VAN ZIEKMELDING TOT WAO. Onderzoek onder werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "VAN ZIEKMELDING TOT WAO. Onderzoek onder werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden"

Transcriptie

1 VAN ZIEKMELDING TOT WAO Onderzoek onder werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden 15 november 2002 ir Carla G.L. van Deursen (AStri) drs Cathelijne L. van der Burg (AStri) met medewerking van: drs. Gerda J.M. Jehoel-Gijsbers (Bureau Jehoel Gijsbers) AStri Stationsweg AV Leiden Tel.: Fax:

2

3 SAMENVATTING De achtergronden en de vraagstelling In opdracht van UWV heeft AStri een onderzoek uitgevoerd onder werknemers die in 2000 voor de poort van de WAO stonden, de zogenoemde 12-maandszieken. Het onderzoek gaat over de oorzaken van hun arbeidsongeschiktheid, hun gezondheid, het oude werk, de WAO-beoordeling, de arbeidscapaciteit, de ontvangen begeleiding bij terugkeer naar werk, de eigen activiteiten ter verkrijging van werk en de werkhervatting. De informatie is via drie verschillende enquêtes verkregen: een schriftelijke enquête onder maandszieken, een telefonische enquête onder van hen en diepte-interviews met maandszieken die een WAO ontvangen. Deze enquêtes zijn 18 tot 21 maanden na de ziekmelding gevoerd. De uitkomsten van het onderzoek zijn vastgelegd in drie themarapporten, waarvan voorliggend rapport er één is 1. In dit rapport staat het eerste ziektejaar en vermijdbaarheid van WAO-toetrede centraal. De vraagstelling is als volgt: Welke rol spelen werknemer zelf, de werkgever, de arbodienst, de curatieve gezondheidszorg, UWV en de naaste omgeving in het eerste ziektejaar, en in hoeverre was WAO-toetrede te voorkómen geweest? In het rapport wordt veel relevante cijfermatige informatie gepresenteerd over de achtergronden van ziekmelding en gezondheidsklachten en over de actoren en factoren die een rol speelde in het eerste ziektejaar. Deze cijfers zijn grotendeels gebaseerd op de schriftelijke enquête en voor een klein deel op de telefonische enquête. In deze samenvatting staan vooral de uitkomsten van de 26 diepte-interviews centraal. Deze personen zijn geselecteerd op de aanwezigheid van kenmerken, waarvan we veronderstelden dat deze tot onnodige WAO-instroom zouden kunnen leiden. Het betreft de volgende kenmerken: te maken hebben met lange wachttijden in gezondheidszorg, problemen op het werk of in de privé-situatie als medeaanleiding voor de ziekmelding, late bewustwording van mogelijke WAO-instroom en (te) weinig reïntegratie-inspanningen van bedrijfsarts of werkgever. Bij een substantieel deel van de WAO-ers in het onderzoek waren één of meer van deze kenmerken aanwezig. Achtereenvolgens worden de rollen van de verschillende actoren beschreven, en wordt ingegaan op de vraag of WAO-toetrede te voorkómen was geweest. 1 De andere twee rapporten zijn: Jehoel-Gijsbers, G.J.M. & C.G.L. van Deursen (2002). Reïntegratie bij arbeidsongeschiktheid. Onderzoek naar werkhervatting, arbeidscapaciteit en reïntegratiehulp bij werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden. Uitvoering Werknemersverzekeringen, Amsterdam. Molenaar-Cox, P.G.M & C.G.L. van Deursen (2002). Aan de poort van de WAO in 2001: achtergronden en trends. Uitvoering Werknemersverzekeringen, Amsterdam. C:\Documents and Settings\pdjong\Local Settings\Temporary Internet Files\OLK2F\sv8089Ziekmelding tot WAO def V1.doc

4 ii De rol van de werknemer zelf Uit de diepte-interviews kwamen drie groepen WAO-ers naar voren, die verschillen in de manier van omgaan met hun gezondheidsproblemen en met werkhervatting: 1. een groep die ondanks de gezondheidsbeperkingen een sterke drang tot werkhervatting heeft; 2. een groep die primair in beslag wordt genomen door hun gezondheidsproblemen en waarvoor werkhervatting secundair is; 3. de groep psychisch zieken. De eerste groep heeft weinig stimulans van buitenaf nodig om, zodra dat enigszins mogelijk is, het werk te hervatten. Belangrijk is dat zij niet onnodig worden tegengewerkt in hun eigen initiatieven. De tweede en vooral de derde groep kan, zonder dat ze zich hiervan zelf bewust zijn, baat hebben bij het houden van contact met het werk en waar mogelijk reïntegratie. Stimulering hiervan zal bij hen echter van buitenaf moeten komen. De werkgever, de bedrijfsarts en de curatieve sector lijken hiervoor de meest aangewezen actoren. Rol van de curatieve sector Van de 12-maandszieken had 40 procent te maken met wachttijden voor behandeling. In totaal 16 procent is van mening dat ze waarschijnlijk of misschien eerder aan het werk hadden gekund, als ze eerder geholpen waren. Uit de diepte-interviews ontstaat het beeld dat, los van de wachtlijstproblematiek, veel 12-maandszieken niet of pas in een laat stadium de juiste behandeling krijgen. Hierdoor worden herstel en werkhervatting vertraagd, of verergeren de klachten onnodig. Vooral psychische problematiek wordt nogal eens laat erkend, wanneer deze gepaard gaat met lichamelijke aandoeningen. Bij de geïnterviewden bleek opvallend vaak sprake van zeldzame of betrekkelijk nieuwe ziekten. Vooral in die gevallen duurde het stellen van een diagnose en het starten van de meest effectieve behandeling lang. Het feit dat werkhervatting een positieve bijdrage kan leveren aan herstel, wordt door behandelaars niet altijd onderkend. Men brengt werkhervatting vaak geheel niet ter sprake, of men geeft aan er werkhervatting nog lang niet aan de orde is.

5 iii Rol van de werkgever Een deel van de werkgevers laat volgens de 12-maandszieken mogelijkheden liggen om WAO-instroom te voorkómen of benut deze onvoldoende. Zo is 14 procent van de 12-maandszieken van mening dat de werkgever te weinig mogelijkheden heeft geboden om te werken met de klachten. Uit de diepte-interviews ontstaat het beeld dat niet alle werkgevers voldoende gemotiveerd of toegerust zijn met voldoende sociale en emotionele vaardigheden, om de hiervoor benodigde inspanningen te plegen. In dat geval ontstaan conflicten of worden conflicten niet opgelost, worden werkaanpassingen niet (goed) gerealiseerd, worden weerstanden van collega's tegen het aangepaste werk niet uit de weg geruimd en is de kwaliteit van de contacten met de werknemer onvoldoende. Rol van de bedrijfsarts Een kwart van de 12-maandszieken is van mening dat de bedrijfsarts hen te weinig begeleiding bij terugkeer naar werk heeft geboden. Zaken waarvoor de bedrijfsarts waardering van de zieke werknemer krijgt zijn: actief meedenken over en motiveren tot werkhervatting, zonodig afremmen als men te snel aan het werk wil, betrokkenheid tonen en adviezen geven over de behandeling van de gezondheidsklachten. Bedrijfsartsen die geen initiatieven nemen of als negatief ervaren druk uitoefenen tot werkhervatting, kunnen op weinig waardering van de 12-maandszieken rekenen. De rol van sociale omgeving en UWV De naaste familie handelt vooral in het belang van de gezondheid van de langdurige zieke en daarnaast ook in eigen belang. Deze belangen lopen soms wel, en soms niet parallel met werkhervatting. Beïnvloeding van hun houding, valt echter niet binnen de invloedsfeer van werkgever, arbodienst of UWV. De arbeidsdeskundige en de (keurend) verzekeringsarts spelen pas laat in het ziektejaar een rol. De mogelijkheden om WAO-instroom te voorkómen door het bevorderen van werkhervatting zijn in die fase zeer gering. Aangrijpingspunten voor volumebeperking WAO Uit de diepte-interviews met 26 WAO-ers komt naar voren dat er in veel gevallen in het eerste ziektejaar kansen zijn blijven liggen om de WAO-er direct (door goede werkaanpassingen) of indirect (door de gezondheid te verbeteren) weer aan het werk te helpen. De belangrijkste rollen bij het verder voorkómen van WAO-instroom of het beperken van de omvang van de uitkering lijken te zijn weggelegd voor de werkgever, de bedrijfsarts en de curatieve sector. Wanneer de werkgever en bedrijfsarts hun rollen zouden vervullen volgens de meest actuele inzichten op het terrein van interventie en reïntegratie bij ziekteverzuim 2, zouden de door veel Hierbij kan onder andere gedacht worden aan de Stecr-werkwijzers voor arbeidsconflicten, problematisch

6 iv maandszieken ondernomen werkhervattingspogingen mogelijk succesvoller zijn geweest. Wat de curatieve sector betreft zou een betere stroomlijning van het zorgcircuit en erkenning van het belang van het werken tijdens ziekte, een bijdrage kunnen leven aan vermindering van WAO-instroom of beperking van de omvang ervan. Vormen ziekteverzuim en WAO een fuik? De commissie Donner veronderstelt in haar advies 3 dat de combinatie van ziekteverzuim en WAO als een fuik werkt, in de zin dat tijdelijke ziekte en moeilijkheden bij de arbeid vaak onnodig tot langdurig verzuim en tot instroom in de WAO leiden. Dit beeld kan slechts deels bevestigd worden uit de diepte-interviews. Bij de meeste respondenten was vanaf het begin van de ziekmelding sprake van serieuze gezondheidsproblemen, waarmee men ook al (te) lang rondliep. In een deel van de gevallen zijn de gezondheidsproblemen door het werk of de privé-omstandigheden veroorzaakt, maar er is dan vaak sprake van langdurige overbelasting en niet van 'tijdelijke moeilijkheden'. De fuik is vooral gelegen in het feit dat niet alle betrokken actoren in staat zijn om op een positieve manier het onderste uit de kan te halen om het verlies aan arbeid en arbeidscapaciteit zoveel mogelijk te beperken. Hierbij kwamen we drie soorten situaties tegen: 1. één of meerdere relevante actoren is weliswaar op werkhervatting gericht, maar geeft hier niet de goede invulling aan (geen of inadequate werkaanpassingen); 2. één of meerdere relevante actoren is uitsluitend op gezondheidsherstel of beperking gezondheidsverlies gericht, en heeft daarbij geen aandacht voor werkhervatting (werkhervatting niet aan de orde stellen, of verbieden ); 3. één of meerdere relevante actoren is op gezondheidsherstel of beperking gezondheidsverlies gericht, maar de invulling ervan is niet adequaat (wachttijden, inadequate verwijzingen, gebrek aan financiering) De eerste situatie komt vooral bij de werkgever voor, de andere twee situaties vooral binnen de gezondheidszorg. De bedrijfsarts zit hier een beetje tussenin, maar is niet altijd in staat om voldoende tegenwicht te bieden. Dit verschil in benadering van de situatie vraagt om goede onderlinge afstemming om de zieke een eenduidige richting op te stuwen, namelijk een optimale benutting van resterende arbeidscapaciteit. Communicatie en afstemming tussen de betreffende actoren (werkgever, bedrijfsarts, behandelaar en zieke werknemer zelf) vindt nu echter in lang niet alle gevallen plaats. verzuim, RSI en lage rugklachten, diverse bestaande richtlijnen en protocollen gericht op werkgever, bedrijfsarts en curatieve sector (gebundeld via en de leidraad 'Aanpak verzuim om psychische redenen' van de Commissie Psychische Arbeidsongeschiktheid. 3 Werk maken van arbeidsgeschiktheid. Advies van de adviescommissie arbeidsgeschiktheid. Den Haag: APE, 2001.

