Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen"

Transcriptie

1 Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen

2 COLOFON Opdracht: Tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen Passende beoordeling Opdrachtgever: Gemeentelijke Havenbedrijf Antwerpen Hofstraat Antwerpen Opdrachthouder: Antea Belgium N.V. Roderveldlaan Antwerpen Tel 03/ Fax 03/ BTW: BE RPR Antwerpen IBAN: BE BIC: KREDBEBB Antea Group is gecertificeerd volgens ISO9001 Identificatienummer: /kgo Datum: status / revisie: 17 mei 2016 Conceptrapport Vrijgave: Cedric Vervaet Projectmedewerkers: Kristof Goemaere, MER deskundige fauna & flora Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 2 van 38

3 INHOUD Inhoud Inleiding Waarom een Passende Beoordeling Passende beoordeling: inleiding Opbouw Passende Beoordeling Algemeen kader van de Passende Beoordeling Algemene Natura 2000 doelstellingen Beoordelingscriteria Algemene Natuurtoets Soortenbeschermingsprogramma Antwerpse haven Situering en beschrijving van het project Situering Technische beschrijving van het project Beschrijving van de natuurwaarden in het gebied Beschrijving SBZ Beoordeling van de effecten Inleiding en methodologie Effecten op aanwezige visfauna Effecten op avifauna Effecten op vleermuizen Effecten op andere HRL-soorten Relatie met soortbeschermingsprogramma Antwerpse haven Milderende maatregelen Eindbeoordeling Referenties Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 3 van 38

4 TABELLEN Tabel 3-1: Overzicht broedvogelgegevens Verrebroekse plassen Tabel 3-2: Vleermuizenactiviteit oostelijke rietplas Tabel 3-3: Vleermuizenactiviteit westelijke lepelaarsplas Tabel 3-4: Resultaten analyses waterkwaliteit Verrebroekse Plassen (INBO) Tabel 3-5; Aangemelde soorten VRL Schorren en polders van de Beneden-Schelde Tabel 3-6: Kwantitatieve instandhoudingsdoelstellingen voor broedende en niet broedende vogels volgens Van Hove et al FIGUREN Figuur 1-1: Situering projectgebied... 5 Figuur 1-2: Situering van het project binnen het Vogelrichtlijngebied Schorren en Polders van de Beneden-Schelde... 6 Figuur 1-3: Situering netwerk aan ecologische infrastructuur binnen het havengebied... 6 Figuur 3-1: Situering van het projectgebied op de luchtfoto Figuur 3-2: Lepelaarskolonie Verrebroekse plassen Figuur 3-3: Overzicht overwinterende watervogels/steltlopers Figuur 5-1: Planningsvoorstel vooronderzoek werken Verrebroekdok Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 4 van 38

5 1 Inleiding Deze Passende beoordeling wordt opgesteld in het functie van het uitvoeren van onderzoekswerkzaamheden ter hoogte van de Verrebroekse plassen, binnen het Antwerpse Havengebied op de Linkerscheldeoever. Het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen onderzoekt de mogelijkheid tot het uitvoeren van een aantal vooronderzoeken i.f.v. de realisatie van de uitbreiding van het Verrebroekdok. Het doel van voorliggend project is het uitvoeren van vooronderzoeken in kader van de uiteindelijke realisatie van het Verrebroekdok. Dit project behelst uitsluitend het tijdelijk droogzetten van de Verrebroekse plassen i.f.v. vooronderzoeken. De definitieve inname van deze zones i.f.v. de realisatie van de uitbreiding van het Verrebroekdok is voorwerp van een Milieu-effectenrapport en bijhorende passende beoordeling en vormt geen onderdeel van voorliggend project. Het projectgebied wordt gevormd door de grenzen van het gebied Verrebroekse plassen zoals gesitueerd op onderstaande figuur. De werkzaamheden vinden plaats binnen de waterplassen van het gebied. Figuur 1-1: Situering projectgebied Gelet op de ligging in Vogelrichtlijngebied en de aanduiding van de zone is een passende beoordeling noodzakelijk. Hier wordt op ingegaan verder in deze passende beoordeling. Op onderstaande figuur 1-2 wordt het project gesitueerd t.o.v. de aanduiding als Vogelrichtlijngebied Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 5 van 38

6 Figuur 1-2: Situering van het project binnen het Vogelrichtlijngebied Schorren en Polders van de Beneden-Schelde Figuur 1-3: Situering netwerk aan ecologische infrastructuur binnen het havengebied Gezien de voorgenomen activiteit binnen de zone kan een negatief effect op deze gebieden niet op voorhand uitgesloten worden en bijkomend studiewerk hiervoor is noodzakelijk. Een aftoetsing t.a.v. de doelen van het Vogelrichtlijngebied zal dan ook noodzakelijk zijn. Voorliggende passende beoordeling zal hierover uitsluitsel geven. Ook dient rekening gehouden met de natuurwaarden in zijn totaliteit. Op bovenstaande Figuur 1-3 wordt het netwerk aan ecologische infrastructuur weergegeven binnen de haven. De Verrebroekse plassen zijn aangeduid als compensatiegebied tijdelijk broedgebied voor de bruine kiekendief. Het gebied heeft binnen het Vogelrichtlijngebied de functie van tijdelijk Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 6 van 38

7 natuurcompensatiegebied en is van belang voor zowel broedende, als doortrekkende en overwinterend (water)vogels. Ook voor vleermuizen is het een belangrijk foerageergebied. Deze passende beoordeling wordt gezien de aanwezige natuurwaarden uitgebreid met alle nodige elementen ten aanzien van een aftoetsing aan de bepalingen van het Natuurdecreet en het Soortenbesluit. Deze overlappen in veel gevallen met de bepalingen i.k.v. de passende beoordeling Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 7 van 38

8 2 Waarom een Passende Beoordeling 2.1 Passende beoordeling: inleiding Naar vorm is de Passende Beoordeling een schriftelijk verslag dat, met redenen omkleed, argumenten aanlevert waarom de kwaliteit en/of de integriteit van een Speciale Beschermingszone (SBZ) al dan niet wordt aangetast. Op basis van deze Passende Beoordeling kan vervolgens door de daartoe bevoegde instantie (m.n. Agentschap voor Natuur en Bos) een gemotiveerde beslissing worden genomen over de voorgenomen activiteit. Daartoe dienen een aantal stappen aan bod te komen binnen deze Passende Beoordeling. Naar opbouw en inhoud werd een volwaardige Passende Beoordeling uitgewerkt, conform de Vlaamse m.e.r.-procedure zoals die wordt geformuleerd in het Vlaamse MER-richtlijnenboek Fauna en Flora. Het gebied behoort tot Vogelrichtlijngebied Schorren en Polders van de Beneden-Schelde. Een zgn. Passende Beoordeling dient te worden opgesteld, indien er significant negatieve effecten op de natuur van een beschermd gebied verwacht kunnen worden. In deze Passende Beoordeling worden de noodzakelijke werkzaamheden voor het geplande project afgewogen aan de beheersvoorschriften van NATURA gebieden, meer bepaald aan de bepalingen van artikel 6 van de EU-habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) en aan artikel 36 ter van het Vlaamse Natuurdecreet waarin de bepalingen van de Habitatrichtlijn zijn geïmplementeerd. Het is immers belangrijk te weten of het geplande project beantwoordt aan genoemde beleidsaspecten. Voor voorliggend project nl. het uitvoeren van vooronderzoeken is er geen noodzaak tot onderzoek van directe en permanente inname van het gebied, maar wel voor het tijdelijk gebruiken en verstoren van het gebied i.f.v. de geplande onderzoeken. Dit betekent dat er in deze periode effecten kunnen optreden die ervoor kunnen zorgen dat het gebied zijn functie niet of niet volledig kan vervullen. Voorliggende passende beoordeling bespreekt de mogelijke effecten en geeft waar nodig mee waar er milderende maatregelen genomen dienen te worden. In Vlaanderen is het gebruikelijk de Passende Beoordeling-paragrafen stapsgewijs te doorlopen in een MER, en wanneer blijkt dat geen significant effect optreedt, wordt het hoofdstuk Passende Beoordeling beëindigd met vermelding van niet-significantie. Een passende beoordeling is sowieso noodzakelijk voor voorliggend project gelet op de ligging in Vogelrichtlijngebied en de aanduiding van het gebied als tijdelijk natuurcompensatiegebied. Deze Passende Beoordeling heeft volgende doelstellingen: Het toetsen van het project aan mogelijke effecten op de in het kader van de Europese aangewezen/aangemelde natuurwaarden; in het bijzonder de aangemelde natuurwaarden van het Vogelrichtlijngebied waarbinnen het project gelegen is. Waar nodig het aangeven van aanpassingen in de wijze van uitvoering van geplande ingrepen, om mogelijke effecten op beschermde natuurwaarden te beperken. Dit document bespreekt eveneens de nodige elementen om de overheid toe te laten de Natuurtoets uit te voeren en zorgt er tevens voor dat aspecten inzake het Soortenbesluit inbegrepen worden. Naast de specifieke impactbeoordeling ten aanzien van Speciale beschermingszones worden ook de nodige elementen aangehaald die de te verwachten impact op de algemene (beschermde) natuurwaarden aangeeft. 2.2 Opbouw Passende Beoordeling We kozen voor de volgende opbouw van de Passende Beoordeling: Algemeen kader van de Passende Beoordeling: o Wettelijk kader Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 8 van 38

