LEESWIJZER 2 1. ACTUELE BELEIDSKADERS EN REGELGEVING 3 2. INSTRUMENTEN BIJ GRONDBELEID 5

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "LEESWIJZER 2 1. ACTUELE BELEIDSKADERS EN REGELGEVING 3 2. INSTRUMENTEN BIJ GRONDBELEID 5"

Transcriptie

1

2 Inhoudsopgave LEESWIJZER 2 1. ACTUELE BELEIDSKADERS EN REGELGEVING Wet op de ruimtelijke ordening Grondexploitatiewet Aanbestedingsrecht en staatssteunregelgeving 3 2. INSTRUMENTEN BIJ GRONDBELEID Instrumenten voor actief grondbeleid Strategische grondverwerving Minnelijke verwerving Wet voorkeursrecht gemeenten Onteigening Tijdelijk beheer Beheercomplex Financiële waardering strategische gronden Gronduitgifte Gronduitgifteovereenkomst Erfpacht Instrumenten voor faciliterend grondbeleid Structuurvisie Nieuwkoop Bestemmingsplannen Kostenverhaal Het exploitatieplan Anterieure en posterieure overeenkomst Kosten voor bovenwijkse voorzieningen Bijdrage ruimtelijke ontwikkelingen Bovenplanse verevening Planschade Zekerheidstelling betaling bijdragen RUIMTELIJKE VISIE EN BELEID Ruimtelijke ontwikkelingen in de regio Holland Rijnland Ruimtelijke ontwikkelingen in de gemeente Structuurvisie Nieuwkoop Woonvisie Economisch beleid 14 LIJST VAN AFKORTINGEN 16

3 Leeswijzer Voor de nota grondbeleid moet rekening gehouden worden met regelgeving in de Wet op de ruimtelijke ordening (Wro) en de Grondexploitatiewet (Grexwet). In hoofdstuk 1 zijn deze kaders toegelicht. Zowel met actief als faciliterend grondbeleid beschikt de gemeente over verschillende instrumenten om grondbeleid vorm te geven en doelstellingen te realiseren. Deze instrumenten zijn toegelicht in hoofdstuk 2. Grondbeleid is geen doel op zich, maar een middel om maatschappelijke, financiële en ruimtelijke doelstellingen te verwezenlijken. Deze doelstellingen zijn geformuleerd in de Structuurvisie Nieuwkoop 2040, evenals andere beleidstukken. De voor grondbeleid relevante gemeentelijke beleidsstukken zijn kort toegelicht in hoofdstuk 3. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 2

4 1. Actuele beleidskaders en regelgeving Dit hoofdstuk beschrijft de algemene kaders voor het grondbeleid, zoals de Wet op de ruimtelijke ordening (Wro) en de Grondexploitatiewet (Grexwet) Wet op de ruimtelijke ordening De ruimtelijke plannen die bepalen hoe Nederland er in de toekomst uit zal zien, vinden hun basis in de Wet op de ruimtelijke ordening (Wro). Voor de gemeente zijn de belangrijkste planningsinstrumenten de structuurvisie en het bestemmingsplan. De structuurvisie is van groot belang voor de ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente, en ook bij het kostenverhaal (zie paragraaf 2.8) Grondexploitatiewet Voorheen was het, bij ontwikkelingen waarin de gemeente zelf geen grondpositie had, moeilijk om bepaalde kosten van de aanleg van openbaar gebied te verhalen op de ontwikkelende partijen. De Grondexploitatiewet maakt kostenverhaal mogelijk via een privaatrechtelijke overeenkomst of afdwingbaar bij de bouwvergunning, en locatie-eisen afdwingbaar via het bestemmings- en exploitatieplan. De Grondexploitatiewet biedt een expliciete basis voor het sluiten van privaatrechtelijke overeenkomsten. Met de nieuwe wet ontstaat de mogelijkheid om een ontwikkelaar bij een bouwvergunning de plicht op te leggen mee te betalen aan openbare voorzieningen. Discussies over de verhaalbaarheid van bepaalde kostensoorten behoren tot het verleden door een op de wet gebaseerde algemene maatregel van bestuur (amvb) met een uitputtende lijst van kostensoorten. Daarnaast maakt het nieuwe instrumentarium de realisatie van sociale woningbouw en (collectief) particulier opdrachtgeverschap afdwingbaar doordat in het exploitatieplan de locatie voor deze bestemmingen kan worden aangewezen. Ook kan de gemeente locatieeisen meegeven over de openbare ruimte. De Grondexploitatiewet maakt onderdeel uit van de Wro Aanbestedingsrecht en staatssteunregelgeving Zodra de gemeente bij de ontwikkeling van ruimtelijke projecten verder gaat dan het publiekrechtelijk instrumentarium (bestemmingsplan en grondverwerving met instrumenten voor grondbeleid) worden kaders als aanbestedings- en staatssteunregels relevant. Aangaande de aanbestedings- en staatssteunregels sluit de gemeente in de Ontwikkelwijzer Nieuwkoop aan bij de leidraad uit de Reiswijzer Gebiedsontwikkeling 2009, een uitgave van het ministerie van VROM (september 2009). De Reiswijzer is gemaakt om duidelijkheid te geven over de juridische en praktische aspecten van gebiedsontwikkeling in Nederland en tot stand gekomen in samenwerking tussen rijks-, provinciale en gemeentelijke overheden en de Neprom. De Reiswijzer gaat specifiek in op selecties en (Europese) aanbestedingen voor gebiedsontwikkeling, en is op deze punten ook getoetst door Europa. Figuur 1 Aanbestedingsplicht in verschillende facetten van gebiedsontwikkeling Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 3

5 In Figuur 1 is aangegeven in hoeverre de verschillende facetten van gebiedsontwikkeling (Europees) aanbestedingsplichtig zijn. De drempelbedragen voor Europese aanbestedingen zijn voor diensten en voor werken, beide exclusief BTW. Afhankelijk of bepaalde opdrachten wel/niet samen een technische of economische eenheid vormen, moeten ze gezamenlijk als één opdracht op de markt worden gebracht of als losse opdrachten worden gezien (met mogelijke consequenties voor wel of niet hoeven aan te besteden). Grondtransacties zijn in beginsel niet aanbestedingsplichtig. Voor de ontwikkeling van publieke voorzieningen (zoals het bouw- en woonrijpmaken en het ontwikkelen van het openbaar gebied) geldt dat de gemeente altijd een aanbestedingsplicht heeft. Woningbouw en commercieel vastgoed zijn in principe niet aanbestedingsplichtig. Hierop twee uitzonderingen: Naarmate de gemeente meer eisen stelt aan het commercieel vastgoed, verdergaand dan het publiekrechtelijk instrumentarium (de eisen die volgen uit het bestemmings- en exploitatieplan en beeldkwaliteitplan), wordt dit gezien als overheidsinmenging en dan zal er mogelijk aanbesteed moeten worden. Er is dus terughoudendheid geboden bij het stellen van eisen die verder gaan dan de normale publiekrechtelijke verantwoordelijkheid. De gemeente zal steeds de laatste ontwikkelingen op dit gebied moeten blijven volgen en haar aanpak hier eventueel op moeten afstemmen. Als de gemeente financieel bijdraagt aan een vastgoedontwikkeling zal ook moeten worden aanbesteed. In dit verband moet voor twee gevaren worden gewaakt: 1 een te lage prijs voor grond of opstallen door de gemeente verkocht en 2 participatie door de gemeente in de vastgoedexploitatie. Gevaar 1 is uit de lucht te halen door middel van een onafhankelijke taxatie, dat de gemeente panden en/of grond marktconform heeft verkocht. Gevaar 2 kan voorkomen worden door vooraf de afroomregeling goed te formuleren. Als de werkelijk gerealiseerde opbrengsten van vastgoed hoger zijn dan bij ondertekening van het contract was voorzien, moet worden voorkomen dat de gemeenten dit met een bepaald percentage afromen. Het is wel mogelijk om bij hogere vastgoedopbrengsten de grondprijs te herberekenen. waarbij de gemeente vooraf een bepaald percentage afroomt. Bij de staatssteunregels gaat het om het scheppen van gelijke concurrentievoorwaarden voor alle ondernemingen op de gemeenschappelijke markt. Maatregelen van de overheid die concurrentievervalsend uitpakken, door voor ondernemingen of bepaalde producties daarvan onterechte voordelen te scheppen, zijn niet toegestaan. Er is sprake van staatssteun als de begunstigde onderneming een economisch voordeel ontvangt dat zij onder normale marktvoorwaarden niet zou hebben verkregen. Het gaat om een situatie waarin een overheid eenzijdig ( om niet ) een voordeel verstrekt of als de begunstigde onderneming geen directe en gelijkwaardige tegenprestatie hoeft te verlenen voor de betaling of prestatie van de overheid. Voor staatssteun geldt een meldingsplicht. Na melding zal de Europese Commissie onderzoeken of de staatssteun verenigbaar is met de gemeenschappelijke markt. Om staatssteun bij gebiedsontwikkeling te voorkomen, is het ten eerste cruciaal dat grondtransacties geschieden tegen aantoonbaar marktconforme voorwaarden. Dit geldt ook voor de waardering van gronden die worden ingebracht in een GEM (Gemeentelijke exploitatie maatschappij). Ten tweede moeten ook de vergoedingen voor werkzaamheden marktconform zijn. Financiering van een onrendabele top kan binnen de staatssteunregels, mits dit vooraf is kenbaar gemaakt in een openbare procedure en dit zodanig is verankerd dat in geval van een te grote bijdrage van de gemeente het teveel betaalde teruggevorderd wordt. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 4

6 2. Instrumenten bij grondbeleid De gemeente heeft de keuze uit verschillende vormen van grondbeleid. Deze hebben verschillende kenmerken en een verschillend instrumentarium met daarbij behorende vooren nadelen. Daarnaast kennen deze vormen van grondbeleid verschillende risicoprofielen en beïnvloedingsmogelijkheden. Al deze aspecten komen aan de orde in dit hoofdstuk. Onderscheid wordt gemaakt tussen actief en faciliterend grondbeleid. Tussen deze twee vormen van grondbeleid bevinden zich vormen van publiek-private samenwerking (PPS) Instrumenten voor actief grondbeleid Van een actief grondbeleid is sprake als de gemeente bij de uitvoering van een bestemmingsplan ervoor kiest om de locatie zelf bedrijfsmatig te exploiteren door de ruwe gronden en opstallen, voor zover nog niet in bezit, te verwerven, de grond bouwrijp te maken, de openbare ruimte in te richten en de infrastructuur aan te leggen. In sommige gevallen kan met actief grondbeleid de gemeentelijke regiefunctie beter worden vervuld. Organisatorisch, juridisch en financieel is er meer te sturen dan alleen met het opstellen van ruimtelijke plannen. De gemeente heeft immers meer zeggenschap over kwaliteit, programma en bouwtempo. Een ander belangrijk motief is dat de gemeenschap kan profiteren van waardestijging van te ontwikkelen bouwgrond als gevolg van publieke investeringen in wegen en andere infrastructuur (groen, water, gebouwde voorzieningen). Een belangrijk nadeel van actief grondbeleid is dat de gemeente grote (financiële) risico s loopt. Die risico s betreffen onder andere de verwervingskosten, de bodemsanering en de haalbaarheid van de afzet. Daarnaast zijn ambtelijke en bestuurlijke inzet en expertise noodzakelijk. Bij actief grondbeleid beschikt de gemeente over de volgende instrumenten: Strategische grondverwerving, door: o o o Minnelijke verwerving Wet voorkeursrecht gemeenten Onteigening Tijdelijk beheer Gronduitgifte o o o Gronduitgifteovereenkomst Verkoopbedingen Uitgifte in erfpacht 2.2. Strategische grondverwerving De kern van actief grondbeleid is een strategisch verwervingsbeleid. Dat houdt in dat de gemeente, vooruitlopend op verwachte planvorming, gronden aankoopt om binnen een bepaald plangebied haar grondpositie en onderhandelingspositie te versterken. Met als doel: het in gang zetten dan wel versnellen van een bepaalde ontwikkeling. Ook de prijs van de te verwerven gronden kan voor een gemeente aanleiding zijn in een vroegtijdig stadium grond te verwerven. Immers gronden zijn vooruitlopend op de planvorming nog koud of lauw : dat wil zeggen dat de verwervingsprijs veelal lager ligt dan in een later stadium van de ontwikkeling, wanneer plannen zich concreter aandienen en derden (projectontwikkelaars) zich op de grondmarkt begeven. Het vroegtijdig ververwen van percelen brengt voor de gemeente echter risico s met zich mee. Het is immers niet zeker of en wanneer de gemeente tot planvorming kan overgaan en de kosten (aankoop-, rente- en beheerskosten) in het kader van een grondexploitatie goedgemaakt kunnen worden. De verworven gronden moeten op de balans van de gemeente worden opgenomen, in het Beheercomplex. Dit kan een aanzienlijke last zijn. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 5

