Allemaal andersdenkenden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Allemaal andersdenkenden"

Transcriptie

1 Allemaal andersdenkenden Bronvermelding: Titel: Allemaal andersdenkenden: omgaan met cultuurverschillen Zeventiende druk Auteur: Geert Hofstede Uitgever: Olympus / Contact B.V. ISBN: Aantal pagina s boek: 352 Aantal hoofdstukken boek: 10 De inhoud van dit uittreksel is met de grootste zorg samengesteld. Incidentele onjuistheden kunnen niettemin voorkomen. Je dient niet aan te nemen dat de informatie die Students Only B.V. biedt foutloos is, hoewel Students Only B.V. dat wel nastreeft. Dit uittreksel is voor persoonlijk gebruik en is bedoeld als wegwijzer bij het originele boek. Wij raden altijd aan het bijbehorende studieboek erbij te kopen en dit uittreksel als naslagwerk erbij te houden. In dit uittreksel worden diverse verwijzingen gemaakt naar het studieboek op basis waarvan dit uittreksel is gemaakt. De StudentsOnly uittreksels kunnen na opening NIET geruild worden. Copyright 2005 Students Only B.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever van het studieboek is op generlei wijze betrokken bij het vervaardigen van dit uittreksel. Vragen of opmerkingen kan je richten aan Students Only B.V., Postbus 96849, 2509 JE Den Haag of per info@studentsonly.nl.

2 Inhoudsopgave Inleiding Hoofdstuk 1 Cultuur: een ontdekkingsreis pag. 3 Deel I Nationale culturen Hoofdstuk 2 Gelijker dan anderen pag. 6 Hoofdstuk 3 Ik, wij en zij pag. 9 Hoofdstuk 4 Man, vrouw en m/v pag. 13 Hoofdstuk 5 Wat anders is, is gevaarlijk pag. 17 Hoofdstuk 6 Piramides, machines, markten en families pag. 21 Hoofdstuk 7 Waarheid of deugd? pag. 24 Deel II Organisatieculturen Hoofdstuk 8 Van modegril tot instrument pag. 27 Deel III Gevolgen Hoofdstuk 9 Ontmoetingen tussen culturen pag. 30 Hoofdstuk 10 Overleven in een multiculturele wereld pag. 34 Op pagina staat in het boek een begrippenlijst. 2

3 Hoofdstuk 1 Cultuur: een ontdekkingsreis 1.1 Verschillen in denken, maar gemeenschappelijke problemen Mensen, volken en groepen die op een andere manier denken, handelen en voelen hebben dikwijls conflicten met elkaar. Het is echter noodzakelijk dat er tussen verschillende culturen wordt samengewerkt om militaire, ecologische, economische, meteorologische en hygiënische problemen op te lossen. Voorwaarde voor deze samenwerking is dat we de verschillen in denken, handelen en voelen leren begrijpen. 1.2 Cultuur als mentale programmering Ieder mens beschikt over bepaalde patronen van denken, handelen en voelen. Deze patronen noemen we ook wel mentale programma s. De bronnen van mentale programmering komen uit onze sociale omgeving en onze levenservaring. De programmering begint eerst in het gezin en wordt daarna uitgebreid. Mentale programma s noemen we ook wel cultuur. Cultuur kunnen we in enge zin definiëren als beschaving en de gevolgen hiervan. In ruime zin zien we cultuur als een mentale programmering. Cultuur in ruime zin is de collectieve mentale programmering die groepsleden of mensen van een bepaalde categorie onderscheidt van anderen. Cultuur wordt aangeleerd en is niet erfelijk. We kunnen drie niveaus van mentale programmering onderscheiden: de menselijke natuur, cultuur en persoonlijkheid. De menselijke is cultuur is alles wat alle mensen met elkaar gemeen hebben. De persoonlijkheid van een mens is de eigen mentale programmering die met niemand anders wordt gedeeld. 1.3 Cultuurrelativisme Cultuurrelativisme is het ontbreken van criteria om de handelingen van een andere cultuur achterlijk of superieur te noemen. Het is belangrijk dat een cultuur wel zijn eigen activiteiten met deze begrippen kan beoordelen. 1.4 Symbolen, helden, rituelen en waarden Culturele verschillen komen op verschillende manieren tot uiting. We gebruiken hiervoor vier termen: 1. Symbolen: woorden, afbeeldingen, gebaren of objecten die een betekenis dragen die alleen door leden van een bepaalde cultuur begrepen wordt. Symbolen zijn vrij oppervlakkig omdat ze eenvoudig vervangen of overgenomen worden. 2. Helden: levende of dode mensen, fictief of echt bestaan. Zij hebben kenmerken die in een cultuur gewaardeerd worden en fungeren als gedragsmodellen. 3. Rituelen: collectieve activiteiten die niet noodzakelijk een doel hoeven te realiseren maar die omwille van zichzelf plaatsvinden. 4. Waarden: een waarde is een gemeenschappelijke tendens om een bepaalde gang van zaken boven andere te prefereren. Waarden hebben een plus- en minkant: slecht - goed, vuil - schoon, abnormaal normaal, enzovoorts. Waarden worden kinderen impliciet aangeleerd. Normen zijn standaarden van waarden die gelden binnen een categorie of groep mensen. 3

4 1.5 Niveaus van cultuur Mensen maken van verschillende groepen en categorieën deel uit en hebben dus meerdere niveaus van sociale programmering. Deze niveaus kunnen bijvoorbeeld op nationaal, regionaal, etnisch, religieus, generatie, sociaal-klasse, sekse of taal slaan. 1.6 Verschillen in nationale cultuur Menselijke gemeenschappen zijn minstens tienduizend jaar oud en we mogen aannemen dat de eerste mensen een nomadisch bestaan leidden. Staten zijn nog relatief jong en mogen we niet gelijk stellen aan samenlevingen. Een samenleving is een historisch, organisch gegroeide sociale organisatievorm. Een staat is een politieke eenheid waarin elk land van de wereld is opgedeeld en waartoe elk mens toe moet behoren. 1.7 Dimensies van nationale culturen De Amerikanen Alex Inkeles en Daniel Levinson stelden dat alle culturen een aantal problemen met elkaar deelden: 1. De verhouding tot het gezag 2. Het beeld dat mensen van zichzelf hebben, vooral wat betreft de verhouding tussen individu en gemeenschap en de rollen van de man en vrouw. 3. Omgangsmanieren bij botsingen, inclusief de beheersing van agressie en uiting van gevoelens. Deze fundamentele probleemgebieden staan voor culturele dimensies. Een dimensie is een cultuuraspect waarmee we een cultuur met een andere cultuur kunnen vergelijken. We kunnen deze dimensies samenvatten in de termen: machtsafstand, collectivisme, individualisme, feminiteit versus masculiniteit en onzekerheidsvermijding. In plaats van dimensies kunnen we ook gebruik maken van typologieën. Een typologie beschrijft ideaaltypen die men zich eenvoudig voorstellen kan. Een voorbeeld hiervan is de indeling in een Eerste, Tweede en Derde Wereld. 1.8 Cultuurverschillen naar regio, religie, sekse, generatie en klasse Etnische en religieuze groepen trekken zich weinig aan van politieke landsgrenzen en vormen minderheden die zich bevinden op de kruising tussen de overheersende cultuur van het land en hun eigen traditionele groepscultuur. Het aanhangen van een religie lijkt zowel gevolg als oorzaak te zijn voor het bestaan van cultuurverschillen. Sekserollen zien we vaak niet als culturen. Als we zien dat er binnen een cultuur een mannensubcultuur kan bestaan die verschilt van die van de vrouwen, wordt ook meteen verklaard waarom traditionele sekserollen zo moeilijk veranderd kunnen worden. Voor veel mensen is het logisch dat symbolen, rituelen, helden en waarden per generatie verschillen, maar deze verschillen zijn vaak minder groot dan ze lijken. Zo werd er duizend jaar geleden ook al geklaagd over het ontbreken van respect voor ouders bij jongeren. Verschillen kunnen wel ontstaan door bepaalde historische gebeurtenissen. Waarden en normen worden niet altijd beïnvloed door de techniek of haar producten. 4

