Behandeling liesbreuk

Transcriptie

1 Behandeling liesbreuk

2 2

3 Deze folder geeft u informatie over behandeling van uw liesbreuk. Zo kunt u zich voorbereiden op het gesprek met de chirurg of na het gesprek alles nog eens rustig nalezen. Een liesbreuk Een liesbreuk is een zwakke plek in de spieren van de buikwand. Door deze zwakke plek komt het buikvlies en wat vetweefsel voor een deel naar buiten. Soms komt er ook een deel van de darmen naar buiten. Dan voelt u een bobbel in de lies. Die bobbel kan groter worden als u staat, hoest of perst. Een liesbreuk komt vrij vaak voor, vooral bij mannen. De breuk kan aangeboren zijn, maar u kunt ook op latere leeftijd een liesbreuk krijgen. Diagnose en onderzoek Bij het lichamelijk onderzoek kan de arts meestal de diagnose stellen. Aanvullend onderzoek is dan niet nodig. Terwijl u staat, kan de arts de breuk meestal gemakkelijk voelen. Wanneer u een liesbreuk heeft, bespreekt de arts met u de operatie. De operatie Er zijn verschillende operatietechnieken om liesbreuken te herstellen. Bijvoorbeeld de Lichtenstein-techniek, de TEPP, de TREPP of de laparoscopische operatie. Bij alle technieken plaatst de chirurg een kunststof matje om de buikwand te versterken. Dit kunststof materiaal is veilig en wordt goed door het lichaam geaccepteerd. Welke operatietechniek de arts voorstelt is afhankelijk van: uw leeftijd de grootte van de breuk of u al eerder een liesbreuk heeft gehad of u in beide liezen een breuk heeft U krijgt een ruggenprik of narcose. Als u verder geen gezondheidsklachten heeft, vindt de behandeling plaats in dagbehandeling. Dan gaat u dezelfde dag weer naar huis. Een liesbreukoperatie duurt ongeveer een half uur. 3

4 Mogelijke risico s Geen enkele operatie is zonder risico s. Complicaties die bij liesbreukoperaties kunnen voorkomen: Een kans op nabloeding, wondinfectie, trombose of longontsteking. Een kleine bloeding ziet u na enkele dagen in de vorm van een blauwe verkleuring in het wondgebied. Die verkleuring kan uitzakken naar de basis van de penis en de balzak bij de man en naar de grote schaamlip bij de vrouw. De verkleuring verdwijnt vanzelf. Het kan voorkomen dat er na verloop van tijd op dezelfde plaats opnieuw een breuk ontstaat (een recidief breuk). Meestal zal er dan weer een operatie nodig zijn. Dat komt voor bij een klein aantal van de geopereerde patiënten. Omdat in het operatiegebied enkele zenuwen lopen - bij de man ook nog de zaadstreng is een beschadiging denkbaar. Deze complicaties treden gelukkig weinig op. De schade aan een zenuw kan gevoelloosheid of soms juist een blijvende pijnklacht rond het operatiegebied geven. Voorbereiding voor de operatie Spreekuur anesthesioloog Voor de operatie zijn enige voorbereidingen noodzakelijk, dit wordt ook wel preoperatief onderzoek genoemd. Daarvoor gaat u naar het spreekuur van de anesthesioloog. Hierover kunt u meer lezen in de folder Verdoving (anesthesie) bij volwassenen. De anesthesioloog schat in welke risico s in uw geval aan de operatie en de verdoving verbonden zijn en hoe deze kunnen worden verkleind. De anesthesioloog spreekt ook andere voorbereidingen met u af. Bijvoorbeeld over medicijngebruik (bloedverdunners) voor de operatie. 4

5 Verpleegkundig spreekuur Soms heeft u een gesprek met de verpleegkundige van de afdeling chirurgie-heelkunde. De verpleegkundige stelt u vragen zodat duidelijk wordt welke verpleegkundige zorg u nodig heeft. De verpleegkundige bespreekt met u: Waar en hoe de opname is geregeld De gang van zaken tijdens de opname Welke verdere voorbereidingen nodig zijn De nazorg: wat u zelf moet doen voor een goed herstel De vragen die u nog heeft over de behandeling, de voorbereiding en de nazorg Wie u wanneer kunt bellen als u nog vragen heeft De operatie Volgens de afspraken met de anesthesioloog of de chirurg bent u eventueel gestopt met (bloedverdunnende) geneesmiddelen. De operatie vindt plaats met een ruggenprik of narcose. U wordt enkele uren opgenomen op de dagbehandeling (C52) U mag van tevoren niet eten en drinken U meldt zich aan de balie en neemt plaats in de wachtkamer De verpleegkundige haalt u op uit de wachtkamer en wijst u een bed toe Ook vertelt de verpleegkundige u nog kort de gang van zaken rond de operatie Als u dat prettig vindt, kan uw partner/begeleider bij dit gesprek aanwezig zijn Het is belangrijk dat u voor de ingreep nog even plast, zodat de blaas leeg is Op de afdeling krijgt u de voorbereidende medicijnen voor de anesthesie (premedicatie) Wanneer u een kunstgebit en/of contactlenzen draagt, moet u deze uitdoen 5

