Kernvraag: Kun je je gevoel geloven?

Transcriptie

1 Kernvraag: Kun je je gevoel geloven? Naam leerling: Klas:

2 Activiteit 1 Gevoelstemperatuur Voor dit onderzoekje heb je drie pannen nodig. Eentje met koud water, een met lauwwarm water, en een met water dat zo heet is als je nog net kunt hebben aan je handen. Stop je linkerhand in het koude water en je rechterhand in het hete water. Wacht twee minuten. Doe dan je beide handen in het lauwwarme water. 1. Voelt dit hetzelfde aan je beide handen? Ja Nee 2. Beschrijf het gevoel van het lauwwarme water zoals je het voelt aan elke hand. Mijn rechterhand: Mijn linkerhand: 3. Hoe zou je de temperatuur van water kunnen meten? 2

3 Activiteit 2 Meten van de watertemperatuur Je gaat de temperatuur meten met de temperatuursensor. Dit is een soort thermometer. De temperatuursensor sluit je aan op de Sense interface en de Sense op de computer. Als de temperatuursensor goed is aangesloten op de Sense dan wordt de waarde van de gemeten temperatuur zichtbaar op het sensoricoontje in het programma Coach en ook op de digitale meter van je computerscherm, zoals je kunt zien in het plaatje hier rechts. 4. Hoe heet de eenheid waarmee je temperatuur meet? Zet de temperatuursensor in een kopje lauwwarm water. Opgelet! Houd water uit de buurt van de computer. Meet de temperatuur. Houd de sensor vast om te voorkomen dat hij het kopje laat omvallen. Wacht een tijdje totdat je de temperatuur niet meer ziet veranderen. Schrijf de gemeten temperatuur op in de onderstaande tabel. Doe dit op de zelfde manier voor de temperaturen van het hete en koude water. Schrijf ook deze op in de tabel. IK MEET IN TEMPERATUUR C lauwwarm water koud water heet water 3

4 Activiteit 3 Meten van temperatuur van verschillende voorwerpen In dit onderzoek ga je de temperatuur van lucht en een paar andere dingen meten. Probeer eerst de temperatuur van de lucht in het lokaal te voorspellen. Dit noemen we de kamertemperatuur. Ik denk dat de kamertemperatuur 0 C is. Meet dan de luchttemperatuur. Raak het metalen gedeelte van de sensor niet aan. Je moet even wachten totdat de meting niet meer verandert. De gemeten kamertemperatuur is 0 C. Voorspel de temperatuur van de huid van je arm. Ik denk dat de temperatuur van de huid van mijn arm 0 C is. Meet de temperatuur van je arm. Houd de temperatuursensor tegen je huid met je vinger. Weer moet je even wachten totdat de meting niet meer verandert. De gemeten temperatuur van de huid van mijn arm is 0 C. Vergelijk de temperatuur van je huid met de temperatuur van de huid van een klasgenootje. Hoe groot is het verschil? Het verschil in temperatuur is 0 C. Meet dan de temperatuur van een paar andere dingen wat je maar interessant vind. Voel altijd eerst een voorwerp en voorspel de temperatuur. Dan meet je de temperatuur. Schrijf je voorspellingen en de gemeten waarden op in de tabel hieronder. VOORWERP IK VOORSPEL DE TEMPERATUUR IN C IK MEET DE TEMPERATUUR IN C 4

5 5. Welk voorwerp voelt het koudst? Is dit de laagste temperatuur die je hebt gemeten? 6. Welk voorwerp voelt het warmst? Is dit de hoogste temperatuur die je hebt gemeten? 7. Zijn er voorwerpen die bijna dezelfde temperatuur hebben? Zo ja, schrijf dan de namen van deze voorwerpen op en zet hun temperatuur er bij. 5

6 Vragen A. De temperatuur die je voelt en die je meet met de sensor lijken verschillend te zijn. Is de ene manier beter dan de andere? Leg uit waarom. B. Je gevoelstemperatuur kan veranderen terwijl de gemeten temperatuur niet verandert. Bijvoorbeeld in Activiteit 1 voelen je handen een verschillende temperatuur in lauwwarm water. Hoe kun je dit verklaren? C. Als je een wetenschappelijk experiment zou doen, wat zou dan de beste manier zijn om de temperatuur te meten? Je hand De thermometer De temperatuursensor Waarom? D. Telkens als je meet met de temperatuursensor heeft de sensor een tijdje nodig om zich aan de temperatuur aan te passen. Hoe kun je dit waarnemen? 6