5 Sociale klassen laten verschillen in klassencultuur zien. De sociale klasse waartoe iemand behoort staat in verband met zijn onderwijskansen en zijn beroep of bezigheid. Omdat het bij sekse, generatie en klassencultuur niet gaat om organische groepen maar om categorieën van mensen, kunnen we deze begrippen maar tot op zekere hoogte indelen aan de hand van dimensies die voor nationale culturen beschikbaar zijn. Categorieën als generatie, klasse en sekse zijn onderdelen van sociale systemen die alleen kunnen werken in betrekking tot andere onderdelen. 1.9 Organisatieculturen De organisatiecultuur van een bedrijf is een zachte factor, maar deze heeft vergaande gevolgen. Het is het psychologische eigenkapitaal van een organisatie waarmee men kan voorspellen hoe over vijf jaar het financiële eigenkapitaal zal zijn. Een organisatiecultuur is iets heel anders dan nationale culturen en moet dus ook anders benaderd worden dan nationale culturen. 5

6 Hoofdstuk 2 Gelijker dan anderen 2.1 Ongelijkheid in de samenleving Elke samenleving kent ongelijkheid. Het ontbreken van overeenstemmening tussen verschillende vormen van ongelijkheid wordt soms als problematisch beschouwd. Sommige samenlevingen proberen verschillende soorten van status meer met elkaar overeen te stemmen. Zo hebben politici veel macht, maar verwerven ze ook status door het vele geld dat zij verdienen. Deze tendens vergroot de algemene ongelijkheid binnen een samenleving. Het ontbreken van overeenstemming wordt in andere culturen juist weer als positief ervaren. Het hebben van een hoge positie moet dan gecompenseerd worden door het hebben van een lage positie op een ander veld. Op deze manier ontstaat een middenklasse. 2.2 Het meten van maatschappelijke ongelijkheid: de Machtsafstandsindex De Machtsafstand is een dimensie waarmee men nationale culturen kan beoordelen en is de mate waarin zwakkere leden van organisaties of organisaties in een land verwachten en aanvaarden dat macht niet gelijk is verdeeld. We zien dat de Romaanstalige, Aziatische en Afrikaanse landen hoge Machtsafstandswaarden hebben. Lagere waarden zijn terug te vinden in de Verenigde Staten, de voormalige Dominions, Groot-Brittannië en het overige niet- Romaanse deel van Europa. 2.3 Machtsafstand nader bekeken De scores op de Machtsafstandsindex bieden gegevens over de afhankelijkheidsrelaties in een land. Wanneer een land een kleine Machtsafstand heeft, betekent dit dat ondergeschikten in beperkte mate afhankelijk zijn van hun chefs. Er vindt meer overleg plaats en er lijkt sprake te zijn van wederzijdse afhankelijkheid tussen chef en ondergeschikte. Landen met een grote Machtsafstand worden gekenmerkt door de afhankelijkheid van ondergeschikten. Ondergeschikten verkiezen deze afhankelijkheid, of wijze deze af (contra-afhankelijkheid). De Machtsafstand wordt verklaard vanuit de waardensystemen van minder machtige leden. De machtsverdeling wordt toegeschreven aan het gedrag van de leden met de meeste macht. 2.4 Verschillen in Machtsafstand binnen landen: sociale klasse, opleidingsniveau en functie Ongelijkheid in een maatschappij uit zich in het bestaan van meerdere sociale klassen. Sociale klassen hebben in verschillende mate de mogelijkheid om van de verworvenheden van een maatschappij gebruik te maken. Denk hier bijvoorbeeld aan onderwijs. Ook in opleidingsniveau zien we verschillen in machtsafstand. Functies met een lage status en met het laagste opleidingsniveau tonen de hoogste waarden op de Machtsafstandsindex, terwijl de functies met de hoogste status en met het hoogste opleidingsniveau de laagste waarden aangaven. Voor mensen met een hoge status geldt dat hun Machtsafstand sterk afhankelijk is van hun nationaliteit. Voor mensen met een lage status geldt dit veel minder. 6

7 2.5 Verschijnselen die met Machtsafstand samenhangen: het gebruik van correlaties Met correlatie bedoelen we dat twee maten samen veranderen. Het verband tussen twee maten wordt door de correlatiecoëfficiënt uitgedrukt. Wanneer de maten geen overeenkomst hebben, zien we dat de coëfficiënt 0,00 is. Als de correlatie perfect is en het ene meetresultaat dus volledig afhankelijk is van de andere, is de coëfficiënt 1, Verschillen in Machtsafstand tussen landen: het gezin Wanneer er in situaties sprake is van een grote Machtafstand, wordt er van kinderen verwacht dat zij hun ouders gehoorzamen. Er is sprake van veel respect voor de ouders en de ouders (en oudere broers en zussen) behandelen de jongere gezinseden op hun beurt weer met veel zorg en warmte. In situaties met een kleine machtsafstand worden kinderen meer als gelijken gezien wanneer ze kunnen handelen. De kinderen moeten hier leren op eigen benen te staan en kinderen worden aangemoedigd om te experimenteren. 2.7 Machtsafstand op school De ongelijkheid tussen ouder en kind wordt in culturen met een grote Machtsafstand voortgezet in de ongelijkheid tussen leraar en leerling. De docent wordt met respect behandeld en de leraar staat centraal in het leerproces. In culturen met een kleine Machtsafstand behandelen leerlingen en docenten elkaar eerder als gelijken. De leerling staat centraal in het leerproces. Lijfstraffen worden hier minder geaccepteerd dan in culturen met een grote Machtsafstand. Een uitzondering zou Engeland kunnen zijn, aangezien lijfstraffen hier niet door iedereen afgekeurd worden. 2.8 Machtsafstand op het werk In landen met een grote Machtsafstand zien we dat ondergeschikten en superieuren elkaar principieel als ongelijk beschouwen. Er is sprake van een stikte hiërarchie en veel controle. Relaties tussen superieuren en ondergeschikten zijn vaak emotiebeladen. In bedrijven met een kleine Machtsafstand zien ondergeschikten en superieuren elkaar in principe als gelijken. Hiërarchie is slechts een ongelijkheid in taken en bestaat alleen vanwege haar praktische nut. Salarisverschillen zijn kleiner dan in bedrijven met een grote Machtsafstand. Zie voor een tabel met de belangrijkste tot nu toe behandelde verschillen tussen samenlevingen met kleine en grote Machtsafstand hfst. 2, blz. 54; Allemaal andersdenkenden; Geert Hofstede. 2.9 Machtsafstand en de staat Ook de relatie tussen de autoriteiten en burgers wordt beïnvloed door de Machtsafstand. Culturen met een grote Machtsafstand worden gekenmerkt door de waardering van macht als een fundamenteel maatschappelijk feit dat voorafgaat aan het kiezen tussen goed en kwaad. Acht heeft hier voorrang boven recht. We zien dat de behoefte om ongelijkheid in rijkdom, status en macht te laten samenvallen hier relatief groot is. Bronnen van macht zijn vrienden, familie, charisma en het vermogen om geweld aan te wenden. Machtshebbers die bij een schandaal betrokken raken geven hun ondergeschikten de schuld of worden in extreme gevallen afgezet. Samenlevingen met een kleine Machtsafstand worden gekenmerkt door de opvatting dat machtsgebruik legitiem moet zijn en onderworpen moet zijn aan het oordeel over goed en slecht. Ongelijkheid wordt als slecht beschouwd, maar is helaas onvermijdelijk. 7

