Proefverslag 500. Het effect van het EW-gehalte en het FK-niveau op de NH 3 -emissie bij vleesvarkens, geschat via metingen op balanskooien

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Proefverslag 500. Het effect van het EW-gehalte en het FK-niveau op de NH 3 -emissie bij vleesvarkens, geschat via metingen op balanskooien"

Transcriptie

1 Proefverslag 500 Het effect van het EW-gehalte en het FK-niveau op de NH 3 -emissie bij vleesvarkens, geschat via metingen op balanskooien (fase 4 van BTOC-project SBC 95019) (proef LVE-37, projectcode VM95-7 ; PV-500; Y1998) auteurs: ir. G.J. Borggreve dr.ir. P. Bikker dr. W.A.G. Veen augustus 1998 trefwoorden: vleesvarkens, verteringsproef, indicator, balansproef, NH 3 -emissie, N-retentie, N-uitscheiding, EW-gehalte, FK-gehalte, HCl-onoplosbare as Instituut voor de Veevoeding "De Schothorst" Meerkoetenweg 26, Postbus AM LELYSTAD tel.nr Inleiding Voor fase 4 van het BTOC-project betreffende de toepassing van hooggeconcentreerde voeders voor vleesvarkens, was een onderzoek voorgesteld naar het effect van dergelijke voeders op de NH 3 -emissie in vergelijking met de gangbare voeders. In eerste instantie was het de bedoeling deze proef uit te voeren in de praktijkstal, waarbij de NH 3 -emissie conform het protocol "Groen Label" zou worden vastgesteld. Uitvoering van deze proef was financieel echter niet haalbaar. Vervolgens is besloten het effect op de NH 3 -emissie modelmatig te schatten op basis van de N-uitscheiding via de urine. Er is namelijk een sterk lineair verband tussen de N-concentratie van de urine en de ammoniakemissie, terwijl de N-uitscheiding via de faeces weinig effect heeft op de ammoniakemissie (van Vuuren, A.M. en Jongbloed, A.W., ID-DLO rapport no. 272, 1994). Overigens hebben ook andere factoren, zoals de ph en de temperatuur van de mengmest, een effect op de NH 3 -emissie. Met varkens op balanskooien kan de uitscheiding van N via de urine en de faeces worden vastgesteld. De mogelijk lagere NH 3 -emissie op hooggeconcentreerde voeders wordt toegeschreven aan het feit dat deze voeders meestal minder eiwit per EW bevatten, waardoor er minder N per kg groei wordt uitgescheiden. Verwacht wordt dat de lagere N-uitscheiding vooral via de urine wordt verwezenlijkt en daarmee tot een lagere NH 3 -emissie leidt. Verder is uit onderzoek met rauw aardappelzetmeel gebleken, dat de NH 3 -emissie ook kan worden beperkt door voeders met een hoger gehalte aan fermenteerbare koolhydraten (FK) te verstrekken. Er wordt dan meer bacterieel eiwit gevormd in de dikke darm, waardoor relatief meer N via de mest en minder N via de urine zal worden uitgescheiden. In een proef met varkens op balanskooien is het effect van het EW-niveau en het FK-gehalte op de uitscheiding van N via de faeces en de urine onderzocht. De verteerbaarheid van de nutriënten is vastgesteld met de indicatormethode en door middel van totale verzameling. Doel hiervan was om na te gaan of de door De Schothorst toegepaste indicatormethode dezelfde resultaten geeft als de totale verzameling, zoals is voorgeschreven in het CVB-protocol. Proefdoelen

2 1. Vaststellen van het effect van het EW-gehalte in het voer op de N-uitscheiding via urine en faeces van vleesvarkens. 2. Vaststellen van het effect van het FK-gehalte in het voer op de N-uitscheiding via urine en faeces van vleesvarkens. 3. Vergelijking van de verteerbaarheidsmeting met de indicatormethode (HCl-onoplosbare as) en met de kwantitatieve verzameling. Proefopzet Proefbehandelingen Er waren 4 proefbehandelingen: Voercode 1. 1,08 EW, laag FK A 2. 1,08 EW, hoog FK B 3. 1,20 EW, laag FK C 4. 1,20 EW, hoog FK D Proefuitvoering De proef is uitgevoerd met 24 borgen op balanskooien; het gewicht bij opleggen was 46 ± 3,8 kg. De proefvoeders werden gedurende twee weken verstrekt in een voorperiode van 7 dagen en een proefperiode van 6 dagen. Tijdens de laatste 3 dagen van de voorperiode en de hele proefperiode werd per dier per dag dezelfde hoeveelheid voer verstrekt op basis van het verwachte gewicht (=G in kg) halverwege de proefperiode. De hoeveelheid te verstrekken voer in kg per dag bedroeg 0,08*G0,75/EW; het voer werd droog verstrekt in twee porties om 7.30 en om uur. Eventuele voerresten tijdens de proefperiode werden verzameld, gewogen en op vocht geanalyseerd. De dieren konden onbeperkt water opnemen. Tijdens de proefperiode zijn urine en mest zo volledig mogelijk verzameld. Het verzamelen van de mest gebeurde overeenkomstig het "CVB-protocol voor een verteringsproef met groeiende intacte vleesvarkens". De mest werd echter niet opgevangen in aangeplakte plastic zakjes, maar via een lopende band onder de kooien in plastic bakken. De band werd elk uur gedurende een korte tijd in werking gezet. Dagelijks werd de mest per varken overgebracht in een van tevoren gewogen emmer met deksel, die in de koelcel werd bewaard. Aan het eind van de hoofdperiode werd de mest gehomogeniseerd (eventueel na bijmenging van wat water), gewogen en bemonsterd. De urine werd opgevangen in plastic bakken onder de kooien, waarin zoveel zwavelzuur was gebracht dat de ph onder 3,0 bleef en vervluchtiging van NH 3 werd voorkomen. Dagelijks werd de hoeveelheid geproduceerde urine vastgesteld en werd 10% van de geproduceerde urine per varken verzameld en koel bewaard. Aan het eind van de hoofdperiode werd de verzamelde urine per varken gemengd en bemonsterd. Aan het eind van de voorperiode werd de ph van de urine en de faeces gemeten; hiertoe werd de urine zonder zwavelzuur opgevangen. Samenstelling proefvoeders De grondstofsamenstelling en een aantal berekende gehaltecijfers van de proefvoeders zijn vermeld in tabel 1. Het hogere EWniveau werd verwezenlijkt door opname van meer vet en sojaschroot ten koste van zonnebloemzaadschroot en tapioca; het hoger FKgehalte door opname van kokosschilfers, lupinen, palmpitschilfers, tarwegries en destructievet ten koste van tarwe en erwten. Aan alle proefvoeders werd 1,5% diamol als indicator toegevoegd. Tabel 1 Grondstofsamenstelling (%) en een aantal berekende gehaltecijfers van de proefvoeders diermeel, 14% vet/58% RE 1,5 1,5 1,5 1,5 erwten, <22% RE 7,5 -,-- 7,5 -,-- kokosschilfers, 12% vet -,-- 5,0 -,-- 5,0 raapzaadschroot, "00" 5,0 5,0 5,0 5,0

3 lupinen, 33,5% RE (Austr.) -,-- 5,0 -,-- 5,0 palmpitschilfers, <22% RC -,-- 5,0 -,-- 5,0 sojaschroot, 47% RE 12,3 11,0 19,6 20,0 tapioca, 65% zetmeel 31,5 28,7 26,85 22,7 tarwe 25,0 15,0 25,0 15,0 tarwegries -,-- 5,0 -,-- 5,0 zonnebloemzaadschroot, 32% RE 7,0 7,0 -,-- -,-- diamol 1,5 1,5 1,5 1,5 melasseriet, >47,5% sui. 4,0 4,0 4,0 4,0 destructievet 3,36 4,83 7,35 8,89 premix methionine (10%) -,-- -,-- 0,31 0,06 premix lysine (25%) 0,23 0,4 -,-- -,-- premix vleesvarkens* 0,5 0,5 0,5 0,5 premix fytase ( FTU/kg) 0,09 0,09 0,17 0,15 krijt 0,10 0,10 0,31 0,30 monocalciumfosfaat 0,12 0,10 0,11 0,10 zout 0,30 0,28 0,30 0,30 totaal 100,00 100,00 100,00 100,00 Berekend gehalte (g/kg): vocht as re vre onverteerbaar eiwit rvet rc zetmeel totaal zetmeel vrk suiker totaal suiker vrk FK IK EW* * via de premix werd 20 dpm tylosine aan het voer toegevoegd. Analyseresultaten van de proefvoeders In tabel 2 zijn de analyseresultaten van de proefvoeders weergegeven. De resultaten kwamen goed overeen met de verwachte gehalten. Het verschil in zetmeel volgens Ewers en amyloglucosidase is te verwaarlozen. Tabel 2 Geanalyseerde gehalten van de proefvoeders (g/kg) vocht as eiwit rvet(berntrop) rc zetmeel (Ewers) zetmeel (amylogl.) HCl-onopl. as 20,3 22,7 21,3 18,9