7 Minnelijke verwerving Als de gemeente besluit gronden te verwerven is minnelijke verwerving de eerst aangewezen methode. Minnelijke verwerving betekent dat gronden op vrijwillige basis worden aangekocht. In dat geval voeren de gemeente en de grondeigenaar onderhandelingen over de prijs. Het is voor de gemeente belangrijk de marktwaarde van de grond van te voren goed in te schatten. De gemeente Nieuwkoop laat hiervoor een taxatie uitvoeren om de marktwaarde te bepalen. Als er geen voorkeursrecht op de grond gevestigd is, dient tevens rekening te worden gehouden met mogelijke andere kopers. Dit kan een prijsopdrijvend effect hebben. Als de eigenaar van de grond niet tot verkoop wil overgaan, kan de gemeente eventueel besluiten over te gaan tot onteigening Wet voorkeursrecht gemeenten De Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) schept de mogelijkheid voor gemeenten om een voorkeursrecht te vestigen op bepaalde daartoe aangewezen gronden. De gemeente krijgt dan voorrang in het rechtsverkeer boven andere partijen. De naleving van het voorkeursrecht is gewaarborgd, doordat de Wvg de inschrijving van een akte tot vervreemding (aan- en verkopen) aan een derde alleen mogelijk maakt wanneer daarop een notariële verklaring voorkomt die zegt dat de onroerende zaak niet is opgenomen in een aanwijzing door de raad of een voorstel daartoe van het college van Burgemeester en Wethouders. In de Wvg is een aantal vrijstellingen opgenomen, zoals bepaalde rechtshandelingen in familieverband. Gronden die voor vestiging van het voorkeursrecht zijn aangewezen, moeten opgenomen worden in een bestemmingsplan, inpassingsplan, projectbesluit of in een structuurvisie, waarbij aanwijzingen worden gegeven voor de bestemming. Met de inwerkingtreding van de nieuwe Wro is de procedure van vestiging van het voorkeursrecht vereenvoudigd. Als de vastgestelde termijnen voor besluitvorming worden aangehouden blijft het voorkeursrecht gevestigd totdat het bestemmingsplan, inpassingsplan of projectbesluit voor de betreffende gronden is gerealiseerd. Alle gemeenten kunnen het voorkeursrecht vestigen. Onder de nieuwe Wro kunnen daarnaast ook het Rijk en de provincies een voorkeursrecht vestigen Onteigening Naast het passieve instrument van het voorkeursrecht heeft de gemeente het actieve instrument van onteigening. De onteigening is geregeld in de Onteigeningswet; in die wet staan de voorwaarden, procedures en regels voor schadeloosstelling beschreven. Over het algemeen is onteigening slechts toegestaan tegen volledige schadeloosstelling van de oorspronkelijke eigenaar en wanneer er geen andere mogelijkheden bestaan om de publieke doelen te bereiken. De wet noemt een aantal mogelijke redenen voor onteigening. Eén daarvan is onteigening ten behoeve van een geldend bestemmingsplan; voor het grondbeleid is dat de meest relevante. Een voorwaarde is wel dat de oorspronkelijke eigenaar niet zelf in staat en bereid is om de door de gemeente gewenste bestemming op zijn grond te realiseren. Dit is het zogenoemde zelfrealisatiebeginsel: wanneer er geen noodzaak is voor de gemeente om de grond in eigendom te hebben, dan kan de oorspronkelijke eigenaar niet onteigend worden. Onteigening kan dus niet worden ingezet tegen een projectontwikkelaar die op eigen grond conform het gemeentelijke bestemmingsplan een bouwproject wil realiseren. De onteigeningsprocedure bestaat uit een administratief en een juridisch deel. Eerst moet de gemeente zich tot het uiterste inspannen om de grond minnelijk te verwerven. Lukt dat niet, dan kan de gemeente tot onteigening overgaan. Dat leidt uiteindelijk tot een administratieve onteigening, die vervolgens door de rechter getoetst moet worden. De onteigeningsrechter toetst of de gemeente zorgvuldig gehandeld heeft en of de noodzaak tot onteigening voldoende duidelijk is gemaakt. Ook bepaalt de rechter de hoogte van de schadeloosstelling. De vergoeding bij onteigening dient voldoende te zijn voor volledige schadeloosstelling van de oorspronkelijke eigenaar. Niet alleen de waarde van grond en opstallen moeten dus worden vergoed, maar ook eventuele kosten van bedrijfsverplaatsing of van bedrijfsbeëindiging komen in aanmerking voor compensatie. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 6

8 2.3. Tijdelijk beheer Na de verwerving van gronden en (eventueel) opstallen en voordat deze worden ontwikkeld, ligt vaak een periode van beheer. Deze periode kan substantieel zijn door de lange looptijd die vaak met de planvorming van gebiedsontwikkeling gemoeid is. Dit beheer kan bestaan uit tijdelijke verhuur of pacht. Hiervoor moeten contracten worden opgesteld en vervolgens bewaakt. Dit tijdelijke beheer vindt plaats in het Beheercomplex Beheercomplex Het zogenaamde Beheercomplex is geen grondexploitatie, maar een verzameling van gemeente-eigendommen die mogelijk in de toekomst nog ontwikkeld gaan worden (strategische gronden), eigendommen die verkocht kunnen worden en eigendommen niet in exploitatie (strategisch noch te verkopen). Bij de actualisatie van grondexploitaties wordt ook het Beheercomplex bijgewerkt. A. Strategische gronden zijn beoogd voor een toekomstige ontwikkeling door de gemeente. Deze ontwikkeling staat nog niet vast, of er is nog geen toekomstige eindbestemming bekend. Maar door de ligging van de gronden, vaak nabij kernen of bij andere ontwikkellocaties, hebben deze gronden een potentieel. Als de ontwikkeling duidelijk(er) wordt en de gronden in ontwikkeling worden genomen, gaat het object over van het beheerscomplex naar de daarvoor bestemde grondexploitatie. B. Gronden te verkopen zijn tweeledig: 1) bij het afsluiten van grondexploitaties kunnen kavels of percelen nog onverkocht zijn. Bij het afsluiten worden de nog te verkopen gronden in het Beheerscomplex opgenomen. 2) eigendommen die niet meer gebonden zijn aan de taakuitvoering van de gemeente worden aan het eind van het gemeentelijk gebruik overgedragen aan het Grondbedrijf voor een toets om vast te stellen of het object strategisch is. Is het dat niet, dan is het object beoogd te verkopen. Vrijkomende voormalige werkplaatsen van Beheer Openbare Ruimte zijn daar een voorbeeld van. C. Gronden niet in exploitatie zijn eigendommen die niet strategisch of taakgebonden zijn, maar toch niet verkocht worden. Ze hebben vaak een historie die hiertoe aanleiding geven. De kosten en opbrengsten van het beheer komen ten laste van de betreffende gronden in het Beheercomplex. Jaarlijks wordt aan de boekwaarde van de objecten in het beheercomplex rente toegeschreven. Op het moment dat een grondexploitatie voor deze gronden wordt vastgesteld, worden de gronden met hun actuele boekwaarde overgeheveld uit het beheercomplex naar de grondexploitatie Financiële waardering strategische gronden Bij waardering van strategische gronden kunnen twee situatie worden onderscheiden: a. Voor de gronden bestaat (nog) geen voornemen tot ontwikkeling; b. Voor de gronden is een uitspraak gedaan met een stellig voornemen tot ontwikkeling, maar de gronden zijn nog niet in exploitatie genomen. Uitgangspunt is dat iedere strategische grondverwerving gebaseerd moet zijn op een taxatie die is uitgevoerd door een onafhankelijke taxateur en een bodemonderzoek. Bij de taxatie wordt rekening gehouden met de genoemde situaties. In situatie a moet de grond gewaardeerd worden tegen de huidige bestemming. De boekwaarde bestaat in dat geval uit de verkrijgingsprijs plus de bijkomende kosten. Periodiek moet getoetst worden of de boekwaarde nog overeenkomt met de marktwaarde. Bij agrarische grond is dat de waarde waarvoor de grond weer met de geldende agrarische bestemming verkocht kan worden. De rentekosten en de beheerskosten komen ten laste van het Beheercomplex. Rente en beheerskosten kunnen (deels) gedekt worden met inkomsten uit (tijdelijke) gebruik. In situatie b kan de grond gewaardeerd worden tegen de te verwachten marktwaarde bij gewijzigd gebruik. Vervaardigingskosten kunnen aan de boekwaarde (verkrijgingsprijs plus bijkomende kosten) worden toegerekend. Bij het bepalen van de marktwaarde moet rekening gehouden worden met alle te verwachten vervaardigingskosten. Zolang de bestemmingen nog niet vaststaan moet daarbij het voorzichtigheidcriterium gehanteerd worden en dient de waarde mede bepaald te worden op basis van de huidige bestemming. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 7