8 Ze kan door de politiek echter wel teruggedrongen worden. Een schandaal betekent vaak het einde voor de carrière van een machthebber. Veel landen hebben een combinatie van kenmerken van de kleine en grote Machtsafstand Machtsafstand en ideeën De theorieën die in een land worden ontwikkeld worden als norm voor het denken, voelen en handelen worden bepaald door de waarden tussen landen. Belangrijke denkers die zich met de kwestie rond ongelijkheid en macht hebben beziggehouden waren Kong Ze, Plato, George Orwell, Machiavelli en Karl Marx. Ideeën worden vaak naar andere landen geëxporteerd, zonder daarbij rekening te houden met de context van waarden waarin deze ideeën ontwikkeld werden. Zie voor een tabel met de belangrijkste tot nu toe behandelde verschillen tussen samenlevingen met kleine en grote Machtsafstand hfst. 2, blz. 60; Allemaal andersdenkenden; Geert Hofstede De oorsprong van verschillen in Machtsafstand Er schijnt een relatie te bestaan tussen de gesproken taal en de mentaal geprogrammeerde Machtsafstand. Zo is de Machtsafstand in landen waar een Romaanse taal gesproken wordt vrij hoog, terwijl de Machtsafstand in landen met een Germaanse taal laag is. De Machtsafstandswaarde lijkt goed te kunnen voorspeld met behulp van drie factoren: de geografische ligging van een land, de rijkdom en de bevolkingsgrootte. We zien dat landen met een hogere breedte een kleinere Machtsafstand hebben De toekomst van verschillen in Machtsafstand We zien dat de afhankelijkheid van de macht van anderen gedurende de laatste twee generaties verminderd is. Onafhankelijkheid is ook een politiek issue geworden. Verschillen tussen landen zijn echter niet per definitie veranderd. Veel landen zijn parallel aan elkaar veranderd zodat hun onderlinge relatie niet veranderd is. 8

9 Hoofdstuk 3 Ik, wij en zij 3.1 Het individu en het collectief in de samenleving Bij interculturele contacten tussen bedrijven is het van belang te weten of het bedrijf in een samenleving gevestigd is waar het groepsbelang prevaleert boven het individuele belang collectivistisch maatschappijen. Met collectivisme bedoelen we niet de macht van de overheid over het individu, maar de macht van de groep over het individu. De eerste groep waarmee we contact hebben is het gezin of de familie. In sommige culturen bestaat de familie uit veel, personen die gezamenlijk leven (extended family). Een kind in een dergelijke familie ziet zichzelf als onderdeel van een wij -groep ( ingroup ). In andere culturen zien we dat de belangen van het individu die van de groep overstijgen. Hier is meer sprake van een kerngezin. 3.2 Het meten van Individualisme in een samenleving Een lage score op de Individualisme-index betekent collectivisme, een hoge score staat voor individualisme. Met een individualistische samenleving bedoelen we dat de onderlinge relaties tussen mensen los zijn. Men zorgt voor zichzelf en zijn naaste familie. Als een samenleving collectivistisch is, betekent dit dat er sprake is van hechte, sterke groepen waarin een individu zich levenslang bevindt en die elkaar beschermen en loyaal aan elkaar zijn. Een land wordt als individualistischer beschouwd wanneer vrije tijd, vrijheid in werk en uitdagingen (=onafhankelijkheid van de werkgever) belangrijker worden. Een land wordt eerder als collectivistisch bestempeld wanneer training, werkomstandigheden en het inzetten van talenten (=afhankelijkheid van de werkgever) een rol gaan spelen. 3.3 Collectivisme tegenover machtsafstand Het is gebleken dat veel landen die een hoge score op de Machtsafstandsindex behaald hebben, laag gescoord hebben op Individualisme en andersom. Er bestaat dus een negatieve correlatie tussen deze twee dimensies. Deze correlatie bestaat omdat zowel Machtsafstand als Collectivisme negatief correleren met economische groei. 3.4 Individualisme en Collectivisme naar functie Machtsafstandsindexen kunnen we zowel per land als per functie berekenen. Functies kunnen van elkaar onderscheiden worden met behulp van de begrippen intrinsiek en extrinsiek. Met intrinsieke motivatie wordt aangeduid dat de motivatie van binnenuit komt: de werknemer werkt omdat hij het werk leuk vindt. Met extrinsieke motivatie doelen we op de beloning die de werknemer ervoor ontvangt: arbeidsomstandigheden, salaris. 3.5 Individualisme en Collectivisme in gezin en familie De relaties tussen het individu en de groep wordt allereerst in het gezin aangeleerd. Hoe collectivistischer een land, des te vaker zullen zoons het beroep van hun vader later gaan uitoefenen. In individualistische landen zullen zoons eerder denkarbeid gaan doen wanneer hun vaker handarbeid heeft gedaan, en andersom. Een kind in een collectivistische familie leert onbewust deel uit te maken van een groep. In collectivistische culturen zorg je er als familielid voor dat er harmonie in de groep blijft bestaan. 9

10 Je zoekt niet direct de confrontatie op. In individualistische culturen is het juist wel de bedoeling dat je zegt wat je dwars zit. In het kerngezin zijn botsingen veel normaler. Kinderen in een collectivistische familie leren hun mening te vormen aan de hand van die van de familie. Er bestaat dus geen persoonlijke mening. In een individualistische familie is het daarentegen wel de bedoeling dat een kind een eigen mening leert vormen. De loyaliteit in een collectivistische familie betekent ook dat men alle voor handen zijnde bestaansmiddelen deelt met elkaar. Men verwacht dat inkomsten gedeeld zullen worden. In individualistische landen zijn jongeren echter onafhankelijker van hun ouders of van de overheid. Zij kunnen zelf geld verdienen. De verplichtingen in een collectivistische familie zijn niet alleen financieel, maar ook ritueel van aard. Het is niet toegestaan om bij een doop, trouwerij of begrafenis te ontbreken. In een individualistische cultuur wordt stilte als iets raars gezien. Men heeft meer behoefte aan verbale communicatie. In collectivistische culturen is het samenzijn al voldoende en men voelt zich dus niet verplicht om verbaal te communiceren en gegevens uit te wisselen. Culturen kunnen ingedeeld worden naar de context -dimensie. In culturen met een sterke context hoeft er weinig gezegd te worden. In landen met een zwakke context is informatie echter verpakt in een expliciete code. Veel zaken moeten dus expliciet worden gezegd. In de collectivistische familie speelt niet alleen harmonie een belangrijke rol, maar ook schaamte. Wanneer iemand uit de collectivistische familie iets misdaan heeft, schaamt de gehele familie zich daarvoor. Individualistische culturen zijn meer schuldculturen. Wie zich niet aan de regels houdt voelt zich schuldig en wordt daarin door zijn eigen geweten geleid. Een laatste term die in collectivistische families veel voorkomt is het woord gezicht. Denk hierbij aan gezichtsverlies, iemand gezicht geven (=eer/roem). In collectivistische families is het vrij gebruikelijk dat niet-familieleden toch tot de familie worden gerekend. 3.6 Individualisme en Collectivisme op school Op school wordt de betrekking tussen het individu en de groep verder uitgebreid. In collectivistische culturen is het ongebruikelijk dat leerlingen zelf het woord nemen, zelfs als de leraar hen daarom vraagt. Ook twijfelen leerlingen er over of zij wat mogen zeggen wanneer zij zich in een grotere groep bevinden en de leraar ontbreekt. In collectivistische culturen is het gebruikelijker dat men elkaar bij toerbeurt aflost. In individualistische culturen wordt meer waarde gehecht aan het nemen van het woord in de klas. De leraar staat hier minder centraal dan in collectivistische culturen. In collectivistische samenlevingen denken leerlingen eerder dat zij een voorkeursbehandeling verdienen dan in individualistische samenlevingen. Harmonie en het voorkomen van gezichtsverlies zijn in collectivistische scholen belangrijke waarden. In de individualistische samenleving heeft onderwijs als taak het voorbereiden van een kind op de samenleving en haar leden en situaties. In een collectivistische samenleving gaat het meer om het aanleren van deugden en vaardigheden om een aanvaardbaar groepslid te kunnen worden. 10

