over het onderzoek Participatie in Vlaanderen. Participatiesurvey 2009

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "over het onderzoek Participatie in Vlaanderen. Participatiesurvey 2009"

Transcriptie

1 stuk ingediend op 1122 ( ) Nr mei 2011 ( ) Gedachtewisseling over het onderzoek Participatie in Vlaanderen. Participatiesurvey 2009 Verslag namens de Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media uitgebracht door mevrouw Yamila Idrissi verzendcode: CUL

2 2 Stuk 1122 ( ) Nr. 1 Samenstelling van de commissie: Voorzitter: de heer Philippe De Coene. Vaste leden: de heren Carl Decaluwe, Paul Delva, Johan Verstreken, Veli Yüksel; de heren Erik Arckens, Johan Deckmyn, Wim Wienen; de heren Jean-Jacques De Gucht, Herman Schueremans; de heren Philippe De Coene, Chokri Mahassine; de heer Lieven Dehandschutter, mevrouw Danielle Godderis-T Jonck; de heer Jurgen Verstrepen; de heer Bart Caron. Plaatsvervangers: de heer Ludwig Caluwé, de dames Martine Fournier, Vera Jans, Tinne Rombouts; de heer Chris Janssens, mevrouw Katleen Martens, de heer Wim Van Dijck; de heren Peter Gysbrechts, Bart Tommelein; mevrouw Yamila Idrissi, de heer Patrick Janssens; de heren Wilfried Vandaele, Kris Van Dijck; mevrouw Ulla Werbrouck; de heer Luckas Van Der Taelen. V l a a m s Pa r l e m e n t 1011 B r u s s e l 0 2 / w w w. v l a a m s p a r l e m e n t. b e

3 Stuk 1122 ( ) Nr. 1 3 INHOUD 1. Situering van het opzet en de transversale bevindingen van de Participatiesurvey door prof. Hans Waege en prof. John Lievens, UGent Situering van de kunst- en cultuurparticipatie door prof. John Lievens, UGent Vragen van de commissieleden en antwoord door de heren Hans Waege en John Lievens Deelname aan het lokaal cultuuraanbod, culturele centra en bibliotheken, en situering van het leesgedrag door prof. Ignace Glorieux, VUB Situering van de deelname aan sociaal-cultureel werk, verenigingsleven en vrijwilligerswerk, door mevrouw Wendy Smits, drs. Sociologie, VUB Situering van het internetgebruik en e-cultuur door de heer Gert Nulens, drs. Communicatiewetenschappen, VUB Situering van de economische aspecten van cultuur- en sportparticipatie door prof. Jan Colpaert, HUB - CMS Situering van de sportparticipatie door prof. Renaat Philippaerts, UGent en prof. Jeroen Scheerder, K.U.Leuven Gebruikte afkortingen... 14

4 4 Stuk 1122 ( ) Nr. 1 De Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media organiseerde op 27 april 2011 een gedachtewisseling over het onderzoek Participatie in Vlaanderen. Participatiesurvey Het betreft deels een opvolgingsonderzoek naar participatie in Vlaanderen, als vervolg op de survey Cultuurparticipatie in Vlaanderen (Steunpunt Re-Creatief Vlaanderen) die op 16 januari 2006 eveneens werd voorgesteld in de Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media (Parl. St. Vl. Parl , nr. 687/1) en de survey Een kwantitatief en kwalitatief profiel van de fysieke activiteit, de sportparticipatie, de fysieke fitheid en de algemene gezondheid van de Vlaamse bevolking (Steunpunt Sport, Beweging en Gezondheid). 1. Situering van het opzet en de transversale bevindingen van de Participatiesurvey door prof. Hans Waege en prof. John Lievens, UGent De heer Hans Waege wijst er op dat in de tweede steunpuntronde bewust werd gekozen om de participatie aan sport en cultuur niet apart maar gezamenlijk te onderzoeken. Dat gebeurde zowel om budgettaire redenen als om de dataverzameling te optimaliseren. Die laatste is van Europees topniveau. De steekproef is groot (meer dan 3000 respondenten), de responsgraad van 68 percent is zeer goed, en er wordt gefocust op een beperkt aantal sectoren. In Duitse of Nederlandse surveys krijgen sport en cultuur slechts een beperkte aandacht binnen veel omvattender vragenlijsten. De kwaliteit van de dataset doorstaat probleemloos de strengste internationale tests. Ten grondslag aan het onderzoek ligt de opvatting dat participatie aan cultuur en sport fundamenteel zijn voor een gezonde en democratische samenleving. De spreker merkt in dat verband op dat men lage participatiepercentages niet altijd negatief hoeft te interpreteren, want in een humanistische samenleving wordt een divers aanbod nagestreefd. Participatie aan de samenleving kan zowel in kleine als brede groepen. Het is de taak van de overheid om een breed palet aan voorzieningen ter beschikking te stellen, maar tegelijk is een sociale democratie als de Vlaamse uiteraard ook bezig zoveel mogelijk mensen daar naartoe te leiden. Naast de sociaal-economische en demografische kenmerken, die door het hele onderzoek lopen, kreeg ook een andere dimensie ruime aandacht: die van de sociaal-culturele drempels, waarop professor Herman Deleeck reeds wees, en die zorgen voor de kloof die op dit moment de West-Europese democratieën doorsnijdt. Daarbij zijn aard, niveau en inhoud van het onderwijs cruciaal. Daarnaast heeft de survey eveneens aandacht geschonken aan de lokale spreiding van voorzieningen. De heer John Lievens legt uit dat het onderzoek in 2008 begon met de constructie van een vragenlijst, de bouw van wetenschappelijke meetinstrumenten en beleidsafstemming. Vervolgens werd een heel jaar besteed aan de dataverzameling door middel van 3144 interviews. In 2010 werden de eerste analyses uitgevoerd, die uiteindelijk resulteerden in de publicatie van twee boeken. Op dit moment worden de gegevens verder geanalyseerd en worden de resultaten wetenschappelijk verspreid via publicaties en congresdeelnames. De spreker presenteert de belangrijkste transversale resultaten. Leeftijd vormt een scheidingslijn in de deelname aan cultuur: jongeren gaan heel frequent naar de bioscoop en naar pop- of rockconcerten, 65-plussers naar kunstmusea of klassieke muziek. Verwonderlijk is dat 65 de leeftijd blijkt waarop de participatie afneemt, hoewel men dan nog niet echt oud is in onze samenleving. Mogelijke verklaringen zijn een generatieverschil of de aansluiting tussen leefwerelden. Onderzoek naar participatiedrempels kan men onder meer voeren door respondenten direct te vragen waarom ze iets niet doen. Desinteresse blijkt het belangrijkste motief,

5 Stuk 1122 ( ) Nr. 1 5 gevolgd door tijdsgebrek (een drempel die slechts deels objectief is) en afstand. Beduidend van mindere orde blijken financiële, informatie- en sociale drempels te zijn. Bij sport spelen dezelfde drempels, behalve dat de fysieke conditie als belangrijkste drempel wordt genoemd. In onze samenleving bepaalt het opleidingsniveau in belangrijke mate de leefwereld en dus ook de vrijetijdsbesteding. De brutopercentages van deelname verschillen enorm tussen de laagst en hoogst opgeleide groepen. Voor sport bedragen zij 44 percent en 73 percent, voor bioscoopbezoek 11 percent en 56 percent, voor informatieverwerving via het internet 20 percent en 83 percent. Andere verschillen kunnen echter de werkelijke verklaring vormen: jongeren zijn gemiddeld hoger opgeleid en verdienen dus ook beter. Daarom worden de brutoresultaten in de multivariate statistiek uitgezuiverd. Ook na statistische controle blijven omvangrijke verschillen volgens opleidingsniveau over voor heel wat kenmerken, zelfs waar men ze niet verwacht. Zo is het verschil tussen laag en hoog opgeleiden van dezelfde grootteorde voor bioscoop als voor klassiek concert of kunstmuseum. De kans dat iemand uit de hoog opgeleide groep informatie over cultuur zoekt op het internet is 2,5 keer groter dan iemand uit de midden opgeleide groep, terwijl de laagst opgeleide groep de laagste kans heeft. Uit de analyse van het effect van schoolinitiatieven blijkt dat wie zeer breed gedefinieerde cultuureducatie genoot op school, ook later beduidend meer deelneemt. Door multivariate analyse weet men dat dit netto-effect zich voordoet los van het opleidingsniveau en sociale achtergrond van de ouders. Het blijkt trouwens door te werken op latere leeftijd en dus niet alleen vlak na de schoolperiode. Naast opleiding en schoolcultuur blijkt het culturele kapitaal van de ouders van grote invloed te zijn. Dat geldt voor deelname aan cultuur en verenigingsleven. Ook voor sport geldt dat wie sportactieve ouders heeft of had, een beduidend hogere kans vertoont om zelf actief aan sport te doen. De survey maakt ook mogelijk om over de muurtjes tussen de verschillende sectoren heen te kijken, en dan ziet men dat er een groep is die deelneemt aan de samenleving en een groep die dat minder doet. De overlap is enorm groot. Niet minder dan 70,9 percent van de cultureel actieve mensen doet ook aan sport, 81 percent van de sporters doet aan cultuur. Ongeveer 18 percent van de samenleving bestaat uit hardcore thuisblijvers, die aan niets participeren, ook niet aan het bredere aanbod buitenshuis, zoals pretparken of dierentuinen. Ongeveer 20 percent neemt wel sporadisch deel aan het brede vrijetijdsaanbod. Samen vormen ze ongeveer een derde van de bevolking, wat ook opdook in het eerste onderzoek. 2. Situering van de kunst- en cultuurparticipatie door prof. John Lievens, UGent Na het transversale overzicht gaat de heer John Lievens in op de belangrijkste elementen van de kunst- en cultuurparticipatie en zoomt daarbij in op een longitudinale vergelijking met het onderzoek van De totale cultuurparticipatie blijkt gelijkgebleven. Het aantal niet-actieven daalde licht van 32,3 percent naar 29,8 percent. Ook voor de andere categorieën van deelname-intensiteit zijn er vrijwel geen verschillen. Die zijn er wel voor enkele sectoren. Als voorbeeld van stijger noemt de spreker de erfgoedactiviteiten, met een stijging van 38,6 percent naar 46,8 percent. Kunstmusea en tentoonstellingen gaan licht achteruit, andere musea en tentoonstellingen dan weer licht vooruit. Niet-klassieke concerten zitten in de lift: van een kleine 10 percent naar een goede 15 percent. De meeste van de genoemde stijgingen zijn terug te vinden in alle leeftijdsgroepen, met als belangrijke uitzondering een duidelijke afname van het kunstmuseumbezoek van de groep tussen 13 en 17 jaar. Amateurkunsten gaan duidelijk vooruit, behalve het bespelen van een muziekinstrument.

