Het effect van coaching van de docent bij het toepassen van de Denkstimulerende Gespreksmethodiek als onderdeel van het Eigen Initiatief Model

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het effect van coaching van de docent bij het toepassen van de Denkstimulerende Gespreksmethodiek als onderdeel van het Eigen Initiatief Model"

Transcriptie

1 Het effect van coaching van de docent bij het toepassen van de Denkstimulerende Gespreksmethodiek als onderdeel van het Eigen Initiatief Model A.J. Sikkens Studentnummer: Masterthesis Onderwijskunde Groningen, mei, 2012 Rijksuniversiteit Groningen Faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Eerste begeleider: drs. A.C.M. van Roy Tweede begeleider: dr. E.D. Thoutenhoofd

2 Inhoudsopgave Abstract p.3 Samenvatting p.4 Hoofdstuk 1 Inleiding p.5 Hoofdstuk 2 Theoretisch Kader p Leren Leren p Het Eigen Initiatief Model p De Denkstimulerende Gespreksmethode p Coachen p.14 Hoofdstuk 3 Methode p Onderzoeksdesign p Populatie en steekproef p Terminologie p Procedure p Instrumenten p Analyse p.21 Hoofdstuk 4 Resultaten p Leerkracht 1 p Leerkracht 2 p Leerkracht 3 p Leerkracht 4 p Overzicht resultaten p.44 Hoofdstuk 5 Conclusie en Discussie p.43 Literatuurlijst p.48 Bijlage 1 DGM in de praktijk p.52 Bijlage 2 Interviewvragen p.53 Bijlage 3- Voorbeeld voorbereiding Coachingsgesprek p.54 2

3 Abstract This thesis is initiated by the RUG in the context of the Thinking & Learningproject. The project stands for more Learning to Learn activities in schools. Learning to learn - activities are those activities that makes students more effective learners, it has a strong focus on metacognition and self-organising learning. One school, de Steiger, a school for special educational needs, wants to make the student more effective learners. They do this by working with a model which develop the own initiative by using thinking skills of a student. They also use a method which is originally used for stimulating students language development. It also helps the students to develop their thinking skills. In this paper, for teachers are coached to asks better questions to stimulate thinking, to give more effective feedback and to develop the own initiative for using thinking skills of the students. First, the teachers are recorded on video. The tapes were used in the conversation with the coach and teacher. After that, the teachers are recorded again. The tapes are analysed about asking questions, giving feedback and the development of the own initiative of the pupil/student. The coaching conversations are analysed about the way in which the questions, feedback, the initiative and the reactions of the students are being addressed. The way in which the coach gives the teacher confidence and substantive feedback are also being analysed. And the interviews have been analyzed about what the teachers think of the model to develop the learner s own initiative, the method tot stimulate thinking and about coaching. The analysis makes clear that there are differences between the first and the second recordings. These differences are not caused by the conversation with the coach. After the coaching intervention the teachers are more aware of the own initiative model and the thinking method, but they don t use them differently. The teachers are positive about the use of the model and the method. They see changes in the behaviour of the students. They also think that coaching is in general effective for teachers professionalization. When designed in a different way, they believe that coaching would be more effective. If teachers do more peer-coaching and make more use of the method to stimulate thinking this is likely to reinforce the learner s own initiative model of teaching. 3

4 Samenvatting Vanuit het Denk en Leervardighedenproject van de RUG wordt getracht in deze een antwoord te vinden op de vraag in hoeverre de leerkrachten na een coachingsgesprek effectiever omgaan met het stellen van denkvragen, het geven van feedback en het stimuleren van het eigen initiatief van de leerling. De vier vrouwelijke leerkrachten zijn werkzaam op het voortgezet speciaal onderwijs. Bij deze doelgroep is bekend dat metacognitieve vaardigheden en het leggen van een transfer vaak als lastig wordt ervaren. In de school wordt daarvoor gewerkt met het Eigen Initiatief Model en de Denkstimulerende Gespreksmethode. Het Eigen Initiatief Model is gericht op het ontplooien van het eigen initiatief bij het inzetten van denkvaardigheden van de leerling. De Denkstimulerende Gespreksmethode probeert door middel van het stellen van vragen de leerlingen te brengen op een hoger denkniveau. Bij beide methodes staat het leren leren van de leerling centraal. Allereerst is een voormeting gehouden door één les op video op te nemen. Na die tijd volgde het coachingsgesprek. Enige weken daarna is opnieuw een les opgenomen op video. De video-opnames zijn geanalyseerd op het stellen van denkvragen door de docent, het geven van feedback en het ontplooien van het eigen initiatief van de leerling. De coachingsgesprekken zijn geanalyseerd op in hoeverre de denkvragen, de feedback en het eigen initiatief werden besproken. Ook wordt bekeken in hoeverre de coach steun en vertrouwen geeft aan de leerkracht, of er inhoudelijk wordt teruggekoppeld en of de reacties van de leerlingen worden besproken. Uit deze analyses blijkt dat veranderingen waar te nemen zijn bij de opname van de tweede video. In deze veranderingen is geen patroon te herkennen. Naar aanleiding van de interviews kan worden geconcludeerd dat de veranderingen in het lesgeven niet toe te schrijven zijn aan het coachingsgesprek. Wel heeft het coachingsgesprek voor een zekere bewustwording gezorgd van het gebruik van het Eigen Initiatief Model en de Denkstimulerende Gespreksmethode. De leerkrachten staan positief tegenover het gebruik van het Eigen Initiatief Model en de Denkstimulerende Gespreksmethode. De leerkrachten zien het verschil in het gedrag van de leerling. Tevens vinden de leerkrachten coachen effectief voor het professionaliseren van het handelen. In de toekomst zou de school hierop kunnen inspringen door een ander coachingstraject aan te bieden. Bijvoorbeeld met meer coachingsgesprekken en meerdere opnames. Om het model en de methode te borgen kan er worden gedacht aan het opfrissen van het koppelsysteem dat al op de school aanwezig is. Tevens kan er meer worden gewerkt op de methode van denkstimulerende gespreksmethode. 4

5 Hoofdstuk 1 Inleiding In de huidige samenleving neemt het leren leren een belangrijke plek in (Black, McCormick, James & Pedder, 2006). In het Europees rapport Key competences for lifelong learning (2007) wordt leren leren als één van de belangrijkste competenties voor het levenslang leren beschouwd en hanteert men de volgende definitie van leren leren : Learning to learn is the ability to pursue and persist in learning, to organize one s own learning, including through effective management of time and information, both individually and in groups. (p.8). Leren leren is belangrijk in een maatschappij waarin mobiliteit en flexibiliteit van het inzetten van kennis hoge prioriteit genieten. Naast het feit dat aan het leren leren op grootschalige manier aandacht wordt besteed, wordt het ook kleinschalig gestimuleerd. Zo wordt op De Steiger, een school voor zeer moeilijk lerende kinderen in Groningen, gewerkt met leren leren binnen het kader van het Eigen Initiatief Model (EIM) (Handleiding leren leren in het onderwijs aan zeer moeilijk lerenden, 2010). Dit model is begin jaren 90 ontwikkeld om het eigen initiatief te stimuleren bij verstandelijk beperkten op een sociale werkplaats. Mensen met een verstandelijke beperking zijn in zekere mate afhankelijk van de omgeving, omdat ze zoals gezegd beperkt zijn. Maar deze afhankelijkheid kan onbewust worden gestimuleerd doordat hulpverleners te snel ingrijpen of teveel overnemen (Van Gennep, 1989). Het EIM gaat uit van het eigen initiatief en wil de aangeleerde afhankelijkheid juist tegengaan. Het team van De Steiger werkt nu een aantal jaren met dit model, en probeert dit te ondersteunen door middel van de Denkstimulerende Gespreksmethodiek (DGM) ontwikkeld door Blank (in Van Bokkum & Van der Velden, 2002). Deze methodiek laat door middel van het stellen van vragen kinderen nadenken over het eigen handelen en de wereld om hen heen. Bij deze methode is het belangrijk dat er zowel denkvragen worden gesteld als feedback op het antwoord wordt gegeven. Wederom is het belangrijk dat het kind zélf nadenkt en dat de docent dit niet voor hem doet. Aangezien de school er belang aan hecht om het EIM en de DGM bij de teamleden op te frissen en voor de toekomst te borgen, wordt er een coachingstraject gestart. Daarbij wordt gekeken of de docenten daadwerkelijk de DGM gebruiken, op welke manier ze dit doen en of 5

6 er nog verbeteringen aan te dragen zijn. Het onderzoek wat hieraan gekoppeld is richt zich op de resultaten van deze interventie. De uitkomst van dit onderzoek is zowel interessant voor De Steiger, als voor andere scholen die werken met het EIM of met de DGM. Tevens kan het onderhavige onderzoek een bijdrage leveren aan hoe leren leren -activiteiten kunnen worden toegepast in het Speciaal Onderwijs. Bij dit onderzoek is de volgende hoofdvraag opgesteld: Leidt het coachen van docenten met betrekking tot de Denkstimulerende Gespreksmethode als onderdeel van het Eigen Initiatief Model tot een effectiever gebruik van het stellen van denkvragen, het geven van feedback en het stimuleren van het eigen initiatief bij leerlingen? De volgende subvragen zijn geformuleerd: 1. Heeft het coachingsgesprek geleid tot een veranderde aanpak van de leerkracht met betrekking tot de Denkstimulerende Gespreksmethodiek en het Eigen Initiatief Model? 2. Wat is de attitude en mening van de leerkrachten ten opzichte van de Denkstimulerende Gesprekmethodiek en het Eigen Initiatief Model en hoe ervaren zij de coaching voor hun professionalisering? Verwacht wordt dat deze interventie zal helpen bij het borgen en het opfrissen van het EIM. Coachen is namelijk een effectieve manier om leerkrachten te helpen bij het professionaliseren van het handelen (Engelen, 2002). Tevens is in een soortgelijk onderzoek waarin leerkrachten werden gecoached met behulp van videomateriaal om betekenisvolle dialogen te krijgen in de klas het gewenste effect behaald (Brown & Kennedy, 2011). Het volgende hoofdstuk gaat in theoretische achtergronden van de scriptie. Het derde hoofdstuk beschrijft de methode. De resultaten van de interventie worden besproken in hoofdstuk vier. De conclusie en discussie volgen in hoofdstuk vijf. 6

