Metropoolregio Amsterdam

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Metropoolregio Amsterdam"

Transcriptie

1 Metropoolregio Amsterdam 2025 Scenarioanalyse voor de MRA Amsterdam Economic Board 12 februari 2013

2

3 Managementsamenvatting In 2011 kondigde de Board aan om een lange termijn strategie te ontwikkelen met als doel de economische ontwikkeling en het innovatief vermogen van de metropoolregio te stimuleren. De aanzet tot een discussie over deze lange termijn strategie en economische agenda wordt in het onderhavige discussiedocument gegeven. Dit discussiedocument heeft ten doel de geesten rijp te maken voor verandering, door systematisch na te denken over een toekomstig business model voor de regio. Om een toekomstig business model te kunnen beschrijven is allereerst een uitgebreide studie gedaan van de externe omgeving waarin de MRA is geplaatst. Er zijn vier toekomstscenario s ontwikkeld, die de context bieden voor een discussie over een toekomstig business model en kansen, bedreigingen en uitdagingen voor de MRA voor het voetlicht brengen. Scenarioset MRA Scenario s zijn krachtige beelden van de toekomst, die besluitvormers helpen om bij het formuleren van strategie de kansen en bedreigingen die de toekomst zal brengen mee te wegen. Scenario s kunnen worden gedefinieerd als tekeningen van de toekomst, die op basis van huidige onzekerheden kunnen ontstaan. Scenario s zijn derhalve geen voorspellingen, maar voorstellingen. Het zijn verkenningen van verschillende hypothetische omstandigheden waar toekomstig beleid op in moet kunnen spelen. Het zijn geen keuzes, maar bieden een toetsingskader voor de strategische opties die besluitvormers binnen de MRA ter beschikking hebben. De scenario s die zijn opgesteld zijn gebaseerd op een tweetal kernonzekerheden, die veel impact zullen hebben op de ontwikkeling van de externe omgeving van de MRA. De eerste kernonzekerheid die uit het onderzoek naar voren is gekomen is de stabiliteit van Europa. De verdere ontwikkeling van Europa is bijzonder onzeker, door de omvangrijke schuldenproblematiek bij een aantal lidstaten én een groeiend negatief sentiment onder de bevolking van lidstaten ten aanzien van Europa. Aan de ene kant zijn er redenen om aan te nemen dat Europa als gevolg van de huidige schuldencrisis zal komen tot verregaande politieke en economische integratie, aan de andere kant is het mogelijk dat de (monetaire) unie desintegreert als gevolg van het uittreden van lidstaten en een terugkeer naar bilaterale handelsafspraken. De tweede kernonzekerheid die uit de trendanalyse naar voren is gekomen is de toekomst van het industrieel en bedrijfseconomisch ecosysteem. Het huidige push-driven industrieel en economisch ecosysteem is aanbodsgedreven en gebaseerd op massaproductie. Hoewel de trend naar massa en schaal dominant is, tekent zich er een tegentrend af. Onder invloed van technologische en maatschappelijke ontwikkelingen neemt de vraag naar maatwerk, decentrale productie en een meer vraaggericht industrieel profiel toe. De trend naar mass customisation en cocreatie kan leiden tot een sterke verandering naar een pull-driven industrieel en bedrijfseconomisch ecosysteem. De basis voor de scenario s voor de toekomt van de MRA is tot stand gekomen door beide kernonzekerheden tegen elkaar af te zetten op een assenkruis. De vier kwadranten van het figuur representeren de verschillende scenario s. Zo wordt het scenario in de linker bovenhoek ( Global Giants ) gekenmerkt door een combinatie van een push-driven ecosysteem (massa) en een sterk AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

4 geïntegreerd Europa. In het European Renewal scenario (rechtsboven) wordt uitgegaan van een pulldriven ecosystem (maatwerk) in combinatie met geïntegreerd Europa. De onderste scenario s ( International Alliances en Local for Local ) visualiseren een toekomst waarin er sprake is van een gedifferentieerd Europa en waarbij het ecosysteem zich push-driven (linkerzijde), dan wel pull-driven (rechterzijde) ontwikkeld. Figuur 1: Scenarioraamwerk MRA Het Global Giants scenario Het is Na jaren van onrust en dynamiek is de rust teruggekeerd. De schuldencrisis van de jaren heeft de aanzet gegeven tot een sterker en meer geïntegreerd Europa. Europa heeft een federatief karakter gekregen en Nederland heeft een aantal bevoegdheden overgedragen aan Brussel. Zo is er inmiddels sprake van een Europese president, een Europees leger en één Europees beleid voor economische en buitenlandse zaken. Europa doet zijn best om de kracht van haar economie te herstellen en richt zich hierbij op het voltooien van de interne markt en het creëren van gespecialiseerde mondiaal competitieve city regions. Onderzoeks- en ontwikkelingsgelden worden aangewend om specialisatie in Europese metropoolregio s, rondom specifieke thema s en sectoren, te promoten. De integratie binnen Europa mag een klein wonder heten gezien de grote onrust in de periode Dat het een dubbeltje op zijn kant is geweest wordt geïllustreerd door het feit dat Duitsland in 2015 ternauwernood kan worden bewogen om niet uit de Eurozone te treden. De schuldencrisis is opgelost, maar de verworven stabiliteit heeft veel pijn gedaan. Het massaal afstempelen van schulden aan de Zuidelijke eurolanden en het overeind houden van systeembanken hebben de Noordelijke lidstaten veel tijd en geld gekost en heeft geleid tot een matige economische ontwikkeling in de periode , hoge staatsschulden en een versobering van verzorgingsstaten. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

5 De economie groeit weer en handelsstromen tussen landen nemen sneller toe dan de productie van afzonderlijke economieën. Multinationale ondernemingen produceren hun goederen en diensten op centraal en op grote schaal en optimaliseren hun supply chain door deze op te knippen en deelactiviteiten uit te voeren op de kostprijstechnisch optimale locatie. Nederland profiteert van de wereldwijde massaproductie en haar bijbehorende handelsstromen. De wederuitvoer is historisch hoog en Nederland is een goede uitvalsbasis voor hoofdkantoren van multinationale ondernemingen. In het Global Giants scenario is het belang van het regionale bestuur ten opzichte van het landelijke bestuur verder toegenomen. De MRA werkt nauw samen met Brussel bij de totstandkoming van een economische agenda. De Europese focus op specialisatie is voor de MRA, met haar gefragmenteerde economische profiel, echter niet zondermeer positief. Bepaalde clusters, zoals het life science cluster en het financiële cluster ondervinden hinder van door Europa gesubsidieerde concurrentie uit andere metropoolregio s. Gestimuleerd door Brussel ontwikkelt de economie van de MRA zich in het Global Giants scenario tot een diensteneconomie pur sang. De populariteit van MRA als vestigingslocatie voor hoofdkantoren vormt een impuls voor de ontwikkeling van een internationaal hoogwaardige dienstensector. Dienstverleners op het vlak van logistiek, supply chain management, fiscaliteit, kwaliteitszorg en ICT profiteren sterk. Ook de handel en logistiek ontwikkelen zich sterk in het Global Giants scenario en de MRA is in toenemende mate een internationale hub. Minpunt is dat ondanks de aantrekkelijkheid voor hoofdkantoren, bedrijfsfuncties als productie, maar ook engineering en R&D in toenemende mate uit de MRA verdwijnen. Het European Renewal scenario Het is Hoewel de economische situatie fragiel is, is er sprake van nieuw Europees elan. Na een periode van grote maatschappelijke onrust is Europa er in geslaagd verregaande stappen te zetten in de richting van financiële en economische integratie. Het zelfvertrouwen in de Europese Unie is teruggekeerd, mede onder invloed van de heldere economische investeringsagenda. De EU zet sterk in op een duurzame low-carbon economie en investeert in krachtige en slimme energie- en communicatiesystemen. De doelstelling is om miljoenen banen te creëren op het vlak van energietechnologie, groen bouwen, IT, nanotechnologie, biochemie, brandstofcelontwikkeling, gridmanagement, elektrisch vervoer, mass-customization en dergelijke. De sterke mate van Europese integratie is te danken aan doortastendheid van Europese regeringsleiders. Nadat beleggers hun vertrouwen in de euro verliezen wordt besloten een gemeenschappelijk financieel, fiscaal en economisch beleid te voeren. Dit betekent dat de eurolanden gezamenlijk de kapitaalmarkt betreden, gezamenlijk belasting heffen en een uniform beleid voeren op het vlak van sociale voorzieningen, pensioenen en arbeidsmarkt. De financiële markten reageren enthousiast, de euro neemt snel toe in waarde en de rente op eurobonds daalt gestaag. De integratie brengt zoveel stabiliteit dat niet-eurolanden zoals Groot-Brittannië, Denemarken en Zweden besluiten toe te treden tot de eurozone. De inzet van Europa op de derde industriële revolutie wordt breed ondersteund. De maatschappij en de economie zijn fundamenteel veranderd. Er is sprake van een breed gedragen afkeer van de negatieve effecten van het kapitalisme en er wordt kritisch gekeken naar verdere globalisering. Een snel groeiende groep consumenten kiest voor een duurzame levensstijl en eist maatschappelijk verantwoord gedrag van de ondernemingen. Bedrijven zijn steeds vaker genoodzaakt hun waardeketens opnieuw in te richten, AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

6 waarbij local sourcing, het minimaliseren van hun CO2- en watervoetafdruk en andere vormen van stakeholder value centraal staan. De MRA maakt langzaam de transitie naar een meer vraaggestuurde economie. Mede door Brussel gefinancierde investeringen in digitale infrastructuur en smart grids, maken dat de economische ontwikkeling steeds meer bottom-up wordt gevoed. De tijd dat de economische samenstelling werd bepaald in bestuurskamers van internationale bedrijven, overheden en wetenschappelijke instellingen is definitief voorbij. De sterke digitale infrastructuur en sociale netwerken maken dat individuen soms volledig virtueel hun bijdrage bieden aan de regionale economie. De sterke mate van digitalisering, de sterke behoefte aan geïndividualiseerde producten en diensten en de nadruk op een koolstofarme economie, heeft impact op vrijwel elke sector binnen de MRA. De rode draad in de ontwikkeling van de economie van de MRA is een omslag van het denken in massa naar het denken in maatwerk. De energiesector kent een omslag van centrale naar decentrale productie van energie. De maakindustrie kent een revival in de MRA, gevoed door nieuwe productietechnieken, zoals 3D-printing en mass-customization. Binnen de voedselproductie staat voedselveiligheid, traceerbaarheid van ingrediënten, duurzaamheid van importstromen en local sourcing centraal. De MRA is met haar hoog opgeleide bevolking bovendien goed gepositioneerd als als proeftuin voor nieuwe concepten en producten (elektrisch vervoer, mobiliteitsoplossingen, mass-customization, ICT, etc.) en deze kennis kan uitstekende internationaal worden gekapitaliseerd. Het International Alliances scenario Het is Europa is gefragmenteerd en kwetsbaar. De economische crisis houdt de wereld nog steeds in de ban. Europese natiestaten proberen hun eigen economieën te beschermen en zijn onderling meer verdeeld geraakt. Onder invloed van financiële schandalen en de voortwoekerende schuldencrisis is de eurozone uiteengevallen. Het gevolg hiervan is dat Europa op politiek en economisch vlak een beduidend mindere rol van betekenis speelt en het mondiale zwaartepunt is verschoven naar de nieuwe economieën van China, India, Brazilië, maar ook van Turkije, Polen, Indonesië en een aantal Afrikaanse landen. Nederland is een van de eerste lidstaten die koos voor een vertrek uit de eurozone, maar heeft veel moeite zijn economisch profiel aan te passen aan de nieuwe realiteit. Het klassieke economische beleid van loonmatiging, heeft in een wereld van protectionisme niet langer het beoogde effect. De uitdaging voor Nederland ligt in het stimuleren van particuliere consumptie en het specialiseren in niches waarin het in de wereldtop kan concurreren en verbindingen kan slaan met economische groeiregio s. De economie draait in toenemende mate op exclusieve internationale ecosystemen van bedrijven en kennisinstellingen. De situatie van Nederland is lange tijd zorgelijk. De transactiekosten in de Europese markt zijn na de val van de euro structureel toegenomen en de concurrentiepositie van landen is sterk gewijzigd als gevolg van protectionisme en nieuwe wisselkoersen. Het is voor landen als Frankrijk en Spanje relatief duur om goederen te importeren uit Nederland, terwijl voor eigen producten gemakkelijker een exportmarkt te vinden is. Door het uiteenvallen van de euro is de Nederlandse economie sterk gekrompen. De werkloosheid is scherp opgelopen, de huizenmarkt is verder weggezakt en pensioenfondsen zijn door de lage rente genoopt te korten op oudedagvoorzieningen. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

7 Ook aan de economie van de metropoolregio Amsterdam is een grote slag toegebracht. Het uiteenvallen van de eurozone en het vertrek van veel hoofdkantoren hebben de zakelijke en financiële dienstverlening sterk getroffen. Als logistiek knooppunt is Nederland te duur en de ontwikkeling van hubs in Dubai, Frankfurt en Parijs heeft een zware wissel getrokken op het personenvervoer via Schiphol. In het algemeen kan worden geconstateerd dat de MRA eigenlijk alleen in kennisintensieve sectoren haar concurrentiepositie weet te behouden en uit te bouwen. De economische clusters waarin een sterke internationale verbondenheid tussen kennisinstellingen en bedrijfsleven is gerealiseerd zijn het beste gepositioneerd. Met name bèta clusters als Flowers, Food en Life Sciences creëren veel economische toegevoegde waarde en in hun slip stream liggen er veel kansen voor clusters als logistiek en ICT/eScience. De succesformule in deze moeilijke omstandigheden ligt in het bouwen van sterke en exclusieve internationale ecosystemen rondom inhoudelijke thema s. De nauwe samenwerking van bedrijven en kennisinstellingen binnen deze ecosystemen biedt de noodzakelijke toegang tot hoogwaardige kennis, betrouwbare partners en nieuwe groeimarkten. Het Local for Local scenario Het is Europa is gefragmenteerd geraakt, maar inmiddels stabiel. De schuldencrisis in de jaren heeft geleid tot het uittreden van een groot aantal lidstaten uit de eurozone en Europese Unie. Door nieuwe vormen van interstatelijke rivaliteit heeft Europa zijn slagkracht, dynamiek en cohesie verloren en is zijn positie ten opzichte van de nieuwe economische machten van China, India en Brazilië, maar ook tegenover de Verenigde Staten gemarginaliseerd. Europese landen verenigen zich in kleine verbanden en kiezen voor het pad van protectionisme en zelfvoorzienendheid. Bij veel landen, burgers en bedrijven zit de schrik er goed in. De tekortkomingen van een globale verwevenheid van economische en financiële systemen zijn de afgelopen decennia pijnlijk duidelijk geworden. De tijden van eenzijdige offshoring vanuit de westerse wereld naar elders lijken voorbij. De dynamiek en onstuimige veranderingen op het wereldtoneel hebben geleid tot een versterkt en oplevend besef dat een sterke en duurzame industriële basis van levensbelang is voor een stabiele economische basisstructuur. De sterke regionalisering van de economie die vanaf 2015 optreedt is niet louter het gevolg van politieke en economische ontwikkelingen. In de maatschappij neemt de roep om duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen sterk toe en technologisch is steeds meer mogelijk. De ontwikkelde economieën van Europa en de Verenigde Staten zetten zwaar in op het verduurzamen van hun energievoorziening, lokale productie van goederen en verwerking van halffabricaten. Herziening van bedrijfsstrategie, organisatie en investeringsportfolio s leidt tot meer inshoring en hervestiging van productieactiviteiten op thuismarkten. De Nederlandse economie gaat een grote transitie door van een op wederuitvoer gebaseerde economie met een groot handelsoverschot, tot een op productie gebaseerde economie met hoge lonen een sterke munt en een negatieve handelsbalans. Nederland profiteert van het poldermodel. Eensgezind maken overheden, bedrijven en werknemers plannen voor een duurzame low-carbon economie. De Nederlandse overheid investeert in slimme energie- en communicatiesystemen, in een duurzame maakindustrie en bovenal in het stimuleren van innovatie en ondernemerschap. Nederlandse multinationals stappen af van centrale productie en bouwen in verschillende regio s lokaal gevoede AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

8 aanbodketens opbouwen. Ze transformeren zichzelf van multinationale bedrijven (MNC s) naar multicommited bedrijven (MCC s). In de MRA is de zakelijke en financiële dienstverlening sterk getroffen door het vertrek van veel internationale hoofdkantoren. Ook de afname van de (weder)export heeft grote impact op de regio. Importheffingen hebben Nederlandse voedingsproducten en bloemen in het buitenland tot onbetaalbare luxeproducten gemaakt. De decentrale energiemarkt maakt een opmars, mede mogelijk gemaakt door de ontwikkelingen op ICT-gebied. Consumenten worden energieproducenten. Deze energierevolutie ontketent een ware sociale revolutie. Naast energiecoöperaties ontstaan lokale samenwerkingsverbanden op het gebied van verzekeringen, zorg, etc. Sociaal ondernemerschap komt op. Bedrijven investeren in nieuwe technologie en bieden steeds meer duurzame en op maat geproduceerde producten. Naar een toekomstgericht business model De vier beschreven scenario s verschaffen een beeld van een aantal extreme, maar denkbare toekomstige situaties waar de MRA in terecht kan komen. De bedoeling van de scenario s is om mentale denkkaders op te rekken en een helder beeld te vormen van de kansen en bedreigingen die onder invloed van externe ontwikkelingen kunnen ontstaan. In de afzonderlijke scenario s is een optimaal bijpassend business model opgetekend, waaruit vervolgens een geambieerd toekomstig business model voor de MRA is afgeleid. Dit toekomstige business model legt de nadruk op economische clusters, onderscheidende aspecten en randvoorwaarden met potentie, die in alle scenario s veel relevantie bezitten. Figuur 2 toont het optimale toekomstige business model voor de MRA. Aan de rechterkant van het business model is de toekomstpotentie van de economische clusters in termen van bijdrage aan de concurrentiekracht van de MRA geïllustreerd. De clusters vertegenwoordigen economische zwaartepunten van bedrijvigheid, gegroepeerd rondom een sector of competentie. Wanneer gekeken wordt naar de clusters met bovengemiddelde potentie in termen van concurrentiekracht valt op dat de clusters ICT/eScience en Logistiek koploper zijn. In vrijwel alle omstandigheden zijn dit clusters met de potentie om een bovengemiddelde bijdrage te leveren aan de concurrentiekracht van de regio. Naast deze twee koplopers zijn er meer economische clusters waarin de MRA veel potentie heeft. De energiesector, de groothandelssector, de creatieve industrie en de zakelijke dienstverlening, zijn allen goed gepositioneerd om in meerdere scenario s een rol van betekenis te spelen en onderscheidend vermogen voor de regio te creëren. Het middelste vlak van de figuur illustreert de onderscheidende aspecten (of waardepropositie), die in het toekomstgerichte business model van belang zijn. De waardepropositie van de MRA verwoordt de aspecten die de stad en regio uniek en onderscheidend maken voor haar bewoners en clusters van bedrijvigheid. In een goed samenhangend en zelfversterkend business model zijn de elementen van de waardepropositie optimaal afgestemd op de belangrijkste economische clusters. In het licht van de scenario s en de belangrijkste clusters komt een aantal belangrijke onderscheidende aspecten naar voren. Voor het toekomstig succes van de MRA zijn de aspecten connectiviteit, human capital, innovatieve cultuur, kennisinfrastructuur en dienstensector van groot belang. Ook quality of life en brand name dragen bovengemiddeld bij aan het onderscheidend vermogen van de MRA. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

9 Figuur 2: Toekomstgericht business model MRA De linkerkant van het business model raamwerk, tenslotte, illustreert het onderlinge belang van verschillende randvoorwaarden. De randvoorwaarden zijn de sturingsmechanismen die kunnen worden ingezet om de waardepropositie van de MRA te versterken. Veruit de belangrijkste randvoorwaarde onder het toekomstgerichte business model ligt in de kwaliteit van onderwijs en onderzoek in de regio. Hoewel de aard en inhoud per scenario verschilt, is in ieder denkbaar toekomstbeeld kwalitatief hoogwaardig onderzoek en hoogstaande educatie van doorslaggevend belang. Naast deze randvoorwaarden, is ook de kwaliteit van de fysieke en digitale infrastructuur in ieder scenario bijzonder relevant. Tenslotte dragen ook de randvoorwaarden arbeidsmarkt en leefbaarheid in belangrijke mate bij aan de waardepropositie die de regio na wil streven in het toekomstgerichte business model. Roadmap 2013 Het onderhavige discussiedocument heeft ten doel een strategische conversatie te stimuleren tussen de Board en haar stakeholders over de lange termijn strategie van de MRA. De gepresenteerde scenario s zijn een belangrijk hulpmiddel om externe onzekerheid en toekomstoriëntatie centraal te stellen in een dialoog tussen stakeholders. Ze kunnen dienen als decor bij het voeren van een gesprek over toekomststrategie. De visualisatie van het toekomstig business model dat op basis van de scenario s tot stand is gekomen, heeft ten doel een indicatie te geven over de belangrijkste focusgebieden voor een AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

10 lange termijn strategie van de MRA. Figuur 3 geeft een indicatie van het traject dat de Board voorstaat om in 2013 samen met de belangrijkste stakeholders in de metropoolregio te komen tot een brede en gewogen lange termijn strategie. Prioritering Focusgebieden Consultatie Clusters Domeinen Gemeenten Lange termijn strategie Toetsing Confirmatie Effectuering Presentatie MRA-congres Overige events Scenarioboek Figuur 3: Road map 2013 AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

11 Inhoudsopgave Managementsamenvatting 2 Inhoudsopgave 10 1 Inleiding Stedelijke dynamiek De Amsterdam Economic Board Het business model van de MRA Scenarioplanning 16 2 Scenarioanalyse Scope van de scenarioanalyse Omgevingsanalyse Kernonzekerheid 1: stabiliteit Europa Kernonzekerheid 2: Industrieel en bedrijfseconomisch ecosysteem Scenarioframe 22 3 Scenario I Global Giants 24 4 Scenario II European Renewal 37 5 Scenario III International Alliances 49 6 Scenario IV Local for Local 61 7 Naar een toekomstgericht business model Toekomstgericht business model Een strategische conversatie Clusterstrategieën 75 AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

12 7.4 Waardepropositie Randvoorwaarden 79 8 Roadmap en besturing Road map Sturingsbenadering Dashboard 84 AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

13 1 Inleiding 1.1 Stedelijke dynamiek Rond 1900 leefde 10% van de wereldbevolking in steden. Nu is dat al 50% en de verwachting is dat het aandeel stedelingen alleen maar zal toenemen. Niet alleen het aantal inwoners is gegroeid, ook het stedelijk oppervlak. Steden worden steeds groter en uitgestrekter. Dit doet zich ook in Nederland voor, al zijn de steden in Nederland nog zeer klein en overzichtelijk wanneer bijvoorbeeld vergeleken met steden als Tokio (35,5 miljoen inwoners), Mexico City (18,7), New York City (18,3), São Paulo (17,9) of Mumbai (17,4 miljoen). Amsterdam steekt hier schril bij af met haar inwoners (O+S, 2010). Het proces van urbanisatie begon in Europa rond de industriële revolutie. De stad werd aantrekkelijker omdat de werkgelegenheid zich hier concentreerde. De stad trok ook om andere redenen: het leven was er vrijer dan op het platteland, er was minder sociale controle en er was van alles te koop en te doen. Steden zijn oudsher een verzamelplek van rijkdom, artistiek talent, wetenschap, nijverheid en vermaak. Dit trok kunstenaars, wetenschappers en ook arbeiders. Tot ongeveer de Tweede Wereldoorlog waren steden vrij compact: wonen, werken en recreatie gebeurden allemaal bij elkaar in de buurt. Er was weinig dynamiek: de meeste mensen woonden hun hele leven op dezelfde plek of in dezelfde buurt. De stad kende ook een schaduwkant: eenzaamheid, armoede, criminaliteit en vervuiling. Alleen de welgestelden konden zich veroorloven om buiten de grote stad te gaan wonen. Zo vestigden rijke Amsterdammers zich al in de 17e eeuw in Hilversum. Na de aanleg van spoorwegen, aan het einde van de 19e eeuw, groeide Hilversum pas echt snel. De uitbreiding bestond zowel uit groei van de werkgelegenheid (eerst de textielindustrie en later de omroepen) als uit een toename van de bewoners. Vanaf de jaren vijftig en zestig verlieten steeds meer mensen de traditionele steden om in het ommeland, het gebied rondom de steden te gaan wonen. Na de periode van suburbanisatie, die duurde van 1960 tot 1985, is de stad weer in trek gekomen als plek om te wonen en werken. Er werd meer gebouwd voor de (hogere) middenklasse, vooral veel koopwoningen. Het aandeel koopwoningen steeg in Amsterdam tot 25% van de totale woningvoorraad. Ook de andere steden in de Metropoolregio doen hun best om voor een gedifferentieerde bevolking te bouwen, en streven er naar om mensen met een hoger inkomen te trekken (O+S, 2009). Mede als gevolg van de de-industrialisatie, maar ook als gevolg van gebrek aan uitbreidingsruimte, trokken in de tweede helft van de vorige eeuw met name de wat grotere industriële en groothandelsbedrijven de stad uit. Steeds meer voorzieningen (zoals leisure en grootschalige winkels in de Amsterdam Arena) en vooral kantoren vestigden zich aan de randen van de stad. De stad kreeg hierdoor een ander gezicht, en in sommige gevallen zelfs verschillende kernen. Sinds de jaren 80 nam ook de bedrijvigheid in de stad weer toe. De leeggekomen plekken werden opgevuld door dienstverlening, ICT en creatieve industrie en in de centra van steden vooral door horeca en detailhandel. Tegenwoordig telt de metropoolregio Amsterdam 2,3 miljoen inwoners, verdeeld over 36 gemeenten (O+S Amsterdam, 2010). Amsterdam is veruit de grootste gemeente met inwoners. Andere grote gemeenten zijn Almere ( ), Amstelveen (80.000), Haarlem ( ), Haarlemmermeer ( ), Hilversum (84.000), Purmerend (79.000) en Zaanstad ( ). De metropoolregio heeft AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

14 vooral een economische functie. Om de concurrentie met andere metropolen in het buitenland aan te kunnen, is onderkend dat afzonderlijke steden hiervoor te klein zijn. De totale metropoolregio is groter en meer divers en daarom beter in staat de concurrentie aan te gaan. Binnen de metropoolregio is er vooral veel interactie op het gebied van wonen en werken, waarbij een goede bereikbaarheid een cruciale randvoorwaarde is. Kijkend naar de economie van de MRA kan worden geconcludeerd dat de zakelijke dienstverlening zowel in termen van toegevoegde waarde en in het aantal werkzame personen de meest omvangrijke sector is (zie figuur 4 en 5). In termen van toegevoegde waarde staat de groothandelssector op nummer 2 en de financiële sector op nummer 3. Kijkend naar het aantal werkzame personen zijn echter de sectoren zorg en detailhandel belangrijk. Zakelijke diensten Groothandel Financiële diensten Exploitatie onroerend goed Zorg Informatie en communicatie Industrie Vervoer en opslag Overheid Onderwijs Detailhandel Bouw Horeca Nutsbedrijven Overige persoonlijke dienstverlening Cultuur, sport en recreatie Landbouw Delfstoffen 3% 2% 2% 1% 1% 1% 0% 5% 4% 7% 7% 6% 6% 9% 9% 11% 12% 15% 0% 2% 4% 6% 8% 10% 12% 14% 16% Figuur 4: Verdeling toegevoegde waarde MRA over sectoren (2011) AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

15 Zakelijke diensten Zorg Detailhandel Vervoer en opslag Groothandel Financiële diensten Industrie Onderwijs Overige persoonlijke dienstverlening Informatie en communicatie Overheid Horeca Bouw Cultuur, sport en recreatie Exploitatie onroerend goed Nutsbedrijven Landbouw Delfstoffen 6% 6% 6% 6% 5% 5% 5% 5% 4% 4% 2% 1% 1% 1% 0% 10% 14% 21% 0% 5% 10% 15% 20% 25% Figuur 5: Verdeling werkzame personen MRA over sectoren (2011) 1.2 De Amsterdam Economic Board In november 2010 is de Amsterdam Economic Board opgericht. De triple helix filosofie staat centraal binnen de Amsterdam Economic Board. Clustervorming waarbij de overheid, kennisinstellingen en bedrijven elkaar versterken. De Board werkt daarom volgens een gedeelde Kennis en Innovatie Agenda (KIA, 2011). Focus ligt specifiek op zeven clusters: Logistiek, ICT/EScience, Financiële & Zakelijke dienstverlening, Rode Life Sciences, Creatieve sector, Toerisme & Congressen, Food en Flowers. Met de oprichting van de Amsterdam Economic Board in 2010 hebben overheden, kennisinstellingen en bedrijfsleven gezamenlijk de verantwoordelijkheid genomen voor de versterking van de economie van de metropoolregio Amsterdam. De doelstelling van de Board is om in 2020 tot de top-5 van sterke Europese vestigingsregio s te behoren en hiermee substantiële groei van welvaart en werkgelegenheid te realiseren. De board probeert deze doelstelling te realiseren door de samenwerking tussen relevante partijen in het economische domein te bevorderen en door obstakels voor de groei van kansrijke economische clusters weg te nemen 1. In 2011 kondigde de Board aan om een lange termijn strategie te ontwikkelen met als doel de economische ontwikkeling en het innovatief vermogen van de metropoolregio te stimuleren. De aanzet tot een discussie over deze lange termijn strategie en economische agenda wordt in het onderhavige discussiedocument gegeven. Het discussiedocument heeft ten doel de geesten rijp te maken voor verandering, door systematisch na te denken over een toekomstig business model voor de regio. De 1 In de kennis- en innovatieagenda (KIA) die in 2011 is opgesteld staan de ambities, doelen en rollen van de Board beschreven. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

