RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 8 mei 2000 (13.06) (OR. en) 8118/00 LIMITE AGRILEG 74 CODEC 324

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 8 mei 2000 (13.06) (OR. en) 8118/00 LIMITE AGRILEG 74 CODEC 324"

Transcriptie

1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 8 mei 2000 (13.06) (OR. en) 8118/00 LIMITE AGRILEG 74 CODEC 324 STAND VAN DE BESPREKINGEN van: de Groep landbouw- en veterinaire deskundigen d.d.: 27/28 april 2000 nr. vorig doc.: 6846/00 nr. Comv.: 5196/99 - COM(99) 623 def. Betreft: (1) Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie en beheersing en bestrijding van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën (2) Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 91/68/EEG van de Raad 1. Deze twee voorstellen, die ingevolge de inwerkingtreding van het Verdrag van Amsterdam gebaseerd zijn op artikel 152, lid 4, van het VEG, zijn op 7 januari 1999 door de Commissie bij de Raad ingediend. 2. De Raad heeft in zijn zitting van 14/15 december 1999: - nota genomen van de vorderingen in de bespreking van het Commissievoorstel, zoals weergegeven in document 13350/99, die in het algemeen als een goede basis voor verdere besprekingen werden beschouwd; - het Coreper derhalve opgedragen de bespreking van dit onderwerp voort te zetten, zodat de Raad een formeel standpunt kan innemen zodra het Europees Parlement in de eerste lezing van de medebeslissingsprocedure advies heeft uitgebracht. 8118/00 die/dl/lv 1 DG B I NL

2 De Commissievertegenwoordiger maakte een algemeen voorbehoud bij de nieuwe versie van de ter tafel liggende ontwerpen (zie doc /99), die aanzienlijk afwijkt van het oorspronkelijke Commissievoorstel. 3. Na de vergadering van de Groep landbouw- en veterinaire deskundigen van 28 februari 1999 heeft de redactiegroep 1 de tekst die in december aan de Raad is voorgelegd, herzien. 4. De Groep hoofden veterinaire diensten heeft tijdens de vergadering te Santarem in april 2000 positief gereageerd op het document van de redactiegroep (doc. 6846/00) en het voor nadere bespreking aan de Groep van deskundigen voorgelegd. Onverminderd het resultaat van deze technische bespreking wezen de hoofden veterinaire diensten erop dat: - onderlinge samenhang tussen de besprekingen over dit document, de besprekingen in Parijs in het kader van het OIE en die over risicomateriaal noodzakelijk is rekening houdend met de bevindingen van het Wetenschappelijk Comité; - rekening moet worden gehouden met het specifieke karakter van scrapie en dat deze ziekte los van de voor runderen bepaalde werkwijze moet worden behandeld. Zij namen kennis van het door de commissie milieubeheer van het Europees Parlement opgestelde ontwerp-advies en attendeerden de Commissie erop dat bepaalde overwogen wijzigingen problemen kunnen opleveren. Het voorzitterschap gaf nogmaals te kennen dat het vastbesloten is om uiterlijk in de zitting van juni tot een standpunt van de Raad ten aanzien van dit dossier te komen. 5. De Groep landbouw- en veterinaire deskundigen heeft op 27/28 april 2000 een grondige technische bespreking aan document 6846/00 gewijd. De daaruit voortvloeiende tekst betreffende TSE's is opgenomen in de bijlage bij deze nota, met dien verstande dat de bepalingen van bijlage IV moeten worden aangepast in het licht van de besluiten die op 12/13 mei 2000 in het Permanent Veterinair Comité zullen worden aangenomen. 1 De delegaties van B, D, F, P, FIN en UK hadden daarin zitting. 8118/00 die/dl/lv 2 DG B I NL

3 Wat scrapie betreft, heeft de Groep een redactiegroep opgedragen met redactievoorstellen te komen teneinde de maatregelen ter bestrijding en preventie van deze epizoötie 1 aan te scherpen, overeenkomstig de wens van het Europees Parlement. 1 Er zij in dit verband aan herinnerd dat het OIE een Groep van deskundigen heeft opgedragen de bepalingen te herzien, zodat vóór september voorstellen aan de Commissie Code kunnen worden voorgelegd. 8118/00 die/dl/lv 3 DG B I NL

4 BIJLAGE HOOFDSTUK I Algemene bepalingen Artikel 1 Toepassingsgebied 1. Bij deze richtlijn worden de bepalingen vastgesteld voor de preventie, de bestrijding en de uitroeiing van overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE's) bij dieren. Zij is van toepassing op de productie en het in de handel brengen van de in bijlage A van Richtlijn 90/425/EEG bedoelde dieren en producten, en van producten van dierlijke oorsprong. 2. Deze richtlijn is niet van toepassing op a) cosmetische producten, geneesmiddelen, medische hulpmiddelen of op uitgangsmateriaal of tussenproducten daarvan; b) producten die niet bestemd zijn om te worden gebruikt in levensmiddelen, diervoeders of meststoffen of op uitgangsmateriaal of tussenproducten daarvan; 8118/00 die/dl/dp 4 BIJLAGE DG B I NL

5 c) producten van dierlijke oorsprong die bestemd zijn voor tentoonstellingen, onderwijs, onderzoek, bijzondere studies of analyses, voorzover zij niet uiteindelijk geconsumeerd worden door mensen of andere dieren dan die welke voor die onderzoeksprojecten gehouden worden; d) levende dieren en embryo's en eicellen van die dieren die gebruikt worden en bestemd zijn voor onderzoek. Artikel 2 Scheiding van levende dieren, embryo's en eicellen van die dieren en producten van dierlijke oorsprong 1 Om kruisbesmetting of substitutie van de in artikel 1, lid 1, bedoelde producten van dierlijke oorsprong door de in artikel 1, lid 2, bedoelde te voorkomen, worden zij te allen tijde van elkaar gescheiden gehouden, tenzij de laatstgenoemde geproduceerd worden onder tenminste dezelfde voorwaarden inzake gezondheidsbescherming wat TSE betreft. De in artikel 1, lid 2, onder d), bedoelde levende dieren en embryo's en eicellen van die dieren worden gescheiden gehouden van de in artikel 1, lid 1, bedoelde levende dieren en embryo's en eicellen van die dieren, en wel vanaf het begin van het onderzoekproject totdat zij vernietigd worden. 1 De uitvoeringsbepalingen voor dit artikel worden volgens de procedure van artikel 22 vastgesteld. 1 Voorbehoud van de Commissie bij de schrapping van "sperma". 8118/00 die/dl/dp 5 BIJLAGE DG B I NL

6 Artikel 3 Definities Voor de toepassing van deze richtlijn gelden de volgende definities: 1. de toepasselijke definities van Verordening (EG) nr. 820/97 en de definities die vastgesteld zijn in of uit hoofde van de Richtlijnen 91/68/EEG, 89/662/EEG en 90/425/EEG, in zoverre in deze tekst daarnaar verwezen wordt en er in lid 2 geen definitie is opgenomen; 2. bovendien zijn de volgende definities van toepassing: a) in de handel brengen: elke transactie die ten doel heeft om aan derden dieren, embryo's en eicellen van die dieren of producten van dierlijke oorsprong die onder deze richtlijn vallen, te verkopen, en elke andere vorm van levering aan derden, al dan niet tegen betaling, alsmede opslag met het oog op levering aan derden; 1 2 b) levende dieren: dieren van de soorten die onder de Richtlijnen 64/432/EEG en 91/68/EEG vallen; c) producten van dierlijke oorsprong: product dat afgeleid is van of een product bevat dat afgeleid is van een levend dier dat onder Richtlijn 90/425/EEG of Richtlijn 89/662/EEG valt; d) uitgangsmateriaal: grondstoffen of andere producten van dierlijke oorsprong waaruit of waarmee de in artikel 1, lid 2, onder a) en b), bedoelde producten worden vervaardigd; 1 2 Voorbehoud van de Commissie bij de schrapping van "sperma". Voorbehoud van de Commissie, voorbehoud van IRL. 8118/00 die/dl/dp 6 BIJLAGE DG B I NL

7 e) bevoegde autoriteit: de centrale veterinaire autoriteit van een lidstaat die toeziet op de naleving van de voorschriften van deze richtlijn of een veterinaire autoriteit waaraan zij haar bevoegdheid heeft gedelegeerd; dit begrip omvat in voorkomend geval de overeenkomstige bevoegde autoriteit van een derde land; f) categorie: een van de in bijlage I, hoofdstuk C, vervatte indelingscategorieën ; g) gespecificeerd risicomateriaal: de in bijlage IV gespecificeerde weefsels; tenzij anders is vermeld, vallen producten die deze weefsels bevatten of ervan zijn afgeleid hier niet onder; h) van besmetting met een TSE verdacht dier: levend, geslacht of dood dier dat zenuw- en gedragsstoornissen of een wegens aantasting van het centrale zenuwstelsel geleidelijk verslechterende algemene conditie vertoont dan wel heeft vertoond, en waarbij geen alternatieve diagnose kan worden gesteld op grond van bij klinisch onderzoek verzamelde gegevens, de reactie op een behandeling, een onderzoek na het slachten, of naar aanleiding van een laboratoriumonderzoek voor of na het slachten; i) bedrijf: plaats waar onder deze richtlijn vallende dieren ondergebracht, gehouden, gefokt, behandeld of aan het publiek getoond worden; j) bemonstering: het nemen van monsters - waarbij wordt toegezien op een statistisch correcte vertegenwoordiging - van dieren of hun omgeving, of van producten van dierlijke oorsprong, teneinde een ziekte te diagnostiseren of verwantschapsbetrekkingen vast te stellen, dan wel met het oog op gezondheidsbewaking of het toezicht op de afwezigheid van microbiële agentia of bepaald materiaal in producten van dierlijke oorsprong; k) meststof: stof die producten van dierlijke oorsprong bevat en op het land gebruikt wordt om de vegetatiegroei te bevorderen; de stof kan spijsverteringsresiduen van biogasproductie door compostering bevatten; 8118/00 die/dl/dp 7 BIJLAGE DG B I NL

