BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN van het raadslid de heer H. Küçük. sv RIS Regnr. DSB/ Den Haag, 2 april 2013

Transcriptie

1 Gemeente Den Haag BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN van het raadslid de heer H. Küçük sv RIS Regnr. DSB/ Den Haag, 2 april 2013 Inzake: Taxi's De gemeenteraad Het raadslid de heer H. Küçük heeft op 5 maart 2013 een brief met daarin 23 vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht. Overeenkomstig artikel 38 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt. Begin februari heeft onze fractie een bijeenkomst gehouden voor taxichauffeurs over de aanstaande beleidsveranderingen voor de taxibranche. Tijdens de bijeenkomst kwamen een aantal vragen naar voren. Deze stellen wij graag middels deze weg: 1. Is het college het met ons eens dat Den Haag gebaat is bij een goed en duidelijk taxibeleid? Ja. 2. Kan het college ons aangeven hoeveel straattaxi s er in Den Haag actief zijn op de opstapmarkt? Hoeveel taxi s behoren tot de zogenaamde vrije rijders? Zo Nee. Per 1 januari 2000 heeft de deregulering en liberalisering van de taximarkt plaats gevonden. Toetreding tot de taximarkt werd in principe vrij zolang aan bepaalde landelijke basisregels werd voldaan. Deze landelijke basisregels hebben betrekking op tarifering, voertuig, chauffeur en ondernemer. Kortom, alle taxichauffeurs in Nederland die voldoen aan de landelijke basisregels mogen in Den Haag of willekeurige andere gemeente hun diensten, op elk gewenst moment, aanbieden. Het enige beschikbare harde cijfer is het aantal uitgegeven toegangspassen voor taxi s voor het pollergebied in de binnenstad, te weten ruim Kan het college ons vertellen op welke manier zij het aantal taxi s in Den Haag bijhoudt. Zo nee, waarom niet? Nee, het aantal taxi s in Den Haag wordt niet geregistreerd, zie ook het antwoord op vraag 2.

2 DSB/ Kan het college ons een overzicht geven van het aantal taxi s actief op de opstapmarkt vanaf de invoering van de Wet Personenvervoer 2000? Verdeelt per jaar. Zo Nee, het aantal taxi s actief op de opstapmarkt wordt niet geregistreerd, zie ook het antwoord op vraag Kan het college ons aangeven hoeveel personen in Den Haag werkzaam zijn in de taxibranche? Zo Nee, het aantal personen werkzaam in de taxibranche in Den Haag wordt niet geregistreerd. 6. Kan het college ons aangeven hoeveel taxistandplaatsen, en welke capaciteit deze hebben, er op dit moment in het stadsdeel centrum en het stadsdeel Scheveningen zijn? Hoeveel standplaatsen waren er 5 jaar geleden en wat was de totale capaciteit van deze standplaatsen? Zo nee, waarom niet? In het stadsdeel Centrum en stadsdeel Scheveningen bevinden zich 11 taxilocaties (inclusief standplaats Centraal Station en Holland Spoor) met een gezamenlijke capaciteit van 109 plaatsen. Daarnaast bevinden zich in het centrum 3 opstelplaatsen met een gezamenlijke capaciteit van 22 auto s. Een opstelplaats is geen formeel ingerichte taxistandplaats maar een plaats waar taxi s op bepaalde dagen en/of tijdstippen (aangegeven door bebording) mogen staan. In 2010 hebben wij in samenwerking met de taxibranche een inventarisatie gemaakt van de taxistandplaatsen in de gemeente Den Haag. Op dat moment waren er in de gehele stad 35 taxilocaties met capaciteit voor ongeveer 200 auto s. De gemeente is in 2010 begonnen met het centraal registreren van het aantal taxistandplaatsen. Er zijn dan ook geen gegevens beschikbaar van 5 jaar geleden (2008). 