieltWinge , , ,60 0,00 Tienen , , ,80 0,00 Tongeren , , ,80 0,00 Torhout , , ,60 0,00 Tremelo , , ,60 0,00 Turnhout , , ,80 0,00 Veurne , , ,40 0,00 Vilvoorde , , ,00 0,00 Vleteren 8.908, , ,80 0,00 Voeren * 9.976,80 0,00 0,00 0,00 Vorselaar , , ,00 0,00 Vosselaar , , ,00 0,00 Waarschoot , , ,00 0,00 Waasmunster , , ,58 955,62 Wachtebeke , , ,80 0,00 Waregem , , ,40 0,00 Wellen , , ,00 0,00 Wemmel , , , ,90 Wervik , , ,60 0,00 Westerlo , , ,60 0,00 Wetteren , , ,00 0,00 Wevelgem , , ,40 0,00 WezembeekOppem 0,00 0,00 0,00 0,00 Wichelen , , ,60 0,00 Wielsbeke , , ,20 0,00 Wijnegem , , ,40 0,00 Willebroek , , ,00 0,00 Wingene , , ,60 0,00 Wommelgem , , , ,60 WortegemPetegem , , ,00 0,00 Wuustwezel , , ,80 0,00 Zandhoven , , , ,70 Zaventem , , ,00 0,00 Zedelgem , , ,00 0,00 Zele , , , ,54 Zelzate , , ,40 0,00 Zemst , , ,60 0,00 Zingem , , ,80 0,00 Zoersel , , ,00 0,00 Zomergem , , ,60 0,00 Zonhoven , , ,80 0,00 81

86 Zonnebeke , , ,00 0,00 Zottegem , , ,20 0,00 Zoutleeuw , , ,80 0,00 Zuienkerke 0,00 0,00 0,00 0,00 Zulte , , ,20 0,00 Zutendaal , , ,60 0,00 Zwalm , , ,00 0,00 Zwevegem , , ,60 0,00 Zwijndrecht , , , ,42 Totaal , , , ,53 * het MJP van Voeren werd goedgekeurd en schijf 1 werd uitbetaald. Nadien heeft Voeren beslist om uit het decreet te stappen. Bijgevolg wordt Voeren niet meer gesubsidieerd Een werd schijf 1 teruggevorderd. OVERZICHT DEFINITIEVE SUBSIDIES 2014 PROVINCIES Provincie Principiële subsidie 2014 Uitbetaalde subsidie 2014 Definitieve subsidie 2014 Terugvordering 2014 Antwerpen , , ,24 0,00 Limburg , , ,24 0,00 OostVlaanderen , , ,96 0,00 VlaamsBrabant , , ,06 0,00 WestVlaanderen , , ,40 0,00 Totaal , , ,90 0,00 OVERZICHT DEFINITIEVE BELEIDSSUBSIDIES 2014 VGC Zie punt 9 SVAdecreet OVERZICHT DEFINITIEVE SUBSIDIE 2014 ANDERE SVAACTOREN Begunstigde Principiele Subsidie 2014 binnen krediet Defintieve Subsidie 2014 binnen krediet ISB , ,00 VLABUS Zie punt 11 Zie punt 11 82

87 Vzw De Rand OVERZICHT DEFINITIEVE SUBSIDIES 2014 vzw DE RAND Principiële subsidie 2014 Uitbetaalde subsidie 2014 Definitieve subsidie 2014 Terugvordering 2014 Kraainem , , , ,59 Linkebeek , , , ,93 WezembeekOppem , , , ,52 Totaal , , , ,04 Principiële subsidie 2015: Overzicht m.b.t. de principiële subsidies 2015 OVERZICHT PRINCIPIELE SUBSIDIES 2015 DECREET LSB (o.v. controle op jaarrekening) Principiële Decretale Schijf 1 / subsidie 2015 subsidie 2015 Voorschot binnen krediet Schijf 2 / Saldo gemeenten , , , ,00 VGCgem *SVAdecreet , , ,00 De Rand , , , ,40 Subtot gem , , , ,40 provincie , , , ,00 VGC , , ,00 *SVAdecreet Subtot best , , , ,40 ISB , , ,00 Totaal , , , ,40 Voor 2015 geeft dit voorlopig volgende procentuele verhoudingen: 27,57% (gemeenten, VGC gem en De Rand), 0,71% (provincies), 0,83% (VGC bovenlokaal) en 0,36% (ISB) van de totale subsidies aan derden (private sector en lokale/provinciale besturen, zie tabel OVERZICHT SUBSIDIES). 83

88 Voor de principiële subsidie 2015 per begunstigde wordt verwezen naar de hierna volgende tabellen. Gemeente OVERZICHT PRINCIPIELE SUBSIDIE 2015 GEMEENTEN (o.v. controle op jaarrekening) Decretale subsidie 2015 Principiële subsidie 2015 binnen krediet Schijf 1 Schijf 2 Aalst , , , ,31 Aalter , , , ,52 Aarschot , , , ,22 Aartselaar , , , ,48 Affligem , , , ,00 Alken , , , ,49 Alveringem , , , ,64 Antwerpen , , , ,19 Anzegem , , , ,97 Ardooie , , , ,62 Arendonk , , , ,40 As , , , ,75 Asse , , , ,58 Assenede , , , ,97 Avelgem , , , ,07 BaarleHertog 6.312, , , ,44 Balen , , , ,40 Beernem , , , ,76 Beerse , , , ,62 Beersel , , , ,82 Begijnendijk , , , ,38 Bekkevoort , , , ,44 Beringen , , , ,20 Berlaar , , , ,70 Berlare , , , ,35 Bertem , , , ,41 Bever 5.217, , , ,60 Beveren , , , ,84 Bierbeek , , , ,20 Bilzen , , , ,06 Blankenberge , , , ,38 Bocholt , , , ,10 Boechout , , , ,38 Bonheiden , , , ,44 Boom , , , ,05 Boortmeerbeek , , , ,94 Borgloon , , , ,55 Bornem , , , ,82 Borsbeek , , , ,41 Boutersem , , , ,04 Brakel , , , ,50 Brasschaat , , , ,38 Brecht , , , ,88 Bredene , , , ,87 84

89 Bree , , , ,96 Brugge , , , ,28 Buggenhout , , , ,72 Damme , , , ,92 De Haan , , , ,30 De Panne , , , ,52 De Pinte , , , ,86 Deerlijk , , , ,06 Deinze , , , ,80 Denderleeuw , , , ,78 Dendermonde , , , ,58 Dentergem , , , ,37 Dessel , , , ,70 Destelbergen , , , ,16 Diepenbeek , , , ,27 Diest , , , ,98 Diksmuide , , , ,62 Dilbeek , , , ,96 DilsenStokkem , , , ,42 Drogenbos 0,00 0,00 0,00 0,00 Duffel , , , ,87 Edegem , , , ,92 Eeklo , , , ,54 ErpeMere , , , ,44 Essen , , , ,68 Evergem , , , ,16 Galmaarden , , , ,51 Gavere , , , ,40 Geel , , , ,70 Geetbets , , , ,76 Genk , , , ,52 Gent , , , ,90 Geraardsbergen , , , ,33 Gingelom , , , ,41 Gistel , , , ,94 Glabbeek , , , ,40 Gooik , , , ,79 Grimbergen , , , ,06 Grobbendonk , , , ,49 Haacht , , , ,24 Haaltert , , , ,60 Halen , , , ,44 Halle , , , ,30 Ham , , , ,28 Hamme , , , ,27 HamontAchel , , , ,68 Harelbeke , , , ,06 Hasselt , , , ,54 HechtelEksel , , , ,96 Heers , , , ,96 HeistopdenBerg , , , ,50 Hemiksem , , , ,52 85

90 Herent , , , ,44 Herentals , , , ,23 Herenthout , , , ,11 HerkdeStad , , , ,20 Herne , , , ,04 Herselt , , , ,91 Herstappe 0,00 0,00 0,00 0,00 Herzele , , , ,69 HeusdenZolder , , , ,11 Heuvelland , , , ,14 Hoegaarden , , , ,22 Hoeilaart , , , ,20 Hoeselt , , , ,46 Holsbeek , , , ,30 Hooglede , , , ,58 Hoogstraten , , , ,86 Horebeke 0,00 0,00 0,00 0,00 HouthalenHelchteren , , , ,27 Houthulst , , , ,52 Hove , , , ,76 Huldenberg , , , ,36 Hulshout , , , ,22 Ichtegem , , , ,28 Ieper , , , ,32 Ingelmunster , , , ,83 Izegem , , , ,66 Jabbeke , , , ,66 Kalmthout , , , ,94 Kampenhout , , , ,68 Kapellen , , , ,79 KapelleopdenBos , , , ,92 Kaprijke , , , ,40 Kasterlee , , , ,76 Keerbergen , , , ,61 Kinrooi , , , ,30 Kluisbergen , , , ,80 Knesselare , , , ,82 KnokkeHeist , , , ,50 Koekelare , , , ,41 Koksijde , , , ,24 Kontich , , , ,88 Kortemark , , , ,72 Kortenaken , , , ,18 Kortenberg , , , ,58 Kortessem , , , ,09 Kortrijk , , , ,28 Kraainem* 0,00 0,00 0,00 0,00 Kruibeke , , , ,56 Kruishoutem , , , ,43 Kuurne , , , ,70 Laakdal , , , ,56 Laarne , , , ,37 86

91 Lanaken , , , ,68 Landen , , , ,24 Langemark Poelkapelle , , , ,96 Lebbeke , , , ,49 Lede , , , ,78 Ledegem , , , ,36 Lendelede , , , ,65 Lennik , , , ,62 Leopoldsburg , , , ,68 Leuven , , , ,93 Lichtervelde , , , ,34 Liedekerke , , , ,33 Lier , , , ,03 Lierde , , , ,80 Lille , , , ,02 Linkebeek* 0,00 0,00 0,00 0,00 Lint , , , ,54 Linter 0,00 0,00 0,00 0,00 Lochristi , , , ,18 Lokeren , , , ,73 Lommel , , , ,38 Londerzeel , , , ,27 LoReninge 7.992, , , ,90 Lovendegem , , , ,84 Lubbeek , , , ,68 Lummen , , , ,64 Maarkedal , , , ,10 Maaseik , , , ,22 Maasmechelen , , , ,98 Machelen , , , ,55 Maldegem , , , ,64 Malle , , , ,98 Mechelen , , , ,38 Meerhout , , , ,72 MeeuwenGruitrode , , , ,28 Meise , , , ,04 Melle , , , ,36 Menen , , , ,35 Merchtem , , , ,50 Merelbeke , , , ,55 Merksplas , , , ,46 Mesen 0,00 0,00 0,00 0,00 Meulebeke , , , ,24 Middelkerke , , , ,82 MoerbekeWaas , , , ,04 Mol , , , ,62 Moorslede , , , ,53 Mortsel , , , ,08 Nazareth , , , ,69 Neerpelt , , , ,76 Nevele , , , ,69 Niel , , , ,50 87

92 Nieuwerkerken , , , ,32 Nieuwpoort , , , ,02 Nijlen , , , ,10 Ninove , , , ,43 Olen , , , ,92 Oostende , , , ,42 Oosterzele 0,00 0,00 0,00 0,00 Oostkamp , , , ,70 Oostrozebeke , , , ,98 Opglabbeek , , , ,49 Opwijk , , , ,27 Oudenaarde , , , ,08 Oudenburg , , , ,24 OudHeverlee , , , ,84 OudTurnhout , , , ,70 Overijse , , , ,46 Overpelt , , , ,62 Peer , , , ,66 Pepingen , , , ,32 Pittem , , , ,22 Poperinge , , , ,62 Putte , , , ,44 Puurs , , , ,85 Ranst , , , ,64 Ravels , , , ,96 Retie , , , ,69 Riemst , , , ,01 Rijkevorsel , , , ,47 Roeselare , , , ,64 Ronse , , , ,11 Roosdaal , , , ,43 Rotselaar , , , ,72 Ruiselede , , , ,68 Rumst , , , ,40 Schelle , , , ,18 Scherpenheuvel Zichem , , , ,26 Schilde , , , ,84 Schoten , , , ,67 SintAmands , , , ,29 SintGenesiusRode , , , ,38 SintGillisWaas , , , ,98 SintKatelijneWaver , , , ,98 SintLaureins , , , ,47 SintLievensHoutem , , , ,68 SintMartensLatem , , , ,94 SintNiklaas , , , ,72 SintPietersLeeuw , , , ,22 SintTruiden , , , ,56 SpiereHelkijn 5.102, , , ,98 Stabroek , , , ,87 Staden , , , ,88 Steenokkerzeel , , , ,80 88

93 Stekene , , , ,01 Temse , , , ,14 Ternat , , , ,98 Tervuren , , , ,26 Tessenderlo , , , ,93 Tielt , , , ,62 TieltWinge , , , ,16 Tienen , , , ,84 Tongeren , , , ,26 Torhout , , , ,34 Tremelo , , , ,56 Turnhout , , , ,12 Veurne , , , ,94 Vilvoorde , , , ,74 Vleteren 8.817, , , ,32 Voeren 0,00 0,00 0,00 0,00 Vorselaar , , , ,41 Vosselaar , , , ,12 Waarschoot , , , ,62 Waasmunster , , , ,40 Wachtebeke , , , ,32 Waregem , , , ,46 Wellen , , , ,80 Wemmel , , , ,02 Wervik , , , ,42 Westerlo , , , ,93 Wetteren , , , ,50 Wevelgem , , , ,89 WezembeekOppem* 0,00 0,00 0,00 0,00 Wichelen , , , ,92 Wielsbeke , , , ,99 Wijnegem , , , ,17 Willebroek , , , ,38 Wingene , , , ,30 Wommelgem , , , ,53 WortegemPetegem , , , ,58 Wuustwezel , , , ,13 Zandhoven , , , ,98 Zaventem , , , ,40 Zedelgem , , , ,92 Zele , , , ,73 Zelzate , , , ,86 Zemst , , , ,04 Zingem , , , ,59 Zoersel , , , ,08 Zomergem , , , ,59 Zonhoven , , , ,04 Zonnebeke , , , ,02 Zottegem , , , ,18 Zoutleeuw , , , ,79 Zuienkerke 0,00 0,00 0,00 0,00 Zulte , , , ,31 89

94 Zutendaal , , , ,87 Zwalm , , , ,12 Zwevegem , , , ,58 Zwijndrecht , , , ,00 Totaal , , , ,00 * via vzw De Rand Gemeente OVERZICHT PRINCIPIELE SUBSIDIES 2015 PROVINCIES (o.v. controle op jaarrekening) Decretale subsidie 2015 Principiële subsidie 2015 binnen krediet Schijf 1 Schijf 2 Antwerpen , , , ,23 Limburg , , , ,24 OostVlaanderen , , , ,98 VlaamsBrabant , , , ,75 WestVlaanderen , , , ,80 Totaal , , , ,00 OVERZICHT PRINCIPIELE SUBSIDIES 2015 VGC (o.v. controle op jaarlijks verslag) Zie punt 9 SVAdecreet OVERZICHT PRINCIPIELE BELEIDSSUBSIDIE 2015 ANDERE SVAACTOREN (o.v. controle op jaarlijks verslag) Begunstigde Decretale Subsidie 2015 Principiele Subsidie 2015 binnen krediet ISB , ,00 VLABUS Zie punt 11 Zie punt 11 90

95 Vzw De Rand OVERZICHT PRINCIPIELE SUBSIDIES 2015 vzw DE RAND (o.v. controle op jaarrekening) Decretale subsidie 2015 Principiële subsidie 2015 Schijf 1 Schijf 2 Kraainem , , , ,20 Linkebeek , , , ,40 WezembeekOppem , , , ,80 Totaal , , , ,40 4. Begeleiding en controle Aangezien het decreet lokaal sportbeleid vanaf 2015 voor de gemeenten opgeheven werd, werd geen rechtstreekse toekomstgerichte inhoudelijke begeleiding van de gemeenten meer voorzien. Uitgezonderd n.a.v. de indiening van de jaarrekening 2014 in de tweede helft van 2015 werd nog individuele begeleiding voorzien. Tijdens 2015 werd nog geparticipeerd aan de ambtelijke werkgroep Planlasten over de overheveling van de sectorale subsidies naar het Gemeentefonds en de afhandeling van de controle op de sectorale subsidies 2014 en 2015 via de BBCjaarrekening. In 2015 werden van 297 gemeenten, 5 provincies, VGC en vzw De Rand (3 gemeenten) de subsidies 2014 gecontroleerd. Aangezien de controle voor de eerste maal moest gebeuren via de BBCjaarrekening, werden extra rapporten in Cognos ontwikkeld teneinde deze controle mogelijk te maken. De procedure voorziet tevens dat na de eerste controle en bij een negatieve beoordeling het bestuur bezwaar kan aantekeken waardoor voor een aantal gemeenten (87) de controleprocedure nogmaals doorlopen diende te worden. Deze administratieve procedure heeft geduurd tot en met mei 2016 door het te laattijdig indienen van de jaarrekeningen door de gemeenten. OVERZICHT BEOORDELING JAARREKENINGEN 2014 Positief 1 ste besl Bezwaar Positief na bezwaar Positief totaal Terugvordering Gemeenten Provincies Totaal % Vzw De Rand VGC via SVAdecreet % Aangezien het decreet lokale sportbeleid gedeeltelijk opgeheven is vanaf 2016 en de noodzaak van te beschikken over lokale gegevens aanwezig blijft, werd door het beleidsdomein CJSM een project lokale monitoring opgestart. In 2015 werd op regelmatige basis overleg gepleegd binnen het projectteam. Op 7 december 2015 vond het startmoment met het werkveld van dit project plaats. 91

96 Daarnaast volgde de afdeling subsidiëring, via de ambtelijke werkgroep van het departement Bestuurszaken, de impact van het interne staatshervorming voor het beleidsveld Sport op. Binnen deze werkgroep werd een stappenplan afgesproken om tegen 1/01/2017 de verevening voor de persoonsgebondenmaterie Sport van de Vlaamse provincies naar enerzijds de gemeenten of anderzijds de Vlaamse overheid te realiseren (uitgesteld tot 1/1/2018). Hierbij werd ook rekening gehouden met de provincievrije steden Gent en Antwerpen. De mededeling van de Vlaamse Regering van 10/10/2014 is hiervoor de basis. De Vlaamse Regering keurde op 17/7/2015 een eerste keer het voorontwerp van decreet houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering van de provincies principieel goed. De tweede principiële goedkeuring volgde op 13/11/2015. Tegelijkertijd werd op kabinetsniveau sectoraal overleg gepleegd met de VVP, de 5 gedeputeerden sport, het departement Kanselarij en Bestuur en Bloso om een inventarisatie Sport op te stellen van de over te dragen instellingen, activiteiten, decretale taken, personeel en budgetten. Hiervoor werd een basisframe aangeleverd dat door de 5 Vlaamse provincies aangevuld moest worden. Bloso volgde dit overleg administratief op. Ondertussen werden binnen Bloso interne overlegvergaderingen opgestart in aanwezigheid van het kabinet Sport om de provinciale inventarisaties te evalueren en de effectieve toekomstige werking m.b.t. de over te dragen persoonsgebonden materies voor te bereiden naar 2017 (uitgesteld naar 2018). 11. DECREET HOUDENDE HET STIMULEREN, HET COÖRDINEREN EN HET SUBSIDIËREN VAN DE TEWERKSTELLING IN DE SPORT ESR code Wettelijke basis Het decreet van 8/11/2013 houdende het stimuleren, het coördineren en het subsidiëren van de tewerkstelling in de sportsector. Het besluit van de Vlaamse Regering van 20/12/2013 betreffende de uitvoering van het decreet van 8/11/2013 houdende het stimuleren, het coördineren en het subsidiëren van de tewerkstelling in de sportsector. 2. Erkenning Om voor erkenning als organisatie voor de coördinatie en de tewerkstelling van een pool van sportbegeleiders en sportondersteuners in aanmerking te komen, moet de organisatie aan een reeks erkenningsvoorwaarden voldoen, opgesomd in artikel 4 van het decreet. De erkenning wordt voor een periode toegekend. Voor deze periode is het Vlabus vzw erkend als organisatie voor de coördinatie en de tewerkstelling van een pool van sportbegeleiders en sportondersteuners. 92

97 De aanleiding tot dit decreet is enerzijds de interne staatshervorming en anderzijds het programmadecreet van 13/7/2012 en kadert verder binnen de doelstelling om de professionalisering en tewerkstelling binnen de sportsector te verhogen. Door de interne staatshervorming gaven de provincies voor het laatst in 2013 financiële, logistieke, werkings of personeelssubsidies aan Vlabus. Vanaf 2014 worden deze provinciale eigen middelen via het provinciefonds overgeheveld naar Vlaanderen en toegevoegd aan de dotatie aan het Bloso in het kader van dit decreet. Ten gevolge van het programmadecreet werd in het besluit van de Vlaamse Regering van 5/10/2012 houdende de beëindiging van de subsidiëring van loonkosten aan bepaalde initiatieven in de sportsector, die werknemers tewerkstellen in een gewezen DACstatuut, een regeling verder uitgewerkt. Deze regeling zal op termijn het aantal VTE en het aantal gesubsidieerde organisaties doen verminderen. Met dit decreet pakt men de huidige ongelijke behandeling van de sportorganisaties in Vlaanderen verder aan door de bestaande gesubsidieerde arbeidsplaatsen in gewezen DACprojecten af te bouwen (een beperkt aantal sportorganisaties geniet via deze weg van extra personeelssubsidies). Het budget dat hierdoor vrijkomt wordt tevens ingezet voor de tewerkstelling in de sportsector op basis van dit decreet. Het decreet voorziet een erkennings en subsidiëringsprocedure. 3. Subsidiëring Er wordt één erkende organisatie voor de coördinatie en de tewerkstelling van een pool van sportbegeleiders en sportondersteuners gesubsidieerd per beleidsplanperiode. Om als erkende organisatie voor subsidiëring in aanmerking te komen voert ze de volgende opdrachten uit: een kenniscentrum zijn met betrekking tot professionalisering en tewerkstelling in de sport; het aanspreekpunt zijn voor de tewerkstelling van sportbegeleiders en sportondersteuners; initiatieven nemen om de kwalitatieve tewerkstelling in de sportsector te verhogen; een pool van sportbegeleiders en sportondersteuners beschikbaar stellen in alle Vlaamse provincies en, vanaf 2016, in het tweetalig gebied BrusselHoofdstad. De organisatie richt zich daarbij op de nonprofitsportsector. de kwaliteit van de pool van sportbegeleiders en sportondersteuners verhogen door hen voortdurend bij te scholen en te begeleiden bij de uitvoering van hun opdrachten. De organisatie besteedt daarbij aandacht aan bijzondere doelgroepen en aan maatschappelijke behoeften initiatieven nemen in het kader van de Vlaamse beleidsprioriteiten, vermeld in artikel 5, 2, en artikel 6, tweede lid van het decreet van 6/7/2012 houdende het stimuleren en het subsidiëren van een lokaal sportbeleid en, vanaf 1/1/2016, in het kader van de Vlaamse beleidsprioriteiten, vermeld in artikel 11, 2, van voormeld decreet, om: De kwaliteit van de jeugdsportbegeleider binnen de sportverenigingen te verhogen; 93

98 De professionele omkadering via coördinerende functies in de sportverenigingen te verhogen; de organisatie uitbouwen, structureren en beheren om de opdracht, vermeld in de punten hierboven, kwaliteitsvol uit te voeren een aangepast ondersteuningsbeleid voeren voor het ter beschikking stellen van een pool van sportbegeleiders en sportondersteuners voor de begeleiding en ondersteuning van sportactiviteiten voor specifieke doelgroepen. 4. Financiële weerslag In februari 2015 werd op basis van het tewerkstellingsdecreet een voorschot van euro (80%) uitbetaald. Na de begrotingscontrole werd er in november een 2 de voorschot van euro uitbetaald. Na controle en goedkeuring van het werkingsverslag en financieel verslag 2015 van Vlabus werd het saldo 2015 van euro in juni 2016 uitbetaald. OVERZICHT SUBSIDIES 2015 Vlabus vzw Begunstigde Voorschot 2 de voorschot Saldo Uitbetaalde subsidies 2015 Vlabus vzw , , , ,00 De totale subsidie 2015 aan de Vlabus vzw bedraagt euro. Dit is 6,59% van de totale subsidies aan derden (private sector en lokale/provinciale besturen, zie tabel OVERZICHT SUBSIDIES). 12. DECREET SPORT IN HET HOGER ONDERWIJS ESR code Wettelijke basis Het decreet van 3/4/2009 houdende de toekenning van subsidies voor de uitbouw, de coördinatie en de promotie van het sportaanbod van de studentenvoorzieningen van de Vlaamse universiteiten en hogescholen en de erkenning en subsidiëring van een Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging; Het besluit van de Vlaamse Regering van 3/7/2009 houdende de uitvoering van het decreet van 3/4/2009 houdende de toekenning van subsidies voor de uitbouw, de coördinatie en de promotie van het sportaanbod van de studentensportvoorzieningen van de Vlaamse universiteiten en hogescholen en de erkenning en subsidiëring van een Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging. 94

99 2. Erkenning Erkenning van de Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging Om voor erkenning in aanmerking te komen, moet de overkoepelende studentensportvereniging aan een reeks erkenningsvoorwaarden voldoen, opgesomd in artikel 12 van het decreet. De erkenning wordt voor de duur van de olympiade toegekend. Voor de olympiade is de Vlaamse Studentensportfederatie vzw erkend als Vlaamse overkoepelende studentensportverenging. 3. Subsidiëring De subsidiëring binnen het decreet sport in het hoger onderwijs omvat twee luiken: de subsidiëring van de vijf Vlaamse associaties; de subsidiëring van de erkende Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging. Subsidiëring van de vijf Vlaamse associaties Om in aanmerking te komen voor subsidies moet een associatie aan de volgende basisvoorwaarden voldoen: het beschikken over een sportbeleidsplan dat aanvaard is door de minister; het beheren van studentensportvoorzieningen die voldoen aan de voorwaarden overeenkomstig de bepalingen van het decreet; binnen de associatie wordt één overlegplatform aangewezen dat verantwoordelijk is voor het sportbeleid en een coördinerende rol vervult bij het sporttechnische, sportpromotionele en administratieve beleid van de studentensportvoorzieningen die behoren tot de associatie. De studenten moeten in dit overlegplatform vertegenwoordigd zijn; het beschikken over minstens 2 sportgekwalificeerde personeelsleden overeenkomstig de bepalingen van het decreet, die hetzij voltijds, hetzij halftijds tewerkgesteld zijn; de associatie dient minstens de helft van de subsidies te besteden aan beleidsmaatregelen die betrekking hebben op de recreatieve sportbeoefening in de associatie; het indienen van het jaarlijkse verslag overeenkomstig de bepalingen van het decreet. De subsidies worden verleend voor de uitbouw, de coördinatie en de promotie van het sportaanbod binnen de onderwijsstructuur waarvoor de associaties verantwoordelijk zijn. Subsidiëring van de erkende Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging Om in aanmerking te komen voor subsidies moet de erkende Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging aan de volgende basisvoorwaarden voldoen: 95

100 de vereniging is als Vlaamse overkoepelende studentensportvereniging erkend door de minister en beschikt over een sportbeleidsplan dat aanvaard is door de minister; het beschikken over 2 voltijdse equivalenten die voldoen aan de diplomavereisten vermeld in het decreet en die hun functie hetzij voltijds, hetzij halftijds invullen; het indienen van het jaarlijkse verslag overeenkomstig de bepalingen van het decreet. De subsidies worden verleend voor de organisatie van associatieoverschrijdende studentensportinitiatieven en de deelname van studenten aan internationale studentensportinitiatieven. 4. Financiële weerslag De associaties die voldoen aan de subsidievoorwaarden, ontvangen een subsidie bestaande uit enerzijds een vast bedrag van euro en anderzijds een bedrag gebaseerd op het aantal ingeschreven studenten op 1/2/2014. De subsidie voor de overkoepelende studentensportvereniging bestaat uit een personeelssubsidie en een werkingssubsidie. De personeelssubsidie bedraagt 90% van het bedrag dat wordt gedragen door de erkende overkoepelende studentensportvereniging voor haar personeelsleden. De werkingssubsidie bedraagt een vierde van de personeelssubsidie. Associatie Subsidies 2014 Associatie Universiteit en Hogescholen Antwerpen vzw Principiële decretale subsidies 2015 (*) , ,38 Universitaire Associatie Brussel vzw , ,85 Associatie Universiteit Gent vzw , ,24 Associatie K.U.Leuven vzw , ,12 Associatie UniversiteitHogescholen Limburg vzw , ,41 Totaal , ,00 Overkoepelende studentensportvereniging Subsidies 2014 Subsidies 2015 Vlaamse Studentensportfederatie vzw , ,00 (*) De definitieve subsidies 2015 aan de 5 Vlaamse associaties zijn pas bekend na 1/9/2016, de datum waarop de associaties het jaarlijks verslag indienen bij Sport Vlaanderen. Voor het jaar 2015 werd aan vijf Vlaamse associaties een voorschot van 80% toegekend van de subsidie waarop deze associaties aanspraak kunnen maken op basis van hun subsidieaanvraag Aan de erkende overkoepelende studentensportvereniging werd voor het jaar 2015 een voorschot van 80% toegekend op basis van het beschikbare krediet waarop deze vereniging aanspraak kan maken. Het saldo van de subsidies 2015 aan de vijf associaties wordt uitbetaald nadat de minister de definitieve subsidies 2015 heeft toegekend. Het saldo van de 96

101 overkoepelende studentensportvereniging werd uitbetaald nadat Vlaams minister van Sport Muyters de definitieve subsidies 2015 heeft toegekend. Het beschikbaar krediet op de begroting 2016 is ontoereikend om de subsidies 2015 ( ,99 euro) van de overkoepelende studentensportvereniging volledig uit te betalen. De definitieve subsidies 2015 werden dan ook verminderd met 7.138,99 euro tot euro. De maximale subsidies 2015 voor de associaties en de overkoepelende studentensportvereniging bedragen euro. Dit is 1,73% van de totale subsidies aan derden (private sector en lokale/provinciale besturen, zie tabel OVERZICHT SUBSIDIES). 5. Evaluatie decreet 3/4/2009 In de beleidsnota Sport is vermeld dat het decreet Sport in het Hoger Onderwijs tijdens de vorige legislatuur op zijn eigen budgettaire limieten botste. Het decreet wordt dan ook in nauw overleg met de sector geëvalueerd op haar efficiëntie en effectiviteit. In het najaar 2015 werd de evaluatie van het decreet aan de hand van SWOTanalyses opgestart. De evaluatie wordt afgerond in WERKINGSSUBSIDIES SPORTIMONIUM ESR code Wettelijke basis Samenwerkingsovereenkomst tussen het Bloso en de vzw Sportimonium van 4/12/2009 en voor het werkingsjaar 2015 het addendum van 24/06/2015. Deze subsidies worden vanaf 2000 nominatim ingeschreven in de begroting van het Bloso. Tot en met het begrotingsjaar 1999 werd de vzw Sportmuseum Vlaanderen erkend en gesubsidieerd als Landelijke Bond voor Vormingswerk. De Raad van Bestuur van Bloso heeft op 16/6/1999 beslist om toe te treden tot de vzw Sportmuseum Vlaanderen (document 572, notulen 90, punt 10) na het bekomen van een decretale machtiging. Deze machtiging werd verkregen door middel van het decreet van 30/6/2000 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2000, art.15. Op 30/6/2000 is de gewijzigde vzw Sportmuseum Vlaanderen van start gegaan. In 2009 werd de naam van de vzw Sportmuseum Vlaanderen veranderd in Sportimonium. 97

102 2. Subsidiëring Deze subsidie wordt toegekend voor de werking van de vzw Sportimonium. De vzw Sportimonium heeft tot doel een museumwerking te ontwikkelen rond sport in het algemeen en sport in Vlaanderen in het bijzonder. De vzw Sportimonium dient in navolging van de samenwerkingsovereenkomst van 4/12/2009 een beleidsplan in voor de duur van 5 jaar. Jaarlijks bezorgt de vzw Sportimonium aan het Bloso een gedetailleerd actieplan, alsook een werkingsverslag en een financieel verslag. 3. Financiële weerslag In 2015 werd aan de vzw Sportimonium een voorschot toegekend op basis van een krediet van euro. Dit voorschot bedroeg 80% van de subsidies waarop de vzw aanspraak kan maken op basis van de ingediende subsidieaanvraag Sinds 2014 worden voor de vzw Sportimonium, bovenop het jaarlijkse bedrag van euro, extra middelen ( euro) voorzien die dienen besteed te worden aan de verloning van personeel en aan acties die moeten leiden tot een groter publieksbereik en een ruimere geografische reikwijdte van de naambekendheid van de vzw Sportimonium. Het saldo van de werkingssubsidies 2015 aan de vzw Sportimonium werd uitbetaald op 11/07/2016 na goedkeuring door Sport Vlaanderen van het ingediende werkingsverslag en het financieel verslag. De totale subsidie 2015 aan de vzw Sportimonium bedraagt euro. Dit is 0,20% van de totale subsidies aan derden (private sector en lokale/provinciale besturen, zie tabel OVERZICHT SUBSIDIES). 14. STATUUT VAN DE NIETPROFESSIONELE SPORTBEOEFENAAR In 2015 werden twee ministeriele besluiten genomen tot aanpassing van de termijn waarbinnen de overeenkomst tussen de nietprofessionele sportbeoefenaar en de sportvereniging kan worden beëindigd: ministerieel besluit van 28/1/2015: aanpassing opzegtermijn ropeskippingfederatie BRSF Vlaanderen vzw: 1 augustus tot en met 31 augustus. De vrijheidsaanvraag heeft uitwerking op 1 september. ministerieel besluit van 23/10/2015: aanpassing opzegtermijn Vlaamse Baseball en Softball Liga vzw: 1 november tot en met 30 november. De vrijheidsaanvraag heeft uitwerking op 1 december. Eventuele klachten en vragen betreffende het statuut van de nietprofessionele sportbeoefenaar worden behandeld door de juridische dienst van het Bloso. 98

103 VII. TOPSPORT 1. TOPSPORTACTIEPLAN VLAANDEREN III ( ) Het Topsportactieplan Vlaanderen III ( ) is tot stand gekomen na een intensieve samenwerking tussen de Taskforce Topsport, de Stuurgroep Topsport, Bloso en de Vlaamse minister van Sport, Philippe Muyters. Het Topsportactieplan Vlaanderen III maakt integraal deel uit van het beleid dat minister Muyters inzake Topsport voert in de huidige legislatuur, en wordt als instrument gebruikt om de vooraf omschreven noden per sporttak in te vullen. Het Topsportactieplan Vlaanderen III ( ) voorziet in een bestendiging van de subsidiëring Topsport, de topsportscholen, het Blosotewerkstellingproject Topsport, het Blosotopsportstudentenproject, de Pool van Toptrainers, de Pool van Jeugdtrainers Topsport, de begeleiding en ondersteuning van de topsportfederaties en de voorbereiding van Vlaamse topsporters op de Olympische en Paralympische Spelen. Voorts werden nieuwe (vernieuwde) elementen opgenomen t.o.v. de voorbije Olympiades, waaronder de gerichte investeringen in focussporten (categorie 1 van de Vlaamse topsporttakkenlijst ) en windows of opportunity, de aanstelling van High Performance Managers, de aanstelling van een vormingscoördinator Topsport, de hervorming van het sportwetenschappelijk beleid (o.a. aanstelling domeinexperts en toekenning Vlaamse leerstoelen Topsport) en de centralisatie van Vlaamse trainingsinfrastructuur Topsport. 2. SUBSIDIES TOPSPORT 1. Overzicht aanvullende subsidies topsport ESR code TOPSPORTSUBSIDIES TOTALEN Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor de voorbereiding en deelname aan internationale wedstrijden Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor Topsportscholen Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor organisatie van WK, EK en WB in Vlaanderen Definitieve subsidies % van totale subsidiëring , ,03 15,32% 15,97% , ,00 10,16% 10,31% , ,00 3,91% 4,12% , ,03 0,23% 0,31% 99

104 Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor voorbereiding en deelname van Vlaamse topsporters aan Olympische Spelen, Paralympische Spelen, Europese Jeugd Olympische Dagen (EYOD) en Wereldspelen , ,00 1,03% 1,06% In 2015 werden ,03 euro meer topsportsubsidies toegekend ten opzichte van Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor de facultatieve opdracht topsport (voorbereiding en deelname aan internationale wedstrijden) ESR code Wettelijke basis Decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en de subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding. Besluit van de Vlaamse Regering van 19/12/2008 tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkrijgen van de subsidies inzake topsport. Subsidiëring Het decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en de subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding voorziet een minimaal bedrag van euro voor de voorbereiding en de deelname aan internationale wedstrijden van geregistreerde topsporters. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast aan het cijfer van de gezondheidsindex. Deze subsidies zijn bestemd voor de geselecteerde topsporttakken en de desbetreffende erkende Vlaamse unisportfederaties voor de voorbereiding van en de deelname aan internationale wedstrijden door Vlaamse topsporters, met name de elitesporters, de beloftevolle jongeren en de geïdentificeerde topsporttalenten. De facultatieve opdracht topsport houdt voor de unisportfederaties in dat ze een topsportbeleid voeren en activiteiten organiseren die passen in het topsportbeleid zoals vastgelegd in de beleidsnota Sport van de Vlaamse Regering. De sporttakken die zijn opgenomen in het topsportbeleid worden op voorstel van Bloso, na advies van de Stuurgroep Topsport, om de vier jaar vastgelegd door de Vlaamse Regering en ingedeeld in vijf categorieën. Deze indeling geschiedt op basis van de volgende vier criteria: de sportprestaties op internationaal vlak; de topsportstructuur, de begeleiding en het integraal topsportbeleid van de betrokken unisportfederatie; de uitstraling van de sporttak in het binnenland; 100

105 de uitstraling van de sporttak in het buitenland. De Vlaamse Regering kan evenwel jaarlijks, op voorstel van Bloso en na advies van de Stuurgroep Topsport, sporttakken toevoegen aan de Vlaamse topsporttakkenlijst. Het betreft dan sporttakken die worden aangeboden door sportfederaties die voor de eerste maal een aanvraag voor subsidies voor de basisopdrachten en de facultatieve opdracht topsport indienen. De subsidies worden overeenkomstig de bovenvermelde beoordelingscriteria als volgt toegekend: voor elke sporttak, ingedeeld in categorie I: maximaal euro; voor elke sporttak, ingedeeld in categorie II: maximaal euro; voor elke sporttak, ingedeeld in categorie III: maximaal euro; voor elke sporttak, ingedeeld in categorie IV: maximaal euro; voor Gsport, ingedeeld in categorie V: maximaal euro. Topsporttakkenlijst In 2015 werden de hierna vermelde sporttakken (met vermelding van de geselecteerde disciplines) en desbetreffende unisportfederaties ingedeeld en gesubsidieerd als volgt: Categorie I (maximaal euro per sporttak): Atletiek (Vlaamse Atletiekliga vzw); Gymnastiek (Gymnastiekfederatie Vlaanderen vzw); Hockey (Vlaamse Hockeyliga vzw); Judo (Vlaamse Judofederatie vzw); Paardrijden (Vlaamse Liga Paardensport vzw); Tennis (Tennis Vlaanderen vzw); Volleybal (Vlaamse Volleybalbond vzw); Wielrennen (Wielerbond Vlaanderen vzw); Zeilen (Vlaamse Yachting Federatie vzw); Zwemmen (Vlaamse Zwemfederatie vzw). Categorie II (maximaal euro per sporttak): Basketbal (Vlaamse Basketballiga vzw); Kajak (Nederlandstalig Kano Verbond vzw); Snowboard (Sneeuwsport Vlaanderen vzw); Voetbal (Voetbalfederatie Vlaanderen vzw). Categorie III (maximaal euro per sporttak): Badminton (Badminton Vlaanderen vzw); Golf (Vlaamse Vereniging voor Golf vzw); Roeien (Vlaamse Roeiliga vzw); Schermen (Vlaamse Schermbond vzw); Tafeltennis (Vlaamse Tafeltennisliga vzw); Triatlon (Vlaamse Triatlon en Duatlon Liga vzw). Categorie IV (maximaal euro per sporttak): JuJitsu (Vlaamse JuJitsu federatie vzw); 101

106 Korfbal (Koninklijke Belgische Korfbalbond Vlaamse Liga vzw); Rolschaatsen (Vlaamse Rollerbond vzw). Aparte categorie (maximaal euro per sporttak): Gsport (Parantee vzw). Financiële weerslag OVERZICHT TOEGEKENDE SUBSIDIES TOPSPORT 2015 VOOR DE VOORBEREIDING EN DEELNAME AAN INTERNATIONALE WEDSTRIJDEN Toegekende Unisportfederaties Sporttak subsidies 2015 Categorie I Categorie II Categorie III Categorie IV Vlaamse Atletiekliga vzw Atletiek ,00 Gymnastiekfederatie Vlaanderen vzw Gymnastiek ,00 Vlaamse Hockeyliga Hockey ,00 Vlaamse Judofederatie vzw Judo ,00 Vlaamse Liga Paardensport vzw Paardrijden ,00 Tennis Vlaanderen vzw Tennis ,00 Vlaamse Volleybalbond vzw Volleybal ,00 Wielerbond Vlaanderen vzw Wielrennen ,00 Vlaamse Yachting Federatie vzw Zeilen & Windsurfen ,00 Vlaamse Zwemfederatie vzw Zwemmen ,00 Vlaamse Basketballiga vzw Basketbal ,00 Vlaamse Kano & Kajak Federatie vzw Kajak ,00 Sneeuwsport Vlaanderen vzw Snowboard ,00 Voetbalfederatie Vlaanderen vzw Voetbal ,00 Badminton Vlaanderen vzw Badminton ,00 Vlaamse Vereniging voor Golf vzw Golf ,00 Vlaamse Roeiliga vzw Roeien ,00 Vlaamse Schermbond vzw Schermen ,00 Vlaamse Tafeltennisliga vzw Tafeltennis ,00 Vlaamse Triatlon & Duatlon Liga vzw Triatlon & Duatlon ,00 Vlaamse JuJitsu Federatie vzw JuJitsu ,00 Koninklijke Belgische Korfbalbond Vlaamse Liga vzw Korfbal ,00 Vlaamse Rollerbond vzw Rolschaatsen ,00 Apart Parantee vzw Gsport ,00 Algemeen Totaal ,00 In 2015 werden aan de bovenvermelde 24 unisportfederaties vier voorschotten toegekend. Voor deze 24 unisportfederaties bedroeg elk voorschot 22,5% van de topsportsubsidie, waarop zij volgens hun categorie maximaal recht hebben. 102

107 De uitbetaling van de voorschotten in 2015 verliep trimestrieel. Het saldo van de aanvullende subsidies 2015 topsport voor de voorbereiding en deelname aan internationale wedstrijden werd uitbetaald vóór 1/07/2016 nadat Bloso de afrekeningsdossiers 2015 had goedgekeurd. De totale subsidie 2015 topsport voor de voorbereiding en deelname aan internationale wedstrijden bedraagt euro. Dit is 10,31% van de totale subsidies. 3. AANVULLENDE SUBSIDIES VLAAMSE UNISPORTFEDERATIES VOOR DE FACULTATIEVE OPDRACHT TOPSPORT (TOPSPORTSCHOLEN) ESR code Wettelijke basis Decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en de subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding. Besluit van de Vlaamse Regering van 19/12/2008 tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkrijgen van de subsidies inzake topsport. Subsidiëring Het decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding voorziet een minimaal bedrag van euro voor de participatie in een topsportschool. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast aan het cijfer van de gezondheidsindex. Op 25/3/1998 werd het Eerste Topsportconvenant ondertekend tussen de onderwijs en de sportsector in Vlaanderen. Hiermee werd de basis gelegd van een duurzame en gestructureerde samenwerking tussen het secundair onderwijs en de sportwereld. Op 25/6/2004 hebben de Vlaamse minister van Onderwijs Marleen Vanderpoorten en de Vlaamse minister van Sport Marino Keulen, het Bloso, het BOIC, de BVLO, de VSF en de onderwijskoepels (GO!, VSKO en OVSG) een nieuw Topsportconvenant ondertekend, dat van kracht werd op 1/9/2004 (schooljaar ). Met de ondertekening van een addendum bij het Globaal Topsportconvenant op 1/5/2007 werd de aanstelling van een voltijdse topsportschoolcoördinator (vrijgesteld van lesopdracht en aangesteld door onderwijs) mogelijk gemaakt. Deze vraag van de sportsector aan de onderwijssector was opgenomen in het Topsportactieplan Vlaanderen I ( ). Op 1/6/2010 werd de meest recente versie van het Topsportconvenant ondertekend. In dit aangepast convenant werden specifieke programmatienormen opgenomen voor structuuronderdelen met in de benaming de component Topsport. Voorts werden de specifieke omkaderingsnormen aangepast, met name de vaststelling en de aanwending van het pakket urenleraar voor de topsportstudierichtingen en de vaststelling van de omkadering voor de topsportschoolcoördinator. 103

108 De doelstelling van het Topsportconvenant is zeer talentrijke jongeren de kans te bieden hun sport op hoog niveau te beoefenen in combinatie met hun studies waarbij tegelijkertijd een volwaardig diploma secundair onderwijs kan worden behaald en een topsportopleiding kan worden gevolgd. Door de Vlaamse minister van Onderwijs zijn zes topsportscholen aangeduid in Vlaanderen die een specifieke studierichting topsport mogen inrichten, zowel op ASO, TSO en BSOniveau. In deze studierichtingen krijgen de leerlingen/topsporters binnen het uurrooster wekelijks 12u training in hun sport. Daarnaast wordt voor deze leerlingen/topsporters door de school in specifieke studiebegeleiding voorzien. De sportieve opleiding en begeleiding gebeurt door trainers, aangesteld door de sportfederaties die een bijzonder convenant met de topsportschool en de Vlaamse minister van Onderwijs ondertekend hebben. In het schooljaar participeren 15 topsportfederaties in de verschillende topsportscholen. Om in een studierichting topsport te kunnen inschrijven, moeten de leerlingen/topsporters over een topsportstatuut beschikken, dat op basis van strenge selectiecriteria wordt uitgereikt door de selectiecommissie van het Topsportconvenant. In deze selectiecommissie zetelen vertegenwoordigers van het Bloso (voorzitter), het BOIC en de VSF (koepel van sportfederaties). Om een topsportstatuut te bekomen, moet men door de sportfederatie voorgedragen worden bij de selectiecommissie. Het topsportstatuut geeft recht op een aantal dagen gewettigde afwezigheid voor stages, wedstrijden en tornooien die begeleid worden door de sportfederatie. Een leerling die het topsportstatuut verwerft, heeft twee mogelijkheden: Hij/zij volgt een niettopsport studierichting en combineert sport en studie binnen de mogelijkheden van het toegekende statuut (zie eveneens verder bij Pilootproject flexibel traject buiten de topsportschool ). Hij/zij schrijft zich in aan een topsportschool. Binnen de topsportscholen bestaat in het ASO het aanbod WetenschappenTopsport (tweede en derde graad), Moderne talentopsport (derde graad) en WiskundeTopsport (derde graad), in het TSO de studierichting Topsport (tweede en derde graad) en in het BSO het aanbod Topsportsportinitiatie (tweede en derde graad) en Topsportsportbegeleider (derde leerjaar derde graad). De sportfederaties hebben sinds het schooljaar ook de mogelijkheid om vanaf de eerste graad te starten met opleiding en begeleiding. Voor de sporten gymnastiek en tennis (sinds het schooljaar niet meer voor zwemmen) kan dit reeds in de basisschool. Er zijn drie soorten statuten: topsportstatuut A, topsportstatuut B en statuut topsportbelofte (basisschool). De maximum aantal halve dagen gewettigde afwezigheid is gekoppeld aan het soort statuut: Leerling/topsporter, ingeschreven in een topsportstudierichting 2 de of 3 de graad Leerling/topsporter, niet ingeschreven in een topsportstudierichting 2 de of 3 de graad Leerling/topsporter, ingeschreven in een topsportschool, in 1A of de basisoptie topsport Leerlingen met topsportstatuut A Leerlingen met topsportstatuut B

109 Leerling/topsporter, niet ingeschreven in een topsportschool, in 1A of de basisoptie topsport Voor de afwezigheden van leerlingen uit basisscholen gelden de bepalingen zoals opgenomen in het Besluit van de Vlaamse Regering van 27/08/2004 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 12/11/1997 betreffende de controle op de inschrijvingen van leerlingen in het basisonderwijs, met dien verstande dat het maximaal gaat om een wettiging van zes lestijden per week en tien halve dagen per jaar, teneinde deel te nemen aan tornooien of stages onder verantwoordelijkheid van de betrokken unisportfederatie. De leerlingen dienen te beschikken over een statuut topsportbelofte, uitgereikt door de selectiecommissie. Het onderwijsgedeelte binnen deze specifieke Topsport studierichtingen wordt gefinancierd door het departement Onderwijs van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Het gedeelte topsport binnen het onderwijscurriculum dient integraal gefinancierd te worden door de unisportfederaties. Dit zijn alle kosten voor trainers, begeleiders, verplaatsingen, huur sportinfrastructuur, enz. Dit betekent een zwaar financieel engagement van de unisportfederaties. Flexibel leertraject buiten de topsportschool In 2013 werd het pilootproject flexibel leertraject buiten de topsportschool ingevoerd voor de sporttakken tennis (1 ste, 2 de en 3 de graad) en voetbal (3 de graad) voor de schooljaren en Dit pilootproject impliceert een flexibel leertraject dat de klassenraad kan uitstippelen voor een leerling met een topsportstatuut die buiten de topsportschool school loopt, teneinde deze leerling toe te laten om nog beter de combinatie topsport en schoollopen in een gewone school te kunnen maken, terwijl systematische afwezigheden voor trainingen tijdens de reguliere schooluren worden gewettigd. Hiervoor werd een nieuw topsportstatuut gecreëerd, namelijk het topsportstatuut F ( flexibel ). Na een termijn van twee schooljaren ( en ) en na gezamenlijke evaluatie door de sportsector en door de onderwijssector in de Begeleidingscommissie van het Topsportconvenant werd het pilootproject verlengd voor twee schooljaren ( en ). Andere federaties hebben vanaf het schooljaar de mogelijkheid om in te stappen in het flexibel leertraject buiten de topsportschool, mits ze voldoen aan de uitgeschreven criteria die uitgeschreven zijn in het addendum 3 in het Globaal Topsportconvenant. Triatlon is in het schooljaar ingestapt in het flexibel leertraject. Het flexibel leertraject kan slechts gerealiseerd worden mits het doorlopen van volgende stappen/voorwaarden: In eerste instantie beslist de gemengde selectiecommissie principieel (zie artikel 4 van het Globaal Topsportconvenant) op basis van de beschreven selectiecriteria over het al dan niet toekennen van een topsportstatuut F aan de jongere die door de betrokken unisportfederatie wordt voorgedragen. De selectiecriteria zoals deze beschreven worden voor het topsportstatuut A en B zijn ook van toepassing op het topsportstatuut F. 105

110 In tweede instantie oordeelt de betrokken unisportfederatie of het topsportprogramma/omkadering dat door derden (clubs) voor de talentontwikkeling van de betrokken leerling/topsporter wordt ingezet van voldoende kwalitatief niveau is (minstens equivalent aan het programma/omkadering van de topsportschool). De unisportfederatie koppelt deze beslissing terug aan de gemengde selectiecommissie. De unisportfederatie vergewist zich van de principiële bereidheid van de betrokken school om het flexibel traject toe te passen. Tenslotte beslist de klassenraad over het flexibel leertraject, waarbij ook een (schriftelijke) terugkoppeling gebeurt via de unisportfederatie naar de gemengde selectiecommissie. De gemengde selectiecommissie van het Topsportconvenant kent het topsportstatuut F definitief toe. De leerlingen/topsporters met een topsportstatuut F kunnen een aantal halve dagen afwezig zijn op school om deel te nemen aan tornooien, stages en/of intensieve trainingsperiodes onder verantwoordelijkheid van de betrokken sportclub en/of trainer. Deze afwezigheden worden van rechtswege als gewettigd beschouwd. Het plafond van het toegelaten aantal halve dagen gewettigde afwezigheid voor leerlingen met een topsportstatuut F werd, naar analogie met het aantal toegelaten halve dagen gewettigde afwezigheid in het A statuut, als volgt vastgelegd: 130 halve dagen bij inschrijving in een studierichting van de 2 de (tennis) of 3 de graad (tennis en voetbal); 90 halve dagen bij inschrijving in een studierichting van de 1 ste graad (tennis); en dit op voorwaarde dat de betrokken unisportfederatie haar goedkeuring geeft over de context/lesgever die voor de talentontwikkeling worden ingezet en op voorwaarde dat de klassenraad ook het flexibel leertraject bepaalt en goedkeurt. Schooljaar In september 2015 werd de studierichting Topsport aangeboden in zes Vlaamse topsportscholen: Koninklijk Atheneum Leuven (atletiek, basketbal, tafeltennis,, voetbal en volleybal*), Koninklijk Atheneum II Hasselt in samenwerking met Sint Jan Berghmans College Genk (golf, gymnastiek*, en voetbal), Koninklijk Atheneum III Gent (atletiek, gymnastiek, schermen, voetbal en wielrennen), Koninklijk Technisch Atheneum Brugge (basketbal*, gymnastiek* en voetbal), OnzeLieveVrouw College Vilvoorde (volleybal) en Leonardo Lyceum Topsport Wilrijk (badminton, judo, snowboard, taekwondo, tennis, voetbal en zwemmen). (* enkel eerste graad) Voor het schooljaar kregen 569 leerlingen/topsporters in het secundair onderwijs een topsportstatuut. Hiervan werden er 519 ingeschreven in een topsportschool, allen aangesloten bij een erkende Vlaamse unisportfederatie. Voor de diverse sporten gaf dit volgende cijfers: atletiek 37, badminton 14, basketbal 49, golf 7, gymnastiek 54, judo 13, schermen 9, snowboard 5, taekwondo 5, tafeltennis 4, tennis 8, voetbal 224, volleybal 61, wielrennen 13 en zwemmen 16. Voor het schooljaar kregen 30 leerlingen/topsporters een topsportstatuut F : tennis 17, triatlon 3 en voetbal 10. Naast de topsportstatuten (secundair onderwijs) werden 99 attesten topsportbelofte toegekend aan leerlingen/topsporters uit het lager onderwijs in de sporttakken gymnastiek (86) en tennis (13). 106

111 Financiële weerslag Aanvullende subsidies topsport aan Vlaamse unisportfederaties voor hun participatie in een topsportschool worden als volgt toegekend: maximum 25% van het beschikbaar krediet wordt toegekend naar rato van het aantal leerlingen/topsporters in een topsportschool; minimum 75% van het beschikbaar krediet wordt toegekend naar rato van de volgende uitgaven: 90% van het brutosalaris, het vakantiegeld, de eindejaarsuitkering en de bijdrage krachtens het wettelijk stelsel van de sociale voorzieningen van de gekwalificeerde lesgevers overeenkomstig het diploma of getuigschrift van de betrokkenen en de daarbij horende salarisschalen, bepaald in het besluit van de Vlaamse Regering van 30/6/2000 houdende de regeling van de rechtspositie van het personeel van sommige Vlaamse openbare instellingen. Voor de berekening van de subsidies worden de salarisschalen jaarlijks op 1 januari van het kalenderjaar aangepast aan het spilindexcijfer; het huurgeld voor de sportinfrastructuur die niet beschikbaar is in de school en die van derden wordt afgehuurd; de verplaatsingskosten van de leerlingen/topsporters van de school naar de sportinfrastructuur en de verplaatsingskosten van de lesgevers; de kosten voor de medische en paramedische begeleiding en voor de begeleiding door de sportpsychologen; de specifieke kosten eigen aan de sporttak waarvoor met Bloso een overeenkomst wordt bereikt. Het aantal subsidieerbare lesgevers in de topsportschool is gebaseerd op het aantal leerlingen/topsporters, dat van schooljaar tot schooljaar verschilt. Sportfederaties werven doorgaans lesgevers in de topsportscholen aan voor onbepaalde duur, wat maakt dat aanzienlijke personeelsuitgaven niet met zekerheid gedekt worden door de toegekende subsidies. Op 28/06/2006 besliste de Stuurgroep Topsport daarom op advies van Bloso om een quotaregeling in te voeren waarvoor het aantal subsidieerbare lesgevers in de topsportschool per sportfederatie voor de eerstvolgende schooljaren op voorhand werd vastgelegd. Zo kon de omkadering optimaal worden ingevuld, ondanks mogelijke fluctuaties in het aantal leerlingen/ topsporters in deze periode. Op 22/01/2013 keurde de Taskforce Topsport de quotaverdeling voor de Olympiade Rio ( ) goed. In het schooljaar kwamen vijftien Vlaamse unisportfederaties in aanmerking voor aanvullende subsidies topsport voor hun participatie in een topsportschool: Gymnastiekfederatie Vlaanderen vzw, Vlaamse Atletiekliga vzw, Badminton Vlaanderen vzw, Sneeuwsport Vlaanderen vzw, Tennis Vlaanderen vzw, Vlaamse Basketballiga vzw, Vlaamse Vereniging voor Golf vzw, Vlaamse Judofederatie vzw, Vlaamse Schermbond vzw, Vlaamse Tafeltennisliga vzw, Vlaamse Triatlon en Duatlon Liga vzw, Voetbal Federatie Vlaanderen vzw, Vlaamse Volleybalbond vzw, Vlaamse Zwemfederatie vzw en Wielerbond Vlaanderen vzw. OVERZICHT TOEGEKENDE SUBSIDIES TOPSPORT 2015 VOOR DE PARTICIPATIE IN EEN TOPSPORTSCHOOL 107

112 Unisportfederaties Categorie I Categorie II Categorie III Sporttak Toegekende subsidies 2015 Vlaamse Atletiekliga vzw Atletiek ,00 Gymnastiekfederatie Vlaanderen vzw Gymnastiek ,00 Vlaamse Judofederatie vzw Judo ,00 Tennis Vlaanderen vzw Tennis ,00 Vlaamse Volleybalbond vzw Volleybal ,00 Wielerbond Vlaanderen vzw Wielrennen ,00 Vlaamse Zwemfederatie vzw Zwemmen ,00 Vlaamse Basketballiga vzw Basketbal ,00 Sneeuwsport Vlaanderen vzw Snowboard ,00 Voetbalfederatie Vlaanderen vzw Voetbal ,00 Badminton Vlaanderen vzw Badminton ,00 Vlaamse Vereniging voor Golf vzw Golf 6.816,00 Vlaamse Schermbond vzw Schermen ,00 Vlaamse Tafeltennisliga vzw Tafeltennis ,00 Vlaamse Triatlon & Duatlon Liga vzw Triatlon & Duatlon 495,00 Algemeen Totaal ,00 Aan de vijftien unisportfederaties werden voor 2015 vier voorschotten toegekend van elk 22,5% van de subsidie waarop zij maximaal recht hebben. Het saldo van de aanvullende subsidies 2015 topsport voor de participatie in een topsportschool werd uitbetaald vóór 01/07/2016 nadat Bloso de afrekeningsdossiers 2015 had goedgekeurd. De totale subsidie 2015 topsport voor de participatie in een topsportschool is euro. Dit is 4,12% van de totale subsidies. 4. Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor de facultatieve opdracht topsport (organisatie van wk, ek en wb in Vlaanderen) ESR code Wettelijke basis Decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en de subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding. Besluit van de Vlaamse Regering van 19/12/2008 tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkrijgen van de subsidies inzake topsport. Subsidiëring 108

113 Het decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en de subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding voorziet een minimaal bedrag van euro, euro en euro voor de organisatie van respectievelijk een Wereldkampioenschap, een Europees Kampioenschap en een Wereldbekerwedstrijd in het Nederlandstalig taalgebied of in het tweetalige gebied BrusselHoofdstad. Volgens het besluit van de Vlaamse Regering van 19/12/2008 tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkrijgen van de subsidies inzake topsport, komt Bloso voor de financiering van de organisatie van deze wedstrijd tegemoet in de door de unisportfederatie gedragen kosten, voor een bedrag van maximum euro voor Wereldkampioenschappen (WK), maximum euro voor Europese Kampioenschappen (EK) en maximum euro voor Wereldbekerwedstrijden (WB). In 2015 kwamen acht Vlaamse unisportfederaties in aanmerking voor aanvullende subsidies topsport voor de organisatie van één of meerdere internationale competities in het Nederlandstalig taalgebied of in het tweetalige gebied BrusselHoofdstad: Badminton Vlaanderen vzw (1 EK), Koninklijke Belgische Korfbalbond Vlaamse Liga vzw (1 WK), Tennis Vlaanderen vzw (1 WB), Vlaamse Liga Paardensport vzw (2 WB), Vlaamse Schermbond vzw (1 WB), Vlaamse Tafeltennisliga vzw (1 WB), Vlaamse Volleybalbond vzw (1 EK) en Wielerbond Vlaanderen vzw (2 WK en 5 WB). OVERZICHT TOEGEKENDE SUBSIDIES TOPSPORT 2015 VOOR DE ORGANISATIE VAN EK, WK EN WB Toegekende Unisportfederaties Sporttak subsidies 2015 Categorie I Categorie III Categorie IV Vlaamse Liga Paardensport vzw Paardrijden ,62 Tennis Vlaanderen vzw Tennis 6.457,31 Vlaamse Volleybalbond vzw Volleybal ,62 Wielerbond Vlaanderen vzw Wielrennen ,01 Badminton Vlaanderen vzw Badminton ,62 Schermbond vzw Schermen 6.457,31 Vlaamse Tafeltennisliga vzw Tafeltennis 6.457,31 Koninklijke Belgische Korfbalbond Vlaamse Liga vzw Korfbal ,23 Algemeen Totaal ,03 In 2015 werden vier voorschotten toegekend van elk 20% van de subsidies waarop deze acht unisportfederaties aanspraak konden maken op basis van de ingediende subsidiëringsaanvraag Het saldo van de aanvullende subsidies 2015 topsport voor de organisatie van WK, EK en Wereldbekerwedstrijden werden uitbetaald vóór 01/07/2016 nadat Bloso de afrekeningsdossiers 2015 had goedgekeurd. De totale subsidie 2015 topsport voor de organisatie van WK, EK en Wereldbekerwedstrijden is ,03 euro. Dit is 0,31% van de totale subsidies. 109