4 Resultaten en discussie Verteringsproef De resultaten van de verteringsproef zijn vermeld in tabel 3. Behalve de verteringscoëfficiënten voor eiwit, vet, koolhydraten en organische stof zijn ook de verteringscoëfficiënten voor rc en as vermeld. Vanwege de lagere verteerbaarheid zijn voor beide laatstgenoemde nutriënten de verschillen tussen indicator- en totaalmethode veel groter dan voor de andere nutriënten. Tevens is vermeld welk percentage van de indicator is teruggevonden in de mest bij totaal verzamelen. Tenslotte is met de gevonden verteringscoëfficiënten het FK-gehalte en de EW van de vier proefvoeders berekend. Voor de EWberekening is het geanalyseerde zetmeelgehalte volgens Ewers gehanteerd, voor suiker zijn de berekende gehalten voor totaal suiker en suiker vrk. uit tabel 1 gehanteerd. Tabel 3 Verteringscoëfficiënten van de proefvoeders volgens de indicatormethode en bij kwantitatief verzamelen van de mest (=totaal), het recovery-percentage voor HCl-onoplosbare as en het gehalte aan EW en FK VC eiwit significantie EW FK int. indicator 79,5 ± 2,2 72,2 ± 5,7 80,6 ± 3,1 78,8 ± 2,1 ** ** * totaal 79,6 ± 2,2 73,7 ± 4,4 81,6 ± 1,9 79,5 ± 2,1 ** ** n.s. berekend 82,0 79,2 84,8 82,7 (uit samenstelling, tabel 1) VC rvet indicator 80,1 ± 2,1 79,5 ± 2,7 81,8 ± 3,2 82,6 ± 2,1 ** n.s. n.s. totaal 80,1 ± 1,5 80,6 ± 1,4 82,7 ± 2,1 83,1 ± 2,3 ** n.s. n.s. VC koolhydraten indicator 88,2 ± 0,8 82,7 ± 1,5 90,7 ± 0,6 86,7 ± 0,4 ** ** n.s. totaal 88,2 ± 0,6 83,6 ± 1,2 91,1 ± 0,5 87,1 ± 0,6 ** ** n.s. VC organische stof indicator 86,0 ± 1,0 80,3 ± 2,4 87,6 ± 1,3 84,3 ± 0,8 ** ** * totaal 86,0 ± 0,8 81,3 ± 1,7 88,2 ± 0,6 84,8 ± 1,0 ** ** n.s. VC ruwe celstof indicator 45,1 ± 5,2 42,2 ± 5,1 53,9 ± 4,2 51,3 ± 4,1 ** n.s. n.s. totaal 45,2 ± 4,6 45,1 ± 3,3 56,0 ± 3,5 52,8 ± 4,6 ** n.s. n.s. VC as indicator 38,5 ± 2,0 34,5 ± 3,3 42,0 ± 2,3 43,2 ± 1,2 ** n.s. ** totaal 38,6 ± 2,9 37,7 ± 4,3 44,6 ± 3,2 45,0 ± 1,5 ** n.s. n.s. recovery HCl-onopl. as 100,1 ± 6,3 95,5 ± 9,5 95,7 ± 7,9 96,8 ± 2,7 n.s. n.s. n.s. spreiding (91-107) (79-107) (83-105) (93-101) EW indicator 109,0 105,1 118,5 118,5 totaal 109,0 106,3 119,3 119,1 FK - gehalte indicator Voor alle proefvoeders kwam de gevonden eiwitverteerbaarheid lager uit dan was berekend. Het verschil was het grootste voor voer B. Dit voer had overigens ook de hoogste variatie voor alle verteringscoëfficiënten. Wij zijn van mening, dat de gemeten

5 eiwitverteerbaarheid van voer B te laag is, omdat in alle voeders dezelfde eiwitbronnen zijn verwerkt. Bij de individuele uitkomsten kon echter geen duidelijke uitbijter worden aangewezen. De gemeten EW- en FK-gehalten van de voeders kwamen goed overeen met de berekende gehalten, met uitzondering van de lagere EW bij voer B als gevolg van de lagere verteerbaarheid. Voor voer A was er een zeer goede overeenkomst in verteerbaarheid tussen de indicatormethode en totaal verzamelen. Bij de drie overige voeders werden met de indicatormethode iets lagere verteringscoëfficiënten gevonden. Dit komt ook tot uiting in de lagere recovery-percentages voor HCl-as. Er is nagegaan of de laagste recovery-percentages bij voer B en C (resp. 79 en 83%) te herleiden waren tot duidelijk afwijkende HClonoplosbare asgehalten van de desbetreffende mestmonsters. Dit zou dan een reden zijn om deze uitkomsten uit te sluiten bij het verteringsonderzoek volgens de indicator- methode. Voor voer B bleek dat niet het geval; het gemiddelde gehalte aan HClonoplosbare as met en zonder de desbetreffende waarde bedroeg resp. 102 ± 11,0 en 105 ± 10,1 g/kg. Voor voer C was dat wel het geval; het gemiddelde gehalte aan HCl-onoplosbare as met en zonder de desbetreffende waarde was resp. 141 ± 10,8 en 145 ± 3,1; de spreiding werd veel kleiner na verwijdering van de uitbijter. Zonder deze uitbijter werd de verteerbaarheid voor eiwit 81,8, voor rvet 82,8, voor koolhydraten 90,9 en voor organische stof 88,1. Het recovery-percentage werd dan 98,3%. N-uitscheiding via urine In tabel 4 is per proefbehandeling de gemiddelde voeropname en urineproductie per big per dag, het gemiddelde N-gehalte van de urine en de met de urine uitgescheiden hoeveelheid N per big per dag en per kg voer vermeld. Tabel 4 Voeropname en urineproductie per big per dag, N-gehalte van de urine en N-uitscheiding via de urine voeropname (kg/dag) 1,46 ± 0,11 1,39 ± 0,07 1,32 ± 0,05 1,30 ± 0,07 urine (kg/dag) 3,8 ± 3,4 3,7 ± 4,6 2,2 ± 1,2 3,4 ± 4,3 (1,7-10,6) (1,0-13,0) (1,3-4,6) (1,0-12,1) N (g/kg urine) 4,78 ± 2,3 5,59 ± 2,9 6,27 ± 2,4 7,22 ± 3,4 ph van de urine 8,55 ± 0,19 8,32 ± 0,15 8,57 ± 0,14 8,70 ± 0,11 N-uitscheiding via de urine: gram per big per dag 13,3 ± 3,3 11,2 ± 2,5 12,1 ± 2,7 13,7 ± 4,2 (9,3-18,8) (8,1-14,7) (8,3-15,7) (8,3-20,4) g per kg voer 9,0 ± 2,0 8,1 ± 1,8 9,1 ± 1,9 10,5 ± 3,0 (7,2-12,8) (5,9-11,1) (6,6-11,5) (7,2-15,4) Uit de resultaten blijkt dat de hoeveelheid geproduceerde urine per dier aanzienlijk varieerde; deze variatie is schijnbaar en is waarschijnlijk veroorzaakt door knoeien met de waternippel, waardoor water rechtstreeks in de urineopvangbak is gelopen. Een hogere urineproductie ging logischerwijze gepaard met een lager N-gehalte. Binnen de behandelingen was er een grote variatie in N-uitscheiding, zowel per big per dag als per kg opgenomen voer. De verschillen in N-uitscheiding per kg voer tussen de behandelingen waren niet significant. Het is niet te achterhalen in hoeverre dit moet worden toegeschreven aan variatie tussen de dieren of aan onnauwkeurigheid van de meetmethode. Schatting van de NH 3 -emissie De NH 3 -emissie uit varkensstallen wordt veroorzaakt door de enzymatische splitsing van ureum, het belangrijkste N-houdende bestanddeel van de urine. Er is dan ook een duidelijke relatie tussen de hoeveelheid N die met de urine wordt uitgescheiden en de NH 3 -emissie. Daarnaast wordt de NH 3 -emissie beïnvloed door een aantal fysische factoren, zoals de temperatuur, de ph en de concentratie van ureum + ammonia in de urine of de mengmest. In deze proef zijn de verschillen in N-gehalte van de urine vooral veroorzaakt door knoeien met water. Dit mag niet worden gezien als een effect dat door de voeders is veroorzaakt. Het heeft dus geen zin hiermee te rekenen bij het schatten van de NH 3 -emissie. Wel zou eventueel gekeken kunnen worden naar de te verwachten verschillen in wateropname en urineproductie op basis van de gehalten aan eiwit, K en Na van de proefvoeders. De ph-verschillen tussen de urinemonsters waren minimaal, zodat ook deze niet meegenomen hoeven te worden. Er moet dan alleen rekening worden gehouden met de hoeveelheid N die met de urine wordt