7. Indien de capaciteit gedurende de jaren is afgenomen, wat was hier de reden voor? Bruikbare gegevens over taxistandplaatsen zijn bekend vanaf De capaciteit is sinds 2010 niet afgenomen. 8. Bepaalde gemeentes kiezen voor een kleinere maar erg goed gelegen standplaats gecombineerd met een bufferlocatie in de nabijheid. Den Haag heeft hier niet voor gekozen waardoor de zichtbaarheid van de taxistandplaatsen bij stations niet optimaal is. Waarom is deze keuze gemaakt? Den Haag kiest bij voorkeur niet voor een taxistandplaats in combinatie met een bufferlocatie. De aanlegkosten zijn hoger en er wordt een extra verkeerstroom gecreëerd (van bufferlocatie naar standplaats). Taxistandplaatsen zijn ook in de eerste plaats een faciliteit voor klanten om aan een taxi te komen en zijn geen parkeerplaatsen voor grote aantallen taxi s. Het gegeven dat gemeenten soms wel voor deze oplossing kiezen, heeft vaak te maken met de beperkte beschikbare ruimte in de directe omgeving van een station. 9. Kan het college onderzoeken of er de mogelijkheid is om kleinere maar beter zichtbare en meer klantvriendelijke taxistandplaatsen aan te leggen gecombineerd met een grotere bufferlocatie? Zo Nee, het college gaat een dergelijk onderzoek niet uitvoeren. Zie ook de beantwoording van vraag Afgelopen weekend zijn er massaal boetes uitgedeeld aan taxichauffeurs in het VCP gebied die rondreden zonder klanten. De taxistandplaats bij het Buitenhof heeft een beperkt aantal plaatsen. Waar zouden chauffeurs moeten wachten op een plekje op de betreffende standplaats? Is het college bereid een bufferlocatie in het VCP gebied aan te wijzen? Zo

3 DSB/ Het college is van mening dat het aantal taxistandplaatsen moet aansluiten op de vraag naar taxi s en niet gebaseerd moet zijn op het aanbod van taxi s. Op basis van dit uitgangspunt zijn er binnen het VCP gebied drie opstellocaties (bus-/trambaan voor Asta, Plein en Grote Markt) aangewezen waar taxi s op donderdagavond t/m zaterdagavond mogen staan om op klanten te wachten. Het college is niet bereid een bufferlocatie in het VCP gebied aan te wijzen, omdat wij in het VCP gebied geen parkeerplaatsen voor grote aantallen taxi s willen creëren. Het is voor een taxi uiteraard altijd mogelijk klanten in- en uit te laten stappen. In 2009 is de Haagse Taxiconvenant getekend. Hierbij zijn afspraken gemaakt met Stichting Taxibelang Haaglanden (STH) en Taxivervoer Nederland (KNV Taxi). 11. In het convenant staan de afspraken tussen de verschillende partijen. Kan het college per afspraak uit het convenant aangeven wat er van terecht is gekomen? Zo Doelstelling van het convenant was om de kwaliteit van het straattaxivervoer, op vrijwillige basis, te verbeteren. Uitgangspunt was en is dat de taxibranche zelf primair verantwoordelijk is voor de realisatie van de kwaliteitsverbetering en dat de gemeente, daar waar mogelijk, faciliteert om dit doel te bereiken. De letter en de geest van het convenant voorziet niet in het meten van de afspraken uit het convenant. Wel hebben wij, gezien de klachten die de gemeente ontving, moeten constateren dat het gewenste doel, i.c. verbetering van de kwaliteit op vrijwillige basis, niet is gehaald. Uit het feit dat slechts 25 chauffeurs vrijwillig het HTx certificaat hebben gehaald, hebben wij geconcludeerd dat er weinig animo bestaat voor kwaliteitsverbetering op vrijwillige basis. Om toch tot een kwaliteitsverbetering te komen, gaan wij gebruik maken van de mogelijkheden die de Wet personenvervoer 2000 ons sinds 1 oktober 2011 geeft om kwaliteitseisen aan de lokale straattaxibranche op te leggen en groepsvorming af te dwingen. De participatieversie van de Taxiverordening Den Haag 2013 is op 18 december 2012 naar de Gemeenteraad gezonden (RIS ). Wij verwachten de definitieve versie voor het zomerreces aan uw raad voor te leggen. 