6 Ook mag u tijdens de operatie geen sieraden dragen Tijdens de operatie draagt u een operatiehemd Een verpleegkundige rijdt u met uw bed naar de voorbereidingsruimte van de operatieafdeling Na de operatie Na de operatie zal het operatiegebied pijnlijk zijn. Korte tijd na de operatie is het vaak raadzaam het wondgebied wat te ondersteunen met uw hand, vooral bij hoesten of persen. Bij ontslag naar huis krijgt u uitleg over de nazorg. 4 Weken na de operatie zal er door de chirurg telefonisch contact met u worden opgenomen. Ook krijgt u een voorlopige ontslagbrief die u in het weekend bij u houdt voor eventuele bezoeken aan een arts. Er wordt gebruik gemaakt van oplosbare hechtingen, die niet verwijderd hoeven te worden. Adviezen voor thuis Na ontslag uit het ziekenhuis zult u nog enige tijd last kunnen hebben van het operatiegebied. Pijnbestrijding Een goede pijnbestrijding is belangrijk voor het genezingsproces. Daarom is het raadzaam dat u de eerste 2 dagen de pijn met pijnstillers onderdrukt en dit langzaam afbouwt. Wondverzorging Na 48 uur mag u de pleister van de wond verwijderen en weer douchen. De wond is dan voldoende dicht Als het gaasje vastzit aan de wond kunt u het onder de douche losweken Na het douchen kunt u de wond droog deppen U mag de eerste week niet zwemmen of langdurig baden Droog houden van de wond helpt bij een goede wondgenezing Het is beter om geen afsluitende pleister op de wond gebruiken; deze maken de wond vochtig 6

7 Wanneer contact opnemen? Neemt u de eerste week na de operatie contact op met het ziekenhuis bij: hevige pijnklachten die niet verdwijnen als u pijnstillers gebruikt infectie: wanneer de wond (bij mannen soms ook de balzak) gezwollen is een rood en warm wondgebied, als de wond opengaat en/of er wondvocht uitkomt een temperatuur hoger dan 38,5 graden kort na de operatie Tijdens kantooruren belt u de polikliniek chirurgie-heelkunde (024) Buiten kantooruren belt u (024) en vraagt naar de dienstdoende chirurg. Weer werken? Meestal zult u na 1 tot 3 weken weer aan het werk kunnen. Zware lichamelijke arbeid (tillen) bouwt u langzaam op. Vraagt u zich af of uw aandoening of behandeling gevolgen heeft voor het uitoefenen van uw werk? Overleg dan met uw specialist of bedrijfsarts. De bedrijfsarts begeleidt de terugkeer naar uw werk. Afspraken over uw werk zullen vaak soepeler verlopen als u de bedrijfsarts al vóór de ingreep informeert. U kunt een gesprek voeren met uw bedrijfsarts op het arbeidsomstandighedenspreekuur van de arbodienst van het bedrijf of de organisatie waar u werkt. Tips bij activiteiten Gouden regel is dat u langzaam aan weer van alles mag gaan doen en uitproberen, zolang dit geen aanhoudende toename van klachten geeft. Wissel de eerste dagen rust en activiteit steeds af, waarbij u geleidelijk aan steeds actiever wordt en minder hoeft te rusten. In het algemeen kunt u een week na de operatie alle activiteiten weer doen die u voor de operatie ook kon. 7

8 Wandelen Lopen is goed om uw conditie weer wat te verbeteren. Probeer zelf uit wat u aankunt. Wissel de eerste dagen lopen en rusten goed af. Pijn of spierpijn pijn mag, als het maar na een nachtrust verminderd is. Tillen Beperk de eerste week vaak én zwaar tillen. Bouw dit langzaam op. Na een week kunt u normale huishoudelijke activiteiten meestal weer gewoon doen. Fietsen Zodra u zich zonder problemen kunt bewegen, mag u het fietsen weer gaan uitproberen. Begin rustig, begeef u niet meteen in het drukke verkeer. Autorijden Als u zich zonder problemen kunt bewegen, kunt u ook weer gaan autorijden. Begin met kleine stukjes in een rustige omgeving. Meestal zult u na een week weer kunnen autorijden. Sporten Als u gewend was om te sporten, kunt u dat meestal na een week weer langzaam oppakken. Wanneer de dagelijkse dingen en wandelen weer probleemloos gaan, kunt u rustig beginnen met joggen. Start op een vlakke, zachte ondergrond en draag goede schokabsorberende sportschoenen. Voer de afstand en het tempo geleidelijk op. Let daarbij goed op de reacties van uw lijf. Zorg steeds dat u volledig hersteld bent voordat u wéér gaat joggen. Als u gewend was om te zwemmen of fitnessen en u hebt het gevoel dit weer te kunnen, probeer het dan rustig uit. Begin een week na de operatie met ontspannen bewegen en bouw dit uit naar het niveau van voor de operatie. 8

9 Seks Vrijen hoeft geen probleem te zijn mits u hierbij de gouden regel in acht neemt. Dus dat u geleidelijk aan weer van alles mag gaan doen en uitproberen, zolang dit geen aanhoudende toename van klachten geeft. Vragen Heeft u nog vragen, stel ze gerust aan uw behandelend arts of de verpleegkundige. Bij dringende vragen of problemen vóór en na uw behandeling kunt u zich het beste wenden tot de polikliniek chirurgie-heelkunde. U kunt ook contact opnemen met uw huisarts. Verhindering Bent u op de dag van de operatie verhinderd, laat dit dan zo snel mogelijk weten. Er kan dan een andere patiënt worden ingepland. 9

10 10

11 11

12 Adres en telefoonnummer Canisius Wilhelmina Ziekenhuis Weg door Jonkerbos SZ Nijmegen Polikliniek chirurgie-heelkunde Telefoonnummer (024) (tijdens kantooruren) Website: 12 G493-B / 04-16