114 5. Aanvullende subsidies Vlaamse unisportfederaties voor de facultatieve opdracht topsport (voorbereiding en deelname van Vlaamse topsporters aan Olympische Spelen, Paralympische Spelen, Europese Jeugd Olympische Dagen (EYOF) en Wereldspelen) ESR code Wettelijke basis Decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en de subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding. Besluit van de Vlaamse Regering van 19/12/2008 tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkrijgen van de subsidies inzake topsport. Subsidiëring Het decreet van 13/7/2001 houdende de regeling van de erkenning en de subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding voorziet aanvullende subsidies voor een minimaal bedrag van euro voor de voorbereiding en de deelname van Vlaamse topsporters aan de Olympische Spelen, de Paralympische Spelen, de Wereldspelen en de Europese Jeugd Olympische Dagen (EYOF) in een nietolympisch jaar. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast aan het cijfer van de gezondheidsindex. Volgens het besluit van de Vlaamse Regering van 19/12/2008 tot vaststelling van de voorwaarden tot het verkrijgen van de subsidies inzake topsport komt Bloso voor de financiering van de voorbereiding en de deelname van Vlaamse topsporters aan de Olympische Spelen, de Paralympische Spelen, de Wereldspelen en de Europese Jeugd Olympische Dagen (EYOF) voor een bedrag van maximum euro tegemoet in de door de unisportfederatie gedragen kosten. Voor de financiering van de voorbereiding en deelname van topsporters aan Olympische Spelen, Paralympische Spelen, Europese Jeugd Olympische dagen (EYOF) en Wereldspelen komt Bloso in een nietolympisch jaar voor een totaal bedrag van maximaal euro tegemoet in de hiervoor door het BOIC gedragen kosten. In een Olympisch jaar wordt dat bedrag opgetrokken tot maximaal euro. Naast de unisportfederaties, waarvan de sporttak opgenomen is in het topsportbeleid, kunnen ook de andere unisportfederaties in aanmerking komen voor aanvullende subsidies topsport voor deelname van hun topsporters aan de Olympische Spelen, de Paralympische Spelen, de Wereldspelen en de Europese Jeugd Olympische Dagen (EYOF). In 2015 kwamen twaalf Vlaamse unisportfederaties in aanmerking voor aanvullende subsidies topsport voor de voorbereiding en de deelname van Vlaamse topsporters aan de Olympische Spelen, de Paralympische Spelen, de Wereldspelen en de Europese Jeugd Olympische Dagen (EYOF): Gymnastiekfederatie Vlaanderen vzw, Parantee vzw, Sneeuwsport Vlaanderen vzw, Tennis Vlaanderen vzw, Vlaamse Atletiekliga vzw, Vlaamse Hockeyliga vzw, Vlaamse Judofederatie vzw, Vlaamse Liga Paardensport 110

115 vzw, Vlaamse Volleybalbond vzw, Vlaamse Yachting Federatie vzw, Vlaamse Zwemfederatie vzw en Wielerbond Vlaanderen vzw. OVERZICHT TOEGEKENDE SUBSIDIES TOPSPORT 2015 VOOR DE VOORBEREIDING VAN VLAAMSE TOPSPORTERS AAN OLYMPISCHE SPELEN, PARALYMPISCHE SPELEN, EUROPESE JEUGD OLYMPISCHE DAGEN (EYOF) EN WERELDSPELEN Toegekende Unisportfederaties Sporttak subsidies 2015 Categorie I Vlaamse Atletiekliga vzw Atletiek ,00 Gymnastiekfederatie Vlaanderen vzw Gymnastiek ,00 Vlaamse Hockeyliga Hockey ,00 Vlaamse Judofederatie vzw Judo ,00 Vlaamse Liga Paardensport vzw Paardrijden ,00 Tennis Vlaanderen vzw Tennis ,00 Vlaamse Volleybalbond vzw Volleybal ,00 Wielerbond Vlaanderen vzw Wielrennen ,00 Vlaamse Yachting Federatie vzw Zeilen & Windsurfen ,00 Vlaamse Zwemfederatie vzw Zwemmen ,00 Apart Parantee vzw Gsport ,00 Algemeen Totaal ,00 In 2015 werden vier voorschotten toegekend van elk 20% van de subsidies waarop deze elf unisportfederaties aanspraak konden maken op basis van de ingediende subsidiëringsaanvraag Het saldo van de aanvullende subsidies 2015 topsport voor de voorbereiding van Vlaamse topsporters voor de voorbereiding en de deelname van Vlaamse topsporters aan de Olympische Spelen, de Paralympische Spelen, de Wereldspelen en de Europese Jeugd Olympische Dagen (EYOF) werden uitbetaald vóór 01/07/2016, nadat Bloso de afrekeningsdossiers 2015 had goedgekeurd. De totale subsidie topsport 2015 voor de voorbereiding en de deelname van Vlaamse topsporters aan de Olympische Spelen, de Paralympische Spelen, de Wereldspelen en de Europese Jeugd Olympische Dagen (EYOF) bedraagt euro ten aanzien van de Vlaamse topsportfederaties en euro ten aanzien van het BOIC ten behoeve van de deelname van Vlaamse topsporters aan multidisciplinaire stages te Mulhouse (BJOT), Vittel (BJOT) en Lanzarote (BOT). Dit is 1,06% van de totale subsidies. 3. WERKING VAN DE STUURGROEP TOPSPORT Op 1/12/2003 werd door de minister van Sport Marino Keulen de Stuurgroep Topsport (Bloso, VSF, BOIC, afdeling Jeugd en Sport, kabinet Sport) officieel geïnstalleerd om volgende kerntaken uit te voeren: De beleidslijnen van het Vlaams Topsportbeleid uit te stippelen, zoals te concretiseren in het Topsportbeleidsplan van de afdeling Topsport van Bloso. 111

116 De selectie van topsporters voor opname in het Blosotewerkstellingsproject Topsport en het Blosotopsportstudentenproject Hoger Onderwijs. Toezicht uit te oefenen op de uitvoering van het Vlaams Topsportbeleid. De samenwerking tussen de partners van het Vlaams Topsportbeleid, met name Bloso, het BOIC en de VSF, te coördineren en te stroomlijnen tot een coherente werking. De samenstelling van de Stuurgroep Topsport heeft sinds 1/12/2003 meermaals wijzigingen ondergaan. De huidige Stuurgroep Topsport werd als volgt samengesteld door de Vlaams minister van Sport Philippe Muyters (Ministerieel Besluit van 13/02/2014): Voorzitter: Partners Vlaams topsportbeleid: Externe experts: Secretariaat: Mart Buekers (extern expert) de vertegenwoordiger van de minister Philippe Paquay (Bloso) Paul Rowe (Bloso) Sophie Cools (VSF) Koen Umans (VSF) Astrid Vervaet (Departement CJSM) Eddy De Smedt (BOIC) Jessica De Smet Murray Richards Veerle De Bosscher Annelies Bredael Jan Bourgois Gert Vande Broek Hans Vandeweghe Wim Meiresonne (Bloso) De Stuurgroep Topsport heeft in 2015 tweemaal vergaderd (21/01/2015 en 7/05/2015) en kwam tot een consensus over de timing, de procedure en de samenstelling van de werkgroepen ter voorbereiding van het Topsportactieplan Vlaanderen IV ( ). 4. WERKING VAN DE TASKFORCE TOPSPORT De samenstelling van de Taskforce Topsport werd door de Vlaamse minister van Sport Philippe Muyters (Ministerieel Besluit van 13/02/2014) als volgt vastgelegd: Paul Rowe (Bloso, voorzitter), Gert Vande Broek (Kabinet Sport), Eddy De Smedt (BOIC), Lode Grossen (VSF), Astrid Vervaet (Departement CJSM) en Lies Ketels (Bloso, secretaris). De Taskforce Topsport maakt adviezen op voor de Vlaamse minister van Sport en de leidend ambtenaar van Bloso inzake de uitvoering van het Vlaams topsportbeleid, conform de Beleidsnota Sport ( ) van minister Muyters en het Topsportactieplan Vlaanderen III ( ). De Taskforce Topsport is als het ware het dagelijks bestuur van het Vlaamse topsportbeleid dat minimum één maal per maand samenkomt. Bloso is het loket voor de topsportfederaties, bereidt de dossiers voor en maakt in samenspraak met de leden de agenda op. De Taskforce Topsport vergaderde achtmaal in 2015: 23/01, 24/02, 24/03, 9/06, 22/09, 20/10, 19/11 en 17/12/2015. Het Topsportactieplan Vlaanderen III ( ) voorziet in een permanente adviescommissie Topsport en Wetenschap, die de vaste samenstelling van de Taskforce Topsport uitbreidt met betrekking tot het opmaken van adviezen over 112

117 projecten van wetenschappelijke begeleiding en/of wetenschappelijk onderzoek in Topsport. Voor elke Vlaamse universiteit met een opleiding lichamelijke opvoeding werd één vaste vertegenwoordiger in deze permanente commissie aangesteld: Peter Hespel (KULeuven), Jan Bourgois (UGent) en Paul Wylleman (VUB). In deze samenstelling vergaderde de adviescommissie Topsport en Wetenschap driemaal in 2015: 26/02, 9/06 en 19/11/ BLOSOTEWERKSTELLINGSPROJECT TOPSPORT Om concurrentieel te blijven op internationaal niveau vereist het trainings en wedstrijdprogramma in de meeste gevallen een voltijds engagement van de topsporter. Vanuit deze bekommernis werd het Blosotewerkstellingsproject Topsport (Gescoproject met maximum premie) in 1995 goedgekeurd door de ministers van Cultuur (Hugo Weckx) en Tewerkstelling (Leo Peeters). Dit was ongetwijfeld een eerste, maar belangrijke stap naar een volwaardig sociaal statuut van de Vlaamse topsporter. In maart 2002 ging minister van Werkgelegenheid Renaat Landuyt akkoord om het tewerkstellingsproject van achttien voltijdse equivalenten uit te breiden met vijftien voltijdse equivalenten (in totaal 33 VTE). In november 2002 ging minister Renaat Landuyt akkoord met een nieuwe uitbreiding van het tewerkstellingsproject met tien voltijdse equivalenten zodat het totaal contingent op 43 voltijdse equivalenten werd gebracht. In 2015 werden 36 Vlaamse topsporters in het Blosotewerkstellingsproject Topsport opgenomen. Hierin werd het tewerkstellingcontract van 20 topsporters verlengd, 10 topsporters ontvingen een eerste tewerkstellingscontract, 4 topsporters maakten de overstap van het Blosotopsportstudentenproject Hoger Onderwijs naar het Blosotewerkstellingsproject Topsport en 2 topsporters kregen een nieuw contract na een eerdere tewerkstelling. BLOSOTEWERKSTELLINGSPROJECT TOPSPORTERS 2015 Topsporters Sporttak Datum contract: van tot Status contract Abdi Bashir Atletiek 01/01/ /12/2015 eerste contract Achab Jaouad Taekwondo 02/09/ /12/2016 contract na topsportstudent Aerts Sara Atletiek 01/01/ /09/2015 contractverlenging Bensaleh Salaheddine Taekwondo 01/07/ /06/2016 contractverlenging Berings Eline Atletiek 01/10/ /06/2016 contract na topsportstudent Briels Thomas Hockey 01/09/ /08/2016 eerste contract De Buck Sebbe Snowboard 01/04/ /06/2016 eerste contract Decaesstecker Sven Gsport (zwemmen) 01/01/ /12/2015 contractverlenging D Hoore Jolien Wielrennen 01/05/ /12/2016 contractverlenging Donckers Karin Paardrijden 01/01/ /12/2016 contractverlenging Fassaert Claudia Paardrijden 01/11/ /10/2015 contractverlenging 113

118 Goegebuer Tom Gewichtheffen 01/01/ /12/2015 contractverlenging Hendrickx Jorik Kunstschaatsen 01/07/ /02/2015 contractverlenging Heylen Ilse Judo 01/01/ /12/2015 contractverlenging Luypaert Loick Hockey 01/09/ /08/2016 eerste contract Michiels Githa Wielrennen 07/01/ /12/2015 eerste contract Peeters Jelena Snelschaatsen 01/07/ /06/2016 contractverlenging Schroé Kristof Gymnastiek 01/01/ /12/2015 contractverlenging Smits Sebastien Snowboard 01/07/ /06/2016 contractverlenging Stockbroeckx Emmanuel Hockey 01/09/ /08/2016 eerste contract Surgeloose Glenn Zwemmen 01/10/ /09/2016 contractverlenging Timmers Pieter Zwemmen 01/01/ /12/2016 contractverlenging Van Acker Evi Zeilen 22/12/ /12/2016 contract na topsportstudent Van Alphen Hans Atletiek 01/01/ /12/2015 contractverlenging Van Aubel Florent Hockey 01/09/ /08/2016 eerste contract Van Der Plaetsen Thomas Atletiek 01/10/ /12/2015 contractverlenging Van Doren Arthur Hockey 01/09/ /08/2016 eerste contract Van Holsbeke Seppe Schermen 01/10/ /05/2016 Van Hoovels Kevin Wielrennen 01/01/ /12/2015 nieuw contract na eerdere tewerkstelling nieuw contract na eerdere tewerkstelling Van Tichelt Dirk Judo 01/01/ /12/2015 contractverlenging Vannieuwenhuyse An Bobslee 01/10/ /06/2016 eerste contract Verbaeys Jimmy Gymnastiek 01/12/ /09/2016 contractverlenging Verschueren Lisa Gymnastiek 01/10/ /04/2016 contract na topsportstudent Verstuyft Katrien Triatlon 01/10/ /09/2015 contractverlenging Verwimp Jorinde Paardrijden 01/01/ /03/2016 eerste contract Willemsen Elfje Bobslee 01/01/ /06/2016 contractverlenging Het al of niet opnieuw opnemen van bepaalde topsporters in dit tewerkstellingsproject na afloop van hun contract, heeft alles te maken met de geleverde prestaties getoetst aan de concrete resultaatsverbintenis in hun contract. Diegenen die stoppen met topsport verdwijnen uiteraard uit dit project. Immers de finaliteit en het uitgangspunt van dit tewerkstellingsproject is een kader creëren waarin de topsporter zich gedurende een aantal jaren in de beste omstandigheden kan voorbereiden om topprestaties te leveren. Dit tewerkstellingsproject biedt dus geen oplossing voor het fameuze zwarte gat waarin topsporters na hun sportcarrière dreigen terecht te komen. Naast het wedde/loon werd in 2015 voor het programma, de begeleiding en de omkadering van deze topsporters ad hoc euro uitbetaald, supplementair aan het 114

119 programma en de structurele omkadering via de subsidies topsport aan de Vlaamse topsportfederaties en de financiering via de Pool van Toptrainers. 6. BLOSOTOPSPORTSTUDENTENPROJECT Topsport kan maximaal gecombineerd worden met hogere studies, wanneer het studiecurriculum kan gespreid worden door middel van een individueel leertraject. Hierdoor wordt de kans op slagen groter, maar het volledige curriculum langer: bijvoorbeeld het spreiden van één studiejaar over twee academiejaren, of een cyclus van twee studiejaren over drie academiejaren. Dit betekent dat de topsporter/student, en/of diegene wie hij/zij ten laste is, over een langere periode dan normaal met hoge studiekosten zit en inkomen derft door een latere intrede op de arbeidsmarkt. Maatregelen moeten er dus op gericht zijn om (1) de kosten verbonden aan de topsport te dragen, (2) de kosten verbonden aan het uitwerken en begeleiden van een individueel studietraject te compenseren en (3) in een vervangend inkomen te voorzien ter compensatie van de hogere studiekosten en het uitstel van een beroepsinkomen. Om die redenen kwam het Blosotopsportstudentenproject Hoger Onderwijs tot stand met de bedoeling: de combinatie van studie in het hoger onderwijs en topsport te optimaliseren zodat topsporters niet alleen aangemoedigd worden maar ook maximale kansen krijgen om een studiecarrière in het hoger onderwijs aan te vangen en succesvol te voltooien, zowel op educatief als op sportief vlak zo goed mogelijke prestaties neer te zetten, tijdens of na hun sportloopbaan een beroepscarrière succesvol aan te vangen en uit te bouwen. Het Blosotopsportstudentenproject werd opgestart voor de categorie elitesporters in het academiejaar op basis van het topsportconvenant Hoger Onderwijs, zoals goedgekeurd door de Stuurgroep Topsport op 22/10/2003. Vanaf het academiejaar werd het Blosotopsportstudentenproject uitgebreid met de categorie beloftevolle jongeren op basis van het aangepast topsportconvenant Hoger Onderwijs, na goedkeuring door de Stuurgroep Topsport op 1/12/2004. Een deeltijdse arbeidsovereenkomst in de eerste 3 jaren van de hogere studies (± 1821 jaar) is doorheen de jaren niet steeds de beste maatregel gebleken om in te spelen op de noden van de topsporter/student. Tot de leeftijd van 21 jaar blijkt de toekenning van een onkostenvergoeding (= vergoeding van topsportgerelateerde programmakosten) de best passende maatregel om de financiële noden van de topsporter/student te ondervangen. Vanaf 21 jaar heeft de topsporter/student de keuze om een arbeidsovereenkomst af te sluiten met Bloso, of een maandelijkse onkostenvergoeding te ontvangen voor de topsportgerelateerde programmakosten. De topsporters/studenten in de categorie elitesporter hebben een arbeidsovereenkomst met Bloso, waarbij de wedde 100% bedraagt van een deeltijdse (80%) tewerkstelling volgens de gangbare Blosobarema s, afhankelijk van het diploma (aangepaste verloning sinds 1/1/2006). In de categorie beloftevolle jongeren bedraagt de wedde 100% van een deeltijdse (50%) tewerkstelling volgens de gangbare Blosobarema s. Bij de start van het academiejaar werden 18 elitesporters en 2 beloftevolle jongeren opgenomen in het BlosoTopsportstudentenproject. Hierin werd het 115

120 tewerkstellingcontract van 13 topsporters verlengd en 7 topsporters/studenten ontvingen een eerste tewerkstellingscontract bij Bloso. BLOSOTOPSPORTSTUDENTENPROJECT HOGER ONDERWIJS Topsporters Sporttak Datum contract: van tot Status contract Statuut Onderwijsinstelling Aerents Jasper Zwemmen 01/10/ /09/2016 contractverlenging ES Bultheel Michael Atletiek 01/10/ /09/2016 contractverlenging ES Buys Kimberly Zwemmen 01/10/ /09/2016 contractverlenging ES Carton Louise Atletiek 01/10/ /09/2016 eerste contract BJ Croenen Louis Zwemmen 01/10/ /09/2016 contractverlenging ES Croket Julie Gymnastiek 01/10/ /09/2016 contractverlenging ES Karel De Grote Hogeschool A pen Katholieke Universiteit Leuven Universiteit Antwerpen Katholieke Universiteit Leuven Vrije Universiteit Brussel Katholieke Hogeschool VIVES Dauwens Axelle Atletiek 01/10/ /09/2016 eerste contract ES Universiteit Gent Dekoninck Dieter Zwemmen 01/10/ /09/2016 contractverlenging ES Denayer Felix Hockey 01/10/ /08/2016 eerste contract ES Geens Jelle Triatlon 12/10/ /09/2016 eerste contract ES Hendrickx Jorik 01/07/ /06/2016 contractverlenging ES Mys Gaëlle Gymnastiek 01/10/ /09/2016 contractverlenging ES Obreno Hannes Roeien 01/10/ /09/2016 contractverlenging BJ Plasschaert Emma Swings Bart Taeymans Roxanne Truyens Donna Donny Vanluchene Emmanuel Vercruyssen Sophie Universiteit Antwerpen Universiteit Antwerpen Campus Groep T Leuven Johan Cruyff Universiteit Tilburg SintLucas Hogeschool Gent Katholieke Hogeschool VIVES Zeilen 01/10/ /09/2016 eerste contract ES Universiteit Gent Kunstschaatsen Snelschaatsen 01/10/ /09/2016 contractverlenging ES Judo 01/10/ /09/2016 contractverlenging ES Gymnastiek 01/10/ /01/2016 contractverlenging ES Zwemmen 01/10/ /09/2016 contractverlenging ES Bobslee 01/10/ /09/2016 eerste contract ES Katholieke Universiteit Leuven Universiteit Antwerpen Artevelde Hogeschool Gent Artevelde Hogeschool Gent Katholieke Universiteit Leuven Waem Laura Gymnastiek 01/10/ /01/2016 eerste contract ES Universiteit Gent De begeleiding en omkadering van deze topsporters werden voorzien binnen de structurele omkadering via de subsidies topsport en de Pool van Toptrainers. In 2014 werd voor de totale loonkost van de topsporters/studenten euro besteed. In het academiejaar werd, in uitvoering van het Topsportactieplan Vlaanderen III, een onkostenvergoeding toegekend aan 22 beloftevolle jongeren/studenten (U21) en een forfaitair werkingskrediet aan de betrokken onderwijsinstellingen. Het betreft de ondersteuning van 3 atleten, 1 bobsleeër, 6 116

121 gymnasten, 2 judoka s, 4 kajakkers, 1 snowboarder en 5 zwemmers voor een totaal bedrag van euro vanuit de werkingsmiddelen Topsport van Bloso. 7. POOL VAN TOPTRAINERS Op 3 mei 2005 besliste de Stuurgroep Topsport om de Pool van Toptrainers op te starten. De Pool van Toptrainers richt zich in hoofdzaak naar elitesporters (korte termijn), met mogelijk een bijkomende opdracht t.a.v. beloftevolle jongeren (middellange termijn). Het contract met een toptrainer dient afgesloten te worden tussen de topsportfederatie en de betrokken trainer, na goedkeuring van de kandidatuur in de Taskforce Topsport. Het betreft een financiering van bepaalde duur, waarvan de einddatum afgestemd is op de finale doelstelling (Olympische/Paralympische Zomer of Winterspelen) met minimaal een jaarlijkse evaluatie (en daaraan gekoppelde mogelijkheid tot verbreking) op basis van de werking en het behalen van de tussentijdse doelstellingen. De overeenkomsten kunnen niet eenzijdig door de opdrachtgever (in casu de topsportfederatie) verbroken worden, zonder voorafgaandelijk overleg met en akkoord van Bloso. In 2015 werden 24 toptrainers (17,1 VTE) in de Pool van Toptrainers opgenomen en gefinancierd. Trainers Sporttak Datum contract: van tot Status contract Baeyens Dominique Volleybal 01/01/ /12/2015 contractverlenging Casteels Eddy Basketbal 01/06/ /09/2015 nieuw contract na eerdere tewerkstelling Delmee Jeroen Hockey 01/01/ /09/2015 contractverlenging Demard JeanValère Snowboard 01/01/ /12/2015 contractverlenging Gaastra Ronald Zwemmen 01/01/ /12/2015 contractverlenging Goldberg John Hockey 01/01/ /12/2015 eerste contract Goldberg Philippe Hockey 01/01/ /12/2015 contractverlenging Janssen Sjef Paardrijden 01/01/ /12/2015 contractverlenging Kieffer Yves Gymnastiek 01/01/ /12/2015 contractverlenging Kina Pascal Hockey 01/01/ /12/2015 contractverlenging Krawczyck Robert Judo 01/01/ /12/2015 contractverlenging Laats Philip Judo 01/10/ /12/2015 eerste contract McLeod Shane Hockey 01/10/ /12/2015 eerste contract Pieters Peter Wielrennen 01/01/ /12/2015 contractverlenging Prendes Carlos Kajak 01/01/ /12/2015 contractverlenging Sleeckx Koen Judo 01/01/ /09/2015 contractverlenging Speerstra Gerard Gymnastiek 01/01/ /12/2015 eerste contract Valcke Rik Zwemmen 01/01/ /12/2015 contractverlenging 117

122 Van Bladel Wil Zeilen 01/01/ /12/2015 contractverlenging Van Der Plaetsen Michäel Atletiek 01/01/ /12/2015 contractverlenging Van Meldert Dirk Gymnastiek 01/01/ /12/2015 contractverlenging Vande Broek Gert Volleybal 01/01/ /12/2015 eerste contract Vandeven Wim Atletiek 01/01/ /12/2015 contractverlenging Wiggins Jon Wielrennen 01/01/ /12/2015 contractverlenging 8. POOL VAN JEUGDTRAINERS TOPSPORT In het Topsportactieplan Vlaanderen I ( ) werd de oprichting van een tewerkstellingsproject voor jeugdtrainers topsport vooropgesteld, gericht op een betere begeleiding van jonge talenten bij de aanvang van hun topsportloopbaan, zowel in de clubs, als in de basisscholen voor topsportbeloften, als in de middenschool/ topsportschool. De kandidaten worden door de betrokken sportfederatie voorgedragen en bij gunstige beslissing wordt de aanwerving of de aanneming door de betrokken sportfederatie tot 100% door Bloso gefinancierd. Jeugdtrainers topsport in deze pool krijgen een contract van bepaalde duur, waarbij tussendoelen (vnl. procesanalyse) als een resultaatsverbintenis zijn opgenomen. In de eerste fase ( ) werden maximaal zestig VTE betrekkingen voorzien (gescostatuut). Op 1/9/2009 werd het project overgeheveld van het departement CJSM naar Bloso. De kwaliteit van de dagdagelijkse trainingstechnische begeleiding van Vlaamse topsporters werd een prioritair aandachtspunt binnen het Topsportactieplan Vlaanderen II ( ) en III ( ). In de loop van de Olympiade Londen steeg het aantal topsporttrainers in de Pool van Jeugdtrainers Topsport dan ook aanzienlijk: van 41 (16,9 VTE) in 2010 ( euro) naar 53 (25,30 VTE) in 2012 ( euro). Deze stijging is grotendeels een compensatie voor een parallelle afbouw van graden en dus minder lesgevers/trainers in bepaalde topsportscholen, en de ontwikkeling van een alternatief/beter passend deeltraject naast/buiten de topsportschool. In 2013 en 2014 werden jaarlijks een zestigtal jeugdtrainers Topsport (22,5 VTE) opgenomen en gefinancierd in de Pool van Jeugdtrainers Topsport. In 2015 bleef het aantal gefinancierde jeugdtrainers Topsport status quo: 64 jeugdtrainers (21,75 VTE) over 17 sporttakken. POOL VAN JEUGDTRAINERS TOPSPORT 2015 Trainers Sporttak Begin contract Einde contract VTE Abts Birger Badminton 1/01/ /12/2015 0,10 Agnello Carlo Tafeltennis 1/01/ /12/2015 0,50 Baart Jeroen Hockey 1/01/ /12/2015 0,50 Bessell John Hockey 1/01/ /12/2015 0,25 Beunen Mick Hockey 1/01/ /12/2015 0,50 Bisley Darran Hockey 1/01/ /12/2015 0,25 118

123 Blondelle Johan Roeien 1/01/ /12/2015 0,10 Bogaert Childeric Snowboard 1/01/ /12/2015 0,50 Borgonjon Erwin Wielrennen 1/01/ /12/2015 1,00 Braem Benjamin Badminton 1/01/ /12/2015 0,10 Cabaj Monika Judo 1/01/ /12/2015 0,20 Claes Frans Roeien 1/01/ /12/2015 0,10 De Coninck Rudy Roeien 1/01/ /12/2015 0,10 De Haas Marc Zeilen 1/01/ /12/2015 1,00 De Keersmaeker Bart Tennis 1/01/ /12/2015 0,75 De Wilde Maarten Zwemmen 1/01/ /12/2015 1,00 Declerck Ine Badminton 1/01/ /12/2015 0,10 Delaere Sander Gymnastiek 1/01/ /12/2015 1,00 Demeulemeester Stijn Triatlon 1/01/ /12/2015 0,40 Derycke Wauter Zwemmen 1/01/ /12/2015 0,75 Development Team (n=3) Zwemmen 1/01/ /12/2015 0,50 Didden Rik Atletiek 1/01/ /12/2015 0,50 Dobbeni Mia Triatlon 1/01/ /12/2015 0,40 Gilson Philippe Atletiek 1/01/ /12/2015 0,50 Graus Piet Roeien 1/01/ /12/2015 0,10 Hiel Christel Roeien 1/01/ /12/2015 0,10 Hoste Michiel Judo 1/01/ /12/2015 0,20 Janssens Wim Triatlon 1/01/ /12/2015 0,70 Klinckaert Jeroen Tennis 1/01/ /12/2015 0,20 Kozelsky Jakub Zeilen 1/01/ /12/2015 0,75 Laats Philip Judo 1/01/ /09/2015 0,50 Leistra Frank Hockey 1/01/ /12/2015 0,50 Macnack Hein Volleybal 1/01/ /12/2015 1,00 McLeod Shane Hockey 1/01/ /09/2015 0,25 Okunkova Oksana Kajak 1/01/ /12/2015 0,50 Pedus Tim Judo 1/01/ /12/2015 0,20 Pellegrims Ward Zwemmen 1/01/ /12/2015 0,75 Reckinger Xavier Hockey 1/01/ /12/2015 0,25 Rutten Reno Judo 1/01/ /12/2015 0,20 Sleeckx Koen Judo 1/10/ /12/2015 0,50 Stevens Brecht Schermen 1/01/ /12/2015 0,50 Surmont Josie Gymnastiek 1/01/ /12/2015 0,50 Van Assel Michel Judo 1/01/ /12/2015 0,20 Van Cutsem Mika Hockey 1/01/ /12/2015 0,50 Van Delsen Sven Badminton 1/01/ /12/2015 0,10 Van Deun Kristof Tennis 1/01/ /12/2015 0,20 Vanhyfte Pieter Tennis 1/01/ /12/2015 0,25 Vansnick Kris Volleybal 1/01/ /12/2015 0,50 Verhulst Jeroen Badminton 1/01/ /12/2015 0,10 Vrijders Lieven Volleybal 1/01/ /12/2015 0,50 Weemaels Matthias Tennis 1/07/ /12/2015 0,10 Wuyten Gert Gymnastiek 1/01/ /12/2015 0,50 119

124 10 x 0,1 VTE ad hoc Basketbal 1/01/ /12/2015 1,00 9. PARTICIPATIE IN HET ABCDPROJECT JONGE TOPSPORTTALENTEN OLYMPISCHE SPELEN ( BE GOLD ) De ABCDcommissie is het overlegorgaan inzake topsportbeleid tussen de gemeenschappen (Bloso, Adeps en de Duitstalige gemeenschap) en het BOIC. De commissie werd als volgt samengesteld (einde 2015): Voor Bloso: Philippe Paquay en Paul Rowe Voor Adeps: Alain Laitat en Georges Guillaume Voor de Duitstalige gemeenschap: Kurt Rathmes en JeanMarie Greven Voor het BOIC: Philippe Van Der Putten en Eddy De Smedt Projectverantwoordelijke Be Gold: Didier Haller Op 21/04/2015 werd een overeenkomst ondertekend tussen de Federale staat (ministers Charles Michel en Hervé Jamar), de Vlaamse Gemeenschap (ministers Geert Bourgeois en Philippe Muyters), de Franse Gemeenschap (ministers Rudy Demotte en René Collin), de Duitstalige Gemeenschap (ministers Oliver Paasch en Isabelle Weykmans) en het BOIC (PierreOlivier Beckers en Philippe Vander Putten) om het gemeenschappelijk project Jonge topsporttalenten Be Gold Olympische Spelen (zomer en winter) te verlengen en bijkomende financiële middelen ter beschikking te stellen ter versterking van het sportbeleid. Deze overeenkomst heeft als doel om specifieke topsportprojecten op het vlak van talentontwikkeling, omkadering en begeleiding te financieren, met het oog op het behalen van top8 plaatsen op de Olympische Spelen (zomer en winter) op middellange en/of lange termijn. Het project Be Gold is van toepassing voor beloftevolle jongeren die zich in de transitie naar elitesporter (prestatieprogramma) bevinden. De projecten hebben betrekking op activiteiten in één of meerdere Olympische disciplines, binnen één of meerdere gemeenschap. Een tussentijdse evaluatie van het project zal door ABCD worden opgemaakt in Met het oog op, desgevallend, een uitdrukkelijke beslissingname inzake de verlenging voor een nieuwe periode van 5 jaar, brengt de minister bevoegd voor de Nationale Loterij de federale regering op de hoogte van het resultaat van de tussentijdse evaluatie in 2017 en brengt de ABCDcommissie de gemeenschapsministers bevoegd voor Sport op de hoogte. In dit project wordt een gemeenschappelijke pot aangelegd, waarin de partners tot en met 2017 voorzien in een jaarlijkse bijdrage: Nationale Loterij ( euro), Bloso ( euro), Adeps ( euro), Duitstalige Gemeenschap ( euro) en BOIC ( euro, mogelijk te verhogen tot euro) investeren. De Vlaamse sportfederaties, de Waalse sportfederaties, de sportfederaties van de Duitstalige Gemeenschap, alsook de nationale sportbonden en de partners in ABCD kunnen projecten indienen. De ABCDcommissie beoordeelt de projecten en beslist over het bedrag, de aard en de periode van financiering. Middelen die binnen een kalenderjaar niet besteed zijn, blijven in de gemeenschappelijke pot en worden aldus overgedragen en besteed in de daaropvolgende jaren binnen dit topsportproject. 120

125 De ABCDcommissie vergaderde in het kader van het project Jonge topsporttalenten Be Gold Olympische Spelen (zomer en winter) in 2015 op volgende data: 14/01, 5/03, 4/06en 8/10/2015. In 2015 werd voor de Be Goldprojecten van 14 Vlaamse sportfederaties een bedrag van euro uitbetaald. Meer bepaald Gymnastiekfederatie Vlaanderen vzw ( euro), Vlaamse Atletiekliga vzw ( euro), Vlaamse Judofederatie vzw ( euro), Vlaamse Zwemfederatie vzw ( euro), Vlaamse Triatlon en Duatlon Liga vzw ( euro), Vlaamse Tafeltennisliga vzw ( euro), Vlaamse Tennisvereniging vzw ( euro), Vlaamse Kano en Kajak Federatie vzw ( euro), Vlaamse Volleybalbond vzw ( euro), Vlaamse Taekwondo Bond ( euro), Vlaamse Yachting Federatie ( euro), Vlaamse Snelschaatsenbond vzw ( euro), Vlaamse Vereniging voor Golf ( euro) en Belgische Federatie voor Bobslee en Skeleton vzw (65.000) voldeden aan de voorwaarden tot financiering. Bovendien werden 4 bicommunautaire/nationale projecten mede ten behoeve van de Vlaamse topsporttalenten gefinancierd, namelijk hockey ( euro), wielrennen (BMX, piste en mountainbike voor een bedrag van euro), boogschieten ( euro) en Alpijns skiën ( euro). Eind 2015 werden de lopende projecten geëvalueerd binnen ABCDtechniek (procesevaluatie en bereiken van de tussendoelen richting top8 op de Olympische Spelen) en werd een advies geformuleerd aan de ABCDcommissie met het oog op bijsturing en/of voortzetting in BEGELEIDING EN ONDERSTEUNING VAN DE TOPSPORTFEDERATIES In uitvoering van het Topsportactieplan Vlaanderen III ( ) werden inzake de begeleiding en ondersteuning van de Vlaamse topsportfederaties de lopende projecten verder gezet en geoptimaliseerd en nieuwe initiatieven opgestart. Deze sporttakoverschrijdende ondersteuning zorgt ervoor dat de topsportfederaties zich op verschillende domeinen verder kunnen professionaliseren. Dergelijke ondersteuning werd door de topsportfederaties positief geëvalueerd. 1. Sportwetenschappelijke begeleiding In het kader van de beleidsmatige aansturing van de wetenschappelijke topsportbegeleiding werden zeven sportwetenschappelijke begeleidingsdomeinen gedefinieerd. Voor elk van deze domeinen, namelijk medisch/paramedische begeleiding, sportpsychologische begeleiding, coaching, sporttechnologie en innovatie, sportbiomechanica en bewegingsanalyse, kracht en houdingstraining en sportfysiologische en voedingsbegeleiding, werd een domeinexpert aangesteld in 2014 voor de lopende Olympiade. De coördinerende experts superviseren de domeinspecifieke werking in de topsportfederaties en geven kennis door aan de embedded scientists en de in service topsporttrainers. Binnen de federaties werden er tien embedded scientists aangesteld om voorbereidend werk uit te voeren op het terrein, om domeinexperts te contacteren en engageren, om interdisciplinair overleg te bewerkstelligen en om trainers bij te staan in het toepassen van de wetenschappelijke begeleiding in de praktijk. 121

126 Via de Elektronische Leeromgeving (ELO) werden in publicaties, waaronder 52 factsheets en 9 presentaties, ter beschikking gesteld aan 505 in service topsporttrainers, high performance managers/coördinatoren Topsport/sporttechnisch coördinatoren, embedded scientists, Daarnaast verenigt de coördinerende expert de vakexperts in een overlegplatform, waarvan er in georganiseerd werden over de verschillende domeinen heen. Bovendien werd er ook een Colloquium Topsport en Wetenschap georganiseerd, in samenwerking met de Vlaamse Vereniging voor Kinesiologie. Tenslotte beantwoordden de domeinexperts 121 vragen die gesteld werden door de topsportfederaties. Voor de specifieke sportwetenschappelijke medischparamedische (SWMP) projecten topsport werd in 2015 een extra financiering van euro toegekend aan twintig Vlaamse topsportfederaties: GymnastiekFederatie Vlaanderen vzw, Vlaamse Judofederatie vzw, Vlaamse Atletiekliga vzw, Vlaamse Hockeyliga vzw, Vlaamse Paardenliga vzw, Vlaamse Tennisvereniging vzw, Vlaamse Volleybalbond vzw, Vlaamse Yachting Federatie vzw, Vlaamse Zwemfederatie vzw, Wielerbond Vlaanderen vzw, Vlaamse Basketballiga vzw, Vlaamse Kano en Kajak Federatie vzw, Vlaamse Ski en Snowboard Federatie vzw, Badminton Vlaanderen vzw, Vlaamse Roeiliga vzw, Vlaamse Vereniging voor Golf vzw, Vlaamse Tafeltennisliga vzw, Vlaamse Triatlon en Duatlon Liga vzw, Vlaamse Scherm Bond vzw en Parantee vzw, Alle sportwetenschappelijke begeleidingsprojecten werden gecoördineerd door de afdeling topsport van Bloso. 2. Sportwetenschappelijk onderzoek De Vlaamse leerstoel Topsport heeft tot doel een aantrekkings en groeipool te zijn voor een vernieuwende topsportrelevante onderzoekslijn. Dit kan uitmonden in het vergroten en bestendigen van relevante topsportwetenschappelijke kennis. In 2014 werden vier projecten gehonoreerd. Elk van deze onderzoeksprojecten lopen ook in 2015 door dienen zowel op korte als op lange termijn een meerwaarde te betekenen voor het Vlaamse topsportbeleid. De onderzoekers zullen met andere woorden nauw samenwerken met de topsporters, hun trainers en begeleiders en de topsportfederaties. Bloso bewaakt de uitvoering van de onderzoeksprojecten en de beoogde toepassing ervan in de dagelijkse topsportpraktijk. 3. Carrièrebegeleiding topsport Carrièrebegeleiding Topsport is sinds januari 2011 verankerd binnen de afdeling Topsport van Bloso. In 2013 werd de werking voortgezet door één carrièrebegeleider Topsport (1,0 VTE), en vanaf september 2013 door twee carrièrebegeleiders Topsport (1,5 VTE). De werking omvat drie kernopdrachten, met name (1) de algemene adviesverstrekking over de topsportcarrière, (2) de individuele carrièrebegeleiding ten behoeve van topsporters/studenten, (deeltijds) tewerkgestelde topsporters en extopsporters en (3) het voorzien van informatie, vorming en ontwikkeling van tools inzake carrièrebegeleiding. De hoofdopdracht van Carrièrebegeleiding Topsport ligt in de individuele carrièrebegeleiding van topsporters. De doelgroep voor deze begeleiding lag in 2015 net als de vorige jaren in lijn met de criteria van het Blosotopsportstudentenproject en 122

127 het Blosotewerkstellingsproject Topsport en bijgevolg ook met de ontwikkelingslijnen Topsport conform de resultaatsdoelstellingen van het Vlaams topsportbeleid. In het academiejaar genoten 11 topsporters van een individuele carrièrebegeleiding inzake Topsport en studie (11 begeleiding in de meest intensieve vorm), 14 topsporters genoten een minder intensieve begeleidingsvorm (ecoaching). Binnen het project Red Flames & dual careers genoten 8 speelsters een begeleidingstraject. Voorts werden 42 topsporters/studenten begeleid en opgevolgd via het Blosotopsportstudentenproject. De selectie van de kandidaten gebeurt telkens op vraag van de coördinatoren Topsport van de respectieve topsportfederaties en na goedkeuring door de Taskforce Topsport. Inzake de combinatie topsport en werk en de natopsportcarrière werd in 2015 hoofdzakelijk structureel werk verricht. Zo werd in het kader van het project Lerend netwerk: +18, opgestart in 2012 in samenwerking met VDAB, de coördinatie en de intervisie van de begeleiding door erkende loopbaanbegeleidingcentra, gespecialiseerd in het begeleiden van topsporters, verder gezet. Daarnaast werden, eveneens in samenwerking met VDAB, de voorbereidingen getroffen in functie van het VDAB Begeleidingstraject tot professionele topsporter. Naast het eerder structurele werk werden 29 topsporters en voormalig topsporters in 2015 begeleid inzake de combinatie topsport en werk of de natopsportcarrière. 4. Vormingscoördinator Topsport Opleiding topsporttrainers In het Topsportactieplan Vlaanderen III ( ) gaat de aandacht naar de trainersopleidingen van de Vlaamse trainersschool op niveau trainer B en Trainer A. Deze dienen afgestemd te worden op de competenties die nodig zijn om (potentiële) topsporters te begeleiden. Gekaderd binnen de overlegmomenten VTS en de overlegmomenten met de Professionele Directeurs Kader Opleiding werden initiatieven genomen om de Trainer A opleiding in verschillende federaties te herwerken. Daarnaast werd in samenwerking met de Vlaamse Trainersschool een visietekst uitgeschreven voor (ex)topsporters die in een geïndividualiseerd opleidingsproject (GOT) kunnen begeleid worden. Vier topsportfederaties hebben een visietekst voor Trainer A uitgeschreven, terwijl zes topsportfederaties begeleid worden in de realisatie van een geïndividualiseerd opleidingsproject. In het kader van de opleiding van toptrainers werd aan de verschillende topsportpartners (VTS, VSF, domeinexperts, coaches, ) een opleidingstraject voorgesteld voor de verschillende topsportcoaches. Vormingstraject binnen de universiteiten De topsportbegeleiding gebeurt door de topsporttrainer, bijgestaan door specialisten in sportwetenschappelijke facetten. Rond deze rollen werd een overleg opgestart met als doel om een generiek competentieprofiel uit te werken rond deze sportwetenschappelijke experts. De rol van de biomechanicus/bewegingsanalist en de 123

128 sportfysioloog werden uitgewerkt, de rol van de physical Coach en sportwetenschapper Talent werden in de loop van het jaar onderzocht. Permanente vorming In het kader van de permanente vorming werd de Elektronische leeromgeving (ELO) gebruikt om factsheets en andere relevante informatie wetenschappelijke van de domeinexperts te delen op deze leeromgeving. Er werd ook verder onderzocht hoe deze leeromgeving verder kan geoptimaliseerd. In het kader van de permanente vorming werden twee sessies van het Vlaams Coaches platform gerealiseerd. Begeleiding Topsporttrainers Het coach the coach project binnen de topsportfederaties van de focussporten werd verder opgevolgd. Bijna alle topsportfederaties van categorie 1 (9 op 10) participeren in dit project, met als doel om een persoonlijk ontwikkelingsplan uit te werken voor iedere in service topsporttrainer. De begeleiding van de high potentials coaches was hierin een prioriteit. Onder andere de professionele directeur sportkaderopleiding en/of de High Performance Manager of de coördinator topsport werden in dit proces betrokken. Eerste stappen werden gezet om binnen de topsportfederaties van de focussporten de in service topsporttrainers intern beter te begeleiden. Het stimuleren van topsportfederaties om topsporttrainers of extopsporters te begeleiden in hun traject naar een EVC procedure voor de VTS werd verder opgevolgd en aangemoedigd. 11. STRUCTUUR EN TOPSPORTWERKING SPORTFEDERATIES Bloso subsidieerde in 2015 het loon (aan 90%) en de werkingsmiddelen van 11 voltijdse coördinatoren Topsport via basissubsidies (voor unisportfederaties die gesubsidieerd worden via de facultatieve opdracht topsport en die participeren in een topsportschool): Vlaamse Atletiekliga vzw, Badminton Vlaanderen vzw, Sneeuwsport Vlaanderen vzw, Tennis Vlaanderen vzw, Vlaamse Basketballiga vzw, Vlaamse Judofederatie vzw, Vlaamse Tafeltennisliga vzw, Vlaamse Triatlon & Duatlon Liga vzw, Voetbal Federatie Vlaanderen vzw, Vlaamse Zwemfederatie vzw en Wielerbond Vlaanderen vzw. Daarnaast financierde Bloso in 2015 het loon (aan 90%) van drie voltijdse High Performance Managers via werkingsmiddelen Topsport: Murray Richards (Vlaamse Hockeyliga vzw), Danny Belmans (Vlaamse Judofederatie vzw) en Koen Hoeyberghs (Vlaamse Volleybalbond vzw). Voor Parantee vzw en Vlaamse Liga Paardensport vzw werd het loon (aan 75%) van een voltijdse coördinator Topsport gefinancierd via werkingsmiddelen Topsport. In 2015 werd aan vijf unisportfederaties een topsportproject windows of opportunity (topsporters met slaagkansen, die evenwel geen deel uitmaken van een structureel ondersteunde Vlaamse topsportfederatie) toegekend voor een financieringsbedrag van euro: Handboogliga vzw, Koninklijke Belgische Gewichtheffers Bond vzw, Belgische Federatie voor Bobslee en Skeleton vzw, Vlaamse Snelschaatsenbond vzw en Vlaamse Taekwondo Bond vzw. 124

129 De projectwerking ten behoeve van de topsportfederaties werd in 2015 voor een bedrag van ,00 euro gefinancierd vanuit de Blosowerkingsmiddelen Topsport (bedrag inclusief Be Goldproject, aannemingsovereenkomsten met zelfstandigen, Pool van Toptrainers, Pool van Jeugdtrainers Topsport, Blosotopsportstudentenproject en aanvullende financiering van het programma van topsporters in het Blosotewerkstellingsproject Topsport). 125

130 VIII. BLOSOCENTRA 1. ACTIVITEITEN IN DE BLOSOCENTRA 1. Sportkampen De Blososportkampen worden georganiseerd tijdens de schoolvakantieperiodes (krokusvakantie, paasvakantie, juliaugustus en herfstvakantie) zowel in internaats als externaatsverband, van maandagmorgen tot vrijdagnamiddag. Voor de organisatie van de sportkampen beschikte Bloso in 2015 over 11 centra: Blankenberge, Brugge, Genk, Gent, Herentals, Hofstade, Nieuwpoort (Spaarbekken Havengeul), Oordegem, Waregem, Willebroek en Woumen. Dit zijn dezelfde organisatieplaatsen als in Op de ijsbanen te Hasselt en Liedekerke werden in 2015, net zoals de voorgaande jaren, wegens het ontbreken van overnachtingaccommodatie, geen sportkampen georganiseerd. Resultaat sportkampen Verschil Aantal kampen Maximum capaciteit Aantal deelnemers Bezettingspercentage 92.9 % 91.7 % 1.2 % In 2015 werden in 11 centra sportkampen georganiseerd met in het totaal beschikbare plaatsen. Met deelnemers werd een bezettingspercentage van 91.7% bereikt. Het aantal deelnemers aan de sportkampen 2015 was lager omdat we in tegenstelling tot de voorgaande jaren slechts konden beschikken over 8 volwaardige vakantieweken in plaats van 9 weken de afgelopen jaren. Naast de sportkampen worden er tijdens de schoolvakanties in de centra ook andere activiteiten georganiseerd, zoals stages met binnen en/of buitenlandse atleten, belangrijke nationale en internationale wedstrijden, opleidingscursussen van de Vlaamse Trainersschool e.d. Dit heeft als gevolg dat de maximumcapaciteit van de sportkampen in de centra onder invloed van deze organisaties kan schommelen t.o.v. de voorgaande jaren en bijgevolg ook de effectieve bezetting. Overzicht per centrum van het aantal deelnemers aan de sportkampen: centrum Aantal deelnemers 2014 Aantal deelnemers / Blankenberge Brugge Genk Gent

131 Herentals Hofstade Nieuwpoort Oordegem Waregem Willebroek Woumen Totaal Sportklassen Bloso heeft samenwerkingsakkoorden afgesloten met de koepelorganisaties die de extramurosactiviteiten voor hun onderwijsnet behartigen (Vereniging Openluchtklassen vzw voor de Gesubsidieerde Vrije Onderwijsinstellingen, Sporten Openluchtklassen OVSG vzw voor de instellingen van het Gesubsidieerd Officieel Onderwijs en het GO! voor de onderwijsinstellingen van het Gemeenschapsonderwijs). Sportklassen worden hoofdzakelijk in internaatsverband georganiseerd, waarbij het normale schoolse lesprogramma wordt aangevuld met minstens 2 uren sport per dag voor het lager onderwijs en 4 uren sport per dag voor het secundair en hoger onderwijs. Aantal deelnemers 2014: Aantal deelnemers 2015: Het aantal deelnemers aan de sportklassen 2015 steeg fors t.o.v met deelnemers. Overzicht per centrum van het aantal deelnemers aan de sportklassen: centrum Aantal deelnemers 2014 Aantal deelnemers / Blankenberge Brugge Genk Gent Herentals Hofstade Nieuwpoort Oordegem Waregem Willebroek Woumen Totaal Schoolsportdagen De schoolsportdagen worden georganiseerd tijdens het schooljaar en staan onder leiding van de leerkrachten van de school of lesgevers van Bloso. Aantal deelnemers 2014: Aantal deelnemers 2015:

132 centrum Aantal deelnemers 2014 Aantal deelnemers 2015 Blankenberge Brugge Genk Gent Herentals Hofstade Hasselt Nieuwpoort Liedekerke Oordegem Waregem Willebroek Woumen Totaal Cursussen van de Vlaamse Trainersschool In 2015 werden 257 V.T.S.moduleorganisaties georganiseerd in de Blosocentra met een totaal van deelnemers. centrum Aantal moduleorganisaties 2015 Aantal deelnemers 2015 Blankenberge 4 72 Brugge Genk Gent Hasselt 1 7 Herentals Hofstade Liedekerke 2 16 Nieuwpoort Oordegem Waregem Willebroek Totaal Sportweekends Sportweekends zijn weekendverblijven van sportclubs, socioculturele verenigingen of groepen die op recreatieve basis sport beoefenen. Aantal deelnemers 2014: Aantal deelnemers 2015: Dit betekent een stijging met 360 deelnemers in vergelijking met Sportkampen derden De sport en verblijfsinfrastructuur van de centra wordt ook gebruikt voor de organisatie van sportkampen door derden, in hoofdzaak sportfederaties. 128

133 Aantal deelnemers 2013: Aantal deelnemers 2014: (981) Aantal deelnemers 2015: (95) met een gemiddeld aantal deelnemers per sportkamp van 35 deelnemers 7. Stages binnen en buitenlandse atleten Binnen en buitenlandse atleten maken van de infrastructuur van de centra gebruik om hun trainingsstages te organiseren, zowel tijdens de week als tijdens de weekends. Aantal deelnemers 2013: Aantal deelnemers 2014: (298) Aantal deelnemers in 2015: (261) 8. Overnachtingen Blosocentra Overzicht overnachtingen in de Blosocentra Centra Verschil Blankenberge Brugge Genk Gent Hasselt Herentals Hofstade Liedekerke Nieuwpoort Oordegem Waregem Willebroek Woumen Totaal In 2015 werden in de Blosocentra in het totaal overnachtingen geteld, dit zijn overnachtingen minder dan in 2014 ( ) Er zijn individueel wel opvallende verschuivingen: Woumen kent een sterke terugval veroorzaakt door de week minder sportkampen en ook een lichte terugloop in het aantal sportklassen. Genk kende een heel sterk jaar met een stijging van eenheden voornamelijk te danken aan de stijging van het aantal sportklassen. 129

134 2. OVERZICHT PER CENTRUM Hierna wordt per centrum een kort overzicht gegeven van de bezetting 2015 van de eigen organisaties (de sportkampen, de sportklassen en eventueel de sportlessen) en van de organisaties door derden. Enkel de voornaamste wijzigingen t.o.v en de meest opvallende resultaten worden besproken. De vermelde evenementen zijn deze manifestaties en/of wedstrijden die duidelijk het lokale niveau overstijgen. Dit kunnen Vlaamse, federale of internationale wedstrijden zijn maar ook sportdagen met een groot aantal deelnemers. 1. Blankenberge Bezetting Eigen organisaties Verschil Sportkampen Sportklassen Organisaties door derden Aantal Aantal Aantal organisaties deelnemers organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Bedrijfssportdagen Evenementen Met overnachtingen kennen we terug een stijging van 676 overnachtingen ten opzichte van Brugge Bezetting Eigen organisaties Verschil Sportkampen Sportklassen Weekendarrangementen

135 Organisaties door derden Aantal Aantal Aantal organisaties deelnemers organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland 1 28 Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Bedrijfssportdagen Het aantal deelnemers aan de organisaties door derden bleef redelijk stabiel ten opzichte van vorig jaar ( in 2014 en in 2015). Net zoals in 2014 werden er in weekendarrangementen georganiseerd met in het totaal 295 deelnemers. Het totaal aantal overnachtingen steeg met 312 eenheden ten opzichte van Genk Bezetting Eigen organisaties Verschil Sportkampen Sportklassen Organisaties door derden Verschil Aantal organisaties Aantal deelnemers Aantal organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Bedrijfssportdagen Een terugval van het aantal deelnemers sportkampen, die deels kan verklaard worden doordat er in 2015 slechts 8 volledige zomerweken waren. Het totaal aantal overnachtingen steeg sterk van in 2014 naar in 2015 ( ). 131

136 4. Gent Bezetting Eigen organisaties Verschil Sportkampen Sportklassen Omdat drie van de vier vleugels van het sportverblijf permanent worden verhuurd aan de scholengroep Gent voor de leerlingen van de topsportscholen gymnastiek, wielrennen en atletiek is de capaciteit van overnachtingsmogelijkheden te beperkt om nog sportklassen aan te bieden. Organisaties door derden Aantal Aantal Aantal organisaties deelnemers organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Bedrijfssportdagen Evenementen derden Door het wegvallen van een aantal grote steeds weerkerende events waar niet onmiddellijk een vervanging voor gevonden werd, is er een sterke afname van het aantal nationale en internationale wedstrijden. De daling van het aantal overnachtingen met ten opzichte van 2014, kan worden toegeschreven aan een kleinere beschikbaarheid van bedden die (meer) door de topsportschool werden ingenomen. 5. Hasselt In de ijsbaan van Hasselt worden wegens het ontbreken van verblijfsaccommodatie geen sportkampen en sportklassen georganiseerd. Organisaties door derden Aantal deelnemers Aantal deelnemers Verschil Aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland 132

137 Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Bedrijfssportdagen Evenementen derden De stijging van het aantal deelnemers evenementen derden is deels te verklaren door het samenvoegen in 2015 van de bedrijfssportdagen en evenementen derden. Daarnaast blijft er wel nog een significante stijging. Het aantal individuele schaatsers (excl. clubs) steeg terug van in 2014 naar in De gemiddelde bezetting per dag bedraagt 475 personen (ter vergelijking: deze bedroeg 419 in 2014). De bezetting van de clubs en wedstrijden steeg terug fors naar deelnemers na jaren van daling ( in 2014 en in 2013). 6. Herentals Bezetting Eigen organisaties Verschil Sportkampen Sportklassen Weekendarrangementen Sportelverblijf Organisaties door derden Aantal Aantal Aantal organisaties deelnemers organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Bedrijfssportdagen Evenementen derden Het aantal deelnemers aan de organisaties door derden (32.310) steeg verder door boven het niveau van 2014 (30.498). Het totaal aantal overnachtingen daalde met 910 eenheden van in 2014 naar in Het aantal schaatsers daalde van deelnemers in 2014 naar in Een daling die hoofdzakelijk wordt veroorzaakt door de sterke daling van het aantal schaatssportdagen. 133

138 7. Hofstade Bezetting Eigen organisaties Verschil Sportkampen Sportklassen Sportlessen Organisaties door derden Aantal organisaties Aantal deelnemers Aantal organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland 0 0 Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Sportdagen andere Bedrijfssportdagen Het aantal deelnemers aan de organisaties door derden steeg van naar in Het hoogtouwenparcours kende een eerste vol werkjaar en klokte af op bezoekers. In 2015 werden 4 weekendarrangementen georganiseerd met in het totaal 137 deelnemers (2014: 3 weekendarrangementen met 89 deelnemers). Het zwembad kende in bezoekers. Het Blosocentrum Hofstade heeft naast een sportieve ook een belangrijke recreatieve functie. Het centrum wordt druk bezocht door recreanten: voornamelijk strandbezoekers, maar ook wandelaars, joggers en scholen voor de organisatie van een schoolreis. In 2015 bezochten betalende recreanten het centrum. Dit zijn er meer dan in Liedekerke Bezetting Eigen organisaties Sportkampen Sportklassen Sportlessen Evenementen Verschil

139 Door een gebrek aan verblijfsinfrastructuur worden in de Blosoijsbaan van Liedekerke geen sportkampen en sportklassen georganiseerd. Organisaties door derden Aantal Aantal Aantal organisaties deelnemers organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Bedrijfssportdagen Het Blosocentrum Liedekerke noteerde individuele schaatsers ( excl. clubs) en deelnemers uit clubwerking en wedstrijden. In 2014 waren dat er respectievelijk en De actie Kids on ice, dit is het verlenen van gratis lesgevers voor leerlingen van het basisonderwijs, daalt naar deelnemers in 2015 (7.683 deelnemers in 2014). Het aantal deelnemers aan IJsparadijs steeg licht naar deelnemers in 2015 tegenover in Nieuwpoort Bezetting Eigen organisaties Verschil Sportkampen Sportklassen Weekendarrangementen Organisaties door derden Aantal organisaties Aantal deelnemers Aantal organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Bedrijfssportdagen

140 We stellen terug een sterke toename van het aantal binnenlandse stages vast, van 205 deelnemers in 2014 naar 631 in Het aantal overnachtingen steeg terug van (2014) naar (2015). 10. Oordegem Bezetting Eigen organisaties Verschil Sportkampen Sportklassen Organisaties door derden Aantal Aantal Aantal organisaties deelnemers organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Bedrijfssportdagen Het aantal deelnemers aan de organisaties derden loopt sterk achteruit. Van naar Een daling die zich vooral manifesteert bij de nationale wedstrijden en de schoolsportdagen. Het totaal aantal overnachtingen daalde licht tot in 2015 (4.965 overnachtingen in 2014). 11. Waregem Bezetting Eigen organisaties Verschil Sportkampen Sportklassen Sportlessen

141 Organisaties door derden Aantal Aantal Aantal organisaties deelnemers organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Sportdagen andere Bedrijfssportdagen De verbouwingswerken in het Blosocentrum van Waregem zijn duidelijk achter de rug. Het aantal deelnemers aan de organisaties derden steeg, na een scherpe daling in 2014 (4.993), terug naar een vertrouwd aantal deelnemers, met name Het totaal aantal overnachtingen (10.783) daalde met 511 eenheden ten opzichte van Tijdens het schooljaar worden 16 bedden permanent voorbehouden voor het sportinternaat van het atheneum van Waregem. 12. Willebroek Bezetting Eigen organisaties Verschil Sportkampen Sportklassen Weekendarrangementen Organisaties door derden Aantal Aantal Aantal organisaties deelnemers organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Bedrijfssportdagen Het aantal deelnemers aan de organisaties door derden steeg sterk in vergelijking met de voorgaande jaren tot Dat heeft natuurlijk alles te maken met de internationale wedstrijdkalender van de roeifederatie en de bijhorende wedstrijden die in het Blosocentrum van Willebroek worden georganiseerd. 137