11 3.7 Individualisme en Collectivisme op het werk In een individualistische cultuur wordt veracht dat werknemers hun eigen belangen proberen te realiseren. Men gaat ervan uit dat de mens zowel psychische als economische behoeftes heeft. In collectivistische samenlevingen speelt de wij-groep van de sollicitant vaak een belangrijke rol. Men neemt het liefste familieleden van de werkgever of van reeds aangestelde werknemers in dienst. De werkgever loopt dan minder risico. De relatie tussen de werkgever en werknemer lijkt in collectivistische culturen op een familieband. Het werkverband zelf kan tot een wij-groep worden. In individualistische culturen betekent management het leiding geven aan individuen, in collectivistische culturen betekent management dat er leiding aan groepen gegeven wordt. In individualistische culturen is de opgegeven taak belangrijker dan de persoonlijke relaties. In collectivistische culturen gaan persoonlijke relaties voor het werk. Zie voor een overzicht met de belangrijkste verschillen tussen Individualistische en Collectivistische culturen wat betreft algemene normen, familie, werk en school hfst. 3, blz. 91; Allemaal andersdenkenden; Geert Hofstede. 3.8 Individualisme, Collectivisme en de staat Een politiek verschijnsel waarbij Machtsafstand en Collectivisme wel een belangrijke taak hebben, maar nationale rijkdom niet, is de hoeveelheid corporatisme dat een land heeft. Dit betekent dat belangenverenigingen door de staat worden aanvaard als vertegenwoordigers van alleen de belangen waar zij voor staan. Als het politieke susteem van een land in de mentale software van burgers geworteld is, kan het systeem eenvoudig door wapens, geld of propaganda worden beïnvloed door een ander land. 3.9 Individualisme, Collectivisme en ideeën We zien dat in individualistische culturen de rol van de staat in de economie kleiner is dan in collectivistische culturen. Het economische systeem in individualistische landen gaat van persoonlijke belangen uit, in collectivisatie landen van groepsbelangen. In individualistische culturen is er sprake van persvrijheid en worden individuele vrijheden meer gewaardeerd dan gelijkheid. In collectivistische culturen worden de media door de staat gecontroleerd en weegt gelijkheid zwaarder dan vrijheid. Zie voor een complete tabel met de verschillen tussen Collectivistische en Individualistische samenleving wat betreft politiek en ideeën hfst. 3, blz. 99; Allemaal andersdenkenden; Geert Hofstede De oorsprong van Individualisme en Collectivisme Ook wat betreft Individualisme en Collectivisme neemt men aan dat deze samenhangen met het vroegere bestaan van de jagers en verzamelaars. Sommige van hen zouden zich als boer gevestigd hebben en hun landbouwgemeenschappen zouden zich later dan tot dorpen, steden en metropolen ontwikkelen. Uit onderzoek van cultureel-antropologen is gebleken dat de complexiteit van het familieleden eerst stijgt en vervolgens weer daalt, ongeacht het feit of het om een primitieve of moderne samenleving gaat. Jagers en verzamelaars leven meer in kleine groepjes of kerngezinnen. 11

12 De relaties tussen Individualisme en latere economische groei is nul. Hoe individualistischer landen waren, des te minder economische ontwikkeling beleefden zij. Het is aannemelijker dat Individualisme een gevolg is van nationale rijkdom. Als de rijkdom in een land stijgt, krijgen de burgers de toegang tot instrumenten die hen in staat stellen om onafhankelijk te zijn. Het collectieve leven wordt door een individueel leven vervangen. We zien dat landen met een gematigd of koud klimaat een individualistischere cultuur hebben. Bevolkingsomvang kan weliswaar helpen bij het voorspellen van de Machtsafstand, maar staat niet in relatie tot Collectivisme. Bevolkingsgroei echter wel. Vooral de gezinsgrootte is hier belangrijk. Landen met een hoog geboortecijfer zijn collectivistischer dan landen met een laag geboortecijfer. Ook historische factoren kunnen de verschillen tussen landen verklaren, hoewel dit niet zo sterk is als de invloed van het Romeinse Rijk op de Machtsafstand De toekomst van Individualisme en Collectivisme Omdat nationale culturen diep geworteld zijn. Zullen verschillen in Collectivisme en Individualisme nog lang stand houden. We zien dat landen die zich economisch snel ontwikkeld hebben steeds individualistischer worden. Denk hierbij maar aan Japan. Toch zal deze cultuur nog lange tijd door collectivisme gekenmerkt worden. 12

13 Hoofdstuk 4 Man, vrouw en M / V 4.1 Assertiviteit en bescheidenheid Amerikanen zijn geneigd om bij sollicitaties zichzelf sterk aan te prijzen. De gesprekken worden gekenmerkt door superlatieven en bewijzen voor hun uitzonderlijke kwaliteiten. De sollicitanten gedragen zich assertief en beloven zaken die ze waarschijnlijk nooit kunnen waarmaken. Amerikanen vinden Nederlanders dan ook te bescheiden. Nederlanders en Amerikanen zijn weliswaar redelijk gelijk op de dimensies Machtsafstand en Individualisme, maar verschillen sterk op de dimensies Masculiniteit versus Femininiteit. 4.2 Seksen en sekse-rollen Mannen zijn vaak sterker en langer dan vrouwen, en vrouwen zijn over het algemeen behendiger met hun vingers en hebben een snellere stofwisseling. Deze verschillen zijn wereldwijd hetzelfde. Deze biologische verschillen worden voortaan aangeduid met de begrippen mannelijk en vrouwelijk. Sociale en culturele verschillen worden aangeduid met de begrippen masculien en feminien. Deze twee laatste begrippen zijn altijd relatief: een man kan zich vrouwelijk gedragen en andersom. De masculiene assertiviteit en competitiviteit wordt versterkt door de prestaties van mannen. De zorgende rol van vrouwen versterkt op zijn beurt weer de feminiene zorgzaamheid. De rollen die ouders vertonen zijn voor een groot deel bepalend voor de mentale programmeringvoor-het-leven van kleine kinderen. 4.3 Masculiniteit-Femininiteit als cultuurdimensie Een samenleving is masculien wanneer sociale sekse-rollen duidelijk van elkaar gescheiden zijn: mannen moeten hard en assertief zijn en moeten zich richten op materieel succes, vrouwen moeten teder en bescheiden zijn en zich richten op de kwaliteit van het bestaan. Een samenleving is feminien wanneer sociale sekse-rollen samenvallen: mannen en vrouwen moeten beide bescheiden en teder zijn en zich beide richten op de kwaliteit van het bestaan. Een land wordt eerder als masculien bestempeld wanneer de volgende zaken belangrijk zijn: 1. erkenning 2. inkomen 3. uitdaging (heeft ook te maken met Individualisme) 4. promotie Een land wordt als feminiener bestempeld wanneer de volgende vier aspecten belangrijker worden bevonden: 5. samenwerking 6. woonomgeving 7. zekerheid (de zekerheid zelf te kunnen bepalen hoe lang je bij een werkgever werkt 8. chef (het hebben van een goed contact met je directe chef) 13

