Resultaat: Functionaris ondersteunt, zodanig dat hij/zij gemakkelijker en met meer aandacht de deelnemers kan opvangen, begeleiden en ondersteunen.

Transcriptie

1 Assistent Welzijn Algemene kenmerken Stichting Maatschappelijke Opvang Breda e.o. is een combinatie van voorzieningen in Breda en omgeving voor dak- en thuisloze mensen met langdurende of acute problemen. Wij ondersteunen (dreigend) dak- en of thuislozen als burger bij het toewerken naar een zo volwaardig mogelijke participatie aan de samenleving. Leidraad in ons werken zijn drie kernwaarden: Verantwoordelijk, Oprecht en Op Maat. De Assistent Welzijn is een uitvoerende functie. De functie kenmerkt zich door het bieden van dagelijkse ondersteuning en begeleiding van aan individuele en groepen cliënten. De Assistent Welzijn heeft geen pedagogische of verzorgende eindverantwoordelijkheid. Doel van de functie Het bieden van ondersteuning bij persoonlijke verzorging (ADL)van de cliënt en het stimuleren van de zelfredzaamheid binnen de lichamelijke en geestelijke vermogens van de cliënt. Het ondersteunen van recreatieve activiteiten aan individuele of groepen cliënten welke bijdragen aan verbetering van de kwaliteit van leven, persoonlijk herstel, sociale participatie en goede leefsituatie op de locatie. Organisatorische positie De Assistent Welzijn ressorteert hiërarchisch onder de manager van sector Wonen waarbinnen de functie is gepositioneerd. Maakt deel uit van het resultaatverantwoordelijke team van de sector Wonen. Resultaatgebieden Functionaris ondersteunen: Ondersteunt en voert activiteiten uit gericht op het behoud van zelfstandigheid en onderhoud van "lichaam en leefomgeving. Ondersteunt de cliënt bij de Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL) zoals wassen, toezicht houden bij baden en douchen, aankleden, eten, drinken, schoonmaken, bedden opmaken, boodschappen doen, helpen bij het verzorgen van maaltijden etc. Ondersteunt creatieve en recreatieve activiteiten zoals uitstapjes, onderhouden of aanleren van hobby's, etc. waardoor cliënten zich nuttig voelen, voorkomen van eenzaamheid en het tegengaan van verveling tegengaan; neemt gewoonlijk deel aan werkoverleg. voert onder begeleiding licht verzorgende en leefklimaatbevorderende werkzaamheden Resultaat: Functionaris ondersteunt, zodanig dat hij/zij gemakkelijker en met meer aandacht de deelnemers kan opvangen, begeleiden en ondersteunen. Behoeften en ontwikkelmogelijkheden signaleren: signaleert behoeften, mogelijkheden, krachten en belemmeringen bij cliënten; geeft de gesignaleerde informatie door aan de betreffende verantwoordelijke functionaris. Resultaat: Behoeften en ontwikkelmogelijkheden gesignaleerd, zodanig dat aanpak afgestemd kan worden op de behoefte en kracht van de cliënt. Assistent Welzijn, versie 2 Pagina 1 van 6

2 Activiteiten en werkwijze mede vormgeven: denkt mee over de inhoud van activiteiten en de wijze van begeleiding zodat cliënten zoveel mogelijk mee participeren; denkt na over de praktische/dagelijkse werkwijze op de groep; doet voorstellen ter verbetering van de participatie van de cliënten; ondersteunt de cliënten in de planning en organisatie van activiteiten. Resultaat: Activiteiten en werkwijze mede vormgegeven, zodanig dat deze kunnen worden uitgevoerd en/ of verbeterd met als doel zoveel mogelijk cliënten in hun kracht te laten deelnemen in dit proces. (Gezamenlijke) activiteiten en werkzaamheden uitvoeren en begeleiden: verzorgt en begeleidt cliënten en hun leefomgeving; verstrekt informatie over de dagelijkse gang van zaken binnen de instelling; bevordert goede leefsituatie en ziet toe op de naleving van huisregels; biedt ondersteuning bij de inrichting van het dagelijkse leven; stimuleert en organiseert huishoudelijke en/ of (re)creatieve activiteiten; ziet toe op de uitvoering; voert indien noodzakelijk andere ondersteunende (bijvoorbeeld huishoudelijke) werkzaamheden uit met inachtneming van de richtlijnen van veiligheid en hygiëne; schakelt bij problemen de verantwoordelijke collega in. Resultaat: (gezamenlijke) activiteiten uitgevoerd en begeleid, zodanig dat de cliënt gestimuleerd wordt en zich bevindt in een zo goed mogelijk leefklimaat. Profiel van de functie Kennis: mbo 1 of 2 werk- en denkniveau; diploma helpende welzijn niveau 2; enige kennis van de leefomgeving van de cliënt; kennis van de richtlijnen van veiligheid en hygiëne; methodiek systematisch rehabilitatie gericht handelen; kennis van registratiesystemen (outlook, monaco, PIP, infoland, Regas). Specifieke functiekenmerken: stimuleren en motiveren van cliënten en het creëren van een goede sfeer; sociale vaardigheden voor het kunnen omgaan met fysiek geweld en verbale agressie van cliënten en het controlerende en corrigerende optreden hierbij; bewegingsvaardigheid voor de fysieke ondersteuning en verzorging van cliënten. Assistent Welzijn, versie 2 Pagina 2 van 6

3 Beroepsgroep 17 Assistent welzijn, Nachtwaker KERNCOMPETENTIES 1. Resultaatgerichtheid 2. Vraaggericht BEROEPSGROEPCOMPETENTIES 3. Vakkundigheid 4. Accuraat en betrouwbaar werken 5. Sociale vaardigheden 6. Probleem oplossend vermogen KERNCOMPETENTIES Resultaatgericht Gerichtheid op het behalen van vastgestelde doelen en resultaten. Hanteert de afgesproken planning. 1. Maakt in het resultaatverantwoordelijke team afspraken over individuele c.q. teamdoelstellingen zodat duidelijk is welk resultaat van hem/haar verwacht wordt. 2. Toetst regelmatig of het vastgestelde doel nog steeds overeenkomt met de wellicht gewijzigde omstandigheden. 3. Ondersteunt de SPW2-er bij het maken van het persoonlijk plan door hem/haar te voorzien van cliëntinformatie. 4. Stelt prioriteiten, indien noodzakelijk in overleg met de leidinggevende. 5. Controleert de voortgang van gemaakte afspraken binnen de afdeling, door collega s hiernaar te vragen. 6. Draagt bij afwezigheid werkzaamheden over aan collega s om de voortgang te waarborgen. 7. Werkt planmatig aan de realisatie van doelen 8. Rapporteert conform gemaakte afspraken. Assistent Welzijn, versie 2 Pagina 3 van 6

4 Vraaggericht De wensen en behoeften van de klant (cliënt/collega) signaleren en onderzoeken en hier professioneel op reageren. 1. Onderzoekt wat een collega/cliënt werkelijk nodig heeft door vragen te stellen en door te vragen (Let hierbij zowel op verbale als non-verbale communicatie.) 2. Onderzoekt, samen met de cliënt welke mogelijkheden (niveau) de cliënt heeft. 3. Heeft een servicegerichte instelling ten opzichte van collega/cliënt wat zich uit door bereid te zijn iedereen (op weg) te helpen. 4. Is door een vriendelijke/open houding gemakkelijk te benaderen door cliënten/collega s. 5. Vraagt feedback aan collega s/cliënt over het resultaat en de levertijd van de geboden diensten. 6. Vertelt collega s welke prioriteiten binnen de werkzaamheden gekozen zijn. 7. Schakelt derden, zowel in- als extern, in wanneer hij/zij zelf niet aan de vraag van de cliënt/ collega kan of mag voldoen. Vakkundigheid Gaat professioneel om met het eigen vak: reflecteert op activiteiten/opgedane ervaringen, signaleert en speelt in op kansen in het eigen werkveld en in de organisatie en draagt daarmee bij aan het ontwikkelen van de organisatie, het eigen vakgebied, de dienstverlening en zichzelf. 1. Komt uit eigen beweging met voorstellen voor verbetering van diensten of interne procedures op basis van ontwikkelingen en ervaringen in het werk. 2. Denkt actief mee over het verbeteren van de dienstverlening. 3. Werkt duidelijk vanuit het principe verantwoordelijkheid nemen, zowel individueel als gezamenlijk. 4. Bewaakt eigen grenzen, spreekt zo nodig cliënten/collega s aan op eigen verantwoordelijkheid/gedrag. 5. Neemt initiatief als zaken niet goed lopen. 6. Staat open voor feedback en reflectie. 7. Vertaalt de ontvangen feedback naar actiepunten voor zichzelf. 8. Is flexibel door de deskundigheid binnen het kader aan te passen aan de vraag van de cliënt/collega. Assistent Welzijn, versie 2 Pagina 4 van 6

5 Accuraat en betrouwbaar werken Werkt alert, gestructureerd en nauwkeurig volgens de vastgestelde procedures. Handhaven van waarden van de organisatie en nakomen van afspraken. Anderen (collega s en klanten) kunnen rekenen op specifieke expertise en competenties. 1. Werkt volgens de vastgestelde procedures en richtlijnen. 2. Werkt gestructureerd en transparant. 3. Gaat zorgvuldig om met vertrouwelijke en persoonlijke informatie. 4. Komt gemaakte afspraken na of communiceert tijdig goede redenen om een afspraak niet na te kunnen komen. 5. Is loyaal naar de eigen organisatie, door verantwoordelijkheid te nemen om de door de organisatie genomen beslissingen zo goed mogelijk uit te voeren. 6. Stemt in uitzonderingssituaties af met collega s en/of leidinggevende. 7. Is duidelijke en consequent naar cliënten, zonder star te worden. 8. Ondersteunt collega s door zich te houden aan afspraken die de collega maakt met een cliënt. 9. Biedt collega s ondersteuning wanneer dit nodig is. Sociale vaardigheden en betrokkenheid Aandacht voor de effectiviteit van communicatie en de sociale interactie. In gesprekken zodanig optreden dat het gewenste resultaat bereikt wordt. 1. Toont inlevingsvermogen door zich in de denkwereld van de ander (cliënt/collega) te verplaatsen. 2. Geeft door gedrag en houding blijk van interesse voor wat de gesprekspartners inbrengen. (bijvoorbeeld een luisterend oor bieden of geduldig zijn) 3. Toetst hij/zij de ander goed begrepen heeft. 4. Sluit aan bij de gesprekspartner door op het niveau van de verschillende groepen of personen te spreken. 5. Creëert een goede (werk)sfeer met cliënten en collega s waarbinnen zaken bespreekbaar zijn, door betrokkenheid te laten blijken en hen positief en respectvol te benaderen. 6. Motiveert cliënten tot actie om verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen gedrag. Assistent Welzijn, versie 2 Pagina 5 van 6

6 Probleemoplossend vermogen Het op adequate wijze aandragen of zoeken naar oplossingen voor problemen verband houdende met de functie of met veranderende omstandigheden. In staat om snel aandacht te verleggen en gedrag aan te passen. 1. Stelt beleefd grenzen aan de tijd die cliënten/collega s claimen, in verband met het nakomen van afspraken met andere collega s of andere prioriteiten. 2. Durft anderen (o.a. cliënt) aan te spreken op gedrag dat niet wenselijk is. 3. Herkent in een vroeg stadium dat er sprake is van een probleem/crisissituatie. 4. Bemiddelt op effectieve wijze bij conflicten en belangentegenstellingen. 5. Anticipeert snel op crisissituaties of agressie door onder druk beslissingen te nemen en te handelen. 6. Is in staat om - ook onder (tijd)druk het overzicht te houden en adequaat te handelen. Assistent Welzijn, versie 2 Pagina 6 van 6