7 Hoofdstuk 2 Theoretisch Kader In dit hoofdstuk wordt ten eerste het leren leren besproken (2.1), vervolgens wordt ingegaan op de oorsprong en het ontstaan van het Eigen Initiatief Model (2.2). Ten derde wordt de Denkstimulerende Gesprekstechniek behandeld (2.3) en tot slot wordt het coachen van docenten belicht (2.4) Leren Leren In het onderhavige onderzoek neemt het leren leren een belangrijke plek in. Het is van belang om eerst te kijken wat precies onder leren leren wordt verstaan. Dat dit niet zo makkelijk is, bewijst Stringher (2006) die veertig verschillende definities van het leren leren vindt. De definities ontstaan doordat het leren leren op diverse wijzen bezien kan worden. Er is bijvoorbeeld verschil in de aandacht voor metacognitie bij leren leren en het leren leren kan bezien worden vanuit sociaal-cognitief oogpunt, uit sociaal-constructivistisch oogpunt of uit een sociaal-historisch oogpunt. Hoewel het leren leren uit verschillende oogpunten te bezien valt, draait het bij het leren leren vrijwel altijd om metacognitie en het zelfregulerend werken (Stringher, 2006). De manier waarop Dearden (1976) over leren leren schrijft, biedt een verhelderende kijk op de zaak. Hij heeft het niet zozeer over de definitie van leren leren, maar tot welk doel het leren leren dient. Hij stelt daarbij dat op het moment dat een persoon weet hoe hij moet leren, deze persoon de leervaardigheden kan inzetten in het hele leven en niet alleen binnen een leeromgeving zoals de school. Internationaal bestaat steeds meer aandacht voor het leren leren. Dit is te zien aan onder andere de manier waarop in Europa aandacht wordt besteed aan het leren leren. In het rapport Key competences for lifelong learning (2007) wordt leren leren als één van de belangrijkste competenties voor het levenslang leren beschouwd. Bij het levenslang leren ligt de nadruk op het leren van vaardigheden waardoor men snel nieuwe kennis kan implementeren. Het levenslang leren wordt een grote rol toegedicht in de huidige maatschappij. Dit komt doordat de maatschappij aan steeds meer veranderingen onderhevig is. Daardoor is het niet zozeer van belang wat je weet, maar hoe je het weet. Het leren leren is daarbij belangrijk omdat metacognitie en het zelfregulerend werken worden ingezet bij het levenslang leren van een bepaald persoon. Verder bestaat de aandacht vanuit de Europese gemeenschap voor het leren leren uit het onderzoeken op welke manieren het leren leren 7

8 wordt ingezet binnen de EU en op welke manieren het leren leren beoordeeld en getoetst kan worden (Hoskins & Fredriksson, 2008; Hautamäki et al., 2002). Het leren leren wordt niet alleen op grote schaal onderzocht, ook op kleinere schaal worden er diverse projecten opgezet en geëvalueerd. Een goed voorbeeld hiervan zijn de activiteiten die in het kader van het leren leren zijn opgezet in Groot-Brittannië. Sinds 2000 wordt daar gewerkt met een leren leren - netwerk welke is gestart door de Campaign for Learning (Higgins et al., 2007). Deze groep ziet de zin en noodzaak van het implementeren van het leren leren binnen scholen. Evaluatieonderzoek laat zien dat het implementeren van leren leren activiteiten veel positieve resultaten oplevert (o.a. Higgins et al., 2007; Higgins, Wall, Falzon, Hall & Leat, 2005). In Nederland is een project gestart, het Denk en Leervaardigheden-project, geïnspireerd op het project in Groot-Brittanië (Thoutenhoofd & Van Roy, 2011). De initiatiefnemers van het project in Nederland hebben het doel om leren leren activiteiten te implementeren in scholen die daarvoor belangstelling tonen. Het onderhavige onderzoek is onderdeel van dit project en wordt in het kader van leren leren onderzoek gedaan op een school voor zeer moeilijk lerende kinderen. Op deze school wordt gewerkt met het Eigen Initiatief Model (EIM) en de Denkstimulerende Gespreksmethodiek (DGM). Zowel het model als de methodiek worden ingezet om het leerproces van de kinderen binnen deze school te stimuleren. Het blijkt dat kinderen binnen deze school in het algemeen moeite hebben met metacognitieve vaardigheden en het generaliseren van kennis (Handleiding leren leren in het onderwijs aan zeer moeilijk lerenden, 2010). Er wordt geprobeerd om met een coachingstraject van het EIM en de DGM het leren leren van deze kinderen binnen De Steiger een impuls te geven. Het leren leren, het EIM en de DGM hebben veel gemeen. Zo wordt bij het EIM de nadruk gelegd op het aanleren van metacognitieve vaardigheden, en wordt met de DGM getracht kinderen te leren nadenken over situaties buiten het hier en nu. In verdere paragrafen wordt zowel het EIM als de DGM besproken en toegelicht Het Eigen Initiatief Model (EIM) In deze paragraaf wordt gekeken naar het ontstaan en de noodzaak van het EIM. Allereerst wordt de aanleiding van het EIM behandeld, vervolgens worden andere modellen besproken waarop het EIM is gebaseerd, de methodiek wordt uitgelegd en tot slot wordt de waarde en het gebruik van het EIM besproken. 8

9 De noodzaak voor het EIM kwam voort uit een ontwikkeling in de maatschappij. Aangepaste werkplekken voor verstandelijke beperkten moesten steeds meer concurreren met commerciële instellingen. Dit had tot gevolg dat er meer en meerdere soorten producten in een korter tijdsbestek gemaakt moesten worden. De vaardigheden die van de werknemers werden gevraagd kwamen op een ander niveau te liggen. Een niveau van meer flexibiliteit en het kunnen anticiperen op een veranderende werkomgeving (Timmer & Van Gemert, 1992). Het blijkt dat vaardigheden als flexibel zijn en het kunnen anticiperen op veranderingen vaak een struikelblok vormen bij verstandelijk beperkten. Onderzoek wijst uit dat verstandelijk beperkten minder goed presteren op het moment dat er gevraagd wordt om nieuwe vaardigheden toe te passen. Tevens wordt het maken van een transfer, het toepassen van vaardigheden in een nieuwe situatie, als lastig ervaren (Mithaug, Martin & Agran, 1987 geciteerd in Timmer & van Gemert, 1992; Van Geert, 1997; Kramer, Piersel Glover, 1988). Op basis van onderzoek kan worden geconcludeerd dat het niet kunnen maken van een transfer ligt aan het ontbreken of het te kort aan metacognitieve vaardigheden (Timmer & Van Gemert, 1992; Van Weelden, 1988). Metacognitie wordt omschreven als het weet hebben van en het reguleren van cognitieve activiteiten (Veenman, Van Hout-Wolters & Afflerbach 2006; Flavell, 2000; Sternberg, 1998). Voor het aanleren van nieuwe vaardigheden en het inzetten van vaardigheden in nieuwe situaties is metacognitie van essentieel belang (Kramer et al., 1988; Van Geert, 1997). Maar het kunnen maken van een transfer en het toepassen van nieuwe vaardigheden heeft niet alleen te maken met een tekort aan metacognitieve vaardigheden. De manier waarop je leert is ook van grote waarde om deze vaardigheden te leren en toe te passen. Op basis van onderzoek is aangetoond dat verstandelijk beperkten moeite hebben met het leren en met andere woorden inefficiënte leerders zijn (Maes, Penne & Petry, 2005; Van Geert, 1997; Kramer et al., 1988). Dat betekent niet dat verstandelijk beperkten ongeschikt zijn om te leren. Diverse onderzoekers benadrukken dat deze mensen wel kunnen leren, mits de juiste methodiek wordt gebruikt (Timmer & Van Gemert, 1992; Van Weelden, 1988). Bij een juiste methodiek moet rekening gehouden worden met de leercapaciteit van degenen voor wie de methodiek is concludeert Timmer (1994). Tevens is een belangrijk aspect van de juiste methodiek het geven van leertijd. De werknemer leert metacognitieve vaardigheden alleen wanneer dit veel geoefend wordt. Deze oefening bestaat er vooral uit om verstandelijk beperkten de leertijd en de ruimte te geven om leerervaringen op te doen. Naast het rekening houden met de leercapaciteit, het geven van leertijd en oefening moet ook de coach zo min mogelijk aanwezig zijn. Dat wil zeggen, zo min mogelijk taken 9

10 overnemen van de werknemers. Timmer & Van Gemert (1992) vonden dat de coach op de werkplek nog teveel taken overneemt van de werknemer en op deze manier ontstaat er een soort aangeleerde afhankelijkheid of het zogenaamde hulpverlenerssyndroom (Van Gennep, 1989; Maes, Penne & Petry, 2005). Bij een juiste methodiek is het van belang dat de werknemer de kans krijgt om zelf te oefenen met de vaardigheden. In Amerika wordt, op het moment dat het EIM in ontwikkeling was, al gewerkt met twee methodieken voor verstandelijk beperkten. Namelijk de Reciprocal Instruction-methode en de Strap-methode. Bij Reciprocal Instruction gaat het om het begeleidend leren van concrete, simpele taken bij het begrijpen van teksten (Brown & Palinscar, 1987). STRAP staat voor: Structure and Prescribe. Deze methode gaat er vanuit dat het leerproces geslaagd is als de verstandelijke beperkte de taak die gevraagd wordt zelf kan uitvoeren. De taak wordt net zo lang voorgedaan tot de getrainde het zelf ook kan. De methode is gebaseerd op het idee dat verstandelijk beperkten moeilijkheden hebben met het herinneren van een uitleg en het toepassen van deze uitleg. Het aanbieden van vaardigheden op een gestructureerde manier is de grondhouding van de coaches die met de STRAP-methode werken. Onderzoeken naar aanleiding van deze STRAP-methode wijzen uit dat verstandelijk beperkten wel specifieke vaardigheden leren voor het uitoefenen van een bepaalde taak, maar geen algemene vaardigheden die kan worden ingezet bij meerdere taken. Ook blijven de werknemers afhankelijk van de begeleider. Dit werd gezien als ongewenste effecten. Timmer (1994) komt tot de conclusie dat de Reciprocal Instruction veelbelovender wat effecten betreft is dan de STRAP-methode. Onderzoek wijst uit dat deze Reciprocal Instruction een zeer effectieve vorm van lesgeven is (Rosenshine & Meister, 1994). Bij het opzetten van een trainingsprogramma wordt er gebruik gemaakt van de grondslagen van de Reciprocal Instruction. Timmer (1994) ontwerpt een programma met aandacht voor de volgende aspecten: inhoud, de instructionele methode, de planning en het aansluiten op de dagelijkse werksituaties. Wat de inhoud betreft leren de werknemers algemene vaardigheden die gerelateerd waren aan de taak van montage. Daarbij gaat het om vaardigheden als het opmerken van problemen, het vinden van een oplossing, de werktafel netjes houden, het checken van het product nadat het is gemaakt enz. Het gaat daarbij niet om het doen van een specifieke taak, maar om de vaardigheden die nodig zijn om een taak uit te voeren. Deze vaardigheden kenmerken zich doordat ze niet alleen bij één specifiek product worden ingezet, maar bij meerdere producten en bij meerdere taken inzetbaar zijn. 10

