Exploitatiewijzen en bemanningseisen in de binnenvaart
|
|
- Sterre van den Velde
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Exploitatiewijzen en bemanningseisen in de binnenvaart Een onderzoek naar de frequentie en keuze van exploitatiewijzen bij binnenvaartbedrijven in de verschillende ladingsegmenten T.G.A. van Kester Erasmus Universiteit Rotterdam Uitgevoerd in opdracht van het Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart April 2014
2 Inhoud Inleiding 2 Doel van het onderzoek 3 Opzet van het onderzoek 4 Ladingsegmenten 5 Exploitatiewijzen 7 De resultaten 9 Exploitatiewijzen 9 Bemanningseisen 13 Innovatie en modernisering 14 Conclusies en aanbevelingen 15 1
3 Inleiding Deze samenvatting is gebaseerd op een onderzoek naar de frequentie van exploitatiewijzen in de binnenvaart, hoe deze exploitatiewijzen worden gekozen en op welke manier de huidige exploitatiewijzen, in combinatie met de bemanningseisen, de binnenvaartondernemers hindert in hun bedrijfsvoering. Het onderzoeksrapport is vrij omvangrijk en geschreven in het Engels. Hierdoor is het niet voor iedereen prettig om te lezen. Om die reden is deze Nederlandse samenvatting geschreven. Op is het volledige onderzoeksrapport te lezen. 2
4 Doel van het onderzoek De binnenvaart doorstaat een moeilijke tijd. Door de voortdurende economische crises is de binnenvaart onder druk komen te staan. Binnenvaartbedrijven kunnen niet altijd op een zo efficiënt mogelijke manier werken. Een van de redenen hiervoor is de verouderde wetgeving omtrent de exploitatiewijzen en de bijbehorende bemanningseisen die gelden op de Rijn, de belangrijkste vervoersas voor de West-Europese binnenvaart. Dit onderzoek richt zich op deze reden. Om inzicht te krijgen in hoe de huidige reguleringen eventueel verbeterd kunnen worden, is het belangrijk om een aantal dingen te weten te komen. Ten eerste is onderzocht welke exploitatiewijzen binnenvaartbedrijven uit verschillende ladingsegmenten gebruiken en zij omgaan met de huidige wetgeving. Ten tweede is onderzocht hoe deze binnenvaartbedrijven bepalen welke exploitatiewijze de beste keuze is. Welke factoren zijn hierop van invloed? Hoe vaak wisselen deze bedrijven van exploitatiewijze? Welke factoren zouden (meer) in de reguleringen opgenomen moeten worden? Als laatste lag de focus op innovatie en modernisering. Zo is onder andere onderzocht hoe de binnenvaartbedrijven kijken naar de rol van innovatie in de sector, de eisen die gesteld worden aan de verschillende functies aan boord en de technische standaarden die zijn opgenomen in de bemanningseisen. Om een beter inzicht te krijgen in deze drie punten, heeft het Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart (CBRB) hiernaar een onderzoek laten uitvoeren. 3
5 Opzet van het onderzoek Als eerste is er een literatuurstudie uitgevoerd. De bedoeling van dit gedeelte van het onderzoeksrapport is om de lezer bekender te maken met de sector. Hierna zijn interviews gehouden met zes experts die actief zijn in het binnenvaarttransport. Deze experts zijn geselecteerd op basis van het ladingsegment waarin zij actief zijn (om de meningen uit verschillende segmenten te inventariseren). In dit onderzoek is slechts gekeken naar de segmenten waarin goederen worden vervoerd. Personenvervoer is dus niet meegenomen in dit onderzoek. Ook is gekeken naar verschillende bedrijfsgroottes. Op basis van deze interviews is een enquête opgesteld. Deze enquête is verspreid onder leden van het CBRB. Voor de enquête is gevraagd, in het geval van de grotere bedrijven, maximaal drie schepen mee te nemen in de beantwoording van de vragen. Zo waren bedrijven met een groot aantal schepen niet verplicht om voor de gehele vloot de exploitatiewijze door te geven. Dit zou de respons te veel hebben verlaagd. 4
6 Ladingsegmenten Het goederentransport per binnenvaartschip is in meerdere segmenten op te delen. De belangrijkste onderverdeling is gebaseerd op de ladingsoorten. Voor dit onderzoek is de volgende verdeling gebruikt: Het transport van droge lading. Dit omvat het transport van bijvoorbeeld kolen en staal, maar ook graan en machines. Dit segment is in Nederland, met zo n 4000 motorschepen en ruim 1100 duwbakken, het grootste segment 1. Deze schepen worden ook gebruikt voor containertransport, maar doordat dit minder efficiënt is dan vervoer met gespecialiseerde containerschepen neemt het aantal af. Dit segment is ruwweg te verdelen in twee subsegmenten: - Transport over de Rijn en haar zijrivieren, Duitse kanalen en de Donau. - Binnenlandstransport/Noord-Zuidtransport, oftewel transport van droge bulk in Nederland (buiten de Rijn), België en Frankrijk 2. Het transport van natte bulk (of tankvaart). Hiertoe behoren onder andere oliën (ook eetbare oliën), gassen, poeders en (gevaarlijke) chemicaliën. Hiervoor worden verschillende typen schepen gebruikt die elk zijn gebouwd voor het vervoer van een bepaalde ladingsoort. In verband met het gevaar van sommige stoffen in dit segment zijn er strenge veiligheidsnormen van toepassing. In Nederland zijn er zo n 1300 schepen die worden ingezet in dit segment. Het transport van containers. Dit segment is, mede door zijn sterke groei, een apart segment van de droge lading geworden. Containers worden gebruikt om enorm veel verschillende goederen te vervoeren. Doordat alle containers een vaste maat hebben, is het gemakkelijk geworden om schepen op maat te maken en tevens om de containers te verplaatsen van land naar schip, schip naar schip en schip naar land. Dit heeft de wachttijden in de haven enorm verkort. Het transport van zand en grind. Wat deze lading anders maakt dan de andere goederen van droge lading is dat de schepen in dit segment het water moeten kunnen lozen dat tijdens het laden in het laadruim terecht is gekomen zonder zand of grind te verliezen. De lading is vrij zwaar en transport is alleen efficiënt bij grote hoeveelheden. Hierdoor is er weinig tot geen concurrentie van andere modaliteiten. 1 BVB. (2013a). Waardevol Transport. Rotterdam: Bureau Voorlichting Binnenvaart. 2 Hubens, A. C. C. (2011). Organiseren en communiceren: Een onderzoek naar de organisatiegraad in de binnenvaart. Den Bosch. 5
7 Als laatste zijn er nog overige kleine segmenten die op zichzelf maar een heel klein percentage uitmaken van het totaal. Hieronder vallen onder andere roroschepen voor het vervoer van auto s en sleep-/duwboten om drijvende objecten te verplaatsen. In totaal bestaat de Nederlandse vloot uit ongeveer 7500 schepen, in bezit van 3000 tot 3500 bedrijven. De West-Europese binnenvaartvloot bestaat uit zo n schepen. De Nederlandse vloot speelt dus een zeer belangrijke rol. Ladingsoort % Transport over de Rijn van droge bulk 39% Transport van zand en grind 17% Binnenlandstransport/Noord- Zuidtransport van droge bulk 16% Het transport van natte bulk 13% Het transport van containers 9% Overige 6% Tabel 1: Verdeling van de Noordwest-Europese binnenvaartvloot. Percentages op basis van groep van 845 bedrijven (bron: (Hubens, 2011)). De afgelopen jaren is de samenstelling van de vloot veranderd. Het percentage containerschepen steeg tussen 2004 en 2011 met 4 procentpunt, van 5% naar 9%. Het percentage tankschepen steeg nog harder, van 4% naar 13%. Anderzijds daalde het percentage schepen voor het vervoer van droge bulk met 9% en 2% voor respectievelijk vervoer over de Rijn en vervoer in Nederland, België en Frankrijk. 6