142 Het totaal aantal overnachtingen daalde met overnachtingen terug naar het niveau van Woumen Bezetting Eigen organisaties Verschil Sportkampen Sportklassen Sportlessen Weekendarrangementen Organisaties door derden Aantal Aantal Aantal organisaties deelnemers organisaties Aantal deelnemers Verschil aantal deeln. Sportkampen derden Stages binnenland Stages buitenland Wedstrijden nationaal Wedstrijden internationaal Schoolsportdagen Sportweekends Sportdagen andere Bedrijfssportdagen Het aantal deelnemers aan de organisaties door derden daalt verder van in 2012 over in 2013 (442) en (256) in 2014 naar (2015). Het totaal aantal overnachtingen liep sterk terug met ten opzichte van het vorige jaar ( overnachtingen in 2015). 3. PERSONEEL 1. Personeelsleden op permanente basis In de 13 Blosocentra waren eind december personeelsleden (zowel voltijds als deeltijds, contractueel, statutair, vervangingscontracten en onbepaalde duur contracten) tewerkgesteld. Ten opzichte van 2014 is dit een daling van 12 koppen. 2. Contracten tijdelijke behoeften Om tijdelijke piekmomenten op te vangen worden er contracten tijdelijke behoeften (voorheen seizoenpersoneel) afgesloten. In 2015 werden voor de Blosocentra 202,5 manmaanden (= 16,8 voltijdse equivalenten) contracten tijdelijke behoeften toegekend. Dit is een stijging met

143 manmaanden (1,1 VTE) ten opzichte van 2014 (189,2 manmaanden). Het aantal personeelsleden met een contract tijdelijke behoeften bedroeg 38. De stijging van het aantal manmaanden CTB is het gevolg van de niet vervanging van een aantal vaste personeelsleden die het Bloso hebben verlaten en die door een contract tijdelijke behoeften werden ingevuld. 3. Jobstudenten In 2015 werden in het Bloso 91 jobstudenten tewerkgesteld voor een periode van meestal 2 weken (in 2014 bedroeg het aantal 100). 4. Personeelsbeweging 2015 Uitstroom 11 statutaire personeelsleden hebben het Bloso verlaten wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. 3 statutaire personeelsleden hebben het Bloso verlaten wegens ambtshalve pensionering. 7 contractuele personeelsleden hebben het Bloso verlaten wegens pensioengerechtigde leeftijd 10 contractuele personeelsleden namen zelf ontslag of hebben hun ontslag gekregen. Instroom In het sportcentrum Willebroek werd een nieuwe centrumverantwoordelijke aangeworven 1 personeelslid kreeg een statutaire functie aangeboden in niveau B 8 personeelsleden kregen een statutaire functie aangeboden in niveau C 12 personeelsleden kregen een statutaire functie aangeboden in niveau D 2 personeelsleden kregen een contract van onbepaalde duur aangeboden in niveau B 1 personeelslid kreeg een contract van onbepaalde duur aangeboden in niveau C 10 personeelsleden kregen een contract van onbepaalde duur aangeboden in niveau D 3,5 VTE s werden tewerkgesteld in het kader van startbanen bij de Vlaamse overheid. 4 personeelsleden werden tewerkgesteld in het kader van Sociale Maribel bij de Vlaamse Overheid 4. FINANCIËLE RESULTATEN 1. Inkomsten De inkomsten van de Blosocentra omvatten de ontvangsten uit: bijdragen van deelnemers aan Blosoorganisaties en verblijven: sportkampen, sportklassen, sportlessen, VTScursussen en eigen evenementen 139

144 verblijfs en gebruiksinkomsten van organisaties door derden (inclusief buitenlandse groepen): sportkampen, stages, trainingen, weekends, schoolsportdagen e.a. het verhuren van sportaccommodaties aan sportfederaties, clubs en individuen voor trainingen, stages, wedstrijden, tornooien, e.a. diversen: concessies cafetaria, parkinggelden, verhuurinkomsten van o.a. stallen, fietsen en sportmateriaal, drank en snoepautomaten, losse verblijven en maaltijden, telefoon, postkaarten, e.a. De laatste tariefaanpassingen dateren van 1/09/2014 voor zowel de tarieven sportkampen klassen als de verblijfs en gebruikstarieven. De tariefverhoging bedroeg telkens 5%. Overzicht inkomsten Verschil Blosoorganisaties Organisaties door derden Verhuur sportinfrastructuur Diverse inkomsten Totale inkomsten Na een stijging in 2012 met maar liefst 9% of euro, daalden de inkomsten in 2013 met euro. In 2014 stegen de inkomsten terug licht met euro of 0,6%. Ook in 2015 stegen de inkomsten verder en dit met 4,18% of euro. Na een stijging in 2014 met 3,2%, namen de inkomsten uit eigen organisaties het voorbije jaar af. De daling bedroeg 2,4%. De grootste daling was merkbaar in de inkomsten uit sportkampen. Het voorbije jaar waren er dan ook slechts gedurende 8 weken kampen terwijl dat de jaren ervoor gedurende 9 weken was. Zowel de inkomsten uit organisaties door derden als uit de verhuur van sportinfrastructuur namen significant toe en dit met respectievelijk 7,8% en 23,6%. Deze laatste stijging is terug te brengen naar de overeenkomst met Scholengroep Panta Rhei in het Blosocentrum Gent waarvoor de inkomsten anders ingebracht werden als het jaar ervoor. Voor 2015 werden deze op verblijven geplaatst terwijl dat het jaar ervoor nog op diverse inkomsten was. Hiermee wordt eveneens de opvallende terugval in de diverse inkomsten met ongeveer 17,5% verklaard. De meerderheid van de Blosocentra kende een stijging in de inkomsten. De centra in Herentals, Oordegem, Waregem en Willebroek kenden dan weer een lichte afname van hun inkomsten (variërend van 0,4% in Herentals tot 2,8% in Waregem). Het centrum in Woumen kende een sterkere daling in de inkomsten met meer specifiek 8,1%. Woumen ( euro of 8,1%) In het Blosocentrum van Woumen was een algemene daling van de inkomsten merkbaar. De inkomsten uit sportkampen daalden met 8,8%. Voor de inkomsten uit sportklassen was dit 5,8%. De inkomsten uit sportweekends halveerden en de inkomsten uit binnenlandse stages namen met nagenoeg 25% af. 140

145 Er gingen minder kampen en klassen door waardoor uiteraard ook het aantal deelnemers een terugval kende. Een verdere verklaring ligt in de stijging in de gederfde inkomsten. De sportlessen blijven in Woumen echter bijzonder populair en kenden het afgelopen jaar een inkomstenstijging met 28% van naar euro en een stijging in het aantal deelnemers van 81 naar 128. De centra in Willebroek, Oordegem en Waregem kenden in 2014 een sterke stijging van de inkomsten met respectievelijk 12,79%, 15,66% en 11,42%. Het voorbije jaar namen de inkomsten licht af met 2,5%, 2,3% en 2,8%. De inkomstenstijgingen van de overige centra variëren tussen 2,4% voor het centrum in Liedekerke en 20,7% voor het Blosocentrum Hofstade. Hofstade ( euro of +20,7%) De stijging in inkomsten voor het centrum in Hofstade is voor een groot deel toe te schrijven aan een inkomstenstijging bij individuele gebruikers. Dit was dan ook het eerste jaar dat het hoogtouwenparcours een heel jaar in gebruik was. Het mooie weer zorgde bovendien voor meer strandbezoekers. Ook de inkomsten uit schoolsportdagen en sportweekends namen toe. De inkomsten uit sportverenigingen stegen met 70% tot euro. Deze stijging kwam er na een afname met 26% in Gederfde inkomsten Omwille van sociale en promotionele doeleinden derft het Bloso een aantal inkomsten. Deze gederfde inkomsten omvatten vooral een pakket kortingen (o.a. Blososportkaart, mindervaliden, grote gezinnen, Blosopersoneel) en bijdragen voor de koepelorganisaties van de sportklassen. Daarnaast verleent het Bloso gratis gebruik van sport en overnachtingsaccommodatie voor de opvang en begeleiding van buitenlandse delegaties in het kader van internationale culturele akkoorden. Voor de ondersteuning van het topsportbeleid wordt gratis gebruik van de sportaccommodaties verleend aan de bij het Bloso geregistreerde elitesporters, beloftevolle jongeren en geïdentificeerde topsporttalenten. Overzicht gederfde inkomsten Soort Verschil Blosoorganisaties Sportkampen Sportklassen Sportlessen VTScursussen Fietsweekends Blosoevenementen Totaal Blosoorganisaties Andere org./verblijven Verhuur sportaccom

146 Diversen (o.a. maaltijden) Algemeen totaal De grootste kortingen bij Blosoorganisaties worden gegeven aan de koepelorganisaties van de onderwijsnetten voor de organisatie van de sportklassen ( ) en aan de deelnemers van de sportkampen ( euro). De gederfde inkomsten van de VTScursussen ( euro) betreffen de ontvangsten van alle VTScursussen in internaat, die door de afdeling Sportkaderopleiding worden geïnd. De belangrijkste soorten kortingen Blosopersoneel en gezin: euro Gezinnen met minstens drie kinderen ten laste: euro Mindervaliden: euro Kortingen voor bijzonder onderwijs: euro Korting onderwijskoepels: euro Korting studietoelage: euro Gratis topatleten: euro Afdeling Topsport: euro Afdeling Sportkaderopleiding: euro Afdeling Sportpromotie + BlosoKICS: euro Bij elke sportklas worden voor een aantal begeleiders de verblijfskosten niet aangerekend (meestal 2 per 15 leerlingen). In 2015 bedroegen deze verblijfskosten euro. Traditioneel worden deze gratis verblijven niet gerekend bij de gederfde inkomsten (cfr. gratis verblijf voor lesgevers tijdens de sportkampen). De gederfde inkomsten namen over het algemeen toe het afgelopen jaar. Dit kan uiteraard gekoppeld worden aan de inkomstenstijging. Het afgelopen jaar stegen vooral de gederfde inkomsten uit sportkampen. Ook de gederfde inkomsten uit VTS cursussen namen toe van 12 duizend tot 18 duizend euro. Het aantal cursussen en deelnemers nam af. Daarnaast stegen ook de gederfde inkomsten uit de verhuur van sportaccommodaties. De gederfde inkomsten uit sportklassen namen dan weer af. De oorzaak hiervoor is terug te brengen tot de afschaf van de Blososportkaart. 3. Uitgaven De uitgaven voor de Blosocentra gebeuren op de artikels Algemene werkingskosten, Huurgelden van gebouwen, Uitgaven Blosocentra en Aankoop investeringsgoederen. 1HF412 Algemene werkingskosten centra Algemene werkingskosten Blosocentra vaste uitgaven: water, energie, telefoon en bedrijfsbelastingen. verbruiksuitgaven: frankering brieven, abonnementen, drukwerken, bureaubenodigdheden, kleding, benzine, onderhoudsproducten, verfraaiing Blosocentra en klein materiaal voor de Blosocentra. 142

147 Uitgaven voor 2014: euro Uitgaven voor 2015: euro De totale uitgaven op dit artikel namen met 10,4% af. Vooral de energieuitgaven namen af. Algemene werkingskosten mobiele ploeg Naast de eigenlijke werkingskosten zoals klein materiaal, onderhoudsproducten, kledij voor de mobiele ploegen, worden op dit artikel ook de uitgaven voorzien voor het atelier Pathoekeweg. Uitgaven voor 2014: euro Uitgaven voor 2015: euro Deze uitgaven kenden het voorbije jaar een sterke stijging. Onderhoudskosten en aankoop nietduurzaam materiaal Blosocentra contractuele onderhoudsuitgaven: afvalcontainers, onderhoudscontracten technische installaties, onderhoudscontracten van lokalen, meubilair en machines, onderhoud van voertuigen, herstel en onderhoudswerken van toestellen en machines door een firma en herstellingen aan watersportmateriaal. aankoop nietduurzame goederen, nietduurzaam sportmateriaal, textiel en keukenmateriaal. Uitgaven voor 2014: euro Uitgaven voor 2015: euro Na een stijging met bijna 6%, kenden deze uitgaven het voorbije jaar een verdere stijging met 2,3% Onderhoudswerken Blosocentra Uitgaven voor 2014: euro Uitgaven voor 2015: euro Na een daling in 2014 in de uitgaven voor onderhoudswerken met 14%, stegen deze uitgaven het voorbije jaar weer en dit met 28,1% (zie hoofdstuk X: Infrastructuur). De totale werkingskosten op artikel bedroegen euro in Voor 2015 was dit euro. Dit is een geringe afname met 2,5%. 1HF41204 Organisatiekosten centra + 1HF408 Lesgevers centra Werkingskosten Blosoorganisaties Werkingskosten Blosocentra: voeding eigen keuken, voeding traiteurs, inhuringen vervoergebouwenmateriaal, aankoop sporttechnische documenten en uitgaven voor was, apotheek, benzine voor boten, verzorging en voeding van paarden en promotionele initiatieven. Uitgaven voor 2014: euro Uitgaven voor 2015: euro 143

148 Het voorbije jaar namen de werkingskosten af met ongeveer 7%. Lesgevers Blosoorganisaties De vergoedingen lesgevers Blosoorganisaties omvatten de vergoedingen, de RSZbijdragen, de verplaatsingskosten en het vakantiegeld. Uitgaven voor 2014: euro Uitgaven voor 2015: euro De uitgaven voor lesgevers kenden een afname van 15%. De totale uitgaven voor de Blosocentra op dit artikel bedroegen in euro. In 2015 is dit euro. Dit is een daling met om en bij de 10%. Totale uitgaven op HF412 bedroegen het afgelopen jaar euro. HF413 huur onroerende goederen Huur onroerende goederen Blosocentra Huur onroerende goederen zoals weiden, botenloodsen en erfpachten. Uitgaven voor 2014: euro Uitgaven voor 2015: euro Na een stijging met 5,1% in 2013, daalden de uitgaven voor huurgelden in 2014 met maar liefst 25%. Deze daling is nagenoeg volledig toe te wijzen aan een daling in de huuruitgaven in het Blosocentrum Nieuwpoort met 44% ten opzichte van De oorzaak hiervan ligt bij een nieuwe concessieovereenkomst voor het watervlak en bij een opschorting van de huur voor de loods aan het Blosocentrum Spaarbekken. HF427 Aankoop duurzaam materiaal Investeringen duurzame goederen: machines, meubilair, materiaal en vervoermiddelen voor de Blosocentra. Uitgaven voor 2014: euro Uitgaven voor 2015: euro Na eerdere dalingen van 12,5% in 2013 en 12% in 2012 namen de uitgaven voor investeringsgoederen in 2014 lichtjes toe. Het afgelopen jaar daalden deze aankopen van duurzame goederen weer en dit meet 11,7%. Materiaal uitrusting mobiele ploeg Uitgaven voor 2014: euro Uitgaven voor 2015: euro In 2015 kenden de uitgaven voor uitrusting van de mobiele ploeg een sterke daling. Aankopen watersportmateriaal 144

149 Uitgaven voor 2014: euro Uitgaven voor 2015: euro De uitgaven voor watersportmateriaal bleven in 2014 nagenoeg op het niveau van het jaar ervoor. In 2015 werd er veel minder aan watersportmateriaal uitgegeven en kenden deze meer specifiek een daling met 42%. De totale uitgaven voor de Blosocentra voor duurzaam materiaal bedroegen in euro. In 2015 was dit euro. Dit is een daling met 17,7%. 4. Overzicht inkomstenuitgaven Verschil inkomsten uitgaven 2013, 2014 en Verschil Inkomsten Uitgaven (incl.renovatiewerken) Verschil In 2013 was er na de sterke stijging in 2012 opnieuw een positieve evolutie in het resultaat merkbaar. In 2014 ging dit resultaat er op achteruit met meer specifiek 106 duizend euro of 29%. In 2015 kende het resultaat een significante stijging omwille van zowel een inkomstenstijging als een uitgavendaling. Zoals gebruikelijk wordt bij de exploitatiegegevens geen rekening gehouden met de uitgaven voor personeel, evenmin als met de investeringen voor infrastructuur. Hierna wordt een overzicht gegeven van de inkomsten en uitgaven in 2015 per Blosocentrum. De uitgaven voor de mobiele ploeg en grote onderhoudswerken, alsook de uitgaven voor personeel en investeringen werden niet opgenomen in de tabel. Overzicht inkomstenuitgaven 2015 per Blosocentrum Blosocentrum Uitgaven (excl. renovatiewerken) Inkomsten Saldo Blankenberge Brugge Genk Gent Hasselt Herentals Hofstade Liedekerke Nieuwpoort Oordegem Waregem Willebroek Woumen Hoofdbestuur TOTAAL

150 Na een verdubbeling van het exploitatieresultaat in 2012 tot , kende dit in 2013 een afname met euro naar euro. In 2014 neemt het resultaat terug af en dit tot euro. Dit is een daling met 21%. In 2015 piekt het resultaat echter naar euro. In 2011 haalden 8 van de 13 Blosocentra een positief exploitatieresultaat. In 2012 waren dit er 9 en in Na een negatief resultaat in 2014, steeg het resultaat van het centrum in Hofstade het afgelopen jaar zodat het voorbije jaar 10 centra met een positief resultaat kunnen afronden. Ondanks het negatief resultaat in de centra van Willebroek, Oordegem en Nieuwpoort gingen ook deze centra er op vooruit ten opzichte van Enkel het Blosocentrum Waregem behaalde een slechter resultaat dan het jaar ervoor. Het centrum kende zowel een daling in inkomsten als een stijging in haar uitgaven. Het merendeel van de centra kende een daling in de uitgaven gedurende het voorbije jaar. In de centra in Oordegem en Willebroek is de daling in uitgaven voor een groot deel toe te wijzen aan het nieuwe traiteurcontract. In de centra in Genk en Waregem kenden de uitgaven een lichte stijging. In Waregem was er vorig jaar dan ook een grote aankoop met de aanschaf van een tractor. De Blosocentra in Oordegem, Waregem, Willebroek en Woumen kenden een daling in hun inkomsten. In Waregem gingen vooral de inkomsten uit eigen organisaties en dan meer specifiek die van verblijven en maaltijden er op achteruit. Willebroek kende een daling in de inkomsten uit sportkampen en klassen hetgeen bevestigd wordt door een daling in het aantal deelnemers. De inkomstendaling in Oordegem blijft beperkt. De centra in Hofstade, Willebroek en Gent kenden de sterkste positieve evolutie in hun resultaat. Voor het Blosocentrum Hofstade is dit voor een deel toe te wijzen aan een groei in de inkomsten van individuele gebruikers door het succes van het hoogtouwenparcours en door het mooie weer dat veel strandgangers lokte. Daarnaast daalden ook de uitgaven. In 2014 kocht dit centrum een tractor en wagen aan en was er een hoge kost voor lesgevers. In 2015 waren deze uitzonderlijke uitgaven er niet. Ook het Blosocentrum Willebroek ging er met eurosterk op vooruit. De inkomsten in dit centrum daalden licht. De uitgaven in het centrum in Willebroek kenden echter een grote daling. Door het nieuwe traiteurcontract konden deze uitgaven beperkt worden en daarnaast namen ook de uitgaven voor lesgevers af. Het resultaat van het Blosocentrum Gent nam met euro toe. Het centrum kende zowel een uitgavendaling als een inkomstenstijging. In het centrum in Gent daalden enerzijds de uitgaven voornamelijk door een afname van de energiekost en stegen anderzijds de inkomsten omwille van een stijging van het aantal topsportleerlingen in internaat. 146

151 5. Globaal overzicht euro deelnemers Uitgaven inkomsten saldo deelnemers Bovenstaande grafiek toont enerzijds de evolutie in inkomsten, uitgaven en het saldo hiervan en anderzijds de evolutie in het aantal deelnemers aan sportkampen, klassen en lessen. In de uitgaven zijn de investeringen en de personeelskosten, alsook de uitgaven voor de mobiele ploeg en de grote onderhoudswerken niet meegerekend. In september 2014 was er een algemene tariefverhoging met 5%. Deze tariefverhoging heeft dus voor het eerst gedurende een volledig jaar een invloed gehad hetgeen een positieve impact had op de inkomsten. Aan uitgavenzijde was er daling merkbaar vooral in de vaste kosten voor energie en in de werkingskosten. De grafiek toont van 2001 tot het eerste piekjaar 2008 een blijvend stijgende trend in het aantal deelnemers aan de eigen organisaties. Na een lichte terugval in 2011 steeg het aantal deelnemers in 2012 naar een nieuw hoogtepunt kende een lichte terugval in het aantal deelnemers aan de Bloso organisaties naar het niveau van Met een stijging van in totaal 73 deelnemers, blijft dit aantal in 2014 nagenoeg constant. In 2015 steeg het aantal deelnemers licht verder met 245. In 2015 waren er slecht 8 volwaardige kampweken ten opzichte van 9 gedurende de jaren ervoor. De daling in het aantal deelnemers aan de kampen met meer specifiek kan dan ook deels hieraan toegewezen worden. Het aantal deelnemers aan zowel sportlessen als sportklassen nam dan weer toe met respectievelijk 20 en 5,5%. Het aantal deelnemers aan de sportlessen kent een algemene stijging, voornamelijk in de ruitersportcentra in Waregem, Woumen en Genk waar de lessen populair zijn. Het totaal aantal overnachtingen bedroeg in Dit zijn minder dan in 2014 of ongeveer 1,4%. In vergelijking met 1999 is het aantal overnachtingen met bijna 50% gestegen. 147

152 De centra met de laagste benuttingspercentages zijn Brugge, Willebroek en Oordegem met een percentage van respectievelijk 29%, 29,9% en 22,3%. Deze drie centra gingen er wel op vooruit in vergelijking met Het Blosocentrum Brugge haalde niet alleen meer overnachtingen, maar was ook minder dagen geopend waardoor dit percentage met 4% kon toenemen. In het Blosocentrum Willebroek daalde het aantal overnachtingen maar nam het aantal openingsdagen nog meer af waardoor ook een beter benuttingspercentage gerealiseerd werd. Voornaamste oorzaak van deze relatief lage benuttingspercentages blijft de verouderde overnachtingsaccommodatie in deze centra. In het Blosocentrum Willebroek is de bezetting bovendien seizoensgebonden. Het Blosocentrum Blankenberge behaalt een benuttingspercentage van 55,3% hetgeen een toename is van 2% ten opzichte van het jaar ervoor. Het centrum in Gent haalt het tweede hoogste benuttingspercentage met 50,3%, 2% minder dan in Ook in het Blosocentrum Herentals nam het benuttingspercentage licht af van 48,1% naar 46,5%. Het Blosocentrum Woumen was echter de sterkste daler op dit gebied. Het benuttingspercentage voor dit centrum nam af van 46,8 naar 37,1%. Het centrum was afgelopen jaar 365 dagen open terwijl dit het jaar ervoor slechts 329 was en daarnaast daalde het aantal overnachtingen van naar De centra in Genk en Nieuwpoort gingen er dan weer op vooruit op gebied van benuttingspercentage. Deze stijging van 4,3% is in Genk voornamelijk terug te brengen tot een stijging van het aantal sportklassen en dit van 52 naar 62, goed voor een stijging in het aantal deelnemers van naar Ook in Nieuwpoort gingen er meer sportklassen door, goed voor een stijging in het benuttingspercentage met 1,7%. De besparingen zorgden voor een sterke uitgavendaling. Dit in combinatie met een eerste volledig jaar met verhoogde prijzen en een daarmee gepaard gaande inkomstenstijging zorgt voor een positieve evolutie in het resultaat. Hoewel het aantal deelnemers aan eigen organisaties een stijging kende, daalde het aantal deelnemers aan de sportkampen. De uitdaging blijft dus om binnen de budgettaire mogelijkheden te blijven inspelen op nieuwe tendensen zowel op sport als op infrastructureel gebied om alle bezoekers tevreden te houden en ze aan het sporten te krijgen en te houden. 148

153 IX. INFRASTRUCTUUR 1. SPORTINFRASTRUCTUUR IN DE BLOSOCENTRA Voor de renovatie en uitbouw van de Blosocentra was op art.7112 van de begroting 2015 een vastleggingsbedrag beschikbaar van euro. Dit is hetzelfde bedrag als in Voor de reële uitbetaling (vereffeningskredieten) was euro beschikbaar. Ten opzichte van 2014 betekende dit een vermeerdering van euro. Naast een aantal kleinere, doch daarom niet minder noodzakelijke werken, werden in 2015 de volgende projecten gerealiseerd of in uitvoering gesteld met aandacht op de samenwerkingsverbanden die, zoals vorige jaren, bij de uitwerking van sommige van deze projecten werden opgezet met lokale besturen of andere publieke instanties. Omschrijving Budget Blankenberge Herstellen vloer van de sanitaire ruimte kleine projecten Brugge J. Saelens Sport en Beweeghal van de Toekomst Sporthal en gymhal: gevelbekleding Atletiekpiste: vervanging kooi hamer en discus kleine projecten Genk Kattevenia Renovatie buitenrijbaan Herstelling verwarming sportverblijf en sporthal Aanleg van een mountainbike en fietsvaardigheidsparcours (vervolg 2014) Aanleg regenwaterputten voor buitenrijbaan Dakwerken (vervolg 2014) Gent Sporthal: fase 2 Sporthal: fase 3 Kunstwerk de lopers (MARF) Schermzaal: uitbouw topsportcentrum Aanpassing BMXparcours Werken aan Vlaams Wielercentrum Eddy Merckx 11 kleine projecten Hasselt Renovatie van ammoniakinstallatie (vervolg 2014) Herentals Renovatie sporthal: fase 1 Sporthal: renovatie/vernieuwing van het parabool van de sportzaal (vervolg 2014) Atletiekpiste: herstellingen Ijsbaan: herstelling compressor Bouw Olympische boogschietstand

154 3 kleinere projecten Hofstade Voorbereiding bouw gymham Verbouwing werkloods (vervolg 2014) Renovatie strandweg Werken bootshuis Omgevingsaanleg Installatie waterzuiveringsbehandelingsinstallaties kleinere projecten Liedekerke Herstellen elektrische borden Ijsbaan: herstelling compressor Nieuwpoort klein project 5.237,07 Oordegem kleine projecten 6.782,05 Waregem Uitbouw tot een topsportruitercentrum: bouw van een paddock (vervolg , ) Verhardingswerken openluchtrijbaan 2 kleinere projecten , ,46 Willebroek Schilderwerken 1 klein project , ,50 Woumen Bouw van een nieuw keuken en restaurantgebouw (vervolg 2014) Werken sportverblijf Dakwerken manage 2 kleine projecten Uitgaven voor meerdere Blosocentra Onderhoud voetbalvelden: 4 centra Klein project: 2 centra Voor kleine herstellingen in de Blosocentra was een bedrag ter beschikking van euro. Hiermee kon een aantal dringende herstellingen worden uitgevoerd. 2. SPORTINFRASTRUCTUUR VAN DERDEN In het kader van het besluit van de Vlaamse regering van 14/07/2008 voor de uitvoering van het decreet van 23/05/2008 betreffende een inhaalbeweging in sportinfrastructuur via alternatieve financiering (het zgn. Vlaams Sportinfrastructuurplan ) ondersteunde het Bloso de zgn. Sportfacilitator, belast met de uitvoering van dit Vlaams Sportinfrastructuurplan. Aan derden (o.a. openbare besturen, sportclubs/sportfederaties, studiebureaus, ) werden vrijblijvend een aantal adviezen verstrekt in verband met de bouw/inrichting van sportinfrastructuur. Bovendien werden de dossiers van 2012 en 2013 in verband met de kleinschalige sportinfrastructuur verder opgevolgd en uitbetaald (de projecten van 2011 waren reeds 150

155 volledig afgehandeld). In 2015 werd 1 dossier van 2012 uitbetaald (1 sportvloer). Voor de dossiers van 2013 konden er 21 worden afgehandeld. (1 klasse 1sportvloeren > 1500m², 6 klasse 2sportvloeren tussen 1000 m² en 1500 m², 14 klasse 3sportvloeren<1000 m²). In samenwerking met het departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media werd een bevraging georganiseerd, gericht naar de Vlaamse sportfederaties en lokale besturen. De doelstelling van deze bevraging was om te peilen naar diens behoeften inzake sportinfrastructuur in het kader een behoeftestudie ter voorbereiding van het Globaal Sportinfrastructuurplan Vlaanderen. 3. RUIMTELIJKE ORDENING, MILIEU EN NATUUR 1. Planningsprocessen Het Bloso vertegenwoordigt de sportsector en adviseert de planningsprocessen op lokaal, provinciaal en gewestelijk niveau: Milieueffectenrapporten en planmerscreenings ( verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage van een plan of programma) (59 dossiers); Ruimtelijke uitvoeringsplannen (65 dossiers); Voorbereiding en opvolging van diverse planningsprocessen op Vlaams en provinciaal niveau. Voorbeelden: Pinken Dessel (watersport), Domein Bossenstein Golf en Poloclub te Ranst, Golf en countryclub cvba De Palingbeek te Ieper, Sunparks Mol (waterski), Uitbreiding Rallycross te Arendonk, Afbakening regionaal stedelijk gebied Leuven Golf Brasschaat, Golf Schilde, militair domein Malle (vliegsport), kabelwaterskibaan in Hoogstraten, afbakening stedelijk gebied Brugge, Vliegveld Overboelare (Geraardsbergen), sportsite Soeverein Lommel. Opvolging proces om instandhoudingsdoelstellingen (IHD) op te maken in speciale beschermingszones in Vlaanderen (Natura 2000gebieden) 2. Geografisch informatiesysteem (GIS) De Blososportinfrastructuurdatabank Spakki werd aangevuld en verfijnd aan de hand van contacten met lokale besturen, sportfederaties, sportclubs, enz. (continue update); Via de bevraging in het kader van de opmaak van het sportinfrastructuurplan werden de gemeenten aangezet een globale update door te voeren. Hiertoe werd een online tool uitgewerkt die de gemeenten en steden toelaat op elk moment hun eigen gegevens uit de sportinfrastructuurdatabank te bekijken. Dit blijft een continu proces. Opvolging van de integratie tussen de Spakki databank en de Sportdatabank Vlaanderen. Het koppelen van sportinfrastructuurgegevens aan gegevens van sportorganisaties (sportclubs, sportfederaties, sportdiensten, sportraden, enz.) verhoogt de bruikbaarheid van de aangeboden informatie; Overleg met het agentschap voor geografische informatie Vlaanderen (AGIV) over de ontsluiting van de sportinfrastructuurdatabank via GEOPUNT. 151

156 Begeleiding van de promotiediensten bij de update van de gegevens uit de sportinfrastructuurdatabank; Overleg met de softwareleverancier in functie van Spakki en GIS: oplossen van problemen, actualisatie van GISgegevens (achtergrondkaarten), uitvoeren van analyses, ; Vervolg van het project voor de ontwikkeling van een nieuwe structuur voor de SPAKKIdatabank; Verwerken van vragen en opmerkingen van clubs, gemeentebesturen, provinciebesturen, sportfederaties,.. 3. Technische Werkgroep Golf De Technische Werkgroep Golf ontving in 2015 geen nieuwe dossiers en bracht bijgevolg geen advies uit; Opvolging van golfdossiers in diverse planningsprocessen (MER, RUP) (zie punt 3.1.); Deelname aan het overleg met de provincies VlaamsBrabant en Antwerpen m.b.t. de behandeling van golfdossiers in het algemeen; 4. Hinderlijke sporten Het Bloso is vertegenwoordigd in het onderzoek naar locaties voor hinderlijke sporten. Onder meer: Deelname aan het overleg met de kabinetten (Sport, Omgeving (leefmilieu, ruimtelijke ordening), Mobiliteit en Openbare Werken (havens)) en de havenbesturen; Deelname aan het overleg in de Interne Werkgroep Hinderlijke Sporten en aan vergaderingen met de sectoren (motorcross, kleischieten, modelluchtvaart, waterski); 5. Ondersteuning van de Blosocentra Opvolging uitvoering van een natuur en bosbeheerplan in Herentals, onder andere toegankelijkheidsregeling, ontbossingsdossier, (contacten met het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB), OCMW, PIDPA); Opvolging van de opmaak van een natuur en bosbeheerplan in Willebroek; Opvolging van de opmaak van een planmer ter voorbereiding van de opmaak van een provinciaal RUP door de provincie Antwerpen voor het Blosocentrum in Willebroek: overleg met de provincie en het studiebureau, ; Voorbereiding van de opmaak van een natuur en bosbeheerplan voor het Blosocentrum HofstadeZemst; Voorbereiding en begeleiding van de opmaak van milieuvergunningsaanvragen in de Blosocentra Woumen,Brugge en Genk; Opvolging van de opmaak van een masterplan Kattevennen in Genk; Onderzoek naar de scheiding van hemelwater en afvalwater en de optimalisatie van de zuivering van het afvalwater in Oordegem (bijzondere voorwaarde opgenomen in de milieuvergunning). Voorbereidende werkzaamheden (overleg met TMVW, Aquafin, opmaak bestek, publicatie, ). 152

157 Opvolging dossier wateroverlast manege in Oordegem; 6. Platform Sport voor Allen Opvolging project duurzaam sporten (ECOSPORTIEF), stuurgroepen, voorstelling eindrapport Overleg met partners in de sportsector (VSF, ISB, provincies, departement CJSM) onder andere over een gezamenlijk voorstel tot aanpassing van de Vlaremvoorwaarden voor zwembaden en openwaterzwemmen. Overleg met provincie, ANB en watersportclub over het gebruik van de Eglegemvijver in Mechelen Overleg met provincie, federatie, gemeente, hogescholen en universiteit over gebruik van Schulensmeer voor roeien 7. Beleidsplan Ruimte Vlaanderen Deelname aan het proces tot opmaak van een Beleidsplan Ruimte Vlaanderen: Overleg met partners binnen de sector sport en recreatie; Opmaken van adviezen; overleg m.b.t. de ontwikkeling van topvoorzieningen. 153

158 X. SPORTKADEROPLEIDING 1. SITUERING VAN DE VLAAMSE TRAINERSSCHOOL (VTS) Het decreet van 7/5/2004 tot omvorming van de Vlaamse openbare instelling Commissariaatgeneraal voor de Bevordering van de Lichamelijke Ontwikkeling, de Sport en de Openluchtrecreatie tot het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Bloso, vermeldt in art. 2. In dit decreet wordt verstaan onder: 2 : de Vlaamse Trainersschool: het samenwerkingsverband tussen het Bloso, de universitaire opleidingsinstituten Lichamelijke Opvoeding, de Vlaamse hogescholen Lichamelijke Opvoeding en de erkende Vlaamse sportfederaties, dat sportkaderopleidingen organiseert in Vlaanderen; art. 5. BLOSO heeft tot taak: 3 het zelf aanbieden en erkennen via de Vlaamse Trainersschool van sportkaderopleidingen; art. 9. Voor de sportkaderopleiding (de Vlaamse Trainersschool) enerzijds, en het integrale Vlaamse topsportbeleid anderzijds, wordt de samenwerking tussen Bloso en de betrokken sportactoren geconcretiseerd via twee autonome stuurgroepen waarin de betreffende partners op basis van gelijkwaardigheid vertegenwoordigd zijn. De duizenden vrijwilligers, die als nietgediplomeerd trainer werken in de sportclubs, evenals de gewezen (top)sporters die zich op een dergelijke taak willen voorbereiden, zijn de voornaamste doelgroep. De sportkaderopleiding wordt sinds 1/1/1994 gerealiseerd via de Vlaamse Trainersschool, als partnership tussen het Bloso, de sportfederaties en de Vlaamse universiteiten met een opleiding L.O. (KU Leuven UGent VUB). Vanaf 29/1/1999 zijn ook de hogescholen met een opleiding L.O. opgenomen in het partnership via twee afgevaardigden in de Stuurgroep (één vertegenwoordiger van de Vlaamse Autonome Hogescholen en één vertegenwoordiger van het Overleg Katholieke Regentaten L.O.). De Stuurgroep van de Vlaamse Trainersschool bepaalt de algemene krachtlijnen en de principes van de sportkaderopleiding, die verder in sporttakspecifieke denkcellen worden uitgewerkt. De Stuurgroep is bovendien verantwoordelijk voor de oprichting en de begeleiding van de denkcellen. De denkcellen stellen de specifieke opleidingsstramienen, cursusplanning en toelatingsvoorwaarden op en leggen deze ter goedkeuring voor aan de Stuurgroep VTS. Zij werken de cursusteksten uit, zijn verantwoordelijk voor de erkenning van docenten, organiseren indien nodig docentenopleidingen of bijscholingen, leggen de splitsingscriteria vast, enz. Met de oprichting van de pedagogische cel in het najaar van 2000 werd één van de belangrijkste punten gerealiseerd uit het VTSbeleidsplan dat op 17/6/1998 door de toenmalige Raad van Bestuur van het Bloso werd goedgekeurd. Deze pedagogische cel is een belangrijke stimulans gebleken voor de optimalisering en de professionalisering van de sportkaderopleiding. Dit leidde tot een toenemende kwaliteitsverhoging in synergie met drempelverlagende maatregelen met als resultaat een verhoging van het aantal deelnemers en gediplomeerden. 154

159 De inspectiecel VTS is sinds 1 januari 2004 operationeel met 1 VTE Inspecteur. De organisatie van de opleidingscursussen wordt sindsdien systematisch op het terrein begeleid, gecontroleerd en geëvalueerd. De grote krachtlijnen voor het beleid van de Vlaamse Trainersschool staan beschreven in het beleidsplan van de Vlaamse Trainersschool. Begin 2015 werd door alle VTSpartners de nood geformuleerd om een toekomstvisie m.b.t. het samenwerkingsverband tegen 2025 te formuleren. Deze oefening werd in het voorjaar van 2015 opgestart met de verschillende VTSpartners en wordt in 2016 verder gezet. 2. KWALITEITSVERHOGENDE EN DREMPELVERLAGENDE MAATREGELEN 1. Integrale Kwaliteitszorg In het najaar van 2001 werden de cursisten voor de eerste keer bevraagd via een instrument (IKZ) over de kwaliteit, uniformiteit en conformiteit van de door hen gevolgde sportkaderopleidingen. In 2015 werd de screening en remediëring van zowel sporttakspecifieke, beroepsgerichte als begeleidingsgerichte opleidingen verder gezet. In totaal ontving het VTSsecretariaat in 2015 van 278 cursusorganisaties een respons op de IKZbevraging (in 2014 waren dit er 286). Dit betekent dat betalende, ingeschreven deelnemers werden bevraagd waarvan er hebben geantwoord. Dit staat gelijk aan een respons van 83,17% (in 2014 was dit 84,10%). In 2015 werd het sporttakoverschrijdend VTS Plus bijscholingsaanbod vanuit het VTSsecretariaat verder uitgewerkt. Er werden 35 VTS Plus bijscholingen bevraagd met 581 deelnemers waarvan er 513 hebben beantwoord (respons = 88,30%). Algemeen kan worden gesteld dat de deelnemers aan de VTSopleidingen tevreden tot zeer tevreden zijn over de kwaliteit van de aangeboden opleidingen (zie onderstaande tabel). Tabel: Tevredenheidsscores (*) van de sportkaderopleidingen 2015 Opleidingen Organisaties Totale (%) # dlnrs. # dlnrs. Respons tevredenheidsscore bevraagd geantwoord (%) Basismodule Algemeen Gedeelte Initiator ,88 92,55 Basismodule Algemeen Gedeelte Instructeur B/ Trainer B ,32 86,03 Basismodule Algemeen Gedeelte Trainer A ,57 88,29 Opleiding Initiator (als geheel of als sportspec. modules) ,45 90,35 Sportspecifieke Modules Instructeur B ,65 88,91 Sportspecifieke Modules Trainer B ,24 89,39 Sportspecifieke Modules Trainer A ,21 Sportfunctionaris Module 1, 2, 3 of ,82 93,06 Hoger Redder en Duiker Redder ,64 95,45 Zwembadcoördinator ,89 96,42 Begeleidingsgerichte Opleidingen ,96 92,61 Aanvullende Sporttakgerichte Opleidingen ,00 93,38 Totaal Opleidingen ,17 91,42 VTS Plus bijscholingen ,30 97,06 Totaal Opleidingen & Bijscholingen ,65 91,98 (*) De tevredenheidsscore is een cumulatieve score waarbij de som van de scores van de positieve antwoorden in verhouding staat tot de som van alle antwoorden. Tabel: Tevredenheidsscores (*) van de sportkaderopleidingen

160 De laatste jaren werd de opvolging van de IKZresultaten geïntensifieerd. Er werd ondermeer een monitoringtool ontwikkeld die toelaat om de IKZresultaten te vergelijken met resultaten van andere cursussen van de denkcel, andere sporttakken, opleidingsniveaus en opleidingsrichtingen. Deze tool werd in 2015 verder verfijnd en gebruikt voor een kwalitatieve opvolging van de IKZbevragingen binnen de denkcelwerking. De resultaten van de IKZbevragingen worden gebruikt door het VTSsecretariaat, de DSKO s, de cursusverantwoordelijken en de docenten om het VTSopleidingsaanbod te optimaliseren en de kwaliteit te bevorderen. Voor de betrokken DSKO s zijn deze IKZresultaten richtinggevend om desgevallend bij te sturen inzake cursusaanbod, keuze van docenten, keuze van cursusplaats, herwerking van cursusteksten, enz. De DSKO s vervullen immers een coördinerende functie in de VTSopleidingen voor een bepaalde denkcel. Zij zorgen ervoor dat afspraken en richtlijnen in de praktijk worden uitgevoerd. De IKZresultaten zijn eveneens een leidraad voor het VTSsecretariaat. Knelpunten inzake cursusteksten worden nauw opgevolgd en zo goed mogelijk verholpen. Toch moeten deze resultaten met de nodige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd. Niet elke cursist start vanuit dezelfde achtergrond en met hetzelfde referentiekader aan een opleiding. Het verschil in ervaring, opleiding en algemene vorming zorgt ervoor dat cursisten toch zeer uiteenlopende scores toekennen aan dezelfde situaties (accommodatie, manier van lesgeven, cursusteksten, enz.). Cursisten die het examen te moeilijk vinden (door te weinig te studeren, te hoog gegrepen niveau, enz.) hebben misschien de neiging om minder goede scores toe te kennen dan anderen. 2. Apparatuur De afdeling Sportkaderopleiding stelt voor moduleorganisaties van de VTS gratis apparatuur ter beschikking via een centrale uitleendienst in Brussel en via de provinciale uitleendiensten van het Bloso. Deze laatsten lenen enkel apparatuur uit voor cursussen in de eigen provincie. De cursusverantwoordelijken of DSKO s kunnen deze apparatuur aanvragen via telefoon of . Sommige apparaten zijn permanent toegekend aan vaak terugkerende cursuslocaties zoals de Blosocentra. De ontlener dient de gevraagde apparatuur zelf af te halen en terug te brengen. Uitleenperiode: In principe wordt apparatuur uitgeleend voor maximaal 14 dagen. Videomateriaal wordt voor maximum 3 dagen uitgeleend. Het specifieke materiaal voor de cursussen Hoger Redder en Zwembadcoördinator wordt voor de duur van de cursus uitgeleend. Overzicht belangrijkste apparatuur: Apparatuur Uitleenbaar Permanent Laptop LCD projector Little Anne pop 5 3 DVD Video Recorder 3 3 TV Video Combi 1 1 TV DVD Combi

161 Smart TV 4 Digitaal fototoestel 5 Videocamera 5 ipad mini 7 Pointer 8 2 Smartboard 2 Projectiescherm 16 4 Walkie Talkie met oortjes 10 In 2015 werden 4 smart TV s op staander aangekocht. Deze zullen ingezet worden tijdens congressen in de VTSstand en voor vergaderingen op het secretariaat van de Vlaamse Trainersschool. 3. Inspectiecel Visie en taakomschrijving De inspecteur Sportkaderopleiding is mee verantwoordelijk voor de inhoudelijke kwaliteitsbewaking (en eventuele bijsturing) van de opleidingen en bijscholingen van de VTS en van de door de VTS erkende opleidingsinitiatieven. Daarnaast heeft de inspecteur een PRtaak naar cursisten, occasionele medewerkers en organisatoren en een HRMtaak naar de occasionele medewerkers. De inspecteur werkt zo mogelijk proactief. In 2015 werden de inspecties teruggeschroefd omwille van andere prioriteiten. De prioriteiten voor inspectiebezoeken bleven wel dezelfde, nl. nieuwe docenten, Trainer A en nieuwe cursusorganisaties. Kwantitatieve analyse In 2015 werden 57 (35 t.o.v. 2014) inspectiebezoeken afgelegd. Hierbij werden 26 verschillende sporttakgerichte opleidingen bezocht. De sporttakgerichte opleidingen werden veruit het meest bezocht. Tabel: Aantal inspecties in 2015 in vergelijking met voorgaande jaren Geïnspecteerde opleidingen Sporttakgerichte opleidingen Basismodules Algemeen Gedeelte Aanvullende sporttakgerichte opleidingen Beroepsgerichte opleidingen Begeleidingsgerichte opleidingen Bijscholingen Totaal (*) Bij elke VTS Plus bijscholing was een begeleider van het VTSsecretariaat aanwezig. 157

162 Figuur: Aantal inspecties per opleidingsniveau in 2015 De opleidingen Initiator (35 bezoeken) kregen ook dit jaar de meeste aandacht vanwege het grootste aantal moduleorganisaties en deelnemers en vanwege het belang van een goede instap in het eerste traject van de sportkaderopleiding. Het is vaak ook de enige mogelijkheid op jaarbasis om met kleinere sporttakken in contact te komen. Gedurende acht jaar inspecties werden tot nog toe 560 unieke docenten geïnspecteerd en gecoacht. Ook in 2015 zag de inspecteur op een totaal van 57 bezoeken 41 docenten voor het eerst. Kwalitatieve analyse Het is een permanente opdracht van de VTS om kwantiteit en kwaliteit zo optimaal mogelijk te houden. Dit is niet altijd een even gemakkelijke oefening. In ieder geval staat de VTS duidelijk voor een open en interactieve manier van lesgeven en is een goede lessfeer kenmerkend voor de bezochte moduleorganisaties. Op verschillende manieren tracht de Inspecteur Sportkaderopleiding bij te dragen aan deze kwaliteit. Naast de systematische rapportering naar de pedagogische cel en de denkcellen wordt vooral de coaching van de docenten prioritair opgenomen. Globaal gezien lopen de inspectiebezoeken prima. De contacten met docenten, CV s en cursisten waren steeds hartelijk en de feedbackmomenten liepen in een open en constructieve sfeer. Van de nieuw bezochte docenten kan gesteld worden dat ze voldoende potentieel hebben om een succesvol traject als VTSdocent uit te bouwen. Het merendeel van de docenten is inhoudelijk beslagen wat de sporttechnische component betreft en voldoende didactisch onderlegd. Bij hun briefing mag nog meer de nadruk gelegd worden op het belang van de interactie en de uitwisseling van ervaringen. In de voetbalopleidingen is het gegeven dat de algemene module sporttakspecifiek gedoceerd wordt zeker drempelverlagend ervaren, maar het is aan te bevelen dat de docenten een bijscholing krijgen over het algemeen gedeelte zodat hun basis verbreed wordt. Het enthousiasme en de toewijding zijn bijna altijd erg groot. 4. Promotie en Communicatie De missie van de Vlaamse Trainersschool is meer trainers beter opleiden. Om deze tweeledige missie te realiseren, investeert de Vlaamse Trainersschool fors in een 158

163 kwaliteitsverhoging en het toegankelijker maken van haar opleidingen en in het uitwerken van nieuwe opleidingsinitiatieven. Deze inspanningen hebben geleid tot een verhoging van het aantal gediplomeerden, maar nog steeds beschikken de meeste sportclubs over onvoldoende gekwalificeerde trainers. Om de VTSmissie nog sterker kenbaar te maken en te promoten werden ook in 2015 diverse promotionele acties ondernomen. In 2013 kregen de Vlaamse sportfederaties de mogelijkheid tot bestellen van gratis rollups ter promotie van de sportkaderopleidingen in hun sporttak(ken). In 2015 werden de laatste rollups besteld, wat het eindtotaal op 244 rollups bracht. De Vlaamse hogescholen met een opleiding LO kregen een zelfde voorstel, wat resulteerde in 17 nieuwe rollups voor 5 hogescholen in Het clipboard dat verdeeld wordt onder de VTScursisten, werd licht gewijzigd in samenspraak met ICES en in navolging van de campagne Is kiezen verliezen. De cartoons voor deze campagne werden opgenomen op het clipboard. Er werden vijf versies gemaakt, waardoor een variatie aan clipboards verspreid werd. Nieuwe congresmapjes werden besteld en gebruikt binnen de VTS Plusbijscholingen en interne en externe bijscholingen, georganiseerd door VTS. Via Addemar (elektronische massamailings) werden in 2015 in totaal 54 VTSflashes verstuurd naar diverse doelgroepen. In de VTSflashes wordt enerzijds promotie gevoerd voor specifieke opleidingen, eigen bijscholingen of bijscholingen georganiseerd door één van onze partners. Anderzijds wordt ook informatie verstuurd in functie van wijzigingen of aanpassingen van opleidingsstructuren, procedures, werking, enz. Deze digitale mailing zorgt voor een directe communicatie naar een specifieke doelgroep. 159

164 De openingsgraad van deze VTSflashes bedraagt 37,74 procent (benchmark is 33%). De doorklikgraad ligt op 5,72% (benchmark is 8%). De gemiddelde doorklikgraad ligt lager dan het gemiddelde omdat niet alle VTSflashes een klik aanmoedigen. Onder redactie en verantwoordelijkheid van de universitaire opleidingsinstituten L.O. van de KU Leuven, UGent en VUB werden 10 artikels via VTSredactioneel gepubliceerd in Alle tot nu toe verschenen artikels uit de rubriek VTSredactioneel worden op jaarbasis tussen enkele keren en keren gedownload. Het aantal downloads varieert van thema tot thema. Ook op het vlak van cursusteksten werd de positieve tendens van de voorbije jaren verder gezet. Het aantal drukklare teksten ging verder in stijgende lijn, getuige de 524 drukopdrachten die werden doorgegeven aan de digitale drukkerij, goed voor cursusteksten of pagina s. In 2015 werd het gebruik van deze sociale media geoptimaliseerd om het aantal fans/volgers te doen groeien. Via de sociale media worden er verschillende boodschappen gecommuniceerd van eigen initiatieven tot partnerinitiatieven, tips en tricks, weetjes, actuele thema s, enz. en worden ook sfeerbeelden van de cursusorganisaties verspreid. Op het einde van 2015 waren personen fan van de Facebookpagina en had de Vlaamse Trainersschool 916 volgers op Twitter. Voor LinkedIn werden minder initiatieven genomen, waardoor eind 2015 slechts 523 personen fan waren van de LinkedInpagina van de Vlaamse Trainersschool. 160

165 5. Informatie voor cursisten De Vlaamse Trainersschool zoekt op permanente basis naar mechanismen om de communicatie en promotie naar de kandidaatcursisten, de occasionele en de vaste VTSmedewerkers te verbeteren. Brochure sportkaderopleidingen De brochure sportkaderopleidingen 2016 ter promotie van het opleidingsaanbod 2016 werd in exemplaren verspreid naar individuele personen (gediplomeerden, geattesteerden en huidige cursisten), Blosocentra, gemeentelijke en provinciale sportdiensten, sportfederaties, gemeentelijke sportinfrastructuren, enz. Online werd de digitale versie in de maanden november en december maal geopend. De brochure sportkaderopleidingen bleef bovendien klein van formaat (A5 32 pag.), overzichtelijk (rubrieken) en efficiënt (voor alle dynamische informatie wordt verwezen naar VOTAS III en de VTSwebsite), waardoor de kostprijs van de brochure laag bleef en de oplage aanzienlijk. De brochure sportkaderopleidingen werd dan ook meer als promotioneel instrument dan als louter informatief middel ingezet. Website Vlaamse Trainersschool De VTSwebsite onderdeel van de Blosowebsite werd in 2015 verder onderhouden, net zoals het VTSextranet als communicatiemiddel met alle VTSmedewerkers. De andere onderdelen van de VTSwebsite werden permanent geactualiseerd. Zo waren onder meer het examenreglement, de vrijstellings en assimilatietabel, VTSredactioneel, enz. steeds in actuele versie beschikbaar. Uit statistische analyses van de bezoekersaantallen van de verschillende delen van de VTSwebsite blijkt dat de VTSwebsite in 2015 gemiddeld ongeveer 607 bezoekers per dag ontving. Dit aantal varieert tussen 230 (op 18/07/2015) en (op 03/11/2015) unieke bezoekers per dag. VOTAS III Het aantal unieke personen dat dagelijks gebruik maakt van VOTAS III wordt geïllustreerd in onderstaande grafiek. Het gaat hier over cursisten, docenten, cursusverantwoordelijken, Directeurs Sportkaderopleiding, het VTSsecretariaat, personeelsleden van verschillende Blosoafdelingen, sportfederaties, Vlabuspersoneel, enz. Gemiddeld maken meer dan 316,88 unieke gebruikers per dag gebruik van VOTAS, met een variatie van 60 tot 911 per dag. De piekperioden zijn duidelijk de maanden januari, juni en augustus met twee uitschieters begin november en december, wanneer het nieuwe opleidingsaanbod online stond. 161

166 Figuur: Aantal unieke gebruikers per dag van de VOTAS IIIdatabank in 2015 Er zijn binnen de VOTASdatabank van de Vlaamse Trainersschool heel wat documenten opgeslagen die vasthangen aan één of meerdere moduleorganisaties of één of meerdere opleidingen. O.a. het document veel gestelde vragen (7.750 downloads), vrijstellingstabel (4.025 downloads), het examenreglement (1.658 downloads), specifieke informatie voor de moduleorganisaties van het Algemeen Gedeelte, enz. werden duizenden keren gedownload. SportDBapp In 2015 werden er heel wat inspanningen geleverd om de nuttige informatie voor cursisten, docenten en cursusverantwoordelijken via de mobiele applicatie, SportDB app, toegankelijk te maken. Personen met een smartphone of tablet (ios en Android) kunnen via de applicatie een MijnBlosogebruiker aanmaken, persoonsgegevens wijzigen, een overzicht bekijken van de gevolgde opleidingen of bijscholingen en behaalde VTSkwalificaties, inschrijven voor opleidingen, het lessenrooster van een huidige cursus raadplegen, het adres opzoeken van een cursusorganisatie en de route berekenen, meldingen ontvangen van lastminute wijzigingen, enz. Gemiddeld gebruikten 127,93 personen per dag deze mobiele applicatie in Dag van de VTSmedewerker Op zaterdag 12 december 2015 werd voor de vijfde maal de Dag van de VTSmedewerker georganiseerd in het Blosocentrum Herentals. Met dit initiatief wil de afdeling Sportkaderopleiding de banden met de occasionele VTSmedewerkers versterken. Het is een gelegenheid om de VTSmedewerkers op een informele manier te bedanken voor hun inzet. Zo n dag geeft ook de kans om (nieuwe) beleidszaken te verduidelijken en mogelijke problemen die de VTSmedewerkers ervaren bij hun taak te detecteren en op te lossen. Met het oog op het verhogen van het deelnemersaantal werd een nieuw concept uitgewerkt. Er werd gekozen voor een avondsessie met walking dinner, een sporttakoverschrijdende voordracht rond motiverend coachen (Vital Heynen) en een ludieke algemene quiz met als gastquizmaster Ruben Van Gucht (VRT). In de 162

167 namiddag kregen de denkcellen de mogelijkheid een docentenbijscholing te organiseren. Vijf denkcellen (Wandelen, Atletiek, Zwemmen, Basketbal en Wielrennen) organiseerden een docentenbijscholing en het VTSsecretariaat organiseerde zelf een bijscholing rond het Algemeen Gedeelte Instructeur B en Trainer B en rond VOTAS. Aan het middagprogramma namen 81 VTSmedewerkers deel. Voor het avondprogramma schreven 118 personen in. Heel wat deelnemers kwamen echter niet opdagen. Een groot aantal deelnemers aan de docentenbijscholingen gingen na het walking dinner naar huis zodat er voor de voordracht van Vital Heynen nog een 80tal personen aanwezig waren. Op de quiz waren nog slechts 35 personen aanwezig. Dit deelnemersaantal voldoet niet aan de verwachtingen (beoogd aantal: 200 deelnemers, 10% van alle occasionele VTSmedewerkers). Redenen om niet op te dagen, kunnen zijn dat het gaat om een gratis initiatief waardoor men sneller afhaakt omdat men toch niets kan verliezen (geen verplichting), de locatie die niet centraal genoeg ligt, plotse tussenkomst van andere activiteiten, slechte datum (zaterdag in december, kerstperiode, examenperiode, opleidingen op zaterdag), enz. Er werd dan ook besloten om de Dag van de VTSmedewerker in de toekomst niet meer te organiseren, maar om op zoek te gaan naar andere manieren om onze medewerkers te motiveren, te bedanken en bij te scholen. 7. Ondersteuning cursisten Opleidingscheques Sinds 1 januari 2005 was de Vlaamse Trainersschool door de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming officieel erkend als opleidingsverstrekker inzake sport. Deze erkenning gaf cursisten de mogelijkheid om opleidingscheques voor werknemers te gebruiken voor de VTSopleidingen. Met ingang van 1/08/2010 besliste minister Muyters dat de opleidingscheques niet langer voor de trainersopleidingen konden worden gebruikt. De VTS blijft wel een erkende opleidingsverstrekker maar de opleidingscheques worden enkel nog aanvaard voor de beroepsgerichte opleidingen (Sportfunctionaris, Zwembadcoördinator, Basisredder en Hoger Redder) en in enkele specifieke situaties. In 2015 ontving de VTS van 19 cursisten opleidingscheques voor een waarde van Betaald Educatief Verlof Om tegemoet te komen aan de vraag van verschillende cursisten heeft de VTS in 2009 een aanvraag ingediend bij de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg om erkend te worden in het kader van de wetgeving op het Betaald Educatief Verlof. De Vlaamse Trainersschool is erkend als opleidingsverstrekker in het kader van het Betaald Educatief Verlof voor de beroepsgerichte opleidingen Sportfunctionaris (N gewijzigd in mei 2014 naar N219414), Zwembadcoördinator (N184510) en Basis en Hoger Redder (N184310). 163

168 De opvolging van het Betaald Educatief Verlof werd op 1 april 2015 overgeheveld van het federale naar het Vlaamse niveau. De controle gebeurt op het Departement Werk & Sociale Economie, de Dienst Competenties en Loopbanen Betaald Educatief verlof. Er werd 1 aanvraag geregistreerd voor de opleiding Sportfunctionaris. Eén persoon heeft een aanvraag ingediend voor de modules 3 en 4 in In het najaar 2015 werden geen nieuwe aanvragen geregistreerd. Voor de opleiding Hoger Redder werden drie aanvragen opgevolgd en voor Zwembadcoördinator werden twee aanvragen genoteerd in Competentieprofielen en Beroepskwalificatiedossiers + screening en remediëring opleidingen Competentieprofielen en Beroepskwalificatiedossiers (BKD) Sporttakgerichte opleidingen (BKD s Initiator t.e.m. Trainer A) In 2012 werden de Generieke Competentieroosters van de sporttakgerichte opleidingen op de niveaus Initiator, Instructeur B, Trainer B en Trainer A en de bijhorende Beroepskwalificatiedossiers (BKD s) ontwikkeld en ingeschaald op respectievelijk niveaus 4, 4, 5 en 6 in de Vlaamse Kwalificatiestructuur. De Generieke Competentieroosters vormden ook in 2015 de basis voor een sporttakoverschrijdende, uniforme houvast voor het screenen van bestaande opleidingen en een duidelijk afgelijnd kader voor de ontwikkeling van nieuwe opleidingen op een bepaald opleidingsniveau. Fitness De BKD s Fitnessbegeleider en Groepsfitnessbegeleider werden in de loop van november 2015 gevalideerd en begin 2016 ingeschaald binnen de Vlaamse Kwalificatiestructuur, beide als niveau 4. De dossiers zullen in 2016 door de Vlaamse Regering worden erkend en nadien worden opgenomen in de databank op de website rond de Vlaamse Kwalificatiestructuur. BKD Zwembadredder en Openwaterredder In juni 2014 werd door ISB, RedFed, ILS en Bloso het BKD Zwembadredder en Openwaterredder ingediend ter validatie door AKOV. In 2015 wenste de valideringscommissie van AKOV geruime tijd het BKD niet te valideren omdat ze alle profielen binnen een bepaalde cluster (in dit geval ook de Redder aan Zee) gezamenlijk wensten te behandelen. De opleiding en het competentieprofiel tot Redder aan Zee is in handen van WOBRA (WestVlaams opleidingscentrum voor Brandweer, Reddings en Ambulancediensten) waar het overleg met AKOV zeer moeizaam verliep. AKOV besloot dan ook in oktober 2015, na aandringen van de afdeling sportkaderopleiding, om het BKD Zwembadredder en Openwaterredder apart te behandelen en dit in een horizontale samenhang met het profiel van Redder aan Zee. In december 2015 werd het BKD gevalideerd. De inschaling van het BKD Zwembadredder en Openwaterredder gebeurde begin 2016 op niveau 4 in de Vlaamse Kwalificatiestructuur. De Vlaamse Regering zal dit in 2016 bekrachtigen. 164

