Dosering (middel) per toepassing. Te bestrijden organisme. 0,01% (10 gram middel per 100 liter water) 0,01% (10 gram middel per 100 liter water)

Transcriptie

1 Admire Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen. Productnaam: Admire Wnummer: W18 Toelatingsnr: N Werkzame stof: imidacloprid Gehalte: 70% Aard von het preparaat: Waterdisgeerbaar granulaat Gevarenaanduidingen Schadelijk bij inslikken. Zeer giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen. Voorzorgsmaatregelen: Beschermende handschoenen dragen NA INSLIKKEN: bij onwel voelen een ANTIGIFCENTRUM of arts raadplegen. Inhoud/verpakking afvoeren naar inzamel punt voor gevaarlijk of bijzonder afval. Zie STORL. Zorg ervoor dat u met het product of zijn verpakking geen water verontreinigt. Waarschuwing Verpakking SKU Verpakking maat Aantal dozen pallet x 1,2 kg x 100 g x 400 g 66 Toegestaan is uitsluitend het professionele gebruik als insectenbestrijdingsmiddel in de volgende sgebieden (volgens Definitielijst sgebieden versie 2.0, Ctgb juni 2011) onder de vermelde svoorwaarden Toepassingsgebied Type Toepassing Te bestrijden organisme Dosering (middel) Maximale dosering (middel) Hop aanstrijkbehandeling Bladluis 1 0,18 kg/ha 0,18 kg/ha Appel Peer Cucurbitaceae eetbare schil (bedekte teelt, opkweek plantmateriaal) Cucurbitaceae eetbare schil (m.u.v. augurk) Cucurbitaceae eetbare schil (m.u.v. augurk) Bladluis 2,3,4,5,6, Wants 7, Vliesvleugeligen 8 Bladluis 9,10,11,12, Wants 7, Vliesvleugeligen 8 0,15 kg/ha 0,12 kg/ha Bladluis 9,13,14,15 Maximaal aantal of druppelbehandeling Bladluis 9,13,14,15 3,5 gram/ 1000 planten 2 druppelbehandeling Wittevlieg gram/ 1000 planten 2 Minimum interval tussen in dagen Veiligheidstermijn in dagen

2 Toepassingsgebied Solanaceae (bedekte teelt, opkweek plantmateriaal) Solanaceae (bedekte substraatteelt) Solanaceae (bedekte substraatteelt) Bloembol en bloemknolgewassen met uitzondering van gladiool bloemknollen Bloembollenteelt van lelie (onbedekte vermeerderingsteelt) bloemknollen Ten behoeve van de teelt van eerstejaars plantgoed van bijgoed van overige bloembollen en bloemknollen, dat in het voorjaar geplant wordt (onbedekte teelt)* bloemknollen Ten behoeve van eerstejaars plantgoed van bijgoed van overige bloembollen en bloemknollen, dat in het najaar geplant wordt (onbedekte teelt)* bloemknollen, m.u.v. grofbollige narcis, gladiool en lelie Bloembol en bloemknolgewassen bolbloemen van grofbollige narcis en lelie (bedekte teelt op betonvloeren en tafels) Bloembol en bloemknolgewassen Bloemknollen en knolbloemen van gladiool bloemknollen Ten behoeve van de teelt van plantgoed van bloemknollen van gladiool (onbedekte teelt) Bloembol en bloemknolgewassen Bloemknollen en knolbloemen van gladiool Bloemisterijgewassen Bloemisterijgewassen Bloemisterijgewassen Type Toepassing Te bestrijden organisme Dosering (middel) Maximale dosering (middel) Bladluis 9,13,14,15 Maximaal aantal of 12 1 druppelbehandeling Bladluis 9,13,14,15 3,5 gram/ 1000 planten 2 druppelbehandeling Wittevlieg 14 gram/ 1000 planten 2 Bladluis 9,14,18, Wittevlieg 16 Wittevlieg 16 0,04% (40 gram 100 liter Wittevlieg 16 0,04% (40 gram 100 liter Wittevlieg 16 0,04% (40 gram 100 liter Wittevlieg 16 Wittevlieg 16 0,04%0,05% (4050 gram 0,04%0,05% (4050 gram Trips 19 gram 100 0,04% (40 liter Trips 19 gram 100 0,04% (40 liter Trips 19 Bladluis 9,13,14,15, Wittevlieg druppelbehandeling Bladluis 9,13,14,15 3,5 gram/ 1000 planten 6 12 druppelbehandeling Wittevlieg gram/ 1000 planten 6 12 Minimum interval tussen in dagen Veiligheidstermijn in dagen

