Gebruikershandleiding voor Rayburn 200 G/L gasfornuis.

Transcriptie

1 Bescherming consument Als fabrikanten en leveranciers van kook -en verwarmingsproducten doen wij al het mogelijke, voorzover praktisch haalbaar, om de producten zo te ontwerpen en fabriceren dat ze voldoen aan de algemene veiligheidsvoorschriften, mits op goede manier gebruikt en geïnstalleerd. Hiervoor worden onze producten grondig getest en onderzocht voordat ze verzonden worden. BELANGRIJKE OPMERKING: Elke wijziging die niet door AGA is goedgekeurd kan de goedkeuring van het apparaat en de garantie ongeldig maken, en kan tevens de huidige uitgave van statutaire rechten schenden. BELANGRIJK: Dit apparaat kan elke van de aangegeven materialen bevatten. Het is de verantwoordelijkheid van de gebruiker/installateur om ervoor te zorgen dat de nodige beschermkleding gedragen wordt bij het Gebruikershandleiding voor Rayburn 200 G/L gasfornuis. LEES DEZE INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK VAN DIT APPARAAT CE VOOR GEBRUIK IN NL & BE hanteren van de betreffende onderdelen die de genoemde materialen bevatten die gevaarlijk voor de gezondheid kunnen zijn. Zie hieronder voor meer informatie. Vuurcement gebruik wegwerphandschoenen bij hantering. Lijmen en afdichtmiddelen wees voorzichtig - gebruik gezichtsmasker en wegwerphandschoenen als deze nog in vloeibare vorm zijn. Glaswol, minerale wol, isolatiekussens, keramische vezels, petroleumolie kunnen schadelijk zijn indien ingeademd, kunnen irriterend zijn voor de huid, ogen, neus en keel. Vermijd inademing of aanraking met huid of ogen bij hantering. Gebruik wegwerphandschoenen, gezichtsmasker en oogbescherming. Na hantering handen en andere blootgestelde lichaamsdelen wassen. Indien u het product wegdoet moet u het stof beperken met een watersproeier, zorg ervoor dat de onderdelen goed verpakt zijn. INLEIDING DIT APPARAAT MOET GEÏNSTALLEERD WORDEN CONFORM DE GELDENDE REGELS EN ALLEEN GEBRUIKT WORDEN IN EEN VOLDOENDE GEVENTILEERDE RUIMTE.. Het fornuis dat u gekozen heeft, heeft een goede reputatie en is het resultaat van jarenlange evolutie en ontwikkeling. De kookprestaties en mogelijkheden van de populaire en bewezen Rayburn fornuizen op vaste brandstof zijn bewaard gebleven en geïntegreerd in het Rayburn 200G/L GASFORNUIS. De kookfaciliteiten bestaan uit een kookplaat met warmtegradatie, gietijzeren hoofd- en onderoven. Er kan een programmeerfunctie geïnstalleerd worden voor bediening van uw Rayburn. Uw Rayburn is gemakkelijk in het gebruik. Voor de beste resultaten moet u deze brochure lezen en zorgvuldig de instructies volgen voordat u uw Rayburn voor het eerst gebruikt. Met uw Rayburn wordt het volgende meegeleverd: 1 dichte bakplaat 2 roosters 1 vleesblik 1 grillrooster 1 kookboek 1 01/10 EOPI