169 Sneeuwsportleraar In 2015 kende het dossier omtrent sneeuwsportleraar weinig vooruitgang wegens andere prioriteiten bij Sneeuwsport Vlaanderen. De screening van de opleidingen in 2015 brachten de discussie wel weer verscheidene malen naar boven en de nood aan een apart profiel voor een sneeuwsportleraar was duidelijk. De verschillende profielen werden nogmaals in kaart gebracht zodat een nieuwe opleidingsstructuur kon uitgewerkt worden. De oorspronkelijke Trainer A blijft ook een must binnen deze opleidingsstructuur. In 2016 zal de opleidingsstructuur definitief gestructureerd worden en zal ook het competentieprofiel uitwerkt worden. Sneeuwsport Vlaanderen is reeds vragende partij om in 2017 een cursus Sneeuwsportleraar te organiseren dus zal hier in 2016 werk van maken. Andere opleidingen Zowel met de denkcellen Aikido, Dans, Duiken, Judo, Kano/Kajak, Karate als Schermen is er overleg geweest om verder uit te zoeken welke opleidingen passen binnen het generieke competentierooster en voor welke opleiding eventueel andere competentieprofielen nodig zijn. In 2016 zal verder uitgeklaard worden in welke sporttakken dit effectief zal leiden tot één of meerdere opleidingen, die worden ontwikkeld op basis van een alternatief competentieprofiel. Screening van de sporttakgerichte opleidingen van de Vlaamse Trainersschool In 2015 werd de screening van de sporttakgerichte opleidingen voortgezet. Deze screening werd geleid door het VTSsecretariaat en ondersteund door de liaisons van de universiteiten LO. Er werden 34 informatiemomenten georganiseerd waarop de screeningscommissies van 32 sporttakken werden geïnformeerd over de historiek van de nieuwe competentieroosters, het doel en het nut van deze roosters, de werkwijze van de screening en de gevolgen van de screening voor de werking van de denkcel. Er vonden 48 screeningsdagen plaats in Voor 46 sporttakken is de screening gestart, voor 25 sporttakken is de screening voltooid (70 opleidingen waarvoor een rapport werd opgemaakt) en voor 21 sporttakken werd de screening nog niet afgerond (58 opleidingen waarvoor deelrapport werd opgemaakt). De screening leidt tot heel wat ideeën voor optimalisering en neemt ongeveer vijf tot acht uur per opleidingsniveau in beslag. Zodra binnen een sporttak alle opleidingen van de verschillende opleidingsniveaus werden gescreend, is een screeningsrapport opgemaakt. Dit rapport bevat enerzijds voorstellen tot inhoudelijke en anderzijds voorstellen tot structurele aanpassingen. Naast de sporttakgerichte aanbevelingen, bevat het rapport eveneens sporttakoverschrijdende voorstellen. Deze zouden moeten leiden tot optimalisering van de inhoud en de aanpak van de basismodules enerzijds en tot een gericht aanbod van bijscholingen door de Vlaamse Trainersschool. Na bespreking en goedkeuring in de denkcel kan de aanpassing van start gaan. De screening van de nog niet gescreende opleidingen in meerdere van de 53 sporttakken wordt voortgezet in

170 Remediëring van de sporttakgerichte opleidingen van de Vlaamse Trainersschool Aansluitend op het proces van de screening van de opleidingen, werd in 2015 de remediëring verder ondersteund en begeleid vanuit het VTSsecretariaat op basis van de opgeleverde (deel)rapporten. Dit proces loopt in meerdere sporttakken tegelijkertijd. In 2015 werden in de 34 onderstaande sporttakken 65 opleidingsstramienen, op basis van het screeningsrapport, herwerkt en goedgekeurd door de betrokken denkcel. Onderstaand overzicht geeft een stand van zaken voor de verschillende sporttakken waarin in 2015 actie werd ondernomen en de fase waarin de herwerking zich momenteel bevindt. Aikido: Instructeur B Aikido Atletiek: Initiator Atletiek Baseball/Softball: Initiator Baseball/Softball Basketbal: Initiator en Instructeur B Basketbal Dansen: Initiator Rolstoeldans, Instructeur B Jazzdans en Instructeur B Standaarddans Duiken: Initiator Duiken Fitness: Initiator Groepsfitness Golf: Initiator en Trainer B Golf Gymnastiek: Instructeur B Algemene Gymnastiek, Instructeur B AGD, Instructeur B AGH, Instructeur B Acrogym, Instructeur B Trampoline en Instructeur B Tumbling, Handbal: Trainer A Handbal Hockey: Initiator, Instructeur B en Trainer B Hockey Judo: Initiator, Trainer B en Trainer A Judo JuJitsu: Initiator JuJitsu Karate: Initiator, Instructeur B en Trainer B Karate Krachtbal: Initiator Krachtbal Paardrijden: Initiator Paardrijden (Olympische disciplines) Risicovechtsporten: Trainer B Risicovechtsporten Roeien: Trainer B Roeien Rolschaatsen: Trainer B Skeeleren Ropeskipping: Initiator Ropeskipping Rugby: Trainer B Rugby Schermen: Initiator Schermen, Trainer B Floret, Trainer B Sabel en Trainer B Degen Schieten: Initiator Geweer en Pistoolschieten Skiën: Initiator Alpijns Skiën en Initiator Snowboard Squash: Initiator en Trainer B Squash Taekwondo: Initiator Taekwondo en Trainer B Taekwondo (sparring) Tennis: Initiator en Instructeur B Tennis Voetbal: Initiator Voetbal Volleybal: Initiator Volleybal Wandelen: Initiator Wandelen Wielrennen: Initiator Wielrennen, Trainer B Baanwielrennen, Trainer B Offroadwielrennen en Trainer B Wegwielrennen 166

171 Zeilen: Initiator Catamaranzeilen, Initiator Golfsurfen, Initiator Kitesurfen, Initiator Windsurfen en Instructeur B Zwaardboten Zeilwagenrijden: Initiator Zeilwagenrijden Zwemmen: Initiator, Instructeur B en Trainer B Zwemmen In een 2de fase wordt werk gemaakt van het uitschrijven van nieuwe of het herwerken van bestaande cursusteksten. In de 24 onderstaande sporttakken werden in de loop van 2015 voor de vermelde 35 opleidingsstramienen alle cursusteksten en vakinhouden herwerkt en goedgekeurd door de betrokken denkcel. Aikido: Initiator Aikido Atletiek: Initiator Atletiek Badminton: Initiator Badminton Dansen: Initiator Dans voor senioren, Initiator Rolstoeldans en Initiator Standaarddans Duiken: Initiator Duiken Golf: Initiator Golf Gymnastiek: Initiator Gymnastiek, Trainer B Tumbling, Trainer B AGH, Trainer B AGD en Trainer B Acrogym Handbal: Initiator Handbal IJsschaatsen: Initiator Shorttrack, Initiator IJsschaatsen en Initiator Kunstijsschaatsen JuJitsu: Initiator JuJitsu Korfbal: Initiator Korfbal en Trainer B Korfbal Roeien: Initiator Roeien Rolschaatsen: Initiator Rolschaatsen/Inlineskaten, Initiator Skateboarden en Initiator Skeeleren Risicovechtsporten: Trainer B Risicovechtsporten Ropeskipping: Initiator Ropeskipping Rugby: Initiator Rugby Schermen: Initiator Schermen Schieten: Initiator Geweer en Pistoolschieten Skiën: Initiator Alpijns skiën en Initiator Snowbord Squash: Initiator Squash Tennis: Initiator Tennis Triatlon/Duatlon: Initiator Triatlon/Duatlon Voetbal: Initiator Voetbal Waterski: Initiator Waterski Naast deze concrete verwezenlijkingen zijn er in tal van sporttakken werkgroepen opgestart om de remediëring op te starten of is hiertoe de aanzet gegeven vanuit het VTSsecretariaat. De remediëring van de gescreende opleidingen zal verder lopen in

172 9. Opleidingsstramienen Elke opleiding van de Vlaamse Trainersschool is gebaseerd op een opleidingsstramien. Een opleidingsstramien omvat de doelstellingen en de toelatingsvoorwaarde(n) van een opleiding, de volgorde van de modules en een opsomming van de modules, vakken en uren. Het opleidingsstramien is de enige referentienorm voor de erkenning en de organisatie van cursussen, alsook voor het examineren en delibereren. Voor onderstaande analyse werd de situatie gebruikt zoals deze op 1 januari 2015 bestond, m.a.w. het ogenblik waarop de opleidingsstramienen voor het volgende cursusjaar vast zouden moeten liggen. Cijfers kunnen hierdoor licht verschillen van de cijfers m.b.t. moduleorganisaties, inschrijvingen, gediplomeerden, enz. verder in dit jaarverslag. Op 1/1/2015 waren er 263 actieve opleidingsstramienen, verdeeld over 244 sporttakgerichte opleidingen, 10 aanvullende sporttakgerichte opleidingen, 4 beroepsgerichte en 5 begeleidingsgerichte opleidingen. Dit is nagenoeg identiek aan de getallen in 2014, doch er zijn heel wat opleidingen die inhoudelijk gewijzigd werden, enkele opleidingen die gearchiveerd werden en enkele nieuw opgestarte opleidingen. Van alle beschikbare opleidingsstramienen werden er 271 (82,51%) georganiseerd. Dit is een lichte daling ten opzichte van 2014 omwille van de correctere planning op basis van de reële noden. Er werden in 2015 in 54 sporttakken (identiek aan 2014) opleidingen aangeboden, waarvan in 47 sporttakken ook effectief opleidingen werden georganiseerd. Sporten met meerdere disciplines hebben ook meerdere opleidingsstramienen. Van de 54 sporttakken hebben er 18 (33,3%) het facultatieve opleidingsniveau Aspirant Initiator uitgewerkt (opgelet: situatie 1/1/2015), 54 sporttakken (100%) hebben een opleiding op niveau Initiator, 23 sporttakken (42,6%) beschikken over het opleidingsniveau Instructeur B, 35 sporttakken (64,8%) hebben een opleiding op niveau Trainer B en 25 sporttakken hebben een opleidingsniveau Trainer A (46,3%). Het aantal uren van een opleidingsstramien verschilt per opleidingsniveau: AspirantInitiator: exact 16u (dit werd door de VTS voor elke sporttak zo vastgelegd) Initiator: gemiddeld 66,33u (t.o.v. 65,66u in 2014) Instructeur B: gemiddeld 93,17u (t.o.v. 92,51u in 2014) Trainer B: gemiddeld 144,50u (t.o.v. 127,72u in 2014, een duidelijke stijging) Trainer A: gemiddeld 177,56u (t.o.v. 175,21u in 2014) De meeste opleidingen bestaan net zoals in 2014 uit 4 modules: Module 1: Algemeen Gedeelte Module 2: Sporttechnische module Module 3: Didactisch methodische module Module 4: Stagemodule Voor sommige sporten met meerdere disciplines is module 2 opgesplitst in een disciplineoverschrijdende module (2A) en een sporttechnische module (2B). In totaal beheert de VTS unieke vakken, waarvan verschillende vakken voor de sporttakgerichte opleidingen (nagenoeg identiek aan 2014). Dit totaliseert mogelijke lesuren (voor sporttakgerichte opleidingen ,5), met voor de sporttakgerichte opleidingen volgende resultaten: 168

173 AspirantInitiator: 288 mogelijke lesuren, 85 unieke vakken Initiator: 3.948,5 mogelijke lesuren, 561 unieke vakken Instructeur B: mogelijke lesuren, 289 unieke vakken Trainer B: mogelijke lesuren (een duidelijke stijging), 486 unieke vakken Trainer A: mogelijke lesuren, 390 unieke vakken De verhouding van het aantal uren theorie (T) en stage (S) ten opzichte van het totaal aantal uren, kent een stijgende tendens naarmate het opleidingsniveau toeneemt. De verhouding van het aantal uren praktijk (P) ten opzichte van het totaal aantal uren neemt af naarmate het opleidingsniveau stijgt. Zie hiervoor ook onderstaande tabel. Niveau Som van Theorie Som van Praktijk Som van Stage Totaal AspirantInitiator 17,36% 82,64% 0,00% 100,00% Initiator 25,23% 51,75% 19,02% 100,00% Instructeur B 30,68% 45,43% 23,89% 100,00% Trainer B 28,41% 31,80% 39,79% 100,00% Trainer A 26,40% 21,54% 52,06% 100,00% Eindtotaal 27,99% 35,16% 36,84% 100,00% Ten opzichte van 2014 is er een daling van ongeveer 2% van het aantal theorieuren en een verschuiving naar meer stageuren (werkplekleren), zeker op het opleidingsniveau Trainer B en in mindere mate bij Initiator. 10. EVC/EVK Het erkennen van eerder verworven competenties (EVC) wordt aanzien als een belangrijk instrument in het kader van levenslang leren en de inzetbaarheid van personen op de arbeidsmarkt. Door de snelle veranderingen die plaatsvinden in de huidige samenleving is het noodzakelijk dat mensen zich blijven ontplooien. Deze verdere evolutie kan op vele plaatsen en momenten plaatsvinden: binnen formele na en bijscholingstrajecten, maar ook tijdens meer informele processen zoals lerenopdewerkplek, het bijwonen van lezingen en conferenties of door zelfstudie. De competenties die op deze manier ontwikkeld worden, kunnen vergelijkbaar zijn met de einddoelen van de formele leertrajecten. Dit proces wordt vanuit Europa gestuurd. EVK staat voor eerder verworven kwalificaties: competenties die men via formele opleidingen heeft verworven en die resulteerden in een diploma, getuigschrift of attest. De sport is één van de grootste werkgebieden waar competenties worden opgedaan en één van de grootste stageverlenende sectoren waar heel wat mensen actief zijn. Ook VTS wordt steeds meer geconfronteerd met EVC/EVKaanvragen. In functie hiervan werd in 2008 een EVC/EVKgids opgemaakt waarin duidelijk omschreven is wat wordt bedoeld met EVC en EVK en wie in aanmerking komt voor een dergelijke procedure. Deze gids wordt regelmatig geüpdatet en is raadpleegbaar op de VTSwebsite. De EVC/EVKprocedure is in voege sinds februari Het afhandelen van een EVC/EVKprocedure is een zeer arbeidsintensief proces. In 2015 werden 4 EVC en 14 EVKaanvragen behandeld. 169

174 De 4 ingediende EVCportfolio s werden ontvankelijk verklaard. Op basis van zijn portfolio en competentiepeiling werd 1 kandidaat gelijkgesteld met de VTSkwalificatie Initiator Risicovechtsporten. Voor 2 kandidaten leverde de EVCprocedure geen gelijkstelling of vrijstellingen op. De laatste kandidaat dient nog een beheersingsproef af te leggen in Bovendien vonden in 2015 nog 3 competentiepeilingen plaats van dossiers die werden ingediend en ontvankelijk verklaard in Deze 3 kandidaten werden o.b.v. hun portfolio en competentiepeiling gelijkgesteld met volgende VTSkwalificaties: Trainer A Volleybal, Trainer A Zwemmen, Trainer B Kano/Kajak vlak water. Zeven andere kandidaten startten de EVCprocedure op in Zij hebben nog tijd om hun EVCportfolio op te stellen en in te dienen. In 2015 behandelde de Vlaamse Trainersschool 14 EVKdossiers. Tien eerder verworven kwalificaties (zie onderstaande tabel) werden geassimileerd met een VTSkwalificatie. Eén persoon kon worden gelijkgesteld met AspirantInitiator Zeilen, maar dit is een attest en geen kwalificatie. Een andere persoon werd vrijgesteld van het vak Meten en evalueren van het prestatievermogen uit de module 1 van Trainer A. Een laatste persoon werd een vrijstelling toegekend van de module 1 Algemeen Gedeelte t.e.m. niveau Trainer A. Eerder verworven kwalificatie Fitnesstrainer A + Fitnesstrainer B Fit!vak International Certificate in Personal Training NASM + Bachelor LO KHLimburg Taekwondo Instructeur Wingate Institute + Taekwondo Trainer Givat Washington Educational Campus Bachelor degree in Sports, Teachers qualification Faculty of Sports and Health of Vilnius Pedagogical University Tenniscoach (licentie C) Koninklijke Nederlandse Lawn Tennis Bond Verschillende trainerskwalificaties in het skiën Afsprakennota met Vives uit 2014 (2 pers.) Asprakennota met Howest Golfprofessional B, afgeleverd door de Fontys Sporthogeschool), VTSkwalificatie Instructeur B Individuele Fitness + vrijstelling module 1 t.e.m. niveau Trainer B Trainer A Fitness Personal Trainer Trainer B Taekwondo Sparring Initiator Basketbal + vrijstelling module 1 t.e.m. Trainer A Trainer A Tennis Initiator Alpijns Skiën + vrijstelling Anatomie, Communicatie, Fysiologie en Sportfysiologie en Biomechanica + vrijstelling M2A, M2B, M3 en M4 van Instructeur B Alpijns Skiën Trainer B Voetbal Instructeur B Voetbal Trainer B Golf Bovendien werd een collectieve EVKaanvraag van Howest behandeld. Op basis van het volledige dossier werden de studenten die hiervoor in aanmerking kwamen, vrijgesteld van de module 1 Algemeen Gedeelte op de niveaus Initiator, Instructeur B en Trainer B. Zeven kandidaten startten de EVKprocedure op, maar hebben tot op heden geen bewijsstukken aangeleverd. De Vlaamse Trainersschool kreeg daarnaast veel vragen m.b.t. EVC en EVK, maar deze resulteerden niet in volwaardige dossiers. In juli 2015 ging de nieuwe EVCprocedure in voege. De basisprincipes van de oorspronkelijke EVCprocedure blijven in de nieuwe procedure behouden, maar er 170

175 werden enkele vereenvoudigingen i.f.v. de aanvrager doorgevoerd. De aanpassingen gebeurden in samenspraak met de sportfederaties. 11. Publicatiefonds Om de nood aan sportspecifieke en gespecialiseerde informatie bij trainers, sportbegeleiders en bestuurders op te vullen, werd op 21 april 2005 het Publicatiefonds Vlaamse Trainersschool (PVTS) opgestart waarbij het Bloso fungeert als uitgever. Het Publicatiefonds VTS beschermt (via een wettelijk depot en ISBNnummer) in de eerste plaats de eigen cursusteksten en geeft tevens werken uit die rechtstreeks verband houden met het opleidingsaanbod van de VTS. De prijs van de publicaties is bewust zeer democratisch gehouden om iedereen de kans te bieden een kwaliteitsvol product aan te kopen. In 2015 werd er binnen het PVTS één nieuwe publicatie toegevoegd: de verouderde CDrom Praktische oefenstof voor zwembegeleiders werd opgefrist, voorzien van het nieuwste beeldmateriaal en omgedoopt tot de DVD Gestructureerde zwemstijlen. Ook werden er aanpassingen doorgevoerd in de moduleteksten Hoger Redder (Redding 1 en 2 + Reanimatie 1 en 2) en werd het nieuwe vak Functioneren toegevoegd aan de map Hoger Redder. Een herdruk vond plaats voor het Algemeen Gedeelte Initiator, de sportspecifieke map AspirantInitiator Atletiek, de mappen Hoger Redder en mappen Multimove. Hieronder volgt u een overzicht van de publicaties van het PVTS met het aantal verdeelde exemplaren in 2015: Map Algemeen Gedeelte Initiator: Map Algemeen Gedeelte Instructeur B: 994 Map Algemeen Gedeelte Trainer B: 680 Map Algemeen Gedeelte Trainer A: 77 Moduleteksten Hoger Redder: AspirantInitiator Atletiek: 353 Bewegen met kleuters: 43 Bewegen met kleuters (navulpakketten): 41 CDROM Interactief Paardrijden Initiator: 4 Zeilen: van basis tot Abrevet: 18 Praktische oefenstof voor het plannen van badmintontrainingen: 22 CDROM Praktische oefenstof voor zwembegeleiders: 0 DVD Gestructureerde zwemstijlen: 922 DVD Watergewenning: 739 Map Multimove: 63 De sterke stijging is voornamelijk te wijten aan de grotere verdeling van mappen Hoger Redder en de nieuwe versie van de DVD Gestructureerde zwemstijlen. De verdeling van de map AspirantInitiator Atletiek wordt volledig door de Vlaamse Atletiekliga gerealiseerd. Eenzelfde werkwijze wordt gehanteerd door de Gymnastiekfederatie Vlaanderen voor de verdeling van de publicatie Bewegen met kleuters en de navulpakketten hiervan. 171

176 Alle publicaties zijn te raadplegen op Specifieke projecten en nieuwe initiatieven AspirantInitiator In 2015 werden voor het zevende jaar op rij opleidingen AspirantInitiator georganiseerd. De grondslag bij deze opleiding was enerzijds de nood bij een aantal sportfederaties aan gekwalificeerde helpers tijdens de clubtrainingen en anderzijds de stelling van het werkveld (de sportclubs) dat de drempel tot het volgen van een Initiatorcursus vaak te hoog is. Nieuw is dat de organisatie als erkende cursus vanaf de 2 e helft 2015 nog enkel berustte bij de sportfederatie. Uitgangspunt hierbij is dat de sportfederaties bij het promoten en inplannen van nieuwe cursusorganisaties AspirantInitiator (meer) rekening (kunnen) houden met de geografische spreiding ervan en deze (beter) kunnen afstemmen op de planning van de hogere opleidingsniveaus. Samenwerking met gemeentelijke/ provinciale sportdiensten blijft uiteraard aangewezen waar opportuun. In 2015 was het mogelijk om voor volgende sporttakken een AspirantInitiator cursus aan te vragen: atletiek, badminton, gymnastiek, handbal, hockey, judo, jujitsu, karate, korfbal, paardrijden, rolschaatsen, ropeskipping, schermen, taekwondo, tafeltennis, tennis, volleybal, zeilen en zwemmen. 172

177 Sporttakken 2015 Aanbod Gerealiseerd Organisator Ingeschreven cursisten Geattesteerde cursisten Atletiek VAL Badminton 3 3 Badminton Vl.+GS Gymnastiek (2 e 4 4 GS+Sporta helft van 2015 werd deze opleiding herwerkt) Handbal 4 3 GS+VHV Hockey 7 7 VHL Judo 2 2 GS+VJF JuJitsu 6 6 VJJF Karate 1 1 GS 7 7 Korfbal 3 3 KBKB Paardrijden 2 2 GS+PS 3 0 Rolschaatsen 1 0 VRB 0 0 Ropeskipping 1 1 BRSF Schermen Taekwondo Tafeltennis 2 2 VTTL Tennis Tennis Volleybal (2 e helft van 2015 werd deze opleiding gearchiveerd) Er werden in totaal 99 moduleorganisaties (t.o.v. 105 in 2014) aangeboden waarvan er 97 (t.o.v. 100 in 2014) effectief werden gerealiseerd. Het aantal gerealiseerde moduleorganisaties is min of meer gelijk gebleven ten opzichte van vorig jaar, met voor een aantal sporttakken een lichte stijging. In totaal waren er cursisten (t.o.v cursisten in 2014) ingeschreven waarvan er (t.o.v in 2014) slaagden en dus een attest ontvingen. Multimovebegeleider Vlaanderen 3 3 GS Zeilen 3 3 VYF Zwemmen GSF+SPORTA GS TOTAAL In 2015 werden 44 moduleorganisaties (24 keer module 1; 20 keer module 2) van de opleiding Multimovebegeleider georganiseerd. 593 cursisten behaalden het attest Multimovebegeleider via het opleidingsaanbod van de VTS. In het leerplan Lichamelijke Opvoeding van het lager onderwijs van het GO! werd Multimove voor kinderen geïmplementeerd en wordt de aandacht gevestigd op het belang van een brede motorische ontwikkeling bij jonge kinderen. Naar aanleiding hiervan werd aan de VTS gevraagd om een vormingsaanbod voor de leerkrachten rond Multimove te voorzien. Er werden 3 vormingssessies georganiseerd (Brussel, Diest, Oostkamp) waarin zowel het theoretische concept van Multimove werd toegelicht als een praktijkinvulling werd gegeven. 62 leerkrachten van het GO! volgden deze bijscholing. Gezien de positieve evaluatie wordt dit vormingsaanbod in 2016 verder gezet. Onderstaande hogescholen bieden Module 1 van de opleiding Multimovebegeleider aan binnen het curriculum van de studenten. Studenten die aanwezig zijn tijdens de les en 173

178 die de lesgeversmap aankopen, verkrijgen het attest voor module 1 (en zijn later vrijgesteld van module 2). Hogeschool WestVlaanderen voor de afdeling LO/BR in de lerarenopleiding secundair onderwijs Hogeschool WestVlaanderen voor de lerarenopleiding kleuteronderwijs Hogeschool Gent voor de afdeling LO/BR in de lerarenopleiding secundair onderwijs Hogeschool PXL voor de afdeling LO/BR in de lerarenopleiding secundair onderwijs Vives voor de afdeling LO/BR in de lerarenopleiding secundair onderwijs UCLL voor de lerarenopleiding kleuteronderwijs Aan de KU Leuven, VUB en UGent wordt module 1 in principe gedoceerd in 3 e Bachelor LO. Studenten die aanwezig zijn tijdens de les en die de lesgeversmap aankopen, verkrijgen het attest voor module 1 (en zijn later vrijgesteld van module 2). Risicovechtsporten Ook in 2015 vonden drie gezamenlijke denkcelvergaderingen voor Taekwondo, Boksen en Risicovechtsporten plaats. Dit gezamenlijk overleg blijft vlot verlopen. In 2015 organiseerde de denkcel Risicovechtsporten van de Vlaamse Trainersschool in het voorjaar een opleiding Initiator Risicovechtsporten en Initiator Boksen. Er werd in de loop van 2015 een nieuwe opleiding Trainer B Risicovechtsporten ontwikkeld en in het najaar van 2015 voor het eerst georganiseerd. In het najaar werd ook de opleiding Initiator Taekwondo georganiseerd. De Vlaamse Trainersschool heeft in 2015 opnieuw geparticipeerd in de Expertencommissie Risicovechtsporten, waarvan een installatievergadering plaatsvond in augustus. De expertencommissie kwam in afspraak met de leden van de vergadering slechts beperkt samen in functie van de noodzaak tot vergaderen. De werkzaamheden handelden over het huishoudelijk reglement van deze commissie en over de initiatieven van het Risicovechtsportenplatform, met betrekking tot het ontwikkelen van een kwaliteitsstandaard voor de organisatie van de risicovechtsportbeoefening. De Vlaamse Trainersschool participeerde ook verder in de stuurgroep van het Risicovechtsportenplatform dat tracht de generieke richtlijnen van de expertencommissie in het werkveld ingang te doen vinden in overleg met de risicovechtsportfederaties. Daartoe vond ook in 2015 een organisatie plaats van de Dag van de Risicovechtsporten ; dit keer te Brussel. Voorts werkte het Platform aan de uitbreiding van haar contacten met het werkveld en werd er heel wat energie gestoken in de voortzetting van de samenwerking met de medische werkgroep. Het Platform werkte intens samen met VUB op zoek naar de mogelijke ontwikkeling en het delen van expertise over vechtsport en legde internationale contacten in onder meer Nederland en GrootBrittannië op zoek naar internationale kennis. In functie van een goede opvolging van risicovechtsporters die een verhoogd risico lopen, werd verder gewerkt aan de ontwikkeling van een RVSdatabank met een inlogniveau en een toolbox voor artsen. Er werden ook twee opleidingsmomenten georganiseerd voor artsen met interesse in de vechtsportsector. De databank werd in 2015 ook uitgetest met drie risicovechtsportfederaties: VVA, VKBM²O en de Vlaamse Boks Liga. De bevindingen werden geformuleerd en zullen na het aflopen van de testfase worden gerapporteerd. 174

179 Er werd door het Platform geparticipeerd in de organisatie en inhoudelijke invulling van een congres te Antwerpen (september 2015) rond het thema How to deal with the medical concerns and controversies of risk associated martial arts. Er werd verder gewerkt aan de bewustmaking die eerder werd opgezet: Dag van de Risicovechtsporten, intentieverklaringen, clubactie, intervisiemomenten. De in 2014 opgezette clubactie telde een deelname van 13 nieuwe clubs. Vijf clubs namen aan de actie deel via de Antwerpse veiligheidsscan. Elearning VTS streeft naar een kwantitatieve en kwalitatieve aanwezigheid van didactisch materiaal in de cursussen. In 2015 werd in dit kader de ontwikkeling van elearning pakketten voor het Algemeen Gedeelte Instructeur B en Trainer B verder uitgewerkt. De nieuwe vakken Multimedia (Instructeur B) en Biomechanica (Trainer B) werden via professionele filmopnames en met behulp van bestaande didactische hulpmiddelen opgenomen. Gebaseerd op de inhoudsopgave van de syllabus werden deze opnames verknipt in bruikbare filmfragmenten en via een streamingwebsite beschikbaar gesteld via VOTAS III. De elearningopnames blijven ter beschikking van iedereen die ingeschreven is voor de basismodules Algemeen Gedeelte Instructeur B en/of Algemeen Gedeelte Trainer B. Ook alle studenten LO krijgen de mogelijkheid om deze opnames te bekijken. Eind 2015 werd ook de opstart gemaakt om het vak Trainingsmethodiek (Trainer B) opnieuw op te nemen, naar aanleiding van de aanpassingen binnen dit vak. Algemeen Gedeelte Algemeen Gedeelte Initiator voor laaggeschoolden In 2015 werd, i.s.m. Antwerpen Sportstad vzw, het proefproject Algemeen Gedeelte voor laaggeschoolden voor een vierde maal georganiseerd. Via dit proefproject werden laaggeschoolde groepen die niet zo makkelijk de weg vinden naar een VTSopleiding, gestimuleerd om het Algemeen Gedeelte als eerste stap in het opleidingstraject te volgen. Vooral de randvoorwaarden worden in functie van de doelgroep aangepast: meer lesuren moeten ervoor zorgen dat de docent interactiever kan te werk gaan, de cursus vindt plaats in een gekende setting, er wordt gekozen voor docenten die ervaring hebben in het lesgeven aan deze doelgroepen 14 cursisten namen deel, waarvan 13 cursisten slaagden. Ondertussen zijn ook heel wat cursisten uit de vorige proefprojecten doorgestroomd naar de vervolgmodules van o.a. de Initiator Voetbal, Initiator Basketbal, Bewegingsanimator, Jogbegeleider. Herwerking inhoud Binnen de basismodule Algemeen Gedeelte Instructeur B werden alle vakken geactualiseerd en aangepast aan de generieke competenties. De workshop van 2u die integraal deel uitmaakte van het vak Communicatie werd verschoven naar de specifieke modules en het nieuwe vak Multimedia (2u) werd toegevoegd. Ook binnen de basismodule Algemeen Gedeelte Trainer B werden alle vakken geactualiseerd en aangepast aan de generieke competenties. Het vak Antidoping (2u) werd vervangen door het nieuwe vak Biomechanica (2u). De aangepaste cursusteksten en opleidingsstramienen van zowel Instructeur B als Trainer B zullen van kracht zijn vanaf 1 januari Er was een bijscholing over deze 175

180 actualisering van de basismodules voor de docenten op 12 december 2015 in Herentals tijdens de Dag van de VTSmedewerker. Er is een powerpoint beschikbaar over de wijzigingen per vak. Ethiek en didactische werkvormen Gezond sporten en het creëren van een ethisch sportklimaat zijn belangrijke beleidsdoelstellingen in het huidige Vlaamse sportbeleid. Omdat hierin een belangrijke rol is weggelegd voor de sportbegeleider, werd door het Strategisch Lerend Netwerk over ethiek in de sport 2015 geselecteerd als het jaar waarin het ethisch begeleiden onder de aandacht werd gebracht. De Vlaamse Trainersschool heeft in samenwerking met ICES, haar steentje bijgedragen met de campagne Is kiezen verliezen?. De campagne liep van maart 2015 t.e.m. december Elke maand werd aan de hand van een cartoon een, voor een trainer herkenbaar, ethisch dilemma geschetst. Deze cartoon werd geflankeerd door een begeleidende tekst waarin mogelijke oplossingen en tips worden aangereikt om trainers te helpen in de omgang met de specifieke probleemsituatie. Inspiratie werd gehaald uit bestaande initiatieven, ideeën uit verschillende sporttakken, onderzoeksgegevens uit studies, enz. die vertaald zijn naar de sportpraktijk van veel trainers. Enkele voorbeelden worden hieronder weergegeven: Elke maand werd naar alle relevante contacten (± personen) uit de VOTASdatabank een gestuurd met de cartoon en een link naar de begeleidende tekst en de website van de campagne. Verdere verspreiding gebeurde via sociale media, een nieuwsbericht op de homepage van de Blosowebsite, de nieuwsbrief Sport Voor Allen, de VTSnieuwsbrief en via de partners (bv. ICES vzw, Vlaamse Sportfederatie vzw, sportfederaties, ISB vzw, departement CJSM, ). 176

181 Onevenwichtig kampen Te hoge verwachtingen Winnen primeert Gebrek aan fair play Agressief spel Grenzen overschrijden Geen beperkingen aanvaarden Onder druk zetten Ongelijke kansen Beslissingen aanvechten Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober November December De campagne verscheen ook in kranten en op radio: Onderstaande tabel geeft de cijfers weer van het bereik van de campagne via de verschillende kanalen. VTS flash Openingsgraad (%) 39,96 41,08 36,53 27,98 34,49 32,04 30,4 31,15 26,67 24,52 Doorklikgraad (%) 9,53 9,43 2,85 5,65 6,74 5,49 5,36 5,8 3,79 3,73 Sociale media Facebook Bereik Likes Shares Twitter Retweet Website Favorite Pageviews (totaal) Downloads tekst (per brief) De Vlaamse Trainersschool heeft een inhoudelijke rol te vervullen naar trainers die in opleiding zijn en via een sporttakoverschrijdend bijscholingsaanbod. Daarnaast is een sporttakoverschrijdende sensibilisering van de actieve trainers in de sportclubs eveneens een kerntaak. In het eindrapport van het onderzoeksproject van ICES vzw in 2014 werden enkele dimensies van het ethisch begeleiden gedefinieerd: individuele integriteit (lichamelijk, 177

182 seksueel, psychisch), fair play, sociale integriteit, enz. Er zijn echter ook een aantal dimensies die vaak onderbelicht worden zoals bv. onaangepaste competitie, onder druk gezet worden, doping, overbelasting van kinderen, enz. In heel wat studies worden de problemen wel duidelijk gesteld, maar worden vaak geen concrete oplossingen aangeboden. Eén van de inhoudelijke doelstellingen van de campagne was aantonen dat er vanuit de Vlaamse Trainersschool wel degelijk concrete oplossingen kunnen aangereikt worden voor trainers. In de opleidingen van de Vlaamse Trainersschool komen reeds heel wat invalshoeken rond ethisch begeleiden aan bod binnen verschillende competenties. Het basisprincipe dat in de opleidingen gebruikt wordt, is om ethiek niet te laten afschrikken door het als dusdanig als een apart thema te behandelen, maar eerder als een rode draad te verweven in alle opleidingsonderdelen. In het Generieke Competentierooster is er bij elk van de 5 kerntaken van de trainer (Initiator, Instructeur B, Trainer B en Trainer A) gekozen om ethisch handelen als uitgangspunt te nemen. Dit vertaalt zich in een aantal kenniselementen en vaardigheden waarin expliciet of impliciet het ethisch handelen is opgenomen. Niet alleen in de algemene modules maar ook in de sportspecifieke modules en de stages moet dit geconcretiseerd worden door de denkcellen. Tijdens het screenings en remediëringsproces van alle opleidingen zal er extra aandacht gaan naar het al dan niet opgenomen zijn van de expliciete en impliciete competenties rond ethisch handelen. Richtsnoeren (uitgewerkt door de sportfederaties) vanuit het GESdecreet zouden door elke denkcel moeten geconcretiseerd worden in de opleidingen. Vanzelfsprekend moeten ook de docenten hierin opgeleid, bijgeschoold en begeleid worden. Een andere doelstelling van de campagne was om elke trainer die actief is in Vlaanderen duidelijk te maken dat er tijdens trainingen of wedstrijden heel wat juiste keuzes gemaakt moeten worden in contacten met (jeugd)sporters en hun ouders. Sommige keuzes liggen voor de hand en worden niet in twijfel getrokken, andere keuzes zijn minder vanzelfsprekend. Via de campagne werd beoogd trainers de meest ethische oplossing (vaak niet de gemakkelijkste) te laten kiezen door voorbeelden uit heel wat verschillende sporttakken aan te reiken. Het was de bedoeling aan te tonen dat een WINWIN situatie kon gecreëerd worden voor sporter en trainer (en sportclub en ). De keuze van de ethische dilemma s zelf werd eveneens goed uitgebalanceerd, bv. door variatie man/vrouw, coach/sporter, diversiteit, gekozen sporttakken, aandacht voor materiële aspecten in de cartoons. Tijdens de inhoudelijke evaluatievergadering met het VTSsecretariaat kwam hier o.a. naar voor: de afbeeldingen spreken aan en worden als sterke beelden ervaren; het nieuwe materiaal (cartoon, nieuwsbrief, artikels, ) wordt als vernieuwend beschouwd. Over een aantal van de aangehaalde thema s werd in de sport weinig tot niets gepubliceerd. de inhoud van het materiaal kan/zal nog gebruikt worden indien er zich in de sport incidenten voordoen. Het ontwikkelde materiaal mag niet als een éénmalige actie beschouwd worden. men ziet het belang van duiding en diepgang in, maar de nieuwsbrieven mogen niet te uitgebreid zijn/worden. Om de campagne af te ronden komt er in het voorjaar van 2016 nog heel wat opvolging: Er komt nog een vorm van slotbeschouwing die onder eenzelfde vorm als de nieuwsbrieven verspreid zal worden. 178

183 In de tekst didactiek van het Algemeen Gedeelte Initiator zullen de cartoons en bepaalde delen van de inhoud van de nieuwsbrieven opgenomen worden. In het vak Taakomschrijving van de Initiator wordt ruimte voorzien om het ethisch handelen van de trainer meer onder de aandacht te brengen. Om de DSKO s vertrouwd te maken met de thema s van de campagne, wordt een interactieve workshop ontwikkeld waarin ze met het cursusmateriaal van hun sporttak aan de slag gaan. Over de concrete realisatie wordt nog nagedacht. Tot slot werden bij de start van het cursusjaar 2016 nieuwe clipboards van de VTS in gebruik genomen (zie eerder in jaarverslag). Elke cursist ontvangt bij de start van een cursus zo n clipboard. Er werden 5 versies ontworpen met telkens 2 cartoons (= ethische dilemma s) op de achterzijde van het clipboard die aandacht vragen voor het ethisch handelen van de trainer en waarop een verwijzing wordt gemaakt naar de campagne/website via een QRcode. Een voorbeeld van deze clipboards is terug te vinden onder punt 4 Promotie en communicatie. Fitnessopleidingen voor gedetineerden In samenwerking met De Rode Antraciet werd in 2015 de Initiator Fitness in de gevangenis van Hasselt opgestart. De modules van het Algemeen Gedeelte Instructeur B en Trainer B werden ingericht als externe cursusorganisatie voor de gevangenis van Leuven. Mfactor De Vlaamse Regering kende eind 2013 een subsidie toe aan het project Motiverend coachen: de rol van de jeugdcoach als hefboom tot levenslang sporten. KU Leuven werd hierbij aangeduid als coördinerende instelling, bijgestaan door UGent en BES (Bloso Expertenplatform Sportpsychologie). Ook VTS nam een rol op binnen de stuurgroep van dit project, met als betrachting het implementeren van de resultaten in de VTSopleidingen. Globale doelstelling is om na te gaan wat een motiverende coachingstijl is bij diverse doelgroepen (jeugd, (jong)volwassenen, recreatieve of competitieve sporten) en hoe de coachingstijl kan aangepast worden om de motivatie van de sporters te verhogen. Gebaseerd op de zelfdeterminatietheorie worden enerzijds infosessies gegeven en anderzijds praktijkgerichte workshops. Daarnaast is er nog flankerend wetenschappelijk onderzoek door de universitaire instellingen. In 2015 werd het wetenschappelijk onderzoek verder gezet en werden initiatieven genomen om resultaten hiervan te implementeren in de opleidingen VTS (bv. integratie Mfactorsessies binnen VTS Plus, mogelijkheid tot (docenten)sessie op de Dag van de Trainer in 2016, integratie van de vragenlijst in cursusmateriaal VTS, enz.). De infosessies en workshops, gegeven door BES, lopen door en worden via de communicatiekanalen van VTS gepromoot. Meer info: 179

184 13. Doelgroepgerichte en begeleidingsgerichte opleidingen Diversiteit en toegankelijkheid Het verhogen van de knowhow en de expertise met betrekking tot diversiteit en toegankelijkheid is een blijvend aandachtspunt binnen het opleidings en bijscholingsaanbod van de VTS. In de denkcel Gehandicaptensport en de opleidingsfora Sportende senioren en Recreatieve sportbeoefening is de focus op specifieke doelgroepen structureel verankerd en wordt er op toegezien dat de noden en vragen van de specifieke doelgroepen worden besproken. Net zoals de voorbije jaren waren VTS en Bloso in 2015 actief betrokken in diverse werkgroepen die werden samengebracht op initiatief van het kabinet Sport, nl. de strategische structuur Seniorensport, de stuurgroep Gsport Vlaanderen, de strategische structuur Sport en Interculturaliteit en de strategische structuur Sport en Armoede. In elk van deze werkgroepen waren de begrippen trainersopleidingen en competenties onderwerp van discussie. Gehandicaptensport Het opleidingsaanbod Gehandicaptensport voor gekwalificeerde Initiators, Instructeurs B of Trainers B/A werd in 2015 op hetzelfde elan van de voorbije jaren verder gezet. In 2015 werd de sporttakoverschrijdende module Begeleiden van sporters met een handicap 3 maal aangeboden, die alle 3 ook effectief zijn doorgegaan. Daarnaast werden de sportspecifieke modules voor Gymnastiek, Judo, Paardrijden en Voetbal aangeboden. Er werd eveneens een Algemeen Gedeelte Initiator georganiseerd (i.f.v. de disciplines Goalbal/Torbal en Boccia). De opleidingen Gehandicaptensport behaalden opnieuw een hoge tevredenheidscore van de cursisten. De denkcel blijft echter vaststellen dat het alsmaar moeilijker wordt om voldoende cursisten te motiveren voor de sporttakspecifieke modules. De huidige opleidingsstructuur voor de Gsportopleidingen blijkt voor heel wat cursisten enkele belangrijke obstakels te bevatten. In 2012 en 2013 werd een eerste aanzet gegeven om de opleidingsstructuur te herwerken en werd er besloten om drie proefprojecten op te starten, nl. Dansen, Atletiek en Basketbal. In 2015 werden de voorbereidingen voor Dansen en Atletiek gefinaliseerd. Voor Dansen resulteerde dit in een nieuwe Initiator Rolstoeldans die in 2016 een eerste keer wordt georganiseerd. In Atletiek werd er gekozen om aspecten van Gatletiek, en meer specifiek atletiek voor sporters met een mentale beperking, op te nemen in de reguliere Initiatorcursussen. Sportende senioren Binnen het VTSopleidingsaanbod wordt de werking van de voorbije jaren rond het kwaliteitsvol begeleiden van sportende senioren verder gezet, waarbij rekening wordt gehouden met de vragen van het werkveld. In 2015 werd de aanvullende module Begeleiden van sportende senioren 2 keer met succes georganiseerd. Ook de Initiator Dans voor senioren en de Initiator Gym voor senioren werden georganiseerd. De voorbije jaren werden de competentieprofielen Seniorensportbegeleider en Seniorensportlesgever gerealiseerd. Beide profielen, aangevuld met het generiek competentieprofiel Initiator, waren de basis om de opleidingen in functie van het 180

185 begeleiden van sportende senioren te screenen. De aanbevolen herwerkingen werden in 2015 verder uitgewerkt. Bewegingsanimator In 2015 werd de cursus Bewegingsanimator georganiseerd in Brussel, Genk en Blankenberge. De geplande cursus in Antwerpen werd verplaatst naar Traditiegetrouw werd de cursus in Blankenberge in een internaatsformule aangeboden. In 2015 werden de eerste voorbereidingen getroffen voor een nieuw decreet op de sportfederaties. Dit proces heeft onrechtstreeks een invloed op de Bewegingsanimator. In 2015 werd overleg met het werkveld opgestart om de doelstellingen en aanpak van de Bewegingsanimator te herbekijken en verduidelijken. Daarnaast waren er ook dit jaar opnieuw een aantal erkende moduleorganisaties. De opleiding werd georganiseerd in CLWKA Oudenaarde, VHSI Brugge, KA sporthumaniora Hasselt en Leonardo Lyceum Topsport Wilrijk, Lyceum Linkeroever Antwerpen en Atheneum Boom. Jeugdsportcoördinator In 2015 werden 3 moduleorganisaties van de Instapmodule Jeugdsportcoördinator georganiseerd. 36 cursisten hebben deze module voltooid. Uit de IKZscores blijkt een algemene tevredenheid van de cursisten over de cursusinhouden, de expertise van de docenten en de evaluatie van de opleiding. 14. Samenwerking met derden Onderwijs Cijfers tonen aan dat minderheid van de leerlingen die in het secundair onderwijs het attest Algemeen Gedeelte Initiator behaalt, doorstroomt naar een Initiatoropleiding van de Vlaamse Trainersschool. Het opleidingstraject tot Initiator in een bepaalde sporttak wordt zelden voltooid door de leerlingen van het secundair onderwijs, ook niet de jaren nadien. Het rendement (kostenbaten) van het aanbieden van de erkende cursussen Algemeen Gedeelte Initiator voor Bloso, de Vlaamse Trainersschool en de sportsector is bijzonder klein. Deze vaststelling heeft geleid tot een herziening van de afspraken met het secundair onderwijs. Vanaf het schooljaar biedt de VTS de erkende cursussen Algemeen Gedeelte Initiator en Initiator Voetbal niet langer aan. Scholen die de opleiding gespreid aanbieden over 2 schooljaren, hebben de kans gekregen om de cursus af te werken in Scholen die een volledig opleidingstraject aanbieden (Initiator Fitness, Bewegingsanimator, Wegkapitein, Initiator Paardrijden, Instructeur B Paardrijden of Hoger Redder) kunnen dit voorlopig verder blijven aanbieden zolang de voorwaarden voor de erkenning (infodocument ) vervuld zijn. In het schooljaar worden onderstaande erkende cursussen georganiseerd: 181

186 School Lyceum Linkeroever Paardenhumaniora Bilzen Atheneum Boom VHSI Brugge KA Geel Sport en Topsportschool Hasselt StTheresiainstituut Sportschool VILO Sportschool TA Campus Het Spoor CLW De Vesten Herentals Leonardo Lyceum Topsport Wilrijk (gespreid over meerdere schooljaren) CLWKA Oudenaarde Georganiseerde module Algemeen Gedeelte Initiator Initiator Fitness Bewegingsanimator Initiator Paardrijden Algemeen Gedeelte Initiator Instructeur B paardrijden Algemeen Gedeelte Initiator Initiator Fitness Bewegingsanimator Hoger Redder Algemeen Gedeelte Initiator Bewegingsanimator Initiator Fitness Hoger Redder Hoger redder Algemeen Gedeelte Initiator Hoger redder Bewegingsanimator Initiator Fitness Hoger redder Algemeen Gedeelte Initiator Hoger Redder Hoger redder Wegkapitein Bewegingsanimator Bewegingsanimator KMILO Het permanente overleg dat door VTS met het Koninklijk Militair Instituut voor Lichamelijke Opleiding (KMILO) in 2006 was opgestart, werd ook in 2015 verder gezet. In 2015 werden door KMILO volgende erkende cursussen georganiseerd: De basismodule Algemeen Gedeelte Initiator werd drie keer georganiseerd in de militaire opleiding Hulponderrichter (Assistant Physical Training Instructor). Er slaagden 48 militairen. Ze werden opgenomen in de VOTASdatabank en geattesteerd. De basismodule Algemeen Gedeelte Trainer B werd één keer georganiseerd in de militaire opleiding Onderrichter (Physical Training Instructor). Er slaagden drie militairen. Ze werden opgenomen in de VOTASdatabank en geattesteerd. Een opleiding Hoger Redder in de militaire duikschool te Zeebrugge. Er slaagden zes militairen. Ze werden opgenomen in de VOTASdatabank en gediplomeerd. Politie In 2015 werd door de Federale Gerechtelijke Politie geen erkende cursus module 1 Initiator georganiseerd overeenkomstig de afspraken die hierover tussen de Politie en de VTS werden gemaakt met betrekking tot organisatie ervan in de opleiding Instructeur geweldbeheersing met en zonder vuurwapen van de Politie. 182

187 15. Liaisons Universitaire liaisons Voor de 3 universiteiten bleven dezelfde personen actief als liaison in het jaar De liaisons werken, afhankelijk van de taken, één of meerdere dagen per week op VTS rond verschillende thema s en opdrachten. De overige dagen werken zij op hun betreffende universiteit aan opdrachten die opgelijst staan in hun takenpakket. In 2015 hebben de liaisons aan onderstaande taken gewerkt: het opvolgen en begeleiden van de inschalingsdossiers (generiek en op dossier) per universiteit; organisatie jurygesprekken (inspecteur VTS, DSKO, ) voor de inschalingsdossiers Trainer A; het updaten van de generieke inschalingen per universiteit; het opvolgen en coördineren van de denkcelwerking namens de betrokken universiteit, inclusief aansturen en informeren van de universitaire afgevaardigden en indien nodig vervangen; de inventarisatie van de universitaire alumni; het aanreiken van sprekers/topics voor sporttakoverschrijdende/sporttakspecifieke bijscholingen (cfr. VTS Plus); het coördineren en promoten van universitaire bijscholingen (cfr. R. Jahoda); het ondersteuning bieden bij de EVC/EVKprocedure; deelname aan controleorgaan visieteksten Trainer A; het helpen updaten van de cursusteksten van de basismodule Algemeen Gedeelte Trainer A; organisatie overlegmomenten met betrokken medewerkers binnen universiteit en tussen de verschillende universiteiten over relevante informatie vanuit VTS: * overleg praktijkassistenten; * overleg titularissen Sporttraining & Coaching; * overleg OVUNOLO; coördinatie van universitaire erkende cursussen (cfr. SkiSnowboard, Hoger Redder, ); ondersteuning bieden tijdens VTSevenementen (cfr. Opendeurdag VTS, Dag van de VTSmedewerker, ); het ondersteunen en uitvoeren van de screening van alle sporttakken in functie van het generieke competentierooster, conform de vooropgestelde screeningsprocedure in overleg met het VTSsecretariaat en de sportfederaties, waarin ondermeer: * verslag nemen tijdens de screeningsdagen met behulp van het werkdocument; * opstellen van het screeningsrapport op basis van het werkdocument het uitwerken van meerdere profielen van sportwetenschappelijk trainingsexperts ( sportfysioloog, biomechanicus, physical coach en talentdetector ) in samenwerking met de Vormingscoördinator Topsport. De drie liaisons zijn tevens verantwoordelijk voor de uitgave van drie artikels per kwartaal onder de verantwoordelijkheid van de universitaire opleidingsinstituten L.O. De artikels behandelen nieuwe ontwikkelingen, visies en inzichten met als doel het trainingspubliek geregeld op de hoogte te houden van actuele wetenschappelijke knowhow in de sport(kaderopleiding). De artikels zijn consulteerbaar op de VTSwebsite. 183

188 Hogeschoolliaisons Het nieuwe actieplan werd goedgekeurd in februari. In het nieuwe actieplan werd rekening gehouden met de evaluatie van het actieplan en de vermindering van de opdracht van de liaisons van 100% naar 80%. Omdat het hogeschoollandschap door fusies en bijhorende naamsveranderingen in beweging blijft, werd een informatieve nota opgesteld die via de VTSnieuwsbrief en intern aan de denkcelsecretarissen werd verspreid. Als de huidige fusieoperaties afgerond zijn, blijven er 11 hogescholen over met een LOopleiding met 13 verschillende opleidingen op 13 vestigingsplaatsen. Op het vlak van interne communicatie tussen liaisons en de opleidingen werd er 1 gezamenlijke vergadering belegd in Daarnaast legden de liaisons 2 bezoekrondes af met de VTSankers en opleidingsverantwoordelijken. Ook werden er 2 nieuwsbrieven verstuurd naar alle LOcollega s. Als digitaal platform blijft dropbox het gebruiksinstrument. Contacten met de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA): Vanuit de Raad van Bestuur van VLHORA werden vragen gesteld bij het doorgeven van de lijsten met afgestudeerden aan VTS omwille van de wetgeving op de privacy. Allicht heeft de vraag te maken met het feit dat VLHORA nooit als ondertekenende instantie is betrokken in het samenwerkingsverband. De samenwerking met de hogescholen is van onderuit gestart (de opleidingen LO) en bleef voor een aantal algemeen directeurs van de hogescholen een blinde vlek. Vanuit de liaisons is er toelichting gegeven bij de ontstaansgeschiedenis van VTS aan de Raad van Bestuur. Als oplossing voor de bulkupload werd er besloten dat er meerdere paden konden worden bewandeld o.a. door studenten LO zelf tijdens de studie een profiel te laten aanmaken in VOTAS en bij afstuderen naam en geboortedatum door te geven. Ook voor de attestering (50% korting voor LOstudenten op inschrijvingsgeld VTScursus, vrijstelling basismodules Algemeen Gedeelte Initiator t.e.m. Trainer B o.b.v. eerste 60 credits behaald, assimilatie met Initiator o.b.v. eerste 120 credits behaald) werden door de liaisons 3 mogelijke werkwijzen voorgesteld. Slechts 1 hogeschool wijzigt de werkwijze en geeft de liaison een mandaat om via rapporten door studenten ingediend de interpretatie te maken. Tot slot formuleerde de Raad van Bestuur van VLHORA de wens na te gaan of een convenant met Bloso naar analogie met dat van de universiteiten, kan worden afgesloten. De registratie van studenten/afgestudeerden PBA LO in VOTAS (bulkupload): Onderstaande tabel geeft het aantal afgestudeerden weer dat via bulkupload in VOTAS werd opgenomen over de laatste 3 jaar in vergelijking met het aantal gediplomeerden PBA LO zoals ze door het Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen (AHOVOKS) werden geregistreerd. Merk op dat de cijfers van AHOVOKS soms ontbraken (grijs gemarkeerd). In die gevallen werden de cijfers van de bulkupload ingevoerd om een (benaderend) percentage te kunnen berekenen. 184

189 Academiejaar Bulk 2013 AHOVO KS 2013 Bulk 2014 AHOVO KS 2014 Bulk 2015 AHOVO KS 2015 AP Hogeschool Erasmus HS Groep T HoGent Howest PXL Artevelde KdG Hogeschool Odisee (Parnas&Waas) 43 48* 38 43* TM Kempen UC Leuven UC Limburg Vives Zuid TOTALEN Verhouding bulk/cijfers 81% 91% 83% AgHO *verschil te verklaren door samentellen twee campussen van Odisee Ontbrekende cijfers ag HO vervangen door bulkcijfers In samenwerking met het VTSsecretariaat werd actie ondernomen om alumni (bachelors en regenten LO) met hun onderwijskwalificatie op te nemen in VOTAS. Hiervoor werd gestart van een lijst met trainers actief in het veld zoals ze door de sportfederaties werden doorgegeven aan de afdeling Subsidiëring. Na controle of ze al in VOTAS waren opgenomen, werden ze in december individueel gecontacteerd via mail en per brief met de vraag een scan of kopie van hun diploma + update van persoonsgegevens te willen bezorgen ter aanvulling van de VOTASdatabank. Iets meer dan 200 extra Bachelorkwalificaties werden zo in VOTAS opgenomen in het voorjaar van Onderstaande tabel geeft een overzicht van de engagementen van de hogescholen via afsprakennota's (AN), erkende cursussen (E) of afspraken binnen een denkcel (DC) in het academiejaar De docenten van de hogescholen die erkend zijn om toelatingsproeven af te nemen van hun studenten, zijn niet in de tabel opgenomen (Kano/Kajak, Klim en Bergsport, Tennis, Zeilen, Ski en Snowboard). Voor het derde opeenvolgende jaar was de hogeschooloverstijgende cursus Instructeur B Volleybal volzet (24 deelnemers, waarvan 10 studenten/alumni LO). Deze hogeschooloverstijgende organisatie, getrokken door de liaisons en met hoofdzakelijk collega s LO (VTSgekwalificeerde volleybaltrainers) uit de opleidingen LO/BR, heeft intussen een 30tal gekwalificeerden Instructeur B Volleybal opgeleverd (inclusief stage waarvoor ze na afloop van de cursusorganisatie 1 jaar de tijd hebben). In totaal waren er 71 deelnemers de voorbije 3 jaar. 185

190 AN: Instucteur B Indiv. Fitness AN: Instructeur B Groepsfitness AN: Instructeur B AN: Trainer B E: Initiator * Module 3 E: Instructeur B Module 3 E: Initiator DC: VTScursus (HSoverstijgend) Instructeur B E: erkende (gast)docenten AN: Module 1 AN: MMbegeleider (Module 1) Senioren Totaal per HS Sporttakgerichte Opleidingen Beroepsgerichte opleidingen Begeleidingsgerichte opleidingen Aanvullende opleidingen DC Fitness DC Voetbal DC Ski/Snowboard DC Kano/Kajak DC Volleybal Hoger Redder DC Sportfuncti Multimove OF Senioren Inschaling Inschaling Inschaling Inschaling Vrijst M3 Vrijst M3 inschaling Inschaling Inschaling Vrijstelling vrijstelling assimilatie Attest AP Antwerpen X 1 Erasmus HS X X X X X X 6 HoGent X X X X X X X 7 PXL X X X X X 5 Howest X X X X X X 6 Artevelde X X X X 4 KdG Hogeschool X X 2 Odisee Waas X X X X X 5 Odisee Parnas X 1 TM Kempen 0 UC Leuven X X X X (+ M3) 4 UC Leuven Comenius X X X 3 UC Limburg X 1 Vives Zuid X X X X X X X 7 Totaal * Het doorgaan van Ini Ski/Snowboard is afhankelijk van het aantal geslaagde studenten op de toelatingsproef Tabel: VTSengagementen per hogeschool Het dossier AV/BR om vrijstelling te bekomen voor het Algemeen Gedeelte voor studenten uit de lerarenopleiding secundair onderwijs die Bewegingsrecreatie combineren met een ander/algemeen vak, werd positief afgerond voor de studenten van Odisee campus Waas. De vrijstelling werd opgenomen in de vrijstellingstabel. De screening voor de studenten AV/BR van Artveldehogeschool leverde geen positief resultaat op. In het kader van een campagne van VTS om de onderlinge samenwerking en het VTSaanbod meer visibiliteit te geven op het terrein zijn volgende hogescholen ingegaan op het aanbod van VTS om gratis rollups (zie ook eerder in jaarverslag) te bekomen: AP, HoGent, Howest, PXL, Artevelde HS, Odisee Waas, UC Leuven, Vives. Elke hogeschool kreeg de vrijheid een eigen slogan, eigen fotomateriaal en de keuze om hun eigen engagementen met VTS dan wel de generieke voordelen voor LOstudenten op de rollup te plaatsen. De rollups staan veelal doorlopend opgesteld in de sportaccommodaties van de hogescholen en op events (o.a. opendeur en infodagen). Op vraag van de administrateurgeneraal van Bloso, hebben de vertegenwoordigers namens de hogescholen in de Stuurgroep VTS samen met de liaisons hun visie gegeven aangaande waar we als partner in VTS tegen 2025 willen staan met dat samenwerkingsverband. Deze inbreng werd vervolgens met de ideeën hierover van de 186

191 universitaire partners samengevoegd en als één gezamenlijke visienota met enkele algemene principes namens de academische partners ingediend bij BlosoVTS in voorbereiding van het Strategisch Overleg VTS Een 3tal overlegmomenten (periode juniseptember) met alle liaisons en betrokken vertegenwoordigers van universiteiten en hogescholen ging hieraan vooraf. Voorafgaand aan de bijscholingsactiviteit DvdO LO/BR (4 juni te Hasselt) werd in de voormiddag tijdens een VTSgedeelte door de opleidingsmanager van Sneeuwsport Vlaanderen een presentatie gegeven over de verschillende pistes om een trainersopleiding (of een module) ski en/of snowboard te organiseren i.s.m. de federatie en hoe die opleiding kan resulteren in een VTSdiploma. Dit heeft geresulteerd in 1 of meerdere aanvragen erkende cursus ski en/of snowboard (Initiator en/of Instructeur B) voor een 5tal opleidingen LO/BR. De 2 de Dag van de Opleidingen LO/BR (4/06/2016) te Hasselt was goed voor 83 deelnemers. In samenwerking met het Steunpunt GSport Vlaanderen werd in het voorjaar een digitale bevraging opgesteld en rondgestuurd naar alle opleidingen LO/BR. Dit om in kaart te brengen wat er in de opleidingen aan bod komt rond GSport of bewegen voor mensen met een beperking, het volume, of er al of niet contact is met de doelgroep Er werd verder gepeild naar de aanwezige expertise en de bereidheid inhouden te delen. De bevraging werd door 9 van de 13 opleidingen ingevuld en in een tweede fase werd er in september een 3Ddag (Denk, Deel, Doedag) georganiseerd door het Steunpunt en de liaisons. De liaisons van de hogescholen verleenden verder hun medewerking aan grotere VTSactiviteiten zoals: de campagne Is kiezen verliezen? rond ethische dilemma s in de sport; de eerste VTS Opendeurdag; het controle en begeleidingsorgaan rond de Visieteksten Trainer A en GOT (ex) Topsporters; de docentenbevraging. of andere activiteiten onder de Blosovlag: jureren Vlajojongerenkamp parallel met 1ste Sportinnovatiecongres BlosoKics 16. Begeleidings en controleorgaan Volgend op meerdere overlegmomenten tijdens het Overlegplatform Professionalisering sportkaderopleidingen en de Denktank VSF werd in 2015 door de Stuurgroep VTS bekrachtigd dat elke sporttak/denkcel die: vanaf 1/1/2016 (geldend voor sporttakken met een professionele DSKO; vanaf 1/1/2017 voor sporttakken zonder professionele DSKO) een opleiding Trainer A wenst te organiseren, een visietekst Trainer A dient op te leveren en te laten goedkeuren door het Begeleidings en controleorgaan Visieteksten; vanaf 1/7/2015 opleidingstrajecten voor (ex)topsporters (GOT) wenst te organiseren, een visietekst over de opleidingstrajecten voor (ex)topsporters dient op te leveren en te laten goedkeuren door het Begeleidings en controleorgaan Visieteksten. 187