7 v

8 INHOUDSOPGAVE Samenvatting i 1 Inleiding 3 2 Uitwerking vraagstelling Vermijdbaarheid van WAO-instroom Formele procedures in het eerste ziektejaar Uitwerking van het begrip vermijdbaarheid Analyse 12 3 De langdurig zieke zelf De periode vóór de ziekmelding De klachten bij ziekmelding De achterliggende oorzaken van de klachten De besluitvorming tot ziekmelding De diagnose gesteld door verzekeringsarts van UWV De gezondheid zoals gemeten met standaardvragen Veranderingen in gezondheid Het tijdstip van besef van mogelijke WAO-intrede De eigen invloed op de WAO-status Controle over het proces van ziekmelding tot WAO Kunnen langdurig zieken zelf WAO-instroom voorkómen? 33 4 De rol van de curatieve sector Behandeling van de gezondheidsproblemen Aandacht voor werkhervatting bij behandelaars Wachttijden Andere oorzaken vanuit curatieve sector van WAO-intrede Kan de curatieve sector WAO-instroom voorkómen? 44 5 De rol van de werkgever en collega s Rol van het werk bij ontstane klachten en ziekmelding Arbeidsconflicten Arbeidsomstandigheden Gemiste preventiemogelijkheden Geboden kansen om aan het werk te blijven Werkhervatting in het eerste ziektejaar Gemiste kansen op werkhervatting Invloed verzuimbegeleiding op WAO-intrede Kan de werkgever WAO-instroom voorkómen? 65 C:\Documents and Settings\pdjong\Local Settings\Temporary Internet Files\OLK2F\sv8089Ziekmelding tot WAO def V1.doc

9 2 6 De rol van de arbodienst Verzuimbegeleiding door arbodienst en UWV Aantal en tijdstip van contacten Reïntegratie-inspanningen van de begeleidende arts Tevredenheid werknemer over de verzuimbegeleiding Invloed verzuimbegeleiding op WAO-intrede Kan de arbodienst WAO-instroom voorkómen? 80 7 De rol van de uitvoeringsinstelling Contacten met verzekeringsarts en arbeidsdeskundige De tijdigheid van de WAO-beoordeling en afhandeling Tevredenheid over de WAO-beoordeling Houding ten opzichte van de WAO-beoordeling Ervaren begeleiding rond de WAO-beoordeling De invloed van UWV op WAO-instroom 93 8 De rol van de sociale omgeving Invloed sociale omgeving op ontstane klachten en ziekmelding Invloed sociale omgeving op werkhervatting en WAO-intrede De invloed van de sociale omgeving op WAO-instroom Was de WAO te voorkómen geweest? Inleiding Drie typen WAO-ers De (on)mogelijkheden van de afzonderlijke actoren De vermijdbaarheid van WAO-instroom Literatuur 113 Bijlage 1. Korte omschrijving van de onderzoeksmethode 115

10 3 1 INLEIDING In 2000 stonden in Nederland een kleine werknemers voor de poort van de WAO 4. Dit betekent dat zij 12 maanden geheel of gedeeltelijk verzuimden wegens arbeidsongeschiktheid voor hun eigen werk. Om te beoordelen of zij voor een WAO-uitkering in aanmerking kwamen hebben zij een WAO-beoordeling ondergaan. Zo n 73 procent van hen heeft vervolgens een volledige of gedeeltelijke WAO-uitkering gekregen, de overige 27 procent kwam hiervoor niet in aanmerking. Zij worden verondersteld nog werk te kunnen verrichten, waarmee een inkomen kan worden verworven dat niet of maar in geringe mate onderdoet voor het inkomen van vóór de ziekmelding. Sinds 1985 wordt elke 2 tot 4 jaar een representatief deel van deze zogenoemde 12-maandszieken gevraagd om deel te nemen aan groot onderzoek naar langdurige arbeidsongeschiktheid. Deze onderzoeken vinden plaats binnen het project Epidemiologie van de arbeidsongeschiktheid. Doel van dit project is informatie over langdurig zieken te krijgen, die niet via de reguliere statistieken beschikbaar is. De algemene doelstelling van het epidemiologieproject is als volgt. Het systematisch beschrijven van een representatieve groep 12- maandszieken op demografische en sociaal-economische kenmerken, op kenmerken van het oude werk en de oude werkgever, op diverse aspecten van de gezondheid, WAO-claimbeoordeling en begeleiding, bemiddeling en reïntegratie. Bij deze beschrijving moet vergelijking van deze gegevens met vorige jaargangen en volgende jaargangen mogelijk zijn. De specifieke onderzoeksvraagstellingen variëren per meting, omdat deze worden bepaald door de op dat moment bestaande informatiebehoefte. Het huidige onderzoek betreft de 12-maandszieken van augustus De uitkomsten van dit onderzoek zijn in drie themarapporten beschreven, aangevuld met een rapport met de methodologische verantwoording. De thema s van de drie inhoudelijke rapporten zijn: 1. achtergrondkenmerken 2001 en ontwikkelingen in de tijd; 2. reïntegratie; 3. de vermijdbaarheid van de WAO-toestreding. Achtergrondkenmerken en ontwikkelingen in de tijd In het eerste rapport, getiteld Aan de poort van de WAO in 2001: achtergronden en 4 Bewerking cijfers tabel 4.2 uit Trendrapport arbeids(on)geschiktheid 2001, Amsterdam: Lisv, 2001.

11 4 trends, wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste kenmerken van het cohort en wordt dit cohort met eerdere jaren vergeleken. Onderwerpen die aan de orde komen zijn demografische en sociaal-economische kenmerken, de kenmerken van het oude werk en de oude werkgever, van het nieuwe werk en de nieuwe werkgever, de gezondheid, de WAO-claimbeoordeling en de reïntegratie in Speciale thema s in dit rapport zijn de mate van arbeidsongeschiktheid en de verschillen tussen psychisch zieken, degenen met aandoeningen aan het bewegingsapparaat en degenen met overige diagnoses (Molenaar-Cox en Van Deursen, 2002). Reïntegratie In het tweede rapport, getiteld Reïntegratie bij arbeidsongeschiktheid: onderzoek naar werkhervatting, arbeidscapaciteit en reintegratiehulp bij werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden, staat de reïntegratie van de WAO-ers centraal. Hierin worden ingegaan op de vraag in welke mate zij het werk hervatten en hoe stabiel de werkhervatting is. Ook wordt ingegaan op zaken als de arbeidscapaciteit, de rol van UWV en reïntegratiebedrijven in de begeleiding naar werk en de activiteiten die de 12-maandszieken zelf ondernemen. Het gaat in dit rapport vooral om de periode na de WAO-beoordeling (Jehoel-Gijsbers en Van Deursen, 2002). De vermijdbaarheid van de WAO Voorliggend rapport gaat over de periode voorafgaand aan de WAO-toetrede. Er wordt een aantal factoren en actoren beschreven die in het eerste ziektejaar een belangrijke rol kunnen spelen in de reïntegratie, de gezondheid en de houding van de 12-maandszieke ten aanzien van werkhervatting. Het gaat hierbij vooral om de 12-maandszieke zelf en de rol die zijn werkgever, de curatieve gezondheidszorg, de sociale omgeving, de arbodienst en UWV spelen. Daarbij wordt ingegaan op de vraag in hoeverre de WAO-toetrede vermijdbaar was geweest als genoemde actoren anders gehandeld hadden. De hoofdvraag die in dit rapport wordt beantwoord is als volgt: Welke rol spelen werknemer zelf, de werkgever, de arbodienst, de curatieve gezondheidszorg, UWV en de naaste omgeving in het eerste ziektejaar, en in hoeverre was WAO-instroom te voorkómen geweest? Indeling rapport In hoofdstuk 2 wordt de achtergrond en de werkwijze verder uitgewerkt. In de hoofdstukken 3 t/m 8 worden de resultaten beschreven. Achtereenvolgens staan de volgende actoren en factoren centraal: de 12-maandszieken zelf (hoofdstuk 3), de curatieve gezondheidszorg (hoofdstuk 4), de werkgever en collega s (hoofdstuk 5), de

12 arbodienst (hoofdstuk 6), UWV (hoofdstuk 7) en de sociale omgeving (hoofdstuk 8). In hoofdstuk 9 worden de uitkomsten uit de verschillende hoofdstukken geïntegreerd, en wordt een antwoord gegeven op de vraag of en hoe voorkómen had kunnen worden dat deze 12-maandszieken in de WAO terechtkwamen. 5

13

14 7 2 UITWERKING VRAAGSTELLING 2.1 Vermijdbaarheid van WAO-instroom In juni 2000 is door de overheid de Adviescommissie Arbeidsgeschiktheid ingesteld, ook wel de commissie Donner genoemd. Deze commissie kreeg als taak om de problematiek van de volumeontwikkeling van het beroep op de WAO door te lichten en aanbevelingen te doen voor vermindering van de WAO-instroom. In mei 2001 is als resultaat het rapport Werk maken van arbeidsgeschiktheid verschenen 5. In de visie van de commissie Donner werkt de WAO voor veel langdurig zieke werknemers als een fuik: Instroom in de WAO is in veel gevallen een zich uit onmacht laten meestromen in de dynamiek van verzuim en verzuimbegeleiding (pagina 43) en De combinatie van ziekteverzuim en WAO werkt als fuik, in de zin dat tijdelijke ziekte en moeilijkheden bij de arbeid vaak onnodig tot langdurig verzuim en tot instroom in de WAO leiden (pagina 49). De fuikwerking van het eerste ziektejaar veronderstelt dat het voor zieke werknemers gemakkelijker wordt gemaakt om ziek te blijven, dan om weer aan het werk te gaan. En hoe langer men ziek is, hoe moeilijker het wordt om te ontsnappen uit de fuik. In de analyse van de commissie Donner wordt gesteld dat de zieke werknemer actief weerstand zal moeten bieden ( tegen de stroom in moeten zwemmen ) om de gang naar de WAO te stoppen. Uiteraard zijn er ook zieke werknemers die het einde van het eerste ziektejaar bereiken, omdat hun gezondheid zo slecht is dat zij absoluut niet aan het werk kunnen: de onomkeerbare gevallen. Het zou hier om een beperkte groep moeten gaan. Volgens de commissie Donner is er bij iedereen, behalve bij de groep die echt niets meer kan, sprake van fuikwerking. Deze visie vindt zijn grondslag in analyse van onderzoeksrapporten en ervaring van personen die betrokken zijn in het ziekteverzuim en WAO-traject, zoals bedrijfsartsen, verzekeringsartsen, curatieve artsen, onderzoekers, vertegenwoordigers van werkgever en werknemers. In het huidige epidemiologieonderzoek is uitgebreider dan in eerdere onderzoeken aandacht besteed aan het eerste ziektejaar. In de eerdere jaren werd uitsluitend informatie verzameld via vragenlijsten: een breed afgenomen schriftelijke vragenlijst, gevolgd door een telefonische enquête bij een kleinere groep. Om inzicht te krijgen in de vermijdbaarheid van de WAO-toetrede zijn in het huidige epidemiologieonderzoek met 26 WAO-ers tevens diepte-interviews gehouden. De schriftelijke enquête is afgenomen bij maandszieken en de telefonische enquete bij van hen (zie ook bijlage 1 en Molenaar-Cox e.a., 2002). 5 Werk maken van arbeidsgeschiktheid. Advies van de adviescommissie arbeidsgeschiktheid. Den Haag: APE, 2001.