14 Masculiniteit staat niet in verband met de economische ontwikkeling van een land. Amerika is een voorbeeld van een zeer masculien land. Zweden, Nederland, Noorwegen en Denemarken zijn de meest feminiene landen. Japan is het meest masculiene land, gevolgd door Oostenrijk, Italië, Zwitserland en West-Duitsland. 4.4 Sekse-culturen Zowel nationaliteit als sekse hebben onbewust een grote invloed op onze mentale programmering. Mannen hebben over het algemeen een programmering met hardere waarden dan vrouwen. Vrouwen kunnen masculiene gedragingen aangeleerd hebben en andersom. Blootstelling van een volledige masculiene man of feminiene vrouw aan de andere cultuur brengt meestal een cultuurshock teweeg. 4.5 Masculiniteit en Femininiteit naar functie Sommige functies zijn masculiener dan andere functies. De meest masculiene functies worden het vaakst door mannen uitgeoefend en de feminiene functies door vrouwen. In volgorde van masculien naar feminien kunnen de volgende functies onderscheiden worden: 1. verkopers 2. wetenschappers en ingenieurs 3. geschoolde arbeiders en technici 4. afdelingsmanagers 5. geoefenende en niet-geschoolde arbeiders 6. administratief personeel 4.6 Masculiniteit en Femininiteit in het gezin In landen met een grote Machtsafstand en een masculiene cultuur is de vader dominant en hard en is de moeder de persoon die troost en tederheid biedt. Wanneer er echter sprake is van een feminiene cultuur, zien we dat zowel de moeder als vader domineren en zich allebei verantwoordelijk voelen voor relaties en de kwaliteit van het bestaan. Landen met een kleine Machtsafstand en een masculiene cultuur worden gekenmerkt door niet-dominante ouders waarbij de vader hard is en zich met de feiten bemoeit en waarbij de moeder wat zachter is en zich met gevoelens bezighoudt. Jongens worden hierdoor assertief en meisjes zijn gevoeliger. Wanneer er echter sprake is van een feminiene cultuur, zien we dat de ouders allebei niet-dominant zijn en dat zowel de vader als moeder zich bezighouden met relaties, gevoelens en de kwaliteit van het bestaan. De dimensie Masculiniteit-Feminiteit heeft niet slechts gevolgen voor de wijze waarop rolverschillen in families en gezinnen tot stand komen. In masculiene landen leren jongens en meisjes dat zij ambitieus moeten zijn. Ze leren de sterkeren te bewonderen. In feminiene landen leren kinderen daarentegen om bescheiden en niet-ambitieus te zijn. Kinderen moeten het hier opnemen voor de zwakkeren en de anti-held. Sekse-rollen in het gezin hebben geen directe gevolgen voor de indeling van sekse-rollen in de maatschappij als geheel. 14

15 4.7 Masculiniteit en Femininiteit op school In masculiene landen wordt de keuze voor een bepaald beroep vooral bepaald door de carrièremogelijkheden, in feminiene landen speelt de intrinsieke interesse van een student voor een studie een belangrijkere rol. In een masculiene cultuur zijn slechte cijfers een ramp. Het komt hier vaak voor dat studenten zelfmoord plegen nadat hij slechte cijfers hebben behaald. In een feminiene cultuur zijn slechte cijfers minder rampzalig.z elfmoord komt hier vaak voort uit sociaal isolement. De beoordeling van studenten en docenten verschilt ook sterk in masculiene en feminiene culturen. In masculiene culturen moet de docent geniaal zijn, terwijl in feminiene culturen het belangrijker is dat de docent aardig is. Ook zien we dat jongens en meisjes in masculiene culturen vaak verschillende vakken en studies kiezen, terwijl in feminiene culturen jongens en meisjes vaak dezelfde vakken en studierichtingen kiezen. 4.8 Masculiniteit en Femininiteit op het werk In feminiene cultuur worden conflicten opgelost door onderhandelingen en compromissen. In masculiene landen worden ruzies opgelost door strijd. Bedrijven in masculiene culturen zijn prestatie- en resultaatgericht. In een feminiene samenleving zijn salarissen eerder gebaseerd op gelijkheid dan op prestatie. Mannen uit masculiene culturen moeten bezig zijn met hun carrière, in feminiene culturen zijn mannen en vrouwen of allebei ambitieus, of allebei niet. We hoeven hier geen seksespecifiek onderscheid te verwachten wat betreft de behoefte aan een carrière. De leider van een masculiene cultuur is assertief, agressief en gedecideerd. Hij neemt eerder alleen de beslissingen dan dat hij overlegt met anderen. In feminiene culturen zijn de leiders minder zichtbaar, intuïtiever en zoekend naar compromissen. De traditie van mannelijke overheersing maakt het in zowel masculiene als feminiene culturen nog steeds moeilijker voor vrouwen om leidende posities te kunnen gaan bekleden. Zie voor een overzicht met de belangrijkste verschillen tussen Feminiene en Masculiene samenlevingen wat betreft algemene normen, gezin, school en werk hfst. 4, blz. 125; Allemaal andersdenkenden; Geert Hofstede. 4.9 Masculiniteit, Femininiteit en de staat Nationale waardepatronen zijn ook bij politieke leiders aanwezig. Politici zetten de overheersende waarden in hun land om in politieke prioriteiten. De dimensies Masculiniteit- Femininiteit staan in verhouding met belangen op de terreinen van: 1. het belonen van sterken versus solidariteit met de zwakkeren 2. economische ontwikkeling versus milieubescherming 3. investering in bewapening versus ontwikkelingssamenwerking Feminiene landen zijn eerder gericht op de realisering van een welvaartsmaatschappij, terwijl masculiene landen meer naar een prestatiemaastchappij streven. Masculiene landen zullen internationale problemen eerder oplossen door gevechten, feminiene landen zullen door middel van onderhandelingen proberen een conflict bij te leggen. 15

16 Landen met een feminiene cultuur hebben niet per se aanzienlijk meer vrouwen op belangrijke posities dan masculiene landen. Ook hier zorgt de traditie van mannelijke overheersing ervoor dat vrouwen moeilijker op belangrijkere posities terechtkomen. Wel kan gesteld worden dat vrouwen makkelijker carrière kunnen maken in de politiek dan in het bedrijfsleven Masculiniteit, Femininiteit en ideeën Gebleken is dat katholieke landen over het algemeen masculiener zijn en dat vrouwen religieuzer zijn dan mannen. Dit laatste geldt vooral voor niet-werkende vrouwen. Wanneer de vrouwe kostwinner wordt, neemt de religiositeit af. In masculiene culturen zien we dat de dominante godsdiensten de dominante positie van de man benadrukken. In feminiene culturen wordt de complementariteit van de seksen benadrukt. Met masculien feminisme bedoelen we dat vrouwen dezelfde mogelijkheden krijgen als mannen. Vrouwen krijgen nu dus toegang tot posities die voorheen alleen voor mannen bestemd waren. Met feminien feminisme bedoelen we de wens om de maatschappij te veranderen, en daarbij ook de mannen. Hier streeft de vrouwenbeweging naar de gelijke verdeling van werk en taken. Zie voor een tabel met de belangrijkste verschillen tussen feminiene en masculiene samenlevingen wat betreft politiek en ideeën hfst. 4, blz. 135; Allemaal andersdenkenden; Geert Hofstede De oorsprong van verschillen in Masculiniteit en Femininiteit We zien dat feminiene culturen vaker in koudere klimaten voorkomen. Gelijkwaardigheid zou hier de overlevingskansen en bevolkingsaanwassen kunnen bevorderen. Veel meer kan er niet over de oorsprong gezegd worden. Opvallend is wel dat feminiene culturen staan voor grotere gezinnen in rijkere landen en in arme landen voor kleinere gezinnen. Voor Masculiniteit geldt het tegenovergestelde De toekomst van verschillen in Masculiniteit en Femininiteit De in dit hoofdstuk beschreven dimensies lijken niet naar elkaar toe te groeien. Masculiene landen lijken alleen maar masculiener te worden en dit geldt ook voor feminiene culturen. Wel zien we dat ouderen over het algemeen feminiener zijn dan jongere mannen. De techniek brengt een aantal veranderingen met zich mee die de aard van het werk zelf beïnvloeden. We zullen taken zien verschijnen die samenhangen met het bepalen van menselijke en maatschappelijke doelen. Er zullen creatieve taken ontstaan en er zullen zeer belangrijke functies ontstaan die zich richten op het onvoorspelbare (bewaking, veiligheid). Ten slotte onderscheiden we dan nog de taken waarin menselijk contact een belangrijke rol vervult. Voor al deze functies zijn niet alleen masculiene, maar vooral ook feminiene waarden belangrijk. Het beschermen van het milieu vereist feminiene waarden. 16