8 Exploitatiewijzen Om het transport van goederen over de Rijn veilig te maken voor iedereen op en rond de rivier, heeft de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) in de vorige eeuw restricties opgesteld voor de binnenvaartvervoerders die in dit gebied varen 3. Dit houdt in dat schippers, afhankelijk van de lengte van het schip en het aantal uren dat zij per dag willen varen, moeten voldoen aan een bemanningseis. Een bemanningseis houdt in welke samenstelling van functies er minimaal aanwezig moet zijn aan boord. Het aantal uren dat per dag mag worden gevaren staat vastgesteld in een exploitatiewijze. In het huidige systeem zijn er drie verschillende exploitatiewijzen: A1 (14 uur vaartijd), A2 (18 uur vaartijd) en B (24 uur vaartijd). Voor elk van deze drie wijzen zijn er aparte bemanningseisen voor verschillende scheepslengtes (tabel 2). Daarnaast is elke bemanningseis opgedeeld in twee technische standaarden, waardoor de bemanningseisen lichtjes zijn versoepeld voor modernere schepen. Groepen voor motorschepen Groepen voor gekoppelde samenstellen 1 Lengte =< 70 m Lengte =< 37 m, breedte =< 15 m 2 70 m < lengte =< 86 m 37 m < lengte =< 86 m, breedte =< 15 m 3 86 m < lengte Duwboot + 1 duwbak langer dan 86 m, of 86 m < lengte =< 116,5 m 4 Duwboot + twee duwbakken, of motorschip + een duwbak 5 Duwboot + drie/vier duwbakken, of motorschip + twee/drie duwbakken 6 Duwboot + meer dan vier duwbakken Tabel 2: Lengtegroepen voor motorschepen en gekoppelde samenstellen, opgesteld door CCR. Het gebruik van de exploitatiewijzen, het voldoen aan de minimale bemanningseisen en de kwalificaties van de bemanningsleden worden gecontroleerd met behulp van het vaartijdenboek en het dienstboekje. 3 Hoewel deze regeling officieel alleen geldt van het vaargebied van de Rijn, wordt deze regeling vaak ook gebruikt om de vaart op andere vaarwegen te reguleren. 7
9 Waarom levert dit problemen op? De huidige bemanningseisen sluiten niet meer aan bij de eisen die tegenwoordig in de praktijk aan boord gesteld worden. Bedrijven met moderne schepen denken met een kleinere bemanning ook veilig te kunnen werken. Hierdoor betalen zij meer loonkosten dan eigenlijk nodig is. Dit verslechtert de concurrentiepositie van de sector, omdat deze kosten doorgaans worden doorberekend in de transportkosten. Hierdoor betalen klanten een hogere prijs dan nodig, waardoor de kans groter is dat zij hun heil zoeken in andere vervoersmodaliteiten. Daarnaast is er een grote behoefte aan meer flexibiliteit. Door starre regelgeving is het lastiger om te reageren op veranderingen op de korte termijn en is het moeilijk om een efficiënte bedrijfsvoering te bereiken. 8
10 De resultaten Voor de enquête zijn er 53 volledig ingevulde vragenlijsten ontvangen en 29 onvolledig ingevulde. Van deze 29 zijn er negen gebruikt in de analyse, omdat deze respondenten minimaal de eerste vragen over de schepen en de gekozen exploitatiewijzen hebben ingevuld. Van deze respondenten behoort de grootste groep tot het tankersegment (28). In totaal is de enquête ingevuld voor 104 schepen. # Groepsspecificaties motorschepen % Motorschepen Van totaal 89,4% 1 Lengte 70m 24,73% 2 70m < Lengte 86m 29,03% 3 Lengte > 86m 46,24% Tabel 3: Percentage motorschepen per lengtegroep. In de totale vloot van deze groep respondenten is 89,4% van de schepen een motorschip. Het restant is actief als gekoppeld samenstel. Daarom ligt de nadruk in deze analyse voornamelijk op de motorschepen. Exploitatiewijzen Het eerste gedeelte van het onderzoek gaat over de keuze van de exploitatiewijze. Tijdens de interviews bleek dat het aanbod van lading de belangrijkste factor was voor het bepalen van de exploitatiewijze. Is er op een moment te weinig lading beschikbaar om een schip efficiënt te benutten, dan wordt vaak een andere exploitatiewijze gekozen. Volgens de meeste experts is er door de jaren heen weinig veranderd in de keuze welke exploitatiewijze te gebruiken. Een tweede belangrijke factor is de route die moet worden afgelegd om op de bestemming te komen. Wordt er vaak dezelfde route gevaren, dan is er weinig reden om te wisselen tussen exploitatiewijzen. Is er zeventien uur nodig om een traject of te leggen, dan is exploitatiewijze A2 snel voldoende. Volgens een aantal experts is de lengte van het schip niet een van de belangrijkste redenen om een bepaalde exploitatiewijze te kiezen. 9
11 De belangrijkste klacht van de experts gaat over het gebrek aan flexibiliteit. De exploitatiewijzen zijn gebaseerd op te weinig of op de verkeerde factoren. De drie belangrijkste factoren die tijdens de interviews werden genoemd zijn: 1- De bestemming en hoe lang het duurt om daar te komen. 2- De karakteristieken van de waterweg waar gevaren wordt. Denk hierbij aan het aantal sluizen en bruggen. Een groot aantal van deze obstakels verhoogt de vaartijd en het aantal handelingen dat moet worden uitgevoerd aan boord. 3- De verschillende typen lading. Gevaarlijke stoffen hebben meer zorg nodig dan, bijvoorbeeld, containers. Voornamelijk punt twee en drie zijn ook van toepassing op de bemanningseisen, welke later zullen worden besproken. In de onderstaande tabel is de frequentie van de exploitatiewijzen in deze steekproef samengevat. Exploitatiewijze A1 A2 B Droge bulk 42,31% 19,23% 38,46% Natte bulk 31,37% 41,18% 27,45% Containers 0% 28,57% 71,43% Zand en grind 66,67% 33,33% 0% Overige 71,43% 0% 28,57% Totaal 34,62% 30,77% 34,62% Tabel 4: Frequentieverdeling van de exploitatiewijzen per schip en per ladingsegment. Daarnaast wordt de frequentieverdeling voor de ladingsegmenten samengevat. Hierin zitten grote verschillen. Voor het transport van droge bulk worden voornamelijk exploitatiewijze A1 en B gebruikt. In het vervoer van natte bulk is A2 de meest gebruikelijke exploitatiewijze. In het containertransport is exploitatiewijze B verreweg de belangrijkste exploitatiewijze. 10
12 In figuur 1 is te zien dat alleen exploitatiewijze B sterk verbonden is aan een lengtegroep voor motorschepen. Maar liefst 81% van de schepen waar exploitatiewijze B gebruikt wordt is minimaal 86 meter. Voor de andere exploitatiewijzen geldt dat alle exploitatiewijze een redelijke gelijke verdeling hebben over de lengtegroepen. B 4% 15% 81% A2 34% 31% 34% < 70 meter < 86 meter A1 33% 39% 27% 86 meter < Figuur 11: Percentage van frequenties voor lengtegroepen motorschepen per exploitatiewijze. In de survey werd aan de deelnemers gevraagd welke drie factoren uit een vooraf opgestelde lijst het belangrijkst zijn voor de keuze welke exploitatiewijze te gebruiken. In tabel 5 zijn de resultaten te zien. De grootte van het schip staat op een. Ruim 48% van de respondenten heeft deze bij de drie belangrijkste factoren genoemd. Echter, geen van de factoren werd genoemd door minimaal 50% van de deelnemers. Er is geen factor die voor iedereen erg belangrijk is. Aanbod van lading, veel genoemd door de experts, werd door 30,65% van de respondenten genoemd. De kenmerken van het schip is als achtste genoemd met bijna 21%. Dit houdt in dat 21% de exploitatiewijze niet alleen (of helemaal niet) laat afhangen van de lengte van het schip, maar ook van andere aspecten die het schip omschrijven. Voorbeelden hiervan zijn de laadcapaciteit, of het aantal bemanningsleden dat ondergebracht kan worden. Als een schipper graag volgens exploitatiewijze B wil varen, maar niet genoeg ruimte heeft om alle bemanningsleden te kunnen laten rusten, is dit onmogelijk. 11