15 8 2.2 Formele procedures in het eerste ziektejaar Loondoorbetalingplicht in eerste ziektejaar Het eerste jaar waarin een werknemer langdurig ziek is en niet (volledig) kan werken, bestaat er recht op doorbetaling van het loon: de werkgever is wettelijk verplicht de werknemer gedurende het hele eerste ziektejaar ten minste 70 procent van het loon door te betalen. In de praktijk betalen de meeste werkgevers de volle 100 procent uit. De loondoorbetalingplicht geldt niet voor de zogenaamde vangnetgevallen, zij hebben bij ziekte recht op een uitkering volgens de Ziektewet. Onder het vangnet vallen uitzendkrachten, ex-wao-ers en WW-ers. Ook zieke werknemers van wie het tijdelijke contract afloopt, vallen vanaf dat moment onder het vangnet. Voor de 12-maandszieken van augustus 2001 gold nog dat een eventueel zwangerschaps- en bevallingsverlof en aan zwangerschap en bevalling gerelateerd verzuim onder het vangnet viel. Sinds 1 december 2001 valt het zwangerschaps- en bevallingsverlof niet langer onder de Ziektewet, maar onder de Wet arbeid en zorg. Verzuimbegeleiding door arbodienst of UWV in eerste ziektejaar Werkgevers zijn verplicht zich aan te sluiten bij een gecertificeerde arbodienst, onder meer voor de begeleiding van verzuimende werknemers. Dit wil echter niet zeggen dat ook alle werknemers onder de zorg van een arbodienst vallen. Werknemers die gedurende het eerste ziektejaar onder de Ziektewet (het vangnet) vallen, worden tijdens hun ziekte begeleid door een verzekeringsarts van UWV. Voorlopig en volledig reïntegratieplan bij drie en acht maanden Tot 1 april 2002 (invoering Nieuwe Wet Poortwachter) was de werkgever wettelijk verplicht om bij 13 weken ziekteverzuim een reïntegratieplan in te dienen bij UWV. Wanneer verwacht werd dat de zieke werknemer voor de achtste ziektemaand weer volledig aan het werk zou zijn, kon dit een voorlopig reïntegratieplan zijn, in de overige gevallen een volledig reïntegratieplan. Uiterlijk bij acht maanden verzuim diende het volledige reïntegratieplan bij UWV ingediend te zijn. Toetsing WAO-recht vóór en eventuele uitkering na afloop eerste ziektejaar Na één jaar van geheel of gedeeltelijk ziekteverzuim (de wachttijd voor de WAO) kan recht ontstaan op een gedeeltelijke of volledige WAO-uitkering. De aanvraag voor een WAO-uitkering dient te worden ingediend uiterlijk drie maanden voor het einde van het eerste ziektejaar. Op deze aanvraag volgt de beoordeling of recht bestaat op een (gedeeltelijke) WAO-uitkering. De WAO-beoordeling wordt in eerste instantie uitgevoerd door een verzekeringsarts. In een groot deel van de gevallen volgt daarna de beoordeling door een arbeidsdeskundige. Indien de verzekeringsarts concludeert dat de gezondheid van de betrokkene zo slecht is dat deze per-

16 9 soon in het geheel niet meer kan werken (geen duurzaam benutbare mogelijkheden heeft) of zo goed is dat de persoon hersteld wordt verklaard, hoeft de cliënt niet doorgestuurd te worden naar een arbeidsdeskundige. In het eerste geval betekent dit dan toekenning van een volledige WAO-uitkering, in het tweede geval afwijzing van de WAO-uitkering. Indien de arts vaststelt dat iemand nog belastbaar is, dan wordt deze persoon wel doorgestuurd naar de arbeidsdeskundige. Deze bepaalt in welke mate deze persoon, uitgaande van de door de arts vastgestelde belastbaarheid, nog resterende verdiencapaciteit heeft. Op basis van deze analyse stelt de arbeidsdeskundige vast in welke mate deze persoon arbeidsongeschikt is. Dit kan variëren van niet arbeidsongeschikt (geen of gering verlies van verdiencapaciteit) tot volledig arbeidsongeschikt (verdiencapaciteit minder dan procent van oude inkomen). Na de WAO-beoordeling volgt de uitslag. UWV dient in principe binnen 13 weken te laten weten aan de zieke of hij voor een WAO-uitkering in aanmerking komt. 2.3 Uitwerking van het begrip vermijdbaarheid De 26 WAO-ers waarmee diepte-interviews zijn gehouden, zijn geselecteerd op de aanwezigheid van kenmerken, waarvan we veronderstelden dat deze tot onnodige WAO-instroom zouden kunnen leiden. Op basis van deze kenmerken zijn vier groepen onderscheiden, welke hieronder omschreven worden.. 1. WAO-ers die sinds hun ziekmelding te maken hadden met een wachttijd voor behandeling of opname Wachttijden in de gezondheidszorg vormen een actueel thema. Wachtlijsten in de gezondheidszorg vormen daarmee een algemeen erkende ziekteverzuim verhogende factor. Mede vanwege bestaande wachtlijsten in de op basis van Ziekenfondswet en AWBZ gefinancierde gezondheidszorg, is een extra circuit van zorgverlening specifiek voor werknemers ontstaan. Het gaat daarbij zowel om therapieën voor specifieke werkgerelateerde aandoeningen (zoals RSI- of burnouttraining), als om behandelingen die ook onder de reguliere gezondheidszorg vallen (zoals de bedrijvenpoli s). Dit circuit wordt gefinancierd door werkgevers, ziekteverzuimverzekeraars en/of Rea-subsidies. Het moeten wachten op behandeling of opname is in dit onderzoek uitgelicht, als factor van onnodige WAO-instroom. Vier van de diepteinterviews zijn gehouden met WAO-ers die in de schriftelijke vragenlijst aangaven dat ze langer dan vijf maanden op een wachtlijst hebben gestaan, en van mening waren dat ze waarschijnlijk of misschien eerder aan het werk hadden gekund als ze eerder geholpen waren.

17 10 2. WAO-ers die zich (mede) vanwege privé-problemen of werkproblemen hebben ziek gemeld Mensen kunnen vanwege omstandigheden in de privé-situatie of op het werk gezondheidsproblemen ontwikkelen. Dergelijke problemen kunnen echter vaak worden opgelost of worden verwerkt. Daarmee zullen dan ook de gezondheidsklachten verbeteren. Wanneer de werk- of privé-omstandigheden echter niet adequaat worden aangepakt of verwerkt, zullen ook de gezondheidsklachten blijven bestaan of verergeren. Om hierin meer inzicht te krijgen zijn zeven diepte-interviews gehouden met WAO-ers die in de schriftelijke vragenlijst aangaven dat hun ziekmelding mede veroorzaakt werd door problemen op het werk of in de privé-situatie. 3. WAO-ers die pas na de keuringsoproep beseften dat ze in de WAO terecht zouden komen Vaak wordt gesteld dat de zieke werknemer actief weerstand zal moeten bieden ( tegen de stroom in moeten zwemmen ) om de gang naar de WAO te stoppen (zie ook Werk maken van arbeidsongeschiktheid, 2001). Een voorwaarde voor het bieden van weerstand, is dat het besef dat men in de WAO terecht kan komen, in een vroeg stadium aanwezig moet zijn. In totaal zijn acht diepte-interviews gehouden met WAO-ers die in de schriftelijke vragenlijst aangaven dat ze pas bij of na de keuringsoproep voor het eerst beseften dat ze mogelijk in de WAO terecht zouden komen. 4. WAO-ers die weinig begeleiding ontvingen van werkgever en/of arbodienst Een belangrijk onderdeel van een goed verzuimbeleid in een bedrijf is het houden van contact met zieke werknemers, en scheppen van mogelijkheden voor aangepaste werkzaamheden tijdens de herstelperiode. Dit om de band van de zieke werknemer met het bedrijf sterk te houden, de aanwezige arbeidscapaciteit optimaal te benutten en herstel te bevorderen. Ook adequate verzuimbegeleiding door de arbodienst kan een belangrijke bijdrage aan de reïntegratie in het eerste ziektejaar leveren. Om na te gaan in hoeverre gebrekkige verzuimbegeleiding van invloed is geweest op de WAO-intrede, zijn zeven diepte-interviews gehouden met WAO-ers die aangaven weinig begeleiding ontvangen te hebben van arbodienst en/of werkgever. In tabel 2.1 wordt aangegeven welk deel van de totale groep 12-maandszieken, binnen elk van de vier onderscheiden categorieën valt. Daarbij is ook aangegeven hoe de verdeling is tussen degenen met en zonder WAO-uitkering.

18 11 Tabel 2.1 De mate waarin de vier selectiecriteria voor de diepte-interviews voorkomen bij de totale groep 12-maandszieken en de deelgroep WAOtoetreders (%) niet WAO WAO totaal 1. wachttijd behandeling/opname 5 maanden of langer, die (mogelijk) werkhervatting vertraagd heeft privé- of werkproblemen mede aanleiding ziekmelding besef van mogelijke WAO-intrede pas bij of na keuringsoproep weinig begeleiding door werkgever en/of arbodienst 2 waarvan: - werkgever te weinig mogelijkheden geboden - arbodienst (te) weinig begeleiding geboden 1 n=3.554 (schriftelijke enquête); 2 n=1.201 (telefonische enquête) Wachttijden langer dan vijf maanden, waarbij tevens geldt dat de respondent van mening is dat men waarschijnlijk of misschien eerder aan het werk had gekund als men eerder geholpen was, komen voor bij vijf procent van de 12-maandszieken. Werk- of privé-problemen als medeoorzaak van ziekmelding komt bij 14 procent voor. In bijna alle gevallen geldt daarbij overigens, dat er tevens gezondheidsklachten zijn. Voor maar liefst 42 procent van de 12-maandszieken geldt dat ze pas op het moment van de keuringsoproep beseften dat ze in de WAO zouden kunnen komen. Een kwart van de 12-maandszieken is van mening dat de arbodienst te weinig begeleiding heeft geboden. Dit houdt in dat er sinds de ziekmelding minder dan vier contacten met de bedrijfsarts zijn geweest, en dat men tevens van mening is dat de bedrijfsarts meer had kunnen doen. 14 procent geeft aan dat de werkgever geen aangepast werk heeft aangeboden en niet voldoende heeft gedaan om hen aan het werk te houden. In totaal is ruim eenderde van de 12-maandszieken van mening dat de werkgever of de bedrijfsarts meer had kunnen doen. Weinig verschil tussen degenen met en zonder WAO-uitkering Voor de interviews zijn alleen 12-maandszieken geselecteerd die een WAOuitkering toegekend hebben gekregen. Dit omdat de vermijdbaarheid van WAOtoetrede in dit onderzoek centraal staat. Uit tabel 2.1 blijkt dat de eerste twee selectiecriteria zich bij de niet WAO-ers even vaak voordoen als bij de WAO-ers, en dat het derde en vierde selectiecriterium zich zelfs vaker voordoet bij de niet-wao-ers. In hoofdstuk 9 zal nader ingegaan worden op het de (on)mogelijkheid om heel strikt de vermijdbaarheid van WAO-toetrede te onderzoeken. Respondenten kunnen feitelijk alleen benoemen of ze op het moment van WAO-beoordeling wellicht al aan het werk hadden kunnen zijn, of vollediger hadden kunnen werken. Wanneer het al dan niet werken als criterium wordt genomen, spelen voor niet-wao-ers in principe dezelfde factoren, als voor WAO-ers.