17 Hoofdstuk 5 Wat anders is, is gevaarlijk 5.1 Het vermijden van onzekerheid Hoewel Engeland en Duitsland zeer veel zaken met elkaar gemeen hebben, verschillen ze sterk op de vierde te bespreken dimensie: onzekerheidsvermijding. Verregaande onzekerheid kan spanningen veroorzaken, maar een samenleving beschikt over instrumenten om deze spanning te verlichten. Denk hier aan techniek, wetgeving en religie. 5.2 Het bepalen van de (in)tolerantie voor onzekerheid in een samenleving: de Onzekerheidsvermijdingsindex Onzekerheidsvermijding kunnen we definiëren als de mate waarin de leden van een bepaalde cultuur zich door onbekende of onzekere situaties bedreigd voelen. Dit gevoel komt tot uiting in nervositeit en de behoefte aan voorspelbaarheid (formele/informele regels). Landen met een hoge onzekerheidsvermijding zijn Latijns-Amerikaanse landen, Romaanstalig Europa en Mediterranen landen. Lage scores vinden we bij Aziatische landen (met uitzondering van Korea en Japan), bij Afrikaanse, Angelsaksische, Noord-Europese landen en Nederland. 5.3 Onzekerheidsvermijding en angst Met het begrip angst duiden we een toestand in waarin iemand zich onprettig voelt en zich zorgen maakt over hetgeen zou kunnen gaan plaatsvinden. Angst kan zich uiten in positief correlerende factoren zoals alcoholisme, dodelijke ongelukken, zelfmoorden, percentage gevangenen. Andere indicatoren correleren negatief met de factor angst : coffeinegebruik, gebruikte calorieën, overlijdensgevallen door hartinfarcten. Angstige culturen zijn over het algemeen ook expressiever. Men gebruikt bijvoorbeeld veel non-verbale communicatie. Doordat stress in deze landen vaker ontladen wordt dan in landen met een lage Onzekerheidsvermijding, sterven in angstige culturen relatief minder mensen aan hun hartinfarct. 5.4 Onzekerheidsvermijding is niet hetzelfde als risicovermijding Zodra onzekerheid als een risico (percentage waarschijnlijkheid dat een gebeurtenis zal plaatsvinden) beschreven kan worden, is onzekerheid geen bron meer van angst maar een bron van vrees. Onzekerheidvermijding moet niet alleen risico s beperken, maar ook onduidelijkheid verminderen. 5.5 Onzekerheidsvermijding naar functie, sekse en leeftijd We kunnen de functies van mensen niet onderscheiden in de mate waarin ze onzekerheid vermijden. Alleen leeftijd kunnen we in verband brengen met de Onzekerheidsvermijdingsindex. We zien dat in landen waarin meer oudere werknemers werkzaam zijn, er meer stress heerst, men meer aan regels hecht en dat men vaker wil blijven. 17

18 5.6 Onzekerheidsvermijding in het gezin Kinderen leren in het begin van hun leven al vrij snel het verschil tussen vies en schoon en tussen gevaarlijk en veilig. Wat dit precies inhoudt, verschilt per land en per gezin. Culturen met een sterke onzekerheidsvermijding classificeren zeer streng iets als gevaarlijk of vies. Dit heeft niet alleen betrekking op materie, maar ook op mensen en ideeën (denk maar aan taboes). Kinderen wordt gemeld dat sommige mensen gevaarlijk en vies zijn. Er is meer sprake van xenofobie. In culturen met weinig Onzekerheidsvermijding zien we dat onbekende mensen, ideeën en situaties vaker het voordeel van de twijfel krijgen. 5.7 Onzekerheidsvermijding op school Landen met een sterke Onzekerheidsvermijding hechten aan duidelijke omschreven doelstellingen, strenge roosters en gedetailleerde taken. Ze verwachten dat hun precisie beloond wordt. Landen met een zwakke Onzekerheidsvermijding houden niet van structuur en hechten aan vaag omschreven doelstellingen, globale opgave en het ontbreken van een rooster. Zij hopen beloond te worden voor hun originaliteit. Gebleken is dat studenten uit landen met veel Onzekerheidsvermijding verwachten dat hun docent vakkundig zijn en alles weten. Studenten uit landen met een lage Onzekerheidsvermijding accepteren het eerder wanneer hun docent het antwoord op een vraag schuldig blijft. 5.8 Onzekerheidsvermijding op het werk Samenlevingen met een sterke Onzekerheidsvermijding kennen veel (in)formele regels en wetten betreffende de plichten en rechten van werknemers en werkgevers. Dit kan leiden tot gedrag of regels die inconsistent, onzinnig of contraproductief werken. Zelfs in dat geval kunnen deze regels nog bijdragen aan de gemoedstoestand van de burgers. Het gaat er dus niet om of de regels ook werken, maar meer dat ze bestaan. In landen met een zwakke Onzekerheidsvemijding worden formele regels juist afgekeurd. Ze mogen alleen bestaan waar dit echt nodig is, zoals verkeersregels. In samenlevingen die sterk onzekerheidsvermijdend zijn, zien we vaak dat de emotionele behoefte aan regels zich kan uiten in talent voor nauwkeurigheid en stiptheid. Vooral wanneer de Machtsafstanden niet al te groot zijn komt dit vaak voor. Landen met een zwakke Onzekerheidsvermijding produceren vaker nieuwe ideeën omdat hun cultuur meer openstaat voor afwijkende zaken. De toepassing van de nieuwe ideeën kan wel problematisch zijn, omdat deze veel details en punctualiteit vereisen, en deze kenmerken horen weer eerder thuis bij landen met een sterke Onzekerheidsvermijding. 5.9 Onzekerheidsvermijding, Masculiniteit en motivatie Landen met een sterke Onzekerheidsvermijding moeten de veiligheid of zekerheid boven andere wensen plaatsen. Sociale behoeften zijn in een feminiene cultuur belangrijker dan waardering naar in een masculiene cultuur zien we het tegendeel. Motivatie komt in landen met een sterke Onzekerheidsvermijding voort uit veiligheid of zekerheid en waardering of sociale behoeftes. In landen met een zwakke Onzekerheidsvermijding komt motivatie voort uit prestatie en waardering of sociale behoeften. 18