192 De minimaal verwachte inhoud van beide visieteksten werd uitgebreid toegelicht in de goedgekeurde Handleidingen Samenstellen visietekst opleiding Trainer A (Stuurgroep VTS, 13/2/2015) en Opleidingstrajecten voor (ex)topsporters (Stuurgroep VTS, 5/6/2015). Door het VTSsecretariaat werd doorheen 2015 ondersteuning geboden aan de sportfederaties/dsko s bij de realisatie van de betreffende visieteksten, wat echter niet impliceerde dat elke ingediende visietekst per definitie ook alle noodzakelijke elementen bevatte. Tijdens het indienmoment van juni 2015 ontving het VTSsecretariaat 6 visieteksten voor de opleidingen Trainer A (Atletiek, Basketbal, Gymnastiek, Tennis, Volleybal en Zwemmen) en 3 visieteksten voor opleidingstrajecten voor (ex)topsporters (Gymnastiek, Volleybal en Wielrennen). Tijdens het indienmoment van november 2015 ontving het VTSsecretariaat geen visieteksten Trainer A, maar wel 6 visieteksten voor opleidingstrajecten voor (ex) topsporters uit de sporttakken Atletiek, Gymnastiek, Voetbal, Volleybal, Wielrennen en Zwemmen. Deze visieteksten werden, vergezeld van de bijhorende handleidingen, doorgestuurd naar onderstaande leden van het Begeleidings en controleorgaan Visieteksten die door de verschillende partners werden afgevaardigd: Sport Vlaanderen: Hans Ponnet (Afdelingshoofd Sportkaderopleiding, voorzitter), Benny Mertens (Vormingscoördinator Topsport), Hans Vangrunderbeek en Tom Vermeulen Universiteiten en Hogescholen LO: Dries Bloemen, Joeri Callaert, Sofie Blondeel en Katelijne Verbeiren Sportfederaties: Kenneth Bastiaens, Jos Schouterden en Veerle Vonderlynck Tijdens de overlegmomenten (11/09/2015; 11/12/2015) werd door de leden van het begeleidings en controleorgaan beoordeeld of: de nodige stappen werden gezet in de richting van de beoogde kwaliteitsverhoging voor de opleidingen Trainer A; de lat voor elke opleiding Trainer A even hoog werd gelegd en op welke aspecten de visietekst(en) nog moeten worden bijgestuurd; de opleidingstrajecten voor (ex)topsporters beantwoorden aan de gezamenlijke verwachtingen. Uit de mondelinge bespreking bleek dat de leden van het begeleidings en controleorgaan unaniem tevreden waren dat via de generieke en sportspecifieke feedback enerzijds en de intensieve begeleiding door het VTSsecretariaat anderzijds grote stappen zijn gezet in de richting van kwaliteitsverbetering van de opleidingen Trainer A en de opleidingstrajecten voor (ex)topsporters. Door het begeleidings en controleorgaan werd generieke feedback opgelijst die binnen elke visietekst dient te worden geïmplementeerd. Aanvullend werden per sporttak eveneens concrete verbeterpunten voor elke visietekst geformuleerd. Deze generieke en sportspecifieke feedback werd uitgebreid schriftelijk en mondeling teruggekoppeld naar alle belanghebbenden. Mits het doorvoeren van de vooropgestelde aanpassingen kunnen de geplande opleidingen Trainer A worden georganiseerd en/of concrete opleidingstrajecten voor (ex)topsporters worden aangevraagd. Noodzakelijk is wel dat de aanpassingen tijdig en 188

193 correct worden teruggekoppeld naar het VTSsecretariaat, dat zal instaan voor de verdere verspreiding naar de leden van het Begeleidings en controleorgaan. De nieuw opgestarte opleidingstrajecten voor (ex)topsporters dienen eveneens te worden beschouwd als een opportuniteit om deze trajecten naar de toekomst toe verder te optimaliseren. Aan dit proces wordt geen strikte timing verbonden, maar via gerichte opvolging dient de voortgang ervan van nabij te worden bewaakt. Op basis van de generieke feedback van beide overlegmomenten van het begeleidingsen controleorgaan: werden de handleidingen voor de visieteksten (ex)topsporters en Trainer A en het begeleidings en controleorgaan bijgewerkt; werden in deze handleidingen meerdere good practices opgenomen die ondertussen beschikbaar zijn en kunnen aangewend worden als inspiratiebron voor andere sporttakken; werd voorgesteld om de naam van het controleorgaan visieteksten conform de invulling ervan te wijzigen naar begeleidings en controleorgaan visieteksten, zodat de klemtoon ook meer op de begeleiding komt te liggen; werd beslist om in functie van een optimale spreiding van de overlegmomenten van het begeleidings en controleorgaan voor de sportfederaties het eerste indienmoment van de visieteksten te verplaatsen naar 1 juni. Voor wie dat wenst, kan de zomerperiode op die manier reeds worden aangewend om de feedback voortkomend uit het eerste overleg van het begeleidings en controleorgaan te verwerken in functie van het tweede indienmoment, dat onveranderd 15 november blijft. De bijeenkomsten van het Begeleidings en controleorgaan Visieteksten werden in 2016 (onder voorbehoud) vastgelegd op 1 juli en 9 december. 3. FINANCIELE WEERSLAG 1. Uitgaven De werkingskredieten voor de afdeling Sportkaderopleiding zijn voorzien op het begrotingsartikel HG01HFG2ASWT op de programma s 1HF414 en 1HF415. Programma 1HF415: Aankoop didactisch en wetenschappelijk materiaal: ,92 euro Op dit programma worden, naast de aankoop van didactisch materiaal, ook de herstellingen betaald van het duurzaam didactisch materiaal. De herstellingskosten zijn relatief beperkt ondanks het feit dat er een massa didactisch materiaal (soms al relatief oud) aanwezig is. Programma 1HF414 ( ,76 euro) is opgedeeld in een aantal subrubrieken die een overzicht bieden van de diverse posten waarvoor werkingsmiddelen worden aangewend: * Lesgevers Vlabus Een deel van de lesgevers die niet als zelfstandige factureren of met een AOP werken, worden via Vlabus tewerkgesteld * Lesgevers die als zelfstandige factureren * Vergadervergoedingen (bv. denkcellen, werkgroepen, screening en remediëring, ) * Bijscholingen (organisatie en financiering) 189

194 Kosten voor de organisatie van bijscholingen zoals bv. VTS Plus, Dag van de VTSmedewerker, opendeurdag, infosessies, of voor de financiering van bv. OVUNOLOclinics, topsportclinics, * Accommodaties * Professionele DSKO s * Liaisons (universiteiten en hogescholen LO) * Detacheringen pedagogische cel * Financiering van 2 detacheringen naar het VTSsecretariaat * Bureelbenodigdheden en drukwerken * Op dit programma worden o.m. betaald: jaarlijkse brochure sportkaderopleidingen, examenpapier, briefpapier, drukwerk van cursusteksten, folders en affiches voor specifieke opleidingen, * Specifieke uitgaven Andere uitgaven die niet onder te brengen zijn in bovenstaande rubrieken Naast deze werkingskredieten worden de Arbeidsovereenkomsten voor Occasioneel Personeel (AOP) betaald via begrotingsartikel HG01HFG2ASLO op het programma 1HF406. In 2015 werd voor een totaal bedrag van ,46 euro aan AOPcontracten uitbetaald. 2. Inkomsten Vanaf 1 januari 2015 werd een automatische koppeling gerealiseerd tussen de VOTASdatabank en Orafin, waardoor elke cursist die inschrijft automatisch een schuld genereert in Orafin. De som van al deze schuldvorderingen vermeerderd met de verkoop van cursusteksten is gelijk aan de te verwachten inkomsten. Een cursist die uiteindelijk niet betaalt en annuleert, wordt gecrediteerd, een cursist die wel betaalde kan nadien (mits te voldoen aan de voorwaarden) een deel van het inschrijvingsgeld terugkrijgen. Bij een vergelijking van de inkomsten en terugbetalingen van 2015 met voorgaande jaren, moet er rekening gehouden worden met verschillen in interpretatie. Het netto verschil tussen de verwachte inkomsten en de terugbetalingen, kan wel exact vergeleken worden tussen opeenvolgende cursusjaren. In 2015 werd uiteindelijk ,54 euro als maximaal te verwachten inkomsten gerealiseerd. Dit is opgedeeld in ,87 euro inkomsten voor verkoop van cursusteksten en ,67 euro te verwachten inschrijvingsgelden. Daartegenover staat een totaal van ,70 euro aan creditnota s of terugbetalingen. De netto inkomsten voor de afdeling Sportkaderopleiding in 2015 bedroegen daardoor ,84 euro. Conform de procedure voor terugbetalingen, konden terugbetalingen van cursusgeld enkel gebeuren voor: afgelaste cursussen (100 %); volledig werklozen die slaagden voor het examen (50 %); annulaties (100 % 20 % voor administratiekosten met een max. van 25); cursisten met een bestaansminimum (50%); cursisten die reeds betaalden en nadien opleidingscheques van de Vlaamse Gemeenschap inbrengen. 190

195 Door betere administratieve procedures en opvolging kon het bedrag dat diende terugbetaald te worden, opnieuw zeer laag gehouden worden. 3. Kortingen Cursisten die een handicap hebben van 66% of meer, krijgen eveneens 50% korting. Volledig werklozen of personen die zich hiervoor in de wachttijd bevinden ontvangen na schriftelijk verzoek 50% korting. Studenten L.O. (BAMA) genieten een korting van 50%, mits zij aantonen dat de cursus deel uitmaakt van hun studieopdracht. Cursisten die de cursus opnieuw volgen (bissen of bijscholen) genieten een korting van 50%. UITGAVEN SPORTKADEROPLEIDING 2014 BEGROTINGSARTIKELS VERSCHIL 1HF414 Werking VTS , , ,21 1HF415 Didactisch en wetenschappelijk materiaal , , , , , ,02 (*) 1HF406 Lesgevers via AOP , , ,39 ALGEMEEN TOTAAL , , ,63 (*) (*) In 2014 werd nog euro meegeteld voor de tewerkstelling van medewerkers van de pedagogische cel. Deze werkingsmiddelen werden in 2015 overgeheveld naar personeelsmiddelen. Er is o.a. daardoor een vermindering in de uitgaven van ,63 euro. INKOMSTEN SPORTKADEROPLEIDING VERSCHIL INKOMSTEN UIT CURSUSGELDEN VERKOOP CURSUSTEKSTEN , , , , ,70 (*) ,21 CREDITNOTA S EN TERUGBETALINGEN , , ,79 (*) ALGEMEEN TOTAAL , , ,14 (*) Deze 2 bedragen mogen niet vergeleken worden aangezien een andere berekeningsbasis geldt. Er is een stijging van de inkomsten met ,14 euro. 191

196 4. WERKING VTS 1. Actualisatie samenstelling denkcellen De afvaardiging van de erkende sportfederaties in de VTSdenkcellen is, overeenkomstig het huishoudelijk reglement, als volgt vastgelegd: Een erkende en gesubsidieerde unisportfederatie kiest voor de sportbetrokken denkcel en mag 2 afgevaardigden aanduiden waaronder steeds de gesubsidieerde Sporttechnisch Coördinator die hiertoe decretaal verplicht is (art van het uitvoeringsbesluit van 5/12/2008). Wanneer de Sporttechnisch Coördinator van een sportfederatie evenwel is aangesteld als Directeur Sportkaderopleiding van een VTSdenkcel, mag die sportfederatie naast de Sporttechnisch Coördinator nog 2 afgevaardigden aanduiden. Een erkende en gesubsidieerde recreatieve sportfederatie kiest voor één denkcel (weliswaar voor een sporttak van de sporttakkenlijst uit haar eigen aanbod) en mag 2 afgevaardigden aanduiden waaronder steeds de gesubsidieerde Sporttechnische Coördinator die hiertoe decretaal verplicht is (art van het uitvoeringsbesluit van 5/12/2008). Indien een recreatieve sportfederatie interesse heeft om bijkomend mee te werken aan de opleidingen binnen een andere denkcel (weliswaar opnieuw voor een sporttak van de sporttakkenlijst uit haar eigen aanbod) kan hiervoor een vraag tot coöptatie worden gericht aan de betrokken denkcel én Stuurgroep VTS. Dergelijke coöptatie kan enkel in overweging worden genomen op basis van sportspecifieke expertise binnen de sportfederatie in het algemeen én van de kandidaatafgevaardigde in het bijzonder en dit voor maximaal 3 denkcellen en 1 opleidingsforum. De Stuurgroep beslist over de coöptatie op advies van de betrokken denkcel. Een erkende doch niet gesubsidieerde sportfederatie die slechts één sporttak van de sporttakkenlijst aanbiedt, kan meewerken onder dezelfde voorwaarden als een erkende en gesubsidieerde unisportfederatie. Een erkende doch niet gesubsidieerde sportfederatie die meerdere sporttakken aanbiedt, kan meewerken onder dezelfde voorwaarden als een erkende en gesubsidieerde recreatieve sportfederatie voor wat betreft de sporten die voorkomen op de sporttakkenlijst, doch dient zich hierbij te beperken tot één denkcel (dus geen bijkomende mogelijkheid tot coöptatie in andere denkcellen). Een erkende doch niet gesubsidieerde sportfederatie die één of meerdere sporttakken aanbiedt die niet voorkomen op de sporttakkenlijst, kan een aanvraag voor samenwerking met de VTS indienen. De Stuurgroep VTS beslist omtrent de opportuniteit om voor die sporttak(ken) VTSopleidingen te organiseren en dus een denkcel op te richten. Voor de organisaties voor sportieve vrijetijdsbesteding (verdeeld over 4 clusters) dient de Stuurgroep VTS eveneens te beslissen of er al dan niet een denkcel wordt opgericht. Ten behoeve van de clusters van de sportieve vrijetijdsbesteding werd in 2006 een nieuwe denkcel opgericht (1 denkcel voor de 4 clusters samen) die in 2007 voor de eerste maal officieel werd samengeroepen. 192

197 2. Afvaardiging van de partners in de VTSdenkcellen Op de Vlaamse sporttakkenlijst staan 54 sporttakken vermeld. Voor elke sporttak kan een denkcel geïnstalleerd worden. Voor 4 sporttakken (GewichtheffenPowerliften, Kendo, Parachutisme en Worstelen) is er evenwel nog geen denkcel opgericht bij gebrek aan partners. De sporttakken IJshockey en Speleologie werden respectievelijk ondergebracht in de denkcelwerking van IJsschaatsen en Klim en Bergsport. Binnen de VTS waren er 47 denkcellen en 2 opleidingsfora actief in 2015 (sporttakgericht, beroepsgericht of begeleidingsgericht). Sommige sporttakken vergaderen samen in één denkcel (Boksen, Taekwondo, Wushu en Risicovechtsporten; IJsschaatsen, Rolschaatsen en IJshockey; Zeilen en Zeilwagenrijden). In 2015 zijn alle 37 erkende en gesubsidieerde unisportfederaties vertegenwoordigd in de verschillende denkcellen, al verschilt hun actieve bijdrage heel sterk. Deze vertegenwoordiging, die conform is aan de uitvoeringsbesluiten (Sporttechnisch Coördinator), varieert vaak als gevolg van het groot aantal personeelswissels in de sportfederaties. In 12 denkcellen zetelt, op advies van de Stuurgroep VTS, eveneens de Coördinator Topsport. Dit geldt voor de denkcellen Atletiek, Badminton, Basketbal, Gymnastiek, Hockey, Skiën/Snowboard, Taekwondo, Tafeltennis, Tennis, Triatlon/Duatlon, Voetbal en Volleybal. In 2015 zijn alle 27 erkende en gesubsidieerde recreatieve sportfederaties vertegenwoordigd in een sporttakspecifieke denkcel. Van één sportfederatie (Vlaamse Liga Bedrijfssport) komt nooit een afgevaardigde naar de denkcelvergaderingen en is er geen actieve medewerking binnen de VTS. 5 recreatieve sportfederaties maken gebruik van de mogelijkheid tot coöptatie in één of meerdere denkcellen of opleidingsfora. Daarnaast werken 11 erkende doch niet gesubsidieerde sportfederaties (die minimum één sport van de sporttakkenlijst aanbieden) mee in 10 verschillende denkcellen: BRSF Vlaanderen (Ropeskipping), FAM Vlaanderen (Motorrijden), VMBB (Motorrijden), Vlaamse Aikido Vereniging (Aikido), Vlaamse Bowlingsport Federatie (Sportieve Vrijetijdsbesteding), Vlaamse Vechtsport Associatie (Risicovechtsporten), Vlaamse Wushu Federatie (Risicovechtsporten), Petanque Federatie Vlaanderen (Sportieve Vrijetijdsbesteding), Vlaamse Snookerfederatie (Sportieve Vrijetijdsbesteding), Vlaamse Boogsportfederatie Liggende Wip (Boogschieten), Vlaamse Boksliga (Risicovechtsporten). 10 organisaties die niet tot bovenstaande categorieën behoren, nl. de Landelijke Zeilwagenfederatie, de Vlaamse Confederatie Hengel, Honden en andere Dierenhobby's, de Vlaamse Snelschaatsvereniging, het ISB, Special Olympics Inc., SVS, Syntra, de Vereniging van Vlaamse Provincies, BBF&W en de Vlaamse Traditionele Sporten zijn vertegenwoordigd in diverse denkcellen. Van de universitaire partners is: KU Leuven in 24 denkcellen en 1 opleidingsforum afgevaardigd; UGent in 24 denkcellen afgevaardigd; VUB in 20 denkcellen afgevaardigd. In 14 denkcellen, doorgaans van de klassieke grote sporttakken en/of sporttakfamilies zijn de drie universiteiten afgevaardigd. In 12 denkcellen, doorgaans van kleinere sporttakken, en in 1 opleidingsforum is geen universitaire vertegenwoordiger aanwezig. De hogescholen zijn in 21 denkcellen en 2 opleidingsfora afgevaardigd, waarbij er in 9 denkcellen de 2 hogeschoolnetten zijn vertegenwoordigd. 193

198 In 17 denkcellen en 2 opleidingsfora werden één of meerdere experten gecoöpteerd. 3. Werking van de VTSdenkcellen In 2015 vergaderden de 47 denkcellen en de 2 opleidingsfora samen 94 keer. # Denkcel # verg Denkcel verg Denkcel # verg Aikido 2 Judo 2 Schermen 2 Atletiek 3 Jujitsu 2 Schieten 2 Badminton 2 KanoKajak 1 Skiën 1 BaseballSoftball 2 Karate 2 Sportieve vrijetijdsbesteding 2 Basketbal 2 Klim en Bergsport 1 Squash 2 Boogschieten 2 Korfbal 2 Tafeltennis 2 Dansen 2 Krachtbal 2 Tennis 2 Duiken 2 Motorrijden 0 TriatlonDuatlon 2 Fitness 2 Oriëntatielopen 2 Voetbal 3 Gehandicaptensport 1 Paardrijden 3 Volleybal 2 Golf 2 Risicovechtsporten (Boksen, Taekwondo, Wushu, Risicovechtsporten) 3 Wandelen 2 Gymnastiek 2 Roeien 2 Waterski 2 Handbal 2 Rolschaatsen 1 Wielrennen 2 Hockey 2 Ropeskipping Zeilen (incl. 2 Zeilwagenrijden) 2 IJsschaatsen 1 Rugby 2 Zwemmen 2 De denkcel Motorrijden vergaderde niet in Denkcel # verg Denkcel # verg Reddend zwemmen 3 Sportfunctionaris 1 (incl. Hoger Redder en Zwembadcoördinator) Opleidingsforum # verg Opleidingsforum # verg Recreatieve sportbeoefening 2 Sport voor senioren 2 De denkcel Oriëntatielopen vergaderde niet in Realisaties van de Managers Sportkaderopleiding De Managers Sportkaderopleiding hebben hun begeleiding van de 10 initieel vooropgestelde sporttakken (Badminton, Baseball/Softball, Basketbal, Handbal, Korfbal, Rugby, Skiën/Snowboard, Tafeltennis, Triatlon/Duatlon en Voetbal) en de Vlaamse Reddingsfederatie vzw (in 2014 toegevoegd aan het takenpakket) in 2015 gecontinueerd. De focus bleef daarbij behouden op de goede werking in functie van het beleid rond sportkaderopleidingen. De kerntaken waaraan de MSKO s hebben gewerkt, zijn: Meer trainers opleiden * (Online)registratiesysteem uitwerken voor (niet)gekwalificeerde trainers * Redenen detecteren waarom trainers geen opleiding volgen * Incentives detecteren om trainers te overhalen om een opleiding te volgen 194

199 * Voor en nadelen van een licentiesysteem en good practices in kaart brengen * Opstarten, onderhouden en/of uitbouwen van een trainersvereniging * Faciliteren van de logistieke organisatie van de opleidingen Trainers beter opleiden * Ondersteunen van docenten (bijscholing, didactische hulpmiddelen, enz.) * Rekrutering van nieuwe docenten faciliteren * Ondersteunen en motiveren van auteurs bij het schrijven van cursusteksten * Ondersteunen van de screeningsprocedure in de denkcel * Ondersteuning bij het remediëren van de opleidingen (opleidingsstramienen/ opleidingsstructuur) op basis van de screeningsrapporten * Beleidsplan sportfederatie (BO3) en opleidingsplan DSKO op elkaar afstemmen * Structureel verankeren van de stage in de opleidingen * Optimaliseren van het cursusmateriaal Doorstromingsgraad gekwalificeerden in de betrokken sporttakken verhogen * Bepalen en implementeren van incentives * Evaluatie van de opleidingen AspirantInitiator * Invloed van de stagemodule op de doorstromingsgraad onderzoeken/implementeren * Reflecteren rond geïndividualiseerde opleidingstrajecten voor (ex)topsporters Optimaliseren van de toelatingsvoorwaarden en proeven in de betrokken sporttakken Overleg binnen de denkcel optimaliseren (denkcel, werkgroep, docenten, cursusverantwoordelijke, enz.) Analyseren van de afstemming tussen de huidige sporttakgerichte opleidingen, de generieke competentierooosters en de finaliteiten in het veld i.f.v. de eventuele ontwikkeling van alternatieve competentieprofielen Faciliteren van een vlotte communicatie zodat de sportfederatie optimaal kan functioneren op het vlak van sportkaderopleiding Probleemdossiers van nabij opvolgen en tot goede oplossingen komen met alle partners Dit takenpakket werd steeds ingevuld in permanent, structureel overleg met de DSKO, de sportfederaties, de andere MSKO s, de opleidingscoördinator, de denkcelsecretaris, de pedagogische cel en de inspectiecel. Naast deze opdrachten zijn de MSKO s nauw betrokken geweest bij de voorbereiding en nazorg van het Overlegplatform Professionalisering Sportkaderopleidingen, waar in 2015 volgende thema s aan bod zijn geweest: Handleiding Opleidingstrajecten voor (ex)topsporters + Controle visieteksten (ex) topsporters en Trainer A (sessie 9, 24/3/2015) EVCprocedure + Algemeen Gedeelte Instructeur B/Trainer B/Trainer A + Taakomschrijving Initiator (sessie 10, 1/4/2015) In samenwerking met hun collega s binnen het VTSsecretariaat hebben de MSKO s eveneens maatregelen geïmplementeerd in functie van het professionaliseren van alle denkcellen (dus breder dan de 11 sporttakken die ze van nabij begeleiden). Voorbeelden hiervan zijn: concept en inhoud van het jaarverslag 2015 van alle denkcellen voorbereiden, jaarverslagen inventariseren en hieruit actiepunten per denkcel distilleren; de kwalificatiegraden en (gediplomeerde) trainersgraden voor elke sportfederatie in kaart brengen; 195

200 in overleg met de Afdeling Subsidiëring (Bloso) ondersteuning bieden aan alle sportfederaties inzake hun trainersopvolging/ledenadministratie; op basis van dataanalyse suggesties doen in functie van het toekomstige beleid (opleidingsplannen); de sportfederaties begeleiden bij de uitwerking van een trainersregistratiesysteem uitwerken van handleidingen met good practices voor het samenstellen van de visieteksten Trainer A en Opleidingstrajecten voor (ex)topsporters ; begeleiding bieden aan sportfederaties bij het uitschrijven van visieteksten Trainer A en Opleidingstrajecten voor (ex)topsporters ; ondersteunen/opvolgen van geplande/goedgekeurde GOTtrajecten voor (ex) topsporters binnen de sporttakken; actieve deelname in werkgroepen rond thema s sportkaderopleiding (vb. docentenondersteuning, optimalisatie Algemeen Gedeelte, Sociale vaardigheden, Ethiek, examenreglement, enz.). 5. Professionele DSKO s De professionele DSKO s werden voorzien via het Topsportactieplan Vlaanderen III en bevestigd in de Beleidsbrief Sport De Stuurgroep VTS van 22/2/2013 en 7/6/2013 keurde een verdeelsleutel goed voor de financiering van de professionele DSKO s in de 10 focussporten categorie 1 en dit op basis van een hele set van objectieve criteria. Oorspronkelijk was een financiering voorzien van maximaal 7,5 VTE in 10 sporttakken, ondertussen is dit herleid naar maximaal 6,5 VTE in 8 sporttakken. In 2015 waren de volgende professionele DSKO s aangesteld (5,5 VTE) die voor 75% gefinancierd worden via de Blosobegroting: Wielrennen: 0,5 VTE Gymnastiek: 0,5 VTE + 0,5 VTE Tennis: 1 VTE Volleybal: 1 VTE Hockey: 0,5 VTE Zwemmen: 1 VTE Paardrijden: 0,5 VTE De belangrijkste onderdelen van het takenpakket van de professionele DSKO zijn o.a.: Inzake de VTS opleidingen t/m Trainer A: * het ondersteunen bij de screening van de opleidingen conform de screeningsprocedure, * het herwerken van opleidingen conform het generieke competentierooster, * de inhoudelijke uitwerking en opwaardering van de opleidingen Trainer B en Trainer A, * het zelf schrijven van cursusteksten/maken van cursusmateriaal en het aanstellen en motiveren van kwaliteitsvolle auteurs voor het opstellen van cursusteksten en het maken van cursusmateriaal, * het stimuleren van de ontwikkeling van kwaliteitsvolle didactische hulpmiddelen voor cursisten, * het rekruteren en motiveren van docenten, * het ondersteunen bij de ontwikkeling van elearning, 196

201 * het onderzoeken hoe nieuwe media kunnen ingezet worden in de opleidingscursussen, * het faciliteren van de administratieve afhandeling van de cursusorganisaties waar nodig, * het ontwikkelen van maatregelen om de doorstromingsgraad van cursisten van niveau 1 naar niveau 3 te stimuleren Inzake permanente vorming en i.f.v. topsport : * het onderzoeken hoe geïndividualiseerde opleidingstrajecten voor (ex) topsporters en trainers van (ex) topsporters kunnen opgestart worden, * het bewaken en opvolgen van geïndividualiseerde opleidingstrajecten en persoonlijke vormingstrajecten van topsporttrainers (i.s.m. de vormingscoördinator Topsport) Het creëren/stimuleren van een dynamiek rond sportkaderopleiding (basisopleiding en permanente vorming), bvb. door het valoriseren van de opleidingen (diploma en nascholingsplicht), het oprichten/stimuleren van een trainersvereniging, De professionele DSKO s worden op permanente basis begeleid, ondersteun en geëvalueerd. 6. Stuurgroep VTS De Stuurgroep van de Vlaamse Trainersschool vergaderde 3 keer in 2015 nl. op 13/02/2015, 05/06/2015 en 23/10/2015. Stuurgroep 13/02/2015 De Stuurgroep VTS vraagt: * het VTSsecretariaat de opvolging van enkele aandachtspunten met betrekking tot de Dag van de Trainer 2014 te doen * betreffende de denkcel Fitness om een strategisch overleg te plannen omtrent de fitnessopleidingen en kwalificaties gezien er belangrijke beslissingen dienen te worden genomen voor de toekomst die het niveau van de denkcel overstijgen De Stuurgroep VTS neemt kennis van: * de evaluatie van de Dag van de Trainer 2014 * de evaluatie van de communicatieinitiatieven van het VTSsecretariaat in 2014 en van de nieuwe initiatieven in 2015 * de stand van zaken rond het uitwerken van de competentieprofielen Biomechanicus en Sportfysioloog ter voorbereiding van de Sportwetenschappelijk trainingsexpert * betreffende de BKD s, VKS, EQF, competentieontwikkeling en screening van de opleidingen: de vorderingen bij de screening van de opleidingen en vraagt de geleverde inspanningen verder te zetten de vorderingen op het vlak van de remediëring van de opleidingen en vraagt het VTSsecretariaat om haar ondersteunende rol in dit proces verder te blijven spelen * betreffende de denkcelwerking: de fusie van de Gym en Dans Federatie met Sporta het terugschroeven van de financiering van de professionele DSKO Hockey per 01/01/

202 het ontslag van Sylvain Mercier als DSKO Judo de vraag tot ontslag van Paul Pauwels als DSKO JuJitsu door VJJF ontslag van Jul Clonen als professioneel DSKO Wielrennen de evolutie binnen de Denkcel Klim en Bergsport en vraagt het VTSsecretariaat om verder op te volgen en in overleg te bekijken hoe KBF tot dialoog en samenwerking kan aangezet worden de evolutie binnen de Denkcel Oriëntatielopen en vraagt het VTSsecretariaat om verder op te volgen met het oog op een vlotte denkcelwerking de intentie van de denkcel Redden om een overgangsmodule voor duikinstructeurs naar Duiker Redder te ontwikkelen om een antwoord te kunnen bieden in de specifieke situatie van de duiktank in Zwevegem het feit dat de sporttakgerichte materie rond Reddend Zwemmen blijft behandeld worden binnen de denkcel Redden. De denkcel wordt dus (voorlopig) niet gesplitst. * betreffende de bijscholingen: het feit dat de afrekening van het VK Symposium dd. 12/12/2014 dient te gebeuren vóór 31/03/2015 het feit dat er nog geen aanvragen zijn in het kader van de OVUNOLO bijscholingen de financiering van de afgerekende en de aangevraagde topclinics en keurt de aanpassing aan het reglement voor de financiering van de topclinics goed de evaluatie van de VTS Plus bijscholingsactiviteiten in 2014 en van het nieuwe bijscholingsaanbod voor 2015 * de stand van zaken rond elearning voor de basismodules Algemeen Gedeelte Instructeur B en Trainer B en de uitbreiding van de beschikbaarheid van e learning voor de cursisten die geslaagd zijn op deze basismodules * de didactische aanpassingen aan de opleiding Multimovebegeleider * het negatief advies van het Impulsfonds voor migrantenbeleid om het Algemeen Gedeelte Initiator in een toegankelijker Nederlands te vertalen * het traject dat werd gevolgd tot indiening van een beroepenstructuur sport * de geplande initiatieven van het VTSsecretariaat rond ethisch handelen bij trainers De Stuurgroep VTS keurt goed: * de voorgestelde beleidsaanbevelingen uit het evaluatierapport AspirantInitiator, mits de doorstroomfunctie toch gefaciliteerd wordt. De Stuurgroep VTS vraagt aan het VTSsecretariaat om in overleg met de verschillende denkcellen de beleidsaanbevelingen te implementeren. * de opstart van een Strategisch overleg VTS 2025 waarbij in een eerste fase 2 vertegenwoordigers van de sportfederaties, 2 van de academische partners (1 voor universiteiten LO en 1 voor hogescholen LO) en 2 van Bloso de krijtlijnen en werkwijze voor het strategisch overleg vastleggen. Nadien kunnen werkgroepen rond specifieke thema s werken. Uiteindelijk dient een strategische visienota opgeleverd te worden. * de handleiding bij het samenstellen van de visietekst Trainer A en het verslag van het Overlegplatform Professionalisering Sportkaderopleidingen van 16 december 2014 rond dit thema 198

203 * het actieplan van de liaisons van de hogescholen LO en vraagt aan het VTSsecretariaat om dit in overleg met de liaisons op te volgen en regelmatig de vorderingen te evalueren * de afsprakennota met betrekking tot de organisatie van erkende cursussen hoger Redder via de hogescholen LO * de aangepaste reglementering met betrekking tot: Vrijstellingstabel VTS Examenreglement 2015 * de voorgestelde aanpassingen aan de basismodules Algemeen Gedeelte Instructeur B en Algemeen Gedeelte Trainer B Stuurgroep 05/06/2015 De Stuurgroep VTS vraagt: * aan de sportfederaties om de opvolgingstrajecten te faciliteren na het behalen van de kwalificatie als Sportwetenschappelijk trainingsexpert, bv. via stages in topsportscholen of BeGoldproject * aan het VTSsecretariaat om de minister van Sport te informeren over de nood aan kwalitatieve begeleiding in de fitnesssector, ofwel via een brief van de Stuurgroep VTS, ofwel via een overleg tussen administratie en kabinet Sport * het behoud van de afspraken rond de generieke assimilatie met 8 Initiatorkwalificaties voor alle Masters LO sinds 2010 * dat de cursussen Alpijns Skiën/Snowboard die door de VUB georganiseerd worden, via het principe van een erkende cursus aangeboden worden * aan de liaisons een overleg op te starten m.b.t. de assimilatie met Initiator in alle sporttakken van Masters/Bachelors LO (vanaf geslaagd 1ste & 2de jaar Bachelor LO) die voldoen aan de toelatingsvoorwaarden en de vraag stellen, te herbekijken De Stuurgroep VTS neemt kennis van: * de opstart en de vorderingen van het Strategisch Overleg VTS 2025 waarbij geen concrete timing voor het opleveren van een strategische visienota wordt opgelegd zodat het strategisch overleg alle mogelijke kansen krijgt om constructieve voorstellen te formuleren * het jaarverslag VTS 2014 * de competentieprofielen Biomechanicus en Sportfysioloog en het generieke competentieprofiel voor de Sportwetenschappelijk trainingsexpert * betreffende de BKD s, VKS, EQF, competentieontwikkeling en screening van de opleidingen: de vorderingen bij de screening van de opleidingen en vraagt de geleverde inspanningen verder te zetten de vorderingen op het vlak van de remediëring van de opleidingen en vraagt het VTSsecretariaat om haar ondersteunende rol in dit proces verder te blijven spelen de historische schets met betrekking tot de opleidingen Fitness met duiding van de huidige problemen en richtingen naar een mogelijke uitweg uit de aanslepende discussie de BKD s Fitnessbegeleider en Groepsfitnessbegeleider maar geeft hierover geen advies * de campagne is kiezen verliezen en vraagt het VTSsecretariaat om de inspanningen rond het ethisch begeleiden verder te zetten 199

204 * betreffende de bijscholingen: het feit dat de afrekening van het VK Symposium dd. 12/12/2014 wordt opgeschoven naar 30/06/2015 het feit dat er nog geen aanvragen zijn in het kader van de OVUNOLO bijscholingen de financiering van de afgerekende en de aangevraagde topclinics de stand van zaken i.v.m. de bijscholingen voor trainers (VTS Plus) de huidige situatie m.b.t. de jaarlijks verplichte bijscholingen voor redders en vraagt het VTSsecretariaat de inventarisatie en opvolging verder te zetten zoals ook in de VLAREMwetgeving wordt voorgeschreven * de ontwikkelingen met betrekking tot de mobiele applicatie en de VOTASdatabank * de tweejaarlijkse organisatie van de Dag van de VTSmedewerker en keurt het vernieuwde concept goed * de aangepaste reglementering voor kortingen, annuleringen, terugbetalingen vanaf 2016 De Stuurgroep VTS keurt goed: * het rapport over de IKZbevragingen 2014 * de vernieuwde EVCprocedure en vraagt deze te communiceren en te implementeren vanaf 01/07/2015 * de handleiding bij het samenstellen van de visietekst m.b.t. de opleidingstrajecten voor (ex)topsporters, het document rond het controleorgaan visieteksten en het verslag van het Overlegplatform Professionalisering Sportkaderopleidingen van 24 maart 2015 rond deze thema s * het uitwerken van de competenties van 2 extra rollen, nl. Physical Coach en Talentdetectie in het kader van de Sportwetenschappelijke trainingsexpert * het takenpakket van de liaisons van de universiteiten LO * vrijstelling voor de studenten AV/BR voor Odisee Campus Waas vanaf het academiejaar 2015/2016 voor het Algemeen Gedeelte Initiator, Algemeen Gedeelte Instructeur B en Algemeen Gedeelte Trainer B * om vanaf 1/7/2015 geen opleidingen Fitness meer aan te bieden via VTS boven het niveau van Instructeur B omdat er geen centrale kwaliteitsbewaking mogelijk is en geen centraal referentiebestand met gekwalificeerden kan bijgehouden worden via het VTSsecretariaat. Nieuwe (inschalings)trajecten tot Personal Trainer kunnen niet meer worden opgestart. Gestarte trajecten kunnen probleemloos worden afgewerkt. * betreffende de denkcelwerking: de initiatieven van het VTSsecretariaat om de problematiek binnen de denkcel Klim en Bergsport op te lossen en vraagt om dit dossier verder op te volgen binnen de voorhanden zijnde decretale kaders de (tijdelijke) aanstelling van Jan Van Gestel (50%) en Nick Goemaere (50%) als DSKO JuJitsu het opnieuw opstarten van de denkcelwerking Oriëntatielopen en de aanstelling van Peter Welkenhuysen als DSKO de aanstelling van Frederik Broché als professioneel DSKO vanaf 01/04/2015 * de aangepaste assimilatietabel VTS * de voorgestelde structurele en inhoudelijke aanpassingen aan het vak Taakomschrijving van de Initiator 200

205 * de wijzigingen in het Algemeen Gedeelte Instructeur B vanaf het cursusjaar 2016 * de 5 nieuwe opleidingsstramienen Instructeur B Gymnastiek (5 disciplines), 3 nieuwe opleidingsstramienen Trainer B Wielrennen (3 disciplines) Stuurgroep 23/10/2015 De Stuurgroep VTS vraagt: * dat de universitaire liaisons in overleg met het VTSsecretariaat in functie van volgend academiejaar voorafgaand aan de Stuurgroep VTS een akkoord van alle denkcellen hebben met betrekking tot de generieke inschalingen * dat de vertegenwoordigers van de verschillende partners hun vertegenwoordigers in de denkcel Fitness informeren zodat mogelijke onduidelijkheden over keuzes van de Stuurgroep VTS worden uitgeklaard. Mogelijke vragen die toch niet binnen de denkcel Fitness kunnen behandeld worden, kunnen gesteld worden aan de Stuurgroep VTS. De Stuurgroep VTS neemt kennis van: * de vervanging van Dirk De Clercq door Jan Boone als vertegenwoordiger van UGent in de Stuurgroep VTS * de brochure Sportkaderopleidingen 2016 en keurt de programmatie van 2016 goed * de vorderingen in het Strategisch Overleg VTS 2025 * de stand van zaken en de verdere planning van de profielen talentdetector en physical coach met betrekking tot de Sportwetenschappelijke trainingsexpert * het cijfermateriaal met betrekking tot de generieke inschalingen en vraagt aan het VTSsecretariaat en de liaisons om jaarlijks een dergelijk overzicht voor te bereiden * betreffende de BKD s, VKS, EQF, competentieontwikkeling en screening van de opleidingen: de vorderingen bij de screening van de opleidingen en vraagt de geleverde inspanningen verder te zetten de vorderingen op het vlak van de remediëring van de opleidingen en vraagt het VTSsecretariaat om haar ondersteunende rol in dit proces verder te blijven spelen de stand van zaken in de herwerking van de teksten voor de opleiding Hoger Redder en de globale evolutie van diploma s en actieve redders die zich hebben bijgeschoold de ontwikkelingen rond het alternatieve competentieprofiel Duiken * betreffende de denkcelwerking het ontslag van Katinka Pottie als codsko Atletiek de beslissing van de VHL en Norbert Nederlof om hun samenwerking te beëindigen de aanstelling van Kim Ramon als DSKO Judo met terugwerkende kracht sinds 01/07/2015 de ontwikkelingen op het vlak van de denkcelwerking Klim en Bergsport en vraagt het VTSsecretariaat om haar bemiddelende rol verder op te nemen om deze situatie zo snel mogelijk uit te klaren met alle betrokken partijen * betreffende de bijscholingen: 201

206 het VK Symposium van 11/12/2015 zal gekoppeld worden aan een Colloquium over Topsport en Wetenschap. De officiële aanvraag dient nog te worden ingediend door OVUNOLO. de financiering van de afgerekende en de aangevraagde topsportclinics de evaluatie van de bijscholingsactiviteiten van 2015 * de herwerking van de basismodules Algemeen Gedeelte en de geplande docentenbijscholing(en) * de ontwikkelingen met betrekking tot de mobiele applicatie * de stand van zaken betreffende de Dag van de VTSmedewerker en roept de verschillende partners op verder promotie te maken bij de gekende VTSmedewerkers * de organisatie van de opendeurdag op 17/06/2015 * de aanpassing van de naam van het Bloso naar Sport Vlaanderen De Stuurgroep VTS keurt goed: * de geactualiseerde tabel met generieke inschalingen voor de universitaire LOstudenten voor het academiejaar en vraagt het VTSsecretariaat deze tabel te communiceren naar de denkcelleden * de genomen beslissingen van het Controleorgaan Visieteksten en de vooropgestelde stappen inzake het remediëringstraject van de visieteksten * het voorstel voor korting voor VTSdocenten en DSKO s voor VTS Plus bijscholingen * de aangepaste reglementering: Assimilatietabel VTS Vrijstellingstabel VTS Examenreglement 2016 Huishoudelijk Reglement * de opleidingsstramienen Instructeur B Handbal, 3 nieuwe opleidingsstramienen (AspirantInitiator Hockey, Instructeur B Hockey en Trainer B Hockey), Instructeur B Waterpolo en Instructeur B Synchroonzwemmen 7. Moduleorganisaties in 2015 Het concept voor het huidige modulaire systeem werd in 2002 geïntroduceerd in de opleidingen van de Vlaamse Trainersschool. Tussen 2002 en 2009 werden alle VTSopleidingen opgedeeld in de gekende modules. In 2010 werd er bij de introductie van VOTAS III bewust voor gekozen om ook het organiseren van cursussen modulair te doen. We spreken vanaf 2010 dus ook niet meer over cursusorganisaties, maar over moduleorganisaties. Een moduleorganisatie is dus steeds de organisatie van één module uit het opleidingsstramien. Toch kunnen nog steeds een aantal moduleorganisaties organisatorisch onmiddellijk achter elkaar (gelinkt) of geïntegreerd in elkaar gedoceerd worden. Er dient dan ook uitdrukkelijk opgemerkt te worden dat een aantal cijfers (moduleorganisaties; inschrijvingen; enz.) vanaf 2010 niet meer vergelijkbaar zijn met voorgaande jaren (2009 en vroeger). Bij de hiernavolgende tabellen, grafieken en toelichtingen geldt volgende legende: 202

207 V = moduleorganisaties door VTS zelf georganiseerd E = moduleorganisaties door erkende aanbieders (sportfederaties, universiteiten of hogescholen, een officieel erkende onderwijsinstelling of een sportdienst en dit onder toezicht van de betrokken denkcel) georganiseerd A = Assimilaties I = Inschalingen In onderstaande tabel (Tabel 1) wordt een overzicht gegeven per sporttak van de georganiseerde en afgelaste moduleorganisaties (V en E) en het aantal deelnemers aan de moduleorganisaties in VTSmoduleorganisaties (V) in 2015 Erkende moduleorganisaties (E) in 2015 Denkcel Georganiseerd Aantal Aantal Afgelast Georganiseerd dlnrs. dlnrs. Afgelast Algemeen Gedeelte Aikido Atletiek Badminton Baseball/Softball Basketbal Boksen Boogschieten Bowling Dansen Duiken Fitness Gehandicaptensport Golf Gymnastiek Handbal Hengelen Hockey IJsschaatsen Jujitsu Judo Kaatsen Kano/Kajak Karate Klim en Bergsport Korfbal Krachtbal Motorrijden Oriëntatielopen Paardrijden Petanque Reddend zwemmen (Risico)vechtsporten Roeien Rolschaatsen Ropeskipping Rugby Schermen Schieten Skiën/Snowboard Snooker Sportieve vrijetijdsbesteding Squash Taekwondo Tafeltennis

208 Tennis Traditionele sporten Triatlon/Duatlon Voetbal Volleybal Wandelen Waterski Wielrennen Wushu Zeilen Zeilwagenrijden Zwemmen Redden Hoger Redder + Duiker Redder Sportfunctionaris Zwembadcoördinator Jeugdsportcoördinator Jogbegeleider Multimovebegeleider Opleidingsforum recreatieve sportbeoefening Opleidingsforum senioren TOTAAL Tabel 1: Aantal moduleorganisaties en inschrijvingen per sporttak (V en E) in 2015 Sporttakgerichte opleidingen AspirantInitiator Initiator Instructeur B Trainer B Trainer A Beroepsgerichte opleidingen Hoger Redder Duiker Redder Sportfunctionaris Aantal moduleorganisaties per cursussoort V E TOTAAL (6,94%) 830 (59,87%) 177 (12,79%) 106 (7,66%) 60 (4,34%) 36 (2,60%) 1 (0,07%) 4 (0,29%) 1 (0,07%) Zwembadcoördinator Begeleidingsgerichte opleidingen (4,77%) Aanvullende sporttakgerichte opleidingen 7 7 (0,51%) TOTAAL (100%) Tabel 2: Aantal moduleorganisaties per cursussoort en per opleidingsrichting in 2015 In totaal zijn er moduleorganisaties (V en E) geweest in 2015 (dus niet de afgelaste), ten opzichte van in De verschuiving ten opzichte van 2014 is te verklaren door volgende redenen: Instructeur B: stijging van 71 naar 139 cursusorganisaties (tweejaarlijkse cursusorganisatie Instructeur B Voetbal) Trainer B: stijging van 41 naar 106 cursusorganisaties (tweejaarlijkse cursusorganisatie Trainer B Voetbal) Trainer A: stijging van 21 naar 54 cursusorganisaties (o.a. door de continuering van de opleidingen Trainers A Voetbal (Elite Jeugd en Seniors) Begeleidingsgerichte opleidingen: stijging van 46 naar 62 (vnl. door het organiseren van de opleiding Multimovebegeleider ) 204

209 Sporttakgerichte opleidingen AspirantInitiator Initiator Instructeur B Trainer B Trainer A Beroepsgerichte opleidingen Hoger Redder Duiker Redder Sportfunctionaris Zwembadcoördinator Aantal inschrijvingen per cursussoort per geslacht V E TOTAAL Man Vrouw Man Vrouw Man Vrouw Begeleidingsgerichte opleidingen Aanvullende sporttakgerichte opleidingen TOTAAL Tabel 3: Aantal inschrijvingen per cursussoort, per opleidingsrichting, per geslacht in 2015 In totaal zijn er inschrijvingen (V en E) geweest in 2015, ten opzichte van in De stijging van het aantal inschrijvingen is te wijten aan volgende redenen: sterke stijging van het aantal deelnemers Initiator (meer moduleorganisaties in diverse sporttakken) sterke stijging van het aantal inschrijvingen bij de begeleidingsgerichte opleidingen, vnl. omwille van de organisatie van de opleidingen Multimovebegeleider. Instructeur B, Trainer B en Trainer A: sterke stijging van het aantal inschrijvingen voor de opleidingen Voetbal (o.a. door tweejaarlijkse organisatie) daling van het aantal deelnemers AspirantInitiator daling van het aantal inschrijvingen Hoger Redder daling van het aantal inschrijvingen bij de opleiding Sportfunctionaris Sporttakgerichte opleidingen Initiator Instructeur B Trainer B Trainer A Beroepsgerichte opleidingen Hoger Redder+Basisredder Duiker Redder Sportfunctionaris Zwembadcoördinator Begeleidingsgerichte opleidingen Bewegingsanimator Jeugdsportcoördinator Jogbegeleider Wegkapitein Aantal gediplomeerden Via cursus Assimilatie Inschaling EVK EVC GOT Totaal M V M V M V M V M V M V M V TOTAAL Tabel 4: Aantal gediplomeerden per cursussoort, per opleidingsrichting, per geslacht in

210 Het aantal gediplomeerden in 2016 bedraagt 6.247, wat een stijging van 5,5% betekent t.o.v (5.920). Deze stijging wordt voornamelijk verklaard door: een hoger aantal kwalificaties Instructeur B en een daling van het aantal kwalificaties Trainer B (tweejaarlijkse organisatie van de opleidingen Voetbal op deze niveaus) een lichte stijging van het aantal kwalificaties van Trainer A een lichte daling van het aantal kwalificaties bij de beroepsgerichte en begeleidingsgerichte opleidingen Sinds het academiejaar worden alle afgestudeerde Masters Lichamelijke Opvoeding van UGent, VUB en KU Leuven nominatief geassimileerd voor 8 kwalificaties Initiator. Het gaat hier over een totaal van extra assimilaties in 2015 (zie onderstaande tabel 5). Het verschil in aantal assimilaties tussen de sporttakken is te wijten aan het feit dat sommige personen reeds een Initiator kwalificatie hadden behaald voordat ze afstudeerden als Master LO. Generieke assimilaties Generieke assimilaties Man Vrouw Totaal Sporttakgerichte opleidingen Initiator Actuele Dans Initiator Atletiek Initiator Basketbal Initiator Gymnastiek Initiator Handbal Initiator Voetbal Initiator Volleybal Initiator Zwemmen TOTAAL Tabel 5: Aantal gediplomeerden per opleidingsrichting en per geslacht in 2015 Er zijn duidelijk meer mannelijke gediplomeerden (71,33%) dan vrouwelijke (28,50%), met redelijk grote verschillen tussen de opleidingsrichtingen. Het grootste percentage vrouwelijke gediplomeerden situeert zich bij de beroepsgerichte opleidingen en het laagste percentage bij de begeleidingsgerichte opleidingen (in tegenstelling tot de voorbije 2 jaren, waar dit de sporttakgerichte opleidingen waren). Aantal gediplomeerden per geslacht Man Vrouw Totaal Sporttakgerichte opleidingen (72,03%) (27,97%) (100%) Beroepsgerichte opleidingen 670 (67,27%) 326 (32,73%) 996 (100%) Begeleidingsgerichte opleidingen 51 (77,27%) 15 (22,73%) 66 (100%) TOTAAL (71,33 %) (28,67 %) (100 %) Tabel 6: Aantal gediplomeerden per opleidingsrichting en per geslacht in 2015 Op onderstaande grafiek (figuur 1) wordt een overzicht gegeven van het aantal inschrijvingen per dag voor cursusorganisaties De dikke, rode lijn geeft het zwevend gemiddelde over 7 dagen weer. Er zijn duidelijk meerdere piekperiodes wat betreft het aantal inschrijvingen, nl. één voor de voorjaarscursussen, één voor de 206

211 # Cursusorganisaties 1/01/ /01/ /01/2015 6/02/ /02/2015 2/03/ /03/ /03/2015 7/04/ /04/2015 2/05/ /05/ /05/2015 7/06/ /06/2015 1/07/ /07/ /07/2015 6/08/ /08/ /08/ /09/ /09/2015 7/10/ /10/2015 4/11/ /11/ /11/ /12/ /12/2015 zomercursussen, één voor de najaarscursussen en één in functie van het cursusjaar 2015 bij de lancering van de nieuwe brochure sportkaderopleidingen Figuur 1: Evolutie van het aantal inschrijvingen per dag gedurende het kalenderjaar 2015 Aantal moduleorganisaties per provincie (V en E) VTSmoduleorganisaties Erkende moduleorganisaties Provincie Figuur 2: Aantal VTSmoduleorganisaties (V) versus aantal erkende moduleorganisaties (E) per provincie georganiseerd in 2015 In figuur 2 vindt u een overzicht van de moduleorganisaties per provincie opgesplitst in VTSmoduleorganisaties (V) en erkende moduleorganisaties (E). De provincies Antwerpen en OostVlaanderen scoren het hoogst inzake VTSmoduleorganisaties, gevolgd door WestVlaanderen. Brussel en het buitenland (dit laatste is een bewuste beleidskeuze) scoren laag wat betreft VTSmoduleorganisaties. In Antwerpen gaan de meeste erkende moduleorganisaties door. Ook in Oost Vlaanderen en Limburg wordt er een behoorlijk aantal erkende moduleorganisaties georganiseerd. In het buitenland wordt een aanzienlijk aantal erkende moduleorganisaties gegeven, bv. voor Skiën/Snowboard, Klim en Bergsport. 207

212 Aantal VTSmoduleorganisaties in Blosocentra In Blosocentra 811 Niet in Blosocentra Figuur 3: Aantal VTSmoduleorganisaties in de Blosocentra in 2015 In figuur 3 wordt een vergelijking gemaakt van het aantal VTSmoduleorganisaties dat al dan niet in Blosocentra georganiseerd werd. In 2015 vonden 24,06%van de VTSmoduleorganisaties plaats in een Blosocentrum, een lichte daling ten opzichte van Figuur 4: Aantal VTS moduleorganisaties per Blosocentrum in 2015 In figuur 4 wordt een vergelijking gemaakt tussen het aantal VTSmoduleorganisaties per Blosocentrum. In het Blosocentrum Gent werden veruit de meeste moduleorganisaties georganiseerd (54 moduleorganisaties). Daarna volgen het Blosocentrum Genk, Blosocentrum Oordegem en Blosocentrum Brugge, met respectievelijk 43, 39 en 37 moduleorganisaties. Op te merken valt dat niet elk Blosocentrum geschikt is om elke cursusorganisatie te laten doorgaan. Aantal georganiseerde en afgelaste VTS moduleorganisaties In figuur 5 wordt een vergelijking gemaakt van het aantal afgelaste en georganiseerde VTSmoduleorganisaties. In 2015 werd 12,46% van de VTSmoduleorganisaties afgelast (t.o.v. 10,42% in 2014). Het aantal afgelaste cursusorganisaties blijft hiermee laag. Alle mogelijke inspanningen werden immers geleverd om ook cursussen met weinig deelnemers te laten doorgaan, of om cursisten in een andere cursus te laten instappen. Daarnaast werd er ook heel wat extra promotie gevoerd voor de cursusorganisaties. 208

213 # Cursusorganisaties # Cursusorganisaties Georganiseerde moduleorganisaties Geplande moduleorganisaties (brochure) 152 Afgelaste moduleorganisaties Figuur 5: Verhouding aantal georganiseerde, aantal geplande (brochure) en aantal afgelaste moduleorganisaties in 2015 In onderstaande tabel wordt een vergelijking gemaakt van het % afgelaste moduleorganisaties per opleidingsrichting. Het totaal aantal afgelaste moduleorganisaties is licht gestegen t.o.v (12,46% in 2015 t.o.v. 10,42% in 2014). Vooral bij de beroeps en begeleidingsgerichte opleidingen werden heel wat meer cursusorganisaties afgelast dan in De aanvullende sporttakgerichte opleidingen scoren heel goed. Ook bij de sporttakgerichte opleidingen is er een lichte stijging qua aantal afgelaste cursusorganisaties t.o.v Hier zal nog meer aandacht aan worden besteed de volgende jaren. Afgelast Georganiseerd % Afgelast Begeleidingsgerichte opleidingen ,51 Beroepsgerichte opleidingen ,09 Aanvullende sporttakgerichte opleidingen 0 7 0,00 Sporttakgerichte opleidingen ,69 Totaal ,46 Het percentage afgelaste moduleorganisaties bij de sporttakgerichte opleidingen is gestegen t.o.v door de stijging in aantal afgelaste moduleorganisaties op het niveau Instructeur B. Op de andere niveaus daalt het percentage afgelaste moduleorganisaties licht. Afgelast Georganiseerd % Afgelast Initiator ,95% Instructeur B ,47% Trainer B ,39% Trainer A ,26% Totaal ,69% Verhouding VTS moduleorganisaties t.o.v. erkende moduleorganisaties In figuur 6 wordt een vergelijking gemaakt tussen het aantal VTS moduleorganisaties en het aantal erkende moduleorganisaties VTS 316 Erkend 209

214 Aantal gediplomeerden # Cursusorganisaties # Cursusorganisaties Figuur 6: Verhouding tussen het aantal VTSmoduleorganisaties en het aantal erkende moduleorganisaties in 2015 Verhouding VTSmoduleorganisaties t.o.v. erkende moduleorganisaties (zonder Hoger Redder) In figuur 7 wordt een vergelijking gemaakt tussen het aantal VTSmoduleorganisaties en het aantal erkende moduleorganisaties zonder de moduleorganisaties Hoger Redder in rekening te brengen. Het aandeel van de erkende moduleorganisaties zonder Hoger Redder bedraagt 21,68% in VTS Zonder Hoger Redder 292 Erkend Zonder Hoger Redder Figuur 7: Verhouding tussen het aantal VTS moduleorganisaties en het aantal erkende moduleorganisaties (zonder Hoger Redder) in 2015 Verhouding VTScursussen t.o.v. erkende cursussen Hoger Redder Figuur 8 vergelijkt het aantal VTScursussen Hoger Redder en het aantal erkende cursussen Hoger Redder. 64,86% wordt georganiseerd als erkende cursus, een zeer kleine stijging t.o.v VTS Hoger Redder Erkend Hoger Redder Figuur 8: Verhouding tussen het aantal VTScursussen en het aantal erkende cursussen Hoger Redder in 2015 Leeftijd van de VTSgediplomeerden in <=18j 1920j 2125j 2630j 3135j 3640j 4145j 4650j 5155j 5660j 6165j >65j Leeftijdscategorieën 210

215 Figuur 9: Leeftijd van alle VTSgediplomeerden in 2015 Uit figuur 9 blijkt duidelijk dat het vooral jonge trainers zijn die een opleiding volgen bij de Vlaamse Trainersschool. Dit bevestigt eerdere vaststellingen. Blijkbaar volgt men vooral vóór de leeftijd van 25 jaar een sportkaderopleiding, en beperkt het gezinsleven, professionele leven, eventuele kinderen, enz. nadien de mogelijkheid om een opleiding te volgen. In de loop van 2013 werd een beleidsmaatregel voorbereid om de minimumleeftijd voor het volgen van een sportkaderopleiding met één jaar te verlagen. Ongeveer 15 sporttakken verlaagden zo vanaf 1/1/2014 de minimumleeftijd met één jaar. Woonplaats van de VTSgediplomeerden in Figuur 10: Woonplaats van de VTSgediplomeerden in 2015 In figuur 10 wordt een overzicht gegeven van de woonplaats van de VTSgediplomeerden, verdeeld per provincie. 97,77% van de gediplomeerden woont in Vlaanderen. In absolute cijfers scoren de provincies Antwerpen en OostVlaanderen het hoogst. Wanneer deze cijfers gerelateerd worden aan het eigen bevolkingsaantal, dan geeft dit volgende ranking inzake diplomeringsgraad: Limburg 0,108%, Vlaams Brabant en WestVlaanderen 0,095%, OostVlaanderen 0,093% en Antwerpen 0,090%. Daarnaast is er nog een klein aantal buitenlandse gediplomeerden, waarvan de Nederlanders de grootste groep uitmaken. Geslacht van de VTSgediplomeerden in Man Vrouw Sporttakgerichte opleidingen Beroepsgerichte opleidingen Begeleidingsgerichte opleidingen 15 Figuur 11: Aantal mannelijke en vrouwelijke gediplomeerden per opleidingsrichting in