19 Analyse De diepte-interviews met 26 WAO-ers nemen in dit rapport een centrale plaats in. Aan de hand van hun reacties op vragen over de vermijdbaarheid van de WAOinstroom, wordt getracht inzicht te geven in factoren en actoren die hierbij van belang zijn. Het gaat daarbij nadrukkelijk om het gezichtspunt van de cliënt en om onze analyse ervan. De gezichtspunten van bijvoorbeeld de werkgever, de bedrijfsarts, de behandelaars of de keuringsarts zijn hier niet onderzocht. Naast de analyse van de interviews worden in dit rapport ook veel feiten en cijfers vanuit de schriftelijke enquête en voor een klein deel ook uit de telefonische enquête weergegeven.

20 13 3 DE LANGDURIG ZIEKE ZELF In dit hoofdstuk staat de langdurig zieke zelf centraal. Ingegaan wordt op de aanwezigheid van gezondheidsklachten vóór de ziekmelding, de klachten bij de ziekmelding en de oorzaken hiervan, actoren die een rol spelen bij de ziekmelding, het tijdstip van besef van mogelijke WAO-intrede, de diagnose gesteld door de verzekeringsarts, en de gezondheidsbeleving anderhalf jaar na de ziekmelding. Ten slotte wordt mede aan de hand van de diepte-interviews ingegaan op de vraag of door een laat besef van mogelijke WAO-intrede, kansen om uit de WAO te blijven gemist worden en of de 12-maandszieken zelf meer hadden kunnen doen om uit de WAO te blijven. 3.1 De periode vóór de ziekmelding Bij 80 procent bestaan klachten al langere tijd Bij 20 procent van de 12-maandszieken zijn de klachten waarmee men zich ziek heeft gemeld, vrij plotseling ontstaan. Voor deze werknemers is het dus niet of nauwelijks mogelijk geweest om overleg te voeren over de klachten. Bij de overige 80 procent van de 12-maandszieken bestonden de klachten al langere tijd. Zes op de 10 heeft te lang doorgewerkt met klachten Een meerderheid van alle 12-maandszieken (61 procent) vindt dat ze achteraf gezien langer hebben doorgewerkt met de klachten dan eigenlijk goed was. Bij 26 procent was dit niet het geval en 12 procent geeft aan niet te weten of ze te lang doorgewerkt hebben. Te lang doorwerken komt relatief wat vaker voor bij vrouwen, bij de leeftijdgroepen vanaf 40 jaar en bij hoger opgeleiden. In de sector industrie en bouw komt het wat minder vaak dan gemiddeld voor dat men te lang doorwerkt. Een relatief groot contrast op dit punt bestaat tussen de drie hoofddiagnosegroepen, die in dit onderzoek onderscheiden worden. Van degenen met een psychische aandoening vindt 74 procent dat men te lang heeft doorgewerkt, van degenen met klachten aan het bewegingsapparaat is dit 62 procent en van de overige klachten 52 procent. 3.2 De klachten bij ziekmelding De 12-maandszieken is gevraagd wat de klachten waren waarvoor men zich in augustus 2000 ziek meldde. Hierbij kon men acht veel voorkomende klachten of ziektebeelden aankruisen, maar ook de klachten in eigen woorden omschrijven. Om na

21 14 te kunnen gaan hoe vaak het voorkwam dat 12-maandszieken zich uitsluitend wegens privé-problemen of werkproblemen ziek hebben gemeld, zijn tevens de antwoorden wegens problemen op het werk en wegens problemen in de privé-situatie als keuzemogelijkheid gegeven. De antwoorden zijn te vinden in tabel 3.1. Omdat er meerdere antwoorden mogelijk waren, is het totaalpercentage groter dan 100. Tabel 3.1 De klachten waarvoor men zich in augustus 2000 ziek meldde, naar geslacht (%) mannen n=1.590 vrouwen n=1.964 totaal n=3.554 burnout overspannenheid andere psychische klachten klachten rond zwangerschap en bevalling hart- en vaatziekten rugklachten RSI andere klachten ledematen wegens problemen op het werk wegens problemen in de privé-situatie overige klachten totaal psychisch totaal bewegingsapparaat totaal overige gezondheidsklachten totaal problemen werk en/of privé Ziekmelding wegens problemen op werk of thuis Bij 14 procent van de ziekmeldingen spelen problemen op het werk of thuis een rol (tabel 3.1). Problemen in de privé-situatie komen bij vrouwen wat meer voor dan problemen op het werk, bij mannen spelen beide typen problemen even vaak een rol. Het komt echter zelden voor dat men zich uitsluitend vanwege dergelijke problemen ziek meldt, dat wil zeggen, zonder dat er tevens sprake is van lichamelijke klachten. Slechts een half procent van de 12-maandszieken geeft als reden van ziekmelding uitsluitend problemen op het werk en een half procent uitsluitend problemen in de privé-situatie. Aard van de gezondheidsklachten bij de ziekmelding Voor 99 procent van de 12-maandszieken geldt dat zij zich ziek hebben gemeld (mede) vanwege gezondheidsklachten. Slechts 1 procent geeft géén gezondheidsklachten, maar uitsluitend problemen in werk of privé als reden voor ziekmelding op. In totaal noemt 37 procent psychische klachten, 52 procent klachten aan het bewegingsapparaat en 34 procent overige klachten. De klachten die samengebracht zijn in de categorie overige gezondheidsklachten zijn zeer divers. Aandoeningen of

22 15 klachten die door 1 procent of meer van de 12-maandszieken genoemd zijn, zijn: hart- en vaatziekten (10 procent), klachten rond zwangerschap en bevalling (5 procent), kanker (3 procent), klachten aan het spijsverteringsstelsel (3 procent), ziekten aan het zenuwstelsel (3 procent), klachten aan de luchtwegen (2 procent), hoofdpijnklachten (2 procent), vermoeidheid (2 procent), endocriene ziekten (1 procent), klachten aan oren of ogen (1 procent). Daarnaast geeft 2 procent aan dat een ongeval of een - al dan niet geplande - operatie, de aanleiding was voor de ziekmelding. Uiteraard vallen ook de vaste antwoordcategorieën hart- en vaatzieken en klachten rond zwangerschap en bevalling onder overige gezondheidsklachten. Ziekmeldingen om meerdere oorzaken Wanneer in tabel 3.1 de drie hoofdtypen van gezondheidsklachten bij ziekmelding worden opgeteld, is het totaal groter dan 100 procent. De reden hiervoor is bij een deel van de 12-maandszieken sprake was van combinaties van typen klachten. In totaal 76 procent van de 12-maandszieken geeft één klachtensoort als reden van ziekmelding, dus ofwel psychische klachten, ofwel klachten aan het bewegingsapparaat, ofwel overige gezondheidsklachten. Bij de overige 24 procent was bij ziekmelding sprake van combinaties van klachtentypen. Tabel 3.2 De klachten waarvoor men zich in augustus 2000 ziek meldde, naar geslacht (%) mannen n=1.590 vrouwen n=1.964 totaal n=3.554 alleen psychische klachten alleen bewegingsapparaat alleen overige gezondheidsklachten psychisch en bewegingsapparaat psychisch en overig bewegingsapparaat en overig alle drie totaal

23 De achterliggende oorzaken van de klachten De werk- en privé-omstandigheden als oorzaak van de klachten In tabel 3.1 is weergegeven hoe vaak problemen op het werk en in de privé-situatie (mede) een rol speelden bij de ziekmelding. Daarnaast is de 12-maandszieken ook gevraagd in hoeverre werkomstandigheden, respectievelijk privé-omstandigheden naar hun mening een rol speelden bij het ontstaan van de gezondheidsklachten. De uitkomsten zijn weergegeven in tabel 3.3. In hoofdstuk 5 wordt dieper ingegaan op de in het werk gelegen oorzaken en in hoofdstuk 8 op de privé-omstandigheden. Tabel 3.3 De mate waarin werk en privé-omstandigheden als (mede)oorzaak van de klachten worden genoemd (%) mannen n=1.590 vrouwen n=1.964 totaal n=3.554 alleen werkomstandigheden alleen privé-omstandigheden zowel werk als privé-omstandigheden werk noch privé genoemd als (mede)oorzaak totaal Het komt veel vaker voor dat uitsluitend de werkomstandigheden als (mede) oorzaak van de klachten genoemd worden, dan dat het uitsluitend privéomstandigheden betreft. Dit geldt vooral voor mannen; bij vrouwen is het verschil minimaal. Ruim eenderde (36 procent) van de 12-maandszieken wijst noch het werk, noch de privé-omstandigheden als oorzaak van de klachten aan. Dit veronderstelt dat de gezondheidsproblemen hen gewoon overkomen zijn. Bij de mannen spelen relatief vaak werkomstandigheden een rol bij het ontstaan van de gezondheidsklachten, bij vrouwen relatief vaak privé-omstandigheden. Het aandeel dat de klachten niet aan privé- of werkomstandigheden toeschrijft, is echter voor beiden precies even hoog (36 procent). Ouderen schrijven de klachten minder vaak toe aan privé- of werkomstandigheden dan jongeren. Bij jongeren spelen privé-omstandigheden een relatief grote rol, bij ouderen betreft het relatief vaak de werkomstandigheden. Bij volledig WAO-ers is minder vaak sprake van externe factoren (59 procent), dan bij niet of gedeeltelijk WAO-ers (69 en 67 procent). De grootste contrasten zijn zichtbaar in de diagnoses: bij aandoeningen aan het bewegingsapparaat wordt in 65 procent van de gevallen een medeoorzaak aangewezen (vooral het werk), bij psychische aandoeningen is dit 88 procent (vaak zowel het werk als privé-omstandigheden) en bij de overige diagnosegroepen maar 43 procent (vooral het werk). Werkgerelateerde klachten komen relatief veel voor in de sector industrie en bouwnijverheid. In de sector gezondheidszorg en welzijn, is relatief vaak sprake van zowel werk- als privéomstandigheden als (mede)oorzaak van de gezondheidsklachten. Deze combinatie

24 17 wordt ook vaker als oorzaak aangegeven, naarmate de opleiding hoger is, namelijk van 13 procent bij degenen met alleen lager onderwijs tot 31 procent bij degenen met hbo of universiteit. 3.4 De besluitvorming tot ziekmelding Bij driekwart van 12-maandszieken adviseerden anderen tot ziekmelding De 12-maandszieken is gevraagd of de ziekmelding in augustus 2000 de eigen beslissing was, dan wel dit (mede) op advies van één of meer andere personen gebeurde. Dit laatste blijkt vaak het geval: 40 procent geeft aan dat de ziekmelding op advies van iemand anders was en 33 procent dat het een combinatie van eigen initiatief en adviezen van anderen was. Slechts 26 procent kruist bij deze vraag uitsluitend het antwoord eigen beslissing aan 6. Curatieve sector vaak van invloed op besluit tot ziekmelding De belangrijkste adviseurs tot ziekmelding zijn afkomstig uit de curatieve sector: bij 54 procent van de ziekmeldingen speelde het advies van huisartsen, specialisten en psychisch of lichamelijk therapeuten een rol. Op de tweede plaats komt de sociale omgeving (familie, vrienden), die bij 20 procent van de ziekmeldingen een rol speelde. Daarnaast hebben de bedrijfsarts (19 procent), de werkgever (10 procent) en collega s (6 procent) een adviserende rol. Ten slotte speelden ook verloskundige, vakbond, advocaat, UWV, reïntegratieconsulent, arbeidsbureau en maatschappelijk werk in een enkel geval een rol, maar elk bij minder dan 1 procent van de ziekmeldingen. Bij mannen is de ziekmelding iets vaker dan bij vrouwen geheel de eigen beslissing (29 versus 24 procent). Er zijn geen verschillen naar mate van arbeidsongeschiktheid, leeftijd, diagnosehoofdgroep, opleidingsniveau, bedrijfssector of bedrijfsomvang. 6 Dit is inclusief degenen die aangaven dat de ziekmelding het gevolg was van een (geplande) operatie of een ongeval, en er dus geen sprake was van het nemen van een beslissing.