8 l) inheems geval van BSE: een geval van BSE waarvan niet duidelijk is vastgesteld dat het te wijten is aan besmetting vóór de invoer als levend dier, embryo of eicel; m) cohort: een groep dieren die in het eerste levensjaar samen zijn opgefokt en hetzelfde voeder hebben gekregen als het bevestigde geval; n) snelle tests ter opsporing van BSE: de in bijlage II, deel V bedoelde tests die door de Commissie voor dat doeleinde goedgekeurd zijn; o) stortplaats: stortplaats als gedefinieerd in Richtlijn 1999/31/EG van de Raad. 1 Artikel 4 Vrijwaringsmaatregelen Voor de uitvoering van de vrijwaringsmaatregelen zijn de beginselen en definities van artikel 9 van Richtlijn 89/662/EEG, artikel 10 van Richtlijn 90/425/EEG, artikel 18 van Richtlijn 91/496/EEG en artikel 22 van Richtlijn 97/78/EG van toepassing. De vrijwaringsmaatregelen worden volgens de procedure van artikel 22 vastgesteld. 1 PB L 182 van , blz /00 die/dl/dp 8 BIJLAGE DG B I NL

9 HOOFDSTUK II Bepaling van de BSE-status Artikel 5 Indeling 1. De BSE-status van een lidstaat of een derde land of een gebied daarvan kan alleen worden bepaald met de criteria van bijlage I, hoofdstuk A. De lidstaten of de derde landen die op de lijsten willen blijven staan van derde landen die de onder deze richtlijn vallende producten naar de Europese Unie mogen uitvoeren, verrichten een risicoanalyse op basis van alle mogelijke factoren in verband met het uitbreken van boviene spongiforme encefalopathie en de ontwikkeling ervan in de loop van de tijd, zoals bepaald in bijlage I, hoofdstuk B. Zij stellen de Commissie in kennis van het resultaat van hun bepaling van de BSE-situatie in hun land door middel van een voorstel om in een van de in bijlage I, hoofdstuk C, omschreven categorieën te worden ingedeeld. Zij zenden de Commissie tegelijkertijd alle relevante informatie toe waarop deze bepaling gebaseerd is. 2. De Commissie neemt volgens de procedure van artikel 22, rekening houdend met de in lid 1 bedoelde criteria en mogelijke factoren, een besluit over elke kennisgeving, teneinde de kennisgevende lidstaat, het kennisgevende derde land of een gebied daarvan in een van de categorieën van bijlage I, hoofdstuk C, in te delen. 8118/00 die/dl/dp 9 BIJLAGE DG B I NL

10 De Commissie neemt haar besluit binnen zes maanden na de kennisgeving en de toezending van de in lid 1 bedoelde relevante informatie. Indien de Commissie van oordeel is dat het bewijsmateriaal niet de in bijlage I, hoofdstukken A en B, bedoelde informatie bevat, verzoekt zij om aanvullende informatie, die binnen een nader te bepalen termijn moet worden toegezonden. Het definitieve besluit wordt dan genomen binnen zes maanden na toezending van de volledige informatie. Lidstaten die geen kennisgeving doen van de conclusies vergezeld van het bewijsmateriaal zoals bedoeld in lid 1, worden, wat de verzending van hun grondgebied van levende dieren, embryo's en eicellen van die dieren en producten van dierlijke oorsprong betreft, behandeld als landen van categorie 4, totdat de kennisgeving is gedaan. Nadat het Internationaal Bureau voor besmettelijke veeziekten (OIE) een procedure voor de indeling van landen in de verschillende categorieën heeft vastgesteld en het kennisgevende land in een van deze categorieën heeft ingedeeld, kan zo nodig volgens de procedure van artikel 22 beslist worden de indeling waartoe voor het betrokken land overeenkomstig de eerste alinea was besloten opnieuw te bezien De lidstaten stellen de Commissie zo spoedig mogelijk in kennis van epidemiologische of andere gegevens die tot verandering van de BSE-status kunnen leiden, met name de resultaten van de in artikel 6 bedoelde programma s voor toezicht. 4. Volgens de procedure van artikel 22 wordt, voor de handhaving van een derde land op een van de in de communautaire regelgeving bedoelde lijsten van landen die naar de Europese Gemeenschap mogen uitvoeren - rekening houdend met de beschikbare informatie of wanneer er vermoedelijk TSE's aanwezig zijn -, de voorwaarde gesteld dat de in lid 1 bedoelde informatie wordt verstrekt. Indien het land weigert die informatie binnen drie maanden na het verzoek van de Commissie te verstrekken, is lid 2, derde alinea, van toepassing Voorbehoud (E). Voorbehoud (A, dat verzoekt om derde landen die geen BSE-indeling hebben, af te voeren van de lijst van derde landen die mogen uitvoeren.) 8118/00 die/dl/dp 10 BIJLAGE DG B I NL

11 Om in aanmerking te komen voor uitvoer naar de Gemeenschap van levende dieren, embryo's of eicellen van die dieren of producten van dierlijke oorsprong onder de voorwaarden die horen bij hun door de Gemeenschap vastgestelde categorie, moeten derde landen zich ertoe verbinden de Commissie onverwijld schriftelijk in kennis te stellen van epidemiologisch of ander bewijsmateriaal dat tot verandering van de BSE-status kan leiden. 5. De Commissie kan, volgens de procedure van artikel 22, op grond van de resultaten van de in artikel 21 bedoelde controles, de BSE-indeling van een lidstaat, een derde land of een gebied daarvan veranderen. 6. De in de leden 2 en 5 bedoelde besluiten worden gebaseerd op een risicoanalyse met inachtneming van de aanbevolen criteria van bijlage I, hoofdstukken A en B 1. De Commissie kan rekening houden met statistisch waardevolle onderzoeksresultaten van snelle tests ter opsporing van BSE Voorbehoud (E, dat wenst dat ook wordt verwezen naar de voorwaarden van hoofdstuk C, teneinde de indeling niet uitsluitend op een risicoanalyse te baseren). Studievoorbehoud (D, S en UK, die de tekst van doc. 6846/00 wensen te handhaven). 8118/00 die/dl/dp 11 BIJLAGE DG B I NL

12 HOOFDSTUK III Preventie van TSE's Artikel 6 Systeem van toezicht 1. De lidstaten voeren overeenkomstig bijlage II, hoofdstukken A en B, een jaarlijks programma voor toezicht op BSE en scrapie uit. 2. De lidstaten stellen de Commissie en de overige lidstaten in het kader van het Permanent Veterinair Comité ervan in kennis, wanneer zich een eerste maal een andere TSE dan BSE of scrapie voordoet. 3. Alle officiële tests en laboratoriumonderzoeken moeten in overeenstemming met bijlage II, deel II worden geregistreerd. 4. Er moet een jaarverslag aan de Commissie toegezonden worden dat ten minste de in bijlage II, deel II, punt A bedoelde informatie bevat. Het verslag over het kalenderjaar moet uiterlijk 31 maart van het daaropvolgende jaar worden ingediend. Binnen drie maanden na ontvangst van de verslagen van de lidstaten legt de Commissie aan het Permanent Veterinair Comité voor elke periode een samenvatting van de verslagen voor waarin ten minste de in bijlage II, deel II, punt B, bedoelde informatie staat. Artikel 7 Verbodsbepalingen in verband met diervoeding 1. Het vervoederen aan herkauwers van verwerkte eiwitten van zoogdieren is verboden. 8118/00 die/dl/dp 12 BIJLAGE DG B I NL

13 2. Bovendien wordt in de lidstaten of gebieden daarvan die in categorie 4 zijn ingedeeld, het in lid 1 bedoelde verbod uitgebreid tot dieren en producten van dierlijke oorsprong, overeenkomstig bijlage III, punt De in lid 1 en lid 2 bedoelde verbodsbepalingen zijn niet van toepassing op de in bijlage III, punt 2, genoemde producten die op de aldaar voorgeschreven wijze geproduceerd zijn. 4. Wijzigingen in lid 3, alsmede de uitvoeringsbepalingen van dit artikel, waaronder voorschriften ter voorkoming van kruisbesmetting en voor de bemonsterings- en analysemethoden die nodig zijn om de naleving van de bepalingen te controleren, worden volgens de procedure van artikel 22 vastgesteld. Artikel 8 Gespecificeerd risicomateriaal 1. Het in bijlage IV, punt 1, bedoelde gespecificeerd risicomateriaal wordt overeenkomstig bijlage IV 1 verwijderd en vernietigd. Dit gespecificeerd risicomateriaal, al dan niet verwerkt, mag alleen in de handel worden gebracht in het kader van regelingen voor uiteindelijke verbranding overeenkomstig bijlage IV, punten 4, 5 en 9 c). Het mag niet in de Gemeenschap worden ingevoerd Lid 1 is niet van toepassing op weefsels van dieren die negatief gereageerd hebben op een in bijlage IV, punt 6, bedoelde alternatieve test die volgens de procedure van artikel 22 voor dat doel is goedgekeurd met eerbiediging van de criteria van punt 7 van deze bijlage 3. [ De lidstaten die een dergelijke alternatieve test toestaan, moeten de andere lidstaten en de Commissie daarvan in kennis stellen] Voorbehoud (NL en S, die wensen dat de uitzonderingen op de vernietiging duidelijk in de tekst vermeld worden). Voorbehoud (A, dat tevens wenst dat doorvoer over het grondgebied van de Unie alleen met de instemming van de lidstaten van doorvoer kan worden toegestaan). Voorbehoud van F en I, die deze verwijzing voorbarig achten. 8118/00 die/dl/dp 13 BIJLAGE DG B I NL

14 3. In lidstaten of gebieden daarvan die zijn ingedeeld in categorie 2 en waar zich een inheems geval van BSE voordoet, of in categorie 3 of categorie 4, mag vernietiging, na bedwelming, van het weefsel van het centrale zenuwstelsel met een lang, staafvormig instrument dat in de schedelholte wordt ingebracht, niet worden toegepast bij runderen, schapen of geiten waarvan het vlees voor menselijke of dierlijke consumptie bestemd is. 4. De uitvoeringsbepalingen voor dit artikel worden volgens de procedure van artikel 22 vastgesteld. Artikel 9 Bepaalde producten van dierlijke oorsprong die zijn afgeleid van producten van herkauwers of die bevatten 1. De in bijlage V, punt 1, vermelde producten van dierlijke oorsprong mogen niet vervaardigd worden van materiaal van herkauwers uit lidstaten of gebieden daarvan die in categorie 4 zijn ingedeeld, tenzij zij vervaardigd zijn met productieprocessen die volgens de procedure van artikel 22 zijn goedgekeurd. 2. Kopbeenderen (met uitzondering van beenderen van de onderkaak) en wervelkolommen van runderen[, schapen en geiten] 1 uit lidstaten of gebieden daarvan die zijn ingedeeld in categorie 2 (en waar zich een inheems geval van BSE voordoet) of in categorie 3 of categorie 4, mogen niet gebruikt worden voor de productie van separatorvlees. 1 Voorbehoud (IRL, GR, NL en P). 8118/00 die/dl/dp 14 BIJLAGE DG B I NL

15 3. De leden 1 en 2 zijn met inachtneming van de criteria van bijlage IV, punt 6, niet van toepassing op herkauwers die negatief gereageerd hebben op een volgens de procedure van artikel 22 erkende alternatieve test. 4. De uitvoeringsbepalingen voor dit artikel worden volgens de procedure van artikel 22 vastgesteld. Artikel 10 Programma's voor permanente scholing 1. De lidstaten zien erop toe dat het personeel van de bevoegde autoriteit, van de diagnostische laboratoria, van de landbouwinstituten en van instellingen voor diergeneeskunde, de officiële dierenartsen, de dierenartsen, het personeel van de slachthuizen, de fokkers, de veehouders en de personen die met de dieren omgaan, een opleiding genoten hebben over de klinische verschijnselen, de epidemiologie en, wat het met de controles belaste personeel betreft, de resultaten van de laboratoriumonderzoeken in verband met TSE's. 2. Voor de doeltreffende uitvoering van de in lid 1 bedoelde scholingsprogramma's kan financiële steun van de Gemeenschap worden verleend. De omvang van die steun wordt volgens de procedure van artikel 22 vastgesteld. 8118/00 die/dl/dp 15 BIJLAGE DG B I NL

16 HOOFDSTUK IV Bestrijding en uitroeiing van TSE s Artikel 11 Onverminderd Richtlijn 82/894/EEG van de Raad zorgen de lidstaten ervoor dat elk van besmetting met een TSE verdacht dier onmiddellijk aan de bevoegde autoriteiten wordt gemeld. De bevoegde autoriteit neemt onverwijld de in artikel 12 van deze richtlijn bedoelde maatregelen, samen met eventuele andere noodzakelijke maatregelen. Artikel 12 Maatregelen met betrekking tot verdachte dieren 1. Een van besmetting verdacht dier wordt aan een officiële verplaatsingsbeperking onderworpen in afwachting van het resultaat van een klinisch en epidemiologisch onderzoek door de bevoegde autoriteit, of het wordt gedood om onder officieel toezicht in een laboratorium te worden onderzocht. Indien bij een rund op een bedrijf in een lidstaat BSE wordt vermoed, geldt voor alle andere runderen op het betrokken bedrijf een officiële verplaatsingsbeperking totdat de resultaten van het onderzoek beschikbaar zijn. 8118/00 die/dl/dp 16 BIJLAGE DG B I NL

17 Indien bij een schaap op een bedrijf in een lidstaat scrapie wordt vermoed, geldt voor alle andere schapen en geiten op dat bedrijf een officiële verplaatsingsbeperking totdat de resultaten van het onderzoek beschikbaar zijn. Indien uit bewijsmateriaal blijkt dat het bedrijf waarop het dier zich bevond toen er BSE of scrapie werd vermoed, waarschijnlijk niet het bedrijf is waar het dier aan BSE of scrapie kon zijn blootgesteld, kan de bevoegde autoriteit beslissen dat alleen het van besmetting verdachte dier aan een officiële verplaatsingsbeperking wordt onderworpen. Indien zij zulks noodzakelijk acht mag de bevoegde autoriteit, afhankelijk van de beschikbare epidemiologische informatie, ook besluiten andere bedrijven, of alleen het bedrijf waar de blootstelling heeft plaatsgevonden, onder officieel toezicht te plaatsen. Een lidstaat kan in afwijking van de eisen van lid 1, tweede, derde en vierde alinea, volgens de procedure van artikel 22 1 vrijgesteld worden van de toepassing van maatregelen inzake officiële verplaatsingsbeperkingen indien hij maatregelen toepast die gelijkwaardige garanties bieden. 2. Wanneer de bevoegde autoriteit beslist dat de mogelijkheid van besmetting met een TSE niet kan worden uitgesloten, wordt het dier - indien het nog in leven is -gedood en worden de hersenen en eventueel alle andere door de bevoegde autoriteit te bepalen weefsels verwijderd en opgestuurd naar een officieel erkend laboratorium, het nationale referentielaboratorium of het communautaire referentielaboratorium, teneinde daar met de in artikel 20 bedoelde onderzoeksmethoden onderzocht te worden. 3. Alle delen van het karkas van het van besmetting verdachte dier, met inbegrip van de huid, worden onder officieel toezicht bewaard totdat er een negatieve diagnose gesteld is, of worden overeenkomstig bijlage IV, punt 3 of 4, door verbranding vernietigd. 4. De uitvoeringsbepalingen voor dit artikel worden volgens de procedure van artikel 22 vastgesteld. 1 Voorbehoud (E). 8118/00 die/dl/dp 17 BIJLAGE DG B I NL

18 Artikel 13 Na bevestiging van de aanwezigheid van TSE te nemen maatregelen 1. Wanneer de aanwezigheid van TSE officieel is bevestigd, worden onverwijld de volgende minimummaatregelen getroffen: a) alle delen van het karkas van het besmette dier worden overeenkomstig bijlage IV als gespecificeerd risicomateriaal vernietigd; b) er wordt een onderzoek uitgevoerd om overeenkomstig bijlage VI, punt 1, alle andere dieren te identificeren waarvoor een risico bestaat; c) alle dieren, embryo's en eicellen van die dieren, en andere producten van dierlijke oorsprong, bedoeld in bijlage VI, punt 2, die bij het onder b) bedoelde onderzoek zijn geïdentificeerd als zijnde een risico, worden onderworpen aan een verplaatsingsbeperking, of overeenkomstig bijlage VI gedood en vernietigd; De volledige vernietiging van de dieren en de embryo s en eicellen van die dieren geschiedt overeenkomstig bijlage IV, punten 4 en 5, en de vernietiging van de diervoeders en ander materiaal overeenkomstig bijlage VI, punt 2, onder d); d) eventuele aanvullende maatregelen voor schapen en geiten die volgens de procedure van artikel 22 zijn vastgesteld. 8118/00 die/dl/dp NL BIJLAGE DG B I 18

19 2. Totdat de in lid 1, onder b) en c) bedoelde maatregelen volledig zijn uitgevoerd, wordt het bedrijf waarop het dier zich bevond toen de aanwezigheid van TSE werd bevestigd, onder officieel toezicht geplaatst, en is voor elke verplaatsing van voor TSE s vatbare dieren, alsmede van eicellen en embryo s van die dieren van en naar het bedrijf toestemming van de bevoegde autoriteit vereist om ervoor te zorgen dat de betrokken dieren en de eicellen en de embryo s van die dieren onverwijld getraceerd en geïdentificeerd kunnen worden. Indien uit bewijsmateriaal blijkt dat het bedrijf waarop het zieke dier zich bevond toen de aanwezigheid van TSE werd bevestigd, waarschijnlijk niet het bedrijf is waar het dier aan TSE was blootgesteld, kan de bevoegde autoriteit beslissen dat beide bedrijven, dan wel alleen het bedrijf waar de besmetting heeft plaatsgevonden, onder officieel toezicht worden geplaatst. 3. Lidstaten die de in bijlage VIII bedoelde alternatieve regeling toepassen, kunnen in afwijking van de eisen van lid 1, tweede, derde en vierde alinea, volgens de procedure van artikel 22 vrijgesteld worden van de verplichte toepassing van officiële maatregelen inzake het verbod op verplaatsingen van dieren. 4. De eigenaars worden onverwijld vergoed voor dieren die overeenkomstig artikel 12, lid 2 en lid 1, onder b), van dit artikel gedood zijn en voor embryo's en eicellen die overeenkomstig lid 1, onder c), van dit artikel vernietigd zijn. Die vergoeding bedraagt minimaal 100% van de marktwaarde De uitvoeringsbepalingen voor dit artikel worden volgens de procedure van artikel 22 vastgesteld. 1 Voorbehoud E. 8118/00 die/dl/dp NL BIJLAGE DG B I 19

20 Artikel 14 Rampenplan 1. De lidstaten stellen op grond van de algemene criteria van de communautaire regelgeving inzake de bestrijding van dierziekten richtsnoeren op voor de te treffen nationale maatregelen, waarbij de bevoegdheden en verantwoordelijkheden worden aangegeven voor het geval dat de aanwezigheid van TSE wordt bevestigd. 2. Die richtsnoeren kunnen volgens de procedure van artikel 22 worden geharmoniseerd als dat nodig is voor een uniforme toepassing van de communautaire wetgeving. HOOFDSTUK V In de handel brengen Artikel 15 Levende dieren en embryo's en eicellen van die dieren 1. Voor het in de handel brengen van runderen[, schapen en geiten] 1 en de embryo s en eicellen van die dieren gelden de voorwaarden van bijlage VII, of, wat de invoer betreft, de voorwaarden van bijlage IX. De dieren en de embryo s en eicellen van die dieren moeten vergezeld gaan van de door de communautaire wetgeving overeenkomstig artikel 17 voorgeschreven diergezondheidscertificaten. 2. Voor het in de handel brengen van nakomelingen van de eerste generatie, embryo's en eicellen van die dieren waarbij de verdenking van TSE bestaat of de aanwezigheid van TSE is bevestigd, gelden de voorwaarden van bijlage VII, hoofdstukken A en B Voorbehoud (IRL en P). Voorbehoud (NL). 8118/00 die/dl/dp NL BIJLAGE DG B I 20

21 3. De uitvoeringsbepalingen voor dit artikel worden volgens de procedure van artikel 22 vastgesteld. Artikel Voor de volgende van gezonde dieren afkomstige producten van dierlijke oorsprong gelden uit hoofde van dit artikel en bijlage IX geen beperkingen voor het in de handel brengen: a) rauwe melk als gedefinieerd in Richtlijn 92/46/EEG van de Raad; 1 b) melk voor de vervaardiging van producten op basis van melk als gedefinieerd in Richtlijn 92/46/EEG; c) warmtebehandelde consumptiemelk als gedefinieerd in Richtlijn 92/46/EEG; d) rundersperma als gedefinieerd in Richtlijn 88/407/EEG van de Raad; 2 e) runder- of schapenembryo s als gedefinieerd in Richtlijn 89/556/EEG; f) gesmolten vet als bedoeld in Richtlijn 92/118/EEG van de Raad, met ten hoogste 0,15% gewichtsprocent aan onoplosbare onzuiverheden; g) van het onder f) bedoelde gesmolten vet afgeleide producten; h) dicalciumfosfaat (zonder sporen van eiwit of vet); i) huiden en vellen als bedoeld in Richtlijn 92/118/EEG; j) gelatine als bedoeld in Richtlijn 92/118/EEG die afgeleid is van de onder i) bedoelde huiden en vellen; k) collageen dat afgeleid is van de onder i) bedoelde huiden en vellen. 2. Producten van dierlijke oorsprong die uitgangsmateriaal bevatten afkomstig van dieren uit een in categorie 4 ingedeelde lidstaat, gebied van een lidstaat of derde land mogen niet in de handel worden gebracht, behalve indien zij afkomstig zijn van: a) dieren die geboren zijn na de datum met ingang waarvan het gebruik van verwerkte eiwitten van herkauwers in het voeder van herkauwers feitelijk is toegepast 3 ; b) dieren die geboren en opgefokt zijn en verbleven hebben in beslagen die reeds minstens zeven jaar een gecertificeerde historische BSE-vrije status hebben PB L 268 van , blz. 1. PB L 194 van , blz. 10. Verzoek om voor elke lidstaat de datum bij een besluit van de Commissie vast te stellen (A). 8118/00 die/dl/dp NL BIJLAGE DG B I 21

22 2. Bovendien moeten de in bijlage VIII, punt I, bedoelde producten van dierlijke oorsprong die bestemd zijn om vanuit een in categorie 4 ingedeelde lidstaat of gebied van een lidstaat te worden verzonden of in een in categorie 4 ingedeeld derde land te worden ingevoerd, voldoen aan de eisen van bijlage VIII, punten I en II, of indien zulks passend is, aan die van punt III van deze bijlage. Zij moeten vergezeld gaan van een door een officiële dierenarts afgegeven gezondheidscertificaat waaruit blijkt dat zij overeenkomstig Richtlijn 00/.../EG zijn geproduceerd. 3. Wanneer een dier van een land of gebied naar een ander land of gebied van een andere categorie wordt verplaatst, wordt het ingedeeld in de hoogste numerieke categorie van de landen of gebieden waar het langer dan vierentwintig uur heeft verbleven, op voorwaarde dat voldoende garanties kunnen worden geboden dat de dieren in dat in de hoogste numerieke categorie ingedeelde land of gebied niet gevoederd zijn. 4. De in dit artikel bedoelde producten van dierlijke oorsprong moeten vergezeld gaan van de door de communautaire wetgeving overeenkomstig de artikelen 17 en 18 voorgeschreven diergezondheidscertificaten of handelsdocumenten. 5. Om in de Gemeenschap ingevoerd te mogen worden, moeten de in bijlage IX, hoofdstukken C tot en met F, bedoelde producten van dierlijke oorsprong voldoen aan de voorwaarden van bijlage IX, hoofdstukken C en F De leden 1 tot en met 4 mogen volgens de procedure van artikel 22 worden uitgebreid tot andere producten van dierlijke oorsprong. De uitvoeringsbepalingen voor dit artikel worden volgens dezelfde procedure vastgesteld. 1 Voorbehoud (D en UK, die van mening zijn dat de voor de invoer uit een in categorie 4 ingedeeld derde land vastgestelde voorwaarden gunstiger zijn dan die voor het handelsverkeer vanuit in dezelfde categorie ingedeelde lidstaten). 8118/00 die/dl/dp NL BIJLAGE DG B I 22

23 Artikel 17 Volgens de procedure van artikel 22 kan worden besloten dat de in bijlage F bij Richtlijn 64/432/EEG van de Raad (intracommunautair handelsverkeer in runderen) 1 bedoelde gezondheidscertificaten en de Modellen II en III van bijlage E bij Richtlijn 91/68/EEG van de Raad (handelsverkeer in schapen en geiten) 2, alsmede de door de communautaire wetgeving voorgeschreven gezondheidscertificaten voor het handelsverkeer in embryo s en eicellen van runderen alsmede eicellen en embryo s van schapen en geiten en in producten van dierlijke oorsprong, indien nodig, aangevuld worden met de vermelding van de categorie van de overeenkomstig artikel 5 opgestelde indeling. Passende handelsdocumenten voor de handel in producten van dierlijke oorsprong worden, indien nodig, aangevuld met de vermelding van de categorie waarin de lidstaat of het gebied van oorsprong door de Commissie overeenkomstig artikel 5 is ingedeeld 3. Artikel 18 De door de communautaire wetgeving voorgeschreven certificaten voor de invoer worden voor de overeenkomstig artikel 5 in een categorie ingedeelde derde landen bij het nemen van de beslissing over de indeling volgens de procedure van artikel 22 aangevuld met de specifieke eisen van bijlage IX, hoofdstuk G PB 121 van , blz. 977/64. PB L 46 van , blz. 19. D wenst dat de Commissie zich ertoe verbindt deze aanvullingen aan te brengen vóór de datum waarop de lidstaten aan deze richtlijn moeten voldoen. 8118/00 die/dl/dp NL BIJLAGE DG B I 23

24 HOOFDSTUK VI REFERENTIELABORATORIA, BEMONSTERING, TESTMETHODEN EN CONTROLES Artikel 19 Referentielaboratoria 1. Elke lidstaat wijst een of meer nationale referentielaboratoria aan. De taken en bevoegdheden daarvan zijn omschreven in bijlage X, hoofdstuk A. 2. Het communautaire referentielaboratorium alsmede de taken en bevoegdheden daarvan staan vermeld in bijlage X, hoofdstuk B. Artikel 20 Bemonstering en laboratoriumtechnieken 1. De bemonstering en de laboratoriumonderzoeken om de aanwezigheid van BSE bij runderen op te sporen worden uitgevoerd met gebruikmaking van de methoden en protocollen, genoemd in bijlage II, punt IV. De bemonstering en de laboratoriumonderzoeken om de aanwezigheid van scrapie bij schapen op te sporen worden uitgevoerd met gebruikmaking van de methoden en protocollen van het Handboek inzake normen voor diagnostische tests en vaccins van het Internationaal Bureau voor besmettelijke veeziekten (OIE), laatste uitgave. 2. Indien het in lid 1 genoemde handboek voor een andere ziekte dan BSE geen onderzoeksmethode bevat, moet het onderzoek worden uitgevoerd volgens een andere methode die aan de stand van de technische kennis beantwoordt. 8118/00 die/dl/dp NL BIJLAGE DG B I 24

25 3. Volgens de procedure van artikel 22 kunnen uitvoeringsbepalingen worden vastgesteld, als dat nodig is voor een uniforme toepassing van dit artikel. Artikel 21 Communautaire controles 1. Deskundigen van de Commissie kunnen, voorzover dat voor een uniforme toepassing van deze richtlijn noodzakelijk is, in samenwerking met de bevoegde autoriteiten van de lidstaten controles ter plaatse uitvoeren. Daarbij kunnen zij door controle op een representatief aantal bedrijven en andere inrichtingen nagaan of de de bevoegde autoriteit erop toeziet dat deze richtlijn op die bedrijven of in die inrichtingen wordt nageleefd. De lidstaat op het grondgebied waarvan een controle wordt verricht, verleent de deskundigen alle nodige bijstand bij het nemen van hun besluiten. De Commissie stelt de bevoegde autoriteit in kennis van het resultaat van de verrichte controles. De uitvoeringsbepalingen voor dit artikel, waaronder voorschriften betreffende de wijze van samenwerking met de nationale autoriteiten, worden volgens de procedure van artikel 22 vastgesteld. 2. De communautaire controles ten aanzien van derde landen moeten overeenkomstig de artikelen 20 en 21 van Richtlijn 90/675/EEG worden verricht Artikel 22 Comitéprocedure 1. De Commissie wordt bijgestaan door het bij Besluit 68/361/EEG opgerichte Permanent Veterinair Comité, het Permanent Comité voor diervoeders of het Permanent Comité voor levensmiddelen, voor aangelegenheden die uitsluitend onder hun respectieve bevoegdheden vallen. 2. Wanneer verwezen wordt naar dit lid, is de regelgevingsprocedure van artikel 5 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 7, lid 3, en artikel 8 van dat besluit. 3. De in artikel 5, lid 6 van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn wordt vastgesteld op drie maanden en voor de in artikel 4, tweede alinea van deze richtlijn bedoelde vrijwaringsmaatregelen op 15 dagen. 8118/00 die/dl/dp NL BIJLAGE DG B I 25

26 HOOFDSTUK VII SLOTBEPALINGEN Artikel 23 Volgens de procedure van artikel 22 kunnen voor maximaal twee jaar overgangsmaatregelen worden aangenomen om de overgang van de huidige regelingen naar de bij deze richtlijn vastgestelde regelingen mogelijk te maken. 8118/00 die/dl/dp NL BIJLAGE DG B I 26

27 Artikel De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om vóór. aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis. Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten. 2. De lidstaten delen de Commissie de tekst mee van de belangrijkste bepalingen van nationaal recht die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen. Artikel 25 Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten. Gedaan te Brussel, voor het Europees Parlement de Voorzitter voor de Raad de Voorzitter 8118/00 die/dl/dp NL BIJLAGE DG B I 27

28 Bijlage I bij de BIJLAGE BEPALING VAN DE BSE-STATUS HOOFDSTUK A De BSE-status van een lidstaat of een derde land of een gebied wordt bepaald op basis van de volgende criteria: a) het resultaat van een risicoanalyse; b) een permanent scholingsprogramma voor dierenartsen en veehouders alsmede vervoerders, handelaars en slachters van runderen om hen ertoe aan te zetten alle gevallen van neurologische verschijnselen bij volwassen runderen te melden; c) de verplichte aanmelding en het onderzoek van alle runderen die klinische verschijnselen van boviene spongiforme encefalopathie vertonen; d) een systeem van permanente bewaking en permanent toezicht op boviene spongiforme encefalopathie, dat met name gericht is op de in hoofdstuk B van deze bijlage genoemde risico's, met inachtneming van de richtsnoeren in de tabel van bijlage II, hoofdstuk A; de verslagen over het aantal uitgevoerde onderzoeken en over de resultaten daarvan moeten ten minste 7 jaar bewaard worden; e) onderzoek door een erkend laboratorium van monsters van de hersenen of andere weefsels die genomen zijn in het kader van bovengenoemd bewakingssysteem. HOOFDSTUK B De risicoanalyse is gebaseerd op de volgende factoren: de consumptie door de runderen van vleesbeendermeel of vetkanenkoeken afgeleid van herkauwers; 8118/00 die/dl/mg 28 Bijlage I bij de BIJLAGE DG B I NL

29 de invoer van vleesbeendermeel of vetkanenkoeken dat/die mogelijk verontreinigd is/zijn met een overdraagbare spongiforme encefalopathie, of van diervoeders die vleesbeendermeel of vetkanenkoeken bevatten; de invoer van dieren, eicellen of embryo s die mogelijk besmet zijn met een overdraagbare spongiforme encefalopathie; de epidemiologische situatie van het land of het gebied vanuit het oogpunt van overdraagbare spongiforme encefalopathieën bij dieren; de stand van de kennis over de structuur van de runder-, schapen- en geitenpopulatie in het land of het gebied; de oorsprong van het dierlijk afval, de parameters van de procédés voor de behandeling van dat afval en de methoden voor de productie van diervoeders. HOOFDSTUK C Omschrijving van de categorieën 1 I. De BSE-status van de lidstaten of gebieden daarvan wordt bepaald door indeling in één van de volgende categorieën: CATEGORIE 1 1) Uit een risicoanalyse op basis van de in hoofdstuk B, bedoelde informatie is gebleken dat er passende maatregelen zijn getroffen om elk geïdentificeerd risico onder controle te krijgen; 2) Er is geen geval van BSE geregistreerd en i) sinds ten minste 7 jaar is voldaan aan de criteria van hoofdstuk A, onder b) tot en met e), of ii) sinds ten minste 7 jaar is voldaan aan de criteria van hoofdstuk A, onder c), en het bewijs is geleverd dat aan herkauwers sinds ten minste 8 jaar geen vleesbeendermeel of vetkanenkoeken zijn vervoederd; 1 Voorbehoud (A en GR). 8118/00 die/dl/mg 29 Bijlage I bij de BIJLAGE DG B I NL

30 OF: Het staat vast dat alle gevallen van BSE het rechtstreekse gevolg zijn van de invoer van levende runderen of eicellen/embryo's van runderen, en alle zieke runderen, evenals, waar het koeien betreft, hun laatste nakomelingen die zijn geboren in de laatste twee jaar vóórdat of in de periode nadat de eerste klinische verschijnselen van de ziekte zich hebben voorgedaan, indien nog in leven in het land of het gebied, zijn gedood en volledig vernietigd, en i) sinds ten minste 7 jaar is voldaan aan de criteria van hoofdstuk A, onder b) tot en met e), of ii) sinds ten minste 7 jaar is voldaan aan de criteria van hoofdstuk A, onder c), en het bewijs is geleverd dat aan herkauwers sinds ten minste 8 jaar geen vleesbeendermeel of vetkanenkoeken zijn vervoederd; OF: Sinds meer dan zeven jaar is er geen inheems geval van BSE gemeld, sinds ten minste 7 jaar is voldaan aan de criteria van hoofdstuk A, onder b) tot en met e), en het vervoederen aan herkauwers van vleesbeendermeel en vetkanenkoeken die zijn afgeleid van herkauwers is verboden en het verbod is sinds ten minste 8 jaar werkelijk uitgevoerd. CATEGORIE 2 1. Uit een risicoanalyse overeenkomstig hoofdstuk B is gebleken dat er passende maatregelen zijn getroffen om elk geïdentificeerd risico onder controle te krijgen; a) Er heeft zich geen enkel geval van BSE voorgedaan en i) aan de criteria van hoofdstuk A, onder b) tot en met e), is voldaan, maar niet sinds 7 jaar, of ii) het bewijs is geleverd dat aan herkauwers sinds ten minste 8 jaar geen vleesbeendermeel of vetkanenkoeken zijn vervoederd, maar aan de criteria van hoofdstuk A, onder c), is niet sinds 7 jaar voldaan; OF: Het staat vast dat alle gevallen van BSE het rechtstreekse gevolg zijn van de invoer van levende runderen of eicellen/embryo's van runderen, en dat alle zieke runderen, evenals, waar het koeien betreft, hun laatste nakomelingen die geboren zijn in de laatste twee jaar vóórdat of in de periode nadat de eerste klinische verschijnselen van de ziekte zich hebben voorgedaan, indien nog in leven in het land of het gebied, gedood en volledig vernietigd zijn en i) aan de criteria van hoofdstuk A, onder b) tot en met e), is voldaan, maar niet sinds 7 jaar, of 8118/00 die/dl/mg 30 Bijlage I bij de BIJLAGE DG B I NL

31 ii) het bewijs is geleverd dat aan herkauwers sinds ten minste 8 jaar geen vleesbeendermeel of vetkanenkoeken zijn vervoederd, maar aan de criteria van hoofdstuk A, onder c), is niet sinds 7 jaar voldaan; OF: Sinds meer dan 7 jaar is er geen inheems geval van BSE gemeld, aan de criteria van hoofdstuk A, onder b) tot en met e), wordt voldaan en het verbod op het vervoederen aan herkauwers van vleesbeendermeel en vetkanenkoeken die zijn afgeleid van herkauwers wordt werkelijk uitgevoerd, maar: i) aan de criteria van hoofdstuk A, onder b) tot en met e), is niet sinds 7 jaar voldaan, of ii) het verbod op het vervoederen aan herkauwers met vleesbeendermeel en vetkanenkoeken die zijn afgeleid van herkauwers is niet sinds 8 jaar werkelijk uitgevoerd; OF: In de laatste 7 jaar was de incidentie van BSE, gemeten aan het aantal inheemse gevallen ieder jaar minder dan [één per miljoen] onder de runderpopulatie van meer dan 24 maanden, in het land of het gebied, en 1 i) het verbod op het vervoederen aan herkauwers van vleesbeendermeel of vetkanenkoeken die zijn afgeleid van herkauwers is sinds ten minste 8 jaar werkelijk uitgevoerd; ii) iii) aan de criteria van hoofdstuk A, onder b) tot en met e), is sinds ten minste 7 jaar voldaan; de zieke runderen, evenals CATEGORIE 3 - waar het koeien betreft, de laatste nakomelingen die geboren zijn in de laatste twee jaar vóórdat of in de periode nadat de eerste klinische verschijnselen van de ziekte zich hebben voorgedaan, indien nog in leven in het land of het gebied, gedood en volledig vernietigd worden; - alle runderen uit de cohort, indien nog in leven in het land of gebied, gedood en volledig vernietigd worden of dat gelijkwaardige maatregelen getroffen worden. 1. Aan de criteria van hoofdstuk A wordt voldaan en de incidentie van BSE, berekend over de laatste 12 maanden is groter dan of gelijk aan één inheems geval per miljoen en minder dan of gelijk aan 100 gevallen per miljoen onder de runderpopulatie van meer dan 24 maanden, in het land of het gebied, of 1 Voorbehoud (A en E). 8118/00 die/dl/mg 31 Bijlage I bij de BIJLAGE DG B I NL

32 2. de incidentie van BSE, berekend over de laatste 12 maanden, is meer dan nul, doch minder dan één inheems geval per miljoen binnen de runderpopulatie van meer dan 24 maanden in het land of het gebied, maar aan ten minste één van de criteria om te worden ingedeeld in categorie 2 wordt door het land of het gebied niet voldaan. CATEGORIE 4 1. Aan de criteria van hoofdstuk A wordt voldaan en de incidentie van BSE, berekend over de laatste 12 maanden, is hoger dan 100 per miljoen binnen de runderpopulatie van meer dan 24 maanden in het land of het gebied; of 2. de incidentie van BSE, berekend over de laatste 12 maanden, is meer dan of gelijk aan één geval per miljoen en minder dan of gelijk aan 100 gevallen per miljoen binnen de runderpopulatie van meer dan 24 maanden in het land of het gebied, en aan ten minste één van de criteria van hoofdstuk A wordt niet voldaan. 8118/00 die/dl/mg 32 Bijlage I bij de BIJLAGE DG B I NL

33 Bijlage II bij de BIJLAGE I. SYSTEEM VAN TOEZICHT HOOFDSTUK A A. MINIMUMEISEN VOOR EEN PROGRAMMA VAN TOEZICHT OP BSE BIJ RUNDEREN 1. Selectie van de subpopulatie Runderen die ouder zijn dan 24 maanden: 1.1. Runderen die een "speciale noodslachting" moeten ondergaan en runderen die geslacht zijn overeenkomstig bijlage I, hoofdstuk VI, punt 28 c), van Richtlijn 64/433/EEG van de Raad 1 (met inbegrip van runderen, bedoeld in Verordening (EG) nr. 716/96 van de Commissie van 19 april 1996 houdende buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de rundvleesmarkt in het Verenigd Koninkrijk 2, die een "speciale noodslachting" moeten ondergaan of geslacht zijn overeenkomstig bijlage I, hoofdstuk VI, punt 28 c), van Richtlijn 64/433/EEG) Dode runderen die niet voor menselijke consumptie geslacht zijn (met uitzondering van de in Verordening (EG) nr. 716/96 van de Commissie bedoelde runderen). 2. Steekproefgrootte Het totale aantal monsters van de in de punten 1.1 en 1.2 bedoelde subpopulaties dat jaarlijks in elke lidstaat onderzocht wordt, mag niet lager zijn dan in de tabel is aangegeven. Van de in punt 1.2 bedoelde subpopulatie moeten zoveel mogelijk monsters genomen worden, maar in elk geval ten minste 10% van het totale aantal. Elke subpopulatie moet aselect bemonsterd worden. De bemonstering moet permanent en representatief voor elk gebied zijn. Een lidstaat mag echter besluiten dat in afgelegen gebieden met een lage veebezetting alleen de in punt 1.1 bedoelde subpopulatie bemonsterd wordt. 1 2 PB 121 van , blz. 2012/64. PB L 99 van , blz /00 die/dl/mg 33 Bijlage II bij de BIJLAGE DG B I NL

34 Totale populatie Steekproefgrootte Totale populatie Steekproef- ouder dan * ouder dan grootte * 24 maanden 24 maanden *) De steekproefgrootte is zodanig berekend dat een prevalentie van 0,1% met een betrouwbaarheid van 95% bij de in punt 1 bedoelde subpopulaties kan worden vastgesteld, ervan uitgaande dat het aandeel van die subpopulaties in de totale populatie van runderen die ouder zijn dan 24 maanden 1% bedraagt. Wanneer de totale populatie van runderen die ouder zijn dan 24 maanden meer dan dieren bedraagt, moet de steekproefgrootte ter aanpassing van de verhouding met 500 per runderen verhoogd worden omdat het risico van BSE in die populaties groter is. 8118/00 die/dl/mg 34 Bijlage II bij de BIJLAGE DG B I NL

35 B. MINIMUMEISEN VOOR EEN PROGRAMMA VAN TOEZICHT OP BSE [EN SCRAPIE BIJ SCHAPEN EN GEITEN] 1 1. Selectie van de subpopulaties De selectie verloopt op basis van een risicoanalyse van de subpopulaties van in het land zelf geboren dieren met klinische verschijnselen die op scrapie kunnen wijzen. Binnen elke subpopulatie en leeftijdsgroep wordt een aselecte keuze gemaakt. De selectiecriteria zijn als volgt: - dieren die gedurende ten minste vijftien dagen de in artikel 3, lid 2, onder h), bedoelde verschijnselen vertonen en resistent zijn tegen behandeling. - stervende dieren zonder tekenen van infectieuze of traumatische aandoeningen; - dieren met andere voortschrijdende ziekteverschijnselen. 2. Leeftijd van de dieren in de doelgroep In de subpopulatie moeten de oudste dieren worden bemonsterd. Alle daarvoor uitgekozen dieren moeten evenwel ouder zijn dan twaalf maanden 3. Steekproefgrootte Het minimumaantal jaarlijks te onderzoeken dieren moet voldoen aan de in de tabel voorgeschreven steekproefgrootte. Dieren die overeenkomstig punt C zijn onderzocht mogen voor de minimale steekproefgrootte worden meegeteld. 1 Voorbehoud (P, GR en UK). 8118/00 die/dl/mg 35 Bijlage II bij de BIJLAGE DG B I NL

36 Tabel Minimumaantal neurohistologische onderzoeken dat jaarlijks moet worden verricht bij dieren met klinische verschijnselen die op scrapie kunnen wijzen Totale populatie van dieren die ouder zijn dan 12 maanden* Steekproefgrootte * Wanneer niet bekend is hoe groot de totale populatie is van dieren die ouder zijn dan 12 maanden, moet de steekproefgrootte gebaseerd worden op de totale populatie van dieren die ouder zijn dan 6 maanden. 8118/00 die/dl/mg 36 Bijlage II bij de BIJLAGE DG B I NL

***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT

***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT EUROPEES PARLEMENT 1999 Zittingsdocument 2004 C5-0048/2001 12/02/2001 ***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT Betreft: Gemeenschappelijk standpunt door de Raad van 12 februari 2001 vastgesteld met het oog op

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2000 (10.10) (OR. en) 10000/1/00 REV 1 LIMITE AGRILEG 107 CODEC 523 MEMORANDUM

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2000 (10.10) (OR. en) 10000/1/00 REV 1 LIMITE AGRILEG 107 CODEC 523 MEMORANDUM RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 september 2000 (10.10) (OR. en) 10000/1/00 REV 1 LIMITE AGRILEG 107 CODEC 523 MEMORANDUM Betreft: 1) Ontwerp-richtlijn van het Europees Parlement en de Raad houdende

Nadere informatie

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.2.2019 C(2019) 595 final VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 6.2.2019 tot wijziging van bijlage IX bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE PUBLIC Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE AGRILEG 144 CODEC 1043 NOTA I-PUNT van: aan: nr. Comv.:

Nadere informatie

24.8.2004 Publicatieblad van de Europese Unie L 274/3

24.8.2004 Publicatieblad van de Europese Unie L 274/3 24.8.2004 Publicatieblad van de Europese Unie L 274/3 VERORDENING (EG) Nr. 1492/2004 VAN DE COMMISSIE van 23 augustus 2004 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en

Nadere informatie

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9.7.2018 C(2018) 3304 final VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 9.7.2018 tot wijziging van bijlage V bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

- een aantal wijzigingen die nodig zijn in verband met de meest recente wijzigingen in de OIE- Diergezondheidscode;

- een aantal wijzigingen die nodig zijn in verband met de meest recente wijzigingen in de OIE- Diergezondheidscode; Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 28 februari 2006 (03.03) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2004/0270 B (COD) 6828/06 ADD 1 LIMITE PUBLIC AGRILEG 37 CODEC 196 ADDENDUM BIJ HET VERSLAG

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 173/42 VERORDENING (EU) 2019/1091 VAN DE COMMISSIE van 26 juni 2019 tot wijziging van bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de voorschriften voor

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties document D048897/03.

Hierbij gaat voor de delegaties document D048897/03. Raad van de Europese Unie Brussel, 14 februari 2017 (OR. en) 6294/17 AGRILEG 42 VETER 16 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 13 februari 2017 aan: Nr. Comdoc.: D048897/03 Betreft: het

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 2457 250 24 24december 2008 Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur, en Voedselkwaliteit van 9 december 2008,

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 28.2.2019 L 61/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) 2019/319 VAN DE COMMISSIE van 6 februari 2019 tot wijziging van bijlage IX bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees

Nadere informatie

62e jaargang 28 februari 2019

62e jaargang 28 februari 2019 Publicatieblad van de Europese Unie L 61 Uitgave in de Nederlandse taal Wetgeving 62e jaargang 28 februari 2019 Inhoud II Niet-wetgevingshandelingen VERORDENINGEN Verordening (EU) 2019/319 van de Commissie

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 mei 2006 (15.05) (OR. en) 9133/06 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2005/0153 (CNS) LIMITE

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 mei 2006 (15.05) (OR. en) 9133/06 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2005/0153 (CNS) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 0 mei 2006 (5.05) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2005/053 (CNS) 933/06 ADD 2 PUBLIC LIMITE AGRILEG 76 AGRIFIN 35 ADDENDUM BIJ HET VERSLAG van: de Groep

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2001R0999 NL 03.02.2016 042.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 999/2001 VAN HET EUROPEES PARLEMENT

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 171/100 26.6.2019 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/1084 VAN DE COMMISSIE van 25 juni 2019 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 wat betreft de harmonisatie van de lijst van erkende of geregistreerde

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 oktober 2007 (OR. en) 12723/07 EEE 62 VETER 22 PHYTOSAN 29 PECHE 257 DENLEG 83 AGRILEG 130 ANIMAUX 6 ISL 61

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 oktober 2007 (OR. en) 12723/07 EEE 62 VETER 22 PHYTOSAN 29 PECHE 257 DENLEG 83 AGRILEG 130 ANIMAUX 6 ISL 61 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 oktober 2007 (OR. en) 12723/07 EEE 62 VETER 22 PHYTOSAN 29 PECHE 257 DENLEG 83 AGRILEG 130 ANIMAUX 6 ISL 61 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: ONTWERP-BESLUIT

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie L 94/44 31.3.2004 VERORDENING (EG) Nr. 599/2004 VAN DE COMMISSIE van 30 maart 2004 tot vaststelling van een geharmoniseerd model voor een certificaat en inspectieverslag voor het intracommunautaire handelsverkeer

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 116/9

Publicatieblad van de Europese Unie L 116/9 29.4.2006 Publicatieblad van de Europese Unie L 116/9 VERORDENING (EG) Nr. 657/2006 VAN DE COMMISSIE van 10 april 2006 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) 31.5.2001 NL Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen L 147/1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) VERORDENING (EG) Nr. 999/2001 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE 23.2.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 50/51 UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 17 februari 2012 tot wijziging van bijlage E bij Richtlijn 92/65/EEG van de Raad, wat betreft de modellen van

Nadere informatie

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. 26.7.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 201/31 VERORDENING (EU) Nr. 717/2013 VAN DE COMMISSIE van 25 juli 2013 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 wat betreft de vermeldingen inzake

Nadere informatie

L 165/8 Publicatieblad van de Europese Unie 27.6.2007

L 165/8 Publicatieblad van de Europese Unie 27.6.2007 L 165/8 Publicatieblad van de Europese Unie 27.6.2007 VERORDENING (EG) Nr. 727/2007 VAN DE COMMISSIE van 26 juni 2007 tot wijziging van de bijlagen I, III, VII en X bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 29.11.2007 COM(2007) 761 definitief 2007/0266 (ACC) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD over het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité EG-Faeröer

Nadere informatie

2001R0999 NL

2001R0999 NL 2001R0999 NL 20.04.2009 033.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 999/2001 VAN HET EUROPEES PARLEMENT

Nadere informatie

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004, (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 27972 10 oktober 2013 Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 2 oktober 2013, nr. WJZ/13080388, houdende

Nadere informatie

Te dien einde gaan voor de delegaties in de bijlage ontwerp-amendementen van het voorzitterschap op Richtlijn 96/22/EG van de Raad.

Te dien einde gaan voor de delegaties in de bijlage ontwerp-amendementen van het voorzitterschap op Richtlijn 96/22/EG van de Raad. Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 september 2002 (25.09) (OR. en) PUBLIC 12219/02 LIMITE AGRILEG 176 CODEC 1131 NOTA van: Betreft: het voorzitterschap Gewijzigd voorstel voor een richtlijn

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst) (2011/874/EU)

(Voor de EER relevante tekst) (2011/874/EU) 23.12.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 343/65 UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 15 december 2011 tot vaststelling van de lijst van derde landen en gebieden waaraan een machtiging is verleend

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 14.1.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 12/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) Nr. 28/2012 VAN DE COMMISSIE van 11 januari 2012 tot vaststelling van voorschriften voor

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2012R0028 NL 25.06.2012 001.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EU) Nr. 28/2012 VAN DE COMMISSIE van

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.02.2006 COM(2006) 89 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (door de Commissie ingediend)

Nadere informatie

Geconsolideerde TEKST

Geconsolideerde TEKST NL Geconsolideerde TEKST samengesteld door het CONSLEG-systeem van het Bureau voor officiële publicaties der Europese Gemeenschappen CONSLEG: 2002D0994 03/02/2003 Aantal bladzijden: 5 < Bureau voor officiële

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 5.3.2012 COM(2012) 90 final 2012/0040 (COD) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 92/65/EEG van de Raad wat betreft de

Nadere informatie

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief met betrekking tot het toekennen van een statuut verwaarloosbaar of gecontroleerd risico op klassieke scrapie, noodzakelijk in het

Nadere informatie

L 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE

L 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE L 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie 25.11.2006 II (Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing) COMMISSIE BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 17 november 2006 tot wijziging

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties document D048570/03.

Hierbij gaat voor de delegaties document D048570/03. Raad van de Europese Unie Brussel, 26 januari 2017 (OR. en) 5664/17 AGRILEG 23 VETER 9 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 20 januari 2017 aan: Nr. Comdoc.: D048570/03 Betreft: het

Nadere informatie

Vertaling. Overwegende:

Vertaling. Overwegende: Vertaling Protocol van akkoord over de voorwaarden voor de grensoverschrijdende handel in slachtdieren en slachtpluimvee tussen het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en de Franse Republiek.

Nadere informatie

L 249/20 Publicatieblad van de Europese Unie

L 249/20 Publicatieblad van de Europese Unie L 249/20 Publicatieblad van de Europese Unie 23.7.2004 BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 15 juli 2004 tot uitvoering van Richtlijn 64/432/EEG van de Raad voor wat betreft aanvullende garanties voor het

Nadere informatie

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag VERORDENING (EU) VAN DE COMMISSIE van 2 februari 2017 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de toepassing van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID Brussel, 27 februari 2018 KENNISGEVING AAN BELANGHEBBENDEN TERUGTREKKING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK EN EU-REGELS OP HET GEBIED VAN

Nadere informatie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst) L 156/2 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/949 VAN DE COMMISSIE van 19 juni 2015 tot goedkeuring van de door bepaalde derde landen verrichte, aan de uitvoer voorafgaande controles op bepaalde

Nadere informatie

Titel Feedban Nummer DV-01 Datum juli 2016

Titel Feedban Nummer DV-01 Datum juli 2016 Catharijnesingel 59 3511 GG Utrecht Postbus 43006 3540 AA Utrecht www.nvwa.nl Contactpersoon T 088 223 33 33 F 088 223 33 34 info@nvwa.nl Titel Feedban Nummer DV-01 Om de verspreiding van BSE en soortgelijke

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD) ENT 175 EEE 60 SAN 99 CODEC 831 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Bernhard ZEPTER,

Nadere informatie

BESLUIT VAN DE COMMISSIE. van 12 januari 2011.

BESLUIT VAN DE COMMISSIE. van 12 januari 2011. L 19/20 Publicatieblad van de Europese Unie 22.1.2011 BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 19 januari 2011 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer in Bulgarije (Kennisgeving

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 14 februari 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 14 februari 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 14 februari 2017 (OR. en) 6300/17 AGRILEG 43 VETER 17 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 13 februari 2017 aan: Nr. Comdoc.: D048174/04 Betreft: het

Nadere informatie

Titel Feedban Nummer DV-01 Datum januari 2017

Titel Feedban Nummer DV-01 Datum januari 2017 Catharijnesingel 59 3511 GG Utrecht Postbus 43006 3540 AA Utrecht www.nvwa.nl Contactpersoon T 088 223 33 33 F 088 223 33 34 info@nvwa.nl Titel Feedban Nummer DV-01 Om de verspreiding van BSE en soortgelijke

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie VERORDENINGEN 4.2.2017 NL L 31/13 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/193 VAN DE COMMISSIE van 3 februari 2017 tot wijziging van bijlage II bij Beschikking 2007/777/EG en bijlage I bij Verordening (EG) nr.

Nadere informatie

Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad. van 18 december 2006

Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad. van 18 december 2006 30.12.2006 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 396/849 Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot wijziging van Richtlijn 67/548/EEG van de Raad betreffende

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 25 september 2008 (OR. en) 2007/0102 (COD) PE-CONS 3667/08 AGRILEG 137 CODEC 989 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: RICHTLIJN VAN

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 20.1.2017 L 16/37 UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2017/98 VAN DE COMMISSIE van 18 januari 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2013/519/EU wat betreft het modeldiergezondheidscertificaat voor

Nadere informatie

COMMISSIE. (Voor de EER relevante tekst) (2009/712/EG)

COMMISSIE. (Voor de EER relevante tekst) (2009/712/EG) 19.9.2009 Publicatieblad van de Europese Unie L 247/13 COMMISSIE BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 18 september 2009 ter uitvoering van Richtlijn 2008/73/EG van de Raad wat betreft informatiepagina's op

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie L 29/24 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/186 VAN DE COMMISSIE van 2 februari 2017 tot vaststelling van bijzondere voorwaarden voor het binnenbrengen in de Unie van zendingen uit bepaalde derde landen wegens

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De onderdelen d tot en met h worden geletterd e tot en met i.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De onderdelen d tot en met h worden geletterd e tot en met i. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 17924 4 juli 2013 Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 1 juli 2013, nr. WJZ/13101068, houdende wijziging

Nadere informatie

Wijziging Regeling handel levende dieren en levende producten

Wijziging Regeling handel levende dieren en levende producten LNV Wijziging Regeling handel Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 7 juli 2005, nr. TRCJZ/2005/2068, houdende wijziging van de Regeling handel ter implementatie van richtlijn

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 138/92 VERORDENING (EU) 2017/893 VAN DE COMMISSIE van 24 mei 2017 tot wijziging van de bijlagen I en IV bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad, en van de bijlagen X,

Nadere informatie

23.3.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 77/25

23.3.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 77/25 23.3.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 77/25 VERORDENING (EU) Nr. 284/2011 VAN DE COMMISSIE van 22 maart 2011 tot vaststelling van specifieke voorwaarden en gedetailleerde procedures voor de invoer

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.8.2011 COM(2011) 524 definitief 2011/0228 (COD) C7-0229/11 NL Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 64/432/EEG van

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2005 (02.12) (OR. en) 14116/05 LIMITE AGRILEG 166

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2005 (02.12) (OR. en) 14116/05 LIMITE AGRILEG 166 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 november 2005 (02.12) (OR. en) PUBLIC 14116/05 LIMITE AGRILEG 166 ZITTINGSDOCUMENT van: het voorzitterschap aan: de Groep hoofden van de veterinaire diensten

Nadere informatie

L 179/60 Publicatieblad van de Europese Unie

L 179/60 Publicatieblad van de Europese Unie L 179/60 Publicatieblad van de Europese Unie 29.6.2013 VERORDENING (EU) Nr. 630/2013 VAN DE COMMISSIE van 28 juni 2013 tot wijziging van de bijlagen bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement

Nadere informatie

Voor dierlijke producten verwijst dat begrip naar het land waarin het product geheel is verkregen, hetgeen, toegepast op vlees, betekent: het land waa

Voor dierlijke producten verwijst dat begrip naar het land waarin het product geheel is verkregen, hetgeen, toegepast op vlees, betekent: het land waa UITVOERINGSVERORDENING (EU) VAN DE COMMISSIE van 13 december 2013 tot vaststelling van de regels voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft

Nadere informatie

SGIU-001 bijlage 9.1.8b Bijlage 5

SGIU-001 bijlage 9.1.8b Bijlage 5 SGIU-001 bijlage 9.1.8b Bijlage 5 Invulvoorbeeld Traces certificaat mestschapen/mestgeiten II. Informatie over de gezondheid Ondergetekende, officieel dierenarts, verklaart dat de in dit certificaat beschreven

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 24.1.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 21/3 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) Nr. 56/2013 VAN DE COMMISSIE van 16 januari 2013 tot wijziging van de bijlagen I en IV

Nadere informatie

9UDJHQ HQ DQWZRRUGHQ RYHU 76(V ELM VFKDSHQ HQ JHLWHQ

9UDJHQ HQ DQWZRRUGHQ RYHU 76(V ELM VFKDSHQ HQ JHLWHQ 0(02 Brussel, 7 november 2001 9UDJHQ HQ DQWZRRUGHQ RYHU 76(V ELM VFKDSHQ HQ JHLWHQ :DW]LMQRYHUGUDDJEDUHVSRQJLIRUPHHQFHIDORSDWKLHsQ76(V" TSE s zijn een groep ziekten die bij de mens en bij dieren voorkomen

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.3.2019 C(2019) 1922 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 14.3.2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 december 2002 (17.12) (OR. fr) 15363/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0221 (COD) LIMITE

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 december 2002 (17.12) (OR. fr) 15363/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0221 (COD) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 13 december 2002 (17.12) (OR. fr) 15363/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0221 (COD) LIMITE PUBLIC AGRILEG 262 CODEC 1618 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 5.6.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 144/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 468/2012 VAN DE COMMISSIE van 1 juni 2012 tot wijziging van Verordening

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 24 oktober 2008 (28.10) (OR. fr) 14533/08. Interinstitutioneel dossier: 2007/0192 (C S)

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 24 oktober 2008 (28.10) (OR. fr) 14533/08. Interinstitutioneel dossier: 2007/0192 (C S) RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 24 oktober 2008 (28.10) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2007/0192 (C S) 14533/08 GAF 14 FI 400 UEM 182 EUROPOL 71 DROIPE 79 OTA I-PU T van: de Groep fraudebestrijding

Nadere informatie

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst)

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst) L 127/4 NL RICHTLIJNEN RICHTLIJN (EU) 2019/782 VAN DE COMMISSIE van 15 mei 2019 tot wijziging van Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de vaststelling van geharmoniseerde risico-indicatoren

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 326/3

Publicatieblad van de Europese Unie L 326/3 24.11.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 326/3 UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1097/2012 VAN DE COMMISSIE van 23 november 2012 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 tot uitvoering van

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst) (2014/798/EU)

(Voor de EER relevante tekst) (2014/798/EU) L 330/50 UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 13 november 2014 tot wijziging van bijlage F bij Richtlijn 64/432/EEG van de Raad met betrekking tot het formaat van de modelgezondheidscertificaten voor

Nadere informatie

2002R1774 NL 24.07.2007 007.001 1

2002R1774 NL 24.07.2007 007.001 1 2002R1774 NL 24.07.2007 007.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 1774/2002 VAN HET EUROPEES

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 24 januari 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0010 (NLE) 5569/17 ENV 50 COMPET 37 VOORSTEL van: ingekomen: 19 januari 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de

Nadere informatie

komen uit een beslag dat (beslagen die) officieel brucellosevrij is (zijn), en [II [II Deze optie aanvinken. II [II

komen uit een beslag dat (beslagen die) officieel brucellosevrij is (zijn), en [II [II Deze optie aanvinken. II [II Code K-LV-RNDIU-01b1 Versie 1 Ingangsdatum 03-09-2018 pag. 1 van 5 Voorbeeld invullen Traces deel II runderen II. Informatie over de gezondheid hetzij (2)hetzij II.1. hetzij [Ondergetekende, officieel

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.1.2017 COM(2017) 23 final 2017/0010 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van bijlage III bij Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE COD 96/0117 PE-CO S 3633/98

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE COD 96/0117 PE-CO S 3633/98 EUROPEES PARLEME T DE RAAD EUROPESE U IE Brussel, 8 januari 1999 (OR.f) COD 96/0117 PE-CO S 3633/98 DE LEG 77 CODEC 686 RICHTLIJ 99/ /EG VA HET EUROPEES PARLEME T E DE RAAD I ZAKE EXTRACTE VA KOFFIE E

Nadere informatie

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen - 1 -

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen - 1 - Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen - 1 - Ministerieel besluit houdende de veterinairrechtelijke voorschriften voor het handelsverkeer en de invoer uit derde landen van honden en

Nadere informatie

gebruikers (verzamelaars) vervoerders

gebruikers (verzamelaars) vervoerders Fiche voor de toepassing van de bepalingen van artikel 18 van verordening (EG) nr. 1069/2009 Voeder voor dierentuindieren, circusdieren, dieren in meutes, in asielen voor honden en katten of in pelsdierfokkerijen

Nadere informatie

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1,

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1, bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 364 van 25/11/98 GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. 59/98 door de Raad vastgesteld op 20 juli 1998 met het oog op de aanneming van Richtlijn

Nadere informatie

Food Safety and Inspection Service

Food Safety and Inspection Service Veterinary Certificate for Meat Preparations intended for Consignment to the European Community Netherlands Version : Deel I: Gegevens betreffende de zending I.1 Verzender I.2 I.3 Bevoegde centrale autoriteit

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 26.2.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 54/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) Nr. 142/2011 VAN DE COMMISSIE van 25 februari 2011 tot uitvoering van Verordening (EG)

Nadere informatie

(3) Die voorschriften hebben ten doel de insleep en de verspreiding van dierziekten via het in de handel brengen van producten van dierlijke oorsprong

(3) Die voorschriften hebben ten doel de insleep en de verspreiding van dierziekten via het in de handel brengen van producten van dierlijke oorsprong Richtlijn van de Raad van 16 december 2002 houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie

Nadere informatie

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.10.017 C(017) 78 final VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 1.10.017 tot wijziging van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 85/004 van het Europees Parlement en de Raad

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2011R0142 NL 01.12.2013 005.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EU) Nr. 142/2011 VAN DE COMMISSIE van

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief

Nadere informatie

Erkenningsvoorwaarden voor embryoteams en embryoproductieteams voor paarden VANAF 01/09/2010

Erkenningsvoorwaarden voor embryoteams en embryoproductieteams voor paarden VANAF 01/09/2010 Erkenningsvoorwaarden voor embryoteams en embryoproductieteams voor paarden VANAF 01/09/2010 Bijlage II.9.3 bij het koninklijk besluit van 16 januari 2006 tot vaststelling van de nadere regels van de erkenningen,

Nadere informatie

Algemene Informatie M-Controle Frequentie Reduced Checks (ALIM06) 29 December 2015 Versie: 1.1.1

Algemene Informatie M-Controle Frequentie Reduced Checks (ALIM06) 29 December 2015 Versie: 1.1.1 1. DOEL Deze instructie schrijft voor met welke frequentie de NVWA de materiële controle moet uitvoeren van partijen met oorsprong en herkomst een derde land, die worden aangeboden bij een Nederlandse

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.3.2018 C(2018) 1558 final UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 19.3.2018 betreffende de procedurele stappen van de raadplegingsprocedure om vast te stellen

Nadere informatie

22.12.2005 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/83

22.12.2005 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/83 22.12.2005 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/83 VERORDENING (EG) Nr. 2076/2005 VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 tot vaststelling van overgangsregelingen voor de uitvoering van de Verordeningen

Nadere informatie

De meeste delegaties steunden de compromistekst en onderstreepten daarbij hun bereidheid om te streven naar een akkoord bij de eerste lezing.

De meeste delegaties steunden de compromistekst en onderstreepten daarbij hun bereidheid om te streven naar een akkoord bij de eerste lezing. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 25 april 2001 (04.05) (OR. en) 7725/01 Interinstitutioneel dossier: 2000/0211 (COD) LIMITE ENT 55 ENV 166 CODEC 319 RESULTAAT BESPREKINGEN van: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 december 2002 (OR. en) 14052/2/02 REV 2 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2001/0046 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 december 2002 (OR. en) 14052/2/02 REV 2 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2001/0046 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 9 december 2002 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2001/0046 (COD) 14052/2/02 REV 2 ADD 1 ECO 336 UD 111 CODEC 1406 MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: Door de Raad op

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE 2004D0292 NL 19.07.2005 002.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 30 maart 2004 betreffende

Nadere informatie

- Politiek akkoord over een gemeenschappelijk standpunt

- Politiek akkoord over een gemeenschappelijk standpunt RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 14 juni 2000 (16.06) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 1999/0158 (COD) 9410/00 ADD 1 LIMITE DENLEG 40 CODEC 453 ADDENDUM BIJ DE NOTA I-PUNT van: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.7.2016 COM(2016) 460 final 2016/0218 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende bepaalde procedures voor de toepassing van de stabilisatie-

Nadere informatie

In bijlage dezes gaat de ontwerp-verordening die is voortgekomen uit de behandeling door de groep.

In bijlage dezes gaat de ontwerp-verordening die is voortgekomen uit de behandeling door de groep. Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 25 februari 2002 (04.03) (OR. fr) PUBLIC 656/02 Interinstitutioneel dossier: CODEC 2000/02 LIMITE AGRILEG 32 CODEC 237 RESULTAAT BESPREKINGEN van: de Groep

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/717 VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/717 VAN DE COMMISSIE 26.4.2017 Publicatieblad van de Europese Unie L 109/9 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/717 VAN DE COMMISSIE van 10 april 2017 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2016/1012

Nadere informatie

Veterinair certificaat voor de invoer in de EU

Veterinair certificaat voor de invoer in de EU Model van het gezondheidscertificaat voor bepaalde vleesproducten en behandelde magen, blazen en darmen, bestemd voor verzending uit een derde land naar de Europese Unie LAND: United States Veterinair

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 juni 2008 (13.06) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2008/0110 (COD) 10637/08 ADD 2 AGRILEG 104 CODEC 769 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst) L 125/10 VERORDENINGEN VERORDENING (EU) 2015/786 VAN DE COMMISSIE van 19 mei 2015 tot vaststelling van criteria voor de aanvaardbaarheid van zuiveringsprocedés die worden toegepast op producten die bedoeld

Nadere informatie

UITVOERINGSRICHTLIJN 2014/97/EU VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSRICHTLIJN 2014/97/EU VAN DE COMMISSIE L 298/16 16.10.2014 UITVOERINGSRICHTLIJN 2014/97/EU VAN DE COMMISSIE van 15 oktober 2014 tot uitvoering van Richtlijn 2008/90/EG van de Raad wat betreft de registratie van leveranciers en van rassen en

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 17 juli 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 17 juli 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 17 juli 2017 (OR. en) 11367/17 ADD 1 AGRILEG 137 VETER 61 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 17 juli 2017 aan: de Europese Commissie het secretariaat-generaal van de Raad

Nadere informatie