13 Rang Factor % van respondenten 1 Grootte van het schip 48,39% 2 Kostenbeheersing 33,87% 3 Bemanningseisen andere exploitatiewijzen 32,26% stroken niet met bedrijfsvoering 4 Aanbod van lading 30,65% 5 Exploitatiewijze past goed bij (vaste) traject 27,42% 6 Laad-en lostijden bij terminals 25,81% 7 Eisen van de klant 24,19% 8 Kenmerken van het schip 20,97% 9 Verplichte stilligtijd 14,52% 10 Werkbelasting van bemanning 12,90% 11 - Kenmerken van het vaargebied Natuurlijke omstandigheden 9,68% 9,68% (bijv. de waterstand) 13 Technische ontwikkelingen 8,06% 14 Snel terugverdienen van investeringen 4,84% 15 - Open optie: weeromstandigheden Open optie: efficiëntie 1,61% 1,61% 17 Ladingsoort 0% Tabel 5: Belangrijkste factoren voor kiezen exploitatiewijze. 12
14 Bemanningseisen Drie vaarbewijzen Een eerste klacht die veel werd genoemd is de verplichting voor motorschepen die langer zijn dan 86 meter en varen volgens exploitatiewijze B om een derde vaarbewijs (Rijnpatent) aan boord te hebben. Dit derde vaarbewijs is slechts zeer zelden van belang, aangezien schepen niet vaak in een situatie komen waarin twee personen met een vaarbewijs het schip niet meer kunnen besturen. Het derde vaarbewijs leidt echter wel tot een verhoging van de loonkosten. Dit komt de efficiëntie niet ten goede. Flexibiliteit Ten tweede kwam uit zowel de interviews als de enquête naar voren dat het geringe aantal factoren waarmee de huidige regelgeving rekening houdt (lengte van het schip, aantal vaaruren) de flexibiliteit van de bedrijfsvoering niet ten goede komt. Door dit kleine aantal factoren komt het vaak voor dat schippers meer bemanning aan boord hebben dan strikt genomen nodig is. Ook hierdoor zijn de loonkosten (onnodig) hoog. Omdat de vereisten vaak verschillen per situatie, is het onmogelijk een verandering door te voeren voor een gehele exploitatiewijze of scheepslengtegroep. Het toevoegen van factoren zou de regelgeving complexer maken, maar voor veel bedrijven wel efficiënter. De belangrijkste factoren zijn eerder genoemd onder exploitatiewijzen : de bestemming en de daarbij horende karakteristieken van de waterweg waar gevaren wordt en de verschillende ladingsoorten. Eisen voor bemanningsfuncties De functie-eisen waaraan bemanningsleden aan moeten voldoen is een derde punt dat veel werd genoemd. Een belangrijk voorbeeld is de ervaringseis voor matrozen. Meerdere jaren ervaring is nodig om aan de slag te kunnen als matroos. Echter is in de praktijk vaak binnen een paar maanden duidelijk of de persoon geschikt is voor de functie. Zo heeft een schipper vaak een matroos nodig om aan de bemanningseis te voldoen, terwijl een lichtmatroos de taken al zou kunnen uitvoeren. De eisen voor de verschillende soorten matroos en de functies die daarbij horen zijn niet in balans. Rusttijd voor wisselen tussen exploitatiewijzen Voordat er gewisseld mag worden tussen twee exploitatiewijzen, moet de gehele bemanning volledig uitgerust zijn. Dit kost veel tijd (bij exploitatiewijzen A1 en A2 moet het schip stilliggen als de bemanning rust), vooral als een schipper zou willen wisselen voor een of twee dagen. Het is een probleem, omdat het niet altijd zin heeft. Een opmerking gegeven in de enquête: Als een volledig uitgeruste bemanning aan boord komt en het grootste deel de eerste paar uur niets te doen heeft, waarom zouden ze dan volledig uitgerust moeten zijn als ze aan boord komen?. 13
15 Innovatie en modernisering Modernisering in de binnenvaart is lastiger dan in veel andere transportsectoren, omdat de levensduur van een schip relatief lang is. Hierdoor worden schepen minder snel vervangen en blijven oude schepen lang in de vaart. Op deze manier loopt de sector achter de concurrerende modaliteiten aan. Tijdens de enquête kwamen zowel voor- als tegenstanders van een modernisering van de sector naar voren. Voorstanders willen meer ruimte in de wetgeving om technologische veranderingen te stimuleren. Zij willen niet dat technologische vooruitgang in de praktijk geboekt kan worden, maar dat de regelgeving het voor veel schippers oninteressant maakt. Het voordeel van modernisering is dat er minder bemanning nodig zou zijn. Dit scheelt in kosten. Tegenstanders van een vergrote invloed van technologie vrezen voor de veiligheid op de vaarwegen. Met minder bemanning aan boord kunnen fouten in de technologie moeilijker verholpen worden. Doordat niet elk bemanningslid onmiddellijk om zal kunnen gaan met technische vernieuwingen, kunnen er in de beginfase nog gevaarlijke situaties ontstaan. 14
16 Conclusies en aanbevelingen Op basis van dit onderzoek zijn vier hoofdpunten te onderscheiden die door de experts en respondenten van de enquête het sterkst naar voren kwamen: 1- De huidige exploitatiewijzen zijn bepaald door de lengte van het schip, het aantal vaaruren dat een schip per dag gebruikt en in mindere mate door de technische uitrusting van het schip. Factoren die ontbreken zijn onder andere de vaarroute en de karakteristieken hiervan en de verschillen in de ladingsoorten. 2- Het gebrek aan flexibiliteit van de voorschriften heeft een negatieve invloed op de efficiëntie. Door het gebrek aan flexibiliteit is het lastig om te bepalen welke exploitatiewijze het beste bij de bedrijfsvoering past. Een voorbeeld van het gebrek aan flexibiliteit is de regel dat de bemanning volledig uitgerust moet zijn voordat een andere exploitatiewijze toegepast mag worden. Het afschaffen hiervan zou de efficiëntie kunnen verhogen. 3- De functie-eisen voor (voornamelijk) matrozen worden als te streng gezien. De ervaringseisen zijn vaak te lang, waardoor de loonkosten omhoog gaan en het ook lastiger kan zijn om personeel te vinden. 4- De huidige technische standaarden zijn gedateerd en stimuleren niet om te innoveren. Hierdoor blijft de sector achter ten opzichte van andere transportsectoren. Met de huidige bemanningseisen is het niet voordelig om met een modern schip te werken. Hieruit volgt een aantal aanbevelingen. Ten eerste is het essentieel om de flexibiliteit van de regelgeving te verhogen. Dit is vrijwel onmogelijk met hetzelfde aantal exploitatiewijzen dat nu opgenomen is. Een algemene verlaging van de bemanningseisen, met behoud van de huidige exploitatiewijzen, zou de veiligheid kunnen verminderen. Er zullen dus meer factoren toegevoegd moeten worden. Belangrijke factoren zijn de karakteristieken van het vaargebied en een modernere technische uitrusting. Andere mogelijke factoren zijn de karakteristieken van het schip (buiten de lengte) en de ladingsoort. Een mogelijkheid om dit door te voeren zou een optioneel ICT-systeem kunnen zijn, waarmee het voor schippers makkelijker is om zich door de complexere wetgeving te worstelen. Door het optioneel te maken, worden tegenstanders niet verplicht. Zij kunnen voldoen aan de oude eisen, of een herziene versie hiervan. Daarnaast moeten de ervaringseisen voor bepaalde functies, zoals voor matrozen, versoepeld worden om de doorstroom van bemanning te verbeteren. Om de modernisering van schepen te stimuleren is een herziening van de technische standaarden gewenst die moderne schepen grotere exploitatievoordelen biedt. 15
In deze regeling wordt verstaan onder besluit: Besluit vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart.