25 De diagnose gesteld door verzekeringsarts van UWV Van degenen die UWV hiertoe gemachtigd hebben (dit is het geval voor 75 procent van de 12-maandszieken die de schriftelijke enquête hebben ingevuld), is informatie beschikbaar over de diagnose zoals die in het kader van de WAO-beoordeling gesteld is door de verzekeringsarts. De diagnoses zijn per hoofdgroep weergegeven in tabel 3.4. De letters verwijzen hierbij naar de hoofdgroepindeling volgens het CAS-coderingssysteem. Tabel 3.4 Diagnosehoofdgroep toegekend door verzekeringsarts UWV (%) mannen n=1.234 vrouwen n=1.409 totaal n=2.649 A: aandoeningen niet elders geclassificeerd B: ziekten van bloed en bloedvormende organen C: hart- en vaatziekten D: ziekten van huid, subcutis en adnexen E: endocriene ziekten G: zwangerschap, bevalling en kraambed H: ziekten van oor en processus mastoidus L: ziekten van botspierstelsel N: ziekten van zenuwstelsel P: psychische aandoeningen en gedragsstoornissen R: ziekten van ademhalingsstelsel S: ziekten van spijsverteringsstelsel U: ziekten van urogenitaal stelsel V: ziekten van oog en adnexen totaal De grootste diagnosegroep omvat de ziekten van het botspierstelsel, in dit rapport verder aangeduid met aandoeningen aan het bewegingsapparaat. Bij 36 procent van de 12-maandszieken is deze diagnose gesteld. De één na grootste diagnosegroep is psychische aandoeningen en gedragsstoornissen met 30 procent. De eerste diagnosegroep bevat relatief iets meer mannen, de tweede iets meer vrouwen. De derde diagnosegroep omvat de aandoeningen niet elders gespecificeerd. Deze diagnosegroep bevat onder meer vage klachten (pijn, moe) en ziekten die niet bij één van de andere hoofdgroepen ondergebracht kunnen worden, omdat ze niet aan een bepaald orgaan of lichaamsstelsel gebonden zijn. Uit de diepte-interviews komt de indruk naar voren, dat er vaak sprake is van gecombineerde gezondheidsproblematiek, of dat verschillende soorten aandoeningen elkaar opvolgen. Dit betekent dat de klachten die de 12-maandszieken hebben opgegeven als reden van ziekmelding, in principe heel andere klachten kunnen zijn dan waarmee men uiteindelijk in de WAO terechtkomt. Anderzijds zal de diagnose die de verzekeringsarts uiteindelijk toekent bij de beoordeling (bij meerdere diagno-

26 19 ses moet ten behoeve van het registratiesysteem één keuze gemaakt worden), soms maar een deel van de gezondheidsproblematiek weergeven. Om na te gaan of deze indrukken cijfermatig onderbouwd kunnen worden is in tabel 3.5 het type gezondheidsklacht bij ziekmelding afgezet tegen de diagnose bij de WAObeoordeling. Tabel 3.5 De hoofdgroep(en) van klachten waarvoor men zich in augustus 2000 ziek meldde versus de diagnosecode bij de WAO-beoordeling (rij %) diagnose door verzekeringsarts klachten bij ziekmelding psychisch n=799 bewap n=956 overig n=889 totaal n=2.644 alleen psychische klachten alleen bewegingsapparaat alleen overige gezondheidsklachten psychisch en bewegingsapparaat psychisch en overig bewegingsapparaat en overig alle drie totaal Uit de tabel blijkt dat wanneer er sprake is van één type gezondheidsklacht bij ziekmelding (dit is bij ruim driekwart van de 12-maandszieken het geval, zie tabel 3.2), de diagnose in circa 80 procent van de gevallen bij WAO-beoordeling van dezelfde aard is. De aard van de klachten bij ziekmelding is dan dus redelijk voorspellend voor de (hoofd)diagnose die bij de WAO-beoordeling gesteld wordt. Wanneer er bij ziekmelding sprake is van psychische klachten in combinatie met andere typen klachten, stelt de verzekeringsarts relatief vaak een psychische diagnose. Wanneer bij ziekmelding sprake is van een combinatie met klachten aan het bewegingsapparaat, dan stelt de verzekeringsarts juist relatief vaak een diagnose anders dan bewegingsapparaat. Bij de 12-maandszieken met een officiële psychische diagnose, was relatief vaak sprake van meerdere typen klachten bij ziekmelding (30 procent), bij degenen met aandoeningen aan het bewegingsapparaat het minst vaak (16 procent). Bij de overige diagnoses is in 23 procent van de gevallen sprake van gecombineerde klachten bij ziekmelding. Naarmate het opleidingsniveau lager is, is er vaker sprake van een gecombineerde problematiek. Ook is dit bij vrouwen iets vaker het geval dan bij mannen (26 versus 20 procent). Daarnaast hebben volledig WAO-ers iets vaker een combinatie van verschillende typen klachten bij ziekmelding, dan gedeeltelijk of niet WAO-ers. Er is geen verschil naar leeftijd.

27 De gezondheid zoals gemeten met standaardvragen Gezondheid van 12-maandszieken slecht vergeleken met gemiddelde Nederlander In deze paragraaf wordt de gezondheid van de 12-maandszieken beschreven aan de hand van een aantal standaard gezondheidsvragen. Dit maakt het mogelijk de zelf ervaren gezondheid van de 12-maandszieken te vergelijken met die van gemiddelde werknemers of Nederlanders. Het gaat om de gezondheid zoals de respondenten die ervoeren op het moment dat ze de schriftelijke vragenlijst invulden en tijdens het telefonische interview. Dit is ongeveer anderhalf jaar na de ziekmelding en driekwart jaar na de WAO-beoordeling. Tabel 3.6 Gezondheid van 12-maandszieken uit 2001 vergeleken met andere groepen(%) mannen n=1.590 vrouwen n=1.964 totaal n=3.554 oordeelt eigen gezondheid als matig tot slecht (%) 12-maandszieken maandszieken 1999 steekproef Nederlandse werknemers 1998 steekproef Nederlandse bevolking 2000 gem. aantal psychosomatische gezondheidsklachten op 13-item Voeg (0=min, 13=max) 12-maandszieken maandszieken 1999 gem. aantal psychosomatische gezondheidsklachten op 10-item Voeg (0=min, 10=max) 12-maandszieken 2001 Nederlandse werknemers gem. over fysiek functioneren (0=zeer slecht, 100=zeer goed) 12-maandszieken 2001* steekproef uit Nederlandse gemeente (18-85 jaar) * op basis van telefonische enquête: n = ,2 6,1 5,0 1, ,7 6,8 5,4 2, ,5 6,5 5,2 1,

28 21 Uit tabel 3.6 valt op te maken dat de 12-maandszieken, zoals te verwachten, een veel slechtere gezondheid hebben dan de gemiddelde Nederlander of de gemiddelde werknemer. Van de 12-maandszieken vindt driekwart de gezondheid matig tot slecht, bij de gemiddelde Nederlandse werknemer is dit 12 procent. Ook met het fysiek functioneren is het duidelijk slecht gesteld. De score is vergelijkbaar met die van de 65-plussers in de vergelijkingsgroep inwoners van de gemeente Emmen 7. Het gaat hierbij om verrichtingen als traplopen, een bepaalde afstand wandelen en boodschappen dragen. Ten slotte uiten de 12-maandszieken ook veel meer klachten op de vragenlijst voor onderzoek naar ervaren gezondheid (Voeg). Deze lijst meet de mate van psychisch en lichamelijk onwelbevinden, ofwel psychosomatische klachten. Gezondheid van 12-maandszieken in 2001 even slecht als in 1999 Vergeleken met de 12-maandszieken van 1999 is er geen duidelijk verschil: het oordeel over de eigen gezondheid is in 2001 wat minder slecht, het gemiddelde aantal psychosomatische klachten is echter gelijk gebleven. Het fysiek functioneren is niet vergelijkbaar, omdat hiervoor in 1999 andere vragen werden gehanteerd. Algemeen gezondheidsoordeel verschilt niet naar diagnosegroep of geslacht Het antwoord op de vraag hoe over het algemeen de gezondheidstoestand is verschilt niet voor mannen of vrouwen, of voor de drie diagnosehoofdgroepen. Wel zijn er grote verschillen naar leeftijd (hoe ouder hoe slechter), naar mate van arbeidsongeschiktheid (hoe hoger het WAO-percentage, hoe ongunstiger het oordeel over de eigen gezondheid) en naar opleidingsniveau (hoe hoger de opleiding, hoe gunstiger de gezondheid wordt beoordeeld). Voeg-score vooral hoog voor psychische zieken De Voeg-score zegt iets over lichamelijke klachten, maar is vooral een indicator voor psychisch onwelbevinden: hoe hoger de score, hoe slechter het welbevinden. Ook voor de Voeg-score geldt dat deze hoger wordt naarmate de opleiding lager en het arbeidsongeschiktheidspercentage hoger is. Vrouwen hebben een hogere score dan mannen en de score van psychische zieken is hoger dan die van de overige diagnosegroepen. Leeftijdsverschillen doen zich op deze indicator van psychisch welbevinden niet voor. 7 Zee, K.I. van der, R. Sanderman. Het meten van de algemene gezondheidstoestand met de Rand-36: een handleiding. Groningen: Noordelijk Centrum voor Gezondheidsvraagstukken, 1993.

VAN ZIEKMELDING TOT WAO. Onderzoek onder werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden

VAN ZIEKMELDING TOT WAO. Onderzoek onder werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden VAN ZIEKMELDING TOT WAO Onderzoek onder werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden Januari 2002 ir Carla G.L. van Deursen (AStri) drs Cathelijne L. van der Burg (AStri) met medewerking van:

Nadere informatie

2½ JAAR NA HET EERSTE ZIEKTEJAAR: WERKEN MET WAO-UITKERING? 12-maandszieken over hun arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie

2½ JAAR NA HET EERSTE ZIEKTEJAAR: WERKEN MET WAO-UITKERING? 12-maandszieken over hun arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie 2½ JAAR NA HET EERSTE ZIEKTEJAAR: WERKEN MET WAO-UITKERING? 12-maandszieken over hun arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie Februari 2003 Drs. Ilse Hento Drs. Marcella van Doorn

Nadere informatie

DE 12-MAANDSZIEKEN VAN JANUARI 1998 arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie 2½ jaar later

DE 12-MAANDSZIEKEN VAN JANUARI 1998 arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie 2½ jaar later DE 12-MAANDSZIEKEN VAN JANUARI 1998 arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie 2½ jaar later 15 januari 2001 Ir. C.G.L. van Deursen Bureau AS/tri Stationsweg 26 2312 AV Leiden Tel.:

Nadere informatie

REÏNTEGRATIE BIJ ARBEIDSONGESCHIKTHEID

REÏNTEGRATIE BIJ ARBEIDSONGESCHIKTHEID REÏNTEGRATIE BIJ ARBEIDSONGESCHIKTHEID Onderzoek naar werkhervatting, arbeidscapaciteit en reïntegratiehulp bij werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden Januari 2003 drs G.J.M. Jehoel-Gijsbers

Nadere informatie

UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK

UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK Bron: TNS NIPO Drs. R. Hoffius Drs. I.N. Hento november 2004 Bureau AStri Stationsweg 26 2312 AV Leiden Tel.: 071 512 49 03 Fax: 071

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2015 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2015 UWV Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2015 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 WAO... 13 WIA... 14 WAZ... 20 WAJONG (OUDE REGELING)...

Nadere informatie

De toename van de werkzaamheid na 12 maanden ziekte tussen 2003 en 2008 verklaard

De toename van de werkzaamheid na 12 maanden ziekte tussen 2003 en 2008 verklaard De toename van de zaamheid na 12 maanden ziekte tussen 2003 en 2008 verklaard Paper in kader van het cohortonderzoek De weg naar de WIA drs Petra G.M. Molenaar-Cox (AStri) drs Cathelijne L. van der Burg

Nadere informatie

BIJLAGEN. Wel of niet aan het werk. Achtergronden van het onbenut arbeidspotentieel onder werkenden, werklozen en arbeidsongeschikten

BIJLAGEN. Wel of niet aan het werk. Achtergronden van het onbenut arbeidspotentieel onder werkenden, werklozen en arbeidsongeschikten BIJLAGEN Wel of niet aan het werk Achtergronden van het onbenut arbeidspotentieel onder werkenden, werklozen en arbeidsongeschikten Patricia van Echtelt Stella Hof Bijlage A Multivariate analyses... 2

Nadere informatie

6 Meervoudige problematiek bij werknemers

6 Meervoudige problematiek bij werknemers 6 Meervoudige problematiek bij werknemers Maroesjka Versantvoort (SCP) en Lando Koppes (TNO) 6.1 Inleiding Werknemers met meervoudige problematiek staan centraal in dit hoofdstuk. Uitgangspunt is de definitie

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2015 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2015 UWV Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2015 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 WAO... 13 WIA... 14 WAZ... 20 WAJONG (OUDE REGELING)...

Nadere informatie

Welkom bij de workshop Wet en Regelgeving. Maria van Nies Coach en Supervisor MS Coach voor MS Vereniging Nederland

Welkom bij de workshop Wet en Regelgeving. Maria van Nies Coach en Supervisor MS Coach voor MS Vereniging Nederland Welkom bij de workshop Wet en Regelgeving Maria van Nies Coach en Supervisor MS Coach voor MS Vereniging Nederland 1 Onderwerpen Wet Verbetering Poortwachter Rechten en Plichten Wanneer ontslag Wia keuring

Nadere informatie

M200510 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers

M200510 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers M200510 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers drs. F.M.J. Westhof Zoetermeer, december 2005 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers

Nadere informatie

Gezondheidsbeleving en werkhervatting 35-minners (april 2010) Aanleiding

Gezondheidsbeleving en werkhervatting 35-minners (april 2010) Aanleiding Gezondheidsbeleving en werkhervatting 35-minners (april 2010) Aanleiding Het is de vraag of het in alle gevallen reëel is om van werkgevers en de desbetreffende werknemers te verwachten dat zij (in het

Nadere informatie

Wet verbetering Poortwachter. Marcel Geerts, bedrijfsarts 15 april 2015 marcel.geerts@arbounie.nl

Wet verbetering Poortwachter. Marcel Geerts, bedrijfsarts 15 april 2015 marcel.geerts@arbounie.nl Wet verbetering Poortwachter Marcel Geerts, bedrijfsarts 15 april 2015 marcel.geerts@arbounie.nl Psychische steeds groter aandeel van verzuim Jaar Oorzaak Mannen Vrouwen Totaal Totaal GVD a 2010 Klachten

Nadere informatie

Rapport. Datum: 23 november 2007 Rapportnummer: 2007/271

Rapport. Datum: 23 november 2007 Rapportnummer: 2007/271 Rapport Datum: 23 november 2007 Rapportnummer: 2007/271 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat: een met naam genoemde verzekeringsarts van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) Utrecht

Nadere informatie

Investeren in Sterk naar Werk. Ziek en mondig in de 1 e lijn

Investeren in Sterk naar Werk. Ziek en mondig in de 1 e lijn Investeren in Sterk naar Werk. Ziek en mondig in de 1 e lijn Kerst Zwart, projectleider SnW en directeur Welder 14 april 2010, Zorgverzekeraars Nederland 1 Doel Sterk naar Werk Vergroten (arbeids)participatie

Nadere informatie

Wet Verbetering poortwachter (WvP) uitgewerkt

Wet Verbetering poortwachter (WvP) uitgewerkt - ALGEMENE INFORMATIE- Wet Verbetering poortwachter (WvP) in het kort Dag 1 - verzuimmelding bij uw arbodienst» U meldt het verzuim bij uw arbodienst» Het verzuimbegeleidingsproces start Week 6 - probleemanalyse»

Nadere informatie

Periodieke Brancherapportage 2014

Periodieke Brancherapportage 2014 Periodieke Brancherapportage 2014 Peildatum: 1 januari 2015 Brancheorganisatie: Datum: Februari 2015 Sectormanager: Jaap Tinga Telefoonnummer: Zonder toestemming van de sectormanager mogen de in deze rapportage

Nadere informatie

Hoe voorkom ik een loonsanctie WELKOM. Henriëtte Sterken Werkgeversrelaties UWV

Hoe voorkom ik een loonsanctie WELKOM. Henriëtte Sterken Werkgeversrelaties UWV Hoe voorkom ik een loonsanctie WELKOM Henriëtte Sterken Werkgeversrelaties UWV 1 Re-integratieverslag Het eerste spoor Deskundigenoordelen Het tweede spoor Loonsanctie WIA beoordeling Het re-integratieverslag

Nadere informatie

Periodieke Brancherapportage 2013-2014

Periodieke Brancherapportage 2013-2014 Periodieke Brancherapportage 2013-2014 Peildatum: 1 juli 2014 Brancheorganisatie: Datum: oktober 2014 Sectormanager: Telefoonnummer: Zonder toestemming van de sectormanager mogen de in deze rapportage

Nadere informatie

De belangrijkste valkuilen bij de re-integratie

De belangrijkste valkuilen bij de re-integratie C.A. (Cynthia) Chudaska Rccm register casemanager Kantoor Mr. van Zijl B.V. Korvelseweg 142, 5025 JL Tilburg Postbus 1095, 5004 BB Tilburg tel. (013) 463 55 99 fax (013) 463 22 66 E-mail: mail@kantoormrvanzijl.nl

Nadere informatie

Periodieke Brancherapportage 2013-2014

Periodieke Brancherapportage 2013-2014 Periodieke Brancherapportage 2013-2014 Peildatum: 1 juli 2014 Brancheorganisatie: Datum: september 2014 Sectormanager: Telefoonnummer: Zonder toestemming van de sectormanager mogen de in deze rapportage

Nadere informatie

Protocol Ziekteverzuim

Protocol Ziekteverzuim Protocol Ziekteverzuim Dit protocol beschrijft de gedragsregels die bij de Hogeschool der Kunsten Den Haag gelden ten aanzien van ziekte en arbeidsongeschiktheid. De gedragsregels zijn in overeenstemming

Nadere informatie

S De afgelopen decennia is het aantal mensen met kanker toegenomen, maar is tevens veel vooruitgang geboekt op het gebied van vroegdiagnostiek en behandeling van kanker. Hiermee is de kans op genezing

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting Langdurig ziekteverzuim is een erkend sociaal-economisch en sociaal-geneeskundig probleem op nationaal en internationaal niveau. Verschillende landen hebben wettelijke maatregelen genomen

Nadere informatie

Uitgangspunt: re-integratie is een zaak van werkgever en werknemer samen en dient in overleg plaats te vinden

Uitgangspunt: re-integratie is een zaak van werkgever en werknemer samen en dient in overleg plaats te vinden RE-INTEGRATIE 1 e : Verplichtingen werkgever 2 e : Verplichtingen werknemer Uitgangspunt: re-integratie is een zaak van werkgever en werknemer samen en dient in overleg plaats te vinden 1 e : - bij contract

Nadere informatie

Een effectiviteitsanalyse van de

Een effectiviteitsanalyse van de Verzuimende werknemers Een effectiviteitsanalyse van de verzuimbegeleiding door Top-Care Onderzoek naar de effectiviteit van de verzuimspecifieke aanpak van Top-Care Esther Hilbers 1 In deze rapportage

Nadere informatie

Het verbeteren van de integratie van zieke werknemers door aandacht voor hun dubbele rol (Universiteit Utrecht) Projectleider: Prof. dr.

Het verbeteren van de integratie van zieke werknemers door aandacht voor hun dubbele rol (Universiteit Utrecht) Projectleider: Prof. dr. Het verbeteren van de integratie van zieke werknemers door aandacht voor hun dubbele rol (Universiteit Utrecht) Projectleider: Prof. dr. Trudie Knijn Onderzoekers: dr. Mira Peeters, drs. Marta Dijkgraaf,

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

JJuridische aspecten arbeidsongeschiktheid / arbeidsconflict

JJuridische aspecten arbeidsongeschiktheid / arbeidsconflict JJuridische aspecten arbeidsongeschiktheid / arbeidsconflict. Ziekmelding na een arbeidsconflict En dan? ARBODIENST STECR WERKWIJZER ARBEIDSCONFLICTEN Deze werkwijzer wordt gebruikt voor de beoordeling

Nadere informatie

Het belang van begeleiding

Het belang van begeleiding Het belang van begeleiding Langdurig zieke werknemers 9 en 18 maanden na ziekmelding vergeleken Lone von Meyenfeldt Philip de Jong Carlien Schrijvershof Dit onderzoek is financieel mogelijk gemaakt door

Nadere informatie

Verzuim- en reïntegratietraject

Verzuim- en reïntegratietraject Verzuim- en reïntegratietraject Q-koorts Juan Bouwmans, bedrijfsarts 30 november Even voorstellen Bedrijfsarts Arbo Unie Den Bosch en Tilburg Projectleider infectieziekten Brabants Kennisnetwerk Zoönosen

Nadere informatie

De standaard beoogt een uniforme beoordelingswijze van dergelijke aanvragen. TABEL 2. INSTROOMPERCENTAGE WAO NAAR HUISHOUDSITUATIE EN GESLACHT (2000)

De standaard beoogt een uniforme beoordelingswijze van dergelijke aanvragen. TABEL 2. INSTROOMPERCENTAGE WAO NAAR HUISHOUDSITUATIE EN GESLACHT (2000) Bevallen en opstaan? Bij verzuim tijdens de zwangerschap en na de bevalling is niet altijd duidelijk in hoeverre het daaraan is gerelateerd. Dat is vooral een vraag voor verzekeringsartsen van het UWV.

Nadere informatie

Het artikel dat hieronder is weergegeven bevat de tekst zoals die gold op 30 juni 2008.

