INHOUD. HOOFDSTUK 1 De rechtsfiguur van de burgerlijke vennootschap Definitie Wettelijke bepalingen 11

Transcriptie

1 HOOFDSTUK 1 De rechtsfiguur van de burgerlijke vennootschap Definitie Wettelijke bepalingen Kenmerken De burgerlijke vennootschap heeft geen rechtspersoonlijkheid De burgerlijke vennootschap heeft geen eigen vermogen Het burgerlijk doel Het bestuur en de vertegenwoordiging De aansprakelijkheid De aandelen De ontbinding van de burgerlijke vennootschap 16 A. Door het verstrijken van de duur 16 B. Door éénzijdige opzegging vanwege één van de vennoten 16 C. Door overlijden 17 D. Andere gevallen van ontbinding Besluit Het oprichten van een burgerlijke vennootschap De geldigheidsvereisten bij de oprichting 18 A. Formele geldigheidsvereisten 18 B. Materiële vormvereisten De te vervullen formaliteiten bij het oprichten van een burgerlijke vennootschap 20 A. De eigenlijke burgerlijke vennootschap 20 B. De burgerlijke vennootschappen die de vorm van een handelsvennootschap heeft aangenomen : de formaliteiten conform de wettelijke bepalingen Nut van de burgerlijke vennootschap : de burgerlijke vennootschap als familiaal planningsinstrument Inleiding De familiale burgerlijke vennootschap Onderscheid met de schenking onder voorbehoud van vruchtgebruik Onderscheid met een schenking onder last 30 5

2 DE BURGERLIJKE VENNOOTSCHAP: EEN THUISHAVEN VOOR UW VERMOGEN HOOFDSTUK 2 Situering van de burgerlijke vennootschap tussen de andere Belgische rechtsfiguren Onderscheid met een vereniging Onderscheid met een commerciële maatschap Onderscheid met de commanditaire vennootschap op aandelen Onderscheid met een handelsvennootschap Onderscheid met een vennootschap met sociaal oogmerk Onderscheid met de naamlening Algemeen Naamlening en burgerlijke vennootschap Onderscheid met de nieuwe rechtsfiguur van de private stichting Van vzw naar private stichting Wat is certificeren van aandelen? De private stichting en de burgerlijke vennootschap Onderscheid met de klassieke patrimoniumvennootschap Algemeen De voordelige kostenstructuur van de familiale burgerlijke vennootschap De fiscale transparantie van de burgerlijke vennootschap De vrijstelling van aansluiting bij een sociaalverzekeringsfonds voor de familiale burgerlijke vennootschap De onmogelijkheid om vermogensbestanddelen af te schrijven voor de familiale burgerlijke vennootschap De zware fiscale sanctionering van het uit de patrimoniumvennootschap halen van gelden De niet-verrekenbaarheid van de onroerende voorheffing bij de patrimoniumvennootschap De klassieke patrimoniumvennootschap wordt onderworpen aan diverse taksen De patrimoniumvennootschap is onderworpen aan de taks aan toondereffecten De beperking van de aansprakelijkheid door de oprichting van een patrimoniumvennootschap Belasting op de meerwaarde bij de inbreng van vermogen in de patrimoniumvennootschap Verhuur door de patrimoniumvennootschap van onroerende goederen bestemd voor privé-gebruik 45 6

3 8.13. Belasting van voordelen alle aard bij het werken met een patrimoniumvennootschap Het inbrengrecht voor woonhuizen van 10 % bij het werken met een patrimoniumvennootschap Een aankoop van aandelen is moeilijker te financieren dan een «asset dealing» Overzicht van de voor- en nadelen van de beide rechtsfiguren 47 HOOFDSTUK 3 Situering van de burgerlijke vennootschap tussen verwante rechtsfiguren in onze buurlanden Inleiding Verschil tussen een stichting naar Nederlands recht en een burgerlijke vennootschap Algemeen Verschilpunten met de burgerlijke vennootschap Voor- en nadelen : algemeen Fiscale behandeling Overzicht Verschil tussen een Luxemburgse holding en een burgerlijke vennootschap Algemeen Verschilpunten met de burgerlijke vennootschap Voor- en nadelen : algemeen Fiscale behandeling 54 A. Algemeen 54 B. Anti-rechtsmisbruikvoorzieningen Overzicht Verschil tussen een trust naar Angelsaksisch recht en een burgerlijke vennootschap Algemeen Verschilpunten met de burgerlijke vennootschap Voor- en nadelen : algemeen Fiscale behandeling 59 A. Registratierechten 59 B. Inkomstenbelasting 60 C. Schenkingsrechten 61 D. Successierechten Overzicht 64 7

4 DE BURGERLIJKE VENNOOTSCHAP: EEN THUISHAVEN VOOR UW VERMOGEN 5. Verschil tussen een stichting naar Liechtensteins recht en een burgerlijke vennootschap Algemeen Verschilpunten met de burgerlijke vennootschap Voor- en nadelen : algemeen Fiscale behandeling Overzicht Verschil tussen een société civile naar Frans recht en een burgerlijke vennootschap Algemeen Verschilpunten met de burgerlijke vennootschap Voor- en nadelen : algemeen Fiscale behandeling Overzicht 68 Hoofdstuk 4 De burgerlijke vennootschap fiscaal rechterlijk Inleiding Fiscale principes algemeen Bij de oprichting van de burgerlijke vennootschap 69 A. Registratierechten 69 B. Inkomstenbelastingen Tijdens de werking van de burgerlijke vennootschap 72 A. Algemeen 72 B. Winsten en baten 72 C. Andere inkomsten dan winsten of baten Bij de ontbinding van de burgerlijke vennootschap 78 A. Indirecte belastingen 78 B. Directe belastingen Fiscale principes bijzondere topics De burgerlijke vennootschap en de successierechten 80 A. Oprichting van de burgerlijke familiale vennootschap 81 B. Overlijden van de ouders 81 C. Ontbinding van de burgerlijke familiale vennootschap De burgerlijke vennootschap en verliescompensatie De burgerlijke vennootschap in een internationale context Doorbraak van de fiscale transparantie tax deferral 83 A. Inkomsten andere dan winsten en baten 83 B. Croupierverhouding De burgerlijke vennootschap en de bedrijfsleidersverzekering 84 8

5 HOOFDSTUK 5 Uitwerking van de burgerlijke vennootschap als familiaal planningsinstrument De inbreng : wie brengt welk vermogen in? De ouders doen geen voorafgaande handgift aan de kinderen De ouders doen wel een voorafgaande handgift aan de kinderen Besluit Aandachtspunten bij het oprichten van een burgerlijke vennootschap als familiaal planningsinstrument Inbreng Duur Zaakvoerderschap Verblijvingsbeding Besluit Modelstatuten voor een familiale burgerlijke vennootschap Eerste versie modelstatuten 91 A. Situatieschets 91 B. Statuten 91 C. Commentaar Tweede versie modelstatuten 106 A. Inleiding 106 B. Situatieschets 107 C. Statuten 108 D. Commentaar 116 9