3 Toepassingsgebied Boomkwekerijgewassen Vaste plantenteelt (bedekte teelt) Type Toepassing 1 Hopluis (Phorodon humuli) 2 Appelgrasluis (Rhopalosiphum insertum) 3 Appelluis, roze (Dysaphis plantaginea) 4 Appeltakluis, groene (Aphis pomi) 5 Bloedvlekkenluis (Dysaphis spp.) 6 Fluitekruidluis (Dysaphis anthrisci) 7 Appelwants, groene (Plesiocoris rugicollis) 8 Appelzaagwesp/enzaagwesp (Hoplocampa testudinea / H. brevis) 9 Bonenluis, zwarte (Aphis fabae) 10 Perenluis, roze (Dysaphis pyri) Te bestrijden organisme Bladluis 9,13,20,21, 22,23 Bladluis 4,9,13,20,21, 22,23,24,25,26,27,28 Dosering (middel) Maximale dosering (middel) 11 Perenluis, zwarte (Melanaphis pyaria) 12 Vouwgalluis (Anuraphis farfarae) 13 Boterbloemluis (Aulacorthum solani) 14 Katoenluis (Aphis gossypii) 15 Perzikluis, groene, rode (tabaks) (Myzus sicae, Myzus siae subsp. nicotianae) 16 Kaswittevlieg (Trialeurodes vaporariorum, Bemisia tabaci) 17 Kaswittevlieg (Trialeurodes vaporariorum) 18 Perzikluis, groene, rode (Myzus sicae, Myzus siae subsp. nicotianae) 19 Gladiolentrips (Thrips simplex) 20 Kortstaartluis, groene (Brachycaudus helichrysi) Maximaal aantal of Minimum interval tussen in dagen 7 7 Veiligheidstermijn in dagen 21 Perzikluis, groene, rode (Myzus sicae, Myzus siae subsp. nicotianae) 22 Rozenluis, gewone (Macrosiphum rosae) 23 Sjalottenluis (Myzus ascalonicus) 24 Aardappeltopluis (Macrosiphum euphorbiae) 25 Kersenluis, zwarte (Myzus cerasi) 26 Beukenbladluis (Phyllaphis fagi) 27 Vogelkersluis (Rhopalosipum padi) 28 Sparrenluis, groene (Elatobium abietinum) Toepassingsvoorwaarden Om in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen/ insecten te beschermen is in de teelt van appel en peer in celen die grenzen aan opvlaktewater uitsluitend toegestaan vanaf 1 mei én indien gebruik wordt gemaakt van een KWH k15003r2 VLOS 3rijenspuit met variabele luchtondersteuning en 90% driftreducerende doppen en ventilatorstand "laag". Om bijen te beschermen is in de teelt van appel en peer uitsluitend toegestaan in het groeistadium 7079 (na de bloei tot begin rijping fruit) of 9192 (na de oogst totdat de bladeren verkleuren), én indien gebruik wordt gemaakt van een KWH k15003r2 VLOS 3rijenspuit met variabele luchtondersteuning en 90% driftreducerende doppen en ventilatorstand "laag". Dit middel is gevaarlijk voor bijen en hommels. Om de bijen en andere bestuivende insecten te beschermen mag u dit product niet gebruiken op in bloei staande gewassen of op nietbloeiende gewassen wanneer deze actief bezocht worden door bijen en hommels. Gebruik dit product niet wanneer bloeiende onkruiden aanwezig zijn. Verwijder onkruid voordat het bloeit. Gebruik is wel toegestaan op bloeiende planten in de kas mits er geen bijen of hommels in de kas actief naar voedsel zoeken. Voorkom dat bijen en andere bestuivende insecten de kas binnenkomen door bijvoorbeeld alle openingen met insectengaas af te sluiten. Gedurende onderstaande iode mogen na een geen voor bijen aantrekkelijke gewassen geplant of gezaaid worden: Toepassingsgebied Type Periode Bloembol en bloemknolgewassen met uitzondering van Gladiool 6 Bloembollenteelt van lelie (onbedekte vermeerderingsteelt) en eerstejaars plantgoed van bijgoed van overige 15 bloembollen en bloemknollen, dat in het voorjaar geplant wordt (onbedekte teelt) * Eerstejaars plantgoed van bijgoed van overige bloembollen en bloemknollen, dat in het najaar geplant wordt 15 (onbedekte teelt)* Bloembol en bloemknolgewassen, m.u.v. grofbollige narcis, gladiool en lelie. 5 Gladiool 5 Gladiool 6 Boomkwekerijgewassen 3 Vaste plantenteelt 3 Let op: dit middel kan schadelijk zijn voor bestuivers in kasteelten. Raadpleeg uw leverancier van bestuivers over het gebruik van dit middel in combinatie met het gebruik van bestuivers en over de in acht te nemen wachttijden. Let op: dit middel kan schadelijk zijn voor natuurlijke vijanden. Raadpleeg uw leverancier van natuurlijke vijanden over het gebruik van dit middel in combinatie met het gebruik van natuurlijke vijanden. Effecten op nuttige insecten Admire kan bij druppel goed worden gecombineerd met nuttige insecten als sluipwespen, galmuggen, lieveheersbeestjes en roofmijten. Met roofwantsen dient men voorzichtigheid