REGELING van de Minister van Verkeer en Waterstaat, houdende regels met betrekking tot de vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart (Regeling vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart) De Minister
Nadere informatieOverzicht van de Europese binnenvaart Rapportage
Overzicht van de Europese binnenvaart Rapportage Juli 2012 Drs. A.C.C. Hubens Oude Engelenseweg 25 5222 AB Den Bosch 073-6230120 06-17418733 www.ahadata.nl Inhoudsopgave LAND VAN REGISTRATIE... 1 SCHEEPSLENGTE...
Nadere informatieROSR DEEL III BEPALINGEN MET BETREKKING TOT DE BEMANNING HOOFDSTUK 23 BEMANNING
ROSR DEEL III BEPALINGEN MET BETREKKING TOT DE BEMANNING HOOFDSTUK 23 BEMANNING Art. 23.01; Algemeen 1. De bemanning die zich krachtens het Rijnvaartpolitiereglement aan boord moet bevinden van schepen
Nadere informatieREGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP)
CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE HET
Nadere informatieBesluit 2017-I-11. gezien de conclusies van de hoorzitting met het binnenvaartbedrijfsleven in maart 2017,
Besluit 2017-I-11 De Centrale Commissie, gezien de RIS-strategie die door de CCR bij Besluit 2012-I-10 is aangenomen en het belang dat wordt toegekend aan het gebruik van elektronische meldingen, gezien
Nadere informatie"HOOFDSTUK 23 B E M A N N I N G. Artikel 23.01 Algemeen
Bij protocol 00I is hoofdstuk, artikel 4.05 en de bijlage B van het Reglement onderzoek schepen op de Rijn gewijzigd, daarnaast is een nieuwe bijlage K aan bedoeld reglement toegevoegd. Hoofdstuk komt
Nadere informatieBemanningsvoorschriften volledige geconsolideerde versie
Bemanningsvoorschriften volledige geconsolideerde versie KB van 9 maart 2007 bemanningsvoorschriften (B.S. 16-03-2007) KB van 30 november 2011 tot wijziging van het KB van 9 maart 2007 bemanningsvoorschriften
Nadere informatieBemanningsvoorschriften volledige geconsolideerde versie
Bemanningsvoorschriften volledige geconsolideerde versie KB van 9 maart 2007 bemanningsvoorschriften (B.S. 16-03-2007) KB van 30 november 2011 tot wijziging van het KB van 9 maart 2007 bemanningsvoorschriften
Nadere informatiePlan van aanpak klein Schip Bijlage 2: Verbetering exploitatie
Plan van aanpak klein Schip Bijlage 2: Verbetering exploitatie Zie hoofdstuk 5 van het hoofdrapport Versoepeling bemanningsregeling Praktijkexamen schipper en matroos 1 November 2011 0. Inleiding De binnenvaartmarkt
Nadere informatieWatertruck Evaluatie Industrieel modelproject in ZO-Brabant
Watertruck Evaluatie Industrieel modelproject in ZO-Brabant s-hertogenbosch 30 Juni 2014 WATERTRUCK PROEFVAARTEN in ZO-Brabant 26 mei 2014-11 juni 2014 C.B.O. bvba MCA Brabant MEBIN BAETSEN-GROEP VAN NIEUWPOORT
Nadere informatieBemanningsvoorschriften voor Pleziervaartuigen
Bemanningsvoorschriften voor Pleziervaartuigen De vraag is: Wat zijn de bemanningsvoorschriften voor een pleziervaartuig waarmee maximaal 12 personen bedrijfsmatig vervoerd worden? Definities Pleziervaartuig
Nadere informatieHOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN 4 HOOFDSTUK II. LEDEN VAN DE BEMANNING 7 HOOFDSTUK III. EXPLOITATIEWIJZEN 10 HOOFDSTUK IV. UITRUSTING VAN SCHEPEN 13
Koninklijk Besluit van 9 maart 2007 houdende de bemanningsvoorschriften op de scheepvaartwegen van het Koninkrijk (B.S. 16 maart 2007) HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN 4 ARTIKEL 1. 4 ARTIKEL 2. 5 ARTIKEL
Nadere informatieUITDAGINGEN BINNENVAART
UITDAGINGEN BINNENVAART PROMOTIE BINNENVAART VLAANDEREN 2012 09 18 WATERWEGEN West Europa heeft het dichtste waterwegennetwerk van de EU 90 miljoen inwoners EUR 910 miljard BBP 320 miljoen ton via Rijn
Nadere informatieEnquête: AIS in de binnenvaart
Enquête: AIS in de binnenvaart Pagina 1 Enquête: AIS in de binnenvaart A. Contactgegevens Naam... Voornaam... Geboortejaar... Geslacht M V Straat+ nummer+ bus... Postcode + gemeente... Telefoonnummer...
Nadere informatieLangszij meevoeren: Certificaatplicht. Langszij meevoeren door pleziervaartuigen. Langszij meevoeren algemeen:
Langszij meevoeren: Certificaatplicht Pleziervaartuigen die voldoen aan artikel 2 van bijlage II en/of artikel 6 van het BVB zijn certificaatplichtig. Sleepboten die voldoen aan artikel 2 van bijlage II
Nadere informatieREGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP)
REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) DEEL I ALGEMENE BEPALINGEN HOOFDSTUK ALGEMENE BEPALINGEN VOOR DE DELEN I, II EN III Artikel.0 Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan
Nadere informatieOpgesteld door: CCV. Examenonderdeel: Veiligheid en milieu Code: BVVM Naam: Schipper Toetsvorm: Schriftelijk: meerkeuzevragen.
