Notulen van de raadsvergadering van de gemeente Noordenveld, gehouden op woensdag 8 april 2009 om uur in de raadzaal van het gemeentehuis.

Transcriptie

1 Notulen van de raadsvergadering van de gemeente Noordenveld, gehouden op woensdag 8 april 2009 om uur in de raadzaal van het gemeentehuis. Aanwezig: Gemeentebelangen: de dames A. Jansen en T.A. Nijnuis, de heren J. Darwinkel, J.A. Koolen, A.J. Poelstra, J. Posthumus, A.J. Russchen en H.L. Smeenge PvdA: de dames J.R. Brink-Rozema en G. Lokhorst-Weggemans, de heren M.A. Brink, H.G.J. Schelling, A.H. Wekema en A.F.M. Witlox VVD: de heren N.B. Bossina, J. Louwes en C.A. Voogd CDA: de heren G. Alssema en J.W. Stevenson GroenLinks: de heren O. Huisman en J. Klinkenberg ChristenUnie: de heer K. Haan Griffier: de heer W.F.C. Damman. Aanwezig van College van Burgemeester en Wethouders: Burgemeester J.H. van der Laan (voorzitter), wethouders de heren J. Dam en J. Kemkers (Gemeentebelangen), O.L. Keizer en G. Wolters (PvdA). Afwezig met kennisgeving: PvdA: mevrouw K. Kiemel. 1. Opening De voorzitter opent de vergadering en heet allen welkom. 2. Vaststellen agenda Deze wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Voorstel tot vaststelling van de notulen van de vergadering van 25 maart 2009 Deze worden goedgekeurd en vastgesteld. 4. Mededelingen en ingekomen stukken De vragen van de fractie van de ChristenUnie in het kader van artikel 40 Reglement van Orde voor de gemeenteraad over de aanbesteding van het openbaar vervoer, komen bij agendapunt 7a aan de orde. 5.1 Verordening leerlingenvervoer De Raad gaat akkoord met het voorstel. 6.1 Inspraak in het kader van de Intergemeentelijke Structuurvisie Leek/Roden (IGS) De voorzitter komt met een voorstel van het college als reactie op de vraag van de raad over het beschikbaar stellen van stukken: Op meer plekken in de gemeente, ook in andere dorpen dan Roden, worden de stukken ter inzage gelegd. Aan ieder lid van de klankbordgroep wordt een gratis exemplaar van het ontwerp verstrekt. Voor overige burgers wordt de kostprijs 15,00. De planmer kost per stuk 200,00. Het voorstel is om die niet te verkopen, maar om de samenvatting beschikbaar te stellen. Die is gratis voor de leden van de klankbordgroep, en kost burgers 5,00. Dit voorstel is op het gevoel van het college tot stand gekomen. Iemand moet er wel iets voor over hebben. Deze prijzen zijn geen belemmering voor iemand, die het echt wil hebben. Het voorstel is snel kortgesloten met een deel van het college van de gemeente Leek, die ongeveer hetzelfde moet doen. Het gevoel is, dat de gemeente Leek hiermee kan leven. 1

2 De heer Darwinkel geeft aan dat Gemeentebelangen het met het voorstel eens is. Met de zojuist voorgestelde prijzen kan zijn fractie leven. De heer Bossina vindt dat de 15,00 wel wat minder zou mogen zijn. Misschien kan op bepaalde plaatsen, zoals de bibliotheek, het plan worden uitgeleend onder betaling van een borgsom. Het is van belang, de burgers zoveel mogelijk tegemoet te komen. De VVD-fractie heeft zich beraden over de bespreking in de raadscommissie en heeft geconcludeerd, dat dit ontwerp zo de inspraak in kan. De heer Haan kan leven met de prijs van 15,00, maar had die liever nog lager gezien. Dit bedrag zou voor de meeste burgers moeten kunnen. De vorige keer, dat over ter inzage legging is gesproken en besloten, heeft alleen de fractie van de ChristenUnie beargumenteerd tegen de ter inzage legging gestemd. De aantallen van nu zijn lager dan destijds, maar nog steeds te hoog. De discussie over de aantallen hangt mede af van zaken als migratie, zodat je de aantallen op dit moment niet doorslaggevend kunt laten zijn. Om die reden kan inspraak niet worden afgekeurd. Het plan zelf kan te zijner tijd op basis van deze aantallen door de raad wel afgewezen worden, zoals eerder is aangegeven. Het feit, dat er alle ruimte is om in het najaar een eventuele discrepantie tussen het raadsbesluit van maart 2008 en het plan aan de orde te stellen, stelt de fractie gerust. Het is goed dat de burgers