VERSLAG VIERJAARLIJKS BEZOEK. De Piloot, MKD's De Kleine Plantage De Vlinder

Transcriptie

1 VERSLAG VIERJAARLIJKS BEZOEK De Piloot, MKD's De Kleine Plantage De Vlinder Plaats : Rotterdam BRIN nummer : 20VT OKE 03 SO Onderzoeksnummer : Datum onderzoek : 13 januari 2015 Datum vaststelling : 3 maart 2015

2 Pagina 2 van 11

3 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING BEVINDINGEN VERVOLG Pagina 3 van 11

4 Pagina 4 van 11

5 1 INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs bezocht op 13 januari 2015 het medisch kinderdagverblijf (mkd) De Kleine Plantage. Deze school verzorgt speciaal onderwijs aan leerlingen in de leeftijd van 3 tot 6 jaar met gedragsproblematiek, psychische en/of psychiatrische problemen. Vierjaarlijks bezoek De inspectie bezocht de school voor een vierjaarlijks bezoek, omdat de school een basisarrangement heeft en minstens vier jaar niet is bezocht voor een inspectieonderzoek. Opbrengsten en de kwaliteitszorg Het centrale thema van een vierjaarlijks bezoek is: hoe werkt deze school aan haar opbrengsten? De basis voor het bezoek ligt in het Toezichtkader 2012 (voortgezet) speciaal onderwijs. Dit toezichtkader bevat een waarderingskader voor het speciaal onderwijs en een waarderingskader voor het voortgezet speciaal onderwijs. Tijdens het bezoek richt de inspectie zich op de indicatoren 1.1 tot en met 1.4 en 8.2 uit die waarderingskaders. Deze indicatoren hebben betrekking op de opbrengsten en de kwaliteitszorg. Meer informatie over het toezichtkader voor het (voortgezet) speciaal onderwijs is te vinden op Risicoanalyse De uitkomsten van de jaarlijkse risicoanalyse kwamen aan bod bij het bezoek. De inspectie heeft de opbrengstgegevens van de school onderzocht en diverse schooldocumenten geraadpleegd. De uitkomsten van de risicoanalyse zijn met de school besproken; waar nodig gaf de school een nadere toelichting. Gesprekken en lesbezoeken Tijdens het bezoek sprak de inspectie met de schoolleiding en met andere betrokkenen bij de coördinatie van de leerlingenzorg. Verder bestudeerde zij leerlingdossiers en bezocht ze drie lessen. Het betrof lessen Nederlandse taal/ begripsontwikkeling en rekenen/wiskunde. Uitkomsten van het vierjaarlijks bezoek De inspectie beoordeelt geen indicatoren bij het vierjaarlijks bezoek en geeft geen toezichtarrangement af. Als zij grote risico s aantreft, dan zet zij het bezoek alsnog om in een kwaliteitsonderzoek en maakt hiervoor in overleg met het bestuur een vervolgafspraak. Dat was voor dit bezoek niet nodig. Pagina 5 van 11

6 Pagina 6 van 11

7 2 BEVINDINGEN In deze paragraaf legt de inspectie de bevindingen vast van het vierjaarlijks bezoek. Per indicator beschrijft zij of en zo ja, welke opbrengstgegevens de school verzamelt en analyseert. Dit geeft een beeld van hoe de school zich ten aanzien van de indicator ontwikkelt. Algemene indruk Het mkd De Kleine Plantage (met een dislocatie in Gouda, genaamd De Vlinder) is onderdeel van de school voor speciaal onderwijs De Piloot in Rotterdam. Het kinderdagverblijf wil opbrengstgericht werken en verzamelt en analyseert gericht de gegevens die betrekking hebben op de opbrengsten die zij met de leerlingen bereikt. Het team besteedt veel aandacht aan zowel de cognitieve als de sociale opbrengsten. De school werkt volgens een jaarplan en in hoge mate geïntegreerd met jeugdzorg (STEK Jeugdhulp). De leerlingen verblijven maximaal één jaar in het kinderdagverblijf en zoveel korter als mogelijk. Welke gevolgen de transitie in de jeugdzorg de komende tijd zal hebben op de school, is nog grotendeels ongewis. De werkwijze van de school heeft een opbrengstgericht karakter, maar de school kan een aantal opbrengstdoelen op schoolniveau scherper vastleggen. Indicator 1.1 Aan het eind van de schoolperiode bereiken de leerlingen een eindniveau dat voldoet aan de landelijke standaarden voor cognitieve opbrengsten. Bevindingen: Hierbij staat indicator 8.2 van het waarderingskader over de kwaliteitszorg centraal: De school evalueert jaarlijks de cognitieve resultaten van de leerlingen. De school streeft ernaar om bij alle leerlingen passende prestaties te realiseren. Dat is een aanzienlijke opgave want de leerlingen hebben per week twee of drie dagen uitsluitend zorg en geen onderwijs. Voor de leerlingen gelden bij binnenkomst zo veel mogelijk dezelfde doelen en in de ontwikkelingsperspectieven staat bij de aanvang van het onderwijs voor alle leerlingen als uitstroomniveau vmbo BB/KB. Na enige tijd kan dit niveau wordt bijgesteld of gepreciseerd. Voor alle leerlingen geldt dat de school bij de start uitgaat van een leerrendement van 100 procent, dat wel beperkt wordt door de verminderde onderwijstijd. De school verzamelt met behulp van een ontwikkelingsvolgmodel gegevens over de taal- en rekenontwikkeling en de sociale en emotionele ontwikkeling van de Pagina 7 van 11