6 uitgescheiden. Er van uitgaande dat 25% van de N in de urine als ammoniak verdwijnt (van Vuuren en Jongbloed, 1994), bedraagt de NH 3 -emissie 0,25*17/14*N-uitscheiding via de urine = 0,304*N-uitscheiding via de urine. In tabel 5 zijn de gegevens betreffende de eiwitopname, -uitscheiding en -retentie, en de NH 3 -emissie, uitgedrukt per kg opgenomen voer en per opgenomen EW, vermeld. Tabel 5 Effect van de proefvoeders op de eiwitopname, de eiwitverliezen via mest en urine, de eiwitretentie en de NH 3 -emissie, uitgedrukt per kg opgenomen voer en per opgenomen EW g per kg voer: eiwitopname eiwit in faeces 32,6 47,0 33,0 39,4 "eiwit" in urine (=N*6,25) 51,7 46,8 56,8 59,4 eiwitretentie 74,7 75,2 80,2 87,2 NH 3 -emissie 2,52 2,28 2,77 2,89 g per EW: eiwitopname 147,2 156,5 141,7 155 eiwit in faeces 30,2 43,5 27,5 32,8 "eiwit" in urine (=N*6,25) 47,9 43,3 47,3 49,5 eiwitretentie 69,1 69,6 66,8 72,7 NH 3 -emissie 2,33 2,11 2,31 2,41 Vanwege de verschillen in EW tussen de proefvoeders zijn de resultaten op EW-basis vergeleken. Uit de gegevens van tabel 5 blijkt dat bij een EW-toename de NH 3 -emissie per EW bij laag FK gelijk blijft en bij hoog FK toeneemt. Verwacht werd, dat verhoging van de EW-concentratie zou leiden tot een lagere NH 3 -emissie als gevolg van het lagere eiwitgehalte per EW. Het gunstige effect van het (iets) lagere eiwitgehalte per EW wordt bij hoog FK ruimschoots teniet gedaan door de lagere hoeveelheid eiwit in de mest. Verhoging van het FK-gehalte gaf bij het voer met 1,08 EW een verlaging van de NH 3 -emissie en bij het voer met 1,20 EW een toename van de NH 3 -emissie, terwijl in beide gevallen een afname van de NH 3 -emissie was verwacht. Verhoging van het FK-gehalte gaf zowel bij laag als hoog EW een toename van de hoeveelheid eiwit in de mest. In ID-DLO-onderzoek is gevonden, dat 100 g extra FK uit aardappelzetmeel 4 g extra (bacterie)-eiwit in de mest opleverde. In onze proef gaf 40 g extra FK per kg voer een toename van de hoeveelheid eiwit in de mest met resp. 14 en 6 g. Hierbij moet wel worden opgemerkt, dat aardappelzetmeel geen eiwit aanbrengt, terwijl de FK-leverende grondstoffen in onze proef tegelijk een hoeveelheid minder goed verteerbaar eiwit aanbrachten. Bovendien is zoals eerder besproken, de gemeten eiwitverteerbaarheid van voer B waarschijnlijk onderschat en daarmee de werkelijke hoeveelheid eiwit in de mest overschat. Zoals reeds eerder is opgemerkt, was er een aanzienlijke variatie in de gemeten N-uitscheiding via de urine, vanwege variatie tussen de dieren en mogelijk als gevolg van meet-onnauwkeurigheden. In de praktijk mag worden verwacht dat de vier onderzochte voeders per EW vrijwel gelijke eiwitretenties zullen geven. Wanneer deze wordt gesteld op 70 g per EW kan de N-uitscheiding via de urine en daarmee de NH 3 -emissie worden berekend uit de eiwitopname en de eiwitverteerbaarheid (zie tabel 6). Tabel 6 Eiwituitscheiding via de urine en NH 3 -emissie (g per opgenomen EW), berekend met de gemeten en de berekende eiwitverteerbaarheid bij een vaste eiwitretentie eiwitopname 147,2 156,5 141,7 155,0 eiwit in mest (gemeten/berekend) 30,2 / 26,5 43,5 / 32,6 27,5 / 21,6 32,8 / 26,8 eiwitretentie 70,0 70,0 70,0 70,0 "eiwit" in urine 47,0/ 50,7 43,0/ 53,9 44,2/ 50,2 52,2 / 58,2 N in urine 7,52/ 8,11 6,88/ 8,62 7,07 / 8,03 8,35 / 9,31

7 NH 3 -emissie 2,28/ 2,46 2,09/ 2,62 2,15 / 2,44 2,54 / 2,83 De berekeningen in deze tabel zijn uitgevoerd met de door ons gemeten eiwitverteerbaarheid en met de uit de grondstofsamenstelling berekende eiwitverteerbaarheid. De berekende eiwitverteerbaarheden geven bij alle voeders iets minder eiwit in de mest, iets meer "eiwit" in de urine en daarmee iets meer NH 3 -emissie; voor voer B is het verschil groter dan voor de andere voeders. Uit de berekeningen komt duidelijk naar voren dat zowel het eiwitgehalte per EW als de hoeveelheid onverteerd eiwit een effect heeft op de NH 3 -emissie. Op basis van de berekende eiwitverteerbaarheid heeft EW-verhoging bij laag FK geen effect op de NH 3 -emissie, bij hoog FK geeft het anders dan verwacht een toename van de NH 3 -emissie. Dit laatste als gevolg van het feit, dat de geringe verlaging van het eiwitgehalte per EW gepaard gaat met een duidelijke verbetering van de eiwitverteerbaarheid (dus minder eiwit in de mest). Het gehalte aan VRE per EW nam dus toe. Op basis van de berekende eiwitverteerbaarheid geeft verhoging van het FK-gehalte een toename van de NH 3 -emissie, terwijl een afname was verwacht. Dit moet worden toegeschreven aan het feit, dat de verhoging van het FK-gehalte volgens verwachting wel leidt tot een toename van de hoeveelheid eiwit in de mest, maar tegelijk is de hoeveelheid eiwit in het voer nog sterker toegenomen. Dit resulteert in een toename van de hoeveelheid verteerbaar eiwit en dus ook in urine-n. Dit is een essentieel verschil tussen onze proef en de ID-DLO-proef met aardappelzetmeel. In de laatstgenoemde proef leverde de FK-bron geen extra eiwit, terwijl in onze proef tegelijk met de FK-verhoging het gehalte aan totaal en verteerbaar eiwit van de voeders toenam. Ook in de praktijk zal verhoging van het FK-gehalte meestal samengaan met een hoger (V)RE- gehalte als hier geen beperking aan wordt gesteld. Naar onze mening is een beperking van het gehalte aan verteerbaar eiwit in de voeders een betere methode om de N-uitscheiding via de urine en daarmee de NH 3 -emissie te beperken dan een verhoging van het FK-gehalte. Het is denkbaar, dat naast een laag gehalte aan verteerbaar eiwit een verhoging van het FK-gehalte een nog verdere beperking van de N-uitscheiding via de urine geeft. Dit kan echter alleen gebeuren, indien de extra verstrekte FK s meer eiwit in de dikke darm vastleggen dan overeenkomt met de eiwitverteerbaarheid van de FK-rijke grondstoffen zoals vermeld in de Veevoedertabel. De vraag is dus feitelijk, of FK-rijke grondstoffen onder bepaalde omstandigheden meer (of minder) eiwit kunnen vastleggen in de dikke darm dan overeenkomt met de eiwitverteerbaarheid volgens de veevoedertabel. Uit onderzoek van het IMAG (Proefschrift Canh, 1998) is gebleken dat mengmest een lagere ph heeft als gevolg van hogere gehalten aan vluchtige vetzuren naarmate de varkens meer NSP s (=FK+IK) hebben opgenomen. Samenvatting en conclusies In een proef met 24 varkens op balanskooien is de verteerbaarheid en N-uitscheiding via de urine gemeten van 4 voeders met verschillende EW en FK-gehalten. De verteerbaarheid werd zowel met een indicator als door totale mestverzameling gemeten. Gemiddeld werden bij totale verzameling iets hogere verteringscoëfficiënten gevonden dan met de indicatormethode. De uitscheiding van N via de urine vertoonde een aanzienlijke variatie; het is niet te achterhalen of dit een gevolg is van variatie in eiwitretentie tussen de dieren of een gevolg van meetonnauwkeurigheden. De NH 3 -emissie is daarom zowel berekend op basis van de gemeten N-uitscheiding via de urine als op basis van de verteerde hoeveelheid eiwit en een vaste eiwitretentie. Omdat bij één proefvoer een onverwacht lage eiwitverteerbaarheid werd gemeten, zijn de conclusies gebaseerd op de uit de grondstofsamenstelling berekende eiwitverteerbaarheid. Verhoging van de voerconcentratie leidde niet tot de verwachte vermindering van de NH 3 -emissie, omdat de verlaging van het eiwitgehalte gepaard ging met een evengrote of nog grotere verlaging van de hoeveelheid eiwit in de mest. Het VRE-gehalte per EW daalde dus niet. Ook de verhoging van het FK-gehalte leidde niet tot een vermindering van de N-uitscheiding via de urine en daarmee tot een beperking van de NH 3 -emissie. Verhoging van het FK-gehalte leidde wel tot een toename van de hoeveelheid eiwit in de mest, maar deze toename was niet voldoende om te compenseren voor de grotere hoeveelheid eiwit in het voer. Er is geconcludeerd dat bij varkens de N-uitscheiding via de urine en de te verwachten NH 3 -emissie kan worden beperkt door de hoeveelheid verteerbaar eiwit in de voeders te beperken. Het is niet bekend of een hoger FK-gehalte daarnaast nog een bijdrage kan leveren aan het beperken van de N-uitscheiding via de urine. Dit hangt af van de vraag of in de eiwitverteerbaarheid van de FK-rijke grondstoffen, zoals vermeld in de Veevoedertabel, automatisch de hoeveelheid eiwit is meegenomen die door de fermentatie van de FK s van deze grondstoffen in de dikke darm kan worden vastgelegd.