2 ELEKTRISCHE INSTALLATIE Controleer of er een deskundig persoon dient te kijken naar de elektrische veiligheid. Stroomvoorziening WAARSCHUWING: DIT APPARAAT MOET GEAARD WORDEN. Er is een stroomvoorziening van 220/240V ~ 50Hz nodig in de buurt van het apparaat. Met het apparaat wordt een 3 meter lange stroomvoorzieningskabel geleverd van 0,75mm 2, 3- dradig 85 C nominaal PVC, met een label aan het uiteinde waarop de kleurcodes van de kabeldraden en de functies daarvan staan, die opgevolgd moeten worden. Het apparaat moet beschermd worden met een zekering van 16A. Zie de aparte installatie-instructies voor gegevens over de bedrading van de programmeerfunctie. A B C D E F G H J BUITENDEUR GASBEDIENINGS- VENTIELKNOP PIËZO THERMOSTAAT- KNOP TOEVOERKRAAN CONTROLEGAS VOOR BRANDER HOOFDBRANDER WAAKVLAM HANDHERSTEL- KNOP B - INGEDRUKT HOUDEN OM AAN TE STEKEN - NAAR RECHTS DRAAIEN OM UIT TE DOVEN GASBEDIENINGS -VENTIEL Een stekker aansluiten Aangezien de kleuren van de bedrading in de hoofdkabel van dit apparaat niet overeen hoeven te komen met de kleurmerken waaraan u de aansluitklemmen in uw stekker herkent, dient u het volgende te doen: 1. De groengele draad moet aangesloten worden op de aansluitklem in de stekker die met een letter A of met het aardesymbool aangegeven is, of groen of groengeel is. 2. De blauwe draad moet aangesloten worden op de aansluitklem die met de letter N is aangegeven of zwart is. 3. De bruine draad moet aangesloten worden op de aansluitkelm die met de letter F is aangegeven of rood is. Veilige gasaansluiting en gebruik In het belang van uzelf en uw veiligheid is het wettelijk voorgeschreven dat alle gasapparaten door een deskundig persoon en in overeenstemming met de geldende voorschriften worden geïnstalleerd. De hele gasinstallatie, inclusief de gasmeter, dient te worden geïnspecteerd, getest op goede staat en te worden doorgespoten tot aan de gaskraan op het apparaat. INSTRUCTIES Als u voor het eerst uw fornuis gebruikt kan er een lichte geur vrijkomen. Deze zal snel verdwijnen. Dit apparaat is uitgevoerd met een brandbeveiligingssysteem (CDSD), waardoor het apparaat wordt uitgeschakeld als er rook in terugkomt. Voordat u de hoofdbranders draait moet u er derhalve voor zorgen dat de handherstelknop ingedrukt is. Zie afb. 1. Afb. 1 DE BRANDER AANSTEKEN - ZIE AFB Schakel de stroomvoorziening uit bij het stopcontact of zorg ervoor dat de optionele programmeerfunctie op OFF (uit) staat, indien deze geïnstalleerd is. 2. Zorg ervoor dat de thermostaatknop D op O staat (afb. 1). 3. Open buitendeur A. 4. Zet de toevoerkraan E (onder het bedieningsventiel van de fornuisbrander) open zodat de bovenkant van de knop in één lijn staat met het leidingwerk. 5. Draai de bedieningsknop van de fornuisbrander B naar het ontstekingssymbool en druk hem volledig in (zie afb. 2). 6. Terwijl u de bedieningsknop van de fornuisbrander B volledig ingedrukt houdt, drukt u tegelijkertijd de piëzo vonkontsteker C herhaaldelijk in totdat de waakvlam aangaat. Dit is zichtbaar door controleglas F. (Het duurt een paar seconden voordat het gas bij de waakvlam komt). (Zie afb. 1) 7. Houd de bedieningsknop voor de fornuisbrander B minstens 15 seconden ingedrukt nadat de waakvlam aangegaan is. Laat dan langzaam de knop los. De waakvlam moet dan aanblijven. BELANGRIJK Als de vlam niet aanblijft, wacht dan 3 minuten en herhaal de stappen, terwijl u knop B iets langer ingedrukt houdt. 8. Draai knop B naar het grote hoofdvlamsymbool (zie afb. 2). 9. Zet de stroomvoorziening AAN en zet de optionele programmeerfunctie op continuous (continue), 2

3 indien deze geïnstalleerd is. 10. Zet de thermostaatknop D op MAX (9) en controleer of de hoofdbrander is gaan branden. 11. Sluit buitendeur A. 12. Zet thermostaat D op de gewenste instelling. 13. Zorg ervoor dat de isolatiedeksels van beide kookplaten dicht zijn om de hitte van de kookplaat te bewaren. DE FORNUISBRANDER AFZETTEN LANGE PERIODEN: SCHAKEL DE ELEKTRICITEIT UIT BIJ HET STOPCONTACT EN DRAAI DE BEDIENINGSKNOP VAN DE FORNUISBRANDER B NAAR RECHTS TOTDAT KNOPSYMBOOL O IN DE GAS OFF (GAS UIT) POSITIE STAAT (zie afb. 2) ZODAT DE WAAKVLAM DOOFT. OM HEM WEER AAN TE ZETTEN VOLGT U DE PROCEDURE ONDER DE BRANDER AANSTEKEN. HET GEBRUIK VAN DE KOOKPLATEN EN DE OVENS VERLAAT DE ROOSTERENDE DEUR VAN DE OVEN OPEN - Indien het opengelaten voor geen tijdsduur kan oververhitten schade aan sommige componenten binnen het toestel veroorzaken. Om de temperatuur van de kookplaat en de ovens op te voeren draait u thermostaatknop D (zie afb. 1) in de gewenste stand. DE KOOKPLAAT De enkele kookplaat van uw Rayburn heeft warmtegradatie, de heetste kant is links en boven de ovens is hij iets koeler. Schuif de pannen simpelweg naar een heter of koeler gebied als u het eten wilt koken of zachtjes wilt laten pruttelen. De temperatuur van de kookplaat is ook variabel, afhankelijk van de gebruikte instelling; hoe hoger de instelling, hoe heter de kookplaat. De kookplaat, die van dik gietijzer gemaakt is, is een geheel plat vlak. Om voor en goed contact en een gelijke warmteverdeling te zorgen wordt het aanbevolen om alleen pannen en toebehoren met dikke vlakke bodems te gebruiken. De pannen moeten ook goedsluitende deksels hebben voor een goed resultaat. OPMERKING: Het koken op de kookplaat gaat sneller als de gasbrander hoog staat. U kunt dus de temperatuur van de kookplaat verhogen dor de instelling op de thermostaatknop D (zie afb. 1) te verhogen. (De kookplaat wordt sneller heet dan de oven). Houd de isolatiedeksels van de kookplaat dicht als u de kookplaat niet gebruikt om de warmte te bewaren. Als de programmeerfunctie niet gebruikt wordt draai dan s ochtends de thermostaatknop D naar instelling nummer 9 om de temperatuur van de kookplaat te verhogen en de kooktijd voor water te minimaliseren. Daarna kunt u hem naar wens instellen. DE OVENS Beide ovens zijn van gietijzer en worden indirect verwarmd. Hoofdoven Deze oven wordt thermostatisch bediend door de thermostaatknop D (zie. afb 1). Als de oven de gewenste temperatuur heeft bereikt wordt deze gehandhaafd door de thermostaat. Als richtlijn staat er bij de volgende genummerde instellingen de gemiddelde oventemperaturen, en een indicatie van de verwarmingstijd. De temperatuur van de thermometer op de ovendeur is de gemiddelde temperatuur in het midden van de oven. OPMERKING: In verband met de verschillende gebruikseisen voor het fornuis kan de thermostaattemperatuur bij de thermostaatknop alleen als richtlijn gegeven worden. INSTELLING GEMIDDELDE TEMPERATUUR HOOFDOVEN LAAG GEMIDDELDE VERWARMINGS- DUUR VANAF LAAG NIET ACTIEF C 18 MINUTEN C 30 MINUTEN C 40 MINUTEN C 53 MINUTEN C 60 MINUTEN Als de ovens overdag en s nachts niet nodig zijn, zet ze dan op LAAG (niet actief), voor de laagste verwarmingsstand. OPMERKING: Als de hoofdoven op LAAG staat, kunt u wel schuimgebak en stoofpotten maken. Onderoven De temperatuur van de gietijzeren onderoven is afhankelijk van de temperatuur van de hoofdoven. Als richtlijn is de onderoven ongeveer half zo warm als de hoofdoven. Dit betekent dat bij gebruikt kan worden om in te koken als de hoofdoven hoog staat, d.w.z.. boven de 200 C, voor uw schuimgebak, braadschotels, puddingen, enz. GAS UIT ONTSTEKIN G BRANDER AAN INDRUKKEN EN DRAAIEN POSITIES VOOR GASBEDIENINGSKNOP B 3