9 o Algemene Natura 2000-aspecten o Specifieke Natura 2000-aspecten o Beoordelingscriteria Aanwezigheid soorten en habitats in de SBZ Beoordeling van de effecten van de ingreep op de SBZ Beoordeling van cumulatieve effecten op de SBZ Eventuele milderende maatregelen Conclusies Passende Beoordeling Dit wordt aangevuld en geïntegreerd met elementen uit de Vlaamse natuurwetgeving 2.3 Algemeen kader van de Passende Beoordeling De EU-Habitat- en Vogelrichtlijnen maken deel uit van de Europese regelgeving en zijn van kracht in alle Europese lidstaten. Vogelrichtlijn De Europese Gemeenschap vaardigde in 1979 Richtlijn 79/409/EEG inzake het behoud van de vogelstand uit, beter bekend als de Vogelrichtlijn. Het doel ervan is de instandhouding van alle natuurlijk in het wild levende vogelsoorten op het Europese grondgebied te bevorderen. De belangrijkste criteria voor de erkenning van Vogelrichtlijngebied betreffen: het regelmatig voorkomen van minstens 1 % van de individuen van de geografische populatie (of Europese populatie) van één of meerdere vogelsoorten (het zogenaamde 1 %-criterium) en het voorkomen van bedreigde en kwetsbare soorten die opgenomen zijn in de Bijlage I-lijst van de Europese Vogelrichtlijn. De eisen inzake de bescherming van uit hoofde van de Vogelrichtlijn aangewezen speciale beschermingszones worden omschreven in artikel 4, lid 4, eerste zin, van de Richtlijn 79/409/EEG. Daar wordt met betrekking tot die gebieden het volgende bepaald: De lidstaten nemen passende maatregelen om vervuiling en verslechtering van de woongebieden in de beschermingszones te voorkomen, alsmede om te voorkomen dat de vogels aldaar worden gestoord, voor zover deze vervuiling, verslechtering en storing, gelet op de doelstellingen van dit artikel, van wezenlijke invloed zijn. De Europese Vogelrichtlijn verplicht de lidstaten voor de in bijlage bij deze richtlijn vermelde, bijzonder te beschermen vogelsoorten, alsook voor de geregeld voorkomende trekvogels, speciale beschermingsmaatregelen te treffen. Soorten van bijlage I van de Vogelrichtlijn zijn beschermd (vogels, nestplaatsen, rustplaatsen) onafhankelijk van hun voorkomen in een speciale beschermingszone. Het projectgebied is gelegen binnen het Vogelrichtlijngebied Schorren en polders van de Beneden- Schelde (BE ). Habitatrichtlijn De Europese Habitatrichtlijn (92/43/EEG) van 21/05/92 inzake het behoud van de in het wild levende soorten en natuurlijke habitats verplicht de EU-lidstaten voor de in bijlage bij deze richtlijn vermelde, bijzonder te beschermen soorten en habitats speciale beschermingsmaatregelen te treffen. Voor deze soorten en habitats zijn speciale beschermingszones aangeduid. Het besluit van de Vlaamse Regering van 1996 duidt 38 speciale beschermingszones (i.c. Habitatrichtlijngebieden) aan. Het projectgebied is niet gelegen binnen één van deze Habitatrichtlijngebieden. Het dichtst bij gelegen Habitatrichtlijngebied betreft het Schelde en Durmeëstuarium, m.a.w. de Schelde zelf Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 9 van 38

10 Naast de speciale beschermingszones geldt voor soorten van bijlage IV van de Habitatrichtlijn een bescherming onafhankelijk van hun voorkomen in een speciale beschermingszone. Een aantal soorten van bijlage IV van de Habitatrichtlijn komen wel voor in het projectgebied. Het gaat met name om de aanwezige vleermuizen en de rugstreeppad. Daarnaast komen ook bijlage II soorten voor. Uit hoofde van de Europese regelgeving dienen ingrepen in of nabij een Speciale Beschermingszone getoetst te worden op hun effecten op soorten en habitats op grond waarvan de beschermingszone is aangewezen. Voor het verlenen van toestemming/vergunning voor de uitvoering van ingrepen is het al dan niet optreden van significant negatieve effecten op aangemelde soorten en habitats van groot belang. 2.4 Algemene Natura 2000 doelstellingen Reeds een aantal studies werden uitgevoerd en beleidsdocumenten werden opgesteld waarin staat aangegeven wat de doelstellingen zijn en wat in de verschillende Natura 2000-gebieden de gunstige staat van instandhouding van habitats en soorten is (bv. Van Vessem & Kuijken (1985)). O.a. op basis van deze studie werden de te beschermen habitats en soorten aangemeld bij Europa. De doelstellingen zijn overwegend geformuleerd in termen van behoud leefgebied in functie van behoud van de populatie. Voorliggend project heeft niet als doel invulling te geven aan de kerndoelstelling/opgave die er ligt vanuit de beleidskaders. Het doel van het project is het uitvoeren van vooronderzoeken in kader van de uiteindelijke realisatie van het Verrebroekdok. Hier wordt onderzocht of voorliggend project kan interfereren met de geformuleerde doelstellingen in termen van behoud leefgebied of populatiedoelstellingen. Op de gebieds-specifieke doelstellingen wordt teruggekomen in hoofdstuk 3.4, beschrijving van de speciale beschermingszone. 2.5 Beoordelingscriteria Ontwikkeling criteriaset In de Passende Beoordeling dienen, juridisch gezien, de effecten op aangemelde/aangewezen soorten (en habitats) te worden onderzocht. Van bijzonder belang is hierbij te onderzoeken in hoeverre de gunstige staat van instandhouding van de betreffende soorten of habitats wordt aangetast. Hierbij wordt het begrip significantie gehanteerd als te toetsen kader en daarnaast ook of de natuurlijke kenmerken van het gebied behouden blijven (zie de EU-brochure 'Beheer van Natura 2000-gebieden ). De Vogelrichtlijn geeft echter geen specifieke criteria voor de beoordeling van deze significantie. Wat is significant? Het beoordelingskader van zowel de Vogel- als de Habitatrichtlijn is gebaseerd op het voorzorgsprincipe: 'nee, tenzij...'. In de Vogel- en Habitatrichtlijn spelen de begrippen 'significant effect op de instandhoudingsdoelstelling' en 'aantasting van de natuurlijke kenmerken van het gebied' een hoofdrol. Daarom dienen we de term significant nader te verduidelijken. Een significant effect kan in zijn algemeenheid als volgt worden omschreven: - veranderingen in abiotische situatie en de ruimtelijke structuur, die de natuurlijke dynamiek te boven gaan en het leefmilieu van planten- en/of diersoorten zodanig beïnvloeden dat er letterlijk unieke situaties verloren dreigen te gaan of ecologische processen blijvend worden verstoord, of het voortbestaan van populaties van nationaal zeldzame soorten of voor dat systeem kenmerkende soorten op termijn niet meer op hetzelfde niveau verzekerd is, dan wel de betekenis van een gebied voor soorten aanmerkelijk afneemt (naar EU 2000) Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 10 van 38

11 Uitwerking criteriaset Is er betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken van de SBZ (Speciale Beschermingszone)? Hierbij wordt nagegaan of er een aantasting plaatsgrijpt die meetbare en aantoonbare gevolgen heeft voor de natuurlijke kenmerken van het SBZ, in de mate er meetbare en aantoonbare gevolgen zijn voor de staat van instandhouding van de soort(en) of de habitat(s) waarvoor de betreffende SBZ is aangewezen of voor de staat van instandhouding van de soort(en) vermeld in bijlage III van het Decreet Natuurbehoud (= soorten van de Bijlage IV van de Habitatrichtlijn) die in de betreffende SBZ voorkomen. De natuurlijke kenmerken van een SBZ is het geheel van biotische en abiotische elementen, samen met hun ruimtelijke en ecologische kenmerken en processen, die nodig zijn voor de instandhouding van: a) de natuurlijke habitats en de habitats van de soorten waarvoor de betreffende SBZ is aangewezen (zijn per gebied opgelijst in de wetenschappelijke rapporten van de aanwijzing van de SBZ-V en de SBZ-H) b) de soorten vermeld in bijlage III c) de coherentie van het Natura 2000-netwerk De begrippen instandhouding, staat van instandhouding van een soort en staat van instandhouding van een habitat zijn gedefinieerd in art. 2 van het Decreet Natuurbehoud. Instandhouding: het geheel van maatregelen die nodig zijn voor het behoud of herstel van habitats en populaties van wilde dier- en plantensoorten in een gunstige staat van instandhouding. De staat van instandhouding van een habitat wordt als gunstig beschouwd wanneer: - het natuurlijke verspreidingsgebied van de habitat en de oppervlakte van die habitat binnen dat gebied stabiel zijn of toenemen; - de nodige specifieke structuur en functies voor behoud op lange termijn bestaan en in de afzienbare toekomst vermoedelijk zullen blijven bestaan; - de staat van instandhouding van de voor die habitat gunstige typische soorten gunstig is. De staat van instandhouding van een soort wordt als gunstig beschouwd wanneer: - uit populatiedynamische gegevens blijkt dat de betrokken soort nog altijd een levensvatbare component is van de habitat waarin de soort voorkomt en dat vermoedelijk op lange termijn zal blijven; - het natuurlijke verspreidingsgebied van die soort niet kleiner wordt of binnen afzienbare tijd lijkt te zullen worden; - er een voldoende grote habitat bestaat en waarschijnlijk zal blijven bestaan om de populaties van die soort op lange termijn in stand te houden; Staat van instandhouding van een habitat: de som van de invloeden die op de betrokken habitat en de daar voorkomende typische soorten inwerken en op lange termijn een verandering kunnen bewerkstelligen in de natuurlijke verspreiding, de structuur en de functies van die habitat of die van invloed kunnen zijn op het voortbestaan op lange termijn van de betrokken typische soorten in het Vlaamse Gewest; Staat van instandhouding van een soort: het effect van de som van de invloeden die op de betrokken soort inwerken en op lange termijn een verandering kunnen bewerkstelligen in de verspreiding en de grootte van de populaties van die soort in het Vlaamse Gewest; Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 11 van 38

12 Het betekenisvolle karakter van een aantasting moet worden vastgesteld in het licht van de instandhoudingdoelstellingen van het gebied zelf, en in het licht van de bijdrage die het gebied levert aan de ecologische samenhang van het Natura 2000-netwerk. Het is daarom niet mogelijk om per habitat of soort een overal geldende kwantificering te doen van die significantie. Het belang van een vermindering van de oppervlakte die door de habitats of de leefgebieden van soorten in kwestie in de SBZ ingenomen wordt, wordt (voor ieder SBZ afzonderlijk) geëvalueerd in het licht van de totale oppervlakte van deze SBZ en van de integriteit van het gebied. Teneinde te bepalen of een aantasting betekenisvol is in het licht van de doelstellingen van de richtlijn, wordt gebruik gemaakt van volgende factoren: - de omvang van het natuurlijk verspreidingsgebied van het habitat (hierbij wordt ook gekeken naar de voor dat habitat typische soorten - zie habitatfiches) - de omvang van het natuurlijk verspreidingsgebied van die soort (de voor die soort geschikte habitats - zie soortenfiches) - de populatieomvang van de betrokken soort(en) - het bestaan van een voldoende groot habitat om de populaties van die soort op lange termijn in stand te houden en - het belang van het netwerk hierin. Zie art. 2, 36, Decreet Natuurbehoud dat bepaalt wanneer de staat van instandhouding van een habitat en van een soort als gunstig wordt beschouwd. Neem de randvoorwaarden en verzachtende maatregelen die gesteld worden aan de activiteit of het plan op in de stedenbouwkundige voorschriften of de vergunning - zodat werken en handelingen die mogelijk een betekenisvolle aantasting kunnen hebben op de habitats en soorten waarvoor het SBZ is aangewezen of op de Bijlage III soorten die daar voorkomen niet gepland/vergunbaar zijn. 2.6 Algemene Natuurtoets Artikel 16 van het Natuurdecreet stelt dat in het geval van een vergunningsplichtige activiteit de bevoegde (vergunningverlenende) overheid er zorg voor draagt dat er geen vermijdbare schade kan ontstaan, door de vergunning te weigeren of door redelijkerwijze voorwaarden op te leggen om de schade te voorkomen, te beperken of te herstellen. De algemene natuurtoets gaat na of vermijdbare schade wordt veroorzaakt. Vermijdbare schade is de schade die kan vermeden worden door de activiteit op een andere wijze uit te voeren (bijvoorbeeld met andere materialen, op een andere plaats, ). Vermijdbare schade kan ook verstaan worden als schade die de exploitant kan vermijden door het aanpassen van zijn exploitatie, het nemen van voorzorgsmaatregelen, enz. die in de praktijk haalbaar zijn en niet leiden tot de onwerkbaarheid van de exploitatie (De Smedt et al. 2007). Onvermijdbare schade of schade die onvermijdelijk voortvloeit uit een activiteit ongeacht de wijze waarop men de activiteit uitvoert (zie ), valt dus niet onder het toepassingsgebied van de natuurtoets (Larmuseau et al. 2010). Het loutere feit dat een vergunningsplichtige activiteit kan leiden tot natuurschade impliceert niet automatisch dat de vergunning moet worden geweigerd op basis van de natuurtoets. Een schadelijke activiteit kan de natuurtoets ook doorstaan indien de negatieve effecten ervan worden opgevangen door maatregelen die worden voorzien in een compensatiedossier (Larmuseau et al. 2010). Naast de bepaling van het Natuurdecreet is het Soortenbesluit 1 van toepassing. Artikel 10 en 14 zijn hier het meest relevant. Artikel 10: 1. Ten aanzien van specimens van beschermde diersoorten zijn de volgende handelingen verboden: 1 Besluit van de Vlaamse Regering met betrekking tot soortenbescherming en soortenbeheer (dd. 15/05/2009) Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 12 van 38