6 6 Stuk 1122 ( ) Nr. 1 Het onderzoek peilde ook naar de beeldvorming over wat er achter de deuren van cultuurhuizen gebeurt. Voor overheidsondersteuning aan de kunsten- en cultuursector blijkt brede maatschappelijke steun te bestaan, want het onderzoek toont nauwelijks verschillen in de perceptie tussen niet-, occasionele en frequente deelnemers. Er zijn wel grote verschillen tussen leeftijds- en opleidingsgroepen te zien, in attitude ten aanzien van de hele sector. Met name bij jongste leeftijdsgroepen blijkt die heel negatief, wat een belangrijke mentale drempel vormt voor deelname. 3. Vragen van de commissieleden en antwoord door de heren Hans Waege en John Lievens Mevrouw Yamila Idrissi stelt vast dat jongeren ondanks cultuureducatie een negatief beeld hebben over cultuurhuizen. Zou dat kunnen liggen aan de keuze van de voorstellingen die men hen voorschotelt? Was het grote draagvlak voor kunst en cultuur er vroeger ook al? De band tussen leeftijd en de vorm van culturele participatie lijkt de heer Wim Wienen essentieel. Maar hoeft het een probleem te zijn dat men op jongere leeftijd eerder voor sport kiest en pas later voor cultuur? Volgens hem neemt de participatie daardoor niet af. Waarom stelde de spreker dat bepaalde cijfers voldoende bewijskracht hebben om extrapoleerbaar te zijn? Mag men uit de andere dan geen conclusies trekken? De heer Bart Caron merkt op dat vooral de voorbije tien jaar veel is geïnvesteerd in het Vlaamse erfgoedbeleid: musea werden vernieuwd en tijdelijke tentoonstellingen werden opgezet. Is die kwaliteitsverbetering een mogelijke verklaring voor de toegenomen participatie? De heer John Lievens antwoordt dat de cultuurparticipatiesurvey van 2003, via een attitudemeting, in grote lijnen hetzelfde vrij hoge niveau opleverde voor de steun aan kunst en cultuur als de voorliggende imagometing. Wat cultuureducatie betreft, onderzocht men het effect ervan op latere leeftijd. Daaruit blijkt dat het positief effect van cultuureducatie ook op latere leeftijd geldt. De dataset was echter niet groot genoeg om daarbinnen een betrouwbaar onderscheid te maken tussen jongeren met en zonder cultuureducatie. Daarvoor is ook een specifiek scholenonderzoek nodig en volstaat een brede populatiesurvey niet. De cijfers die niet onderstreept zijn in de tabel na multivariate analyse, betreffen dimensies waarin het opleidingsniveau geen netto verklarende factor is voor verschillen, wat niet impliceert dat die er niet zijn. Scholen zijn immers ook socialereproductie-instellingen. De heer Hans Waege vult aan dat er voor de niet-onderstreping ook een statistisch motief kan zijn, met name dat er voor die combinatie van kenmerken te weinig eenheden in de steekproef zitten. In elk geval betekent dit niet dat er geen netto-effect is. Hij noemt de buitenste schil van participatie diegenen die niet participeren maar het wel belangrijk vinden en noemen. Het onderzoek laat niet toe om een rechtstreekse band tussen beleid en participatie te leggen. Dat neemt niet weg dat dergelijke grote verschillen op korte tijd in een subsector voor een deel te maken hebben met het beleid, naast de ook internationaal toegenomen maatschappelijke gevoeligheid. De heer Wim Wienen pleit voor dieper gravend en meer divers onderzoek. Het lid geeft mensen van allochtone afkomst als voorbeeld. Het zou nuttig zijn om te onderzoeken hoe culturele en sportieve participatie kunnen bijdragen aan inburgering en maatschappelijke participatie. De heer Hans Waege antwoordt dat een deel van deze groep de Belgische nationaliteit heeft, wat het moeilijker maakt hen via het rijksregister, waaruit de steekproef getrokken wordt, te identificeren. Hij is er bovendien van overtuigd dat de non-respons bij die groe-

7 Stuk 1122 ( ) Nr. 1 7 pen relatief groter is. Aangezien het om een kleine groep gaat, is een algemene bevolkingssurvey minder geschikt als onderzoekstype, nog afgezien van het ethische aspect. Hij zou het onderwerp liever benaderen via een groep van verenigingen. Sport en sociaal-cultureel werk zijn eerder dan de kunsten de twee centrale beleidsdomeinen op dit punt. Ook mevrouw Yamila Idrissi zou het interessant vinden om het effect van het beleid van interculturalisering, door zowel de overheid als de sector, op de participatie van etnischculturele minderheden te onderzoeken. De heer Wim Wienen treedt haar bij, al heeft hij er wel vragen bij of de aanpassing van de culturele programmering bijdraagt aan de maatschappelijke participatie. Men voert een beleid dat allochtonen betrekt, zonder dat effect te kennen. Onderzoek is inderdaad wenselijk. De heer John Lievens wijst erop dat het veld zelf misschien een betere toegangspoort is, want het probleem met de genoemde groep is dat hij voor een brede foto onvoldoende voorkomt in het geheel van de Vlaamse bevolking. Wat men wel kan doen, is, zoals in Nederland, specifiek onderzoek voeren naar groepen van een bepaalde origine en die dan vergelijken. De heer Wim Wienen vraagt zich af of een kleinschalig onderzoek bij individuele clubs wel goede conclusies toelaat. De heer Hans Waege ziet dit als een methode om de genoemde groepen te vatten. Het is immers niet mogelijk en ethisch gevoelig om voor een steekproef de etnische achtergrond uit de bevolkingsgegevens te halen, en hierover vragen te stellen zonder toestemming van de privacycommissie. De kans dat de onderzoeker zijn data niet krijgt, is aanzienlijk. Wat men echter kan doen, is een clustersteekproef trekken van alle sportverenigingen en daarbinnen, en mits toestemming van de respondent aandacht hebben voor de achtergrond. Men kan dan wel degelijk wetenschappelijk geldige uitspraken doen over leden en deelname aan het verenigingsleven. 4. Deelname aan het lokaal cultuuraanbod, culturele centra en bibliotheken, en situering van het leesgedrag door prof. Ignace Glorieux, VUB De heer Ignace Glorieux bespreekt de verrassende ongelijkheid in de culturele participatie op het vlak van het lokale cultuurbeleid, meer bepaald culturele centra en bibliotheken. De laatste zijn nochtans vrijwel of helemaal gratis en voor iedereen toegankelijk, net zoals de eerste, waarvan ook de receptieve werking in principe heel democratisch moet zijn. De survey leert dat ongeveer 28 percent van de respondenten een cultureel centrum bezocht heeft de afgelopen zes maanden, een lichte afname (5 percent) ten opzichte van Bibliotheken halen 37 percent en worden meer bezocht door vrouwen. Ook hier is sprake van een lichte afname, die kleiner is bij de mannen. Bezoek aan culturele centra blijkt te stijgen met het onderwijsniveau, de verschillen zijn opvallend groot. Ongeveer een derde van de studenten is er geweest, een sterke afname ten opzichte van zes jaar eerder. Over het algemeen houden de hogeropgeleiden stand, terwijl de lager opgeleiden veeleer afhaken. De ongelijkheid neemt met andere woorden toe in de culturele centra, in de bibliotheken is dat minder het geval, zelfs al loopt ook daar de kans gelijk met het opleidingsniveau. Merkwaardig is wel de stijging van het aantal studenten, al is dat niet om te lezen, zoals verder blijkt. Alleenstaanden en paren met kinderen boven 18 jaar komen iets minder in culturele centra. Kinderen lijken mensen in bibliotheken te brengen, al zijn de paren met kinderen net de groep die het sterkst afneemt. Alle leeftijdsgroepen zijn vrij goed vertegenwoordigd in culturele centra, de middelbare leeftijd en 65-plussers iets minder. Bibliotheekbezoek vermindert met de leeftijd, senioren ontbreken opvallend. Mensen die het gevoel hebben dat ze gemakkelijk rondkomen, gaan meer naar een cultureel centrum en bibliotheek. Zij houden er ook als enigen stand, zodat