9 2.4. Gronduitgifte Als de gemeente voor een ruimtelijke ontwikkeling grond in eigendom heeft, moet worden vastgesteld aan wie, in welke vorm, ten behoeve waarvan en onder welke voorwaarden de grond wordt uitgegeven Gronduitgifteovereenkomst De gronduitgifteovereenkomst wordt ingezet om de voorwaarden van de gewenste ontwikkeling vast te leggen richting de afnemende partij bij gronduitgifte. De gemeente bepaalt hierin hoe de ontwikkeling gestalte krijgt, zowel programmatisch als kwalitatief. In de overeenkomst worden de uitgifteprijzen vastgelegd. In de uitgifteprijs van de bouwgrond kunnen alle gemaakte kosten worden opgenomen, waaronder de kosten voor bovenwijkse voorzieningen. Ook kosten die mogelijk niet met een exploitatieovereenkomst kunnen worden verhaald kunnen verrekend worden in de uitgifteprijs. Achter de gronduitgifteovereenkomst met de private partij zit geen dwang. Dat wil zeggen dat de private partij bepaalt of deze akkoord gaat met de voorwaarden Erfpacht Erfpacht is het zakelijk recht om, tegen betaling van een jaarlijkse canon, het volle genot te hebben over aan een ander toebehorende onroerende zaak. Veelal kan deze canon voor een groot aantal jaren worden afgekocht. De erfpacht kan voor een bepaalde termijn, meestal 50 jaar, of voor onbepaalde tijd worden gevestigd. Bij beëindiging van het recht verkrijgt de grondeigenaar weer de volle eigendom. Het bezit van grond vergroot in theorie de mogelijkheden van een gemeente bij ruimtelijke ontwikkelingen. Dit kan een argument zijn om gronden niet te verkopen maar in erfpacht uit te geven. Als tweede argument wordt wel genoemd dat grond van de gemeenschap hoort te zijn en dat waardestijging van de grond ook ten gunste van de gemeenschap zou moeten komen. De gemeente kan de erfpacht alleen beëindigen indien de erfpachter zich niet aan de voorwaarden houdt of als beëindiging in het algemeen belang is. Bij beëindiging moet alle schade worden vergoed. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 8

10 2.5. Instrumenten voor faciliterend grondbeleid In plaats van een ondernemende en risicodragende (actieve) rol, kan de gemeente kiezen voor een faciliterende rol. In dat geval laat de gemeente de grondexploitatie over aan een particuliere grondexploitant (ontwikkelaar of corporatie). De gemeente beperkt zich daarbij tot haar publiekrechtelijke rol, dat wil zeggen: het vaststellen van de kaders en randvoorwaarden van de ontwikkeling en de controle hierop. Dit vindt vooral zijn weerslag in het vaststellen en handhaven van het bestemmingsplan. Daarnaast kan de gemeente een beperkte actieve rol spelen bij de aanleg en/of afname van openbare voorzieningen en infrastructuur of bij bepaalde bijzondere bestemmingen, zoals grond voor scholen en wijkcentra. Met een beeldkwaliteitplan kan de gemeente invloed uitoefenen op de ruimtelijke invulling van een plan. De gemeente zou hierin echter een steviger positie hebben met een nota welstand. De gemeente Nieuwkoop heeft momenteel geen nota welstand vastgesteld. Vanuit het oogpunt van grondbeleid is het te overwegen een nota welstand vast te stellen. Uitgangspunt bij faciliterend grondbeleid is dat de kosten van de gemeentelijke inspanningen en investeringen volledig worden verhaald op de ontwikkelende partij. Bij faciliterend grondbeleid beschikt de gemeente over de volgende instrumenten: 2.6. Structuurvisie Nieuwkoop 2040 Onder de Wet ruimtelijke ordening (Wro) hebben gemeenten de verplichting tot de opstelling van een Structuurvisie voor hun gehele grondgebied. Daarnaast is het mogelijk nog extra Structuurvisies te maken voor een gedeelte van het grondgebied of voor bepaalde aspecten van het ruimtelijke beleid. Een Structuurvisie bevat de hoofdlijnen van de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling van het betreffende gebied. Met de Structuurvisie is structuur in projecten aangebracht: hierin zijn de prioriteiten voor de komende tijd benoemd Bestemmingsplannen Het bestemmingsplan is het instrument voor de gemeente om bestemmingen bindend vast te leggen en biedt een planologische basis voor het afgeven van (bouw)vergunningen. Als de gemeente voor een gebied geen ruimtelijke ontwikkelingen voorziet, kan een beheersverordening worden vastgesteld. Een beheersverordening is vergelijkbaar met een conserverend bestemmingsplan. In het kader van de ontwikkelstrategie van de gemeente is het volgende van belang: Een bestemmingsplan heeft een geldigheidsduur van 10 jaar. Hoe lang is het geldende bestemmingsplan voor het voorliggende project nog houdbaar (en wanneer moet de gemeente actie ondernemen tot actualisatie)? Biedt het bestemmingsplan ruimte voor de realisatie van het voorliggende project? Is wijziging van bestemmingen of aanvullende ruimte nodig? Hoe is deze benodigde aanpassing (het meest op maat) te leveren: standaard bestemmingsplan, globaal bestemmingsplan of bestemmingsplan met wijzigingsbevoegdheid? Als de gemeente de grond niet in eigendom heeft, zijn aanvullende afspraken met de grondeigenaren nodig over kostenverhaal (zie paragraaf 2.8). Het exploitatieplan, waarin deze zaken worden geregeld, moet gelijktijdig met het bestemmingsplan worden vastgesteld. Is er voor het voorliggende project een exploitatieplan nodig en/of is hier in het huidige bestemmingsplan al rekening mee gehouden? Het bestemmingsplan biedt basis voor een onteigeningsprocedure (zie paragraaf 2.2.3) Kostenverhaal De Grondexploitatiewet maakt kostenverhaal mogelijk via een privaatrechtelijke overeenkomst of afdwingbaar bij de bouwvergunning, en locatie-eisen via het bestemmingsen exploitatieplan. De Grondexploitatiewet biedt een expliciete basis voor het sluiten van privaatrechtelijke overeenkomsten. Met de nieuwe wet ontstaat de mogelijkheid om een ontwikkelaar bij een bouwvergunning de plicht op te leggen mee te betalen aan openbare voorzieningen. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 9

11 Voor het kostenverhaal bij faciliterend grondbeleid is het volgende van belang: Ruim vóór de afgifte van de bouwvergunning moet het kostenverhaal voor een ruimtelijke ontwikkeling zijn geregeld: via een anterieure overeenkomst (vóór vaststelling van het exploitatieplan), het exploitatieplan of een posterieure overeenkomst (na vaststelling van het exploitatieplan). Het bestemmingsplan en het exploitatieplan zijn bepalend bij de afgifte van de bouwvergunning. Effectieve inzet van deze twee instrumenten is gewenst, om optimaal sturing te kunnen geven aan ruimtelijke ontwikkelingen in de gemeente. In de praktijk In een vroeg stadium zal de noodzaak en de gewenste ontwikkeling voor een nieuwbouwgebied bepaald moeten worden. Op dat moment wordt ook de exploitatieopzet opgesteld, waardoor de financiële bandbreedte duidelijk wordt. De raadsvergadering waarin het bestemmingsplan (en zonodig het exploitatieplan) wordt vastgesteld, vormt een belangrijke knip in het proces. Tot dat moment kunnen onderhandelingen plaatsvinden (niet openbaar) tussen de gemeente en marktpartijen. Op basis van deze onderhandeling kunnen partijen een privaatrechtelijke (anterieure) overeenkomst sluiten over kostenverhaal. Als men er niet uitkomt, vervallen bij vaststelling van het bestemmings- en exploitatieplan alle gedane aanbiedingen. In dat geval geldt het verplicht vast te stellen exploitatieplan, omdat dan het kostenverhaal niet anderszins verzekerd is. Het proces is schematisch samengevat in Figuur 2. Figuur 2 Procedure kostenverhaal en bestemmingsplan Het exploitatieplan Een exploitatieplan is een planologisch instrument voor kostenverhaal, het bepalen van een tijdvak/ fasering en het stellen van locatie-eisen bij ruimtelijke projecten (t.a.v. bijvoorbeeld de openbare ruimte en woningbouwcategorieën). De gemeenteraad is verplicht het exploitatieplan gelijktijdig met een bestemmingsplan of een afwijking van een beheersverordening vast te stellen. Voor gebieden waarvoor de gemeente nog een uitwerkingsplan moet maken of waarvoor de gemeente nog geen bouwvergunning kan verstrekken, mag het exploitatieplan globaal zijn. De verplichting bestaat jaarlijks het exploitatieplan te herzien totdat alle werken zijn gerealiseerd om voldoende flexibel te kunnen opereren. Bij een eindafrekening moeten meevallers boven een drempel van vijf procent worden terugbetaald. Wanneer achteraf blijkt dat de exploitatiebijdrage te laag is vastgesteld, volgt er geen verrekening. Dat risico wordt bij de gemeente neergelegd. De gemeenteraad kan ook afzien van het vaststellen van een exploitatieplan, wanneer het kostenverhaal anderszins verzekerd is, het bepalen van een tijdvak/fasering niet noodzakelijk wordt geacht en ook het stellen van locatie-eisen niet nodig zijn. In dat geval neemt de gemeenteraad het besluit geen exploitatieplan vast te stellen. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 10

12 In principe is voor elk bouwwerk en elke verbouwing een reguliere bouwvergunning nodig (vanuit de Woningwet). Een bouwvergunning kan worden geweigerd als het bouwplan niet aan de bouwvoorschriften voldoet of niet in overeenstemming is met het bestemmingsplan (de beheersverordening) of een exploitatieplan. Het exploitatieplan kan eisen en regels stellen aan het grondgebruik, bijvoorbeeld met betrekking tot het bouwrijp maken, nutsvoorzieningen, woningbouwcategorieën, de openbare ruimte en de fasering. Afwijking op één van deze punten is grond voor weigering van de bouwvergunning. Daarnaast is het afgiftemoment van de bouwvergunning het betalingsmoment voor eventueel kostenverhaal via het exploitatieplan. Op het moment dat de aanvrager van de bouwvergunning niet bereid is deze betaling te doen, ondanks een vastgesteld exploitatieplan, kan de bouwvergunning niet worden afgegeven Anterieure en posterieure overeenkomst Voordat een exploitatieplan wordt vastgesteld, probeert de gemeente eerst om een privaatrechtelijke overeenkomst te sluiten met de particuliere eigenaren: de anterieure grondexploitatieovereenkomst waarbij meer onderhandelingsruimte is voor beide partijen. In een anterieure overeenkomst worden afspraken gemaakt over financiële bijdragen aan concrete ruimtelijke gebiedsontwikkelingen (bovenplanse kosten, bijdragen ruimtelijke ontwikkelingen) die passen binnen een vastgestelde structuurvisie, bijvoorbeeld bijdragen aan infrastructurele voorzieningen, groenaanleg en recreatie. Er kan ook een overeenkomst worden gesloten tussen partijen als het exploitatieplan is vastgesteld: de posterieure grondexploitatieovereenkomst. Deze moet, in ieder geval, voldoen aan het vastgestelde exploitatieplan Kosten voor bovenwijkse voorzieningen Tot de te verhalen kosten (zie de kostensoortenlijst) horen onder meer de kosten van voorzieningen binnen en buiten het exploitatiegebied. Het Bro geeft een omschrijving van voorziening. Het bouw- en woonrijp maken, de nutsvoorzieningen, rioleringen, wegen, onbebouwde openbare parkeergelegenheden en straatmeubilair vallen onder deze omschrijving. Dergelijke voorzieningen kunnen een bovenwijks karakter hebben. Een bovenwijkse voorziening is een voorziening ten behoeve van meerdere locaties. Hieronder kan ook bestaand bebouwd gebied vallen. Een bovenwijkse voorziening is meestal buiten het exploitatiegebied gesitueerd, maar kan ook (gedeeltelijk) daarbinnen liggen. Om kosten voor bovenwijkse voorzieningen toe te rekenen aan een ontwikkeling is nodig dat wordt aangetoond dat wordt voldaan aan de wettelijke criteria: profijt, toerekenbaarheid en evenredigheid. Hoewel de wet op dit punt geen verdere eisen stelt, wordt aangenomen dat een transparante onderbouwing van de doorbelasting van kosten van bovenwijkse voorzieningen in de praktijk noodzakelijk is om dit kostenverhaal in exploitatieplannen gestalte te geven. Als een anterieure overeenkomst wordt gesloten zijn de drie kostenverhaalcriteria (profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit) niet rechtstreeks van toepassing. Bij alle vormen van kostenverhaal worden deze drie criteria echter wel altijd als basis genomen voor de berekening. Voor zover kosten vallen onder het begrip bovenwijkse voorzieningen, vallen ze niet onder het begrip bijdrage aan ruimtelijke ontwikkelingen (zie hierna). Om kosten die niet uitsluitend ten behoeve van het exploitatiegebied worden gemaakt te kunnen verhalen, moeten ze voldoen aan de eisen voor bovenwijkse voorzieningen of aan de eisen voor bijdragen aan ruimtelijke ontwikkelingen Bijdrage ruimtelijke ontwikkelingen Naast afspraken over de kosten van de grondexploitatie van de locatie kunnen de gemeente en een particuliere eigenaar in de anterieure overeenkomst vastleggen dat de eigenaar een financiële bijdrage levert aan ruimtelijke ontwikkelingen. Voorwaarde voor het afspreken van een dergelijke bijdrage is dat de ruimtelijke ontwikkeling in een structuurvisie is vastgelegd. De criteria profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit gelden niet voor de financiële bijdrage aan ruimtelijke ontwikkelingen. Wel moet de gemeente zich bij het sluiten van overeenkomsten houden aan de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek (BW) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 11

