Het Verbeteren van de Communicatie naar Mantelzorgers over Pijnsignalen bij Dementerende Ouderen.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het Verbeteren van de Communicatie naar Mantelzorgers over Pijnsignalen bij Dementerende Ouderen."

Transcriptie

1 Het Verbeteren van de Communicatie naar Mantelzorgers over Pijnsignalen bij Dementerende Ouderen. Een Onderzoek naar de Effecten van Segmentatie en Tijdslimiet op Begrijpen en Onthouden van PACSLAC-D door Ouderen. Milou Remeijsen ANR Masterscriptie Communicatie- en Informatiewetenschappen Specialisatie Communicatie Design Faculteit Geesteswetenschappen Tilburg University Begeleider: Dr. M. Postma- Nilsenova Tweede lezer: Dr. Marije van Amelsvoort Januari 2015

2 Samenvatting Het doel van dit onderzoek is om een communicatie-instrument te ontwerpen dat mantelzorgers kan helpen om bestaande informatie over pijndetectie beter te begrijpen en onthouden. Door middel van het wel of niet gesegmenteerd aanbieden van PACSLAC-D en het wel of niet stellen van een tijdslimiet, is gekeken of deze factoren van invloed zijn op de begrijpelijkheid en mate van onthouden van PACSLAC-D. In de huidige studie is gebruik gemaakt van twee verschillende versies van PACSLAC-D; een gesegmenteerde versie en een niet gesegmenteerde versie. De helft van de participanten kreeg de gesegmenteerde versie om door te nemen en de andere helft kreeg de niet gesegmenteerde versie. De participanten werd gevraagd om deze informatie door te nemen, en daarna enkele vragen over de informatie te beantwoorden. Halverwege het onderzoek werd de participanten een tijdslimiet opgelegd. Nadat de participanten de informatie hadden doorgenomen, is er een aantal vragen gesteld om de begrijpelijkheid, herinnering en herkenning van PACSLAC-D bij de participanten te meten. De uitkomsten van deze studie geven aan dat de gesegmenteerde versie van PACSLAC-D niet als begrijpelijker werd beoordeeld dan de niet gesegmenteerde versie van PACSLAC-D. De gesegmenteerde versie werd enigszins beter herinnerd door de participanten dan de niet gesegmenteerde versie maar werd niet beter herkend dan de niet gesegmenteerde versie. Wel verkoos het merendeel van de participanten een gesegmenteerde versie van de informatie boven een niet gesegmenteerde versie. Tijdslimiet bleek bij zowel de gesegmenteerde als de niet gesegmenteerde versie niet van invloed te zijn op de mate van onthouden van PACSLAC-D. 2

3 Inhoudsopgave Blz. Voorwoord 4 1 Inleiding Relevantie 6 2 Theoretisch kader Pijndetectiemethodes PACSLAC Mantelzorgers van dementerende ouderen Verandering in visuele functies Verandering in geheugen en cognitie Leren door middel van multimedia design Pacing 25 3 Methode Participanten Pretest Design Materialen Instrumentatie Procedure 33 4 Resultaten Begrijpelijkheid Mate van onthouden Herinnering Herkenning Mate van tevredenheid Tijdslimiet 40 5 Discussie Begrijpelijkheid Herinnering en herkenning Tijdslimiet 47 6 Conclusie 49 Literatuur 50 Bijlagen Bijlage 1: SPMSQ Bijlage 2: Vragenlijst pijnherkenning bij dementiepatiënten Bijlage 3: Volledige tabel verdeling antwoorden herinnering 3

4 Voorwoord Voor u ligt mijn Masterscriptie, de afsluiting van mijn 4,5 jaar als studente Communicatie- en Informatiewetenschappen aan Tilburg University. Toen ik rond juni vorig jaar mijn voorkeur voor scriptie onderwerpen moest doorgeven, keek ik eerlijk gezegd wel enigszins op tegen het komende halfjaar. Na een jaar colleges volgen, vergaderingen met commissies en het runnen van Kweek Communicatie, zou er een halfjaar van vooral zelfstudie volgen. Het hele proces is mij echter heel erg meegevallen. Natuurlijk waren er ook momenten waarop ik het even niet meer zag zitten, maar er waren ook heel veel fijne momenten. Een aantal personen heeft mij erg geholpen en gesteund het afgelopen halfjaar en die wil ik dan ook graag bedanken. Ten eerste wil ik natuurlijk mijn begeleider, Marie Postma bedanken. Dankzij haar duidelijke deadlines, had ik er vanaf dag één vertrouwen in dat me dit moest gaan lukken binnen de gestelde termijn. Haar feedback en adviezen hebben mij vervolgens geholpen om mijn werk naar een hoger niveau te tillen, iets dat me zonder haar niet was gelukt. Ook wil ik Marije van Amelsvoort bedanken voor het invullen van de rol van tweede lezer. Verder wil ik mijn ouders bedanken voor hun steun en hun hulp bij het vinden van participanten. Bovendien wil ik mijn vriend bedanken, die mij altijd weer geruststelde als ik het even niet meer zag zitten, en altijd vertrouwen in mij bleef hebben. Ook mijn zus verdient een bedankje voor het nalopen van mijn scriptie op spelling- en interpunctiefouten. Tot slot wil ik graag alle mensen bedanken die bereid waren om mee te werken aan mijn onderzoek. Zonder jullie enthousiasme en behulpzaamheid had ik dit onderzoek niet kunnen uitvoeren. Milou Remeijsen, Breda, januari

5 Het Verbeteren van de Communicatie naar Mantelzorgers over Pijnsignalen bij Dementerende Ouderen; Een Onderzoek naar de Effecten van Segmentatie en Tijdslimiet op Begrijpen en Onthouden van PACSLAC-D door Ouderen. 1 Inleiding Wat zou er toch met Ria aan de hand zijn? Ze zit al de hele middag afwezig naar het plafond te staren en als ik in haar buurt kom, wil ze niets van me weten. Ria, wat is er met je? Heb je pijn? Kan ik je helpen? Ouderen met dementie hebben vaak moeite om zich uit te drukken. Niet alleen verbale, maar ook non-verbale signalen zijn niet altijd betrouwbaar. Het is voor de naasten van dementerenden dus moeilijk om te detecteren wanneer de dementerende wel of geen pijn heeft. Het doel van dit onderzoek is dan ook om een communicatie-instrument te ontwerpen dat mantelzorgers kan helpen om bestaande informatie over pijndetectie beter te begrijpen en onthouden. Wanneer de mantelzorgers namelijk beter bekend zijn met de informatie over pijndetectie, zullen zij ook beter in staat zijn om pijn te detecteren bij dementerende ouderen. Dementie is een verzamelnaam voor ruim 50 verschillende ziektes die allen leiden tot een geleidelijke achteruitgang van het geestelijk functioneren (Alzheimer Nederland, 2012). De meest bekende en tevens meest voorkomende vorm van dementie is de ziekte van Alzheimer. Naar schatting lijdt 70 procent van de mensen met dementie aan deze vorm van dementie. Andere vormen van dementie zijn onder andere vasculaire dementie, Lewy Body dementie en frontotemporale dementie (Alzheimer Nederland, 2012). In Nederland lijden ruim mensen aan dementie en dit aantal zal de komende 30 jaar verdubbelen (Alzheimer Nederland, 2012). In Nederland worden namelijk ieder uur 4 mensen met dementie gediagnosticeerd (Alzheimer Nederland, 2012). Uit onderzoek is gebleken dat zo n 45 tot 80 procent van de psychogeriatrische verpleeghuispatiënten pijn ervaart, en dat zij over het algemeen onderbehandeld worden voor de pijn die zij ervaren (Scherder & Bouma, 1997; 5

6 Frampton, 2003). Het is dus aannemelijk dat ook voor veel mantelzorgers de communicatie over pijn van dementerenden naar hun mantelzorgers toe een probleem is. In dit onderzoek zal getracht worden een communicatie-instrument te ontwikkelen dat mantelzorgers kan helpen om pijn bij dementerende ouderen gemakkelijker te herkennen. 1.1 Relevantie Het aantal dementerende ouderen zal de komende jaren dus verdubbelen tot een aantal van (Alzheimer Nederland, 2012). Ook het aantal mantelzorgers zal toenemen doordat de overheid dementerende ouderen stimuleert om zo lang mogelijk thuis te blijven wonen. Het feit dat veel van deze nog thuis wonende dementerenden waarschijnlijk ook pijn ervaren zonder dat de mantelzorger hier weet van heeft, is zorgelijk. Doordat het geven van verbale signalen vaak niet meer mogelijk is voor dementerenden en non-verbale signalen niet altijd even betrouwbaar zijn, is het voor de mantelzorger moeilijk om pijn te herkennen. Het is dus van groot belang om een onderzoek uit te voeren waarbij een communicatie-instrument wordt ontworpen dat mantelzorgers kan helpen om deze pijn tijdig te detecteren, daardoor juist te handelen en de pijn zo mogelijk te verhelpen. Er bestaan reeds talloze pijndetectiemethodes die allemaal geschikt zouden moeten zijn voor het detecteren van pijn bij dementerende ouderen. Uit onderzoek van Zwakhalen, Hamers, Abu-Saad en Berger (2006) kwam naar voren dat van de twaalf bestudeerde methodes, PACSLAC en DOLOPLUS2 de meest geschikte methodes waren om pijn bij dementerende ouderen te detecteren. De klinische bruikbaarheid van deze methodes is echter nog onvoldoende onderzocht, waardoor de methodes nog niet ingezet kunnen worden in bijvoorbeeld een klinische omgeving of door mantelzorgers (Zwakhalen et al., 2006). 6

7 In dit onderzoek zal getracht worden om de bruikbaarheid van een bestaande pijndetectiemethode PACLSAC-D te verbeteren, door een communicatie-instrument te ontwerpen waardoor de begrijpelijkheid en mate van onthouden van het instrument verhoogd zou moeten worden. Dit communicatie-instrument zal ontworpen worden aan de hand van een aantal design principes. Uit onderzoek van Mayer (2005) komen elf verschillende designprincipes naar voren om lerenden optimaal te laten leren door middel van een multimediainstrument, maar het effect van deze principes is tot dusver onvoldoende onderzocht bij ouderen. Deze principes zouden door de cognitieve beperkingen die ouderen hebben namelijk een andere invloed kunnen hebben op het leerproces bij ouderen dan bij jongeren. Het is dus van belang om verder onderzoek te verrichten naar de effecten van multimedia-instrumenten bij ouderen. Het design-principe waar in dit onderzoek de nadruk op ligt, is het principe van segmentatie. Daarnaast zal worden gekeken naar het effect van het wel of niet stellen van een tijdslimiet. De onderzoeksvraag van dit onderzoek luidt dan ook Leidt het gesegmenteerd (met of zonder tijdslimiet) aanbieden van de PACSLAC-D methode ertoe dat ouderen de pijndetectiemethode beter begrijpen en onthouden? Met behulp van een multimedia variant van PACSLAC-D en een vragenlijst achteraf zal getracht worden een antwoord te vinden op deze onderzoeksvraag. 7

