Stabiliteit. Inhoudstafel 04/11/2008 1/14
|
|
- Camiel Mertens
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Inhoudstafel 1. Symbolen 2. Basisbegrippen 2.1. Krachten en momenten 2.2. Evenwicht 2.3. Drijfvermogen 2.4. Soorten stabiliteit 2.5. Scheepsgegevens 3. Dwarsscheepse stabiliteit 3.1. Het zwaartepunt 3.2. Het drukkingspunt 3.3. Het metacentrum 3.4. De metacenterhoogte 3.5. De verplaatsing van het zwaartepunt 3.6. De verplaatsing van het drukkingspunt 3.7. De stabiliteitskromme 3.8. Stijve en ranke schepen 3.9. Positieve, onverschillige en negatieve stabiliteit De invloed van onvolledig gevulde tanks bij grote hellingshoeken 4. Langsscheepse stabiliteit 4.1. Het langsscheepse zwaartepunt en drukkingspunt 4.2. Invloed van het verplaatsen van lasten op de trim 4.3. Invloed van laden en lossen op de trim 4.4. in zeegang 5. Rekenblad dwars en langsscheepse stabiliteit 5.1. Bepaling van Δ, KG en XG 5.2. Bepaling van GM 5.3. Bepaling van Δtrim 5.4. Bepaling van de diepgang achter 5.5. Bepaling van de diepgang voor 04/11/2008 1/14
2 1. Symbolen Grootheid Quantity Symbool Eenheid Precisie afstand distance a meter 0.01m breedte van het schip breadth of the ship B meter 0.01m breedte van een tank width of a tank B t meter 0.01m deplacement displacement Δ ton 1t dichtheid density ρ ton per kubieke meter t/m 3 diepgang achter draught aft d a meter 0.01m diepgang voor draught forward d v meter 0.01m gemiddelde diepgang mean draught d m meter 0.01m hellingshoek angle of inclination φ graden 1 lengte van het schip length of the ship L meter 0.01m lengte van een tank length of a tank L t meter 0.01m massa mass p ton 1t trimverandering change of trim Δtrim meter 0.01m trimverandering achter change of trim aft t a meter 0.01m trimverandering voor change of trim forward t v meter 0.01m valversnelling acceleration of gravity g meter per seconde kwadraat 0.01 m/s 2 volume oprijzende/ondergedompelde driehoek volume rizing/submerged triangle v kubieke meter 0.1 m 3 waterverplaatsing displacement V kubieke meter 0.1 m 3 Veel gebruikte symbolen in de stabiliteit, inclusief hun eenheid en gebruikelijke precisie. 1. dm = (dv + da) / 2 2. Δtrim = t v + t a 04/11/2008 2/14
3 2. Basisbegrippen 2.1. Krachten en momenten 1. een kracht 2. de massa elke oorzaak die een toestand van rust of beweging wijzigt of tracht te wijzigen wordt bepaald door een grootte, een richting, een zin en een aangrijpingspunt eenheid Newton (N) de hoeveelheid materie die een lichaam bevat onveranderlijk ongeacht waar men zich bevindt eenheid kilogram (kg) 3. het gewicht de kracht waarmee een lichaam door de aarde wordt aangetrokken afhankelijk van de massa van het lichaam en de plaatselijke zwaartekrachtveldsterkte 4. een resultante een vervangingskracht met hetzelfde resultaat als meerdere individuele krachten 5. het zwaartepunt 6. een koppel het aangrijpingspunt van de resultante van alle zwaartekrachten op een lichaam twee gelijke, evenwijdige krachten met tegengestelde zin heeft een draaiende beweging tot gevolg heeft geen resultante 7. het moment van een kracht de grootte van de kracht x de afstand van zijn werklijn tot het referentiepunt positief als de rotatie in wijzerzin gebeurt 8. het moment van een koppel de som van de momenten van beide krachten t.ov. een punt in het vlak van hun werklijnen de grootte van 1 der krachten x de afstand tussen hun werklijnen 9. de geleverde arbeid de uitgeoefende kracht over de afgelegde afstand 2.2. Evenwicht 1. een lichaam is in evenwicht wanneer het in rust blijft ondanks de zwaartekracht en niet omkantelt de werklijn van de zwaartekracht door het steunpunt of het steunvlak gaat 2. stabiel evenwicht na een kleine veplaatsing uit evenwicht keert het lichaam naar die toestand terug een blokje opgehangen in een punt boven zijn zwaartepunt een blokje waarvan het zwaartepunt binnen zijn steunvlak valt 3. labiel evenwicht na een kleine veplaatsing uit evenwicht verwijdert het lichaam zich verder uit die toestand een blokje opgehangen in een punt onder zijn zwaartepunt een blokje waarvan het zwaartepunt buiten zijn steunvlak valt 4. onverschillig evenwicht na een kleine veplaatsing uit evenwicht blijft het lichaam in evenwicht een blokje opgehangen in zijn zwaartepunt een rollende cilinder 2.3. Drijfvermogen 1. de wet van Archimedes 2. zinken 3. zweven een ondergedompeld lichaam ondergaat een opwaartse kracht gelijk aan het gewicht van de verplaatste vloeistof een ondergedompeld lichaam verliest evenveel gewicht als het gewicht van de verplaatste vloeistof F gewicht = V x ρ lichaam x g Fopwaarts = V x ρvloeistof x g het gewicht > de opwaartse kracht op het volledig ondergedompelde lichaam ρ lichaam > ρ vloeistof het gewicht = de opwaartse kracht op het volledig ondergedompelde lichaam 04/11/2008 3/14
4 ρ lichaam = ρ vloeistof 4. drijven het gewicht < de opwaartse kracht op het volledig ondergedompelde lichaam het gewicht = de opwaartse kracht op het niet volledig ondergedompelde lichaam ρ lichaam < ρ vloeistof 2.4. Soorten stabiliteit 1. de stabiliteit (het richtend vermogen) het vermogen om terug te keren naar de evenwichtstoestand nadat een tijdelijke kracht het schip uit evenwicht heeft gebracht 2. de dwarsscheepse stabiliteit van belang voor de veiligheid 3. de langsscheepse stabiliteit van belang voor de bepaling van de trim 4. de dynamische stabiliteit bepalende factor voor de wijze waarop een schip zal rollen bepalende factor voor het onder zeil overeind blijven van zeilschepen 2.5. Scheepsgegevens de waterveplaatsing V het volume van het onderwater stekende deel van het schip eenheid m 3 het deplacement Δ het gewicht van het door het schip verplaatste water eenheid kn hangt af van het onderwaterschip (vorm en grootte) en van de dichtheid van het water wordt door de scheepsbouwer berekend i.f.v. de diepgang voor een bepaalde soort water te vinden in de hydrostatische tabellen van het schip Δ = f (d, ρ) Δ = V x ρ x g Δ x / ρ x = Δ zout / ρ zout in evenwicht het gewicht van het schip en alles aan boord het light weight het gewicht van het lege schip omvat de romp, de machines, de vaste uitrusting en de voorgeschreven vaste inventaris het deadweight het deplacement verminderd met het light weight het draagvermogen (de deadweight capacity) het maximum gewicht aan lading, brandstof, ballast, drinkwater, proviand, losse inventaris, bemanning, passagiers en bagage het deplacement verminderd met het light weight bij inzinking in zeewater tot aan de constructiewaterlijn het laadvermogen het gewicht van de lading die kan vervoerd worden het draagvermogen verminderd met het gewicht van vorige lading, brandstof, ballast,... afhankelijk van de hoeveelheid vorige lading, brandstof, ballast,... verschillend per reis het vrijboorddek het hoogste doorlopende dek dat voorzien is van permanente middelen tot sluiting van alle openingen die aan weer en wind zijn blootgesteld in dat dek de deklijn de snijlijn van het vrijboorddek en de buitenzijde van de scheepshuid het vrijboord de loodrechte afstand tussen de bovenkant van de deklijn en de waterspiegel de fresh water allowance FWA het aantal cm inzinking t.g.v. het dichtheidsverschil tss. zoet en zout water voor een balk geldt d x x ρ x = d zout x ρ zout FWA = dx dzout 04/11/2008 4/14