Opgesteld door: CCV Examenonderdeel: Veiligheid en milieu Code: VVM Naam: Schipper Toetsvorm: Schriftelijk: meerkeuzevragen Eindtermen/toetstermen 1. heeft kennis van de wet- en regelgeving met betrekking
Nadere informatieNaam HAVEN ROTTERDAM import en export
Naam HAVEN ROTTERDAM import en export Als er één plek is die duidelijk maakt waarom Nederland in de moderne tijd zo n belangrijk handelsland is, dan is het Rotterdam wel. De haven ligt in de delta van
Nadere informatieToetsmatrijs Veiligheid & Milieu
Opgesteld door: CCV Categoriecode: VVM Toetsvorm: Schriftelijk Totaal aantal vragen: 30 meerkeuzevragen Dekkingsgraad toetstermen: 81% Cesuur: 80% ijzonderheden: De huidige cesuur is vastgesteld op 77%.
Nadere informatieResultaten enquête: ICT in de binnenvaart
Resultaten enquête: ICT in de binnenvaart De binnenvaartondernemer Profiel Gebruik ICT ICT-maturiteit Nood aan online informatie RIS De bevrachter Profiel Gebruik ICT Nood aan online informatie RIS Conclusies
Nadere informatieBasiskennis binnenvaart
Basiskennis binnenvaart Wat is ʻde binnenvaartʼ eigenlijk? De binnenvaart is het vervoeren van talrijke ladingsoorten over de Europese binnenwateren. Het is een van de vervoerswijze (ook wel modaliteit
Nadere informatieb) ten minste 19 jaar en heeft een beroepservaring van ten minste 2 jaar als volmatroos op een schip met mechanische voortstuwingsmiddelen.
Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van..., nr. IENM/BSK07/, tot wijziging van de Binnenvaartregeling in verband met de implementatie van resoluties 06I0 en 06II9 van de Centrale Commissie
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 142 Wet van 16 maart 2000, houdende wijziging van de Binnenschepenwet in verband met de implementatie van richtlijn nr. 96/50/EG van de Raad
Nadere informatieMarktobservatie in de Europese binnenvaart Conjunctuurrapport 2 oktober 2010 Bron: Secretariaat van de CCR 5 oktober 2010)
CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART Marktobservatie in de Europese binnenvaart Conjunctuurrapport 2 oktober 2010 Bron: Secretariaat van de CCR 5 oktober 2010) Gehele binnenvaart: In de eerste helft van
Nadere informatieOVERZICHT VAN DE TRIMESTRIËLE CONJUNCTUURENQUÊT IN DE SECTOR VAN HET GOEDERENVERVOER LANGS DE WATERWEG
INSTITUUT VOOR HET TRANSPORT LANGS DE BINNENWATEREN V.Z.W. DRUKPERSSTRAAT 19 TE 1000 BRUSSEL. TÉL. : + 32 (0)2217.09.67 FAX : + 32 (0)2219.91.86 WEBSITE : http://www.itb-info.be E-MAIL : enquete@itb-info.be
Nadere informatieREGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP)
CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART Overzicht REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE
Nadere informatieArbeids- en rusttijd in de binnenvaart
Arbeids- en rusttijd in de binnenvaart Een speciaal op de situatie in de binnenvaart gerichte richtlijn (2014/112/EU) mr. J.G. Kwakernaat Omzetting 2014/112/EU in NL regelgeving Inwerkingtreding richtlijn
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 84. Nr. 604 8 november 07 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van november 07, nr. IENM/BSK-07/076, tot wijziging
Nadere informatie38350 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD
38350 MONITEUR BELGE 17.07.2003 BELGISCH STAATSBLAD HOOFDSTUK VI. Slotbepalingen Art. 9. Het Besluit ontheffing loodsplicht Scheldereglement wordt ingetrokken. Art. 10. Dit besluit treedt in werking met
Nadere informatieBINNENVAART POLITIE REGELEMENT (BPR)
BINNENVAART POLITIE REGELEMENT (BPR) Theorie eisen reglementen (BPR) voor CWOIII Kennis van de volgende artikelen en de uitwijkbepalingen in de betreffende situaties kunnen toepassen: Art. 1.01 i Definitie
Nadere informatieHet Belang van investeren en samenwerken in het goederenvervoer via het water. 4 september 2014
Het Belang van investeren en samenwerken in het goederenvervoer via het water 4 september 2014 Hoe kan de bereikbaarheid van Zuidoost- Brabant voor het goederen vervoer over water voor langere tijd gewaarborgd
Nadere informatieVaarbewijzen. Vragen:
Vaarbewijzen Binnenvaartwet Hoofdstuk 3. Regels aan boord 4. Vaarbewijs Binnenvaartbesluit Hoofdstuk 3. Regels aan boord 3. Vaarbewijs Binnenvaartregeling Hoofdstuk 7. Vaarbewijzen en radarpatenten 1.
Nadere informatieWIJ BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.
BESLUIT van 15 december 1994, houdende regeling inzake de rusttijden van bemanningsleden, de samenstelling van de bemanning en de vaartijden van schepen op binnenwateren WIJ BEATRIX, bij de gratie Gods,
Nadere informatieBegrippen en Definities. Ivar ONRUST
Begrippen en Definities Ivar ONRUST Toepassingsgebied Diverse reglementen B.P.R. R.P.R. Binnenvaart Politie Reglement Algemene binnenwateren Rijnvaart Politie Reglement Rijn, Waal, Lek, Pannerdensch kanaal
Nadere informatieVMBO-OPLEIDING RIJN- en BINNENVAART in NIJMEGEN
VMBO-OPLEIDING RIJN- en BINNENVAART in NIJMEGEN ii Rapport VMBO-OPLEIDING RIJN- en BINNENVAART in NIJMEGEN Onderzoek naar de behoefte aan een VMBO-opleiding Rijn- en binnenvaart in de regio Oost en Zuid
Nadere informatieVaarbewijzen voor de pleziervaart op de Nederlandse binnenwateren na 1 juli 2009
Vaarbewijzen voor de pleziervaart op de Nederlandse binnenwateren na 1 juli 2009 Disclaimer: Bijgaande tekst gaat in op de gevolgen van de invoering van de nieuwe Binnenvaartwet voor vaarbewijzen en examinering
Nadere informatieIn opdracht van Nederland Maritiem Land (NML) en de aangesloten branches heeft Ecorys de maritieme arbeidsmarktenquête 2015 uitgevoerd. In 2015 is niet voor elke branche afzonderlijk een rapportage opgesteld.
Nadere informatiehttps://insights.abnamro.nl/branche/binnenvaart/ Laatste update:: 19 mei 2016
Page 1 of 6 Laatste update:: 19 mei 2016 Page 2 of 6 Binnenvaart De binnenvaart omvat het vervoer van goederen over de binnenwateren. De grootste segmenten zijn de containervaart, droge bulkvaart, tankvaart
Nadere informatieWIJ BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.