de gelegenheid krijgen, om zich uit te spreken. Je kunt de zaak niet steeds blijven rekken. De ChristenUnie gaat akkoord met het ter inzage leggen. De heer Alssema kijkt terug op de voorbereiding, die uitgebreid is geweest. Veel mensen zijn erbij betrokken. Dat is goed. De fractie van het CDA kan met de genoemde bedragen instemmen. De vorige keer is er een mooie folder huis aan huis verspreid. De tekst daarvan was wat dubbel. Hij bepleit zo breed mogelijk uit te leggen, wat er gaat gebeuren. Hij stelt voor om er in de Krant een middenpagina aan te wijden, in voor iedereen begrijpelijke taal. De heer Huisman vindt dit plan onrealistisch, gezien het grote aantal woningen dat nog gebouwd moet worden, en vindt het niet rijp voor inspraak. GroenLinks is daarom tegen ter inzage legging. Mevrouw Brink benadrukt dat het gaat om een visie. Als alle fracties tegen zouden stemmen, dan zou de gemeente met de termijnen van de Wet Voorkeursrecht Gemeenten (WVG) in de knoei komen. De raad wil graag sociale woningbouw plegen. Als die termijnen niet worden gehaald, dan kan de gemeente dat vergeten. De heer Bossina vindt die opmerking buiten de orde, want die gaat over de inhoud. De heer Huisman wijst erop, dat zijn fractie de aantallen altijd ter discussie heeft gesteld. Die stond daarin niet alleen. Als je uitgaat van een realistischer hoeveelheid woningen, kun je een mooi plan krijgen met een mooie invulling, op grond van andere cijfers. Het hele plan is gebaseerd op die totale aantallen. Zijn fractie wil die juist naar beneden hebben. De heer Poelstra vindt dat je niet in de toekomst kunt kijken. In dit traject heeft de raad zich gecommitteerd aan een schragende functie van de gemeente, met deze cijfers. Dit traject leg je samen af. Het is te gemakkelijk, om het ontwerp niet realistisch en niet geschikt voor de inspraak te noemen. Deze visie moet door plannen gestalte krijgen. De heer Huisman wil een signaal afgeven, zoals de fractie al vaak heeft gedaan. Als er in oktober over wordt gesproken, geeft hij dat signaal weer af. Mevrouw Brink valt dat heel zwaar. Het is zo jammer, dat je zo niet met elkaar op kunt trekken en ervan maakt, wat je ervan kunt maken. De PvdA fractie gaat akkoord. De voorzitter lijkt het goed om na te gaan of er meer modaliteiten zijn, om zaken te verspreiden. Daar hoort het voorstel van de heer Alssema bij, dat volgende week al wordt uitgevoerd. Er zijn meer manieren om een en ander zo breed mogelijk te verspreiden onder de burgers. Eén daarvan is het voorstel van de heer Bossina. Hij vindt het jammer, dat de heer Huisman dit standpunt heeft. Het aantal tegenstemmers is daardoor met 100% gestegen ten opzichte van de vorige keer. De gezamenlijkheid, die 2

3 die fractie eigenlijk altijd wilde, is wel wenselijk bij één van de grootste projecten van deze gemeente en haar voorgangers. De raad heeft in maart 2008 in redelijke gezamenlijkheid een besluit genomen. Binnen dat kader is het college gebleven met dit plan. Hij doet een dringend beroep op de fractie van GroenLinks, te overwegen of dat niet van doorslaggevend belang zou moeten zijn om een houding te bepalen. Het college heeft gedaan, wat de raad heeft gevraagd. Of dat goed is gedaan, zal in oktober blijken. Het college heeft de kaders aangehouden, het heeft draagvlak gezocht, het is binnen de nieuwe aantallen gebleven en het heeft ten aanzien van de weg de raadsuitspraak uitgevoerd. De heer Huisman geeft na een schorsing aan dat hij zich heeft laten overtuigen, met de volgende opmerking. Tegen de aantallen blijft de fractie van GroenLinks altijd aanhikken. Zij ziet ook een groot financieel risico voor de gemeente. Het zal duidelijk zijn dat, als de raad het ontwerp formeel gaat behandelen, dat één van de zwaartepunten zal zijn qua kritiek op het stuk. Het is niet juist om nu al nee te zeggen, omdat de bevolking er nog een uitspraak over moet doen. Daarom gaat zijn fractie akkoord met het voorstel. De raad gaat akkoord met het voorstel. 