8 2. Theoretisch kader Pijn is een veelvoorkomend lichamelijk ongemak bij ouderen met dementie. Uit onderzoek is gebleken dat zo n 45 tot 80 procent van de psychogeriatrische verpleeghuispatiënten pijn ervaart (Scherder & Bouma, 1997). Over het algemeen worden deze patiënten onderbehandeld voor de pijn die zij ervaren (Scherder & Bouma, 1997; Frampton, 2003). Er wordt te weinig medicatie toegediend, en ook andere manieren om het leven van de patiënten zo comfortabel mogelijk te maken, worden onvoldoende toegepast (Feldt, Warne & Ryden, 1998). Uit onderzoek in een verzorgingstehuis kwam naar voren dat van de 26 patiënten die potentieel pijn ervoeren, slechts 3 patiënten op reguliere basis verdovende middelen toegediend kregen (Marzinski, 1991). Bovendien krijgen ouderen met dementie die pijn hebben per definitie minder medicatie toegediend dan ouderen met pijn zonder dementie (Scherder, 2006). De voornaamste oorzaak voor het onderbehandelen van pijn bij dementerende ouderen is dat pijn te laat, of helemaal niet gedetecteerd wordt (Cook, Niven & Downs, 1999). Ouderen kunnen slecht aangeven of ze pijn hebben, en wanneer ze pijn hebben, kunnen ze ook niet goed aangeven hoe ernstig de pijn is. Uit onderzoek is gebleken dat meer dan 20 procent van de ouderen die in verzorgingstehuizen wonen, niet in staat is om ja of nee te antwoorden op vragen. Deze ouderen kunnen dus ook niet zelf aangeven dat ze pijn hebben (Ferrel, Ferrel & Rivera, 1995; Parmelee, Smith & Katz, 1993). Bovendien zijn de nonverbale signalen die ouderen met dementie geven ook niet altijd betrouwbaar (Monroe & Mion, 2012). Het communiceren over pijn is dus voor dementerende ouderen een probleem. Hierdoor is het voor mantelzorgers van dementerende ouderen lastig om pijn te herkennen. Bovendien hebben mantelzorgers van dementerende ouderen vaak te weinig kennis of ervaring om pijn bij dementerende ouderen te detecteren (Cook et al., 1999). Het is dus van belang om mantelzorgers een communicatie-instrument te bieden waarmee zij aan de hand 8

9 van een bestaand pijndetectie instrument pijn bij dementerende ouderen juist leren te herkennen. 2.1 Pijndetectiemethodes Doordat er in het verleden al veel onderzoek is verricht naar het detecteren van pijn bij dementerende ouderen, zijn er reeds verschillende pijndetectiemethodes ontwikkeld die gebruikt kunnen worden om pijn bij dementerende ouderen te detecteren. Voorbeelden van deze instrumenten zijn DOLOPLUS2, L échelle Comportementale pour Personnes Agées (ECPA), The Simplified Behavioural Scale (ECS), The Observational Pain Behavioural Tool, The Pain Assessment Checklist for Seniors with Limited Ability to Communicate (PACSLAC), The Pain Assessment in Advanced Dementia Scale (PAINAID) en The Pain Assessment for the Dementing Elderly (PADE). Deze pijndetectiemethodes zijn geëvalueerd in diverse onderzoeken, om zo inzicht te krijgen in de effecten en de inzetbaarheid van de verschillende methodes. In één van deze onderzoeken is een review gemaakt van twaalf bestaande pijndetectiemethodes, waarbij de plus- en minpunten van elke pijndetectiemethode aan het licht werden gebracht (Zwakhalen et al. 2006). Uit de review komt naar voren dat PACSLAC en DOLOPLUS2 van alle schalen die op dat moment beschikbaar waren, de meest geschikte schalen zijn om pijn te detecteren (Zwakhalen et al., 2006). In tegenstelling tot de tien andere geëvalueerde pijndetectiemethodes bevatten deze twee methodes namelijk twee belangrijke criteria voor pijndetectiemethodes. DOLOPLUS2 is de enige pijndetectiemethode waarbij uitvoerig onderzoek is gedaan naar de klinische bruikbaarheid en daardoor is deze methode volgens de onderzoekers het meest inzetbaar. PACSLAC is echter de enige pijndetectiemethode waarbij de aandacht vooral ligt op subtiele veranderingen in gedrag, en daardoor volgens de onderzoekers de meest geschikte methode om pijn mee te detecteren bij dementerende ouderen (Zwakhalen et al., 2006). 9

10 In een onderzoek naar de betrouwbaarheid en validiteit van verschillende pijndetectiemethodes wordt PACSLAC tevens aangewezen als de meest valide en betrouwbare pijndetectiemethode, mede dankzij de aanwezigheid van zes verschillende gedragsdomeinen (Lints- Martindale, 2012). Uit zowel uit het onderzoek van Zwakhalen et al. (2006) als Lints-Martindale (2012) komt dus naar voren dat PACSLAC op dat moment de meest geschikte pijndetectie methode was om pijn bij dementerende ouderen te detecteren. 2.2 PACSLAC PACSLAC is een observationeel instrument dat verpleegsters en mantelzorgers kan helpen om pijn bij dementerende ouderen te herkennen, door naar gedragsuitingen van dementerende ouderen te kijken. Omdat bij dementerende ouderen zowel de verbale als de non-verbale uitingen niet betrouwbaar zijn, is deze pijndetectiemethode erop gericht om door het observeren van gedragsuitingen te kunnen vaststellen of de dementerende oudere wel of geen signalen van pijn vertoont (Fuchs-Lacelle & Hadjistavropoulos, 2004). PACSLAC bestaat uit 60 voorbeelden van gedragsuitingen die erop kunnen wijzen dat de dementerende oudere pijn heeft. Hoewel PACSLAC als een valide en betrouwbare pijndetectiemethode wordt gezien, wordt de lengte van deze methode genoemd als nadeel van PACSLAC. Door het groot aantal items neemt het invullen van de pijndetectiemethode veel tijd in beslag (Zwakhalen et al., 2007). De lengte van de pijndetectiemethode zorgt er bovendien voor dat de subgroepen minder specifiek worden, waardoor het onderscheid tussen de subgroepen minder duidelijk wordt (Fuchs-Lacelle & Hadjistavropoulos, 2004). Het feit dat de lengte van PACSLAC door velen als een nadeel werd gezien, heeft ertoe geleid dat Zwakhalen, Hamers en Bergen (2007) getracht hebben een verkorte versie van PACSLAC te ontwikkelen, PACSLAC-D. 10

11 De verkorte versie van PACSLAC is in tegenstelling tot de originele PACSLAC in het onderzoek van Zwakhalen et al. (2007) niet geëvalueerd door de gebruikers. Het is dus niet bekend of de verkorte versie van PACSLAC die Zwakhalen et al. (2007) hebben ontwikkeld, door gebruikers beter wordt beoordeeld dan de originele versie van Fuchs-Lacelle en Hadjistavropoulos (2004). De gebruikers van de pijndetectiemethodes zijn in dit onderzoek juist van groot belang aangezien er getracht wordt een communicatie-instrument te ontwikkelen voor mantelzorgers de gebruikers dat ervoor zorgt dat zij de pijndetectiemethode op een juiste manier kunnen gaan gebruiken. 2.3 Mantelzorgers dementerende van ouderen In Nederland zijn op dit moment ruim mantelzorgers voor mensen met dementie, waarvan de helft tussen de 45 en 65 jaar oud is (de Boer & de Klerk, 2013). Gemiddeld geven deze mantelzorgers gedurende 5 jaar, 20 uur zorg per week aan een dementerend persoon (Alzheimer Nederland, 2012). Onder mantelzorgers vallen mensen uit de naaste omgeving van de dementerende, zoals de partner, de kinderen, andere familieleden, vrienden en buren die de dementerende verzorgen (Zaanswijk, van Beek, Peeters, Meerveld & Francke, 2010). In de meeste gevallen is het echter de partner van de dementerende die de taak van mantelzorger grotendeels op zich neemt. Een groot deel van de mantelzorgers is zelf ook al op leeftijd. De afgelopen jaren is bovendien het percentage ouderen onder mantelzorgers verder gestegen. Zo was in 2001 nog 13 procent van de mantelzorgers 65 jaar of ouder, maar was dat aantal in 2008 al gestegen tot 20 procent (Oudijk, de Boer, Woittiez, Timmermans & de Klerk, 2010). Door de hoge leeftijd van relatief veel mantelzorgers is het belangrijk om bij het ontwikkelen van een communicatie-instrument rekening te houden met eventuele beperkingen van deze groep. 11

12 De beperkingen die ontstaan met het toenemen van de leeftijd, zijn dus ook bij een groot deel van de mantelzorgers van toepassing. Niet alleen fysieke, maar vooral ook mentale beperkingen zijn belangrijk om in acht te nemen aangezien er onderzocht zal worden of PACSLAC-D beter begrepen en onthouden wordt in bepaalde condities. Omdat er gebruik zal worden gemaakt van een multimedia-instrument, is het van belang om bij het design van de technologie rekening te houden met de wensen en beperkingen van ouderen. Bovendien moeten eerst de voordelen van de technologie duidelijk gemaakt worden aan ouderen voordat de technologie vrijwillig gebruikt zal worden. Wanneer ouderen echter overtuigd zijn van de voordelen, zullen zij de technologie ook daadwerkelijk gaan gebruiken (Rogers & Fisk, 2010). Om ouderen te kunnen overtuigen van de voordelen van de technologie, moet er rekening gehouden worden met bijvoorbeeld beperkte visuele en cognitieve functies. 2.4 Veranderingen in de visuele functies De meeste ouderen krijgen op latere leeftijd moeite met zaken als scherp zien (Fozard, 1990), het onderscheiden van contrast (Owsley, Seculer & Siemsen, 1983) en het onderscheiden van kleuren (Johnson, Adams, Twelker, Quigg, 1988). Verder neemt bij ouderen de breedte van het gezichtsveld af (Cerella, 1985; Collins, Brown & Bowman, 1989), kunnen ouderen moeilijk wennen aan veranderende visuele stimuli (Kline, Culham, Bartel & Link, 2001), kunnen ze minder accuraat diepte inschatten (Bell, Wolf & Bernholz, 1972) en minder goed figuren en objecten herkennen die zijn ingebed in andere figuren of incompleet zijn (Salthouse & Prill, 1988; Frazier & Hoyer, 1992). Door bij het ontwerpen van een communicatie-instrument rekening te houden met deze beperkingen, kan ervoor gezorgd worden dat de oudere mantelzorgers zo min mogelijk belemmerd worden door hun visuele beperkingen. 12