13 Uitwerking van de Structuurvisie Nieuwkoop 2040 De reikwijdte van de bijdrage aan ruimtelijke ontwikkelingen is wettelijk niet scherp afgebakend. Duidelijk is wel dat een structuurvisie een basis moet bieden voor een dergelijke financiële bijdrage. In de structuurvisie Nieuwkoop 2040 is voor deze verevening al een basis gelegd. In deze Structuuvisie 2020 worden die ruimtelijke ontwikkelingen nader uitgewerkt waarvoor een bijdrage gevraagd wordt zoals hier bedoeld. De Structuurvisie 2020 wordt naar verwachting in 2011 vastgesteld Bovenplanse verevening De financiële bijdrage kan ook betrekking hebben op bijvoorbeeld regionaal groen. Een betaling door een particuliere eigenaar die een locatie ontwikkelt, leidt tot bovenplanse verevening: het gebruiken van financiële overschotten van winstgevende locaties (de zogenaamde verdienlocaties) om tekorten op andere locaties te verevenen. Ook voor bovenplanse verevening geldt dat een structuurvisie een basis moet bieden voor de financiële bijdrage Planschade De gemeente maakt in een overeenkomst over grondexploitatie ook afspraken over planschadekosten. De reden voor de toedeling van planschadekosten aan de particuliere eigenaar is dat bij de locatieontwikkeling de particuliere eigenaar de baten opstrijkt en met zijn project (indirect) de planschade veroorzaakt. De regeling van verhaal van planschadekosten in een anterieure overeenkomst over grondexploitatie kan op verschillende wijzen plaatsvinden. Hier worden er drie vermeld: een bijdrage op basis van een raming van de planschadekosten; een bijdrage op basis van een raming, met een verrekening op basis van nacalculatie; of een bijdrage op basis van nacalculatie. De planschadekosten worden soms verdeeld over verschillende eigenaren die elk een deel van de ontwikkeling voor hun rekening nemen. De gemeente kan dan de hoogte planschade per eigendom (lees: deelproject) bepalen, waarbij iedere particuliere eigenaar de planschadekosten draagt die hij zelf met zijn bouwproject veroorzaakt. De gemeente kan ook de planschade voor de totale locatie bepalen, waarbij de totale planschadekosten worden omgeslagen over alle eigendommen (per m²) met grondopbrengsten. Dat kan tot verschillende uitkomsten leiden voor de eigenaren, maar ook voor de gemeente Zekerheidstelling betaling bijdragen Daadwerkelijke betaling van een exploitatiebijdrage en/of financiële bijdrage aan een ruimtelijke ontwikkeling vindt meestal pas op een tijdstip na de totstandkoming van de overeenkomst plaats. Om te voorkomen dat de gemeente de bijdrage vanwege bijvoorbeeld een tussentijds faillissement of surséance van betaling uiteindelijk niet verkrijgt, neemt de gemeente een zekerheidstelling van de betaling in de overeenkomst op. De exploitatiebijdragen zijn over het algemeen aanzienlijk. Het niet innen door de gemeente van een bijdrage kan tot gevolg hebben dat het plan financieel niet meer uitvoerbaar is. Hiermee kan de feitelijke uitvoering van de planologische maatregel in gevaar komen. Zekerheidstelling van de betaling kan op verschillende manieren plaats vinden, bijvoorbeeld in de vorm van: een onvoorwaardelijke bankgarantie een concerngarantie een hypotheek. De gemeente zal per situatie bepalen welke garantstelling het best toepasbaar is. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 12

14 3. Ruimtelijke visie en beleid 3.1. Ruimtelijke ontwikkelingen in de regio Holland Rijnland Nieuwkoop is per 1 april 2010 aangesloten bij het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland, samen met de voormalige Rijnstreek gemeenten Alphen aan den Rijn en Rijnwoude. Naast de uitbreiding van de regio heeft het samenwerkingsorgaan na de gemeenteraadsverkiezingen ook een nieuw bestuur die de komende periode aan de slag gaat met de uitvoering van een krachtige strategische agenda op het gebied van wonen, werken, verkeer, natuur en landschap en de Sociale Agenda. Dit onder de naam Focus Met een stevige en ambitieuze inhoudelijke agenda speelt de regio, als vijfde regio in de Randstad, een steeds grotere rol in het krachtenspel tussen rijk, provincies en gemeenten. Het is met het oog op het verkrijgen van rijksmiddelen absoluut noodzakelijk om die positie te behouden en versterken. Niet in de laatste plaats ook gezien de aanstaande bezuinigingen op het Gemeentefonds, die de uitvoering van regionale plannen in de weg kan staan. Met Alphen en Rijnwoude heeft Nieuwkoop mede daarom bewust gekozen voor aansluiting bij Holland Rijnland. Afgesproken is dat voorafgaande aan de harmonisatie met de overige gemeenten van de regio, de voormalige Rijnstreek gemeenten gezamenlijk een strategische visie en/of beleid ontwikkelen op de punten: Groene Hart, versterking van ecologie, toerisme en recreatie in het Plassengebied, herstructurering van bedrijventerreinen, de Greenports en verbetering van mobiliteit en leefbaarheid. Dit zal vervolgens een vertaling gaan krijgen in de Focus 2014, de uitvoeringsagenda. Om dit te bewerkstelligen zal er ambtelijk vanuit Nieuwkoop de nodige inspanning worden verricht om de gemeente Nieuwkoop een duidelijke plek te geven in deze strategische visie. Dit vanuit de inmiddels vastgestelde kaders, waaronder de Structuurvisie Bij de uitvoering van grondbeleid kunnen de doelstellingen en afspraken in Focus 2014 van invloed zijn. Daarbij moet met name gedacht worden aan afspraken met ruimtelijke consequenties Ruimtelijke ontwikkelingen in de gemeente Structuurvisie Nieuwkoop 2040 Onder de Wet ruimtelijke ordening (Wro) hebben gemeenten de verplichting tot de opstelling van een Structuurvisie voor hun gehele grondgebied. Daarnaast is het mogelijk nog extra Structuurvisies te maken voor een gedeelte van het grondgebied of voor bepaalde aspecten van het ruimtelijke beleid. Een Structuurvisie bevat de hoofdlijnen van de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling van het betreffende gebied. De gemeente Nieuwkoop heeft de Structuurvisie Nieuwkoop 2040 opgesteld en op 16 juli 2009 vastgesteld. In deze Structuurvisie zijn, in overleg met de burgers van Nieuwkoop, de visie, de ruimtelijke doelstellingen en de uitvoeringsstrategie voor het grondgebied van Nieuwkoop tot 2040 vastgelegd. De ruimtelijke doelstellingen betreffen o.a. het realiseren van woningbouwprogramma, versterking van centrumfuncties, sanering van gebieden, versterken van het recreatief wandel-, fiets- en pleziervaartnetwerk, aanleg van nieuwe natuur, het realiseren van waterberging en de realisatie en sanering van de glastuinbouw. De gemeente wil actief sturen op het tot stand komen van de strategische doelen uit de Structuurvisie. Het uitgangspunt is dat de gemeente het initiatief neemt, regie houdt en samenwerking zoekt met andere overheden en private partijen. Maar daarnaast heeft ieder project zijn eigen kenmerken en kan de inbreng van de gemeente ook anders worden. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 13

15 Woonvisie Momenteel wordt de Woonvisie voor Nieuwkoop opgesteld. Deze wordt primair bezien vanuit de volkshuisvesting en speelt in op de woningbehoefte van verschillende doelgroepen. De Woonvisie zal inzicht geven in: de wijze waarop we aan de woningbehoefte van de verschillende doelgroepen van het woonbeleid kunnen voldoen; de woningschaarste voor verschillende doelgroepen. Met de nieuwe Huisvestingswet is lokale voorrang bij huisvesting alleen mogelijk als de schaarste objectief is vastgesteld in de Woonvisie; welk kwantitatief en kwalitatief uitvoeringsprogramma dit vraagt (waaronder het tempo en de programmering per kern); welke afwegingen zijn gemaakt om tot dit programma te komen; de noodzakelijke afstemming met de regio; welke (flankerende) maatregelen nodig zijn om dit programma te bereiken (zowel in de bestaande en nieuw te bouwen voorraad); samenhang met andere beleidsterreinen als de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) en de Wro. De Woonvisie is breder dan wonen alleen. Verschillende zorg- en welzijnsdiensten worden steeds belangrijker voor de inwoners van de gemeente Nieuwkoop. Dit komt onder andere door het steeds groter wordende aandeel ouderen in de gemeente. Naast woningcorporaties en projectontwikkelaars zijn ook de verschillende zorg- en welzijnsorganisaties betrokken bij het opstellen van de Woonvisie. Verder heeft ook de regionale afstemming de aandacht in de Woonvisie. Vraag en aanbod naar wonen en zorg worden immers voor een belangrijk deel regionaal bepaald Economisch beleid Detailhandelsnota Naast het voorzien in woonbehoeften, kan het grondbeleid een rol spelen in het verwezenlijken van andere doelstellingen, zoals economische doelen. De detailhandelsnota is gericht op het versterken van de uitstraling en het functioneren van de winkelcentra in de A- kernen Nieuwkoop en Ter Aar, en tevens op het behoud van voorzieningen in de andere A- kernen en de B-kernen, met leefbaarheid als leidend principe. Projecten die uit dit beleid voortvloeien en waarin grondbeleid mogelijk een rol zal spelen zijn: Onderzoek naar de haalbaarheid van het samenvoegen van de winkelcentra Kennedyplein en Regthuysplein in Nieuwkoop; Grootschalige Detailhandels Vestigingen (GDV) zones bestemmen op bedrijventerreinen de Olm en Bovenland; Upgraden of borgen van aantrekkelijkheid, toegankelijkheid en functioneren overige winkelcentra. Bedrijventerrein strategie In 2008 is onderzoek naar de behoefte aan bedrijven terreinen gedaan. Hierin is een ruimtebehoefte van 35 hectare bruto becijferd tot Deze behoefte wordt vooral en primair gefaciliteerd op de huidige locaties en een beperkte uitbreiding via ontwikkeling van Schoterhoek II. De huidige bestaande terreinen zijn onderwerp van revitalisering en herstructurering om de kwaliteit en het functioneren ter plaatse te versterken. Ingestoken wordt ook op zorgvuldig ruimtegebruik en clustering op bedrijventerreinen (door bedrijfsverplaatsing, revitalisering en herstructurering). Een strategie gericht op investeren in kwaliteit op bestaande locaties sluit aan bij het provinciaal beleid en is in 2009 opgenomen in de regionale bedrijventerreinstrategie voor de Rijnstreek. Daarin is ook de ruimtebehoefte en planning voor Nieuwkoop opgenomen. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 14

16 De volgende strategie is beoogd: Herstructurering van de Olm, Bovenland en Schoterhoek I wordt opgepakt, inclusief een subsidietraject. De samenwerking binnen Holland Rijnland wordt hierin benut, onder meer via de projectmanager herstructurering; De ontwikkeling voor Schoterhoek II zal op termijn (gezien de herprioritering van projecten) worden opgestart nu de provincie akkoord is gegaan met de contouruitruil van Hoekse Aarkade; De uitplaatsing van bedrijven aan de Voorweg naar de Woerdense Verlaat wordt gefaciliteerd met het opstellen van het voorontwerpbestemmingsplan voor de Voorweg. Deze economische beleidskeuzes hebben invloed op het grondbeleid dat gevoerd zal worden. Het grondbeleid kan ook bijdragen aan het realiseren van deze doelen. Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 15

17 Lijst van afkortingen Afkorting Toelichting Amvb Algemene maatregel van bestuur Awb Algemene wet bestuursrecht bvo Bruto vloeroppervlakte BW Burgerlijk Wetboek GDV Grootschalige Detailhandels Vestigingen GEM Gemeentelijke exploitatie maatschappij Grexwet Grondexploitatiewet PPS Publiek-private samenwerking VROM Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer WMO Wet maatschappelijke ondersteuning Wro Wet op de ruimtelijke ordening Wvg Wet voorkeursrecht gemeenten Toelichting op wet- en regelgeving voor grondbeleid 16

Nota Kostenverhaal Gemeente Drimmelen. Conceptt

Nota Kostenverhaal Gemeente Drimmelen. Conceptt Nota Kostenverhaal 2016-2020 Gemeente Drimmelen 1. Inleiding Aanleiding Met de komst van de Wro (1 juli 2008) hebben gemeenten meer mogelijkheden gekregen om te sturen op de ontwikkeling van ruimtelijke

Nadere informatie

Grondexploitatiewet. Hendrik van Sandick. projectcoördinator Grondexploitatiewet Ministerie van VROM

Grondexploitatiewet. Hendrik van Sandick. projectcoördinator Grondexploitatiewet Ministerie van VROM Grondexploitatiewet Hendrik van Sandick projectcoördinator Grondexploitatiewet Ministerie van VROM Waarover gaat het bij grondexploitatie? Onderwerpen die de gemeente wil regelen bij grondexploitatie van

Nadere informatie

VOORBEELD STANDAARD OPZET EXPLOITATIEPLAN

VOORBEELD STANDAARD OPZET EXPLOITATIEPLAN VOORBEELD STANDAARD OPZET EXPLOITATIEPLAN 1 INLEIDING 1.1 Algemeen Aangeven met welk doel het exploitatieplan wordt gemaakt: om onderhandelingen met één of meerdere grondeigenaren te starten, met als doel

Nadere informatie

1. Inleiding. De Nota Kostenverhaal bevat ten aanzien van het kostenverhaal het kader voor de wijze waarop de

1. Inleiding. De Nota Kostenverhaal bevat ten aanzien van het kostenverhaal het kader voor de wijze waarop de Nota Kostenverhaal 1. Inleiding Voor u ligt de Nota Kostenverhaal. Deze nota sluit aan op de Structuurvisie Bergen op Zoom 2030. Deze structuurvisie geeft op hoofdlijnen een toekomstbeeld van de gewenste

Nadere informatie

Privaatrechtelijk spoor; overeenkomsten over grondexploitatie

Privaatrechtelijk spoor; overeenkomsten over grondexploitatie Actualiteiten Grondexploitatiewet 2011 VNG Privaatrechtelijk spoor; overeenkomsten over grondexploitatie mr. Jan Frans de Groot & mr. Arjen de Snoo 1 Indeling Aanleiding Verordening m.b.t. de grondexploitatie

Nadere informatie

Handleiding exploitatieplan. Regiobijeenkomsten maart 2011 T.J.E.A. van der Heijden, directeur VD2 Advies b.v.

Handleiding exploitatieplan. Regiobijeenkomsten maart 2011 T.J.E.A. van der Heijden, directeur VD2 Advies b.v. Handleiding exploitatieplan Regiobijeenkomsten maart 2011 T.J.E.A. van der Heijden, directeur b.v. Inhoud Exploitatieplan diverse thema s Ervaringen Jurisprudentie th/2008702/110096 2 Exploitatieplan (1):

Nadere informatie

Actualisatie globaal exploitatieplan Driessen

Actualisatie globaal exploitatieplan Driessen Actualisatie globaal exploitatieplan Driessen 2017 1 Inhoudsopgave Inleiding 1. Aanleiding voor de actualisatie van het globaal exploitatieplan 2. Plangebied en ruimtegebruik 3. Kosten exploitatiegebied

Nadere informatie

nieuwe regels voor de ontwikkeling van bouwlocaties

nieuwe regels voor de ontwikkeling van bouwlocaties De Grondexploitatiewet: nieuwe regels voor de ontwikkeling van bouwlocaties April 2007 VROM geeft overheden en private partijen de ruimte om hun eigen verantwoordelijkheid te kunnen nemen. Decentraal wat

Nadere informatie

Nota Grondbeleid. Presentatie forum Ruimte 13 januari 2015

Nota Grondbeleid. Presentatie forum Ruimte 13 januari 2015 Nota Grondbeleid. Presentatie forum Ruimte 13 januari 2015 Nota Grondbeleid Opbouw presentatie 1 Inleiding 2 Waar gaat het om bij grondbeleid 3 Visie 4 Beheersen instrumenten en risico s 1 Inleiding Wat

Nadere informatie

exploitatieplan LOCATIE CASTOR

exploitatieplan LOCATIE CASTOR LOCATIE CASTOR Locatie Castor (vastgesteld) Locatie Castor Inhoudsopgave Toelichting Hoofdstuk 1 3 Inleiding 3 Hoofdstuk 2 Deel A Omschrijving Exploitatiegebied 2.1 Planbeschrijving 2.2 Ligging van het

Nadere informatie

Grondbedrijf. Introductie voor nieuwe raadsleden

Grondbedrijf. Introductie voor nieuwe raadsleden Grondbedrijf Introductie voor nieuwe raadsleden Grondbedrijf Yvonne Verkleij Paul van Die Rik Tuitert Planning & control Juridica (privaatrecht) Planeconomie Agenda Taken Beleid Financiële instrumenten

Nadere informatie

Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan

Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan maart 2011 Deel B Uitvoeringsprogramma Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan deel B 1 2 deel B Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan Inleiding 1. Ambitie

Nadere informatie

Nieuwe wet ruimtelijke ordening; verbeterde gereedschapskist

Nieuwe wet ruimtelijke ordening; verbeterde gereedschapskist Nieuwe wet ruimtelijke ordening; verbeterde gereedschapskist Presentatie Marleen Sanders 2009 Adviesgroep Planeconomie & Grondstrategie inhoud presentatie Doelen van de veranderingen Wat is er veranderd?

Nadere informatie

Nota Fondsen Ruimtelijke Ontwikkelingen

Nota Fondsen Ruimtelijke Ontwikkelingen Nota Fondsen Ruimtelijke Ontwikkelingen 1 november 2009 M. Roobol / P. Bakker Openbare Werken en Ruimtelijke Zaken 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Inleidend 3 1.2 Aanleiding 3 1.2 Leeswijzer 4 2 Huidige

Nadere informatie

Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt

Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt 6 Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt 31 januari 2017 RV/16/00717 Z12-18101 Voorstel ingebracht door H. Achterberg Portefeuillehouder Begrotingsprogramma H.N. de Ronde 02 Beheerproduct

Nadere informatie

NOTA GRONDBELEID

NOTA GRONDBELEID NOTA GRONDBELEID 2014-2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Doel 3 1.2 Aanleiding actualisatie Nota Grondbeleid 3 1.3 Leeswijzer 3 2 Relevante beleidskaders en wetgeving 4 2.1 Inleiding 4 2.2 Aanbesteding

Nadere informatie

Grondexploitatie via het publiekrechtelijk spoor: het exploitatieplan

Grondexploitatie via het publiekrechtelijk spoor: het exploitatieplan Grondexploitatie via het publiekrechtelijk spoor: het exploitatieplan Rob de Boer Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) 9 maart, Den Haag Hoe was het ook al weer? De gemeenteraad stelt een exploitatieplan

Nadere informatie

Nota Kostenverhaal gemeente Dalfsen Deel 1

Nota Kostenverhaal gemeente Dalfsen Deel 1 Nota Kostenverhaal gemeente Dalfsen Deel 1 Maart 2013 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Doel van de nota 3 1.3 Grondbeleid gemeente Dalfsen 3 1.4 Opbouw van de nota 4 1.5

Nadere informatie

categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA A 16 08/486

categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA A 16 08/486 o~~çëîççêëíéä= låçéêïéêéw= beleidsnotitie: mogelijkheden Grondexploitatiewet Portefeuillehouder: G. Evenhuis Dienst Beleid Sociaal Economische Ontwikkeling Margreet Harmsma, telefoon ((0591)68 54 57) =

Nadere informatie

Opinieronde / peiling

Opinieronde / peiling Aan de Raad OPINIE Made, 30 oktober 2015 Regnr.: 15int04492 Aan de commissie: Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap. Datum vergadering: Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap. Agendapunt :

Nadere informatie

Nota vereveningsfonds sociale woningbouw

Nota vereveningsfonds sociale woningbouw Nota vereveningsfonds sociale woningbouw 1. Samenvatting Op basis van de Structuurvisie Ruimte voor wensen Leidschendam-Voorburg 2040 (herijking 2012) kan de gemeente een vereveningsfonds voor sociale

Nadere informatie

Handreiking Grondbeleid voor Raadsleden

Handreiking Grondbeleid voor Raadsleden Handreiking Grondbeleid voor Raadsleden Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 1 2 Handreiking Grondbeleid voor Raadsleden Deze Handreiking Grondbeleid voor Raadsleden is bedoeld als

Nadere informatie

Grondexploitatiewet & Externe Veiligheid

Grondexploitatiewet & Externe Veiligheid Grondexploitatiewet & Externe Veiligheid nwro/grex - jaarcongres Relevant 1 Waarom de nwro/grex? verouderde WRO (1965) gelegenheidsplanologie ontwikkelingsplanologie regie bij de gemeente visie en transparantie