11 Bij het trainen van deze algemene vaardigheden wordt een werknemer een nieuwe taak gegeven. Bij deze taak moeten de trainers handelen volgens zes principes gebaseerd op de Reciprocal Instruction Method: (1) Vertel of demonstreer niet wat de werknemer zou moeten doen bij de taak, (2) Help de werknemer niet direct als er iets fout dreigt te gaan, laat de werknemer nadenken, (3) Als er wat fout gaat, zeg dan niet direct wat fout gaat, maar stel vragen, (4) Intervenieer alleen als de werknemer zichzelf in gevaar brengt, (5) Als de werknemer om hulp vraagt, vraag dan: wat is er aan de hand? en wat zou je moeten doen als dit gebeurt?, (6) Film de werknemer tijdens het doen van de taak en bespreek na die tijd deze met de werknemer door. De training vindt plaats in wekelijkse trainingsessies van twee dagen. De training wordt gegeven in de dagelijkse werkomgeving. Deze methode die Timmer (1994) ontwikkelt wordt na een pilotstudie, effectief bevonden. Timmer (1994) concludeert dat het mogelijk is om verstandelijk beperkten te trainen en dat door de training de mensen met een verstandelijke beperking beter leren plannen en structureren en onafhankelijk functioneren. Het trainingsprogramma wordt in de jaren 90 toegepast door SW Delta en het krijgt de naam het Eigen Initiatief Model. Het model wordt gekenmerkt door drie belangrijke uitgangspunten: (1) De problemen die mensen met een verstandelijke beperking ervaren bij het toepassen van aangeleerde vaardigheden, komen voort uit het gebrek aan leerervaringen. (2) Trainingen moeten zich richten op het aanleren van de vaardigheden en zich richten op het generaliseren van deze vaardigeden, (3) Vaak gaat de omgeving van mensen met een verstandelijke beperking ervan uit dat zij bepaalde dingen niet kunnen. Daarmee werkt de begeleider afhankelijkheid in de hand wat beslist onnodig is. Het EIM gaat er vanuit dat de mensen met een verstandelijke beperking zoveel mogelijk zelf nadenken en eigen plannen maken (Timmer, Dekker & Voortman, 2003). Ook wordt het model geschikt gemaakt om toe te passen in het onderwijs voor verstandelijk gehandicapte kinderen (Damen, 2003; Aukes, Dekker, Jong, Mulder & Timmer, 2000). Daarbij wordt bijvoorbeeld ook het stoplicht gebruikt. De kleur rood betekent: het nadenken en bedenken van een plan, oranje betekent het volgen en bijsturen van de uitvoering van het plan en groen betekent het evalueren van het plan. Het is de bedoeling dat het nadenken over de vaardigheden gebeurt in alle fases. In recente literatuur wordt de naam: Eigen Initiatief Model ter discussie gesteld. In de praktijk blijkt er veel verwarring over deze naam te zijn. Trainers kunnen er zo 11

12 bijvoorbeeld vanuit gaan dat alle initiatieven die mensen met een verstandelijke beperking ontplooien toegejuicht moeten worden, terwijl dit niet de bedoeling is. Den Besten & Van Vulpen (2009) formuleren het als volgt: Dat cliënten initiatieven nemen is zeker waar je in deze methode op uit bent, maar altijd binnen een door de begeleider aangegeven kader in een leertraject (p.11). Vandaar dat er wordt gepleit voor de naam Begeleid Ontdekkend Leren Denkstimulerende Gespreksmethodiek De DGM is het volgende onderwerp dat wordt uitgewerkt in dit hoofdstuk. Deze methodiek wordt toegepast op de Steiger als aanvulling op het Eigen Initiatief Model. De DGM is ontwikkeld in de jaren 80 en gaat er vanuit dat kinderen communicative beings zijn. Dat wil zeggen dat taal in dienst staat van de communicatie die kinderen hebben. Het leren van een taal, bijvoorbeeld, staat niet op zichzelf maar wordt geleerd door middel van communicatie. Dit lijkt een open deur, maar daarvoor werd er meer onderzoek gedaan naar taalstructuren van jonge kinderen en werd de taal meer op zichzelf bekeken in plaats van onderdeel van communicatie. De DGM bracht daar een ommekeer in en zette de communicatie centraal (Blank & Franklin, 1980). Ook andere onderzoekers vinden communicatie en het aangaan van de dialoog met kinderen belangrijk voor de taal en leerontwikkeling. Alexander (2005) zegt bijvoorbeeld: Of all the tools for cultural and pedagogical intervention in human development and learning, talk is the most pervasive in its use and powerful in its possibilities (p.2). Hij pleit dan ook voor dialogic teaching. De dialoog onderscheidt zich daarbij van een conversatie, doordat de dialoog functioneert als een betekenisvol gesprek. Onderzoek van Brown & Kennedy (2011) wijst uit dat het coachen van docenten bij het nadruk leggen op communicatie binnen de klas, kinderen met emotionele, sociale en gedragsmoeilijkheden helpt om te komen tot meer betekenisvolle dialogen met elkaar. Op het moment dat er zich problemen voordoen bij de taalontwikkeling van kinderen kan daarop het beste worden ingesprongen door middel van communicatie (Blank & Franklin, 1980). Het is dan de bedoeling dat kinderen met taalachterstanden of ontwikkelingsproblemen op deze manier leren om op een hoger abstractieniveau na te denken en hun wereld te ordenen. Belangrijk is daarbij wel om in te spelen op het juiste niveau van het kind. Een kind van drie jaar oud uit zich op een andere manier dan een kind van vijf jaar. De ontwikkeling van een kind wordt in vier verschillende niveau ingedeeld (Blank & Franklin, 1980). Bij het eerste niveau draait het om matching perception. De directe waarneming staat hier centraal. 12

13 Het kind kan bijvoorbeeld zeggen: dat is een paard. Bij niveau twee gaat het om selective analysis of perception oftewel het selectief aandacht geven aan een waarneming. Het kind kan dan onderdelen van een bepaalde waarneming benoemen en zegt bijvoorbeeld de auto heeft vier wielen. Het ordenen van de waarneming is niveau drie: reordening perception. Dat wil zeggen dat het kind een ordening kan aanbrengen in een bepaalde waarneming: mamma gaat als eerste naar binnen. En tot slot draait het bij niveau vier om het motiveren en ordenen: reasoning about perception. Het kind kan bijvoorbeeld aangeven waarom iets gebeurt, of kan een bepaalde gebeurtenis beredeneren: het glas is gevallen omdat ik er tegenaan stootte. Er kan worden aangesloten bij deze niveaus op het moment dat een volwassene in gesprek gaat met het kind. Bij het eerste niveau kan bijvoorbeeld de vraag worden gesteld: wat is dat? en bij niveau vier: waarom is het zo gegaan?. Over het algemeen geldt dat hoe ouder een kind is hoe beter het om kan gaan met vragen van niveau drie en niveau vier. Om de vertaalslag in het Nederlands van deze niveaus te maken benoemt Van der Kreeke-Alfrink (2009) de niveaus als volgt: het eerste niveau is benoemen, het tweede niveau beschrijven, het derde niveau ordenen en het vierde niveau is redeneren. Dit is een bruikbare vertaling om ook in Nederland de niveaus te scheiden en te gebruiken in de les. Niet alleen het vragen stellen is een component van de DGM, ook het differentiëren tussen antwoorden, het inspelen op het antwoord van het kind en het aansluiten bij concrete ervaringen zijn essentiële aspecten van de DGM. Het gaat hierbij dus op het inhoudelijk inspelen op het antwoord van het kind en geven van goede feedback (Van Bokkum & Van Velden, 2002). De DGM is ontwikkeld voor kinderen tussen de drie en acht jaar met taalontwikkelingsproblemen, maar kan ook breder worden ingezet. De DGM wordt bijvoorbeeld ook gebruikt in het ZMLK (zeer moeilijk lerende kinderen)-onderwijs omdat bekend is dat kinderen binnen dit onderwijs vaak moeite hebben met taal en het generaliseren van kennis buiten het hier en nu (Maes, Penne & Petry, 2005). De DGM biedt handvaten om kinderen met taal en leerachterstanden op een hoger abstractieniveau te laten nadenken en zo deze problemen tegen te gaan. Recent wetenschappelijk onderzoek over deze methode is in Nederland niet aanwezig. Wel zijn er enkele scripties gemaakt over het toepassen van DGM in scholen. Daaruit blijkt onder andere dat de DGM gebruikt wordt en een bruikbare instructiemethode is in het speciaal onderwijs en dat deze methode zonder aanpassingen geïmplementeerd kan worden in het speciaal onderwijs (De Baar, Boer & Siebols, 2010; Boogers, 2007). Tevens luidt een 13

14 conclusie dat het coachen van docenten met deze methodiek veel oplevert (Bosman, 2008). In Australië vonden Hay, Elias, Fielding-Barnsley, Homel & Kate Freiberg (2007) een positief effect bij het gebruik van de Denkstimulerende Gespreksmethodiek voor kinderen met leerachterstanden Coachen In het onderhavige onderzoek wordt er een coachingstraject uitgevoerd. Dit heeft als doel om het handelen van de docenten te professionaliseren. Het coachingstraject bestaat uit twee belangrijke elementen; video-interactie begeleiding en het coachingsgesprek. Op vier onderdelen wordt nader ingegaan: het professionaliseren van docenten, het coachen van docenten, het coachingsgesprek en video-interactie begeleiding. Het coachen van docenten staat ten dienste van het professionaliseren van docenten. Met professionalisering van docenten wordt volgens Engelen (2002) bedoeld: de wijze waarop docenten hun kennis, vaardigheden, attitudes en waarden verwerven en ontwikkelen, waarmee zij hun leerlingen van dienst zijn (p.15). Het professionaliseringsproces is pas geslaagd als dit doel behaald is. Professionaliseren kan op diverse manieren worden vormgegeven. Bijvoorbeeld door middel van het stimuleren van een zelf ontplooiende houding van de docent of door middel van training. Wanneer docenten worden getraind in het oefenen met een bepaalde methodiek is de transfer het grootst wanneer er aandacht is voor theorie, demonstratie, oefening, feedback en coaching (Engelen, 2002). De tabel geeft dit weer:. Tabel 2: Trainingseffecten per component of combinatie van componenten (Joyce & Showers, 1995 in Engelen, 2002 p. 19) Trainingsactiviteiten Kennis Vaardigheden Transfer Theorie Demonstratie Theorie & Demonstratie Theorie & Oefening Theorie & Demonstratie & oefening Theorie & Demonstratie & Oefening & Feedback Theorie & Demonstratie & Oefening & Feedback & Coaching