12. In het convenant, looptijd 3 jaar, staat dat er een jaarlijkse evaluatie zou plaats vinden. Op welke wijze heeft de jaarlijkse evaluatie plaats gevonden en kunnen wij deze inzien? Zo nee, waarom niet? In het convenant zijn geen afspraken gemaakt over de vorm waarin deze evaluaties zouden plaatsvinden. De evaluaties hebben mondeling plaats gevonden in het reguliere overleg met het bestuur van STH en zijn niet op schrift gesteld. 13. Kan het college ons vertellen welk bedrag het college heeft gestoken in de uitvoer van het taxi convenant? Zo In de Programmabegroting is een bedrag van 1,5 miljoen beschikbaar gesteld voor de realisatie van standplaatsen voor taxi s met een aanvullend kwaliteitskeurmerk. Deze standplaatsen zijn gerealiseerd bij het Centraal Station, aan de Hofweg en op het Gevers Deijnootplein. Ook bij station Hollands Spoor wordt een dergelijke standplaats gerealiseerd. De gemeente heeft een subsidie van ,- verstrekt aan Stichting Taxibelang Haaglanden (STH) en ,- voor de ontwikkeling van een website. 14. Kan het college ons vertellen wat de hoogte is van de gemeentelijke subsidie voor STH, tussen 2009 en 2012, en ons een gespecificeerde financiële verantwoording van STH doen toekomen? Zo Voor de hoogte van de gemeentelijke subsidie aan STH verwijzen wij naar het antwoord op vraag 13. De gespecificeerde financiële verantwoording over de jaren 2010 en 2011 wordt vertrouwelijk voor de raad ter inzage gelegd.

4 DSB/ Kan het college ons vertellen welke vergoeding de voorzitster van STH gedurende haar voorzitterschap ontving? Zo De voorzitter van STH heeft een passende beloning ontvangen voor haar werkzaamheden. In de periode 2010 t/m 2012 is er in totaal een bedrag van ,- betaald. In de commissievergaderingen heeft de Fractie Islam Democraten vaker ingebracht dat de vrije rijders niet worden bereikt door de Gemeente Den Haag en/of STH. Dit zou zorgen voor onbekendheid voor de plannen zoals de Haagse Taxikeurmerk en weinig draagvlak hebben in de branche. De wethouder heeft aangegeven dat ons beeld niet zou kloppen. Bij het uitgeven van de TTO-verordening erkent het college dat de plannen na 3 jaar niet veel resultaat hebben geleverd en dat het aantal chauffeurs met een kwaliteitskeurmerk gering is. Dit zou volgens het college slechts 5% zijn. 16. Kan het college aangeven wat de reden is van de tegenvallende resultaten? Zo Zie de beantwoording van vraag Kan het college ons vertellen op welke wijze er de afgelopen 3 jaar is gecommuniceerd met de taxibranche over de aanstaande beleidswijzigingen? Verdeeld over de groepen; 1. Taxicentrales. 2. Vrije rijders op de opstapmarkt. 3. Zelfstandige chauffeurs in het zakelijk vervoer. Zo nee, waarom niet? In het Haags Taxiconvenant was afgesproken dat STH zou gaan functioneren als het officiële aanspreekpunt van de branche voor de gemeente. De communicatie heeft zich daarom primair tot STH gericht. Na de oprichting van de 2 e branche organisatie, Het Haags Taxiplatform (HTP), is deze ook bij het overleg met STH betrokken. De communicatie met deze branche organisaties was vooral gericht op het verbeteren van de kwaliteit van het taxivervoer in de opstapmarkt. Zelfstandige chauffeurs in de zakelijke markt maakten slechts incidenteel onderdeel uit van de beraadslagingen. 