Proefexamen Pathologie. Deelexamen 2. In dit proefexamen worden vragen gesteld over: Hoofdstuk 9 t/m 12

Transcriptie

1 Proefexamen Pathologie Deelexamen In dit proefexamen worden vragen gesteld over: Hoofdstuk 9 t/m Beschikbare tijd: 90 minuten

2 HET EXAMEN BESTAAT UIT 6 GENUMMERDE PAGINA'S, waarin opgenomen: 8 OPEN VRAGEN, gericht op toetsing van inzicht in de samenhang van het begrippenkader BENODIGDE HULPMIDDELEN: pen kladpapier Punten Aantal te behalen punten: 80 Richtlijnen voor de vaststelling van het eindcijfer Het examencijfer wordt bepaald door het aantal behaalde punten te delen door 8. Het cijfer wordt afgerond op een geheel cijfer volgens de normale afrondingsregels (dus 5,49 = 5; 5,50 = 6). N.B. De antwoorden met uitwerkingen worden op het examen ingevuld.

3 Deelexamen Pathologie: hoofdstuk 9 t/m Open Vragen. a. Wat is een trombus? b. Wat is een longembolie? c. Noem drie symptomen van een VSD d. Waardoor ontstaan varices?. a. Er is een behandeling om een lichte bloedvatafsluiting op te heffen. Dit doet men met een ballonnetje. Geef twee namen voor deze behandeling. b. Waarvoor staat de afkorting AED? c. Waarom is de AED zo belangrijk tijdens de reanimatie? 3

4 3. a. Noem drie behandelingen bij een acute glomerulonefritis. b. Noem twee factoren die een rol spelen bij het ontstaan van blaascarcinoom. c. Op welke wijze worden relatief grote blaastumoren verwijderd? d. Noem twee behandelmethoden om nierstenen te verwijderen. 4. a. Noem twee vormen van incontinentieproblematiek.. b. Welke vorm komt het meest voor bij vrouwen jonger dan 65? c. Wat is meestal de oorzaak van deze vorm van incontinentie? d. Welke behandelingen ken je voor deze vorm van incontinentie? 5. a. Beschrijf de aandoening naevus pigmentosus en geef hiervan de Nederlandse term. b. Wat is de Nederlandse term voor hemangioom? c. Welke aandoening lijkt in eerste instantie veel op het hemangioom? d. Wat is acne? 4

5 e. Op welke leeftijd ontstaat vaak acne en onder invloed waarvan ontstaat dit? 6. a. Wat is de meest bekende schimmelinfectie? b. Hoe kan deze schimmelinfectie worden voorkomen? c. Wat is een papilloom en wat is de Nederlandse term? d. Wat is een fibroom? 7. a. Waarvoor staat de afkorting RA? b. RA valt onder de auto-immuunziekten. Wat is een auto-immuunziekte? c. Welke ziekte valt nog meer onder de groep weke delen reuma? d. Hoe noemt men een overmatige kromming van de bovenrug? e. Hoe noemt men een zijwaartse kromming van de rug?. 8. a. Wat is een enkelvoudige fractuur? b. Wat is een meervoudige fractuur? c. Bij welke fractuur is de complicatie van een ontsteking groot en waarom? 5

6 d. Wat is meestal de oorzaak van een achillespeesruptuur? e. Wat betekenen de volgende termen: - Contusie - Luxatie Einde Deelexamen 6

7 Antwoorden en normering Deelexamen. a. Bloedstolsel of bloedprop, waardoor afsluiting kan ontstaan in bloedvat. b. Voedingsproblemen, kortademigheid, veel zweten, vermoeidheid. (Vaak longontsteking, groeivertraging, souffle) c. Een ventrikelseptumdefect (VSD) is een opening (defect) in het tussenschot (septum) tussen de twee ventrikels (hartkamers). d. Varices ontstaan doordat de kleppen in de venen niet meer goed sluiten (degeneratie van de venewand).. a. Angioplastiek () Dotteren () b. Automatische Externe Defibrillator. c. Omdat een AED de ventrikelfibrillatie kan opheffen, waardoor er weer een hartritme ontstaat. Punten 3 x a. - Antibiotica - Antihypertensiva ( bloeddruk verlagers ) - Diureticum (vochtafdrijvende medicatie) Let op! GEEN zoutarm dieet: acute glomerulonefritis b. - roken - veroudering c. De gehele blaas wordt verwijderd (,5) Er wordt een nieuwe blaas vervaardigd uit een deel van de dunne darmen (0,5) d. - niersteenvergruizer - endoscopie 4. a. Stressincontinentie Urge-incontinentie b. Stressincontinentie. c. Het verslappen van de bekkenbodemspieren () in combinatie met het verzakken van de urethra of blaas () d. - Bekkenbodemspiertraining - TVT (tension-free vaginal tape): een bandje onder de urethra. 5. a. Naevus pigmentosus is een goedaardige misvorming van de huid die bestaat uit een ophoping van abnormale pigmentcellen. De Nederlandse term is moedervlek. b. Aardbeigezwel. c. Ooievaarsbeet (ook goed rekenen: wijnvlek). 3 x x x,5 x,5 x

8 d. Ontsteking van de talgklier. e. In de pubertijd onder invloed van hormonen. 6. a. De meest bekende schimmelinfectie is voetschimmel. (zwemmerseczeem) b. Deze infectie kan vaak voorkomen worden door een goede hygiëne en door het dragen van slippers tijdens het douchen. c. Papilloom is een meestal benigne gezwel van de huid of het slijmvlies. Nederlandse term: poliep. d. Fibroom is een tumor ontstaan vanuit bindweefsel. 7. a. Reumatoïde artritis. b. Een auto-immuunziekte houdt in, dat het immuunsysteem tegen het eigen lichaam gericht is. c. Fibromyalgie. d. Hyperkyfose e. Scoliose x x,5 8. a. Bij een enkelvoudige fractuur is er sprake van één breuk in het bot. b. Bij een meervoudige fractuur zijn er meerdere breuken in één bot. c. Bij open fracturen. Dat komt omdat er bij een open fractuur sprake is van een open verbinding met de buitenwereld. d. Een snelle en plotselinge spieractie. e. - Contusie = kneuzing - Luxatie = ontwrichting Totaal x 80 punten Eindcijfer deelexamen = behaalde aantal punten gedeeld door 8, afgerond op één decimaal volgens de normale afrondingsregels (6,44 = 6,4; 6,45 = 6,5).