15 Door Engelen (2002) wordt coaching opgevat als een vrijwillig en gestructureerd proces om docenten te helpen hun onderwijsgedrag te verbeteren en te vernieuwen in de richting van een meer activerende didactiek (p.27). Daarbij is reflectie een belangrijk onderdeel van het proces evenals het krijgen van feedback. Het onderzoek van Brown & Kennedy (2011) laat zien dat het coachen van leerkrachten bij het optimaliseren van de conversatie in de klas het gewenste effect heeft. De leerkrachten worden eerst getraind waarna er drie coachingsessies volgen. De leerkrachten worden gecoached op persoonlijke doelen die worden gesteld. Het blijkt dat binnen drie maanden de conversatie in de klas meer de vorm krijgt van een leerdiaoloog. Engelen (2002) concludeert tevens op basis van literatuuronderzoek dat het coachen van docenten vrijwel altijd positieve resultaten oplevert. Deze resultaten omvatten een groei van het zelfvertrouwen, het toepassen van nieuwe vaardigheden in de klas, het enthousiasme van docenten, een toename in kennis enz. Het effect van coachen op de resultaten van de leerling is niet altijd even duidelijk, maar Engelen (2002) merkt daarbij op dat deze relatie ook zeer complex is. Diverse onderzoeken laten wel zien dat gecoachte docenten positieve effecten rapporteren bij hun leerlingen (Coasta & Garmston, 1994; Kohler et al, 1997; Sparks & Bruder, 1987; Valaencia & Killion, 1988; allen in Engelen, 2002). Ook geven docenten over het algemeen positieve reacties op het coachen, er is sprake van meer open communicatie en uitwisseling tussen docenten. Twee kritische kanttekeningen worden door Engelen (2002) bij dit onderzoek geplaatst: veel onderzoek is gebaseerd op zelfrapportages en een aantal studies zijn zeer klein wat betreft onderzoekselementen. Aangezien alle studies wel dezelfde uitkomsten laten zien kan worden aangenomen dat coachen een zeer effectieve vorm van professionaliseren is. Het coachingsgesprek is een belangrijk onderdeel van het coachen. Engelen (2002) benoemt dat de kwaliteit van deze coachingsgesprekken naar aller waarschijnlijkheid de relevante factor is voor het succes van coaching. Dit wordt gebaseerd op de aanname dat tijdens het coachingsgesprek gereflecteerd wordt op de geobserveerde les. Deze reflectie is een voorwaarde om te komen tot een bepaalde gedragsverandering. En deze gedragsverandering is een kenmerk van succesvolle coaching. Uit onderzoek van Dunne & Bennett (in Engelen, 2002) blijkt dat een duidelijke structuur in het coachingsgesprek bijdraagt aan de tevredenheid van de docent. Voor coaches is het daarom belangrijk om een bepaalde opzet te hebben voor hun coachingsgesprekken, iedere betrokkene weet dan ook waar hij aan toe is. 15

16 Joyce & Showers (1980, 1988; In Engelen, 2002) onderscheiden vijf functies / kernactiviteiten die voorkomen in het coachingsgesprek. Deze coachingsgesprekken zijn gericht op het toepassen van nieuwe vaardigheden door docenten: (1) Het geven van steun en vertrouwen. Voor een goed resultaat van coaching is vertrouwen tussen coach en docent nodig. Tijdens het gesprek worden persoonlijke zaken aan het licht gebracht. Voorbeelden hiervan kunnen zijn: frustraties en moeilijkheden in het eigen functioneren. Om deze informatie te delen is het belangrijk dat er onderling vertrouwen is. (2) Het geven van inhoudelijke terugkoppeling. Deze functie houdt het geven van feedback in, feedback op de nieuwe vaardigheden en strategieën die door de docent zijn toepast in de klas. (3) Het analyseren van de toepassing. In deze kernactiviteit wordt nagedacht door zowel de coach als degene die gecoacht wordt, over het tijdstip en implementatie van nieuwe vaardigheden. (4) Het afstemmen van de nieuwe onderwijsvaardigheden op de leerlingen. De coach heeft de leerlingen geobserveerd en in het gesprek laat hij zien hoe de leerlingen reageren op de verandering. (5) Het aanmoedigen van de docent. Bij het gebruik van nieuwe strategieën en/of vaardigheden zal de implementatie niet direct vlekkeloos verlopen. Het is daarom van belang dat de coach de docent blijft aanmoedigen en ondersteunen. Er zijn een aantal kenmerken te noemen van succesvolle coachingsgesprekken en niet succesvolle coachingsgesprekken. De succesvolle gesprekken kenmerken zich doordat coaches de docenten op een niet-bedreigende manier de gelegenheid geven om hun werk te onderzoeken en erover te praten. In minder succesvolle gesprekken komt de overeenstemming tussen degenen die het gesprek voeren onnatuurlijk over. De coaches lopen op tegen weerstand van docenten waardoor er geen reflectie op het eigen handelen plaatsvindt. Waite (1995; geciteerd in Engelen, 2002) onderscheidt daarbij drie vormen: (1) inbreken in het kader van het gesprek; (2) een tegendiscours inzetten door bijvoorbeeld andere onderwerpen of personen in te brengen; (3) de sturing in het gesprek overnemen. Coaching en coachingsgesprekken worden effectief op het moment dat de gecoachte docent een actieve rol en invloed op het gesprek heeft. De rol van de coach is op dat moment meer ondersteunend en stimulerend dan instructiegevend en evaluerend (Engelen, 2002). Bij het uitvoeren van de coachingsgesprekken kan er door technologische ontwikkelingen gebruik gemaakt worden van Video-Interactie Begeleiding. Deze begeleiding houdt in dat de professional wordt gefilmd bij het handelen met cliënten, waarop later de beelden worden teruggekeken met een coach. Aangezien de geobserveerde zelf ook kan zien wat er precies gebeurt, is deze methode snel in gebruik genomen na het lanceren van deze techniek (Fukkink, Trienekens & Kramer, 2011). 16

17 Wat deze methode zo uniek maakt is dat de geobserveerde vanaf een afstand naar het eigen handelen kan kijken. Daarbij is er ruimte voor het reflecteren op eigen handelen omdat het fragment op elk moment stop kan worden gezet. Tevens kunnen fragmenten vaker bekeken worden en kunnen de fragmenten worden geanalyseerd op diverse punten, zoals bijvoorbeeld het stellen van vragen, maar ook op het geven van feedback (Fukkink, Trienekens & Kramer, 2011). Diverse onderzoeken laten zien dat het geven van video-interactie begeleiding effectief is bij het professionaliseren van de docent. Tan & Towndrow (2009) vond een positief effect bij het coachen van docenten met video-interactie begeleiding in de docentstudent interactie bij de wiskundeles. Een meta-analyse laat zien dat deze methode effectief is bij het coachen (Fukkink, Trienekes & Kramer, 2011). Hieruit blijkt dat het geven van feedback aan de hand van videofragmenten een significant effect laat zien op de interactie vaardigheden van de docent. Ook vinden docenten zelf dat video interactie begeleiding hen helpt bij het aanbrengen van veranderingen in de klas (Tripp & Rich, 2012). Docenten rapporteren dat de video-interactie begeleiding hen helpt om veranderingen door te voeren in de klas. Het bekijken van video s zorgt ervoor dat (1) het makkelijker wordt een les te analyseren, (2) een nieuw perspectief geboden wordt om het eigen lesgeven te bekijken, (3) het de leerkracht vertrouwen geeft in de feedback die ze krijgen, (4) de leerkrachten zich verantwoordelijk voelen voor het aanbrengen van veranderingen, (5) het de leerkrachten doet herinneren om veranderingen in te voeren, en (6) de vooruitgang in eigen handelen gezien kan worden. In het onderhavige onderzoek worden er videofragmenten geselecteerd en deze besproken met de docenten om zo de professionele ontwikkeling van docenten te bevorderen. 17

18 Hoofdstuk 3 Methode 3.1. Onderzoeksdesign Dit onderzoek is kwalitatief van aard. Kenmerkend voor kwalitatief onderzoek is dat het niet gaat om de kwantiteit van het datamateriaal maar om de kwaliteit. Daarbij wordt vanuit het gezichtspunt van betrokkenen in kaart gebracht hoe men tegenover bepaalde zaken staat (Baarda, De Goede & Teunissen, 2009). Deze scriptie bestaat uit zowel een toetsend als beschrijvend gedeelte. Bij het toetsen wordt gekeken of het coachingsgesprek het effect heeft welke wordt verwacht en bij het beschrijven wordt de houding en attitude van de leerkrachten beschreven ten opzichte van het Eigen Initiatief Model (EIM) en de Denkstimulerende Gespreksmethodiek (DGM). Om de interne validiteit te waarborgen wordt er gebruik gemaakt van verschillende databronnen: observaties van het videomateriaal, observaties van de coachingsgesprekken en interviews. In dit verband spreekt men ook wel van triangulatie. Door verschillende databronnen te gebruiken bij het analyseren van het coachingstraject kan er worden gekeken of er overeenstemming is. De data wordt op deze manier meer betrouwbaar en geloofwaardig (Van Loon, Van Meulen & Minnaert, 2011). Het onderzoeksdesign bestaat uit vier componenten. Ten eerste wordt er een voormeting gehouden, daarna volgt de interventie (het coachingsgesprek), er volgt nog een videometing en tenslotte wordt er een interview afgenomen. Wanneer de eerste meting heeft plaatsgevonden worden de videobeelden geanalyseerd en gebruikt bij de coachingsgesprekken. Zes weken na deze coachingsgesprekken worden er opnieuw opnames gemaakt. De twee momenten video-opnames worden dan met elkaar vergeleken. De interviews worden afgenomen na de video-opnames Populatie en steekproef Dit onderzoek vindt plaats op De Steiger, een school voor speciaal onderwijs (cluster drie). Dit onderwijs wordt gegeven aan kinderen met een lichamelijke en/of geestelijke beperking, zeer moeilijk lerende kinderen en langdurig zieke kinderen met een lichamelijke handicap. Tevens is de school bedoeld voor kinderen met epilepsie en meervoudig gehandicapte kinderen die moeilijk leren in combinatie met een andere handicap (Rijksoverheid, 2012). 18