16 Board heeft hiertoe een uitgebreide scenariostudie uitgevoerd. In een viertal scenario s worden kansen, bedreigingen en uitdagingen voor het business model van de MRA uitgediept. 1.3 Het business model van de MRA Hoewel het woord businessmodel in een publieke context wellicht vreemd in de oren klinkt, kan elke stad of regio net als ieder bedrijf worden beschreven in termen van een businessmodel. Een businessmodel is een tekening van het DNA van de regio. In het hart van het business model van de regio ligt haar waardepropositie, de toegevoegde waarde die ze te bieden heeft aan economische actoren zoals bedrijven, universiteiten, kennisinstellingen, werknemers en studenten. De waardepropositie beschrijft de redenen waarom deze actoren kiezen voor de regio als vestigingslocatie of woonplaats. De waardepropositie van de regio kan bijvoorbeeld liggen in quality of life, een sterk aanbod van internationale dienstverleners, sterke vestigingsfactoren, de aanwezigheid van een volledige supply chain of een creatief en ondernemend klimaat. Het business model van de stad illustreert verder welke bronnen de waardepropositie voeden en via welke economische clusters daadwerkelijk economische toegevoegde waarde wordt gecreëerd. Het denken in termen van een businessmodel maakt het voor beleidsvormers mogelijk om zich te verdiepen in de wijze waarop de stad bronnen aanwendt, haar waardepropositie verbetert en economische clusters creëert die haar waardepropositie contant maken. Figuur 6 geeft een visuele illustratie van het huidige business model van de MRA 2. Het middelste vlak van het raamwerk representeert de waardepropositie van de MRA. De waardepropositie bestaat uit een combinatie van locatiefactoren die de stad aantrekkelijk maken voor economische actoren. In het geval van de MRA worden connectiviteit, quality of life, een goed ontwikkelde dienstensector en een sterke brand name op dit moment als de meest onderscheidende aspecten van haar waardepropositie beschouwd. Een innovatieve en ondernemende cultuur en human capital dragen eveneens bovengemiddeld bij aan de waardepropositie van de regio. 2 De waarden binnen het businessmodel zijn tot stand gekomen op basis van een uitgebreide enquête onder stakeholder in de MRA. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

17 Figuur 6: Huidig businessmodel MRA De waardepropositie wordt gevoed door een aantal randvoorwaarden of bronnen, die aan de linkerzijde van het canvas zijn weergegeven. Randvoorwaarden zijn in de regel te beïnvloeden door gericht beleid en dragen bij aan het versterken van specifieke onderdelen van de waardepropositie van de regio. De belangrijkste randvoorwaarden voor de MRA zijn haar niveau van voorzieningen, de kwaliteit van het nationale vestigingsklimaat en in mindere mate infrastructuur en arbeidsmarkt. De waardepropositie van de stad wordt op aangewend door haar economische clusters die werkgelegenheid en economische toegevoegde waarde creëren. In de MRA worden de clusters financiële dienstverlening, zakelijke dienstverlening, toerisme en congressen en logistiek als het meest onderscheidend beschouwd, op de voet gevolgd door de clusters creatieve industrie, ICT/eScience en flowers. Het gepresenteerde raamwerk biedt een structuur waarin het businessmodel van de regio kan worden beschreven, gevisualiseerd en beoordeeld op kracht en samenhang. Het laat zien op welke wijze investeringen in bronnen zich uiteindelijk vertalen in economisch product en werkgelegenheid. Een goed beschreven businessmodel biedt hiermee inzicht in sterke punten en natuurlijke voordelen van de regio, maar ook in verbeterpunten en kwetsbaarheden. Het beschrijven van het business model van stad of regio vormt een belangrijk startpunt voor een scenarioanalyse. Het werpt namelijk niet alleen licht op de sterke en zwakke punten van het business model, maar biedt eveneens een basis de gap te berekenen die moet worden overbrugd om een geambieerd business model te kunnen realiseren. 1.4 Scenarioplanning Economisch beleid wordt meestal geformuleerd als reactie op een economisch of maatschappelijk probleem in het hier en nu. Echter tegen de tijd dat nieuw beleid wordt ingezet, kan de situatie al sterk AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

18 gewijzigd zijn als gevolg van bijvoorbeeld economische, sociaal-maatschappelijke of technologische ontwikkelingen. Om hier rekening mee te houden is het van belang nu al in te spelen op problematiek die in de toekomst kan ontstaan. Scenario s zijn hierbij krachtige hulpmiddelen. Scenario s kunnen worden gedefinieerd als tekeningen van toekomsten, die op basis van huidige onzekerheden kunnen ontstaan. Scenario s zijn geen voorspellingen, maar voorstellingen. Het zijn verkenningen van verschillende hypothetische omstandigheden. Scenario s schetsen een (economische en maatschappelijke) context waar toekomstig beleid op in moet kunnen spelen. Een goede scenarioset exploreert een aantal onderling afwijkende extremiteiten, waar rekening mee moet worden gehouden bij opstellen van strategie. Ze bieden geen keuzes, maar een toetsingskader. Ze dienen dan ook niet verward te worden met voorspellingen of extrapolaties. De scenario s die in dit discussiedocument de revue passeren vormen een toetsingskader voor de strategische overwegingen die besluitvormers binnen de MRA ter beschikking hebben. In haar lange termijn strategie zal de Board op basis van de scenario s een aantal economische keuzes maken en toelichten. Toekomst Macro-omgeving politiek, economie, technologie, ecologie, demografie Directe omgeving Buiten Heden Metropoolregio Amsterdam Binnen Figuur 7: Het outside-in perspectief van scenarioplanning AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

19

20 2 Scenarioanalyse Het werken met scenario s, oftewel scenarioplanning, is vooral krachtig in situaties waarin bestuurders worden geconfronteerd met een turbulente externe omgeving. In deze situatie volstaat het niet langer om te denken vanuit historische uitgangspunten, maar is het van belang rekening te houden met verandering. Hoewel de afgelopen decennia relatief stabiel zijn geweest, is het een gegeven dat de komende decennia gekenmerkt zullen worden door sprongveranderingen en fundamentele onzekerheden. De Westerse wereld is momenteel mondjesmaat aan het herstellen van de zwaarste financiële crisis in 70 jaar tijd en zal de komende decennia haar schuldenlast moeten afbouwen door drastisch te bezuinigen. Opkomende economieën groeien door en eisen steeds meer hun plek op in het wereldtoneel. Tegelijkertijd vergroot toenemende politieke verdeeldheid tussen landen en binnen landen de kans op onvoorspelbaar politiek gedrag. Een nieuwe ronde van protectionisme en nationalisme valt niet uit te sluiten. Als gevolg van een groeiende wereldbevolking en de stijgende vraag naar grondstoffen ligt inflatie wereldwijd op de loer, hetgeen kan leiden tot ongewenste inkomensherverdeling en sterke maatschappelijke onrust. Een belangrijke oorzaak voor de toenemende volatiliteit is de groeiende verwevenheid die de huidige (netwerk)economie kenmerkt, waardoor niet tijdig voorziene ontwikkelingen op duizenden kilometers afstand een directe impact kunnen hebben op de eigen stad en regio. Hoe dynamischer en veranderlijker de omgeving, hoe meer aandacht er moet worden besteed aan het structureel monitoren van de externe omgeving op trends en onzekerheden en het duiden van hun mogelijke consequenties op de economie van de metropoolregio. Om grip te verkrijgen op haar volatiele externe omgeving heeft de Board een scenarioset opgesteld om de impact van de veranderende wereld op het economisch profiel van de MRA te duiden. Leden en betrokkenen hebben in een groot aantal workshops en strategische conferenties bepaald wat de strategische vragen zijn voor de economie van de stad, welke externe ontwikkelingen ingrijpen op de economische ontwikkeling van de MRA en wat de meest dominante veranderdrijvers zijn. In dit hoofdstuk wordt verslag gedaan van dit proces. 2.1 Scope van de scenarioanalyse De eerste stap in het opstellen van scenario s is het zorgdragen van een scope of afbakening. Een heldere scope vormt een belangrijk referentiepunt voor de ontwikkeling van de scenario s. Bij het beoordelen van de relevantie van trends en onzekerheden wordt voortdurend teruggegrepen op de scope van de scenarioanalyse. Een goede scope bestaat een drietal elementen, namelijk een set strategische vragen, een adequaat tijdsframe en een heldere begrenzing. Strategische vragen Het formuleren van scherpe strategische vragen is van groot belang om tijdens de ontwikkeling van de scenario s hun relevantie goed te kunnen bewaken en uiteindelijk tot scherpe strategische opties te komen. In het kader van het scenarioproject heeft de stuurgroep het huidige business model van de MRA centraal gesteld. Per onderdeel van het businessmodel zijn als referentiepunt voor de scenarioanalyse de volgende vragen gesteld: AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

21 Strategische vragen ten aanzien van de waardepropositie Is onze schaal voldoende om daadwerkelijke economische voordelen te genieten? Hoe verbeteren wij onze kennisinfrastructuur om hiermee internationale hoofdkantoren binnen te halen en te houden? Hoe kunnen wij op een slimme manier aanpassen aan mondiale game changers? Welke verbindingen moet Amsterdam op slaan op mondiaal, europees, nationaal en regionaal niveau, om haar concurrentievermogen te versterken? Strategische vragen ten aanzien van de randvoorwaarden Hoe realiseren wij een positie binnen het internationale wetenschappelijk ecosysteem? Hoe zijn wij in staat een aantrekkelijk regio te blijven voor hoogopgeleid talent? Hoe kunnen we onze internationale bereikbaarheid op peil houden? Welke randvoorwaarden dienen in triple helix verband te zijn gerealiseerd om de meest kansrijke clusters maximaal te faciliteren in hun groei? Strategische vragen ten aanzien van de economische clusters Welke clusters hebben bovengemiddelde potentie? Tijdsframe De strategische vraagstelling geeft richting aan de scenario s. Om het onderzoek verder te structureren is het van belang een adequaat tijdsframe te hanteren. De Board heeft besloten het jaar 2025 als doeljaar te zien voor de scenarioanalyse. Door na te denken over de mogelijke economische realiteit over ruim 10 jaar is er voldoende ruimte het effect van belangrijke trends en onzekerheden op de MRA te analyseren. Anderzijds ligt het doeljaar voldoende dichtbij om concrete en voor besluitvorming geschikte scenario s te vervaardigen. Begrenzing De concreetheid en toepasbaarheid van de scenario s kunnen verder worden vergroot door de analyse verder af te bakenen en bijvoorbeeld prioriteiten aan te brengen op het gebied van te analyseren sectoren, geografie, technologieën en dergelijke. In het kader van de scenarioanalyse is besloten om een brede inventarisatie van trends en ontwikkelingen te maken, maar bijzondere aandacht te schenken aan de ontwikkelingen met effect op het groei- en concurrentievermogen, de innovatierichting, de samenwerkingverbanden en de noodzakelijke talentontwikkeling van de regio. 2.2 Omgevingsanalyse In de scenarioanalyse zijn op een systematische wijze vier toekomstbeelden geschetst die gebaseerd zijn op een uitgebreid trendonderzoek. In het trendonderzoek zijn macrotrends onderzocht op hun mogelijke impact op het business model van de MRA. Het onderzoek is uitgevoerd door middel van brainstormsessies met de leden van de Board en betrokken partijen, een documentstudie en een reeks AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

22 interviews. Voor een overzicht van de geraadpleegde literatuur en gehouden interviews wordt verwezen naar de appendix bij dit rapport. De belangrijkste trends die uit het onderzoek naar voren zijn gekomen, worden in de onderstaande tabel kort opgesomd. 1. Verregaande politieke en marktintegratie binnen Europa 2. Toename globalisering en wereldhandel 3. Stijging inertie bij overheid en bedrijfsleven 4. Ontwikkeling van een flexibele mondiale arbeidsmarkt 5. Verschuiving van economische en politieke macht naar emerging economies 6. Ontwikkeling internationale ecosystemen op basis van economische en intellectuele afhankelijkheden tussen steden. 7. Toenemende geografische specialisatie in sectoren en functies binnen Nederland 8. Toenemende mismatch tussen vraag naar en aanbod van grondstoffen 9. Snelle opkomst netwerkeconomie 10. Toename individualisering 11. Toename impact digitalisering 12. Toenemende polarisatie tussen groepen in de maatschappij 13. Afname engineering capaciteit en absorptievermogen om nieuwe technologie toe te passen. 14. Toename in decentrale productie & mass-customization Tabel 1: Overzicht belangrijkste trendclusters De trends zijn gegroepeerd naar trendclusters en deze trendclusters zijn nader geanalyseerd op zowel hun impact op de metropoolregio als de mate van onzekerheid over hun verloop. Op deze wijze zijn kernonzekerheden afgeleid, die fungeren als veranderdrivers voor de economische ontwikkeling van de MRA. 2.3 Kernonzekerheid 1: stabiliteit Europa De eerste kernonzekerheid die uit het onderzoek naar voren is gekomen is de stabiliteit van Europa. Een stabiel Europa met een sterke gemeenschappelijke munt is van groot belang voor een open economie als die van Nederland en de MRA. De verdere ontwikkeling van Europa is echter bijzonder onzeker, door de omvangrijke schuldenproblematiek bij een aantal lidstaten én een groeiend negatief sentiment onder de bevolking van lidstaten ten aanzien van Europa. Er zijn vergaande Europese plannen in de maak die uitgaan van meer macht voor Europese instellingen, een Europees toezichtorgaan voor de bankensector, een harmonisatie van het begrotings-, belastings- en buitenlandbeleid van de EU-lidstaten, de instelling van eurobonds en de hervorming van sociale programma s. Aan de ene kant zijn er redenen om aan te nemen dat Europa als gevolg van de huidige schuldencrisis zal komen tot verregaande politieke en economische integratie, aan de andere kant is het mogelijk dat de (monetaire) unie desintegreert als gevolg van het uittreden van lidstaten en een terugkeer naar bilaterale handelsafspraken. De ontwikkeling van de stabiliteit van Europa is een kernonzekerheid die de MRA sterk raakt en bepalend is voor de verbanden die het dient te slaan om haar economie verder te ontwikkelen. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

23 2.4 Kernonzekerheid 2: Industrieel en bedrijfseconomisch ecosysteem De tweede kernonzekerheid die uit de trendanalyse naar voren is gekomen is de toekomst van het industrieel en bedrijfseconomisch ecosysteem. Het huidige push-driven industrieel en economisch ecosysteem is aanbodsgedreven en gebaseerd op massaproductie. Multinationale onderneming produceren hun goederen en diensten op grote schaal en optimaliseren hun supply chain door deze op te knippen en uit te voeren op de locatie die vanuit kostprijs (fiscaliteit, arbeidskosten) het meest relevant is. De productie verdwijnt uit Westerse steden en er ontwikkelt zich een economie van geavanceerde dienstverlening. De ontwikkeling van massaproductie is nog lang niet ten einde. Mede onder invloed van het huidige economische klimaat optimaliseren ondernemingen hun supply chain verder, onder meer door het bundelen van ondersteunende functies in shared service centra s in lagekostenlanden. Daarnaast kunnen mogelijk ook meer kennisintensieve functies verschuiven naar andere landen (zoals China), omdat deze aantrekkelijk worden in termen van kennis, talent en kapitaal. Hoewel de trend naar massa en schaal dominant is, tekent zich er een tegentrend af. Onder invloed van technologische en maatschappelijke ontwikkelingen neemt de vraag naar maatwerk, decentrale productie en een meer vraaggericht industrieel profiel toe. Productietechnologie (bijv. 3D printing) maakt het steeds meer mogelijk om tegen een fractie van de kosten in kleine batches hoogwaardige producten te produceren die maximaal inspelen op de behoefte van de klant. Communicatietechnologie stelt de gebruiker in staat om betrokken te zijn bij het ontwerp van producten (cocreatie). De trend naar mass customisation en cocreatie kan leiden tot een sterke verandering naar een pull-driven industrieel en bedrijfseconomisch ecosysteem. Het zijn niet langer geavanceerde zakelijke dienstverlening en sterke vestigingsvoorwaarden die ondernemingen aan de stad binden, maar veel meer de aanwezigheid van een intelligente en receptieve creatieve klasse die haar eigen vraag creëert. Het gaat niet langer om schaal maar om scope, waarbij slimme en duurzame stedelijke regio s zich kunnen onderscheiden als proeftuin en testlab voor nieuwe ontwikkelingen. 2.5 Scenarioframe De basis voor de scenario s voor de toekomt van de MRA is tot stand gekomen door beide kernonzekerheden van extreme waarden te voorzien en tegen elkaar af te zetten op een assenkruis. Hierdoor ontstaat de figuur op de volgende bladzijde, met vanuit bedrijfsperspectief het industrieel en bedrijfseconomisch ecosyteem op de x-as en vanuit macro perspectief de Europese stabiliteit op de y-as De vier kwadranten van het figuur representeren de verschillende scenario s. Zo wordt het scenario in de linker bovenhoek ( Global Giants ) gekenmerkt door een combinatie van een push-driven ecosysteem (massa) en een sterk geïntegreerd Europa. In het European Renewal scenario (rechtsboven) wordt uitgegaan van een pull-driven ecosystem (maatwerk) in combinative met geïntegreerd Europa. De onderste scenario s ( International Alliances en Local for Local ) visualiseren een toekomst waarin er sprake is van een gedifferentieerd Europa en waarbij het ecosysteem zich pull-driven (rechterzijde), dan wel push-driven (linkerzijde) ontwikkeld. In de hoofdstukken 3-6 worden de scenario s inhoudelijk beschreven. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

24 Tabel 2: Scenario frame MRA AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

25 3 Scenario I Global Giants Belangrijkste karakteristieken Integratie binnen Europa Europa heeft federatief karakter (Verenigde Staten van Europa) Meer nadruk op stedelijke regio s London en Frankfurt zijn financiële centra Economie gebaseerd op pushstrategieën Verdere ontwikkeling van productie- naar transactiebanen Massaproductie en centralisatie hebben overhand Zakelijke dienstverlening, ICT, logistiek en groothandelsector zeer kansrijk Toekomstbeeld Het is De economische situatie in de MRA is redelijk te noemen. Na jaren van onrust en dynamiek is de rust teruggekeerd. De schuldencrisis van de jaren heeft de aanzet gegeven tot een sterker en meer geïntegreerd Europa. Europa heeft een federatief karakter gekregen en Nederland heeft een aantal bevoegdheden overgedragen aan Brussel. Zo is er inmiddels sprake van een Europese president, een Europees leger en één Europees beleid voor economische en buitenlandse zaken. De Nederlandse staat is echter nog steeds verantwoordelijk voor het onderwijs, de sociale zekerheid, het pensioenstelsel en fiscaliteit. De schuldencrisis is opgelost, maar de verworven stabiliteit heeft veel pijn gedaan. Het massaal afstempelen van schulden aan de Zuidelijke eurolanden en het overeind houden van systeembanken hebben de Noordelijke lidstaten veel tijd en geld gekost en heeft geleid tot een zeer sobere economische ontwikkeling in de periode Er is in deze periode veel bezuinigd en weinig geïnvesteerd in bijvoorbeeld energie- en communicatie-infrastructuur. Europa doet zijn best om de kracht AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

26 van haar economie te versterken en richt zich hierbij op het creëren van gespecialiseerde mondiaal competitieve city regions. Onderzoeks- en ontwikkelingsgelden worden aangewend om specialisatie rondom specifieke thema s en sectoren te promoten. De Metropoolregio Amsterdam is vooral succesvol in het verwerven van middelen voor sectoren waarin het traditioneel concurrentievoordelen geniet. Met name het ICT cluster, het logistieke cluster en de zakelijke dienstverlening profiteren. De aantrekkelijkheid van de regio voor (regionale) hoofdkantoren van multinationale bedrijven is bijzonder hoog door de aanwezigheid van veel hooggekwalificeerde, ondersteunende zakelijke diensten, zoals juridische en financiële advisering en de ICT. Ondanks de aantrekkelijkheid van de MRA voor hoofdkantoren, verdwijnen bedrijfsfuncties als productie, maar ook engineering in toenemende mate uit Nederland. De belangrijkste reden hiervoor is dat bedrijven om economische redenen hun supply chain dusdanig inrichten dat de verschillende functies plaatsvinden waar dat fiscaal het meest aantrekkelijk is. Tijdslijn In tabel 3 zijn de belangrijkste gebeurtenissen opgenomen die ten grondslag liggen aan het Global Giants scenario. Deze gebeurtenissen verklaren hoe het scenario zich in de periode tot 2025 heeft ontwikkeld Val kabinet over de bezuinigingsdoelstellingen vanuit Brussel. Protesten in Zuidelijke lidstaten tegen de bezuinigingen en de hoge werkloosheid. Europese Unie start reddingsoperatie om Duitsland binnen de Eurozone te houden. Om Griekenland te redden, koopt het Europese noodfonds massaal Griekse staatsobligaties op. Financiële markten reageren kritisch en verlagen de kredietwaardigheid van meerdere eurolanden. Europese noodfonds wordt stopgezet en schulden Zuidelijke eurolanden worden afgestempeld. Financiële markten reageren positief en de Europese schuldencrisis loopt op z n eind. Veel politieke onrust in Den Haag zorgt voor de val van het kabinet met VVD en PvdA. De Chinese economie is voor het eerst groter dan die van de hele Eurozone bij elkaar. In Nederland treedt een nieuw zakenkabinet aan met een pro-europese regeringsagenda. De provincies worden afgeschaft wat leidt tot een machtsverschuiving naar gemeentelijke regio s. Op een Europese top wordt het startschot gegeven voor een federatief Europa. Het vertrouwen in Europa en met name in landen als Duitsland en Nederland neemt voorzichtig toe. Voor het eerst sinds jaren is het consumenten- en ondernemersvertrouwen weer positief. Op mondiaal niveau komen vooral India en Brazilië als economieën sterk opzetten. De interne Europese markt wordt verder voltooid. Door volledig vrij verkeer van personen en grensoverschrijdende pensioenopbouw wordt het voor Nederland makkelijker om kenniswerkers aan te trekken. Door de toetreding van Polen en Hongarije tot de Eurozone wint de Euro aan kracht. China haalt de Verenigde Staten in als land met de grootste economie. Het beleid van de city regions krijgt zijn beslag; vanuit Europa wordt fors in de MRA geïnvesteerd om een belangrijke hub te worden op het gebied van handel en logistiek. De groei van de Europese economie komt voor het eerst sinds de schuldencrisis boven de 1,5%. De basis voor één Europees beleid voor economische en buitenlandse zaken wordt gelegd. Een experiment met robots in de op- en overslag van goederen in de MRA is een groot AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

27 succes De wederuitvoer is groter dan de export van in het binnenland geproduceerde producten. Door het goede vestigingsklimaat van de MRA neemt het aantal buitenlandse kantoren toe. De integratie van de nationale legers tot één Europees leger is een feit; IJmuiden wordt aangewezen als één van de belangrijkste maritieme havens. De Europese economie trekt verder aan en het vertrouwen in de Europese economie neemt toe. De MRA kenmerkt zich als city region binnen Europa vooral als een sterke diensteneconomie. Door de investeringen in kennisinfrastructuur, worden steeds meer Nederlandse universiteiten gezien als topuniversiteiten in Europa, waardoor het aantal buitenlandse studenten toeneemt. Integratie van economisch en buitenlandbeleid staat aan de basis van een sterk federatief Europa Tabel 3: Tijdslijn scenario Global Giants Een terugblik Om de situatie die in het Global Giants scenario is ontstaan goed te kunnen begrijpen, is het van belang kort terug te blikken op haar ontstaansgeschiedenis. De oorsprong van de huidige situatie is te herleiden tot de eerste helft van het tweede decennium, waarin de economische crisis en schuldencrisis een dieptepunt bereiken. De afspraken die de Europese lidstaten maken om hun schuldenlast terug te dringen, begrotingen op orde te maken en de monetaire unie te redden trekken een zware wissel op de reële economie in Europa. Stringente overheidsbezuinigingen, een hoge en oplopende werkloosheid, een historisch laag consumenten- en ondernemersvertrouwen in de lidstaten van de EU, leiden tot een verzwakking van de solidariteit binnen Europa. In zowel Noordelijke als Zuidelijke lidstaten steken nationalistische sentimenten de kop op en moeten regeringen alle zeilen bijzetten om noodzakelijke reddingsoperaties door hun nationale parlementen te loodsen. Ternauwernood kan worden voorkomen dat Duitsland uit de Europese Monetaire Unie treedt. In Nederland sneuvelt zowel in 2012 als in 2015 een kabinet op onenigheid over door Europa opgelegde bezuinigingsdoelstellingen en de door Brussel voorgestane overdracht van nationale soevereiniteit. Hoewel de periode zeer turbulent is en het project Europa soms een dubbeltje op z n kant lijkt, houdt Europa de gelederen uiteindelijk gesloten. Uitgebreide studies en analyses maken de lidstaten duidelijk dat Europa in de periode zeer veel voordelen heeft gebracht. Ook in Nederland dringt het besef door dat er in het recente verleden bovenmatig is geprofiteerd van de Europese integratie. Nederland kent al jaren een handelsoverschot van meer dan 5% van het BBP en haar export is historisch vrijwel volledig gericht op Europese landen. Het zakenkabinet dat in Nederland in 2016 na een langdurig formatieperiode wordt geïnstalleerd, neemt een aantal belangrijke besluiten richting verdere Europese integratie. Het besef dat in toenemende mate zwaarwichtige vraagstukken als economische en financiële problemen, infectieziektes, milieuproblematiek, bescherming van natuurlijke AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

28 ecosystemen en terrorisme buiten het bereik van de nationale politiek vallen draagt bij aan een onvoorwaardelijke keuze voor Europa. Vanaf de tweede helft van het tweede decennium vindt de verdere Europese integratie plaats. De interne markt wordt verder voltooid. Het volledig vrij verkeer van personen wordt een feit, er ontstaat een volledig gereguleerd systeem van overheidsaanbestedingen. Harmonisering van het Europese privaatrecht (o.a., d.m.v. regelgeving op het vlak van e-handel, vennootschaps- en contractrecht, wederzijdse erkenning van rechtsinstrumenten, corporate governance, intellectueel eigendom en gegevensbescherming) stellen ondernemingen in staat om binnen de gehele Europese thuismarkt doelmatig te opereren. Het wegnemen van fiscale belemmeringen voor grensoverschrijdende pensioenopbouw en meer Europese samenwerking bij de toelating van hooggekwalificeerde migranten van buiten Europa creëert een Europese markt voor toptalent. Ter versteviging van de Europese Monetaire Unie treden in deze periode ook Polen en Hongarije toe. Naast het verder optimaliseren van de interne markt, neemt Europa eveneens het voortouw in de ontwikkeling van economisch beleid en buitenlandse zaken. Zo zet Europa door middel van ontwikkeling- en onderzoeksgelden zwaar in op de ontwikkeling van sterk concurrerende stedelijke gebieden en vergemakkelijkt het grensoverschrijdende samenwerking. Europa streeft specialisatie na om het qua concurrentiekracht op te kunnen nemen tegen de economische machtsblokken van Azië en de Verenigde Staten. Brussel is eveneens verantwoordelijk voor het buitenlandbeleid van de verschillende lidstaten en de coördinatie van militaire activiteiten. Regelmatig intervenieert Europa in politiek onrustige gebieden of levert het een bijdrage aan de internationale bestrijding van terrorisme. Door de hoge mate van integratie is Europa in staat om sneller en beter in te spelen op de snel veranderende wereldorde, dan in het verleden het geval was, toen alles door middel van verdragen tussen lidstaten werd geregeld. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

29 Nederland op het wereldtoneel In 2025 is Nederland een natiestaat in een sterk Europees democratisch verband. Hoewel een aantal taken door Brussel wordt uitgevoerd, is Den Haag nog steeds verantwoordelijk voor zaken als fiscaliteit, onderwijs, sociale zekerheid en pensioenen. Den Haag heeft met andere woorden veel invloed op het nationale vestigingsklimaat en probeert de vestigingsvoorwaarden voortdurend te verbeteren. Door middel van fiscale arrangementen en investeringen in kennisinfrastructuur en fysieke infrastructuur probeert Nederland haar aantrekkelijkheid voor hoofdkantoren van multinationale ondernemingen te vergroten. De afgelopen jaren is duidelijk geworden dat Nederland vooral moet blijven profiteren van buitenlandse investeringen en wederuitvoer. Binnenlandse investeringen en consumptie zijn als gevolg van de omvangrijke bezuinigingsprogramma s, de loonmatigingen en de sterke vermogensdaling in de periode nog steeds zeer beperkt. Als gevolg van de sterke Europese integratie en de versteviging van de euro zet globalisering in Global Giants scenario sterk door. Handelsstromen tussen landen groeien sneller dan de productie van afzonderlijke nationale economieën als gevolg van ontwikkelingen in ICT, goedkoop transport en de opdeling van werkprocessen. Een groot deel van de Nederlandse export vindt nog steeds plaats naar Europa en de Verenigde Staten, maar de uitdaging voor de logistieke sector is om ook in de handel met de nieuwe economieën in Azië, Rusland en Zuid-Amerika haar marktaandeel te vergroten. Multinationale ondernemingen produceren hun goederen en diensten op grote schaal en optimaliseren hun supply chain door deze op te knippen en activiteiten uit te voeren op de locatie die vanuit kostprijs (fiscaliteit en arbeidskosten) het meest relevant is. Mede onder invloed van het economisch klimaat bundelen ondernemingen hun ondersteunende functies in shared service centra in lage lonen landen. Nederland profiteert van de wereldwijde massaproductie en haar bijbehorende handelsstromen. De wederuitvoer is inmiddels onder meer door containerisatie beduidend groter dan de export van in het binnenland geproduceerde producten. De Nederlandse industrie staat überhaupt onder druk door de sterk toegenomen energieprijs. Nederland is geen koploper op het vlak van verduurzaming en conformeert zich met moeite aan de minimale Europese vereisten met betrekking tot het aandeel hernieuwbare energie in de energiemix. Om het aandeel van 20% te kunnen behalen importeert Nederland inmiddels energie uit landen als Brazilië, Engeland en Scandinavië, die wel de benodigde transformatie hebben kunnen maken. De investeringen die in Nederland nog wel zijn gedaan beperken zich tot energie-efficiency, variërend van het aanlengen van fossiele brandstoffen tot het beter isoleren van woningen en utiliteitsgebouwen. Van alle Nederlandse industriële weten de fabrikanten van hoogwaardige eindproducten hun exportpositie het gemakkelijkst te behouden. De Nederlandse overheid is als gevolg van diverse hervormingsrondes en de overdracht van taken aan Brussel beduidend kleiner geworden. In toenemende mate legt de overheid taken neer bij marktpartijen of maatschappelijke instellingen. Het wordt steeds duidelijker dat door het versterken van partnerships het beter mogelijk is om complexe vraagstukken op het vlak van onderwijs, zorg, en verduurzaming op te lossen of grootschalige investeringen te realiseren. Burgers hebben in de regel bovendien meer vertrouwen in maatschappelijke organisaties of bedrijven dan in de overheid, en de expertise van burgers op specifieke gebieden is erg groot. De economie van de MRA AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