13 1 het opzettelijk doden; 2 het opzettelijk vangen; 3 het opzettelijk en betekenisvol verstoren, in het bijzonder tijdens de perioden van de voortplanting, de afhankelijkheid van de jongen, de overwintering en tijdens de trek. Een gelijkaardig bepaling geldt voor beschermde plantensoorten of andere soorten organismen die in de bijlagen van het Soortenbesluit opgenomen zijn.. Artikel 14: 1 Het is verboden de nesten van beschermde vogelsoorten of de voortplantingsplaatsen of rustplaatsen van andere beschermde diersoorten dan vogels opzettelijk te vernielen, te beschadigen of weg te nemen Bovenstaande bepalingen van het soortenbesluit dienen op populatieniveau gezien te worden. In deze nota zijn alle elementen aanwezig om de natuurtoets te kunnen uitvoeren. 2.7 Soortenbeschermingsprogramma Antwerpse haven Binnen de Antwerpse haven zijn een aantal gebieden in het kader van het project de Antwerpse haven natuurlijker aangeduid als ecologische infrastructuur, al dan niet met een permanent karakter. Het doel van dit project is de concrete afbakening van een ecologische infrastructuur binnen het havengebied en de opmaak van inrichtings- en beheersplannen voor deze infrastructuur. Dit past binnen de doelstelling van het RSV om 5% ecologische infrastructuur af te bakenen in de Vlaamse havengebieden. De ecologische infrastructuur bestaat uit kerngebieden, corridors, stapstenen, Permanente ecologische infrastructuur wordt in principe niet ingenomen door havenactiviteiten. Binnen het Antwerps havengebied werd een gebiedsgericht soortenbeschermingsprogramma uitgewerkt. Het Soortenbeschermingsprogramma heeft als doel beschermde soorten waarvoor het havengebied een belangrijke vindplaats is in stand te houden op het niveau van het havengebied. In 2014 werden individuele soortenbeschermingsprogramma s goedgekeurd voor de rugstreeppad, blauwborst, gierzwaluw, huiszwaluw, wit bosvogeltje, moeraswespenorchis, groenknolorchis, bruin blauwtje, vleermuizen, zwartkopmeeuw, bruine kiekendief en slechtvalk. Recent werd dit soortenbeschermingsprogramma goedgekeurd. Dit programma hangt tevens gedeeltelijk samen met de ecologische infrastructuur (zie eerder Figuur 1-3 ) Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 13 van 38

14 3 Situering en beschrijving van het project 3.1 Situering Het projectgebied is gelegen op de Linkerscheldeoever binnen het Antwerpse Havengebied. Het projectgebied werd afgebakend als de volledige zone van de Verrebroekse plassen en omgeving, doch de onderzoeken die gepland zijn, focussen zich voornamelijk op de zones die actueel waterhoudend zijn. Op onderstaande figuur worden de deelgebieden gesitueerd en de watergang van de Oude Landen. Deze deelgebieden zijn belangrijk bij de verdere bespreking en het uitwerken van maatregelen. Figuur 3-1: Situering van het projectgebied op de luchtfoto 3.2 Technische beschrijving van het project Voorliggend project heeft betrekking op het uitvoeren van een aantal onderzoeken ter hoogte van de Verrebroekse plassen nabij het huidige Verrebroekdok. In kader van de verdere uitbreiding van het Verrebroekdok en de hieraan verbonden ontwikkeling van industrieterrein voor havengebonden bedrijven, worden een aantal onderzoeken voorbereid. Voor de uiteindelijke realisatie van het Verrebroekdok en alle hieraan gekoppelde ontwikkelingen wordt actueel een milieueffectenrapport opgemaakt. In dit MER wordt tevens een passende beoordeling opgenomen die de impact van de werken op de natuurwaarden (i.c. het Vogelrichtlijngebied) beschrijft. Voorliggend dossier heeft betrekking op het uitvoeren van een aantal onderzoeksdaden voorafgaand aan de start van de uiteindelijke werken voor de uitbreiding van het Verrebroekdok. Voorafgaand aan de werken dient namelijk nog archeologisch, milieuhygiënisch en grondmechanisch onderzoek te gebeuren. Deze werken kunnen actueel niet plaatsvinden, gezien het gebied volledig Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 14 van 38

15 onder water staat en de Verrebroekse plassen vormen. Het water is evenwel te ondiep om dit te kunnen uitvoeren vanaf het water bvb. gebruik makend van een ponton. Dit heeft als gevolg dat het water in het gebied volledig weggepompt zal moeten worden om deze werken te kunnen uitvoeren. Het GHA heeft het voornemen om deze werken uit te voeren komend najaar, nl. vanaf augustus Het voorstel betreft om in 2 fasen te werken waarbij de twee gedeeltes (westelijke en oostelijke plas) afzonderlijk droog gezet worden. Eenmaal de desbetreffende plas droog getrokken is, zullen de onderzoeken plaatsvinden. Een detailfasering wordt verder in dit dossier opgenomen. Details over de onderzoeken en te gebruiken technieken zijn actueel nog niet gekend en zullen door de respectievelijke aannemers bepaald worden (eventueel mits specifieke voorschriften als deze volgen vanuit deze passende beoordeling). Wel zijn er een aantal standaardtechnieken waarvan gebruik gemaakt kan worden: Archeologisch onderzoek: boringen of het graven van proefsleuven na desktop vooronderzoek Milieuhygiënisch onderzoek: boringen/staalnames verspreid over het terrein na desktop vooronderzoek Grondmechanisch onderzoek: uitvoeren van sonderingen op geregelde afstand op de locatie van de toekomstige kaaimuren van het Verrrebroekdok. Het gaat om vrij beperkte werkzaamheden: staalnames en sonderingen in functie van het bepalen van de basisgegevens die noodzakelijk zijn om de werkzaamheden die zullen volgen vanaf 2017/2018 verder voor te bereiden. Het gebied zal betreden worden vanaf de zones waar dit het best toegankelijk is. Dit zal manueel gebeuren maar ook machinaal (sondeerrups). De onderzoeken zijn niet van die omvang dat deze het gebied zullen sterk veranderen of beschadigen, wel is het tijdelijk droogzetten van de plassen een element dat tot een verstoring kan leiden van de functie van het gebied. Zonder het water weg te pompen kan het gebied niet betreden worden en kunnen de onderzoeken niet plaatsvinden. De belangrijkste ingreep is hier dus het tijdelijk droogzetten van de desbetreffende zones waardoor de betrokken zones hun functie tijdelijk zullen verliezen tijdens de onderzoeken. De werkzaamheden die hier zullen plaatsvinden zijn zeer beperkt van aard, maar zorgen er wel voor dat de fauna die van deze zone gebruik maken dit niet meer zullen kunnen doen tijdens de werkzaamheden. Ook kunnen de werkzaamheden een naijlend effect hebben en kan er door het droogzetten of hervullen van de plassen schade veroorzaakt worden die ook in het hierna volgende broedseizoen nog een effect heeft. Gezien het gebied actueel volledig functioneel dient te zijn als tijdelijk natuurcompensatiegebied is het noodzakelijk om via voorliggende passende beoordeling (en toets aan het soortenbesluit) na te gaan of de ingrepen het tijdelijk en verder functioneren van het gebied niet in het gedrang brengen Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 15 van 38

16 3.3 Beschrijving van de natuurwaarden in het gebied Inleiding Het projectgebied is gelegen binnen het Vogelrichtlijngebied (SBZ-V) Schorren en polders van de benedenschelde (BE ). Het dichtstbij gelegen Habitatrichtlijngebied (SBZ-H) is het gebied Schelde- en Durmeëstuarium van de Nederlandse grens tot Gent (BE ) op 4,5 km van de geplande werfzone. Het dichtst bij gelegen VEN-gebied is het gebied De Wase Scheldepolders op 1,5 km ten noordwesten van de projectzone. Het projectgebied ligt ten zuiden van het huidige Verrebroekdok. Dit gebied bestaat hoofdzakelijk uit zoetwaterplassen en is ontstaan doordat het gebied zijn afwatering verloor na de aanleg van het Verrebroekdok. Het gebied staat het volledige jaar onder water, in het westelijke deel gaat het voornamelijk om een open diepere plas. De plassen waren voorheen eerst licht brak van karakter, doch hebben doorheen de jaren hun brakke karakter verloren door de aanvoer van regenwater. Het oostelijke deel bestaat uit een zeer gevarieerd gebied, met een substantiële oppervlakte riet, open water, eilandjes en wilgenbosjes. Verschillende stadia van verlanding en de variabele waterdiepte zorgen voor een grote verscheidenheid aan biotopen, met een belangrijke aantrekkingskracht naar fauna toe. Tussen beide deelzones in zorgt de watergang van de Oude landen voor de afvoer van het water van de achterliggende polder. Deze watergang vormt de scheiding tussen beide deelgebieden. Deze watergang herbergt in principe grotendeels zoet water, afhankelijk van de mate van doorvoer vanuit het pompstation De watermolen. De watergedeeltes zijn bepalend voor het gebied en van groot belang in kader van voorliggend dossier Avifauna De Verrebroekse plassen behoren actueel tot één van de belangrijkste kerngebieden voor vogels van het Linkerscheldeoevergebied. Voornamelijk voor broedvogels van plas en oever en riet en water is het een belangrijk gebied. Aalscholver en lepelaar hebben er kolonies, de enige van het Linkerscheldeoevergebied. Het gebied was bij aanvang belangrijk voor weidevogels en pionierssoorten gezien het een zeer kaal en open gebied betrof; Het gebied is in de loop der jaren minder belangrijk geworden voor weidevogels en vogels van strand en plas, voornamelijk door de verlopende vegetatiesuccessie rond de plassen en de opkomst van riet/boomopslag. Ook voor riet en water is er actueel een licht negatieve evolutie. De verbossing van de rietvelden en omliggende zones speelt hier mee, de rietoppervlakte blijkt recentelijk af te nemen. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de broedvogelresultaten van het gebied van de periode Tabel 3-1: Overzicht broedvogelgegevens Verrebroekse plassen Vogels van plas en oever Dodaars Geoorde Fuut Aalscholver Grote zilverreiger Lepelaar Knobbelzwaan Bergeend Krakeend Slobeend Zomertaling Kuifeend Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 16 van 38

17 Krooneend Tafeleend IJsvogel Oeverzwaluw Vogels van riet en water Roerdomp Bruine kiekendief Waterral Blauwborst Graszanger Sprinkhaanzanger Rietzanger Kleine karekiet Bosrietzanger Baardmannetje Rietgors Vogels van weidevogelgebied Kievit Scholekster Grutto Wulp Tureluur Veldleeuwerik Graspieper Gele kwikstaart Vogels van strand en plas Kluut Steltkluut Kleine plevier Bontbekplevier Strandplevier Zwartkopmeeuw Kokmeeuw Visdief Roodborsttapuit Het gebied heeft verder doelen voor de bruine kiekendief, met name i.f.v. tijdelijk broedgebied en foerageergebied. De soort komt er reeds geruime tijd niet meer tot broeden. Het tegenhouden van de verruiging van het riet in de Verrebroekse plassen i.f.v. deze soort behoort tot de doelen van het soortbeschermingsprogramma voor de soort. In de winter heeft het gebied een grote aantrekkingskracht op overwinterende eenden. In het broedseizoen heeft het gebied een grote waarde voor tal van riet- en watervogels. Sedert 2003 is het gebied een vaste broedplaats voor de lepelaar (Platalea leucorodia). Met uitzondering van enkele broedpogingen in het Zwin komt deze soort in België enkel in de Verrebroekse plassen vast tot broeden. Recentelijk (2014/2015) zijn er eveneens een aantal broedgevallen in natuurreservaat de Blankaart in Diksmuide. Er zijn een paar broedgevallen tussen de blauwe reigers. De soort broedt in de Verrebroekse plassen jaarlijks in wisselende aantallen (ca broedkoppels). De vogels foerageren in het gebied, Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 17 van 38

18 langs de Schelde en op Nederlands grondgebied in het Verdronken land van Saeftinge. Daarnaast gebruiken ze ook de andere natuurkern- of (tijdelijke) compensatiegebieden op de Linkerscheldeoever. Daarnaast broeden er in de Verrebroekse plassen ook nog tal van regionaal zeldzame soorten, alsook soorten van de bijlage I van de Europese Vogelrichtlijn. Figuur 3-2: Lepelaarskolonie Verrebroekse plassen (foto: INBO 2011) Het gebied is tevens een belangrijk pleister-, rui- en overwinteringsgebied voor watervogels: wilde eend, slobeend, tafeleend en kuifeend zijn de soorten met de belangrijkste aantallen. Op onderstaande figuur wordt een overzicht gegeven van de aantallen van de voornaamste soorten en hun aandeel t.o.v. de totalen op Linkeroever. Figuur 3-3: Overzicht overwinterende watervogels/steltlopers Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 18 van 38

19 3.3.3 Vleermuizen Onder de zoogdieren spreken we voornamelijk over de aanwezigheid van vleermuizen, gezien de beschermingsgraad en het belang van de populaties van deze soorten. In kader van de monitoring van het Linkerscheldeoevergebied werd verschillende malen gewerkt met batdetectoren in de Verrebroekse plassen (en aangrenzende gebieden). Volgende soorten werden aangetroffen: gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis, watervleermuis, meervleermuis, laatvlieger en rosse vleermuis. De Verrebroekse plassen vormen voor de meeste soorten een uitstekend foerageergebied, voor heel wat soorten werden hoge intensiteiten en vangstpieken geregistreerd. Het gebied is voornamelijk geschikt als foerageergebied, het fungeert veel minder als verbindingszone. Deze functie is vooral weggelegd voor de waterlopen/watergangen in de randzone. De Nieuwe watergang en Zoetwaterkreek werden tijdens onderzoek in 2010 bevestigd als belangrijkste foerageergebied van de Meervleermuis. Veel vleermuizen beginnen de nacht langs de Nieuwe watergang en verspreiden zich daarna verder doorheen het gebied. De watervleermuis komt het gebied binnen langs de zuidelijke watergang en verspreidt zich vooral langs de corridor tussen Verrebroek en Kieldrecht. Via deze weg bereikt de soort de Verrebroekse plassen en de Zoetwaterkreek. De zone van het Spaans Fort valt ook goed binnen dit systeem (ISBPP Meervleermuis, Gyselings Ralf, 2014). Er wordt gesteld dat de Verrebroekse plassen één van de belangrijkste foerageergebieden vormt voor vleermuizen op de Linkerscheldeoever. Het gebied werd recentelijk opnieuw onderzocht op de foerageeractiviteit van vleermuizen, het aanwezig zijn van vliegroutes van/naar het gebied en de verdeling van de activiteit doorheen het gebied. Naast bovenstaand vermelde soorten kunnen nog andere soorten gebruik maken van het gebied of er tijdelijk foerageren, doch dit is eerder beperkt en minder relevant in kader van voorliggend dossier. De details van de recentste onderzoeken naar het voorkomen van vleermuizen zijn actueel nog niet volledig ter beschikking, gezien de onderzoeksresultaten nog gerapporteerd dienen te worden. Wel is er al voldoende gegevens gekend en kunnen deze hier samengevat worden. In onderstaande tabellen (Bron: INBO januari 2016, Ralf Gyselings) wordt een overzicht gegeven van de resultaten van een representatieve nacht vleermuizenactiviteit in de Verrebroekse plassen (september 2015). Dit werd uitgevoerd aan de hand van automatische vleermuizendetectoren in het gebied, die geplaatst werden in de 2 deelgebieden van de Verrebroekse plasssen. In de tabel wordt het aantal passages weergegeven, waarbij een passage gedefinieerd is als een vijf seconden interval. Tijdens deze passages kan ook vastgesteld worden of er vangstactiviteit is (detectie van vangstbuzz op detector). Deze vangstactiviteit is een maat voor het gebruik van het gebied als foerageergebied/voedselgebied. Passages duiden niet noodzakelijk op het gebruik als foerageergebied, maar kunnen duiden op doorpassage. De vangstratio is de verhouding van het aantal vastgestelde vangstmomenten t.o.v. het aantal passages. (Bron: Ralf Gyselings, INBO). Tabel 3-2: Vleermuizenactiviteit oostelijke rietplas soort aantal passages vangst momenten vangst ratio Gewone dwergvleermuis % Ruige dwergvleermuis % Gewone / Ruige dwergvleermuis % Watervleermuis % Rosse Vleermuis % Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 19 van 38

20 Tabel 3-3: Vleermuizenactiviteit westelijke lepelaarsplas soort aantal passages vangst momenten vangst ratio Gewone dwergvleermuis % Ruige dwergvleermuis % Gewone / Ruige dwergvleermuis % Watervleermuis % Rosse Vleermuis % Laatvlieger 1 0 0% Er werd een hogere activiteit vastgesteld bij de westelijke plas, voornamelijk voor wat betreft de dwergvleermuizen. Het verschil in dwergvleermuisactiviteit komt waarschijnlijk doordat de detector op de oostelijke plas verder in het water stond, en dus verder verwijderd van bomen en struiken waarrond deze dwergvleermuizen voornamelijk foerageren. De activiteit van watervleermuis was duidelijk hoger op de oostelijke rietplas, en het aantal vangstmomenten is in verhouding tot het aantal passages ook veel groter. Er kan dan ook gesteld worden dat er op de oostelijke rietplas meer voedsel aangetroffen wordt voor de soort en dit het primaire foerageerhabitat is in dit gebied. De kernzones voor vleermuizen situeren zich bijgevolg ter hoogte van de oostelijke plas en in de zuidwestelijke hoek van de lepelaarsplas. Kernzones betekenen hier de zones waar de hoogste foerageeractiviteit zich situeert. Deze zones zijn vrij beschut, hier is veel vegetatie aanwezig langs de randen (wilgenstruweel/bomen) of in het water (vnl. riet). Soortspecificiteit speelt hier ook een rol, meervleermuis, rosse vleermuis en laatvlieger jagen in opener gebieden en deze zullen ook grote wateroppervlakken oversteken. In de zuidelijke hoek van het gebied situeert zich een aanvliegroute van waaruit vleermuizen zich verspreiden over de plas. Ook in de meeste westelijke hoek van de Lepelaarsplas bleek er een vliegroute van watervleermuizen aanwezig, langs waar vleermuizen het gebied binnenkwamen Vissen Het havengebied Linkeroever is een water- en visrijk gebied gelegen in de overgangszone tussen brak en zoet water en daardoor van groot belang voor trekkende vissen, waaronder de paling. De dokken zijn hier een belangrijk onderdeel van, maar ook de waterlopen die uitmonden in de Schelde (ofwel rechtstreeks ofwel via de Dokken) zijn locaties die een gevarieerd visfauna aantrekken en ook paaiplaatsen herbergen. Uit onderzoek uitgevoerd aan de monding van en in de Watergang zelf is gebleken dat deze ondiepe watergang belangrijk is voor de vissen op de Linkeroever (Samsoen et al., 2007). De meest voorkomende vissoorten in de watergang waren paling, snoekbaars, baars, rietvoorn, blankvoorn, bot, giebel, brasem en kolblei. Daarnaast werden ook karper, pos en rivierprik aangetroffen. Het onderzoek toonde tevens aan dat het ondiepe biotoop van de watergang van de Hoge Landen zeer belangrijk is in het geheel van de diepe dokgedeelten. Er werden in totaal 17 vissoorten in de Watergang aangetroffen. De resultaten van dit onderzoek bevestigen het belang van de watergang als paai- en opgroeigebied. Ook in de plassen van de Verrebroekse plassen zelf heeft er zich een vispopulatie ontwikkeld. Bij het uitgevoerde onderzoek werden typische pionierssoorten gevonden: een hoog aandeel rietvoorn en vetje. Daarnaast was er ook kweek van karper, giebel en blankvoorn. De grote afwisseling in structuur (diepere/ondiepere zones / watervegetatie / riet), voornamelijk in de oostelijke plas zorgt er voor een aantrekkelijk biotoop voor vissen. Het hoge aandeel aan jonge vis zorgt er voor een gunstig biotoop voor visetende vogels aanwezig is. Deze populaties hebben zich ook recentelijk verder kunnen ontwikkelen, waardoor er actueel dan ook kan aangenomen worden dat er Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 20 van 38

21 zich in de plassen zelf een vrij gevarieerde visfauna heeft ontwikkeld, wat ook gunstig is voor de aanwezige watervogelpopulaties Andere fauna Hierbij beperken we ons tot relevante soorten i.k.v. deze passende beoordeling. Amfibieën In het projectgebied komt ook de rugstreeppad voor. De rugstreeppad is een bijlage IV soort van de Habitatrichtlijn. De soort heeft een aantal voortplantingspoelen in het noorden van oostelijk deel van de Verrebroekse Plassen. Het gaat, volgens de monitoringgegevens over vrij lage aantallen, met een maximum van 10 roepende mannetjes in De soort is typisch afhankelijk van tijdelijk waterhoudende poelen in pioniersomstandigheden. De soort kan snel gebruik maken van pionierssituaties en wordt dan ook vaak aangetroffen in nieuw aangelegde natuurgebieden, maar eveneens in werfzones / nieuw ontwikkelde gebieden in de haven Abiotiek Gelet op het feit dat het gebied drooggelegd zal moeten worden voor de uitvoering van de werkzaamheden is het noodzakelijk om het aspect van waterkwaliteit kort te belichten. Om het gebied na het droogzetten sneller te herstellen is het hervullen van de waterplassen een mogelijke optie. De actuele waterkwaliteit is hierbij dan ook van belang. In onderstaande tabel wordt een uittreksel meegegeven uit de analyseresultaten sinds 2004, voor een aantal relevante parameters. Tabel 3-4: Resultaten analyses waterkwaliteit Verrebroekse Plassen (INBO) Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 21 van 38

22 Hieruit kunnen we besluiten dat: Het water van zowel de westelijke lepelaarplas als de oostelijke rietplas is actueel zoet van aard. In de loop der jaren hebben de plassen geleidelijk aan hun brakke karakter verloren door de toevoer van zoet regenwater. De chloridengehaltes zijn actueel laag tot zeer laag, zelfs beduidend lager dan de watergang ( hier zal dit afhangen van de mate van doorstroming/waterafvoer vanuit de polder). De vegetatie en fauna in de plassen hebben zich actueel dan ook aangepast aan de geleidelijke verzoeting van het gebied. De waterkwaliteit van de plassen is actueel goed tot zeer goed. Er is een zeer lage stikstof en fosforbelasting dit in tegenstelling tot de watergang die vrij hoge tot hoge waarden vertoont voor stikstof en voornamelijk fosfor. Dit water wordt afgevoerd vanuit de polder, de verhoogde waardes voor stikstof zijn hier te wijten aan de landbouwactiviteit in het gebied. De waterkwaliteit van de plassen is bijgevolg een belangrijk aandachtspunt. Wanneer de plassen drooggezet worden en eventueel terug gevuld worden, kan gebiedsvreemd water een risico vormen en natuurlijk herstel vertragen Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 22 van 38

23 3.4 Beschrijving SBZ Vogelrichtlijngebied Schorren en polders van de Beneden-Schelde Uitgangspunt voor de Vogelrichtlijnbeoordeling is de aanmelding van het Vlaamse Vogelrichtlijngebied Schorren en polders van de Beneden-Schelde met de bijbehorende onderbouwing. Dit SBZ-V is aangemeld bij de EU vanwege het voorkomen van enkele specifieke soorten. Het gaat om volgende aangemelde soorten: Tabel 3-5; Aangemelde soorten VRL Schorren en polders van de Beneden-Schelde Broedend - Annex 1 Aantallen (max) Bruine kiekendief 4 Roerdomp Blauwborst 26 Niet-Broedend - Annex 1 Aalscholver 45 Kleine zwaan 32 Kuifduiker - Parelduiker - Roodkeelduiker 4 Wilde zwaan 4 Goudplevier 2000 (2 bp) Kemphaan 1400 Wintergast of Doortrekker - Niet Annex 1 Bergeend 4000 Blauwe reiger 100 Dodaars 55 Fuut 90 Grauwe gans 440 Grutto 800 Kluut 1800 (350 bp) Knobbelzwaan 55 Kolgans 3000 Krakeend 230 Kuifeend 850 Meerkoet 2300 Nonnetje 85 Pijlstaart 240 Regenwulp - Rietgans 800 Slobeend Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 23 van 38

24 Smient 3000 Tafeleend 450 Wilde eend 6230 Wintertaling 3200 Wulp 140 Bijlage 4-soorten Ook is het belangrijk een aantal specifieke soorten van nabij te bekijken, dewelke aangeduid zijn als Bijlage IV-soorten. Het Natuurdecreet bepaalt dat van deze soorten een beoordeling dient te gebeuren ongeacht of deze soorten nu in een Speciale Beschermingszone voorkomen. Volgende aspecten zijn belangrijk te vermelden: Van de amfibieën en reptielen die in de Bijlage IV zijn opgenomen komt de rugstreeppad voor in het projectgebied. Ook op vlak van libellen en vlinders werden geen vaststellingen gedaan van soorten die in de Bijlage IV bij de Habitatrichtlijn zijn opgenomen. De meeste van deze soorten worden in Vlaanderen als uitgestorven beschouwd en ook de habitat van deze soorten is afwezig in het plangebied. Wat de zoogdieren betreft werden, met uitzondering van de vleermuizen, geen Bijlage IV-soorten aangetroffen in het projectgebied en omgeving. Bijlage II-soorten Er werden nog geen vissen van Bijlage II van de Habitatrichtlijngebied vastgesteld in de plassen zelf. Wel werd rivierprik reeds gevonden in de watergang van de Oude landen. Wat de zoogdieren betreft werden, met uitzondering van de vleermuizen, geen Bijlage II-soorten aangetroffen in het projectgebied en omgeving. Enkel de meervleermuis werd vastgesteld in het gebied Gebiedsspecifieke Natura 2000-doelstellingen Reeds een aantal studies werden uitgevoerd en beleidsdocumenten werden opgesteld waarin staat aangegeven wat de doelstellingen zijn en wat in de verschillende Natura2000-gebieden de gunstige staat van instandhouding van habitats en soorten is (bv. Van Vessem & Kuijken (1985)). O.a. op basis van deze studie werden de te beschermen habitats en soorten aangemeld bij Europa. De doelstellingen zijn overwegend geformuleerd in termen van behoud van leefgebied in functie van behoud van de populatie. Er worden doelstellingen afgebakend voor zowel broedvogels als overwinterend en doortrekkende watervogels 2. Instandhoudingsdoelstellingen Vogelrichtlijngebieden In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de IHD s voor het Vogelrichtlijngebied. 2 Van Hove D. et al Opstellen van instandhoudingsdoelstellingen voor speciale beschermingszones in het kader van de vogelrichtlijn, de habitatrichtlijn en eventuele watergebieden van internationale betekenis (conventie van Ramsar) in de Zeehaven van Antwerpen. Gebiedsspecifieke uitwerking vogelrichtlijngebied Beneden-Schelde: schorren en polders op rechteren linkeroever, habitatrichtlijngebied Schelde- en Durmeëstuarium van de Nederlandse grens tot Gent en ramsargebieden Paardenschor, Groot Buitenschoor en Galgenschoor. Universiteit Antwerpen Passende beoordeling tijdelijke werkzaamheden Verrebroekse plassen pagina 24 van 38

Haven en Natuur. 22/05/2013 Laura Verlaeckt (Havenbedrijf Antwerpen) Peter Symens (Natuurpunt)

Haven en Natuur. 22/05/2013 Laura Verlaeckt (Havenbedrijf Antwerpen) Peter Symens (Natuurpunt) Haven en Natuur 22/05/2013 Laura Verlaeckt (Havenbedrijf Antwerpen) Peter Symens (Natuurpunt) 1.Havengebied van Antwerpen: situering 2.Haven en Natuur: van conflict naar samenwerking 3.Haven en Natuur:

Nadere informatie

Natuurdoelstellingen voor Vogelrichtlijngebied IJzervallei. Danny Maddelein Agentschap voor Natuur en Bos

Natuurdoelstellingen voor Vogelrichtlijngebied IJzervallei. Danny Maddelein Agentschap voor Natuur en Bos Natuurdoelstellingen voor Vogelrichtlijngebied IJzervallei Danny Maddelein Agentschap voor Natuur en Bos 183 Natuurdoelen SBZ-V IJzervallei Infomoment Blankaartwaterlopen 19 juni 2017 Europees beschermde

Nadere informatie

Art. 14. Art. 15. Art. 16.

Art. 14. Art. 15. Art. 16. N. 2000 2153 [C 2000/35885] 17 JULI 2000. Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 17 oktober 1988 tot aanwijzing van speciale beschermingszones in de zin

Nadere informatie

Monitoring Antwerps Havengebied

Monitoring Antwerps Havengebied Monitoring Antwerps Havengebied 16 november 2017 Geert Spanoghe & Ralf Gyselings Monitoring Antwerps Havengebied Door INBO sinds 2003, coördinerend met hulp van vrijwilligers Met versterkt team sinds 2009

Nadere informatie

Nationale Databank Flora en Fauna Uitvoerportaal

Nationale Databank Flora en Fauna Uitvoerportaal 160 records Middelpunt < 1km2 Middelpunt 1km2-5km2 Middelpunt > 5km2 Vlak schaal 1 : 5000 Zoekvraag Soort Soortgroep Wet en Beleid Periode Bronhouder Zoekgebied Alle Vaatplanten Vogels Zoogdieren Amfibieën

Nadere informatie

De Antwerpse Haven Natuurlijker

De Antwerpse Haven Natuurlijker De Antwerpse Haven Natuurlijker Overzicht presentatie De Antwerpse Haven Natuurlijker Gebiedsgericht soortenbeschermingsprogramma Biodiversiteit en bedrijven: enkele voorbeelden uit de haven Toekomst De

Nadere informatie

Bepalen van populatieniveaus van enkele doortrekkende en overwinterende watervogels ten behoeve van S-IHD Schorren en polders van de Benedenschelde

Bepalen van populatieniveaus van enkele doortrekkende en overwinterende watervogels ten behoeve van S-IHD Schorren en polders van de Benedenschelde Bepalen van populatieniveaus van enkele doortrekkende en overwinterende watervogels ten behoeve van S-IHD Schorren en polders van de Benedenschelde Nummer: INBO.A.2013.7 Datum advisering: 19 februari 2013

Nadere informatie

Advies over de impact op avifauna van werken aan wachtboezems in de Antwerpse haven

Advies over de impact op avifauna van werken aan wachtboezems in de Antwerpse haven Advies over de impact op avifauna van werken aan wachtboezems in de Antwerpse haven Adviesnummer: INBO.A.3344 Datum advisering: 22 september 2015 Auteur(s): Contact: Kenmerk aanvraag: Geadresseerden: Cc:

Nadere informatie

Notitie. Referentienummer Datum Kenmerk november Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk

Notitie. Referentienummer Datum Kenmerk november Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 254564 13 november 2014 254564 Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk 1 Aanleiding en doel De ontwikkelingsmaatschappij Ruimte voor

Nadere informatie

Advies over de kennisgevingsnota van het strategische MER voor een windturbinepark in het havengebied op de rechteroever van de Schelde in Antwerpen

Advies over de kennisgevingsnota van het strategische MER voor een windturbinepark in het havengebied op de rechteroever van de Schelde in Antwerpen Advies over de kennisgevingsnota van het strategische MER voor een windturbinepark in het havengebied op de rechteroever van de Schelde in Antwerpen Adviesnummer: INBO.A.3410 Datum advisering: 15 maart

Nadere informatie

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland Bijlage 3. Ecologie B3.1. Beleidskader Aanleiding en doel De beoogde ontwikkeling betreft de bouw van 31 woningen op een deels braakliggende kavel en delen van zeer diepe achtertuinen (zie ook paragraaf

Nadere informatie

Monitoring Waaslandhaven 2015

Monitoring Waaslandhaven 2015 VOGELNIEUWS 25 // 27 Monitoring Waaslandhaven 2015 Geert Spanoghe [ geert.spanoghe@inbo.be ] - Ralf Gyselings - Kenny Hessel - Erika Van den Bergh De Verrebroekse Plassen is één van de belangrijkste gebieden

Nadere informatie

natuurpunt WAL Wase Linkerscheldeoever Schor Ouden Doel

natuurpunt WAL Wase Linkerscheldeoever Schor Ouden Doel natuurpunt WAL Wase Linkerscheldeoever Schor Ouden Doel Het Schor Ouden Doel Het Schor Ouden Doel is een natuurgebied op de linkerscheldeoever tegen de scheldedijk. Aan de grens met Nederland sluit het

Nadere informatie

^^^^^<^3^ der Wal 'htinsen bij Bolt. Nederlandse Vissersbond De heer D.J.T. Berends Postbus AB EMMELOORD. Geachte heer Berends,

^^^^^<^3^ der Wal 'htinsen bij Bolt. Nederlandse Vissersbond De heer D.J.T. Berends Postbus AB EMMELOORD. Geachte heer Berends, PROVI N^IE FLEVOLAND Postbus 55 8200 AB Lelystad Nederlandse Vissersbond De heer D.J.T. Berends Postbus 64 8300 AB EMMELOORD Telefoon (0320)-255265 Fox (0320)-265260 E-mail provincie@flevoland.nl Website

Nadere informatie

Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis

Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis 3 april 2014 Zoon ecologie Colofon Titel Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis Opdrachtgever mro Uitvoerder ZOON ECOLOGIE Auteur C.P.M. Zoon Datum 3 april

Nadere informatie

Advies betreffende de nota voor het oprichten van 4 windturbines in de vallei van de Aa te Lille/Kasterlee

Advies betreffende de nota voor het oprichten van 4 windturbines in de vallei van de Aa te Lille/Kasterlee Advies betreffende de nota voor het oprichten van 4 windturbines in de vallei van de Aa te Lille/Kasterlee Nummer: INBO.A.2013.6 Datum advisering: 14 januari 2013 Auteur: Contact: Kenmerk aanvraag: Geadresseerden:

Nadere informatie

Bijlage 1 Natuurtoets

Bijlage 1 Natuurtoets Bijlage 1 Natuurtoets B1.1. Aanleiding en doel Aanleiding Door de aanleg van de N57 ten oosten van Middelburg dient ook de aansluiting in de stad aangepast te worden. Dit betreft een herinrichting van

Nadere informatie

Notitie flora en fauna

Notitie flora en fauna Notitie flora en fauna Titel/locatie Projectnummer: 6306 Datum: 11-6-2013 Opgesteld: Rosalie Heins Gemeente Baarn is voornemens om op de locatie van de huidige gemeentewerf een nieuwe brede school ontwikkelen.

Nadere informatie

Het wettelijke statuut van de meeuw. Michiel Vandegehuchte

Het wettelijke statuut van de meeuw. Michiel Vandegehuchte Het wettelijke statuut van de meeuw Michiel Vandegehuchte Internationale wetgeving AEWA (Overeenkomst over Afrikaans- Euraziatische trekkende watervogels) Intergouvernementeel verdrag (76 verdragspartijen)

Nadere informatie

Naar een nieuw evenwicht tussen natuur en industrie in het Antwerpse Zeehavengebied. Brussel, 19 januari 2010

Naar een nieuw evenwicht tussen natuur en industrie in het Antwerpse Zeehavengebied. Brussel, 19 januari 2010 Naar een nieuw evenwicht tussen natuur en industrie in het Antwerpse Zeehavengebied Brussel, 19 januari 2010 Haven van Antwerpen & Natuurwetgeving Gronden in het havengebied zijn niet vrij van natuurverplichtingen:

Nadere informatie

Referentienummer Datum Kenmerk 317645.ehv.N001 14 februari 2012 SKu/RvS

Referentienummer Datum Kenmerk 317645.ehv.N001 14 februari 2012 SKu/RvS Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 317645.ehv.N001 14 februari 2012 SKu/RvS Betreft Risico inventarisatie ecologie voor percelen Brabantse Wal 1 Inleiding De Buisleidingenstraat N.V. onderzoekt op

Nadere informatie

Achter de Schotbalken. Een evaluatie

Achter de Schotbalken. Een evaluatie Achter de Schotbalken Een evaluatie Sinds 2010 is de regeling van de toegang tot het gebied achter de schotbalken opnieuw onder de loep genomen. In het verleden was er een ontheffing nodig die was aan

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 16 december 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-008636 - gemeenten Harderwijk, Nunspeet en

Nadere informatie

Informatie aan de Europese Commissie inzake plan/project in Natura 2000 vogelrichtlijngebieden (SBZ-V) en habitatrichtlijngebieden (SBZ-H)

Informatie aan de Europese Commissie inzake plan/project in Natura 2000 vogelrichtlijngebieden (SBZ-V) en habitatrichtlijngebieden (SBZ-H) Lidstaat: België - Vlaams gewest Datum: Informatie aan de Europese Commissie inzake plan/project in Natura 2000 vogelrichtlijngebieden (SBZ-V) en habitatrichtlijngebieden (SBZ-H) in navolging van artikel

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verantwoording Titel : Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Subtitel : Projectnummer : Referentienummer : Revisie : C1 Datum : 30-10-2012 Auteur(s) :

Nadere informatie

Betreft: Zienswijze ontwerp-aanwijzingsbesluit Natura2000-gebied #79 Lepelaarplassen

Betreft: Zienswijze ontwerp-aanwijzingsbesluit Natura2000-gebied #79 Lepelaarplassen Aan het Inspraakpunt Natura 2000 t.a.v. gebied 79 (Lepelaarplassen) Postbus 30316 2500 GH Den Haag Betreft: Zienswijze ontwerp-aanwijzingsbesluit Natura2000-gebied #79 Lepelaarplassen Almere, 15 februari

Nadere informatie

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons) Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk 14-16 (KuiperCompagnons) NATUUR Kader De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze soortgroepen

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie 1 NATUUR 1.1 Natuurwetgeving & Planologie De bescherming van de natuur is in Nederland vastgelegd in respectievelijk de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Deze wetten vormen een uitwerking

Nadere informatie

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet Inleiding Praktisch overal in Nederland komen beschermde soorten flora en fauna voor. Bekende voorbeelden zijn de aanwezigheid van rugstreeppadden op

Nadere informatie

NOTA VAN DE COMMISSIE OVER DE VASTSTELLING VAN INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN VOOR NATURA 2000-GEBIEDEN

NOTA VAN DE COMMISSIE OVER DE VASTSTELLING VAN INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN VOOR NATURA 2000-GEBIEDEN NOTA VAN DE COMMISSIE OVER DE VASTSTELLING VAN INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN VOOR NATURA 2000-GEBIEDEN Het doel van deze nota is de lidstaten een leidraad te verschaffen voor de vaststelling van instandhoudingsdoelstellingen

Nadere informatie

Memo. Inleiding. Werkzaamheden. Aan. Hilke de Vries Van. Carola van den Tempel CC Datum 9 september 2016 Betreft

Memo. Inleiding. Werkzaamheden. Aan. Hilke de Vries Van. Carola van den Tempel CC Datum 9 september 2016 Betreft Aan Hilke de Vries Van Carola van den Tempel CC Datum 9 september 2016 Betreft Memo Kap en Werkzaamheden Groene Lint Project Activiteiten Quatrebras Inleiding De gemeente Haarlemmermeer, Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Flora en fauna De Monarch I, II, III en IV

Ruimtelijke onderbouwing Flora en fauna De Monarch I, II, III en IV Notitie Contactpersoon ing. M.M. (Margaret) Konings Datum 18 juli 2012 Ruimtelijke onderbouwing Flora en fauna De Monarch I, II, III en IV Algemeen In opdracht van Monarch heeft Tauw in 2011 en 2012 onderzoek

Nadere informatie

Instandhoudingsdoelstellingen Hollands Diep en Haringvliet, doelen beschermde natuurmonumenten

Instandhoudingsdoelstellingen Hollands Diep en Haringvliet, doelen beschermde natuurmonumenten BIJLAGE 5 Instandhoudingsdoelstellingen Hollands Diep en Haringvliet, doelen beschermde natuurmonumenten Hollands Diep Habitattypen SVI Landelijk Opp.vl. Kwal. H6430B Ruigten en zomen (harig - = = wilgenroosje)

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek locatie Hessenweg

Verkennend natuuronderzoek locatie Hessenweg Verkennend natuuronderzoek locatie Hessenweg 101 te Dalfsen Onderzoek naar het voorkomen van beschermde soorten en gebieden Datum: 09-10-2012 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer:

Nadere informatie

Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer H. van der Meer Postbus HB AMSTERDAM

Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer H. van der Meer Postbus HB AMSTERDAM > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer H. van der Meer Postbus 95089 1090 HB AMSTERDAM Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Laagraven Investment t.a.v. dhr. W. Toet Datum 27 juli 2017 Projectnummer Flora & fauna Liesbosch Nieuwegein

Laagraven Investment t.a.v. dhr. W. Toet Datum 27 juli 2017 Projectnummer Flora & fauna Liesbosch Nieuwegein Memo Ter attentie van Laagraven Investment t.a.v. dhr. W. Toet Datum 27 juli 2017 Projectnummer 160712 Auteur Ir. T.F. Kroon Onderwerp Flora & fauna Liesbosch Nieuwegein SAMENVATTING ONDERZOEKEN FLORA

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Notitie. 1 Aanleiding

Notitie. 1 Aanleiding Aan Bart van Eck Onderwerp Advies over natuurwetgeving bij de inrichtingsplannen voor de waterberging de Ronde Hoep 1 Aanleiding De polder de Ronde Hoep is aangewezen voor calamiteitenberging in de deelstroomgebiedsvisie

Nadere informatie

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt CONCEPT Omgevingsdienst Regio Utrecht juli 2012 kenmerk/ opgesteld door beoordeeld door Ronald Jansen Dagmar Storm INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding...

Nadere informatie

Natura 2000 gebied Markiezaat

Natura 2000 gebied Markiezaat Natura 2000 gebied 127 - Markiezaat (Zie leeswijzer) Kenschets Natura 2000 Landschap: Noordzee, Waddenzee en Delta Status: Vogelrichtlijn Site code: NL3009015 Beschermd natuurmonument: Markiezaatsmeer

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 28.05.2009 BELGISCH STAATSBLAD 39071 VLAAMSE OVERHEID N. 2009 1874 [2009/202265] 3 APRIL 2009. Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de aanwijzing van speciale beschermingszones en

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU6656

ECLI:NL:RVS:2005:AU6656 ECLI:NL:RVS:2005:AU6656 Instantie Raad van State Datum uitspraak 23-11-2005 Datum publicatie 23-11-2005 Zaaknummer 200505407/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA QUICKSCAN FLORA EN FAUNA Behorende bij project: Oostkanaalweg 44, te Ter Aar Gemeente Nieuwkoop Opdrachtgever : Keijzer Dakbedekking b.v. Projectnummer : PS.2017.714 Datum : 21 augustus 2017 Niets uit

Nadere informatie

Routekaart 2011. Natura 2000-gebied en Nationaal Park Lauwersmeer 15 mei 2011. Inschrijving Bosschuur Staatsbosbeheer

Routekaart 2011. Natura 2000-gebied en Nationaal Park Lauwersmeer 15 mei 2011. Inschrijving Bosschuur Staatsbosbeheer Natura 2000-gebied en Nationaal Park Lauwersmeer 15 mei 2011 Routekaart 2011 Inschrijving Bosschuur Staatsbosbeheer Welkom op het Frysk Fûgelpaad 2011 Deze vogelspotwandeling wordt gehouden in Nationaal

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

10 Wettelijke toetsingskaders natuur

10 Wettelijke toetsingskaders natuur MER Windpark Bouwdokken 133 10 Wettelijke toetsingskaders natuur 10.1 Inleiding In dit hoofdstuk worden de effecten op de natuur, zoals beschreven in het voorgaande hoofdstuk, getoetst aan het beleid en

Nadere informatie

Bijlage 1 Onderzoek ecologie

Bijlage 1 Onderzoek ecologie Bijlage 1 Onderzoek ecologie In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraan

Nadere informatie

10 jaar broedvogelonderzoek Grote Geul te Kieldrecht.

10 jaar broedvogelonderzoek Grote Geul te Kieldrecht. 10 jaar broedvogelonderzoek Grote Geul te Kieldrecht. 2004-2014 WAKONA Studiedag 29 november 2014 Studiegebied Plas en oever 50 % water 15 % Riet GEN + SBZV ( vogelrichtlijngebied)+ MMHA (natuur Linkeroeverhavengebied)

Nadere informatie

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet. Aan Rob Knijn Van C. van den Tempel CC M. Witteveldt Datum 12 januari 2017 Betreft Flora- en faunagegevens Middenweg Zuid Project Herontwikkeling Middenweg Zuid Geachte heer Knijn, Beste Rob, In 2014 en

Nadere informatie

Advies betreffende de inplanting van 10 windturbines in de haven van Antwerpen

Advies betreffende de inplanting van 10 windturbines in de haven van Antwerpen Advies betreffende de inplanting van 10 windturbines in de haven van Antwerpen Nummer: INBO.A.2014.24 Datum advisering: 26 februari 2014 Auteur(s): Contact: Kenmerk aanvraag: Joris Everaert Niko Boone

Nadere informatie

NATURA 2000 IN NIEUWKOOP

NATURA 2000 IN NIEUWKOOP 1 NATURA 2000 IN NIEUWKOOP Gebiedsanalyse Aanvulling en wijziging van gegevens in verband met de publicatie van het Ontwerpbesluit INCAconsult 16 september 2008 2 Aanvulling en wijziging van gegevens in

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Bijlage 6: Oplegnotitie bij bijlage 5 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch, Buro Bakker, 2011

Bijlage 6: Oplegnotitie bij bijlage 5 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch, Buro Bakker, 2011 Bijlage 6: Oplegnotitie bij bijlage 5 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch, Buro Bakker, 2011 Gevolgen voor beschermde en bedreigde natuurwaarden inrichting Skûlenboarch

Nadere informatie

Passende beoordeling Voortoets. Carl De Schepper De Europese natuurdoelen in vraag en antwoord 09 september 2014

Passende beoordeling Voortoets. Carl De Schepper De Europese natuurdoelen in vraag en antwoord 09 september 2014 Passende beoordeling Voortoets Carl De Schepper De Europese natuurdoelen in vraag en antwoord 09 september 2014 1 1. Sinds of vanaf wanneer moet er een passende beoordeling gemaakt worden? 2. Is het resultaat

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels)

Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Voorlopige verspreidingskaarten Atlasproject (broedvogels) Bronvermelding Deze voorlopige verspreidingskaarten zijn gebaseerd op de huidige atlastellingen (vanaf 1-3-2013), aangevuld met informatie uit

Nadere informatie

Ecologische onderbouwing bij bomenkap Vleuterweide

Ecologische onderbouwing bij bomenkap Vleuterweide Rapport Projectnummer: 352002 Referentienummer: SWNL0232491 Datum: 03-10-2018 Ecologische onderbouwing bij bomenkap Vleuterweide Ten behoeve van aanvraag kapvergunning Definitief Opdrachtgever: GEM Vleuterweide

Nadere informatie

! " #! " "$ % &'%&()#" & )+&, %!, )* -$)* $, . )*/ ))) & )2 &, " & ") * '34( '5+(! "'!2%( && % &5" )+ & "&" "$& "&& ) * % " " 5" & "$)* & )!

!  #!  $ % &'%&()# & )+&, %!, )* -$)* $, . )*/ ))) & )2 &,  & ) * '34( '5+(! '!2%( && % &5 )+ & & $& && ) * %   5 & $)* & )! ! #! $ % '%(# '$(* +, %!, * -$* $,. */ 0,-1* $ 2, * '34( '5+(! '!2%( % 5 + $ * % 5 * $*! 62 7*$ 8 97$ : ; * < = ; 5345+!2%* 5 %!, * $ % 7 $ 5'!2>( '!>(* < $ 1 # *$! * / $

Nadere informatie

Instandhoudingsdoelen Nederlandse Natura 2000- gebieden

Instandhoudingsdoelen Nederlandse Natura 2000- gebieden Bijlage C. Instandhoudingsdoelen Nederlandse Natura 2000- gebieden Waddenzee Habitat H1110A H1140A Permanent overstroomde zandbanken (getijdengebied) Slik- en zandplaten, (getijdengebied) Behoud oppervlakte

Nadere informatie

Verslag buitenwandeling Zwin op 24/02/2017

Verslag buitenwandeling Zwin op 24/02/2017 Verslag buitenwandeling Zwin op 24/02/2017 1.Het gebouw is een veruiterlijking van een schuur, zoals je er veel in de polders aantreft (vooral in Nederland) en een luchthaven. Dit verwijzend naar de vroegere

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad

Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad Opdrachtgever : DG Groep Rapporteur : R. van der Kuil Status : concept Datum : 27 augustus 2011 Stichting CREX Boekenburglaan 54 2215 AE Voorhout 06-48410531

Nadere informatie

Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november Soortenbescherming

Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november Soortenbescherming Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november 2009 Soortenbescherming De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze

Nadere informatie

Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond

Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond Quickscan flora en fauna Deltaweg te Helmond A.P. Kerssemakers Voor de afdeling: SB/ROV. Gemeente Helmond. December 2012 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 2.Wettelijk kader 2 3. Plangebied 4 4. Onderzoek 7

Nadere informatie

Conform uw opdracht hebben wij een veldonderzoek uitgevoerd ter plaatse van de weilanden en kassen gelegen achter Zwaagdijk-Oost 189.

Conform uw opdracht hebben wij een veldonderzoek uitgevoerd ter plaatse van de weilanden en kassen gelegen achter Zwaagdijk-Oost 189. NatuurBeleven bv Oostermeerkade 6 1184 TV Amstelveen HB Adviesbureau bv T.a.v.: Peter Aalders Postbus 9230 1800 GE ALKMAAR Datum: 30 oktober 2009 uw brief van 23 oktober 2009 en 27 oktober 2009 uw kenmerk

Nadere informatie

Busbaan langs de Kruisvaart

Busbaan langs de Kruisvaart Busbaan langs de Kruisvaart Onderzoek Flora en Fauna Opdrachtgever ITC Utrecht B.V. De heer P. van Sterkenburg Ondertekenaar Movares Nederland B.V. ir. W.J. Arnold Kenmerk D83-WAR-KA-1200532 v1.0 - Versie

Nadere informatie

De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat WD AMERSFOORT

De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat WD AMERSFOORT > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat 21 3811 WD AMERSFOORT Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Betreft

Nadere informatie

Nieuwe bedrijfslocaties

Nieuwe bedrijfslocaties E c o l o g i s c h e i n v e n t a r i s a t i e Om de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan Midwolda-Nieuwlandseweg Arts/Rulo te toetsen, is een ecologische inventarisatie uitgevoerd. Tevens is gekeken

Nadere informatie

SOORTEN DIE GEBRUIKT ZIJN VOOR DE BEPALING VAN DE LIVING PLANET INDEX IN NOORD-HOLLAND

SOORTEN DIE GEBRUIKT ZIJN VOOR DE BEPALING VAN DE LIVING PLANET INDEX IN NOORD-HOLLAND SOORTEN DIE GEBRUIKT ZIJN VOOR DE BEPALING VAN DE LIVING PLANET INDEX IN NOORD-HOLLAND Vlinder Bont zandoogje Sterke toename Vogel Lepelaar Sterke toename Vogel Kolgans Sterke toename Vogel Appelvink Sterke

Nadere informatie

Betreft: Effectbeoordeling vogels, herbestemming Groen Ruige Ruimte te Dussen (P10-0181)

Betreft: Effectbeoordeling vogels, herbestemming Groen Ruige Ruimte te Dussen (P10-0181) Gemeente Werkendam t.a.v. C.A.A.M. de Jong Postbus 16 4250 DA Werkendam Betreft: Effectbeoordeling vogels, herbestemming Groen Ruige Ruimte te Dussen (P10-0181) Gemert, 5 augustus 2010 Geachte heer/mevrouw

Nadere informatie

Watervogels en kustbroedvogels tussen Breskens en Braakmanhaven

Watervogels en kustbroedvogels tussen Breskens en Braakmanhaven Watervogels en kustbroedvogels tussen Breskens en Braakmanhaven Tellingen 2001 en 2002 B.W.J. Oosterbaan T. Damm 2005 Opdrachtgever Rijkswaterstaat Rijksinstituut voor Kust en Zee Van der Goes en Groot