WET van 24 juni 1993, houdende bepalingen inzake de rusttijden van bemanningsleden, de samenstelling van de bemanning en de vaartijden van schepen op binnenwateren WIJ BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin
Nadere informatieWatertruck Het Belang van investeren en samenwerken in het goederenvervoer via het water
Watertruck Het Belang van investeren en samenwerken in het goederenvervoer via het water s-hertogenbosch 30 juni 2014 Hoe kan de bereikbaarheid van Zuidoost- Brabant voor het goederen vervoer over water
Nadere informatieBICS Instructiekaart E-MELDPLICHT MET BICS 4.00. E-MELDPLICHT met BICS 4.00. Water. Wegen. Werken. Rijkswaterstaat. Instructies Melden met BICS
BICS Instructiekaart E-MELDPLICHT MET BICS 4.00 Water. Wegen. Werken. Rijkswaterstaat. 1 Dit document bevat de beknopte (werk)instructies voor schippers die moeten voldoen aan de meldplicht (m.n. de elektronische
Nadere informatiePROTOCOL 8. Besluit. op voorstel van haar Comité Sociale Zaken, Arbeidsomstandigheden en Beroepsopleiding,
PROTOCOL 8 Goedkeuring van het Reglement betreffende het Scheepvaartpersoneel (FR: RPN ) en dienovereenkomstige wijzigingen van het Reglement van Politie voor de Rijnvaart en het Reglement Onderzoek Schepen
Nadere informatieSpecifieke regels in de binnenvaart, zeescheepvaart en zeevisserij
Specifieke regels in de binnenvaart, zeescheepvaart en zeevisserij Welke regels gelden er in de binnenvaart? In het Arbeidstijdenbesluit vervoer is een apart hoofdstuk opgenomen voor de binnenvaart. De
Nadere informatiePROTOCOL 21. Erkenning van buiten de Rijnoeverstaten geldende bewijzen
- 53 - PROTOCOL 21 Erkenning van buiten de Rijnoeverstaten geldende bewijzen Wijziging van het Rijnvaartpolitiereglement en van het Reglement Onderzoek schepen op de Rijn (2002-I-2, 2003-I-12, 2003-I-13,
Nadere informatieDe Raad van Bestuur en het personeel van het Instituut wensen iedereen prettige eindejaarsfeesten en een voorspoedig 2016
XXIV de jaar - Nr 89 / 4 de kwartaal 2 De Raad van Bestuur en het personeel van het Instituut wensen iedereen prettige eindejaarsfeesten en een voorspoedig 26 E d i t o Herziening van het scheepvaartrecht
Nadere informatieScheepvaartVerkeersCentrum
ScheepvaartVerkeersCentrum Het landelijk ScheepvaartVerkeersCentrum (SVC) is onderdeel van Rijkswaterstaat en werkt aan uniform en optimaal management van het scheepvaartverkeer op de Rijkswateren in Nederland.
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Besluit van... houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartbesluit)
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 86 12 mei 2009 Besluit van... houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartbesluit) Ontwerpbesluit Wij Beatrix,
Nadere informatie(Nog) beter op weg over water!? Klanttevredenheidsonderzoek 2014
2 (Nog) beter op weg over water!? Klanttevredenheidsonderzoek 2014 Riveer Onderzoeksrapport December 2014 3 INHOUD 1. Opzet van het onderzoek 1.1. Waarom? 5 1.2. Hoe? 5 2. Gebruik per veerverbinding 6
Nadere informatieInformatietechnologie / meldsystemen gevaarlijke stoffen vanuit het perspectief van de vaarwegbeheerder
Informatietechnologie / meldsystemen gevaarlijke stoffen vanuit het perspectief van de vaarwegbeheerder Jos van Splunder Senior Adviseur Scheepvaartverkeerscentrum SVC 21 oktober 2011 Elektronisch Melden,
Nadere informatieREGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP)
REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN STAND JULI 09 REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN 0.07.09 0.07.09 Overzicht DEEL I: ALGEMENE BEPALINGEN... HOOFDSTUK : ALGEMENE
Nadere informatiereglement BEtrEFFEnDE HEt SCHEEPVAArtPErSOnEEl OP DE rijn (RSP) Stand 18 JULI 2016
reglement BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) Stand 8 JULI 06 Overzicht REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) 8.07.06 Overzicht DEEL I: ALGEMENE BEPALINGEN...
Nadere informatieMAASVLAKTE 2 IN GEBRUIK
MAASVLAKTE 2 IN GEBRUIK LESBRIEF VOORTGEZET ONDERWIJS ONDERBOUW OPDRACHTEN DE ROTTERDAMSE HAVEN GROEIT! Heel veel goederen die we gebruiken komen uit het buitenland. Het grootste deel komt via de haven
Nadere informatieX BASISLES LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - GESCHIEDENIS ANTWOORDEN OPDRACHTEN MAASVLAKTE 2
X BASISLES LESBRIEF ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS - VMBO - GESCHIEDENIS ANTWOORDEN MAASVLAKTE 2 X De haven van Rotterdam x werd te klein, omdat we steeds meer goederen bestellen uit verre landen. Daarom
Nadere informatieEvolutie. 65,4 miljard +44,5 % goederenvervoer 63,4 % miljard. tonkm. meer binnenvaart DE VLAAMSE BINNENVAART IN BEELD JUNI 2016
DE VLAAMSE BINNENVAART IN BEELD metvaart JUNI 216 Evolutie goederenvervoer +44,5 % 212 23 63,4 % meer binnenvaart trimestrieel P911147 Afgiftekantoor: Gent x PB nummer BC31383 * Bron: Federaal Planbureau,
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 14090 27 mei 2015 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 26 mei 2015, nr. IENM/BSK-2015/82466, tot
Nadere informatieHoofdstuk 9. Bijzondere bepalingen voor de scheepvaart op de in beheer bij het Rijk zijnde vaarwegen en op andere met name genoemde vaarwegen
Deel II Hoofdstuk 9. Bijzondere bepalingen voor de scheepvaart op de in beheer bij het Rijk zijnde vaarwegen en op andere met name genoemde vaarwegen Artikel 9.01. Toepassingsgebied Dit hoofdstuk is van
Nadere informatieMAASVLAKTE 2 IN GEBRUIK
MAASVLAKTE 2 IN GEBRUIK LESBRIEF VOORTGEZET ONDERWIJS BOVENBOUW HAVO/VWO ANTWOORDEN DE HAVEN VAN ROTTERDAM Heel veel goederen die we gebruiken komen uit het buitenland. Het grootste deel komt via de haven
Nadere informatieSCHONE BINNENVAART EN AUTONOOM VAREN
SCHONE BINNENVAART EN AUTONOOM VAREN Ruud Verbeek Geert Jongeling, Rotterdam 30 november 2017 INHOUD Schone binnenvaart / klimaat Autonoom varen EMISSIES WAT IS SCHOON? Luchtkwaliteit en gezondheid Belangrijkste
Nadere informatieDe elektronische meldplicht, deze regeling wordt voor Nederland uitgewerkt in twee reglementen, namelijk:
Frequent gestelde vragen en antwoorden De elektronische meldplicht De elektronische meldplicht, deze regeling wordt voor Nederland uitgewerkt in twee reglementen, namelijk: - Het Rijnvaartpolitiereglement
