OPDRACHTKAART. Thema: Prepress. Illustrator 2. De vulling van een object veranderen Werken met padtekst PP

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "OPDRACHTKAART. Thema: Prepress. Illustrator 2. De vulling van een object veranderen Werken met padtekst PP"

Juliana Sarah van Dijk
7 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 OPDRACHTKAART PP De vulling van een object veranderen Werken met padtekst Voorkennis: Opdracht 1, tekenprogramma Illustrator afgerond Intro: In de vorige praktijkopdracht van het onderdeel Illustrator heb je eenvoudige figuren gemaakt met de diverse gereedschappen. Met deze opdracht ga je meer ingewikkelde figuren maken en deze transformeren. Ook leer je werken met het Tekst-padgereedschap. Doelen: Als je deze opdracht uitgevoerd hebt kun je: de vulling van een object veranderen. objecten ordenen en groeperen. objecten kopiëren en plakken. objecten roteren en spiegelen. het gereedschap Spiraal gebruiken. het gereedschap Padtekst gebruiken. Activiteiten: 1. Pak de theorie over Illustrator en lees eerst het onderdeel over het Pengereedschap 2. Maak de instaptoets en controleer de antwoorden. 3. Maak praktijkopdracht 2: De vulling van een object veranderen. Werken met padtekst. 4. Maak de bijbehorende vragen van praktijkopdracht 2 Tijd: Voor deze opdracht heb je ongeveer zes lesuren. Materiaal: Computer. Printer. Theorie Illustrator Beoordeling: Is de opdracht gemaakt zoals het model en is het op de juiste manier opgeslagen, (zie checklist)? Zijn de vragen volledig en juist gemaakt.?

2 Instaptoets PP Bij Illustrator word vaak gebruik gemaakt van het Pen-gereedschap. Door op verschillende plaatsen met het pennetje te klikken krijg je een figuur. Deze figuur bestaat uit ankerpunten. Geef in de onderstaande tekening de ankerpunten op de juiste plaats aan.

3 PP De vulling van een object veranderen Werken met padtekst Wat heb je nodig: Computer. Printer. Tijd: Voor deze opdracht heb je ongeveer zes lesuren. Wat ga je doen: De opdracht stap voor stap Start de computer op en log in. Open het programma Adobe Illustrator. Kies in de menubalk: Weergave - linialen tonen. Kies in de menubalk: Weergave - ware grootte. Verplaats het nulpunt naar de linkerbovenhoek van de pagina. Plaats horizontaal en verticaal hulplijnen op elke hele cm van het blad. Klik in het gereedschapspalet op: standaard vulling en lijn. Kies: Venster - Lijn tonen, en stel de lijndikte in op 0,5 pt, of in het palet kleur. Kies: Venster - Info tonen. Klik met het rechthoekgereedschap op de coördinaten X: 20 en Y: -20. Stel de breedte en de hoogte in op 20 mm. Klik met het gecentreerde ovaalgereedschap op de coördinaten X: 40 en Y: -30. Stel de breedte en de hoogte in op 20 mm. Maak de vulling en de lijn van de rechthoek zwart, 30%. Maak de vulling en de lijn van de cirkel zwart, 60%. Selecteer beide vormen en kies: in de menubalk: Bewerken - Kopiëren Kies: in de menubalk: Bewerken - Plakken Positioneer de nieuwe vormen aan de hand van het model. Selecteer de cirkel en kies: Object - Ordenen - Naar achteren Selecteer de vier objecten en kies: Object - Groeperen. Dubbelklik op het Spiegelen-gereedschap. Vul in het dialoogvenster in: As: verticaal, Hoek: 90, klik op Kopie. Positioneer de nieuwe vormen aan de hand van het model. Teken met gereedschappen Rechthoek en Ovaal (allebei gecentreerd) de acht cirkels en de vierkanten na. De breedte en hoogte van de vormen zijn: 20 mm, 15 mm, 10 mm en 5 mm.

4 PP Kopieer, plak en positioneer de vormen aan de hand van het model. Kies in het gereedschapspalet het: Direct Selecteren-gereedschap. Selecteer de ankerpunten die verwijderd moeten worden en wis deze. Kopieer, plak en positioneer het overgebleven deel van de vormen aan de hand van het model. Kies het Pengereedschap en teken aan de hand van het model lijnen tussen de vormen. Let hierbij op het aansluiten- en sluitentekentje bij de pen. Kopieer, plak en positioneer de vormen aan de hand van het model. Verander de vulling in wit. Orden indien nodig de vormen (Naar voren en naar achteren). Maak de vulling van de grootste en derde vorm zwart. Groepeer de tekening en dubbelklik op het Roteren-gereedschap. Vul in het dialoogvenster in: Hoek: -45 en klik op Kopie. Positioneer de vorm aan de hand van het model. Kies het spiraalgereedschap en klik op de coördinaten X: 100 en Y: Vul in het dialoogvenster in: Straal 50, Windingen 80 en Segmenten 10. Roteer de vorm 180º. Kies het padtekstgereedschap en klik op het begin van de spiraal. Typ de tekst over. Vervang Naam Leerling en Naam School. Zet de tekst in Helvetica. Dubbelklik op het eerste woord en verander het corps in 25 pt. Dubbelklik op het tweede woord en verander het corps in 24 pt. Elk volgend woord is een punt kleiner dan het vorige. Je naam is gezet in corps 20 en 19. Print de tekening. Controleer de print met het model, verbeter de fouten en maak een laatste print.

5 Illustrator model 2 PP Dit werkstuk is gemaakt door tijdens de [Naam Leerling] met het programma Adobe Illustrator, lessen electronisch voorbereiden aan (naam school)

6 PP Theorie: Maak de vragen van praktijkopdracht 2. Typ de antwoorden. Print de antwoorden, verbeter de fouten en print de opdracht opnieuw uit. Inleveren: Een uitdraai van de opdracht. De uitwerking van de vragen. Checklist: OZijn de hulplijnen geplaatst? OIs de lijndikte juist? OIs de vulling juist? OZijn alle figuren op de juiste wijze nagetekend en bewerkt? OIs de proefprint gemaakt en gecontroleerd? OZijn de vragen gemaakt en gecontroleerd?

7 Toets PP Maak deze vragen met behulp van de computer en het programma Illustrator 1. Hoe maak je de vulling van een object 30% grijs? 2. Hoe plaats je een object achter een ander object? 3. Hoe kun je een object tegelijk spiegelen en kopiëren? 4. Waarom is het soms verstandig om objecten te groeperen? 5. Hoe kun je een tekst over een gebogen lijn laten lopen?

Vergelijkbare documenten

OPDRACHTKAART. Thema: Prepress. InDesign 7. Tekst en paden PP-01-07-01. Voorkennis: De vorige praktijkopdrachten afgerond.

OPDRACHTKAART. Thema: Prepress. InDesign 7. Tekst en paden PP-01-07-01. Voorkennis: De vorige praktijkopdrachten afgerond. OPDRACHTKAART PP-01-07-01 Tekst en paden Voorkennis: De vorige praktijkopdrachten afgerond. Intro: Je hebt al tekst geplaatst en bewerkt, maar je kunt in InDesign nog meer dingen doen met tekst. In deze