Het artikel dat hieronder is weergegeven bevat de tekst zoals die gold op 30 juni 2008. Het artikel dat hieronder is weergegeven bevat de tekst zoals die gold op 30 juni 2008. Artikel 8:5 Ontslag wegens arbeidsongeschiktheid Lid 1 Ontslag kan aan de ambtenaar worden verleend op grond van

Nadere informatie

AMC leidraad: wat te doen bij ziekte. Uitgangspunten

AMC leidraad: wat te doen bij ziekte. Uitgangspunten AMC leidraad: wat te doen bij ziekte Wanneer u door ziekte niet kunt werken dan krijgt u te maken met het verzuimbeleid van het AMC. In de meeste gevallen kunt u prima afspraken maken met uw leidinggevende

Nadere informatie

De artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006.

De artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006. De artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006. Artikel 8:5 Ontslag wegens arbeidsongeschiktheid Lid 1 Ontslag kan aan de ambtenaar worden verleend op grond

Nadere informatie

De artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006.

De artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006. De artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006. Artikel 8:5 Ontslag wegens arbeidsongeschiktheid Ontslag kan aan de ambtenaar worden verleend op grond van

Nadere informatie

Richtlijnen aanpak verzuim om psychische redenen

Richtlijnen aanpak verzuim om psychische redenen Richtlijnen aanpak verzuim om psychische redenen HR&O november 2014 Opgesteld door: Asja Gruijters, adviseur HR&O 1 1. Inleiding Om te komen tot een integraal PSA-beleid is het belangrijk richtlijnen op

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2018 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2018 UWV Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2018 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 10 WAO... 11 WIA... 12 WAZ...

Nadere informatie

Verzuimprotocol Adopsa Payroll

Verzuimprotocol Adopsa Payroll Verzuimprotocol Adopsa Payroll 1. Ziekmelding De medewerker meldt zich op de eerste dag van ziekte telefonisch vóór 10.00 uur ziek bij zowel Adopsa Payroll als bij zijn opdrachtgever. Wanneer een medewerker

Nadere informatie

Ik ben ziek Wat nu? Informatiebrochure voor werknemers November 2007

Ik ben ziek Wat nu? Informatiebrochure voor werknemers November 2007 Ik ben ziek Wat nu? Informatiebrochure voor werknemers November 2007 Inhoudsopgave Inleiding... 3 De Wet Verbetering Poortwachter (WVP).. 4 Contact met de arbodienst 4 Opstellen Plan van Aanpak 5 Uitvoeren

Nadere informatie

Verzuimprotocol Centrum Arbeid en Mobiliteit B.V.

Verzuimprotocol Centrum Arbeid en Mobiliteit B.V. Verzuimprotocol Centrum Arbeid en Mobiliteit B.V. 1. Ziekmelding De medewerker meldt zich op de eerste dag van ziekte telefonisch vóór 10.00 uur ziek bij zowel Centrum Arbeid en Mobiliteit B.V. (CAM) als

Nadere informatie

DIENSTENPAKKET VERZUIMBEGELEIDING

DIENSTENPAKKET VERZUIMBEGELEIDING DIENSTENPAKKET VERZUIMBEGELEIDING Wie is BeeActive? BeeActive levert diensten op het gebied van personeelszaken en verzuimmanagement. Met onze korte lijnen en betrokken aanpak zorgen wij voor snelle en

Nadere informatie

Kanker en Werk Begeleiding en Re-integratie Stap.nu in mogelijkheden

Kanker en Werk Begeleiding en Re-integratie Stap.nu in mogelijkheden Kanker en Werk Begeleiding en Re-integratie Stap.nu in mogelijkheden Regionaal Genootschap Fysiotherapie Midden Nederland Zelfmanagement bij kanker De realiteit 100.000 nieuwe diagnoses in 2012 Het aantal

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 22 187 Ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid Nr. 90 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de

Nadere informatie

Periode van invullen vragenlijsten 2 december 2013 tot en met 18 juni 2014

Periode van invullen vragenlijsten 2 december 2013 tot en met 18 juni 2014 Wetenschappelijk onderzoek VoetreflexPlus behandelingen. Onderzoeksverslag voor Total Health De opleiding van Total Health leidt studenten op tot VoetreflexPlus therapeut. In het derde leerjaar van deze

Nadere informatie

Begeleiding bij (gedeeltelijke) werkhervatting

Begeleiding bij (gedeeltelijke) werkhervatting Begeleiding bij (gedeeltelijke) werkhervatting 12-maandszieken in 2003 en 2008 vergeleken Paper 4 in het kader van het cohortonderzoek De weg naar de WIA Vera Veldhuis, MSc Drs Petra G.M. Molenaar-Cox

Nadere informatie

Re-integratie inspanningen van publiek (UWV) en privaat verzekerde werkgevers sinds de WIA

Re-integratie inspanningen van publiek (UWV) en privaat verzekerde werkgevers sinds de WIA Re-integratie inspanningen van publiek (UWV) en privaat verzekerde werkgevers sinds de WIA B. Cuelenaere, AStri beleidsonderzoek en advies (b.cuelenaere@astri.nl) T.J. Veerman, AStri beleidsonderzoek en

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2018 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2018 UWV Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2018 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 10 WAO... 11 WIA... 12 WAZ...

Nadere informatie

Ik ben ziek Wat nu? Informatie over ziekteverzuim en reïntegratie

Ik ben ziek Wat nu? Informatie over ziekteverzuim en reïntegratie Ik ben ziek Wat nu? Informatie over ziekteverzuim en reïntegratie Vooraf In deze brochure lees je wat je bij ziekteverzuim moet doen. Verzuimen is een vervelende situatie, die niemand wil, maar iedereen

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2017 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2017 UWV Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2017 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 11 WAO... 12 WIA... 13 WAZ...

Nadere informatie

Arbeidsongeschiktheid in het UMC. Wat nu?

Arbeidsongeschiktheid in het UMC. Wat nu? Arbeidsongeschiktheid in het UMC. Wat nu? Inhoudsopgave pagina 1 Antwoorden op vragen over arbeidsongeschiktheid 3 2 Wat wordt er van u verwacht en wie kunnen u ondersteunen? 3 3 Andere functie gevonden?

Nadere informatie

Schatting effect aangepaste Schattingsbesluit (asb) op aandeel afwijzingen WIA (september

Schatting effect aangepaste Schattingsbesluit (asb) op aandeel afwijzingen WIA (september Schatting effect aangepaste Schattingsbesluit (asb) op aandeel afwijzingen WIA (september 2009) Aanleiding De resultaten van het onderzoek Wel WIA, geen werk? roepen bij de Stichting de vraag op of de

Nadere informatie

1. Ziekmelding. 2. Bereikbaarheid

1. Ziekmelding. 2. Bereikbaarheid 1. Ziekmelding De eerste dag dat u ziek bent, moet u zich telefonisch ziekmelden bij uw direct leidinggevende op uw feitelijke werkplek én bij Stiptwerk. Op werkdagen zijn wij bereikbaar van 08.30 uur

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2017 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2017 UWV Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2017 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 11 WAO... 12 WIA... 13 WAZ...

Nadere informatie

Onderzoek Levensloopstress Zorg van de Zaak

Onderzoek Levensloopstress Zorg van de Zaak Weet jij wat er speelt? Onderzoek Levensloopstress Zorg van de Zaak Juli/augustus 2019 Inleiding Om meer inzicht te krijgen in de gevolgen van levensloopstress onder werkende Nederlanders, heeft Zorg van

Nadere informatie

Sancties bij tekortschietende re-integratieverplichtingen

Sancties bij tekortschietende re-integratieverplichtingen Sancties bij tekortschietende re-integratieverplichtingen van werkgever mr. J.M. (Annemarie) Lammers-Sigterman advocaat Kantoor Mr. van Zijl B.V. Korvelseweg 142, 5025 JL Tilburg Postbus 1095, 5004 BB

Nadere informatie

Rechtbank Almelo 14-06-2010

Rechtbank Almelo 14-06-2010 Uitval na conflict, ziek, of toch niet? mr. Ellen W. de Groot kantonrechter te Enschede Arbeidsongeschikt wegens ziekte, of arbeidsongeschikt, enkel vanwege een conflict.what makes the difference and why?

Nadere informatie

Loondoorbetaling bij ziekte. Informatie voor werknemers

Loondoorbetaling bij ziekte. Informatie voor werknemers Loondoorbetaling bij ziekte Informatie voor werknemers Betaalt uw werkgever uw loon door als u ziek bent? Uw werkgever betaalt maximaal twee jaar uw loon door als u ziek bent. U krijgt tijdens uw ziekte

Nadere informatie

Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de reïntegratie Een deskundigenoordeel van UWV

Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de reïntegratie Een deskundigenoordeel van UWV Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de reïntegratie Een deskundigenoordeel van UWV Werk boven uitkering UWV verstrekt tijdelijk inkomen in het kader van wettelijke regelingen als de WW en

Nadere informatie

ZIEKTEVERZUIMBELEIDSPLAN. voor de Stichting Katholiek Onderwijs Mergelland

ZIEKTEVERZUIMBELEIDSPLAN. voor de Stichting Katholiek Onderwijs Mergelland ZIEKTEVERZUIMBELEIDSPLAN voor de Stichting Katholiek Onderwijs Mergelland INHOUDSOPGAVE PAGINA 1. INLEIDING 1.1 Uitgangspunten 2 2. BELEID 3 2.1 Preventief beleid 3 2.1.1 Inzet medewerkers 3 2.1.2 Functioneringsgesprek

Nadere informatie

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Arbeidsgehandicapten in Nederland Arbeidsgehandicapten in Nederland Ingrid Beckers In 2003 waren er in Nederland ruim 1,7 miljoen arbeidsgehandicapten; 15,8 procent van de 15 64-jarige bevolking. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee

Nadere informatie

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld.

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld. Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat een met naam genoemde verzekeringsarts van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen te Heerlen (UWV) bij het vaststellen van de belastbaarheid

Nadere informatie

Beperking van kosten van loondoorbetaling tijdens ziekte

Beperking van kosten van loondoorbetaling tijdens ziekte Beperking van kosten van loondoorbetaling tijdens ziekte mr. M.H. (Mariëtta) Feiken advocaat Kantoor Mr. van Zijl B.V. Korvelseweg 142, 5025 JL Tilburg Postbus 1095, 5004 BB Tilburg tel. (013) 463 55 99

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Ziekteverzuimreglement Inhoud

Ziekteverzuimreglement Inhoud Ziekteverzuimreglement Inhoud 1. Tijdig ziekmelden... 2 2. Verstrekken van informatie... 2 3. Controle... 3 4. Begeleiding door de werkgever... 3 5. Controle en begeleiding door de arbodienst... 3 6. Vakantie

Nadere informatie

Afdeling Interne Dienstverlening/Unit Personele Administratie van de Dienst Organisatie en Ondersteuning

Afdeling Interne Dienstverlening/Unit Personele Administratie van de Dienst Organisatie en Ondersteuning GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Heerenveen. Nr. 4351 29 januari 2014 Verzuimprocol gemeente Heerenveen Hoofdstuk 1. Inleiding Op grond van de CAR/UWO, artikel 7:9, lid 5 stelt het college een

Nadere informatie

Weg naar de WIA - 3 Langdurig zieke vangnetters

Weg naar de WIA - 3 Langdurig zieke vangnetters Weg naar de WIA - 3 Langdurig zieke vangnetters Tabellenboek eerste meting Cohort 2015 versus cohort 2012 UWV Kenniscentrum Cathelijne van der Burg 11 februari 2016 INHOUD ACHTERGROND 3 LEESWIJZER 4 A.

Nadere informatie

Ziekteverzuimprotocol Pietje Puk BV

Ziekteverzuimprotocol Pietje Puk BV Ziekteverzuimprotocol Pietje Puk BV 1 Inleiding Voor de ziekteverzuimbegeleiding maken wij gebruik van een arboverpleegkundige. Per 16-12-2009 is onze arbeidsorganisatie contractueel verbonden aan een

Nadere informatie

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK OVAL 2014. December 2014 Marij Tillmanns 36683 GfK 2014 CTO Oval December 2014

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK OVAL 2014. December 2014 Marij Tillmanns 36683 GfK 2014 CTO Oval December 2014 CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK OVAL December Marij Tillmanns 36683 1 Inhoud 1. Management Summary 2. Resultaten Algemeen Overall tevredenheid Bedrijfsarts Casemanager Achtergrondkenmerken 3. Onderzoeksopzet

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2014 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2014 UWV Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2014 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 WAO... 13 WIA... 14 WAZ... 20 WAJONG (OUDE REGELING)...

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2016 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2016 UWV Kwantitatieve informatie Eerste vier maanden 2016 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 12 WAO... 13 WIA... 14 WAZ...

Nadere informatie

2 Arbeidsomstandigheden in Nederland

2 Arbeidsomstandigheden in Nederland 2 Arbeidsomstandigheden in Nederland 2.1 Inleiding Op basis van recente onderzoeksliteratuur geeft dit hoofdstuk een globale schets van de stand van zaken van de arbeidsomstandigheden in Nederland (paragraaf

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2014 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2014 UWV Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2014 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 WAO... 13 WIA... 14 WAZ... 20 WAJONG (OUDE REGELING)...

Nadere informatie

Alles of niets Casus

Alles of niets Casus Alles of niets Op 18 maart 2013 kopte NU.nl: Werkgever misbruikt vergeten betermelding. Volgens dit bericht, gebaseerd op een persbericht van de FNV, zouden werknemers na een kort verzuim, door de werkgever

Nadere informatie

GEEN WIA, WEL WERK? Vervolgmeting van het onderzoek naar de re-integratie van werknemers die minder dan 35 procent arbeidsongeschikt zijn verklaard

GEEN WIA, WEL WERK? Vervolgmeting van het onderzoek naar de re-integratie van werknemers die minder dan 35 procent arbeidsongeschikt zijn verklaard GEEN WIA, WEL WERK? Vervolgmeting van het onderzoek naar de re-integratie van werknemers die minder dan 35 procent arbeidsongeschikt zijn verklaard GEEN WIA, WEL WERK? Vervolgmeting van het onderzoek

Nadere informatie

DEEL VI WIA TOETREDING

DEEL VI WIA TOETREDING Cathelijne van der Burg (AStri) Rafiq Friperson (APE) Petra Molenaar (AStri) 199 1 INLEIDING 1.1 Inhoud van dit deel Uit eerdere onderzoeken is bekend hoe het WIA beoordeelden vergaat wat betreft de reintegratie,

Nadere informatie

Voorspellende en in standhoudende factoren bij verzuim met SOLK: handvatten bij de beoordeling in functioneren?

Voorspellende en in standhoudende factoren bij verzuim met SOLK: handvatten bij de beoordeling in functioneren? Voorspellende en in standhoudende factoren bij verzuim met SOLK: handvatten bij de beoordeling in functioneren? Achtergrond & Onderzoeksvoorstel Kristel Weerdesteijn, Frederieke Schaafsma, Han Anema Inhoud

Nadere informatie

Ziek, verzuim, reïntegratie

Ziek, verzuim, reïntegratie Ziek, verzuim, reïntegratie Stappenplan voor de zieke medewerker, de leidinggevende, HR en de bedrijfsarts Tijdsverloop in ZIEKMELDING 1 e kalenderdag meldt zich voor 10.00 uur telefonisch of per e-mail

Nadere informatie

UWV Kennisverslag

UWV Kennisverslag UWV Kennisverslag 2017-4 Peter Rijnsburger WERKHERVATTING LANGDURIG ZIEKE VANGNETTERS De uitkomsten van 2 enquêteonderzoeken onder WW ers, uitzendkrachten en eindedienstverbanders vergeleken Kenniscentrum

Nadere informatie

Eerste ervaringen met de WIA in 2006 en 2007

Eerste ervaringen met de WIA in 2006 en 2007 Eerste ervaringen met de WIA in 2006 en 2007 Presentatie: Herwin Schrijver Maandag 29 en woensdag 31 januari 2007 WIA-update, Herwin Schrijver t.b.v. NVP, januari 2007 1 Verzuimeffecten (1) Eind 2006 bleek

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2016 UWV

Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2016 UWV Kwantitatieve informatie Eerste acht maanden 2016 UWV Inhoud ZIEKTEWET... 4 WET ARBEID EN ZORG... 6 POORTWACHTER AG... 7 CLAIMBEOORDELING AG... 8 INDICATIES BANENAFSPRAAK... 12 WAO... 13 WIA... 14 WAZ...

Nadere informatie

Ministerie van Binnenlandse Zaken

Ministerie van Binnenlandse Zaken Ministerie van Binnenlandse Zaken Datum 22 juli 1997 Aan de Korpsbeheerders van de regionale politiekorpsen de Korpsbeheerder van het KLPD de Voorzitter van de Bestuursraad van het LSOP i.a.a. de Korpschefs

Nadere informatie

Werkhervatting van reguliere werknemers 18 maanden na ziekmelding

Werkhervatting van reguliere werknemers 18 maanden na ziekmelding Werkhervatting van reguliere werknemers 18 maanden na ziekmelding Carlien Schrijvershof Philip de Jong Lone von Meyenfeldt Onderzoek in opdracht van Stichting Instituut GAK Den Haag, februari 2009 Voorwoord

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2007:BA2010

ECLI:NL:CRVB:2007:BA2010 ECLI:NL:CRVB:2007:BA2010 Instantie Centrale Raad van Beroep Datum uitspraak 28-03-2007 Datum publicatie 02-04-2007 Zaaknummer 04/6791 WAO, 05/4339 ZW, 05/7181 ZW Rechtsgebieden Socialezekerheidsrecht Bijzondere

Nadere informatie

Op 19 januari 2005 schreef de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de voorzitter van de Gezondheidsraad (brief kenmerk SV/AL/05/614):

Op 19 januari 2005 schreef de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de voorzitter van de Gezondheidsraad (brief kenmerk SV/AL/05/614): Bijlage A Adviesaanvraag Op 19 januari 2005 schreef de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de voorzitter van de Gezondheidsraad (brief kenmerk SV/AL/05/614): Binnenkort zal ik het wetsvoorstel

Nadere informatie

Tegenover het recht op ziekengeld staan ook een aantal (op wet- en regelgeving gebaseerde) verplichtingen.

Tegenover het recht op ziekengeld staan ook een aantal (op wet- en regelgeving gebaseerde) verplichtingen. Verzuimprotocol Medewerkers Pay for People U bent werknemer van Pay for People en bent ziek waardoor u niet kunt werken. Het kan ook zijn dat u een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met Pay for People

Nadere informatie

2-10-2013. Modernisering Ziektewet. Wet BeZaVa. Waarom Modernisering Ziektewet. door Anja Heijstek

2-10-2013. Modernisering Ziektewet. Wet BeZaVa. Waarom Modernisering Ziektewet. door Anja Heijstek Modernisering Ziektewet door Anja Heijstek Wet BeZaVa Wet beperking ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid Vangnetters ofwel Modernisering van de Ziektewet Waarom Modernisering Ziektewet U doet het goed

Nadere informatie

Welkom! Olijfdag Sessie Werk en kanker na en tijdens gynaecologische kanker!

Welkom! Olijfdag Sessie Werk en kanker na en tijdens gynaecologische kanker! Welkom! Olijfdag 2017 Sessie Werk en kanker na en tijdens gynaecologische kanker! 1 2 FEIT OF FABEL? Het aantal diagnoses stijgt aanzienlijk tot 2020! Nieuwe diagnoses 2015 2020 Bevolking 103.800 123.000

Nadere informatie

Ziekteverzuimprotocol

Ziekteverzuimprotocol Ziekteverzuimprotocol Werknemers Stipt Payroll bv en u zijn conform de Wet Verbetering Poortwachter samen verantwoordelijk voor een zo spoedig mogelijke werkhervatting in geval van arbeidsongeschiktheid

Nadere informatie

10. Veel ouderen in de bijstand

10. Veel ouderen in de bijstand 10. Veel ouderen in de bijstand Niet-westerse allochtonen ontvangen 2,5 keer zo vaak een uitkering als autochtonen. Ze hebben het vaakst een bijstandsuitkering. Verder was eind 2002 bijna de helft van

Nadere informatie

V&VN Arboverpleegkundigen

V&VN Arboverpleegkundigen Dik Roseboom V&VN Arboverpleegkundigen Sociale Zekerheid Van WAO naar WIA Wet verbetering Poortwachter Nieuwe ziektewet Van WAO naar WIA Wijziging regelgeving 2005-2006 1 juli 2004: nieuw schattingsbesluit

Nadere informatie

Verzuimreglement. Informatie, regelgeving en procedure. Versie januari Pagina 1 van 5

Verzuimreglement. Informatie, regelgeving en procedure. Versie januari Pagina 1 van 5 Verzuimreglement Informatie, regelgeving en procedure Versie januari 2018 Pagina 1 van 5 Verzuimreglement Belangrijk is dat bij Erick Personeelsdiensten B.V. gewerkt wordt in een veilige en gezonde werkomgeving.

Nadere informatie

Ziekte en verzuim in de praktijk. Het kader. Wet Verbetering Poortwachter 1. Breda, 24 maart 2009

Ziekte en verzuim in de praktijk. Het kader. Wet Verbetering Poortwachter 1. Breda, 24 maart 2009 Ziekte en verzuim in de praktijk Breda, 24 maart 2009 Het kader Wet Verbetering Poortwachter Beleidsregels beoordelingskader poortwachter (UWV) Burgerlijk wetboek Wet Verbetering Poortwachter 1 Ziekmelding

Nadere informatie

Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de re-integratie Een deskundigenoordeel van UWV

Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de re-integratie Een deskundigenoordeel van UWV Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de re-integratie Een deskundigenoordeel van UWV UWV Juni 2006 Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend. VOOR RE-INTEGRATIE EN TIJDELIJK INKOMEN

Nadere informatie

Het werk van de verzekeringsarts

Het werk van de verzekeringsarts Het werk van de verzekeringsarts Wat doen een verzekeringsarts en een bedrijfsarts? Taken verzekeringsarts bij UWV (= uitvoeringsinstituut werknemers verzekeringen) WAO/WIA Rob Mohanlal Landelijk adviseur

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:218

ECLI:NL:CRVB:2016:218 ECLI:NL:CRVB:2016:218 Instantie Datum uitspraak 20-01-2016 Datum publicatie 21-01-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/4909 WIA Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

Kwantitatieve informatie 1 e acht maanden 2008

Kwantitatieve informatie 1 e acht maanden 2008 Kwantitatieve informatie 1 e acht maanden 2008 Inhoud ZIEKTEWET... 3 POORTWACHTER / CLAIMBEOORDELING... 7 WIA CLAIMBEOORDELING... 11 WAO... 14 WIA... 19 WAZ... 25 WAJONG... 30 WW (ONTSLAGWERKLOOSHEID)...

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 221 Besluit van 13 april 2006, houdende wijziging van het Besluit ziekte en arbeidsongeschiktheid voor onderwijspersoneel primair en voortgezet

Nadere informatie