8 8 Stuk 1122 ( ) Nr. 1 de ongelijkheid toeneemt. Er zijn relatief weinig verschillen tussen grote steden, centrumsteden en niet-centrumsteden. Wel neemt het bezoek aan de culturele centra (niet aan bibliotheken) af in de eerste en de derde groep. De spreker besluit dat er een consistente, maar niet dramatische afname is bij zowel culturele centra als bibliotheken. Er is een sterke samenhang tussen opleidingsniveau en lokale culturele participatie, en de ongelijkheid neemt verder toe. Tot slot nog een woordje over het lezen. Ongeveer 60 percent van de Vlamingen zegt voor ontspanning een boek of strip te hebben gelezen, wat een toename is ten opzichte van , in grotere mate bij mannen, ook al blijven vrouwen grotere lezers. Er is een samenhang met het opleidingsniveau, de toename is overal ongeveer even groot, behalve bij de studenten, waar de daling 8 tot 9 percent bedraagt. Lezen neemt af met de leeftijd, maar er is wel een stijgende tendens bij ouderen en een dalende bij jongeren, zodat de ongelijkheid afneemt. Ook hier is er weer een band met de subjectieve inkomenscategorie. 5. Situering van de deelname aan sociaal-cultureel werk, verenigingsleven en vrijwilligerswerk, door mevrouw Wendy Smits, drs. Sociologie, VUB Mevrouw Wendy Smits behandelt de participatie aan verenigingen en vrijwilligerswerk. Het lidmaatschap van verenigingen neemt niet af maar blijft gelijk of neemt zelfs toe. Hogergeschoolden participeren wel meer dan vroeger, waardoor de onderwijskloof toenam. Vrouwen en ouderen gingen meer participeren aan sportverenigingen. Niet-kerngelovige katholieken en christenen zijn ook meer gaan participeren aan sociaal-culturele verenigingen. Vervolgens schetst zij het profiel van de leden van sport- en sociaal-culturele verenigingen. Bij de participatie aan die laatste blijkt het subjectief inkomen geen rol te spelen, evenmin als het geslacht, in tegenstelling tot scholing en leeftijd (meer ouderen). Bij de participatie aan de eerste speelt het subjectief inkomen evenmin een rol en de scholing wel, net als het geslacht (meer mannen). Stedelingen zijn net als jongeren vaker lid. Vervolgens presenteert de spreekster een diagram met de kenmerken van het sociale netwerk waartoe respondenten behoren, meer bepaald de gezinssituatie, de levensbeschouwing en de grootte ervan. Groene balkjes geven significante verschillen met de referentiecategorie weer. Blijkt dat kerkse katholieken, katholieken die naar de kerk gaan voor uitzonderlijke gebeurtenissen, en vrijzinnigen vaker lid zijn van sociaal-culturele verenigingen, evenals mensen met een heel uitgebreid netwerk en leden van sportverenigingen. Bij die laatste zijn alle levensbeschouwelijke groepen even sterk vertegenwoordigd, en zijn mensen met een uitgebreid netwerk vaker lid, maar de gezinssituatie maakt geen verschil. Onderzoek van de mediavoorkeur leert dat mensen die frequent het internet gebruiken, ook vaker lid zijn van sociaal-culturele verenigingen. Dat geldt ook voor mensen met een kritische mediavoorkeur. De spreker onderstreept dat deze conclusies blijven gelden na controle voor andere variabelen zoals onderwijsniveau, geslacht of leeftijd. Ook op het lidmaatschap van sportverenigingen heeft internetgebruik een positieve invloed, terwijl mediavoorkeur geen rol speelt. Wel zijn veelkijkers minder vaak lid. De invloed van de sociaal-economische status, evenals de cultuurparticipatie en het lidmaatschap van de ouders toen de respondent tussen 12 en 14 was, en hun sportbeoefening is duidelijk. De spreekster gewaagt van sociale overerving. Vrijwilligerswerk wordt verricht door 22 percent van de Vlaamse bevolking. Mannen doen het vaker dan vrouwen, mede doordat het vooral in sportverenigingen plaatsvindt. Ook jongeren en hogeropgeleiden zijn hier meer aanwezig. Gezinssituatie, mediavoorkeur, cultuurparticipatie en sportbeoefening door de ouders spelen geen rol. Vrijzinnigen en kerkse

9 Stuk 1122 ( ) Nr. 1 9 katholieken doen wel vaker vrijwilligerswerk, net als mensen met een groot sociaal netwerk of die weinig televisiekijken. Er is ook een positief verband met frequent internetgebruik. De heer Paul Delva noemt de afname van de deelname aan de activiteiten in culturele centra en bibliotheken niet licht. Van 33 naar 28 percent op zes jaar tijd is onrustwekkend, temeer omdat tegelijk de ongelijkheid toeneemt. Hij vraagt zich af of hetzelfde fenomeen zich ook in de buurlanden voordoet. Mevrouw Yamila Idrissi neemt een vicieuze cirkel waar. Zij die het meest baat hebben bij een bibliotheekbezoek vallen uit de boot, omdat ouders zo n belangrijke rol spelen. Hoe kan men dat doorbreken? De heer Chokri Mahassine vraagt zich af waarom iedereen altijd denkt en herhaalt dat het vrijwilligerswerk in het gedrang komt, terwijl thans het tegendeel blijkt. Hoe valt dit uit te leggen? Verder wil hij weten of men algemeen kan stellen dat internetgebruikers actiever aan cultuur participeren. Geldt dat voor alle gebruikers en voor alle vormen van cultuur? De heer Ignace Glorieux relativeert de afname en wijst op de foutenmarge. Zij is significant, maar het zou even goed kunnen dat het getal over vijf jaar weer hoger is. Zorgwekkender is de ongelijkheid, ondanks het feit dat bibliotheken alle media aanbieden bovendien gratis en dat ze inspanningen doen om hip te zijn. Mogelijk kunnen scholen een rol spelen om kinderen de weg te wijzen, suggereert de spreker. Hij wijst er nog op dat het internet voor scholieren in de plaats komt van opzoekwerk in de bibliotheek. Mevrouw Wendy Smits bevestigt dat het vrijwilligerswerk zeker niet afneemt, noch bij jongeren noch bij ouderen. Misschien komt de indruk voort uit de toenemende vraag. De heer Bart Caron vult aan dat het verenigingsleven zelf een ander gelaat krijgt en dat men zich niet mag fixeren op de traditionele sociaal-culturele verenigingen, die inderdaad leden verliezen. 6. Situering van het internetgebruik en e-cultuur door de heer Gert Nulens, drs. Communicatiewetenschappen, VUB De heer Gert Nulens zegt dat sinds het vorige onderzoek het internetgebruik in de vrije tijd sterk is gestegen van 48 tot 72 percent. Vooral het frequente gebruik dus (bijna) dagelijkse is enorm toegenomen. Het relatief grote verschil tussen mannen en vrouwen is uitgevlakt. De stijging geldt voor alle leeftijdscategorieën, maar is het meest spectaculair bij de oudste (verviervoudiging). Ook bij alle opleidingsniveaus is er een stijging, maar het meest bij de laagste. Toch bestaat de digitale kloof nog steeds. Belangrijkste motief om het internet niet te gebruiken blijkt een gebrek aan interesse, naast zichzelf te oud vinden en een gebrek aan vaardigheid. Wat het opzoeken van cultuurinformatie online betreft, blijkt voor alle categorieën een soms spectaculaire stijging tussen 2003 en Er zijn natuurlijk ook nieuwe bijgekomen, zoals onroerend erfgoed of mode en design. Veel gebruik is wel incidenteel. Vervolgens beschrijft de heer Nulens de evolutie in de aankoop van cultuurproducten op het internet. Die van boeken steeg van 2 percent van de Vlamingen naar meer dan 9 percent, die van tickets van 2,5 naar 22 percent. Muziek downloaden steeg licht van 16 naar 19 percent, maar opvallend is dat er bij de jongste leeftijdscategorie geen toename meer is. Online cultuur beleven blijft beperkt. Het hoogste cijfer 12,5 percent is voor het bekijken van videoclips. Internet blijft blijkbaar vooralsnog een middel voor fysieke participatie.

10 10 Stuk 1122 ( ) Nr. 1 Verder leert het onderzoek dat Vlamingen niet zozeer op websites van Vlaamse media en culturele instellingen, maar veeleer op internationale sites op zoek gaan naar informatie. De interesse kan wel zeer groot worden door haar samen te brengen in een initiatief als het Vlaams Instituut voor Audiovisuele Archivering. Wat mobiele cultuurbeleving betreft, blijken de mp3-speler en de gsm enorm ingeburgerd. Bij de jongeren benadert dit de 100 percent. De spreker gewaagt van een digitale generatie. Ook user generated content (commentaar geven op andermans content en zelf online foto s plaatsen) wordt vooral door die categorie gecreëerd. De spreker besluit dat zowel het beleid als de sector best rekening houden met de veralgemening van de digitale cultuur, ook al blijft, in weerwil van de inhaalbeweging van oudere en lager opgeleide mensen, een kloof bestaan. De toename van de digitale cultuurparticipatie is gestegen van ongeveer 37 naar 74,1 percent, met dien verstande dat de bevraging in 2003 iets anders was. Het multivariate model toont de grote impact van leeftijd op niet-participatie, terwijl jongeren een veel grotere kans hebben om de dingen te doen die nieuw zijn, meer bepaald de mobiele en interactieve beleving. Er is voorts een zeer groot effect van het inkomen en van de sociaal-economische status en de cultuurparticipatie van de ouders. 7. Situering van de economische aspecten van cultuur- en sportparticipatie door prof. Jan Colpaert, HUB - CMS De heer Jan Colpaert gaat in op de economische dimensie van het onderzoek en begint met het aspect betalingsbereidheid. Hij wijst erop dat de enquête enkel rekening hield met personen die zich gebruiker noemen en wisten hoeveel ze betaalden. Alle anderen werden geweerd. Het hele spectrum van podiumkunsten, musea, festivals, concerten, sportwedstrijden, openbare bibliotheken en sportclubs kwam aan bod. De onderzoekers wilden de impact achterhalen van een prijsstijging op de opbrengst en op de participatie. De tweede onderzoeksvraag was of prijsdifferentiatie een alternatief vormt. De gemiddelde prijs van een jaar lidmaatschap van een lokale sportclub blijkt 122 euro te bedragen, golfclubs inbegrepen. De gemiddelde toegangsprijs van een museum is 5,4 euro, gratis toegang inbegrepen. Aan de respondenten werd gevraagd of ze bereid waren voortaan 40 percent meer te betalen, vervolgens 80 percent enzovoort. Na statistische verwerking blijkt dat men bijvoorbeeld voor podiumkunsten gemiddeld 28 euro wil betalen, terwijl de werkelijke prijs gemiddeld 11 euro is en 50 percent van de participanten tot 19 euro wil betalen. Bij een verdubbeling van de prijs stijgt de opbrengst, voor openbare bibliotheken bijvoorbeeld met 75 percent, maar daalt de participatie, in dit geval met 15 percent. Voor theatervoorstellingen bedragen de stijging en de daling respectievelijk 31 en 35 percent. Participatieverlies is waarschijnlijk geen goed idee, daarom vormt prijsdifferentiatie een alternatief voor een algemene prijsstijging. Men vraagt dan een andere prijs voor een bijna gelijk product, bijvoorbeeld hetzelfde toneelstuk s middags voor 6 euro en s avonds voor 12 euro. Ook studenten- en seniorenkortingen vallen daaronder. Als men 10 euro vraagt aan 75 participanten is de opbrengst 750 euro. Als men degenen die bereid zijn 20 euro te betalen, dat ook werkelijk laat doen, en de rest 10 euro, neemt de totale opbrengst toe tot 1200 euro. Door met drie prijzen te werken verdubbelt zelfs bijna de oorspronkelijke opbrengst. De bereidheid tot betalen moet natuurlijk wel uitgelokt worden. Het volstaat niet om mensen te zeggen: geef wat u wilt. De spreker onderstreept dat de participatie niet vermindert door de differentiatie. De techniek is trouwens algemeen bekend: de kans dat twee buren op een lijnvlucht dezelfde prijs betaalden, is nihil. Muziekfestivals kunnen op die manier hun opbrengst verhogen met 20 percent, openbare

11 Stuk 1122 ( ) Nr bibliotheken met 670 percent, sportclubs met 60 percent. De verschillen tussen deze percentages zijn volgens de spreker terug te voeren op verschillen in het huidige management. De heer Colpaert roept de vraag op waarom de Vlaamse bevolkingsgroep met de hoogste kans op armoede, alleenstaande moeders met kind, in tegenstelling tot jongeren en senioren geen korting krijgt. De spreker pleit er meteen voor om die voor senioren maar af te schaffen. Verder suggereert hij om abonnementen minstens even duur te maken als gewone kaartjes, aangezien de kopers ervan frequente participanten zijn met een hoge bereidheid tot betalen als men hen al bij het begin van een cultuurjaar een zitje voor een bepaalde voorstelling garandeert. Het tweede deel van het economische onderzoek betrof een kosten-batenanalyse, zij het geen klassieke. De onderzoekers vergeleken de kosten en de baten van overheidsinvesteringen in sport en cultuur aan de hand van zes cases: Bokrijk, openbare bibliotheek, openbaar zwembad, de Ronde van Vlaanderen, het S.M.A.K. en de Vooruit. Als kosten werden de overheidsinvesteringen van Europees tot lokaal niveau gezien, als baten de betaalbereidheid. De totale economische waarde bevat niet alleen de gebruikswaarde maar ook bijvoorbeeld de legaatwaarde (een instelling is geld waard omdat mijn kinderen er dan later gebruik kunnen van maken) of financiële waarde (de ijsventer voor de poort verdient geld aan deze instellling). Aan de respondenten werd bijvoorbeeld in verschillende stappen gevraagd of ze bereid waren extra belasting te betalen om de Vooruit te laten voortbestaan. Liefdadigheid was niet de bedoeling. De intervallen werden statistisch verwerkt, wat bij de Vooruit een gemiddelde bereidheid van ongeveer 10 euro per jaar opleverde, terwijl 50 percent van de (hele) bevolking 4 euro wil betalen. Bij de Ronde van Vlaanderen bedragen die getallen 11 en 2 euro, bij een bibliotheek 27,6 euro en 14,7 euro. Extrapolatie naar alle gezinnen in het Vlaamse Gewest leert dat openbare bibliotheken het hoogst gewaardeerd worden: Vlaanderen wil er 71 miljoen euro voor betalen, terwijl 50 percent nog altijd 38 miljoen euro wil betalen. Voor een zwembad zijn de bedragen respectievelijk 56 en 33,5 miljoen euro. De overheidsinvesteringen zijn hier in feite lager dan de baten. In de Vooruit en het S.M.A.K. zijn de baten zelfs een veelvoud van de investeringen. Alleen in de bibliotheken blijken de investeringen veel groter dan de baten. De reden daarvoor is dat hun structuur uit de jaren 60 dateert en zeer kostelijk is. 8. Situering van de sportparticipatie door prof. Renaat Philippaerts, UGent en prof. Jeroen Scheerder, K.U.Leuven De heer Renaat Philippaerts staat eerst stil bij de geslachts- en leeftijdsgebonden patronen. Jongeren blijken sportactiever dan ouderen. Tussen 14 en 17 jaar doet meer dan 60 percent aan sport, jongens zelfs net boven 80 percent. Pas vanaf 55 jaar daalt het percentage onder 50. Mannen sporten meer dan vrouwen. Het aantal uren verschilt meer in de jongste en in de oudste categorie. Slechts 30,7 percent van de meisjes in de eerstgenoemde groep is meer dan 3 uur per week sportactief, tegen 66,3 percent van de jongens. In de andere leeftijdscategorieën zijn de verschillen zichtbaar maar minder groot. Ongeveer 50 percent van de bevolking doet nooit aan sport. De top zes bij vrouwen wordt gevormd door fietsen, fitness, wandelen, lopen, zwemmen en dansen. Bij mannen komt daar voetbal bij in de twee jongste categorieën. Vanaf 35 verandert de sportvoorkeur niet meer. Het aantal personen dat in clubverband sport, stijgt

12 12 Stuk 1122 ( ) Nr. 1 in de jongste leeftijdscategorie uit boven 65 percent. Voor heel Vlaanderen komt men aan een percentage van 30 percent. Een lager percentage doet aan competitie. Een vergelijking met het aantal uur dat besteed wordt aan huishoudelijke en tuinactiviteiten leert dat dames meer uren besteden aan lichte en matige taken, terwijl in de zware categorie er een zij het licht mannelijk overwicht is. Wat mobiliteit betreft, maakt het overgrote deel van alle leeftijdscategorieën tussen 0 en 1 uur per dag gebruik van passief transport. In elke leeftijdscategorie blijkt meer dan 60 percent nooit gebruik te maken van actief transport (te voet of met de fiets). Het aantal uur sedentair schermgedrag bedraagt gemiddeld meer dan 2,5 uur per dag, waar in het weekend een dik halfuur bijkomt, vooral bij de jongste leeftijdscategorieën. De Vlaming zit dus gemiddeld een heel etmaal per week voor een scherm. Redenen voor fysieke activiteit zijn plezier, met vrienden samen zijn (hoofdzakelijk meisjes), conditie en gezondheid verbeteren. Hindernissen zijn in de eerste plaats tijdsgebrek (vooral bij vrouwen) en verder slecht passende uren, liever thuis blijven of gebrek aan interesse (vooral jongens). Bij 65-plussers worden gezondheid, conditie en ouderdom als hindernissen opgegeven. Door vergelijking met de data van het vroegere Steunpunt Sport, Beweging en Gezondheid kunnen positieve en negatieve seculaire trends zichtbaar worden, die overigens beide een positieve of negatieve betekenis kunnen hebben. Het wekelijkse aantal uren sportparticipatie blijft blijkbaar status quo. De enige significante stijging doet zich voor bij de dames tussen 55 en 65 jaar. Het sedentair gedrag is wel significant toegenomen in alle categorieën. Dit voorbeeld van een positieve seculaire trend met negatieve betekenis stemt tot nadenken. De heer Jeroen Scheerder bespreekt de verschuivingen in de sportbeoefening in Vlaanderen. Om tijdstrends waar te nemen, heeft men vergelijkingsmateriaal nodig, dat de onderzoekers vonden bij de K.U.Leuven maar ook bij de studiedienst van de Vlaamse Regering (voor wat het laatste decennium betreft). De universiteit verzamelt gegevens over sportcontact sinds het eind van de jaren 60. De definitie van dat contact is zo ruim dat de cijfers van inactiviteit des te betekenisvoller zijn. Anno 2009 heeft 27 percent van de volwassen Vlamingen geen enkel contact met actieve sportbeoefening. Dat betekent dat zes keer meer volwassenen actief sporten in de vrije tijd dan eind jaren 60 (12 percent). Ook de huidige genderpariteit was er toen nog niet. De sportbeoefening in clubverband is eveneens verzesvoudigd, al zijn de absolute cijfers veel lager. Bij schoolgaande jongeren is een verzadigingseffect waarneembaar: negen op tien komt in de vrije tijd in contact met actieve sport. Hun deelname aan clubsport vertoont echter eerder een dalende trend. De progressie is vooral toe te schrijven aan individuele sporten als lopen en fietsen. Het gaat in feite om een tweede toenamegolf in de actieve sportbeoefening, na een eerste in de jaren 70. Wat de frequentie betreft, blijkt uit de cijfers van de genoemde studiedienst dat het aantal personen dat meerdere keren per maand sport, toenam van 32,4 percent in 2001 naar 44 percent in 2009, zowel bij volwassen mannen als vrouwen. De spreker nuanceert wel dat de gepresenteerde cijfers ook toevallige sportbeoefening omvatten. Blijkt dat 37 percent van de 14- tot 85-jarigen in Vlaanderen niet aan sport doet. Van de sportactieve Vlamingen zit 82 percent in de categorie van de geplande sportbeoefenaars. Als Vlamingen aan sport doen, blijken ze dat veeleer frequent (19,1 percent) tot zeer frequent (61,4 percent) te doen. Deze termen betekenen respectievelijk meermaals per maand en per week. Clubsport zit op een percentage van 36,5 percent. Het merendeel van de sportactieve Vlamingen maakt dus geen gebruik van deze volgens de spreker eer-

13 Stuk 1122 ( ) Nr der zwaar gesubsidieerde context, althans in vergelijking met andere, lichtere vormen van sportbeoefening. De heer Scheerder vestigt er de aandacht op dat steeds dezelfde vijf sporttakken de voorkeur wegdragen, met name degene die toelaten individueel, recreatief, vluchtig en op eigen initiatief beoefend te worden: fietsen, lopen, wandelen, zwemmen, fitness. Typische clubsporten als voetbal en tennis staan lager in de rangschikking. Hij wijst er wel op dat deze cijfers niets zeggen over de frequentie en de intensiteit van de beoefening. Mogelijk worden voetbal en tennis frequenter en intensiever beoefend, maar niet door meer mensen. Competitieve sport is een aangelegenheid van een beperkte groep sporters. Het merendeel is recreatief bezig, of beide. Meer dan de helft van de sportbeoefening blijkt outdoor plaats te vinden, in natuur of bos of op straten en pleinen, en minder in de klassieke sportaccommodatie, waarin de Vlaamse overheid nochtans stevig investeerde. De spreker suggereert de overheidssteun te differentiëren en haar ook naar zachtere vormen van infrastructuur te laten gaan. De structuur waarbinnen men sport, kan variëren van zwaar (sportclub, fitnesscentrum) tot lichter (start-to-run). Het is vooral die laatste die enorm populair blijkt te zijn. Niet minder dan 62 percent van de sporters geeft aan in die context aan sport te doen. Een derde van de beoefenaars heeft zelfs helemaal geen structuren nodig. Niet minder dan 48 percent van mensen die sporten in clubverband, blijkt ook in een lichte sportgemeenschap actief, en 41 percent van hen ook individueel. De club is dus niet langer de enige setting. De heer Scheerder vat samen. Er is sprake van een enorme diversificatie en pluriformisering van het sportgedrag. Het beleid moet daarop ingaan en zich niet beperken tot de klassieke niches. Ook de sociale ongelijkheid blijft een uitdaging, maar die kan mogelijk aangepakt worden door middel van het aanbod en de contexten. De voorzitter dankt de onderzoekers van de Participatiesurvey voor hun uitgebreid onderzoek en voor hun toelichting ervan voor de commissieleden. Minister Schauvliege zal de gelegenheid krijgen om tijdens een volgende gedachtewisseling te antwoorden op vragen van de commissieleden over de wijze waarop het beleid aan de slag zal gaan met de verkregen informatie. Bart CARON, waarnemend voorzitter Yamila IDRISSI, verslaggever

14 14 Stuk 1122 ( ) Nr. 1 Gebruikte afkortingen CMS Centrum voor Modellering & Simulatie HUB Hogeschool-Universiteit Brussel K.U.Leuven Katholieke Universiteit Leuven S.M.AK. Stedelijk Museum voor Actuele Kunst UGent Universiteit Gent VUB Vrije Universiteit Brussel

Sportparticipatie en fysieke (in)activiteit van de Vlaamse bevolking: huidige situatie en seculaire trend ( )

Sportparticipatie en fysieke (in)activiteit van de Vlaamse bevolking: huidige situatie en seculaire trend ( ) Sportparticipatie en fysieke (in)activiteit van de Vlaamse bevolking: huidige situatie en seculaire trend (2003-2009) Onderzoeksgroepen Johan Lefevre, Jeroen Scheerder Stijn De Baere Renaat Philippaerts

Nadere informatie

1. Sportparticipatie en fysieke (in)activiteit van de Vlaamse bevolking: huidige situatie en seculaire trend (2003-2009) 25

1. Sportparticipatie en fysieke (in)activiteit van de Vlaamse bevolking: huidige situatie en seculaire trend (2003-2009) 25 Inhoud Inleiding Participatie in kaart 11 John Lievens en Hans Waege 1. Inleiding 11 2. Beleidscontext 11 3. Steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport 12 4. Participatiesurvey 2009 12 5. Eerste resultaten 14 5.1

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende het voeren van een preventiecampagne met het oog op een medische keuring voor sportende jongeren.

Voorstel van resolutie. betreffende het voeren van een preventiecampagne met het oog op een medische keuring voor sportende jongeren. stuk ingediend op 1450 (2011-2012) Nr. 2 26 maart 2013 (2012-2013) Voorstel van resolutie van de heren Jean-Jacques De Gucht, Peter Gysbrechts, Bart Caron, Herman Schueremans en Bart Tommelein, mevrouw

Nadere informatie

Wat staat er op de vrijetijdsagenda? Een typologie van hoe sociale, culturele en sportieve participatie met elkaar samen gaan

Wat staat er op de vrijetijdsagenda? Een typologie van hoe sociale, culturele en sportieve participatie met elkaar samen gaan Een typologie van hoe sociale, culturele en sportieve participatie met elkaar samen gaan Wendy Smits John Lievens Jeroen Scheerder pag. 1 Inleiding Wat staat er op de vrijetijdsagenda? Mogelijke samenhang

Nadere informatie

FACTS & FIGURES Participatie aan erfgoedactiviteiten Mathijs De Baere

FACTS & FIGURES Participatie aan erfgoedactiviteiten Mathijs De Baere Inleiding Erfgoed is een brede en overkoepelende term waarbinnen roerend, onroerend en immaterieel erfgoed wordt onderscheiden. Deze drie categorieën zijn in de praktijk sterk verweven met elkaar, maar

Nadere informatie

Sportparticipatie in Vlaanderen anno 2014

Sportparticipatie in Vlaanderen anno 2014 Sportparticipatie in Vlaanderen anno 2014 Jeroen Scheerder i.s.m. Marc Theeboom, Annick Willem, Julie Borgers en Zeno Nols Sportthema s 1. Deelname aan sport (Scheerder et al.) 2. Fysieke (in)activiteit

Nadere informatie

FACTS & FIGURES Bibliotheekbezoek Franne Mullens

FACTS & FIGURES Bibliotheekbezoek Franne Mullens Inleiding Uit onderzoek blijkt dat vooral jongeren hun weg vinden naar de bibliotheek. 65% van alle jongeren onder de 18 jaar bezochten in hun vrijetijd de bibliotheek en ze waren zo goed als allemaal

Nadere informatie

Bioscoopbezoek. Algemeen cultuurparticipatiecijfer (samenstelling van meer dan 40 activiteiten concerten, festivals, podium, musea, film)

Bioscoopbezoek. Algemeen cultuurparticipatiecijfer (samenstelling van meer dan 40 activiteiten concerten, festivals, podium, musea, film) Algemeen cultuurparticipatiecijfer (samenstelling van meer dan 40 activiteiten concerten, festivals, podium, musea, film) 10 1. Musea/tentoonstellingen 2. Bioscoopbezoek 3. Podiumkunsten 4. Erfgoedactiviteiten

Nadere informatie

FACTS & FIGURES Trends in museum- en tentoonstellingsbezoek ( ) Mathijs De Baere

FACTS & FIGURES Trends in museum- en tentoonstellingsbezoek ( ) Mathijs De Baere Inleiding In deze fiche zal het museum- en tentoonstellingsbezoek van de Vlamingen in kaart gebracht worden op basis van de participatiesurveygegevens van 2004 (n=2849), 2009 (n=3144) en 2014 (n=3965).

Nadere informatie

FACTS & FIGURES Bioscoopbezoek Mathijs De Baere

FACTS & FIGURES Bioscoopbezoek Mathijs De Baere Inleiding Al begin 20ste eeuw opende de eerste bioscopen hun deuren in België en midden de jaren twintig van de 20 e eeuw telde België al meer dan 1000 bioscopen (Convents, 2007; Biltereyst & Meers, 2007)

Nadere informatie

Over waardebepaling en ticketprijzen. Zet mij in CC 22 mei 2012

Over waardebepaling en ticketprijzen. Zet mij in CC 22 mei 2012 Over waardebepaling en ticketprijzen Zet mij in CC 22 mei 2012 Wat zijn de ticketprijzen voor: Onder het melkwoud Jan Decleir en Koen De Sutter 10 (abo) 16 (abo) 12 (vriendenprijs) 17 (red.) 14 18 Hoe

Nadere informatie

Cultuur en sport Betalingsbereidheid voor het gebruik van cultuur- en sportgoederen

Cultuur en sport Betalingsbereidheid voor het gebruik van cultuur- en sportgoederen Cultuur en sport Betalingsbereidheid voor het gebruik van cultuur- en sportgoederen Andy Vekeman, Jan Colpaert, Alain Praet, Michel Meulders en Jeroen Scheerder Betalingsbereidheid voor het gebruik Inleiding

Nadere informatie

Verzoekschrift. over een opleidingsvergoeding voor jeugdspelers in het voetbal. Verslag

Verzoekschrift. over een opleidingsvergoeding voor jeugdspelers in het voetbal. Verslag stuk ingediend op 2165 (2012-2013) Nr. 2 8 april 2014 (2013-2014) Verzoekschrift over een opleidingsvergoeding voor jeugdspelers in het voetbal Verslag namens de Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende de problematiek van de sportdoden tijdens sportcompetities. Verslag. van mevrouw Ulla Werbrouck

Voorstel van resolutie. betreffende de problematiek van de sportdoden tijdens sportcompetities. Verslag. van mevrouw Ulla Werbrouck stuk ingediend op 227 (2009-2010) Nr. 3 26 maart 2013 (2012-2013) Voorstel van resolutie van mevrouw Ulla Werbrouck betreffende de problematiek van de sportdoden tijdens sportcompetities Verslag namens

Nadere informatie

OVER OUDERS, SCHOOL EN PARTICIPATIE. John Lievens

OVER OUDERS, SCHOOL EN PARTICIPATIE. John Lievens OVER OUDERS, SCHOOL EN PARTICIPATIE John Lievens HOGER VS. LAGER OPGELEIDEN Hoger opgeleiden doen meer: (opnieuw) vastgesteld voor zowat alle participatievariabelen m.b.t. cultuur, verenigingsleven en

Nadere informatie

COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING

COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING AGENDA COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING De aanpassing betreft volgende vergaderingen Dinsdag 05.03.2013-15:00 uur: Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden en Internationale Samenwerking

Nadere informatie

Eerste resultaten cultuursurvey Maastricht 2017 versie mei 2018

Eerste resultaten cultuursurvey Maastricht 2017 versie mei 2018 Eerste resultaten cultuursurvey Maastricht 2017 versie mei 2018 In november en december 2017 ontvingen 12.000 inwoners van Maastricht van zes jaar en ouder een lijst met vragen over cultuurbeoefening,

Nadere informatie

Wie doet aan sport? Een korte analyse van sportparticipatie uit het Vlaams Tijdsbestedingsonderzoek 2013

Wie doet aan sport? Een korte analyse van sportparticipatie uit het Vlaams Tijdsbestedingsonderzoek 2013 Wie doet aan sport? Een korte analyse van sportparticipatie uit het Vlaams Tijdsbestedingsonderzoek 2013 Situering Onze maatschappij houdt ons graag een ideaalbeeld voor van een gezonde levensstijl, waarbij

Nadere informatie

PARTICIPATIE IN DE LEVENSLOOP. John Lievens & Jef Vlegels

PARTICIPATIE IN DE LEVENSLOOP. John Lievens & Jef Vlegels PARTICIPATIE IN DE LEVENSLOOP John Lievens & Jef Vlegels PARTICIPATIE IN DE LEVENSLOOP Onderzoeksvragen Hoe verloopt participatie in de levensloop/met de leeftijd? in zowat alle andere bijdragen aandacht

Nadere informatie

JeugdOnderzoeksPlatform. Lieve Bradt

JeugdOnderzoeksPlatform. Lieve Bradt JeugdOnderzoeksPlatform Lieve Bradt JeugdOnderzoeksPlatform TOR Vrije Universiteit Brussel Promotoren: Bram Spruyt, Jessy Siongers Onderzoekers: Filip Van Droogenbroeck, Lauren Vandenbossche, Gil Keppens

Nadere informatie

Fit en Gezond in Overijssel 2016

Fit en Gezond in Overijssel 2016 Fit en Gezond in Overijssel 2016 Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen 2016 Provinciale resultaten sport en bewegen Colofon Fit en Gezond in Overijssel Provinciale resultaten sport en bewegen uit de

Nadere informatie

Sociale ongelijkheid in participatie en kansengroepen

Sociale ongelijkheid in participatie en kansengroepen Sociale ongelijkheid in participatie en kansengroepen Overzicht sessie sociale ongelijkheid en kansengroepen Definitie van kansengroepen Onderzoeksmethoden Participatiesurvey: kansengroepen worden moeilijk

Nadere informatie

KVLV helpt vrouwen over de drempel naar beweging!

KVLV helpt vrouwen over de drempel naar beweging! 3 juni 2004 KVLV helpt vrouwen over de drempel naar beweging! IS ER POSITIEF NIEUWS? Recent interuniversitair onderzoek bij 12.000 Vlamingen tussen 10 en 75 jaar doet Minister Marino Keulen besluiten dat

Nadere informatie

JeugdOnderzoeksPlatform

JeugdOnderzoeksPlatform JeugdOnderzoeksPlatform JeugdOnderzoeksPlatform Lieve Bradt TOR Vrije Universiteit Brussel Promotoren: Bram Spruyt, Jessy Siongers Onderzoekers: Filip Van Droogenbroeck, Lauren Vandenbossche, Gil Keppens

Nadere informatie

FACTS & FIGURES Cultuur- en gemeenschapscentra Franne Mullens

FACTS & FIGURES Cultuur- en gemeenschapscentra Franne Mullens Inleiding Vanaf de jaren 60 70 van de vorige eeuw werden in Vlaanderen verschillende lokale cultuur- en gemeenschapscentra opgericht. Deze lokale en toegankelijke cultuurtempels hadden tot doel, net als

Nadere informatie

Eerste resultaten van de Monitor-enquête over de mobiliteit van de Belgen

Eerste resultaten van de Monitor-enquête over de mobiliteit van de Belgen Eerste resultaten van de Monitor-enquête over de mobiliteit van de Belgen Inleiding De FOD Mobiliteit en Vervoer en het Vias-instituut hebben een grote enquête georganiseerd om de mobiliteitsgewoonten

Nadere informatie

Heeft het jeugdwerk een rol te spelen in de ongeorganiseerde vrijetijdsbesteding van kinderen en jongeren?

Heeft het jeugdwerk een rol te spelen in de ongeorganiseerde vrijetijdsbesteding van kinderen en jongeren? Heeft het jeugdwerk een rol te spelen in de ongeorganiseerde vrijetijdsbesteding van kinderen en jongeren? Lieve Bradt Vakgroep Sociaal Werk en Sociale Pedagogiek Universiteit Gent 17 mei 2019 Een korte

Nadere informatie

Levensfasen van kinderen en het arbeidspatroon van ouders

Levensfasen van kinderen en het arbeidspatroon van ouders Levensfasen van kinderen en het arbeidspatroon van ouders Martine Mol De geboorte van een heeft grote invloed op het arbeidspatroon van de vrouw. Veel vrouwen gaan na de geboorte van het minder werken.

Nadere informatie

Factsheet Sportparticipatie in Utrecht

Factsheet Sportparticipatie in Utrecht Factsheet Sportparticipatie in Utrecht mei 2015 Overzicht Deze factsheet geeft op hoofdlijnen een beeld van sporten en bewegen in de stad en maakt deel uit van Utrecht Sport, de Utrechtse sportvisie op

Nadere informatie

Sportparticipatie van de 55-plusser in Vlaanderen. Marc Theeboom Inge Derom Zeno Nols

Sportparticipatie van de 55-plusser in Vlaanderen. Marc Theeboom Inge Derom Zeno Nols Sportparticipatie van de 55-plusser in Vlaanderen Marc Theeboom Inge Derom Zeno Nols Participatiesurvey 2014 (PaS 2014) Wetenschappelijke Steunpunten Cultuur, Jeugd, Sport en Media (2012-2016) Representatieve

Nadere informatie

Sociale ongelijkheid in participatie en kansengroepen

Sociale ongelijkheid in participatie en kansengroepen Sociale ongelijkheid in participatie en kansengroepen Overzicht sessie sociale ongelijkheid en kansengroepen Definitie van kansengroepen Onderzoeksmethoden Participatiesurvey: kansengroepen worden moeilijk

Nadere informatie

Bekendheid Norm Gezond Bewegen

Bekendheid Norm Gezond Bewegen Bewonersonderzoek 2013 gemeente Deventer onderdeel Sport Nationale Norm Gezond Bewegen De Nationale Norm Gezond Bewegen is in 2013 bij 55% van de Deventenaren bekend. Dit percentage was in 2011 licht hoger

Nadere informatie

PARTICIPATIE OVER DE LEVENSLOOP

PARTICIPATIE OVER DE LEVENSLOOP PARTICIPATIE OVER DE LEVENSLOOP Participatie over de levensloop Sprekers & inbreng: Diederik Cops (JOP), Zeno Nols (Steunpunt Sport) Jessy Siongers (Steunpunt Cultuur & JOP) Panel: Filip Balthau (JES)

Nadere informatie

Verenigingen en vrijwilligerswerk: hardnekkige fenomenen

Verenigingen en vrijwilligerswerk: hardnekkige fenomenen Verenigingen en vrijwilligerswerk: hardnekkige fenomenen Luk Bral en Guy Pauwels Studiedag 20 jaar peilen in Vlaanderen Leuven, 31 januari 2017 Inhoud Context Opzet Evolutie informele contacten, lidmaatschap

Nadere informatie

Drempels en drijfveren voor participatie. Niet participanten cultuur. Niet participanten cultuur (2) Niet sporters

Drempels en drijfveren voor participatie. Niet participanten cultuur. Niet participanten cultuur (2) Niet sporters Drempels en drijfveren voor participatie Niet participanten cultuur 73% van de respondenten bezocht de laatste 6 maanden geen theater 74% ging niet naar een concert in deze tijdsperiode Sofie Beunen (Steunpunt

Nadere informatie

1. Participatie over de levensloop. Opbouw Sessie. Ter inleiding PARTICIPATIE OVER DE LEVENSLOOP

1. Participatie over de levensloop. Opbouw Sessie. Ter inleiding PARTICIPATIE OVER DE LEVENSLOOP Participatie over de levensloop Sprekers & inbreng: Diederik Cops (JOP), Zeno Nols (Steunpunt Sport) Jessy Siongers (Steunpunt Cultuur & JOP) PARTICIPATIE OVER DE LEVENSLOOP Panel: Filip Balthau (JES)

Nadere informatie

COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING

COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING AGENDA COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING De aanpassing betreft volgende vergaderingen Dinsdag 25.01.2011-13:30 uur : Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting Antoon Van Dyckzaal - 2 e verdieping

Nadere informatie

over een hernieuwde communicatie betreffende sport in Vlaanderen portaalwebsite en Sportdatabank Vlaanderen

over een hernieuwde communicatie betreffende sport in Vlaanderen portaalwebsite en Sportdatabank Vlaanderen stuk ingediend op 1525 (2011-2012) Nr. 1 13 maart 2012 (2011-2012) Gedachtewisseling over een hernieuwde communicatie betreffende sport in Vlaanderen portaalwebsite en Sportdatabank Vlaanderen Verslag

Nadere informatie

Externe analyse (2008)

Externe analyse (2008) Externe analyse (2008) Trends volgens STEP: uitgeschreven 1. Sociologisch 1.1 Sociologisch: algemeen 1.1.1 Sportbeoefenaars 1.1.1.1 Aantal aangesloten leden in de sportclubs van de erkende en gesubsidieerde

Nadere informatie

Drempels en drijfveren voor participatie. Sofie Beunen (Steunpunt Cultuur) An De Meester (Steunpunt Sport)

Drempels en drijfveren voor participatie. Sofie Beunen (Steunpunt Cultuur) An De Meester (Steunpunt Sport) Drempels en drijfveren voor participatie Sofie Beunen (Steunpunt Cultuur) An De Meester (Steunpunt Sport) Niet-participanten cultuur 73% van de respondenten bezocht de laatste 6 maanden geen theater 74%

Nadere informatie

Actieve vrijetijdssport in Vlaanderen trends, profielen en settings

Actieve vrijetijdssport in Vlaanderen trends, profielen en settings Actieve vrijetijdssport in Vlaanderen trends, profielen en settings Jeroen Scheerder & Steven Vos Afdeling Sociale Kinesiologie & Sportmanagement, K.U.Leuven m.m.v. S. Pabian, K. De Martelaer, J. Lefevre

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. Verslag. stuk ingediend op

Ontwerp van decreet. Verslag. stuk ingediend op stuk ingediend op 2114 (2012-2013) Nr. 2 5 november 2013 (2013-2014) Ontwerp van decreet tot instemming met de kaderovereenkomst inzake een breed partnerschap en samenwerking tussen de Europese Unie en

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. Verslag

Ontwerp van decreet. Verslag stuk ingediend op 2113 (2012-2013) Nr. 2 22 oktober 2013 (2013-2014) Ontwerp van decreet tot instemming met de kaderovereenkomst inzake partnerschap en samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten

Nadere informatie

Meer vrouwen werken minder, minder mannen werken meer

Meer vrouwen werken minder, minder mannen werken meer Gezin en arbeid Meer vrouwen werken minder, minder mannen werken meer Veranderingen in de tijdsbesteding van mannen en vrouwen tussen 1999 en 2004 Het onderzoek Tijdsbesteding van de Vlamingen: een tijdsbudgetonderzoek

Nadere informatie

houdende de ondersteuning van de professionele kunsten

houdende de ondersteuning van de professionele kunsten stuk ingediend op 2157 (2012-2013) Nr. 6 13 november 2013 (2013-2014) Voorstel van decreet van de heer Paul Delva, mevrouw Yamila Idrissi en de heren Marius Meremans, Bart Caron, Johan Verstreken, Philippe

Nadere informatie

Cultuur en sport De niet-gebruikswaarde bij waardering van cultuur en sport

Cultuur en sport De niet-gebruikswaarde bij waardering van cultuur en sport Cultuur en sport De niet-gebruikswaarde bij waardering van cultuur en sport Andy Vekeman, Jan Colpaert, Alain Praet, Michel Meulders en Jeroen Scheerder Kosten-batenanalyse Inleiding Economische concepten

Nadere informatie

Figuur 1: logo Vrouwenraad ALLEENSTAANDE OUDERS PARTICIPATIE

Figuur 1: logo Vrouwenraad ALLEENSTAANDE OUDERS PARTICIPATIE Figuur 1: logo Vrouwenraad ALLEENSTAANDE OUDERS PARTICIPATIE 2016 INHOUDSTAFEL Inhoud INLEIDING... 3 Overzicht recentste participatie-indicatoren... 3 SCV-Survey... 3 Deelname aan sociale contacten...

Nadere informatie

Een meer gelijke verdeling van beroepsarbeid en beroepsinkomen tussen mannen en vrouwen in Vlaanderen, maar...

Een meer gelijke verdeling van beroepsarbeid en beroepsinkomen tussen mannen en vrouwen in Vlaanderen, maar... Een meer gelijke verdeling van beroepsarbeid en beroepsinkomen tussen mannen en vrouwen in Vlaanderen, maar... Van Dongen, W. 2010. Naar een meer democratische verdeling van beroepsarbeid en beroepsinkomen

Nadere informatie

WORKLESS HOUSEHOLDS IN VLAANDEREN Hoofdstuk 21

WORKLESS HOUSEHOLDS IN VLAANDEREN Hoofdstuk 21 WORKLESS HOUSEHOLDS IN VLAANDEREN Hoofdstuk 21 Seppe Van Gils De manier waarop individuele arbeidsmarktposities (werkzaam, werkloos of niet-beroepsactief) op gezinsniveau worden gecombineerd, kan belangrijke

Nadere informatie

Tabel 69: Verdeling van het gavpppd volgens geslacht en hoofdvervoerswijze. meerdere verplaatsingen heeft gemaakt.

Tabel 69: Verdeling van het gavpppd volgens geslacht en hoofdvervoerswijze. meerdere verplaatsingen heeft gemaakt. 2.2 Gavpppd en socio-economische kenmerken Iedereen die mobiliteit en verplaatsingsgedrag bestudeert, heeft wellicht al wel eens van een studie gehoord waarin socio-economische kenmerken gebruikt worden

Nadere informatie

Wat onthouden we uit het nieuws? Analyse van de effecten van verschillende informatiekanalen op kennis over actuele politieke zaken

Wat onthouden we uit het nieuws? Analyse van de effecten van verschillende informatiekanalen op kennis over actuele politieke zaken Onderzoeksnota : Wat onthouden we uit het nieuws? Analyse van de effecten van verschillende informatiekanalen op kennis over actuele politieke zaken Dr. Patrick van Erkel Prof. Peter Van Aelst Onderzoeksgroep

Nadere informatie

Wie doen er aan sport en cultuur?

Wie doen er aan sport en cultuur? Wie doen er aan sport en? Eerste presentatie van gegevens uit de Vrijetijdsomnibus 2012 HUP Wie doen er aan sport en? Sport en hebben veel gemeen. Het zijn allebei vormen van vrijetijdsbesteding (behalve

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

Voor het eerst neemt vrije tijd niet meer af

Voor het eerst neemt vrije tijd niet meer af Voor het eerst neemt vrije tijd niet meer af Hoe gaan Nederlanders met hun tijd om? vraagt het Sociaal en Cultureel Planbureau zich af in het laatste rapport over het vijfjaarlijkse Tijdsbestedingsonderzoek.

Nadere informatie

De slag om de vrije tijd

De slag om de vrije tijd De slag om de vrije tijd cultuurparticipatie en andere vormen van vrijetijdsbesteding Henk Vinken en Teunis IJdens Sinds 2007 daalt het percentage van de Nederlandse bevolking dat in de vrije tijd actief

Nadere informatie

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Samenvatting Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Stabiliteit en verandering in gerapporteerde levensgebeurtenissen over een periode van vijf jaar Het belangrijkste doel van dit longitudinale,

Nadere informatie

Vrije tijd van jongeren in migratie. Lucas Pissens, Jessy Siongers, John Lievens, Lieve Bradt & Ilse Derluyn

Vrije tijd van jongeren in migratie. Lucas Pissens, Jessy Siongers, John Lievens, Lieve Bradt & Ilse Derluyn Vrije tijd van jongeren in migratie Lucas Pissens, Jessy Siongers, John Lievens, Lieve Bradt & Ilse Derluyn Een steeds meer divers wordende samenleving Stijgend aantal migraties Nieuwe migratiestromen

Nadere informatie

Diversiteit in de vrije tijd. Juno Tourne Universiteit Gent

Diversiteit in de vrije tijd. Juno Tourne Universiteit Gent Diversiteit in de vrije tijd Juno Tourne Universiteit Gent Jongeren in cijfers en letters: hoofdstukken Hoofdstuk 8: Georganiseerde en ongeorganiseerde vrijetijdsbesteding van kinderen en jongeren - Juno

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek cultuurparticipatie

Samenvatting onderzoek cultuurparticipatie Samenvatting onderzoek cultuurparticipatie 2001-2008 Belangrijkste uitkomsten van het onderzoek (periode 2001-2008) Het culturele klimaat wordt zowel wat vitaliteit betreft ( er gebeurt veel ) als wat

Nadere informatie

Control / BiO. Cultuur in Eindhoven. Resultaten Inwonersenquête / 14

Control / BiO. Cultuur in Eindhoven. Resultaten Inwonersenquête / 14 Cultuur in Eindhoven Resultaten Inwonersenquête 2018 1 / 14 Samenvatting 82 van de Eindhovenaren bezocht het afgelopen jaar minstens één culturele activiteit. 18 geeft aan geen enkele culturele activiteit

Nadere informatie

Stadsmonitor 2014 Een samenwerking tussen het Agentschap Binnenlands Bestuur en de Studiedienst van de Vlaamse Regering

Stadsmonitor 2014 Een samenwerking tussen het Agentschap Binnenlands Bestuur en de Studiedienst van de Vlaamse Regering Stadsmonitor 2014 Een samenwerking tussen het Agentschap Binnenlands Bestuur en de Studiedienst van de Vlaamse Regering Situering Opdracht: minister, bevoegd voor het Stedenbeleid De stadsmonitor is een

Nadere informatie

Rookenquête 2018 Een rapport voor Stichting tegen Kanker, uitgevoerd door GfK Belgium

Rookenquête 2018 Een rapport voor Stichting tegen Kanker, uitgevoerd door GfK Belgium Rookenquête 2018 Een rapport voor Stichting tegen Kanker, uitgevoerd door GfK Belgium Context & methodologie Stichting tegen Kanker Stichting tegen Kanker is een Belgische stichting met als missie de strijd

Nadere informatie

Sportpar'cipa'e in Vlaanderen: sociale uitslui'ng van kansengroepen

Sportpar'cipa'e in Vlaanderen: sociale uitslui'ng van kansengroepen Sportpar'cipa'e in Vlaanderen: sociale uitslui'ng van kansengroepen onderzoekers VUB: Marc Theeboom, Zeno Nols, Inge Derom, Veerle De Bosscher, Kris;ne De Martelaer UGent: Annick Willem KUL: Jeroen Scheerder

Nadere informatie

Ouders op de arbeidsmarkt

Ouders op de arbeidsmarkt Ouders op de arbeidsmarkt Ingrid Beckers en Johan van der Valk De bruto arbeidsparticipatie van alleenstaande s is sinds 1996 sterk toegenomen. Wel is de arbeidsparticipatie van paren nog steeds een stuk

Nadere informatie

Lezen, bibliotheek en jongeren

Lezen, bibliotheek en jongeren Lezen, bibliotheek en jongeren www.dezb.nl Cijfers uit de Jeugdmonitor Zeeland Kousteensedijk 7 4331 JE Middelburg Postbus 8004 4330 EA Middelburg T 0118 654000 info@dezb.nl Cijfers uit de Jeugdmonitor

Nadere informatie

Verzoekschrift. over het collectieve leerlingenvervoer in het algemeen en voor kinderen met diabetes in het bijzonder. Verslag

Verzoekschrift. over het collectieve leerlingenvervoer in het algemeen en voor kinderen met diabetes in het bijzonder. Verslag stuk ingediend op 1851 (2012-2013) Nr. 1 21 december 2012 (2012-2013) Verzoekschrift over het collectieve leerlingenvervoer in het algemeen en voor kinderen met diabetes in het bijzonder Verslag namens

Nadere informatie

PERSBERICHT Tijdsbestedingsonderzoek TOR13

PERSBERICHT Tijdsbestedingsonderzoek TOR13 PERSBERICHT Tijdsbestedingsonderzoek TOR13 Onderzoeksgroep TOR Vrije Universiteit Brussel VUB BRUSSEL Tussen januari 2013 en februari 2014 hield een steekproef van 3.260 Vlamingen tussen 18 en 75 jaar

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

over de Grote Sportclubenquête

over de Grote Sportclubenquête stuk ingediend op 1964 (2012-2013) Nr. 1 26 maart 2013 (2012-2013) Gedachtewisseling over de Grote Sportclubenquête Verslag namens de Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media uitgebracht door de heer

Nadere informatie

Dimarso-onderzoek naar de effectiviteit van de Bloso sensibiliseringscampagne Sportelen, Beweeg zoals je bent

Dimarso-onderzoek naar de effectiviteit van de Bloso sensibiliseringscampagne Sportelen, Beweeg zoals je bent Dimarso-onderzoek naar de effectiviteit van de Bloso sensibiliseringscampagne Sportelen, Beweeg zoals je bent Nadat uit onderzoek bleek dat minder dan een kwart van de 50-plussers voldoende beweegt of

Nadere informatie

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen

Nadere informatie

houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2013

houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2013 stuk ingediend op 1752 (2012-2013) Nr. 9 4 december 2012 (2012-2013) Ontwerp van decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2013 Verslag namens de Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid,

Nadere informatie

De bruisende stad. Beleidskader

De bruisende stad. Beleidskader De bruisende stad Vlaams Regeerakkoord: Beleidskader» Werk maken van duurzame, creatieve steden» Stedelijke kernen uitbouwen tot aantrekkelijke woonkernen met een interessant cultureel, onderwijs-, verzorgings-,

Nadere informatie

«WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES

«WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES «WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES Brussel wordt gekenmerkt door een grote concentratie van armoede in de dichtbevolkte buurten van de arme sikkel in het centrum van de stad, met name

Nadere informatie

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2015-I

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2015-I Opgave 3 Sport in de samenleving Bij deze opgave horen de teksten 7 en 8, tabel 4 en figuur 3 uit het bronnenboekje. Inleiding Sport en bewegen nemen in de Nederlandse samenleving een belangrijke plaats

Nadere informatie

Sportparticipatie Kinderen en jongeren

Sportparticipatie Kinderen en jongeren Sportparticipatie 2017 Kinderen en jongeren Onderzoek & Statistiek Juni 2017 Samenvatting Begin 2017 heeft de afdeling Onderzoek & Statistiek een onderzoek uitgezet onder ouders en jongeren uit de gemeente

Nadere informatie

Weinig mensen sociaal aan de kant

Weinig mensen sociaal aan de kant Weinig mensen sociaal aan de kant Tevredenheid over de kwaliteit van relaties Hoge frequentie van contact met familie en vrienden Jongeren spreken of schrijven hun vrienden elke week 15 Drie op de tien

Nadere informatie

1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.

1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft. ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 8 november 2006 1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.

Nadere informatie

Grensoverschrijdend gedrag ten aanzien van kinderen in de sport in Vlaanderen en Nederland

Grensoverschrijdend gedrag ten aanzien van kinderen in de sport in Vlaanderen en Nederland Grensoverschrijdend gedrag ten aanzien van kinderen in de sport in Vlaanderen en Nederland Een retrospectieve zelfrapportering van ervaringen met psychisch, fysiek en seksueel in de sport voor de leeftijd

Nadere informatie

Steunpuntenprogramma Steunpunt Cultuur Missie en doelstellingen

Steunpuntenprogramma  Steunpunt Cultuur Missie en doelstellingen Steunpunt Cultuur 2012-2015 Cultuurforum, 1/6/2012, de Warande, Turnhout John Lievens Steunpuntenprogramma www.vlaanderen.be/steunpunten 3 e generatie steunpunten voor beleidsrelevant onderzoek begin 2012:

Nadere informatie

Deeltijdarbeid. WAV-Rapport. Seppe Van Gils. Maart 2004

Deeltijdarbeid. WAV-Rapport. Seppe Van Gils. Maart 2004 Deeltijdarbeid Seppe Van Gils Maart 2004 WAV-Rapport Steunpunt Werkgelegenheid, Arbeid en Vorming Interuniversitair samenwerkingsverband E. Van Evenstraat 2 blok C 3000 Leuven T:32(0)16 32 32 39 F:32(0)16

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

Tijdsbesteding van de Belgen. Resultaten van het Belgisch tijdsbestedingsonderzoek 2013

Tijdsbesteding van de Belgen. Resultaten van het Belgisch tijdsbestedingsonderzoek 2013 Tijdsbesteding van de Belgen Resultaten van het Belgisch tijdsbestedingsonderzoek 2013 Tijdsbestedingsonderzoek TBO 13 Uitgevoerd door AD Statistiek Statistics Belgium van de FOD Economie Ondersteuning,

Nadere informatie

Wie doen er aan sport en cultuur?

Wie doen er aan sport en cultuur? Beoefenen en/of en, en/of Capita selecta zijn ers ook beoefenaars? zijn liefhebbers ook liefhebbers? beoefenen 46 19 en 52 32 Zijn ers ook beoefenaars? Zijn ers van ook de mensen die amateurkunst beoefenen?

Nadere informatie

Spelen gemeentekenmerken een rol bij participatie?

Spelen gemeentekenmerken een rol bij participatie? Spelen gemeentekenmerken een rol bij participatie? Andy Vekeman, Jan Colpaert, Michel Meulders en Alain Praet (alain.praet@kuleuven.be) KU Leuven (Campus Brussel) In het verleden: streven naar een ruim

Nadere informatie

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtonen 1) Integratiecampagne

Nadere informatie

Voor ik naar hier kwam, heb ik nog even een kijkje genomen op de. organisaties, vzw s die al dan niet dringend op zoek zijn naar

Voor ik naar hier kwam, heb ik nog even een kijkje genomen op de. organisaties, vzw s die al dan niet dringend op zoek zijn naar Vrijdag 3 december 2010 Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR Belgische medialaunch Europees Jaar 2011 Vrijwilligerswerk (enkel het gesproken woord telt) Dames

Nadere informatie

Uit de beleidsnota: De overlap tussen online en offline cultuurparticipatie. 3 modaliteiten van cultuurparticipatie Verbreding

Uit de beleidsnota: De overlap tussen online en offline cultuurparticipatie. 3 modaliteiten van cultuurparticipatie Verbreding Uit de beleidsnota: SD5: Het realiseren van culturele en maatschappelijke meerwaarde door in te zetten op e cultuur en digitalisering als integraal onderdeel van de culturele praktijk (Gatz, 2014:33) Doel:

Nadere informatie

over ouderen en cultuurparticipatie

over ouderen en cultuurparticipatie stuk ingediend op 463 (2009-2010) Nr. 1 29 maart 2010 (2009-2010) Hoorzitting over ouderen en cultuurparticipatie Verslag namens de Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media uitgebracht door de heer

Nadere informatie

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007 LelyStadsGeluiden De mening van de jongeren gepeild School en werk 007 In 007 hebben.37 jongeren meegewerkt aan de jongerenenquête. Het onderzoek had als doel om in kaart te brengen wat jongeren doen,

Nadere informatie

Kortingscode gebruik onder online shoppers in Nederland

Kortingscode gebruik onder online shoppers in Nederland Kortingscode gebruik onder online shoppers in Nederland 5 jaar geleden deed de kortingscode haar intrede in Nederland. Met een kortingscode (ook bekend als actiecode) kan extra korting worden verkregen

Nadere informatie

betreffende het Vlaamse beleid ten aanzien van jeugdhuizen

betreffende het Vlaamse beleid ten aanzien van jeugdhuizen stuk ingediend op 1834 (2012-2013) Nr. 1 7 december 2012 (2012-2013) Voorstel van resolutie van de heer Bart Van Malderen, de dames Tinne Rombouts, Danielle Godderis-T Jonck, Elisabeth Meuleman en Ulla

Nadere informatie

Inleiding. Bespreking pagina 1

Inleiding. Bespreking pagina 1 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

Sportparticipatie Volwassenen

Sportparticipatie Volwassenen Sportparticipatie 2014 Volwassenen Onderzoek & Statistiek Februari 2015 2 Samenvatting In het najaar van 2014 is de sportparticipatie van de volwassen inwoners van de gemeente s- Hertogenbosch onderzocht.

Nadere informatie

RAPPORT VVC en LOCUS

RAPPORT VVC en LOCUS RAPPORT Resultaten en conclusies van het cijfermateriaal schoolactiviteiten in cultuurcentra in functie van een analyse van mogelijke effecten van de maximumfactuur basisonderwijs 23.02.2011 VVC en LOCUS

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 24 februari 2012

PERSBERICHT Brussel, 24 februari 2012 PERSBERICHT Brussel, 24 februari 12 STEEDS MEER BELGEN HEBBEN TOEGANG TOT INTERNET In 11 had 77% van de huishoudens internettoegang, meestal via breedband. Dat blijkt uit de resultaten van de ICT enquête

Nadere informatie

Rapport. Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren

Rapport. Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren Rapport Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren Woerden, juli 2014 Inhoudsopgave I. Omvang en samenstelling groep respondenten p. 3 II. Wat verstaan senioren onder eigen regie en zelfredzaamheid?

Nadere informatie

Hoofdstuk 3. Jeugd. 3.1 Inleiding

Hoofdstuk 3. Jeugd. 3.1 Inleiding Hoofdstuk 3 Jeugd Vincent Hildebrandt 1, Claire Bernaards 1, Hedwig Hofstetter 1, Dorine Collard 2, Huib Valkenberg 3 1 TNO Gezond Leven, Leiden 2 Mulier Instituut, Utrecht 3 VeiligheidNL, Amsterdam 3.1

Nadere informatie

Werkloosheid Redenen om niet actief te

Werkloosheid Redenen om niet actief te Sociaal Economische Trends 2013 Sociaaleconomische trends Werkloosheid Redenen 2004-2011 om niet actief te zijn Stromen op en duren de arbeidsmarkt Werkloosheidsduren op basis van de Enquête beroepsbevolking

Nadere informatie