Nadere informatie

De nieuwe Wro. Wet ruimtelijke ordening: een fundamentele herziening

De nieuwe Wro. Wet ruimtelijke ordening: een fundamentele herziening De nieuwe Wro Wet ruimtelijke ordening: een fundamentele herziening Inhoud van deze presentatie WRO Wro: de uitgangspunten De grootste veranderingen eruit gelicht WRO vs. Wro: een overzicht Wat betekent

Nadere informatie

BARW/U Lbr. 08/135

BARW/U Lbr. 08/135 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8020 betreft Invoering Grondexploitatiewet uw kenmerk ons kenmerk BARW/U200801146 Lbr. 08/135 bijlage(n) datum 23 juli

Nadere informatie

: Vestiging voorkeursrecht percelen Vorden

: Vestiging voorkeursrecht percelen Vorden Raadsvoorstel Datum : 24-5-2018 Kenmerk Portefeuillehouder Nee Onderwerp : Z101697/Raad-00343 : A.A.L.M. Spekschoor : Vestiging voorkeursrecht percelen Vorden Geachte leden van de gemeenteraad, Voorstel

Nadere informatie

AGENDAPUNT NO.12. Voorstel tot vaststelling Nota Grondbeleid AAN DE RAAD

AGENDAPUNT NO.12. Voorstel tot vaststelling Nota Grondbeleid AAN DE RAAD Voorstel tot vaststelling Nota Grondbeleid AGENDAPUNT NO.12 AAN DE RAAD Samenvatting/Advies Het gemeentelijk grondbeleid is een beleidsterrein waar omvangrijke uitgaven worden gedaan en waarbij de risico

Nadere informatie

Nieuw grondbeleid en nieuwe woningnood (in diverse smaken)

Nieuw grondbeleid en nieuwe woningnood (in diverse smaken) Nieuw grondbeleid en nieuwe woningnood (in diverse smaken) Wooncongres 11 oktober 2016 Herman de Wolff (TU Delft) en Rogier Titulaer (gemeente Amersfoort) Delft University of Technology Challenge the future

Nadere informatie

Adviesnota voor het college. Burg. Weth L. Weth Z. Weth B. Weth P. Secr. Vertrouwelijkheid: Niet openbaar

Adviesnota voor het college. Burg. Weth L. Weth Z. Weth B. Weth P. Secr. Vertrouwelijkheid: Niet openbaar Adviesnota voor het college Primaat team: Vastgoed Steller: Franca Diels Portefeuillehouder: G. van Leeuwen Mede-adviseur: Ingekomen d.d. Nr. poststuk Nr. BBV 402632 Conf. Bespr. Aantekeningen Burg Weth

Nadere informatie

NOTA GRONDBELEID WADDINXVEEN 2012

NOTA GRONDBELEID WADDINXVEEN 2012 NOTA GRONDBELEID WADDINXVEEN 2012 Afdeling SBO Vastgesteld door de raad op 19 december 2012 Inhoudsopgave Samenvatting... 3 1. Inleiding... 4 2. Relevante beleidskaders voor Grondbeleid... 5 2.1 Rijksbeleid...

Nadere informatie

Nota Grondbeleid Gemeente Brummen Februari 2016

Nota Grondbeleid Gemeente Brummen Februari 2016 Nota Grondbeleid 2016-2020 Gemeente Brummen Februari 2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 Samenvatting...3 Inleiding...4 1 Grondbeleid...5 1.1 Vormen van grondbeleid...5 1.1.1 Passief grondbeleid...5 1.1.2

Nadere informatie

exploitatieplan 4E HERZIENING EXPLOITATIEPLAN '1E MELMSEWEG'

exploitatieplan 4E HERZIENING EXPLOITATIEPLAN '1E MELMSEWEG' 4E HERZIENING EXPLOITATIEPLAN '1E MELMSEWEG' 4e herziening '1e Melmseweg' (ontwerp) Inhoudsopgave Exploitatieplan 1e Melmseweg 3 Hoofdstuk 1 3 Inleiding Hoofdstuk 2 Deel A Omschrijving exploitatiegebied

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Datum collegevergadering: 12 mei 2015 Onderwerp: Nota grondbeleid 2015-2018

Raadsvoorstel. Datum collegevergadering: 12 mei 2015 Onderwerp: Nota grondbeleid 2015-2018 Raadsvoorstel Agendanr: CR2 Kenmerk: 15-0114128 Datum collegevergadering: 12 mei 2015 Onderwerp: Nota grondbeleid 2015-2018 0.Samenvatting: Conform vastgesteld beleid dient het grondbeleid elke raadsperiode

Nadere informatie

Joost Loeffen raad januari 2010

Joost Loeffen raad januari 2010 7 Joost Loeffen 040-2083405 jlo@valkenswaard.nl Wet voorkeursrecht gemeenten Venbergseweg e.o. 09raad00862 28 januari 2010 Gronden, in de omgeving van de Venbergseweg welke in de toekomst benodigd zijn

Nadere informatie

In dit advies wordt uw raad gevraagd om een aantal kaders vast te stellen ten aanzien van het grondbeleid.

In dit advies wordt uw raad gevraagd om een aantal kaders vast te stellen ten aanzien van het grondbeleid. Agendapunt : 6 Voorstelnummer : 01-02 Raadsvergadering : 26 januari 2010 Naam opsteller : V. Pirovano Informatie op te vragen bij : V. Pirovano Portefeuillehouders : J. Stam Onderwerp: Uitwerking nota

Nadere informatie

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019)

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019) Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening (ontwerp 25 januari 2019) Pagina 2 van 13 2019-01-25 Toelichting - Weideveld 2016 1e herziening Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening Toelichting

Nadere informatie

NOTA KOSTENVERHAAL VERHAAL BINNENPLANSE KOSTEN VERHAAL BOVENPLANSE KOSTEN BOVENPLANSE VEREVENING BIJDRAGE RUIMTELIJKE ONTWIKKELINGEN Besluit college van burgemeester en wethouders: 2 november 2010 Besluit

Nadere informatie

NOTA GRONDBELEID Gemeente Leusden

NOTA GRONDBELEID Gemeente Leusden NOTA GRONDBELEID 2013-2017, Grondbedrijf Oktober 2012, reg.nr. 193874 Inhoudsopgave 1. INLEIDING... 3 1.1 Aanleiding... 3 1.2 Leeswijzer... 4 2. GRONDBELEID... 5 2.1 Actief en faciliterend grondbeleid...

Nadere informatie

Actualisering Nota Grondbeleid Gemeente Hof van Twente 2011-2015

Actualisering Nota Grondbeleid Gemeente Hof van Twente 2011-2015 Actualisering 2011-2015 1 INHOUD Conclusies en samenvatting... 4 1... 8 1.1 Aanleiding... 8 1.2 Doel... 9 1.3 Leeswijzer... 10 2 Vormen van grondbeleid... 11 2.1 Inleiding... 11 2.2 Actief grondbeleid...

Nadere informatie

MEMO. Van : Lamfers / Van der Meulen Datum : 15 november 2011 Afdeling : FIN / BP-vrom Onderwerp : Kostenverhaal particuliere initiatieven en leges

MEMO. Van : Lamfers / Van der Meulen Datum : 15 november 2011 Afdeling : FIN / BP-vrom Onderwerp : Kostenverhaal particuliere initiatieven en leges Aan : College van B&W Afdeling : Van : Lamfers / Van der Meulen Datum : 15 november 2011 Afdeling : FIN / BP-vrom Onderwerp : Kostenverhaal particuliere initiatieven en leges Inleiding Binnen de gemeente

Nadere informatie

Nota Kostenverhaal. Gemeente Hardinxveld-Giessendam

Nota Kostenverhaal. Gemeente Hardinxveld-Giessendam gemeente Hardinxveld-Giessendam Nota Kostenverhaal Gemeente Hardinxveld-Giessendam November 2014 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Doel van de nota 1.3 Leeswijzer 2 Theoretisch

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 271 Wet van 24 mei 2007 tot wijziging van de Wet ruimtelijke ordening inzake de grondexploitatie Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der

Nadere informatie

Raadsstuk. Nummer 2018/ Portefeuillehouder Roduner, F.J. Programma/beleidsveld 4.3 Grondexploitaties Afdeling

Raadsstuk. Nummer 2018/ Portefeuillehouder Roduner, F.J. Programma/beleidsveld 4.3 Grondexploitaties Afdeling Raadsstuk Onderwerp Nota Grondbeleid 2018 e.v. Nummer 2018/753507 Portefeuillehouder Roduner, F.J. Programma/beleidsveld 4.3 Grondexploitaties Afdeling BE Auteur S. Metselaar Telefoonnummer 023-5113992

Nadere informatie

UITVOERINGSREGELS GROND

UITVOERINGSREGELS GROND UITVOERINGSREGELS GROND Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Bevoegdheden 4 2.1 Inleiding 4 2.2 Rechtmatigheid 4 2.3 Uitvoering 4 3 Uitvoeringsregels 5 3.1 Grondstrategie 5 3.2 Marktconform 5 3.3 Onteigening

Nadere informatie

Bijlagen behorend bij de nota integraal grondbeleid Sint Anthonis

Bijlagen behorend bij de nota integraal grondbeleid Sint Anthonis Bijlagen behorend bij de nota integraal grondbeleid Sint Anthonis 2015-2019 BIJLAGE 1 RELEVANTE WETGEVING GRONDBELEID 1. Europese regelgeving Europa wordt steeds belangrijker. Dit geldt ook voor het lokale

Nadere informatie

Grondexploitatiewet in de gemeentelijke praktijk

Grondexploitatiewet in de gemeentelijke praktijk Grondexploitatiewet in de gemeentelijke praktijk Steven Adriaansen wethouder Roosendaal Marlies Pietermaat juriste RBOI Bart van Well planeconoom RBOI 9 maart 2011 Opbouw - presentatie 1. Inleiding Proces

Nadere informatie

Ontwerp exploitatieplan 1 e Melmseweg

Ontwerp exploitatieplan 1 e Melmseweg Ontwerp exploitatieplan 1 e Melmseweg Tweede (structurele) herziening Ontwerp exploitatieplan Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 3 Hoofdstuk 2 Deel A Omschrijving exploitatiegebied 2.1 Planbeschrijving

Nadere informatie

Het exploitatieplan: heb jij het al? Najaarscongres VvG 16 november 2011 J.A.M. van den Brand, directeur VD2 Advies b.v.