13 Zaken waarmee in de lay-out van een communicatie-instrument rekening gehouden kan worden, zijn bijvoorbeeld het zorgen voor een hoog contrast (Farage et al., 2012), zwarte tekst op een witte achtergrond en het gebruik van uitgesproken kleuren voor afbeeldingen (Hawthorn, 2000). Decoratieve lettertypen en achtergronden moeten dus vermeden worden (Farage et al., 2012). De resultaten van onderzoek naar visueel gedrag ondersteunen de recente aanbevelingen voor een simpele lay-out die duidelijk en consistent is (Hawthorn, 2000) met belangrijke informatie groter en opvallender geplaatst dan de overige tekst (Hawthorn, 2000; Farage et al., 2012). Om verwarring te voorkomen, dienen alleen simpele en relevante afbeeldingen te worden gebruikt, en moet er een duidelijk verband worden gelegd tussen de tekst en de afbeeldingen (Hawthorn, 2000; Farage et al., 2012). Wanneer deze aanpassingen in het ontwerp van een communicatie-instrument gehonoreerd worden, kan voorkomen worden dat het cognitieve geheugen van de mantelzorgers onnodig overbelast raakt. 2.5 Veranderingen in geheugen en cognitie Het cognitieve geheugen is één van de onderdelen van de hersenen die achteruitgaan naarmate men ouder wordt. Een welbekend begrip in het onderzoeksveld naar geheugen bij ouderen is cognitive aging. Cognitive aging houdt in dat de processen die bijdragen aan de efficiëntie van informatieverwerking, afnemen naarmate men ouder wordt (van Gerven, Paas & Tabbers, 2006). Een zeer bekende en veel voorkomende afname op het niveau van gedrag is een afname van de algehele cognitieve snelheid (Fisk & Warr, 1996). Hierdoor wordt het hele cognitieve systeem ernstig vertraagd (van Gerven et al., 2006). Een tweede algehele afname betreft een afname van de cognitieve controle. Cognitieve controle brengt een hele groep van mechanismes met zich mee die als doel hebben informatie te manipuleren in het werkgeheugen en bij ordeningsgedrag (van Gerven et al., 2006). Bij simpele taken merkt men 13

14 bij ouderen weinig achteruitgang in dit deel van het geheugen. Met het heroproepen van meerdere instructies of complexe informatiereeksen kunnen ouderen echter wel meer moeite hebben (Farage et al., 2012). Ook kunnen ouderen moeite hebben met het buitensluiten van concurrerende informatie, waardoor het moeilijker wordt om de relevante informatie snel te verwerken (Farage et al., 2012; Kane, Hasher, Stoltzfus, Zacks, & Connelly, 1994). Het buitensluiten van irrelevante informatie wordt ook wel aangeduid met de term inhibitie (van Gerven et al., 2006). Naast de achteruitgang van het cognitieve geheugen, worden ook andere delen van het geheugen aangetast naarmate men ouder wordt. Het prospectieve geheugen het vermogen om te onthouden dat iets in de toekomst gedaan moet worden gaat achteruit naarmate men ouder wordt. Ouderen lijken vooral problemen te hebben met handelingen die binnen een bepaalde tijdsduur voltooid moeten worden, en hebben minder problemen met handelingen die verbonden zijn aan een bepaalde aanwijzing of gebeurtenis (Jager & Kliegel, 2008). Het procedurele geheugen is het geheugen waarin opgeslagen wordt hoe men bepaalde handelingen die men in het verleden geleerd heeft, uit moet voeren (Squire, 1986). Bestaande, vaak uitgevoerde routines blijven redelijk intact, maar wanneer een bestaande, eerder uitgevoerde routine aangepast moet worden aan een nieuwe context, kunnen ouderen hier moeite mee hebben (Farage et al., 2012). Het langetermijngeheugen blijft redelijk behouden naarmate men ouder wordt. Wel kunnen ouderen vaker het idee hebben dat iets zogezegd op het puntje van hun tong ligt; ze weten wel wat er bedoeld wordt, maar kunnen niet op het juiste antwoord komen (Farage et al., 2012). In andere onderzoeken wordt echter geconcludeerd dat vooral het langetermijngeheugen achteruit gaat naarmate men ouder wordt. Zo werden er nauwelijks verschillen gevonden bij het sensorisch geheugen en het kortetermijngeheugen, maar bleek dat er bij het langetermijngeheugen grote leeftijdsverschillen bestonden voor vrije herinnering (free recall; Albert & Knoefel, 2011). Wanneer er een grote hoeveelheid nieuwe informatie onthouden 14

15 moest worden voor een relatief gezien lange periode, zag men al vrij vroeg een afname van het geheugen (Crook & West, 1990). Naarmate men ouder wordt, neemt de mate waarin men na het bestuderen van een woordenreeks of een tekst presteert op recognition (herkenning) en recall (herinnering) taken, af (Wahlin, Backman & Winblad, 1995). Uit andere onderzoeken is echter gebleken dat dit niet per definitie het geval is. Ouderen scoren namelijk beter op herkenning en herinnering wanneer zij een woordenreeks langzaam te horen krijgen, dan wanneer zij een woordenreeks snel te horen krijgen. Door de woordenreeks langzaam te laten horen, kunnen de woorden één voor één verwerkt worden. Wanneer de woorden echter snel achtereen opgelezen worden, moeten de verschillende woorden tegelijk verwerkt worden. Ouderen zijn dus gevoelig voor manipulatie van de presentatiesnelheid wanneer het om een geheugentaak gaat (Wahlin et al., 1995; Farage et al., 2012). Onderzoek naar taalvaardigheden bij ouderen laat zien dat het ouder worden tevens een aantal beperkingen wat betreft de taalvaardigheden met zich meebrengt. Zo lijkt het begrip van complexe syntactische constructies af te nemen rond het 60 e levensjaar (Walsh & Baldwin, 1977). Volgens Light (1990) zorgt een afname van het werkgeheugen voor de problemen die ouderen hebben met de begrijpelijkheid van tekst. Ouderen hebben meer moeite met het verwerken van afzonderlijke woorden, dan met het verwerken van samenhangend proza (Craik & Masani, 1967). Daarnaast worden sarcasme en ironie moeilijk herkend doordat ouderen de taal letterlijk interpreteren (Farage et al., 2012). Andere bevindingen zijn dat ouderen net zo goed zijn in het onthouden van onbelangrijke dingen als jongere mensen, maar dat ouderen wel meer moeite hebben met het onthouden van belangrijke dingen dan jongere mensen (Craik & Masani, 1967). Ook vinden ouderen het moeilijk om ergens hun aandacht voor langere tijd bij te houden (Verkruyssen, 1996). 15

16 De hierboven besproken visuele en cognitieve beperkingen die veel ouderen ervaren, zijn natuurlijk ook van toepassing op veel van de mantelzorgers van dementerende ouderen. Zoals eerder aangegeven is een groot deel van de mantelzorgers namelijk zelf ook al op leeftijd. Bij het ontwerpen van een communicatie-instrument voor mantelzorgers, is het dus belangrijk om deze zaken in acht te nemen opdat het cognitieve geheugen niet onnodig overbelast raakt. Iets dat de laatste jaren steeds vaker wordt ingezet wanneer een bepaalde doelgroep iets geleerd moet worden, is een multimedia-instrument. Ook bij ouderen kan het inzetten van een multimedia-instrument ertoe leiden dat er beter geleerd wordt. Er zijn echter wel een aantal zaken waarmee rekening dient gehouden te worden bij het inzetten van een multimedia-instrument bij ouderen. 2.6 Leren door middel van multimedia design In het design van bestaande multimedia instructies wordt vaak nog onvoldoende rekening gehouden met de beperkingen van ouderen (Pachman & Ke, 2012). In de meeste onderzoeken naar de effecten van multimedia learning wordt er uitgegaan van de assumptie dat de optimalisatieprincipes hetzelfde effect hebben op jongeren als op ouderen (van Gerven, Paas, van Merriënboer & Schmidt, 2006). Dit is echter niet altijd het geval. Zoals reeds besproken, heeft cognitive aging namelijk grote invloed op de informatieverwerking bij ouderen (van Gerven, Paas & Tabbers, 2006). Doordat er bij het ontwikkelen van multimediainstrumenten vaak nog onvoldoende rekening wordt gehouden met de cognitieve beperkingen die cognitive aging met zich meebrengt, kunnen ouderen meer moeite hebben met het leren van nieuwe vaardigheden en het onthouden van belangrijke informatie (van Gerven, et al., 2006). Twee theorieën die ten grondslag liggen aan diverse onderzoeken naar optimalisatieprincipes voor multimedia instructies zijn de Cognitive Theory of Multimedia Learning (CTML) en de Cognitive Load Theory (CLT; Mayer, 2002; Sweller, 1988). 16

17 Cognitive Theory of Multimedia Learning De CTML is gebaseerd op drie assumpties: de dual channel assumptie, de limited capacity assumptie en de active processing assumptie (Mayer, 2002). Volgens de dual channel assumptie zijn er twee aparte kanalen voor het verwerken van visuele (of geïllustreerde) informatie en auditieve (of verbale) informatie. De kanalen kunnen gekarakteriseerd worden aan de hand van de zintuiglijke modaliteit (visueel versus auditief) of aan de hand van de presentatiewijze (geïllustreerd versus verbaal; Mayer, 2002). De limited capacity assumptie houdt in dat er slechts een beperkte hoeveelheid informatie per kanaal tegelijkertijd kan worden verwerkt in de hersenen. Wanneer er te veel woorden en afbeeldingen tegelijkertijd op een scherm gepresenteerd worden, kan het kanaal waar de visuele informatie binnenkomt, overbelast raken. Het is dus van belang om hierin een balans te vinden (Mayer, 2002). Volgens de active processing assumptie kan er geleerd worden door de aanwezigheid van relevante inkomende informatie, het organiseren van geselecteerde informatie in coherente mentale representaties en het integreren van deze mentale representaties in de bestaande kennis (Mayer, 2002). De dual channel assumptie, de limited capacity assumptie en de active processing assumptie vormen samen de cognitive theory of multimedia learning. Deze theorie houdt in dat informatie wordt aangeboden in twee verschillende vormen zonder hierbij de verschillende kanalen te overbelasten en dat van zowel de binnenkomende woorden als afbeeldingen de relevante informatie wordt geselecteerd in het sensorisch geheugen. Deze relevante informatie wordt dan georganiseerd in het werkgeheugen en tot slot geïntegreerd in het lange termijngeheugen (Mayer, 2002). Multimedia berichten die alle vijf deze cognitieve processen stimuleren (woorden selecteren, afbeeldingen selecteren, woorden organiseren, afbeeldingen organiseren en het geheel integreren) zouden eerder tot zinvol leren moeten leiden dan berichten die niet alle cognitieve processen stimuleren (Mayer, 2002). Het is echter nog de vraag of dit ook geldt voor ouderen. 17