HET EFFECT VAN SEMI-AD LIBITUM TROGVOEDERING EN AD LIBITUM BRIJBAKVOEDERING MET SLACHTVARKENSVOEDER EW 1,10 OF EW 1,03

HET EFFECT VAN SEMI-AD LIBITUM TROGVOEDERING EN AD LIBITUM BRIJBAKVOEDERING MET SLACHTVARKENSVOEDER EW 1,10 OF EW 1,03 Proefverslag 322 HET EFFECT VAN SEMI-AD LIBITUM TROGVOEDERING EN AD LIBITUM BRIJBAKVOEDERING MET SLACHTVARKENSVOEDER EW 1,10 OF EW 1,03 (proef VMC-31; PV-322; Y1992) auteur: ir. C.H.M. Smits februari 1992

Nadere informatie

Proefverslag 349. Inleiding. VOEDERPROEF PSC-31 Doel van de proef. (voederproef PSC-31 en verteringsproef LPD-31; PV-349; Y1992) oktober 1992

Proefverslag 349. Inleiding. VOEDERPROEF PSC-31 Doel van de proef. (voederproef PSC-31 en verteringsproef LPD-31; PV-349; Y1992) oktober 1992 Proefverslag 349 HET EXPANDEREN EN/OF PELLETEREN VAN SLACHTKUIKENVOEDERS EN HET VERWERKEN VAN EEN TECHNOLOGISCH BEHANDELD RAAPZAAD/ PAARDEBONENMENGSEL IN SLACHTKUIKENVOEDERS (voederproef PSC-31 en verteringsproef

Nadere informatie

Een vergelijking van vismelen door opname in biggenvoeders op basis van geselecteerde kwaliteitscriteria

Een vergelijking van vismelen door opname in biggenvoeders op basis van geselecteerde kwaliteitscriteria Proefverslag 527 Een vergelijking van vismelen door opname in biggenvoeders op basis van geselecteerde kwaliteitscriteria (proef VOC38; projectcode VO955; PV527; Y1999) auteurs: dr. A. Veldman ir. G.J.

Nadere informatie

Proefverslag 350 VERLAGING VAN HET RUW EIWITGEHALTE IN VOEDER VOOR LACTERENDE ZEUGEN. Inleiding. Proefopzet Proefdieren. Proefbehandelingen lactatie

Proefverslag 350 VERLAGING VAN HET RUW EIWITGEHALTE IN VOEDER VOOR LACTERENDE ZEUGEN. Inleiding. Proefopzet Proefdieren. Proefbehandelingen lactatie Proefverslag 350 VERLAGING VAN HET RUW EIWITGEHALTE IN VOEDER VOOR LACTERENDE ZEUGEN (proef VFB-31; PV-350; Y1992) december 1992 auteurs: ir. C.H.M. Smits dr. ir. P.J. van der Aar Inleiding Het systeem

Nadere informatie

Proefverslag 433 SCREENING OF EMULSIFIERS. Screening van emulgatoren

Proefverslag 433 SCREENING OF EMULSIFIERS. Screening van emulgatoren Proefverslag 433 Screening van emulgatoren (proeven LPE-33, LPF-33 en PSL-33 ; PV-433; Y1995) auteurs: ir. C. Adams dr. W.A.G. Veen ir. C.H.M. Smits oktober 1995 trefwoorden: emulgatoren, vetvertering

Nadere informatie

In deze circulaire zal aandacht worden besteed aan maatregelen om deze ongewenste situaties te voorkomen of te beperken.

In deze circulaire zal aandacht worden besteed aan maatregelen om deze ongewenste situaties te voorkomen of te beperken. SCH-1996-20 DE INTERNE OF VOERGEBONDEN WARMTE VAN VARKENSVOEDERS Inleiding Van de energie die met het voer aan varkens wordt verstrekt komt een aanzienlijk deel vrij als warmte. Dit is de interne of voergebonden

Nadere informatie

Proefverslag 429. Zink in het dragende zeugenvoer ZINC IN FEED FOR PREGNANT SOWS

Proefverslag 429. Zink in het dragende zeugenvoer ZINC IN FEED FOR PREGNANT SOWS Proefverslag 429 Zink in het dragende zeugenvoer (proef VFD-33; PV-429; Y1995) auteurs: drs. A. Dirkzwager dr. A. Veldman september 1995 trefwoorden: Zink, huidconditie, zeugen, kleur, huidscore, Zn, plasmaspiegels,

Nadere informatie

trefwoorden: vismeel, vismeelkwaliteit, eiwitverteerbaarheid, biogene aminen, aminozuren, versheid, droogtemperatuur, productiewijze

trefwoorden: vismeel, vismeelkwaliteit, eiwitverteerbaarheid, biogene aminen, aminozuren, versheid, droogtemperatuur, productiewijze Proefverslag 507 De waarde van verschillende vismeelkwaliteiten (proef VOE-37, projectcode VO95-5 ; PV-507; Y1998) auteurs: dr. A. Veldman ir. G.J. Borggreve november 1998 trefwoorden: vismeel, vismeelkwaliteit,

Nadere informatie

Proefverslag 308. Inleiding. (proef VLA-30; PV-308; Y1991) auteurs: dr. W.A.G. Veen dr. A. Veldman drs. J. Veling ir. C.H.M. Smits.

Proefverslag 308. Inleiding. (proef VLA-30; PV-308; Y1991) auteurs: dr. W.A.G. Veen dr. A. Veldman drs. J. Veling ir. C.H.M. Smits. Proefverslag 308 VERGELIJKING VAN EEN INERTE MET EEN NIET-INERTE NSP-BRON TEN AANZIEN VAN FYSISCH- CHEMISCHE KENMERKEN VAN VOEDERS EN DARMINHOUD, ILEALE EN FECALE VERTEERBAARHEID EN MICROBIËLE ACTIVITEIT

Nadere informatie

Proefverslag 310 HET GESCHEIDEN VOEREN VAN SLACHTKUIKENOUDERDIEREN - TURBOVOER, MEEL, KRUIMEL. Inleiding. Proefopzet Doel van de proef

Proefverslag 310 HET GESCHEIDEN VOEREN VAN SLACHTKUIKENOUDERDIEREN - TURBOVOER, MEEL, KRUIMEL. Inleiding. Proefopzet Doel van de proef Proefverslag 310 HET GESCHEIDEN VOEREN VAN SLACHTKUIKENOUDERDIEREN - TURBOVOER, MEEL, KRUIMEL (proef PMB-29; Hypeco-II; PV-310; Y1991) auteurs: ir. H.P. Stappers dr. H.A. Vahl september 1991 Inleiding

Nadere informatie

De energiewaarde voor gerst wordt berekend op basis van de volgende chemische samenstelling (g/kg) en coëfficiënten:

De energiewaarde voor gerst wordt berekend op basis van de volgende chemische samenstelling (g/kg) en coëfficiënten: REKENVOORBEELDEN VOEDERWAARDEN VARKENS 1 Energiewaarde varkens: NEv en EW 1.1 Rekenvoorbeelden Ter verduidelijking van de energiewaardeberekening bij varkens zijn twee rekenvoorbeelden uitgewerkt. In deze

Nadere informatie

Proefverslag 476. Effect van α-galactosiden op de technische resultaten van vleeskuikens

Proefverslag 476. Effect van α-galactosiden op de technische resultaten van vleeskuikens Proefverslag 476 Effect van α-galactosiden op de technische resultaten van vleeskuikens (proef PSF-36, projectcode PS94-2; PV-476; Y1997) auteurs dr. A. Veldman ir. A. Smulders ir. H. Enting juni 1997

Nadere informatie

Voorlopige lijst maatregelen stoppersregeling Actieplan Ammoniak Veehouderij. Toelichting:

Voorlopige lijst maatregelen stoppersregeling Actieplan Ammoniak Veehouderij. Toelichting: Voorlopige lijst maatregelen stoppersregeling Actieplan Ammoniak Veehouderij Rijk-IPO-VNG-werkgroep Actieplan Ammoniak Veehouderij, 6 juli 12 Toelichting: De lijst is een voorlopige lijst, in die zin dat

Nadere informatie

Proefverslag 348 HET EFFECT VAN FOLIUMZUUR OP DE REPRODUCTIVITEIT VAN ZEUGEN. Inleiding. (proef VFA-30; PV-348; Y1992) oktober 1992

Proefverslag 348 HET EFFECT VAN FOLIUMZUUR OP DE REPRODUCTIVITEIT VAN ZEUGEN. Inleiding. (proef VFA-30; PV-348; Y1992) oktober 1992 Proefverslag 348 HET EFFECT VAN FOLIUMZUUR OP DE REPRODUCTIVITEIT VAN ZEUGEN (proef VFA-30; PV-348; Y1992) oktober 1992 auteurs: ir. C.H.M. Smits dr.ir. P.J. van der Aar Inleiding Foliumzuur is een in

Nadere informatie

Quinoa-GPS in het rantsoen voor melkkoeien

Quinoa-GPS in het rantsoen voor melkkoeien Quinoa-GPS in het rantsoen voor melkkoeien Ronald Zom, Herman van Schooten en Ina Pinxterhuis Quinoa is een eenvoudig te telen gewas dat in korte tijd een hoge opbrengst geeft, goed te conserveren is en

Nadere informatie

X C D X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE BB. minitoets bij opdracht 1

X C D X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE BB. minitoets bij opdracht 1 landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren SPE BB minitoets bij opdracht 1 variant d Naam kandidaat Kandidaatnummer Meerkeuzevragen - Omcirkel het goede antwoord

Nadere informatie

Stikstofretentie en -excretie door varkens; verschillen tussen beren en borgen

Stikstofretentie en -excretie door varkens; verschillen tussen beren en borgen Stikstofretentie en -excretie door varkens; verschillen tussen beren en borgen Commissie Deskundigen Meststoffenwet. Notitie opgesteld door Dr. P. Bikker, Livestock Research, Wageningen University Goedgekeurd