30 Het Global Giants scenario heeft de nodige implicaties voor de metropoolregio Amsterdam. Allereerst is het belang van het regionale bestuur ten opzicht van het landelijke bestuur verder toegenomen. De 30 stedelijke regio s die Nederland kent zijn sterk toegenomen in belang en werken nauw samen met Brussel bij de totstandkoming van hun economische agenda. Brussel, dat zich richt op een verdere voltooiing van de interne markt en het creëren van sterke city regions, streeft een hoge mate van specialisatie na. In tegenstelling tot historisch Europees economisch beleid, dat nogal eens marktverstorend werkte, kiest Brussel er in dit scenario voor om clustering van activiteiten te stimuleren in gebieden met historische en natuurlijke concurrentievoordelen. De Europese focus op specialisatie is voor de MRA, met haar gefragmenteerde economische profiel, niet zondermeer positief. Bepaalde clusters, zoals het life science cluster en het financiële cluster ondervinden hinder van door Europa gesubsidieerde concurrentie uit andere city regions. Binnen het Global Giants scenario ontwikkelt de MRA zich als City Region vooral sterk op het gebied van zakelijke dienstverlening Gestimuleerd door Brussel en profiterend van de hoge mate van marktintegratie binnen Europa ontwikkelt de economie van de MRA zich in het Global Giants scenario tot een diensteneconomie pur sang. Binnen een sterk geïntegreerd Europa is Amsterdam voor veel multinationale ondernemingen een ideale uitvalsbasis voor het (regionale) hoofdkantoor. De relatieve populariteit van de MRA als vestigingslocatie voor hoofdkantoren vormt een impuls voor de ontwikkeling van een internationaal hoogwaardige dienstensector, hetgeen op haar beurt de aantrekkingskracht voor hoofdkantoren vergroot. De MRA is kansrijk en succesvol in de ontwikkeling van dienstverlening op het vlak van supply chain management, fiscaliteit en ICT. Hoewel multinationale ondernemingen doorgaan met het AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

31 offshoren van r&d en productie, vindt de regie van de in toenemende mate complexe supply chains plaats in de MRA. Naast de goede uitgangspunten voor de dienstensector, heeft de MRA in het Global Giants scenario eveneens goede kaarten op het vlak van logistiek en handel. Nederland is binnen dit scenario als geheel een logistiek knooppunt met zwaartepunten in Rotterdam, Amsterdam, Noord-Brabant en in toenemende mate in Noord-Limburg. De MRA onderscheid zich echter door de relatief hoogwaardige logistieke oplossingen. De aanwezigheid van Schiphol, een sterke zeehaven en de hoogwaardige logistieke kennis, maakt dat bedrijven binnen de MRA in staat zijn logistieke oplossingen te bieden voor zeer complexe supply chains. De MRA blinkt vooral uit in die gebieden waar ze cross-overs kan slaan tussen verschillende clusters. Ze heeft ze goede mogelijkheden om in de food- en flowersector en op het vlak van life sciences een zeer belangrijke groothandelsfunctie voor de rest van Europa te vormen. In de MRA wordt nog weinig geproduceerd, maar vindt er des te meer activiteit plaats op het vlak van logistiek en handel. Ondersteunend aan de vestiging van hoofdkantoren en de activiteiten op het gebied van logistiek en handel gedijen juridische dienstverleners (complex transactiemanagement) en ICTondernemingen (digitalisering informatiestromen binnen supply chains). Tezamen met branchevereningen, het bedrijfsleven, Den Haag en Brussel zet de MRA in op het vermarkten van haar regio als vestigingsplaats voor multinationals en als gateway to Europe voor buitenlandse producten. Het versterken van relaties met de nieuwe economieën in Azië en Latijns- Amerika is hierbij een topprioriteit voor de regio. Het business model van de MRA Elke stad of regio net als ieder bedrijf kan worden beschreven in termen van een business model. Een business model is een tekening van het DNA van de regio. In het hart van het business model van de regio ligt haar waardepropositie, de toegevoegde waarde die ze te bieden heeft aan economische actoren zoals bedrijven, universiteiten, kennisinstellingen, werknemers en studenten. De waardepropositie beschrijft de redenen waarom deze actoren kiezen voor de regio als vestigingslocatie of woonplaats. Het business model van de regio illustreert verder welke randvoorwaarden de waardepropositie voeden en via welke economische clusters daadwerkelijk economische toegevoegde waarde wordt gecreëerd. Het denken in termen van een business model maakt het voor beleidsvormers mogelijk om zich te verdiepen in de wijze waarop de stad randvoorwaarden aanwendt, haar waardepropositie verbetert en economische clusters creëert die haar waardepropositie contant maken. Figuur 1 toont het optimale business model voor de MRA binnen het Global Giants scenario. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

32 Figuur 8: Optimaal business model in scenario 'Global Giants' Waardepropositie De figuur geeft een visuele illustratie van het optimale business model van de MRA in het Global Giants scenario. Het middelste vlak van het raamwerk representeert de waardepropositie van de regio. De waardepropositie bestaat uit een combinatie van locatiefactoren die de regio aantrekkelijk maakt voor economische actoren, zoals bedrijven, kennisinstellingen en inwoners. Wanneer er wordt gekeken naar de onderdelen van de waardepropositie die in het Global Giants scenario van groot belang zijn, zijn dit de onderdelen connectiviteit en internationale dienstensector, gevolgd door de onderdelen quality of life, vestigingsfactoren en brand name. Connectiviteit Connectiviteit is een elementaire voorwaarde voor structurele economische groei in dit scenario. Drie knooppunten van betekenis liggen in de MRA, te weten de luchthaven Schiphol, de haven van Amsterdam en de bloemenveiling in Aalsmeer. Daarnaast zal ook de digitale connectiviteit een rol van betekenis spelen in de ontwikkeling van de regio en dan vooral als katalysator voor de groei van de dienstensector. Door de invoering van nieuwe (technische) oplossingen ondersteund door een goede ICT-infrastructuur zal Het Nieuwe Werken een vlucht nemen. Dit zal leiden tot veranderingen in het ruimtegebruik (kleinere kantoren), het onderwijs (deels op afstand), de logistiek en de zorg (deels op afstand). Om in dit scenario succesvol te zijn, zal de MRA zowel moeten investeren in fysieke capaciteit In het Global Giants scenario zijn connectiviteit en een sterk ontwikkelde internationale dienstensector van cruciaal belang bereikbaarheid, als in verbetering van digitale netwerken. Connectiviteit tussen de MRA en Europese distributiecentra in Nederland wordt eveneens AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI en

33 steeds belangrijker, aangezien de regio met haar hoge grondprijzen waarschijnlijk geen grote rol van betekenis zal spelen op dit gebied. Voor een optimale bediening van het Europese achterland en de rest van de wereld is daarnaast een optimale samenhang van Rotterdam, Amsterdam en Noord-Brabant noodzakelijk. Internationale dienstensector In het Global Giants scenario is eveneens een goed ontwikkelde internationale dienstensector van groot belang. Hooggekwalificeerde zakelijke diensten, zoals juridische en financiële advisering, maar ook ICTdienstverlening en logistieke dienstverlening zijn van groot belang om internationale hoofdkantoren te faciliteren. De huidige ontwikkeling, waarin de financiële en zakelijke dienstverlening onder druk staat, ondermeer onder invloed van aangescherpte regels voor banken en een daling van bedrijfsinvesteringen, is gevaarlijk. De MRA zal haar sterke, maar mobiele internationale dienstensector moeten koesteren, om goed gepositioneerd te zijn voor succes in het Global Giants scenario. Quality of life De MRA is in het Global Giants scenario in hoge mate afhankelijk van de vestiging van (regionale) hoofdkantoren. Om onderscheidend te zijn voor bedrijven en talent zal een regio zodoende steeds meer moeten investeren in een hoogwaardige quality of life. Werknemers zijn steeds flexibeler en steeds minder gebonden aan een woonplaats, waardoor een hoogwaardige quality of life kansen biedt. Quality of life kan worden gecreëerd door goede voorzieningen, zoals een ruim cultureel aanbod, voldoende woningaanbod, goede onderwijsvoorzieningen, goede groenvoorzieningen, voldoende sportfaciliteiten, maar ook goede zorgvoorzieningen en de beschikbaarheid van schone energie. Vestigingsfactoren Naast het realiseren van een goede quality of life is het in dit scenario van groot belang zorg te dragen voor excellente vestigingsfactoren voor ondernemingen. Voor Nederland in het algemeen en de MRA in het bijzonder is een goed vestigingsklimaat cruciaal. Hoewel Nederland en de MRA een goede uitgangspositie hebben, is dit richting de toekomst geen vanzelfsprekendheid. Voor een flexibele arbeidsmarkt en een aantrekkelijk fiscaal klimaat is de MRA afhankelijk van het beleid van de Rijksoverheid. Gelet op het belang voor de regionale economie, zal de MRA druk moeten blijven houden op de Nederlandse overheid om ervoor te zorgen dat het verbeteren van het vestigingsklimaat hoog op de agenda blijft staan. Brand name Het laatste onderdeel met een bovengemiddelde relevantie in het Global Giants scenario is het waarborgen van een sterke brand name. Amsterdam is reeds zeer succesvol op het vlak van city branding en zal voort moeten bouwen op haar ervaringen. Een goede consistente brandbeleving is in het Global Giants scenario van groot belang om de aantrekkingskracht van de regio Amsterdam op inwoners en bedrijvigheid te bestendigen. Randvoorwaarden De waardepropositie van de MRA wordt gevoed door een aantal randvoorwaarden of bronnen, die aan de linkerzijde van het raamwerk zijn weergegeven. De linkerzijde van het raamwerk heeft zijn financiële AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

34 consequenties in termen van kosten en investeringen die noodzakelijk zijn om randvoorwaarden te verwezenlijken. In de regel zijn randvoorwaarden namelijk te creëren door gericht beleid en specifieke investeringen. Binnen het Global Giants scenario liggen de belangrijkste randvoorwaarden op het vlak van infrastructuur, het nationale vestigingsklimaat en de arbeidsmarkt. De randvoorwaarde infrastructuur is direct gelinkt aan het belang van een uitstekende connectiviteit. De bereikbaarheid van de regio Groot-Amsterdam is cruciaal en investeringen op dit vlak dienen te worden voortgezet. Het is in dit kader positief dat het wegennet tussen Schiphol, Amsterdam en Almere tussen 2011 en 2020 wordt aangepakt en dat de Noord-Zuidlijn zal worden opgeleverd. De kwaliteit van het nationale vestigingsklimaat is in het Global Giants scenario eveneens van groot belang en vormt de basis voor regiospecifieke locatiefactoren. Hoewel de MRA geen directe invloed kan uitoefenen op het nationale vestigingsklimaat, is het voor haar van groot belang om in Den Haag aan te blijven dringen op goede nationale voorwaarden. Met betrekking tot de randvoorwaarde arbeidsmarkt ten slotte, is het in dit scenario van groot belang om een kwalitatief hoogwaardige en kwantitatief ruime arbeidsmarkt te creëren. Hoogwaardige onderwijsinstellingen, goede voorzieningen en andere zaken die de MRA een aantrekkelijke plek om te werken en te wonen maken, dienen te worden gecultiveerd. Naast het vasthouden van wat goed is, is het echter van groot belang de ontwikkeling van talent te intensiveren. Enerzijds ligt er een uitdaging een cultuur te creëren waarin uitblinken mag en toptalent veel meer dan nu het geval is, wordt gewaardeerd. Anderzijds kan het talent in de arbeidsmarkt van de MRA worden bevorderd door kennisimmigratie te bevorderen. Op dit moment blijft het aandeel hooggekwalificeerde immigranten in de Nederlandse beroepsbevolking met 2,4% sterk achter bij het gemiddelde van de OESO-landen van 4,2%. De immigranten zijn bovendien minder vaak hoogopgeleid dan in andere OESOlanden. Hoewel aandacht voor onderwijs en onderzoek, leefbaarheid, voorzieningen en de woningvoorraad ook relevant zijn in het Global Giants scenario, dient dit ondergeschikt te zijn aan aandacht voor infrastructuur, vestigingsklimaat en het creëren van een hoogwaardige en flexibele arbeidsmarkt. Kan de MRA de kwaliteit van haar internationale dienstensector op niveau houden zonder de beschikking te hebben over een grote financiële sector? Economische clusters De besproken randvoorwaarden, zijn als het ware de knoppen waaraan gedraaid kan worden om de waardepropositie van de MRA dusdanig in te richten dat ze aantrekkelijk is voor bedrijven en inwoners om zich in Groot-Amsterdam te vestigen. Aan de rechterkant van het business model raamwerk worden de economische clusters weergegeven die in het Global Giants scenario de meeste potentie bieden voor waardecreatie. De economische clusters zakelijke dienstverlening, logistiek en groothandel, alsmede de clusters ICT/eScience en creatieve industrie zijn in het Global Giants scenario het meest van belang. Zakelijke dienstverlening In het Global Giants scenario ligt er veel potentie voor het cluster zakelijke dienstverlening. De MRA heeft een goede uitgangspositie om binnen het paradigma van mondiale arbeidsdeling buitenlandse hoofdkantoren binnen te halen. Kwalitatief hoogstaande dienstverleners als advocaten, notarissen, fiscalisten, accountants en consultants zijn van belang om deze internationale bedrijven optimaal te faciliteren. Op dit moment heeft de regio Groot-Amsterdam een goed ontwikkelde internationale dienstensector, maar de vraag is hoe dit cluster zich de komende jaren zal ontwikkelen nu de groeimotor AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

35 van het geheel, de financiële sector, een forse pas op de plaats moet maken. De MRA zal zich moeten buigen over de vraag in hoeverre het mogelijk is om een sterke zakelijk dienstverlenende sector te ontwikkelen, zonder de beschikking te hebben over een grote en internationaal beduidende financiële sector? Logistiek Er liggen in het Global Giants scenario veel kansen voor de logistieke sector om de gateway functie van de regio uit te breiden. Global sourcing en centrale productie en distributie zijn gemeengoed in bijna alle markten en value chains in het Global Giants scenario. Voor internationale ondernemingen is de kwaliteit van hun logistieke netwerken en relaties een belangrijk onderdeel van hun concurrentiepositie. Klanten willen namelijk gemak, eenvoud, snelheid en flexibiliteit en complexe logistieke oplossingen zijn cruciaal voor klantretentie. Voor de MRA is het in het Global Giants scenario cruciaal haar fysieke bereikbaarheid te verbeteren. Investeringen in infrastructuur zijn cruciaal. Daarnaast liggen er echter veel kansen voor specialistische logistieke dienstverlening. Internationale ondernemingen hebben in toenemende mate behoefte aan logistiek advies om een antwoord te hebben op de complexiteit en snelheid van verandering in hun markten. Bij het bepalen van vestigingslocaties speelt de beschikbaarheid van hoogwaardige logistieke dienstverleners een cruciale rol. De MRA heeft in dit scenario kansen om haar logistieke expertise verder te ontwikkelen en zich bovendien op te werpen als proeftuin voor nieuwe logistieke concepten. Te denken valt aan intelligente transportsystemen (onbemande vrachtwagens, inzet tram voor stedelijke distributie) en verkeersmanagementsystemen. Ook het verwerven van kennis op het vlak van operations planning, veiligheid in logistieke netwerken, en de inzet van technologische innovaties biedt veel kansen. In het Global Giants scenario heeft de MRA een sterke functie als internationale hub voor groothandel en logistiek Groothandel De internationale verwevenheid van het Global Giants scenario biedt eveneens veel kansen voor de groothandelsfunctie van de MRA. De MRA heeft de potentie om haar hubfunctie te versterken en is daarmee de aangewezen plek voor een handelsfunctie binnen verschillende sectoren. De MRA heeft met name kansen om groothandelsfuncties op te bouwen binnen complexe supply chains, waarbij het kan profiteren van de logistieke infrastructuur en expertise in de regio. Zo liggen er bijvoorbeeld in het bijzonder kansen in de food & flowers sector, waarbij thematiek als vers, volledigheid, snelheid en voorspelbaarheid voorop staan bij de inrichting van logistieke netwerken. Ook in de life sciences liggen veel mogelijkheden, aangezien zaken als tijdsplanning, betrouwbaarheid, veiligheid en geconditioneerd vervoer hier van groot belang zijn. De fysieke capaciteit die noodzakelijk is voor een verdere ontwikkeling van de groothandelsector kan wellicht worden gevonden in steden als Almere of Lelystad. ICT/eScience Een cluster met veel potentie in het Global Giants scenario is het ICT/eScience cluster. Dit cluster heeft veel potentie in ondersteunen van de regiefunctie binnen supply chains en het realiseren van real time informatiesystemen. Ondernemingen zijn in dit scenario s maximaal afhankelijk van logistieke diensten en ondersteunende modellen en systemen, die de noodzakelijke informatie aanleveren over zaken als AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

36 vraag, aanbod, productkwaliteit, duurzaamheidaspecten, et cetera. Ook op het vlak van beveiliging van data in logistieke ketens liggen veel uitdagingen voor het ICT/eScience cluster. Creatieve industrie Het laatste cluster met een bovengemiddeld belang in het Global Giants scenario is de creatieve industrie. De creatieve industrie heeft bijvoorbeeld veel kansen om hoofdkantoren en logistieke dienstverleners te ondersteunen met de ontwikkeling van software en apps die informatie ontsluiten en de interactie tussen producent en gebruiker verbeteren. Hiernaast speelt de creatieve industrie eveneens een rol in het verbeteren van de waardepropositie van de regio door het effect op het culturele klimaat in de regio. Naast de genoemde clusters zal het cluster toerisme en congressen naar alle waarschijnlijkheid profiteren van de internationale toegankelijkheid van Amsterdam. Zij profiteren van de inspanningen die moeten worden gedaan om de regio aantrekkelijk te maken als vestigingsplaats voor bedrijven en bewoners. Vooral op cultureel gebied gebeurt liggen er veel mogelijkheden. Om de toestroom van toeristen beter aan te kunnen en spreiding van toeristen te bevorderen kan er bijvoorbeeld een Dutch Design museum worden geopend in Almere. Ook biedt toerisme op het water veel kansen. Zo valt er te denken aan een directe veerdienst van Centraal Station naar Almere die toeristen naar het Designmuseum vaart. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

37

38 4 Scenario II European Renewal Belangrijkste karakteristieken Integratie binnen Europa Financiële, fiscale en economische integratie Groot Brittannië, Denemarken en Zweden treden toe tot EMU en voeren de euro succesvol in Duurzame low carbon economie staat centraal in EU Economie gebaseerd op vraagsturing Nederland omarmt derde industriële revolutie Consument leidend in productieproces Mass-customization en decentralisatie hebben de overhand Toekomstbeeld Het is Hoewel de economische situatie nog steeds fragiel is, lijkt er sprake van nieuw Europees elan. Na een periode van grote maatschappelijke onrust, waarin onder meer Griekenland uit de eurozone is getreden, is Europa er in geslaagd om verregaande stappen te zetten in de richting van financiële en economische integratie. Nadat beleggers hun vertrouwen in de euro volledig verliezen en de munt massaal dumpen, nemen de regeringsleiders van de eurolanden een aantal draconische maatregelen. Er wordt besloten een gemeenschappelijk financieel, fiscaal en economisch beleid te voeren. In de praktijk betekent dit onder meer dat de eurolanden gezamenlijk de kapitaalmarkt betreden, gezamenlijk belasting heffen en een uniform beleid voeren op het vlak van sociale voorzieningen, pensioenen en arbeidsmarkt. Hoewel de keuze voor verregaande financiële en economische integratie tot veel ophef leidt binnen met name de noordelijke eurolanden, reageren de financiële markten zeer enthousiast. De euro neemt snel toe in waarde en de rente op eurobonds daalt gestaag. De integratie brengt zoveel stabiliteit dat niet-eurolanden zoals Groot-Brittannië, Denemarken en Zweden besluiten toe te treden tot de eurozone. Het zelfvertrouwen in de Europese Unie keert langzaam terug en Europa adopteert een heldere economische investeringsagenda. De EU zet sterk in op een duurzame low-carbon economie en AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

39 investeert in alle lidstaten in krachtige en slimme energie- en communicatiesystemen. De doelstelling is om miljoenen banen te creëren op het vlak van hernieuwbare energietechnologie, groen bouwen, IT, nanotechnologie, biochemie, brandstofcelontwikkeling, grid-management, elektrisch vervoer, cocreatie, mass-customization, et cetera. Onderzoeks- en ontwikkelingsgelden worden ingezet om de derde industriële revolutie naderbij te brengen. Ook in Nederland en in de MRA is duidelijk merkbaar dat een nieuw tijdperk is aangebroken. Consumenten leggen veel nadruk op waarden als duurzaamheid, zelfvoorzienendheid, cocreatie, decentrale productie en uniciteit. Bedrijven spelen langzaam in op deze ontwikkelingen door in te zetten op lokale productie, vergroening, mass-customization en cocreatie met afnemers. In de MRA zijn het vooral de creatieve industrie, de clusters ICT/eScience en handel & logistiek en in mindere mate de industrie die profiteren. Door de hoge mate van decentralisatie neemt het aantal wereldwijde hoofdkantoren in de metropoolregio af. Tijdslijn In tabel 4 zijn de belangrijkste gebeurtenissen opgenomen die ten grondslag liggen aan het European Renewal scenario. Deze gebeurtenissen verklaren hoe het scenario zich in de periode tot 2025 heeft ontwikkeld Het kabinet valt over de begrotingsnormen vanuit Brussel. De werkloosheid onder jongeren in de Zuidelijke lidstaten loopt op tot recordhoogtes. Ook in de Noordelijke lidstaten neemt het aantal werklozen snel toe. Nederland kampt met dalende exportvolumes door een krimpende uitvoer naar Duitsland en de VS. Griekenland ziet zich gedwongen de eurozone te verlaten. Door de grote maatschappelijke onrust en de devaluatie van de euro verkeert Europa in een diepe crisis. Om het tij te keren zet Europa verregaande stappen in de richting van financiële en economische integratie door overdracht van soevereiniteit op financieel, fiscaal en economisch vlak. Op de financiële markten neemt het vertrouwen in Europa en de euro toe. Groot-Brittannië, Zweden en Denemarken treden toe tot de eurozone. In Europa wordt een nieuw systeem ingevoerd voor de verhandeling van emissierechten. Europa zet sterk in op een duurzame low-carbon economie en investeert in krachtige en slimme energie- en communicatiesystemen. Ook particulieren en bedrijven investeren steeds meer in de opwekking van lokale duurzame energie. Nederlandse bedrijven halen hun productielocaties vanuit het buitenland steeds vaker terug naar Nederland; dit zorgt voor een revival van de Nederlandse maakindustrie. Ontwikkelingen op het gebied van 3D-printen maakt de techniek betaalbaar voor de massa. Het openbaar vervoer en het personenvervoer in de MRA is volledig elektrisch. Door het koppelen van de elektriciteitsnetten en met gebruikmaking van slimme technologie ontstaat één groot Europees smart grid. Nederland zet in op derde industriële revolutie met gerichte subsidiëring van kennisinstellingen en toegepast onderzoek. De high tech industrie in Nederland maakt een grote groei door. Steeds meer bedrijven en huishoudens in Nederland maken gebruik van lokale energieproducten. Europa is sterk geïntegreerd, heeft een concurrerende economie en een sterke munteenheid. De MRA is succesvol als proeftuin voor de Nederlandse technologische industrie. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

40 Tabel 4: Tijdlijn European Renewal scenario Een terugblik Om de situatie die in het European Renewal scenario is ontstaan goed te kunnen begrijpen, is het van belang kort terug te blikken op haar ontstaansgeschiedenis. De oorsprong van de huidige situatie is te herleiden tot de eerste helft van het tweede decennium, waarin de economische crisis en schuldencrisis een dieptepunt bereikt. De rente op staatsobligaties loopt in een aantal zuidelijke lidstaten op tot onhoudbare proporties. Hoewel Europa de zuidelijke eurolanden te hulp schiet, gaat dit gepaard met aflossingsverplichtingen en hervormingsvereisten die nauwelijks haalbaar zijn. Massale werkloosheid, armoede, maatschappelijke ontwrichting en een snelle opkomst van populistische partijen nopen de regeringen van Spanje, Italië en Griekenland om politieke powerplay te spelen. De Spaanse regering weigert in 2014 uitvoering te geven aan een nieuw verplicht hervormingspakket, de Italiaanse regering probeert zaken te doen met China en Griekenland neemt de beslissing om uit de eurozone te stappen. In de tweede helft van 2014 verkeert Europa in een diepe crisis. De koers van de euro staat sterk onder druk en ook in de Noordelijke EU-lidstaten is de werkloosheid inmiddels hoog opgelopen. Bedrijven durven niet te investeren of te lenen en ook consumenten houden de hand op de knip. Overheden zijn vooral bezig met begrotingsdiscipline en hebben geen aandacht voor het creëren van banen. Al bijna een decennium zijn er geen noemenswaardige investeringen gedaan in het moderniseren van de Europese economie en dit begint zijn tol te eisen. In plaats daarvan moeten overheden fors bijdragen aan financiële steun aan de overgebleven zwakke eurolanden om onbeheersbare kapitaalvlucht uit deze landen tegen te gaan. De nood is hoog en de bom barst wanneer de financiële wereld, ondanks de vele miljarden aan garanties en schuldsaneringen, het vertrouwen in de euro verliest. Lapmiddelen volstaan niet langer en na 14 dagen achter gesloten deuren vergaderen nemen de regeringsleiders van de lidstaten die de euro voeren een drastische stap. Onder hoge politieke druk wordt er gekozen voor een vrijwel volledige economische en financiële integratie: de eurolanden leveren hun soevereiniteit in op het vlak van fiscaliteit, begrotingsvrijheid, treasury, pensioenen en zelfs sociale voorzieningen en arbeidsmarkt. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

41 De financiële markten zijn onder de indruk van de plotselinge daadkracht in Europa en het vertrouwen in de euro stijgt snel. Nieuwe lidstaten treden toe tot de eurozone en in toenemende mate vervangt de euro de dollar als reservevaluta. Belangrijker nog, de Europese Unie en haar lidstaten komen eindelijk toe aan een fundamentele herbezinning op de toekomst. Er zijn banen nodig, dat staat vast, maar dit zijn niet langer de banen uit het verleden. De maatschappij en de economie zijn tussen 2005 en 2014 fundamenteel veranderd. Er is sprake van een breed gedragen afkeer van de negatieve effecten van het kapitalisme en er wordt kritisch gekeken naar verdere globalisering. Een snel groeiende groep consumenten kiest voor een duurzame levensstijl en eist maatschappelijk verantwoord gedrag van de ondernemingen. Bedrijven zijn steeds vaker genoodzaakt hun waardeketens opnieuw in te richten, waarbij local sourcing, het minimaliseren van hun CO 2 - en watervoetafdruk en andere vormen van stakeholder value centraal staan. De consument eist bovendien maximale betrokkenheid bij de totstandkoming van zijn of haar product. Ontwikkelingen in de ICT maken cocreatie steeds beter mogelijk en nieuwe ideeën op het vlak van mass-customization stellen consumenten in staat producten samen te stellen die maximaal zijn geïndividualiseerd. In haar roadmap 2050 probeert Europa zo goed mogelijk in te spelen op de kansen die de nieuwe industriële revolutie biedt. De Europese Unie stelt zich ten doel een competitieve CO 2 neutrale economie te ontwikkelen. In dit kader wordt een groot aantal maatregelen getroffen. Allereerst ontwikkelt de EU een effectief emissierechtensysteem en bestrijdt het De industrie doet zijn herintrede in Nederland met een sterke focus op build-to-order productieprocessen oneerlijke buiten-europese concurrentie door een effectief systeem van importheffingen en exportsubsidies. Daarnaast kiest Europa voor een aantal grootschalige investeringsprogramma s op het vlak van ICT-infrastructuur (glasvezel) en energie-infrastructuur (slimme energienetten). Een radicale verandering van het elektriciteitsnetwerk is noodzakelijk om definitief de overstap naar duurzaam opgewekte energie te kunnen maken. Een belangrijke doelstelling hierbij is empowerment van de consument. Een moderne energie-infrastructuur maakt het voor de consument mogelijk zijn eigen energie op te wekken en uit te wisselen met het elektriciteitsnet. Door krachtige ICT is de consument in staat een eigen rol te spelen in het productieproces van consumentengoederen. Europese ontwikkelingsgelden worden vrijgemaakt om technologische vraagstukken op het gebied van bijvoorbeeld elektrisch vervoer, 3D-printen en energieopslag op te lossen. Nederland op het wereldtoneel De nieuwe economische realiteit die zich ontvouwt binnen Europa, heeft veel effect op de open economie van Nederland. De ontwikkelde economieën van Europa zetten zwaar in op het verduurzamen van hun energievoorziening, de lokale productie van goederen en de verwerking van halffabricaten tot maximaal geïndividualiseerde producten. Kwaliteit en duurzaamheid staan centraal en de predominantie met voortdurende groei lijkt verleden tijd. Nieuwe productietechnieken leiden ertoe dat schaaleffecten minder relevant zijn. Bovendien loont het minder om productie uit te besteden naar Azië. Dit als gevolg van hoge transportkosten, importheffingen en stijgende lonen in die landen. Ondanks het feit dat de mondiale economie groeit, is er een terugval van wereldhandelsvolumes zichtbaar doordat er dichter bij de eindgebruiker wordt geproduceerd. De overslag van bulkgoederen en containers daalt dan ook aanzienlijk. Ook zijn multinationale ondernemingen minder geneigd te werken met zware internationale hoofdkantoren. Om maximaal in te kunnen spelen op de klantbehoefte kiezen ze steeds vaker voor een decentraal besturingsmodel, waarin gebruik wordt gemaakt van regionale hoofdkantoren met veel autonomie. Hoewel Nederland uiteindelijk weet te profiteren van de transitie van de Europese economie, heeft de verandering veel pijn gedaan. In de open Nederlandse economie, wordt aanvankelijk zwaar ingezet op AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

42 handel en wederuitvoer. Hoewel Nederland hier in het verleden veel van heeft geprofiteerd, staan deze activiteiten in toenemende mate onder druk. Landen met een serieuze maakindustrie zoals Duitsland presteren veel beter dan handelsnaties als Nederland. De Nederlandse triple-helix lijkt zich steeds beter te beseffen dat her-industrialisatie zo gek nog niet is. Nadat de Nederlandse overheid beduidend kleiner is geworden en een groot aantal bevoegdheden op financieel-economisch gebied heeft overgedragen aan Brussel, wordt maximaal ingezet op modernisering van de Nederlandse industrie. Nederland stelt zich ten doel een rol van betekenis te spelen in de derde industriële revolutie. Op het gebied van verduurzaming van energiegebruik is door de oplopende grondstofprijzen veel geld te verdienen. In het European Renewal scenario legt de ontwikkeling van smart grids de basis voor een economie met nieuwe spelregels, stakeholders die nieuw zijn in de energiesector, nieuwe consortia, en nieuwe modaliteiten voor de wijze waarop met energie wordt omgegaan. Door de introductie van ICT in het energiesysteem zijn meer mogelijkheden ontstaan voor het balanceren van vraag en aanbod en kan de energie-infrastructuur kosteneffectiever worden ontworpen en beheerd. Daardoor is er meer ruimte voor decentrale opwekking, is er een geringere investering nodig in conventionele energiecentrales en is een betere benutting van deze centrales en een efficiënter gebruik van de energienetten mogelijk. Dit leidt tot minder CO 2 -emissie, meer concurrerende prijzen en ruime mogelijkheden voor particulieren om zelf energie op te wekken en te verhandelen. De veelheid aan initiatieven en proeftuinen die over de jaren in heel Nederland zijn gestart om intelligente netten te ontwikkelen, bieden kansen voor bedrijven en kennisinstellingen. Opvallend is dat het MKB vooral in de regionale initiatieven sterk is vertegenwoordigd. Hoewel de Nederlandse energiesector achter blijft lopen in vergelijking met landen als Duitsland, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk, waar al langer sprake was van een brede ambitie om tot verduurzaming en innovatie te komen, is Nederland aan een serieuze inhaalslag bezig. De Nederlandse overheid stimuleert niet alleen de opwekking van schone energie, maar het probeert het land eveneens te positioneren als proefland voor allerlei vormen van elektrisch vervoer. Nederland ontwikkelt zich tot proeftuin en kan haar ervaringen en cijfers internationaal goed te gelde maken. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