Nadere informatieMAASVLAKTE 2 IN GEBRUIK
MAASVLAKTE 2 IN GEBRUIK LESBRIEF VOORTGEZET ONDERWIJS BOVENBOUW HAVO/VWO OPDRACHTEN DE HAVEN VAN ROTTERDAM Heel veel goederen die we gebruiken komen uit het buitenland. Het grootste deel komt via de haven
Nadere informatieVul vandaag nog deze ICT enquête in, er worden 10 prijzen verloot! Tot 25 december 2015 kan de ingevulde enquête worden terug bezorgd via:
Contact: Annick vor annickjavor@binnenvaart.be +32 11 23 06 06 Hasselt, 16 november 2015 Onderwerp: Enquête ICT in de binnenvaart Geachte heer/mevrouw, Om het gebruik van ICT (Informatie- en Communicatie
Nadere informatieBESLUITEN. Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 91, lid 1, in samenhang met artikel 218, lid 9,
L 250/58 30.9.2019 BESLUITEN BESLUIT (EU) 2019/1608 VAN DE RAAD van 16 september 2019 betreffende het namens de Europese Unie in het Europees Comité voor de opstelling van standaarden voor de binnenvaart
Nadere informatie1; Besluiten en regelingen Rijn en BSW. Aanwijzing; Rijnkruisend scheepvaartverkeer 2007
1; Besluiten en regelingen Rijn en BSW Aanwijzing; Rijnkruisend scheepvaartverkeer 2007 Categorie: opsporing Rechtskarakter:Aanwijzing i.d.z.v, artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureurs-generaal
Nadere informatieStatistisch verslag De Vlaamse Waterweg December 2017
Statistisch verslag De Vlaamse Waterweg December Algemeen omschrijving december december tonkilometer (tonkm) 312.16.449 334.895.472-6,8% 4.353.421.767 4.97.483.598 +6,25% tonnage (ton) 5.125.85 5.328.264-3,81%
Nadere informatieVaarbewijzen voor de pleziervaart op de Nederlandse binnenwateren na 1 juli 2009
Vaarbewijzen voor de pleziervaart op de Nederlandse binnenwateren na 1 juli 2009 Disclaimer: Bijgaande tekst gaat in op de gevolgen van de invoering van de nieuwe Binnenvaartwet voor vaarbewijzen en examinering
Nadere informatieStatistisch verslag De Vlaamse Waterweg + W&Z Februari 2017
Algemeen omschrijving Statistisch verslag De Vlaamse Waterweg + W&Z Februari februari februari tonkilometer (tonkm) 332.379.614 327..14 +1,65% 757.171.937 658.7.244 +15,7% tonnage (ton) 5.59.538 5.285.87
Nadere informatieLesbrief MAASVLAKTE 2 OPDRACHT 1 - TOPOGRAFIE EN AARDRIJKSKUNDE
Lesbrief Onderbouw voortgezet onderwijs - VMBO MAASVLAKTE 2 De haven van Rotterdam wordt te klein, omdat we steeds meer goederen bestellen uit verre landen. Daarom komt er een nieuw stuk haven: Maasvlakte
Nadere informatiePlan van aanpak klein Schip Bijlage 4: Logistieke efficiëntie
Plan van aanpak klein Schip Bijlage 4: Logistieke efficiëntie Zie hoofdstuk 7 van het hoofdrapport verkenning samenwerkingsvormen mogelijke organisatie modellen November 2011 1 1. Inleiding Het is van
Nadere informatieBPR. Algemene Bepalingen. Instructie CWO 3 BPR
BPR Algemene Bepalingen Instructie CWO 3 BPR Het Binnenvaart Politie Reglement Bevat regelgeving voor alle binnenwateren behalve: Boven- en neder-rijn Lek Waal Westerschelde Eemsmonding Kanaal van Gent
Nadere informatieIn het project zijn verder de volgende inspectiepunten meegenomen: -verdrinkingsgevaar, -instructie, -persoonlijke beschermingsmiddelen en -werkdruk
projectverslag A27 hotelschepen projectverslag A27-999 Hotelschepen "Arbeids - & Rusttijden Horecapersoneel aan boord van Nederlandse en buitenlandse hotelschepen" Versie: 20 juni 2000 Uitvoeringsperiode:
Nadere informatieOVERZICHT VAN DE TRIMESTRIËLE CONJUNCTUURENQUÊTE IN DE SECTOR VAN HET GOEDERENVERVOER LANGS DE WATERWEG 3-4 E TRIMESTER 2017.
INSTITUUT VOOR HET TRANSPORT LANGS DE BINNENWATEREN V.Z.W DRUKPERSSTRAAT 19 TE 1000 BRUSSEL. TEL. : + 32 (0)2217.09.67 FAX : + 32 (0)2219.91.86 WEBSITE : http://www.itb-info.be E-MAIL : enquete@itb-info.be
Nadere informatie69.257.965 TON CIJFERS MET VAART DE VLAAMSE BINNENVAART IN BEELD DECEMBER 2013 WWW.BINNENVAART.BE
CIJFERS DE VLAAMSE BINNENVAART IN BEELD DECEMBER 213 WWW.BINNENVAART.BE MET VAART 69.257.965 trimestrieel P911147 Afgiftekantoor: Gent x PB nummer BC31383 TON VERVOERD IN 212 Beste lezer, Het fileprobleem
Nadere informatieMarktobservatie in de Europese binnenvaart Conjunctuurrapport 1. kwartaal 2010) (Bron: CCR-secretariaat)
CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART Marktobservatie in de Europese binnenvaart Conjunctuurrapport 1. kwartaal 2010) (Bron: CCR-secretariaat) Drogeladingvaart: 1) Vraag: Met betrekking tot de bulkgoederen
Nadere informatieWIJZIGING van het geldige RIJNVAARTPOLITIEREGLEMENT vanaf
RP (18) 14 16 mei 2018 WIJZIGING van het geldige RIJNVAARTPOLITIEREGLEMENT vanaf 1.6.2018 Wijzigingen van het Rijnvaartpolitiereglement (Besluiten 2017-I-10, 2017-I-12, 2017-II-16, 2017-II-17) Het secretariaat
Nadere informatieDe Barge Truck. De duurzaamheid van de waterweg, STC Rotterdam, 29 januari 2013
De Barge Truck De duurzaamheid van de waterweg, STC Rotterdam, 29 januari 2013 HBCB Onafhankelijke en innovatieve dienstverlener op gebied van binnenvaart Vestiging in Wageningen Markt 20B h.blaauw@hbcb.nl
Nadere informatie1. Bij welk type behoren de afmetingen van 67 meter lang en 8.20 meter breed?
KENNIS SCHIP EN MOTORKENNIS 1. Bij welk type behoren de afmetingen van 67 meter lang en 8.20 meter breed? A. Een Dortmund-Eemskanaalschip. B. Een Rijn-Hernekanaalschip. C. Een Kempenaar. 2. Welk van onderstaande
Nadere informatieHet vervoeren van goederen van de ene plek naar de andere. Bijvoorbeeld in vrachtwagen, vliegtuig of boot.
Meander Samenvatting groep 5 Thema 5 Over de grens Samenvatting Transport Producten die je in de supermarkt koopt, komen soms uit verre landen. Bananen uit Brazilië bijvoorbeeld zijn weken met de boot
Nadere informatieBinnenvaartwet. Binnenvaartbesluit (BVB) BVW, artikel 22; Bemanning en uitrusting. BVB, artikel 1; Definities
Binnenvaartwet BVW, artikel ; Bemanning en uitrusting. Overeenkomstig bindende besluiten van instellingen van de Europese Gemeenschappen dan wel anderszins ter uitvoering van verdragen of bindende besluiten
Nadere informatieWatertransport Wegtransport Op- en Overslag VACL
Full Service Container Logistics Watertransport Wegtransport Op- en Overslag VACL 4-10-2013 Corporate presentatie 2 4-10-2013 Corporate presentatie 3 Watertransport Wegtransport Op- en Overslag VACL MCS.