7. Begrotingswijziging(en) Deze zijn er niet. 7a. Vragen van de ChristenUnie over de aanbesteding van het openbaar vervoer De heer Haan bedankt voor de beantwoording en de aanvulling op de vragen van de ChristenUnie. Gezien wat er op dit moment allemaal speelt, kun je je afvragen hoe simpel het is, om nu nog over dit onderwerp te spreken. De gedeputeerde wil de inschrijving een jaar uitstellen en de inschrijvers willen veel meer geld hebben, dan dat er geraamd is. En ook de overheid schijnt te willen bezuinigen. Wat gaat er nog gebeuren, en wat blijft er nog van over? Maar er is wel een traject ingezet. Hij wil zich er niet bij neerleggen. Hij stelt met nadruk, dat de vragen van zijn fractie zijn ingegeven vanuit het belang van een goede vervoersvoorziening voor de meest kwetsbaren in de samenleving, namelijk ouderen en mensen met een beperking. Voor een deel zijn deze vragen ingegeven vanuit één van zijn nevenfuncties. Vanuit die functies blijkt hoe belangrijk het is, dat ouderen en gehandicapten alle mogelijkheden krijgen, om uit hun isolement te komen. Hij zou daarvan schrijnende voorbeelden kunnen geven. Dan gaat het duidelijk om de mensen, en niet om de organisaties. Als zijn fractie ervan overtuigd kan worden, dat een andere vorm van vervoer voor de betrokkenen beter en voordeliger is dan de huidige, kan het college op de onvoorwaardelijke steun van de fractie rekenen. Het gaat om de doelgroep, de middelen zijn daaraan ondergeschikt. Een reactie op de aanvullingen van het college. Hij begrijpt, dat het OV-Bureau gesprekken voert met gebruikers. Had het niet voor de hand gelegen dat het college, als één van de gesprekspartners, overleg had gevoerd met twee organisaties, die in deze gemeente actief zijn? Dat had input opgeleverd voor de gesprekken binnen het geheel. Over dit punt krijgt hij tot op heden geen duidelijkheid. De beantwoording op de vragen 1 tot en met 6 is duidelijk. Dit wil niet zeggen, dat die bevredigend is. Het college had er goed aan gedaan, om wel met de organisaties te spreken. Naar aanleiding van het antwoord op vraag 7 vraagt hij, of het college volledig op de hoogte is van de werkzaamheden van de SON en de VOR. Weet het college, dat de beide organisaties ook met name mensen met een beperking vervoer op maat aanbieden? Zij vervoeren ouderen en gehandicapten van deur tot deur. Denkt het college dat het met het vervoersaanbod dat hem voor ogen staat, ook de service van deur tot 3

4 deur kan aanbieden? Het college benadrukt, dat vooral de toegankelijkheid van het openbaar vervoer voor ouderen en WMO-pashouders sterk wordt verbeterd. Puur als het gaat om openbaar vervoer, zal dat gemakkelijk kunnen. Als het gaat om vervoer op maat voor ouderen en gehandicapten, dan is het niet voorstelbaar dat de aanpak een verbetering is ten opzichte van de mogelijkheden, die mensen nu hebben. Bij vraag 8 komt er geen antwoord op de vraag, of er doublures zullen ontstaan. Er zullen natuurlijk wel doublures ontstaan, en die zullen voor alle partijen negatieve gevolgen hebben. Voor de kleinere organisaties zullen die niet of nauwelijks op te vangen zijn. De beantwoording op de laatste vragen is teleurstellend. Als de spoeling voor de vrijwilligersorganisaties dunner wordt, wordt het voor die organisaties moeilijk, of zelfs onmogelijk, om overeind te blijven. Hoe denkt het college overleg te voeren op een moment, dat inkrimping of opheffing een feit is? Dat is wat het in feite zegt. Is dat niet hetzelfde als Als het kalf verdronken is, dempt men de put?. Als de nieuwe voornemens de doelgroep ten goede komen, moet op de ingeslagen weg worden doorgegaan. Alvorens dat te doen zou het goed zijn dat het college zich ervan vergewist of datgene wat het voornemens is te doen, ook daadwerkelijk tot een verbetering voor de doelgroep leidt. Overleg met de beide vrijwilligersorganisaties zou daarvoor een goede mogelijkheid bieden. Is het college bereid om dit overleg tijdig te voeren? Wethouder Dam bevestigt dat er op dit moment veel gaande is op het gebied van het openbaar vervoer, zoals ook blijkt uit de kranten. Wat er nu in de kranten verschijnt, betreft een facet van de aanbestedingstrajecten, die op dit moment lopen. Daarbij gaat het om de zogenaamde dikke lijnen zoals de Q-Liner en Interliner. In dit geval gaat het om het kleinschalige streekvervoer, en het aanvullende WMO- en leerlingenvervoer. Hoe dat aanbestedingstraject, dat net is gestart, zal uitpakken wordt door de markt bepaald. Op dit gebied zijn er meer vervoersaanbieders dan op de dikke lijnen. Eén van de doelstellingen is om het kleinere streekvervoer, het WMO- en leerlingenvervoer eruit te halen, zodat er een grotere zakelijke doelgroep op in kan schrijven. Over het aanbestedingstraject is nog niets te zeggen. Hij waardeert de open houding van de heer Haan. Terecht noemt hij, dat hij steeds gezegd heeft dat, als er zoveel en goed vervoer aangeboden wordt, de consequentie zou kunnen zijn, dat de SON en VOR overbodig zouden worden. En dat de organisaties moeten blijven functioneren en tegen de stroom in moeten roeien. Het college probeert van daaruit de organisaties te benaderen. Vanuit het OV-Bureau is contact geweest met diverse organisaties, die gebruikmaken van dit vervoer. Het college wil met de SON en de VOR praten over de stand van zaken en de vraag, wanneer in gesprek te gaan. Dat is gedaan toen er in het aanbestedingstraject nog de mogelijkheid was, om inbreng te hebben. De heer Haan heeft nooit iets gezien of gehoord van een overleg met de SON en de VOR. Wethouder Dam meent dat er een moment van overleg is geweest, waarbij ook de heer Poelstra aanwezig was, waarin de stand van zaken is aangegeven. De heer Poelstra wijst erop dat dit was in de functie van raadslid. De heer Haan weet dat er in november een bijeenkomst is geweest van het OV Bureau, waarvoor alle fractiespecialisten zijn uitgenodigd en waar dit aan de orde kwam. Op basis daarvan heeft hij gereageerd. Hij betreurt het, dat het college nooit overleg heeft gevoerd met de beide organisaties. Wethouder Dam verzoekt op dat punt terug te mogen komen. Hij gaat het na. Als de aanbesteding doorlopen is, is bekend wat er noodzakelijkerwijs met de buurtbus te doen is en wat met de regiotaxi. Dan wordt er overleg gepleegd met de SON en de VOR. Tijdens de bijeenkomst met de raadsleden is toegezegd, dat dat later aan de orde zou zijn. De heer Haan lijkt het beter voor de beeldvorming om, voordat dat traject doorlopen is, met de beide organisaties te praten. Dan weet het college, wat er daadwerkelijk gebeurt. 4

5 Het moet gebruikmaken van de kennis die er bij die organisaties is, met ze bespreken wat ze doen en wat gaat er straks gebeuren. Beide partijen willen hetzelfde, namelijk een optimaal vervoer voor de doelgroepen. Wethouder Dam denkt dat er geen misverstand is over het doel, maar over de weg daarnaar toe. Er is een knip gemaakt. Het college heeft niet eerst met de uitvoeringsorganisaties gesproken. Het heeft met name van de WMO-cliëntenraad en van leerlingengroepen informatie verkregen en is op basis daarvan het aanbestedingstraject ingaan. De heer Louwes is van mening dat, als je een offertetraject ingaat voor het vervoer in de markt, je eerst moet weten wat de consequenties zijn voor de bestaande situatie. Wethouder Dam heeft zich daarom juist gericht tot de expertise van het OV-Bureau. De heer Louwes vindt dat dan het OV-Bureau moet weten, wat de locale situatie is. Wethouder Dam antwoordt dat er gesprekken zijn gevoerd met WMO- en leerlingenraden, om na te gaan wat de wens van de klant is. Er is nog niet met de uitvoeringsorganisaties, zoals de SON en de VOR, over gesproken. In het offertetraject komen de uitvoeringsorganisaties aan bod. De voorzitter stelt vast dat er een meningsverschil is over een belangrijk punt, dat in deze vergadering niet zal worden opgelost. Hij stelt voor dat de heer Haan en de wethouder in alle rust gaan bijpraten. Als er na dat gesprek nog licht zit tussen de beide meningen, dan kan het punt misschien nog eens worden geagendeerd. 8. Sluiting De voorzitter sluit onder dankzegging de vergadering om uur. 5