8 leerlingen. Ze heeft nog geen eigen schoolnorm voor de opbrengsten vastgelegd om te bepalen hoe succesvol de school is wat betreft de opbrengsten. Indicator 1.2 Aan het eind van de schoolperiode bereiken de leerlingen een eindniveau dat voldoet aan de landelijke standaarden voor sociale opbrengsten. Bevindingen: De school werkt nauw samen met de jeugdzorg en dit betekent dat zij aan de onderwijskundige (en met name de leergebiedoverstijgende) ontwikkelingsdoelen werken met het uitgangspunt "één kind één plan". Complicerend hierbij is dat de doelen van jeugdzorg en de onderwijskundige doelen niet altijd parallel lopen. De behandeling van jeugdzorg is in principe leidend voor de plaatsing en de verblijfsduur. Wanneer jeugdzorg vaststelt dat haar doelen met het kind zijn gerealiseerd, eindigt het verblijf en moet de leerling naar de uitstroombestemming. Dat maakt het stellen van ambitieuze en tegelijkertijd realistische onderwijskundige doelen lastig. Niettemin wil de school het maximale uit de leerlingen halen en zij volgt de leerlingen voor deze ontwikkelingsgebieden eveneens met het ontwikkelingsvolgmodel. Ook hier geldt dat er nog geen eigen schoolnorm is vastgelegd om te bepalen hoe succesvol de school is met het bereiken van resultaten op de leergebiedoverstijgende ontwikkelingsdoelen. Indicator 1.3 De gerealiseerde uitstroombestemmingen van de leerlingen liggen ten minste op het niveau van de landelijke standaarden voor opbrengsten. Bevindingen: Landelijke standaarden voor de opbrengsten ontbreken nog, maar de school heeft een keuze gemaakt voor een leerstofaanbod dat in overeenstemming met haar ondersteuningsprofiel. Dit is in overeenstemming met het samenwerkingsverband passend onderwijs waarbij de school is aangesloten. De school probeert leerlingen die dat aankunnen tussentijds naar het regulier basisonderwijs te laten uitstromen. Uitstroom naar speciaal basisonderwijs in de regio is voor leerlingen in de kleuterleeftijd niet mogelijk. Leerlingen in deze leeftijd voor wie speciaal basisonderwijs de meest passende uitstroombestemming is, zullen eerst moeten worden geplaatst in het reguliere basisonderwijs. Het onderscheid in uitstroom naar speciaal of regulier onderwijs staat nog niet duidelijk in de ontwikkelingsperspectieven aangegeven. Pagina 8 van 11

9 Indicator 1.4 De school voldoet aan de landelijke standaard voor bestendiging. Bevindingen: De Piloot volgt de leerlingen tot vijf jaar na het verlaten van de school, maar het mkd volgde de leerlingen tot dusverre minder intensief. Inmiddels heeft ook het mkd het voornemen om meer zicht te gaan verkrijgen op de eisen die de vervolgvoorzieningen stellen aan leerlingen. Men is begonnen met telefoonrondes naar de scholen waarnaar leerlingen zijn uitgestroomd. Daarnaast is er standaard sprake van een 'warme overdracht' bij de uitplaatsing van leerlingen en is er uitwisseling van informatie met de scholen, onder meer door middel van schoolbezoeken over en weer. Een eigen doelstelling of schoolstandaard voor de plaatsbestendiging (bij welke mate van bestendiging zijn we als school tevreden over ons resultaat?) is er nog niet. Analyse van de oorzaken die ten grondslag liggen aan situaties waarin die bestendiging niet wordt gerealiseerd, heeft dan ook nog niet plaatsgevonden. Deze punten zijn belangrijk voor een effectieve kwaliteitszorg. Pagina 9 van 11

10 Pagina 10 van 11

11 3 VERVOLG De inspectie stelt tijdens dit bezoek aan het mkd De Kleine Plantage geen risico s vast en het basisarrangement blijft daarmee gehandhaafd. Het basistoezicht bestaat uit een jaarlijkse risicoanalyse en eventueel een themaonderzoek. Pagina 11 van 11