19 De vier vrouwelijke leerkrachten zijn 26, 27, 27 en 39 jaar oud en hebben respectievelijk drie, vier, zes en dertien jaar werkervaring in het Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO). Niet alle leerkrachten zijn op gelijke wijze betrokken geweest bij de invoering van het EIM in In de volgende tabel wordt een overzicht gegeven van de leerkrachten. Tabel 1: overzicht van de achtergrondfactoren van de leerkrachten. Leeftijd Werkervaring in het VSO Opstart meegemaakt Leerkracht Gedeeltelijk (introductiejaar en filmopnames gemist) Leerkracht Gedeeltelijk (introductiejaar gemist) Leerkracht Ja Leerkracht Ja 3.3. Terminologie Het begrip verstandelijke beperking wordt vaak in deze scriptie gebruikt. In de literatuur worden verschillende termen gebruikt voor het hebben van een verstandelijke beperking. Bijvoorbeeld verstandelijk handicap, stoornis, zwakzinnigheid of geestelijke handicap. In deze scriptie wordt het begrip verstandelijke beperking gebruikt, omdat deze term al langere tijd bruikbaar is. Of iemand een verstandelijke beperking heeft wordt bepaald door drie criteria (Dosen, 2005): - Beperkingen in het intellectuele functioneren (een IQ lager dan 70) - Beperkingen in het adaptieve gedrag (beperkte conceptuele, sociale en praktische vaardigheden) - Ontstaan in de ontwikkelingsleeftijd (voor de leeftijd van 18 jaar). Dit is in overeenstemming met internationale bronnen zoals de American Assocication of Mental Retardation (Luckasson, Borthwick-Duffy, Buntinx, Coulter, Craig, Reeve, Schalock, Snell, Spitalnik, Spreat & Tassé, 2002). Verder worden de termen orthopedagoog en coach in deze scriptie gebruikt voor één en dezelfde persoon. De orthopedagoog oefent in het onderhavige onderzoek de functie uit van coach, alhoewel hij als orthopedagoog fungeert binnen de school Procedure EIM: De directie van de school heeft een aantal jaren geleden besloten om te gaan werken met het EIM. Zo kan er worden ingespeeld op veranderingen in de maatschappij en 19

20 binnen het ZML-onderwijs. Deze veranderingen hielden o.a. in dat de nadruk de laatste jaren is komen te liggen op de participatie van verstandelijk beperkten in de maatschappij en het meer cliëntgericht werken. De orthopedagoog die destijds betrokken was bij de invoering van het model binnen de school, is tevens mede-oprichter van het model (Timmer, Dekker & Voortman, 2003). DGM: Daarnaast wordt er gewerkt met de DGMk. Dit is een andere methode dan het EIM, maar kan goed worden toegepast om het eigen initiatief en het zelf laten nadenken te ontplooien. De keuzes voor deze methodieken is door de school zelf gemaakt, maar passen naadloos binnen het project leren leren, omdat bij deze methodieken de nadruk ligt op het leren leren van de leerlingen. Docenten: De keuze voor de docenten in deze steekproef is gemaakt op grond van het werkzaam zijn in het Voortgezet Speciaal Onderwijs binnen de school. In deze klassen wordt vaker gewerkt met het EIM en zijn de docenten meer bezig met het stimuleren van leren leren dan in de onderbouw van de school. Omdat één docent tijdens het onderzoeksproject met zwangerschapsverlof is, is een andere docent die de kinderen buiten de klas begeleid eveneens betrokken bij het project. Coach: De docenten worden gecoacht door de orthopedagoog van de school. De orthopedagoog is ook meer bedreven in het voeren van coachingsgesprekken dan andere voor de hand liggende personen (bijv. de maker van deze scriptie of de directrice van de school). Coachinggesprekken: De coachingsgesprekken zijn voorbereid door ondergetekende. Bij het analyseren van het videomateriaal zijn opvallende fragmenten geselecteerd. Bij de geselecteerde fragmenten worden er bijvoorbeeld hele goede denkvragen gesteld door de docent, of waren de vragen en feedback voor verbetering vatbaar. Deze fragmenten werden besproken aan de hand van drie punten; de denkvragen, het geven van feedback en in hoeverre het eigen initiatief van de leerling wordt ontplooid Instrumenten Video-observaties: De video-opnames van de eerste en de tweede meting zijn opgenomen door de orthopedagoog. Éen docent heeft zichzelf opgenomen bij beide metingen. De video-opnames worden geanalyseerd door middel van observeren. Om de betrouwbaarheid van het observeren te verhogen is er een training gedaan bij het Universitair Onderwijs Centrum Groningen. Ongeveer 10% van het datamateriaal wordt beoordeeld door de tweede observator, daarover wordt een interbeoordelaarsbetrouwbaarheid berekend. 20

Beeldcoaching in het onderwijs

Beeldcoaching in het onderwijs Beeldcoaching in het onderwijs Leren coachen met video V i s i e I n B e e l d H u z a r e n l a a n 2 4 7 2 1 4 e c E p s e Gebruik van video is de duidelijkste en snelste manier om te reflecteren op

Nadere informatie

1 Leren op de werkplek

1 Leren op de werkplek 1 Leren op de werkplek Wat is leren op de werkplek? Om dit te verduidelijken onderscheiden we in dit hoofdstuk twee vormen van leren: formeel en informeel leren. Ook laten we zien welke vormen van leren

Nadere informatie

ISED Denk- & leervaardighedensymposium, februari 2011 Rijksuniversiteit Groningen 2

ISED Denk- & leervaardighedensymposium, februari 2011 Rijksuniversiteit Groningen 2 Samenvattende posters van leerkrachten over Britse L2L' projecten 10 februari 2011 Titel Poster 1 Exploring cooperative learning strategies and social interaction. De lollipop methode (elke week een andere

Nadere informatie

Begaafde leerlingen komen er vanzelf... Implementatie van een verandering van de pedagogische beroepspraktijk op basis van praktijkgericht onderzoek.

Begaafde leerlingen komen er vanzelf... Implementatie van een verandering van de pedagogische beroepspraktijk op basis van praktijkgericht onderzoek. Begaafde leerlingen komen er vanzelf... toch? Implementatie van een verandering van de pedagogische beroepspraktijk op basis van praktijkgericht onderzoek. Teambijeenkomsten Anneke Gielis Begaafde leerlingen

Nadere informatie

Onderwijsconcept op de Herman Broerenschool te Delft. (met behulp van de methode Kids Skills) Eigen Initiatief Model (Begeleid ontdekkend leren)

Onderwijsconcept op de Herman Broerenschool te Delft. (met behulp van de methode Kids Skills) Eigen Initiatief Model (Begeleid ontdekkend leren) Onderwijsconcept op de Herman Broerenschool te Delft SO (4 tot 13 jaar) VSO (13 tot 20 jaar) Oplossingsgericht werken (met behulp van de methode Kids Skills) Eigen Initiatief Model (Begeleid ontdekkend

Nadere informatie

Heeft trainen zin? De coachende benadering in trainingen

Heeft trainen zin? De coachende benadering in trainingen Heeft trainen zin? De coachende benadering in trainingen Training is voor een groot deel verspilde energie! Dat was de boodschap van een kort artikel dat ik onlangs vertaalde voor de Nieuwsbrief van de

Nadere informatie

Lieke Drukker Ninja van der Honing september 2012

Lieke Drukker Ninja van der Honing september 2012 Lieke Drukker Ninja van der Honing september 2012 Wij Jullie Afstemmen verhaal op jullie vragen Iedereen stopt tijd en vooral energie in het stimuleren van de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen.

Nadere informatie

Waarom doen ze nou niet gewoon wat ik zeg! Motiveren tot gedragsverandering; Wat is lastig en wat kun je doen?

Waarom doen ze nou niet gewoon wat ik zeg! Motiveren tot gedragsverandering; Wat is lastig en wat kun je doen? Waarom doen ze nou niet gewoon wat ik zeg! Motiveren tot gedragsverandering; Wat is lastig en wat kun je doen? Leerlingen met SOLK Effectieve gesprekken met ouders en leerlingen drs. Hilde Jans psycholoog

Nadere informatie

Werkplan vakverdieping kunstvakken

Werkplan vakverdieping kunstvakken Werkplan vakverdieping kunstvakken 2012-2013 algemene gegevens Naam: Klas: Nanda ten Have VR3C Gekozen vakverdieping: Beeldend onderwijs Persoonlijke leerdoel gekoppeld aan de vakcompetenties of gericht

Nadere informatie

Het gedragmodel. 1. Inleiding

Het gedragmodel. 1. Inleiding Het gedragmodel 1. Inleiding Het gedragmodel is een NLP-techiek, ontwikkeld door Peter Dalmeijer (zie www.vidarte.nl) en Paul Lenferink. Het model leert ons feedback te geven waarbij we anderen op hun

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Docenten in het hoger onderwijs zijn experts in wát zij doceren, maar niet noodzakelijk in hóe zij dit zouden moeten doen. Dit komt omdat zij vaak weinig tot geen training hebben gehad in het lesgeven.