te betrachten. Indien men roofwantsen wenst te gebruiken in de biologische bestrijding, Admire niet toepassen op een moment dat roofwantsen nog worden ingezet omdat volwassen dieren gevoeliger zijn. Als Admire wordt gespoten is het moeilijk te combineren met biologische bestrijders, omdat er een repellent werking van het middel uitgaat. Voor wat betreft roofmijten in de teelt van appels is Admire volkomen veilig. In de teelt van en kan Admire onder voorwaarden worden toegepast in combinatie met roofwantsen. Het effect van Admire is afhankelijk van de stechniek (druppelen of spuiten) en specifiek bij spuiten ook nog van de spuittechniek. De classificatie in onderstaande tabel is bij direct raken van de nuttige insecten. Wordt echter slechts een deel van een gewas (bijvoorbeeld alleen

4 de koppen of alleen bovenlangs) gespoten, dan zal het effect veel minder zijn. Admire is niet te combineren met bijen en hommels en derhalve moet het middel niet gespoten dan wel gedruppeld worden in gewassen die actief bevlogen worden door bijen en/ of hommels. Nuttig insect Classificatie spuiten Classificatie druppelen Anthocoris spp. Amblyseius cucumeris Amblyseius swirskii Aphidius spp. Chrysola carnea Coccinellidae Dacnusa sibrica Diglyphus isea Encarsia formosa Eretmocerus spp.? Feltiella acarisuga? Macrolophus caliginosus Orius spp. Phytoseiulus similis Typhlodromus pyri veilig licht schadelijk matig schadelijk schadelijk Disclaimer: De hier weergegeven classificatie is opgesteld aan de hand van nationale en internationale werkingsproeven en praktijkervaringen en zijn gebaseerd op de in Nederland geregistreerde sdosering. Omdat de weerssituatie, gewasontwikkeling en de spuittechniek mede van invloed zijn, kunnen aan deze lijst geen rechten worden ontleend. Na een celen nog minimaal twee weken vrijhouden van bloeiende onkruiden. Gevoeligheid gewassen Gewasverdraagzaamheid Admire is zeer goed gewasverdraagzaam. Toch verdient het aanbeveling bij gebruik in siergewassen eerst via een proefbespuiting vast te stellen of de in aanmerking komende variëteiten het middel goed verdragen. Aanbevelingen Admire is een systemisch middel.bij een druppel, aangiet of wordt het via de wortels van de plant opgenomen en in de gehele plant verspreid. Bij een bladbespuiting is Admire lokaal systemisch en wordt voornamelijk opwaarts getransporteerd,naar de groeiende bovengrondse delen van de plant. De werkingssnelheid en duur wordt mede bepaald door de activiteit van het gewas. Het middel kan bij wortel tot enkele werking hebben. Bij een bladbespuiting is de werkingsduur korter, namelijk 1 tot 2 weken (het kortst op sterk groeiende gewassen). Bij verscholen levende insecten kan het verstandig zijn om uitvloeier toe te voegen. Admire altijd toepassen met een ruime hoeveelheid water. Attentie: Het is belangrijk te weten dat bij systemische opname in het geval van druppelen of dompeling het middel naar de meest verdampende delen getransporteerd wordt. Dit betekent dat insecten die verscholen leven in bijvoorbeeld het groeipunt (zoals wantsen in gerbera) of de bloemknoppen (luis in lelie), onvoldoende kunnen worden bestreden. Het middel komt dan dus niet op de plaats waar het insect leeft. In deze gevallen wordt de voorkeur gegeven aan gewasbespuitingen. Laat in geval van substraatteelt, voordat het middel wordt toegepast, het gewas wat droogtrekken. Dit bevordert de opname. Bij substraat als kokospeat vindt sterke binding plaats van Admire aan kokos. Alleen bij zeer snelle opname zal er nog werking zijn. In alle andere situaties wordt substraat van Admire bij gewassen geteeld op kokos afgeraden. Dit geldt ook voor gewassen die weinig actief zijn, zoals gewassen in de winter en groenten op het einde van het seizoen. Bestuivers en nuttige insecten Admire is gevaarlijk voor bijen en hommels, zie toelichting in het Wettelijk Gebruiksvoorschrift. Als Admire als