5 3. Dwarsscheepse stabiliteit 3.1. Het zwaartepunt 1. het zwaartepunt G centre of gravity het aangrijpingspunt van de resultante van alle zwaartekrachten ligt bij een rechtliggend schip in het vlak van kiel en stevens de ligging hangt af van de beladingstoestand moet zo laag mogelijk gehouden worden t.b.v. de stabiliteit 2. de afstand KG van G tot het kielpunt wordt voor een ledig vaartuig bepaald met de hellingproef wordt voor een beladen vaartuig berekend m.b.v. de momentenstelling Δ x KG = Σ (p i x Kg i) een tabel of curve aan boord geeft de max. toegestane KG i.f.v. de diepgang 3.2. Het drukkingspunt 1. het drukkingspunt B centre of buoyancy het aangrijpingspunt van de opwaarste kracht het zwaartepunt van de verplaatste watermassa ligt bij een rechtliggend schip in het vlak van kiel en stevens de ligging hangt af van het onderwaterschip (vorm en grootte) hoe scherper de onderwatervorm, hoe hoger de ligging van B de kracht in B werkt loodrecht omhoog de kracht in B is gelijk aan het gewicht van het schip (bij drijvend schip) 2. de afstand KB van B tot het kielpunt wordt door de scheepsbouwer berekend i.f.v. de diepgang te vinden in het carènediagram of de hydrostatische tabellen van het schip KB = f (d) voor een rechthoekige bak geldt KB = (1/2) x d voor een driehoekige bak geldt KB = (2/3) x d voor een schip geldt als regel KB = (11/20) x d 3.3. Het metacentrum 1. het metacentrum M het snijpunt van twee opeenvolgende werklijnen van opwaartse kracht bij een kleine hellingsverandering tot 1 helling een vast punt in het vlak van kiel en stevens tussen 1 en 6 helling hoger gelegen in het vlak van kiel en stevens voorbij 6 helling hoger gelegen uit het vlak van kiel en stevens (aan de hoge kant) de ligging hangt af van de ligging van B (en van de hellingshoek vanaf 6 helling) het aanvangsmetacentrum geldt enkel bij de aanvangsstabiliteit (tot 6 helling) 2. de afstand KM van M tot het kielpunt wordt door de scheepsbouwer berekend i.f.v. de diepgang te vinden in het carènediagram of de hydrostatische tabellen van het schip KM = f (d) 3. het vals metacentrum N het snijpunt van de werklijn van opwaartse kracht met het vlak van kiel en stevens wordt gebruikt bij grotere hellingen 04/11/2008 5/14
6 Het metacentrum M en het vals metacentrum N De metacenterhoogte 1. de metacenterhoogte GM de afstand tussen G en M GM = KM KG voor een dwarsscheeps verplaatste last geldt GM = (p x a) / (Δ x tg φ) voor de hellingproef geldt GM = (p x a) / Δ x (l / u) 3.5. De verplaatsing van het zwaartepunt 1. G ligt bij een rechtliggend schip in het vlak van kiel en stevens 2. G verplaatst zich naar G' door het wijzigen van de beladingstoestand naar het zwaartepunt van bijgeplaatste last weg van het zwaartepunt van weggenomen last evenwijdig aan de verplaatsingslijn van verplaatste last 3. een last in de zij veroorzaakt een kenterend moment de verplaatsing van G naar G' creëert het kenterend moment het kenterend moment doet het schip slagzij maken door het overhellen verplaatst B zich naar B' het schip helt zover over tot B' onder G' ligt het kenterend moment neemt af tot nul er ontstaat geen oprichtend moment 4. wanneer G dwarsscheeps te ver uitwijkt ontstaat een kantelend moment G ligt voorbij de maximum afstand van B tot het vlak van kiel en stevens het kantelend moment doet het schip kapseizen bijv. bij het heffen van een zware last op de kade 5. van een schip met slagzij kan de helling opgeheven worden door lading in te nemen aan de hoge kant brandstof, water of ballasttanks te vullen aan de hoge kant brandstof, water of ballasttanks te ledigen aan de lage kant brandstof, water of ballast over te pompen van de lage naar de hoge kant 6. verschuivende lading heeft een negatieve invloed op de stabiliteit 7. bij een slingerend schip moet de lading op zijn plaats gehouden worden door de losse delen vast te sjorren 04/11/2008 6/14
7 het dek in vakken in te delen de loospoorten vrij te houden de tanks te voorzien van slingerschotten niet met halfvolle tanks te varen 8. voor een verticaal verplaatste last geldt GG' = ΔKG = p x a / Δ 3.6. De verplaatsing van het drukkingspunt 1. B ligt bij een rechtliggend schip in het vlak van kiel en stevens 2. B verplaatst zich naar B' wanneer het schip door een uitwendige oorzaak overhelt naar de lage kant van het schip (waar de waterverplaatsing toeneemt) evenwijdig aan de verbindingslijn tussen de zwaartepunten van de bovengekomen en de ondergedompelde driehoek licht stijgend t.o.v. het schip 3. bij een slingerend schip verplaatst B zich voortdurend 4. de afstand van B tot het vlak van kiel en stevens neemt toe met de hellingshoek wordt maximaal wanneer de dekrand onder water komt 5. de verschuiving van B veroorzaakt een oprichtend moment de opwaartse kracht in B = het gewicht van het schip in G het moment van het koppel = Δ x de afstand tussen beide werklijnen 6. BB' = (v / V) x (2/3) x B 3.7. De stabiliteitskromme 1. de stabiliteitsarm GZ de afstand van G tot de werklijn van de opwaartse kracht neemt toe met GM neemt aanvankelijk toe met de hellingshoek wordt maximaal wanneer de dekrand onder water komt een breed schip heeft een grotere stabiliteitsarm dan een smal schip in gelijke omstandigheden een schip met een groter vrijboord bereikt zijn maximale stabiliteitsarm bij een grotere helling GZ = f (GM, φ) GZ = GM x sin φ 2. de stabiliteitskromme GZ = f (d, φ) een steil begin wijst op een grote aanvangsstabiliteit een flauw begin wijst op een kleine aanvangsstabiliteit het begin van de curve zegt niets over de totale stabiliteit de maximumwaarde geeft de maximale stabiliteitsarm aan de stabiliteitsomvang is de hellingshoek waarbij de stabiliteitsarm nul wordt 04/11/2008 7/14
8 Het verband tussen de metacenterhoogte GM en de stabiliteitsarm GZ (hier GA). De invloed van de scheepsbreedte op de stabiliteitsarm. 04/11/2008 8/14