18 Een tweede theorie die zich richt op het optimaliseren van instructies is de cognitive load theory (Sweller, 1988). Cognitive load theory Volgens de cognitive load theory zijn er drie typen cognitieve belastingen: extraneous (externe), intrinsic (intrinsieke) en germane (relevante) cognitive load (Sweller, 1988). De intrinsieke cognitieve belasting heeft betrekking op de eigenschappen van de inhoud die geleerd moet worden. De externe cognitieve belasting heeft betrekking op het instructiemateriaal dat gebruikt wordt om de inhoud te presenteren, en de relevante cognitieve belasting heeft betrekking op de belasting die wordt opgelegd door de leerprocessen (de Jong, 2010). Wanneer er een instructie ontworpen wordt die lerenden effectief moet laten leren, is één van de primaire doelen om de externe cognitieve belasting te verminderen (Pachman & Ke, 2012). Het doel van dit onderzoek is om een communicatie-instrument te ontwerpen dat mantelzorgers kan helpen om bestaande informatie over pijndetectie, beter te begrijpen en onthouden. Het is dus van belang dat er rekening mee wordt gehouden dat er verschillende factoren zijn die een externe cognitieve belasting kunnen verhogen of verlagen. Externe cognitieve belasting is de cognitieve belasting die wordt opgewekt door het instructiemateriaal en die niet direct bijdraagt aan het leren. Externe cognitieve belasting is, in tegenstelling tot de intrinsieke cognitieve belasting, dus niet noodzakelijk voor het leren. De externe cognitieve belasting kan veranderen door het instructiemateriaal te veranderen en zou dus ook verminderd kunnen worden wanneer het juiste materiaal gebruikt wordt (Pachman & Ke, 2012). 18

19 Design-principes voor multimedia instructies De assumpties waarop de CLT en de CTML gebaseerd zijn, zijn de basis geweest voor een aantal empirisch geteste design-principes die van belang zijn bij betekenisvol leren door middel van multimedia (Mayer, 2005). De principes zijn verdeeld in basis principes en gevorderde principes. De basisprincipes zijn achtereenvolgens multimedia effect, verdeelde aandacht/nabijheid, modaliteit, overtolligheid, segmentatie/chunking, pre-training, coherentie, signalering en personalisatie/stem en afbeelding. De gevorderde principes zijn interactiviteit en begeleiding (Mayer, 2005). Van deze elf principes wordt verwacht dat ze de ontwerpers van instructies kunnen helpen om een cognitieve overbelasting bij de lerenden te voorkomen en zinvol leren juist te stimuleren. Een aantal van deze design-principes is reeds onderzocht wat betreft het effect op de externe cognitieve belasting (Mayer, 2002; de Jong, 2010; Mayer & Johnson, 2008). Het eerste principe dat van invloed zou kunnen zijn op de externe cognitieve belasting is het contiguïteitsprincipe (Mayer, 2002). Contiguïteitsprincipe Volgens het contiguïteitsprincipe leidt een geïntegreerde presentatie waarbij een afbeelding met daarin tekst geïntegreerd wordt aangeboden, tot een lagere externe cognitieve belasting dan een gescheiden presentatie waarbij de tekst onder de afbeelding wordt aangeboden (Mayer, 2002). Bovendien wordt de externe cognitieve belasting meer verlaagd wanneer tekst en afbeeldingen tegelijkertijd worden gepresenteerd, dan wanneer tekst en afbeeldingen na elkaar worden gepresenteerd. Wanneer tekst en afbeeldingen tegelijkertijd worden gepresenteerd, wordt men niet belemmerd door het zogenaamde split-attention effect. Volgens het split-attention effect wordt het geheugen onnodig zwaar belast wanneer de informatie in de afbeelding en de tekst niet tegelijkertijd wordt gepresenteerd (de Jong, 2010). Bij een gescheiden presentatie zullen lerenden namelijk hun beperkte cognitieve middelen 19

20 moeten inzetten voor het zoeken naar delen van de afbeelding die overeenkomen met de woorden (en andersom), waardoor er minder ruimte overblijft voor cognitieve verwerking van de informatie. Bij een geïntegreerde presentatie hebben lerenden meer capaciteit om in te zetten voor de cognitieve verwerking van de informatie doordat de externe cognitieve belasting lager is. Hierdoor zou informatie beter verwerkt moeten worden (Mayer, 2002). Wanneer de tekst en afbeeldingen bovendien tegelijkertijd worden gepresenteerd, zullen de verbale en geïllustreerde representaties zich tegelijkertijd in het werkgeheugen bevinden, wat het leren vergemakkelijkt (Mayer, 2002). Dit principe zou hetzelfde effect moeten hebben op jongeren als op ouderen. Ouderen hebben namelijk meer moeite met het integreren van bepaalde informatie in een geheel (van Gerven et al., 2006) en het contiguïteitsprincipe helpt hen dus juist met integreren van de informatie, waardoor de externe cognitieve belasting laag blijft. Een tweede principe dat tot een verlaagde externe cognitieve belasting leidt, is het modaliteitsprincipe (Mayer, 2002). Modaliteitsprincipe Volgens het modaliteitsprincipe leert men beter wanneer informatie in de animationand-narration presentation (AN presentatie) wordt gebracht dan wanneer informatie in de animation-and-text presentation (AT presentatie) wordt gebracht (Mayer, 2002). Op basis van de CTML kan gesteld worden dat bij de AN presentatie de informatie via twee verschillende kanalen het sensorisch geheugen binnenkomt, namelijk visueel en auditief, terwijl bij de AT presentatie alle informatie via één kanaal het visuele kanaal het sensorisch geheugen binnenkomt. Volgens de CTML is de externe cognitieve belasting bij de AT presentatie groter doordat zowel de afbeelding als de woorden via het visuele kanaal naar het werkgeheugen moeten worden gestuurd (Mayer, 2002; de Jong, 2010). Ook bij ouderen is de externe cognitieve belasting groter bij de AT presentatie dan bij de AN presentatie. Omdat bij ouderen 20

21 een afname plaatsvindt in de capaciteit van het werkgeheugen, de cognitieve snelheid en mate van integratie (van Gerven et al., 2006), is het belangrijk deze beperkingen zo veel mogelijk te compenseren. Een audiovisuele presentatie zoals bij de AN presentatie zorgt hiervoor door de cognitieve belasting te verspreiden over twee kanalen (zowel visueel als auditief; Paas, van Gerven & Tabbers, 2005). Een derde design-principe dat kan helpen om de externe cognitieve belasting te verlagen, is het redundantieprincipe (Mayer, 2002). Redundantieprincipe Volgens het redundantieprincipe kan het brengen van overtollige informatie (door dezelfde informatie via twee verschillende kanalen te brengen) ertoe leiden dat lerenden minder goed zullen presteren. Volgens de CTML kan het toevoegen van geschreven woorden aan een gesproken tekst met afbeeldingen op het scherm er namelijk voor zorgen dat het visuele kanaal overbelast wordt, doordat zowel afbeeldingen als tekst moeten worden verwerkt (Mayer, 2002). Door het presenteren van dezelfde informatie via tekst en afbeeldingen zou de kans op een externe cognitieve overbelasting dus groter moeten zijn (de Jong, 2010). Dit blijkt echter niet altijd het geval. Zo vonden Mayer en Johnson (2008) dat overtollige informatie juist gunstig kan zijn in het leerproces, zo lang de informatie niet te lang is en dicht bij de informatie waarnaar deze refereert, wordt geplaatst. Bovendien is uit diverse onderzoeken gebleken dat redundantie verschillende effecten kan hebben bij verschillende doelgroepen. In het onderzoek van Pachman & Ke (2012) is het effect van het redundantieprincipe bij ouderen onderzocht. Waar redundantie volgens Mayer (2002) een nadelig effect zou hebben op het leren, blijkt uit onderzoek van Pachman & Ke (2012) dat redundantie bij ouderen juist een voordelig effect kan hebben. In het onderzoek werden de resultaten van jongeren en ouderen vergeleken en hoewel de jongeren volgens verwachting slechter presteerden wanneer zij een uitleg bij een afbeelding zowel visueel als auditief ontvingen, bleken de ouderen juist beter te presteren wanneer zij de uitleg via beide kanalen 21

22 ontvingen (Pachman & Ke, 2012). Zo blijkt dus dat het effect van redundantie verschilt per doelgroep. Een laatste principe dat kan leiden tot een verlaagde externe cognitieve belasting en waarvan nog niet duidelijk is of het effect bij jongeren en ouderen verschilt is het segmentatieprincipe (Mayer & Moreno, 2003). Segmentatieprincipe Volgens het segmentatieprincipe wordt een multimedia-instructie beter begrepen wanneer de informatie wordt aangeboden in delen, dan wanneer de informatie wordt aangeboden als één doorlopend geheel (Mayer & Moreno, 2003). Wanneer de informatie in delen wordt aangeboden, kan de lerende per deel de belangrijke informatie naar voren halen en verwerken, voordat er naar het volgende deel overgegaan wordt. Doordat de informatie per deel verwerkt wordt, wordt externe cognitieve overbelasting dus vermeden. Wanneer de informatie als één doorlopend geheel aangeboden wordt, kan de lerende problemen hebben om de grote hoeveelheid informatie in één keer te verwerken (Mayer & Moreno, 2003). Door middel van information mapping kan complexe informatie gesegmenteerd worden in kleine, samenhangende delen die per deel verwerkt kunnen worden (Horn, 1974). Ook bij dit designprincipe is het van belang om naar de effecten bij verschillende doelgroepen te kijken. Er kan niet zomaar van uit worden gegaan dat segmentatie hetzelfde effect heeft op jongeren als op ouderen. In onderzoek van Austin-Wells, Zimmerman & McDougall (2010) komt naar voren dat ouderen een multimedia-instructie beter begrijpen wanneer de informatie door middel van een Powerpoint presentatie in kleine delen wordt aangeboden, dan wanneer de informatie door middel van een flip-over of een overheadprojector in grotere delen wordt aangeboden (Austin-Wells et al., 2010). In dit onderzoek lag de nadruk dus niet zozeer op het wel of niet gesegmenteerd aanbieden van de informatie, maar was vooral ook het instrument waarmee de 22