Nadere informatie

Stap 1 Doelen vaststellen

Stap 1 Doelen vaststellen Stap 1 Doelen vaststellen! Lesdoelen staan altijd in relatie tot langere termijn doelen. Zorg dat je de leerlijn of opbouw van doelen op schoolniveau helder hebt! Groepsdoelen staan altijd in relatie tot

Nadere informatie

Coaching met de Zelfkonfrontatie Methode

Coaching met de Zelfkonfrontatie Methode Coaching met de Zelfkonfrontatie Methode (ZKM) Een wijze van coaching die je helpt te onderzoeken wat je inspireert en wat je belemmert. Het leidt tot een ander perspectief, duurzame keuzes en effectief

Nadere informatie

Bron: Handleiding bij feedbackkader, Marjoleine Dobbelaer, Onderwijsinspectie 2013

Bron: Handleiding bij feedbackkader, Marjoleine Dobbelaer, Onderwijsinspectie 2013 Effectief feedback geven en ontvangen Bron: Handleiding bij feedbackkader, Marjoleine Dobbelaer, nderwijsinspectie 2013 Inleiding Deze handleiding is geschreven ter ondersteuning van het gebruik van het

Nadere informatie

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel Workshop voorbereiden Uitleg Start De workshop start met een echte, herkenbare en uitdagende situatie. (v.b. het is een probleem, een prestatie, het heeft

Nadere informatie

Als docent werk je vanuit een positie van autoriteit, als trainer vanuit een positie van gelijkwaardigheid

Als docent werk je vanuit een positie van autoriteit, als trainer vanuit een positie van gelijkwaardigheid JOUW ROL ALS TRAINER Het klinkt misschien overbodig om het te hebben over de rol die je hebt bij het beïnvloeden van het denken en doen van anderen in groepssituaties. Iedereen weet toch wel wat die rol

Nadere informatie

PROLOOP NR 1 2015 HAAL HET BESTE UIT JOUW LOPERS MET ZIPCOACH

PROLOOP NR 1 2015 HAAL HET BESTE UIT JOUW LOPERS MET ZIPCOACH PROLOOP NR 1 2015 HAAL HET BESTE UIT JOUW LOPERS MET ZIPCOACH 56 TIPS & TRICKS Elke hardloper heeft zijn eigen doelstelling: waar de één zich bijvoorbeeld focust op het verbeteren van zijn looptechniek,

Nadere informatie

Wat leren docenten in een community of practice? Hoe leren ze?

Wat leren docenten in een community of practice? Hoe leren ze? stti / mei 2012, v2 Opzet Vragen: Wat leren docenten in een community of practice? Hoe leren ze? 1. Beschrijving van de werkwijze: Wat is een community of practice; hoe hebben we deze community ingericht;

Nadere informatie

Video Interactie Begeleiding (VlB) bij de omgangsregeling van verstandelijk beperkte ouders en hun kind(eren) in pleegzorg.

Video Interactie Begeleiding (VlB) bij de omgangsregeling van verstandelijk beperkte ouders en hun kind(eren) in pleegzorg. Video Interactie Begeleiding (VlB) bij de omgangsregeling van verstandelijk beperkte ouders en hun kind(eren) in pleegzorg. Inleiding: Vanaf 2006 heeft de William Schrikker Pleegzorg geëxperimenteerd met

Nadere informatie

WELKOM! Wil je op je A4 opschrijven wat je nu weet over Lesson Study? Evelien van Geffen 12 mei 2016

WELKOM! Wil je op je A4 opschrijven wat je nu weet over Lesson Study? Evelien van Geffen 12 mei 2016 WELKOM! Wil je op je A4 opschrijven wat je nu weet over Lesson Study? Evelien van Geffen e.c.van.geffen@hva.nl 12 mei 2016 1 UITKOMSTEN VORIG ONDERZOEK Een aantal conclusies uit het onderzoek van Amagir,

Nadere informatie

Uitdagen zorgt voor leren! Hoe je interactie voor taal- en denkontwikkeling kunt realiseren in alle vakken

Uitdagen zorgt voor leren! Hoe je interactie voor taal- en denkontwikkeling kunt realiseren in alle vakken Ronde 8 Anne-Christien Tammes & Sjouke Sytema Marnix Academie, Utrecht Contact: a.tammes@hsmarnix.nl s.sytema@hsmarnix.nl Uitdagen zorgt voor leren! Hoe je interactie voor taal- en denkontwikkeling kunt

Nadere informatie

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek.

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek. Introductie Een onderzoeksactiviteit start vanuit een verwondering of verbazing. Je wilt iets begrijpen of weten en bent op zoek naar (nieuwe) kennis en/of antwoorden. Je gaat de context en content van

Nadere informatie

Succesvolle toepassing van 360 graden feedback: De keuze van het 360 instrument en de voorbereiding op het 360 traject

Succesvolle toepassing van 360 graden feedback: De keuze van het 360 instrument en de voorbereiding op het 360 traject Succesvolle toepassing van 360 graden feedback: De keuze van het 360 instrument en de voorbereiding op het 360 traject Augustus 2011 Waar werknemers onderdeel zijn van een organisatie, wordt beoordeeld.

Nadere informatie

Waarom doen ze nou niet gewoon wat ik zeg! Workshop Motiverende Gespreksvoering Hoe werkt advies? drs. Hilde Jans psycholoog hilde.jans@cambiamo.

Waarom doen ze nou niet gewoon wat ik zeg! Workshop Motiverende Gespreksvoering Hoe werkt advies? drs. Hilde Jans psycholoog hilde.jans@cambiamo. Waarom doen ze nou niet gewoon wat ik zeg! Workshop Motiverende Gespreksvoering Hoe werkt advies? drs. Hilde Jans psycholoog hilde.jans@cambiamo.nl Waarom mensen niet? Dus wat kun je doen? Ze weten niet

Nadere informatie

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen DIDACTISCHE BEKWAAMHEID D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Resultaat De leraar motiveert leerlingen om actief aan de slag te gaan. De leraar maakt doel en verwachting van de les duidelijk zorgt

Nadere informatie

Kennisdeling in lerende netwerken

Kennisdeling in lerende netwerken Kennisdeling in lerende netwerken Managementsamenvatting Dit rapport presenteert een onderzoek naar kennisdeling. Kennis neemt in de samenleving een steeds belangrijker plaats in. Individuen en/of groepen

Nadere informatie

Hoe werkt advies? Ze weten niet wat Ze weten niet waarom Ze weten niet hoe. HersenletselCongres 2014 3 november

Hoe werkt advies? Ze weten niet wat Ze weten niet waarom Ze weten niet hoe. HersenletselCongres 2014 3 november HersenletselCongres 2014 3 november Disclosure belangen sprekers C1 Waarom doen ze nou niet gewoon wat ik zeg! Motiveren tot gedragsverandering; wat is lastig en wat kun je als professional doen? (potentiële)

Nadere informatie

Zelfgestuurd leren met Acadin

Zelfgestuurd leren met Acadin Zelfgestuurd leren met Acadin 1. Wat is zelfgestuurd leren? Zelfgestuurd leren wordt opgevat als leren waarbij men zelfstandig en met zin voor verantwoordelijkheid de sturing voor de eigen leerprocessen

Nadere informatie

Oplossingsgericht werken. Bij Handjehelpen. Oktober 2018

Oplossingsgericht werken. Bij Handjehelpen. Oktober 2018 Oplossingsgericht werken Bij Handjehelpen Oktober 2018 Programma Doel deze bijeenkomst (afstemmen) Relatie werken volgens presentiebenadering en oplossingsgericht werken (afstemmen) Kader oplossingsgericht

Nadere informatie

Verslag ouderavond FIT(s) OP DE KRING

Verslag ouderavond FIT(s) OP DE KRING Verslag ouderavond FIT(s) OP DE KRING In gesprek met elkaar. Uitwerking van de stellingen. De onderstaande stellingen hebben we deze avond besproken onder elke stelling staan een aantal opmerkingen die

Nadere informatie

Fianne Konings en Marjo Berendsen over Culturele instellingen en een doorlopende leerlijn cultuuronderwijs door Jacolien de Nooij

Fianne Konings en Marjo Berendsen over Culturele instellingen en een doorlopende leerlijn cultuuronderwijs door Jacolien de Nooij Fianne Konings en Marjo Berendsen over Culturele instellingen en een doorlopende leerlijn cultuuronderwijs door Jacolien de Nooij De publicatie van Fianne Konings, Culturele instellingen en een doorlopende

Nadere informatie

5/18/2017 DOOR SAMENWERKEN LEREN DIFFERENTIEREN; LESSON STUDY, EEN CASE STUDY. Vu Lesson Study cyclus: focus onderwijsbehoeften en differentiëren

5/18/2017 DOOR SAMENWERKEN LEREN DIFFERENTIEREN; LESSON STUDY, EEN CASE STUDY. Vu Lesson Study cyclus: focus onderwijsbehoeften en differentiëren DOOR SAMENWERKEN LEREN DIFFERENTIEREN; LESSON STUDY, EEN CASE STUDY Tirza Bosma Lesson study conferentie 9 mei 2017 ONDERZOEK NAAR DIFFERENTIEREN IN COMBINATIE MET LESSON STUDY 1. Case study van ontwikkeling

Nadere informatie

Leren observeren en collegiale consultatie

Leren observeren en collegiale consultatie 1 03-09-2015 30-09-2016 1 Leren observeren en collegiale consultatie Michelle Helms-Lorenz 2 03-09-2015 30-09-2017 2 Bij het observeren komt veel kijken Bij het trekken van conclusies nav observaties komt

Nadere informatie

Manual: handleiding opstarten Skills Lab

Manual: handleiding opstarten Skills Lab Manual: handleiding opstarten Skills Lab Dit is een handleiding voor professionals die zelf een Skills Lab willen starten. Skills Lab wil de werkmogelijkheden voor mensen met ASS vergroten door hen te

Nadere informatie

Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie

Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie Kariene Mittendorff, lectoraat Innovatief en Effectief Onderwijs Studieloopbaanbegeleiding Binnen scholen wordt op verschillende manieren gewerkt aan

Nadere informatie

Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen?

Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen? Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen? Effectiviteitsonderzoek naar lesmateriaal Wijzer in geldzaken voor groep 7 www.wijzeringeldzaken.nl Inleiding:

Nadere informatie

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Paper 3: Onderzoeksinstrumenten Aantal woorden (exclusief bijlage, literatuur en samenvatting): 581 Jeffrey de Jonker Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Opleiding Jeffrey de Jonker Biologie Differentiëren

Nadere informatie

Kenniskring leiderschap in onderwijs. Voorbeeld onderzoek in eigen organisatie

Kenniskring leiderschap in onderwijs. Voorbeeld onderzoek in eigen organisatie Kenniskring leiderschap in onderwijs Voorbeeld onderzoek in eigen organisatie Onderzoek doen Wie aanwezig? Wat wilt u weten? Beeld / gedachte / ervaring Praktijkonderzoek in de school = Onderzoek dat wordt

Nadere informatie

Dr. Linda Zijlmans. Trainer/Science Practitioner

Dr. Linda Zijlmans. Trainer/Science Practitioner Dr. Linda Zijlmans Trainer/Science Practitioner Begeleiders in Beeld bij triple diagnose: je belangrijkste instrument ben je zelf. Even voorstellen Begeleiders in Beeld Inleiding Emotionele intelligentie

Nadere informatie

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Naam auteur(s) Nijenhuis, N Vakgebied Natuurkunde Titel Wiskunde bij Natuurkunde: de afgeleide Onderwerp Wiskunde natuurkunde transfer Opleiding Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Wat heeft dit kind nodig?