Nadere informatieStatistisch verslag De Vlaamse Waterweg + W&Z Oktober 2017
Algemeen omschrijving Statistisch verslag De Vlaamse Waterweg + W&Z Oktober oktober oktober tonkilometer (tonkm) 386.237.18 369.987.917 +4,39% 3.664.45.572 3.414.36.196 +7,32% tonnage (ton) 6.612.6 6.15.395
Nadere informatiehoudende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartbesluit)
Ontwerpbesluit van houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartbesluit) Op de voordracht van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat van..., Gelet op de artikelen 2.1, tweede lid, 3.1.1,
Nadere informatieRegelgeving transport van gevaarlijke stoffen over weg en binnenwater lastig?
Regelgeving transport van gevaarlijke stoffen over weg en binnenwater lastig? Maak gebruik van onze digitale oplossingen ADN-app Voor het transport van gevaarlijke goederen over de binnenwateren De regelgeving
Nadere informatieZoeken naar ketengerichte verbeteringen door prestatiemeting
pag.: 1 van 6 Zoeken naar ketengerichte verbeteringen door prestatiemeting Bron: Inkoop & Logistiek, nr. 11, november 1999 Auteur(s): J.C.H. Vos, W.J. Keulemans & J.H.R. v. Duin Corus, voorheen Hoogovens
Nadere informatieAnalyse naar het economisch gebruik van het vaarwegen netwerk i.r.t. bedrijventerreinen
Analyse naar het economisch gebruik van het vaarwegen netwerk i.r.t. bedrijventerreinen Dit rapport is uitgebracht aan Provincie Zuid-Holland. Kenmerk C00451 Executive summary Zoetermeer, Het gebruik van
Nadere informatieCONCURRENTIEKRACHT, ECONOMIE EN WELVAART Uitdagingen op het vlak van mobiliteit en logistiek
31 maart 2014 CONCURRENTIEKRACHT, ECONOMIE EN WELVAART Uitdagingen op het vlak van mobiliteit en logistiek Prof. Dr. Eddy Van de Voorde Prof. Dr. Thierry Vanelslander HET (BINNENVAART)KADER Binnenvaart
Nadere informatieRijkswaterstaat Dienst Verkeerskunde Bureau Dokumentatie Postbus 1031 3000 BA Rotterdam D 0338
S. js.io Rijkswaterstaat Dienst Verkeerskunde Bureau Dokumentatie Postbus 1031 3000 BA Rotterdam D 0338 Ri jkswater s t aat, Dienst Verkeerskunde, Hoofdafdeling Scheepvaart. Dordrecht, 2 juni 1975. NOTITIE
Nadere informatieAmsterdamse haven en innovatie
Amsterdamse haven en innovatie 26 september 2011, Hoge School van Amsterdam Haven Amsterdam is een bedrijf van de gemeente Amsterdam Oostelijke handelskade (huidige situatie) Oostelijke handelskade (oude
Nadere informatieADMINISTRATIEVE OVEREENKOMST BETREFFENDE EEN SAMENWERKINGSKADER TUSSEN. het secretariaat van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart
ADMINISTRATIEVE OVEREENKOMST BETREFFENDE EEN SAMENWERKINGSKADER TUSSEN het secretariaat van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart en het Directoraat-generaal Mobiliteit en Vervoer van de Europese Commissie
Nadere informatieHANDHAVING IN DE BINNENVAART - TOEZICHT, EEN LAST?
HANDHAVING IN DE BINNENVAART - TOEZICHT, EEN LAST? Ing. Robert Tieman Secretaris veiligheid en milieu Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart Vasteland 12e 3011 BL Rotterdam Inleiding De noodzaak
Nadere informatieVarende eventlocaties. met een steeds. veranderend. decor
Varende eventlocaties met een steeds veranderend decor Van bruisende feesten... Met de veelzijdige vloot van Spido is er vrijwel voor elk gezelschap een passend schip. De luxe passagiersschepen zijn geschikt
Nadere informatieLes Aardrijkskunde & Geschiedenis
C Deze les bestaat uit 16 vragen over de zeescheepvaart. De meeste vragen hebben ook met aardrijkskunde en geschiedenis te maken. Als je deze les af hebt, weet je alles over de scheepvaart! eerkeuzevragen
Nadere informatieLAAGWATER. een belangrijk thema voor Contargo en zijn klanten. Hier vindt u belangrijke informatie.
LAAGWATER een belangrijk thema voor Contargo en zijn klanten. Hier vindt u belangrijke informatie. LAAGWATER EEN BELANGRIJK THEMA De zomer van 2015 heeft in vele Duitse regio s records gebroken: langdurige
Nadere informatieToetsmatrijs Veiligheid & Milieu
In deze toetsmatrijs staat wat u moet kunnen en kennen. De toetsmatrijs vormt daarom de basis van de opleiding en het examen. Opgesteld door: CBR divisie CCV Categoriecode: Toetsvorm: Totaal aantal vragen:
Nadere informatieIntroductie. Transportmiddelen. Opdracht 1
Les 4. Transport Introductie De onderdelen voor de pennen in de fabriek van Pennenland bv moeten van de Verenigde Staten naar de fabriek in Nederland worden verplaatst. We noemen het verplaatsen van deze
Nadere informatieGeldig per juli 2017 LAAGWATER. een belangrijk thema voor Contargo en zijn klanten. Hier vindt u belangrijke informatie.
Geldig per juli 2017 LAAGWATER een belangrijk thema voor Contargo en zijn klanten. Hier vindt u belangrijke informatie. LAAGWATER EEN BELANGRIJK THEMA De zomer van 2015 en heel 2016 hebben in vele Duitse
Nadere informatieCENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE DE PATENTEN VOOR DE SCHEEPVAART OP DE RIJN. (Patentreglement Rijn)
CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE DE PATENTEN VOOR DE SCHEEPVAART OP DE RIJN (Patentreglement Rijn) CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE DE PATENTEN VOOR
Nadere informatieNAJAARSZITTING 2016 AANGENOMEN BESLUITEN (2016-II)
NAJAARSZITTING 206 AANGENOMEN BESLUITEN (206II) Straatsburg, 8 december 206 CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART CC/R (6) 2 def. NAJAARSZITTING 206 AANGENOMEN BESLUITEN (206II) Straatsburg, 8 december
Nadere informatieais op jouw schip AIS-steunprogramma voor de binnenvaart
ais Alles op jouw over het Vlaamse AIS-steunprogramma voor de binnenvaart schip Geachte lezer Beste varende ondernemer De binnenvaart ligt mij als duurzame vervoersmodus nauw aan het hart. Precies daarom
Nadere informatieBehoeften waaraan de voorgestelde wijzigingen geacht zijn te beantwoorden
- 89 - PROTOCOL 16 Wijzigingen van het Rijnvaartpolitiereglement (RPR) door een voorschrift van tijdelijke aard - Artikel 4.07 - Inland AIS en Inland ECDIS, artikel 12.01 Meldplicht en bijlage 12 - Lijst
Nadere informatieSamenvatting ... 7 Samenvatting
Samenvatting... In rapporten en beleidsnotities wordt veelvuldig genoemd dat de aanwezigheid van een grote luchthaven én een grote zeehaven in één land of regio, voor de economie een bijzondere meerwaarde
Nadere informatie