216 In figuur 11 wordt een overzicht gegeven van de geslachtsverdeling van de VTSgediplomeerden. In 2015 zijn 71,33% van de gediplomeerden mannen en 28,67% vrouwen. Binnen de sporttakgerichte opleidingen zijn er 72,03% mannen en 27,97% vrouwen. Bij de begeleidingsgerichte en de beroepsgerichte opleidingen is de geslachtsverhouding respectievelijk 77,27% en 22,73% en 67,27% en 32,73%. Tussen de verschillende sporttakken bestaan eveneens grote verschillen. De meeste sporttakken hebben duidelijk meer mannelijke dan vrouwelijke gediplomeerden. Aantal gediplomeerden per cursussoort in 2015 In figuur 12 wordt een overzicht gegeven van het aantal gediplomeerden per cursussoort, in Dit zijn 325 gediplomeerden meer dan in Hiervan behaalden (85,67%) cursisten hun diploma via erkende of VTScursussen (V+E), 505 (8,09%) personen via assimilatie en 374 (5,99%) personen via een universitaire inschaling. Daarnaast behaalden 10 personen (0,16%) een kwalificatie via een EVKprocedure, nog eens 4 personen behaalden een kwalificatie via een EVCprocedure (0,06%). 2 personen behaalden een VTSkwalificatie via een geïndividualiseerd opleidingstraject (GOT), wat neerkomt op 0,03% V+E Assimilatie Inschaling EVCprocedure EVKprocedure GOT Figuur 12: Aantal gediplomeerden per cursussoort in 2015 Aantal gediplomeerden per sporttak in 2015 Onderstaande tabel geeft een overzicht van alle gediplomeerden per sporttak en per opleidingsniveau. De tabel staat gesorteerd zodat de sporttak met het meest aantal gediplomeerden over alle niveaus bovenaan en die met het minst aantal gediplomeerden onderaan staat. Sporttak Initiator Instructeur B Trainer B Trainer A Totaal Percentage Voetbal ,36% Fitness ,97% Basketbal ,65% Zwemmen ,23% Paardrijden ,96% Gymnastiek ,63% Tennis ,57% Volleybal ,63% Hockey ,45% Skiën/Snowboard ,13% 212

217 Wielrennen ,62% Atletiek ,31% Zeilen ,76% Judo ,16% Dansen ,96% Badminton ,95% Ropeskipping ,91% Rolschaatsen ,85% Triatlon/Duatlon ,64% Klim en Bergsport ,64% Kano/Kajak ,54% Baseball/Softball ,50% Tafeltennis ,50% Bowling ,48% Karate ,48% Korfbal ,42% IJsschaatsen ,42% Schermen ,39% Golf ,39% Handbal ,37% Wandelen ,29% Rugby ,29% Risicovechtsporten ,21% Roeien ,21% Zeilwagenrijden 9 9 0,17% Aikido 8 8 0,15% Duiken ,15% Motorrijden ,14% Schieten 7 7 0,14% Squash 7 7 0,14% Reddend Zwemmen 4 4 0,08% Taekwondo ,06% JuJitsu 3 3 0,06% Boksen 2 2 0,04% Krachtbal 1 1 0,02% Eindtotaal ,00% Jaarlijks wordt ook een top10 opgesteld van de sporttakken die het meeste aantal gediplomeerden afleveren. Binnen deze top10 worden telkens de verschuivingen aangeduid in positie t.o.v. het voorgaande cursusjaar. Onderstaande tabel geeft de top 10 van de sporttakken met het grootste aantal gediplomeerden voor het opleidingsniveau Initiator weer. Sporttakken met het grootste aantal gediplomeerden Initiator Top10 Sporttak # gediplomeerden 1 ( = ) Voetbal ( = ) Fitness ( 3) Paardrijden ( 1) Zwemmen ( = ) Gymnastiek ( 1) Tennis ( 3) Basketbal (nieuw) Hockey ( 1) Ski/Snowboard ( 1) Volleybal

218 TOTAAL De top10 sporttakken leveren in totaal gediplomeerden Initiator af. Dit is 75,29% van het totaal aantal gediplomeerden Initiator (t.o.v. 77,03% in 2014). De top10 van deze sporttakken wordt aangevoerd door voetbal, fitness, paardrijden en zwemmen. In totaal werden er in 43 sporttakken gediplomeerden Initiator afgeleverd. Sporttakken met het grootste aantal gediplomeerden Instructeur B Top10 Sporttak # gediplomeerden 1(nieuw) Voetbal ( 1) Fitness ( 2) Basketbal 52 4 ( 2) Zwemmen 51 5 ( 2) Tennis 37 6 ( 2) Volleybal 31 6 ( 2) Paardrijden 31 8 (nieuw) Ski/Snowboard 21 9 ( 3) Dansen (nieuw) Aikido 8 TOTAAL De top10 sporttakken leveren in totaal gediplomeerden Instructeur B af, heel wat meer dan in 2014 (481: omwille van tweejaarlijkse organisatie Instructeur B Voetbal). Dit is 98,35% van het totaal aantal gediplomeerden Instructeur B (t.o.v. 91,27% in 2014). De top10 van deze sporttakken wordt aangevoerd door voetbal, fitness en basketbal. In totaal werden er in 14 sporttakken gediplomeerden Instructeur B afgeleverd. Sporttakken met het grootste aantal gediplomeerden Trainer B Top10 Sporttak # gediplomeerden 1 ( 1) Basketbal 55 2 ( nieuw) Wielrennen 31 2 ( 5) Atletiek 31 4 ( 3) Voetbal 30 5 ( 2) Gymnastiek 27 6 (nieuw) Judo 20 7 ( 4) Volleybal 17 8 ( 5) Zwemmen 9 8 ( 2) Tennis 9 10 (nieuw) Ropeskipping 8 TOTAAL 237 De top10 sporttakken leveren in totaal 237 gediplomeerden Trainer B af. Dit zijn er heel wat minder (omwille van tweejaarlijkse organisatie Trainer B Voetbal) dan in 2014 en is 92,94% van het totaal aantal gediplomeerden Trainer B (t.o.v. 91,94% in 2014). De top10 van deze sporttakken wordt aangevoerd door basketbal, wielrennen en atletiek volleybal. In totaal werden er in 19 sporttakken gediplomeerden Trainer B afgeleverd. Sporttakken met het meeste aantal gediplomeerden Trainer A 1 ( = ) Voetbal ( = ) Fitness 44 3 ( 5) Gymnastiek

219 4 ( 1) Volleybal 7 5 (nieuw) Basketbal 5 6 (nieuw) Zwemmen 4 7 ( 4) Atletiek 3 8 (nieuw) Tennis 2 8 ( 2) Triatlon/Duatlon 2 10 (nieuw) Wielrennen 1 TOTAAL 214 De top10 sporttakken leveren in totaal 214 gediplomeerden Trainer A af. Dit is 98,13% van het totaal aantal gediplomeerden Trainer A (t.o.v. 93,48% in 2014). De top10 van deze sporttakken wordt aangevoerd door voetbal, fitness en gymnastiek. In totaal werden er in 14 sporttakken gediplomeerden Trainer A afgeleverd. Sporttakken met het grootste aantal gediplomeerden op alle niveaus Top10 Sporttak # gediplomeerden 1 ( = ) Voetbal (35,35%) 2 ( = ) Fitness 517 (9,97%) 3 ( = ) Basketbal 293 (5,63%) 4 ( = ) Zwemmen 271 (5,23%) 5 ( 2 ) Paardrijden 257 (4,96%) 6 ( 1) Gymnastiek 240 (4,63%) 7 ( 1) Tennis 237 (4,57%) 8 ( = ) Volleybal 188 (3,63%) 9 (nieuw) Hockey 179 (3,45%) 10 ( 1) Skiën/Snowboard 162 (3,13%) TOTAAL (80,57%) De top10 sporttakken leveren in totaal gediplomeerden Initiator, Instructeur B, Trainer B en Trainer A af. Dit is 80,57% van het totaal aantal gediplomeerden in de sporttakgerichte opleidingen (t.o.v. 78,72% in 2014). De top10 van deze sporttakken wordt aangevoerd door voetbal, fitness en basketbal. De gediplomeerden voetbal maken samen 35,35% uit van het totaal aantal gediplomeerden in de sporttakgerichte opleidingen. 8. Historiek van het aantal inschrijvingen en gediplomeerden tussen 2005 en 2015 Evolutie van het aantal inschrijvingen Eerder in het jaarverslag werd reeds gemeld dat de cijfers over het aantal inschrijvingen nauwelijks nog vergelijkbaar zijn met de cursusjaren vóór Aan de basis ligt de in 2010 doorgedreven modulaire inschrijvingsprocedure die voor de cursisten heel wat voordelen heeft. Er is een tendens tot steeds meer inschrijvingen de laatste 10 jaren. 215

220 Aantaal inschrijvingen Aantal inschrijvingen Cursusjaar Figuur 13: Evolutie van het totaal aantal inschrijvingen tussen 2006 en 2015 Evolutie van het aantal inschrijvingen voor VTScursussen (V) Ook voor VTScursussen is er een stijgende tendens in de inschrijvingsaantallen Cursusjaar Figuur 14: Evolutie van het aantal inschrijvingen voor VTSmoduleorganisaties (V) tussen 2006 en 2015 Onderstaande figuur 15 geeft een stijgende tendens weer in het aantal moduleorganisaties tussen 2006 en

221 Aantal inschrijvingen Aantal VTSmoduleorganisatie Cursusjaar Figuur 15: Evolutie van het aantal VTSmoduleorganisaties (V) tussen 2006 en 2015 Op basis van de verhouding tussen het aantal VTSmoduleorganisaties en het aantal inschrijvingen kan men de bezettingsgraad van de VTSopleidingen berekenen. De bezettingsgraad bedraagt voor 2015 ongeveer 21,45 cursisten per cursus. Dit cijfer blijft reeds vele jaren ongeveer constant. Evolutie van het aantal inschrijvingen voor erkende cursussen (E) Parallel aan het aantal inschrijvingen voor VTSmoduleorganisaties en de VTSmoduleorganisaties zelf, kan ook de vergelijking gemaakt worden tussen het aantal erkende moduleorganisaties en het aantal inschrijvingen voor de erkende moduleorganisaties. De bezettingsgraad bedraagt voor 2015 ongeveer 16,41 cursisten per cursus. Dit cijfer blijft reeds vele jaren ongeveer constant en is beduidend lager dan voor de VTScursussen. De sterke daling van het aantal cursusorganisaties en het aantal inschrijvingen is te wijten aan een reorganisatie van de opleidingsstructuur Hoger Redder en is eigenlijk een fictieve daling. Waar in 2010 de opleiding uit 5 modules bestond en cursisten dus 5 keer inschreven, werd de opleiding in 2011 hervormd en schreven cursisten slechts 1 keer in Cursusjaar 217

222 Aantal erkende moduleorganisaties Figuur 16: Evolutie van het aantal inschrijvingen voor erkende moduleorganisaties (E) tussen 2006 en Cursusjaar Figuur 17: Evolutie van het aantal erkende moduleorganisaties (E) tussen 2006 en 2015 Aantal gediplomeerden tussen 2006 en 2015 In figuur 18 wordt een overzicht gegeven van het aantal gediplomeerden tussen 2006 en Hierbij werd rekening gehouden met de gediplomeerden via cursussen (V+E), Assimilaties (A) en Inschalingen (I). De generieke assimilaties zijn hierin niet opgenomen Figuur 18: Evolutie van het aantal gediplomeerden tussen 2006 en 2015 De tendens van het jaarlijks aantal gediplomeerden is stijgend. In 2007 zijn er een heel aantal gediplomeerden fitness bijgekomen via een eenmalige assimilatie. Ook in 2013 zien we een grote stijging, te wijten aan een eenmalige assimilatieprocedure voor duiken. In totaal werden diploma s behaald over een periode van 10 jaar. 218

223 Aantal gediplomeerden per cursussoort Tussen 2006 en heden behaalden 7,9% van alle gediplomeerden hun diploma via assimilaties (hierin worden de éénmalige assimilaties voetbal van 2011 en de generieke assimilaties voor LOafgestudeerden niet meegeteld); 7,82% via inschalingen en 84,21% via normale moduleorganisaties. Het aantal personen dat een kwalificatie via de EVC/EVKprocedure of via GOT behaalde, wordt niet op de grafiek weergegeven omdat dit over 0,07% van het totaal aantal gediplomeerden gaat. Voor een diploma Basisredder, Hoger Redder of Duiker Redder werd geen enkele assimilatie of inschaling toegekend. Aantal gediplomeerden via moduleorganisaties (VTS en erkend) Figuur 19: Evolutie van het aantal gediplomeerden via erkende en VTSmoduleorganisaties tussen 2006 en 2015 In figuur 19 wordt de evolutie van het aantal gediplomeerden via moduleorganisaties (VTS en erkend, maar dus zonder Assimilaties en Inschalingen) weergegeven tussen 2006 en De tendens is duidelijk stijgend over een periode van 10 jaren. Aantal gediplomeerden via universitaire inschalingen Figuur 20: Evolutie van het aantal universitaire inschalingen (mannen en vrouwen) tussen 2006 en 2015 In figuur 20 wordt de evolutie van het aantal universitaire inschalingen weergegeven tussen 2006 en Er is een steeds betere administratieve opvolging door het VTS 219

224 secretariaat en de liaisons en een meer intense samenwerking met de universiteiten LO. De laatste jaren stellen de sportfederaties steeds strengere kwaliteitseisen aan de cursisten op niveau 2 en 3. De daling in 2014 is te wijten aan het overgangsjaar door de invoering van de tweejarige Master LO. Aantal gediplomeerden via assimilaties In figuur 21 wordt de evolutie van het aantal gediplomeerden via assimilaties weergegeven tussen 2006 en Er zijn systematisch meer assimilaties van mannelijke dan vrouwelijke personen. De piek in 2007 is te verklaren door een éénmalige regularisatie van fitnessgediplomeerden. Nogmaals dient opgemerkt te worden dat in deze grafiek de meer dan eenmalige assimilaties in 2011 van VFVdiploma s en de generieke assimilaties voor LOafgestudeerden niet zijn mee opgenomen. De piek in 2013 is te wijten aan de eenmalige assimilatieprocedure in het duiken Figuur 21: Evolutie van het aantal assimilaties (mannen en vrouwen) tussen 2006 en 2015 Aantal geattesteerden voor AspirantInitiator, Aanvullende opleidingen voor het begeleiden van sporters met een handicap en sportende senioren In figuur 22 wordt de evolutie van het aantal geattesteerden AspirantInitiator weergegeven. Het is pas eind 2008 dat het eerste attest AspirantInitiator werd uitgereikt en pas in 2009 dat er massaal opleidingen AspirantInitiator werden georganiseerd. Na de heropleving in 2013, stellen we opnieuw een terugval van het aantal geattesteerden AspirantInitiator vast. 220

225 Figuur 22: Evolutie van het aantal geattesteerden AspirantInitiator tussen 2006 en 2015 In figuur 23 wordt de evolutie van het aantal geattesteerden voor de Aanvullende opleidingen (Sporters met een handicap en sportende senioren) weergegeven Figuur 23: Evolutie van het aantal geattesteerden voor de aanvullende opleidingen (Sporters met een handicap en sportende senioren) tussen 2006 en 2015 Aantal gediplomeerden per opleidingsniveau De sporttakgerichte opleidingen van de Vlaamse Trainersschool zijn al van bij de aanvang in 3 opleidingsniveaus opgedeeld, weliswaar met gewijzigde naamgeving. Figuur 24 vertoont vanaf 2008 een stijging van het aantal gediplomeerden. Deze stijging is te verklaren door het grote aantal gediplomeerden Initiator Voetbal. De stijging in 2013 is te wijten aan een eenmalige assimilatieprocedure in het duiken Figuur 24: Aantal diploma s Initiator tussen 2006 en

226 Instructeur B Trainer B Figuur 25: Aantal diploma s Instructeur B en Trainer B tussen 2006 en 2015 Op figuur 25 is vanaf 2009 te merken dat stijgingen en dalingen van het aantal gediplomeerden Instructeur B en Trainer B elkaar steeds afwisselen. Dit is te wijten aan de tweejaarlijkse organisatie van de opleiding Instructeur B en Trainer B Voetbal. De algemene tendens over een periode van 10 jaren is echter stijgend Figuur 26: Aantal diploma s Trainer A tussen 2006 en 2015 Uit figuur 24, 25 en 26 blijkt eveneens dat het aantal gediplomeerde Initiators jaarlijks ver het aantal gediplomeerden op niveau 2 (Instructeur B en Trainer B) en niveau 3 (Trainer A) overtreft. Dit betekent dat van de gediplomeerde Initiators slechts een beperkt aantal daadwerkelijk een hoger opleidingsniveau aanvat. Uit figuur 26 blijkt tevens dat voor het opleidingsniveau Trainer A al enkele jaren een licht stijgende tendens merkbaar is. De piek van het aantal gekwalificeerden in 2007 is te wijten aan een éénmalige regularisatie van fitnessgediplomeerden. Aantal gediplomeerden voor de beroepsgerichte opleidingen In figuur 27 wordt de evolutie van het aantal gediplomeerden voor de 3 grote beroepsgerichte opleidingen weergegeven tussen 2006 en Er was een stijgende tendens in het aantal gediplomeerden Hoger Redder (Hoger Redder, Duiker Redder en Basisredder samen). Sinds 2014 daalde het gediplomeerden aantal echter licht. In het aantal gediplomeerden van Sportfunctionaris stellen we voor het derde jaar op rij een daling van het aantal gediplomeerden vast. Bij Zwembadcoördinator merken we, na de terugval in 2013, vanaf 2014 opnieuw een stijging van het aantal gediplomeerden. 222

227 Sportfunctionaris Zwembadcoördinator Hoger Redder Figuur 27: Aantal beroepsgerichte diploma s per opleiding tussen 2006 en 2015 Sporttakken met het meeste aantal gediplomeerden tussen 2006 en 2015 In onderstaande tabel worden alle sporttakken met het aantal gediplomeerden per opleidingsniveau weergegeven tussen 2006 en 2015 (periode van 10 jaar). Sporttak Initiator Instructeur B Trainer B Trainer A TOTAAL Aantal Positie Aantal Positie Aantal Positie Aantal Positie Aantal Positie Voetbal (*) (***) Basketbal (***) Fitness (**) Gymnastiek (***) Zwemmen (***) Volleybal (***) Atletiek (***) Tennis Paardrijden Dansen (***) Skiën/Snowboard Duiken Handbal (***) Zeilen Judo Klim en Bergsport Badminton Wielrennen Ropeskipping Triatlon/Duatlon Korfbal Kano/Kajak Tafeltennis Karate Rolschaatsen Hockey IJsschaatsen JuJitsu Golf Taekwondo Boogschieten

228 Rugby Schieten Baseball/Softball Schermen Boksen Waterski Risicovechtsporten Wandelen Roeien Motorrijden Krachtbal Squash Oriëntatielopen Traditionele sporten Zeilwagenrijden Aikido Hengelen Reddend Zwemmen Bowling Kaatsen Gehandicaptenspor t Snooker Petanque Wushu Gewichtheffen/Pow erlifting Totaal (*) waarvan via éénmalige regularisaties in 2002 en éénmalige assimilaties van de VFVdiploma s in 2011 (**) waarvan 817 éénmalige regularisaties in 2007 (***) waarvan de generieke assimilaties tot Initiator in 8 sporttakken (LOafgestudeerden) vanaf 2010 mee zijn opgenomen In onderstaande tabel wordt tenslotte per sporttak de doorstroming weergegeven van het aantal gediplomeerden per opleidingsniveau naar een hoger opleidingsniveau. Het betreft hier de doorstroming van alle gekwalificeerden die een kwalificatie behaalden tijdens de periode 01/01/200631/12/2015. Een cursist wordt als doorgestroomd beschouwd indien de beide kwalificaties tijdens deze periode werden behaald. Er zijn grote verschillen tussen de sporttakken. De tabel staat gesorteerd met de hoogste doorstromingsgraad van niveau 1 naar niveau 2 bovenaan. De gearceerde cijfers zijn de hoogste 10% doorstroming per kolom. NVT = geen doorstroom mogelijk gezien er geen actief opleidingsstramien is. 0% = er is wel een actief opleidingsstramien, maar er was geen doorstroom in de periode 01/01/200631/12/2016 (geen cursusorganisatie en/of geen geslaagden). Sporttak Niv. 0 Niv. 1 Niv. 1 Niv. 2 Niv. 2 Niv. 3 Niv. 1 Niv. 3 Voetbal NVT 33,8% 13,3% 4,0% Fitness NVT 31,0% 4,8% 1,4% Triatlon/Duatlon NT 26,3% 20,1% 4,9% Tennis 14,5% 18,7% 2,0% 0,1% Aikido NVT 17,9% NVT NVT Schermen 46,8% 15,8% 3,7% 1,3% Wielrennen NVT 15,6% 6,8% 1,6% Boogschieten NVT 13,3% NVT NVT 224

229 Judo 13,4% 11,7% 11,4% 0,8% Karate 21,9% 11,5% 0,0% 0,0% Paardrijden 23,3% 10,8% 3,1% 0,1% Atletiek 11,1% 10,1% 10,6% 1,3% Jujitsu 6,5% 9,9% 0,0% 0,0% Basketbal NVT 9,8% 10,9% 0,6% Rugby NVT 9,7% 5,0% 0,0% Roeien 29,4% 9,5% 11,1% 1,6% Badminton 19,9% 8,4% 17,3% 2,3% Duiken NVT 8,2% 6,0% 0,3% Volleybal 19,5% 7,9% 8,9% 0,6% Skiën/Snowboard NVT 7,8% 9,0% 0,8% Zwemmen 17,1% 7,4% 4,5% 0,3% Wandelen NVT 6,8% NVT NVT Kano/Kajak NVT 6,1% NVT NVT Oriëntatielopen NVT 6,1% NVT NVT Rolschaatsen 35,5% 6,0% 25,0% 2,2% Schieten NVT 5,8% NVT NVT Tafeltennis 13,8% 5,6% 5,0% 0,0% Zeilen 23,4% 5,1% 0,0% 0,0% Dansen NVT 4,4% 10,8% 1,2% Krachtbal NVT 3,8% NVT NVT Klim en bergsport NVT 3,6% NVT NVT Gymnastiek 16,2% 3,4% 8,9% 0,4% Ropeskipping 33,7% 2,9% NVT NVT Taekwondo 17,0% 2,7% NVT 0,0% Waterski NVT 2,7% NVT NVT Ijsschaatsen NVT 2,3% 28,6% 1,1% Korfbal 14,2% 2,3% 13,0% 0,0% Handbal 15,4% 2,2% 27,5% 0,5% Risicovechtsporten 17,0% 1,1% NVT NVT Baseball/softball NVT 0,0% NVT 0,0% Golf NVT 0,0% NVT NVT Hockey NVT 0,0% NVT NVT Motorrijden NVT 0,0% NVT NVT Reddend zwemmen NVT 0,0% NVT NVT Squash NVT 0,0% NVT NVT Zeilwagenrijden NVT NVT NVT NVT Hengelen NVT NVT NVT NVT Petanque NVT NVT NVT NVT Snooker NVT NVT NVT NVT Traditionele sporten NVT NVT NVT NVT Boksen NVT NVT NVT NVT Gehandicaptensport NVT NVT NVT NVT Kaatsen NVT NVT NVT NVT Wushu NVT NVT NVT NVT Bowling NVT NVT NVT NVT 225

230 9. Georganiseerde bijscholingen Door de Vlaamse Trainersschool worden verschillende categorieën van bijscholingen georganiseerd of erkend: decretaal verplichte bijscholingen voor coördinatoren van de sportfederaties bijscholingen voor Hoger Redder sporttechnische bijscholingen voor (niet)gekwalificeerde sportbegeleiders (VTS Plus) bijscholingen voor VTSmedewerkers (docenten, DSKO s, cursusverantwoordelijken) Vanaf het voorjaar 2014 worden geen Sportacopleidingen (Administratieve opleidingen voor clubbestuurders) meer georganiseerd. Het volledige pakket werd overgedragen naar Dynamo Project (VSF). Vanaf 2014 worden alle bijscholingen voor Hoger Redder opgenomen in de VOTASdatabank. Ook de bijscholingen in het kader van de Basisopdrachten (BO3/BO2) van de sportfederaties worden geregistreerd in de VOTASdatabank. Sportfederaties die dat wensen kunnen aan de deelnemers een gepersonaliseerd federatieattest digitaal beschikbaar stellen. In 2015 werden 270 bijscholingen opgenomen en geattesteerden. Decretaal verplichte bijscholingen voor coördinatoren van sportfederaties Op 13/7/2001 werd het decreet houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding goedgekeurd. Het daaraan gekoppelde uitvoeringsbesluit van 5/12/2008 vermeldt in artikel 14: Overeenkomstig het artikel 13, 7 en artikel 28, 8 van het decreet moet de sportfederatie, om in aanmerking te komen voor subsidies voor de basisopdrachten, voldoen aan de volgende voorwaarden inzake opleiding en bijscholing van de verantwoordelijke personen: 1 de sporttechnische coördinator(en) en de coördinator topsport van de sportfederatie volgen jaarlijks een sport of managementgerelateerde bijscholing van minstens zes uur die georganiseerd of erkend wordt door de VTS, die daarvoor een deelnameattest uitreikt 2 de administratieve coördinator van de sportfederatie volgt jaarlijks een administratieve bijscholing van minstens zes uur, die door het Bloso georganiseerd of erkend wordt. Het deelnameattest wordt door het Bloso uitgereikt. In 2015 werden 92 decretaal erkende bijscholingen voor een totaal van uren georganiseerd en/of erkend en opgevolgd door de cel bijscholingen van de VTS. De verschillende doelgroepen kregen zodoende een voldoende groot aanbod. Er werden hiervoor in totaal 896 attesten afgeleverd (geen Dag van de Trainer in 2015). Deze bijscholingen werden georganiseerd door Bloso/VTS of door één van de partners van de VTS: de universiteiten en de hogescholen met een LOopleiding, de Vlaamse Sportfederatie (VSF) en de Vlaamse Overheid. Het aantal deelnemers aan deze bijscholingen ligt beduidend hoger, maar niet iedereen heeft een attest nodig. De tabel decretaal verplichte bijscholingen 2015 geeft een overzicht van de geattesteerde deelnemers. Overzicht van het aantal uren bijscholing per categorie Doelgroep Afkorting Aantal uren Coördinatoren Topsport CT 324,5 Sporttechnisch coördinatoren STC 333 Sporttechnisch coördinatoren recreatieve sportbeoefening STCR 316 Administratieve coördinatoren AC 564,5 Totaal

231 Decretaal verplichte bijscholingen 2015 georganiseerd of erkend door de VTS Plaats Titel bijscholing Erkende ADC CT STC STCR Organisator Dlnrs uren 15/01/2015 Brussel Time Management in company opleiding 3,5 3,5 3,5 3,5 3,5 Tennis Vlaanderen vzw 5 16/01/2015 Brussel Actuaplus Januari (2015) Sociare 1 22/01/2015 Gent VSF Visie op jeugdbeleid 4,5 0 4,5 4,5 4,5 VSF 46 22/01/2015 Brussel Sociare 2015 Basiscursus PC329 Voorjaar Sociare 0 27/01/2015 Brussel Sociare 2015 WS Arbeidsreglement Sociare 0 3/02/2015 Gent Coach met de Mfactor KUL 7 4/02/2015 Gent VSF Vrijwilligersmanagement voor sportfederaties VSF 0 5/02/2015 Gent Vormingstweedaagse Sport & Armoede VSF 1 10/02/2015 Brussel Actuaplus Februari (2015) Sociare 2 10/02/2015 Gent VSF2015 Traject Sportclubonderstuning VSF 29 11/02/2015 Brussel Actuaplus Februari (2015) Sociare 1 11/02/2015 Berchem Coach met de Mfactor KUL 31 24/02/2015 Brussel Basismodule voor nieuwe coördinatoren : deel Bloso 16 27/02/2015 Gent VCP Plannen en periodiseren in cyclische sporten Bloso 77 3/03/2015 Antwerpen VSF Sportief de tijd houden VSF 13 5/03/2015 Gent New trends in Sport Sponsorship 2, 2,5 2,5 2,5 2,5 UG 0 9/03/2015 Meise Gewijzigde antidopingregelgeving voor sportfederaties VSF 62 10/03/2015 Brussel WS Verlof (2016) Sociare 1 10/03/2015 Antwerpen Overlegmoment recreatieve volwassen en seniorenwerking 4, ,5 4,5 VSF 30 12/03/2015 Gent VSF Duidelijk schrijven VSF 0 14/03/2015 Dessel Bijscholing voor Multimovelesgevers Bloso 29 19/03/2015 Brussel Workshop Tijdskrediet (2015) Sociare 1 20/03/2015 Brussel Actuaplus Maart (2015) Sociare 1 23/03/2015 Brussel VSF2015 Sponsorwerving voor sportfederaties VSF 16 24/03/2015 Brussel WS Pensioen Sociare 1 26/03/2015 Brugge 7e European Equine Health and Nutrition Congress /03/2015 Brussel WS Soepele tewerkstellingsvormen (2015) Sociare 2 227

232 1/04/2015 Willebroek VSF2015 Doeltreffend interviewen VSF 0 21/04/2015 Brussel WS Supervisie btw (2015) Sociare 3 21/04/2015 Tongerlo VSF2015 Fiscaliteit en btw voor sportfederaties VSF 0 21/04/2015 Westerlo VSF2015 Privacywetgeving voor sportfederaties VSF 12 23/04/2015 Brussel WS Het nieuwe werken: juridische aspecten Sociare 4 28/04/2015 Brussel WS Groepsverzekering Sociare 1 29/04/2015 Brussel WS Groepsverzekering Sociare 2 5/05/2015 Gent VSF2015 Communiceren in kleuren VSF 10 6/05/2015 Brussel Basiscursus Kort Paritair Comité Sociare 0 12/05/2015 Brussel WS Wat kan nog binnen de loonnorm? (2015) Sociare 0 19/05/2015 Brussel Infosessie Werkgeversgroepering: oplossing voor uw organisatie? 2, Sociare 4 28/05/2015 Berchem VSF2015 Ledenbinding voor sportfederaties VSF 19 9/06/2015 Brussel Infosessie Verkiezingen Sociare 1 12/06/2015 Brussel WS Resultaatgericht werken in uw organisatie (2015) Sociare 1 18/06/2015 Gent VSF2015 Communicatiebeleid in sportfederaties VSF 22 19/06/2015 Brussel Actuaplus Juni (2015) Sociare 1 22/06/2015 Brussel VSF2015 Less stress in te stresses VSF 10 10/09/2015 Antwerpen EFSMAcongres /09/2015 Brussel Basiscursus 329 Najaar Sociare 1 16/09/2015 Antwerpen VSF2015 Architectuur sportfederaties in veranderende wereld VSF 15 17/09/2015 Brussel Workshop Tijdskrediet (2015) Sociare 2 18/09/2015 Brussel Actuaplus September (2015) Sociare 2 19/09/2015 Antwerpen Topclinic Zwemmen: E. Johannesson VZF 1 22/09/2015 Gent VSF2015 Inzicht in het sportlandschap anno VSF 19 25/09/2015 Ronse VSF Inspiratiedag (2015) VSF 72 29/09/2015 Brussel WS Onderhandelen met werknemersvertegenwoordigers Sociare 1 29/09/2015 Mechelen VSF Duidelijk schrijven VSF 10 2/10/2015 Gent BelOlympAc 1516 Management in Sportorganisaties UG 0 8/10/2015 Gent VSF2015 Doeltreffend interviewen VSF 0 10/10/2015 Gent 7e Sportcongres

233 10/10/2015 Brussel WS Arbeidsduur en deeltijdse arbeid: de spelregels Sociare 2 13/10/2015 Brussel Infosessie Actua najaar Sociare 2 14/10/2015 Brussel Infosessie Actua najaar Sociare 2 19/10/2015 Brussel WS Resultaatgericht werken in uw organisatie (2015) Sociare 2 20/10/2015 Brussel Workshop Tijdskrediet (2015) Sociare 1 22/10/2015 Willebroek VSF2015 Financieel management voor sportfederaties VSF 12 23/10/2015 Willebroek VCPVoorbereiden topsportsucces: elke stap telt! Bloso 56 27/10/2015 Brussel WS Resultaatgericht werken in uw organisatie (2015) Sociare 2 29/10/2015 Westerlo VSF 2015 Communiceren in kleuren VSF 13 9/11/2015 Brussel WS Balanslezen Sociare 1 10/11/2015 Brussel WS Het nieuwe werken: juridische aspecten Sociare 0 10/11/2015 Gent VSF2015 Sponsorwerving voor sportfederaties VSF 18 13/11/2015 Wilrijk Topclinic Tennis: Frank Zlesak Tennis Vlaanderen vzw 1 16/11/2015 Brussel WS Balanslezen Sociare 0 17/11/2015 Brussel WS Pensioen Sociare 0 19/11/2015 SintNiklaas VSF2015 Notuleren VSF 12 20/11/2015 Brussel Actuaplus November (2015) Sociare 2 23/11/2015 Brussel WS Balanslezen Sociare 0 24/11/2015 Brussel Basiscursus Kort Paritair Comité Sociare 0 25/11/2015 Brussel VSF2015 Fiscaliteit en btw voor sportfederaties VSF 0 27/11/2015 Antwerpen Startsessie: Naar een (nog) beter beleidsplan VSF 31 30/11/2015 Brussel WS Verzekeringen Sociare 1 1/12/2015 Brussel WS Werking comité en ondernemingsraad Sociare 1 2/12/2015 Brussel Snelcursus PC 329 (2015) Sociare 2 3/12/2015 Antwerpen VSF2015 Vergaderingen (bege)lijden leiden VSF 15 4/12/2015 Gent Studiedag Participatiesurvey Steunpunt CJS 0 8/12/2015 Brussel WS Supervisie btw (2015) Sociare 3 10/12/2015 Brussel WS Werkgelegenheidsmaatregelen Sociare 0 10/12/2015 Willebroek VSF2015 Een succesvolle strategie voor ledenbinding in VSF 19 sportclubs 11/12/2015 Brussel Studiedag: Met goesting aan de slag Sociare 3 229

234 11/12/2015 Leuven VK Symposium (2015) Bloso 38 11/12/2015 Leuven 1ste Coloquium Topsport en Wetenschap Bloso 38 14/12/2015 Brussel VSF2015 Personeelsmanagement voor sportfederaties VSF 6 14/12/2015 Brussel VSF2015 Privacywetgeving voor sportfederaties VSF 21 17/12/2015 Brussel WS Sociale documenten Sociare 2 Totaal aantal uren bijscholing per categorie en totaal geattesteerden 656,5 564,5 324,

235 Bijscholingen voor VTSmedewerkers In 2015 werden volgende infosessie georganiseerd: Infosessies DSKO/STC: 30/04/2015 Gent VTSopendeurdag: 17/06/2015 Opendeurdag op het VTSsecretariaat Brussel Dag van de VTSmedewerker: 12/12/2015 Herentals (zie punt 6) Bijscholingen voor Hoger Redders De uitbatingsvoorwaarden voor publieke zwembaden en open zwemgelegenheden maken deel uit van het Besluit van de Vlaamse Regering van 01/06/1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (BS 31/07/1995) en laatst gewijzigd op 19/06/2009 (BS 28/08/2009) (Vlarem II). In dit besluit wordt naast de opleidingsverplichtingen tevens de bijscholingsplicht van de Hoger Redder en de rol van het Bloso bij de erkenning van de bijscholingen duidelijk omschreven: VLAREM II : o.a. afdeling Overdekte circulatiebaden ; afdeling Nietoverdekte circulatiebaden en afdeling Open zwemgelegenheden : De redders worden ten minste éénmaal per jaar geoefend in reddings en reanimatietechnieken. Het getuigschrift van de meest recente bijscholing ligt ter inzage van de toezichthoudende ambtenaar op de plaats van de exploitatie. Bedoelde bijscholing moet erkend zijn door het Bloso. De bijscholingen voor de actieve redders, beroepsmatig of occasioneel in functie, worden georganiseerd door de verschillende partners binnen de VTSdenkcel Reddend Zwemmen doch hoofdzakelijk door de Vlaamse Reddingsfederatie vzw (RedFed) en het Vlaams Instituut voor Sportbeheer en recreatiebeleid (ISB). Op de denkcelvergadering van 07/02/2014 werd beslist dat alle bijscholingen Hoger Redder tijdig moeten aangevraagd worden. Na afloop worden alle deelnemers opgeladen in de VOTASdatabank. Zo kunnen alle bijgeschoolde redders steeds een duplicaat bekomen van hun bijscholingsattest. In 2015 werden 251 erkende bijscholingen geregistreerd. 216 werden door de RedFed georganiseerd met deelnemers en 31 door het ISB met 685 deelnemers, HS Gent (2), KHLeuven (1) en KU Leuven (1) organiseerden 1 of 2 bijscholingen met samen 79 deelnemers. VTS Plus: Sporttakoverschrijdende bijscholingen voor (niet)gekwalificeerde sportbegeleiders VTS Plus wil trainers op alle niveaus de mogelijkheid geven om zich blijvend bij te scholen rond sporttakoverschrijdende thema s en wil tevens een platform bieden waar trainers met elkaar in dialoog kunnen treden. Alle bijscholingen in het VTS Plus bijscholingsaanbod duren minimum 2 uur en maximum 3 uur en er wordt 25 inschrijvingsgeld per sessie gevraagd. Er wordt per actueel thema steeds gezocht naar een spreker die expert is in zijn/haar vak. Het maximum aantal deelnemers bedraagt per sessie per definitie 25. Sommige sprekers wensten echter het aantal te verlagen naar 16 of 12 deelnemers om zo de interactie te vergroten. In 2015 hebben 648 trainers één of meerdere van de 40 bijscholingen gevolgd. Geen enkele geplande sessie moest afgelast worden. Per sessie werden gemiddeld 16 trainers verwelkomd en daagden gemiddeld 2 personen, zonder afmelden, niet op. 231

236 Volgende 17 thema s kwamen aan bod: polarized training, houdingstraining (deel I, II en III), core stabilisation, relaxatietechnieken, uitdagingen van een coach binnen een team, schouderblessures, coachen op maat van je sporters, hamstringblessures, stretching, sport met grenzen, rugblessures, het managen van emoties, coachthecoach, hamstringblessures, i training, feedback of feedforward en sportvoeding. Overzicht: Titel Datum Plaats Aanwezig Afwezig Geannuleerd Polarized training als methodiek voor het opbouwen van de aerobe uithouding. 26/01/2015 Gent Houdingstraining: werken aan de basis! 7/03/2015 Brugge Core Stabilisation in training and therapy 12/03/2015 Leuven Core Stabilisation in training and therapy 13/03/2015 Gent Relaxatietechnieken als tool voor stressmanagement 25/03/2015 Herentals De uitdagingen van de coach binnen een team 30/03/2015 Brugge Schouderblessures: onvermijdelijk of toch niet? 2/04/2015 Hofstade Coachen op maat van je sporters deel 1 23/04/2015 Willebroek Het belang van leiders binnen het team voor een optimaal teamfunctioneren 23/04/2015 Liedekerke Coachen op maat van je sporters deel 2 5/05/2015 Willebroek Hamstringblessures: onvermijdelijk of toch niet? 5/05/2015 Leuven Polarized training als methodiek voor het opbouwen van de aerobe uithouding. 6/05/2015 Hasselt Houdingstraining: werken aan de basis! 7/05/2015 Willebroek Stretching: Wat? Hoe? Waarom? Wanneer? 11/05/2015 Lede Houdingstraining: werken aan de basis! 30/05/2015 Genk Sport met grenzen 9/06/2015 Willebroek De uitdagingen van de coach binnen een team 8/06/2015 Hasselt Stretching: van principes naar realiteit 10/06/2015 Hofstade Coachen op maat van je sporters deel 1 11/06/2015 Waregem Relaxatietechnieken als tool voor stressmanagement 11/06/2015 Hasselt Coachen op maat van je sporters deel 2 18/06/2015 Waregem Rugblessures bij de overhead atleet 4/08/2015 Wilrijk Coachen op maat van je sporters deel 1 7/09/2015 Brugge Coachen op maat van je sporters deel 2 14/09/2015 Brugge Houdingstraining deel II: het trainen van actieve houdingscontrole 19/09/2015 Gent Houdingstraining deel III: het trainen van bewegingsbereik 24/09/2015 Gent Het managen van emoties in (top)sport deel 1 29/09/2015 Lede Het managen van emoties in (top)sport deel 2 13/10/2015 Lede Maak als coach het verschil! 17/10/2015 Hasselt Sport met grenzen 22/10/2015 Hasselt Houdingstraining deel II: het trainen van actieve houdingscontrole 27/10/2015 Leuven Houdingstraining deel III: het trainen van bewegingsbereik 29/10/2015 Leuven Hamstringblessures: onvermijdelijk of toch niet? 29/10/2015 Gent

237 Itraining: trainen en coachen met een tablet (beginners) 12/11/2015 Turnhout Maak als coach het verschil! 14/11/2015 Willebroek Feedback of Feedforward : oplossingsgericht coachen deel 1 16/11/2015 Brugge Schouderblessures: onvermijdelijk of toch niet? 24/11/2015 Leuven Portie sportvoeding aub! Beter trainen en presteren door de juiste voeding. 26/11/2015 Herentals Itraining: trainen en coachen met een tablet (gevorderden) 2/12/2015 Turnhout Feedback of Feedforward : oplossingsgericht coachen deel 2 7/12/2015 Brugge TOTAAL De VTS Plus bijscholingen werden georganiseerd in heel Vlaanderen. De meerderheid werd georganiseerd in Antwerpen (27,50%), gevolgd door OostVlaanderen (22,50%), West Vlaanderen (20,00%), Limburg (15%) en VlaamsBrabant (15%). De gemiddelde tevredenheidscore van de VTS Plus bijscholingen bedraagt 8,23/

238 XI. SPORTPROMOTIE EN KENNISCENTRUM SPORT Sportpromotie is een permanente opdracht van alle Vlaamse Sport voor Allenactoren, het is een basisopdracht van zowel de lokale, provinciale als de Vlaamse overheid, alsook van de Vlaamse sportfederaties, de sportclubs en de schoolsportsector. Het is een geheel van maatregelen en acties op het vlak van sensibilisering, kennismaking met sport en het sportaanbod, informatieverschaffing over sportinitiatieven en ondersteuning met de bedoeling zo veel mogelijk mensen (alle doelgroepen/kansengroepen) aan te moedigen tot regelmatige en blijvende sportbeoefening in zo kwaliteitsvol mogelijke omstandigheden. Deze permanente opdracht wordt op het terrein o.a. verwezenlijkt door een complementaire samenwerking tussen de verschillende Vlaamse sportactoren bij de organisatie van sportpromotionele acties en evenementen. 1. SENSIBILISERINGSACTIE OP VLAAMS NIVEAU (2015) 1. Sportelen, Beweeg zoals je bent In 2015 werd de sensibiliseringscampagne Sportelen, Beweeg zoals je bent niet verder gezet. Er werd geen actieve promotie meer gevoerd via media, wel werd een aantal acties op het terrein (Sportelteam en de Gezondheidsrally) herhaald en werden de gemeenten voor een vierde en laatste maal ondersteund in het kader van de actie Sportelgemeente. Het achterwege laten van extra promotie deed de deelnameaantallen van deze activiteiten in 2015 dalen. De Sportelwebsite bleef ook in 2015 een promotie en infoinstrument ter bevordering van de seniorensport in Vlaanderen. In 2015: werd de website bezocht door unieke bezoekers. bedroeg het totaal aantal bezoeken waren er in totaal paginaweergaves. Sportelteam Fysieke fitheid In 2015 maakten 61 gemeenten gebruik van een Sportelteam (Vlaams of provinciaal) en werd de fysieke fitheid van vijftigplussers getest. De provinciale Sportelteams, waarvan het aanbod werd uitgebreid met een evenwichttest, werd door 46 gemeenten aangevraagd en er werden vijftig plussers getest. Dit is een daling met 14%. Enkel in de provincie WestVlaanderen werd er een stijgend aantal aanvragen genoteerd. Het aanbod van het Vlaams Sportelteam bleef ongewijzigd. Dit team werd door 15 gemeenten aangevraagd en testte in totaal 642 vijftigplussers ( 48%). Deze daling is te 234

239 wijten aan een daling van de eigen sportpromotionele activiteiten en de verplaatsing van de Zenithbeurs (5 dagen) van november 2015 naar februari Gezondheidsboekje en Gezondheidsrally In samenwerking met VIGeZ (Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie en Ziektepreventie) werd begin 2013 het Gezondheidsboekje en de daarbij horende Gezondheidsrally gelanceerd. De brochure staat volledig in het teken van gezondheid en gidst de 50plusser doorheen de 9 groepen van de actieve voedingsdriehoek. Daarnaast kan de senior zijn kennis rond bewegen/sporten en gezonde voeding testen door deel te nemen aan de Gezondheidsrally. Er namen 849 vijftigplussers ( 11%) deel aan organisaties in 29 gemeenten. Sportelgemeente 2015 Met de actie Sportelgemeente wil Bloso de gemeenten in de kijker plaatsen die zich uitzonderlijk hebben ingespannen voor seniorensport in hun gemeente. De titel werd dit jaar voor de 4 de en laatste maal uitgereikt naar aanleiding van de Vlaamse sensibiliseringscampagne Sportelen, beweeg zoals je bent. Deze in 2009 opgestarte campagne had als doel 50plussers opnieuw te laten sporten of aan het sporten te houden. Dit jaar namen 209 gemeenten en steden deel aan de actie. Via het vervullen van een aantal criteria (o.a.: samenwerking met diverse lokale organisaties, organisatie van minimum 2 gemeentelijke Sportelactiviteiten waaronder 1 lessenreeks rond kracht en lenigheid, gebruik van het Sportellogo, ) konden de gemeenten de titel van Sportelgemeente 2015 behalen. Per provincie werd bovendien aan 1 gemeente, die extra inspanningen leverde, de titel van Super Sportelgemeente 2015 toegekend. De Super Sportelgemeenten 2015 zijn: Bonheiden (Antwerpen), Hasselt (Limburg), De Pinte (OostVlaanderen), Diest (VlaamsBrabant) en Oostende (WestVlaanderen) Van 1 december tot 9 december vonden de huldigingen plaats in de verschillende provincies. 2. Week van de Sportclub Omdat sporten in clubverband de beste garantie biedt voor regelmatig sporten met voldoende intensiteit en onder deskundige (professionele) begeleiding, werd de werking van de Vlaamse sportclubs extra benadrukt. In samenwerking met de Vlaamse Sportfederatie (VSF), ISB en met de medewerking van talrijke gemeentelijke sportdiensten en Vlaamse sportfederaties organiseerde Bloso dan ook van zaterdag 12/9/2015 tot en met zondag 20/9/2015, voor de zevende maal de Week van de Sportclub. In 2015 stond de appreciatie voor de omkadering in de sportclubs centraal, nl. de vrijwilligers, trainers, taxiouders,. Een kort overzicht van de Week van de Sportclub in 2015: 235

240 De gemeentelijke programma s bestonden voornamelijk uit het gratis openstellen van de trainingen in de sportclubs (68%), uit opendeurmomenten aansluitend op de vaste trainingsuren (24 %) en/of gemeentelijke doeaansportbeurzen (9%). Week van de Sportclub Aanbod gemeenten 9,00% Gemeentelijke Doeaan SportBeurs 68,00% 24,00% Opendeurmoment in de sportclubs aanvullen op de vaste trainingen Gratis openstellen van de trainingsuren in de sportclubs Midden juli werd de nieuwe website van Week van de Sportclub gelanceerd. In de periode van 1 juli tot 2 december hebben er unieke personen de website bezocht ( bezoeken). Tijdens de mediacampagne (7 20/09) hebben unieke bezoekers de website bezocht ( bezoeken). De meeste bezoekers kwamen via onderstaande kanalen op de website: Direct 38 % Sociale media 25 % Zoekmachine 20 % Doorverwezen 13% Dit jaar was er voor het eerst een samenwerking met de Sportdatabank Vlaanderen. Clubs die deelnamen werden visueel gepresenteerd op een overzichtskaart. Wanneer bezoekers de clubs aanklikten werden de contactgegevens zichtbaar. 236

241 Uit de cijfers van de Sportdatabank Vlaanderen kunnen we afleiden dat van de deelnemende clubs er: 86% een unisportclubs is en 14% een multisportclub 83% lid is van een erkende Vlaamse Sportfederatie, Volgende federaties telden de meeste meewerkende clubs: Voetbalfedaratie Vlaanderen (124 clubs) Sportafederatie (110 clubs) Vlaamse Volleybalbond (84 clubs) GymnastiekFederatie vzw (83 clubs) De gemeenten met het meest aantal deelnemende clubs waren: Antwerpen (88 clubs) Lier (67 clubs) Gent (64 clubs) Brugge (57 clubs) Op de Facebookpagina werd niet enkel verslag gebracht over de Week van de Sportclub, maar ook de Goed Bezig actie kwam uitgebreid aan bod. Eind 2015 werd de pagina door mensen geliked. Ten opzichte van vorig jaar zien we een verdubbeling van het aantal likes. De partners ISB en VSF hebben de informatie over de Week van de Sportclub via hun kanalen (website/nieuwsbrief) verspreid. Beide partners plaatsen een artikel in hun magazine (volledige pagina). Er werd opnieuw een rechtstreekse oproep gedaan naar de sportclubs via massmail (Addemar). Uit analyse blijkt dat op de contacten, sportclubs de mail hebben geopend (34%, benchmark is 35%). 271 sportclubs hebben bijkomende info (Facebookpagina, website Week van de Sportclub) open geklikt (dit is 6% t.o.v. een benchmark van 25% en dus geen goed resultaat). Voor de vierde maal op rij werd de oproep Toon je naar alle leerlingen van het basis en secundair onderwijs gestuurd om op woensdag 16/09/2015 in de outfit van hun sport(club) naar school te gaan. Deze oproep werd gedaan via de website van de Week van de Sportclub, via een massmailing naar alle Vlaamse scholen en via de nieuwsbrief van SVS (juni en september). In totaal 237

242 werden contacten (directies, gangmakers, leerkrachten) aangeschreven. Hiervan hebben contacten de mail geopend (39%) en klikten 318 door naar de eigenlijke website (16% t.o.v. benchmark 25%). Daarnaast werden meer dan posters verstuurd naar alle directies van de scholen. Hetzelfde promotiemateriaal werd ook bezorgd aan een 700tal schoolsportgangmakers tijdens de apotheose van SVS in juni In totaal namen 390 scholen deel aan de actie. Dit is een daling t.o.v (478 scholen). 25 winnende scholen ontvingen midden oktober van Bloso een sportief prijzenpakket. Per provincie werden door de provinciale Blosopromotiediensten 3 pagodetentjes verloot tussen de deelnemende gemeenten die het promotiemateriaal van de Week van de Sportclub hebben gebruikt. Via de openbare omroep werd een mediacampagne gevoerd. De oude tvspotjes werden vervangen door 3 nieuwe spotjes waarin de omkadering van de sporter centraal stond. Het eerste spotje draaide rond de taximama, een tweede zette de coach in de spotlight en in het derde spotje stond de materiaalverantwoordelijke centraal. De radiospot werd eveneens aangepast. De tvspots werden afwisselend uitgezonden gedurende 2 weken (van 7/9 tot 20/9/2015) op Canvas en op Een. De radiospot werd gedurende 2 weken uitgezonden op Radio1, Radio2 en Qmusic. In 2015 werd voor de eerste maal een online campagne gevoerd op sociale media. Op Facebook bereikte onze campagne unieke gebruikers (geteld over de doelgroepen interesse sport, T4050 en gezinnen). De advertenties werden maal geklikt. Dit zijn shares, comments, likes en video kliks. De campagne op YouTube richtte zich op 3 doelgroepen: sport, familie en T In totaal werden de video s maal getoond en keer uitgekeken. De benchmark was voor de drie doelgroepen zeer hoog (25 37% t.o.v. 15%) In De Zondag (16 edities) verscheen op 6 september een volle pagina advertentie en een bijkomende publicatie op 16 september in de Streekkrant Brussel Deze Week. Uit de evaluaties ingestuurd door 79 van de 193 deelnemende gemeenten leiden we volgende zaken af: Uit de bevraging van de sportdiensten blijkt dat 93% voor de 3de keer of meer deelneemt aan de Week van de Sportclub. De gemeenten voerden vooral promotie via (in volgorde van belangrijkheid): Gemeentelijke website Gemeentelijk infoblad Folder Affiche Brochure met overzicht sportclubs 96% van de gemeenten vond de ondersteuning van Bloso goed. Dit bevatte o.a. gevoerde communicatie, promotiemateriaal, De uitbreiding van de Week van de Sportclub naar een concept waarbij deze actie wordt uitgebreid naar 2 maal een periode van 1 maand (september en mei) ter promotie van de clubsport, werd afgetoetst bij de deelnemende gemeenten. 53% antwoordde dat ze in 2016 in het najaar zullen meewerken, 34% gaf aan zowel in het 238

243 voor als in het najaar deel te nemen, 8% enkel in het voorjaar en 5% zal volgend jaar niet meer deelnemen. Uit de evaluaties ingestuurd door 300 van de deelnemende sportclubs kunnen volgende conclusies getrokken worden: 71 % van de bevraagde clubs namen voor de 3 de keer of meer deel aan de actie. Clubs namen vnl. deel (in volgorde van belangrijkheid): Om hun sportclub in de kijker te plaatsen Nieuwe leden aan te werven Omdat het gevraagd werd door de sportdienst Omdat andere sportclubs in de gemeente ook deelnamen 75 % van de bevraagde sportclubs vond de ondersteuning vanuit de sportdienst goed. 67 % van de clubs vond de ondersteuning vanuit Bloso goed. 28 % vond dat dit beter kon. Dit kan te wijten zijn aan het feit dat de clubs niet rechtstreeks contact hebben met Bloso, maar dat alles via de gemeenten verloopt. Er wordt nagegaan of er eventueel een tool kan gecreëerd worden op de Week van de Sportclub website waarbij de clubs zelf hun info kunnen ingeven. Ook aan de clubs werd gevraagd of ze een eventuele uitbreiding naar het voorjaar zien zitten. 53% geeft aan in het najaar deel te nemen 32% zal in het voor en najaar deelnemen 10 % zal deelnemen in het voorjaar 5% zal volgend jaar niet deelnemen. De Week van de Sportclub werd in 2015 ook in het teken geplaatst van een Europees initiatief ter bevordering van de Sport. Deze Europese campagne werd gevoerd onder de slogan European Week of Sport #BeActive. Deze slogans werden systematisch opgenomen op het promotiemateriaal en de tvspots. Met een deelname van meer dan sportclubs was de Week van de Sportclub één van de grootste acties die in het kader van deze Europese sensibiliseringsactie in heel Europa werden georganiseerd. 3. Goed Bezig De actie Goed bezig werd in 2015 voor de laatste maal georganiseerd. Via deze actie wou Bloso, samen met zijn partners VSF en ISB, de sportclubs permanent in de kijker plaatsen. Er werd een oproep gedaan om mee te doen aan een fotowedstrijd gebruikmakend van de rondreizende Goed Bezigfotokaders. Aan de clubs werd gevraagd om via een fotoreportage aan te tonen waarom ze goed bezig zijn. Er werden 4 thema s vastgelegd (vrijwilligers, sociaal aspect, supporters en begeleiding) en de beste inzendingen maakten kans op 1 van de 40 waardebonnen (250 euro). Deze actie werd gevoerd via een specifieke website. Gemeenten die zich uitzonderlijk hebben ingezet voor de promotie van deze actie maakten kans op 1 van de 10 Goed Beziggemeentekaders. 239

244 Evaluatie 2015: 358 clubs namen deel aan de Goed bezig fotowedstrijd, goed voor 794 inzendingen. Aantal clubs per provincie: Antwerpen: 87 clubs Limburg: 38 clubs OostVlaanderen: 75 clubs VlaamsBrabant: 48 clubs WestVlaanderen: 76 clubs In de periode van midden 01/01/2015 tot 02/12/2015 hebben unieke personen de website bezocht ( bezoeken) Tijdens de mediacampagne ( Week van de Sportclub 7/09 20/09/2015) hebben unieke bezoekers de website bezocht. De meest bezochte pagina s waren Homepage Stemmen Stemmen / Limburg unieke bezoekers hebben gestemd op de inzendingen. Het webbezoek tijdens de stemronde en de bekendmaking van de uitslag bedroeg unieke bezoekers. De meeste bezoekers kwamen op de website terecht via de sociale media sociale media = 73% ( bezoeken) direct = 22% ( bezoeken) zoekmachine = 2% (2.070 bezoeken) doorverwezen 1,9 % (1.089 bezoeken) bezoeken (geen unieke bezoekers) kwamen rechtstreeks op de website terecht. De gemiddelde duur van de bezoeken bedroeg 2:13min In totaal werden 450 Goed Bezig awards aangevraagd door de sportclubs. 2. INFORMATIESESSIE VOOR SPORTDIENSTEN EN VLAAMSE SPORTFEDERATIES Ook in 2015 werden door de provinciale promotiediensten, al dan niet in samenwerking met de provinciale sportdienst, SVS en de provinciale afdelingen van ISB, verschillende informatiesessies voor de sportgekwalificeerde ambtenaren en sportpromotoren uit de provincie georganiseerd. Deze informatiesessies vonden plaats op: 09/2/2015 voor de provincie Antwerpen in het Blosocentrum Herentals. In totaal waren er 50 sportfunctionarissen en sportpromotoren aanwezig uit 41 gemeenten. 12/02/2015 voor de provincie Limburg in het Blosocentrum Kattevenia. In het totaal waren er 62 personen aanwezig waarvan 56 sportfunctionarissen en sportpromotoren uit 36 gemeenten. 27/01/2015 voor de provincie OostVlaanderen, in de Edugo Arena te Oostakker. In het totaal waren er 42 personen aanwezig waaronder 39 sportfunctionarissen en sportpromotoren uit 32 gemeenten. 240

245 26/02/2015 voor de provincie WestVlaanderen, in het Gemeenschapscentrum Groene Meersen te Zedelgem. In het totaal waren er 90 personen aanwezig waaronder 68 sportfunctionarissen en sportpromotoren uit 52 gemeenten. Een 2 de infosessie vond plaats op 22/10/2015 in het Jeugd en Ontmoetingscentrum TRAX in Roeselare, hierop waren 55 personen aanwezig waaronder 48 sportfunctionarissen en sportpromotoren uit 38 gemeenten 27/2/2015 voor VlaamsBrabant en Brussel in het Vlaams Administratief Centrum te Leuven, in samenwerking met ISB VlaamsBrabant en Brussel en de provincie VlaamsBrabant. In totaal waren er 70 personen aanwezig, waaronder 46 sportfunctionarissen en sportpromotoren uit 31 gemeenten. 3. PROVINCIALE EN REGIONALE PROJECTEN De vijf provinciale Blosopromotiediensten hebben ook een belangrijke taak inzake sportpromotie op het terrein. Zij organiseren of werken mee aan o.a. de provinciale jeugd en gezinssportdagen, in partnership met de provinciale sportdiensten, en ze zijn ook partners in de organisatie van de doeaansportbeurzen en ondersteunen de provinciale Sporteldagen. 1. Seniorensportdagen In 2015 werden door Bloso geen seniorensportdagen georganiseerd. Er werd wel ondersteuning gegeven aan lokale en regionale initiatieven. In OostVlaanderen werden regionale Sporteldagen georganiseerd in ScheldeDurme met 316 deelnemers, Meetjesland met 180 deelnemers, in de Vlaamse Ardennen waren er 113 deelnemers, in ZuidOostVlaanderen 166 deelnemers, in de Leiestreek 165 deelnemers en in Gent 66 deelnemers. In 4 regio s in WestVlaanderen werd een regionale Sporteldag georganiseerd. Op 21/05/2015 waren 1050 deelnemers aanwezig in Ingelmunster. Dit is de vroegere WestVlaamse seniorensportdag en dus momenteel nog de grootste Sporteldag. Daarnaast werd in 3 andere regio s voor het eerst een Sporteldag georganiseerd. In Moorslede (80 deelnemers), in Damme (78 deelnemers) en in Zwevegem (83 deelnemers). Op elk van deze Sporteldagen was telkens het Sportelteam aanwezig. Daarnaast werd een waaier aan sporten aangeboden gaande van curling, kubben, linedance, fitbal, wandelvoetbal, fietsen, petanque, tai chi, Nordic Walking, enz. In Limburg werd de eerste regionale seniorensportdag georganiseerd in de regio Zuid Limburg in Tongeren op 10/12/2015. Het evenement is tot stand gekomen door de medewerking van 10 gemeenten/steden. Er waren 151 deelnemers. 2. Doeaansportbeurzen De doeaansportbeurzen zijn een gezamenlijk initiatief van de Stichting Vlaamse Schoolsport, de provinciale sportdiensten, de betrokken gemeentelijke sportdiensten, en het Bloso. 241

246 Doelgroep Jeugd van de derde graad lager onderwijs en de eerste graad secundair onderwijs (1014 jaar). Doelstelling Tijdens de doeaansportbeurzen krijgen de kinderen de kans om te proeven van een hele waaier van sportactiviteiten. Kinderen op een speelse manier laten kennismaken met het aanbod van de sportfederaties, moet de kloof tussen de school en de sportvereniging verkleinen en hen aanzetten tot permanente sportbeoefening en tot een levenswijze waarbij sport en beweging integraal deel uitmaken van hun dagelijkse leven. Naargelang aanleg, interesse en bewegingsvaardigheid kunnen de deelnemers zich een beeld vormen van welke sporttak hij/zij eventueel verder in clubverband wensen te beoefenen. De doeaansportbeurs geeft elke sportfederatie de kans om te werken aan naambekendheid en de eigen sporttak zo aantrekkelijk mogelijk voor te stellen. Deelnamecijfers Provincie Antwerpen Limburg OostVlaanderen VlaamsBrabant en Brussel WestVlaanderen Totaal Provinciale jeugd en gezinssportevenementen Deze sportpromotionele initiatieven zijn in hoofdzaak een samenwerkingsverband tussen Bloso en de provinciale sportdiensten. Tijdens provinciale werkgroepvergaderingen is er overleg en coördinatie, met het oog op een goede samenwerking tussen de partners en het maken van concrete afspraken. De gemeente/stad waar het evenement plaatsvindt, maakt eveneens deel uit van de werkgroep. Doelgroep Alle jongeren, volwassenen en gezinnen uit de provincie. De klemtoon ligt evenwel nog steeds op jongeren tussen 12 en 18 jaar en vooral op diegenen die niet sporten of niet bij een sportclub aangesloten zijn. Doelstelling De provinciale jeugd en gezinssportevenementen vormen een essentieel onderdeel van het sensibiliseringsproces voor de nietsportactieve jongeren. Het is enerzijds de bedoeling om zo veel mogelijk nietsportende jongeren te laten kennismaken met een 242