Wat heeft dit kind nodig? ADHD PDD-NOS Leerstoornis Gedragsstoornis Team Wat heeft dit kind nodig? Lynn leest in haar leesboek. Tegelijkertijd tikt ze constant met haar pen op haar tafel. Dat doet ze wel vaker. De kinderen van

Nadere informatie

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Studievaardigheden

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Studievaardigheden BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Inleiding en leerdoelen Leren en studeren is een belangrijk onderdeel in je opleiding tot verpleegkundige. Om beter te leren studeren is het belangrijk niet

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

ONDERWIJSONTWIKKELING - ACTIVERENDE DIDACTIEK

ONDERWIJSONTWIKKELING - ACTIVERENDE DIDACTIEK ONDERWIJSONTWIKKELING - ACTIVERENDE DIDACTIEK Iedereen heeft er de mond van vol: Het beste uit de leerling halen Recht doen aan verschillen van leerlingen Naast kennis en vaardigheden, aandacht voor het

Nadere informatie

Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner. 1. Verkennen van het probleem

Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner. 1. Verkennen van het probleem Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner Bij iedere vraag uit de veranderplanner is hier een korte toelichting gegeven. Dit kan helpen bij het invullen van de vragen van de Veranderplanner. 1.

Nadere informatie

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding Inleiding De checklist Gesprek voeren 2F is ontwikkeld voor leerlingen die een gesprek moeten kunnen voeren op 2F. In deze handleiding wordt toegelicht hoe de

Nadere informatie

Professionaliseren van de didactische aanpak van het informatievaardighedenonderwijs

Professionaliseren van de didactische aanpak van het informatievaardighedenonderwijs Professionaliseren van de didactische aanpak van het informatievaardighedenonderwijs Angelique van het Kaar Risbo Erasmus Universiteit Rotterdam 7 november 2012 Overzicht onderwerpen Training Didactische

Nadere informatie

Denken kun je Leren!

Denken kun je Leren! Denken kun je Leren! Bekijk de twee vragen hieronder. Op welke manier verschillen deze twee vragen van elkaar? (Bedenk het antwoord voor jezelf draai je naar degene waar je het dichtste bij zit bespreek

Nadere informatie

Formatief toetsen: Randvoorwaarden & concrete handvaten voor in de klas

Formatief toetsen: Randvoorwaarden & concrete handvaten voor in de klas Formatief toetsen: Randvoorwaarden & concrete handvaten voor in de klas Kim Schildkamp Contact: k.schildkamp@utwente.nl Programma Formatief toetsen Voorwaarden voor formatief toetsen Voorbeelden van technieken

Nadere informatie

EFFECTIEF LEIDINGGEVEN. Een gave of een vak?

EFFECTIEF LEIDINGGEVEN. Een gave of een vak? EFFECTIEF LEIDINGGEVEN Een gave of een vak? Een training van COMMUNICERENENZO Mensen zijn belangrijk. Resultaten ook Mensen zijn belangrijk en waardevol. Resultaten worden behaald dankzij mensen. Zij voegen

Nadere informatie

Het Grote Interactiespel voor Kinderdagverblijven

Het Grote Interactiespel voor Kinderdagverblijven Het Grote Interactiespel voor Kinderdagverblijven Ben je een betrokken leidinggevende, docent, trainer of coach die (aankomend) pedagogisch medewerkers wil stimuleren om de belangrijkste pedagogische vaardigheden

Nadere informatie

Het Socratisch Gesprek als methode voor kritisch denken

Het Socratisch Gesprek als methode voor kritisch denken Ontwerponderzoek Paper 2 Naam auteur(s) Vakgebied Titel Onderwerp Opleiding Doelgroep Sleuteltermen Links Bibliografische referentie I.F. Hazewindus, drs. Filosofie Het Socratisch Gesprek als methode voor

Nadere informatie

Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1

Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1 Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1 Bijlage 1: Het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs: Stadium van het instructie model Oriëntatiefase

Nadere informatie

Het Loopbaanlab brengt onderwijsprofessionals in beweging

Het Loopbaanlab brengt onderwijsprofessionals in beweging Oktober 2015 Het Loopbaanlab brengt onderwijsprofessionals in beweging Uitkomsten van meerjarig onderzoek naar de effecten van het Loopbaanlab Leestijd 8 minuten Hoe blijf ik in beweging? De kwaliteit

Nadere informatie

Het meten van regula e-ac viteiten van docenten

Het meten van regula e-ac viteiten van docenten Samenvatting 142 Samenvatting Leerlingen van nu zullen hun werk in steeds veranderende omstandigheden gaan doen, met daarbij horende eisen van werkgevers. Het onderwijs kan daarom niet voorbijgaan aan

Nadere informatie

EVALUATIE IMPLEMENTATIE EN GEBRUIK VAN EDPUZZLE ALS ANALYSETOOL VAN TOETSEN.

EVALUATIE IMPLEMENTATIE EN GEBRUIK VAN EDPUZZLE ALS ANALYSETOOL VAN TOETSEN. EVALUATIE IMPLEMENTATIE EN GEBRUIK VAN EDPUZZLE ALS ANALYSETOOL VAN TOETSEN. De afgelopen periode heeft mijn doelgroep twee toetsen gemaakt. In beide gavllen heb ik Edpuzzle gebruikt om de leerlingen in

Nadere informatie

Interventieonderzoek als onderdeel van docentenprofessionalering Een good practice

Interventieonderzoek als onderdeel van docentenprofessionalering Een good practice Interventieonderzoek als onderdeel van docentenprofessionalering Een good practice Interventieonderzoek als onderdeel van docentenprofessionalisering: het stimuleren van een onderzoekende houding bij honoursdocenten

Nadere informatie

Leerdoelen. Feedback the motor of learning. Waarom is feedback belangrijk? Generiek model van het leren. Hoe goed is onze feedback?

Leerdoelen. Feedback the motor of learning. Waarom is feedback belangrijk? Generiek model van het leren. Hoe goed is onze feedback? the motor of learning Leerdoelen Algemene principes van goede feedback Voordelen en pitfalls van Pendleton René van Gent Nigel Turner Inleiding op de Learning Conversation Nadruk op Advanced Life Support

Nadere informatie

COACHINGSVAARDIGHEDEN. Maarten Van de Broek

COACHINGSVAARDIGHEDEN. Maarten Van de Broek COACHINGSVAARDIGHEDEN Maarten Van de Broek Effect op gecoachte bevestiging groei Ondersteuning status quo Effect bedreiging uitdaging Ondersteuning door actief luisteren Met je lichaam Open houding, oogcontact,

Nadere informatie

Van doseren naar doceren. De apotheker als docent

Van doseren naar doceren. De apotheker als docent Van doseren naar doceren De apotheker als docent Van doseren naar doceren De apotheker als docent Inleiding Als apotheker heb je een breed en veeleisend takenpakket in een complexe werkomgeving. Je vervult

Nadere informatie

Effectieve strategieën voor zelfgereguleerd leren

Effectieve strategieën voor zelfgereguleerd leren Effectieve strategieën voor zelfgereguleerd leren NWO Onderzoek van Hester de Boer, Anouk S. Donker-Bergstra, Danny D.N.M. Kostons (2012, GION) Samengevat door Irma van der Neut (IVA Onderwijs) Zelf gereguleerd

Nadere informatie

Samenwerking. Betrokkenheid

Samenwerking. Betrokkenheid De Missie Het Spectrum is een openbare school met een onderwijsaanbod van hoge kwaliteit. We bieden het kind betekenisvol onderwijs in een veilige omgeving. In een samenwerking tussen kind, ouders en school

Nadere informatie

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A Individueel verslag de Reus klas 4A Overzicht en tijdsbesteding van taken en activiteiten 3.2 Wanneer Planning: hoe zorg je ervoor dat het project binnen de beschikbare tijd wordt afgerond? Wat Wie Van

Nadere informatie

Daarom hebben IKEA-kastjes een handleiding en auto s een gps-toestel. Mensen moeten nu eenmaal op weg geholpen worden.

Daarom hebben IKEA-kastjes een handleiding en auto s een gps-toestel. Mensen moeten nu eenmaal op weg geholpen worden. Inhoudstafel Voorwoord Deel 1: Visietekst Daarom hebben auto s een bumper en potloden een gommetje. Mensen maken nu eenmaal fouten. 1. Waarom vraag je feedback? 2. Wat is feedback? 3. Waarover vraag je

Nadere informatie

Visie en Methoden Mondiaal Burgerschap

Visie en Methoden Mondiaal Burgerschap Visie en Methoden Mondiaal Burgerschap De KNVB gelooft in de maatschappelijke meerwaarde van voetbal. Voetbal brengt de samenleving in beweging. Zo n 300.000 vrijwilligers zijn in Nederland actief bij

Nadere informatie

FEEDBACKRIJKE SCHOOL. Wat is dat. Hoe bereik je dat. Ria van der Sar,

FEEDBACKRIJKE SCHOOL. Wat is dat. Hoe bereik je dat. Ria van der Sar, FEEDBACKRIJKE SCHOOL Wat is dat Hoe bereik je dat Ria van der Sar, r.vandersar@cedgroep.nl Inspectie Goede feedback blijkt forse opgave Een van de belangrijkste aanknopingspunten om de kwaliteit van het

Nadere informatie

Hulp bij ADHD. Scholingsaanbod

Hulp bij ADHD. Scholingsaanbod Hulp bij ADHD Dit heeft mijn beeld van ADHD enorm verrijkt. Ik zie nu veel mogelijkheden om kinderen met ADHD goede begeleiding te bieden deelnemer workshop bij Fontys Hogescholen Copyright 2010 Hulp bij

Nadere informatie

Implementeren van een zorginnovatie. Heel gewoon.

Implementeren van een zorginnovatie. Heel gewoon. Implementeren van een zorginnovatie. Heel gewoon. zorgvannu.nl Innoveren in de zorg, dat is heel erg zorg van nu. Het kan zelfs zo zijn dat wat je collega innovatief vindt, jij als dagelijkse routine ziet,

Nadere informatie

ICALT. E-learning. Een gratis training in het gebruik van een lesobservatie-instrument

ICALT. E-learning. Een gratis training in het gebruik van een lesobservatie-instrument ICALT E-learning Een gratis training in het gebruik van een lesobservatie-instrument Het observeren van een les Observeert u uw collega s wel eens als zij lesgeven? En zoekt u naar een geschikte manier

Nadere informatie

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Bullying among Students with Autism Spectrum Disorders in Secondary

Nadere informatie

Deze vraagstelling is nader toegespitst op de volgende sub-vragen:

Deze vraagstelling is nader toegespitst op de volgende sub-vragen: Samenvatting Dit proefschrift gaat over ervaringen en leerprocessen in de ontwikkeling van de theorie en praktijk van Moreel Beraad als methode van ethiekondersteuning in de gezondheidszorg. Hoofdstuk

Nadere informatie

Intervisie Wat is het? Wanneer kun je het gebruiken?

