SemLab. Korte handleiding. Meditra LSMA Triagesysteem. Behorend bij versie 3.2.x januari 2010

Transcriptie

1 Meditra LSMA Triagesysteem Korte handleiding Behorend bij versie 3.2.x januari 2010 SemLab Zuidpoolsingel 14a 2408 ZE Alphen aan den Rijn Tel

2 Introductie: Deze korte handleiding geeft een overzicht van de vijf schermen van de Meditra LSMA triagesysteem. Voor ieder scherm wordt kort de onderdelen die op het scherm zichtbaar zijn en het beoogde gebruik van het scherm toegelicht. Scherm 1: Het ABCD-scherm van het LSMA triagesysteem. Dit is het openingsscherm van het Meditra LSMA triageprogramma. Onderdelen In het beginscherm kan worden aangegeven of een patiënt ABCD bedreigd of veilig is. De subjectieve klacht van de patiënt kan worden genoteerd als vrije tekst. 1. Ga na of de patiënt ABCD bedreigd is. Bij een bedreigde vitale functie kan direct op een van de categorieën (A, B, C of D) worden geklikt. Dan is direct de urgentie bekend (A1 = Levensbedreigend) en worden de melderinstructies getoond in de advies tab (zie Scherm 4 van deze handleiding). De inhoud van deze instructies is afhankelijk van de gekozen categorie. 2. Voer de subjectieve klacht (kort) in. Het is gebruikelijk om in dit veld voor registratiedoeleinden de subjectieve klacht van de patiënt te noteren. Dit is voor de urgentiebepaling met het LSMA echter niet verplicht.

3 Scherm 2: Het Toestandsbeeldscherm van het LSMA triagesysteem. Is de patiënt ABCD veilig, dan verschijnt het toestandsbeeldscherm. Er kan een toestandsbeeld worden opgezocht door te zoeken met behulp van het zoekveld, op een specifiek lichaamsdeel of in een alfabetische lijst. De subjectieve klacht van de patiënt kan worden genoteerd als vrije tekst (rechtsboven). Er wordt achtergrondinformatie weergegeven over de toestandsbeelden (rechtsonder). 1. Kies een toestandsbeeld Om snel de juiste te vinden kan de totale lijst van toestandsbeelden op verschillende manieren worden gefilterd. Er kan via het zoekveld direct naar een toestand worden gezocht (ook op synoniemen). Er kan gefilterd worden op lichaamsdeel door op het poppetje te klikken. Door op het draai-symbooltje te klikken wordt de achterzijde getoond. De toestandsbeelden die voldoen aan het filter worden in de rechterkolom weergegeven. Wanneer er geen filter is gekozen worden alle toestandsbeelden getoond. Eén maal klikken op een toestandsbeeld selecteert dit beeld en toont de informatie van dit beeld in het informatievenster. Gebruik deze informatie om de juiste keuze te maken. Dubbelklikken op het toestandsbeeld opent het beeld in het volgende scherm. De kleurcode naast het toestandsbeeld geeft de maximale urgentie van dit beeld aan. In het voorbeeld hierboven is gekozen voor cardiale klachten. 2. Vul de subjectieve klacht desgewenst aan. Tijdens het uitvragen van de factoren kunnen eventueel de subjectieve gegevens worden aangevuld in het venster rechtsboven. 3. Klik door naar urgentie. Nadat het toestandsbeeld is vastgesteld door te dubbelklikken, gaat men automatisch door naar het Urgentie venster.

4 Scherm 3: Het Urgentie scherm van het LSMA triagesysteem. In dit venster kunnen de factoren van de klacht worden aangepast naar de aard van de situatie, en wordt de urgentie aangepast aan de ingestelde factoren. Ook kan de urgentie hier handmatig worden aangepast. Dit scherm geeft een overzicht van alle factoren die passen bij het gekozen toestandsbeeld. Rechtsonder wordt de urgentie weergegeven. Rechtsboven kan de subjectieve tekst worden aangepast. In het informatievenster wordt aanvullende informatie over de geselecteerde factor getoond. 1. Stel de ingangsfactor van het toestandsbeeld in op de juiste waarde. In het klachtenvenster worden alle relevante factoren van het actieve toestandsbeeld getoond. Deze factoren zijn eigenschappen van de patiënt die (volgens de LSMA triage criteria) de urgentie bepalen. 2. Stel overige factoren van het toestandsbeeld in op de juiste waarden. Na het instellen van de ingangsfactoren worden de overige factoren getoond. Deze moeten nu, in willekeurige volgorde, op de juiste waarden worden ingesteld. Dit zijn de waarden die door de triagist wordt ingeschat, en dus niet altijd gelijk aan de subjectieve waarden zoals deze door de patiënt wordt uitgesproken. De kleurcodering links van de factor geeft de mogelijke invloed van deze factor op de urgentie aan. Het is verstandig om tijdens de triage zo snel mogelijk de rode factoren (die dus tot hogere urgenties kunnen leiden) vast te stellen. Wanneer een bepaalde factor de urgentie niet meer kan verhogen, zal deze uit het scherm verdwijnen. Als alle factoren op het scherm zijn ingevuld, is de urgentie bepaald volgens de triagecriteria van het LSMA. Zolang dit nog niet het geval is wordt een voorlopige urgentie getoond. Zodra alle factoren zijn ingesteld, wordt de adviesknop bovenaan actief. 3. (indien nodig) Pas urgentie aan Het programma stelt de urgentie vast op basis van de ingevoerde gegevens en factoren. Mocht deze urgentie niet in overeenstemming zijn met de inschatting van de triagist dan kan deze worden aangepast door op het urgentieveld te klikken. Hierbij kan de motivatie worden geselecteerd in een lijst of handmatig ingevoerd in het tekstveld.

5 Scherm 4: Het Adviesscherm van het LSMA triagesysteem. Dit venster toont de adviezen die van toepassing zijn op de ingestelde toestandsbeelden. Bij instabiele ABCD wordt dit scherm direct getoond. De twee voorgaande schermen worden dan automatisch overgeslagen. In dit geval worden er op dit scherm geen zelfzorgadviezen, maar melderinstructies of overbruggingsadviezen getoond. Dit scherm geef alle mogelijke adviezen weer, op basis van het ingestelde toestandsbeeld en de factoren. Het informatievenster toont eventuele extra informatie over het geselecteerde advies voor de triagist. Daarnaast is het mogelijk voor de triagist om zelfstandig advies te verstrekken. Door het advies aan te vinken, kan de triagist aangeven dat het advies is verstrekt. Na het advies te hebben verstrekt kan de triagist besluiten de triage af te sluiten. Hiermee is het systeem dan weer gereed voor een volgende patiënt. Eventueel kan de triagist in dit scherm ook een overzicht van de triageresutaten opvragen. (zie Scherm 5). NB. Het gebruik van dit scherm is geen vast onderdeel van het triageproces

6 Scherm 5: Het Resultaatscherm van het LSMA triagesysteem. Door in het Bestand menu te klikken op Toon resultaat wordt de triage overzichtelijk weergegeven in een nieuw venster. Dit scherm geeft een overzicht van alle geregistreerde gegevens van de triage-sessie met het LSMA systeem. Het overzicht kan vanuit dit scherm ook worden afgedrukt op een geïnstalleerde printer. Het gebruik van dit scherm is geen vast onderdeel van het triageproces. SemLab Zuidpoolsingel 14a 2408 ZE Alphen aan den Rijn Tel