Nadere informatie

Vervanging van sojaschroot in mengvoer: effect op carbon footprint

Vervanging van sojaschroot in mengvoer: effect op carbon footprint Vervanging van sojaschroot in mengvoer: effect op carbon footprint Resultaten van verschillende scenario s; project alternatieve eiwitten (F4F) en Nevedi/N&M/UDV 27 mei 2014 Marinus van Krimpen, Herman

Nadere informatie

Het gebruik van DDGS bij vleesvarkens. Samenstelling (g/kg DS) Samenstelling (g/kg DS) Sam Millet. Studiedag Recent voedingsonderzoek op ILVO DIER

Het gebruik van DDGS bij vleesvarkens. Samenstelling (g/kg DS) Samenstelling (g/kg DS) Sam Millet. Studiedag Recent voedingsonderzoek op ILVO DIER tarwe milo/ maïs fermentatie Het gebrui van bij vleesvarens ethanol draf Sam Millet solubles Wet cae Ingedite solubles DGS Studiedag Recent voedingsonderzoe op ILVO DIER Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoe

Nadere informatie

Proefverslag 432 DAMAGE TO THE STOMACH WALL IN FATTENING PIGS. Maagwandbeschadigingen bij vleesvarkens

Proefverslag 432 DAMAGE TO THE STOMACH WALL IN FATTENING PIGS. Maagwandbeschadigingen bij vleesvarkens Proefverslag 432 Maagwandbeschadigingen bij vleesvarkens Proef I: Proef II: Effect van deeltjesgrootte op de technische resultaten en op de maagwandscore bij vleesvarkens (VMA-34; PV-432). Effect van deeltjesgrootte

Nadere informatie

De Weende-analyse bij veevoeding. Scheikunde voor VE41, Auteur: E. Held; bewerkt : door H. Hermans

De Weende-analyse bij veevoeding. Scheikunde voor VE41, Auteur: E. Held; bewerkt : door H. Hermans De Weende-analyse bij veevoeding Scheikunde voor VE41, 2017-2018 Auteur: E. Held; bewerkt : door H. Hermans Weende-analyse: DS-gehalte Droge stof (DS): Het materiaal dat overblijft als, door verwarming

Nadere informatie

Proefverslag 364 KWALITEITSBEOORDELING VAN VISMEEL. Inleiding. (proef LAB-30; PV-364; Y1993)

Proefverslag 364 KWALITEITSBEOORDELING VAN VISMEEL. Inleiding. (proef LAB-30; PV-364; Y1993) Proefverslag 364 KWALITEITSBEOORDELING VAN VISMEEL (proef LAB-30; PV-364; Y1993) auteurs: ir. G.J. Borggreve dr. A. Veldman ir. C.H.M. Smits juni 1993 Inleiding Vismeel kan aanzienlijk variëren in kwaliteit.

Nadere informatie

De invloed van extra vitamine E, seleen en arseen op de humorale immuniteit en de technische resultaten bij slachtkuikens

De invloed van extra vitamine E, seleen en arseen op de humorale immuniteit en de technische resultaten bij slachtkuikens Proefverslag 290 De invloed van extra vitamine E, seleen en arseen op de humorale immuniteit en de technische resultaten bij slachtkuikens (2 proeven PSE-29 en PSC-30, PV-290; Y1990) auteurs: dr. H.A.

Nadere informatie

Proefverslag 472. De invloed van het ruw eiwitniveau op de vroeg-embryonale sterfte bij gelten

Proefverslag 472. De invloed van het ruw eiwitniveau op de vroeg-embryonale sterfte bij gelten Proefverslag 472 De invloed van het ruw eiwitniveau op de vroeg-embryonale sterfte bij gelten (proef VFC-35, projectcode VF95-5 ; PV-472; Y1997) auteurs drs. A. Dirkzwager dr. ir. C. Smits dr. ir. P.J.

Nadere informatie

graskuil en snijmaïs en de invloed van stro-opname op de gehouden vleesvarkens P.A. Kemme, J.Th.M. van Diepen en A.W. Jongbloed!

graskuil en snijmaïs en de invloed van stro-opname op de gehouden vleesvarkens P.A. Kemme, J.Th.M. van Diepen en A.W. Jongbloed! Verteerbaarheid en voederwaarde van graskuil en snijmaïs en de invloed van stro-opname op de verteerbaarheid in biologisch gehouden vleesvarkens P.A. Kemme, J.Th.M. van Diepen en A.W. Jongbloed!"# $ %&'()(

Nadere informatie

Proefverslag 275. Instituut voor de Veevoeding "De Schothorst" Meerkoetenweg 26, Postbus AM LELYSTAD tel.nr

Proefverslag 275. Instituut voor de Veevoeding De Schothorst Meerkoetenweg 26, Postbus AM LELYSTAD tel.nr Proefverslag 275 Weglaten van vismeel in het foktoomvoer van slachtkuikenouderdieren Toevoegen van extra vitaminen en spoorelementen Verhogen van het eigewicht tijdens het begin van de leg (proef PMA-29;

Nadere informatie

2.2 De Weende-analyse bij veevoeding

2.2 De Weende-analyse bij veevoeding 2.2 De Weende-analyse bij veevoeding Scheikunde voor VE31-VE41, 2018-2019 Auteur: E. Held; bewerkt door H. Hermans : Hoofdstuk 2 De Weende-analyse (presentatie) 1 Bij het oprispen boeren komt methaan (CH4)

Nadere informatie

Varkensacademie. Vrijdag 27 november 2015. Roeselare, België

Varkensacademie. Vrijdag 27 november 2015. Roeselare, België Varkensacademie Vrijdag 27 november 2015 Roeselare, België Voeder, kritieke succesfactor in rendement Maarten Ceyssens - Dierenarts nutritionist Voeder, kritieke succesfactor in rendement 1. Even voorstellen

Nadere informatie

Van dit product worden onderstaand allereerst de gehalten van de benodigde componenten weergegeven:

Van dit product worden onderstaand allereerst de gehalten van de benodigde componenten weergegeven: REKENVOORBEELDEN VOEDERWAARDEN HERKAUWERS 1 Energiewaarde herkauwers: VEM en VEVI In het rekenvoorbeeld voor de VEM-en VEVI waarde voor herkauwers wordt uitgegaan van een willekeurige partij palmpitschilfers

Nadere informatie

Zout in biggenvoeder: mag het een beetje meer of minder zijn? Sam Millet (ILVO) en Sarah De Smet (Varkensloket)

Zout in biggenvoeder: mag het een beetje meer of minder zijn? Sam Millet (ILVO) en Sarah De Smet (Varkensloket) Zout in biggenvoeder: mag het een beetje meer of minder zijn? Sam Millet (ILVO) en Sarah De Smet (Varkensloket) Uit een ILVO-proef blijkt dat het momenteel niet aangewezen is om de zoutgehaltes van de

Nadere informatie

landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE BB minitoets bij opdracht 1 A B X C D foto 1 foto 2

landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE BB minitoets bij opdracht 1 A B X C D foto 1 foto 2 landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren SPE BB minitoets bij opdracht 1 variant b Naam kandidaat Kandidaatnummer Meerkeuzevragen - Omcirkel het goede antwoord

Nadere informatie

TC-CVB-15a Bijlage 7

TC-CVB-15a Bijlage 7 TC-15a Bijlage 7 Effect van het nieuwe NEv systeem 1 op de samenstelling van varkensvoeders 1. Inleiding Op verzoek van de CVB werkgroep Voeding en Voederwaardering Varkens en Pluimvee (VVVP) heeft CVB

Nadere informatie

De invloed van Bergafat F 100 op melkproductie en samenstelling in tankmelk van melkkoeien in mid-lactatie op een siësta beweidingssysteem

De invloed van Bergafat F 100 op melkproductie en samenstelling in tankmelk van melkkoeien in mid-lactatie op een siësta beweidingssysteem De invloed van Bergafat F 100 op melkproductie en samenstelling in tankmelk van melkkoeien in mid-lactatie op een siësta beweidingssysteem Proefverslag nr. 649 oktober 2004 auteur: dr. ir. W.M. van Straalen

Nadere informatie

Vrije aminozuren als alternatief voor eiwitten in de veevoeding. Studiedag Alternatieve Eiwitbronnen 9 oktober Frana

Vrije aminozuren als alternatief voor eiwitten in de veevoeding. Studiedag Alternatieve Eiwitbronnen 9 oktober Frana Vrije aminozuren als alternatief voor eiwitten in de veevoeding ir. Ludo Segers 1 Frana Federatie van fabrikanten en vertegenwoordigers van toevoegingen voor dierlijke voeding Frana werkt nauw samen -

Nadere informatie

X C D X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE KB. minitoets bij opdracht 1

X C D X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE KB. minitoets bij opdracht 1 landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE KB minitoets bij opdracht 1 variant c Naam kandidaat Kandidaatnummer Meerkeuzevragen - Omcirkel het goede antwoord

Nadere informatie

Laag RE-rantsoen bij hoogproductief melkvee: kunnen aminozuren helpen?

Laag RE-rantsoen bij hoogproductief melkvee: kunnen aminozuren helpen? Laag RE-rantsoen bij hoogproductief melkvee: kunnen aminozuren helpen? Leen Vandaele Studiedag Methaan & Ammoniak - 11/12/2018 -2% RE Recent onderzoek Vleesvee en Jongvee => sterke reductie in ammoniakemissie

Nadere informatie

X C D X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE BB. minitoets bij opdracht 1

X C D X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE BB. minitoets bij opdracht 1 landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren SPE BB minitoets bij opdracht 1 variant a Naam kandidaat Kandidaatnummer Meerkeuzevragen - Omcirkel het goede antwoord

Nadere informatie

Tabellenboek Veevoeding voedernormen Konijnen en voederwaarden voedermiddelen voor Konijnen

Tabellenboek Veevoeding voedernormen Konijnen en voederwaarden voedermiddelen voor Konijnen Tabellenboek Veevoeding 2016 voedernormen Konijnen en voederwaarden voedermiddelen voor Konijnen CVB-reeks nr. 56 November 2016 Federatie Nederlandse Diervoederketen 2016 Alle auteursrechten en databankrechten

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting 106 Samenvatting Samenvatting Actieve sportpaarden krijgen vaak vetrijke rantsoenen met vetgehalten tot 130 g/kg droge stof. De toevoeging van vet verhoogt de energiedichtheid van voeders.

Nadere informatie

Proefverslag 351 VOERSTRATEGIEËN VOOR HET MESTEN VAN LAMMEREN. Inleiding. Proefopzet Proefdoel. Proefbehandelingen. (proef SVA-32: PV-351; Y1992)

Proefverslag 351 VOERSTRATEGIEËN VOOR HET MESTEN VAN LAMMEREN. Inleiding. Proefopzet Proefdoel. Proefbehandelingen. (proef SVA-32: PV-351; Y1992) Proefverslag 351 VOERSTRATEGIEËN VOOR HET MESTEN VAN LAMMEREN (proef SVA-32: PV-351; Y1992) december 1992 auteur: ir. J.J. Heeres-van der Tol Inleiding In de eerste lammerenproef (SVA-31), uitgevoerd in

Nadere informatie

De invloed van procescondities op de afdoding van Enterobacteriaceae en de invloed van stoombehandeling van meelvoeders op de aminozuur gehalten

De invloed van procescondities op de afdoding van Enterobacteriaceae en de invloed van stoombehandeling van meelvoeders op de aminozuur gehalten Proefverslag 509 De invloed van procescondities op de afdoding van Enterobacteriaceae en de invloed van stoombehandeling van meelvoeders op de aminozuur gehalten (proef LAA-37 + LXC-38, projectcode AN97-1;

Nadere informatie

Animal Sciences Group

Animal Sciences Group Animal Sciences Group Kennispartner voor de toekomst process for progress Verteerbaarheid en voederwaarde van diverse biologisch geteelde energierijke veevoedergrondstoffen bij varkens Februari 2007 Colofon

Nadere informatie

Aanmeldingsformulier voor proeven met gewervelde dieren.

Aanmeldingsformulier voor proeven met gewervelde dieren. Aanmeldingsformulier voor proeven met gewervelde dieren. Secretariaat DEC Aanvrager: Afdeling: Titel dierproef: Practicum ANU30806: Invloed koolhydraten en vetten op de energiestofwisseling bij varkens

Nadere informatie

Inschatten van nutriëntenbenutting via NIRS analyses

Inschatten van nutriëntenbenutting via NIRS analyses Inschatten van nutriëntenbenutting via NIRS analyses Louis Paternostre, Johan De Boever, Laid Douidah, Sam Millet 02/04/2019 Wat is NIRS? NIRS = Nabij infrarood reflectie spectroscopie Spectroscopie verwijst

Nadere informatie

Optimale biggen voeding Hoe verteerd een big en hoe kan ik hem daarbij helpen?

Optimale biggen voeding Hoe verteerd een big en hoe kan ik hem daarbij helpen? Optimale biggen voeding Hoe verteerd een big en hoe kan ik hem daarbij helpen? Albert Timmerman Hoe kunnen we door middel van voer onze biggen helpen opnemen en verteren en daarmee de weerstand en resultaten

Nadere informatie

Effect van het ruw eiwit gehalte in vleesveerantsoen op ammoniakemissie ILVO. Karen Goossens ILVO. ILVO Studiedag Methaan en Ammoniak 11 december 2018

Effect van het ruw eiwit gehalte in vleesveerantsoen op ammoniakemissie ILVO. Karen Goossens ILVO. ILVO Studiedag Methaan en Ammoniak 11 december 2018 Effect van het ruw eiwit gehalte in vleesveerantsoen op ammoniakemissie Karen Goossens Studiedag Methaan en Ammoniak 11 december 2018 Inleiding PAS-lijst = lijst van erkende ammoniak-emissie reducerende

Nadere informatie

Soja en sesam zijn te vervangen door regionale eiwitrijke grondstoffen in 100% biologisch leghennenvoer

Soja en sesam zijn te vervangen door regionale eiwitrijke grondstoffen in 100% biologisch leghennenvoer Soja en sesam zijn te vervangen door regionale eiwitrijke grondstoffen in 100% biologisch leghennenvoer Berry Reuvekamp en Thea Fiks - van Niekerk Thea en Berry zijn onderzoekers bij Wageningen Livestock

Nadere informatie

Onderzoek naar het effect van een behandeling met de Ringspalt-expander op de voederwaarde van mengvoeders

Onderzoek naar het effect van een behandeling met de Ringspalt-expander op de voederwaarde van mengvoeders Proefverslag 279 Onderzoek naar het effect van een behandeling met de Ringspalt-expander op de voederwaarde van mengvoeders (proeven VLB-29 en RLB-29, PV-279; Y1990) auteurs: ir. G.J. Borggreve dr. W.A.G.

Nadere informatie

trefwoorden: vismeel, vismeelkwaliteit, eiwitverteerbaarheid, biogene aminen, aminozuren, versheid, droogtemperatuur, productiewijze.

trefwoorden: vismeel, vismeelkwaliteit, eiwitverteerbaarheid, biogene aminen, aminozuren, versheid, droogtemperatuur, productiewijze. Proefverslag 477 De waarde van verschillende vismeelkwaliteiten (proef VOE-35, projectcode VO95-5 ; PV-477; Y1997) auteurs: dr. A. Veldman ir. G.J. Borggreve juni 1997 trefwoorden: vismeel, vismeelkwaliteit,

Nadere informatie

TARWE INGEKUILD IN DRAF VERGELEKEN MET GEPLETTE TARWE EN

TARWE INGEKUILD IN DRAF VERGELEKEN MET GEPLETTE TARWE EN TARWE INGEKUILD IN DRAF VERGELEKEN MET GEPLETTE TARWE EN INGEKUILDE GEMALEN TARWE BIJ MELKVEE S. De Campeneere, J. De Boever, D. De Brabander Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO) Eenheid

Nadere informatie

1.Interactie op-niveau x. 2.Dosis respons proef. MMM-4 Verminderen fosforverliezen bij vleeskuikens. Twee fosforexperimenten vleeskuikens 27/11/2013

1.Interactie op-niveau x. 2.Dosis respons proef. MMM-4 Verminderen fosforverliezen bij vleeskuikens. Twee fosforexperimenten vleeskuikens 27/11/2013 MMM-4 Verminderen fosforverliezen bij vleeskuikens 26 november, 2013 Marinus van Krimpen, Paul Bikker, Age Jongbloed Twee fosforexperimenten vleeskuikens 1.Interactie op-niveau x Ca/oP-verhouding x groeisnelheid

Nadere informatie

We gaan vooruit! Voeding en bigkwaliteit. Kennissessie biggenopfok maandag 7 december Albert Timmerman

We gaan vooruit! Voeding en bigkwaliteit. Kennissessie biggenopfok maandag 7 december Albert Timmerman We gaan vooruit! Voeding en bigkwaliteit Kennissessie biggenopfok maandag 7 december Albert Timmerman In 10 stappen naar kwaliteitsbiggen Stap 1 Eerste brandstof Biestopname: big moet 24 uur na geboorte

Nadere informatie

Kort verslag oriënterende voerproef hooi

Kort verslag oriënterende voerproef hooi Kort verslag oriënterende voerproef hooi Voerproef naar de invloed van hooi op melkproductie en melksamenstelling Uitgevoerd voor het netwerk Heerlijk, Helder Hooi Locatie proef: proefboerderij Zegveld

Nadere informatie

INVLOED VAN PENSVERZURING OP DE VOEROPNAME EN MELKPRODUCTIE EN MAATREGELEN OM PENSVERZURING TE VERHELPEN

INVLOED VAN PENSVERZURING OP DE VOEROPNAME EN MELKPRODUCTIE EN MAATREGELEN OM PENSVERZURING TE VERHELPEN SCH-2002-17 INVLOED VAN PENSVERZURING OP DE VOEROPNAME EN MELKPRODUCTIE EN MAATREGELEN OM PENSVERZURING TE VERHELPEN De fermentatie van voedermiddelen in de pens speelt een cruciale rol in de voorziening

Nadere informatie

Effect van voer tijdens de biggenopfok op mesterijresultaten

Effect van voer tijdens de biggenopfok op mesterijresultaten Effect van voer tijdens de biggenopfok op mesterijresultaten Introductie Er wordt veel over gespeculeerd, maar het is tot op heden niet goed bekend wat het effect van voeding in de biggenopfok is op de

Nadere informatie

Juiste bepaling van kuildichtheden t.b.v. voorraadberekening voor BEX en BEP Samenvatting van het onderzoek

Juiste bepaling van kuildichtheden t.b.v. voorraadberekening voor BEX en BEP Samenvatting van het onderzoek Juiste bepaling van kuildichtheden t.b.v. voorraadberekening voor BEX en BEP Samenvatting van het onderzoek Herman van Schooten, Wageningen UR Livestock Research Gerard Abbink, BlggAgroXpertus December

Nadere informatie

Wageningen UR Livestock Research

Wageningen UR Livestock Research Wageningen UR Livestock Research Partner in livestock innovations Mestverwerking met Evodossysteem Oktober 2009 Colofon O Opdrachtgever/financier / financier: Evodos BV Uitgever Wageningen UR Livestock

Nadere informatie

biggen Marinus van Krimpen

biggen Marinus van Krimpen Voeding en gezondheid van biologisch biggen Marinus van Krimpen Inhoud: Knelpunten als gevolg van EU-regelgeving Resultaten biggenproeven: 1. met CCM 2. met erwten 3. met Pre-starter Conclusies en tips

Nadere informatie

Voederwaarde-onderzoek Gras ingekuild Kuilkenner Excellent kuil 1

Voederwaarde-onderzoek Gras ingekuild Kuilkenner Excellent kuil 1 Onderzoek Onderzoek-/ordernummer: Datum verslag: 731267/002743994 22-07-2011 Oogstdatum: Datum monstername: Monster genomen door: Contactpersoon monstername: 16-05-2011 07-07-2011 Dick Huiberts: 0652002131

Nadere informatie

Kengetallen. E-5 MPR-Kwaliteit. Inleiding. MPR 24 uur. 4 Betekenis van MPR 24 uur

Kengetallen. E-5 MPR-Kwaliteit. Inleiding. MPR 24 uur. 4 Betekenis van MPR 24 uur Kengetallen E-5 MPR-Kwaliteit Inleiding Via Melkproductieregistratie (MPR) worden gegevens over de melk-, vet en eiwitproductie van de veestapel verzameld. Deze gegevens zijn de basis van managementinformatie

Nadere informatie

Invloed voeding op pensfermentatie in melkvee

Invloed voeding op pensfermentatie in melkvee Invloed voeding op pensfermentatie in melkvee André Bannink andre.bannink@wur.nl Animal Sciences Group Wageningen UR in samenwerking met : Jan Dijkstra, Lsg Diervoeding, Wageningen Universiteit Pensfermentatie

Nadere informatie

Minpunten: bevat erg veel zetmeel; kan beperkend werken in een konijnenvoer

Minpunten: bevat erg veel zetmeel; kan beperkend werken in een konijnenvoer Voedermiddelen De volgende voedermiddelen zullen in dit document aan bod komen: gerst, maïs, tarwe, tarwegries/zemelen/kriel, tarwevoerbloem, tarweglutenvoermeel, ontvette palmpitten, ontvet raapzaad,

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting 119 120 Samenvatting Dit proefschrift beschrijft onderzoek naar de voorziening met essentiële vetzuren van gespeende biggen. Gewervelde dieren hebben in de voeding de essentiële vetzuren linolzuur

Nadere informatie

Opsporing van te hoge koper- en zinkgehalten in varkensvoer via fecesonderzoek

Opsporing van te hoge koper- en zinkgehalten in varkensvoer via fecesonderzoek Opsporing van te hoge koper- en zinkgehalten in varkensvoer via fecesonderzoek RIKILT Rapport 2011.018 A.W. Jongbloed, J. de Jong, P. Vereijken en M. van der Voort Opsporing van te hoge koper- en zinkgehalten

Nadere informatie

Lezing Rijpaardenfokvereniging Limburg

Lezing Rijpaardenfokvereniging Limburg Lezing Rijpaardenfokvereniging Limburg Bijzonderheden spijsvertering paard Het paard: Produceert voortdurend maagzuur Is een lange duureter Heeft een zeer kleine maag Heeft relatief weinig zetmeelsplitsende

Nadere informatie

X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE KB. minitoets bij opdracht 1

X C D. landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE KB. minitoets bij opdracht 1 landbouw en natuurlijke omgeving 2009 dierhouderij en -verzorging gezelschapsdieren CSPE KB minitoets bij opdracht 1 variant d Naam kandidaat Kandidaatnummer Meerkeuzevragen - Omcirkel het goede antwoord

Nadere informatie

Voeren als basis voor gezonde varkens

Voeren als basis voor gezonde varkens Voeren als basis voor gezonde varkens De varkenshouderij in 2020.. Gezonde varkens en weinig antibiotica 4 Maart 2015 Ir. Jos Michels Nutritionist varkens Agrifirm Feed Agenda A: Basis vitaal geboren big

Nadere informatie

\ u. A 1 v 78. Proefstation voor de Groenten- en Fruitteelt onder Glas 3 Naaldwijk DE INVLOED VAN DE METEODE VAN STOMEN OP DE

\ u. A 1 v 78. Proefstation voor de Groenten- en Fruitteelt onder Glas 3 Naaldwijk DE INVLOED VAN DE METEODE VAN STOMEN OP DE \ u Bibliotheek Proefstation Naaldwijk A 1 v 78 Proefstation voor de Groenten- en Fruitteelt onder Glas 3 Naaldwijk DE INVLOED VAN DE METEODE VAN STOMEN OP DE ONTWIKKELING VAN SLA (1971-1972), door : S.

Nadere informatie

Voeding van zeugen voor vitale biggen mogelijkheden en beperkingen

Voeding van zeugen voor vitale biggen mogelijkheden en beperkingen Inleiding Achtergrond, ontwikkeling biggenproductie Voeding van zeugen voor vitale biggen mogelijkheden en beperkingen SFR themadag 24 januari 8 aul Bikker en Godelieve Kranendonk Invloed voeding (energievoorziening)

Nadere informatie

FACULTEIT TOEGEPASTE BIO-INGENIEURSWETENSCHAPPEN

FACULTEIT TOEGEPASTE BIO-INGENIEURSWETENSCHAPPEN FCULTEIT TOEGEPSTE BIO-INGENIEURSWETENSCHPPEN cademiejaar 2012-2013 Precisievoeding van vleesvarkens: Meerfasenvoeding op basis van zelfgeteelde eiwitbronnen Masterproef voorgedragen door Katrijn Ingels

Nadere informatie

STADSBOERDERIJ KONIJNEN

STADSBOERDERIJ KONIJNEN STADSBOERDERIJ KONIJNEN Rekenen voor vmbo-groen en mbo-groen Colofon RekenGroen. Rekenen voor vmbo- groen en mbo- groen Module Stadsboerderij Konijnen Leerlingtekst Versie 1.0. November 2012 Auteurs: Monica

Nadere informatie

STADSBOERDERIJ VOEREN VAN DIEREN

STADSBOERDERIJ VOEREN VAN DIEREN STADSBOERDERIJ VOEREN VAN DIEREN Rekenen voor vmbo-groen en mbo-groen Colofon RekenGroen. Rekenen voor vmbo- groen en mbo- groen Module Stadsboerderij Voeren van dieren Leerlingtekst Versie 1.0. November

Nadere informatie

PRAKTISCH. VOEDING VAN UW KAT normen en hoeveelheid. over houden van huisdieren

PRAKTISCH. VOEDING VAN UW KAT normen en hoeveelheid.   over houden van huisdieren l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n PRAKTISCH VOEDING VAN UW KAT normen en hoeveelheid over houden van huisdieren Het juiste voer en de juiste hoeveelheid

Nadere informatie

Effect van voedervorm en REgehalte op prestaties, vlees- en strooiselkwaliteit bij vleeskuikens

Effect van voedervorm en REgehalte op prestaties, vlees- en strooiselkwaliteit bij vleeskuikens Effect van voedervorm en REgehalte op prestaties, vlees- en strooiselkwaliteit bij vleeskuikens Evelyne Delezie, Madri Brink, Özer Bagci, Peter Demeyer, Eva Brusselman, Iris Van Dosselaer, Kris De Baere,

Nadere informatie

De in vitro verteerbaarheid van gedroogde algen

De in vitro verteerbaarheid van gedroogde algen De in vitro verteerbaarheid van gedroogde algen De in vitro verteerbaarheid van gedroogde algen M.M. van Krimpen P.G. van Wikselaar P. Bikker Dit onderzoek is uitgevoerd door Wageningen UR Livestock Research,

Nadere informatie

Eiwitbehoeftes van zwarte soldatenvlieg larven

Eiwitbehoeftes van zwarte soldatenvlieg larven Eiwitbehoeftes van zwarte soldatenvlieg larven Larven van de zwarte soldatenvlieg zijn in staat om heel wat verschillende reststromen om te zetten tot nutritionele biomassa. In het kader van de projecten

Nadere informatie

Vergisting van eendenmest

Vergisting van eendenmest Lettinga Associates Foundation for environmental protection and resource conservation Vergisting van eendenmest Opdrachtgever: WUR Animal Sciences Group Fridtjof de Buisonjé Datum: 3 oktober 2008 Lettinga

Nadere informatie

Nieuw licht op het ontsluiten van granen

Nieuw licht op het ontsluiten van granen Nieuw licht op het ontsluiten van granen De basis voor goed biggenvoer ligt in een combinatie van hoogwaardige grondstoffen van constante kwaliteit. De behoefte aan een gedegen basis is alleen maar groter

Nadere informatie

Machiel Blok, PDV / CVB Paul Bikker, WUR LR Age Jongbloed, WUR LR

Machiel Blok, PDV / CVB Paul Bikker, WUR LR Age Jongbloed, WUR LR Evenwichtige koper en zink voedernormen voor varkens voor een optimale en gezonde productie Machiel Blok, PDV / CVB Paul Bikker, WUR LR Age Jongbloed, WUR LR 1 Opbouw presentatie Inleiding Methoden om

Nadere informatie

Ammoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf

Ammoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf Ammoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf Pilotveehouder Henk van Dijk Proeftuinadviseur Gerrit de Lange Countus Accountants Proeftuin Natura 2000 Overijssel wordt mede mogelijk gemaakt door: 8

Nadere informatie

Machiel C. Blok Veevoederbureau Productschap Diervoeder. Achtergronden van het CVB DVE/OEB 2007 systeem voor melkvee

Machiel C. Blok Veevoederbureau Productschap Diervoeder. Achtergronden van het CVB DVE/OEB 2007 systeem voor melkvee Machiel C. Blok Veevoederbureau Productschap Diervoeder Achtergronden van het CVB DVE/OEB 2007 systeem voor melkvee Inleiding Opzet van de presentatie Opbouw DVE Chemische componenten en fracties in situ

Nadere informatie

DE JUISTE BEER OP HET JUISTE VOEDER?