23 informatie werd gepresenteerd van belang. Uit deze resultaten komt weliswaar naar voren dat het presenteren van informatie in kleine delen voordeliger is, maar het is niet duidelijk of dit effect wordt veroorzaakt door de segmentatie of door de manier van presentatie. Om erachter te komen of segmentatie daadwerkelijk van invloed is op de begrijpelijkheid en mate van herinnering en herkenning, is het dus van belang om de informatie gesegmenteerd en niet gesegmenteerd op dezelfde manier te presenteren, dus bijvoorbeeld beide middels een Powerpoint presentatie. Zo kan worden gekeken of segmentatie daadwerkelijk zorgt voor betere begrijpelijkheid, herinnering en herkenning of niet. Naast het meten van eventuele betere begrijpelijkheid, herinnering en herkenning van de informatie, is het ook belangrijk om te bevragen in hoeverre de gebruikers tevreden zijn over het instrument. Wanneer zij namelijk tevreden zijn over het instrument, zullen zij de technologie eerder ook daadwerkelijk gaan gebruiken (Rogers & Fisk, 2010). Volgens Pachman & Ke (2012) zou segmentatie juist schadelijk kunnen zijn voor ouderen. Wanneer informatie in verschillende delen wordt aangeboden, moet men voorgaande informatie kunnen buitensluiten (inhibitie) voordat de nieuwe informatie kan worden verwerkt. Zoals eerder vermeld, hebben ouderen meer moeite met inhibitie dan jongeren. Het aanbieden van informatie in verschillende delen zou dus voor ouderen juist nadelig kunnen zijn bij het leren. Aangezien verschillende voorgaande onderzoeken tegenstrijdige resultaten laten zien wat betreft het effect van segmentatie, is het van belang om een antwoord te krijgen op de vraag of segmentatie een positieve of negatieve invloed heeft op begrijpelijkheid en mate van onthouden bij ouderen. De hoofdvraag van dit onderzoek luidt dan ook Leidt het gesegmenteerd (met of zonder tijdslimiet) aanbieden van PACSLAC-D ertoe dat ouderen de pijndetectiemethode beter begrijpen en onthouden? De eerste deelvraag waarop door middel van dit onderzoek getracht wordt een antwoord te geven, is of het gesegmenteerd aanbieden van PACSLAC-D invloed heeft op de 23

24 begrijpelijkheid van de pijndetectiemethode. Op basis van de literatuur waaruit naar voren komt dat een multimedia instructie beter begrepen wordt wanneer de informatie wordt aangeboden in delen (Mayer & Moreno, 2003) kan verondersteld worden dat het gesegmenteerd aanbieden van PACSLAC-D ertoe leidt dat de methode beter begrepen wordt dan wanneer PACSLAC-D niet gesegmenteerd wordt aangeboden. De eerste hypothese luidt dan ook als volgt: H1: De gesegmenteerde versie van PACSLAC-D wordt beter begrepen dan de niet gesegmenteerde versie van PACSLAC-D. De tweede deelvraag is of het gesegmenteerd aanbieden van PACSLAC-D invloed heeft op de mate waarin de verschillende onderdelen van PACSLAC-D worden onthouden. Uit eerder onderzoek is gebleken dat ouderen beter scoren op herkenning en herinnering wanneer zij een woordenreeks langzaam te horen krijgen, dan wanneer zij een woordenreeks snel te horen krijgen. Door de woordenreeks langzaam te laten horen, kunnen de woorden één voor één verwerkt worden. Wanneer de woorden snel achtereenvolgend opgelezen worden, moet men verschillende woorden tegelijk verwerken (Wahlin et al., 1995). Dit verschil in langzaam en snel oplezen van een woordenreeks zou vergeleken kunnen worden met het gesegmenteerd of niet gesegmenteerd aanbieden van informatie. Bij het gesegmenteerd aanbieden is er namelijk meer tijd om de informatie in kleine delen te verwerken, terwijl bij de niet gesegmenteerde versie alle informatie in één keer verwerkt moet worden. Op basis hiervan zou dus verwacht worden dat het gesegmenteerd aanbieden van PACSLAC-D ertoe leidt dat de informatie uit de pijndetectie methode beter onthouden wordt dan wanneer PACSLAC-D niet gesegmenteerd wordt aangeboden. De bijbehorende hypotheses luiden dan ook als volgt: 24

25 H2a: De gesegmenteerde versie van PACSLAC-D wordt beter herinnerd dan de niet gesegmenteerde versie van PACSLAC-D. H2b: De gesegmenteerde versie van PACSLAC-D wordt beter herkend dan de niet gesegmenteerde versie van PACSLAC-D. 2.7 Pacing Een laatste factor die kan bijdragen aan het verlagen van de externe cognitieve belasting, maar geen onderdeel is van de design-principes van Mayer, is pacing. Pacing heeft betrekking op de controle die de lerende heeft over het tempo waarin het instructiemateriaal wordt gepresenteerd (Wouters, 2008). Het effect pacing is reeds onderzocht in verschillende experimenten. De uitkomsten van deze experimenten geven gemengde resultaten. Zo werd er in onderzoek van Moreno en Valdez (2005) geen effect van voordeel voor het leren gevonden wanneer de lerende zelf het tempo mocht bepalen in vergelijking met wanneer het tempo werd bepaald door het systeem. In het onderzoek van Mayer en Chandler (2001) werd echter in één van de experimenten wel een effect van het kunnen bepalen van het tempo gevonden. De derde deelvraag in dit onderzoek gaat dan ook in op de vraag of het stellen van een tijdslimiet wel of niet van invloed is op het begrijpen en onthouden van PACSLAC-D. Bij het experiment in het onderzoek van Mayer en Chandler (2001) waarbij werd gekeken of tempo van invloed was, werd het instructiemateriaal tweemaal aan de lerende aangeboden in delen en in zijn geheel waarbij de lerende in de ene conditie zelf het tempo mocht bepalen en in de andere conditie het tempo vast stond. In de conditie waar men zelf het tempo mocht bepalen, werd de informatie beter onthouden dan in de conditie waarbij het tempo vast stond. Het wel of niet kunnen bepalen van het tempo zou dus ook van invloed kunnen zijn op de leerprestaties bij een gesegmenteerde tekst. Doordat in het onderzoek van Mayer en Chandler 25

26 (2001) de twee condities verschilden in tempo en segmentatie, is het echter onduidelijk of het resultaat van het experiment te danken is aan het kunnen bepalen van het tempo, of aan de segmentatie van het materiaal. Om erachter te komen of het kunnen bepalen van het tempo effect heeft op de begrijpelijkheid en mate van onthouden en of segmentatie daarbij wel of niet van belang is zullen deze twee zaken worden gesplitst. De eerdergenoemde deelvragen zullen verder ingaan op het effect van segmentatie, en de derde deelvraag zal geheel gericht zijn op het effect van het kunnen bepalen van het tempo. De derde hypothese luidt dan ook als volgt: H3: PACSLAC-D wordt beter begrepen en onthouden wanneer de ouderen zelf het tempo mogen bepalen, dan wanneer de ouderen PACSLAC-D binnen een bepaald tijdslimiet moeten doornemen. 26

27 3. Methode Met behulp van vragenlijsten en een zelf ontworpen communicatie-instrument is onderzocht of het gesegmenteerd aanbieden van PACSLAC-D leidt tot betere resultaten voor begrijpelijkheid en de mate waarin de informatie wordt onthouden. Bovendien is onderzocht of het stellen van een tijdslimiet van invloed is op de mate van begrijpen en onthouden van PACSLAC-D. 3.1 Participanten Zoals in het theoretisch kader reeds uiteengezet is, is uit onderzoek gebleken dat de cognitieve functies van ouderen aanzienlijk achteruitgaan ten opzichte van jongere mensen. Aangezien het doel van dit onderzoek is om te achterhalen of ouderen PACSLAC-D beter begrijpen en onthouden wanneer de informatie gesegmenteerd wordt aangeboden, is dit onderzoek afgenomen bij ouderen in de leeftijd van 65 tot 88 jaar. Aan het onderzoek hebben 40 participanten deelgenomen. In totaal zijn de data van 16 mannen en 24 vrouwen geanalyseerd. Met behulp van een ANOVA is gemeten of de leeftijden van de participanten evenredig verdeeld waren over de verschillende versies. Dit bleek inderdaad het geval. Met behulp van een Chi-Kwadraat toets is vervolgens gemeten of de variabelen Geslacht, Opleidingsniveau, Computergebruik en Internetgebruik evenredig verdeeld waren over de verschillende versies. Ook dit bleek het geval. In onderstaande tabel zijn de gemiddelde scores en de standaardafwijkingen van Leeftijd, Opleidingsniveau, Computergebruik en Internetgebruik uiteengezet. 27

28 Tabel 1 Gemiddelde scores Leeftijd, Opleiding, Computergebruik en Internetgebruik per conditie (Gesegmenteerd of Niet gesegmenteerd) Gesegmenteerd Niet gesegmenteerd Gemiddelde Standaardafwijking Gemiddelde Standaardafwijking Leeftijd Opleiding Computergebruik Internetgebruik Het computer- en internetgebruik van de participanten werd bevraagd door te vragen naar de frequentie van het gebruik van computer en internet. Gemiddeld scoorden de participanten 2.20 op computergebruik en 2.25 op internetgebruik op een schaal van 1 tot 5, waarbij 1 stond voor (bijna) dagelijks, en 5 voor nooit. De gemiddelde scores liggen het dichtst bij de score 2, wat stond voor niet dagelijks, maar minstens één keer per week. Het grootste deel van de participanten was dus redelijk vertrouwd met het gebruik van computers en internet. Er is tevens gekeken naar de voorkennis van de participanten door middel van vier vragen. Deze vier vragen zijn samengevoegd in de variabele Voorkennis. De gemiddelde voorkennis van de participanten verschilde niet significant tussen beide versies F(1,38) = 0.03, p =.88. Wanneer de participanten niet bekend waren met het gebruik van een computer of laptop, heeft de proefleider de participanten geholpen door de muis over te nemen van de participanten en op aangeven van hen door de te klikken naar het volgende scherm. In de Gesegmenteerde groep hebben zeven participanten hulp gekregen bij het klikken met de muis, en in de Niet gesegmenteerde groep hebben drie participanten hulp gekregen bij het klikken met de muis. De geestelijke gesteldheid van de participanten werd getoetst door middel van 28

29 de SPMSQ. De resultaten van de SPMSQ verschilden niet significant tussen de Gesegmenteerde en de Niet gesegmenteerde groep F(1,38) = 0.15, p = Pretest Alvorens het uiteindelijke onderzoek werd afgenomen, is een pretest gedaan om na te gaan of er nog verbeterpunten waren voor de vragenlijst. De pretest is in drie verschillende versies afgenomen: de originele (papieren) versie, de gesegmenteerde (multimedia) versie en de niet gesegmenteerde (multimedia) versie. Uit de resultaten kwam naar voren dat de inhoudelijke vragen betreft begrijpelijkheid te ingewikkeld waren voor de ouderen. Op basis hiervan zijn de inhoudelijke vragen om begrijpelijkheid te meten dan ook vervangen door evaluatieve vragen. Verder zijn een aantal vragen betreft herinnering geschrapt aangezien die ook te moeilijk werden bevonden door de participanten. 3.3 Design In dit onderzoek is gebruikgemaakt van een 2x2 gemengd onderzoeksontwerp. De onafhankelijke variabelen waren het wel of niet gesegmenteerd aanbieden van PACSLAC-D (tussen-proefpersoon ontwerp) en het wel of niet stellen van een tijdslimiet (binnenproefpersoon ontwerp). De afhankelijke variabelen waren de mate waarin PACSLAC-D werd begrepen en de mate waarin PACSLAC-D werd onthouden door de participanten. 3.4 Materialen In dit onderzoek is gebruik gemaakt van de Nederlandse, verkorte versie van de PACSLAC methode zoals ontwikkeld door Zwakhalen et al. (2007); PACSLAC-D. PACSLAC-D bestaat uit een lijst met 24 signalen die zouden kunnen duiden op pijn bij dementerende ouderen. Deze lijst met pijnsignalen is vervolgens in een online omgeving 29

Visualiseren en leren met animaties. Pieter Wouters

Visualiseren en leren met animaties. Pieter Wouters Visualiseren en leren met animaties Pieter Wouters 1 Programma Multimedia en animaties Waarom animaties gebruiken? Hoe worden animaties door mensen verwerkt? Welke problemen ontstaan hierbij? Oplossingen

Nadere informatie

How to present online information to older cancer patients N. Bol

How to present online information to older cancer patients N. Bol How to present online information to older cancer patients N. Bol Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Goede informatievoorziening is essentieel voor effectieve

Nadere informatie

Ouderen en Internet: Wat werkt op het web?

Ouderen en Internet: Wat werkt op het web? Ouderen en Internet: Wat werkt op het web? Julia van Weert Kennismarkt AMC/VUmc. Amsterdam, 5 juni 2012 Ouder worden en cognitie Z-scores 1,2 0,8 0,4 0-0,4-0,8 Working Memory Long-term memory Speed of

Nadere informatie

- 172 - Prevention of cognitive decline

- 172 - Prevention of cognitive decline Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing

Nadere informatie

PLS is een broertje van ALS

PLS is een broertje van ALS PLS is een broertje van ALS Juni 2018 Wetenschappelijk onderzoek specifiek naar primaire laterale sclerose (PLS) gebeurt slechts op zeer kleine schaal. Deze motorneuronziekte is zo zeldzaam, dat het moeilijk

Nadere informatie

De ziekte van Alzheimer. Diagnose

De ziekte van Alzheimer. Diagnose De ziekte van Alzheimer Bij dementie is er sprake van een globale achteruitgang van de cognitieve functies, zoals het geheugen of de taalfuncties. Deze achteruitgang leidt tot functionele beperkingen in

Nadere informatie

Hoe gebruik je AV materiaal effectief in je lessen?

Hoe gebruik je AV materiaal effectief in je lessen? Hoe gebruik je AV materiaal effectief in je lessen? Leren door te kijken, te doen en te delen Liesbeth Kester Inhoud A(udio)V(isueel) materiaal Inventarisatie parameters Ontwerpprincipes Theoretische achtergrond

Nadere informatie

Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht

Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht Dit proefschrift beschrijft onderzoek naar metacognitieve vaardigheden van leerlingen

Nadere informatie

Samenvatting. Audiovisuele aandacht in de ruimte

Samenvatting. Audiovisuele aandacht in de ruimte Samenvatting Audiovisuele aandacht in de ruimte Theoretisch kader Tijdens het uitvoeren van een visuele taak, zoals het lezen van een boek, kan onze aandacht getrokken worden naar de locatie van een onverwacht

Nadere informatie

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis Samenvatting Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis Hoofdstuk 1 bevat de algemene inleiding van dit proefschrift. Dit hoofdstuk

Nadere informatie

Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7

Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7 Beelddenken: Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7 Een samenvatting van het wetenschappelijk onderzoek naar beelddenken Inhoudsopgave Inleiding

Nadere informatie

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek!

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek! Cognitive Bias Modification Resultaten onderzoek December 2013 Jules Reijnen Ron Jacobs Theorie Cognitive Bias Modification (CBM) is een recent onderzoeksgebied dat zich richt op de vertekening (bias)

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht

Nederlandse samenvatting. Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht Nederlandse samenvatting Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht 222 Elke keer dat je naar iets of iemand op zoek bent, bijvoorbeeld wanneer je op een

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte. Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van

Nadere informatie

Samenvatting. Dutch Summary.

Samenvatting. Dutch Summary. Samenvatting Dutch Summary. 125 126 Dutch Summary Nederlandse Samenvatting (Summary in Dutch) Door de aanwezigheid van omstanders helpen mensen elkaar minder snel en minder vaak. Dit geldt voor zowel noodsituaties,

Nadere informatie

De effecten van controle versus autonomie in hypermedia leeromgevingen

De effecten van controle versus autonomie in hypermedia leeromgevingen De effecten van controle versus autonomie in hypermedia leeromgevingen Chantal Gorissen, Liesbeth Kester, Saskia Brand-Gruwel, Rob Martens CELSTEC, Open Universiteit Nederland Overzicht Introductie CLT

Nadere informatie

14 april 2016 Dr. M. Burin

14 april 2016 Dr. M. Burin 14 april 2016 Dr. M. Burin https://www.youtube.com/watch?v=9pfdtcl jezo https://www.youtube.com/watch?v=xakocii LlwY Ondergediagnosticeerd Onderbehandeld Zelden gebruik van aangepaste pijnschaal Discrepantie

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING 188 Type 1 Diabetes and the Brain Het is bekend dat diabetes mellitus type 1 als gevolg van hyperglykemie (hoge bloedsuikers) kan leiden tot microangiopathie (schade aan de kleine

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting In het promotieonderzoek dat wordt beschreven in dit proefschrift staat schade aan de bloedvaten bij dementie centraal. Voordat ik een samenvatting van de resultaten geef zal ik

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/39720 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Hafkemeijer, Anne Title: Brain networks in aging and dementia Issue Date: 2016-05-26

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Het is een uitdaging om ouderen te identificeren die baat kunnen hebben bij een interventie gericht op de preventie van beperkingen in het dagelijks leven op het moment dat dergelijke

Nadere informatie

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten G.E. Wessels Datum: 16 augustus 2013 In opdracht van: Stichting Informele Zorg Twente 1. Inleiding Het belang van mantelzorg wordt in Nederland

Nadere informatie

Effectief Leren van Multimedia. Liesbeth Kester CELSTEC Open Universiteit

Effectief Leren van Multimedia. Liesbeth Kester CELSTEC Open Universiteit Effectief Leren van Multimedia Liesbeth Kester CELSTEC Open Universiteit Verbale informatie + Multimedia =? Digit-span test Werkgeheugen Cognitieve belastingstheorie Inhoud Intrinsieke belasting Instructie

Nadere informatie

Samenvatting (Dutch)

Samenvatting (Dutch) Samenvatting (Dutch) 162 Hier zal een korte samenvatting gegeven worden van de resultaten van het onderzoek gepresenteerd in dit proefschrift. Affect, Gemoedstoestand en Informatieverwerking Om te overleven

Nadere informatie

Het belangrijkste doel van de studie in hoofdstuk 3 was om onafhankelijke effecten van visuele preview en spellinguitspraak op het leren spellen van

Het belangrijkste doel van de studie in hoofdstuk 3 was om onafhankelijke effecten van visuele preview en spellinguitspraak op het leren spellen van Samenvatting Het is niet eenvoudig om te leren spellen. Om een woord te kunnen spellen moet een ingewikkeld proces worden doorlopen. Als een kind een bepaald woord nooit eerder gelezen of gespeld heeft,

Nadere informatie

Samenvatting Zoeken naar en leren begrijpen van speciale woorden Herkenning en de interpretatie van metaforen door schoolkinderen

Samenvatting Zoeken naar en leren begrijpen van speciale woorden Herkenning en de interpretatie van metaforen door schoolkinderen Samenvatting Zoeken naar en leren begrijpen van speciale woorden Herkenning en de interpretatie van metaforen door schoolkinderen Onderzoek naar het gebruik van metaforen door kinderen werd populair in

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting. (Dutch Summary)

Nederlandse Samenvatting. (Dutch Summary) Nederlandse Samenvatting (Dutch Summary) Het aantal oudere mensen in onze maatschappij groeit en de komende jaren zal dit alleen nog maar meer toenemen. De verwachting is dat het aantal mensen dat 65 jaar

Nadere informatie

De relatie tussen presentatie modaliteit en verbaal leerprestatie in kinderen van 5 tot 16 jaar. Celeste Meijs Inge van der Wurff

De relatie tussen presentatie modaliteit en verbaal leerprestatie in kinderen van 5 tot 16 jaar. Celeste Meijs Inge van der Wurff De relatie tussen presentatie modaliteit en verbaal leerprestatie in kinderen van 5 tot 16 jaar Celeste Meijs Inge van der Wurff Pagina 2 Verbale leertaak Pagina 3 Verbale leertaak Pagina 4 Verbale leertaak

Nadere informatie

redundantie learner control?

redundantie learner control? Is er een interactie-effect tussen redundantie en learner control? door Philip van der Eijk 269098 Erasmus Universiteit Rotterdam 2005 Samenvatting Naar aanleiding van eerder onderzoek naar leereffecten

Nadere informatie

Mijn naam: Sabine de Wit. Wat gaan we doen?

Mijn naam: Sabine de Wit. Wat gaan we doen? Mijn naam: Sabine de Wit Over mezelf: - PABO en aardrijkskunde tweedegraads - 13 ½ jaar basisonderwijs - Wiskunde tweedegraads - Nu voor het 5 de jaar in het VMBO (onderbouw BKT en bovenbouw BK) Wat gaan

Nadere informatie

Pijn meten bij ouderen met dementie; hoe doe je dat?