247 zeer gevarieerd sportaanbod en anderzijds impulsen te geven om permanente sportbeoefening te stimuleren, bij voorkeur in sportclubverband. Deelnamecijfers De ervaring van de voorbije jaren heeft aangetoond dat het aantal deelnemende jongeren aan deze provinciale jeugdsportevenementen schommelt tussen en deelnemers per evenement. Chronologisch overzicht Stadskriebels, Brussel 10/5/ deelnemers Het Brussels Sportfeest, Stadskriebels, is een organisatie van de sportdienst van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, de Blosopromotiedienst VlaamsBrabant en Brussel en tal van andere partners. Niet enkel voor kinderen en jongeren maar ook voor volwassenen werd een uitgebreid aanbod van sportactiviteiten voorzien. Nieuw dit jaar was de Urban Trophy: de Dansaertstraat werd omgetoverd tot een parcours vol obstakels, waar je met een team kon aan deelnemen. Naast het sportaanbod werd er een uitgebreid randprogramma voorzien met veel demo s van Brusselse sportclubs, muziek, straatkunst en allerlei animatie. Vanwege het succes van vorig jaar waren er ook verschillende gezellige popup picknickplaatsen ingericht door Brusselse verenigingen. Naast de geregistreerde deelnemers kwamen heel wat kijklustigen de sfeer opsnuiven. De jeugdverenigingen blijven de grootste doelgroep, maar hiernaast werd er ook veel aandacht besteed aan 50plussers, families en mensen met een beperking. Zo werd door het Brussels Ouderplatform een volledig seniorensportaanbod aangeboden wat een enorm succes kende. FM Brussel, tv Brussel en Brussel Deze Week gaven de nodige mediaaandacht aan Stadskriebels. Eveneens verschenen er advertenties in alle infoblaadjes van de Brusselse Gemeenschapscentra en de gemeentelijke sportdiensten van VlaamsBrabant en werd er op grote schaal promotie gevoerd in Brussel, maar ook in VlaamsBrabant. Meer en meer personen vonden ook de weg naar Stadskriebels via facebook. Jeugdsportival, Blosocentrum Hofstade 4/10/ deelnemers Al voor de 24 ste keer werd het bekendste jeugdsportevenement van VlaamsBrabant georganiseerd op de eerste zondag van oktober. De attractieve formule bleef ongewijzigd: van 10u tot 16u kon iedereen tussen 10 en 18 jaar proeven van 40 gevarieerde sportieve activiteiten. De deathride van 60 m hoogte en het permanente hoogtouwenparcours van het Blosodomein waren de spectaculaire uitschieters van dit jaar. DJ Sam De Bruyne sloot het Jeugdsportival af met een spetterend optreden. De facebookpagina van Jeugdsportival is door één op de vijf deelnemers gekend, hetgeen een hele evolutie betekent. Uit de enquête bij de deelnemers bleek dat de gemiddelde leeftijd 14,1 jaar was. 58% van de deelnemers kwam zowel voor het sporten als voor het optreden naar het 243

248 Jeugdsportival, wat bevestigt dat de formule sport en muziek een voltreffer is. 95% liet weten dat ze volgende jaar graag willen terugkeren. Vroemdag, HeusdenZolder Circuit Zolder 20/10/ deelnemers uit 36 Limburgse scholen De Vroemdag is een unieke samenwerking tussen verschillende partners: Bloso, de provinciale Sportdienst Limburg, SVS, Rotary MiddenLimburg, Touring Racing team, Fifty One, Hasselethum, Groep NB projects, Circuit Zolder, Publides en KHLim, waarbij jongeren uit het BLO type 1,2,4 en het BUSO OV 1 en 2 een hele dag kunnen sporten op en rond het Circuit van Zolder. De deelnemers konden proeven van een 30tal aan de doelgroep aangepaste sporten. Voor de leerlingen met een mobiele beperking werden er huifkartochten voorzien. Naast het sportaanbod konden de deelnemers met een ervaren piloot een rit meerijden op het racecircuit in één van de 150 raceauto s. Het aantal deelnemers werd ook dit jaar beperkt tot leerlingen afkomstig uit Limburgse scholen. 4. Sportmarkt Sportmarkt is een initiatief van Bloso in samenwerking met 5 centrumsteden (1 per provincie). In deze vijf steden werd een sporthappening georganiseerd waarbij het stadscentrum verkeersvrij wordt gemaakt en omgetoverd tot een sportmarkt. In 2015 werden er sportmarkten georganiseerd in Genk, Aalst, Roeselare, Diest en Mechelen. Voor de organisatie van de sportmarkt werkt Bloso nauw samen met de lokale sportdienst en de lokale sportclubs en specifieke verenigingen die actief zijn rond kansarmoede. Doelgroep Iedereen, jong en oud, kan er kennismaken met tal van bekende en minder bekende sporten. Er wordt speciale aandacht besteed aan de toegankelijkheid voor personen met een handicap en kansarmen. Doelstelling Sportmarkt is meer dan een sporthappening. Voor, tijdens en na de sportmarkt stimuleert Bloso tal van initiatieven die de drempels naar sport verlagen voor diverse doelgroepen. Initiatielessen in kansarme buurten, stimuleren van een samenwerking met de UiTPAS, vorming voor sportclubs om te werken aan een laagdrempelig sportaanbod, ruilbeurs voor sportkledij, zijn maar enkele voorbeelden. Bloso en de lokale sportdienst werken hiervoor samen met tal van lokale sociale organisaties. In 2015 namen in totaal jongeren deel aan de 5 organisaties. Sportmarkt Aalst 28 juni deelnemers Sportmarkt Aalst werd georganiseerd door de promotiedienst Oost Vlaanderen en de Sportdienst Aalst in samenwerking met de Aalsterse sportclubs en verenigingen. Van 13u tot 18u gaven 23 sportclubs gratis sportinitiaties en/of demonstraties in de Aalsterse binnenstad (Grote Markt, Hopmarkt, Vredeplein, Graanmarkt en Werfplein). 244

249 Er waren een actieve deelnemers en daarnaast heel wat bezoekers. De meerderheid van de deelnemers (78% ) kwam uit Aalst. Overige deelnemers kwamen o.a. uit Lede (10%), ErpeMere, Affligem, Haaltert, Schellebelle, Opwijk, Liedekerke, Ninove, Denderleeuw, StLievensHoutem, Ternat en Dendermonde. Er werd promotie gevoerd via affiches, flyers en aankondigingen op de Blosowebsite, De Zondag, de website Wat te doen?, het nieuwe stadsmagazine Chipka en Facebook. De dag zelf werden folders met alle nodige informatie verspreid onder de bezoekers. Er was een UiTPASinfostand met scanner voorzien op de Grote Markt. 103 mensen hebben een UiTpunt gespaard (waarvan 19 mensen met een kansenstatuut, 94 mensen wonen in Aalst, 8 mensen uit Lede, 1 persoon uit ErpeMere). Alle 52 ruilvoordelen gingen de deur uit. 2 ervan werden geruild door mensen met een kansenstatuut, 45 ruilvoordelen werden opgenomen door mensen uit Aalst, 7 ruilvoordelen werden opgenomen door mensen uit Lede, 16 ruilvoordelen werden opgenomen door 18jarigen. Sportmarkt, Roeselare 12/09/2015 naar schatting deelnemers Op 12 september 2015 vond de 2 de editie van Sportmarkt plaats in Roeselare. Deze sportmarkt stond in het kader van de Week van de sportclub. Tijdens Sportmarkt Roeselare promootten de Roeselaarse sportclubs zich naar het grote publiek. De Grote Markt, Polenplein, Botermarkt, Muntplein en Stationsplein van Roeselare werden omgetoverd tot een echte sportmarkt waar jong en oud gratis konden kennismaken met 47 sporttakken. Er werden verschillende initiaties en demonstraties gegeven in avontuurlijke sporten, watersporten, balsporten, vechtsporten Alhoewel de nadruk lag op de doestanden, werd er ook uitgebreid aandacht besteed aan de informatieverstrekking, vooral naar de kansengroepen toe. Sportmarkt Roeselare is een organisatie van Bloso in samenwerking met de stad en alle organisaties die werken met en naar de verschillende kansengroepen. Zij werden nog meer dan bij de eerste editie betrokken bij de organisatie van het voor en natraject. Er werden een aantal afzonderlijke werkvergaderingen gehouden met de sociale partners (Babbeloe, Buurtsport, JaKedoe, Kameleon, Voc Opstap, t Hope en het Sociaal Huis alsook OCMW Roeselare en jeugddienst Roeselare) om te bekijken hoe bepaalde kansengroepen beter konden bereikt en/of betrokken worden. Het drukwerk en de visuals van Stad Roeselare en flyers bleken de meest opgemerkte en dus waarschijnlijk de efficiëntste promotiematerialen, gevolgd door de sociale media en de school. Het promotiemateriaal bestond uit beachflags, gadgets (jongleerballetjes), deelnamekaart, website Roeselare en Bloso, informatiekubussen Roeselare en ballonnen met opdruk. Op basis van de uitgedeelde, genummerde deelnamekaarten en rekening houdend met het feit dat sommige deelnemers zonder kaart deelnamen aan een aantal sporttakken of hun deelnamekaart niet indienden, kunnen we ramen dat Sportmarkt Roeselare ongeveer 1100 deelnemers had. De doelstelling De Roeselaarse bevolking maakt kennis met het aanbod van de Roeselaarse sportclubs via initiaties en demonstraties hetgeen hopelijk leidt tot aansluiting bij een Roeselaarse sportclub, werd deels bereikt. 245

250 De actie zal niet verder gezet worden in zijn huidige vorm. De stad Roeselare zal wellicht dit initiatief invoegen in een groter geheel. Sportmarkt, Genk 31/05/ deelnemers Dit stadsevenement richtte zich op een brede doelgroep: kinderen, jongeren, volwassenen en senioren. Op deze dag werd het 4 stadspleinen verkeersvrij gemaakt en omgetoverd tot een echt sportdorp. De deelnemers konden niet alleen gratis kennismaken met verscheidene sporten, maar ook informatie inwinnen over de sport of sportclub in kwestie. Door de inzet van de plaatselijke sportclubs konden alle sportliefhebbers zich informeren over talloze sportactiviteiten in eigen buurt. Sportmarkt Mechelen Mechelen 20/09/ deelnemers Sportmarkt Mechelen, een samenwerking tussen Bloso, de stad Mechelen, UIT zonder uitlaat en de Mechelse sportclubs, is een sportief evenement op 6 locaties in de binnenstad van Mechelen. Dit evenement werd voor de tweede maal georganiseerd. De 6 locaties werden omgetoverd tot sportpleinen met tal van initiaties. Men kon er ook informatie inwinnen over de werking van de verschillende sportclubs en spectaculaire sportdemonstraties bijwonen. Aan het evenement werkten dit jaar 31 stedelijke sportclubs mee. Samen met Sportmarkt Mechelen vond ook Uit zonder uitlaat (autoloze zondag) plaats in de binnenstad. Hierdoor was de binnenstad autovrij tussen 13u en 18u en konden de twee evenementen een meerwaarde voor elkaar betekenen. Binnen dit evenement werd er extra aandacht besteed aan de toeleiding van kansarmen. Samen met enkele diensten van de stad Mechelen (o.a. Sociaal Huis, De Keeting vzw) werd meermaals overleg gepleegd teneinde deze mensen te laten kennismaken met verschillende sporten (op het evenement) en door ze te uit te nodigen om deel te nemen aan een lessenreeks zwemmen voor beginners (via een sportief voortraject). Sportmarkt, Diest 19/09/ deelnemers Sportmarkt is een organisatie van Bloso en de stad Diest, in samenwerking met de Diestse sportclubs en enkele Vlaamse sportfederaties. Het centrum van Diest werd omgetoverd tot een sportmarkt waar iedereen kon kennismaken met een 40tal sporttakken. Er werden 8 infostanden en 46 sportstanden opgebouwd. 5 sportfederaties en 19 Diestse sportverenigingen werkten mee. Andere sportstanden werden ingehuurd door Bloso, zoals de avonturenpiste, deathride, basejump en meltdown. De randanimatie zorgde voor extra sfeer. Deelnemers werden gestimuleerd om aan zoveel mogelijk sporten deel te nemen. Enkel wie minstens 5 stempels op de deelnamekaart verzamelde, kwam in aanmerking voor een gadget. Daar het evenement gratis werd aangeboden, was het aantal deelnemers moeilijk na te gaan. 490 deelnemers leverden hun deelnamekaart in. Het totaal aantal deelnemers wordt op geschat. Daarnaast waren er ook heel wat toeschouwers. 246

251 Voor de maatschappelijk kwetsbare groepen kon er ingespeeld worden op het bestaand overleg van de werkgroep armoede regio Diest. Tijdens 4 vergaderingen werd Sportmarkt, inclusief voor en natraject, besproken. Het evenement werd gepromoot via het Inloopcentrum, Basiseducatie, Taalbad, de buitenspeeldag, de speelpleinwerking, het sociaal restaurant, de voedselbank, Vrijwilligers en medewerkers van het OCMW begeleidden de geïnteresseerden naar het evenement. Tijdens Sportmarkt werd er een geefmarkt georganiseerd in samenwerking met heel wat organisaties. De kansarmen konden met hun geefmarkt kaart een gratis lunchpakket en sportkledij krijgen. Basiseducatie had in het kader van de dag van de geletterdheid een kleine bibliotheek voorzien en was zeer tevreden over de opkomst. In het voor en natraject werden een aantal succesvolle lessenreeksen opgestart, zoals leren fietsen, zelfverdediging voor volwassenen, initiaties freerunning en streetsoccer. 4. ONDERSTEUNINGSMIDDELEN De Blosopromotiediensten hebben naast hun sportpromotionele opdracht ook een permanente opdracht van dienstverlening aan de provinciale en gemeentelijke sportdiensten, gemeentelijke sportraden en gangmakers. Deze dienstverlening bestaat o.m. uit de gratis sportverzekering, de lesgeverskredieten, prijzen en trofeeën, het uitlenen van sportmateriaal, adviesverstrekking,... De aanvragen voor deze ondersteuningsmiddelen komen van de sportfunctionarissen, de sportraden, de sportdiensten en via hen kunnen ook scholen en sportclubs een beroep doen op de provinciale Blosopromotiediensten. 1. Sportverzekeringen De sportverzekering wordt enkel afgesloten voor sportpromotionele activiteiten en voor organisaties waar het Bloso zelf of in partnership met andere actoren als initiatiefnemer optreedt. De sportverzekering wordt eveneens afgesloten voor sportpromotionele activiteiten uitgaande van socioculturele verenigingen en jeugdverenigingen die niet aangesloten zijn bij een erkende of nieterkende sportfederatie. In 2015 werden er op deze manier aanvragen goedgekeurd en werden er deelnemers verzekerd. PROVINCIE AANTAL GOEDGEKEURDE AANVRAGEN AANTAL VERZEKERDE DEELNEMERS Antwerpen Limburg OostVlaanderen VlaamsBrabant en Brussel WestVlaanderen TOTAAL Hieronder volgt een overzicht van het aantal ongevallen, per geslacht, per status en per soort van ongeval, die zich in 2015 heeft voorgedaan bij deelnemers die door de gratis sportverzekering verzekerd waren. 247

252 In het totaal waren er 125 ongevallen. PER PROVINCIE ANTW LIMB OVL. VLBR. WVL. TOTAAL (2014) Totaal aantal ongevallen Totaal aantal ongevallen (vrouwen) Totaal aantal ongevallen (mannen) Statuut slachtoffers Bedienden Arbeiders Anderen (studenten, zelfstandigen, werklozen, gepensioneerden) Kwetsuren Hoofd Romp Bovenste ledematen Onderste ledematen Lesgeverskredieten Bloso stelde ook in 2015 gratis lesgevershulp ter beschikking voor initiatieven in het kader van Vlaamse en provinciale evenementen, lessenreeksen van tien uur in een welbepaalde sporttak, ondersteuning van het lokaal en regionaal sportbeleid, schoolsport in het kader van kernwerking, bepaalde doelgroepen (gedetineerden, kansarmen, ). Aantal uren initiatie: Aantal deelnemers: PROVINCIE AANTAL UREN INITIATIE AANTAL DEELNEMERS Antwerpen Limburg OostVlaanderen VlaamsBrabant en Brussel WestVlaanderen 1.504, , , , , TOTAAL , Fitometer In het totaal beschikt Vlaanderen (eind 2015) over 93 Fitometers. Om het gebruik van deze Fitometers te promoten en aantrekkelijker te maken voor specifieke doelgroepen (jongeren, senioren, gehandicapten) werden in 2015 gesprekken voortgezet met diverse belanghebbenden. In 2016 moeten deze gesprekken leiden tot concrete acties. PROVINCIE AANTAL AANGELEGDE FITOMETERSETS Antwerpen 21 Limburg 20 OostVlaanderen 26 VlaamsBrabant 11 WestVlaanderen 15 Totaal

253 4. Prijzen en trofeeën Voor provinciale, regionale en gemeentelijke sportontmoetingen met een recreatief karakter werden 152 aanvragen voor prijzen en trofeeën goedgekeurd. De prijzen en trofeeën werden gratis ter beschikking gesteld. PROVINCIE AANTAL GOEDGEKEURDE AANVRAGEN Antwerpen 26 Limburg 34 OostVlaanderen 30 VlaamsBrabant 18 WestVlaanderen 44 TOTAAL 152 Als appreciatie voor de inzet van tal van sportvrijwilligers werden er gratis medailles ter beschikking gesteld van de gemeenten voor de huldiging van hun sportvrijwilligers met ten minste 21 jaar actieve inzet. 5. Uitlening van sportmateriaal Bij Sport Vlaanderen kan gratis sportmateriaal worden geleend voor belangrijke manifestaties, voor sportweekends en tijdens de vakantieperioden. Hiervoor komen de erkende Vlaamse sportfederaties en hun aangesloten clubs in aanmerking, alsook socioculturele verenigingen, jeugdbewegingen, gemeentebesturen, enz Bovendien kunnen startende clubs gedurende hun eerste bestaansjaar sportmateriaal ontlenen. Per provincie is er een uitleendienst van Sport Vlaanderen die gevestigd is, respectievelijk in de centra van Sport Vlaanderen Brugge, Gent, Hasselt en Herentals. De centrale uitleendienst bevindt zich in Hofstade (VlaamsBrabant). Er wordt hoe dan ook voortdurend ingespeeld op nieuwe sporttendensen en er wordt een permanente zorg besteed aan kwaliteitsbewaking van het uitgeleende materiaal. Aantal toegestane uitleningen per uitleencentrum in 2013 en 2014 Uitleencentrum Brugge Gent Hasselt Herentals Machelen Totaal /Hofstade Zemst Aantal toegestane uitleningen in Aantal toegestane uitleningen in Verschil

254 250 Werking van de uitleendiensten in 2015 Uitleendienst Brugge Gent Hasselt Herentals Hofstade Totaal 2015 Totaal 2014 Uitleningen Geografische spreiding Antwerpen VlaamsBrabant Brussel Limburg OostVlaanderen WestVlaanderen Aanvragen per sportdiscipline Aerobic Atletiek Badminton Baseball Basketbal Circusmateriaal Conditietraining Eurofit Frisbee Golf Gehandicaptensport Gymnastiek Handbal Hockey Jeugdpentatlon Judo Korfbal Medecinebal Mini Basket Minivoetbal Omnisport Oriëntatieloop Petanque Rope Skipping Rugby Speleobox Tafeltennis Tennis Voetbal Volleybal Watersport Diversen Logistiek New games Koffers Nordic Walking Promotie Tchoukball Rugnrs.eurofit Soccerpal Kracht en lenigheid Curling Tijdsklok Multimove Profiel van de aanvrager Sport Vlaanderen + federaties Scholen Gangmakers Clubs Jeugdbeweging (6,58%) 505 (21,7%) 12 (0,53%) 511 (22,88%) 196 (8,7%) 167 (7,20%) 599 (25,84%) 492 (21,22%) 200 (8,62%)

255 Gemeenten + sportdiensten sportraden Bedrijven Organisaties Socio cult. Verenig. Provincies Andere Vl.Gem./federaal (6,1%) 360 (16,12%) 4 (0,17%) 66 (2,9 %) 81 (3,6 %) 145 (6,4%) 13 (0,58%) 53 (2,37%) 2 (0,08%) 178 (7,67%) 327 (14,10%) 85 (3,66%) 77 (3,32%) 125 (5,35%) 17 (0,73%) 49 (2,1%) 2 (0,08%) 6. Permanente Blosomountainbikeroutes In 2015 werden in Vlaanderen 3 nieuwe permanente bewegwijzerde mountainbikeroutes, erkend door de Vlaamse stuurgroep mountainbike, geopend. Provincie Antwerpen In de provincie Antwerpen werden er in 2015 geen nieuwe permanente routes geopend, maar werd er volop gewerkt aan het finaliseren van het netwerk Kempen dat in 2016 geopend zal worden. 8 bestaande routes en 1 nieuwe route in Arendonk zullen samen verbonden worden tot een netwerk van bijna 500 km. Provincie OostVlaanderen In OostVlaanderen werd de mountainbikeroute van SintLievensHoutem geopend/heropend op 7/06/2015. De mountainbikeroute van St. Lievens Houtem is niet nieuw maar werd omwille van een ruilverkaveling een hele tijd gesloten. Ze werd ook hertekend. Deze mountainbikeroute is opgebouwd uit een groene lus van 21,5 km, een groene en blauwe lus zijn goed voor 26 km. Het totale traject is 37 km lang, waarvan 38% onverhard. Deze route heeft aansluiting met de routes van ErpeMere, Lede, Oosterzele, Wetteren en Zottegem en maakt deel uit van het netwerk ZuidOost Vlaanderen. Provincie VlaamsBrabant In VlaamsBrabant werden de routes van Liedekerke en Londerzeel officieel ingehuldigd. De route van Gooik werd gerenoveerd. De Tingelroute van Liedekerke werd op 19 april geopend. Deze route met één rode lus is 32 km lang, waarvan 42% off road. De route maakt verbinding met 4 omliggende routes nl. Denderleeuw, Affligem, Roosdaal en Ternat. De route van Gooik werd op 12 april heropend. Op deze route van 47 km werd het parcours deels hervormd, de signalisatie opnieuw aangebracht en werden nieuwe startborden geplaatst. Op 28 augustus werd de route van Londerzeel geopend in het ruime kader van het Gordelfestival. Het parcours van 53 km is opgebouwd uit een groene lus van 33,5 km en een blauwe lus van 19,5 km. 46% van de route is onverhard. Aansluiting is er met de route van StAmands, Meise en Merchtem. Provincie WestVlaanderen In WestVlaanderen werd een nieuwe permanent bewegwijzerde mountainbikeroute geopend op 6 juni in Nieuwpoort namelijk de Michel Pollentier Mountainbikeroute. Deze route bestaat uit een groene lus van 27 km waarvan 47% onverhard. Er zit ook een stuk strand in en loopt voor een deel doorheen een natuurreservaat. 251

256 Provincie Limburg In Limburg werd de eerste fase van het nieuwe mountainbikenetwerk Hoge Kempen geopend nl. de Duinengordel. Het nieuwe netwerk behelst 45 km bewegwijzerde routes en is gelegen in de gemeenten MeeuwenGruitrode, Opglabbeek, Maaseik en Bree. In een volgende fase (2016) zal dit netwerk nog worden uitgebreid met routes in het Nationaal Park Hoge Kempen. Tevens werd er een verbinding gemaakt tussen het toekomstige mountainbikenetwerk Kempen (in Dessel) en het netwerk NoordLimburg (in Lommel). Deze verbinding is 6,9 km lang en voor 88% onverhard en kent o.a. enkele leuke singletracks. Start to mountainb!ke Dit is een project van Bloso, in samenwerking met de erkende Vlaamse wielerfederaties en de Vlaamse wielerscholen. Dit initiatieproject wil de mountainbikesport promoten en meer in het bijzonder de permanente mountainbikeroutes en mountainbikenetwerken. Start to mountainb!ke startte in het najaar van Gemeentelijke sportdiensten die zich engageren voor dit project, kregen een ondersteuningspakket van Bloso. Het opzet is gemeentelijke sportdiensten aanzetten om start to mountainb!ke te organiseren i.s.m. de plaatselijke mountainbikeclub/fietsclub. Het is ook de bedoeling om meer mensen te laten kennismaken met mountainbiken en sporten in de natuur. Het aanbod is afgestemd op de beginnende mountainbiker en de klemtoon ligt op het recreatieve aspect. De uiteindelijke doelstelling is het ledenaantal van de mountainbikeclubs verhogen en de bekendheid en het gebruik van de mountainbikeroutes en netwerken in Vlaanderen en de deelname aan de toertochten verhogen. Er wordt vooral ingezet op de beginnende mountainbiker, zonder of met beperkte ervaring. Ook gezinnen zijn welkom. Aantal georganiseerde lessenreeksen in 2015: 7 lessenreeksen in Limburg: 97 deelnemers 11 lessenreeksen in OostVlaanderen: 140 deelnemers 9 lessenreeksen in WestVlaanderen: 188 deelnemers 5 lessenreeksen in Vlaams Brabant en Brussel: 55 deelnemers 5 lessenreeksen in Antwerpen: 86 deelnemers Controle door peters De permanente routes worden jaarlijks gecontroleerd en er is ook een periodieke controle van de peters van de permanente routes. De signalisatie van een aantal bestaande routes werd grondig geüpdatet aan de hand van een bewegwijzeringplan waarin de optimale situatie van de bewegwijzering voor de mountainbikeroute wordt aangegeven. Ook werden in een aantal provincies de palen genummerd. Zo blijft de kwaliteit en de uniformiteit van de bewegwijzering van de mountainbikeroutes gegarandeerd. 7. Vlaamse loopomlopen Meer dan de helft van de sporters trekt naar een bos, plein of park voor zijn sportieve ontspanning en steeds meer Vlamingen willen zelf kiezen waar, wanneer en met wie ze sporten. Een van de populairste sporten hierbij is lopen/joggen. Ook Bloso houdt 252

257 rekening met die actuele tendensen. Daarom werd in 2012 een project gelanceerd rond de aanleg van gemeentelijke loopomlopen in een natuurvriendelijke omgeving. Het aanleggen van recreatieve loopomlopen komt tegemoet aan heel wat verzuchtingen van zowel de geoefende als de recreatieve sporter. Met een minimum aan investeringen voorzien de gemeenten een plek waar mensen kunnen sporten wanneer en met wie ze dat willen. Door de Vlaamse stuurgroep loopomlopen wordt een aantal criteria (80 procent onverhard, min. 5 km lengte, bij voorkeur een aantal lussen, voldoende breed,...) vooropgesteld, waaraan een loopomloop dient te voldoen. De Vlaamse stuurgroep loopomlopen betracht hiermee de realisatie van kwaliteitsvolle loopomlopen door de gemeenten. Ook in dit project worden peters/meters ingezet die de loopomlopen controleren en eventuele gebreken/tekorten/verbeteringen zowel aan Bloso als aan de gemeenten rapporteren. Naast de reeds bestaande omlopen werden in 2015, 14 bijkomende loopomlopen gerealiseerd namelijk in Ravels, Bonheiden, Merksem en een grensoverschrijdende loopomloop in de gemeenten SchildeZoerselRanst in de provincie Antwerpen, Kaprijke en Lokeren in OostVlaanderen, Ingelmunster en in De Haan in West Vlaanderen, deze laatste is een eerste 100% natuurloop die gerealiseerd werd i.s.m. het Agentschap Natuur en Bos. In Limburg werden 4 nieuwe loopomlopen geopend namelijk in HeusdenZolder, Genk, Lummen en Tessenderlo (100% natuurloop). In Vlaams Brabant en Brussel tenslotte werden in Glabbeek en Jette nieuwe trajecten gerealiseerd. De omloop van Jette is een samenwerking met VGC, Bim en Cocof. 8. Vlaamse kano en kajakroutes Dijle Om duidelijke afspraken te maken over kano en kajakvaart op de Dijle werd door De Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) (al een aantal jaren geleden) een convenant opgemaakt om recreatief medegebruik van de waterlopen te bevorderen, de veiligheid te verhogen tijdens afvaarten en de verschillende verantwoordelijkheden te duiden. Het is de bedoeling dat dit convenant getekend wordt door VMM, het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB), Bloso, provincie VlaamsBrabant, de betrokken gemeenten, Vlaamse Kano en Kajakfederatie (VKKF), Beroeps Federatie van Natuursport Ondernemingen (BFNO), Natuurpunt en de Vrienden van Heverleebos en Meerdaalwoud. In 2015 heeft het project geruime tijd stilgelegen omdat de gemeente Huldenberg niet akkoord was met de voorwaarden in het convenant en het ook niet wou ondertekenen. Na verschillende onderhandelingsgesprekken en aanpassingen aan het convenant werd er een overeenkomst bereikt. VMM heeft in november 2015 alle partners samengebracht om het laatste voorstel van het convenant toe te lichten. Op enkele kleine bemerkingen na waren alle partners akkoord met de voorwaarden en in het voorjaar 2016 zal de ondertekeningsronde van het convenant starten. 253

258 Natuurpunt en de Vrienden van Heverleebos en Meerdaalwoud hadden daarnaast ook bedenkingen over de communicatie en promotie voor dit project. ANB wil geen positief advies geven op de bouwaanvraag van steigers en trappen zolang het convenant niet ondertekend is door alle partners. Demer In oktober is er overleg gepleegd met Waterwegen en Zeekanaal (W&Z) (waterbeheerder), de provincie VlaamsBrabant en VKKF om het project te bespreken. W&Z is voorstander om een kano en kajakroute te voorzien op de Demer, maar veel hangt af van het Sigma project (heraansluiten Meanders) dat nog moet goedgekeurd worden door de Vlaamse Regering. Aangezien de meeste voorzieningen aanwezig zijn, kan er wel reeds een route ontwikkeld worden met de huidige infrastructuur. In de toekomst dienen de startborden dan aangepast te worden naargelang de Sigmawerken vorderen. In november heeft VMM nog een overeenkomst afgesloten met de brandweer van Diest en Aquafin in verband met de startplaats te Diest. Aquafin bekijkt momenteel nog het technisch gedeelte van de plannen, eens dit rond is kan VMM starten met de aanleg van de startplaats. Verder is er in december nog overleg gepleegd met de provincie VlaamsBrabant en de VKKF voor de opmaak van het eerste ontwerp van het startbord. 5. INSPECTIEOPDRACHTEN Naast sportpromotionele opdrachten hebben de provinciale Blosopromotiediensten ook een specifieke inspectieopdracht i.v.m. de organisatie van de sportkampen van de Vlaamse sportfederaties (met het oog op subsidiëring). Inspecties sportkampen georganiseerd door de Vlaamse sportfederaties. Van de provinciale Blosopromotiediensten wordt verwacht dat zij de organisatie van de sportkampen die door de Vlaamse sportfederaties worden georganiseerd, ter plaatse inspecteren, zoals bepaald in het decreet houdende de regeling van de erkenning en subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties, de koepelorganisatie en de organisaties van de sportieve vrijetijdsbesteding van 13/7/2001. De inspecties hebben betrekking op het naleven van de regelgeving, de sportinfrastructuur, het sportmateriaal, de veiligheid, de promotie, Onder meer op basis van het advies van de Blosopromotiediensten bepaalt de afdeling Subsidiëring de subsidieberekening van de desbetreffende sportkampen. Van de 320 effectief georganiseerde private sportkampen (ook de 12 sportkampen waarvoor de sportfederaties geen subsidies wensen te ontvangen, zijn meegeteld) werden 249 sportkampen geïnspecteerd, 71 sportkampen werden niet geïnspecteerd. Van de 320 georganiseerde sportkampen kregen 302 sportkampen een positief advies en 18 een negatief advies. 254

259 6. SENSIBILISERING VOOR SPECIFIEKE SPORTTAKKEN 1. Dé Watersportdag Dé Watersportdag werd in 2015 voor de 11 de maal georganiseerd op zaterdag 9 en zondag 10 mei. Het is een organisatie van Bloso in samenwerking met de Vlaamse watersportfederaties waarbij aan alle deelnemers gratis initiaties in alle mogelijke watersportdisciplines worden aangeboden. De Vlaamse Kano & Kajakfederatie (VKKF), de Vlaamse Roeiliga vzw (VRL), VVW Recrea vzw, de Vlaamse Reddingsfederatie vzw (RedFed), de Vlaamse Yachting Federatie vzw (VYF), Waterski Vlaanderen vzw (WSV), de Landelijke Zeilwagenfederatie vzw (LAZEF) en de Nederlandstalige Liga voor Onderwateronderzoek en Sport vzw (NELOS) verleenden hun medewerking. Tijdens de editie 2015 werden in 123 Vlaamse watersportclubs (1 minder dan op de feesteditie van het jaar voordien) ruim 326 watersportactiviteiten georganiseerd, 48 meer dan in Er werden door de deelnemende clubs dus een grotere variatie van sporten binnen hun watersportclub aangeboden. Studio Brussel was opnieuw de mediapartner van deze actie. Doelgroep en doelstellingen De Watersportdag richt zich tot iedereen maar in het bijzonder op jongeren. Via deze actie willen we deelnemers stimuleren om te watersporten en bij voorkeur lid te worden van een van de vele watersportclubs aangesloten bij een Vlaamse watersportfederatie. Deelnamecijfers De combinatie van een geslaagde promotiecampagne en stabiele weersomstandigheden op zondag, zorgden voor een opkomst van actieve deelnemers. Voor de evaluatie van deze actie werd gebruik gemaakt van een enquêteformulier dat door de deelnemers op vrijwillige basis werd ingevuld. 448 deelnemers vulden een enquêteformulier in, beduidend minder dan het jaar voordien toen er aan het invullen van de enquête een gadget gekoppeld werd. De resultaten gaven volgend beeld: 99,9 % van de deelnemers was tevreden over het sportaanbod en de infrastructuur; 70 % van de deelnemers maakte voor de eerste maal kennis met Dé Watersportdag ; 10% van de deelnemers kwam voor het eerst in contact met watersport; 60% van de deelnemers overwoog om zich, na hun deelname, aan te sluiten bij een watersportclub; velen doen dit ook de dag zelf; 18% van de deelnemers was reeds lid van een watersportclub, beoefende reeds watersport maar maakte van de gelegenheid gebruik om een andere watersport te ontdekken; meer dan 20% van de deelnemers maakte kennis met het evenement via het aangemaakte promotiemateriaal; 22% van de deelnemers (3% minder dan vorig jaar) hebben de specifieke website van Dé Watersportdag geconsulteerd om het programma en de informatie over de verschillende sporttakken te bekijken. In totaal werd het aanbod van de website maal bekeken. Opnieuw lag de tijd per consultatie vrij hoog. Dit wijst op een functioneel gebruik van de aangeboden informatie die op deze website beschikbaar was. 20% van de deelnemers heeft dit evenement leren kennen via de mediapartner Studio Brussel 5% via radiospots op Qmusic (5%). 255

260 leeftijd van deelnemers in percentage < 8 jaar < 12 jaar < 18 jaar jaar jaar > 45 3% 8% 14% 33% 25% 17% Promotie en/of mediaondersteuning. Radio: Via spots van 30 seconden werd promotie gevoerd op zowel Qmusic als op Studio Brussel. Er werden op de beide zenders in totaal 60 radiospots uitgezonden in de periode van 25 april t.e.m. 10 mei. In 2015 werd opnieuw samengewerkt met Studio Brussel als mediapartner. In de week voorafgaand aan het evenement, werden nationaal verschillende radiospots uitgezonden. De rechtstreekse uitzendingen vonden plaats vanuit 1 locatie aangevuld met mobiele reporters die op andere actieplaatsen interviews afnamen. Dit gaf opnieuw een bijzondere dynamiek aan de live uitzendingen. De locaties werden gekozen op basis van voorstellen vanuit de watersportfederaties, maar ook in functie van het aanbod en de interesse van Studio Brussel. Het Bloso domein Hofstade was dit jaar de locatie van de live uitzending. Op de facebookpagina van Studio Brussel waren de activiteiten te volgen via filmpjes en fotoreportages. De Zondag In De Zondag werd een paginaadvertentie in quadri opgenomen. Deze gratis krant bij de bakker heeft met vijftien regionale edities een oplage van exemplaren. Website Alle info over Dé Watersportdag was terug te vinden op de specifieke website: die werd ontwikkeld in samenwerking met de Vlaamse watersportfederaties en gehost door Bloso. Alle nuttige informatie over de deelnemende sportfederaties, hun sportclubs en de aangeboden sportdisciplines was hierop te vinden. Daarnaast werd er ook een pagina voorzien waar deelnemers ingezonden foto s konden uploaden met sfeerbeelden van het evenement. 256

261 Respons op de verschillende promotiekanalen website deze watersportclub directe mail reclameborden / spandoeken / vlaggen brochuren / flyer (drukwerk) Facebook andere watersportclub radiosport StuBru kleine leaflet poster/affiche zwembad/bibliotheek/sporthal Andere: 29% 18% 6% 7% 11% 8% 2% 16% 1% 1% 1% Drukwerken Folder: Rekening houdend met de evaluatie van de vorige editie werd de oplage beperkt tot ex. In de folder werden de doelstellingen van het evenement toegelicht en werd er informatie gegeven over de watersportfederaties, de actieplaatsen per provincie, algemene info, telefoon, , website, enz. Affiche: er werd gekozen voor een opzichtige affiche van 31 x 90cm, in een oplage van ex. Deze werd verspreid over heel Vlaanderen, o.a. ook in de basis en secundaire scholen. Opdrukaffiche: om de clubs lokaal ook de mogelijkheid te geven om hun programma aan te kondigen, werden er in beperkte oplage opdrukaffiches in kleur en formaat A3 aangemaakt. Hierop konden de watersportclubs makkelijk hun programma kopiëren. Oplage: 250 stuks. Promotiemateriaal Wegwijzers: aangezien er nog voldoende duurzame wegwijzers van de vorige editie over waren, was het niet nodig om bijkomende exemplaren te voorzien. De wegwijzers werden verdeeld onder de medewerkende watersportclubs. Tshirts: oplage ex., voor elke lesgever in de deelnemende watersportclubs. 257

262 Om nieuwe clubs te kunnen voorzien van bijkomend promotiemateriaal, werden 20 nieuwe beachflags aangemaakt. Voor de nieuwe ingeschreven watersportclubs werden ook 15 spandoeken aangemaakt. In 2013 werd gestart met een Facebookpagina. Deze werd beheerd en gedeeld door de watersportfederaties. De respons en de likes zijn bijna verdubbeld ten opzichte van de vorige jaren. Het is duidelijk dat Facebook een actief promotiekanaal is geworden. 2. Zomer Sportpromotietoer Voor de 9 de maal trok een Blososportpromotieteam samen met 36 Vlaamse sportfederaties en/of hun sportclubs in de maanden juli en augustus naar zeven verschillende badsteden (Koksijde, De Panne, Westende, Middelkerke, Blankenberge, Wenduine en Bredene) en naar het Elisabethpark in Brussel, Koekelberg. Op deze acht locaties werden meerdere sportdisciplines gratis geïnitieerd. Afhankelijk van de plaats en de beschikbare infrastructuur, werden er vijftien tot vijfentwintig verschillende sporttakken aangeboden. Voor de tweede maal werd de Zomer Sportpromotietoer ook ingebed bij de activiteiten rond het Gordelfestival. Deelnamecijfers Deelname aan de Zomer Sportpromotietoer was ook dit jaar volledig gratis. In totaal waren er op de acht verschillende locaties deelnemers, samen goed voor meer dan deelnames op de verschillende sportstanden. Zomer sportpromotietoer evolutie van het aantal deelnemers Reeks Het deelnemersveld was op alle locaties zeer divers en bleek zeer plaatsgebonden: aan de kust waren het voornamelijk gezinnen en kinderen, in het binnenland waren er meer individuele inschrijvingen en deelnemers in groepsverband (sportkampen, jeugdbeweging ). De organisatie van de Stranddag in Hofstade werd in tegenstelling met vorig jaar niet opgenomen in het programma van de Zomer Sportpromotietoer. Het feit dat deze promotiedagen gratis zijn maakt de actie zeer toegankelijk voor iedereen. Specifiek in Koekelberg was er een recordopkomst van meer dan

263 individuele deelnemers. Samen met het evenement Plazey en de VGC werd de promotie gevoerd naar de buurtbewoners, de speelpleinwerkingen en de sportverenigingen uit Brussel. Op deze locatie waren dan ook heel wat allochtone en kansarme jongeren aanwezig. Uit de bevraging bij de deelnemers op de 7 locaties, bleek het concept van de Zomer Sportpromotietoer nog steeds aan te slaan. Uit de 709 ingevulde enquêteformulieren, bleek dat 80% van de deelnemers jonger was dan twintig jaar, 20% was tussen 20 en 60 jaar oud en minder dan 1% was ouder. Er is wel een groot aantal deelnemers van boven de 50 jaar die maar met enkele sporttakken meedoet, en hiervoor geen deelnamekaart afhalen. Verder bleek uit deze bevraging dat de verdeling van dames/meisjes en heren/jongens in een evenwichtige verhouding verdeeld is en dat 53% van de deelnemers voor het eerst kennismaakte met dit evenement. Om de continuïteit in sportbeoefening van de deelnemers te bevorderen werd een bon uitgedeeld waarmee extra voordelen konden verkregen worden bij de sportclubs van de deelnemende sportfederaties. Het gaat om kortingen bij aansluiting, gratis initiatielessen e.d. De voorwaarden en de deelnemende sportclubs werden op de website vermeld. De respons hierop was op basis van wat de sportfederaties doorkregen van hun sportclubs minimaal. Dit initiatief zal dus in een volgende editie daarom niet meer herhaald worden. Er wordt naar een alternatief gezocht. Drukwerken Om dit evenement te promoten werd er gebruik gemaakt van verschillende mediakanalen. Hierbij een overzicht waaruit duidelijk blijkt dat naast de website, het drukwerk dat wordt aangemaakt en verdeeld via de kustgemeenten, duidelijk een positief effect hebben op de deelname. Respons op de verschillende Promotiekanalen 2% 4% 20% 26% Website Vorig locatie 3% 4% 2% 12% 12% 9% 6% Reclamebord/spandoek Kl. Folder Sportdienst kust Sportdienst binnenland 3. SportMix Dit Vlaams multicultureel sportfeest had plaats op 29/10 en 30/ Deze 9 de editie werd voor de 3 de maal georganiseerd in het Blosocentrum Netepark in Herentals. 259

264 Doelstelling Sportmix is een sportevenement dat aan autochtonen en etnisch culturele minderheden de kans biedt om zowel met elkaar als tegen elkaar te sporten. Sport is het bindmiddel bij uitstek waarlangs jongeren interactief kunnen leren om op een faire manier met elkaar om te gaan. Respect creëren voor en tussen verschillende culturen is een belangrijke maatschappelijke doelstelling waar ook sport zijn steentje toe wil bijdragen. Eén van de belangrijkste doelstellingen van dit evenement is jongeren van verschillende origine samen laten sporten en aandacht te hebben voor fair play en respect voor de andere partij. Ook de sociale integratie onder de vorm van teambuilding is een doelstelling. Doelgroep Jongeren van verschillende culturen van de eerste en tweede graad secundair onderwijs (12 tot 16 jaar). Organisatie Sportmix is een organisatie van Bloso in samenwerking met de Stichting Vlaamse Schoolsport provincie Antwerpen en met medewerking van Karel De Grote Hogeschool Antwerpen. Deze laatste zorgde voor personeelsondersteuning van 10 studenten per dag voor het begeleiden van de proeven, alsook voor de begeleiding van het voetbaltornooi en de initiaties in de namiddag. Programma Sportmix gaat door tijdens de schooluren. Van 9u00 tot 15u30. Doelgroep zijn de leerlingen van de 1 ste en 2 de graad secundair onderwijs (tussen 12 en 16 jaar) en dit uit voornamelijk concentratiescholen. Het evenement wordt gratis aangeboden. De organisatie voorziet een tussenkomst in de kosten van het openbaar vervoer en busvervoer. De helft van de kosten worden door de organisatie terugbetaald op vertoon van een geldig factuur. Dit wel tot een maximum van 300 euro per school. Het dagprogramma bestaat uit twee delen: Trophy (voormiddag) De samenstelling van de teams (4 tot 6 personen) gebeurt vooraf door de leerkrachten. Proeven: Bike and Run, teambuildingproef, hindernissenparcours, schietproef, oriëntatieproef en een behendigheidsproef (sportstapelen). Tornooien en initiaties (namiddag). De ploegen of groepen worden samengesteld door de organisatie. De deelnemers kiezen vooraf uit volgend sportpakket/aanbod: voetbaltornooi, ijsschaatsenijshockey, racketlon (badminton, golf, tafeltennis ), dans (3 dansvormen), vechtsporten of een mountainbiketocht. Deelnamecijfers Tijdens deze 9 ste editie namen 464 leerlingen deel op 29/10/2015 en 499 op 30/10/2015. Dit betekende een maximale bezetting voor dit evenement. In totaal 963 deelnemers Drukwerken en promotie 260

265 Er werden folders en 3750 affiches verdeeld via alle secundaire scholen van Vlaanderen. De promotie verliep grotendeels via de Stichting Vlaamse Schoolsport. Zij brachten de scholen reeds in juni via mail op de hoogte van dit evenement. Het evenement werd ook op de website aangekondigd en opgenomen in zowel hun provinciale als hun nationale nieuwsbrief. Eind augustus, begin september werden de folder en affiche verstuurd en meegegeven tijdens de startvergaderingen van de Stichting Vlaamse Schoolsport. Ook de andere provinciale afdelingen van SVS hebben de folder verdeeld. Evaluatie Eén van de belangrijkste doelstellingen van dit evenement is jongeren van verschillende origine samen laten sporten en hen leren om op een faire manier met elkaar om te gaan (fair play in de sport). Ter plaatse kon opgemerkt worden dat de meeste scholen deelnamen met een populatie van leerlingen van andere origine. Blijkbaar voelen vooral scholen met een zeer diverse leerlingenpopulatie zich aangesproken om deel te nemen aan Sportmix. In dit opzicht bereikt dit evenement dan ook de vooropgestelde doelstelling. Via de evaluatie werd te kennen gegeven dat vooral de laagdrempeligheid als één van de belangrijke sterkte wordt aanzien en dit door zowel de gratis deelname als de gedeeltelijke terugbetaling van het vervoer. Ook het feit dat deelnemers zich gedurende de dag actief en in groep bewegen als vorm van teambuilding wordt als positief ervaren. Ook het uitgebreide en gevarieerde sportaanbod in de namiddag viel zeker in de smaak van de doelgroep. De samenwerking met de Stichting Vlaamse Schoolsport en de KDG Hogeschool zorgde voor een vlotte organisatie, zowel in de voorbereiding als tijdens het evenement zelf. Vele scholen nemen intussen al meerdere jaren deel aan het evenement. Ook de periode waarin het evenement plaatsvindt vinden de meeste scholen ideaal. 7. SCHOOLSPORT Tussen Bloso en de Stichting Vlaamse Schoolport (SVS) werd een samenwerkingsovereenkomst afgesloten die loopt van 1/1/2014 tem 31/12/2017. Deze overeenkomst werd afgesloten in het kader van art. 2, 3 van het decreet van 13/02/2009 houdende de organisatie van schoolsport, in het kader van art. 2 van de subsidieovereenkomst tussen de Vlaamse regering en SVS, in het kader van het SVS beleidsplan en voor de uitvoering van operationele doelstelling 3.5. van de beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Regering en Bloso. De opvolging van deze samenwerkingsovereenkomst, de financiële opvolging en de coördinatie van de acties en evenementen gebeurt door het Vlaams Bureau Schoolsport. Het Vlaams Bureau Schoolsport heeft beslist om naast evenementen zoals Sportprikkels, de Survival Trophy, de Gordel voor scholen en de Vlaamse veldloopweek voor scholen, de inspanningen inzake schoolsportpromotie van de schoolsportgangmakers, leerkrachten L.O. en de schooldirecties, verder te ondersteunen. Daarnaast wordt er verder ingezet op het project Brede School met sportaanbod. 261

266 1. Brede School met sportaanbod Situering actie Het concept Brede School met sportaanbod kadert in een bredere context, die van de Brede School in het algemeen. Een Brede School wil de ontwikkelingskansen van kinderen en jongeren verhogen. Ze doet dat door in samenwerking met diverse partners een brede leer en leefomgeving te creëren. Daarbinnen kunnen kinderen en jongeren een grote diversiteit aan ervaringen opdoen. Brede School met sportaanbod Brede School met sportaanbod wil de sportparticipatie van kinderen en jongeren verhogen via het aanbieden van een laagdrempelig naschools sportaanbod dat ze stimuleert om levenslang te sporten. Het concept is gericht op de brede ontwikkeling van kinderen en jongeren met de nadruk op een sportieve en motorische ontplooiing. Bovendien wil men een gedragsverandering tot een gezonde en actieve levensstijl realiseren. Die doelstellingen worden bereikt via het uitbouwen van een breed netwerk, waarin scholen, lokale overheden en lokale sportactoren een geïntegreerde sportieve leer en leefomgeving vormen. Naschools sportaanbod voor 3 tot 8jarigen: Multimove Situering Multimove voor kinderen biedt 3 tot 8jarige kinderen een gevarieerd bewegingsprogramma aan, waarin de focus op de algemene ontwikkeling van vaardigheden ligt en een sporttak niet meteen herkenbaar is. Door kinderen in uitdagende bewegingssituaties te plaatsen waarbij ze ervaringen opdoen in de 12 bewegingsvaardigheden, wordt hun motorische ontwikkeling geprikkeld. Plezierbeleving staat hierbij centraal. Multimove onderstreept het belang van een brede motorische ontwikkeling en kan de start betekenen van een gezonde en levenslange sport en bewegingsparticipatie. Van september 2011 tot en met 31/08/2014 liep het experimenteel project Multimove voor kinderen, een gevarieerd bewegingsaanbod voor jonge kinderen van 3 tot 8 jaar. Het project berustte op een samenwerking tussen de Vlaamse Sportfederatie vzw (coördinatie, begeleiding, opvolging sportverenigingen, productontwikkeling), het Vlaams Instituut voor Sportbeheer en Recreatiebeleid vzw (ISB) (begeleiding en opvolging gemeentelijke initiatieven, productontwikkeling), de Vlaamse Trainersschool (opleiding en productontwikkeling), de VUB, UGent en de KULeuven (flankerend onderzoek) en het departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media (financiering). Op 1/09/2014 werd het project Multimove voor kinderen ondergebracht bij Bloso. In 2015 werd het volledige concept verder vormgegeven en uitgebouwd binnen de cel schoolsport van Bloso. Aantal Multimoveorganisaties in 2015 Multimove werd in 2015 aangeboden door 284 verschillende organisaties in 159 gemeenten. In een groot aantal gemeenten/steden wordt Multimove door verschillende organisaties aangeboden. Deze organisaties worden gestimuleerd om samen te werken, al dan niet gecoördineerd door de gemeente. 262

267 Multimove wordt hoofdzakelijk georganiseerd door sportclubs (67%) en sportdiensten (28,52%). De andere organisaties in onderstaande tabel slaan vnl. op private aanbieders. Multimoveorganisaties per provincie Andere Kinderopvang Provincie Sportclub Sportdienst Eindtotaal Antwerpen Limburg OostVlaanderen VlaamsBrabant WestVlaanderen Eindtotaal In 2015 organiseerden 39 organisaties Multimove binnen de Brede School context. Elke erkende Multimove sportclub, gemeente, school of kinderopvang die Multimove meteen na de schooluren aanbiedt in de schoolaccommodatie, in de kinderopvang of in een accommodatie vlakbij de school waar kinderen rechtstreeks na school naartoe gaan, vallen onder Brede School. Aantal Multimoveorganisaties binnen Brede School context Aantal van Brede School Ja 39 Neen 245 Eindtotaal 284 Aantal Brede School initiatieven per soort organisatie Aantal van Brede School ja Neen Eindtotaal Andere Kinderopvang 1 1 Provincie 1 1 Sportclub Sportdienst Eindtotaal Dienstverlening en ondersteuning Opleiding en bijscholing Op zaterdag 14/03/ 2015 werd in Dessel een bijscholingsnamiddag georganiseerd voor geattesteerde Multimovelesgevers. Voor toekomstige Multimovelesgevers werden van januari tot december een 20tal opleidingsdagen georganiseerd door de Vlaamse Trainersschool, verspreid over de 5 provincies. 263

268 Op vraag van Vlabus en het GO! werden verschillende afzonderlijke opleidingen voorzien. Infosessies Er worden op regelmatige basis vraaggestuurde infosessies gegeven tijdens congressen, nascholingsdagen, 16/01/2015: Dag van de bewegingsopvoeding in Torhout 27/02/2015: Infosessie gemeenten VlaamsBrabant 2/04/2015: Inspiratiedag kinderopvang VVSG in Gent 18/06/2015: Toelichting aan directies tijdens SVS apotheose in Gent 20/06/2015: Infosessie voor RedFed in KesselLo 15/10/2015: 1 ste Sportinnovatiecongres in Brugge 10/12/2015: infosessie voor ouders bij CLB in Aalst Evenementen Om Multimove te promoten bij het grote publiek, werd een Multimove promotiestand ontwikkeld. De promotiestand is een actieve stand waar jonge kinderen tal van beweegactiviteiten kunnen beoefenen. Multimove was aanwezig met de promotiestand tijdens evenementen zoals de Zomersportpromotietoer, Gordel voor Scholen, Gordelfestival, Ondersteuningsmateriaal In 2015 werd een Multimove beweeglied ontwikkeld. Het aanstekelijke ritme en de leuke melodie spreekt 3 tot 8jarige kinderen aan en is heel dansbaar. Het lied is speels en straalt uit dat bewegen plezant is. Het gezondheidsaspect van gevarieerd en voldoende bewegen komt subtiel aan bod zonder dat het belerend overkomt. Op dit lied werd een Multimovedans gemaakt, die opgenomen werd in een videoclip. Het lied, de dans en bijhorende videoclip moet kinderen aanzetten en stimuleren om meer te bewegen in de thuisomgeving. Daarnaast kunnen Multimoveorganisaties hun les starten of eindigen met het lied. In kader van de Sportsterrendagen (schoolsportevenement in 2016) werd het Multimove beweeglied verspreid naar de deelnemende scholen. De dans werd op school aan de kinderen aangeleerd. Om de uitwerking van Multimove binnen een Brede School context te ondersteunen werd een publicatie met goede praktijken ontwikkeld rond Multimove i.s.m. de kinderopvang. In het kader van deze publicatie werd een infosessie gegeven tijdens de Inspiratiedag Kinderopvang van VVSG. Maandelijks wordt er een nieuwsbrief verstuurd naar het brede publiek. Alle ouders en geïnteresseerden kunnen zich via de Multimovewebsite inschrijven op deze nieuwsbrief. De nieuwsbrief bevat tips, wist je datjes en doeactiviteiten om ouders aan te zetten meer met hun kinderen te bewegen in de thuisomgeving en buiten. Daarnaast wordt maandelijks een nieuwsbrief naar de erkende Multimoveorganisaties en lesgevers verstuurd. Deze nieuwsbrief bevat goede praktijkvoorbeelden, tips en relevante info die op dat moment van belang is voor de Multimoveorganisaties. Samen met Gsport Vlaanderen werden de eerste stappen ondernomen voor de ontwikkeling van een brochure met tips voor de begeleiding van kinderen met een beperking. Deze brochure wordt in 2016 verder uitgewerkt. 264

269 Plaatsbezoeken Sinds het najaar 2015 voeren naast de coördinatoren Multimove ook de consulenten van de provinciale promotiediensten van Bloso plaatsbezoeken uit bij erkende Multimoveorganisaties. Elke consulent doet gemiddeld tweemaal per maand een plaatsbezoek. Met deze plaatsbezoeken trachten we de kwaliteit van Multimove in de praktijk te bewaken. Bij elk plaatsbezoek wordt een standaard checklist gehanteerd. Onderzoek meetinstrument Op vraag van de Multimoveorganisaties werd i.s.m. de UGent, KU Leuven en VUB een praktijkgerichte tool voor Multimovelesgevers ontwikkeld. Deze tool (meetinstrument) stelt de Multimovelesgevers in staat de motorische ontwikkeling van kinderen aan het begin en einde van de lessenreeks na te gaan. Het meetinstrument geeft een goede weerspiegeling van de motorische ontwikkeling en vooruitgang van de kinderen, is in beperkte tijd af te nemen en vraagt weinig materiaal. De tool is gebaseerd op de MOT 46 testbatterij. Deze testbatterij werd gereduceerd tot 11 testitems die in de praktijk door de lesgever kunnen afgenomen worden. De tool voldoet aan de wetenschappelijke criteria van validiteit en betrouwbaarheid. Deze tool werd concreet uitgewerkt en vormgegeven in Er werd een handleiding met testinstructies, een scorefiche, draaiboek met verschillende scenario s en beweegkaart ontwikkeld. In 2016 zullen enkele testsettings met het meetinstrument aan de slag gaan. Nadien wordt het meetinstrument aangepast en gefinaliseerd zodat dit in het najaar van 2016 verspreid kan worden naar alle Multimoveorganisaties. De layout van dit meetinstrument zal verder in 2016 worden afgewerkt. Integratie Multimove in Brede School Bloso wenst het naschools beweegaanbod uit te breiden tot een volwaardig, afgestemd en laagdrempelig sportaanbod voor alle schoolgaande jeugd van 3 tot 18 jaar. Idealiter gaat het Multimove aanbod vooraf aan het Sportsnack aanbod. Kinderen van 36(8) jaar kunnen deelnemen aan Multimove en daarna doorstromen naar Sportsnack (lagere school). In de overlappende leeftijdscategorie (58 jaar) kunnen kinderen zowel aan Multimove als aan Sportsnack deelnemen. Vanaf het secundair onderwijs kunnen kinderen deelnemen aan SNS. Gezien de overlapping bij Multimove (38 jaar) en Sportsnack (512 jaar) ontstond er verwarring op het veld. Om de concepten Multimove en Sportsnack op een eenvoudige manier te duiden aan de scholen, werd een gezamenlijke promotionele folder MultimoveSportsnack ontwikkeld, die aan alle scholen in Vlaanderen en Brussel werd bezorgd. Er werden exemplaren verspreid. Naschools sportaanbod georganiseerd door de Follo Halftijds gedetacheerde leerkrachten LO (Follo) worden ingeschakeld om de naschoolse sport te organiseren en de brug te slaan tussen de gemeentelijke sportdiensten, de scholen en de sportclubs in zijn/haar zone. De Follo s zijn werkzaam in meerdere gemeenten binnen een bepaalde zone waardoor ook bovenlokale samenwerkingsverbanden mogelijk worden. Momenteel worden er twee vaste, gestroomlijnde sportproducten gepromoot. Aanbod voor het basisonderwijs 265

270 SportSNACK Sportief NaschoolsActieve Kids, geeft kinderen uit het basisonderwijs de kans om te bewegen tijdens een sportieve naschoolse opvang. Sportsnack wordt onmiddellijk na de schooluren georganiseerd én doorgaans op de school zelf. Sportsnack werd reeds in verschillende regio s en in heel wat lagere scholen door de Follo opgestart. Omdat Sportsnack georganiseerd wordt in de plaatselijke scholen, verschillen de organisatievormen nogal naargelang de lokale situatie. Het vinden van gekwalificeerde, pedagogisch opgeleide (sport)lesgevers die onmiddellijk na de schooluren sportsnack kunnen geven, blijft de moeilijkste uitdaging voor de Follo s. Zij doen hiervoor een beroep op leerkrachten uit de school zelf, lesgevers uit de sportclubs of lesgevers die via de gemeentelijke sportdienst worden aangeboden. Overzicht Sportsnack in 2015 Aantal gemeenten Antwerpen 8 20 Brussel Limburg 1 4 OostVlaanderen 5 9 VlaamsBrabant WestVlaanderen 2 6 TOTAAL Totaal nieuwe gemeenten aantal gemeenten aantal gemeenten Aantal scholen Antwerpen Brussel Limburg 1 7 OostVlaanderen VlaamsBrabant WestVlaanderen TOTAAL

271 aantal scholen aantal scholen Aantal deelnemers Antwerpen Brussel Limburg OostVlaanderen VlaamsBrabant WestVlaanderen TOTAAL aantal deelnemers aantal deelnemers In totaal namen leerlingen deel aan Sportsnack. Deze organisaties gingen door in 82 gemeenten en in 190 verschillende scholen in Vlaanderen. Van deze 82 gemeenten waren er in 2015, 38 gemeente die voor de eerste keer sportsnack organiseerden. In 17 van de 19 Brusselse gemeenten ging Sportsnack door. Gemeenten of scholen die een Sportsnack wensen te organiseren kunnen voor informatie terecht op (stappenplan, lesfiches, aanpak, keuze van activiteiten, ). Aanbod voor het secundair onderwijs: de Sport Na Schoolpas of de SNSpas. 267