DE JUISTE BEER OP HET JUISTE VOEDER? Tekst: Sander Palmans (KU Leuven), Steven Janssens (KU Leuven) Jef Van Meensel en Sam Millet (ILVO) DE JUISTE BEER OP HET JUISTE VOEDER? Hoe representatief is de fokwaardeschatting van eindberen voor praktijkbedrijven?

Nadere informatie

Steekvast. nutriëntwaarden. Eiwitrijk. Bierdraf - persdraf. - traditionele draf. Chloride (Cl) 0.3

Steekvast. nutriëntwaarden. Eiwitrijk. Bierdraf - persdraf. - traditionele draf. Chloride (Cl) 0.3 Eiwitrijk Bierdraf - persdraf Ruw eiwit 285 Ruw vet 109 Ruwe celstof 166 Ruw as 39 Zetmeel (tot) 27 Suiker 1 Calcium (Ca) 3.7 Fosfor (P) 5.5 Natrium (Na) 0.2 Kalium (K) 0.7 Magnesium (Mg) 2.2 Chloride

Nadere informatie

Stichting Proefboerderijen Noordelijke Akkerbouw. Het effect van N-bemesting op de (energie)opbrengst van wintertarwe

Stichting Proefboerderijen Noordelijke Akkerbouw. Het effect van N-bemesting op de (energie)opbrengst van wintertarwe Stichting Proefboerderijen Noordelijke Akkerbouw Het effect van N-bemesting op de (energie)opbrengst van wintertarwe Het effect van N-bemesting op de (energie)opbrengst van wintertarwe Opdrachtgever: Auteur:

Nadere informatie

Van harte welkom op studieavond vleesvarkenshouderij.

Van harte welkom op studieavond vleesvarkenshouderij. Van harte welkom op studieavond vleesvarkenshouderij. Neem een kijkje in onze innovatieve keuken Boeren richting de toekomst Agenda: 19.45 uur Ontvangst 20.00 uur Opening Marcel van Zeeland, Coppens Diervoeding

Nadere informatie

Magnesium in drinkwater voor weidende droge koeien

Magnesium in drinkwater voor weidende droge koeien Magnesium in drinkwater voor weidende droge koeien J. Zonderland (ROC Bosma Zathe) K. Kalis (Gezondheidsdienst voor Dieren in Noord-Nederland) Als weidende koeien krachtvoer krijgen of als koeien op stal

Nadere informatie

ENERGIECONCENTRATIE EN ENERGIESOORT IN KRACHTVOEDERS VOOR INTENSIEF GEMESTE STIERTJES

ENERGIECONCENTRATIE EN ENERGIESOORT IN KRACHTVOEDERS VOOR INTENSIEF GEMESTE STIERTJES Proefverslag 305 ENERGIECONCENTRATIE EN ENERGIESOORT IN KRACHTVOEDERS VOOR INTENSIEF GEMESTE STIERTJES (proeven RVA-29 en RVB-29; PV-305; Y1991) auteurs: ir. J.J. Heeres-van der Tol drs. J. Veling juli

Nadere informatie

Reductie van ammoniak- en methaanemissie via het voerspoor

Reductie van ammoniak- en methaanemissie via het voerspoor Reductie van ammoniak- en methaanemissie via het voerspoor Onderzoek naar de wisselwerking tussen de excretie van Totaal Ammoniakaal Stikstof (TAN) en de emissie van enterisch methaan Mei 2017 Rapportnummer

Nadere informatie

Het gebruik van het blancheerrendement als indicator voor het verwerkingsrendement.

Het gebruik van het blancheerrendement als indicator voor het verwerkingsrendement. Het gebruik van het blancheerrendement als indicator voor het verwerkingsrendement. Een statistische onderbouwing voor bemonstering van partijen champignons. P.C.C. van Loon Praktijkonderzoek Plant & Omgeving

Nadere informatie

Koeienvoer klas 1. Werkboek: Koeienvoer klas 1

Koeienvoer klas 1. Werkboek: Koeienvoer klas 1 Koeienvoer klas 1 1 Inhoud Hoofdstuk 1: Verteringsstelsel van de koe... 3 1.1: Herkauwen en speeksel... 3 1.2: Magenstelsel... 5 1.3: Darmstelsel... 8 1.4: Verteringsstelsel kalf... 8 Hoofdstuk 2: Voedingsstoffen

Nadere informatie

Wetenschappelijke factsheet

Wetenschappelijke factsheet Wetenschappelijke factsheet Verlagen ruw eiwitgehalte in voer (kraamzeugen, guste en dragende zeugen, biggen en vleesvarkens) maatregel in officiële Nederlandse procedures (bijvoorbeeld RAV) dat wil zeggen

Nadere informatie

Verteerbaarheid en voederwaarde van eiwitrijke grondstoffen bij biologische biggen

Verteerbaarheid en voederwaarde van eiwitrijke grondstoffen bij biologische biggen Verteerbaarheid en voederwaarde van eiwitrijke grondstoffen bij biologische biggen voor biologische agroketens C.M.C. van der Peet-Schwering G.P. Binnendijk J. Th. M. van Diepen Colofon In Nederland vindt

Nadere informatie

Energie WAARDERING. Voederwaarde bepaling 26/09/2018

Energie WAARDERING. Voederwaarde bepaling 26/09/2018 VAKGROEP VOORTPLANTING VERLOSKUNDE EN BEDRIJFSDIERGENEESKUNDE FACULTEIT DIERGENEESKUNDE UNIVERSITEIT GENT Voederwaarde bepaling Jenne De Koster, Geert Opsomer, Miel Hostens Energie WAARDERING Het hechten

Nadere informatie

Kwantificeren CH 4 reductie voerspoor: Rekenregels KringloopWijzer. André Bannink Wageningen UR Livestock Research

Kwantificeren CH 4 reductie voerspoor: Rekenregels KringloopWijzer. André Bannink Wageningen UR Livestock Research Kwantificeren CH 4 reductie voerspoor: Rekenregels KringloopWijzer André Bannink Wageningen UR Livestock Research Bestaande rekenregel : IPCC Tier 2 IPCC-Tier 2 : Volwassen herkauwers (geen feedlot) 6.5%

Nadere informatie

De kostprijs van de melk op de voorbeeld-weidebedrijven

De kostprijs van de melk op de voorbeeld-weidebedrijven 338.5(492) :637.11, /, Jt^ -J-Tf-14' De kostprijs van de melk op de voorbeeld-weidebedrijven W. W1LLEMSEN Proefstation voor de Akker- en Weidebouw, Wageningen In de publikatie Tien jaar voorbeeldbedrijven"

Nadere informatie

De invloed van Diamond V + Nitroshure in combinatie met verlaagd krachtvoeraanbod op voeropname en productieparameters bij melkkoeien in mid lactatie

De invloed van Diamond V + Nitroshure in combinatie met verlaagd krachtvoeraanbod op voeropname en productieparameters bij melkkoeien in mid lactatie De invloed van Diamond V + Nitroshure in combinatie met verlaagd krachtvoeraanbod op voeropname en productieparameters bij melkkoeien in mid lactatie Verslag 995 September 2009 auteurs: Drs. A.I. Koopmans

Nadere informatie

Gezondheid en gefermenteerde voeders

Gezondheid en gefermenteerde voeders Gezondheid en gefermenteerde voeders OPNV Ede, 12 juni 2012 Ronald Scholten (Nutreco R&D) 1 Introductie 1993 1999 Proefstation Varkenshouderij Rosmalen project brijvoer en bijproducten 1997 2001 PhD Fermentation

Nadere informatie

BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS. Albert-Jan Bos Dinsdag 22 november 2016

BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS. Albert-Jan Bos Dinsdag 22 november 2016 BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS Albert-Jan Bos Dinsdag 22 november 2016 BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS Opbrengstproeven De Marke en Den Eelder 2015 en 2016 Meting NH 3 emissie De Marke

Nadere informatie

PRAKTISCH. VOEDING VAN UW HOND normen en hoeveelheid. over houden van huisdieren

PRAKTISCH. VOEDING VAN UW HOND normen en hoeveelheid.   over houden van huisdieren l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n PRAKTISCH VOEDING VAN UW HOND normen en hoeveelheid over houden van huisdieren Het juiste voer en de juiste hoeveelheid

Nadere informatie