43 Niet alleen de energiesector is in het European Renewal scenario in beweging. Met behulp van gerichte subsidiëring worden kennisinstellingen gestimuleerd verder onderzoek te doen naar software, nieuwe materialen, nieuwe productieprocessen en webapplicaties die het mogelijk maken klantspecifiek massamaatwerk te vervaardigen. Organisaties als TNO lopen al jaren voorop op het vlak van technieken voor 3D-printen of Additive Manufacturing (AM) waarmee verschillende producten, zoals sieraden, gehoorapparaten, consumentenelektronica, telefoonhoesjes en reserveonderdelen voor auto s en machines, maar ook lichtgewicht bouwconstructies in massa, maar op maat, kunnen worden geprint. 3Dprinters brengen de productiekosten van een enkel product sterk naar beneden, waardoor schaalvoordelen van massaproducties onderuit worden gehaald. Bijkomend voordeel van deze moderne productiemethode is dat er veel minder restafval is en dat het economisch rendabel is de productie dicht bij huis te laten plaatsvinden. De nieuwe high tech kennis die in Nederland wordt ontwikkeld, leidt ertoe dat hoge lonen steeds minder een bedreiging vormen. Veel producten kunnen in Nederland slimmer en beter worden geproduceerd dan bij buitenlandse concurrenten. De grootste uitdaging in het European Renewal scenario blijft liggen in het up-to-date houden van kennis. Met verouderde producten is het onmogelijk om te concurreren. Hoewel het ook in dit scenario moeilijk is een goede balans te vinden tussen fundamentele en toegepaste wetenschap brengt consistent en langjarig Europees overheidsbeleid structuur en zorgt ervoor dat de innovatiegraad in de Nederlandse industrie sterk is toegenomen. De economie van de MRA Het European Renewal scenario heeft de nodige implicaties voor de metropoolregio Amsterdam. De sterke regierol die Brussel voert op de financieel-economische agenda van de lidstaten van de EU heeft het belang van het regionale bestuur versterkt. Hoewel Den Haag faciliteert, is het de MRA die zelfstandig onderhandelt met Brussel over de economische ontwikkeling van de metropoolregio. De Amsterdamse universiteiten bundelen krachten in nationale samenwerkingsverbanden en proberen onderzoeksgelden binnen te halen voor onderzoek op het vlak van ICT, gebruikersinteractie, energie en nieuwe productietechnieken. Overheden doen een beroep op Brusselse structuurfondsen om de Nederland en in het bijzonder de MRA worden gezien als ideale proeftuin voor het introduceren van nieuwe concepten en producten In het European Renewal scenario maakt de MRA langzaam de transitie naar een meer vraaggestuurde economie. Door de grote investeringen in digitale infrastructuur en smart grids wordt de economische ontwikkeling steeds meer bottom-up gevoed. De tijd dat de economische samenstelling werd bepaald in bestuurskamers van internationale bedrijven, overheden en wetenschappelijke instellingen is economische transitie naar een hoogstaande industriële regio te vergemakkelijken. Triple-helix samenwerking is van cruciaal belang bij het zetten van prioriteiten voor de metropoolregio en het voeren van effectieve onderhandelingen met Europa. Een belangrijke uitdaging in dit scenario is het up-to-date houden van de kennis die nodig is om productleider te kunnen blijven in specifieke sectoren definitief voorbij. De sterke digitale infrastructuur en sociale netwerken maken dat individuen soms volledig virtueel hun bijdrage kunnen bieden aan de regionale economie. De sterke mate van digitalisering, de sterke behoefte aan geïndividualiseerde producten en diensten en de nadruk op een koolstofarme economie, heeft impact op vrijwel elke sector binnen de MRA. In de energiesector zorgt een combinatie van gerichte wetgeving vanuit Brussel en technologische doorbraken voor een snelle verduurzaming en een omslag van centrale naar decentrale productie van energie. Individuen en kleine consortia produceren hun eigen energie en de vraag naar nieuwe technologie, financiering, projectmanagement, gebruikersinterfaces en gridmanagement neemt snel toe. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

44 De maakindustrie kent een revival in de MRA. Enerzijds is dit het gevolg van nieuwe productietechnieken, zoals 3D-printing. Anderzijds brengt mass-customization veel kansen. Zo is de regio met haar hoogopgeleide bevolking en sterke logistieke positie uitstekend gepositioneerd om de laatste productieslag te verrichten aan smart phones, tablets en allerhanden consumentenelektronica, teneinde maximaal geïndividualiseerde producten te assembleren. Binnen de voedselproductie staat voedselveiligheid, traceerbaarheid van ingrediënten, duurzaamheid van importstromen, resource efficiency in de keten, local sourcing en het terugdringen van de watervoetafdruk centraal. In de logistieke sector is het van groot belang de voetafdruk terug te dringen. In toenemende mate eisen afnemers klimaatneutraliteit van hun logistieke partners. Amsterdam heeft belangrijke stappen gezet in de ontwikkeling van een duurzame haven. Schiphol legt zich toe op complexe logistieke oplossingen voor hoogwaardige elektronica. De sterke digitale verbondenheid maakt reizen echter minder noodzakelijk en heeft effect op het personenvervoer dat via Schiphol loopt. De ontwikkeling van driverless cars is eveneens een forse bedreiging voor de luchthaven. De transitie binnen de meeste sectoren van het denken in massa naar het denken in maatwerk, brengt ook voor de dienstensector van de MRA de nodige kansen. Dienstverleners profiteren aanzienlijk van de nieuwe ontwikkelingen en mogelijkheden op het vlak van ICT. Bedrijven doen hun uiterste best om eindgebruikers een centrale rol te geven in de productie van goederen en dit vraagt nieuwe samenwerkingsmodellen, gebruikersinterfaces, logistieke oplossingen en dergelijke. Ook op het vlak van het ontwikkelen van nieuwe verdienmodellen, het beschermen van intellectueel eigendom en het internationaal vermarkten van nieuwe expertise ontwikkelt zich veel vraag. De MRA wordt steeds vaker door bedrijven geselecteerd als proeftuin voor nieuwe concepten en producten (elektrisch vervoer, mobiliteitsoplossingen, mass-customization, ICT, etc.) en deze kennis kan in toenemende mate internationaal worden gekapitaliseerd. De werkgelegenheid in de dienstensector ontwikkelt zich sterk in het European Renewal scenario. Hoewel het karakter van de financiële sector sterk is veranderd, is het belang van funding groot. De ontwikkeling van een hoogwaardige kennisinfrastructuur en de ontwikkeling van kansrijke start-ups is namelijk voor een groot deel afhankelijk van de aanwezigheid van investeerders. Bedrijven verenigen zich steeds vaker in coöperatieve structuren en kiezen minder vaak voor bancaire financiering. Private equity en crowd funding vormen een alternatief voor de bank. Het Business Model van de MRA Elke stad of regio kan net als ieder bedrijf worden beschreven in termen van een business model. Een business model is een tekening van het DNA van de regio. In het hart van het business model van de regio ligt haar waardepropositie, de toegevoegde waarde die ze te bieden heeft aan economische actoren zoals bedrijven, universiteiten, kennisinstellingen, werknemers en studenten. De waardepropositie beschrijft de redenen waarom deze actoren kiezen voor de regio als vestigingslocatie of woonplaats. Het business model illustreert verder welke randvoorwaarden de waardepropositie voeden en via welke economische clusters daadwerkelijk economische toegevoegde waarde wordt gecreëerd. Het denken in termen van een business model maakt het voor beleidsvormers mogelijk om zich te verdiepen in de wijze waarop de regio randvoorwaarden aanwendt, haar waardepropositie verbetert en economische clusters creëert die haar waardepropositie contant maken. Figuur 1 toont het optimale business model voor de MRA binnen het European Renewal scenario. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

45 Figuur 9: Optimaal business model in scenario 'European Renewal' Waardepropositie De figuur geeft een visuele illustratie van het optimale business model van de MRA in het European Renewal scenario. Het middelste vlak van het raamwerk representeert de waardepropositie van de regio. De waardepropositie bestaat uit een combinatie van locatiefactoren die de regio aantrekkelijk maakt voor economische actoren, zoals bedrijven en inwoners. Wanneer er wordt gekeken naar de onderdelen van de waardepropositie die in het European Renewal scenario van het grootste belang zijn, dan zijn dit de onderdelen kennisinfrastructuur en een innovatieve en ondernemende cultuur. Daarnaast zijn de onderdelen human capital, internationale dienstensector en connectiviteit van groot belang. Kennisinfrastructuur Een van de meest cruciale onderdelen van de waardepropositie van de MRA ligt in dit scenario in het realiseren van een zeer hoogwaardige kennisinfrastructuur. De MRA is in dit scenario in toenemende mate afhankelijk van het innovatiegehalte van kennisinstellingen en start-ups om de uitdagingen op het gebied van energie, zorg en ICT om te zetten in innovatieve producten en diensten. Zo kan bijvoorbeeld de 3D-printer niet alleen worden ingezet voor complete gebouwdelen van bioplastics, maar ook voor de vervanging van kniegewrichten, organen en bloedvaten. De oprichting van een grootschalig en hoogwaardige technologisch instituut is in dit scenario een absolute pre. Er kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een samenwerkingsverband tussen de VU, UvA, de Universiteit Eindhoven en TNO. Daarnaast is het van belang de regio te ontwikkelen tot de ideale proeftuinlocatie voor nieuwe producten en concepten. Hoewel de positie van de MRA als mondiale speler steeds beperkter wordt, heeft het goede uitgangspunten op een aantal vlakken het laboratorium van Europa te worden. Innovatieve vormen van financieren zoals publiek-private afspraken, de inbreng van private equity en crowd funding dienen te worden ingezet om de kwaliteit van de kennisinfrastructuur te bewaken. Innovatieve cultuur Hoe slaagt de MRA er in een marktleider op het vlak van technologie te acquireren voor de regio? AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

46 Naast een zeer hoogwaardige kennisinfrastructuur is het waarborgen van een innovatieve en ondernemende cultuur van het hoogste belang in het European Renewal scenario. De regio is meer dan ooit afhankelijk van voortdurende innovatie en de creativiteit, het vernieuwtalent en aanpassingsvermogen van individuen. Ondernemerschap dient gestimuleerd te worden door belemmeringen te elimineren, fiscale stimuleringsmaatregelen te treffen en zorg te dragen voor voldoende toegang tot risicokapitaal. Naast deze zaken is het belangrijk dat de regio zelf ook de nieuwe generatie innovatieve bedrijven huisvest. Momenteel draait bijvoorbeeld de creatieve en high tech industrie door de afwezigheid van een tech-reus zoals Google in de Verenigde Staten vooral op een grote hoeveelheid start-ups, die niet zelden worden opgekocht door grote technologiebedrijven. Er ligt in dit scenario een grote uitdaging voor de MRA om ook voldoende grootschalige bedrijvigheid te realiseren. Human capital Bedrijven zijn in dit scenario naast een hoogwaardige kennisinfrastructuur op zoek naar een ruime beschikbaarheid van hoogopgeleid personeel. Human capital is cruciaal in een wereld waarin ketens worden omgedraaid, bedrijfsmodellen op nieuw worden uitgevonden en voortdurende verandering de enige constante is. Talent is echter steeds flexibeler en kan kiezen uit een breed scala aan internationale smart hubs. Voor de MRA is het naast het aanwezig zijn in de relevante kennisecosystemen, van belang een goed leefklimaat te waarborgen. Het aanbieden van een gezond en aantrekkelijk leefklimaat kan mensen overtuigen om te kiezen voor een regio met minder massa maar meer woongenot. Het cluster toerisme kan hier een belangrijke bijdrage aan leveren door te investeren in beleving op maat. Vrije tijd is (ook) in 2025 een schaars goed. Op de vrijetijdsagenda staat zelfontwikkeling op de eerste plaats. Verdieping in interesses en het opdoen van nieuwe ervaringen zijn essentieel. De regio moet deze mogelijkheden ruimschoots bieden en mensen de mogelijkheid geven om zelfstandig een belevingspakket samen te stellen. Internationale dienstensector Hoewel het belang van een sterke regionale kennisinfrastructuur, een innovatieve cultuur en voldoende toegang tot hoogwaardige human capital van het grootste belang is, bevindt de MRA zich niet op een eiland. Een krachtig internationaal netwerk is cruciaal; zowel om te kunnen beschikken over hoogwaardige actuele kennis als om nieuwe producten en diensten goed te vermarkten. Op energiegebied bijvoorbeeld is mondiale samenwerking onvermijdelijk. Om internationaal een rol van betekenis te blijven spelen, dient de MRA in te blijven zetten op een goed ontwikkelde internationale dienstensector. Enerzijds helpt een ruime beschikbaarheid van professional services firms bij het acquireren van relevante hoofdkantoren voor de regio. Anderzijds helpt de dienstensector bij de ontwikkeling en het vermarkten van innovatieve producten, het beschermen van intellectueel eigendom en het slaan van internationale samenwerking. Connectiviteit Naast een goed ontwikkelde dienstensector valt ook het belang van goede connectiviteit niet te onderschatten in het European Renewal scenario. Niet alleen de digitale infrastructuur, maar ook de fysieke infrastructuur en kennis van logistieke processen is van groot belang bij het realiseren van een attractief internationaal aanbod. Om bijvoorbeeld te kunnen profiteren van de trend richting masscustomization zijn hoogwaardige logistieke oplossingen van belang. Een goede interne connectiviteit is hierbij een belangrijke voorwaarde. In de zich sterk ontwikkelde energiesector en de nieuwe maakindustrie is daarbij digitale connectiviteit cruciaal. Randvoorwaarden De waardepropositie van de MRA wordt gevoed door een aantal randvoorwaarden of bronnen, die aan de linkerzijde van het raamwerk zijn weergegeven. De linkerzijde van het raamwerk heeft zijn financiële consequenties in termen van kosten en investeringen die noodzakelijk zijn om randvoorwaarden te verwezenlijken. In de regel zijn randvoorwaarden namelijk te creëren door gericht beleid en specifieke AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

47 investeringen. Binnen het European Renewal scenario is er sprake van één dominante randvoorwaarde voor succes, namelijk de kwaliteit van onderwijs en onderzoek. Er is veel onderwijs in wetenschap en wiskunde nodig om economische kansen te kunnen verzilveren. Creativiteit in het onderwijs is in het European Renewal scenario dan ook belangrijk. Het trainen van leerlingen in out of the box denken, interdisciplinair probleem oplossen en het opzetten van start-ups dient breed te worden gestimuleerd. Kansen ontstaan in toenemende mate door het snel in de markt zetten van nieuwe ideeën. Ideeën die kunnen leiden tot gestandaardiseerde producten en diensten dienen snel te worden herkend en opgeschaald. Economische clusters De besproken randvoorwaarden, zijn als het ware de knoppen waaraan gedraaid kan worden om de waardepropositie van de MRA dusdanig in te richten dat ze aantrekkelijk is voor bedrijven en inwoners om zich in Groot Amsterdam te vestigen. Aan de rechterkant van het business model raamwerk worden de economische clusters weergegeven die in het European Renewal scenario de meeste potentie bieden voor waardecreatie. Het cluster ICT/eScience, de creatieve industrie, het energiecluster en het logistieke cluster bieden in het European Renewal scenario de meeste potentie. ICT/eScience In bijna elke sector bestaat in het European Renewal scenario de behoefte aan maatwerk, duurzaamheid, transparantie en het optimaliseren van de inbreng van de gebruiker. Of het nu gaat om kleding, voedsel, pensioenopbouw, energievoorziening, woningen, voertuigen, zorg, consumentenelektronica of dienstverlening, de gebruiker wil een duurzaam product en maximale inbreng bij de totstandkoming. De vraag naar ICT/eScience is cruciaal bij het realiseren van build-to-order productieprocessen, tracking en tracing van voedsel, het creëren van smart grids, machine-to-machine communicatie, domotica, zorg op afstand en het waarborgen van veiligheid en privacy. Steeds meer voorzieningen worden uiterst afhankelijk van goed functionerende ICT, veilige dataopslag en goede datamining en de MRA is goed gepositioneerd om te profiteren. Creatieve industrie Onder invloed van vergrijzing, nieuwe technologie en consumentenwensen is de situatie in het European Renewal scenario sterk veranderd ten opzichte van De creatieve industrie kan in samenwerking met het ICT/eScience cluster een cruciale rol spelen in het vergroten van gebruikersinteractie, het realiseren van cocreatie, maar ook in het creëren van toepassingen van smart grid technologieën, zoals slimme apparaten en apps voor gebruikers. In een wereld van maatwerk, geïndividualiseerde producten en diensten en optimale gebruikersinteractie is de creatieve industrie een belangrijke katalysator om andere sectoren de transitie te laten maken naar een pull-driven business model. De clusters ICT/eScience en Logistiek, maar ook de creatieve industrie en de energiesector hebben veel potentie. Energie Energiebronnen als zon en wind worden in het European Renewal scenario massaal ingezet voor lokale energieproductie. Nieuwe technologie maakt dat zonnepanelen gelijktijdig kunnen worden aangewend voor de productie van elektriciteit en van warmte. De metropoolregio kan als proeftuin dienen voor concepten die het gebruik van deze bronnen door huishoudens stimuleert. De nieuwe duurzame energiesector zal naar verwachting duizenden banen opleveren in gebieden als hernieuwbare energietechnologie, batterijtechnologie, grid-management, elektrisch vervoer en dergelijke. Door voorop AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

48 te lopen in de modernisering van de energiesector kan de MRA belangrijke kennis op doen, die kan worden geëxporteerd naar andere stedelijke regio s. Logistiek De logistieke sector dient zich in het European Renewal scenario opnieuw uit te vinden. Desondanks liggen er veel mogelijkheden om een hoogwaardige gateway functie te vervullen voor Europa. Historisch is de logistieke sector reeds sterk gericht op de EU-lidstaten en de vervolmaking van de interne markt heeft in dit scenario de laatste transactiekosten weggenomen. De uitdaging voor de sector ligt in het feit dat er in dit scenario meer gebruik wordt gemaakt van local sourcing en dat industriële bedrijven waar mogelijk een lokale aanbodketen opbouwen. De markt wordt derhalve kleiner, maar de kansen van de MRA om in Noord-West Europa een rol van belang te spelen zijn groot. Hiertoe is het wel van groot belang te specialiseren in relevante sectoren. Ondernemingen in bijvoorbeeld de maakindustrie, de consumentenelektronica of de voedingsindustrie hebben in toenemende mate behoefte aan logistiek advies om een antwoord te hebben op de complexiteit die local sourcing en mass-customization oproept. De MRA heeft in dit scenario kansen zich op te werpen als proeftuin voor nieuwe logistieke concepten in haar belangrijkste sectoren. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

49

50 5 Scenario III International Alliances Belangrijkste karakteristieken Fragmentatie en differentiatie binnen Europa Nederland stapt in navolging van enkele Duitsland uit de eurozone Mondiale zwaartepunt verschoven naar China, India, Brazilië, Turkije, Polen, Indonesië en Afrika Economie gebaseerd op pushstrategieën Economische positie Nederland zeer kwetsbaar Allianties met economische groeiregio s cruciaal Internationale ecosystemen van bedrijven en kennisinstellingen spelen sleutelrol Gateway rol van MRA is overgenomen door Frankfurt en Parijs De MRA sectoren creatieve industrie en financiële dienstverlening in zwaar weer Toekomstbeeld Het is Europa is gefragmenteerd en kwetsbaar. Bij gebrek aan draagvlak onder het electoraat hebben Europese regeringsleiders de afgelopen 15 jaar geen grote stappen willen en kunnen zetten in de richting van verdere integratie van de Europese Unie. Sterker nog, onder invloed van nieuwe financiële schandalen en de aanhoudende schuldencrisis is een aantal lidstaten, waaronder Nederland, uit de eurozone gestapt met het volledig uiteenvallen van de eurozone tot gevolg. De economische crisis houdt de wereld nog steeds in de ban. Europese natiestaten proberen hun eigen economieën te beschermen en zijn onderling meer verdeeld geraakt. Het gevolg hiervan is dat Europa op politiek en economisch vlak een beduidend mindere rol van betekenis speelt en het mondiale zwaartepunt is verschoven naar de nieuwe economieën van China, India, Brazilië, maar ook van Turkije, Polen, Indonesië en een aantal Afrikaanse landen. Waar China in dertig jaar tijd van een gesloten planeconomie is uitgegroeid tot de industriële AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

51 werkplaats van de wereld en de nummer één goederenexporteur, ziet de westerse wereld zich geconfronteerd met een versnelde de-industrialisatie. Voor Westerse producenten is het niet alleen vanuit kostenoptiek interessant om zich in Azië of Latijns-Amerika te vestigen, maar eveneens vanuit het belang om zich in de grootste consumentenmarkten ter wereld te bevinden. De Nederlandse economie is in 2025 buitengewoon kwetsbaar. Politieke onrusten bepalen de agenda en Nederland komt niet toe aan het vernieuwen van zijn economisch profiel. In plaats daarvan voert Nederland zijn klassieke economische beleid van loonmatiging en probeert het door middel van fiscale arrangementen hoofdkantoren aan zich te binden. Vanwege de desintegratie van Europa en de moordende concurrentie van omliggende regio s is het voor Nederland cruciaal nieuwe allianties te slaan met economische groeiregio s. De economie draait in toenemende mate op exclusieve internationale ecosystemen van bedrijven en kennisinstellingen. De MRA zet alles op alles om zijn internationale logistieke positie te behouden, maar verliest zijn Europese gateway functie op het vlak van personenvervoer aan Frankfurt, Parijs en Dubai. Tijdslijn In tabel 5 zijn de belangrijkste gebeurtenissen opgenomen die ten grondslag liggen aan het International Alliances scenario. Deze gebeurtenissen verklaren hoe het scenario zich in de periode tot 2025 heeft ontwikkeld De werkloosheid onder jongeren in de Zuidelijke lidstaten loopt op tot recordhoogtes. De opgelegde bezuinigingen en toenemende werkloosheid creëert een anti-europa stemming. In Nederland valt de regering door grote onenigheid over een nieuwe steunronde voor de Zuidelijke lidstaten. Om de eigen economie te beschermen stapt Duitsland uit de eurozone. De exit van Duitsland zorgt voor grote onrust op de financiële markten en zet de Euro onder druk. Na een korte opleving, is er opnieuw sprake van een mondiale economische recessie. De Nederlandse export krimpt snel Na een volksraadpleging kiest het kabinet van PVV, SP en ChristenUnie voor het uittreden van Nederland uit de eurozone. In plaats van de Euro wordt de Nederlandse gulden opnieuw als valuta ingevoerd. In het kielzog van Duitsland en Nederland, kiezen meer lidstaten voor een vrijwillige exit waardoor de eurozone volledig uiteen valt. Na een zeer volatiele periode wordt de Nederlandse gulden gekoppeld aan de Duitse Mark. De sterke depreciatie van de euro leidt tot veranderende concurrentieverhoudingen in Europa. Naast China komen op mondiaal niveau de economieën van India, Brazilië, Turkije, Polen, Indonesië en enkele Afrikaanse landen sterk opzetten. Nederlandse bedrijven verplaatsen hun productielocaties steeds meer naar Aziatische of Latijns-Amerikaanse landen; in Nederland vindt nog nauwelijks productie plaats. In de MRA neemt het aantal buitenlandse (hoofd)kantoren af. Een combinatie van UvA/VU gaat een exclusieve samenwerking aan met een Chinese topuniversiteit. Overslagvolumes van Schiphol bereiken een historisch dieptepunt. Nieuwe deal met China; Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen gaan Chinese voedingsindustrie opleiden in voedselveiligheid Europa is sterk gefragmenteerd. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

52 2025 MRA speelt een rol van betekenis in hoogwaardige supply chains. Tabel 5: Tijdlijn scenario International Alliances Een terugblik Om de situatie die in het International Alliances scenario is ontstaan goed te kunnen begrijpen, is het van belang kort terug te blikken op zijn ontstaansgeschiedenis. De oorsprong van de huidige situatie is te herleiden tot de eerste helft van het tweede decennium, waarin de effecten van de internationale financiële crisis goed voelbaar worden in Europa. De double dip en niet veel later de triple dip van de wereldeconomie raken exporteconomieën zoals die van Duitsland en Nederland hard. Hun handelsoverschot en economische groei decimeert en het fragiele draagvlak voor financiële steun aan de zuidelijke EU-lidstaten neemt in snel tempo af. De terughoudendheid van de financieel sterkere lidstaten in het uitspreken van onvoorwaardelijke steun leidt tot veel onrust in de financiële markten. De rentes die landen als Spanje, Italië en Portugal moeten betalen lopen op tot boven de 9%, ondanks interventies van de Europese Centrale Bank. De situatie op de kapitaalmarkten gijzelt Europa. In de Zuidelijke lidstaten ontstaat als gevolg van de verplichte grootschalige bezuinigingsoperaties een anti-europees sentiment. In de Noordelijke lidstaten smelt het draagvlak voor financiële hulp en gedijen populistische partijen. In Nederland zijn vooral de SP, PVV en ChristenUnie fel gekant tegen verdere financiële steun aan landen als Spanje en Griekenland. Zij hebben steeds minder vertrouwen in de aanpak van de eurocrisis en steken dat niet onder stoelen of banken. In 2017 is voor Nederland de maat vol. Wanneer Italië na een injectie van honderden miljarden door de EU weigert toezichthouders toe te laten en dreigt met uittreden, kiest Nederland er in navolging van Duitsland voor om zelf uit de eurozone te treden. Het kabinet, geleid door de SP, dat in de AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

53 verkiezingen een historische overwinning heeft geboekt op de gevestigde politieke orde, acht de situatie niet langer houdbaar en kiest voor het verlaten van de monetaire unie. Het vormen van allianties met economische groeiregio s in Azië en Latijns-Amerika is cruciaal Het uittreden van zowel sterke als zwakke eurolanden leidt een periode van chaos in. Handelaren verliezen het vertrouwen in de euro volledig en dumpen de munt. Banken die leningen in euro s hebben uitstaan worden geconfronteerd met massale verliezen en zien zich genoodzaakt aan te kloppen bij hun nationale overheid. Eurolanden zien hun munt devalueren, hetgeen veel impact heeft op de koopkracht van consumenten, de kosten van kapitaal en de winstgevendheid van het bedrijfsleven. Landen zoals Nederland die zijn uitgetreden voeren hun nationale valuta in en koppelen die in de regel aan een sterke munt, zoals de dollar, de yuan of de rijksmark. De euro valt. De transactiekosten in de Europese interne markt nemen enorm toe en de concurrentiepositie van landen wijzigt sterk als gevolg van de nieuwe wisselkoersen. De omwisselkosten gaan weer omhoog en de wisselkoersrisico s nemen toe. Daarnaast wordt de interne markt afgebroken en worden handelsbarrières weer ingevoerd. De concurrentiepositie ten opzichte van de Zuidelijke Europese landen verslechtert voor Nederland en Duitsland, vanwege de sterke devaluatie van de Zuid-Europese valuta. Er vindt aanzienlijk minder export naar deze landen plaats. Ook internationale beleggers heroverwegen hun positie. De internationale kapitaalmarkt wordt minder goed toegankelijk en minder groot voor Nederlandse bedrijven. Binnen het nieuwe gefragmenteerde Europa zoeken de verschillende landen naar nieuwe groeikansen. De prioriteit ligt voor de meeste landen in het creëren van banen om de hoge werkloosheid te lijf te gaan. Landen en steden concurreren sterk bij het binnenhalen van nieuwe hoofdkantoren of productielocaties van Aziatische en Latijns-Amerikaanse bedrijven. Substantiële belastingvrijstellingen, loonkortingen en subsidies worden in het vooruitzicht gesteld aan geïnteresseerde bedrijven. Sommige landen en steden werken in de nieuwe werkelijkheid nauw samen en er ontstaan nieuwe en soms exclusieve handels- en kennisnetwerken rondom bepaalde kennisgebieden en technologieën. Deze coalities waarin multinationale bedrijven vaak als netwerkregisseur acteren, worden ook wel ecosystemen genoemd. Maatschappelijke vraagstukken, zoals vergrijzing, zorg, veiligheid en klimaatverandering staan binnen Europa minder hoog op de agenda en worden vooral door mondiale organisaties opgepakt. Nederland op het wereldtoneel De situatie van Nederland in het International Alliances scenario is zorgelijk te noemen. Als open economie heeft Nederland altijd bovenmatig geprofiteerd van Europese integratie. Met het uittreden uit de eurozone is deze tijd echter voorbij. De val van de euro in een steun is in sommige opzichten een steun voor zwakkere eurolanden. Het is voor landen als Frankrijk en Spanje relatief duur om goederen te importeren uit Nederland, terwijl voor eigen producten gemakkelijker een exportmarkt te vinden is. Om zijn economie op gang te kunnen houden is het voor Nederland bittere noodzaak om handelsrelaties aan te knopen en te intensiveren met de nieuwe economische grootmachten als China, India, Brazilië, Turkije en Polen. Bovendien is het van groot belang internationale hoofdkantoren aan te trekken en ook de interne consumptie te stimuleren. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