Het exploitatieplan: heb jij het al? Najaarscongres VvG 16 november 2011 J.A.M. van den Brand, directeur VD2 Advies b.v. Het exploitatieplan: heb jij het al? Najaarscongres VvG 16 november 2011 J.A.M. van den Brand, directeur b.v. Thema s Toepassing Grondexploitatiewet: de gewenningsperiode is voorbij Exploitatieplan: verbindende

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR423471_1

CVDR. Nr. CVDR423471_1 CVDR Officiële uitgave van Brummen. Nr. CVDR423471_1 17 oktober 2017 Nota Grondbeleid 2016-2020 De raad van de gemeente Brummen; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van

Nadere informatie

FACILITEREND GRONDBELEID

FACILITEREND GRONDBELEID FACILITEREND GRONDBELEID Maart 2016 Inhoud 1. Doelstelling notitie... 3 1.1. Inleiding... 3 1.2. Richtlijnen... 3 2. Waarom faciliterend grondbeleid?... 5 3. Verslaggevingsaspecten... 6 3.1. Kortlopende

Nadere informatie

Aanvullingsbesluit planvorming Plateelgebied [Vastgesteld door college op 16 januari 2018, registratienummer ]

Aanvullingsbesluit planvorming Plateelgebied [Vastgesteld door college op 16 januari 2018, registratienummer ] Aanvullingsbesluit planvorming Plateelgebied [Vastgesteld door college op 16 januari 2018, registratienummer 1410634] 1. Inleiding 1 2. De noodzakelijke investeringen in infrastructuur in het Plateelgebied

Nadere informatie

Wetgeving grondexploitatie in vogelvlucht

Wetgeving grondexploitatie in vogelvlucht Wetgeving grondexploitatie in vogelvlucht Hendrik van Sandick Projectcoördinator grondbeleid Ministerie van I&M 1 inhoud Wabo Crisis- en herstelwet afdeling grondexploitatie Wro ministeriële regeling plankosten

Nadere informatie

Bijlagen: 1. Nota Grondbeleid

Bijlagen: 1. Nota Grondbeleid NOTA VOOR DE RAAD Datum: 20 maart 2008 Nummer raadsnota: Onderwerp: Nota Grondbeleid 2008-2012 Portefeuillehouder: De Boer Bijlagen: 1. Nota Grondbeleid 2008 2012 Ter inzage: 1. stukken opiniërende raadsvergadering

Nadere informatie

Nota Grondbeleid Gemeente Rijswijk 2012 t/m 2015

Nota Grondbeleid Gemeente Rijswijk 2012 t/m 2015 Nota Grondbeleid Gemeente Rijswijk 2012 t/m 2015 Gemeente Rijswijk Afdeling Stad en Samenleving, Vastgesteld door de gemeenteraad op: Sectie Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling 20 maart 2012 Nota Grondbeleid

Nadere informatie

Onderwerp Ontwikkeling Peize Zuid: vestiging voorkeursrecht in de zin van de Wet voorkeursrecht gemeenten

Onderwerp Ontwikkeling Peize Zuid: vestiging voorkeursrecht in de zin van de Wet voorkeursrecht gemeenten Aan de gemeenteraad Agendapunt: Documentnr.: RV17.0043 Roden, 14 maart 2017 Onderwerp Ontwikkeling Peize Zuid: vestiging voorkeursrecht in de zin van de Wet voorkeursrecht gemeenten Onderdeel programmabegroting:

Nadere informatie

Grond voor betaalbaar wonen

Grond voor betaalbaar wonen Grond voor betaalbaar wonen De positie van de gemeente Naam, Afdeling Willem Korthals Altes 07/01/2009 Gemeentelijke positie De basics: positie, vormen grondbeleid De crisis: enkele cijfers Nota s grondbeleid

Nadere informatie

VERORDENING GRONDBANK GEMEENTE GRONINGEN 2018

VERORDENING GRONDBANK GEMEENTE GRONINGEN 2018 VERORDENING GRONDBANK GEMEENTE GRONINGEN 2018 Begripsomschrijving Artikel 1 1. Onder Grondbank I en II wordt verstaan een financieringsbron, waarmee aankopen in onroerende zaken en roerende opstallen worden

Nadere informatie

In opdracht van Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ministerie van Infrastructuur en Milieu

In opdracht van Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ministerie van Infrastructuur en Milieu Onderzoek forfaitaire bijdrage Bovenplanse kosten en Bijdrage ruimtelijke ontwikkelingen In opdracht van Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Nadere informatie

NOTA KOSTENVERHAAL OP BASIS VAN DE STRUCTUURVISIE NEDERWEERT

NOTA KOSTENVERHAAL OP BASIS VAN DE STRUCTUURVISIE NEDERWEERT NOTA KOSTENVERHAAL OP BASIS VAN DE STRUCTUURVISIE NEDERWEERT Nota kostenverhaal op basis van de structuurvisie Nederweert. 2 NOTA KOSTENVERHAAL OP BASIS VAN DE STRUCTUURVISIE NEDERWEERT Datum: november

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Voorstel: Burgemeester en wethouders. Kerngegevens. Jaargang : 2014 Registratienummer : 2014/46767 Datum : 14 oktober 2014

Raadsvoorstel. Voorstel: Burgemeester en wethouders. Kerngegevens. Jaargang : 2014 Registratienummer : 2014/46767 Datum : 14 oktober 2014 Raadsvoorstel Burgemeester en wethouders Jaargang : 2014 Registratienummer : 2014/46767 Datum : 14 oktober 2014 Onderwerp : Aanvraag om omgevingsvergunning voor de huisvesting van arbeidsmigranten in het

Nadere informatie

Kadernota integraal grondbeleid Gemeente Sint Anthonis 2014

Kadernota integraal grondbeleid Gemeente Sint Anthonis 2014 Kadernota integraal grondbeleid Gemeente Sint Anthonis 2014 1 Inhoudsopgave kadernota integraal grondbeleid Aanleiding kadernota pag. 3 Visie op grondbeleid pag. 4 Doelen pag. 5 Principes/kader pag. 6

Nadere informatie

Nota Bovenwijkse en Bovenplanse Voorzieningen. Gemeente Nijkerk

Nota Bovenwijkse en Bovenplanse Voorzieningen. Gemeente Nijkerk Nota Bovenwijkse en Bovenplanse Voorzieningen Gemeente Nijkerk 1 Inhoud 1 Inleiding....3 1.1 Algemeen 1.2 Doel van de nota 1.3 Opbouw van de nota in twee delen, mandaat 2 Wettelijk kader 2.1 Wet ruimtelijke

Nadere informatie

Exploitatieplan De Afhang

Exploitatieplan De Afhang Exploitatieplan De Afhang Herziening 2016-2 Op structurele onderdelen Toelichting en Regels 1 Datum: 20 juni 2016 Eerste vaststelling exploitatieplan: 14 december 2010 Datum onherroepelijk: 19 oktober

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Woord vooraf

Inhoudsopgave. Woord vooraf Inhoudsopgave Woord vooraf v INLEIDING 1 1. Onderwerp van het onderzoek 1 2. Aanleiding voor en doelstelling van het onderzoek 1 3. Rol van het zelfrealisatierecht in wetgeving 3 3.1 Rol van het zelfrealisatierecht

Nadere informatie

1.6 SNELHEID MAKEN MET GLOBALE EINDPLANNEN

1.6 SNELHEID MAKEN MET GLOBALE EINDPLANNEN 1.6 SNELHEID MAKEN MET GLOBALE EINDPLANNEN Mariël Gerritsen, planoloog / Commercieel directeur SAB Arnhem Tjakko Smit, directeur projecten Bouwfonds Ontwikkeling Bert Breedveld, manager grondgebiedzaken

Nadere informatie

onderwerp: Raadsvoorstel vaststelling bestemmingsplan Parkstede 1. Het ontwerpbestemmingsplan "Wonen Rijssen, Parkstede" gewijzigd vast te stellen;

onderwerp: Raadsvoorstel vaststelling bestemmingsplan Parkstede 1. Het ontwerpbestemmingsplan Wonen Rijssen, Parkstede gewijzigd vast te stellen; g e m e e n t e Rijssen-Holter\v Rijssen, 21 maart 2017 Voorstel van het college aan de raad raadsvergadering: 20 april 2017 agendanummer: 13 opgemaakt door: Ruimtelijk Domein Strategie en Consulenten

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Stedenbouwkundig ontwerp. Kwaliteitsplan IBOR Maasdriel en IVOR Maasdriel. Nota Aanbestedingsbeleid 2006 Maasdriel

Inhoudsopgave. Stedenbouwkundig ontwerp. Kwaliteitsplan IBOR Maasdriel en IVOR Maasdriel. Nota Aanbestedingsbeleid 2006 Maasdriel Bijlagen 99051231 Inhoudsopgave Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Bijlage 5: Stedenbouwkundig ontwerp Kwaliteitsplan IBOR Maasdriel en IVOR Maasdriel Nota Aanbestedingsbeleid 2006 Maasdriel Overzicht

Nadere informatie

1 e Herziening Exploitatieplan Waterrijk-West DEEL 2: TOELICHTING d.d. 02-06-2014

1 e Herziening Exploitatieplan Waterrijk-West DEEL 2: TOELICHTING d.d. 02-06-2014 1 e Herziening Exploitatieplan Waterrijk-West DEEL 2: TOELICHTING d.d. 02-06-2014 Exploitatieplan Waterrijk-West 1 e herziening Exploitatieplan Waterrijk-West 1 e herziening Inhoud DEEL 1 Exploitatieplan

Nadere informatie

Verwervingsbeleid spoedaankopen

Verwervingsbeleid spoedaankopen Verwervingsbeleid spoedaankopen Gebleken is dat er behoefte is aan duidelijkheid over de taakverdeling inzake de aankoop van grond en gebouwen (onroerende zaken) door de gemeente. Dit probleem speelt met

Nadere informatie

De anterieure overeenkomst

De anterieure overeenkomst De anterieure overeenkomst Wat is het en wat kun je ermee? John van den Hof Almere, 8 juni 2017 Anterieure Overeenkomst (AO) (term komt niet voor in de wet) Kostenverhaalsovereenkomst die van kracht is

Nadere informatie

AAN DE GEMEENTERAAD. Nummer : 2007/78 Datum : 20 september 2007 : Vestiging voorkeursrecht ex artikel 8 Wvg 'Vroonlandseweg en Goessestraatweg'

AAN DE GEMEENTERAAD. Nummer : 2007/78 Datum : 20 september 2007 : Vestiging voorkeursrecht ex artikel 8 Wvg 'Vroonlandseweg en Goessestraatweg' Voorbereidende raadsvergadering: 16 oktober 2007 Besluitvormende raadsvergadering: 13 november 2007 Portefeuillehouder: J.H. Herselman AAN DE GEMEENTERAAD Nummer : 2007/78 Datum : 20 september 2007 Onderwerp

Nadere informatie

1.2.2 Materiële wet- en regelgeving 1.2.3 Historie kaders grondbeleid gemeente Coevorden. 9 9 9 10 2.2 Grondbeleid in de gemeente Coevorden

1.2.2 Materiële wet- en regelgeving 1.2.3 Historie kaders grondbeleid gemeente Coevorden. 9 9 9 10 2.2 Grondbeleid in de gemeente Coevorden Nota Grondbeleid 1 2 Inhoud 1 Visie en kaders 5 1.1 1.2 Visie en doelstellingen Kaders en criteria 6 6 1.2.1 Formele wetgeving 6 1.2.2 Materiële wet- en regelgeving 6 1.2.3 Historie kaders grondbeleid

Nadere informatie

Exploitatieplan Middenboulevard

Exploitatieplan Middenboulevard Exploitatieplan Middenboulevard Badhuisplein Definitief Gemeente Zandvoort Postbus 2 2040 AA ZANDVOORT Grontmij Nederland B.V. Assen, 6 november 2009 Verantwoording Titel : Exploitatieplan Middenboulevard

Nadere informatie

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a.

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a. Gemeente Schijndel Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a., sub 2 Wabo 2 3 bij verzoeken om afwijken van het bestemmingsplan Inleiding Op 24 september 2014 is het

Nadere informatie

Nieuwe onderdelen zijn de behandeling van jurisprudentie, de trend van organische ontwikkeling en uitnodigingsplanologie en de Omgevingswet.