4 De beste resultaten worden verkregen als het eten eerst opgewarmd wordt (ofwel op de kookplaat of in de hoofdoven), waarna het in de onderoven wordt gezet (met uitzondering van het schuimgebak). Hieronder vindt u een aantal mogelijkheden voor de onderoven. Voor deze tijden moet de thermostaatknop D (zie afb. 1) boven instelling 6 staan: Braadschotels:- Breng aan de kook, plaats onderin de onderoven gedurende ongeveer 2 1 /2 tot 3 uur. Rijstebrij:- Breng aan de kook, plaats in midden van onderoven gedurende ongeveer 2 tot 3 uur. Citroenschuimtaart:- Om het schuim te bakken plaatst u de gemaakte taart in de onderoven gedurende ongeveer 1 3 /4 uur. Schuimgebak:- Plaats op bakpapier op de dichte bakplaat in het midden van de onderoven, gedurende 1 1 /2 tot 2 uur. Als de hoofdoven minder warm is, kan de onderoven gebruikt worden voor het verwarmen van borden en andere schotels en om eten warm te houden. PROGRAMMEERFUNCTIE (OPTIONEEL) Deze beschikbare optie geeft u drie individuele tijdsinstellingen en een handbedieningsstand. Hij kan gebruikt worden voor het volgende: 1. Het ochtendprogramma van tevoren instellen om fornuis op gewenste temperatuur te hebben zodat deze direct na het opstaan te gebruiken is. 2. Middag- of avondinstelling rond de tijden dat u kookt. 3. Derde programmainstelling indien gewenst. Zie de aparte handleiding voor de programmeerfunctie voor het instellen van de programmeerfunctie. De programmeerfunctie kan zo ingesteld worden dat hij de gewenste kooktemperatuur geeft wanneer u die wilt, zonder dat u op het voorverwarmen hoeft te wachten. Bijvoorbeeld als u om 7.30 uur ontbijt wilt maken, kan de programmeerfunctie zo ingesteld worden dat hij voor die tijd de juiste warmte bereikt heeft. Dus als het 60 minuten duurt om de gewenste temperatuur te bereiken zet u de avond ervoor de programmeerfunctie op 6.30 uur en de thermostaatknop D (zie afb. 1) op de gewenste instelling. De programmeerfunctie schakelt om 6.30 aan en het fornuis begint op te warmen. De tijd uit moet ingesteld worden om voldoende tijd voor het koken over te houden De aanbevelingen voor het beste gebruik van de apparaten zijn slechts richtlijnen en door het gebruik zal duidelijk worden welke instellingen het beste bij uw behoeften passen. 4 ONDERHOUD Het is belangrijk om het apparaat elk jaar een onderhoudsbeurt te laten geven door een deskundige onderhoudsmonteur. WAARSCHUWING: ALS U HET VERMOEDEN HEEFT VAN EEN GASLEK OF STORING DAN DIENT U HET APPARAAT UIT TE ZETTEN EN UW PLAATSELIJKE INSTALLATEUR TE RAADPLEGEN. Rayburns zijn zo ontworpen dat ze voortdurend kunnen branden. Als u het apparaat enige tijd uitlaat, laat dan de deuren op een kier staan voor de luchtcirculatie. REINIGEN LET OP: PAS OP HETE ONDERDELEN. Om het glas le oppervlak glanzend en schoon te houden moet u het dagelijks afnemen met een vochtige doek, waarna u het poetst met een schone, droge stofdoek. Als u melk, vruchtensap of andere zuurhoudende artikelen op de bovenplaat of langs het fornuis morst, dan dient u dit onmiddelijk af te nemen omdat anders het glas le permanente verkleuring kan oplopen. Houd altijd een vochtige doek bij de hand, om tijdens het koken al het gemorste direct op te kunnen vegen, zodat het niet hard wordt en daardoor moeilijker te verwijderen is. Als gemorst eten aanbakt dan kunt u dat met een sopje schoonmaken. Voor hardnekkige vlekken kunt u voorzichtig een spons met zeep gebruiken. In de hoofdoven verkolen gemorst eten en vetspetters bij hoge temperaturen; zo af en toe moet u het met een stugge borstel weghalen. De ovendeur kan worden verwijderd om te reinigen. NIET in water dompelen. De roosters kunnen wel geweekt en met een sopje gereinigd worden. De onderoven kan afgenomen worden met een vochtige doek. Beide isolatiedeksels dienen geopend te worden en afgekoeld te zijn voordat u ze reinigt met een vochtige doek. Gebruik een staalborstel om de gietijzeren kookplaat mee te reinigen. Over het algemeen geldt dat u het fornuis het beste kunt reinigen als de Rayburn afgekoeld is. GEBRUIK GEEN OVENREINIGINGSMIDDELEN MET CITROENZUUR VOOR DE GEËMAILLEERDE OPPERVLAKKEN. OPMERKING: ROOK-/GEURUITSTOOT TIJDENS EERSTE GEBRUIK Sommige onderdelen van het fornuis zijn bedekt met een laagje beschermende olie. Tijdens het eerste gebruik kan er hierdoor rook of geur ontstaan. Dit ligt niet aan uw apparaat. U kunt daarom het beste ramen en deuren openhouden voor de ventilatie. Til de deksels op om de voering niet te laten verkleuren.

5 KOOKTIPS Verdere accessoires (extra vleesblikken, roosters, dichte bakplaten) zijn verkrijgbaar bij uw leverancier. De oven wordt indirect verwarmd van buiten door hete gassen vanuit de hittebron, zodat er geen vlammen of hittebronnen in de oven zijn. U kunt derhalve volledig gebruik maken van de gehele ruimte in de oven. De hoofdoven is bovenin iets warmer dan onderin. Staat de oven op een lage, niet-actieve stand dan kan deze worden gebruikt voor langdurig stomen, bijvoorbeeld voor braadschotels, bouillon, soep, ratatouille, rijstgerechten, schuimgebak, crème caramels, rijstebrij, enz., gerechten die een lage warmte nodig hebben. De oven wordt geventileerd via het rookkanaal zodat etensgeuren naar buiten verdwijnen. U kunt de onderoven ook gebruiken voor het stoven als de hoofdoven op een hogere temperatuur gebruikt wordt. Een van de vele voordelen van een gietijzeren hoofdoven is dat de bodem van de oven heter is dan die van een conventionele oven. U hoeft deeg niet voor te bakken, u zet gewoon de deegvorm op de bodem om droog deeg te krijgen. Als de oven heet is kan de bodem gebruikt worden om te braden (een gietijzeren pan wordt dan wel aangeraden) met als bijkomend voordeel dat de vetspetters verkolen zodat u maar weinig hoeft te reinigen en de braadgeuren door het rookkanaal verdwijnen. Voor een perfect resultaat moet u het eten af en toe keren tijdens het koken. Bovenin de hete oven kunt u grillen. Plaats het grillrooster in het vleesblik, leg het eten erop en plaats het geheel bovenin de hoofdoven. De thermometer op de hoofdoven is een richtlijn voor de oventemperatuur. Denk erom dat de temperatuur lijkt te dalen als u de deur opent. Wacht een paar minuten en u kunt de temperatuur weer aflezen. Bij een gietijzeren oven verliest u niet zo snel hitte als bij een metalen oven, dus u kunt even naar uw taart kijken zonder dat die meteen inzakt. Zoals u al gemerkt zult hebben het meegeleverde vleesblik precies in de oven, en kan het in de geleidegootjes hangen, zodat u de roosters voor andere gerechten kunt gebruiken. De roosters zijn zo ontworpen dat ze niet scheef kunnen hangen. U dient ze met het opstaande randje achter en naar boven te plaatsen zodat ze bij het naar voren trekken niet uit de oven kunnen vallen. Het dichte rooster kan gebruikt worden als bakplaat of als een warmtedeflector. Als de oven te heet is of het eten in de oven al te bruin wordt kunt u de dichte bakplaat boven het eten schuiven. Wil dit zin hebben dan moet u wel de bakplaat buiten de oven bewaren zodat hij koud is als u hem gaat gebruiken. OPMERKING: HET WORDT NIET AANGERADEN OM ERG NATTE DOEKEN OP DE HANDRAIL TE HANGEN AANGEZIEN HIERDOOR HAARSCHEURTJES IN HET LE VORMEN. 5

6 6

7 7

8 Voor meer advies of informatie kunt u contact opnemen met uw plaatselijke distributeur/leverancier Wegens het beleid van AGA van continue productverbetering behoudt het bedrijf zich het recht om op elk moment specificaties te veranderen en aanpassingen te maken aan de beschreven en geïllustreerde apparaten. Gefabriceerd door AGA Station Road Ketley Telford Shropshire TF1 5AQ Engeland