54 Door het uiteenvallen van de euro is de Nederlandse economie sterk gekrompen. De werkloosheid is hierdoor scherp opgelopen. De huizenmarkt is door de desintegratie van de eurozone verder weggezakt. De rente in Nederland is na het uiteenvallen van de eurozone sterk gedaald, maar dit leidt tot lage dekkingsgraden bij pensioenfondsen en nieuwe herstelplannen. Hoewel handel, logistiek, zakelijke en financiële dienstverlening ook in de nieuwe werkelijkheid belangrijk zijn, worden deze sectoren aanvankelijk zwaar getroffen. Als logistiek knooppunt is Nederland duur, de export naar Europese landen valt goeddeels weg en pas na jaren van investeren wordt geprofiteerd van de nieuwe allianties in binnenen buitenland. In het International Alliances scenario is het karakter van de Nederlandse economie veranderd. Het klassieke economische beleid van loonmatiging, heeft in een wereld van protectionisme niet langer het beoogde effect. De uitdaging voor Nederland ligt in het stimuleren van particuliere consumptie en het specialiseren in niches waarin het in de wereldtop kan concurreren. Exclusieve allianties tussen bedrijven, kennisinstellingen en stedelijke regio s zijn hierbij cruciaal. Exclusieve internationale ecosystemen van bedrijven en kennisinstellingen spelen in dit scenario een sleutelrol De inbreng van Nederlandse kennisinstellingen bij het creëren van gerichte nationale en internationale allianties is van groot belang. Steeds vaker vormen afspraken over kennisoverdracht, training en gezamenlijk onderzoek een onderdeel van bredere handelsafspraken. Binnen Nederland weten de diverse partijen in de kenniseconomie elkaar steeds beter te vinden en bovendien worden er exclusieve samenwerkingsverbanden ontwikkelt met universiteiten met steden in Duitsland, China en de Verenigde Staten. Regio s als Eindhoven en Wageningen zijn internationale voorbeelden van aantrekkelijke campussen met een duidelijke focus waar open innovatie tussen bedrijven en universiteiten centraal staat. Hoewel de concurrentie van landen als de Verenigde Staten, Duitsland, Finland, Zweden en Canada groot is en publieke uitgaven aan onderwijs, onderzoek en innovatie in Nederland lager zijn dan vroeger, werpt de toenemende focus en exclusieve samenwerking zijn vruchten af. Ook de Nederlandse overheid draagt bij aan deze focus. Door vestigingsklimaat, investeringen en randvoorwaarden optimaal af te stemmen op de behoefte van kansrijke sectoren en ecosystemen, weet Nederland zich op deelgebieden te onderscheiden. Nog steeds wordt ingezet op de acquisitie van hoofdkantoren, maar wel vooral degene die bijdragen aan de economische structuur die zich langzaam ontvouwt. De nauwe samenwerking tussen bedrijven, overheden en kennisinstellingen werpt met name op een aantal bèta-gebieden zijn vruchten af. Nederland weet zich steeds beter te onderscheiden op het vlak van life sciences, high tech, en voedingstechnologie. Sinds enkele jaren is de volledige codering van het DNA in de mens in kaart gebracht, wat het mogelijk maakt om aangeboren afwijkingen nog veel beter op te sporen en om risicogroepen voor bepaalde ziekten vast te stellen. Door het vervangen van niet goed functionerende genen zal het nu steeds meer mogelijk zijn om allerlei ziekten te behandelen en te voorkómen. Gebaseerd op deze kennis kunnen ook hele nieuwe generaties medicijnen worden ontwikkeld om ziekten en verouderingsprocessen tegen te gaan. Ook op het gebied van de landbouw, veeteelt, visserij en natuurbeheer vindt in toenemende mate toegepast biologisch onderzoek plaats in speciaal daarvoor opgezette onderzoeksinstituten en in het bedrijfsleven. De economie van de MRA AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

55 Het International Alliances scenario heeft een grote slag toegebracht aan de economie van de metropoolregio Amsterdam. Het uiteenvallen van de eurozone en het vertrek van veel hoofdkantoren hebben de zakelijke en financiële dienstverlening en zodoende ook een groot deel van de creatieve sector sterk getroffen. De groothandelssector heeft zichzelf opnieuw moeten uitvinden om een internationale positie van betekenis te houden. Door de verslechterde Nederlandse handelspositie en de ontwikkeling van hubs in Dubai, Frankfurt en Parijs is het personenverkeer via Schiphol voor de helft afgenomen. Op het vlak van personenvervoer dreigt van Schiphol niet veel meer over te blijven dan een nationale luchthaven. De Nederlandse invloed in KLM-Air France is al langer beperkt en overgedragen aan Parijs, dat een veel grotere thuismarkt heeft en meer politieke macht. Voor partijen binnen het logistieke cluster is het van groot belang in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven en kennisinstellingen nieuwe relaties aan te gaan. De vraag die bestuurders in deze clusters dienen te beantwoorden is met welke nieuwe economieën verbindingen kunnen worden gelegd en hoe de MRA hier maximaal van kan profiteren? De kennisintensieve sectoren zoals ICT/eScience, Life Sciences, Flowers en in mindere mate Food worden minder getroffen door de ontwikkelingen in dit scenario. De clusters Life Sciences en Flowers zijn het best gepositioneerd, op de voet gevolgd door het ICT/eScience cluster. Door de sterke internationale verbondenheid van de kennisinstellingen en bedrijven binnen deze clusters worden internationale ecosystemen opgebouwd, die toegang bieden tot kennis en markten. Zo verkent het Life Sciences cluster de grenzen van kennis en technologie op zoek naar nieuwe, economisch en maatschappelijk kansrijke oplossingen. Dit doet zij nationaal in nauwe samenwerking met de clusters in Leiden, Rotterdam, Delft en Utrecht en internationaal met clusters in New York, Wenen en Jeruzalem. Zowel toepassingen als de kennis- en technologiebasis bieden nieuwe, grote kansen, des te meer door de recente ontdekkingen in de coderingen van DNA. De high tech sector levert ook een actieve bijdrage door de ontwikkeling van snelle en nauwkeurige medisch-beeldvormende apparatuur die tot op moleculair niveau aandoeningen kan opsporen, volgen en behandelen. De robotisering in de zorg begint vorm te krijgen, voornamelijk voor de verzorging van een groeiende groep ouderen. Hoewel de ICT-, logistieke en zakelijke dienstverlening in de metropoolregio aanvankelijk is geslonken, kent deze dienstverlening de laatste 5 jaar weer een redelijke groei. Door te specialiseren in de kennisintensieve sectoren waarin de MRA een rol van betekenis speelt, voegen deze ondersteunende clusters veel waarde toe. ICT ondersteunt met steeds snellere processoren en technieken zoals patroonherkenning bij high-throughput en high-content metingen en analyses. De logistieke sector biedt hoogwaardige oplossingen voor complexe waardeketens, waarin zaken als tijdsplanning, betrouwbaarheid, traceerbaarheid, veiligheid en geconditioneerd vervoer van groot belang zijn. In het International Alliances scenario speelt ook de groothandel, gesteund door een goede logistieke infrastructuur, een belangrijke rol op het gebied van complexe supply chains voor specifieke sectoren. Zakelijke dienstverleners ten slotte helpen bedrijven bij het fiscaal effectief inrichten van hun supply chains en het beschermen van intellectueel eigendom. De funding van onderzoek en innovatie wordt steeds vaker gevonden in de nieuwe economieën van China, India en Brazilië. De creatieve industrie en de financiële dienstverlening staan zwaar onder druk Het business model van de MRA AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

56 Elke stad of regio net als ieder bedrijf kan worden beschreven in termen van een business model. Een business model is een tekening van het DNA van de regio. In het hart van het business model van de regio ligt haar waardepropositie, de toegevoegde waarde die ze te bieden heeft aan economische actoren zoals bedrijven, universiteiten, kennisinstellingen, werknemers en studenten. De waardepropositie beschrijft de redenen waarom deze actoren kiezen voor de regio als vestigingslocatie of woonplaats. Het business model van de regio illustreert verder welke randvoorwaarden de waardepropositie voeden en via welke economische clusters daadwerkelijk economische toegevoegde waarde wordt gecreëerd. Het denken in termen van een business model maakt het voor beleidsvormers mogelijk om zich te verdiepen in de wijze waarop de regio randvoorwaarden aanwendt, haar waardepropositie verbetert en economische clusters creëert die haar waardepropositie contant maken. Figuur 1 toont het optimale business model voor de MRA binnen het International Alliances scenario. Waardepropositie De figuur geeft een visuele illustratie van het optimale business model van de MRA in het International Alliances scenario. Het middelste vlak van het raamwerk representeert de waardepropositie van de regio. De waardepropositie bestaat uit een combinatie van locatiefactoren die de regio aantrekkelijk maakt voor economische actoren, zoals bedrijven en inwoners. Wanneer er wordt gekeken naar de onderdelen van de waardepropositie die in het International Alliances scenario van groot belang zijn, zijn dit de onderdelen, kennisinfrastructuur, human capital, brand name, internationale dienstensector en connectiviteit. Ook een innovatieve en ondernemende cultuur is van belang. Kennisinfrastructuur De clusters Life Sciences, Flowers en ICT/eScience zijn goed gepositioneerd In het International Alliances scenario realiseren besluitvormers zich dat Nederland zonder hoogwaardige kennis louter een doorvoerland zou zijn voor het Duitse Ruhrgebied. Alleen door het bouwen van hoogwaardige ecosystemen van kennis en handel binnen kennisintensieve clusters als Life Sciences, Food en Flowers kan de MRA zich onderscheiden van concurrerende regio s. Een sterke AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

57 kennisinfrastructuur is noodzakelijk en dient zich te kenmerken door een goede samenwerking tussen universiteiten in het bètadomein, een sterke kennistransfer tussen wetenschap en bedrijfsleven en de vorming van consortia van kennisinstellingen, bedrijven en overheden rondom maatschappelijke relevante thema s. Kennis is in toenemende mate nodig voor het In het International Alliances scenario zijn kennisinfrastructuur, human capital, connectiviteit, internationale dienstensector en brand name van cruciaal belang oplossen van maatschappelijke vraagstukken (bijvoorbeeld ziektes, schaarste) en voor het voorzien in publieke goederen (nationale veiligheid, openbare veiligheid, rechtszekerheid, infrastructuur, het droog houden van de polder, enzovoorts). In veel gevallen is het van groot belang om bij de ontwikkeling van kennis in internationaal verband op te trekken. Veelal overstijgt het noodzakelijke onderzoek de mogelijkheden van individuele partijen en landen. Door internationale samenwerking ontstaat eveneens meer kennis van markten, spelers en kansen. Human capital Om een hoogwaardige kennisinfrastructuur te realiseren met een goede internationale verankering is het in het International Alliances scenario cruciaal een voldoende mate van human capital te waarborgen. Juist op dit vlak liggen er echter grote uitdagingen in dit scenario. Als gevolg van bezuinigingen in de jaren heeft de Nederlandse wetenschap minder vlees op de botten. Wetenschappelijk talent trekt in toenemende mate naar landen als de Verenigde Staten, China, Finland, Duitsland en Zwitserland. Het aantal onderzoekers in Nederland was altijd al relatief laag vergeleken bij landen als Finland en Zweden en er zullen maatregelen moeten volgen om talent aan de regio te binden. Naast het zorgdragen voor een aantrekkelijke regio, met goede huisvesting en een attractief leefklimaat is het van groot belang dat de Amsterdamse universiteiten hun positie binnen relevante internationale kennisecosystemen versterken, zodat de MRA een relevante uitvalsbasis kan vormen voor toptalent. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

58 Brand name Een gefragmenteerd Europa, met wedijverende steden en staten, maakt het belang van een sterke brand name voor de MRA bijzonder groot. Om binnen geselecteerde niches succesvolle ecosystemen op te bouwen, is het niet alleen van belang onderdeel te zijn van een adequate kennisinfrastructuur, maar is het eveneens van belang relevante bedrijven uit binnen- en buitenland te acquireren en te behouden. De city branding van de MRA is goed ontwikkeld en dient binnen dit scenario minimaal op niveau te worden gehouden. Door de MRA vooral binnen relevante ecosystemen te blijven branden als regio waarin creativiteit, handelsgeest en innovatie centraal staan, wordt de mogelijkheid om relevante (internationale) bedrijvigheid aan te trekken beduidend groter. Internationale dienstensector Evenals een sterke brand name blijft een goed ontwikkelde internationale dienstensector van groot belang voor de MRA in het International Alliances scenario. Anders dan in het verleden het geval was, zal de dienstensector zich echter meer moeten specialiseren in de relevante ecosystemen rondom bijvoorbeeld het Food, Flowers en Life Sciences cluster. Hooggekwalificeerde zakelijke diensten, zoals juridische advisering (bescherming intellectueel eigendom), maar ook transfer pricing advies, ICTdienstverlening en logistieke dienstverlening blijven van belang om hoofdkantoren van relevante ondernemingen te werven en te behouden. Connectiviteit Ook in het International Alliances scenario is connectiviteit van groot belang. Hoewel Amsterdam zijn positie als hub op het vlak van internationaal personenvervoer heeft verloren en ook de wederexport naar Europese landen sterk is teruggelopen, zijn er belangrijke nieuwe groeigebieden. Zo is er binnen het Life Sciences cluster, het Food cluster en het Flowers cluster vraag naar specifieke en hoogwaardige logistieke oplossingen en staat thematiek als vers, volledigheid, snelheid en voorspelbaarheid centraal bij de inrichting van logistieke netwerken. Een goede infrastructuur en onderwijs & onderzoek zijn belangrijke randvoorwaarden Randvoorwaarden De waardepropositie van de MRA wordt gevoed door een aantal randvoorwaarden of bronnen, die aan de linkerzijde van het raamwerk zijn weergegeven. De linkerzijde van het raamwerk heeft zijn financiële consequenties in termen van kosten en investeringen die noodzakelijk zijn om randvoorwaarden te verwezenlijken. In de regel zijn randvoorwaarden te creëren door gericht beleid en specifieke investeringen. Binnen het International Alliances scenario liggen de belangrijkste randvoorwaarden op het vlak van infrastructuur en onderwijs & onderzoek. De randvoorwaarde infrastructuur is direct gelinkt aan het belang van een uitstekende connectiviteit. Naast fysieke infrastructuur is nadrukkelijk ook de digitale infrastructuur van belang in het International Alliances scenario. De randvoorwaarde onderwijs & onderzoek ligt aan de basis van een goede kennisinfrastructuur en de ontwikkeling van voldoende human capital. Globalisering gaat niet alleen om handel en kapitaal; kenniswerkers komen steeds vaker samen op plekken waar infrastructuur, voorzieningen en kritische massa zich verzamelen. In dit scenario wordt wereldwijde samenwerking om oplossingen voor zwaarwegende maatschappelijke vraagstukken te vinden steeds normaler. De MRA is erbij gebaat om deze AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

59 samenwerking in grootschalige internationale onderzoeksprojecten te bevorderen. Naast internationale samenwerking blijven constante investeringen in het nationale onderwijs en onderzoek essentieel. Dat begint al in het basisonderwijs. Er kan bijvoorbeeld sterker worden ingezet op het aantrekken van universitair geschoolde docenten naar Fins model, ook in het basisonderwijs. Finland zet zwaar in op de kwaliteit van het onderwijs en het vermogen tot kennisabsorptie in brede zin. Daarnaast moeten er voldoende publieke en private investeringen beschikbaar zijn voor innovatieve ondernemers. Teneinde innovatie te bevorderen kunnen ondernemers ook beter worden betrokken bij onderzoek, bijvoorbeeld door het makkelijker beschikbaar maken van patenten. Economische clusters De besproken randvoorwaarden zijn als het ware de knoppen waaraan gedraaid kan worden om de waardepropositie van de MRA dusdanig in te richten dat ze aantrekkelijk is voor bedrijven en inwoners om zich in Groot Amsterdam te vestigen. Aan de rechterkant van het business model raamwerk worden de economische clusters weergegeven die in het International Alliances scenario de meeste potentie bieden voor waardecreatie. In willekeurige volgorde zijn de clusters Life Sciences, Food, Flowers, ICT/eScience, Logistiek, Groothandel en Zakelijke dienstverlening van bovengemiddeld belang. Life Sciences Om internationaal toonaangevend te blijven en de welvaart in de metropoolregio te beschermen, is het van groot belang om (internationale) ecosystemen van bedrijven en kennisinstellingen te bouwen rondom kennisintensieve domeinen. Het Life Sciences cluster lijkt in dit kader veel potentie te bieden, met name op de vlakken waarin het overige clusters binnen de metropoolregio versterkt. De kennis van Life Sciences over metabolische processen is in toenemende mate onmisbaar voor het begrijpen en bewijzen van het effect van (gezonde) voeding op mens en dier. Life Sciences biedt andere clusters de biotechnologie en onderliggende kennis van organismen en hun bouwstenen. Zo liggen er bijvoorbeeld veel kansen om samen met het Food cluster gezonde voeding te ontwikkelen, met ingrediënten die cholesterol verlagen, het risico op kanker verkleinen of zelf therapeutisch werken. Grote voedingsbedrijven zoals Nestlé of Danone zijn hierbij onmisbare investeerders en dienen een onderdeel te zijn van een (al dan niet) exclusief ecosysteem. Het Flowers cluster kan bijvoorbeeld gebruik maken van Life Sciences technieken om genetische informatie snel in kaart te brengen en te verwerken om planten effectiever te veredelen. De chemische sector kan leren van de talloze mogelijkheden om biokunststoffen te winnen uit plantaardige grondstoffen. Food & Flowers Los van de inzet van Life Sciences technieken op het gebied van gezonde voeding liggen er voor de MRA in het International Alliances scenario meer mogelijkheden om een internationaal onderscheidend Food en Flowers cluster op te bouwen. In de metropoolregio is de kennis op het gebied van kassen en veredeling sterk ontwikkeld. De MRA kan een voorloperrol innemen bij de toepassing van de recente ontwikkelingen in de biotechnologie voor de verdere veredeling van planten en zaden. In het International Alliances scenario is het cruciaal dat deze kennis wordt behouden om internationaal aan de top te blijven. Om dit te waarborgen is het van belang dat een gedeelte van de productie in de regio gewaarborgd blijft en dat er genoeg veredelaars worden opgeleid om het kennisniveau op peil te AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

60 houden. Andere ontwikkelingsgebieden liggen op het vlak van de inzet van robotica ten behoeve van kostenbeheersing, de inzet van ICT op het vlak van traceerbaarheid, de inzet van marketing (fooddesign) om voedingsconcepten te ontwikkelen en de inzet op energiebesparing om de kosten van grondstoffen te beperken. ICT/eScience Een cluster met veel potentie in het International Alliances scenario is het ICT/eScience cluster. Dit cluster heeft veel potentie in ondersteunen van de regiefunctie binnen kennisintensieve supply chains en het realiseren van real time informatiesystemen. Ondernemingen zijn in dit scenario s maximaal afhankelijk van logistieke diensten en ondersteunende modellen en systemen, die de noodzakelijke informatie aanleveren over zaken als vraag, aanbod, productkwaliteit, timing, et cetera. Ook op het vlak van beveiliging van data in logistieke ketens, tracking en tracing voor de foodsector liggen veel uitdagingen voor het ICT/eScience cluster. Een belangrijk onderwerp is bovendien het faciliteren van een optimale kennisdeling. Technologische oplossingen worden steeds meer ontwikkeld en toegepast in intensieve samenwerkingsverbanden van bedrijven, kennisinstellingen en gebruikers, waarbij een optimale ontsluiting van informatie van het grootste belang is. Logistiek Er liggen in het International Alliances scenario met name kansen voor specialistische logistieke dienstverlening. Internationale ondernemingen hebben in toenemende mate behoefte aan logistiek advies om een antwoord te hebben op de complexiteit en snelheid van verandering in hun sector. Bij het bepalen van vestigingslocaties speelt de beschikbaarheid van hoogwaardige logistieke dienstverleners een cruciale rol. De MRA heeft in dit scenario kansen om haar logistieke expertise verder te ontwikkelen en zich bovendien te specialiseren in specifieke sectoren. Zo liggen er bijvoorbeeld in het bijzonder kansen in Food en Flowers sectoren, waarbij thematiek als vers, volledigheid, snelheid en voorspelbaarheid voorop staan bij de inrichting van logistieke netwerken. Ook in de Life Sciences sector spelen zaken als tijdsplanning, betrouwbaarheid, veiligheid en geconditioneerd vervoer een belangrijke rol. Groothandel De nieuwe internationale allianties bieden eveneens veel kansen voor de groothandelsfunctie van de MRA. De MRA heeft de potentie om haar hubfunctie te versterken in specifieke sectoren. De MRA heeft met name kansen om groothandelsfuncties op te bouwen binnen complexe supply chains, waarbij het kan profiteren van de logistieke infrastructuur en expertise in de regio. Zakelijke dienstverlening In het International Alliances scenario ligt er eveneens veel potentie voor het cluster zakelijke dienstverlening. Gespecialiseerde dienstverleners als advocaten, notarissen, fiscalisten, accountants en consultants zijn van belang om internationale bedrijven in de sectoren Life Sciences, Food, Flowers en Energie optimaal te faciliteren. Op dit moment heeft de regio Groot-Amsterdam een goed ontwikkelde internationale dienstensector, maar de vraag is hoe dit cluster zich de komende jaren zal ontwikkelen nu de groeimotor van het geheel, de financiële sector wegvalt. Zonder een voldoende sterke financiële en dienstensector is de kans echter groot dat bedrijven en uiteindelijk kennis uit de regio zullen wegtrekken. Grote farmaceutische bedrijven vestigen zich al in toenemende mate in Aziatische landen, en start-ups AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

61 worden steeds vaker overgenomen door deze multinationals waardoor ook die toegepaste kennis uit de regio wegvloeit. Om de MRA interessant te houden voor talent is, naast voldoende investeringen in kennis en ontwikkeling, goede samenwerking tussen de kennisintensieve clusters en de zakelijke en financiële dienstverlening hard nodig om vraag en aanbod te optimaliseren. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

62 6 Scenario IV Local for Local Belangrijkste karakteristieken Fragmentatie en differentiatie binnen Europa Wereldhandelssysteem is verslechterd Bilaterale handelsakkoorden en samenwerking tussen individuele natiestaten Inshoring en herinvestering van productieactiviteiten op thuismarkten Economie gebaseerd op pull-strategieën Focus op duurzaamheid en circulaire economie Mass-customization en decentralisatie hebben overhand Nieuwe organisatievormen: coöperaties maken opmars Creatieve industrie, ICT/eScience en energiesector zeer kansrijk Toekomstbeeld Het is Europa is gefragmenteerd geraakt, maar inmiddels stabiel. De schuldencrisis in de jaren heeft geleid tot het uittreden van een groot aantal lidstaten uit de eurozone en Europese Unie. Door nieuwe vormen van interstatelijke rivaliteit heeft Europa zijn slagkracht, dynamiek en cohesie verloren en is zijn positie ten opzichte van de nieuwe economische machten van China, India en Brazilië, maar ook tegenover de Verenigde Staten gemarginaliseerd. De rol van het wereldhandelssysteem, met als centrale spil de World Trade Organisation (WTO) is uitgespeeld en wordt in toenemende mate overgenomen door bilaterale handelsakkoorden. Natiestaten verenigen zich in kleine verbanden en kiezen voor het pad van protectionisme en zelfvoorzienendheid. De tekortkomingen van een globale verwevenheid van economische en financiële systemen zijn de afgelopen decennia pijnlijk duidelijk geworden. De tijden van eenzijdige offshoring vanuit de westerse wereld naar elders lijken voorbij. De dynamiek en onstuimige veranderingen op het wereldtoneel hebben geleid tot een versterkt en oplevend besef dat een sterke en duurzame industriële basis van AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

63 levensbelang is voor een stabiele economische basisstructuur. Herziening van bedrijfsstrategie, organisatie en investeringsportfolio s leidt tot meer inshoring en hervestiging van productieactiviteiten op thuismarkten. Nederland kent een revival van het poldermodel. Eensgezind maken overheden, bedrijven en werknemers plannen voor een duurzame low-carbon economie. De Nederlandse overheid investeert in slimme energie- en communicatiesystemen en in een duurzame maakindustrie. In de MRA is duidelijk merkbaar dat een nieuw tijdperk is aangebroken. De voedingssector, de clusters ICT/eScience, de energiesector en de creatieve industrie profiteren. De andere clusters vinden het moeilijker om de transformatie te maken. Tijdslijn In tabel 6 zijn de belangrijkste gebeurtenissen opgenomen die ten grondslag liggen aan het Local for Local scenario. Deze gebeurtenissen verklaren hoe het scenario zich in de periode tot 2025 heeft ontwikkeld De afgedwongen begrotingsdiscipline vanuit Brussel leidt tot grote interne onrust. De werkloosheid onder jongeren in de Zuidelijke lidstaten loopt op tot recordhoogtes. De opgelegde bezuinigingen en toenemende werkloosheid creëren een anti-europa stemming. In Duitsland wordt de roep om de Duitse economie te beschermen steeds groter. Griekenland stapt noodgedwongen uit de Eurozone. De exit van Griekenland zorgt voor aanhoudende onrust op de financiële markten. Ook Spanje, Portugal, Italië en Ierland zijn gedwongen uit de Eurozone te stappen. De lasten voor de restende eurolanden lopen hoog op, de Europese Unie desintegreert. De West-Europese lidstaten treffen protectionistische maatregelen om hun nationale economieën te beschermen. Het klimaatrapport van het IPCC zet duurzaamheid weer hoog op de agenda. Nederland stapt tegelijkertijd met Duitsland uit de Eurozone. Focus op regionale productie zorgt voor een opleving van de maakindustrie. Nederlandse export op laagste niveau van de afgelopen 25 jaar. Revitalisatie poldermodel: overheid, werkgevers en werknemers stellen een toekomstvisie op. Particulieren en bedrijven investeren massaal in lokale duurzame energie. Nederlandse economie veert op als gevolg van particuliere consumptie en bedrijfsbestedingen. De Nederlandse arbeidsmarkt wordt hervormd om de arbeidsmarktflexibiliteit te verhogen. De decentrale opwekking van energie is goed voor zo n 20% van de totale energieproductie. Het vertrouwen in West-Europa en met name landen als Duitsland en Nederland neemt toe. Door de enorme toename van wind- en met name zonne-energie zijn de grootste Nederlandse elektriciteitsproducenten genoodzaakt de deuren van hun kolencentrales te sluiten. Het openbaar vervoer en het personenvervoer in de MRA is volledig elektrisch. In de wetenschap worden belangrijke stappen gezet op het gebied van nanotechnologie, biotechnologie en nieuwe materialen. De bouw van nieuwe windparken op zee versterkt de vergroening van de energiesector. In de zomermaanden is Nederland netto exporteur van duurzame energie. In de MRA vindt een groot internationaal congres over drijvend wonen plaats. Na jaren van planvorming wordt gestart met de bouw van een lightrail systeem in de Randstad. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

64 2025 De MRA vermarkt haar kennis op het gebied van urban farming. Europa is gefragmenteerd maar stabiel. Tabel 6: Tijdslijn scenario Local for Local Een terugblik Om de situatie die in het Local for Local scenario is ontstaan goed te kunnen begrijpen is het van belang kort terug te blikken op zijn ontstaansgeschiedenis. De oorsprong van de huidige situatie ligt in een aantal politieke, economische, technologische en ecologische ontwikkelingen die in het tweede decennium bij elkaar komen en een kleine industriële revolutie veroorzaken. Een eerste belangrijke ontwikkeling ligt in het onvermogen van de Europese regeringsleiders om de schuldencrisis op te lossen. De financieel sterkere landen in de eurozone zijn steeds terughoudender bij het bieden van financiële steun en bedingen bovendien hoge rentes, forse hervormingen en substantiële boetes bij vertraging. In de Zuidelijke landen leidt de situatie tot grote sociaal-maatschappelijke problematiek. De economie krimpt fors, werkloosheid neemt toe tot boven de 30%, nationalisme steekt de kop op en de anti-europa tendensen worden steeds groter. In 2014 is de situatie in Europa niet langer houdbaar. Zowel in de Noordelijke als in de Zuidelijke lidstaten ontstaat het besef dat Project Europa is mislukt. Het vertrek van Griekenland uit de euro heeft grote economische gevolgen vanwege zijn precedentwerking. Financiële instellingen en particulieren realiseren zich dat de euro wel degelijk omkeerbaar is en vragen zich af of misschien meer landen de eurozone gaan verlaten. In 2015 volgen vier andere perifere eurolanden Griekenland, te weten Italië, Spanje, Portugal en Ierland. De lasten voor de resterende landen lopen hierdoor hoog op. De valutarisico s stijgen en de kredietrisico s nemen sterk toe. Behalve de kosten voor de verliezen, moesten AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

65 ook de claims en bijbehorende risico s onder de overblijvende landen worden verdeeld. Dit resulteert voor de Nederlandse overheid in 120 miljard (20% van het BBP) aan claims op de uittredende eurolanden. Het merendeel hiervan, zo n 100 miljard, bestaat uit claims van De Nederlandsche Bank, het restant bestaat uit bilaterale leningen en het Nederlandse aandeel in het noodfonds EFSF. De resterende Europese landen herbezinnen zich op hun toekomst. Een breed gedragen afkeer van de uitwassen van het kapitalisme en mondiale (financiële) afhankelijkheden leidt ertoe dat landen en groepen mensen zich vooral richten op zelfvoorzienendheid. Autarkie is het nieuwe toverwoord en landen proberen hun afhankelijkheid van de wereldmarkt te beperken door protectionistische maatregelen te treffen. Sommige Europese landen besluiten niet alleen de eurozone vaarwel te zeggen, maar hun lidmaatschap van de Europese Unie in het geheel op te zeggen aangezien ze zich niet langer willen conformeren aan interne marktvereisten. De sterke regionalisering van de economie die vanaf 2015 optreedt, is echter niet louter het gevolg van politieke en economische ontwikkelingen. In de maatschappij neemt de roep om duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen sterk toe en technologisch is steeds meer mogelijk. De ontwikkelde economieën van Europa en de Verenigde Staten zetten zwaar in op het verduurzamen van hun energievoorziening, lokale productie van goederen en verwerking van halffabricaten. Als gevolg van wereldproblematiek rond voedselschaarste, het opraken van energiebronnen, klimaatverandering en vervuiling, kiest een snel groeiende groep consumenten voor een duurzame leefstijl. Bedrijven zijn steeds vaker genoodzaakt hun waardeketens opnieuw in te richten, waarbij local sourcing, het minimaliseren van CO2 en hun watervoetafdruk en andere vormen van stakeholder value centraal staan. In de West-Europese economieën wint de inshoring en hervestiging van maakindustrie snel terrein. Als gevolg van forse looninflatie in de voormalige lage lonen landen, stijgende kosten van transport, invoerheffingen en een stijging van arbeidsproductiviteit in West-Europa en de Verenigde Staten is het inmiddels ook uit kostenoogpunt lonend om lokaal te produceren. De Westerse economieën zetten als gevolg van de hoge werkloosheid sterk in op een vergroting van de arbeidsmarktflexibiliteit en doordat overheden actieve prikkels geven voor (re)industrialisatie heeft er rond 2020 een convergentie van de netto arbeidskosten plaatsgevonden tussen Westerse en Aziatische economieën. Hoewel kan worden gesproken van een hernieuwde industrialisatie van Europa, is de aard van industrie sterk veranderd. In plaats van zich te richten op massa en schaal, richten bedrijven zich op maatwerk en verantwoorde decentrale productie. Ontwikkelingen in de ICT dragen bij aan de inbreng van gebruikers in het ontwerp van producten en het democratiseren van kennis. Virtuele samenwerking tussen verschillende disciplines zorgt voor technologische innovaties die bijdragen aan een sterke groei van kwaliteit en productiviteit. De consument staat centaal in vrijwel alle sectoren. In de energiesector ligt de nadruk op decentrale opwekking van energie. De voedingssector maakt gebruik van local sourcing en green labelling. In de mediasector heeft massareclame plaats gemaakt voor interactiviteit en een persoonsgerichte benadering. In de industrie staat mass-customization centraal in plaats van massaproductie. In de financiële wereld wordt veel meer gebruik gemaakt van concepten als crowd funding en ook zakelijke diensverleners zetten in op maximale interactie met consumenten. Pensioenfondsen investeren meer in lokaal vastgoed en keren pensioen deels in natura uit. Op het gebied van wetenschap en technologie doen zich belangrijke ontwikkelingen voor, onder andere op het gebied van nanotechnologie, biotechnologie en nieuwe materialen. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

66 Nederland op het wereldtoneel De nieuwe politieke en economische realiteit heeft veel effect op de positie van Nederland. Het vertrek uit de euro van de vijf perifere landen heeft geleid tot grote vermogensverliezen. De Nederlandse overheid dient een schuld ter hoogte van 20% van het BBP af te schrijven en ook in de private sector lopen de verliezen hoog op. Als gevolg van het oplaaiend protectionisme dalen de handelsvolumes gestaag en wordt Nederland getroffen door een sterke krimp in de overslag van bulkgoederen. Nederland gaat vanaf 2020 door een langzaam en pijnlijk transformatieproces. Nederlandse bedrijven, werknemers, pensioenen, verzekeraars en banken worden diep geraakt door de kelderende exporten en de verkruimeling van de waarde van de beleggingen en bezittingen in de Europese Unie. De grote overschotten op de handelsbalans behoren tot het verleden en Nederland realiseert zich dat het haar industriële profiel moet herijken en binnenlandse consumptie en investeringen moet zien te vergroten. In alle hectiek profiteert Nederland van een herleving van het poldermodel. Dit model is op maat gesneden voor duurzame economische ontwikkeling en heeft zich inmiddels ontwikkeld tot het internationale voorkeursmodel. Door middel van nauw overleg tussen overheden, werkgevers en werknemers wordt een toekomstagenda opgesteld voor Nederland, waarin wordt gefocust op kansrijke sectoren en maximale benutting van arbeidspotentieel. In de maakindustrie probeert Nederland in te zetten op mass-customization, de ontwikkeling van software, nieuwe materialen, nieuwe productieprocessen en webapplicaties die het mogelijk maken om op grote schaal en volledig geautomatiseerd maatwerk te vervaardigen. In de foodsector wordt ingezet op de ontwikkeling van local sourcing, een trend die vanuit de Verenigde Staten, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk naar Nederland is overgewaaid. Voor veel telers was Nederland altijd aanvullend op de exportproductie, maar nu ontstaat er in Noord-West Europa een groeiende markt voor producten met een ambachtelijk en regionaal karakter. Hoewel het klassieke exportmodel verleden tijd is, is het de kunst om ook in het buitenland een positie te blijven bekleden door ook daar gebruik te maken van lokale ingrediënten en productieketens. Door ontwikkelingen op het gebied van klimaatverandering en het opraken van olie en andere fossiele brandstoffen ontstaan vanaf 2015 in toenemende mate lokale gemeenschappen die zelf aan de slag gaan om hun manier van wonen, werken en leven duurzamer te maken. In navolging van de Transition Town beweging in het Verenigd Koninkrijk ontstaan soortgelijke lokale initiatieven in onder meer Amerika, Japan en diverse Europese landen waaronder Nederland. Steeds meer mensen bevestigen zonnepalen op het dak van hun huis of participeren in lokale energiecoöperaties om zo minder afhankelijk te zijn van grote energieleveranciers. Het energieoverschot wordt verkocht en de winst geïnvesteerd in lokale initiatieven. De decentralisering van de energiemarkt is het startpunt voor een bredere ontwikkeling richting een socialer systeem, waarin ook zaken als zorg en verzekeringen meer en meer in eigen handen worden genomen. Het wantrouwen in traditionele instituten versterkt de opkomst van een nieuwe, democratische economie waarin kleinschaligheid en ruilhandel de boventoon voeren. Langzaamaan begint een nieuwe maak- en kenniseconomie te ontstaan rondom duurzaamheid. Speerpunten zijn: klimaatadaptief Nederland is als geen ander Europees land in staat om met behulp van het poldermodel de omslag te maken naar de nieuwe economische realiteit De Nederlandse economie is vraag gestuurd en kenmerkt zich door mass customization en een focus op decentrale productie AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

67 ontwikkelen, deltatechnologie, drijvend bouwen, groene chemie en duurzame kennis. Door de dalende concurrentiekracht van Nederlandse bedrijven in het buitenland en de beperktere mogelijkheden om internationaal talent te binden wordt het in het Local for Local scenario belangrijk om een flexibele en hoogwaardige arbeidsmarkt en een sterke R&D infrastructuur te realiseren. Nederland is een duur land geworden met een sterke munt en een negatieve handelsbalans. Om internationaal aantrekkelijk te blijven, kijken Nederlandse bedrijven niet langer primair naar het matigen van loonkosten. Zij investeren vooral in de kennis en expertise die nodig is om de markt met hoogwaardige en maximaal geïndividualiseerde producten te kunnen bedienen. Nederland is geen concurrent op massamarkten, maar komt goed mee op nichemarkten, variërend van het produceren van klantspecifieke kunststofprofielen voor producten op het gebied van automotive, huishoudelijke apparatuur en sanitair tot en met de ontwikkeling van specifieke software om de gebruikersinbreng in productieprocessen te optimaliseren. Om de concurrentiekracht binnen selectieve markten te vergroten, zet Nederland sterk in op eigen ondernemerschap en op zaken als een leven lang leren. Nederlanders beschikken in toenemende mate over een flexibel en verschuivend portfolio van activiteiten, sommige betaald, sommige onbetaald. Deze activiteiten zijn allemaal gericht op het ten volle benutten van individuele competenties. Het in stand houden van een solide kennisinfrastructuur is echter een zorgpunt door het wegvallen van Europese onderzoeksbudgetten en private budgetten van multinationals. Innovatie en verdere specialisatie vraagt meer dan ooit om ondernemerschap en ondersteuning door financiële instellingen, kennisinstellingen en overheden. De economie van de MRA Het Local for Local scenario heeft veel effect op de economie van de metropoolregio Amsterdam. De uittreding van Nederland uit de eurozone en het vertrek van hoofdkantoren van buitenlandse ondernemingen hebben de traditionele dienstverlening in het zakelijke en financiële segment sterk getroffen. Ook de afname van de (weder)export heeft grote impact op de regio. Importheffingen en andere protectionistische maatregelen hebben Nederlandse voedingsproducten en bloemen in het buitenland tot onbetaalbare luxeproducten gemaakt. Hoewel de nieuwe rijken in Azië en Zuid-Amerika nog steeds producten afnemen, kiezen de meeste consumenten voor lokaal geproduceerde alternatieven. De logistieke sector, die bovendien wordt geconfronteerd met sterk gestegen brandstofprijzen, bevindt zich in zwaar weer. Zowel het vracht- als het personenvervoer vanaf Schiphol is in 2025 gehalveerd ten opzichte van Voor alle genoemde sectoren is het in het Local for Local scenario van groot belang om hun mondiale business model te herzien. Multinationals stappen af van centrale productie en bouwen in verschillende regio s lokaal gevoede aanbodketens opbouwen. Ze transformeren zichzelf van multinationale bedrijven (MNC s) naar multi-commited bedrijven (MCC s). De zakelijke en financiële dienstverlening dient de switch te maken van mondiale oplossingen naar het initiëren en ondersteunen van regionale economische initiatieven. Groothandels en logistieke partijen dienen zich te specialiseren in fijnmazige oplossingen voor specifieke regio s. Fossiele brandstoffen en energie worden steeds duurder. Bedrijven zijn in hun bestaan meer en meer afhankelijk van de energiekosten. Consumenten betalen bijna net zoveel voor hun energiekosten als voor hun huur. De decentrale energiemarkt maakt een opmars, mede mogelijk gemaakt door de ontwikkelingen op ICT-gebied. Consumenten worden producenten. Lokale coöperaties wekken in toenemende mate energie op uit wind, zon, vergisting, biogasinstallaties of stoken op streekhout. Amsterdam en Almere kennen veel actieve coöperaties die energie opwekken uit wind. Hilversumse en AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

68 Haarlemse coöperaties zijn vaak meer gericht op zonne-energie. Deze energierevolutie ontketent een ware sociale revolutie. Naast energiecoöperaties ontstaan lokale samenwerkingsverbanden op het gebied van verzekeringen, zorg, etc. Sociaal ondernemerschap komt op. Bedrijven bieden steeds meer duurzame producten aan. Het delen van auto s en parkeerplaatsen verwordt tot een van de meest ingeburgerde duurzame vormen van ondernemerschap, maar steeds meer producten worden in een nieuwe duurzame vorm aangeboden. Bestaande betaalmethoden worden ten dele overbodig door de opkomst van de ruilhandel. Diensten, kleding en woningen worden steeds vaker uitgeruild. Internet is hierbij een onmisbaar medium. Deze nieuwe vorm van werken en leven zorgt voor grote verschuivingen in de huidige economie van de metropoolregio. Steeds vaker leggen veel centraal georganiseerde bedrijven zoals Nuon en Essent het af tegen de veelvoud aan coöperaties die als paddenstoelen uit de grond lijken te schieten. De traditionele zakelijke en financiële dienstverlening is grotendeels lamgeslagen en is genoodzaakt om alternatieve verdienmodellen te ontwikkelen om het hoofd boven water te houden. De grotere banken en verzekeraars zien zich genoodzaakt zich op te splitsen in kleinere gespecialiseerde bedrijfsonderdelen die de markt bedienen vanuit regionale kantoren. Met speciaal op de consument of coöperatie toegespitste dienstverlening en geavanceerde internet- en smart phone diensten hopen zij klanten aan zich gebonden te houden. Door de afkeer van de grote traditionele banken in nasleep van de crisis en het onvermogen van deze banken om effectief in te spelen op de wens om meer maatwerk vanuit met name particuliere klanten, worden bankzaken steeds meer via coöperaties of andere sociale netwerken geregeld. Intermediair functies in de zakelijke dienstverlening zoals makelaars verdwijnen. Ook inkomsten uit postbussenbeheer waar de regio altijd sterk van profiteerde, lossen grotendeels op. De regio blijft aantrekkelijk voor toeristen, maar vooral het nationale toerisme neemt toe. De overstap naar duurzame energie, de toename van het sociaal ondernemerschap en de ontwikkeling van hechtere sociale gemeenschappen heeft de kwaliteit van leven in de regio doen toenemen. ICTontwikkelingen hebben een buitengewoon belangrijke bijdrage geleverd aan de huidige manier van leven en mogelijkheden om zaken als energie en zorg meer lokaal en decentraal te regelen. De toegenomen zelfredzaamheid en de strijd om de stem van het volk heeft daarnaast tot een verdere versnippering geleid van overheden en semi-overheidsinstanties. Voor een aantal randvoorwaarden zoals onderwijs, onderzoek, fysieke en digitale infrastructuur is centrale sturing en investering nog altijd nodig. Hiervoor moeten nieuwe samenwerkingsverbanden worden gevonden die recht blijven doen aan de lokale stem van de burgers. Ook de bekostiging van overheden en kennisinstellingen komt ter discussie te staan, alhoewel de belasting op vervuilende producten en diensten, de uitstoot van broeikasgassen en andere controleerbare bronnen nog altijd een belangrijke inkomstenbron is. Het business model van de MRA Elke stad of regio net als ieder bedrijf kan worden beschreven in termen van een business model. Een business model is een tekening van het DNA van de regio. In het hart van het business model van de regio ligt haar waardepropositie, de toegevoegde waarde die ze te bieden heeft aan economische actoren zoals bedrijven, universiteiten, kennisinstellingen, werknemers en studenten. De waardepropositie beschrijft de redenen waarom deze actoren kiezen voor de regio als vestigingslocatie of woonplaats. Het business model illustreert verder welke randvoorwaarden de waardepropositie voeden en via welke economische clusters daadwerkelijk economische toegevoegde waarde wordt gecreëerd. Het denken in termen van een business model maakt het voor beleidsvormers mogelijk om AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

69 zich te verdiepen in de wijze waarop de regio randvoorwaarden aanwendt, haar waardepropositie verbetert en economische clusters creëert die haar waardepropositie contant maken. Figuur 1 toont het optimale business model voor de MRA binnen het Local for Local scenario. Lokale Energiecoöperaties nemen het voortouw in het vergroenen van de regionale energieproductie Figuur 10: Optimaal business model in het scenario Local for Local Waardepropositie De figuur geeft een visuele illustratie van het optimale business model van de MRA in het Local for Local scenario. Het middelste vlak van het raamwerk representeert de waardepropositie van de regio. De waardepropositie bestaat uit een combinatie van locatiefactoren die de regio aantrekkelijk maakt voor economische actoren, zoals bedrijven en inwoners. Wanneer er wordt gekeken naar de onderdelen van de waardepropositie die in het Local for Local scenario van groot belang zijn, zijn dit de onderdelen duurzaamheid, een innovatieve en ondernemende cultuur en human capital. Ook de kennisinfrastructuur is in dit scenario bovengemiddeld van belang. Duurzaamheid AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

70 In het Local for Local scenario is duurzaamheid in de breedste zin van het woord een essentieel onderdeel van de waardepropositie van de MRA. Om in staat te zijn een creatief ondernemende en maatschappelijk bewuste klasse aan de regio te binden zijn investeringen in kennis en het bieden van concrete oplossingen van groot belang. Elektrisch vervoer, klimaatneutrale woningen en bedrijfspanden, gratis openbaar vervoer, lokaal verankerde rechtsvormen en leerstoelen op het vlak van sustainability zijn cruciale stappen richting een duurzame samenleving. In het Local for Local scenario maakt de economie van de MRA een metamorfose door. De energiesector verandert volledig onder invloed van lokale opwekking van duurzame energie. Rondom de nieuwe duurzame maakindustrie ontstaan combinaties van leren, werken en ondernemen. Ook op buurtniveau zijn veel gezamenlijke diensten zoals wasserijen, catering, accu-omruilpunten, apparaatverhuur. Er is een levendige lokale, maar zeker ook internationale ruileconomie ontstaan. In het Local for Local scenario is een innovatieve cultuur, hoogwaardige human capital en een focus op duurzaamheid van cruciaal belang Innovatieve en ondernemende cultuur De wereld in het Local for Local scenario is een wereld waarin ondernemerschap en creativiteit van groot belang zijn. Burgers worden zelfstandiger en arbeidsrelaties worden in toenemende mate flexibel. Mensen zijn afhankelijk van hun creativiteit, vernieuwingstalent en aanpassingsvermogen bij het genereren van een inkomen. Buurten houden zich actief bezig met het lokaal opwekken van energie, het verbouwen van voedsel en het gezamenlijk regelen van de zorg voor de oude dag. Onderlinge uitwisseling over nieuwe vormen van opwekking en verbouwen, etc. vindt plaats via social media en interactieve fora. De MRA doet er in het Local for Local scenario verstandig aan om ondernemerschap te stimuleren. Concrete interventies kunnen liggen in het bevoordelen van kleine ondernemingen in openbare aanbestedingen, het beperken van de aansprakelijkheid van ondernemingen bij faillissement, AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

71 het verbeteren van toegang to financiering voor ondernemingen en ondernemers en het vereenvoudigen van regelgeving voor startende ondernemers. Human capital In het Local for Local scenario is de beschikbaarheid van creatief talent van het grootste belang. De wereld verandert snel, ketens worden omgedraaid en bedrijfsmodellen opnieuw uitgevonden. Toptalent wordt echter steeds mobieler en de MRA zal er in dit scenario werk van moeten maken een interessante en uitdagende regio te blijven bieden. Wanneer de MRA hierin slaagt neemt de kans dat talent zich aan de regio bindt beduidend toe. Onderzoek toont aan dat de generatie Y en Z wonen en leven vaak belangrijker vinden dan werken. De MRA heeft daarmee grote kansen om zich te profileren als vestigingslocatie voor toptalent. Goede huisvesting, een leefbare regio, een hoge quality of life en voldoende ruimte voor ondernemerschap zijn belangrijke voorwaarden om talent te binden. Kennisinfrastructuur In de bottom-up georganiseerde wereld van het Local for Local scenario maakt het talent en ondernemerschap van de creatieve klasse het verschil. De kwaliteit van de kennisinfrastructuur is daarom van groot belang in dit scenario. Innovatie loont en hoogwaardig onderwijs en onderzoek, de ruime aanwezigheid van wetenschappelijk talent zijn cruciaal. Voor echt toptalent dienen opleidingen op niveau te worden aangeboden. Binnen de huidige onderwijsinstellingen dient meer aandacht te zijn voor excellentie. De voorgenomen samenwerking tussen de bèta-faculteiten van de UvA en VU zijn zeer relevant en de combinatie zou er naar moeten streven om leidende expertise te ontwikkelen in een select aantal bèta domeinen. Onderwijsinstellingen dienen voorts voldoende aandacht te hebben voor het aanleren van flexibiliteit en dienen studenten te stimuleren hun kennis voortdurend up-to-date te houden. Nieuwe modellen, zoals distributed learning zijn hierbij behulpzaam. Ook de interface tussen wetenschap en bedrijfsleven dient beter te worden georganiseerd om vernieuwing te stimuleren en concurrentievoordeel op te bouwen. Connectiviteit Hoewel in dit scenario niet van het allerhoogste belang, blijft connectiviteit een belangrijk onderdeel van de waardepropositie van de MRA. Het karakter van de economie is weliswaar een stuk regionaler geworden en de wederexport staat op een lager pitje, maar de MRA blijft afhankelijk van de export van hoogwaardige producten. Met name in de duurzame supply chains van de voedingsindustrie en de complexe supply chains van op massa geïndividualiseerde consumentenelektronica liggen er veel kansen. Doordat de individuele klant de keten bestuurt, dienen vele processen, zoals orderverwerking, assemblage, installatie, training, facturatie, after sales en retourstomen optimaal op elkaar te worden afgestemd. Goede infrastructuur blijft hierbij van groot belang, zowel fysiek als digitaal. De transportsector heeft een belangrijke uitdaging om verder te vergroenen en te investeren in low-carbon vormen van vervoer, bijvoorbeeld over water en spoor. Ook het vervoer van personen vraagt om nieuwe oplossingen. Zo kan er bijvoorbeeld worden gedacht aan een geavanceerd lightrail-systeem als duurzaam transportmiddel in de Randstad, voor lange en korte afstand, met een hoge dichtheid en regelmatige diensten. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

72 Randvoorwaarden De waardepropositie van de MRA wordt gevoed door een aantal randvoorwaarden of bronnen, die aan de linkerzijde van het raamwerk zijn weergegeven. De linkerzijde van het raamwerk heeft zijn financiële consequenties in termen van kosten en investeringen die noodzakelijk zijn om randvoorwaarden te verwezenlijken. In de regel zijn randvoorwaarden namelijk te creëren door gericht beleid en specifieke investeringen. Binnen het Local for Local scenario liggen de belangrijkste randvoorwaarden op het vlak van onderwijs en onderzoek en leefbaarheid. Daarnaast zijn de randvoorwaarden voorzieningen, huisvesting, arbeidsmarkt, ruimte voor ondernemerschap en governance van belang in dit scenario. Het belang van onderwijs en onderzoek is evident aangezien het de manier is om toptalent op te leiden. In het Local for Local scenario is het van belang vooral aandacht te hebben voor bèta-opleidingen, fundamenteel onderzoek, een betere overdracht van kennis tussen instellingen en bedrijfsleven en het stimuleren van een leven lang leren. Naast het opleiden van toptalent is het eveneens van groot belang om te zorgen dat talent verbonden blijft aan de regio. Investeringen in leefbaarheid zijn in dit kader cruciaal, evenals het verbeteren van de kwaliteit van de woningmarkt en het op peil houden van het voorzieningenniveau. Een goed aanbod van huurwoningen voor midden en hogere segmenten is van groot belang om talent vast te houden. Hiernaast is het belangrijk aantrekkelijk te zijn voor zowel startende ondernemers als bestaande ondernemingen die overwegen zich in de MRA te vestigen. Korte snelle procedures, één loket en aanspreekpunt en een goede governance zijn belangrijke vereisten. Economische clusters De besproken randvoorwaarden, zijn als het ware de knoppen waaraan gedraaid kan worden om de waardepropositie van de MRA dusdanig in te richten dat ze aantrekkelijk is voor bedrijven en inwoners om zich in Groot Amsterdam te vestigen. Aan de rechterkant van het business model raamwerk worden de economische clusters weergegeven die in het Local for Local scenario de meeste potentie bieden voor waardecreatie. De creatieve industrie, het cluster ICT/eScience, de energiesector en in mindere mate de foodsector zijn in het Local for Local scenario van groot belang voor de economie van de MRA. Creatieve industrie De kern van de creatieve industrie ligt in bedrijven die hun bestaansrecht vinden in creativiteit, innovatie en ondernemerschap. De creatieve industrie is hiermee in het Local for Local scenario van het grootste belang. Sectoren die onder meer tot de creatieve industrie worden gerekend zijn: architectuur, mode, gaming, design, reclame en nieuwe media. In een wereld van maatwerk, geïndividualiseerde producten en diensten en optimale gebruikersinteractie is de creatieve industrie een belangrijke katalysator om andere sectoren de transitie te laten maken naar een pull-driven business model. De MRA zal in het Local for Local scenario moeten waarborgen dat creatieve bedrijven ook wanneer ze meer omvang krijgen in de regio gevestigd blijven. ICT/eScience Belangrijke randvoorwaarden om toptalent aan te trekken in het Local for Local scenario zijn leefbaarheid en onderwijs en onderzoek Het cluster ICT/eScience heeft zeer omvangrijke kansen in het Local for Local scenario. De grootste kansen liggen in het realiseren van smart grid technologie voor de energiesector, hoogwaardige AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

73 logistieke oplossingen en tracking en tracing systemen voor de foodsector en technologie voor masscustomization. Gebruikersinbreng in productieprocessen en hoogwaardige interactie tussen producent en consument is van het grootste belang in het Local for Local scenario. Energiesector In 2020 is de MRA steeds minder afhankelijk van fossiele brandstoffen (olie, kolen en gas). Het aandeel schone energie, zoals zonne- en windenergie, aardwarmte en bepaalde soorten biobrandstof is sterk toegenomen. In de gebouwde omgeving wekken woningen, kantoren en kleine fabrieken hun eigen duurzame energie op, waarmee deze gebouwen worden verwarmd, gekoeld en voorzien van elektriciteit voor apparaten en elektrische vervoersmiddelen. De nieuwe duurzame energiesector levert naar verwachting duizenden banen op in gebieden als hernieuwbare energietechnologie, brandstofcelontwikkeling, grid-management, elektrisch vervoer en dergelijke. Door voorop te lopen in de modernisering van de energiesector kan de MRA bovendien belangrijke kennis op doen, die kan worden geëxporteerd naar andere stedelijke regio s. Foodsector Door tijdig in te spelen op duurzame ontwikkelingen kan Nederland in het Local for Local scenario een voorloperrol bemachtigen in de voedselindustrie, bijvoorbeeld door de ontwikkeling en productie van nieuwe duurzame eiwitproducten zoals algen. De regio heeft een goede uitgangspositie om zich te onderscheiden als een proeftuin waarin innovatie en duurzaamheid gelijk op kunnen gaan. Duurzaam geteelde groenten, fruit en bloemen, alsmede hoogwaardige verwerkte producten blijven een belangrijk regionaal exportproduct in dit scenario. Ook urban farming, het verbouwen van groenten en fruit in stedelijke omgevingen, biedt in het Local for Local scenario een belangrijke kans. Op dit moment wordt nog steeds een substantieel deel van de behoefte aan groente en fruit geïmporteerd en het creëren van vertical farms in de MRA kan wellicht de afhankelijkheid van import verkleinen. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

74 7 Naar een toekomstgericht business model De vier beschreven scenario s verschaffen een beeld van een aantal extreme, maar denkbare toekomstige situaties waar de MRA in terecht kan komen. De bedoeling van de scenario s is om mentale denkkaders op te rekken en een helder beeld te vormen van de kansen en bedreigingen die onder invloed van externe ontwikkelingen kunnen ontstaan. In de afzonderlijke scenario s is een optimaal bijpassend business model opgetekend. Uit deze vier business modellen, is het mogelijk om een toekomstig business model voor de MRA af te leiden. Het toekomstig business model is gebaseerd op de factoren die er in de verschillende scenario s positief of negatief uitspringen. Het toekomstige business model legt de nadruk op economische clusters, onderscheidende aspecten en randvoorwaarden met potentie, en niet zozeer op de scenario s zelf. De individuele scenario s zijn vooral bedoeld om een beeld te vormen van de uiteenlopende realiteiten waar de MRA in terecht kan komen. Door een overkoepelend business model te ontwikkelen dat in alle scenario s waarde heeft, wordt voorkomen dat er te exclusief wordt ingezet op één scenario. In dit hoofdstuk wordt het overkoepelende toekomstgerichte business model voor de MRA gepresenteerd, dat aan de basis ligt van een discussie over een lange termijn strategie voor de metropoolregio. In het eerste deel van dit hoofdstuk wordt kort ingegaan op de risicotolerantie die is gehanteerd bij het opstellen van het toekomstgerichte business model, vervolgens wordt het business model inhoudelijk besproken en tenslotte wordt ingegaan op de uitdagingen die uit het model voortkomen voor de economische clusters, de waardepropositie van de MRA en de te onderscheiden randvoorwaarden. 7.1 Toekomstgericht business model Het toekomstig business model dient een goede uitwerking te kennen in de scenario s die de Board heeft opgesteld. Belangrijk hierbij is hoeveel waarde er wordt toegekend aan de afzonderlijke scenario s. Dit is in feite een uitspraak over de risicotolerantie: bij een lage risicotolerantie wordt aan alle vier scenario s evenveel belang gehecht, bij een hoge risicotolerantie wordt meer ingezet op 1 of 2 specifieke scenario s. In dit discussiedocument is op basis van een gelijk gewicht van de vier scenario s (ieder 25%), een toekomstgericht business model voor de MRA geconstrueerd. Figuur 11 illustreert dit business model. Aan de rechterkant van het business model is de toekomstpotentie van de economische clusters in termen van bijdrage aan de concurrentiekracht van de MRA geïllustreerd. De clusters vertegenwoordigen economische zwaartepunten van bedrijvigheid, gegroepeerd rondom een sector of competentie. Wanneer gekeken wordt naar de clusters met bovengemiddelde potentie in termen van concurrentiekracht valt op dat de clusters ICT/eScience en Logistiek koploper zijn. In vrijwel alle omstandigheden zijn dit clusters met de potentie om een bovengemiddelde bijdrage te leveren aan de concurrentiekracht van de regio. Naast deze twee koplopers zijn er meer economische clusters waarin de MRA veel potentie heeft. De energiesector, de groothandelssector, de creatieve industrie en de zakelijke De clusters ICT/eScience en Logistiek hebben de potentie zeer sterk bij te dragen aan de toekomstige concurrentiekracht van de MRA. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

75 dienstverlening, zijn allen goed gepositioneerd om in meerdere scenario s een rol van betekenis te spelen en onderscheidend vermogen voor de regio te creëren. Hoewel in sommige individuele scenario s goed gepositioneerd, is de potentie van de clusters bouw en vastgoed, financiële dienstverlening en life sciences over de scenario s heen ondergemiddeld. Figuur 11: Toekomstgericht business model MRA Het middelste vlak van de figuur illustreert de onderscheidende aspecten (of waardepropositie), die in het toekomstgerichte business model van belang zijn. De waardepropositie van de MRA verwoordt de aspecten die de stad en regio uniek en onderscheidend maken voor haar bewoners en clusters van bedrijvigheid. In een goed samenhangend en zelfversterkend business model zijn de elementen van de waardepropositie optimaal afgestemd op de belangrijkste economische clusters. In het licht van de scenario s en de belangrijkste clusters komt een aantal belangrijke onderscheidende aspecten naar voren. Voor het toekomstig succes van de MRA zijn de aspecten connectiviteit, human capital, innovatieve cultuur, kennisinfrastructuur en dienstensector van groot belang. Ook quality of life en brand name dragen bovengemiddeld bij aan het onderscheidend vermogen van de MRA. De linkerkant van het business model raamwerk, tenslotte, illustreert het onderlinge belang van verschillende randvoorwaarden. De randvoorwaarden zijn de sturingsmechanismen die kunnen worden ingezet om de waardepropositie van de MRA te versterken. Veruit de belangrijkste randvoorwaarde onder het toekomstgerichte business model ligt in de kwaliteit van onderwijs en onderzoek De kwaliteit van onderwijs en onderzoek en van de fysieke en digitale infrastructuur in de MRA is van doorslaggevend belang in toekomstgerichte businessmodel. in de regio. Hoewel de aard en inhoud per scenario verschilt, is in ieder denkbaar toekomstbeeld kwalitatief hoogwaardig onderzoek en hoogstaande educatie van doorslaggevend belang. Naast deze AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

76 randvoorwaarden, is ook de kwaliteit van de fysieke en digitale infrastructuur in ieder scenario bijzonder relevant. Tenslotte dragen ook de randvoorwaarden arbeidsmarkt en leefbaarheid in belangrijke mate bij aan de waardepropositie die de regio na wil streven in het toekomstgerichte business model. 7.2 Een strategische conversatie Het toekomstgerichte business model dat in de vorige paragraaf is gepresenteerd vormt een belangrijk baken aan de horizon, het geeft een impressie van de prioriteiten die de triple-helix partijen moeten zetten om te komen tot toekomstig succes. Om een inschatting te kunnen maken van het werk dat verzet moet worden om het toekomstgerichte business model op te bouwen, is het van belang om het verschil met het huidige business model, dat in paragraaf 1.3 is besproken te overbruggen. De afwijkingen tussen de huidige situatie en de gewenste toekomstige situatie kunnen worden overbrugd door het formuleren van een strategische agenda met gerichte interventies. In de volgende paragrafen worden de belangrijkste verbetergebieden gepresenteerd waar de MRA haar business model zal moeten versterken. Ook wordt een aantal eerste suggesties voor verbetering aangereikt. De gepresenteerde focusgebieden vormen het startpunt voor de strategische conversatie die in 2013 zal plaatsvinden over de strategische economische agenda voor de MRA op langere termijn. 7.3 Clusterstrategieën Bij het nadenken over strategische opties om het toekomstige business model te verwezenlijken, wordt in dit discussiedocument gestart bij de positie van de economische clusters. Zoals aangegeven zijn er twee zaken van belang bij het nadenken over het type en de omvang van investeringen in economische clusters. Aan de ene kant is dit het relatieve belang van het cluster in het toekomstgerichte business model. Aan de ander kant is dit het verschil tussen de toekomstige relevantie en de huidige relevantie. Dit verschil noemen we de gap. Figuur 12 illustreert het belang (x-as) en de gap (y-as) per economisch cluster. In de figuur wordt geïllustreerd dat het cluster ICT/eScience het hoogste belang vertegenwoordigd in het toekomstgerichte business model van de MRA. Tegelijkertijd wordt er echter geconstateerd dat er een gap bestaat tussen de huidige kracht van cluster en het toekomstig belang. Deze gap zal moeten worden overbrugd, door gerichte investeringen in de kwaliteit van dit cluster. De verschillende scenario s geven richting aan een discussie over relevante strategieën. Zo liggen er in de scenario s die uitgaan van een aanbodsgestuurde economie kansen op het vlak van het ondersteunen van de regiefunctie binnen kennisintensieve aanbodsketens en het realiseren van real time informatiesystemen. Mondiaal opererende ondernemingen zijn in deze scenario s zeer afhankelijk van logistieke diensten en ondersteunende modellen en systemen, die de noodzakelijke informatie aanleveren over zaken als vraag, aanbod, productkwaliteit, timing, et cetera. In de scenario s met een vraaggestuurde economie liggen er voor het cluster ICT/eScience met name kansen op het vlak van build-to-order productieprocessen, de creatie van smart grids en tracking en tracing systemen voor onder meer de food sector. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

77 Gap huidige - toekomstige business model Energie Groothandel ICT / escience Food Life Sciences Creatieve industrie Bouw en vastgoed Financiële dienstverlening Toerisme Flowers Zakelijke dienstverlening Logistiek Belang in toekomstige business model Figuur 12: Belang en 'Gap' economische clusters De energiesector laat een interessante positie zien. De sector heeft een zeer hoge potentie, maar de gap tussen de huidige kracht van cluster en het toekomstig belang voor de concurrentiepositie van de regio is erg groot. De ontwikkelingen in de energiesector vergen De ontwikkelingen in de energiesector vergen buitengewone aandacht van strategen en besluitvormers. derhalve buitengewone aandacht van strategen en besluitvormers. Voor het cluster is de (mate van) transitie van fossiele energiebronnen naar alternatieve energiebronnen van zeer grote invloed. In de scenario s met een vraaggestuurde economie (European Renewal en Local for Local) wordt uitgegaan dat het aandeel schone energie in de energiemix, zoals zonne- en windenergie, aardwarmte en bepaalde soorten biobrandstof, sterk toeneemt. In de gebouwde omgeving wekken woningen, kantoren en kleine fabrieken hun eigen duurzame energie op, waarmee deze gebouwen worden verwarmd, gekoeld en voorzien van elektriciteit voor apparaten en elektrische vervoersmiddelen. Wanneer de MRA er in slaagt voorop te lopen in de verduurzaming van de energiesector levert dit naar verwachting duizenden banen op in gebieden als hernieuwbare energietechnologie, brandstofcelontwikkeling, grid-management, elektrisch vervoer en dergelijke. Bovendien zou een stabiele en lage energieprijs veel potentie bieden voor bestaande cluster en het aantrekken van nieuwe industriële bedrijven. Het logistieke cluster biedt in het toekomstgerichte business model nagenoeg evenveel potentie als het energiecluster. Echter op logistiek gebied is de gap tussen het huidige en geambieerde toekomstige business model veel kleiner. Er is reeds veel expertise aanwezig en bedrijven en kennisinstellingen dienen deze in te zetten op steeds hoogwaardiger oplossingen te creëren. Zo biedt verdere specialisatie in bijvoorbeeld sectoren als food, flowers of life sciences, de mogelijkheden om complexe logisitieke netwerken in te richten rond thematiek als versheid, volledigheid, betrouwbaarheid, veiligheid en AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

78 geconditioneerd vervoer. In de vraaggestuurde scenario s liggen er mogelijkheden voor de logistieke sector om oplossingen te bieden voor vraagstukken als mass-customization (maakindustrie en consumentenelektronica) of local sourcing (food en flowers busines). Ook ligt hier veel potentie voor het inrichten van proeftuinen voor nieuwe logistieke concepten en nieuwe technologieën, zoals elektrisch vervoer. Ook de groothandelsector heeft bovengemiddeld potentie in het toekomstgerichte business model van de MRA. De gap die overbrugd dient te worden is groter dan binnen de logistieke sector. De grootste bedreiging voor de groothandelsector ligt in het feit dat het geografische zwaartepunt van de wereldhandel langzaam verschuift en Nederland haar positie op het vlak van global sourcing dreigt te verliezen. Voor de groothandelsector is het van belang zich te richten op nieuwe kansen op het vlak van in- en verkoop in de nieuwe economieën van China, India, Brazilië en Rusland. Daarnaast dient de groothandelsector haar positie te beschermen door efficiënter te opereren en nauwer samen te werken met klanten. In dit kader zijn zowel horizontale (delen van processen tussen groothandels) als verticale (digitaliseren relaties met klanten) van groot belang. De creatieve industrie combineert een bovengemiddelde potentie met een relatief kleine gap. De positie van de creatieve industrie is in de MRA redelijk ontwikkelt en er liggen in alle scenario s veel kansen voor toekomstig succes. In een wereld van massa liggen er kansen om hoofdkantoren en logistieke dienstverleners te ondersteunen met de ontwikkeling van software en apps die informatie ontsluiten en de interactie tussen producent en gebruiker verbeteren. In een wereld van maatwerk, geïndividualiseerde producten en diensten en optimale gebruikersinteractie is de creatieve industrie een belangrijke katalysator om andere sectoren de transitie te laten maken naar een vraaggestuurde economie. Het cluster zakelijke dienstverlening heeft in de meeste scenario s een belangrijke rol om de economische dynamiek in de regio te waarborgen. Gespecialiseerde dienstverleners als advocaten, notarissen, fiscalisten, accountants en consultants zijn onder meer van belang om bedrijven te ondersteunen bij de inrichting van hun supply chains, bij het beschermen van intellectueel eigendom en bij het bepalen van groeistrategieën. Op dit moment heeft de regio Groot-Amsterdam een goed ontwikkelde internationale dienstensector, maar de vraag is hoe dit cluster zich de komende jaren zal ontwikkelen nu de groeimotor van het geheel, de financiële sector wegvalt. Zonder een voldoende sterke financiële en dienstensector is de kans groot dat bedrijven en uiteindelijk kennis uit de regio zullen wegtrekken. Belangrijke constatering uit bovenstaande analyse is dat de MRA vooral ook op zoek moet naar de kansen in cross-overs tussen clusters. Juist in de kruisbestuiving tussen sterke clusters kan de MRA zich onderscheiden. ICT is daarbij een belangrijke driver voor innovatie en vernieuwing in andere sectoren. 7.4 Waardepropositie Nu helder is welke economische clusters de meeste potentie bieden, is het waardevol om te bezien welke elementen van de waardepropositie van de MRA de meeste ontwikkeling behoeven. Zoals reeds beschreven en gevisualiseerd in figuur 11 ligt de de kern van de waardepropositie van de MRA in haar kennisinfrastructuur, innovatieve cultuur, human capital, connectiviteit, internationale AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

79 Gap huidige - toekomstige business model dienstensector en in mindere mate quality of life en brand name. Opvallend is echter dat er bij de twee belangrijkste aspecten van de geambieerde waardepropositie eveneens sprake is van de grootste gap tussen de huidige en geambieerde toekomstige waarde. De kwaliteit van de kennisinfrastructuur en de mate van innovativiteit en ondernemendheid in de regionale cultuur is met andere woorden op dit moment onvoldoende om de transitie te maken naar het gewenste business model. Ook op het gebied van human capital ligt ruimte voor verbetering. Op het vlak van connectiviteit, internationale dienstensector, brand name en quality of life lijkt de MRA haar zaken echter goed voor elkaar te hebben. Opvallend is verder dat het aspect duurzaamheid in het toekomstgerichte business model van ondergemiddeld belang is, maar dat er op dit vlak desondanks een flink gat overbrugd moet worden. Er is derhalve ook voor dit onderdeel veel aandacht gewenst. Duurzaamheid Kennisinfrastructuur Innovatieve cultuur Economische schaal Human Capital Vestigingsfactoren Int. dienstensector Brand name Connectiviteit Quality of life Belang in toekomstig business model Figuur 13: Belang en 'Gap' onderscheidende aspecten waardepropositie De bovenstaande analyse maakt duidelijk dat het relevant is de strategische conversatie over de strategie van de Board te focussen op de wijze waarop de MRA haar kennisinfrastructuur kan verbeteren en een innovatieve en ondernemende cultuur kan vestigen. De scenario s bieden in dit kader inspiratie om na te denken over concrete strategisch opties. Zo kan de kennisinfrastructuur bijvoorbeeld gediend zijn bij de oprichting van een grootschalig en hoogwaardige bèta-instituut. Er kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een samenwerkingsverband tussen de VU, UvA, de Universiteit Eindhoven en TNO. Daarnaast dient er aandacht te zijn voor een sterke kennistransfer tussen wetenschap en bedrijfsleven en de vorming van consortia van kennisinstellingen, bedrijven en overheden rondom maatschappelijke relevante thema s, zoals ziektes, schaarste, nationale veiligheid, infrastructuur, watermanagement, etcetera. Er liggen kansen om de regio te ontwikkelen tot de ideale proeftuinlocatie voor nieuwe producten en concepten. Een goede internationale verankering is hierbij van belang, alsmede ruime beschikking over innovatieve financieringsvormen zoals publiek-private afspraken, de inbreng van private equity en crowd funding. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

80 Gap huidige - toekomstige business model Het waarborgen van een innovatieve en ondernemende cultuur is De huidige kennisinfrastructuur innovatieve cultuur is eveneens een no regret optie. De nog onvoldoende om de transitie naar een regio is meer dan ooit afhankelijk van voortdurende innovatie en de toekomstgericht business model te maken. creativiteit, het vernieuwtalent en aanpassingsvermogen van individuen. Ondernemerschap dient gestimuleerd te worden door belemmeringen te elimineren, fiscale stimuleringsmaatregelen te treffen en zorg te dragen voor voldoende toegang tot risicokapitaal. Concrete interventies kunnen liggen in het bevoordelen van kleine ondernemingen in openbare aanbestedingen, het beperken van de aansprakelijkheid van ondernemingen bij faillissement en het vereenvoudigen van regelgeving voor startende ondernemers. Naast deze zaken is het belangrijk dat de regio zelf ook grote innovatieve bedrijven weet te acquireren. 7.5 Randvoorwaarden Nu duidelijk is waar het verbeterpotentieel in de waardepropositie van de MRA zich bevindt, kan ook worden nagedacht over (beleids)opties binnen randvoorwaardelijke domeinen. In het toekomstgerichte business model worden met name de randvoorwaarden onderwijs & onderzoek, infrastructuur, leefbaarheid en arbeidsmarkt als meest belangrijke onderwerpen genoemd. Onderwijs & Onderzoek Huisvesting Leefbaarheid Governance Ondernemingsruimte Kapitaal Arbeidsmarkt Infrastructuur Voorzieningen Vestigingsklimaat Belang in toekomstige business model Figuur 14: Belang en 'gap' randvoorwaarden Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. illustreert dat de kwaliteit van onderwijs en onderzoek in de regio e meeste prioriteit moet krijgen. Het is veruit de belangrijkste randvoorwaarde voor succes en bovendien moet er een groot gat worden overbrugt om het geambieerde niveau te behalen. De grote noodzaak tot ontwikkeling is niet zonder reden. Veel landen die voorheen nauwelijks deelnamen aan kennisproductie ontwikkelen zich in razendsnel tempo tot volwaardige kennissamenlevingen. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

81 Voorbeelden zijn China, India, Korea maar ook de Latijns-Amerikaanse landen. Er is een verdergaande internationalisering van wetenschappelijke informatie en kennis, met wereldwijde bijna onmiddellijke toegankelijkheid van grote hoeveelheden open kennis en informatie, waardoor wereldwijd nieuwe producten en diensten sneller op de markt komen. Om op mondiaal niveau mee te kunnen komen zijn investeringen in onderwijs & onderzoek zodoende cruciaal. De scenario s illustreren dat er legio kansen liggen voor innovatie, variërend van nieuwe concepten voor de zorg, tot nieuwe productiemethoden, nieuwe vormen van energie en nieuwe vormen van digitale interactie. Met name béta-kennis is in toenemende mate van belang. De MRA kan op deze gebieden een sterke mondiale positie innemen, maar hiervoor zijn investeringen nodig in zowel onderwijs als onderzoek die veel verder gaan dan het huidige beleid voorstaat. Samenwerking met andere Nederlandse regio s is bijvoorbeeld noodzakelijk om de doorstroom van fundamenteel onderzoek naar innovatie en vermarkting te verbeteren. Vooral op het gebied van fundamenteel onderzoek en vermarkting van innovaties kan de regio een belangrijke bijdrage leveren. Tenslotte zou, gezien de grote nadruk op menselijk kapitaal in de economie van de MRA, onderwijs tot een hoofdonderwerp verklaard moeten worden. Het onderwijssysteem van Finland kan hierbij als voorbeeld dienen: meer investeren in docenten en breed en creatief leren, personalisering, professionele verantwoordelijkheid, onderwijskundig leiderschap en samenwerking en vertrouwen. Op het gebied van infrastructuur is de gap kleiner, maar het belang erg hoog. De MRA zal zich moeten blijven inzetten voor de fysieke en digitale bereikbaarheid van de regio, aangezien dit een belangrijke basis biedt voor de ontwikkeling van haar belangrijkste sectoren. Investeringen in leefbaarheid zijn eveneens van groot belang en hier is de gap tussen de huidige situatie en de geambieerde situatie aanzienlijk. Om als regio aantrekkelijk te zijn voor inwoners en talent is het van groot belang zorg te dragen voor een aantrekkelijke en leefbare stad. Dit punt is eveneens van belang het realiseren van een kwalitatief hoogwaardige arbeidsmarkt. Voor de MRA is een kwalitatief hoogwaardige arbeidsmarkt van groot belang, daarom kan er naast het verbeteren van de kwaliteit en het aanbod van educatie, verder worden ingezet op het verder terugdringen van schooluitval, het verkleinen van de afstand tot de arbeidsmarkt voor arbeidspotentieel, betere aansluiting tussen vraag vanuit het bedrijfsleven en aanbod van kennisinstellingen, het aantrekken van kennismigranten, en het verder flexibiliseren van de arbeidsmarkt. Tenslotte, dient de Board aandacht te houden voor het verbeteren van de beschikbaarheid van kapitaal om kennis, innovatie en ondernemerschap te kunnen stimuleren. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

82 8 Roadmap en besturing In het vorige hoofdstuk is op basis van de vier scenario s voor de metropoolregio Amsterdam een toekomstgericht business model opgesteld. Er is in dit hoofdstuk eveneens ingegaan op de onderdelen van het business model waar het meeste verbeterpotentieel ligt voor de MRA. In 2013 zal de Board een traject inzetten, waarin een lange termijn strategie wordt ontworpen die de zwakheden in het huidige business model zal adresseren en zal voortbouwen op de onderdelen waarin de MRA excellente kansen heeft. In dit hoofdstuk wordt in hoofdlijnen de road map voor 2013 gepresenteerd. Eveneens wordt ingegaan op de wijze waarop de Board in de toekomst sturing wil geven aan haar activiteiten, onder meer door de inzet van de in dit discussiedocument gepresenteerde denkmodellen. 8.1 Road map Het onderhavige discussiedocument heeft ten doel een strategische conversatie te stimuleren tussen de Board en haar stakeholders over de lange termijn strategie van de MRA. De gepresenteerde scenario s zijn een belangrijk hulpmiddel om externe onzekerheid en toekomstoriëntatie centraal te stellen in een dialoog tussen stakeholders. Ze kunnen dienen als decor bij het voeren van een gesprek over toekomststrategie. De visualisatie van het toekomstig business model dat op basis van de scenario s tot stand is gekomen, heeft ten doel een indicatie te geven over de belangrijkste focusgebieden voor een lange termijn strategie van de MRA. Figuur 15 geeft een indicatie van het traject dat de Board voorstaat om in 2013 samen met de belangrijkste stakeholders in de metropoolregio te komen tot een brede en gewogen lange termijn strategie. Prioritering Focusgebieden Consultatie Clusters Domeinen Gemeenten Lange termijn strategie Toetsing Confirmatie Effectuering Presentatie MRA-congres Overige events Scenarioboek Figuur 15: Road map 2013 AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

83 De eerste stap in bestaat uit het presenteren van het onderliggende materiaal dat de discussie over strategiebepaling dient te voeden. De Board zal de eerste maanden van 2013 gebruiken om met behulp van verschillende media en tijdens verschillende bijeenkomsten een toelichting te geven op de scenarioset en de contouren van een geambieerd toekomstgericht business model. In dit kader zal een website worden ingericht, een pakkend boekje met de scenario s worden opgesteld en een toelichting gegeven tijdens verschillende bijeenkomsten, waaronder het MRA-congres. Na de presentatie van en eerste dialoog over de scenario s en het geambieerde business model, zal de Board de kaders scheppen voor een strategische conversatie met betrokkenen. De Board zal op basis van de gedane analyse een uitspraak doen over de belangrijkste thema s en sectoren, die in de lange termijn strategie dienen te worden geadresseerd. Hiermee creëert de Board als het ware zoekvelden, waarbinnen betrokken bedrijven, kennisinstellingen en overheden kunnen nadenken over toekomstgerichte interventies. Nadat de Board de kaders van de strategische opdracht heeft geformuleerd, wordt aangevangen met een uitgebreide stakeholder consultatie. Leden van de Board gaan graag het gesprek aan met representanten van de economische clusters, de belangrijkste domeinen en de verschillende gemeenten binnen de MRA. In deze gesprekken kan worden nagedacht over concrete strategische mogelijkheden om de ambities in te vullen, te verfijnen en te concretiseren. Er wordt met andere woorden nagedacht over hoe en door wie interventies moeten worden gepleegd om het geambieerde toekomstige business model te kunnen verwezenlijken. Op basis van de uitkomsten van de consultatieronde zal in het najaar 2013 een voorstel worden gedaan voor de lange termijn economische strategie van de MRA. De verschillende strategische opties zullen in het licht van het business model en de scenario s worden getoetst op relevantie en bovendien worden beoordeeld op uitvoerbaarheid en samenhang met bestaande meerjarenstrategieën. De lange termijn strategie die zich in deze fase uitkristalliseert zal voorts door de Board worden geratificeerd, waarna de implementatie en monitoring zal starten. 8.2 Sturingsbenadering Het scenarioplanning en strategietraject dat de board verricht is geen stand alone activiteit, maar is een integraal onderdeel van de sturingsfilosofie van de Board. De Board acht het haar belangrijkste taak om het business model van de MRA te blijven verbeteren en beschermen en hiermee de waarde die wordt gecreëerd in de regio te vergroten. In haar sturingsbenadering focust de Board zowel op de creatie en validatie van een toekomstvaste strategie als op een effectieve uitvoering hiervan. Hiertoe maakt het gebruik van een tweetal sturingslussen (zie figuur 16). De externe lus (linkerzijde) illustreert de stappen die Board met regelmaat zal zetten om de validiteit van haar strategie te bewaken. Het met regelmaat scannen van de externe omgeving en het updaten van de scenario s heeft ten doel te garanderen dat er een helder beeld blijft bestaan bij de gewenste eigenschappen van het business model van de stad en de geëigende strategie om dit business model te verwezenlijken. Met behulp van een early warning systeem kunnen veranderingen in de waarschijnlijkheid van scenario s worden gemonitord en de implicaties op het business model en strategie worden geduid. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

84 Figuur 16: Sturingsbenadering Board De tweede lus de interne lus- is even belangrijk en heeft ten doel het gewenste business model daadwerkelijk te realiseren. Op basis van de karakteristieken van het optimale business model wordt in deze lus een concrete strategie geformuleerd en voorzien van heldere en meetbare prestatie-indicatoren (KPI s). Op basis van deze indicatoren, heldere streefwaarden voor de komende jaren en duidelijk benoemde eigenaren worden middelen gealloceerd en de strategie daadwerkelijk uitgevoerd. De Board acht zich hierbij verantwoordelijk om jaarlijks te monitoren hoe de realisatie van de strategie zich verhoudt tot doelstellingen en streefwaarden. De leereffecten die ontstaan door de jaarlijkse evaluatie van uitvoeringsdoelen vormen op hun beurt input voor een eventuele bijstelling van het geambieerde business model. AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

85 8.3 Dashboard De Board zal het komende jaar een integraal dashboard ontwikkelen, om op vier niveaus de voortgang en geboekte resultaten op een transparante wijze inzichtelijk te maken voor alle stakeholders. Kern van het dashboard wordt een kwantitatieve monitor met economische data voor de MRA en de clusters. in onderstaande figuur is dit schematisch weergegeven. Figuur 17: Opzet dashboard AMSTERDAM ECONOMIC BOARD FEBRUARI

Economische scenario s West-Friesland

Economische scenario s West-Friesland Economische scenario s West-Friesland 24 april 2014 Opzet presentatie 1. Economische ontwikkeling West-Friesland 2. SWOT economie 3. Trends en ontwikkelingen 4. Prognose economische ontwikkeling 5. Scenario

Nadere informatie

The Netherlands of 2040. www.nl2040.nl

The Netherlands of 2040. www.nl2040.nl The Netherlands of 2040 www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Tijden veranderen 3 Nieuwe CPB scenario studie Vraag Waarmee verdienen we ons brood in 2040? Aanpak Scenario s, geven inzicht in onzekerheid

Nadere informatie

The Netherlands of

The Netherlands of The Netherlands of 2040 www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Tijden veranderen 3 Nieuwe CPB scenario studie Vraag Waarmee verdienen we ons brood in 2040? Aanpak Scenario s, geven inzicht in onzekerheid

Nadere informatie

Huidig economisch klimaat

Huidig economisch klimaat Huidig economisch klimaat 1.1 Beschrijving respondenten Er hebben 956 ondernemers meegedaan aan het onderzoek, een respons van 38. De helft van de respondenten is zzp er (465 ondernemers, 49). Het aandeel

Nadere informatie

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s In een globaliserende economie moeten regio s en ondernemingen internationaal concurreren. Internationalisatie draagt bij tot de economische

Nadere informatie

Beleidscommissie Strategische raadsagenda. Visie op positionering Harderwijk 9 februari 2017

Beleidscommissie Strategische raadsagenda. Visie op positionering Harderwijk 9 februari 2017 Beleidscommissie Strategische raadsagenda Visie op positionering Harderwijk 9 februari 2017 Opdracht strategische raadsagenda Wat willen we bereiken: Visie op de positionering van Harderwijk in de context

Nadere informatie

Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West

Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West Station Nieuwe Meer Het internationale & inclusieve woon- en werkgebied van Nieuw West 2030 Station Nieuwe Meer is niet alleen een nieuwe metrostation verbonden met Schiphol, Hoofddorp, Zuidas en de Amsterdamse

Nadere informatie

Meting economisch klimaat, november 2013

Meting economisch klimaat, november 2013 Meting economisch klimaat, november 2013 1.1 Beschrijving respondenten Er hebben 956 ondernemers meegedaan aan het onderzoek, een respons van 38. De helft van de respondenten is zzp er (465 ondernemers,

Nadere informatie

The Netherlands of 2040 en de Olympische Spelen George Gelauff Hogeschool Amsterdam 1 februari 2012

The Netherlands of 2040 en de Olympische Spelen George Gelauff Hogeschool Amsterdam 1 februari 2012 The Netherlands of 2040 en de Olympische Spelen George Gelauff Hogeschool Amsterdam 1 februari 2012 www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Tijden veranderen 3 Scenariostudies Lange termijn vraagstukken Grote

Nadere informatie

WAAROM IS FRANKRIJK AANTREKKELIJK VOOR NEDERLANDSE INVESTEERDERS?

WAAROM IS FRANKRIJK AANTREKKELIJK VOOR NEDERLANDSE INVESTEERDERS? WAAROM IS FRANKRIJK AANTREKKELIJK VOOR NEDERLANDSE INVESTEERDERS? Driekwart van de buitenlandse besluitvormers vindt dat Frankrijk een aantrekkelijke bestemming is voor investeringen (74%, toename van

Nadere informatie

Topsectoren. Hoe & Waarom

Topsectoren. Hoe & Waarom Topsectoren Hoe & Waarom 1 Index Waarom de topsectorenaanpak? 3 Wat is het internationale belang? 4 Hoe werken de topsectoren samen? 5 Wat is de rol voor het MKB in de topsectoren? 6 Wat is de rol van

Nadere informatie

Welvarend Westfriesland

Welvarend Westfriesland Welvarend Westfriesland De visie van het bedrijfsleven op de regio. Ter inspiratie voor uw beleid in 2018 Welvarende Regio Onze regio kent een rijke geschiedenis van welvaart met ondernemende Westfriezen

Nadere informatie

Internet of Everything (IoE) Top 10 inzichten uit de Cisco-enquête IoE Value Index (Index voor IoE-waarde) onder besluitvormers uit 12 landen

Internet of Everything (IoE) Top 10 inzichten uit de Cisco-enquête IoE Value Index (Index voor IoE-waarde) onder besluitvormers uit 12 landen Internet of Everything (IoE) Top 10 inzichten uit de Cisco-enquête IoE Value Index (Index voor IoE-waarde) onder 7.500 besluitvormers uit 12 landen Joseph Bradley Jeff Loucks Andy Noronha James Macaulay

Nadere informatie

ZELFVOORZIENEND: TRENDS, MOGELIJKHEDEN EN GRENZEN

ZELFVOORZIENEND: TRENDS, MOGELIJKHEDEN EN GRENZEN ZELFVOORZIENEND: TRENDS, MOGELIJKHEDEN EN GRENZEN Lezing ter gelegenheid van het GEO Promotion Congres van eigen bodem 10 maart 2017 Groningen. door prof. em. Pier Vellinga Waddenacademie Colin OPBOUW

Nadere informatie

Samenwerking. Innovatie. Groei. Bedrijven, kennisinstellingen en overheden voor een krachtige metropoolregio Amsterdam

Samenwerking. Innovatie. Groei. Bedrijven, kennisinstellingen en overheden voor een krachtige metropoolregio Amsterdam Samenwerking. Innovatie. Groei. Bedrijven, kennisinstellingen en overheden voor een krachtige metropoolregio Amsterdam De metropoolregio Amsterdam heeft alles in huis Een krachtige economische regio. Daarvoor

Nadere informatie

AgriFood Capital Monitor Belangrijkste feiten en cijfers

AgriFood Capital Monitor Belangrijkste feiten en cijfers AgriFood Capital Monitor 2018 Belangrijkste feiten en cijfers Inleiding AgriFood Capital Monitor In dit boekje presenteren wij de feiten en cijfers van de AgriFood Capital Monitor 2018*. De Monitor geeft

Nadere informatie

The Netherlands of

The Netherlands of The Netherlands of 2040 www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Tijden veranderen 3 Nieuwe CPB scenario studie Vraag Waarmee verdienen we ons brood in 2040? Aanpak Scenario s, geven inzicht in onzekerheid

Nadere informatie

3.2 De omvang van de werkgelegenheid

3.2 De omvang van de werkgelegenheid 3.2 De omvang van de werkgelegenheid Particuliere bedrijven en overheidsbedrijven nemen mensen in dienst. Collectieve sector = Semicollectieve sector = De overheden op landelijk, provinciaal en lokaal

Nadere informatie

Vier Trends rond Regio Zwolle. Hans Peter Benschop Trendbureau Overijssel Zwolle, 31 oktober 2014

Vier Trends rond Regio Zwolle. Hans Peter Benschop Trendbureau Overijssel Zwolle, 31 oktober 2014 Vier Trends rond Regio Zwolle Hans Peter Benschop Trendbureau Overijssel Zwolle, 31 oktober 2014 1. Waar verdienen we ons geld? In de Stad (maar ga niet te makkelijk uit van trends) Aan de ene kant Dynamiek

Nadere informatie

DE INDUSTRIE: MOTOR VAN VERNIEUWING. Drie acties voor een nieuw Kabinet. Manifest 2017

DE INDUSTRIE: MOTOR VAN VERNIEUWING. Drie acties voor een nieuw Kabinet. Manifest 2017 DE INDUSTRIE: Drie acties voor een nieuw Kabinet MOTOR VAN Manifest 2017 VERNIEUWING Nederlandse industriële bedrijven behoren tot de top van de wereld. We zijn wereldmarktleider in chipmachines en medische

Nadere informatie

Convenant Metropoolregio Amsterdam, FNV Finance, kennisinstellingen en cluster Financiële en Zakelijke Dienstverlening

Convenant Metropoolregio Amsterdam, FNV Finance, kennisinstellingen en cluster Financiële en Zakelijke Dienstverlening Convenant Metropoolregio Amsterdam, FNV Finance, kennisinstellingen en cluster Financiële en Zakelijke Dienstverlening Aanleiding Op 10 februari 2014 heeft, onder leiding van burgemeester Van der Laan,

Nadere informatie

Financieel Forum West-Vlaanderen Kortrijk 4 mei Herman Daems

Financieel Forum West-Vlaanderen Kortrijk 4 mei Herman Daems Financieel Forum West-Vlaanderen Kortrijk 4 mei 2010 Na de financiële storm Hoe gaan we verder? Herman Daems Deze presentatie is onvolledig zonder de mondelinge toelichting. Gelieve niet te citeren zonder

Nadere informatie

PROEFTUIN VOOR HET EUROPESE ENERGIESYSTEEM VAN DE TOEKOMST

PROEFTUIN VOOR HET EUROPESE ENERGIESYSTEEM VAN DE TOEKOMST NOORD-NEDERLAND: PROEFTUIN VOOR HET EUROPESE ENERGIESYSTEEM VAN DE TOEKOMST PROEFTUIN ENERGIE- TRANSITIE REGIONALE PARTNER IN DE EUROPESE ENERGIE UNIE Noord-Nederland is een grensoverschrijdende proeftuin

Nadere informatie

'Maak werk van Vrije tijd in Brabant'

'Maak werk van Vrije tijd in Brabant' 'Maak werk van Vrije tijd in Brabant' OPROEP VANUIT DE VRIJETIJDSSECTOR Opgesteld door: Vrijetijdshuis Brabant, TOP Brabant, Erfgoed Brabant, Leisure Boulevard, NHTV, MKB, BKKC, Stichting Samenwerkende

Nadere informatie

The digital transformation executive study

The digital transformation executive study The digital transformation executive study De noodzaak van transformatie voor kleine en middelgrote producerende bedrijven Technologie verandert de manier waarop kleine en middelgrote bedrijven zakendoen.

Nadere informatie

Toekomstscenario s en het Sociale Domein Donderdag 24 mei 2018

Toekomstscenario s en het Sociale Domein Donderdag 24 mei 2018 PowerPoint presentatie Workshop Lelystad oekomstscenario s en het Sociale Domein Donderdag 24 mei 2018 Programma Welkom en korte toelichting op het programma door Gerry Asselman (projectleider Scenarioplanning)

Nadere informatie

Duurzaamheidsfabriek: nut en noodzaak vanuit sociaaleconomisch perspectief. Ton van der Wijst, 1 mei 2015

Duurzaamheidsfabriek: nut en noodzaak vanuit sociaaleconomisch perspectief. Ton van der Wijst, 1 mei 2015 Duurzaamheidsfabriek: nut en noodzaak vanuit sociaaleconomisch perspectief Ton van der Wijst, 1 mei 2015 Invalshoeken Globalisering Technologische ontwikkelingen Demografische ontwikkelingen Rol van steden

Nadere informatie

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's IP/11/565 Brussel, 13 mei 2011 Voorjaarsprognoses 2011-2012: Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's Het geleidelijke herstel van de EU-economie zet door, zo blijkt uit de vooruitzichten voor

Nadere informatie

The Netherlands of

The Netherlands of The Netherlands of 2040 www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Tijden veranderen 3 De nieuwe CPB Scenario Studie Vraag Waarmee verdienen we ons brood in 2040? Aanpak Scenario s, geven inzicht in onzekerheid

Nadere informatie

Ondernemen in crisistijd. Eddy Drent International Finance Manager

Ondernemen in crisistijd. Eddy Drent International Finance Manager Ondernemen in crisistijd Eddy Drent International Finance Manager 13 september 2012 Rabobank Groep wereldwijd 1.650 kantoren in 48 landen, 19 International Desks om NL klanten te bedienen in 23 landen

Nadere informatie

Amsterdamse haven en innovatie

Amsterdamse haven en innovatie Amsterdamse haven en innovatie 26 september 2011, Hoge School van Amsterdam Haven Amsterdam is een bedrijf van de gemeente Amsterdam Oostelijke handelskade (huidige situatie) Oostelijke handelskade (oude

Nadere informatie

Toespraak van commissaris van de koningin en SNNvoorzitter Max van den Berg, feestelijke start CCC2- programma, Groningen, 25 maart 2011

Toespraak van commissaris van de koningin en SNNvoorzitter Max van den Berg, feestelijke start CCC2- programma, Groningen, 25 maart 2011 Toespraak van commissaris van de koningin en SNNvoorzitter Max van den Berg, feestelijke start CCC2- programma, Groningen, 25 maart 2011 Dames en heren, Degenen, die hier te lande na 1820 verbetering van

Nadere informatie

www.nl2040.nl Taak en plaats in 2040 26-9-2011 George Gelauff NOBCO conferentie 2011 Tijden veranderen Tijden veranderen Scenariostudies

www.nl2040.nl Taak en plaats in 2040 26-9-2011 George Gelauff NOBCO conferentie 2011 Tijden veranderen Tijden veranderen Scenariostudies 26-9-2011 Tijden veranderen Taak en plaats in 2040 George Gelauff NOBCO conferentie 2011 www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Scenariostudies Lange termijn vraagstukken Grote investeringen: bv wegen, dijken

Nadere informatie

onderzoek in transitie?

onderzoek in transitie? Transitieonderzoek: onderzoek in transitie? Erik Paredis (UGent) Yves De Weerdt (VITO) Frank Nevens (VITO) Opstartworkshop INTRAP 31 mei 2012, Leuven www.steunpunttrado.be Opbouw 1. De uitdagingen waarvoor

Nadere informatie

Tussenstand OP EFRO Noord-Nederland 2014 2020. SNN PS bijeenkomst 25 juni Yvonne van Mastrigt

Tussenstand OP EFRO Noord-Nederland 2014 2020. SNN PS bijeenkomst 25 juni Yvonne van Mastrigt Tussenstand OP EFRO Noord-Nederland 2014 2020 SNN PS bijeenkomst 25 juni Yvonne van Mastrigt Noordelijke specialisatie in beeld Samengestelde behoeften Samengestelde oplossingen Achtertuin als proeftuin/

Nadere informatie

ARBEIDSMARKT. in de Vlaams-Nederlandse Delta 2015-2040. Van knelpunt naar slimme kracht. Dick van der Wouw Joris Meijaard

ARBEIDSMARKT. in de Vlaams-Nederlandse Delta 2015-2040. Van knelpunt naar slimme kracht. Dick van der Wouw Joris Meijaard ARBEIDSMARKT in de Vlaams-Nederlandse Delta 2015-2040 Van knelpunt naar slimme kracht Dick van der Wouw Joris Meijaard Typisch VN Delta Doorvoerhavens en (petro)chemische industrie Goede universiteiten

Nadere informatie

Samenstelling bestuur

Samenstelling bestuur Presentatie KvO 2.0 Samenstelling bestuur Krachtteam Peter Beckers : voorzitter Jan van Loon : initiatiefnemer Theo Vinken : initiatiefnemer Paul Jansen : aanvoerder werkorganisatie 2a Karel Jan van Kesteren

Nadere informatie

Inhoud presentatie Cohesiebeleid 2014-2020 Situatie 2007-2013 Uitdaging 2014-2020 EU2020

Inhoud presentatie Cohesiebeleid 2014-2020 Situatie 2007-2013 Uitdaging 2014-2020 EU2020 OP EFRO OOST-NEDERLAND 2014-2020PRESENTATIE KENNISPARK, 23 APRIL 2014 JOLANDA VROLIJK, PROGRAMMAMANAGER EFRO OP EFRO Oost-Nederland 2014-2020 Inhoud presentatie 1. Inleiding Europese Fondsen: cohesie beleid

Nadere informatie

KRUISBESTUIVINGEN TUSSEN LUCHT EN ZEEHAVEN

KRUISBESTUIVINGEN TUSSEN LUCHT EN ZEEHAVEN KRUISBESTUIVINGEN TUSSEN LUCHT EN ZEEHAVEN Dick van Damme Lector Logistiek Hogeschool van Amsterdam Terneuzen 3 september 2015 AGENDA 1. Ontwikkelingen lucht- en zeehaven 2. Uitdagingen en strategierichtingen

Nadere informatie

de wereld van werk trends en ontwikkelingen Ton Hopmans Managing Director Yacht

de wereld van werk trends en ontwikkelingen Ton Hopmans Managing Director Yacht de wereld van werk trends en ontwikkelingen Ton Hopmans Managing Director Yacht vier grote thema s technologie demografie globalisering duurzaamheid Randstad 2 technologie robotisering zorgt voor hogere

Nadere informatie

Volatiele markt: relatief korte investeringstermijnen en veel verschillende domeinen die impact hebben op de sector: politiek, economie, techniek,.

Volatiele markt: relatief korte investeringstermijnen en veel verschillende domeinen die impact hebben op de sector: politiek, economie, techniek,. VTE Overijssel Toerisme en recreatie jonge en groeiende sector Snelle veranderingen - De opkomst van het begrip overtoerisme - De macht van internetplatforms en de reacties daarop - Politieke spanningen

Nadere informatie

Visiedocument Neutralis. Visiedocument Neutralis 2013-06- 07

Visiedocument Neutralis. Visiedocument Neutralis 2013-06- 07 Visiedocument Neutralis 1 Inhoudsopgave: 1. Doel Visiedocument.... 3 2. Ontwikkelingen in de wereldeconomie... 4 3. Ontwikkelingen in de Nederlandse economie. 6 4. Ontwikkelingen binnen de financiële branche

Nadere informatie

Het Energiebeleid van komende jaren. dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten

Het Energiebeleid van komende jaren. dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten Het Energiebeleid van komende jaren dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten Opbouw Ambities en hoofdlijnen Ontwikkelingen in het energieveld Keuzes van het kabinet Ambitie Regeerakkoord: 1. Minder

Nadere informatie

1.4 Factoren die bepalend zijn voor reële convergentie

1.4 Factoren die bepalend zijn voor reële convergentie Productiviteit, concurrentiekracht en economische ontwikkeling Concurrentiekracht wordt vaak beschouwd als een indicatie voor succes of mislukking van economisch beleid. Letterlijk verwijst het begrip

Nadere informatie

Operationeel Programma EFRO Noord-Nederland

Operationeel Programma EFRO Noord-Nederland Samenvatting Operationeel Programma EFRO Noord-Nederland 2014-2020 Inzet op innovatie en een koolstofarme economie In het Europa van 2020 wil Noord-Nederland zich ontwikkelen en profileren als een regio

Nadere informatie

Aan de raad AGENDAPUNT 11. Doetinchem, 4 juli 2009. Economische visie en actieplan Dynamisch Duurzaam Doetinchem

Aan de raad AGENDAPUNT 11. Doetinchem, 4 juli 2009. Economische visie en actieplan Dynamisch Duurzaam Doetinchem Aan de raad AGENDAPUNT 11 Economische visie en actieplan Dynamisch Duurzaam Doetinchem Voorstel: 1. de foto van de sociaal-economische situatie in Doetinchem voor kennisgeving aannemen; 2. het beleidskader

Nadere informatie

De Eurobarometer van het Europees Parlement (EB/EP 79.5)

De Eurobarometer van het Europees Parlement (EB/EP 79.5) Directoraat-generaal Communicatie AFDELING ANALYSE VAN DE PUBLIEKE OPINIE De Eurobarometer van het Europees Parlement (EB/EP 79.5) SOCIAALDEMOGRAFISCHE FOCUS Deel economie en maatschappij Brussel, oktober

Nadere informatie

Suriname: een potentiële outsourcing

Suriname: een potentiële outsourcing Suriname: een potentiële outsourcing en offshoring bestemming Business process outsourcing in de financiële sector 27 October 2009, Banquet Hall Hotel Torarica Drs. J.D. Bousaid, CEO Hakrinbank N.V. Overzicht

Nadere informatie

Buitenlandse handel. Europese Schoolagenda De volgende pagina s zijn afkomstig uit de Europese Schoolagenda 2009/2010.

Buitenlandse handel. Europese Schoolagenda De volgende pagina s zijn afkomstig uit de Europese Schoolagenda 2009/2010. Buitenlandse handel Europese Schoolagenda De volgende pagina s zijn afkomstig uit de Europese Schoolagenda 2009/2010. Link naar editie 2008/2009 van de Europese Schoolagenda: www.ec.europa.eu/consumers/empowerment/cons_education_en.htm#diary

Nadere informatie

Gespreksvormen trendkaarten

Gespreksvormen trendkaarten RWS NEXT We leven in een snel veranderende wereld. Dit vraagt om veel flexibiliteit van organisaties. Een krachtige organisatie anticipeert voortdurend op ontwikkelingen in de omgeving en is daardoor goed

Nadere informatie

De economische omgeving. Een cruciaal jaar voor Nederland en Europa

De economische omgeving. Een cruciaal jaar voor Nederland en Europa De economische omgeving Een cruciaal jaar voor Nederland en Europa Inhoud Wereldeconomie Traag herstel Verengde Staten Europa Nederland Ook 2017 een conjunctureel goed jaar Ons land staat er heel goed

Nadere informatie

De arbeidsmarkt klimt uit het dal

De arbeidsmarkt klimt uit het dal Trends en ontwikkelingen arbeidsmarkt en onderwijs De arbeidsmarkt klimt uit het dal Het gaat weer beter met de arbeidsmarkt in, ofschoon de werkgelegenheid wederom flink daalde. De werkloosheid ligt nog

Nadere informatie

Aan de raad AGENDAPUNT 11. Doetinchem, 4 juli 2009 ALDUS BESLOTEN 9 JULI Economische visie en actieplan Dynamisch Duurzaam Doetinchem

Aan de raad AGENDAPUNT 11. Doetinchem, 4 juli 2009 ALDUS BESLOTEN 9 JULI Economische visie en actieplan Dynamisch Duurzaam Doetinchem Aan de raad AGENDAPUNT 11 ALDUS BESLOTEN 9 JULI 2009 Economische visie en actieplan Dynamisch Duurzaam Doetinchem Doetinchem, 4 juli 2009 Voorstel: 1. de foto van de sociaal-economische situatie in Doetinchem

Nadere informatie

Taak en plaats in 2040 George Gelauff NOBCO conferentie 2011

Taak en plaats in 2040 George Gelauff NOBCO conferentie 2011 Taak en plaats in 2040 George Gelauff NOBCO conferentie 2011 www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Tijden veranderen 3 Scenariostudies Lange termijn vraagstukken Grote investeringen: bv wegen, dijken Grote

Nadere informatie

Afsluiting TIM 2. Woord van welkom. Doel van de avond. Programma. Afsluiting. presenteren van klankborden over

Afsluiting TIM 2. Woord van welkom. Doel van de avond. Programma. Afsluiting. presenteren van klankborden over Afsluiting TIM 2 Woord van welkom Doel van de avond presenteren van klankborden over Programma Afsluiting TIM 2 Eindpresentatie Visie op de regio Eindhoven Programma Doelstelling van de eindpresentatie

Nadere informatie

Eindexamen aardrijkskunde havo 2003-I

Eindexamen aardrijkskunde havo 2003-I Politiek en ruimte Opgave 6 bron 9 In de periode 2000-2006 zal de Europese Unie financiële steun voor sociaal-economische ontwikkeling toekennen aan twee soorten regio s: de regio s met een ontwikkelingsachterstand

Nadere informatie

Tot slot. Aanbevelingen. Inleiding. Naar een lerende economie Investeren in het verdienvermogen van Nederland synopsis van WRR - rapport 90

Tot slot. Aanbevelingen. Inleiding. Naar een lerende economie Investeren in het verdienvermogen van Nederland synopsis van WRR - rapport 90 Hoe ziet dat er on de praktijk uit? (per sector / organisatie / afdeling / functie) Natuurlijke hulpbronnen en mensen zullen schaars zijn en de beschikbaarheid van kapitaal is niet te voorspellen. Met

Nadere informatie

Zzp ers in de provincie Utrecht 2013. Onderzoek naar een groeiende beroepsgroep

Zzp ers in de provincie Utrecht 2013. Onderzoek naar een groeiende beroepsgroep Zzp ers in de provincie Utrecht 2013 Onderzoek naar een groeiende beroepsgroep Ester Hilhorst Economic Board Utrecht Februari 2014 Inhoud Samenvatting Samenvatting Crisis kost meer banen in 2013 Banenverlies

Nadere informatie

Globalisering, technologische verandering en de polarisatie van de arbeidsmarkt

Globalisering, technologische verandering en de polarisatie van de arbeidsmarkt VIVES BRIEFING 207/04 Globalisering, technologische verandering en de polarisatie van de arbeidsmarkt Koen Breemersch KU Leuven, Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen, VIVES Met dank aan Cathy Lecocq

Nadere informatie

Samenvatting project Blueprint - Toekomstbestendige vaardigheden voor de maritieme transportsector (Sector Skills Alliances for implementing a new

Samenvatting project Blueprint - Toekomstbestendige vaardigheden voor de maritieme transportsector (Sector Skills Alliances for implementing a new Samenvatting project Blueprint - Toekomstbestendige vaardigheden voor de maritieme transportsector (Sector Skills Alliances for implementing a new strategic approach ( Blueprint ) to sectoral cooperation

Nadere informatie

Arbeidsmarkt 2.0 Woensdag 14 december 2016 Regionaal Platform Jos van Bree/ Paul van Leeuwen

Arbeidsmarkt 2.0 Woensdag 14 december 2016 Regionaal Platform Jos van Bree/ Paul van Leeuwen Arbeidsmarkt 2.0 Woensdag 14 december 2016 Regionaal Platform Jos van Bree/ Paul van Leeuwen Werkplaats arbeidsmarkt 2016-2017 Iedereen arbeidsfit op de arbeidsmarkt Harder nodig dan ooit met wind in de

Nadere informatie

Noord-Nederland en OP EFRO

Noord-Nederland en OP EFRO N o o r d - N e d e r l a n d Noord-Nederland en OP EFRO versterking van de noordelijke economie O P E F R O De afgelopen jaren heeft Noord-Nederland hard gewerkt aan de versterking van haar sociaal economische

Nadere informatie

Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU?

Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU? Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU? Als gevolg van de wereldwijde economische en financiële crisis heeft de EU met een laag investeringsniveau te kampen. Alleen met gezamenlijke gecoördineerde

Nadere informatie

KRACHTEN BUNDELING SMART MOBILITY O K TO B E R

KRACHTEN BUNDELING SMART MOBILITY O K TO B E R KRACHTEN BUNDELING SMART MOBILITY O K TO B E R 2 0 1 8 Wij Rijk, provincies, G5, metropoolen vervoerregio s kiezen ervoor om onze krachten te bundelen om met Smart Mobility maximale impact te hebben. Om

Nadere informatie

Profit. Europa is een van s werelds meest welvarende regio s. en heeft een van de grootste interne markten. Deze

Profit. Europa is een van s werelds meest welvarende regio s. en heeft een van de grootste interne markten. Deze Profit Europa is een van s werelds meest welvarende regio s en heeft een van de grootste interne markten. Deze positie wordt echter bedreigd door de snelle opkomst van Azië, maar ook door het steeds groter

Nadere informatie

Kenmerkend voor ruimtevaart is de succesvolle samenwerking van bedrijfsleven, universiteiten & kennisinstituten en overheid: de gouden driehoek.

Kenmerkend voor ruimtevaart is de succesvolle samenwerking van bedrijfsleven, universiteiten & kennisinstituten en overheid: de gouden driehoek. 00 Ruimtevaart in Nederland en in Europa - Kort resume van de Nederlandse positie. Aandacht voor de komende Ministersconferentie van de European Space Agency (ESA) In december 2014 vindt de ESA Ministersconferentie

Nadere informatie

Wie zijn wij? Waar staan wij voor? Onze mensen

Wie zijn wij? Waar staan wij voor? Onze mensen Prioriteiten 2014-2019 Wie zijn wij? Wij zijn de grootste politieke familie in Europa, gedreven door een centrumrechtse politieke visie. Wij vormen de Fractie van de Europese Volkspartij (christendemocraten)

Nadere informatie

Snapshots van de regionale economie

Snapshots van de regionale economie Snapshots van de regionale economie Een Groene, Gezonde en Slimme Regio Provincie Utrecht Economische groei (%) bbp/brp, Provincie Utrecht en, 1996- Beroepsniveau banen (%), Provincie Utrecht en, 4 4 7%

Nadere informatie

Kader Stedelijke Ontwikkeling

Kader Stedelijke Ontwikkeling Presentatie Hans Beekman MCD Open College Gemeenten Kader Stedelijke Ontwikkeling De prospectus van de stad 11 juni 2013 Aanleiding Eerdere opdracht nieuwe nota Grondbeleid (rekenkamerrapport Grond voor

Nadere informatie

Visie op Wankel perspectief

Visie op Wankel perspectief Visie op 2014 Wankel perspectief Hans Stegeman, 28 januari 2014 Agenda Nederlandse economie Stabiele stagnatie En elders? Wankel perspectief En waarom anders? Risico s voor de raming En later? Na de zeven

Nadere informatie

Over de. Bernard van Leer Foundation

Over de. Bernard van Leer Foundation Over de Bernard van Leer Foundation Wie wij zijn De Bernard van Leer Foundation gelooft dat het realiseren van een sterke start voor alle jonge kinderen niet alleen goed is om te doen vanuit moreel perspectief,

Nadere informatie

Werklocaties. Nota Kantoren Rotterdam samengevat. 19 juni 2019

Werklocaties. Nota Kantoren Rotterdam samengevat. 19 juni 2019 Werklocaties Nota Kantoren Rotterdam samengevat 19 juni 2019 2 Ruimtelijkeconomisch beleid voor kantoren in Rotterdam Voor een aantrekkelijke, economisch sterke stad is er evenwicht nodig tussen zowel

Nadere informatie

Highlights uit de monitor Economische Verkenningen 2015. Een Groene, Gezonde en Slimme Regio

Highlights uit de monitor Economische Verkenningen 2015. Een Groene, Gezonde en Slimme Regio Highlights uit de monitor Economische Verkenningen 215. Een Groene, Gezonde en Slimme Regio 1 Economische ontwikkeling PAGINA 4 In dit overzicht vindt u de highlights uit de monitor Economische Verkenningen

Nadere informatie

Het creëren van een innovatieklimaat

Het creëren van een innovatieklimaat Het creëren van een innovatieklimaat Bertholt Leeftink Directeur- Generaal Bedrijfsleven & Innovatie Inhoud 1. Waarom bedrijven- en topsectorenbeleid? 2. Verdienvermogen en oplossingen voor maatschappelijke

Nadere informatie

Manifest Circulair Onderwijs

Manifest Circulair Onderwijs Manifest Circulair Onderwijs de rol van onderwijs in verantwoord innoveren 2 Waarom urgentie De jeugd heeft de toekomst. Wij maken de toekomst. Wij brengen kinderen en jong volwassenen het gedachtengoed

Nadere informatie

Eindexamen vwo maatschappijwetenschappen 2013-I

Eindexamen vwo maatschappijwetenschappen 2013-I Opgave De eurocrisis Bij deze opgave horen de teksten 9 en. Inleiding De situatie rond de gemeenschappelijke munt, de euro, is tien jaar na de introductie verre van stabiel (mei 2012). In tekst 9 beschrijft

Nadere informatie

Ruimte voor de Economie van morgen

Ruimte voor de Economie van morgen Algemeen Ruimte voor de Economie van morgen Reactie van het Amsterdamse bedrijfsleven Juli 2017 Het is verheugend dat de gemeente een visie heeft ontwikkeld op de ruimtelijk economische toekomst van stad

Nadere informatie

Cleantech Markt Nederland 2008

Cleantech Markt Nederland 2008 Cleantech Markt Nederland 2008 Baken Adviesgroep November 2008 Laurens van Graafeiland 06 285 65 175 1 Definitie en drivers van cleantech 1.1. Inleiding Cleantech is een nieuwe markt. Sinds 2000 heeft

Nadere informatie

Werkgelegenheidscijfers gemeente Geldermalsen

Werkgelegenheidscijfers gemeente Geldermalsen Werkgelegenheidscijfers gemeente Geldermalsen In de commissievergadering Bestuur en Middelen op 9 februari 2016 is aangegeven dat er behoefte is aan meer inzicht in de werkgelegenheidscijfers in de gemeente

Nadere informatie

Exportmonitor 2011. Het noordelijke bedrijfsleven wordt steeds internationaler

Exportmonitor 2011. Het noordelijke bedrijfsleven wordt steeds internationaler Exportmonitor 2011 Het noordelijke bedrijfsleven wordt steeds internationaler Uit de Exportmonitor 2011 blijkt dat het noordelijk bedrijfsleven steeds meer aansluiting vindt bij de wereldeconomie. De Exportmonitor

Nadere informatie

9,2. Antwoorden door een scholier 1786 woorden 1 april keer beoordeeld. Aardrijkskunde. Oefentoets hoofdstuk 3

9,2. Antwoorden door een scholier 1786 woorden 1 april keer beoordeeld. Aardrijkskunde. Oefentoets hoofdstuk 3 Antwoorden door een scholier 1786 woorden 1 april 2011 9,2 4 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Oefentoets hoofdstuk 3 Globalisering in steden: grootstedelijke gebieden in de VS 1 Bekijk bron 7. De bron

Nadere informatie

Samenvatting Twente Index 2016

Samenvatting Twente Index 2016 Samenvatting Twente Index 2016 Kijk voor regionale en lokale data op www.twenteindex.nl INLEIDING De Twente Index wordt door Kennispunt Twente samengesteld in opdracht van de Twente Board. De Board wil

Nadere informatie

CBS: Voorzichtig herstel arbeidsmarkt in het tweede kwartaal

CBS: Voorzichtig herstel arbeidsmarkt in het tweede kwartaal Persbericht PB14 56 11 9 214 15.3 uur CBS: Voorzichtig herstel arbeidsmarkt in het tweede kwartaal Meer werklozen aan de slag Geen verdere daling aantal banen, lichte groei aantal vacatures Aantal banen

Nadere informatie

Het Nederlandse geldstelsel is als een timmerman zonder hamer

Het Nederlandse geldstelsel is als een timmerman zonder hamer Het Nederlandse geldstelsel is als een timmerman zonder hamer De Nederlandse centrale bank heeft haar instrumenten verloren aan de Europese centrale bank. Toen ik in de jaren 70 en 80 economieonderwijs

Nadere informatie

Manifest Circulair Onderwijs

Manifest Circulair Onderwijs Manifest Circulair Onderwijs de rol van onderwijs in verantwoord innoveren 2 Waarom urgentie De jeugd heeft de toekomst. Wij maken de toekomst. Wij brengen kinderen en jong volwassenen het gedachtengoed

Nadere informatie

Voor het eerst in zeven jaar stijgt het aantal snelgroeiende bedrijven weer in Nederland

Voor het eerst in zeven jaar stijgt het aantal snelgroeiende bedrijven weer in Nederland Voor het eerst in zeven jaar stijgt het aantal snelgroeiende bedrijven weer in Nederland Voornamelijk binnen de zakelijke dienstverlening neemt het aandeel snelgroeiende bedrijven snel toe. Binnen de topsectoren

Nadere informatie

BRAINPORT MONITOR SAMENVATTING - 9 E EDITIE BRAINPORT BLIJVEND SUCCES

BRAINPORT MONITOR SAMENVATTING - 9 E EDITIE BRAINPORT BLIJVEND SUCCES BRAINPORT MONITOR 2016 - SAMENVATTING - 9 E EDITIE BRAINPORT BLIJVEND SUCCES BRAINPORT NEXT GENERATION Meedoen MEER MENSEN DIE MEE DOEN Concurreren DIE SAMEN MEER CREËREN Verdienen EN SAMEN MEER VERDIENEN!

Nadere informatie

2 februari 2016 Corr.nr , ECP Nummer 11/2016 Zaaknr

2 februari 2016 Corr.nr , ECP Nummer 11/2016 Zaaknr 2 februari 2016 Corr.nr. 2016-06377, ECP Nummer 11/2016 Zaaknr. 615942 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen ter vaststelling van het Programma Economie en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

innovatiebevordering RIS3 MKB OPZuid Europees Innovatieprogramma voor Zuid-Nederland overheden living labs koolstofarme economie cross-overs design

innovatiebevordering RIS3 MKB OPZuid Europees Innovatieprogramma voor Zuid-Nederland overheden living labs koolstofarme economie cross-overs design OPZuid Europees Innovatieprogramma voor Zuid-Nederland BIObased logistiek maintenance hightech systems agrofood overheden RIS3 innovatiebevordering duurzaamheid schone energie welzijn samenwerking gezondheid

Nadere informatie

Werken bij Havenbedrijf Amsterdam

Werken bij Havenbedrijf Amsterdam Werken bij Havenbedrijf Amsterdam De Amsterdamse haven Als vierde haven van West-Europa speelt de Amsterdamse haven een belangrijke rol in de regionale en nationale economie. Door de strategische ligging

Nadere informatie

KRIMP INLEIDING. voor de welvaart. Bevolking -1,2% Banen -4% In 2012 hebben het Ministerie van Binnenlandse Zaken en de provincie Zuid-Holland

KRIMP INLEIDING. voor de welvaart. Bevolking -1,2% Banen -4% In 2012 hebben het Ministerie van Binnenlandse Zaken en de provincie Zuid-Holland SMART WATER INLEIDING In 2012 hebben het Ministerie van Binnenlandse Zaken en de provincie Zuid-Holland - nieuw te ontwikkelen) projecten en activiteiten aan worden verbonden en worden KRIMP voor de welvaart

Nadere informatie

Europese programma s in Nederland

Europese programma s in Nederland Het cohesiebeleid van de Europese Commissie Europese programma s 2014-2020 in Nederland Vincent Ketelaars ERAC B.V. 28 mei 2013 Neth-ER 01 Inhoud van presentatie Indeling 01 Inhoud van presentatie 02 Introductie

Nadere informatie

150 years. Chemie werk(t)?! Wouter De Geest CEO BASF Antwerpen N.V. NVA Zandhoven 6 oktober

150 years. Chemie werk(t)?! Wouter De Geest CEO BASF Antwerpen N.V. NVA Zandhoven 6 oktober Chemie werk(t)?! Wouter De Geest CEO BASF Antwerpen N.V. NVA Zandhoven 6 oktober 2015 1 CHEMIE VIND JE OVERAL TERUG IN HET LEVEN, OOK WAAR JE HET NIET VERWACHT. IN DE WOONKAMER IN DE KEUKEN IN DE BADKAMER

Nadere informatie

Healthy Urban Living Slim, Gezond en Groen

Healthy Urban Living Slim, Gezond en Groen SMART CITY UTRECHT Healthy Urban Living Slim, Gezond en Groen Brigitte Hulscher Program Manager Smart Cities, Marketing & Innovation Utrecht Jong en hoog opgeleid 334.862 inwoners, 20 % < 17, 18% 18-26,

Nadere informatie

New CPB Scenario Study. Question. Approach. Answer. Policy. How will we earn our daily bread in 2040? Scenarios to deal with uncertainty

New CPB Scenario Study. Question. Approach. Answer. Policy. How will we earn our daily bread in 2040? Scenarios to deal with uncertainty www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Tijden veranderen 3 New CPB Scenario Study Question How will we earn our daily bread in 2040? Approach Scenarios to deal with uncertainty Answer Smart people Strong

Nadere informatie

Aantekening Aardrijkskunde Hoofdstuk 1: Globalisering

Aantekening Aardrijkskunde Hoofdstuk 1: Globalisering Aantekening Aardrijkskunde Hoofdstuk 1: Global Aantekening door F. 617 woorden 6 maart 2013 5,9 5 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Hoofdstuk 1: Wereldglobal 2,3 Global: Global verandert

Nadere informatie

Perspectief op de nationale omgevingsvisie en grondbeleid. Jaar van de Ruimte VvG congres 12 november Nathalie Harrems

Perspectief op de nationale omgevingsvisie en grondbeleid. Jaar van de Ruimte VvG congres 12 november Nathalie Harrems Perspectief op de nationale omgevingsvisie en grondbeleid Jaar van de Ruimte 2015 VvG congres 12 november 2014 Nathalie Harrems Directie Ruimtelijke Ontwikkeling Wat is er aan de hand? Tijdperk van de

Nadere informatie

Toekomstperspectief Destinatie Holland Presentatie voor Landelijk Kustdag Kees van der Most 13 november 2013

Toekomstperspectief Destinatie Holland Presentatie voor Landelijk Kustdag Kees van der Most 13 november 2013 Toekomstperspectief Destinatie Holland 2025 Presentatie voor Landelijk Kustdag Kees van der Most 13 november 2013 Vooraf Afbakening: perspectief betreft alleen inkomend verblijfstoerisme Aanpak: deskresearch,

Nadere informatie

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. Zuid-Holland. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen

De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie. Zuid-Holland. Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Zuid-Holland Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 Centrale vraag in deze presentatie Welke

Nadere informatie

UIT de arbeidsmarkt

UIT de arbeidsmarkt Verandering van de werkloosheid. Vraag en aanbod op de arbeidsmarkt zijn onderhevig aan continue veranderingen. Als gevolg daarvan verandert de omvang van de werkloosheid in een land ook continue. Werkloosheid

Nadere informatie