Nieuwe onderdelen zijn de behandeling van jurisprudentie, de trend van organische ontwikkeling en uitnodigingsplanologie en de Omgevingswet. Woord vooraf Dit boek is een bewerking en uitbreiding van mijn boek Wegwijzer exploitatieplannen waarvan de kopij in maart 2010 is afgerond. 1 De Grondexploitatiewet, opgenomen in afdeling 6.4 van de Wet

Nadere informatie

Notitie: Europeesrechtelijke aspecten van het sluiten van een ontbindingsovereenkomst met betrekking tot het project Lieven de Key te Hilversum

Notitie: Europeesrechtelijke aspecten van het sluiten van een ontbindingsovereenkomst met betrekking tot het project Lieven de Key te Hilversum Notitie: Europeesrechtelijke aspecten van het sluiten van een ontbindingsovereenkomst met betrekking tot het project Lieven de Key te Hilversum Voor: Gemeente Hilversum, Tijs Böhm Van: Bregman Advisering,

Nadere informatie

Op 1 juli 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het daarbij behorende Besluit ruimtelijke ordening (Bro) in werking getreden.

Op 1 juli 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het daarbij behorende Besluit ruimtelijke ordening (Bro) in werking getreden. Samenvatting Op 1 juli 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het daarbij behorende Besluit ruimtelijke ordening (Bro) in werking getreden. In de bijgevoegde startnotitie met bijbehorende

Nadere informatie

Exploitatieplan De Afhang

Exploitatieplan De Afhang Exploitatieplan De Afhang Herziening 2014 Op structurele onderdelen Toelichting en Regels 17 Datum: 1 april 2014 Eerste vaststelling exploitatieplan: 14 december 2010 Datum onherroepelijk: 19 oktober 2011

Nadere informatie

Op deze wijze ontstaat een actueel beleidskader grondbeleid voor de periode 2013 2017.

Op deze wijze ontstaat een actueel beleidskader grondbeleid voor de periode 2013 2017. s grondbeleid gemeente Oostzaan 1. INLEIDING Op 17 oktober 2005 zijn door de gemeenteraad de beleidskaders voor de nota grondbeleid vastgesteld. Bij deze beleidskaders wordt ingegaan op de mogelijkheden

Nadere informatie

B en W Adviesnota. Overeenkomsten Exploitatie De Blakt

B en W Adviesnota. Overeenkomsten Exploitatie De Blakt Onderwerp Overeenkomsten Exploitatie De Blakt Zaaknummer Teammanager Margon van den Hoek B & W datum 18 september 2017 Team Ruimtelijke Ontwikkeling Naam steller Lieke van Lieshout Portefeuillehouder Jan

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief

Raadsinformatiebrief Raadsinformatiebrief Van: H.P.A. Kerkers Aan: de leden van de Gemeenteraad Onderwerp: Structuurvisie: Nota Kostenverhaal Steller: P.C.J. Verheijen Datum: 15 november 2011 Nr.: RIB-HK-1155 Op 18 oktober

Nadere informatie

Projecten (MJP) en grondbeleid

Projecten (MJP) en grondbeleid Projecten (MJP) en grondbeleid Ralph van Erp Suzanne den Dulk (teamleider Grondzaken) (wethouder Financiºn en Grondzaken) Agenda presentatie Meerjarenperspectief grondexploitaties : Grondexploitaties Den

Nadere informatie

Notitie. Datum : 27 februari : Stuurgroep Bommelerwaard : W. Theijse (Metrum)

Notitie. Datum : 27 februari : Stuurgroep Bommelerwaard : W. Theijse (Metrum) Notitie Datum : 27 februari 2009 Aan Van : Stuurgroep Bommelerwaard : W. Theijse (Metrum) Betreft : Uitvoerings- en grondstrategie glastuinbouw Bommelerwaard Aanleiding Met het oog op de ruimtelijke ontwikkeling

Nadere informatie

Onderwerp: Vestiging gemeentelijk voorkeursrecht op en aantal gronden gelegen binnen het plangebied Gebiedsvisie Enkhuizen-Stede Broec, fase I

Onderwerp: Vestiging gemeentelijk voorkeursrecht op en aantal gronden gelegen binnen het plangebied Gebiedsvisie Enkhuizen-Stede Broec, fase I BIJLAGENUMMER 27 Overeenkomstig voorstel besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad, gehouden op 7 mei 2009 AAN DE RAAD Stede Broec, 24 maart 2009 Onderwerp: Vestiging gemeentelijk voorkeursrecht

Nadere informatie

Aantrekkelijk Culemborg - Structuurvisie Culemborg 2030. Deel C Uitvoeringsparagraaf

Aantrekkelijk Culemborg - Structuurvisie Culemborg 2030. Deel C Uitvoeringsparagraaf Aantrekkelijk Culemborg - Structuurvisie Culemborg 2030 Deel C Uitvoeringsparagraaf COLOFON Structuurvisie Culemborg 2030 Culemborg Deel C Uitvoeringsparagraaf Datum: 2 november 2010 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING

Nadere informatie

Maak Oosterwold Landschap van Initiatieven. De anterieure overeenkomst Afspraken tussen initiatiefnemer en gemeente

Maak Oosterwold Landschap van Initiatieven. De anterieure overeenkomst Afspraken tussen initiatiefnemer en gemeente Maak Oosterwold Landschap van Initiatieven De anterieure overeenkomst Afspraken tussen initiatiefnemer en gemeente 1 Inleiding In Oosterwold, het landschappelijk gebied aan weerszijden van de A27, laten

Nadere informatie

Anterieure exploitatieovereenkomst zoals bedoeld in artikel 6.24 Wet ruimtelijke ordening

Anterieure exploitatieovereenkomst zoals bedoeld in artikel 6.24 Wet ruimtelijke ordening Anterieure exploitatieovereenkomst zoals bedoeld in artikel 6.24 Wet ruimtelijke ordening De partijen: I. De gemeente Asten, ter zake van deze overeenkomst rechtsgeldig vertegenwoordigd door de burgemeester,

Nadere informatie

Ontwikkelingen rond het grondbeleid

Ontwikkelingen rond het grondbeleid Ontwikkelingen rond het grondbeleid Inleiding voor wooncongres 3 november 2015 Herman de Wolff (H.W.deWolff@tudelft.nl) Delft University of Technology Challenge the future Opzet Grondbeleid: waarom ook

Nadere informatie

Nota Grondbeleid 2012 Gemeente Voorst

Nota Grondbeleid 2012 Gemeente Voorst Nota Grondbeleid 2012 Gemeente Voorst Nota Grondbeleid 2012 Opgesteld door: Arjan Klein, vakgroep Economie en grondzaken Vastgesteld: Raadsvergadering dd. 17 september 2012 Corsa nummer: 2012-16182; versie

Nadere informatie

Wro en Wabo in één hand Marjolijn Dijk

Wro en Wabo in één hand Marjolijn Dijk 1 Wro en Wabo in één hand Hoofdstuk 1 Inleiding Op 1 juli 2008 is de nieuwe Wro (wet ruimtelijke ordening) in werking getreden. De Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) is op 1 juli 2010 van kracht

Nadere informatie

OUD vs NIEUW beleid. Toelichting op de Kadernota Grond: deel I Grondbeleid

OUD vs NIEUW beleid. Toelichting op de Kadernota Grond: deel I Grondbeleid OUD vs NIEUW beleid Toelichting op de Kadernota Grond: deel I Grondbeleid Beleidsregel was wordt Grondpolitiek Besluit start project Besluit openen Waar toereikend passief grondbeleid, daar waar nodig

Nadere informatie

Plan van behandeling

Plan van behandeling Plan van behandeling Soorten gebiedsontwikkeling Grondexploitatiemodellen De totstandkoming van samenwerking: De Reiswijzer Gebiedsontwikkeling 2009 De totstandkoming van samenwerking: Het Müller-arrest

Nadere informatie

Bijlage bij besluit eerste herziening exploitatieplan Vossenakker Noord

Bijlage bij besluit eerste herziening exploitatieplan Vossenakker Noord Bijlage bij besluit eerste herziening exploitatieplan Vossenakker Noord De hierna te nemen besluiten zijn voorzien van toelichtingen. De toelichtingen zijn cursief weergegeven. 1. Algemeen De structuur

Nadere informatie

Toelichting behorende bij het raadsbesluit exploitatieplan Trade Port Noord, gemeente Venlo, 7 e herziening

Toelichting behorende bij het raadsbesluit exploitatieplan Trade Port Noord, gemeente Venlo, 7 e herziening Toelichting behorende bij het raadsbesluit exploitatieplan Trade Port Noord, gemeente Venlo, 7 e herziening Aanleiding Inleiding Het bestemmingsplan Trade Port Noord (hierna: bestemmingsplan) en exploitatieplan

Nadere informatie

Overzicht voor projectmatige uitgifte woningbouw Categorie Bandbreedte Grondprijs Toewijzing Opmerkingen

Overzicht voor projectmatige uitgifte woningbouw Categorie Bandbreedte Grondprijs Toewijzing Opmerkingen Grondprijsbrief 2014 Inleiding Als onderdeel van het grondbeleid zoals geformuleerd in de nota Vaste Grond voor beleid hanteert de gemeente Woerden bij uitgifte van grond marktconforme uitgifteprijzen.

Nadere informatie

Structuurvisie deel 2 Uitvoeringsparagraaf fonds Noordse Buurt en Woonfonds

Structuurvisie deel 2 Uitvoeringsparagraaf fonds Noordse Buurt en Woonfonds Structuurvisie deel 2 Uitvoeringsparagraaf fonds Noordse Buurt en Woonfonds 1 Inleiding Deze notitie, in de vorm van een uitvoeringsparagraaf van de Structuurvisie, bestaat uit twee onderdelen; namelijk

Nadere informatie

GEMEENTE OLDEBROEK. Voorstel van het college aan de raad

GEMEENTE OLDEBROEK. Voorstel van het college aan de raad GEMEENTE OLDEBROEK Raadsvergadering d.d. Voorstel van het college aan de raad Onderwerp: Beleid voor uitgifte van gronden in erfpacht Agendapunt Portefeuillehouder: C. van Dijk Kenmerk: 169593 / 171795

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad: 1083692 Datum: Behandeld door: 19 juni 2013 Brian Scott, Harm Jan Stalman Paul Heye Mare Jansen Afdeling/Team: Ruimtelijke Ontwikkeling / Beleid

Nadere informatie

Duurzame kansen nieuwe grondexploitatiewet

Duurzame kansen nieuwe grondexploitatiewet Duurzame kansen nieuwe grondexploitatiewet Kansen voor energiezuinige en duuzame aanleg Workshop grondexploitatie SenterNovem, 10 oktober, Martijn Blom Inhoud presentatie Huidige situatie exploitatie grond

Nadere informatie

Grondprijzennota 2013

Grondprijzennota 2013 Grondprijzennota 2013 1 Grondprijzennota 2013 2 Hoofdstuk Blz. 1. Inleiding 4 1.1 Aanleiding 4 1.2 Methode van grondprijsbepaling 4 1.3 Uitzonderingen 4 1.4 Uitgangspunten 4 1.5 Aansprakelijkheid 4 2.

Nadere informatie