18. Waarom heeft het college jarenlang in de commissievergaderingen ontkent dat het niet goed ging met het taxiconvenant, ondanks jaarlijkse evaluaties? Het college heeft altijd nauwgezet gerapporteerd over de hem bekende feiten en omstandigheden. De wethouder VBV heeft in zijn brief aan de voorzitter van de raadscommissie Leefomgeving van 7 november 2012 (RIS ) overigens duidelijk aangegeven dat de resultaten van het gevoerde beleid niet voldoende zijn. 19. Waarom heeft het college pas na 3 jaar ingegrepen? Primair is de taxibranche zelf verantwoordelijk voor de kwaliteitsverbetering. Het college heeft met de branche een convenant afgesloten voor een periode van 3 jaar. Wij vonden het gepast de branche organisaties gedurende de gehele looptijd van het convenant de kans te geven tot kwaliteitsverbetering te komen. Daarnaast heeft de gemeente pas sinds 1 oktober 2011 de wettelijke mogelijkheid om kwaliteitsverbetering af te dwingen. Na veelvuldig overleg met STH en later ook HTP is er een concept taxiverordening opgesteld die nog steeds uitgaat van kwaliteitsverbetering door de taxibranche zelf maar nu niet meer op basis van vrijwilligheid. 20. Kan het college aangeven hoeveel chauffeurs het HTx certificaat hebben behaald? Absolute aantallen verdeeld over 2011/2012. Zo Ja, zoals bekend hebben er 25 chauffeurs in 2011 het HTx certificaat behaald. In 2012 heeft geen enkele chauffeur het HTx certificaat behaald.

5 DSB/ Het college schrijft dat na 3 jaar ongeveer 5% van de chauffeurs het HTx certificaat hebben behaald. Op 13 mei 2011 hebben de eerste 25 chauffeurs het HTx certificaat behaald. Is dit de groep die met 5% wordt bedoeld? Zo ja, wat is de reden dat er na 11 mei 2011 geen gecertificeerde chauffeurs bij zijn gekomen? De groep van 25 chauffeurs is de groep die met 5% wordt bedoeld. Het is overigens niet bekend hoeveel taxichauffeurs er in Den Haag precies in de opstapmarkt actief zijn. De groep, die wel een HTx certificaat heeft gehaald, is de groep geweest die vanaf het eerste moment de noodzaak van kwaliteitsverbetering erkende en een voorbeeldfunctie voor de gehele staattaxibranche wilde vervullen. De reden waarom er sindsdien geen gecertificeerde chauffeurs zijn bijgekomen, is dat chauffeurs niet bereid waren een aanvullend kwaliteitskeurmerk te halen zolang niet duidelijk was, wat voor hen de voordelen van het halen van een dergelijk keurmerk zouden zijn. 22. Wat waren de kosten voor een taxichauffeur om het HTx certificaat te behalen? De kosten voor het behalen van het volledige HTx certificaat bedragen 300,- per chauffeur (prijspeil maart 2013). 23. Het HTx certificaat heeft geen voordelen voor chauffeurs. Is het college het met ons eens dat chauffeurs die geld hebben betaald om het certificaat te behalen in het ootje zijn genomen? Zo Nee. In de concept taxiverordening is als gemeentelijke kwaliteitseis opgenomen dat een individuele taxichauffeur in het bezit moet zijn van het Haags kwaliteitskeurmerk (HTx certificaat), of vergelijkbaar keurmerk, om aangesloten te kunnen zijn bij een gemeentelijk goedgekeurde TTO (Toegelaten Taxi Organisatie). Daarnaast vinden wij het belangrijk dat taxichauffeurs ook aan kwaliteitsverbetering werken zonder dat er een direct voordeel tegenover staat. Het college van burgemeester en wethouders, de secretaris, de burgemeester, mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen