van het raadslid dhr. A. Rennenberg (OAE) over het onderzoek in het Sociaal Domein

Transcriptie

1 gemeente Eindhoven Raadsnummer 15R6467 Inboeknummer 15bst01138 Dossiernummer (2.3.2) Beslisdatum B&W 25 augustus 2015 Raadsvragen van het raadslid dhr. A. Rennenberg (OAE) over het onderzoek in het Sociaal Domein Normaal stellen wij het op prijs om rapporten via de koninklijke weg te ontvangen. Het rapport Wonen in Twee Huizen van de heer Kusters hebben wij via andere kanalen ontvangen. Wij hebben kennis genomen van het feit, dat deze rapportage in opdracht van een lid van de directieraad tot stand is gekomen. Tevens vinden wij het enigszins curieus dat de schrijver van de opdracht dit rapport publiceerde op 21 juli 2015, terwijl dezelfde persoon op 7 juli door uw college benoemd is als voorzitter van de Raad van Toezicht van Wij Eindhoven. Het zal wel toeval zijn. De rapportage schetst een beeld, dat ook in het verleden door anderen naar voren is gebracht. Een lid van de OR is mede door het optreden van de gemeentesecretaris, tevens lid van de directieraad, door de rechter uit zijn functie ontheven. Vreemd als in de rapportage Wonen in Twee Huizen van de heer Kusters soortgelijke conclusies worden getrokken. Alleen de sancties verschillen. De klokkenluider wordt onthoofd en de onderzoeker wordt als een ridder te paard binnengehaald. Maar dit terzijde. Naar aanleiding van de conclusies en aanbevelingen hebben wij toch enkele vragen. Daarnaast hebben we ook vragen ten aanzien van de gelopen procedure. Vragen naar aanleiding van de procedure: Vraag 1. Toen uw college op 7 juli het besluit nam de heer Kusters te benoemen tot voorzitter van de raad van Toezicht van Wij Eindhoven was u toen op de hoogte van de opdracht die de heer Kusters had gekregen van een lid van de directieraad om onderzoek te doen naar opvattingen van de medewerkers van het sociale domein? Vraag 2 Was uw college op 7 juli al in concept op de hoogte van de rapportage die op 21 juli gepubliceerd werd? Vragen naar aanleiding van het rapport Het Ouderen Appèl Eindhoven stelt vast dat er de laatste jaren nogal wat ontwikkelingen binnen het ambtelijk apparaat, en in het bijzonder binnen het Sociaal Domein, hebben plaatsgevonden en nog steeds plaatsvinden. Deze veranderingen gaven ons met regelmaat aanleiding om aan u vragen te stellen ten aanzien van de gevolgen voor het

2 personeel. Vooral zaken zoals route 2014, het inhuren van derden en het voltooien van WIJ-Eindhoven waren steeds orde van gesprek. Voor wat het Ouderen Appèl Eindhoven betreft gaat het hierbij dan ook vooral om drie grote aanpassingen op het gebied van het Sociaal Domein: 1. Reorganisatie met als doelstelling 30% personeelsreductie; 2. De ontwikkelingen rondom WIJeindhoven; 3. De 3 decentralisaties. De in gang gezette aanpassingen vereisen dat de betrokken medewerkers anders ín hun werk komen te staan. Het Ouderen Appèl heeft er meermalen op gewezen dat juist de begeleiding van dit veranderingsproces van het grootse belang is voor het uiteindelijk welslagen. Vraag 3. Wat is uw oordeel over het onderzoek van de heer Kusters in het algemeen en de aanbeveling die de onderzoeker doet in het bijzonder? In eerder aan u gestelde vragen hebben wij het gehad over de angstcultuur. Uw antwoord hierop was dat er van een angstcultuur geen sprake was. In het rapport lezen wij nu: Mensen durven niet te zeggen wat op hun hart ligt. Zaken die ik in een vertrouwelijke sessie heb besproken komen op een andere manier weer terug. en verder: Er wordt te weinig geïnvesteerd in de mensen om hen in hun nieuwe functie te laten groeien. Mensen die goed functioneerden zijn verdwenen, omdat zij niet flexibel waren. Ik ben bang dat ik erop wordt afgerekend dat ik niet flexibel ben Vraag 4 Bent u het met ons eens dat in genoemde voorbeelden spraken is van angst? Vraag 5. Op welke wijze is er vanuit het college, betrokken wethouder(s), directieraad en andere leidinggevenden op toegezien dat voor wat betreft de door ons als drie belangrijkste veranderingen genoemde aanpassingen voldoende commitment hebben gekregen bij het betrokken personeel? Vraag 6. Hoe vaak op welke wijze en op welk van de drie genoemde aanpassingen hebt u de mate van commitment gecheckt, c.q. na onderzoek bijgesteld? Waaruit bestonden de bijstellingen per genoemde aanpassing gespecificeerd? Vraag 7. Ook in deze rapportage is de kritiek op de inhuur derden niet van de lucht. Wij vragen u ons een rapportage te sturen over hoe de inhuur derden in het Sociaal Domein tot stand is gekomen, gefunctioneerd heeft, welke werkwijzen zijn gehanteerd, welke bedrijven zijn ingehuurd en tegen welke kosten? Tevens willen we weten of de geleverde prestaties overeenkwamen met de geoffreerde verwachtingen en of de kosten binnen de begrotingen zijn gebleven.? Vraag 8. Bent u het met de onderzoeker eens dat snel doorgepakt moet worden in het realiseren van de veranderingen in het Sociaal Domein zowel voor de medewerkers als de burgers die afhankelijk zijn van een goede dienstverlening. 2

3 Vraag 9 Welke waarborgen hebt u op dit moment ingebouwd dat de burger als cliënt van de dienstverlening niet tijdig krijgt waar hij recht op heeft? Op welke wijze monitort u het proces? Kunt u een overzicht geven van het verloop van de wachtlijsten binnen het sociaal domein Graag zien wij uw antwoorden binnen de daartoe gestelde termijn tegemoet. Hoogachtend, Namens de fractie van het Ouderen Appel, Dré Rennenberg Fractievoorzitter Eindhoven, 11 augustus Antwoord van burgemeester en wethouders Op verzoek van de directieraad heeft er recent een onderzoek plaatsgevonden naar de ervaringen van medewerkers in het Sociaal Domein. Dit onderzoek stond onder leiding van een extern deskundige, de heer Jos Kusters. Alle medewerkers van het sociaal domein zijn uitgenodigd om aan dit onderzoek deel te nemen in de vorm van zogenaamde rondetafelgesprekken. In totaal zijn bij 62 medewerkers hun vragen, wensen, behoeften en ideeën over verbeteringen binnen het sociaal domein opgehaald om vervolgens te analyseren. Omtrent het proces met betrekking tot dit onderzoek, bent u middels een raadsinformatiebrief op vrijdag 14 augustus jl. geïnformeerd. Eindhoven, 18 augustus Toen uw college op 7 juli het besluit nam de heer Kusters te benoemen tot voorzitter van de Raad van Toezicht van WIJeindhoven, was u toen op de hoogte van de opdracht die de heer Kusters had gekregen van een lid van de directieraad om onderzoek te doen naar opvattingen van de medewerkers van het sociale domein? Ja, dit was bekend. In het voorjaar zijn met de heer Kusters voorbereidende gesprekken gevoerd m.b.t. het door hem uit te voeren onderzoek. De benoeming van de heer Kusters tot voorzitter van de Raad van Toezicht van WIJeindhoven volgde in een later stadium. Voor het doen van het onderzoek heeft de heer Kusters geen vergoeding ontvangen. Voor zijn voorzitterschap RvT WIJeindhoven ontvangt de heer Kusters een vrijwilligersvergoeding. 2. Was uw college op 7 juli al in concept op de hoogte van de rapportage die op 21 juli gepubliceerd werd? Nee. 3

4 3. Wat is uw oordeel over het onderzoek van de heer Kusters in het algemeen en de aanbevelingen die de onderzoeker doet in het bijzonder? Over het proces omtrent dit onderzoek bent u middels de raadinformatiebrief Proces n.a.v. recent onderzoek Sociaal Domein geïnformeerd. In lijn met de afspraken gaat de ambtelijke organisatie eerst zelf met alle medewerkers in het sociaal domein in gesprek over de uitkomsten van dit onderzoek. 4. Bent u het met ons eens dat in genoemde voorbeelden sprake is van angst? Over de uitkomsten van het onderzoek gaat de ambtelijke organisatie eerst zelf in gesprek. De organisatieveranderingen van de afgelopen periode zijn enorm. Een organisatie die grotendeels opnieuw is ingericht, brengt onzekerheid met zich mee. 5. Op welke wijze is er vanuit het college, betrokken wethouder(s), directieraad en andere leidinggevenden op toegezien dat voor wat betreft de door ons als drie belangrijkste veranderingen genoemde aanpassingen, voldoende commitment hebben gekregen bij het betrokken personeel? Alle gemeenten in Nederland zien zich geconfronteerd met de grote veranderingen die de decentralisaties meebrengen in het sociaal domein. Deze veranderingen hebben continue de aandacht van het college en de ambtelijke organisatie. Via de bestaande organisatielijnen en communicatiestructuren zijn de medewerkers betrokken. Daar waar er signalen uit de organisatie kwamen, hebben het college en de directieraad geacteerd. Bovendien zijn deze veranderingen ook doorlopend onderwerp van gesprek aan de tafels van de Ondernemingsraad en het Georganiseerd Overleg. 6. Hoe vaak op elke wijze en op welk van de drie genoemde aanpassingen hebt u de mate van commitment gecheckt, c.q. na het onderzoek bijgesteld? Waaruit bestonden de bijstellingen per genoemde aanpassing gespecificeerd? De voortgang in het sociaal domein is een continu onderwerp van gesprek tussen de ambtelijke organisatie en het college. Over het proces omtrent dit onderzoek bent u geïnformeerd door middel van de eerder genoemde raadsinformatiebrief. 7. Ook in deze rapportage is de kritiek op de inhuur derden niet van de lucht. Wij vragen u ons een rapportage te sturen over hoe de inhuur derden in het sociaal domein tot stand is gekomen, gefunctioneerd heeft, welke werkwijzen zijn gehanteerd, welke bedrijven zijn ingehuurd en tegen welke kosten? Tevens willen wij weten of de geleverde prestaties overeenkwamen met de geoffreerde verwachtingen en of de kosten binnen de begrotingen zijn gebleven?. We hebben toegezegd de Raad te informeren over de stand van zaken ten aanzien van inhuur in de accountantscommissie op 7 september a.s. We komen dan op een aantal van uw vragen terug. 8. Bent u het met de onderzoeker eens dat snel doorgepakt moet worden in het realiseren van de veranderingen in het sociaal domein, zowel voor de medewerkers als de burgers die afhankelijk zijn van een goede dienstverlening? 4

5 Het college geeft altijd prioriteit aan goede dienstverlening richting burgers en goed werkgeverschap richting medewerkers. 9. Welke waarborgen hebt u op dit moment ingebouwd dat de burger als cliënt van de dienstverlening tijdig krijgt waar hij recht op heeft? Op welke wijze monitort u het proces? Kunt u een overzicht geven van het verloop van de wachtlijsten binnen het sociaal domein? In de gemeenteraad en in de commissie Maatschappelijke Ontwikkeling wordt u regelmatig bijgepraat over de dienstverlening. Om deze dienstverlening te monitoren is onder andere het dashboard Sociaal Domein in ontwikkeling, waarover u op 19 mei jl. in de commissie bent geïnformeerd. Ook vindt er binnen het Sociaal Domein regulier overleg plaats met de cliëntenraden over onze dienstverlening. Ten aanzien van de wachtlijsten: dit voorjaar was er sprake van een oplopende werkvoorraad waarbij inwoners in sommige (niet urgente) situaties langer dan gebruikelijk in afwachting waren van een intakegesprek. Het Sociaal Domein heeft een taskforce ingezet die zich richt op het afhandelen van nieuwe meldingen. Dit draagt bij aan het verminderen van de wachttijd voor inwoners. Overigens is het zo dat dienstverlening in crisissituaties altijd voorrang krijgt, hier is geen sprake (geweest) van een oplopende werkvoorraad of wachttijden. Wij vertrouwen erop u hiermee naar behoren te hebben geïnformeerd. Eindhoven, 25 augustus 2015 Burgemeester en wethouders van Eindhoven 5