9 De invloed van het vrijboord op de maximale stabiliteitsarm Stijve en ranke schepen 1. stijve schepen hebben een grote stabiliteitsarm (een groot oprichtend moment) worden moeilijk uit hun evenwicht gebracht komen snel terug recht hebben een korte slingertijd veroorzaken grote versnellingen op schip, lading (schade) en bemanning (onkomfortabel) 2. ranke schepen hebben een kleine stabiliteitsarm (een klein oprichtend moment) worden makkelijk uit hun evenwicht gebracht komen traag terug recht hebben een lange slingertijd kunnen overgaan naar een onverschillige of een negatieve stabiliteit wanneer G zich verplaatst 3. de GM moet op een gemiddelde waarde gehouden worden 4. een schip kan tijdens de reis rank worden door verbruik uit bunker en drinkwatertanks lading op dek water op dek ijsvorming 3.9. Positieve, onverschillige en negatieve stabiliteit 1. schepen met positieve stabiliteit M ligt boven G (KM > KG) krijgen een oprichtend moment komen na slingering terug recht 2. schepen met onverschillige stabiliteit M valt samen met G (KM = KG) ontbreken een oprichtend moment blijven na slingering liggen 3. schepen met negatieve stabiliteit M ligt onder G (KM < KG) krijgen een kantelend moment 04/11/2008 9/14
10 hellen verder over (kapseizen) De invloed van onvolledig gevulde tanks 1. onvolledig gevulde tanks doen G bij het slingeren verschuiven naar de lage kant 2. de verschuiving van G naar G' verkleint de stabiliteitsarm 3. komt overeen met een schijnbare rijzing van G naar G" (reductie van GM) 4. de vrije vloeistofcorrectie VVC de reductie op GM t.g.v. onvolledig gevulde tanks VVC = GG" = (L t x B t 3 ) / (12 x V) x (ρ in / ρ uit) VVC = GG" = (Lt x Bt 3 ) / (12 x Δ) x ρin 5. het free surface moment FSM de vrije vloeistofcorrectie uitgedrukt als moment bij de momentenstelling bij de andere momenten op te tellen VVC = FSM / Δ 6. de negatieve invloed van onvolledig gevulde tanks kan verminderd worden door slingerschotten in de tanks te plaatsen schotten te plaatsen die verhinderen dat lading als graan verschuift alle openingen waterdicht af te sluiten bij slecht weer ervoor te zorgen dat de loospoorten correct kunnen werken De reductie van GM onder invloed van onvolledig gevulde tanks bij grote hellingshoeken 1. de gebruikelijke maat voor de stabiliteit GM bij kleine hellingshoeken GZ bij grote hellingshoeken 2. GZ = KE KD = KN sin φ KG sin φ 3. KN sin φ wordt door de scheepsbouwer berekend i.f.v. de diepgang te vinden in de hydrostatische tabellen van het schip KN sin φ = f (d) 04/11/ /14
11 4. Langsscheepse stabiliteit 4.1. Het langsscheepse zwaartepunt en drukkingspunt 1. het langsscheepse zwaartepunt GL 2. de afstand XG van GL tot de achterloodlijn wordt voor een beladen vaartuig berekend m.b.v. de momentenstelling Δ x X G = Σ (p i x X gi) 3. het langsscheepse drukkingspunt B L 4. de afstand X B van B L tot de achterloodlijn wordt door de scheepsbouwer berekend i.f.v. de gemiddelde diepgang te vinden in het carènediagram of de hydrostatische tabellen van het schip X B = f (d m) 5. bij een schip in evenwicht bevinden G L en B L zich in hetzelfde verticale vlak 6. een last langsscheeps verplaatsen veroorzaakt een trimmend moment de verplaatsing van GL naar GL' creëert het trimmend moment het trimmend moment doet het schip voor of achterover hellen door het voor of achterover hellen verplaatst B L zich naar B L' het schip helt zover voor of achterover tot B L' onder G L' ligt het trimmend moment neemt af tot nul 4.2. Invloed van het verplaatsen van lasten op de trim 1. de afstand XA van het tipping centre (zwaartepunt van de waterlijn) tot de achterloodlijn wordt door de scheepsbouwer berekend i.f.v. de gemiddelde diepgang te vinden in het carènediagram of de hydrostatische tabellen van het schip X A = f (d m) 2. het eenheidstrimmoment ETM het moment dat nodig is om het schip 1 cm verandering in trim te geven wordt door de scheepsbouwer berekend i.f.v. de gemiddelde diepgang te vinden in het carènediagram of de hydrostatische tabellen van het schip ETM = f (d m) 3. berekening van de trimverandering voor en achter Δtrim = Σ (p i x a i) / ETM ta = Δtrim x XA / L tv = Δtrim ta Schematische voorstelling van X A, L, Δtrim, t a en t v Invloed van laden en lossen op de trim 1. de ton per centimeter TPC de massa die men moet laden/lossen om de diepgang met 1 cm te wijzigen hangt af van het onderwaterschip (vorm en grootte) en van de dichtheid van het water wordt door de scheepsbouwer berekend i.f.v. de gemiddelde diepgang voor een bepaalde soort water te vinden in de hydrostatische tabellen van het schip TPC = f (d m, ρ) TPCx / ρx = TPCzout / ρzout 04/11/ /14
12 2. veronderstel eerst dat er geladen of gelost wordt op het tipping centre 3. bereken de nieuwe diepgang voor en achter a.h.v. de TPC bij de oude gemiddelde diepgang 4. bepaal het trimmend moment a.h.v. de plaats van de lading t.o.v. het tipping centre 5. bereken de trimverandering en daaruit de werkelijke nieuwe diepgang voor en achter 4.4. in zeegang 1. een schip in zeegang ondervindt stabiliteitsverlies op een golftop 2. ongevaarlijk wanneer het schip tegen de wind en de golven in loopt de tijdsduur op de golftop is relatief klein 3. gevaarlijk wanneer het schip met de wind en de golven mee loopt de tijdsduur op de golftop is relatief groot het schip gaat met de golftop mee het schip is langdurig aan stabiliteitsverlies onderhevig te vermijden door van koers te veranderen indien mogelijk te vermijden door de scheepssnelheid te doen verschillen van de golfsnelheid 04/11/ /14
13 5. Rekenblad dwars en langsscheepse stabiliteit 5.1. Bepaling van Δ, KG en X G Dwarsscheeps Langsscheeps Schip/tank/ruim m Kg m x Kg FSM X g m x X g leeg schip voorpiektank tank 1 tank 2 tank 3 achterpiektank ruim 1 ruim 2 ruim 3 dek Δ Σm KG Δ x KG Σ(m x Kg + FSM) X G Δ x X G Σ(m x Xg) TOTAAL Rekenschema voor de bepaling van Δ, KG en X G. (De vermelde tanks en ruimen gelden als voorbeeld.) 5.2. Bepaling van GM Δ dm hydrostatische tabellen: dm = f (Δ, ρ) KG KM hydrostatische tabellen: KM = f (dm) = GM positief stabiel 5.3. Bepaling van Δtrim Δ d m hydrostatische tabellen: dm = f (Δ, ρ) X B hydrostatische tabellen: XB = f (dm) XG = a positief achterover trimmend x Δ ETM hydrostatische tabellen: ETM = f (dm) = Δtrim positief achterover trimmend 04/11/ /14
14 5.4. Bepaling van de diepgang achter Δtrim positief achterover trimmend x XA hydrostatische tabellen: XA = f (dm) L = t a positief achterover trimmend + dm = d a 5.5. Bepaling van de diepgang voor t a positief achterover trimmend Δtrim positief achterover trimmend = tv negatief achterover trimmend + d m = d v 04/11/ /14
Nationale Wiskunde Dagen 2018
Nationale Wiskunde Dagen 2018 Varen is rekenen bij de koopvaardij! Ger Scheepstra Docent zeemanschap MIWB We gaan een (vereenvoudigde) stabiliteit berekening van de Victoriaborg maken Voldoende stabiliteit
Nadere informatieDE THEORIE VAN DE STABILITEIT
DE THEORIE VAN DE STAILITEIT Er zijn diverse vormen van stabiliteit, te weten; Aanvangsstabiliteit Statische stabiliteit Dynamische stabiliteit Kenterende momenten veroorzaakt door bijvoorbeeld wind, roer
Nadere informatieMemo Stabiliteit Een voldoende stabiliteit met inbegrip van de stabiliteit in beschadigde toestand moet zijn aangetoond.
Memo Stabiliteit Huidige voorschriften - ADN2013 Type G 9.3.1.13 Stabiliteit (Algemeen) 9.3.1.13.1 Een voldoende stabiliteit met inbegrip van de stabiliteit in beschadigde toestand moet zijn aangetoond.
Nadere informatieDe basisbegrippen van de scheepsstabiliteit
Postadres: Postbus 23133 3001 KC Rotterdam ezoekadres: Vasteland 12e 3011 L Rotterdam Tel: 010-798 98 30 Fax: 010-412 90 91 E-mail: eicb@binnenvaart.nl Inleiding: Deze hand-out word u aangeboden door het
Nadere informatieJACHTSTABILITEIT. Waarom een badeend zich opricht. Rapport 62O-P-I
JACHTSTABILITEIT Waarom een badeend zich opricht. Prof.ir.J. Gerritsma Rapport 62O-P-I Waterkampioen 19 maart 1982 - Nr.5. Delft University of Technology Ship Hydromechanics Laboratory Mekelweg 2 2R7R
Nadere informatieONDERZOEK NAAR DE STABILITEIT VAN DE BEUNSCHEPEN WILLEM EN RICK
ONDERZOEK NAAR DE STABILITEIT VAN DE BEUNSCHEPEN WILLEM EN RICK Specificatie: Stabiliteitsonderzoek naar het kapseizen van de beunschepen Rick en Willem Uitgevoerd voor: Onderzoeksraad Voor Veiligheid.
Nadere informatieHoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal
Hoofdstuk 3 Kracht en beweging Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 3.1 Soorten krachten Twee soorten grootheden Scalars - Grootte - Eenheid Vectoren - Grootte - Eenheid - Richting Bijvoorbeeld:
Nadere informatieCBRB - Sdu Themamiddag Binnentankvaart 5 September Stabiliteit van tankschepen
CBRB - Sdu Themamiddag Binnentankvaart 5 September 2013 Stabiliteit van tankschepen Bart Soede SARC Bussum WWW.SARC.NL Stabiliteit van tankschepen 1 Introductie PIAS software voor scheepsontwerpers Zeegaand,
Nadere informatieKrachten (4VWO) www.betales.nl
www.betales.nl Grootheden Scalairen Vectoren - Grootte - Eenheid - Grootte - Eenheid - Richting Bv: m = 987 kg x = 10m (x = plaats) V = 3L Bv: F = 17N s = Δx (verplaatsing) v = 2km/h Krachten optellen
Nadere informatieBekendmakingen aan de scheepvaart
Bekendmakingen aan de scheepvaart Nr. 279/1992 Bekendmaking aan de scheepvaart tot wijziging van Bekendmaking aan de scheepvaart no. 279/1992 (Stabiliteit van schepen in intacte toestand, geen offshore
Nadere informatieHoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal
Hoofdstuk 3 Kracht en beweging Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 3.1 Soorten krachten Twee soorten grootheden Scalars - Grootte - Eenheid Vectoren - Grootte - Eenheid - Richting Bijvoorbeeld:
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Kracht
Samenvatting Natuurkunde Kracht Samenvatting door een scholier 1634 woorden 16 oktober 2003 5,7 135 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Samenvatting Practicum 48 Kracht: Heeft een grootte en een richting.
Nadere informatieExamen mechanica: oefeningen
Examen mechanica: oefeningen 22 februari 2013 1 Behoudswetten 1. Een wielrenner met een massa van 80 kg (inclusief de fiets) kan een helling van 4.0 afbollen aan een constante snelheid van 6.0 km/u. Door
Nadere informatieSTABILITEIT Metzlar 3 e druk KZV vraagstukken 2.6
STABILITEIT 2004-2005 Metzlar 3 e druk KZV vraagstukken 2.6 2.1 Schip 840 4.90 4116 Lading 1 140 4.40 616 Lading 2 260 5.50 1430 Lading 3 400 3.80 1520 Lading 4 360 6.50 2340 Totaal 2000 KG 10022 Mom/Gewicht
Nadere informatieOpgave 2 Een kracht heeft een grootte, een richting en een aangrijpingspunt.
Uitwerkingen 1 Opgave 1 Het aangrijpingspunt van een kracht is de plaats waar de kracht op het voorwerp werkt. De werklijn van een kracht is de denkbeeldige (rechte) lijn die samenvalt met de bijbehorende
Nadere informatieSheets inleiding ontwerpen
Sheets inleiding ontwerpen Boten bouwen Periode 4 themaklas Doel van het project Bedenk een ontwerp voor een boot Verkoop dit ontwerp aan de baas (ik) Bouw je eigen ontwerp De winnaars winnen een bouwpakket
Nadere informatieOpgave 2 Het volume van een voorwerp geeft aan hoeveel ruimte dit voorwerp inneemt.
Uitwerkingen 1 Opgave 1 De massa van een voorwerp geeft aan hoe zwaar dit voorwerp is. Opgave 2 Het volume van een voorwerp geeft aan hoeveel ruimte dit voorwerp inneemt. Opgave De dichtheid van een stof
Nadere informatieNaam: Klas: REPETITIE DRIJVEN EN ZINKEN 2 HAVO Naast dit opgavenblad moet ook een tabel met dichtheden worden verstrekt.
Naam: Klas: REPETITIE DRIJVEN EN ZINKEN 2 HAVO Naast dit opgavenblad moet ook een tabel met dichtheden worden verstrekt. OPGAVE 1 Jan drinkt 14 kubieke centimeter zuivere alcohol op. Bereken hoeveel gram
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT FACULTEIT OCP MARITIEME TECHNIEK. mt501. Hydro 1. vraagstukken
TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT FACULTEIT OCP MARITIEME TECHNIEK mt501 Hydro 1 vraagstukken DELFT november 2003 Vraagstuk 1 Van een zeilboot zijn de volgende gegevens bekend: L WL = 18.00 m B WL = 8.00 m
Nadere informatieV A D E M E C U M M E C H A N I C A. 2 e 3 e graad. Willy Cochet Pagina 1
V A D E M E C U M M E C H A N I C A e 3 e graad Willy Cochet Pagina 1 Vooraf 1. Dit is een basiswerk waarbij de vakleerkracht eventuele aanpassingen kan doen voor zijn specifieke studierichting : vectoren
Nadere informatieBeginnen met Construeren Module ribbmc01c Opleiding: Bouwkunde / Civiele techniek / ROP Propadeuse, kernprogramma 1 e kwartaal
Week 01 Theorie: Beginnen met Construeren Samenstellen en ontbinden van krachten Vectormeetkunde Onderwerp: Kracht en Massa Opdracht: Schematiseer de constructie van de windverbanden Bereken de krachten
Nadere informatieDeel 9 Constructievoorschriften HOOFDSTUK 9.2
Deel 9 Constructievoorschriften HOOFDSTUK 9.2 CONSTRUCTIEVOORSCHRIFTEN VAN TOEPASSING OP ZEESCHEPEN, DIE VOLDOEN AAN DE VOORSCHRIFTEN VAN DE SOLAS-CONVENTIE 74, HOOFDSTUK II-2, ARTIKEL 19 of SOLAS 74,
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie
Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting door R. 2564 woorden 31 januari 2018 10 2 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Subdomein C1. Kracht en beweging Specificatie De kandidaat
Nadere informatieNNPC PUBLICATIE BALLASTWATER
NNPC PUBLICATIE 2015 1 BALLASTWATER 2 / ballastwater / NNPC ballastwater / Inleiding Er zijn de laatste tijd opvallend veel ladingschades die direct of indirect te maken hebben met ballastwater. Veel van
Nadere informatiekoper hout water Als de bovenkant van het blokje hout zich net aan het wateroppervlak bevindt, is de massa van het blokje koper gelijk aan:
Fysica Vraag 1 Een blokje koper ligt bovenop een blokje hout (massa mhout = 0,60 kg ; dichtheid ρhout = 0,60 10³ kg.m -3 ). Het blokje hout drijft in water. koper hout water Als de bovenkant van het blokje
Nadere informatieFYSICA DM THEORIE SAMENVATTING
FYSICA DM THEORIE SAMENVATTING Elementen - Elementen kunnen op 3 manieren voorkomen: - Vast - Vloeibaar - Gasvormig Water & Warmte - Warmte overdracht op 3 manieren - Geleiding direct contact / toepassing
Nadere informatieALGEMEEN 1. De luchtdruk op aarde is ongeveer gelijk aan. A 1mbar. B 1 N/m 2. C 13,6 cm kwikdruk. D 100 kpa.
LGEMEEN 1 De luchtdruk op aarde is ongeveer gelijk aan 1mbar. B 1 N/m 2. C 13,6 cm kwikdruk. D 100 kpa. 5 Van een bi-metaal maakt men een thermometer door het aan de ene kant vast te klemmen en aan de
Nadere informatie3HV H1 Krachten.notebook September 22, krachten. Krachten Hoofdstuk 1
krachten Krachten Hoofdstuk 1 een kracht zelf kun je niet zien maar... Waaraan zie je dat er een kracht werkt: Plastische Vervorming (blijvend) Elastische Vervorming (tijdelijk) Bewegingsverandering/snelheidsverandering
Nadere informatieTentamen Mechanica ( )
Tentamen Mechanica (20-12-2006) Achter iedere opgave is een indicatie van de tijdsbesteding in minuten gegeven. correspondeert ook met de te behalen punten, in totaal 150. Gebruik van rekenapparaat en
Nadere informatieCORRECTIE SCHEEPSGEWICHT
CORRECTIE SCHEEPSGEWICHT HANDLEIDING VOOR HET CORRIGEREN VAN HET SCHEEPSGEWICHT NAAR WERKELIJK GEMETEN DIEPGANGEN SARC BV Tel : +31 (0)85 0409040 Brinklaan 109 A 11 www.sarc.nl 1404 GA Bussum sarc@sarc.nl
Nadere informatieRBEID 16/5/2011. Een rond voorwerp met een massa van 3,5 kg hangt stil aan twee touwtjes (zie bijlage figuur 2).
HOOFDSTUK OOFDSTUK 4: K NATUURKUNDE KLAS 4 4: KRACHT EN ARBEID RBEID 16/5/2011 Totaal te behalen: 33 punten. Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Opgave 0: Bereken op je rekenmachine
Nadere informatieSamenvatting NaSk 1 Natuurkrachten
Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten Samenvatting door F. 1363 woorden 30 januari 2016 4,1 5 keer beoordeeld Vak NaSk 1 Krachten Op een voorwerp kunnen krachten werken: Het voorwerp kan een snelheid krijgen
Nadere informatieTheorie: Snelheid (Herhaling klas 2)
Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2) Snelheid en gemiddelde snelheid Met de grootheid snelheid geef je aan welke afstand een voorwerp in een bepaalde tijd aflegt. Over een langere periode is de snelheid
Nadere informatieModule 5 Uitwerkingen van de opdrachten
Module 5 Uitwerkingen van de opdrachten Opdracht 1 Deze oefening heeft als doel vertrouwd te raken met het integreren van de diverse betrekkingen die er bestaan tussen de belasting en uiteindelijk de verplaatsing:
Nadere informatieProefvaren en punt 15 van het certificaat. Artikel 5.04 Belading tijdens de proefvaart
Proefvaren en punt 15 van het certificaat Artikel 5.04 Belading tijdens de proefvaart Beladingstoestand van schepen en samenstellen tijdens de proefvaart Schepen en samenstellen die bestemd zijn voor het
Nadere informatieAanvulling hoofdstuk 1 uitwerkingen
Natuur-scheikunde Aanvulling hoofdstuk 1 uitwerkingen Temperatuur in C en K Metriek stelsel voorvoegsels lengtematen, oppervlaktematen, inhoudsmaten en massa Eenheden van tijd 2 Havo- VWO H. Aelmans SG
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen
TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen TENTAMEN CTB1210 DYNAMICA en MODELVORMING d.d. 28 januari 2015 van 9:00-12:00 uur Let op: Voor de antwoorden op de conceptuele
Nadere informatieCURSUS ATELIERONDERSTEUNING WISKUNDE/WETENSCHAPPEN 5 INHOUD
CURSUS ATELIERONDERSTEUNING WISKUNDE/WETENSCHAPPEN 5 ARCHITECTURALE EN BINNENHUISKUNST 25 lesuren, 2009-2010 Bart Wuytens INHOUD DEEL 1: HOEKEN EN AFSTANDEN Hoofdstuk 1: hoeken en afstanden in rechthoekige
Nadere informatieNATUURKUNDE. Figuur 1
NATUURKUNDE KLAS 5 PROEFWERK HOOFDSTUK 12-13: KRACHT EN BEWEGING OOFDSTUK 12-13: K 6/7/2009 Deze toets bestaat uit 5 opgaven (51 + 4 punten) en een uitwerkbijlage. Gebruik eigen grafische rekenmachine
Nadere informatie7 College 01/12: Electrische velden, Wet van Gauss
7 College 01/12: Electrische velden, Wet van Gauss Berekening van electrische flux Alleen de component van het veld loodrecht op het oppervlak draagt bij aan de netto flux. We definieren de electrische
Nadere informatieVeiligheid Containerfeeders. Autheurs: Martijn de Jongh Hotze Boonstra TU-Delft
Veiligheid Containerfeeders Autheurs: Martijn de Jongh Hotze Boonstra TU-Delft Het gebruik van de Gross Tonnage waarde als maatstaf voor haven- en andere gelden staat al heel lang ter discussie. De koppeling
Nadere informatie(fonsvendrik.nl 2018)
Inhoud Mechanica. Nadruk verboden 1.1 De mechanica en haar indeling blz. 1 1.2 Puntmechanica 1 1.3 Relativiteit van rust en beweging 1 1.4 Berekening van de resultante van twee vectoren die een hoek met
Nadere informatieHet berekenen van de componenten: Gebruik maken van sinus, cosinus, tangens en/of de stelling van Pythagoras. Zie: Rekenen met vectoren.
3.1 + 3.2 Kracht is een vectorgrootheid Kracht is een vectorgrootheid 1 : een grootheid met een grootte én een richting. Bij het tekenen van een krachtpijl geldt: De pijl begint in het aangrijpingspunt
Nadere informatieFYSICA. voor 4 ST & 4 TW. Deze cursus fysica vind je op en op pmi.smartschool.be
FYSICA voor 4 ST & 4 TW Deze cursus fysica vind je op www.hetwarmewater.tk en op pmi.smartschool.be Fysica - Fysica in 3ST en 3TW! 1 / 1 Fysica in 3 ST & 3 TW Fysica is een wetenschap. Wat is een fysisch
Nadere informatie5. Krachtenkoppels Moment van krachten
Fysica hoofdstuk 1 : Mechanica 1 e jaar 2 e graad (2uur) 5. Krachtenkoppels Moment van krachten 5.1 Definitie krachtenkoppel: Onder een koppel van krachten verstaat men twee even grote, evenwijdige en
Nadere informatie- KLAS 5. a) Bereken de hellingshoek met de horizontaal. (2p) Heb je bij a) geen antwoord gevonden, reken dan verder met een hellingshoek van 15.
NATUURKUNDE - KLAS 5 PROEFWERK H6 22-12-10 Het proefwerk bestaat uit 3 opgaven met in totaal 31 punten. Gebruik van BINAS en grafische rekenmachine is toegestaan. Opgave 1: De helling af (16p) Een wielrenner
Nadere informatieBinnenvaartregeling bijlagen Bijlagen hoofdstuk 4;
Binnenvaartregeling bijlagen Bijlagen hoofdstuk 4; BIJLAGE 4.1: Metingsvoorschriften als bedoeld in de artikelen 4.9 en 4.12 Artikel 1 Begripsbepalingen Hoofdstuk 4: hoofdstuk 4 van de Binnenvaartregeling.
Nadere informatieNatuur- en scheikunde 1, energie en snelheid, uitwerkingen
4M versie 1 Natuur- en scheikunde 1, energie en snelheid, uitwerkingen Werk netjes en nauwkeurig Geef altijd een duidelijke berekening of een verklaring Veel succes, Zan Kracht, snelheid, versnelling,
Nadere informatieStatica & Sterkteleer 1. Statica en Sterkteleer: Voorkennis:
Statica & Sterkteleer 1 Statica en Sterkteleer: Voorkennis: Statica & Sterkteleer 2 Statica & Sterkteleer 3 Stappenplan bij een krachtenveelhoek: Statica & Sterkteleer 4 F1 = 10 N F2 = 15 N F3 = 26 N F4
Nadere informatieDeadload, hoe gaan we er mee om? ONDERZOEKSRAPPORT
Deadload, hoe gaan we er mee om? ONDERZOEKSRAPPORT Joris Ritsma Indepth assignment 27-05-2014 Begeleider aan boord: J.H.D. Kuhlmann Begeleider MIWB. H. van der Ende Voorwoord Met dit onderzoek moet een
Nadere informatieJuli geel Fysica Vraag 1
Fysica Vraag 1 Een rode en een zwarte sportwagen bevinden zich op een rechte weg. Om de posities van de wagens te beschrijven, wordt een x-as gebruikt die parallel aan de weg georiënteerd is. Op het ogenblik
Nadere informatieKrachten. Hoe en waarom zeilt een zeilboot? Bert Stals, 1 februari 2019
Krachten Hoe en waarom zeilt een zeilboot? Bert Stals, 1 februari 2019 Programma Krachten en krachten combineren Waarom gaan we niet steeds harder (tegenkrachten aan het werk) Momenten (krachten en armen)
Nadere informatieTWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2019 TOETS APRIL 2019 Tijdsduur: 1h45
TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2019 TOETS 1 17 APRIL 2019 Tijdsduur: 1h45 Enige constanten en dergelijke MECHANICA 1 Twee prisma`s. (4 punten) Twee gelijkvormige prisma s met een hoek α van 30 hebben
Nadere informatieSamenvatting snelheden en 6.1 6.3
Samenvatting snelheden en 6.1 6.3 Boekje snelheden en bewegen Een beweging kan je op verschillende manieren vastleggen: Fotograferen met tussenpozen, elke foto is een gedeelte van een beweging Stroboscopische
Nadere informatieZe wordt aangeduid met het woordje uitbreiding in de titelbalk. De moeilijkheidsgraad van de opgaven is aangeduid met een kleurgradatie:
Pulsar 1 leerwerkboek 2 u is bedoeld voor het eerste jaar van de tweede graad ASO met 2 lestijden fysica per week. Het is een combinatie van een leerboek met een werkboek. De leerstof wordt telkens ingeleid
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Natuurkunde Samenvatting NOVA 3 vwo
Samenvatting Natuurkunde Natuurkunde Samenvatting NOVA 3 vwo Samenvatting door N. 1441 woorden 9 oktober 2012 7,6 27 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Nova PARAGRAAF 1; KRACHT Krachten herkennen
Nadere informatieBergtrein. Figuur 2 staat ook op de uitwerkbijlage. a. Bepaal de afstand die de trein op t = 20 s heeft afgelegd.
Bergtrein In een bergachtig gebied kunnen toeristen met een bergtrein naar een mooi uitzichtpunt reizen De trein wordt aangedreven door een elektromotor en begint aan een rit naar boven In figuur 2 is
Nadere informatieInhoud. Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10
Inhoud Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10 1/10 Eenheden Iedere grootheid heeft zijn eigen eenheid. Vaak zijn er meerdere eenheden
Nadere informatieAAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1)
Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Is de arbeid die moet verricht worden op een voorwerp om dat voorwerp over een afstand h omhoog te brengen, afhankelijk van de gevolgde weg? Kies een van
Nadere informatieVAK: Mechanica - Sterkteleer HWTK
VAK: Mechanica - Sterkteleer HWTK Proeftoets Beschikbare tijd: 100 minuten Instructies voor het invullen van het antwoordblad. 1. Dit open boek tentamen bestaat uit 10 opgaven.. U mag tijdens het tentamen
Nadere informatieVlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde
Vlaamse Olympiades voor Natuurwetenschappen KU Leuven Departement Chemie Celestijnenlaan 200F bus 2404 3001 Heverlee Tel.: 016-32 74 71 E-mail: info@vonw.be www.vonw.be Vlaamse Fysica Olympiade 2015-2016
Nadere informatieHoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal
Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal U (V) 4.1 Eigenschappen van trillingen Harmonische trilling Een electrocardiogram (ECG) gaf het volgende
Nadere informatie11de Vlaams Congres van Leraars Wetenschappen zaterdag 12 november 2005. Jacky Hellemans - Koen Paes
11de Vlaams Congres van Leraars Wetenschappen zaterdag 12 november 2005 de wet van Jacky Hellemans - Koen Paes Academische Lerarenopleiding Natuurkunde Departement Natuurkunde en Sterrenkunde - K.U.Leuven
Nadere informatieIn een U-vormige buis bevinden zich drie verschillende, niet mengbare vloeistoffen met dichtheden ρ1, ρ2 en ρ3. De hoogte h1 = 10 cm en h3 = 15 cm.
Fysica Vraag 1 In een U-vormige buis bevinden zich drie verschillende, niet mengbare vloeistoffen met dichtheden ρ1, ρ2 en ρ3. De hoogte h1 = 1 cm en h3 = 15 cm. De dichtheid ρ3 wordt gegeven door:
Nadere informatieUitwerkingen van 3 klas NOVA natuurkunde hoofdstuk 6 arbeid en zo
Uitwerkingen van 3 klas NOVA natuurkunde hoofdstuk 6 arbeid en zo 1 Arbeid verrichten 1 a) = 0 b) niet 0 en in de richting van de beweging c) =0 d) niet 0 e tegengesteld aan de beweging 2 a) De wrijvingskracht
Nadere informatieTWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2013 TOETS APRIL :00 12:45 uur
TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2013 TOETS 1 24 APRIL 2013 11:00 12:45 uur MECHANICA 1 Blok en veer. (5 punten) Een blok van 3,0 kg glijdt over een wrijvingsloos tafelblad met een snelheid van 8,0 m/s
Nadere informatieNATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Tweede ronde - theorie toets. 21 juni beschikbare tijd : 2 x 2 uur
NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE Tweede ronde - theorie toets 21 juni 2000 beschikbare tijd : 2 x 2 uur 52 --- 12 de tweede ronde DEEL I 1. Eugenia. Onlangs is met een telescoop vanaf de Aarde de ongeveer
Nadere informatieTWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS 1. 23 APRIL 2014 10.30 12.30 uur
TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS 1 23 APRIL 2014 10.30 12.30 uur 1 RONDDRAAIENDE MASSA 5pt Een massa zit aan een uiteinde van een touw. De massa ligt op een wrijvingloos oppervlak waar het
Nadere informatie2 VWO 2 HAVO Oefenstof dichtheid.
(1 liter = 1 dm 3 ) (1 ml = 1 cm 3 ) (1 m 3 = 1000 dm 3 ) (1 dm 3 = 1000 cm 3 ) ( 1 kg = 1000 g) (1 g = 1000 mg) 1. Bepaal de massa van een vurenhouten balk met een volume van 70 dm 3. V = 70 dm 3 ρ =
Nadere informatieAugustus blauw Fysica Vraag 1
Fysica Vraag 1 We lanceren in het zwaartekrachtveld van de aarde een knikker met een horizontale snelheid v = 1,5 m/s op de hoogste trede van een trap (zie figuur). Elke trede van de trap heeft een lengte
Nadere informatieAugustus geel Fysica Vraag 1
Fysica Vraag 1 We lanceren in het zwaartekrachtveld van de aarde een knikker met een horizontale snelheid v = 1,5 m/s op de hoogste trede van een trap (zie figuur). Elke trede van de trap heeft een lengte
Nadere informatieNatuurkunde havo Evenwicht Naam: Maximumscore 47. Inleiding
Natuurkunde havo Evenwicht Naam: Maximumscore 47 Inleiding De toets gaat over evenwichtsleer. Daarbij gebruikt men de momentenwet: ΣM=0. Moment M = ± kracht F arm r met als eenheid Nm. Teken is + bij draaiïng
Nadere informatiealuminium 2,7 0, ,024 ijzer 7,9 0, ,012
DEZE TAAK BESTAAT UIT 36 ITEMS. --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Dichtheid Soortelijke
Nadere informatieNaam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier
Samenvatting door F. 823 woorden 3 maart 2015 7,4 32 keer beoordeeld Vak NaSk Sport, kracht en beweging 1 Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren
Nadere informatieMechanica - Sterkteleer - HWTK PROEFTOETS versie C - OPGAVEN en UITWERKINGEN.doc 1/16
VAK: Mechanica - Sterkteleer HWTK Set Proeftoets 07-0 versie C Mechanica - Sterkteleer - HWTK PROEFTOETS- 07-0-versie C - OPGAVEN en UITWERKINGEN.doc 1/16 DIT EERST LEZEN EN VOORZIEN VAN NAAM EN LEERLINGNUMMER!
Nadere informatie4. NUMERIEKE INTEGRATIE
4. NUMERIEKE INTEGRATIE Uit het voorgaande is gebleken dat oppervlakken, volumina, zwaartepunten, statische momenten etc. een belangrijke rol spelen in de beschouwingen aangaande het evenwicht van drijvende
Nadere informatieHEREXAMEN EIND MULO tevens IIe ZITTING STAATSEXAMEN EIND MULO 2009
MNSTERE VAN ONDERWJS EN VOLKSONTWKKELNG EXAMENBUREAU HEREXAMEN END MULO tevens e ZTTNG STAATSEXAMEN END MULO 2009 VAK : NATUURKUNDE DATUM : VRJDAG 07 AUGUSTUS 2009 TJD : 7.30 9.30 UUR DEZE TAAK BESTAAT
Nadere informatieHoofdstuk 2: HYDROSTATICA
ysica hoofdstuk : Hydrostatica e jaar e graad (uur) - 95 - Hoofdstuk : HYDROSTTIC. Inleiding: Bouw van een stof.. ggregatietoestanden De zuivere stoffen die we kennen kunnen in drie verschijningsvormen
Nadere informatieStevin havo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 4 Vectoren en hefbomen ( ) Pagina 1 van 16
Stevin havo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 4 Vectoren en hefomen (05-10-2013) Pagina 1 van 16 Opgaven 4.1 Scalars en vectoren 0 a sinα = 0,33 α = 19º 19º tanα = 0,75 α = 37º 37º c 2 = 25 9 = 16 = ± 4 ±4
Nadere informatieAAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1)
Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Is de arbeid die moet verricht worden op een voorwerp om dat voorwerp over een afstand h omhoog te brengen, afhankelijk van de gevolgde weg? Kies een van
Nadere informatieExamentraining Leerlingmateriaal
Examentraining 2015 Leerlingmateriaal Vak Natuurkunde Klas 5 havo Bloknummer Docent(en) Blok III Kracht en beweging (C1) Energieomzettingen (C2) WAN Domein C. Beweging en energie Subdomein C1. Kracht
Nadere informatieEindexamen natuurkunde pilot havo II
Eindexamen natuurkunde pilot havo 0 - II Beoordelingsmodel Vraag Antwoord Scores Opgave Vooruitgang maximumscore 4 uitkomst: (met een marge van 5 m) s = 8 (m) voorbeeld van een bepaling: De afstand s die
Nadere informatieTENTAMEN DYNAMICA (140302) 29 januari 2010, 9:00-12:30
TENTAMEN DYNAMICA (14030) 9 januari 010, 9:00-1:30 Verzoek: begin de beantwoording van een nieuwe vraag op een nieuwe pagina. En schrijf duidelijk: alleen leesbaar en verzorgd werk kan worden nagekeken.
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies
Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies Samenvatting door een scholier 1016 woorden 19 januari 2003 5,6 80 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Samenvatting hoofdstuk
Nadere informatieS3 Oefeningen Krachtenleer Hoofdstuk II II-3. II-3 Grafisch: 1cm. II-3 Analytisch. Sinusregel: R F 1
S3 Oefeningen Krachtenleer Hoofdstuk II II-3 Bepaal grafisch en analytisch de richting en grootte van de resultante, in volgende gevallen; F 1 = 4 kn F = 7 kn : 1) α = 30 ) α = 45 F 1 3) α = 90 α 4) α
Nadere informatie4. Maak een tekening:
. De versnelling van elk deel van de trein is hetzelfde, dus wordt de kracht op de koppeling tussen de 3e en 4e wagon bepaald door de fractie van de massa die er achter hangt, en wordt dus gegeven door
Nadere informatieDe diverse somsoorten bij Fysica
De diverse somsoorten bij Fysica 1 liter zout water weegt 1,03 kilo 1 liter zoet water weegt 1,00 kilo 1 meter zout water levert 0,1 bar druk op 1 meter zoet water levert 0,097 bar druk op Belangrijk:
Nadere informatieDe diverse somsoorten bij Fysica
De diverse somsoorten bij Fysica 1 liter zout water weegt 1,03 kilo 1 liter zoet water weegt 1,00 kilo 1 meter zout water levert 0,1 bar druk op 1 meter zoet water levert 0,097 bar druk op Belangrijk:
Nadere informatie2.1 Bepaling van een eenparige rechtlijnige beweging...39
Inhoudsopgave Voorwoord... 3 KINEMATICA...17 1 Inleidende begrippen...19 1.1 Rust en beweging van een punt...19 1.1.1 Toestand van beweging...19 1.1.2 Toestand van rust...20 1.1.3 Positie van een punt...20
Nadere informatieDefinitie. In deze workshop kijken we naar 3 begrippen. Massa, Volume en Mol. Laten we eerst eens kijken wat deze begrippen nu precies inhouden.
Definitie In deze workshop kijken we naar 3 begrippen. Massa, Volume en Mol. Laten we eerst eens kijken wat deze begrippen nu precies inhouden. Massa In je tabellenboek vindt je dat de SI eenheid van massa
Nadere informatieEindexamen vwo natuurkunde I
Opgave Lichtpracticum maximumscore De buis is aan beide kanten afgesloten om licht van buitenaf te voorkomen. De buis is van binnen zwart gemaakt om reflecties van het licht in de buis te voorkomen. inzicht
Nadere informatieStevin havo Antwoorden hoofdstuk 3 Vectoren en hefbomen ( ) Pagina 1 van 14
Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 3 Vectoren en hefomen (2016-05-24) Pagina 1 van 14 Als je een ander antwoord vindt, zijn er minstens twee mogelijkheden: óf dit antwoord is fout, óf jouw antwoord is fout.
Nadere informatieStabiliteit containerschepen. Jan Kruisinga
Stabiliteit containerschepen Jan Kruisinga Stabiliteit berekenen Belangrijk voor veiligheid schepen, bemanning en milieu Huidige rekenmethode voldoet Opleiding Onbetrouwbare containergewichten Juiste containergewichten
Nadere informatiewww. Fysica 1997-1 Vraag 1 Een herdershond moet een kudde schapen, die over haar totale lengte steeds 50 meter lang blijft, naar een 800 meter verderop gelegen schuur brengen. Door steeds van de kop van
Nadere informatieBIOFYSICA: Toets I.4. Dynamica: Oplossing
1 ste jaar Bachelor BIOMEDISCHE WETENSCHAPPEN Academiejaar 006-007 BIOFYSICA: Toets I.4. Dynamica: Oplossing 1 Opgave 1 Een blokje met massa 0, kg heeft onder aan een vlakke helling een snelheid van 7,
Nadere informatieHoofdstuk 8 Krachten in evenwicht. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal
Hoofdstuk 8 Krachten in evenwicht Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 8.1 raaiende voorwerpen Terugblik: krachten A) Gelijk gerichte vectoren B) Tegengestelde vectoren C) Onderling loodrechte
Nadere informatieMkv Magnetisme. Vraag 1 Twee lange, rechte stroomvoerende geleiders zijn opgehangen in hetzelfde verticale vlak, op een afstand d van elkaar.
Mkv Magnetisme Vraag 1 Twee lange, rechte stroomvoerende geleiders zijn opgehangen in hetzelfde verticale vlak, op een afstand d van elkaar. In een punt P op een afstand d/2 van de rechtse geleider is
Nadere informatieeenvoudig rekenen met een krachtenschaal.
Oefentoets Hieronder zie je leerdoelen en toetsopdrachten. Kruis de leerdoelen aan als je denkt dat je ze beheerst. Maak de toetsopdrachten om na te gaan of dit inderdaad zo is. Na leren van paragraaf.1
Nadere informatieBasic Creative Engineering Skills
Mechanica evenwicht en reactiekrachten November 2015 Theaterschool OTT-1 1 Stelsels van krachten Doel: het vereenvoudigen van een stelsel van meerdere krachten en momenten (paragraaf 4,7 en 4,8) November
Nadere informatieVraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5
Vraag 1 Een hoeveelheid ideaal gas is opgesloten in een vat van 1 liter bij 10 C en bij een druk van 3 bar. We vergroten het volume tot 10 liter bij 100 C. De einddruk van het gas is dan gelijk aan: a.
Nadere informatie