272 Met een SNSpas kunnen jongeren uit het secundair onderwijs onmiddellijk na school deelnemen aan verschillende sportactiviteiten in hun gemeente of in hun regio van gemeentes. Met de SNSpas kunnen de jongeren zelf kiezen, waar, wanneer en hoe vaak ze willen sporten. Er worden een heleboel sportactiviteiten aangeboden die afgestemd worden op de interesse van deze doelgroep. Al de activiteiten zijn terug te vinden op de website Alle activiteiten vinden plaats in verschillende sportaccommodaties of scholen in de buurt en sluiten doorgaans aan op de schooluren. Aantal SNSregio s Antwerpen Limburg 6 8 OostVlaanderen 8 10 VlaamsBrabant 5 7 WestVlaanderen 7 8 TOTAAL Aantal SNSgemeenten Antwerpen Limburg 8 11 OostVlaanderen VlaamsBrabant 5 14 WestVlaanderen TOTAAL Aantal pasjes Antwerpen Limburg OostVlaanderen VlaamsBrabant WestVlaanderen TOTAAL In 2015 werden de regio s maar ook het aantal gemeenten waar SNSactiviteiten doorgingen verder uitgerold. In 2015 waren er 47 SNSregio s, samen goed voor 134 gemeenten jongeren uit het secundair onderwijs hebben een SNSpas aangeschaft. De meeste regio's werken met twee semesters (van oktober tot januari en van februari tot mei). Voor één semester betaal je 30 euro, voor twee semesters betaal je 45 euro. SNS Sportaanbod Het lokale programma van de sportactiviteiten wordt opgemaakt in samenspraak met de gemeentelijke sportdienst, de lokale sportclubs, de deelnemende scholen en privé sportcentra (fitness, squash, vechtsporten, klimmen,.). Er wordt gezocht naar een zo groot mogelijk aanbod van eigentijdse recreatieve sporten die een belangrijke aantrekkingspool vormen voor de leerlingen. De Follo neemt de coördinatie op zich om, in samenwerking met de gemeentelijke sportdienst, een sportprogramma uit te werken op basis van de lokale mogelijkheden. De Follo zorgt voor accommodaties, lesgevers, de communicatie naar de scholen, de opmaak en verspreiding van de passen, het opvolgen van de activiteiten, enz

273 Databank SNS en het profiel van de SNSer In 2015 werd een nieuwe databank SNS ontworpen. Deze databank is gekoppeld aan de online inschrijvingstool enerzijds en aan de scholen en SNSregio s anderzijds. De verwerkingen en back office van de databank worden in het voorjaar van 2015 grondig getest en vanaf september 2015 wordt de databank in gebruik genomen. Uit tal van onderzoeken blijkt dat meisjes over het algemeen minder sportactief zijn dan jongens. Dit is niet het geval bij de SNSdeelnemers, waar 59% meisjes zijn. 76% van de SNSpassen wordt verkocht aan leerlingen uit de laatste drie jaren van het secundair onderwijs: 18% van de deelnemers zijn 1516 jarigen, 23% zijn 1617 jarigen en 26% zijn 1718 jarigen In de meest succesrijkste regio s is dit ongeveer 15% van de totale schoolpopulatie. 62% van de SNSers geeft aan dat zij 1 of meerdere keren per week sporten met hun SNSpas. Dit betekent dat het grootste deel van de SNSers zich daadwerkelijk engageert en dat het sportaanbod hen aanspreekt. 68% is geen lid van een sportclub wat er op wijst dat een grote groep niet sportactieve jongeren aangezet worden om te sporten. Aantal Follo s Tijdens het schooljaar waren 31 Follo s actief: 8 in Antwerpen, 3 in Limburg, 7 in OostVlaanderen, 7 in VlaamsBrabant en Brussel en 6 in West Vlaanderen. De bedoeling is om in de volgende schooljaren, sport na school (SNSpas en sportsnack) uit te rollen in alle Vlaamse gemeenten. 2. Actie schoolsport op Vlaams niveau Sport beweegt je school ( ) In september 2013 werd gestart met de schoolsportactie Sport beweegt je school. Sport beweegt je school is het nieuwe beleidsinstrument dat SVS aan de scholen aanbiedt om het bewegings en sportbeleid, als onderdeel van het gezondheidsbeleid binnen het opvoedingsproject van een school, verder vorm te geven. Het werd ontwikkeld in samenwerking met Bloso. Sport beweegt je school wil scholen procesmatig en kwalitatief ondersteunen om via drie aangeboden bouwstenen te werken aan een geïntegreerd bewegings en sportbeleid. Deze 3 bouwstenen zijn: Beweging/Sport en BELEID, Beweging/Sport en AANBOD (voor, tijdens, tussen en na de lessen) en Beweging/Sport en FOCUS met de modules Fit, Fair en Fun for all. Deze bouwstenen worden tevens verder gekoppeld aan en versterkt door middel van diverse onlineinstrumenten die het proces toepasbaar maken in de praktijk. De checklist geeft de school een visueel beeld van hoe sterk de draagkracht en hoe groot de mogelijkheden zijn. Op basis hiervan kunnen de scholen hun prioritaire werkpunten kiezen. Voor de uitwerking beschikt elke school over een gepersonaliseerde inspiratiebox van acties, activiteiten, materialen, De monitoring biedt de scholen de mogelijkheid om het proces te bewaken en te evalueren. Sport beweegt je school kan dus worden opgevat als een beleidsinstrument maar vormt daarnaast eveneens het referentiekader en de leidraad voor de schoolondersteuning. Sport beweegt je school zal gedurende 4 schooljaren 269

274 aangeboden worden aan de scholen en dit gelijklopend met de beheersovereenkomst tussen SVS en de Vlaamse Overheid voor de periode van Resultaten Voor het beleidsinstrument Sport beweegt je school kunnen enkel de hoofdscholen zich registreren. Er werd namelijk op aangestuurd dat de hoofdschool en haar wijkscholen een gezamenlijk bewegings en sportbeleid zouden voeren. Sport beweegt je school bereikt in zijn 2 de werkjaar scholen wat neerkomt op 64,07% van de scholen in Vlaanderen. 126 van deze scholen zijn nieuwe registraties t.o.v. het vorige schooljaar. Binnen het basisonderwijs evolueert het bereik van 70,11% naar 68,32% en in het secundair onderwijs van 55,35% naar 54,16% van het aantal scholen in Vlaanderen. Voor het BuBaO gaat het bereik van 68,87% naar 65,67% en voor het Buso van 65,21% naar 60,83%. In beide onderwijsniveaus zijn er scholen bijgekomen, maar het aantal geregistreerde scholen van Sport beweegt je school is min of meer constant gebleven. Er is dus wel een significant verschil van het bereik in het basis onderwijs (68%), BuBao (65%) en Buso (60%) enerzijds en het secundair onderwijs (54%) anderzijds. Dit is een behoorlijk resultaat dat in de lijn ligt van de resultaten van vorig schooljaar en van de resultaten van voorgaande acties die louter actiegericht waren en geen beleidsmatige inspanningen vroegen van de scholen. Als we hierbij de bedenking maken dat er nu heel wat meer gevraagd wordt, vooral op beleidsmatig vlak, is dit zeker een positief en bemoedigend resultaat. Beginsituatie Op basis van de 40 bevragingspunten rond beleid, aanbod en focus werd een nulmeting gedaan. Sterke punten voor heel Vlaanderen zijn: de aandacht voor het welbevinden (plezierbeleving en zich goed en veilig voelen), de samenwerking met externe partners op het vlak van beweging en sport, de communicatie rond beweging en sport én de aandacht voor kwalitatieve kansen om te bewegen tijdens speeltijden en pauzemomenten. Zwakke punten zijn: de concrete uitwerking van het thema fair play, de inspraak van ouders en leerlingen in het beweeg en sportaanbod en een aanbod onmiddellijk na de lesuren dat rekening houdt met specifieke doelgroepen. Prioritaire werkpunten Sport beweegt je school legt veel nadruk op het stimuleren van het beleidsvoerend vermogen en dit werpt zijn vruchten af. Als meest aangeduid prioritair werkpunt kwam het uitwerken van een (uitgeschreven) visie voor het bewegings en sportbeleid naar voor. Verder in orde van grootte gevolgd door meer aandacht voor de concrete uitwerking van fair play, de oprichting van een werkgroep beweging en sport, een aanbod van beweging en sport tijdens de middagpauze en de aandacht voor een geïntegreerde aanpak van beweging en sport gekoppeld aan gezonde voeding. Monitoring van het procesverloop De wijze waarop de scholen met dit instrument gewerkt hebben, is sterk verschillend. Er zijn scholen die met dit instrument daadwerkelijk en zeer concreet aan de slag gegaan zijn en bijvoorbeeld het proces en traject dat afgelegd werd om hun prioritaire werkpunten te realiseren, uitvoerig toelichten en uitschrijven in de monitoring. 270

275 Lauwering Van de scholen die ingeschreven waren voor Sport beweegt je school werden scholen door SVS en Bloso weerhouden als laureaat. Zij hadden hun beginsituatie geregistreerd én minimum 3 prioritaire werkpunten aangeduid. Aandachtspunten voor de toekomst De checklist is een lijst met 40 vragen in de vorm van een onlineapplicatie. De checklist is aanvullend aan de instrumenten die de pedagogische begeleiding aanbiedt. De vragen volgen de structuur van de bouwstenen Beleid, Aanbod en Focus. De scholen kunnen bij elke vraag aangeven in hoeverre dit item in hun school al dan niet gerealiseerd is. Bij de allereerste registratie voor Sport beweegt je school is de checklist het vertrekpunt om een bewegings en sportbeleid uit te bouwen. Op basis van deze gegevens selecteert de school haar prioritaire werkpunten/groeikansen in elk van de 3 bouwstenen. Door de checklist in te vullen, kreeg de school een duidelijk beeld van haar huidig bewegings en sportbeleid en kreeg ze zicht op haar sterke en zwakke punten. In het schooljaar vulden 2080 van de geregistreerde scholen de checklist volledig in. Voor het schooljaar registreerden 126 nieuwe scholen zich. Zij doorliepen een zelfde stramien en brachten hun beginsituatie in kaart. Voor de scholen die sinds geregistreerd zijn, is de monitoring een belangrijke stap om te kijken in hoeverre de prioritaire doelstellingen behaald zijn. Dit is belangrijk in het kader van de kwaliteitszorg en opvolging. Het resultaat van de monitoring vormde de basis om voor het schooljaar de prioritaire werkpunten/groeikansen te selecteren en verder uit te werken. 3. Schoolsportevenementen Sportprikkels In 2015 werden de schoolsportevenementen: de Sportprikkels, de Survival Trophy, de Gordel voor scholen en de Vlaamse veldloopweek voor scholen georganiseerd. Deze evenementen zijn het resultaat van een samenwerking tussen de Stichting Vlaamse Schoolsport en Bloso. Doelstelling De actie Sportprikkels werd in 2015 georganiseerd door de Stichting Vlaamse Schoolsport i.s.m. Bloso. Met deze actie wordt de doelgroep geprikkeld om aan sport te blijven doen, ook na het secundair onderwijs. Deze sportieve happenings vinden plaats in één van de universitaire of hogeschoolopleidingsinstituten voor Lichamelijke Opvoeding. Aldus zijn deze organisaties voor de laatstejaars uit het secundair tevens een kennismaking op sportief vlak met het hoger onderwijs. Het programma van deze sportprikkeldagen wordt door de studenten van de universiteiten en de hogescholen zelf opgesteld en de sportactiviteiten worden door hen zelf geïnitieerd. In het hoger onderwijs, waarin de laatstejaarsscholieren terechtkomen, is er structureel geen lichamelijke opvoeding voorzien in het lessenpakket. Elke student is dus zelf verantwoordelijk voor zijn of haar fysieke fitheid. Daarom wordt aan elke deelnemer van de Sportprikkels een folder met sportadvies aangeboden. In deze folder Sport en studie moeten kunnen, wordt duidelijk gemaakt dat sporten belangrijk en gezond is. Voorts krijgen de scholieren de 271

276 kans om ruime informatie in te winnen over de mogelijkheden om te sporten in de universitaire instellingen en hogescholen. Promotie en/of mediaondersteuning Volgend promotiemateriaal werd specifiek voor deze actie aangemaakt: Een promotiefolder (quadri ex. ), door SVS verzonden naar alle secundaire scholen en naar alle leerkrachten L.O. van het secundair onderwijs. Bloso verzorgde de mailing naar alle Vlaamse gemeentelijke sportdiensten en sportfunctionarissen. Een opdrukaffiche en opdrukfolders (quadri), aangemaakt op ex. Deze werden uitgedeeld aan de organiserende instituten. Een aankondiging op de websites van Bloso en de Stichting Vlaamse Schoolsport. Een sportadviesfolder (quadri) voor alle deelnemende leerlingen (5.500 ex.). Deelnamecijfers In 2015 namen leerlingen (uit 50 secundaire scholen) deel en organiseerden 11 opleidingsinstituten een Sportprikkeldag. Evolutie van het aantal deelnemers

277 Evolutie van het aantal deelnemende scholen Evaluatie De editie 2015 van de Sportprikkels werd grondig geëvalueerd en op basis van de beschikbare resultaten werden volgende conclusies geformuleerd: De vertegenwoordigers van de deelnemende universiteiten en hogescholen waren tevreden over de samenwerking met Bloso en de Stichting Vlaamse Schoolsport. Volgens alle deelnemende instituten en de meeste deelnemende scholen past dit evenement perfect binnen de vooropgestelde doelen. 50% van de ingeschreven scholen hebben de voorbije jaren meermaals deelgenomen aan de actie Sportprikkels. Bij navraag bij de deelnemers en leerkrachten blijkt dat zij het concept nog steeds waardevol en interessant vinden. De deelnemende instituten zijn tevreden over het uitgebreide aanbod van het materiaal dat ze ter beschikking krijgen en over de promotie die de Sportprikkels maken voor hun instituut en opleiding. Omdat er 2 organisatiedagen minder waren t.o.v is het aantal deelnemende scholen van 60 naar 50 gedaald. 1 Instituut wenste niet meer te organiseren mits de studenten voor hun stage voorkeur gaven aan een ander project; daarnaast heeft PXL 1 dag georganiseerd tegenover 2 in Survival Trophy Doelgroep De Survival Trophy is een sportieve uitdaging specifiek uitgewerkt voor leerlingen van de 3 de graad secundair onderwijs. Doelstelling Bloso en de Stichting Vlaamse Schoolsport organiseerden in het schooljaar (in de maanden april en mei 2015) voor de 2 de maal de Survival Trophy voor Scholen en dit op 3 locaties in Vlaanderen. De primaire doelstelling is het aanbieden van een sportieve activiteit na de schooluren die aansluit bij de leefervaring van de doelgroep. Om de kwaliteit van dit evenement te waarborgen werden maximaal 150 ploegen per 273

278 Trophy toegelaten. Elke ploeg bestond uit 4 leerlingen. De ploegen moesten een parcours bestaande uit avontuurlijke hindernissen (behendigheid, kracht, lenigheid en snelheid) Klimmen over balken Sluipen onder netten Klimmen op stelling in het water en van 5m hoog in het water springen Klimmen over muren Klimmen op stelling en via glijbaan in water glijden Door sluiptunnel kruipen Over een bandenberg lopen Over het water lopen via vlotten Zwemmen Promotie en/of mediaondersteuning Volgend promotiemateriaal werd specifiek voor deze actie aangemaakt: Een promotiefolder (quadri ex.) die verzonden werd naar alle secundaire scholen in Vlaanderen en naar alle sportfunctionarissen en gemeentelijke sportclubs. Een affiche (quadri ex.) die verzonden werd naar alle scholen in Vlaanderen en naar alle Vlaamse sportfunctionarissen en gemeentelijke sportdiensten. Een aankondiging op de websites van Bloso en de Stichting Vlaamse Schoolsport. Een Facebookpagina is aangemaakt deels voor promotie en deels om in te spelen op de jeugd. Data en locaties: In 2015 werden 3 trophy s georganiseerd in volgende Vlaamse provincies: Woensdag 29/04/ 2015: Domein Kelchterhoef, HouthalenHelchteren Woensdag 13/05/ 2015: Domein Blaarmeersen, Gent Woensdag 20/05/ 2015: Bloso Hofstade Deelnamecijfers In totaal namen er 380 ploegen of leerlingen deel aan deze 2 de editie van de Survival Trophy. HouthalenHelchteren: 274

279 Effectieve ploegen: 126 Ingeschreven ploegen: 176 Gent: Effectieve ploegen: 134 Ingeschreven ploegen: 141 Hofstade: Effectieve ploegen: 120 Ingeschreven ploegen: 147 Evaluatie De editie 2015 van de Survival Trophy werd grondig geëvalueerd en op basis van de beschikbare resultaten werden volgende conclusies getrokken: De overzichtelijke promotiefolder werd door alle partners en scholen goed onthaald. De posters werden veelvuldig gebruikt in de scholen. Voor de volgende editie zal ook een digitale versie van de folder verzonden worden naar de schoolsportgangmakers van alle secundaire scholen in Vlaanderen. De 3 locaties liggen goed verspreid over Vlaanderen en de verschillende domeinen lenen zich goed tot het aanbieden van verschillende avontuurlijke proeven. De deelnemende scholen en begeleidende leerkrachten waren tevreden tot heel tevreden over de organisatie, de invulling van de proeven en de begeleiding van de proeven. Ook de deelnemende leerlingen waren enthousiast. De Facebookpagina is een groot succes met likes en veel activiteit. 275

280 Omdat dit een evenement is waarvoor geen inschrijvingsgeld of waarborg wordt gevraagd aan de deelnemende ploegen, gebeurt het geregeld dat er op de dag zelf van de trophy een aantal ploegen niet komt opdagen. Zo waren er dit jaar 464 ploegen vooraf ingeschreven en kwamen er uiteindelijk 380 ploegen opdagen. Het weer speelt hierbij ook een grote rol: als dit tegenvalt, dagen minder ploegen op. Dit jaar konden aansluitend op de leerlingenreeksen ook de leerkrachten deelnemen. In totaal hebben er 76 leerkrachtenploegen deelgenomen. Naar volgend jaar voeren we deze reeks opnieuw in. Mits de vraag het aanbod overstijgt wordt de volgende editie van de Survival Trophy georganiseerd op 4 locaties, met name de 3 locaties van dit jaar en 1 bijkomende locatie te Mol/Antwerpen (nieuw). Vlaamse veldloopweek voor scholen Doelgroep Alle jongeren uit het basis en secundair onderwijs. Doelstelling De editie 2015 van de Vlaamse veldloopweek voor scholen vond plaats in de week van 19/9/ 2015 tot 27/9/ Niet minder dan jongens en meisjes tussen 6 en 18 jaar namen deel aan de plaatselijke veldlopen. Het aantal deelnemers van de Vlaamse veldloopweek voor scholen is lichtjes gedaald. Deze daling is te wijten aan het stormachtig weer waardoor 12 veldlopen afgelast werden. Enkel in de provincie West Vlaanderen kennen we een stijging van het aantal deelnemers, niettegenstaande ook daar 1 veldloop werd afgelast. 287 Vlaamse gemeenten hebben een veldloop georganiseerd (= 88 % van het totaal aantal Vlaamse gemeenten). Dit jaar was de pilootgemeente Zottegem. Eline Berings was meter van deze 27 ste editie. De Vlaamse veldloopweek voor scholen is geen doel op zich. Minstens zo belangrijk is de aanloopfase naar deze sportieve week. Heel wat scholen werken immers tijdens de maand september aan de fysieke fitheid (vooral uithouding) van hun leerlingen. Promotie en/of mediaondersteuning Een promotiefolder (quadri ex.) werd verzonden naar alle Vlaamse gemeenten en de atletiekclubs in Vlaanderen. Een resultatenfolder (quadri ex.) werd verstuurd naar alle Vlaamse gemeenten. De Vlaamse veldloopweek voor scholen werd in mei, juni en september 2015 aangekondigd op de websites van de Stichting Vlaamse Schoolsport en Bloso Op werden infofiches geplaatst die de organisatoren konden downloaden. Een persontmoeting vond plaats op woensdag 23/9/2015 in Zottegem. Begin september 2015 werden vijf provinciale infovergaderingen georganiseerd, waar alle deelnemende gemeenten toelichtingen kregen over de Vlaamse veldloopweek voor scholen en waar het logistiek materiaal werd verdeeld. 276

281 Op alle startvergaderingen van de Stichting Vlaamse Schoolsport begin september 2015 werd de Vlaamse veldloopweek voor scholen extra onder de aandacht gebracht van de aanwezige schoolsportgangmakers. Deelnamecijfers Voor alle provincies was er een lichte daling in aantal deelnemers. Enkel in de provincie WestVlaanderen kennen we een stijging van het aantal deelnemers, niettegenstaande ook daar 1 veldloop werd afgelast. De daling is vooral te noteren in het basisonderwijs met deelnemers; in het secundair is er een kleine daling van 217 deelnemers. Niet minder dan scholen hebben deelgenomen aan deze 27 ste editie De verhouding deelnemers basis/secundair onderwijs blijft al 5 jaar statusquo. Ook verhouding organisaties binnen en buiten de lesuren is er een statusquo de laatste 5 jaar, 24 % van de organisaties in het basis onderwijs gaan door buiten de lesuren, in het secundair onderwijs is dit 26 % Evolutie van het aantal deelnemers (van de 327) Vlaamse gemeenten inclusief de 19 Brusselse gemeenten hebben een veldloop georganiseerd in

282 Evolutie van het aantal deelnemende gemeenten De Vlaamse veldloopweek voor scholen is een initiatief van Bloso en de Stichting Vlaamse Schoolsport (SVS), waaraan ISB, de Vlaamse Atletiekliga en tal van Vlaamse gemeentebesturen hun medewerking verlenen. Dit evenement is een blijvend succes. In de eerste plaats is dit toe te schrijven aan de goede samenwerking tussen de verschillende partners en aan de enthousiaste, welwillende inzet van de talrijke directies, schoolsportgangmakers, medewerkers, gemeentelijke sportdiensten en atletiekclubs. Evaluatie De 27 ste editie van de Vlaamse veldloopweek voor scholen werd grondig geëvalueerd en op basis van de beschikbare resultaten en cijfergegevens werden een aantal conclusies getrokken. De Vlaamse veldloopweek voor scholen is een zeer sterk concept. De betrokken partners ervaren deze organisatie als een schoolvoorbeeld van samenwerking. Met deelnemers is de Vlaamse veldloopweek voor scholen de grootste schoolsportklassieker, en dit sinds jaren. Dit succesverhaal is te danken aan de inzet van alle partners: de talrijke deelnemende scholen, schoolsportgangmakers, medewerkers, gemeentelijke sportdiensten en atletiekclubs. De (uitgebreide) website met alle mogelijke info en de praktische fiches voor de organisatoren, werd verder uitgebouwd en als zeer positief ervaren. Gordel voor scholen Projectomschrijving en periode Bloso en de Stichting Vlaamse Schoolsport organiseerden in de laatste week van juni 2015 de 20 ste en laatste editie van de Gordel voor scholen. 19 jaar lang werd de Gordel voor scholen georganiseerd in de provincie VlaamsBrabant met locatie Overijse en Tervuren. Het leeuwendeel van de deelnemende scholen kwam dan ook uit deze provincie. Om ook scholen uit andere provincies meer kansen te geven om aan dit Vlaams schoolsportevenement deel te nemen, vond de Gordel voor scholen in 2015 plaats in het provinciaal domein Puyenbroeck te Wachtebeke, in de provincie Oost 278

283 Vlaanderen. Dit evenement werd op vrijdag 19/06, maandag 22/06 en dinsdag 23/06/2015 georganiseerd met de steun van het provinciaal domein Puyenbroeck en de sportdienst van Wachtebeke. Wegens de extra inspanningen van de partners en de uitstekende samenwerking en de inzet van de vele medewerkers, vrijwilligers, studenten en de deelnemende sportfederaties was ook deze 20 ste editie weer een schot in de roos. Tijdens deze 3 dagen van de Gordel voor scholen was er zoals in de voorbije jaren ook een aanbod voor jongeren met een beperking. Doelstelling Met dit schoolsportevenement beogen de organisatoren meerdere doelstellingen: De promotie van het fietsen in het algemeen en van de fiets en verkeersveiligheid in het bijzonder; Een sportief alternatief bieden voor de klassieke eindejaarsschoolreizen en dit op een pedagogisch verantwoorde manier; Bijdragen tot het milieubewustzijn van de jeugd; De jongeren nog een laatste stimulans meegeven om ook in hun grote vakantie sportief bezig te zijn. Programma aanbod Ook voor deze 20 ste editie werden alle wandel en fietsparcours op maat gemaakt. Zo werden er voor de allerkleinsten op 19 juni 5 nieuwe themawandelingen met animatie uitgewerkt: de Boerderijwandeling van 3,5 km voor de kleuters, De Beestjeswandeling van 4,7 km of de Circuswandeling van 5 km voor de leerlingen van het 1ste leerjaar, De Fantasiawandeling van 7 km of de Strijd om de Troonwandeling van 8 km voor de leerlingen van het 2de leerjaar. De dag werd afgesloten met een podium act van De Drakenclub. Op 22 en 23 juni hadden de leerlingen keuze uit volgende parcours: De Rolstoelwandeling van 5,6 km, De Rebuswandeling van 8 km, Naast de Rolstoel en Rebuswandeling binnen het provinciaal domein, werden er nog 2 gelijkwaardige wandelparcours van 1012 km aangeboden buiten het domein: De Turfmeerswandeling van 1012 km via de Moervaart en de Turfmeersen. De Grachtenwandeling van 1012 km door het natuurgebied langs de Zuidlede en de Olentgracht. De kleine fietstocht van 15 km. De Smokkelfietstocht van km. De dag werd afgesloten met een podium act van de Boy Code. 279

284 Veiligheid De deelnemers kregen ook dit jaar een polsbandje waarop het noodnummer van het crisiscentrum stond en waarop de leerlingen ook hun persoonsgegevens noteerden. Het voordeel van dit polsbandje is dat elke deelnemer op gelijk welk moment geïdentificeerd kan worden. Volgende initiatieven werden genomen om de veiligheid extra te garanderen: Alle parcours werden op voorhand onderzocht op veiligheid, in overleg met de politiediensten. Gevaarlijke punten werden extra beveiligd met signalisatie, seingevers en politiemensen. Alle parcours werden duidelijk bewegwijzerd en voorzien van kilometerpalen. Alle leerkrachten kregen een duidelijk plan mee waarop de parcours, de controleposten en de picknickplaatsen aangeduid waren. Op de controleposten van de fietsparcours waren fietsherstellers aanwezig om kleine herstellingen uit te voeren. Interventiewagens stonden paraat op de verschillende parcours om zo nodig kinderen en fietsen te repatriëren. Een crisiscentrum stond via een radiocommunicatiesysteem in verbinding met deze interventiewagens enerzijds en met alle lokale politiediensten en veiligheidsdiensten en het Rode Kruis anderzijds. Alle deelnemende scholen kregen op voorhand een noodplan waarin duidelijk de richtlijnen stonden die gevolgd moesten worden bij een noodgeval. De organisatie stond in voor het transport van de leerlingen en de fietsen van en naar de Gordel voor scholen. Een specifiek veiligheidsdraaiboek werd opgemaakt en met de lokale politie en de partners werd een gedetailleerde veiligheidsvergadering gehouden. Randanimatie De sportieve randanimatie en het muzikale optreden werd elke dag aangepast aan de specifieke doelgroepen. In het domein Puyenbroeck werd een uitgebreid randanimatieprogramma aangeboden met een 30tal sportactiviteiten. Ook dit jaar bleef de sportieve randanimatie open tot het einde van de dag, zodat de leerlingen nog meer en langer van dit aanbod konden genieten, ook tijdens het muzikale optreden. Promotie en/of mediaondersteuning Volgend promotiemateriaal werd specifiek aangemaakt voor de Gordel voor scholen: Een promotiefolder (quadri: ex.) voor alle basisscholen en secundaire scholen, directies, leerkrachten L.O. en schoolsportgangmakers in Vlaanderen Een PRmap met infobundel (quadri: 500 ex.), voor alle deelnemende scholen en voor de persontmoeting Identificatiebandjes (quadri: ex) voor de deelnemende leerlingen Een affiche Gordel voor scholen (quadri: ex.,formaat 70x50 cm). Deze affiches werden verspreid naar alle deelnemende scholen van het basis en secundair onderwijs. Een aankondiging van de Gordel voor scholen op de startvergaderingen van de Stichting Vlaamse Schoolsport in september 280

285 Een aankondiging van de Gordel voor scholen op de websites van Bloso en de Stichting Vlaamse Schoolsport Deelnamecijfers deelnemers (9.077 leerlingen en 903 leerkrachten) uit 145 scholen namen deel aan de editie 2015 van de Gordel voor scholen. De grootste belangstelling ging ook dit jaar naar het wandelen, met deelnemers (inclusief begeleiders) deelnemers schreven in voor het fietsen, 292 kinderen en begeleiders namen alleen deel aan de randanimatie. aantal deelnemers per provincie Mits de Gordel voor scholen in de provincie OostVlaanderen werd georganiseerd kregen we een verschuiving in deelname aandeel uit de provincies. T.o.v. de vorige editie namen meer leerlingen (x 2.5) uit de provincie OostVlaanderen deel en veel minder (1/4) leerlingen uit de provincie VlaamsBrabant en Brussel. De deelname uit Antwerpen en WestVlaanderen bleef ongeveer hetzelfde. Uit Limburg was er geen deelname. Conclusie We mogen stellen dat de Gordel voor scholen nog steeds een succes is en dat dit toe te schrijven is aan het unieke concept. De scholen krijgen een kantenklaar, sportief en pedagogisch pakket aangeboden: het transport van zowel de leerlingen als de fietsen is geregeld, diverse wandel en fietsparcours, sportieve, avontuurlijke en educatieve randanimatie, een gratis drankje en ten slotte een muzikaal optreden van een bekende Vlaamse groep. Volgend schooljaar wordt er een volledig nieuw, innovatief schoolsportevenement georganiseerd namelijk de Sportsterrendagen. 281

286 8. KENNIS EN INFORMATIECENTRUM SPORT Het uitbouwen van een Kenniscentrum Sport is een taak van Bloso, bepaald in het omvormingsdecreet van 07/05/2004: Hoofdstuk III Missie, taken en bevoegdheden, Art. 5. Bloso heeft tot taak: 8 het uitbouwen van een Kenniscentrum Sport. In 2013 werd gestart met de uitbouw van het Kennis en informatiecentrum sport, BlosoKICS. BlosoKICS zal via onderbouwde en relevante kennis en informatie over sport in Vlaanderen zowel het beleid als het werkveld ondersteunen en op die manier bijdragen tot een verhoging van de beleidseffectiviteit. Daarnaast moet iedereen, van vrijwilliger tot professional, die kennis en informatie zoekt over sport in Vlaanderen bij BlosoKICS terecht kunnen. De centralisatie van essentiële informatie en kennis moet dus ook voor efficiëntiewinst zorgen. 1. Kennis verzamelen, bewerken en ontsluiten Digitale bibliotheek Voor het ontsluiten en verspreiden van documenten werd een databank/website ontwikkeld. De website van BlosoKICS wordt dé digitale bibliotheek voor sport in Vlaanderen. Voor elk beschikbaar document kan de gebruiker een infofiche raadplegen met een korte beschrijving van het document alsook metadata zoals, datum, bron, auteur(s) enz. In 2015 werden 300 documenten toegevoegd aan deze digitale bibliotheek. Eind 2015 waren er in totaal 1480 documenten toegankelijk voor iedereen. Voor het ontsluiten van informatie en kennis en voor het beheer van documenten in deze digitale bibliotheek werden reeds een aantal samenwerkingsovereenkomsten afgesloten. Sinds eind oktober 2014 is het Vlaams Bureau voor Sportbegeleiding vzw (Vlabus), als organisatie die de professionele tewerkstelling in de sportsector ondersteunt en bevordert, partner voor het beheer van de documenten van het thema Tewerkstelling in de sport. In maart 2015 werd een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met het Internationaal Centrum Ethiek in de Sport vzw, afgekort ICES voor het beheer van de documenten van het thema Ethiek. In april 2015 werd een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met Steunpunt GSport Vlaanderen voor het beheer van de documenten van het thema Gsport. Middagsessies Om ook intern kennis en informatie te ontsluiten en te delen organiseert BlosoKICS op regelmatige basis middagsessies op het hoofdbestuur. Alle personeelsleden zijn welkom op deze middagsessies, mits inschrijving vooraf. Achteraf kunnen alle personeelsleden de presentaties van de middagsessies raadplegen op het intranet van het Bloso. In 2015 werden de volgende middagsessies georganiseerd met zowel interne als externe sprekers: 27/01/2015: Multimove 03/03/2015: GESdecreet 31/03/2015: Gold in Education and Elite Sport 282

287 25/06/2015: Communicatieplan Bloso 29/06/2015: Sportdatabank Vlaanderen 10/09/2015: Sportinfrastructuur: van de geschiedenis in Vlaanderen tot de toekomst in de Blosocentra 01/12/2015: Bewegen op het werk Nieuwsbrieven In de interne nieuwsbrieven van BlosoKICS worden onder meer de nieuwe documenten in de digitale bibliotheek toegelicht, de middagsessies aangekondigd en de werkzaamheden van het Vlaams Parlement over sport opgelijst. In 2015 werden 10 interne nieuwsbrieven opgemaakt. De personeelsleden van Bloso kunnen deze interne nieuwsbrieven raadplegen via het intranet. In 2015 werden door KICS 3 externe nieuwsbrieven verstuurd aan ongeveer 750 contacten: zoals bv. de Vlaamse sportfederaties, gemeentelijke sportdiensten, de partners van BlosoKICS en iedereen die zich voor deze nieuwsbrief heeft ingeschreven: Op 30/04/2015: 1 ste nieuwsbrief BlosoKICS Op 14/09/2015: 2 de nieuwsbrief BlosoKICS Op 10/12/2015: 3 de nieuwsbrief BlosoKICS In deze nieuwsbrieven kwamen de recent toegevoegde items in de digitale bibliotheek van BlosoKICS, in het bijzonder de documenten van de partners van BlosoKICS en andere informatie van het Kennis en informatiecentrum sport aan bod. Kennisdag Op 1/04/2015 organiseerde BlosoKICS een eerste kennisdag. Er werden twee parallelsessies gereorganiseerd met respectievelijk 125 en 26 deelnemers. Eén sessie behandelde o.a. het eindrapport over het statuut voor semiagorale arbeid voor de sportbegeleider en tevens studies over de werking van de sportfederaties binnen de opmaak van het nieuwe decreet. In een andere sessie kwamen in samenwerking met de Vlaamse Ouderenraad de laatste onderzoeken over sport en senioren aan bod. Deze kennisdag vond plaats in het Auditorium Maria Baers aan het Martelarenplein te Brussel. Tewerkstelling In het kader van de uitvoering van de Vlaamse intersectorale akkoorden voor de socialprofit en de nonprofitsectoren werd de uitvoering van het VIAdecreet, de CAO s en hun toepassingsgebieden opgevolgd en werden aan het departement CJSM de nodige gegevens vanuit sport verstrekt voor de verdeling en toekenning van de VIAmiddelen voor sport BlosoKICS volgde het in 2015 binnen het departement Werk en Sociale Economie (WSE) opgestarte traject voor de regularisatie van de projectgesco s op. Op basis van de gegevens van WSE werden de sportorganisaties met gesco s geïnformeerd en werd naar oplossingen gezocht voor de regularisatie binnen sport. 283

288 Sportparticipatie Voor de sportbijdrage van de Vlaamse Regionale Indicatoren (VRIND) 2015 werden bestaande gegevens over sportparticipatie en kwaliteit in de sport geanalyseerd, bewerkt en aangeleverd. 2. Kennisbemiddeling Het realiseren van verhoogde beleidseffectiviteit en efficiëntiewinst vereist ook dat BlosoKICS een actieve rol als kennisbemiddelaar opneemt in het Vlaamse sportlandschap. BlosoKICS moet een meerwaarde betekenen in strategische structuren en overlegplatformen waarin zij vertegenwoordigd is. Haar netwerkfunctie en verbindingsrol binnen de diverse kenniscentra en steunpunt(en) zal hiertoe bijdragen. De structurele samenwerking en de valorisatie en afstemming met het werkveld gebeurt via een permanent overlegorgaan met vaste partners, nl. de Kenniskring met vertegenwoordigers van Vlabus, ICES, Steunpunt Gsport Vlaanderen, ISB, VSF, KU Leuven, Universiteit Gent, Vrije Universiteit Brussel, VHLORA en het Departement Sport. Het structureel overleg van de kenniskring vond plaats op 2 juni en op 16 november. In het kader van de opmaak van de Dynamobrochure De Open Sportclub en het 1 ste Sportinnovatiecongres in Vlaanderen was er ook bilateraal/multilateraal overleg en samenwerking met de leden van de kenniskring en andere kennisschakels. BlosoKICS trekt de Strategische Structuren Sport en Armoede en Seniorensport: zie punt 3. BlosoKICS was in 2015 ook vertegenwoordigd in de Stuurgroep Gsport, de Strategische Structuur Interculturaliteit, VPAO (Vertikaal Permanent Armoedeoverleg), HPAO (Horizontaal Permanent Armoedeoverleg), de stuurgroep UiTPAS, de Commissie Sport en Bewegen van de Vlaamse Ouderenraad, het Steunpunt Sport en verschillende klankbordgroepen, de Reflectiegroep Jeugd en Kinderrechtenbeleid, het Overlegplatform Sport voor Allen en de werkgroep tewerkstelling van het Overlegplatform, de Expert Group Human Resources Development in Sports, het Overlegplatform Sportpromotie, het Permanent Overlegorgaan Sportpromotie, klankbordgroep EU sport link en het Platform Buurtsport. Tewerkstelling In het kader van de Vlaamse intersectorale akkoorden voor de socialprofit en de nonprofitsectoren (VIA) werden met betrekking tot de problemen van uitbetaling van VIAmiddelen voor de sportsector (ICES, SVS en Vlabus) mogelijke oplossingen in kaart gebracht en overlegd met het team Werk van CJSM. 3. Diversiteit en gelijke kansen Diversiteit en Gelijke Kansen is één van de prioritaire thema s van BlosoKICS. In dit kader stuurt BlosoKICS, in opdracht van het kabinet Sport, de Strategische Structuren Sport en Armoede en Seniorensport aan. De strategische structuren hebben 284

289 als doel om de samenwerking tussen de verschillende relevante (sport)actoren te optimaliseren en af te stemmen. De Strategische Structuur Sport en Armoede is opgestart in In 2015 is de strategische structuur armoede tweemaal samen geweest (op 5 maart en 22 september) waarbij de 4 werklijnen werden behandeld, nl. een sociaal (lokaal) sportbeleid, een laagdrempelig (school)sportaanbod, de sociale sportclub en competentieontwikkeling. BlosoKICS heeft i.s.m. het Dynamoproject de brochure Een open sportclub (werktitel De sociale sportclub) ontwikkeld. Daarbij werd het KICS ondersteund door een klankbordgroep die bestond uit diverse sportieve en sociale actoren. De brochure werd gelanceerd op het Sportinnovatiecongres. De brochure Een open sportclub is te raadplegen via de digitale bibliotheek van KICS en kan aangevraagd worden via het Dynamoproject. De tweedaagse vorming sport en armoede ging door op 5 en 26 februari. Er waren 22 deelnemers aanwezig. De samenwerking tussen UiTPAS en SNSpas werd voorbereid in Bloso maakt eveneens deel uit van de stuurgroep UiTPAS. De Strategische Structuur Seniorensport is opgestart in 2012 en werkt verder op het onderzoek Krachtlijnen voor een vernieuwd beweeg en sportbeleid voor senioren in Vlaanderen. In 2015 is de strategische structuur seniorensport tweemaal samen geweest (op 4 februari en 20 mei). Op basis van de competentieprofielen, ontwikkeld door de operationele cel, werd de herwerking van de VTSopleidingen Initiator Dans voor Senioren, Initiator Gym voor senioren en de module Begeleiden van sportende senioren voorbereid door de leden van het Opleidingsforum (OF) Seniorensport. De aanpassingen voor de relevante opleidingsstramienen werden besproken op het OF van 28 oktober. Tijdens de strategische structuur seniorensport van 20 mei werd de kadermethodiek van VIGeZ voorgesteld en besproken. De leden van de strategische structuur gaven akkoord om deze kadermethodiek te gebruiken als kapstok voor de analyse van good practices. Er vond op 12 november een eerste werkgroep plaats om de kadermethodiek aan te passen aan de noden van de sportsector. BlosoKICS is eveneens betrokken bij de stuurgroep Gsport Vlaanderen en de strategische structuur Sport en Interculturaliteit In het kader van interculturaliteit is in 2015 voornamelijk afstemming gezocht tussen de werking van de Strategische Structuur en het Vlaams doelstellingenkader integratiebeleid Binnen de reflectiegroep Jeugd en Kinderrechtenbeleid werd vanuit KICS input gegeven/meegewerkt aan het opstellen van het actieplan i.k.v. het transversale Jeugd en Kinderrechtenbeleidsplan (JKP) Het opstellen van de actiefiches sport gebeurde in nauw overleg met de functionele afdelingen van Bloso en relevante sportpartners en resulteerde in 9 acties die mee invulling geven aan de realisatie van 6 operationele doelstellingen van het JKP. Bij de Kinderrechtencommissaris liep een klacht over de uitsluiting van een minderjarige motorcrosser. Samen met het Kinderechtencommissariaat werd met succes bemiddeld bij Federatie van Amateurs Motorcrossbonden van Vlaanderen vzw (F.A.M.). 285

290 Eind 2015 werd de opvolging van de slotbeschouwingen van het VNComité voor de rechten van het Kind van 2010 opgestart. Tenslotte is Diversiteit en gelijke kansen aan bod gekomen in diverse communicatiekanalen (Facebook, website, folder lesgeversondersteuning, ) Een intern draagvlak voor diversiteit en gelijke kansen werd vooral gecreëerd door informele contacten, concrete samenwerking (vb. voorbereiding folder lesgeversondersteuning, voorbereiding lokale en regionale ondersteuning door sportpromotie, bemiddelen in samenwerking tussen SNSpas en UiTPAS, overleg Multimove, VTSopleidingen voor het begeleiden van seniorensporters en Gsporters, specifieke VTSopleidingen voor laaggeschoolden, ) en door berichten in de interne nieuwsbrief. 4. Innovatie BlosoKICS wil gangmaker zijn voor sport en innovatie in Vlaanderen en trekker zijn om een breed draagvlak te creëren door overleg en onderlinge samenwerking met partners voor sport en innovatie. Op 15/10/2015 werd het 1 ste Sportinnovatiecongres (#SIC151015) georganiseerd in Blosocentrum Brugge. Dit grootschalig informatie, inspiratie en netwerkmoment richt zich tot de brede sportsector en andere belanghebbenden (sportfederaties, sportdiensten, sportclubs, hogescholen en universiteiten, bedrijven, beleidsmakers, ondernemers, ). In totaal waren 591 deelnemers ingeschreven. Via vijf plenaire sessies en 81 workshops werd gewerkt rond een aantal vastgelegde thema s die vanuit de invalshoek innovatie belicht werden. Er werd op het sportinnovatiecongres ook een innovatiemarkt georganiseerd met 25 exposanten. Het sportinnovatiecongres werd geëvalueerd samen met alle sprekers, moderatoren, exposanten, partners en medewerkers. De slotevaluatievergadering met de stuurgroep vond plaats op 18/11/2015. Samengevat werd gesteld dat de 1 ste editie van het 2 jaarlijkse sportinnovatiecongres zeer geslaagd was. In het kader van de innovatiestrategie Sport Vlaanderen 2025 werd een aantal verkennende gesprekken met gespecialiseerde organisaties gevoerd. Sport Vlaanderen zal immers geconfronteerd worden met een zeer snel veranderende omgeving (quantified self, digitalisering, gamification, wearables, ) en moet een manier vinden om als agentschap hierop te kunnen inspelen, los van de continuïteit en de intern aanwezige capaciteit en competenties. Gezien het multidisciplinaire karakter zal het voor Sport Vlaanderen belangrijk om zich op een efficiënte manier te organiseren met eigen innovatievisie wat de rol in de toekomst kan zijn in functie van technologie, samenwerkingsmodellen enz. 5. Wetenschappelijk onderzoek Binnen de stuurgroep van het Steunpunt Beleidsrelevant Onderzoek Sport werd vanuit BlosoKICS de uitvoering van de beheersovereenkomst van het Steunpunt 286

291 Beleidsrelevant Onderzoek Sport mee opgevolgd. Het Steunpunt Sport ging in op de mogelijkheid tot verlenging voor de duurtijd van zes maanden voor de afronding van de opdrachten. In december werden de resultaten van de Participatiesurvey 14 voorgesteld in Gent met diverse bijdragen van sport, zowel in de plenaire sessie als in de beleidsoverschrijdende parallelle sessies. In het najaar 2015 werd in overleg met de onderzoeksinstellingen een eerste keer besproken hoe het beleidsrelevant onderzoek sport zou kunnen worden verder gezet met het oog op een optimale bijdrage tot beleidsvoorbereiding en evaluatie. 287

292 XII. SPORTDATABANK VLAANDEREN De Sportdatabank Vlaanderen ( werd op 6/12/2011 voor het publiek toegankelijk gemaakt via een webapplicatie en dit rekening houdende met de privacywetgeving. Doelstellingen 2015 In 2015 werden de volgende doelstellingen vooropgesteld voor de verdere uitbouw van de Sportdatabank Vlaanderen: Aanbieden van gebruiksvriendelijke hulpmiddelen voor het opzoeken van gegevens over sportorganisaties, sportinfrastructuren en sportvacatures; Aanbieden van een instrument waar beleidsrelevant en beleidsvoorbereidend onderzoek mee kan gebeuren; Permanente actualisatie van de gegevens; Samenwerking met de erkende Vlaamse sportfederaties en de gemeentelijke sportdiensten; Promotie voeren voor het sporten in clubverband, supplementair aan de promotiekanalen van de andere sportactoren. Om deze doelstellingen te realiseren werd een aantal klemtonen gelegd: Uitbreiding van de hoeveelheid gegevens en verhogen van de gegevenskwaliteit; Uitbreiding van de functionaliteit op de website van de Sportdatabank Vlaanderen (o.a. via het ontwikkelen van een sportvacaturedatabank); Uitbouw van de gebruiksvriendelijke, gratis mobiele applicatie SportDB. Gegevens In de loop van 2015 werd het aantal sportclubs verder uitgebreid tot ongeveer sportclubs, waarvan 78% aangesloten is bij een erkende Vlaamse sportfederatie en 22% alleen gekend is bij de gemeentelijke sportdienst. Actualisatie van gegevens De gegevens in de Sportdatabank Vlaanderen worden permanent geactualiseerd via informatie verkregen van: Sportfederaties: de meeste erkende Vlaamse sportfederaties bezorgen minstens om de zes maanden een volledige actualisatie van de gegevens van de sportclubs. Deze actualisatie omvat de gegevens van de nieuwe sportclubs, wijzigingen aan sportclubs of sportclubs die hun werking hebben stopgezet of die niet meer zijn aangesloten bij de sportfederatie; Gemeentelijke sportdiensten: sportdiensten kunnen wijzigingen aan sportclubs melden. Nadat de gegevens werden geverifieerd met de sportclub of sportfederatie, worden de gegevens aangepast; 288

293 Sportclubs en individuele gebruikers: kunnen zelf zeer eenvoudig wijzigingen doorgeven via een webformulier of via de mobiele applicatie. Wijzigingen worden eerst geverifieerd; Actieve zoektocht op websites en andere informatiebronnen door de databeheerder van Bloso. Andere sportorganisaties Naast de sportclubs zijn ook nog steeds de gegevens van alle erkende Vlaamse sportfederaties, hun Belgische en eventuele Europese of internationale koepelfederatie opgenomen, maar ook de gegevens van alle gemeentelijke en provinciale sportdiensten en sportraden, samenwerkingsverbanden, sport en overheidsgerelateerde organisaties, enz. De linken tussen deze organisaties onderling werden reeds bij de lancering van de Sportdatabank Vlaanderen opgenomen. De gegevens over al deze sportorganisaties worden zo goed als mogelijk geactualiseerd. Koppeling tussen de Sportdatabank Vlaanderen en de sportinfrastructuurdatabank Spakki Reeds bij de opstart van de Sportdatabank Vlaanderen werd een unieke koppeling gerealiseerd met de sportinfrastructuurdatabank Spakki die reeds sinds 2008 op de Blosowebsite consulteerbaar was. Sportclubs worden in de Sportdatabank Vlaanderen gekoppeld aan sportdomeinen en sportinfrastructuren uit de sportinfrastructuurdatabank. Zo kan een burger vanuit de sportclub direct doorklikken naar de gegevens over de sportinfrastructuur waarvan de sportclub gebruik maakt. Hierdoor kan correctere beleidsrelevante informatie verkregen worden, en wordt de informatie die aan de gebruiker getoond wordt eveneens correcter. Zoekmogelijkheden en functionaliteit In 2015 werden de bestaande zoekmogelijkheden verder geoptimaliseerd. De zoekfunctionaliteit werd performanter gemaakt zodat de burger sneller het gewenste resultaat verkrijgt. Een gebruiker start steeds vanaf een zoekactie op sportorganisaties of sportinfrastructuren. Nadat de gebruiker bepaalde gegevens heeft opgezocht, krijgt men een overzichtelijke lijst met de opgezochte sportorganisaties of sportinfrastructuren. De gegevens kunnen nadien eenvoudig op een interactieve kaart getoond worden of men kan direct doorklikken naar een detailpagina met alle gegevens van de sportclub of sportinfrastructuur die men zocht. In 2015 werden vooral de detailpagina s van sportclubs verder uitgebouwd (bv. erkende Gsportclub). Op de interactieve kaarten kan bij elke sportclub of sportinfrastructuur een informatieballonnetje geopend worden met de contactgegevens (mail, telefoon, website), een routebeschrijving en men kan eveneens doorklikken naar de detailpagina. Er werd op expliciete vraag van de sportfederaties een duidelijk visueel onderscheid gecreëerd tussen sportclubs die bij een erkende Vlaamse sportfederatie zijn aangesloten en sportclubs waarbij dit niet het geval is. Niet alleen werd een ander icoon op de interactieve kaarten geplaatst, er werd op de detailpagina s van de sportclubs ook een soort stempel voorzien die duidelijk aangeeft welke sportclubs bij een erkende sportfederatie zijn aangesloten. Bovendien wordt ook duidelijk het logo van de 289

294 gekoppelde erkende Vlaamse sportfederaties getoond waarbij de gebruiker kan doorklikken naar de website van de betrokken sportfederatie(s). Ondertussen zijn ook de logo s en de sociale mediakanalen van iets meer dan sportclubs, sportfederaties (Vlaams, Belgisch, Europees en internationaal) opgenomen. Bij de opstart van de publieke website van de Sportdatabank Vlaanderen was het niet mogelijk om voor een sportinfrastructuur de sportclubs te tonen die gebruik maakten van deze sportinfrastructuur. Omdat hier massaal vraag naar was, is deze functionaliteit beschikbaar sinds het najaar van Tot slot werd het ook mogelijk gemaakt om voor een sportfederatie of sportraad een lijst op te vragen van alle aangesloten sportclubs. Meer dan 100 gemeentelijke sportdiensten en heel wat sportfederaties vroegen 1 of meerdere keren deze lijst op. Gebruik van de gegevens van de Sportdatabank Vlaanderen in andere toepassingen De organisatiegegevens uit de Sportdatabank Vlaanderen worden ook gebruikt in andere Blosotoepassingen zoals de VOTASdatabank van de Vlaamse Trainersschool en de afdeling Sportkaderopleiding en er is ook een permanente afstemming van de gegevens met de afdeling Subsidiëring zodat heel wat nuttige beleidsrelevante informatie kan verkregen worden. Vanaf 2014 worden de gegevens uit de Sportdatabank Vlaanderen (vnl. sportinfrastructuren) ook gebruikt in twee andere toepassingen: Enerzijds worden alle gegevens over de sportinfrastructuren in Vlaanderen geïntegreerd op de website van Geopunt Vlaanderen ( Van daaruit kan men linken leggen naar allerlei andere geografische informatie en voor details komt men op de Sportdatabank Vlaanderen terecht. Anderzijds is er een koppeling met de databank van het Europees Interregio project Transsport ( gerealiseerd waarbij sportinfrastructuren van 20 WestVlaamse gemeenten geïntegreerd met de sportinfrastructuren van Noord Frankrijk aangeboden worden via een tweetalige website met zoekmogelijkheden. Mobiele applicatie voor smartphones en tablets In het voorjaar van 2012 werd een mobiele applicatie (SportDB app) van de Sportdatabank Vlaanderen gemaakt voor de twee grootste mobiele platformen (ios en Android). In de loop van 2014 werd een nieuwe versie (v5) van de mobiele applicatie gelanceerd wat op dit ogenblik resulteert in zes grote blokken functionaliteit: Opzoeken van informatie over alle sportclubs in Vlaanderen (sportorganisatiedatabank); Opzoeken van informatie over alle sportinfrastructuren in Vlaanderen (sportinfrastructuurdatabank); Raadplegen van de berichtgeving op sociale media over de Sportdatabank Vlaanderen en de Vlaamse Trainersschool; Favoriete sportclubs en sportinfrastructuren beheren; MijnBlosogebruiker aanmaken en beheren (personendatabank); Consulteren, toevoegen of bewerken van gegevens als cursist, docent of gekwalificeerde van de Vlaamse Trainersschool. 290

295 De mobiele applicatie werd o.a. op vraag van de sportfederaties, de VTScursisten en de VTSmedewerkers ontwikkeld. Interactieve kaarten Sinds 2012 stelt het Bloso aan o.a. sportfederaties, sportdiensten en andere partners de gegevens van de Sportdatabank Vlaanderen ter beschikking. Wanneer de gegevens fysiek aan andere partners ter beschikking zouden gesteld worden, dan was het gevaar reëel dat er heel wat parallelle databanken naast elkaar zouden bestaan met op vrij korte termijn gegevens die verouderd zouden zijn. Er werd daarom principieel beslist dat de Sportdatabank Vlaanderen de enige bron voor de gegevens zou blijven, maar via de methode van iframes een bepaald deel van de gegevens ter beschikking worden gesteld van derden. De iframes maken het mogelijk dat andere partners een deel van de gegevens via een interactieve kaart integreren op de eigen website. Voordeel is dat de gegevens centraal bij Bloso geactualiseerd worden en ook onmiddellijk op alle afgeleide websites via de interactieve kaarten (iframes) geactualiseerd aangeboden kunnen worden. In 2014 stopte de samenwerking met de website van het Nieuwsblad ( omdat men oordeelde dat er te weinig meerwaarde in zat voor hun klanten. In 2015 werd een nieuwe samenwerking opgezet met Gazet van Antwerpen ( vanuit dezelfde mediagroep Mediahuis NV. Ongeveer 30 erkende Vlaamse sportfederaties gebruikten in 2015 de mogelijkheid om een interactieve kaart met de sportclubs aangesloten bij de eigen sportfederatie op de website te integreren. Ook ongeveer 100 gemeentelijke sportdiensten integreerden een kaart met alle sportclubs die in de gemeente sporten op de eigen website. De samenwerking met GSport Vlaanderen werd verder geoptimaliseerd. Op de startpagina van staat een kaart met alle Gsportclubs waarna een gebruiker kan doorklikken of filteren naar de sportclub van zijn/haar keuze. Een heel aantal andere kaarten (per sporttak, provincie, evenement, infrastructuurtype, ) is ter beschikking. Ook sportclubs hebben nog steeds de mogelijkheid om een interactieve kaart van de eigen sportclub op de website van de sportclub te integreren. Communicatie en promotie Er wordt voor de communicatie intensief samengewerkt met de erkende Vlaamse sportfederaties waarvan de grote meerderheid ook een duidelijke verwijzing naar de Sportdatabank Vlaanderen op hun website heeft geplaatst. Deze sportfederaties hebben samen ongeveer leden die dus regelmatig de link naar de Sportdatabank Vlaanderen kunnen leggen. Bij sportpromotionele evenementen van het Bloso (bv. Week van de Sportclub, het Gordelfestival, Doeaansportbeurzen, ) werden beachflags geplaatst. Elke gemeentelijke sportdienst heeft ook affiches ter beschikking die men in de gemeentelijke sportinfrastructuur kan ophangen. De meerderheid van de gemeentelijke sportdiensten en sportraden namen op de sportpagina van hun website ook een duidelijke verwijzing op naar de Sportdatabank Vlaanderen. Elk Blosocentrum heeft in de inkomhal een banner staan van de Sportdatabank Vlaanderen. Bij elk evenement of toelichting vanuit de provinciale Blosopromotiediensten, wordt eveneens een beachflag geplaatst. 291

296 De mobiele applicatie van de Sportdatabank Vlaanderen bevindt zich in respectievelijke stores van de twee grote mobiele platformen (App Store, Google Play Store). Gebruikersstatistieken De website van de Sportdatabank Vlaanderen werd in 2015 door unieke gebruikers geconsulteerd, of een gemiddelde van ongeveer 301 unieke gebruikers per dag. Dit is opnieuw een duidelijke stijging ten opzichte van voorgaande jaren. De meeste bezoekers komen rechtstreeks op de Sportdatabank Vlaanderen terecht, hetzij via de startpagina van de Blosowebsite of via trefwoorden in zoekrobots (bv. Google) of via links op websites van sportfederaties of gemeentelijke sportdiensten. In 2015 werden via het daarvoor voorziene formulier meer dan wijzigingen en (vermoedelijk) nieuwe sportclubs doorgegeven. Het aantal wijzigingen stijgt duidelijk ten opzichte van vorig jaar, het aantal nieuwe sportclubs vermindert wat op een grotere volledigheid van de gegevens wijst. Deze wijzigingen en meldingen van nieuwe sportclubs werden gecontroleerd en waar nodig geverifieerd en aangepast of toegevoegd. De mobiele applicatie van de Sportdatabank Vlaanderen werd in 2015 door unieke gebruikers geconsulteerd op smartphone en tablet. Dit is een verdubbeling ten opzichte van 2014 en een gemiddelde van 127 unieke gebruikers per dag. Er is geen verschil meer merkbaar in gebruik tussen de twee grootste mobiele platformen ios en Android. De interactieve kaarten van sportclubs die op de gemeentepagina s van draaiden, leverden op 2 maanden reeds meer dan unieke gebruikers (een enorme stijging). De interactieve kaarten die op de websites van de sportfederaties draaien, leverden in 2015 exact unieke gebruikers of een gemiddelde van 442 unieke gebruikers per dag op, een duidelijk stijging. De interactieve kaarten die op de websites van de gemeentelijke sportdiensten geïntegreerd werden, leverden in 2015 exact unieke gebruikers of een gemiddelde van 332 unieke gebruikers per dag op, eveneens stijging met 10%. Via GSport Vlaanderen bezochten dagelijks gemiddeld 59 unieke gebruikers de informatie uit de Sportdatabank Vlaanderen. In totaal werd de Sportdatabank Vlaanderen dus op jaarbasis door ongeveer unieke gebruikers geconsulteerd, wat een verdubbeling is ten opzichte van 2014 en een gemiddelde geeft van unieke gebruikers per dag in Het aantal zoekacties op sportorganisaties en sportinfrastructuren was ongeveer in Op onderstaande grafiek is de evolutie van het aantal unieke gebruikers per dag sinds de opstart van de Sportdatabank Vlaanderen weergegeven. Figuur: Aantal unieke gebruikers van de Sportdatabank Vlaanderen per dag voor de periode 6/12/ /12/

297 XIII. EVENEMENTEN 1. SPORTDAG VOOR VLAAMSE AMBTENAREN Op donderdag 17/09/2015 organiseerde Bloso de 26 ste editie van de Sportdag voor Ambtenaren op de terreinen van de VUB. Doelgroep en doelstellingen Het doel van deze sportdag is alle ambtenaren van de diensten van de Vlaamse overheid te laten kennismaken met een breed sportaanbod en hen op een sportieve manier Brussel en omgeving te laten verkennen. Op deze manier willen we hen ook sensibiliseren om ook in de loop van het jaar geregeld aan sport te doen. Deze sportdag heeft eveneens een sociaal doel en biedt een unieke kans om met de collega s in een totaal ander kader een gezellige en sportieve dag door te brengen. Elke lijnmanager kan dienstvrijstelling verlenen aan haar/zijn personeel voor de Sportdag voor Ambtenaren. De aanwezigheid van de ambtenaren wordt ter plaatse vastgesteld aan de hand van een deelnameattest. Deelnamecijfers In de afgelopen 26 jaar is deze sportdag, met rond de deelnemers, uitgegroeid tot dé sportieve klassieker voor de ambtenaren van de Vlaamse Overheid.. Vernieuwing Op basis van de evaluatie van vorig jaar werden dit jaar o.a. volgende aanpassingen doorgevoerd: 293