Intervisie Wat is het? Wanneer kun je het gebruiken? Intervisie Wat is het? Intervisie is een manier om met collega's of vakgenoten te leren van vragen en problemen uit de dagelijkse werkpraktijk. Tijdens de bijeenkomst brengen deelnemers vraagstukken in,

Nadere informatie

ONDERWIJSBEHOEFTES VAN JONGEREN EN ONDERSTEUNINGSBEHOEFTES VAN MENTOREN EN LEERKRACHTEN IN KAART BRENGEN

ONDERWIJSBEHOEFTES VAN JONGEREN EN ONDERSTEUNINGSBEHOEFTES VAN MENTOREN EN LEERKRACHTEN IN KAART BRENGEN ONDERWIJSBEHOEFTES VAN JONGEREN EN ONDERSTEUNINGSBEHOEFTES VAN MENTOREN EN LEERKRACHTEN IN KAART BRENGEN HULPZINNEN VOOR HET BENOEMEN VAN ONDERWIJSBEHOEFTEN VAN LEERLINGEN Deze leerling heeft een instructie

Nadere informatie

Training met persolog profielen

Training met persolog profielen Training met persolog profielen Verkrijg de beste resultaten op het werk en in uw dagelijks leven Ontdek een praktische manier om uw persoonlijkheid te ontwikkelen: U leert verschillende gedragstendensen

Nadere informatie

Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde

Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde Kennisbericht over een publicatie in een wetenschappelijk tijdschrift: Hardell L, Carlberg M, Söderqvist F, Hansson Mild K, Meta-analysis of long-term

Nadere informatie

Leren zichtbaar maken

Leren zichtbaar maken Leren zichtbaar maken Deze presentatie: De theorie: leren zichtbaar maken formatieve assessment De praktijk op Bader Primary School Hoe verder op Unit scholen? Leren zichtbaar maken met het Formatieve

Nadere informatie

Regionaal verslag. Landelijk debat Ons Onderwijs Den Haag, 28 mei 2015

Regionaal verslag. Landelijk debat Ons Onderwijs Den Haag, 28 mei 2015 Regionaal verslag Landelijk debat Ons Onderwijs 2032 Den Haag, 28 mei 2015 1. Een korte impressie van de dialoog De debatavond in Den Haag bij het HCO is bezocht door circa 35 deelnemers. Van de aanwezige

Nadere informatie

Onderzoek op het Da Vinci College

Onderzoek op het Da Vinci College Onderzoek op het Da Vinci College Toekomstgericht Onderwijs (NRO) Mira Regensburg William Vletter Docent-onderzoekers (met coördinerende taak) Plan Do Check - Act M We volgen bovenstaande cyclus om verslag

Nadere informatie

Reflectiegesprekken met kinderen

Reflectiegesprekken met kinderen Reflectiegesprekken met kinderen Hierbij een samenvatting van allerlei soorten vragen die je kunt stellen bij het voeren van (reflectie)gesprekken met kinderen. 1. Van gesloten vragen naar open vragen

Nadere informatie

Rekenen: ook in de andere vmbo vakken

Rekenen: ook in de andere vmbo vakken Rekenen: ook in de andere vmbo vakken verdiepingsconferenties Freudenthal Instituut Korte inhoud werkgroep Het onderhouden en uitbreiden van rekenvaardigheden is een belangrijk thema in klas 3 en 4 van

Nadere informatie

Feedback middels formatief toetsen

Feedback middels formatief toetsen Feedback middels formatief toetsen Studiedag Mbo Taalacademie Kim Schildkamp Contact: k.schildkamp@utwente.nl Formatief toetsen en feedback Waar denkt u aan bij de termen formatief toetsen en feedback?

Nadere informatie

Conferentie Lesson Study 8 mei 2018 Utrecht Madeleine Vreeburg. Kijken naar leerlingen: moeilijker dan je denkt

Conferentie Lesson Study 8 mei 2018 Utrecht Madeleine Vreeburg. Kijken naar leerlingen: moeilijker dan je denkt Conferentie Lesson Study 8 mei 2018 Utrecht Madeleine Vreeburg Kijken naar leerlingen: moeilijker dan je denkt INHOUD WORKSHOP Tekst van de website Het observeren van leerlingen is nog niet zo makkelijk:

Nadere informatie

TABASCO. Taak gestuurd leren bij Engels

TABASCO. Taak gestuurd leren bij Engels TABASCO Taak gestuurd leren bij Engels Tabasco - Wat is het: Een taalgestuurd lesprogramma, dat volgens een vaste opbouw gebeurt aan de hand van taken. Het is gebaseerd op het proces van op een natuurlijke

Nadere informatie

Een brede kijk op onderwijskwaliteit Samenvatting

Een brede kijk op onderwijskwaliteit Samenvatting Een brede kijk op onderwijskwaliteit E e n o n d e r z o e k n a a r p e r c e p t i e s o p o n d e r w i j s k w a l i t e i t b i n n e n S t i c h t i n g U N 1 E K Samenvatting Hester Hill-Veen, Erasmus

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

Exameneisen NLP Practitioner

Exameneisen NLP Practitioner Exameneisen NLP Practitioner Het examen Onze opleiding wordt afgesloten met een toetsmoment. Wij vinden het belangrijk dat elke deelnemer voor zichzelf helder heeft waar hij/zij staat ten opzichte van

Nadere informatie

Roeien met de riemen die je hebt Beoordeling interculturele competenties

Roeien met de riemen die je hebt Beoordeling interculturele competenties Roeien met de riemen die je hebt Beoordeling interculturele competenties Ir. Saskia Kreutzer Drs. Jannemieke Geessink Arnhem Business School NUFFIC Workshop Best Practises Roeien met de riemen die je hebt

Nadere informatie

Embedded Coaching. Marjanne Peters & Anne Ribbers 8 oktober Friday, October 11, 13

Embedded Coaching. Marjanne Peters & Anne Ribbers 8 oktober Friday, October 11, 13 Embedded Coaching Marjanne Peters & Anne Ribbers 8 oktober 2013 PROGRAMMA Introductie Wat verstaan we onder Embedded Coaching Waarom embedded coaching? Hoe embedded coaching? Randvoorwaarden Uitdagingen

Nadere informatie

Kiezen van werkvormen voor docentprofessionalisering:

Kiezen van werkvormen voor docentprofessionalisering: Kiezen van werkvormen voor docentprofessionalisering: evidence-based en nieuwe ontwikkelingen NVMO werkgroep docentprofessionalisering Programma Inzichten in gebruik en effect van methoden voor docentprofessionalisering

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Hoofdstuk 1 vormt de algemene inleiding van het proefschrift. In dit hoofdstuk beschrijven wij de achtergronden, het doel, de relevantie en de context van het onderzoek, en de

Nadere informatie

Gebruik van Engels door leerlingen tijdens de Engelse les.

Gebruik van Engels door leerlingen tijdens de Engelse les. Gebruik van Engels door leerlingen tijdens de Engelse les. Een onderzoek op het Scala College 6-6-2011 Shera Gerber, Marit de Jong, Jacob de Ruiter, Sander Stolk en Femke Verdonk Inhoud Context... 2 Relevantie...

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch)

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) 159 Ouders spelen een cruciale rol in het ondersteunen van participatie van kinderen [1]. Participatie, door de Wereldgezondheidsorganisatie gedefinieerd als

Nadere informatie

Creatief onderzoekend leren

Creatief onderzoekend leren Creatief onderzoekend leren De onderwijskundige: Wouter van Joolingen Universiteit Twente GW/IST Het probleem Te weinig bèta's Te laag niveau? Leidt tot economische rampspoed. Hoe dan? Beta is spelen?

Nadere informatie

LESSON STUDY IN DE TWEEDEGRAADS LERARENOPLEIDING

LESSON STUDY IN DE TWEEDEGRAADS LERARENOPLEIDING LESSON STUDY IN DE TWEEDEGRAADS LERARENOPLEIDING Evelien van Geffen, MSc. Lerarenopleider HvA e.c.van.geffen@hva.nl Bron: www.loesje.nl 1 TRENDS IN LERAREN OPLEIDEN Lesgeven is sterk situationeel en contextueel

Nadere informatie

De zesde rol van de leraar

De zesde rol van de leraar De zesde rol van de leraar De leercoach Susan Potiek Ariena Verbaan Ten behoeve van de leesbaarheid van dit boek is in veel gevallen bij de verwijzing naar personen gekozen voor het gebruik van hij. Het

Nadere informatie

Executieve functies in de klas: interventies

Executieve functies in de klas: interventies Executieve functies in de klas: interventies Door Wijnand Dekker, gezondheidszorgpsycholoog Anneke Dooyeweerd, pedagoog/coach Inleiding In de vorige nieuwsbrief omschreven we wat er wordt verstaan onder

Nadere informatie

Hoe rijk is een GP ervaring? Proeven en Opbrengst Gericht Werken: Hoe zit dat?

Hoe rijk is een GP ervaring? Proeven en Opbrengst Gericht Werken: Hoe zit dat? Hoe rijk is een GP ervaring? Proeven en Opbrengst Gericht Werken: Hoe zit dat? GP goes OGW Met OGW willen we de ontwikkeling van leerlingen zo goed mogelijk stimuleren. Dat vraagt van de docent én school

Nadere informatie

Een Stap voorwaarts in Leiderschap.

Een Stap voorwaarts in Leiderschap. 5 daagse training in voorjaar van 2010 Een Stap voorwaarts in Leiderschap. Doelgroep : DA Filiaal leidsters en aankomende filiaalleidsters Lokatie : Leusden DA hoofdkantoor Dag : Maandag van 9.30u 17.00u

Nadere informatie

3. Wat betekent dat voor de manier waarop lesgegeven zou moeten worden in de - voor jou - moeilijke vakken?

3. Wat betekent dat voor de manier waarop lesgegeven zou moeten worden in de - voor jou - moeilijke vakken? Werkblad: 1. Wat is je leerstijl? Om uit te vinden welke van de vier leerstijlen het meest lijkt op jouw leerstijl, kun je dit simpele testje doen. Stel je eens voor dat je zojuist een nieuwe apparaat

Nadere informatie