Nadere informatie

Soortenonderzoek Julianahof Zeist

Soortenonderzoek Julianahof Zeist Soortenonderzoek Julianahof Zeist 21 sept 2013 ZOON ECOLOGIE Colofon Titel Soortenonderzoek Julianahof Zeist Opdrachtgever mro Uitvoerder ZOON ECOLOGIE Auteur C.P.M. Zoon Datum 21 sept 2013 ZOON ECOLOGIE

Nadere informatie

Onderzoek flora en fauna

Onderzoek flora en fauna Onderzoek flora en fauna 1. Conclusie Geconcludeerd wordt dat voor de beoogde functieveranderingen geen ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet vereist is. Hierbij dient wel gewerkt te worden

Nadere informatie

Beschermde soorten in Hasselt (Overijssel)

Beschermde soorten in Hasselt (Overijssel) Beschermde soorten in Hasselt (Overijssel) Het belang voor de fauna van bestemmingsplan Hasselt binnen de veste Versie 1 25 november 2008 Zoon buro voor ecologie Colofon Titel Ondertitel Opdrachtgever

Nadere informatie

Bijlage Overzicht Natura 2000-gebieden 1

Bijlage Overzicht Natura 2000-gebieden 1 Bijlage Overzicht Natura 2000-gebieden 1 In en in de ruimere omgeving van het plangebied zijn verschillende Natura 2000-gebieden gelegen. Binnen het plangebied zijn geen ontwikkelingen voorzien in de Natura

Nadere informatie

Rapportage: Eric Verkaik Veldwerk: Elmar Prins. Quickscan. Spankerenseweg 20 Dieren

Rapportage: Eric Verkaik Veldwerk: Elmar Prins. Quickscan. Spankerenseweg 20 Dieren Rapportage: Eric Verkaik Veldwerk: Elmar Prins Quickscan Spankerenseweg 20 Dieren februari 2011 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 2 Gegevens plangebied... 2 3 Methode... 3 4 Resultaten... 3 4.1 Bureaustudie...

Nadere informatie

Arcus Zuid Projectontwikkeling B.V. B.J.M. Mertens Dorpstraat JX OIRSBEEK

Arcus Zuid Projectontwikkeling B.V. B.J.M. Mertens Dorpstraat JX OIRSBEEK > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Arcus Zuid Projectontwikkeling B.V. B.J.M. Mertens Dorpstraat 98 6438 JX OIRSBEEK Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39

Nadere informatie

Passende beoordeling Uitbreiding Verrebroekdok Fase 3

Passende beoordeling Uitbreiding Verrebroekdok Fase 3 Passende beoordeling Uitbreiding Verrebroekdok Fase 3 COLOFON Opdracht: Uitbreiding Verrebroekdok Fase 3 Passende beoordeling Opdrachtgever: Havenbedrijf Antwerpen NV van publiek recht Havenhuis, Zaha

Nadere informatie

Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum

Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum Quick scan flora en fauna Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum Gemeente Castricum 0 INHOUD 1. Aanleiding... 2 2. Gebiedsomschrijving en beoogde ingrepen... 3 3. Wettelijk kader... 4 4. Voorkomen van beschermde

Nadere informatie

Bijlage bij besluit DRZO/ Vergunning Natuurbeschermingswet 1998 Kribverlaging Waal Traject Km INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN

Bijlage bij besluit DRZO/ Vergunning Natuurbeschermingswet 1998 Kribverlaging Waal Traject Km INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN Bijlage bij besluit DRZO/2010-3270 Vergunning Natuurbeschermingswet 1998 Kribverlaging Waal Traject Km 902-905 INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN De aanvraag De aanvraag betreft de realisatie van het project Kribverlaging

Nadere informatie

Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven

Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven 15 november 2012 ZOON ECOLOGIE Colofon Titel Opdrachtgever Uitvoerder Auteur Datum Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven m RO Zoon Ecologie C.P.M. Zoon ZOON ECOLOGIE

Nadere informatie

Datum: Vrijdag 5 april Excursie: Oostvaardersplassen ochtendexcursie. Gidsen: Taco & Pim

Datum: Vrijdag 5 april Excursie: Oostvaardersplassen ochtendexcursie. Gidsen: Taco & Pim Datum: Vrijdag 5 april 2019 Excursie: Oostvaardersplassen ochtendexcursie Gidsen: Taco & Pim Op deze fraaie vrijdagochtend waren de gidsen Taco & Pim in de gelukkige omstandigheid om een groep uit Ede

Nadere informatie

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - BIOLOGIE ANTWOORDEN OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2

LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - BIOLOGIE ANTWOORDEN OPDRACHT 1 - MAASVLAKTE 2 NATUUR EN MILIEU LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - BIOLOGIE De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip in Rotterdam

Nadere informatie

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA QUICKSCAN FLORA EN FAUNA Behorende bij project: ( Naast) Elststraat 2, te Rosmalen Gemeente s-hertogenbosch Opdrachtgever: De heer P. van Hooft Projectnummer: PS.2016.618 Datum: 9 augustus 2016 Pasmaat

Nadere informatie

Memo. Figuur 1 Ligging Planlocatie (rode ster) (Bron: Google Maps)

Memo. Figuur 1 Ligging Planlocatie (rode ster) (Bron: Google Maps) Memo nummer 1 datum 10 februari 2014 aan Ron Vleugels Gemeente Maastricht van Luc Koks Antea Group Ton Steegh kopie project Sporthal Geusselt-stadion projectnummer 265234 betreft Toetsing natuurwetgeving

Nadere informatie

Staatsbosbeheer Regio Oost T.a.v. De heer Winterman Postbus 6 ' 7400 AA DEVENTER. Geachte heer Winterman,

Staatsbosbeheer Regio Oost T.a.v. De heer Winterman Postbus 6 ' 7400 AA DEVENTER. Geachte heer Winterman, PROVINCIE FLEVOLAND Postbus 55 8100 AB Lelystad Telefoon Fax Staatsbosbeheer Regio Oost T.a.v. De heer Winterman Postbus 6 ' 7400 AA DEVENTER E-mail provincie@flevoland nl Website www.flevoland.nl Datum

Nadere informatie

Briefrapport. aanleiding en methode. SAB Arnhem B.V. datum: 30 januari betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1

Briefrapport. aanleiding en methode. SAB Arnhem B.V. datum: 30 januari betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1 Briefrapport van: ons kenmerk: SAB Arnhem B.V. KUEN/80685 datum: 30 januari 2009 betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1 aanleiding en methode Aan de Bloksteegweg 1, te Borne (gemeente Borne)

Nadere informatie

BMP rapport Gat van Pinte 2013

BMP rapport Gat van Pinte 2013 BMP rapport Gat van Pinte 2013 Bert van Broekhoven VWG De Steltkluut November 2013 1 van 9 BMP Gat van Pinte 2013 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Gebiedsbeschrijving Gat van Pinte... 3 4. De looproute... 5

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen

Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen 17 juli 2013 ZOON ECOLOGIE Colofon Titel Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen Opdrachtgever mro Uitvoerder

Nadere informatie

Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora- en faunawet

Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora- en faunawet BEM1605644 gemeente Steenbergen Behoort bij beschikking d.d. nr.(s) 28-11-2016 ZK16004958 Beleidsmedewerker Publiekszaken / vergunningen Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora-

Nadere informatie

Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter

Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter Ff-onderzoek Wierdenseweg, Enter Datum: 19-9-2013 Opgesteld door: Vincent de Lenne Projectnummer: 6444 Aanleiding en doel Binnen het plangebied (zie bijlage 1) wordt

Nadere informatie

NATUURONDERZOEK A9 BADHOEVEDORP

NATUURONDERZOEK A9 BADHOEVEDORP NATUURONDERZOEK A9 BADHOEVEDORP Vleermuizen vliegroutes en foerageergebied Eindrapport Adviesbureau E.C.O. Logisch Nieuwerkerk a/d IJssel, 16-11-2016 VERANTWOORDING Opdrachtgever: Aveco de Bondt Contactpersoon:

Nadere informatie

NATURA 2000 in Vlaanderen. Filiep CARDOEN Afdelingsverantwoordelijke NATUUR

NATURA 2000 in Vlaanderen. Filiep CARDOEN Afdelingsverantwoordelijke NATUUR NATURA 2000 in Vlaanderen Filiep CARDOEN Afdelingsverantwoordelijke NATUUR Overzicht - Algemene doelstelling - Stand van zaken afbakening SBZ - Doelstelling Natura 2000 -Implementatie: - Juridisch kader

Nadere informatie

FLORA- EN FAUNASCAN Fietsbrug over de A9

FLORA- EN FAUNASCAN Fietsbrug over de A9 FLORA- EN FAUNASCAN Fietsbrug over de A9 Opdrachtgever: SD+P management en Advies BV Projectnummer : P12039 Datum : Auteur : M. Kuiper Controle : P.M.A. van der Wielen Paraaf : Postbus 36233 1020 ME AMSTERDAM

Nadere informatie

Datum : 10 juli 2015 Ons kenmerk : 1502H037/DBI/rap2 Betreft : Resultaten flora- en faunaonderzoek J.P. Gouverneurlaan 20 te Sassenheim

Datum : 10 juli 2015 Ons kenmerk : 1502H037/DBI/rap2 Betreft : Resultaten flora- en faunaonderzoek J.P. Gouverneurlaan 20 te Sassenheim Sedos Mevrouw N. Wigmore Voorstraat 53 2201 HT Noordwijk Datum : 10 juli 2015 Ons kenmerk : 1502H037/DBI/rap2 Betreft : Resultaten flora- en faunaonderzoek J.P. Gouverneurlaan 20 te Sassenheim Geachte

Nadere informatie

Birdwatching: hoofdstuk 1/3 evaluatie van de beheersmaatregelen

Birdwatching: hoofdstuk 1/3 evaluatie van de beheersmaatregelen Birdwatching: hoofdstuk 1/3 evaluatie van de beheersmaatregelen Alle bij de NGF aangesloten clubs worden jaarlijks uitgenodigd deel te nemen aan een vogelteldag. De bedoeling is op dezelfde dag eind april

Nadere informatie

PROJECTPLAN ONTHEFFING AANSLUITING A9 - HEILOO Provincie Noord-Holland 16 DECEMBER 2016

PROJECTPLAN ONTHEFFING AANSLUITING A9 - HEILOO Provincie Noord-Holland 16 DECEMBER 2016 PROJECTPLAN ONTHEFFING AANSLUITING A9 - HEILOO Provincie Noord-Holland 16 DECEMBER 2016 Contactpersonen IRIS BAIJENS Arcadis Nederland B.V. Postbus 264 6800 AG Arnhem Nederland 2 INHOUDSOPGAVE ONDERBOUWING

Nadere informatie