19 Zie voor een tabel met de belangrijkste verschillen tussen samenlevingen met zwakke en sterke Onzekerheidsvermijding wat betreft algemene normen, gezin, school en werk hfst. 5, blz. 160; Allemaal andersdenkenden; Geert Hofstede Onzekerheidsvermijding en de staat In landen met een sterke Onzekerheidsvermijding zien we dat de wetten preciezer zijn geformuleerd dan in landen met een zwakke Onzekerheidsvermijding. Als de regels niet kunnen worden opgevolgd, moeten we ons in landen met een sterke Onzekerheidsvermijding zien als zondaars en schuld dragen. In landen met een zwakke Onzekerheidsvermijding worden bij het niet naleven van de regels simpelweg de regels aangepast. In landen met een zwakke Onzekerheidsvermijding is het niet gebruikelijk dat burgers in opstand komen tegen de overheid, maar in landen met een zwakke Onzekerheidsvermijding zijn burgers wel mondig tegenover de overheid. Hier zijn protesten van burgers toelaatbaar, maar in landen met een sterke Onzekerheidsvermijding zullen protesten eerder verboden worden. Zowel burgers als ambtenaren staan in landen met een sterke Onzekerheidsvermijding negatief tegenover het politieke proces terwijl zij positief zijn in landen met een zwakke Onzekerheidsvermijding. Er is in landen met een sterke Onzekerheidsvermijding een hang naar conservatisme, extremisme, orde en regels. Landen met een zwakke onzekerheidsvermijding zijn daarentegen gematigder en toleranter. Zij hebben ook een positiever houding tegenover jongeren, geven minderheden een speciale status en zijn regionaal en internationaal ingesteld. Burgers vertrouwen hier op generalisten op het gezonde verstand. Burgers in landen met een sterke Onzekerheidsvermijding zijn nationalistisch en xenofobischer ingesteld en vertouwen eerder op deskundigen en specialisten. In dergelijke landen zijn dan ook veel artsen werkzaam en relatief weinig verplegende, terwijl in landen met een zwakke Onzekerheidsvermijding meer verplegenden en minder artsen actief zijn Onzekerheidsvermijding, religie en ideeën In landen met een sterke Onzekerheidsvermijding gelooft men in slechts één Waarheid die ook aan andere mensen mag worden opgelegd. In culturen met een zwakke Onzekerheidsvermijding is het daarentegen moreel niet acceptabel dat de waarheid van een bepaalde groep aan andere mensen wordt opgelegd. In landen met een sterke Onzekerheidsvermijding komen religieus, ideologisch en politiek fundamentalisme vaker voor en zien we ook dat intolerantie gebruikelijker is dan in landen met een zwakke Onzekerheidsvermijding. Hier gelden mensenrechten die waarborgen dat niemand op grond van zijn of haar overtuiging mag worden vervolgd. Wat betreft de wetenschap en wijsbegeerte zien we dat in landen met een sterke Onzekerheidsvermijding meer gezocht wordt naar alomvattende, allesverklarende theorieën. In landen met een zwakke Onzekerheidsvermijding wordt de wetenschap gekenmerkt door relativisme en empiricisme. Wetenschappelijke tegenstanders kunnen in zwakke Onzekerheidsvermijdende landen best bevriend met elkaar zijn, maar in landen met een sterke Onzekerheidsvermijding is dit niet mogelijk. 19

20 5.12 De oorsprong van verschillen in Onzekerheidsvermijding De Romaanstalige landen worden gekenmerkt door een sterke Onzekerheidsvermijding. Zij stammen af van het Romeinse Rijk. De Chineessprekende landen worden gekenmerkt door een zwakke Onzekerheidsvermijding. Zij komen voort uit het Chinese Rijk. Hoewel beide rijken centraal bestuurd werden en de burgers in beide rijken bevelen moesten navolgen, is er toch een duidelijk verschil tussen de twee rijken. In het Romeinse Rijk waren wetten opgesteld die voor iedereen die burger was golden. Er was dus een wettelijk gezag. In het Chinese Rijk was daarentegen sprake van een persoonlijk gezag. Chinese rechters lieten zich leiden door algemene principes De toekomst van verschillen in Onzekerheidsvermijding Gebleken is dat hoge angstniveaus van landen in verband staan met oorlog. Oorlogen gaan vaak gepaard met angst. Als de angst in een land toeneemt, stijgt ook de Onzekerheidsvermijding. Dit uit zich vervolgens in xenofobie, intolerantie, politiek en religieus fanatisme enzovoorts. De fanatici krijgen het leiderschap in handen en kunnen een oorlog starten. In andere landen stijgt nu ook het angstniveau en daardoor zijn zij nu ook vatbaarder voor een oorlog. Als een land eenmaal in een oorlog verwikkeld is geraakt, zal het angstniveau verder stijgen wanneer het geweld zich uitbreidt. Na de oorlog daalt de spanning weer: eerst bij landen die indirect bij de oorlog waren betrokken, daarna bij de anderen. Ook de economie speelt een rol. Als het economisch goed gaat, is het angstniveau lager dan in periodes van economische crises. 20

Een korte vergelijking van het Scandinavisch, Rijnlands-en Anglo- Amerikaans economisch model

Een korte vergelijking van het Scandinavisch, Rijnlands-en Anglo- Amerikaans economisch model Een korte vergelijking van het Scandinavisch, Rijnlands-en Anglo- Amerikaans economisch model Myriam Lieskamp 05-2009 Inleiding Bovenberg (in NRC Handelsblad, 31-03-2009) stelt dat drie pijlers het economische

Nadere informatie

Verschil moet er zijn... Verschil Verschil Verschil Verschil Verschil Verschil Verschil. moet er zijn... Drs. Elisabeth A.

Verschil moet er zijn... Verschil Verschil Verschil Verschil Verschil Verschil Verschil. moet er zijn... Drs. Elisabeth A. Verschil Verschil Verschil Verschil Verschil Verschil Verschil moet er zijn... Drs. Elisabeth A. Buth-de Korver Verschil moet er zijn... Drs. Elisabeth A. Buth-de Korver Colofon Uitgever: Uitgeverij Angerenstein

Nadere informatie

De 10 tips voor. Succesvol Communiceren

De 10 tips voor. Succesvol Communiceren De 10 tips voor Succesvol Communiceren Wat je geeft, ontvang je terug ICM Uitgave De 10 tips voor Succesvol Communiceren Extra tip: Print dit 10 tips e-book voor optimaal resultaat 1 De 10 tips voor Succesvol

Nadere informatie

Discriminatiemonitor niet-westerse migranten op de arbeidsmarkt 2010

Discriminatiemonitor niet-westerse migranten op de arbeidsmarkt 2010 Discriminatiemonitor niet-westerse migranten op de arbeidsmarkt 2010 Discriminatiemonitor niet-westerse migranten op de arbeidsmarkt 2010 Eline Nievers en Iris Andriessen (red.) Sociaal en Cultureel Planbureau

Nadere informatie

De professionele professional

De professionele professional De professionele professional De andere kant van het debat over ruimte voor professionals Arre Zuurmond, Jorrit de Jong M.m.v: N. Damen, F.J. Douglas, P. Keur, M. Minderhout en T. Monasso Inhoudsopgave

Nadere informatie

Pesten. op het werk. www.aclvb.be

Pesten. op het werk. www.aclvb.be Pesten op het werk www.aclvb.be Pesten op het werk www.aclvb.be D/1831/2009/7/16000 V.U.: Jan Vercamst, Koning Albertlaan 95 9000 Gent Inhoud Woord vooraf... 4 Inleiding... 5 1. Wat is pesten?... 7 1.

Nadere informatie

Diversiteit op de werkvloer: hoe werkt dat? Voorbeelden van diversiteitsbeleid in de praktijk

Diversiteit op de werkvloer: hoe werkt dat? Voorbeelden van diversiteitsbeleid in de praktijk Diversiteit op de werkvloer: hoe werkt dat? Voorbeelden van diversiteitsbeleid in de praktijk Nederlandse Organisatie voor toegepastnatuurwetenschappelijk onderzoek TNO S. de Vries, C. van de Ven, M. Nuyens,

Nadere informatie

Puberaal, lastig of radicaliserend?

Puberaal, lastig of radicaliserend? Puberaal, lastig of radicaliserend? Grensoverschrijdend gedrag van jongeren in het onderwijs Ine Spee Maartje Reitsma KPC Groep, s-hertogenbosch 2010 Deze publicatie is tot stand gekomen met subsidie van

Nadere informatie

Van school naar werk.

Van school naar werk. Van school naar werk. Samen werken aan een veilige en gezonde loopbaan Visies en ideeën voor een preventiecultuur bij jongeren Inhoud Inleiding... 4 Assuralia en de jongeren... 5 Deel I : Jongeren en

Nadere informatie

Ouderbetrokkenheid bij school ontstaat niet vanzelf

Ouderbetrokkenheid bij school ontstaat niet vanzelf 1 Ouderbetrokkenheid bij school ontstaat niet vanzelf Een inventarisatie van de behoefte aan dienstverlening van de school en van onderwijsorganisaties aan de ouders Werkgroep ouderbetrokkenheid, ingesteld

Nadere informatie

TNO-rapport Aan de slag met diversiteit. Praktische tips voor HR-beleid. Sjiera de Vries. Cristel van de Ven. Thijs Winthagen

TNO-rapport Aan de slag met diversiteit. Praktische tips voor HR-beleid. Sjiera de Vries. Cristel van de Ven. Thijs Winthagen TNO-rapport Aan de slag met diversiteit Praktische tips voor HR-beleid Sjiera de Vries Cristel van de Ven Thijs Winthagen TNO-rapport Aan de slag met diversiteit: Praktische tips voor HR-beleid Nederlandse

Nadere informatie

Lessen over diversiteitsbeleid. bij gemeenten, provincies en waterschappen

Lessen over diversiteitsbeleid. bij gemeenten, provincies en waterschappen Lessen over diversiteitsbeleid 1 bij gemeenten, provincies en waterschappen 2 L e s s e n o v e r d i v e r s i t e i t s b e l e i d b i j g e m e e n t e n, provincies en waterschappen 3 Lessen over

Nadere informatie

Sturen op cultuur en gedrag

Sturen op cultuur en gedrag www.pwc.nl/corporategovernance Sturen op cultuur en gedrag Praktijkervaringen, dilemma s en best practices van toezichthouders in de publieke sector Corporate Governance Bij PwC in Nederland werken ruim

Nadere informatie

Leven in niet vanzelfsprekende vrijheid

Leven in niet vanzelfsprekende vrijheid Leven in niet vanzelfsprekende vrijheid Liesbeth Noordegraaf-Eelens Martijn van der Steen Paul Frissen Nederlandse School voor Openbaar Bestuur 1 dr. Liesbeth Noordegraaf Eelens is docent bij de Erasmus

Nadere informatie

Verkenning. Leraar zijn

Verkenning. Leraar zijn Verkenning Leraar zijn Leraar zijn Meer oog voor persoonlijke professionaliteit Colofon De Onderwijsraad is een onafhankelijk adviescollege, opgericht in 1919. De raad adviseert, gevraagd en ongevraagd,

Nadere informatie

Omgaan met verschillen op het snijvlak van pedagogisch en didactisch handelen

Omgaan met verschillen op het snijvlak van pedagogisch en didactisch handelen Omgaan met verschillen op het snijvlak van pedagogisch en didactisch handelen Een verkenning Klaas Hiemstra Jacqueline Schoones Otto de Loor Monica Robijns APS is een toonaangevend onderwijsadviesbureau

Nadere informatie

Motivatie om te leren. Introductie. Monique Boekaerts. Eductional Practices Series 10 vertaald uit het Engels door Cordys Onderwijstrajecten

Motivatie om te leren. Introductie. Monique Boekaerts. Eductional Practices Series 10 vertaald uit het Engels door Cordys Onderwijstrajecten Monique Boekaerts Motivatie om te leren Eductional Practices Series 10 vertaald uit het Engels door Cordys Onderwijstrajecten Introductie In de afgelopen veertig jaar is er veel onderzoek gedaan naar de

Nadere informatie

Opvoeden doen we samen Laagdrempelige opvoedingsondersteuning in multi-etnische wijken

Opvoeden doen we samen Laagdrempelige opvoedingsondersteuning in multi-etnische wijken Opvoeden doen we samen Laagdrempelige opvoedingsondersteuning in multi-etnische wijken Hans Bellaart Opvoeden doen we samen Laagdrempelige opvoedingsondersteuning in multi-etnische wijken Hans Bellaart

Nadere informatie

24Hanteren van het groepsproces

24Hanteren van het groepsproces DC 24Hanteren van het groepsproces 1 Inleiding Het leven en/of participeren in groepen is waardevol. Je leeft en deelt met elkaar, oefent sociale vaardigheden, hebt samen plezier, leert van elkaar en steunt

Nadere informatie

omgaan met autisme in de klas

omgaan met autisme in de klas omgaan met autisme in de klas auteurs: Anny Hermans-Franssen Jos Zuylen kernredactie: Karin van Herpen MesoConsult b.v. Tilburg augustus 2007 september 2007 omgaan met autisme in de klas 2007 MesoConsult

Nadere informatie

Advies. De school en leerlingen met gedrags problemen

Advies. De school en leerlingen met gedrags problemen Advies De school en leerlingen met gedrags problemen De school en leerlingen met gedrags problemen Colofon De Onderwijsraad is een onafhankelijk adviescollege, opgericht in 1919. De raad adviseert, gevraagd

Nadere informatie

DEEL 1 : ALGEMENE INLEIDING

DEEL 1 : ALGEMENE INLEIDING DEEL 1 : ALGEMENE INLEIDING 12 1. De weg naar het Algemeen verslag over de armoede INLEIDING 13 Wie gelukkig is leeft in een wereld van mogelijkheden L. Apostel Niemand heeft er groot belang bij de waarheid

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Theorie van een lerende organisatie

Hoofdstuk 3 Theorie van een lerende organisatie Hoofdstuk 3 Theorie van een lerende organisatie 3.1 Inleiding De gedachte bij een lerende organisatie is, dat mensen werkelijk veranderen als mensen leren, als zij nieuwe vaardigheden leren en leren deze

Nadere informatie

Inclusief onderwijs en de praktijk in de klas in het voortgezet onderwijs

Inclusief onderwijs en de praktijk in de klas in het voortgezet onderwijs Inclusief onderwijs en de praktijk in de klas in het voortgezet onderwijs Samenvattend Rapport 2005 European Agency for Development in Special Needs Education Dit rapport is geschreven en uitgegeven door

Nadere informatie

Scholen op weg naar educatief partnerschap met ouders

Scholen op weg naar educatief partnerschap met ouders KORTLOPEND ONDERWIJSONDERZOEK Pedagogische kwaliteit 71 Scholen op weg naar educatief partnerschap met ouders Dr. C. Klaassen Scholen op weg naar educatief partnerschap met ouders Dr. C. Klaassen CIP-GEGEVENS

Nadere informatie

Sociale uitsluiting bij kinderen: omvang en achtergronden

Sociale uitsluiting bij kinderen: omvang en achtergronden Sociale uitsluiting bij kinderen: omvang en achtergronden Sociale uitsluiting bij kinderen: omvang en achtergronden Annette Roest Anne Marike Lokhorst Cok Vrooman Sociaal en Cultureel Planbureau Den Haag,

Nadere informatie

GAS-bemiddeling: stap per stap

GAS-bemiddeling: stap per stap Gemeentelijke administratieve sancties Sanctions administratives communales GAS-bemiddeling: stap per stap Dankwoord Graag danken we alle personen die ons geholpen hebben bij het tot stand komen van deze

Nadere informatie

Een goed gesprek. Over het kritisch vermogen van de werkvloer Ingrid Doorten en Marion Vermeer

Een goed gesprek. Over het kritisch vermogen van de werkvloer Ingrid Doorten en Marion Vermeer Een goed gesprek Over het kritisch vermogen van de werkvloer Ingrid Doorten en Marion Vermeer Achtergrondstudie bij het advies Garanties voor kwaliteit van zorg Inhoud Samenvatting 3 1. Inleiding 7 2.

Nadere informatie

In opdracht van: Member Care Nederland

In opdracht van: Member Care Nederland Landen na de (terug)reis Praktische informatie bij de re-entry van Mission Kids Voor zendingsorganisaties, kerken, thuisfrontcommissies, ouders van Mission Kids en Mission Kids In opdracht van: Member

Nadere informatie