Pijn meten bij ouderen met dementie; hoe doe je dat? Pijn meten bij ouderen met dementie; hoe doe je dat? Dr. Sandra Zwakhalen Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1 Dialogen rond dementie Lijden deze ouderen pijn? Hoe kunnen we pijn

Nadere informatie

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars Management Summary Wat voor een effect heeft de vorm van een bericht op de waardering van de lezer en is de interesse in nieuws een moderator voor dit effect? Auteur Tessa Puijk Organisatie Van Diemen

Nadere informatie

MANTELZORG, GOED GEVOEL

MANTELZORG, GOED GEVOEL UITKOMSTEN ONDERZOEK: MANTELZORG, GOED GEVOEL Inhoud: Theorie & Vragen Methode Theoretische achtergrond: Mantelzorgers zijn iets minder gelukkig dan de rest van de bevolking (CBS, 2016). Mantelzorg brengt

Nadere informatie

Samenvatting. Nieuwe ontwikkelingen in de palliatieve zorg: kwaliteitsindicatoren en het palliatieve zorgcontinuüm.

Samenvatting. Nieuwe ontwikkelingen in de palliatieve zorg: kwaliteitsindicatoren en het palliatieve zorgcontinuüm. Samenvatting Nieuwe ontwikkelingen in de palliatieve zorg: kwaliteitsindicatoren en het palliatieve zorgcontinuüm Samenvatting 173 Vanaf halverwege de jaren '90 is palliatieve zorg door de Nederlandse

Nadere informatie

De ziekte van Parkinson is een neurologische ziekte waarbij zenuwcellen in een specifiek deel van de

De ziekte van Parkinson is een neurologische ziekte waarbij zenuwcellen in een specifiek deel van de Rick Helmich Cerebral Reorganization in Parkinson s disease (proefschrift) Nederlandse Samenvatting De ziekte van Parkinson is een neurologische ziekte waarbij zenuwcellen in een specifiek deel van de

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Samenvatting SAMENVATTING 189 Depressie is een veelvoorkomende psychische stoornis die een hoge ziektelast veroorzaakt voor zowel de samenleving als het individu. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)

Nadere informatie

Gebruik van Multimedia

Gebruik van Multimedia Gebruik van Multimedia Zo werkt het effectief! Mia Cools Erasmus MC Zorgacademie 1 Inhoud workshop Informatie verwerking in de hersenen Wetenschappelijke principes 6 principes van Mayer Toepassing op je

Nadere informatie

SAMENVATTING Het doel van dit proefschrift is drieledig. Ten eerste wordt inzicht verschaft in het gebruik van directe-rede-constructies (bijvoorbeeld Marie zei: Kom, we gaan! ) door sprekers met afasie.

Nadere informatie

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting S a m e n v a t t i n g 149 Samenvatting 150 S a m e n v a t t i n g Dit proefschrift richt zich op de effectiviteit van een gezinsgerichte benadering (het DMOgespreksprotocol, gebruikt binnen het programma

Nadere informatie

Samenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur

Samenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur Samenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur Hoewel kinderen die leren praten geen moeite lijken te doen om de regels van hun moedertaal

Nadere informatie

Kwaliteit van leermateriaal

Kwaliteit van leermateriaal Kwaliteit van leermateriaal Hendrianne Wilkens & Arno Reints h.wilkens@clu.nl a.reints@clu.nl www.clu.nl Over het CLU Expertisecentrum Leermiddelenontwikkeling evalueren van leermiddelen maken van leermiddelen

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting 8. * COgnitive Functions And Mobiles; in dit advies aangeduid als het TNO-onderzoek.

Samenvatting. Samenvatting 8. * COgnitive Functions And Mobiles; in dit advies aangeduid als het TNO-onderzoek. Samenvatting In september 2003 publiceerde TNO de resultaten van een onderzoek naar de effecten op het welbevinden en op cognitieve functies van blootstelling van proefpersonen onder gecontroleerde omstandigheden

Nadere informatie

GENERAL INTRODUCTION 185 SAMENVATTING SUMMARY IN DUTCH

GENERAL INTRODUCTION 185 SAMENVATTING SUMMARY IN DUTCH 184 CHAPTER 1 GENERAL INTRODUCTION 185 1 SAMENVATTING SUMMARY IN DUTCH 186 SAMENVATTING Het eerste hoofdstuk omvat de algemene introductie van dit proefschrift. In dit hoofdstuk wordt een beschrijving

Nadere informatie

Communicatie is meer dan spreken: Over communicatie met mensen met cognitieve gevolgen na niet aangeboren hersenletsel

Communicatie is meer dan spreken: Over communicatie met mensen met cognitieve gevolgen na niet aangeboren hersenletsel Communicatie is meer dan spreken: Over communicatie met mensen met cognitieve gevolgen na niet aangeboren hersenletsel Communicatie en hersenletsel: begrijpen wij elkaar? September 2010 Voorstellen Vakantie

Nadere informatie

MODALITEITSPRINCIPE EN AUTISME

MODALITEITSPRINCIPE EN AUTISME MODALITEITSPRINCIPE EN AUTISME EEN ONDERZOEK NAAR HET GEBRUIK VAN HET MODALITEITSPRINCIPE IN MULTIMEDIA VOOR LEERLINGEN MET EEN STOORNIS IN HET AUTISTISCH SPECTRUM AUTEUR: ROSANNE DUBBELD INSTITUUT VOOR

Nadere informatie

Rapportage cliëntervaringsonderzoek

Rapportage cliëntervaringsonderzoek Rapportage cliëntervaringsonderzoek Versie 2.0.0 Drs. J.J. Laninga december 2017 www.triqs.nl Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Inleiding... 3 Leeswijzer... 4 Methode... 5 Uitkomsten meting... 6 Samenvatting...

Nadere informatie

Alcohol en hersenontwikkeling bij jongeren. Nr. 2018/23, Den Haag, 17 december Samenvatting

Alcohol en hersenontwikkeling bij jongeren. Nr. 2018/23, Den Haag, 17 december Samenvatting Alcohol en hersenontwikkeling bij jongeren Nr. 2018/23, Den Haag, 17 december 2018 Samenvatting Alcohol en hersenontwikkeling bij jongeren pagina 2 van 5 Alcoholconsumptie brengt risico s met zich mee.

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Docenten in het hoger onderwijs zijn experts in wát zij doceren, maar niet noodzakelijk in hóe zij dit zouden moeten doen. Dit komt omdat zij vaak weinig tot geen training hebben gehad in het lesgeven.

Nadere informatie

Inleiding psycho-educatie ASS bij volwassenen

Inleiding psycho-educatie ASS bij volwassenen Inleiding psycho-educatie ASS bij volwassenen Dit is de inleiding van de psycho-educatie modules. Aan de hand van deze modules geven we meer informatie over hoe autismespectrumstoornissen (ASS) zich uiten

Nadere informatie

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden.

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. Abstract: - 3 experimenten - Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. - Studie 1&2: consumenten verwachten

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

De verwarring voorbij. Een verkennend onderzoek naar de positie van het modelcontract in de huidige energiemarkt

De verwarring voorbij. Een verkennend onderzoek naar de positie van het modelcontract in de huidige energiemarkt De verwarring voorbij Een verkennend onderzoek naar de positie van het modelcontract in de huidige energiemarkt Nijmegen, juni 2017 Inhoud 1. Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Het modelcontract 1.3 Onderzoeksvragen

Nadere informatie

WandelTrainersDag 8 april Ronder 3 nr. 30. Best Practice: Wandelen als interventie bij dementie Anne-Mieke Huisman

WandelTrainersDag 8 april Ronder 3 nr. 30. Best Practice: Wandelen als interventie bij dementie Anne-Mieke Huisman WandelTrainersDag 8 april Ronder 3 nr. 30 Best Practice: Wandelen als interventie bij dementie Anne-Mieke Huisman Waarom deze workshop? Momenteel leven 270.000 mensen in Nederland met dementie en dat aantal

Nadere informatie

nederlandse samenvatting Dutch summary

nederlandse samenvatting Dutch summary Dutch summary 211 dutch summary De onderzoeken beschreven in dit proefschrift zijn onderdeel van een grootschalig onderzoek naar individuele verschillen in algemene cognitieve vaardigheden. Algemene cognitieve

Nadere informatie

Werkgeheugen bij kinderen met SLI. Indeling presentatie. 1. Inleiding. Brigitte Vugs, 19 maart 2009. 1. Inleiding 2. Theoretische achtergrond

Werkgeheugen bij kinderen met SLI. Indeling presentatie. 1. Inleiding. Brigitte Vugs, 19 maart 2009. 1. Inleiding 2. Theoretische achtergrond Werkgeheugen bij kinderen met SLI Brigitte Vugs, 19 maart 2009 Indeling presentatie 1. Inleiding 2. Theoretische achtergrond SLI, Geheugen, Werkgeheugen 3. Ontwikkeling werkgeheugen 4. Relatie werkgeheugen

Nadere informatie

hoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen

hoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen Dit proefschrift gaat over moeheid bij mensen die dit als belangrijkste klacht presenteren tijdens een bezoek aan de huisarts. In hoofdstuk 1 wordt het onderwerp moeheid in de huisartspraktijk kort geïntroduceerd,

Nadere informatie

Leerpsychologie als basis voor effectieve instructie. Liesbeth Kester

Leerpsychologie als basis voor effectieve instructie. Liesbeth Kester Leerpsychologie als basis voor effectieve instructie Liesbeth Kester Inhoud Instructie Gagné s instructietheorie (hoofdstuk 10) Constructivisme (hoofdstuk 11) Leren Cognitieve informatieverwerking (hoofdstuk

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22286 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Nezhinsky, A.E. Title: Pattern recognition in high-throughput zebrafish imaging

Nadere informatie

1. Inleiding tot The Assessment of Basic Language and Learning Skills: The ABLLS-R. James W. Partington

1. Inleiding tot The Assessment of Basic Language and Learning Skills: The ABLLS-R. James W. Partington 1. Inleiding tot The Assessment of Basic Language and Learning Skills: The ABLLS-R. James W. Partington 2. Autisme: Kwalitatieve verschillen op 3 gebieden: taalvaardigheden, sociale vaardigheden en beperkte/

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur

Nadere informatie

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

Verslag Cliënt Tevredenheidsonderzoek 2018

Verslag Cliënt Tevredenheidsonderzoek 2018 Verslag Cliënt Tevredenheidsonderzoek 2018 Auteur: D. Lassauw, kwaliteitsmedewerker Periode meting: november- december 2018 Inleiding Een integraal onderdeel van het meten van kwaliteit is de cliëntmeting.

Nadere informatie

Leiden of loslaten? Een onderzoek naar de effecten van geschreven leesinstructies op het tekstbegrip van vwo-leerlingen

Leiden of loslaten? Een onderzoek naar de effecten van geschreven leesinstructies op het tekstbegrip van vwo-leerlingen Leiden of loslaten? Een onderzoek naar de effecten van geschreven leesinstructies op het tekstbegrip van vwo-leerlingen Bachelor eindwerkstuk Nederlandse Taal en Cultuur Universiteit Utrecht Student: Else

Nadere informatie

Samenvatting. Exploratieve bewegingen in haptische waarneming. Deel I: de precisie van haptische waarneming

Samenvatting. Exploratieve bewegingen in haptische waarneming. Deel I: de precisie van haptische waarneming Exploratieve bewegingen in haptische waarneming Haptische waarneming is de vorm van actieve tastwaarneming waarbij de waarnemer de eigenschappen van een object waarneemt door het object met zijn of haar

Nadere informatie

Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers

Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers Introductie Flexibiliteit is een belangrijke eigenschap in de huidige snel veranderende maatschappij. In

Nadere informatie

www.painvision.be Van papieren naar Maartje Wils (zorgcoördinator De Wingerd)

www.painvision.be Van papieren naar Maartje Wils (zorgcoördinator De Wingerd) Van papieren naar digitale pijnschaal Greet Leysens (lector KHKempen) Greet Leysens (lector KHKempen) Maartje Wils (zorgcoördinator De Wingerd) Inhoud 1 Wat w(m)eten we 2 Hoe meten we 3 Innovatie 4 Praktijkervaring

Nadere informatie

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid Kees van den Bos De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid In deze bijdrage wordt sociaal-psychologisch onderzoek naar sociale rechtvaardigheid besproken. Sociaal-psychologen

Nadere informatie

Cognitief functioneren en de bipolaire stoornis

Cognitief functioneren en de bipolaire stoornis Cognitief functioneren en de bipolaire stoornis Dr. Nienke Jabben Amsterdam 5 november 2011 Academische werkplaats Bipolaire Stoornissen GGZ ingeest n.jabben@ggzingeest.nl Overzicht Wat is cognitief functioneren?

Nadere informatie

AANPASSEN IN DENKEN EN DOEN!

AANPASSEN IN DENKEN EN DOEN! AANPASSEN IN DENKEN EN DOEN! Zorgverlening aan mensen met licht verstandelijke beperkingen SPV Studiemiddag 16 mei 2019 1 Agenda 1. Licht verstandelijke beperkingen en groei 2. Tweesystemen model 3. Beperkt

Nadere informatie

Verschil tussen Alzheimer en Dementie

Verschil tussen Alzheimer en Dementie Verschil tussen Alzheimer en Dementie Vaak wordt de vraag gesteld wat precies het verschil is tussen dementie en Alzheimer. Kort gezegd is dementie een verzamelnaam voor een aantal verschijnselen. Deze

Nadere informatie

Het eect van labeling op de integratie van tekst en beeld

Het eect van labeling op de integratie van tekst en beeld Het eect van labeling op de integratie van tekst en beeld Een oogbewegingexperiment Masterthesis Faculteit Geesteswetenschappen Opleiding Communicatie- en Informatiewetenschappen Specialisatie Bedrijfscommunicatie

Nadere informatie

SPLIT ATTENTION OF OVERBELASTING

SPLIT ATTENTION OF OVERBELASTING SPLIT ATTENTION OF OVERBELASTING onderzoek naar verklaringen voor het modaliteitseffect UNIVERSITEIT VAN TILBURG FACULTEIT COMMUNICATIE EN CULTUUR BEDRIJFSCOMMUNICATIE EN DIGITALE MEDIA Scriptiebegeleider:

Nadere informatie

Informal Interpreting in Dutch General Practice. R. Zendedel

Informal Interpreting in Dutch General Practice. R. Zendedel Informal Interpreting in Dutch General Practice. R. Zendedel Nederlandse samenvatting Informele tolken worden dagelijks ingezet in de medische praktijk wanneer arts en patiënt niet dezelfde taal spreken.

Nadere informatie

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld Samenvatting Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld om hen heen. Zo hebben vele mensen een natuurlijke neiging om zichzelf als bijzonder positief te beschouwen (bijv,

Nadere informatie

Het begrijpelijk communiceren van een gezondheidsrisico

Het begrijpelijk communiceren van een gezondheidsrisico Het begrijpelijk communiceren van een gezondheidsrisico Dr. Olga Damman Dr. Maaike van den Haak Nina Bogaerts, Msc Amber van der Meij, Bsc Prof.dr. Danielle Timmermans Quality of Care EMGO Institute for

Nadere informatie

Cooperative learning during math lessons in multi-ethnic elementary schools

Cooperative learning during math lessons in multi-ethnic elementary schools Hoe kan de leerkracht het leerproces van leerlingen tijdens een coöperatief leren (CL) curriculum op multiculturele basisscholen optimaliseren? Moet de leerkracht de leerlingen zoveel mogelijk aansturen

Nadere informatie

Cognitieve screeningsinstrumenten. Ellen De Roeck

Cognitieve screeningsinstrumenten. Ellen De Roeck Cognitieve screeningsinstrumenten Ellen De Roeck Een dementie epidemie Bron: Expertisecentrum dementie Vlaanderen en Alzheimerliga, cijfers van 27/8/2018 3 Vroeg opsporen? Reversibele vormen behandelen

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting proefschrift Renée Walhout. Veranderingen in de hersenen bij Amyotrofische Laterale Sclerose

Nederlandse samenvatting proefschrift Renée Walhout. Veranderingen in de hersenen bij Amyotrofische Laterale Sclerose Nederlandse samenvatting proefschrift Veranderingen in de hersenen bij Amyotrofische Laterale Sclerose Cerebral changes in Amyotrophic Lateral Sclerosis, 5 september 2017, UMC Utrecht Inleiding Amyotrofische

Nadere informatie

a p p e n d i x Nederlandstalige samenvatting

a p p e n d i x Nederlandstalige samenvatting a p p e n d i x B Nederlandstalige samenvatting 110 De hippocampus en de aangrenzende parahippocampale hersenschors zijn hersengebieden die intensief worden onderzocht, met name voor hun rol bij het geheugen.

Nadere informatie

Samenvatting SAMENVATTING

Samenvatting SAMENVATTING Samenvatting 147 Samenvatting Bezorgdheid om te vallen is een algemeen probleem onder zelfstandig wonende ouderen en vormt een bedreiging voor hun zelfredzaamheid. Deze bezorgdheid is geassocieerd met

Nadere informatie

EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS

EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS Wetenschappelijk onderzoek In dit rapport worden de wetenschappelijke bevindingen beschreven betreffende de effectiviteit van de Geef me de 5 Basiscursus.

Nadere informatie

SSamenvatting. 1. Introductie

SSamenvatting. 1. Introductie S 1. Introductie PowerPoint is niet meer weg te denken bij presentaties. Het programma kende wereldwijd meer dan 200 miljoen gebruikers in 2012. Sommigen wenden het aan voor hun colleges, anderen voor

Nadere informatie

Plannen en schrijven met een elektronische outline-tool

Plannen en schrijven met een elektronische outline-tool 1 Plannen en schrijven met een elektronische outline-tool Milou de Smet, Saskia Brand-Gruwel & Paul Kirschner Open Universiteit Goed schrijven is een belangrijke, maar complexe vaardigheid. De schrijver

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 137 138 Het ontrafelen van de klinische fenotypen van dementie op jonge leeftijd In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, komt dementie ook op jonge leeftijd voor. De diagnose

Nadere informatie

PAS. Handleiding. Deel B. Persoonlijke Arbeidsvaardigheden Signaleren. Een hulpmiddel bij het zoeken naar passend werk

PAS. Handleiding. Deel B. Persoonlijke Arbeidsvaardigheden Signaleren. Een hulpmiddel bij het zoeken naar passend werk PAS Een hulpmiddel bij het zoeken naar passend werk Handleiding Deel B Handleiding Adviesgroep ErgoJob Auteurs: Senioradviseur: In opdracht van: Marije Goos Lieke van de Graaf Wendy Speksnijder Natascha

Nadere informatie

Het meten van loopkarakteristieken

Het meten van loopkarakteristieken SAMENVATTING Ongeveer 45% van alle mensen na een beroerte valt tenminste één keer per jaar. Een val kan leiden tot tijdelijk letsel zoals een gebroken heup. Ook leidt vallen bij mensen met een beroerte

Nadere informatie

Gezondheidsvaardigheden van chronische zieken belangrijk voor zelfmanagement Monique Heijmans, Geeke Waverijn

Gezondheidsvaardigheden van chronische zieken belangrijk voor zelfmanagement Monique Heijmans, Geeke Waverijn Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Gezondheidsvaardigheden van chronische zieken belangrijk voor zelfmanagement, M. Heijmans, NIVEL, juni 2014) worden gebruikt.

Nadere informatie

Dementie in de palliatieve fase

Dementie in de palliatieve fase Dementie in de palliatieve fase Wie zijn wij? Marielle Rooijakkers Karin van Mersbergen Dementie Verzamelnaam voor een combinatie van symptomen waarbij de hersenen, informatie niet meer goed kunnen verwerken.

Nadere informatie

Videofeedback bij Techniektraining. Trainer / instructeur 3

Videofeedback bij Techniektraining. Trainer / instructeur 3 Videofeedback bij Techniektraining Trainer / instructeur 3 1 KNZB 2007 Opleiding Trainer / Instructeur 3 2 Colofon Deze reader is een uitgave van de Koninklijke Nederlandse Zwembond Wattbaan 31 49, 3439

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 1

Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend

Nadere informatie

Learner-control in een digitale multimedia explanation. Learner-control:

Learner-control in een digitale multimedia explanation. Learner-control: Learner-control: Een onderzoek naar de effecten van learner-control in een digitale multimedia explanation Doctoraalscriptie van Bastiaan de Koeijer (anr 379018) Afstudeerrichting: Bedrijfscommunicatie

Nadere informatie

Inleiding Motivatie & Leerstijlen. Hoogste scores. Motivatie overzicht. Uw resultaten in een overzicht. Naam:

Inleiding Motivatie & Leerstijlen. Hoogste scores. Motivatie overzicht. Uw resultaten in een overzicht. Naam: Rapportage De volgende tests zijn afgenomen: Test Motivatie en Leerstijlenvragenlijst (MLV-M) Status Voltooid Vertrouwelijk Naam Datum onderzoek 12 mei 2014 Emailadres Inleiding Motivatie & Leerstijlen

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/21706 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/21706 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/21706 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Overberg, Regina Ingrid Title: Breast cancer stories on the internet : improving

Nadere informatie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie 1 Samenvatting In opdracht van de FamilieAcademie is een eerste effectmeting gedaan naar de training

Nadere informatie

Pijn als oorzaak van probleemgedrag

Pijn als oorzaak van probleemgedrag Pijn als oorzaak van probleemgedrag 1 Janine van Kooten AIOS ouderengeneeskunde & promovendus VUmc Workshop pijn en probleemgedrag Annelore van Dalen- Kok AIOS ouderengeneeskunde & promovendus LUMC Inhoud

Nadere informatie