druppel wordt toegepast, en indien hommels worden gebruikt voor bestuiving, dan gelden de volgende regels; Aubergine: geen beking. Paprika en courgette: na minstens een wachttijd van 4 weken aanhouden voor er weer hommels worden ingezet. Tomaat: maximaal 7 g/1000 planten behandeling meegeven. Herbehandeling is desgewenst na 14 dagen mogelijk. Deze regels gelden voor een volgroeid gewas na ca. medio april. Spuit in bedekte teelten in combinatie met inzet van hommels wordt afgeraden. Resistentiemanagement Om de kans op verminderde gevoeligheid te beken, is het aan te bevelen om af te wisselen met insecticiden met een ander werkingsmechanisme, die voor de betreffende een toelating hebben. Gewassen Groenten: Cucurbitaceae met eetbare schil (bedekte teelt, opkweek plantmateriaal) (augurk, courgette incl. patisson, komkommer) Cucurbitaceae met eetbare schil druppelbehandeling (courgette incl. patisson, komkommer) Solanaceae (bedekte teelt, opkweek plantmateriaal) (aubergine, tomaat, paprika, incl. Spaanse pe en Cayenne pe) Solanaceae druppelbehandeling (aubergine, tomaat, paprika, incl. Spaanse pe en Cayenne pe)

5 Fruit: Appel, peer Sierteeltgewassen: Bloembollenteelt van lelie en gladiool (onbedekte vermeerderingsteelt) T.b.v. de teelt van eerstejaars plantgoed van bijgoed van overige bloembollen en bloemknollen (onbedekte teelt) (alle bolgewassen behalve amarylis, dahlia, hyacint, narcis, tulp, iris en krokus) Bloembol en bloemknolgewassen (alle bolgewassen, waarbij alleen voor grofbollige narcis en lelie geldt dat mogelijk is indien de bollen bestemd zijn voor teelt op betonvloeren en tafels = niet grondgebonden) Bloembol en bloemknolgewassen (alle bolgewassen) Bloemisterijgewassen (en in de bedekte teelt, en druppel behandelingen in de bedekte substraatteelt(potplanten incl. eenjarige kplanten, snijbloemen incl. zomerbloemen, droogbloemen, bolbloemen en knolbloemen, trekheesters, snijgroen) Boomkwekerijgewassen (laanbomen, klimplanten, rozen incl. onderstammen en buitenrozen, coniferen, sierheesters, kerstbomen, heide soorten, bos en haagplantsoen, vruchtbomen en struiken incl. vruchtboomonderstammen) Vaste plantenteelt Overig: Hop aanstrijkbehandeling Aanvullende informatie voor specifieke gewassen: Virusbestrijding bloembollen In de teelt van bloembollen is bij onder andere lelie aangetoond dat een van het plantmateriaal een belangrijke bijdrage levert aan het voorkomen van verspreiding van zowel sistente als nonsistente virussen. Gladiool, bolontsmetting, ter bestrijding insecten tijdens bewaring van het plantmateriaal Ter voorkoming van schade door gladiolentrips(thaeniothrips simplex) in de bewaring kan het als plantgoed bestemde materiaal vóór de bewaring in Admire worden ontsmet. Bloemisterijgewassen Ter bestrijding van specifiek de wittevlieg dient de bespuiting met een interval van 710 dagen enige malen herhaald te worden. Van wittevlieg worden alleen de larven bestreden; bij de vervolgbespuitingen is het aan te bevelen een middel toe te voegen dat de volwassen wittevlieg bestrijdt. Zorg dat het blad goed van onderen wordt geraakt. Overige informatie Zaaizaad en plantgoedbehandeling Bayer Crop Science adviseert in het kader van Product Stewardship, om van zaaizaad en plantgoedbehandelingsproducten bij voorkeur uit te voeren in een goed geventileerde ruimte of indien toegelaten in de open lucht. Daarnaast dient contact van de huid met behandeld materiaal te worden vermeden. Om in het water levende organismen te beschermen is het in de bedekte teelten niet toegestaan om ongezuiverd filterspoelwater, drainwater bij substraatteelten en drainagewater bij grondgebonden teelten op het opvlaktewater te lozen. Het te lozen drain, drainage en filterspoelwater mag uitsluitend worden geloosd, nadat het door een goed werkende zuiveringsvoorziening is geleid die tenminste 99,5% van de werkzame stof uit deze afvalwaterstroom/ afvalwaterstromen verwijdert. Deze zuiveringsvoorziening dient te bestaan uit één van onderstaande combinaties van technieken: H2O2 + MDUV + actief koolfilter of H2O2 + LDUV + actief koolfilter of Ozon + actief koolfilter Een andere door het bevoegd gezag gelijkwaardig verklaarde techniek. De zuiveringsvoorziening wordt tenminste éénmaal jaar op de goede werking gecontroleerd en onderhouden door een deskundige op het gebied van zuiveringsvoorzieningen. Een bewijs van de controle en het onderhoud is binnen de inrichting aanwezig en op aanvraag direct te tonen. Het is niet toegestaan dit product te verkopen aan glastuinbouwbedrijven die niet kunnen aantonen dat zij kunnen voldoen aan de svoorwaarden voor waterzuivering zoals weergegeven in het Wettelijk Gebruiksvoorschrift. Verkoop vindt plaats volgens het regime van gecontroleerde distributie van de Stichting CDG ( Voorkomen emissie: Om emissie naar grond en opvlaktewater te voorkomen, adviseert Bayer Crop Science om machines waarmee gewasbeschermingsmiddelen worden toegepast overdekt te stallen en te reinigen op een was en spoelplaats met een opvangmogelijkheid voor verontreinigde vloeistoffen. Verwerk was en spoelwater en eventuele restvloeistoffen die niet over het laatst bespoten ceel kunnen worden uitgereden in een PhytoBac (of gelijkwaardige methode) om onnodige milieubelasting te voorkomen. Schoon uit de kas: Gewasbeschermingsmiddelen die in bedekte teelt worden toegepast kunnen het opvlaktewater verontreinigen indien recirculatiewater of andere waterstromen uit de kas (o.a. condenswater, filterspoelwater, drain na doorsteken van de matten) direct of indirect op het opvlaktewater worden geloosd. BCS adviseert bij gebruik van alle gewasbeschermingsmiddelen om deze waterstromen zoveel mogelijk te hergebruiken, maar voor lozing altijd te zuiveren. Streef ernaar om tussen en lozing een wachttijd van 2 weken te respecteren. Zuivering kan bijvoorbeeld met behulp van koolstoffilters, waterstofoxide, lage en/of hoge druk UV of combinaties hiervan worden gedaan. Indien water voor lozing met een koolstoffilter wordt gereinigd, wordt gemiddeld meer dan 85% van de resterende actieve stof gebonden tot een filterlevensduur van BVT (bed volumina treated). Voor een optimale inzet van diverse zuiveringstechnieken wordt nog onderzoek gedaan. Raadpleeg de Toolbox Emissiebeking voor meer informatie over alle vormen van emissies naar opvlaktewater, zoals ondermeer ook afspoeling en hoe deze te beken. Emissiebekende maatregelen tijdens en na de bolontsmetting Om in het water levende organismen te beschermen dient tijdens en na de ontsmetting van bloembollen emissie naar het opvlaktewater te

6 worden voorkomen. Om verlies van ontsmettingsvloeistof tijdens het transport van de bloembollen te voorkomen, mag het transport uitsluitend worden uitgevoerd met een emissievrije transportwagen. Dit kan bijvoorbeeld een transportwagen zijn met opvanggoten en een opvangcontainer. Reentry Veiligheidsaanbevelingen bij herbetreding Na een gewas of ruimtebehandeling uitsluitend herbetreden nadat de spuitvloeistof is opgedroogd (en de kas gedurende 2 uur geventileerd is); werkzaamheden kunnen vervolgens worden uitgevoerd zonder gebruik van beschermende maatregelen. Deze gebruiksaanwijzing is opgesteld volgens de laatste inzichten. De PDF is een weergave van de informatie op de website. Raadpleeg het etiket voor de etikettekst. De gegevens over eigenschappen en van onze producten beantwoorden aan de na zorgvuldig onderzoek opgedane ervaringen. Veel factoren buiten de invloed van Bayer CropScience zoals onder meer opslag, vervoer, de wijze van, de teeltwijze, de dosering etc. kunnen de werking van het product beïnvloeden, zodat Bayer CropScience in verband hiermee geen enkele aansprakelijkheid kan accepteren. Overigens zijn onze Algemene Verkoopvoorwaarden van kracht. Versie voor het internet, Stand: