- Uitleg van de Vier Principes

Transcriptie

1

2 Sharh Al Qawaa id ul Arba ah - Uitleg van de Vier Principes Shaikh ul Islaam Muhammed ibn AbdelWahhaab (gest.1206h) Uitleg door : Shaych Zayd Ibn Mohammed al Madkhalee hafidahoellaah. Vertaald door : Selefienederland.nl Bron : Abrazul Fawaa id minal Arba il Qawaa id

3 Sharh Al Qawaa id ul Arba ah Uitleg van de Vier Principes Al 'Allaamah Shaych Zayd Ibn Mohammed al Madkhalee zei: "De vier principes zijn van de meest profijtvolle principes betreffende het onderwerp van 'Aqeedah ( geloofsleer ) en een uitleg van Tawheed (monotheïsme) en zijn grootsheid. Deze principes leggen uit waar de polytheïsten op waren in hun verschillende groepen en vele naties en generaties. Dit is enkel voor het doel dat de mensheid de tawheed van Allaah kan begrijpen en dat de mensheid de verschillende verschijningen van shirk kan begrijpen, waar Allaah tegen gewaarschuwd heeft, zodat de mensheid dat kan vermijden, innerlijk en uiterlijk." De prijzing en voldoening zijn voor Allaah en moge vrede en zegeningen zijn op Zijn dienaren welke Hij heeft gekozen. En verder. Dit boek is getiteld Abrazul Fawaa'id minal Arba'il Qawaa'id (de Meest Prominente voordelen van de Vier Principes).

4 Introductie De prijzing is voor Allaah en moge vrede en zegeningen zijn op de Boodschapper van Allah. En verder: Dit zijn de Vier Principes (Al Qawaa'id ul Arba ah) welke zijn verbonden aan de zuivering van de geloofsleer ('Aqeedah). En er zal een verduidelijking en opheldering komen van deze waardevolle verhandeling van Shaych Mohammed Ibn 'Abdel Wahhaab rahiemahoellaah. Shaychoel Islaam Mohammed bin 'Abdel Wahhaab ( gest.1206 h) zei: "Ik vraag Allaah de meest Vrijgevige, Heer van de Majesteitelijke Troon, om jou te beschermen in deze Wereld en het Hiernamaals en je gezegend te laten zijn waar je ook bent. En dat hij jou maakt van degenen die wanneer hen iets wordt gegeven, (dat zij) dankbaarheid tonen, en wanneer zij worden getroffen, (dat zij) het geduldig verdragen, en wanneer zij een zonde begaan, (dat zij) smeken voor vergiffenis. Deze drie (eigenschappen) zijn de kenmerken van gelukzaligheid. Het profijt van het beginnen van boeken met een smeekbede: Al 'Allaamah Shaych Zayd Ibn Mohammed al Madkhalee hafidahoellah geeft als commentaar: "De auteur rahiemahoellaah, begon met een du'aa (smeekbede) 1 en door Allaah de Machtige en Majesteitelijke te smeken voor de lezer en luisteraar en iedereen die het bestudeert. Dit was het pad van de klassieke auteurs rahiemahoemoellah doordat zij de behoefte kennen van de dienaren aan Allaah de Machtige en Majesteitelijke, voor Zijn Genade, Zijn Vergevensgezindheid en voor Zijn Bezorgdheid en Attentheid. Dus hij begon zijn boek met deze nobele smeekbede, omdat wanneer Allaah de Machtige en Majesteitelijke iets geeft aan de mensheid van de zegeningen van de Religie en het wereldse leven, dan is het beste voor hem om Allaah daarvoor dankbaar te zijn, zo ook wanneer hij wordt getroffen met een rampspoed, dan is het beter voor hem om geduldig te blijven hiermee, en wanneer hij in zonden vervalt- en dat is onontkoombaar dat hij daarin vervalt- dan zoekt hij vergeving en Allaah vergeeft hem. Zonder twijfel, als Allaah deze drie zaken verzamelt in de dienaar, dan heeft hij gelukzaligheid en een goed en gezegend leven gekregen, hij heeft een leven gekregen van goede daden. En hij zal eindigen in de plaats van beloning door de Excellentie en Genade van Allaah de Machtige en Majesteitelijke. En Hij is de Bezitter van geweldige Excellentie. 1 Profijt: Smeekbeden zijn van vier typen: -Wanneer de persoon voor zichzelf smeekt; -Wanneer de persoon voor iemand anders dan hemzelf smeekt; -Wanneer hij voor zichzelf smeekt en anderen met een zelfstandig naamwoord in meervoud; -Wanneer hij smeekbeden maakt voor hemzelf en anderen, dus hij begint met zichzelf en gaat dan over op anderen. Het is van deze invalshoek dat smeekbeden zijn voorgekomen in de aayaat van de Nobele Qur aan. Daaronder is de uitspraak van Allaah de Verhevene: "Onze Heer, vergeef ons en onze broeders welke ons voor zijn gegaan in Imaan." ( Soeratoel Hashr 59:10 ). Dus het is niet van de manieren van smeekbeden dat de persoon smeekbeden maakt voor anderen (eerst) en dat hij dan voor zichzelf smeekbeden maakt. Hierdoor namen de Geleerden aanstoot aan Ibnoes Salaah ( gestorven op 643 Hijraa ) toen hij zei in zijn Muqadimmah ( introductie ), "Weet moge Allah jullie en ons onderwijzen." Dus het zou passend zijn geweest om te zeggen: "Moge Allaah mij en jullie onderwijzen." Refereer naar Mujamoel Manahee al Lafdhiyaah ( p. 108 ).

5 De drie tekenen van gelukzaligheid: Hierdoor zei de auteur: "Dit zijn de drie tekenen van gelukzaligheid." Wat betekent dat wanneer de dienaar iets krijgt, dan is hij dankbaar. En wanneer hij getroffen wordt met een rampspoed, dan blijft hij geduldig. En wanneer hij een zonde begaat dan zoekt hij vergeving ( istighfaar ). Dit zijn de tekenen van gelukzaligheid. Dus hij is dankbaar tijdens de tijd van zegeningen, geduldig tijdens de tijd van rampspoed en hij zoekt vergeving in alle condities, niet te vergeten in de tijd van zonden. Dus hij toont berouw daarvoor. Dit zijn de drie tekenen van gelukzaligheid, en zij zijn de tekenen van een goed en gezegend leven, zoals zojuist is voorgegaan." De betekenis van al Haniefiyyah: Shaychoel Islaam Mohammed bin 'Abdel Wahhaab zei: Weet moge Allaah je leiden naar Zijn gehoorzaamheid, dat al Haniefiyyah de Religie van Ibrahiem is. Het is dat je Allaah alleen aanbidt, de Religie zuiver voor Hem makend, zoals Allaah de Meest Verhevene zegt: و م ا خ ل قت ا ل جن و ا ل ا نس ا ل ا ل ي ع ب د ون "En ik heb de djinn en de mensen niet geschapen behalve om Mij te aanbidden" ( Soerah adh-dhaariyaat 51:56 ). Al 'Allaamah Shaych Zayd Ibn Mohammed al Madkhalee hafidahoellah geeft als commentaar: "Hierna begon de auteur met het onderwerp. Hij begon met een mededeling aan de lezer met een handeling welke een mededeling indiceert en dat is door te zeggen "Weet". Het is een algemene aanspreekvorm naar iedere Moslim, mannelijk en vrouwelijk. Het is een mededeling en een bewustmakend woord voor hen, zodat ze zichzelf kunnen voorbereiden voor hetgeen wat er gaat komen van nobele instructies en geweldige adviezen. Dan volgt hij de mededeling op met een smeekbede. En hoezeer heeft de mens een smeekbede nodig voor zichzelf, om maar niet te spreken over de smeekbede van iemand anders voor hem gedaan in zijn afwezigheid.! Dus hoeveel hoop en excellentie is er daarvoor! De Profeet ( sallallaahoe 'alaayhi wa sallam ) zei: "Degene die smeekbeden maakt voor zijn broeder in zijn afwezigheid, de Engel die ermee belast is zegt, Ameen en voor jou hetzelfde." 2 En de betekenis van "Moge Allaah jou leiden naar Zijn gehoorzaamheid", dit betekent: Moge Allaah jou inspireren (alhamaka) naar Zijn gehoorzaamheid met rechtgeleidheid en het vasthouden daaraan. Dit is omdat wanneer Allaah hem inspireert naar Zijn rechte leiding, dan heeft hij een grote overwinning behaald. En gehoorzaamheid aan Zijn Boodschapper ( 'alayhi as salaatoe was salaam ) is gehoorzaamheid aan Allaah, zoals is genoemd in de uitspraak van 2 Overgeleverd door Moslim ( n ) en al Bayhaaqee in as Soenanoel Koebraa (3/353).

6 Allaah de Machtige en Majesteitelijke: و م ا ا ر س لن ا م ن ر س و ل ا لا ل ي طاع ب ا ذن الل ه "En Wij hebben niet een Boodschapper gezonden, behalve dat hij gehoorzaamd moet worden met de toestemming van Allaah." ( soerah An-Nisaa 4:64). En Allaah gebood de gehoorzaamheid aan Hemzelf, gehoorzaamheid aan Zijn Boodschapper en gehoorzaamheid aan de Moslim Leider in één aayah, waar Allah de Verheerlijkte en Verhevene zei: ي ا ا ي ه ا ال ذ ين ا م ن و ا ا ط يع و ا الل ه و ا ط يع و ا الر س و ل و ا و ل ي الا م ر م ن كم "O jullie die geloven! Gehoorzaam Allaah, gehoorzaam de Boodschapper en degenen die gezag over jullie hebben." ( soerah an-nisaa 4:59) dat al Haniefiyyah al Millatuh Samhah 3, de Religie van Ibrahiem het is dat je Allaah alleen aanbidt, de religie zuiver voor Hem makend. En dus wanneer je gevraagd wordt: Wat is al Haniefiyyah, 4 de Religie van Ibraahiem? Dan is het antwoord daarop: Het is de aanbidding van Allaah alleen met Sidq (oprechtheid), Ikhlaas (zuiverheid), en Sawaab (correctheid), 5, zoals Allaah de Verhevene zei: ق ل ا ن ي ا م ر ت ا ن ا ع ب د الل ه م خ ل ص ا ل ه الد ين "Zeg, voorzeker, ik ben bevolen om Allah te aanbidden, het Geloof oprecht voor Hem makend." (Soerah az-zumar 39:11). 3 [voetnoot SN] : Al Millatuh as-samhah betekent de religie die niet benauwend is en niet hardvochtig ( فيھا ضيق وال شدة (ليس, zie Lisaan al Arab 4 Voordeel: De uitleg van al Haniefiyyah. Imaam Ibn Jareer at Tabari ( gestorven op 310 hijraa ) rahiemmahoellah zei: "Voorzeker, het wordt daarom correct om te zeggen dat al Haniefiyyah niet alleen de besnijdenis is, of Hajj ( bedevaart ) naar het Huis ( de Ka'baa ) alleen. Eerder, het is zoals we hebben beschreven: Oprechtheid ( istiqaamah ) op de Religie van Ibraahiem ( 'alayhis salaam ) en het opvolgen ervan. Dus als een spreker zegt: Dit omvat wie dan ook die voor Ibraahiem kwam van de Profeten en hun volgelingen die oprecht uitvoerden hetgeen zij geboden waren van gehoorzaamheid aan Allah, de oprechtheid van Ibraahiem en zijn volgelingen. Er zou dan gezegd moeten worden als antwoord. Natuurlijk. Dus als er gezegd wordt: Waarom wordt al Haniefiyyah dan verbonden aan Ibraahiem en zijn volgelingen en aan zijn Religie specifiek, tot de uitsluiting van de rest van de Profeten en hun volgelingen? Er wordt gezegd: Iedereen die voor Ibraahiem kwam van de Profeten was Haneef ( op de gezuiverde Religie ), en gehoorzaam aan Allaah. Maar Allaah, Verheven is Zijn vermelding, maakte niemand van onder hen een Imaam ( Leider ) voor degenen die na hem kwamen van de aanbidders tot aan de komst van Het Uur, zoals Hij deed met Ibraahiem. Dus Allaah maakte hem een Imaam met betrekking tot datgene wat hij uitgelegd heeft van de Riten van de Hajj ( bedevaart ), besnijdenis en anderen dan dat van de voorgeschreven verplichtingen van Islaam, waarmee Allaah aanbeden zal worden tot aan de komst van het Uur. En Allaah maakte datgene dat was achtergelaten als traditie van dat, kennis die onderscheidde tussen Zijn gelovige dienaren en de ongelovigen van onder hen, en tussen de gehoorzame volgeling en de ongehoorzame zondaar. Dus degene die Haneef wordt genoemd van onder de mensen is degene die gezuiverd is door het volgen van zijn ( Ibraahiem ) religie en het standvastig blijven op zijn leiding en zijn manhaj ( methodologie ). En degene die daarvan afdwaalt wordt genoemd met de rest van de namen van de religies: de Jood, de Christen, De Magiër en andere van hen van de religieuze groeperingen.' Refereer naar de Tafseer ( 1/617 ) van at Tabaree. 5 Foedayl bin 'Iyaad ( gestorven op 187 Hijraa ) Rahiemahoellah zei: "De beste daad is de meest zuivere en het meest correcte " En hij zei: "Het zal niet geaccepteerd worden behalve als het khaalis ( zuiver ) en sawaab ( correct ) is. Het is khaalis wanneer het gedaan wordt omwille van Allah en het is sawaab als het wordt gedaan in overeenstemming met de Soennah." Overgeleverd door Aboe Nu'aym in al hilyah (8/95) en het werd genoemd door Shaychoel Islaam Ibn Taymiyah in Majmoo'oel Fatawa ( 1/333), Ibnoel Qayim in Madarijs Saalikien ( 1/83), Ibn Katheer in al Bidaayah wa Nihayaah (10/199), de Tafseer ( 8/176) van al Baghawee en Jaami'oel 'Uloom wal Hikam van Ibn Rajab (1/44).

7 Voorwaarden voor het accepteren van aanbidding Daarvoor, wordt het onafwendbaar dat met betrekking tot aanbidding, twee voorwaarden die wel bekend zijn geworden door zorgvuldige studie, vervuld moeten worden en zij zijn: 1) De daad van aanbidding moet correct zijn (sawaaban), zodat het voorgeschreven aanbidding ( ibaadah shar'iyyah) genoemd kan worden. Dus als het niet correct is, dan kan het geen voorgeschreven aanbidding genoemd worden, welke resulteert in beloning. 2) De aanbidder moet oprecht zijn (moekhlis), dat hij met zijn daden (van aanbidding) verlangt naar het Gezicht van Allaah en het verblijf in het Hiernamaals. Dus waarneer deze twee voorwaarden zijn gecombineerd in een voorgeschreven daad van aanbidding, of het nu gerelateerd is tot bezit, of het fysieke lichaam of beiden van hen samen, dan is de aanbidding geaccepteerd omdat degene die het uitvoert van de mensen van taqwaa ( godsvrees, eerbied voor Allah ) is over wie Allaah zegt: ا ن م ا ي ت قب ل الل ه م ن ا لم ت ق ين "Voorzeker, Allah accepteert alleen van degenen die taqwaa hebben." ( Soeratoel Maa'iedah 5:27 ) Het doel van de schepping Dus aangezien de principes van 'aqeedah (geloofsleer) bevestigd zijn in het Boek en de Soennah met duidelijke uitspraken en correct begrip, noemde de auteur, rahiemahoellah, de uitspraak van Allaah de Machtige en Majesteitelijke: و م ا خ ل قت ا ل جن و ا ل ا نس ا ل ا ل ي ع ب د ون "En ik heb de djinn en de mensen niet geschapen behalve om Mij te aanbidden" ( Soerah adh-dhaariyaat 51:56 ). Dus in dit aayah, verduidelijkt Allaah de wijsheid achter het scheppen van de mensheid en de Djinn. En dit is niets anders dan voor al- ibaadah (de aanbidding) met hetgeen wat het woord 'ibaadah als mening draagt. En de betekenis van "behalve om Mij te aanbidden" is dat zij Allaah moeten uitzonderen, hoe machtig is Zijn zaak. Dus wanneer Tawheed gevonden is, dan is het de sleutel tot de acceptatie van alle daden van gehoorzaamheid, zolang dat hun voorwaarden vervuld zijn en hun obstakels verwijderd. En het vers is gekomen in een manier van restrictie en beperking, betekenend dat aanbidding specifiek

8 voor Allaah de Machtige en Majesteitelijke is. Het mag niet gericht worden aan iemand buiten Hem en het omvat alle types van aanbidding, uiterlijk en innerlijk zoals voorgegaan is. Evenzo, komt er in het vers een verduidelijking voor betreffende de wijsheid achter het scheppen van de wereld van de mensheid en de Djinn, die Allaah geschapen heeft om hen te testen met verplichtingen. Aan het voorfront van deze verplichtingen is het gebod om Tawheed in acht te nemen en het verbod op Shirk. Elke daad waaraan Tawheed ontbreek heeft geen waarde: Dus aanbidding is niet compleet, behalve door al walaa wal baraa (loyaliteit en vijandschap), walaa voor Allaah d.m.v. Zijn Tawheed en alle daden van aanbidding voor Hem en baraa naar Shirk en haar mensen samen met het zichzelf vrijmaken daarvan totdat de persoon een volgeling is van al Haniefiyyatu as- Samhah 6, welke de Religie van Ibraahiem ('alayhi salaam) is, en welke Allaah de Machtige en Majesteitelijke onze Profeet Mohammed (sallallaahoe 'alayhi wa sallam) gebood te volgen in Zijn- de Machtige en Majesteitelijke- uitspraak: ثم ا و ح ي ن ا ا لي ك ا ن ات بع م ل ة ا ب ر اه يم ح ني فا و م ا كا ن م ن ال م ش رك ين "Toen openbaarden Wij aan jou om de gezuiverde Religie van Ibrahiem te volgen. En hij was niet van onder degenen die Shirk verrichtten." (Soeratoen Nahl: 16:123). Dus alle volgelingen van Ibraahiem ('alayhi salaam) zijn al Hoenafaa, dat is, degenen die Shirk en haar mensen hebben verworpen en Tawheed en haar mensen hebben geaccepteerd. Daarna namen zij hun Tawheed van het Boek van hun Heer en de authentieke Soennah van hun Profeet (sallallaahoe 'alayhi wa sallam)." Een uitleg van het gevaar van shirk. Shaychoel Islaam Mohammed bin 'Abdel Wahhaab zei : "Dus wanneer je jezelf bewust wordt dat Allaah jou schiep voor Zijn aanbidding, dan moet je weten dat aanbidding geen aanbidding genoemd kan worden, behalve wanneer deze uitgevoerd wordt met Tawheed, zoals het Gebed, dit kan geen gebed genoemd worden, behalve wanneer het uitgevoerd wordt in ( de staat van ) reinheid ( tahaarah )." Al 'Allaamah Shaych Zayd Ibn Mohammed al Madkhalee hafidahoellah zei: "Dus iedere daad die een persoon naar voren brengt zonder Tawheed en het begeven in Shirk, dan zal het 6 [voetnoot SN] zie voetnoot 3 die voorgegaan is

9 nooit enige waarde of gewicht hebben. Daarom, deze daad kan geen aanbidding genoemd worden, behalve wanneer het uitgevoerd wordt met Tawheed. Wanneer het uitgevoerd wordt zonder Tawheed, dan maakt het niet uit hoeveel een persoon deze handeling uitvoert in een vorm van aanbidding, zoals liefdadigheid, bezit uitlenen, vrijgevigheid, opoffering, vergevensgezindheid, goedgemanierd zijn met de mensen, en alles wat daarop lijkt, als het zonder Tawheed is, dan valt het onder de uitspraak van Allaah de Machtige en Majesteitelijke: و قد م ن ا ا لى م ا ع م ل وا م ن ع م ل فج ع لن اه ه ب اء م نث ور ا "En Wij zullen Ons wenden tot wat zij als daden verricht hebben en zullen deze als stof verstrooien." (Soeratoel Forqaan 25:23 ). Daarom, het fundament van aanbidding is de Tawheed van Allaah de Machtige en Majesteitelijke. Dus steeds wanneer de Muwahhid (degene die de Tawheed uitvoert) dichter bij Allaah komt met aanbidding, dan omvat dit de nobele naam, de naam van al 'ibaadah (aanbidding), welke al khudoo' (nederigheid), al inqiyaad (onderwerping), gehoorzaamheid aan Allaah alleen, en ar raghbah (vurig verlangen) omvat voor datgene wat bij Allaah de Machtige en Majesteitelijke is, en complete istislaam (overgave) aan datgene dat Allaah de Machtige en Majesteitelijke verplicht heeft gesteld voor de wereld van de mensheid en de djinn, van daden van gehoorzaamheid en het verlaten van ongehoorzaamheid en nabijheid zoeken naar Allaah de Machtige en Majesteitelijke met datgene waar Hij tevreden mee is. Toen gaf de auteur een voorbeeld met daarin een gelijkenis met het gebed, dat al 'ibaadah (aanbidding) geen 'ibaadah genoemd kan worden, behalve wanneer het uitgevoerd wordt met Tawheed. Zo ook het gebed, welke geen echt gebed genoemd kan worden, behalve wanneer het uitgevoerd wordt in (staat van) reinheid (tahaarah). Dus wanneer een persoon het nagelaten heeft de reiniging uit te voeren en deze persoon gaat verder met het bidden van honderden eenheden van gebed zonder reinheid, of dat, wat ervoor in de plaats kan komen, dan zal hij niet aangemerkt worden als iemand die heeft gebeden en hij zal er niet voor beloond worden met de beloning van degenen die bidden. Eerder, hij zal gestraft worden met de straf voor het nalaten van de grootste voorwaarde van onder de voorwaarden van het gebed, en het is de reiniging (tahaarah) waarover de Profeet (sallallaahoe alayhi was sallam) zei: "Allaah accepteert het gebed niet zonder reiniging, noch accepteert Hij liefdadigheid van hebzucht." 7 Zo ook, zei de Profeet ( sallallaahoe alayhi was sallam ) met betrekking tot het gebed, "De sleutel tot het gebed is reiniging." 8 Dus hij vergeleek het met een deur die gesloten is. Hij oordeelde dat deze gesloten is en dat deze gesloten deur niet geopend kan worden, behalve met de juiste sleutel. Om die reden kan het gebed geen gebed genoemd worden, behalve wanneer het uitgevoerd wordt in (de 7 Overgeleverd door Ahmed in zijn Moesnad (2/325), Moeslim (2/204), an Nasaa'ie in zijn Soenan (1/80) en in al Moejtabaa (1/97), at Tirmidee (1/5), Ibn Khoezaymah in zijn Saheeh (1/8), Ibn Hibbeen in zijn Saheeh (4/604), Ad Darimee in zijn Soenan (1/185), Majma'oez Zawaa'ied (1/ ), al Bayhaqee in as Soenanoel Koebra (1/230), Ibn Majah (1/100), al Bazzaar (6/319) en at Tabaraanee in al Moe'jamoes Sagheer (1/78) en al Moe'jamoel Kabeer (1/191). 8 Saheeh: overgeleverd door Aboe Dawoed ( nr. 60 ), at Tirmidi (nr. 3 ) en Ibn Majaah (nr. 275 ), het werd saheeh verklaard door al Albanie in Saheehoel Jaami' (nr ).

10 staat van) reinheid. Gelijkerwijze, kan aanbidding geen aanbidding genoemd worden, behalve als het uitgevoerd wordt met Tawheed. Shaychoel Islaam Mohammed bin 'Abdel Wahhaab zei: "Dus wanneer Shirk aanbidding binnentreedt, dan maakt het deze onzuiver, net zoals een onreinheid wanneer het de reinheid binnentreedt. Dus wanneer je gerealiseerd hebt dat wanneer Shirk gemixt wordt met aanbidding, het deze onzuiver maakt, de daad ongeldig maakt en degene die het uitvoert in het Hellevuur zal verblijven, dan moet je jezelf realiseren dat de meest belangrijke verplichting voor jou is dat je kennis hiervan hebt, zodat Allaah jou van deze val zal redden, en dat is Shirk met Allaah." Al 'Allaamah Shaych Zayd Ibn Mohammed al Madkhalee hafidahoellah zei als commentaar: "Dus wanneer Shirk in de aanbidding binnentreedt, maakt het deze onzuiver en maakt het de daad ongeldig,zoals Allaah de Gezegende en Verhevene zei: و ل قد ا وح ي ا لي ك و ا ل ى ال ذ ين م ن قب ل ك لي ن ا ش ر كت لي ح ب طن ع م ل ك و ل ت ك ون ن م ن ا لخ اس رين "Voorzeker, het is geopenbaard aan jou en degenen voor jou dat als jij shirk begaat, dan zullen jouw werken vruchteloos worden en dan zal jij zeker van onder de verliezers zijn." (Soerat(oel) az Zoemar 39:65 ) Dit was gericht aan de Profeet (sallallaahoe 'alayhi was sallam) en Allaah verhoede het dat hij Shirk zou plegen. Maar het is tevens een verduidelijking aan de Oemmah dat zij moeten oppassen voor Shirk in al haar manifestaties en types. Hetgeen ervan duidelijk is en wat ervan verborgen is en hetgeen ervan wat gekend is en hetgeen dat een persoon kan overkomen terwijl hij het niet weet. En het medicijn en de bescherming tegen Shirk, is dat de persoon moeite uitoefent in het zoeken van kennis en zich erin verbreden, in het bijzonder in de kennis van 'Aqeedah, welke de Tawheed van Allaah de Gezegende en Verhevene is. En men moet de Tawheed realiseren en zichzelf vrijmaken van Shirk en haar mensen, en men moet kennis opdoen van al haar manifestaties op een complete wijze, opdat hij de moslim daarvoor kan waarschuwen. En de auteur, rahiemahoellah, verduidelijkte, zich baserende op teksten van het Boek en de Soennah, dat de pleger van Shirkoel Akbar (grote afgoderij) van onder de mensen zal zijn die eeuwig zullen verblijven in het Vuur, en hij zal geen deel hebben in de Genade van Allaah, noch zal hij een deel ontvangen van de Vergiffenis van Allaah de Gezegende. Dit is omdat de Genade en Vergiffenis van Allaah gespecificeerd zijn voor de mensen van Tawheed. Wat betreft Shirkoel Akbar (grote afgoderij), dit is zoals de auteur het noemde: een web van onder de webben, die wanneer een persoon erdoor gepakt wordt, en bescherming wordt gezocht bij Allaah, dan is hij in vernietiging gevallen en is hij gevallen in ongeluk. En zijn ongeluk is met betrekking tot zijn wereldse

11 leven, en de vernietiging is voor zijn wereldse leven, zijn leven in al-barzakh 9 en zijn Hiernamaals. Dus de bewijzen voor de verplichting van Tawheed en de waarschuwing tegen Shirk, en de verduidelijking van de excellentie van Tawheed en de verduidelijking van het gevaar van Shirk en de verduidelijking over de eindbestemming van de Moewahhidien (degenen die de Tawheed bewerkstelligen) en de eindbestemming van de Moeshrikeen (polytheïsten) zijn er vele. 9 [voetnoot SN] Taalkundig : al barzakh is datgene wat zich bevindt tussen elke twee dingen بين كل شيئين),(ما een barrière tussen twee dingen بين الشيئين) (الحاجز zie Lisaan ul Arab. In de Islamitsche terminologie is al Barzakh een scheiding tussen het wereldse leven en het Hiernamaals, tussen de dood van de mens en de Dag van de Opstanding. Zie Sharh al Aqeedah as-safaarieniyyah van Shaykh al Uthaymeen.

12 Het eerste principe Shaychoel Islaam Mohammed bin 'Abdel Wahhaab zei: "Allaah de Verhevene zei over Shirk: ا ن الل ه لا ي غ ف ر ا ن ي ش ر ك به و ي غ ف ر م ا د و ن ذل ك ل م ن ي ش اء Voorzeker, Allah vergeeft niet dat Shirk met Hem begaan wordt, maar Hij zal al hetgeen daarbuiten staat vergeven, van wie Hij wil. (Soeratoen Nisaa 4:48 ). En dat met begrip van vier principes welke Allaah de Verhevene genoemd heeft in Zijn Boek: Het eerste principe: Dat je weet dat de ongelovigen die de Boodschapper van Allaah ( sallallaahoe alayhi was sallam ) bestreedt, gewoon waren om te bevestigen dat Allaah de Schepper en de Beschikker over alle zaken is, maar dit was niet genoeg om hen de Islaam te doen binnentreden. Het bewijs is de uitspraak van Allaah de Verhevene: ق ل م ن ي ر ز ق كم م ن الس م اء و الا ر ض ا م ن ي م ل ك الس م ع والا ب ص ار و م ن ي خ رج ا لح ي م ن ا لم ي ت و ي خ رج ا لم ي ت م ن ا لح ي و م ن ي د ب ر الا م ر فس ي ق ول و ن الل ه ف ق ل ا ف لا ت ت قو ن Zeg: "Wie voorziet jullie van voorzieningen uit de hemel en de aarde? Of wie heeft macht over het horen en het zien? En wie brengt het levende uit het dode en het dode uit het levende voort? En wie bestuurt het bevel?" Zij zullen zeggen: "Allah." Zeg dan: "Zullen jullie dan niet vrezen?" (Soerat Yoenoes 10:31 ) Al 'Allaamah Shaych Zayd Ibn Mohammed al Madkhalee hafidahoellaah zei als commentaar: "Voorzeker, de auteur bewijst met de uitspraak van Allaah de Machtige en Majesteitelijke: ا ن الل ه لا ي غ ف ر ا ن ي ش ر ك به و ي غ ف ر م ا د و ن ذل ك ل م ن ي ش اء Voorzeker, Allah vergeeft niet dat Shirk met Hem begaan wordt, maar Hij zal al hetgeen daarbuiten staat vergeven, van wie Hij wil. (Soeratoen Nisaa 4:48 ).

13 Dat de dader van Shirkoel Akbar voor altijd in het Vuur zal verblijven zonder enige verwachting van vergiffenis en geen hoop op genade. En al hetgeen wat minder dan Shirkoel Akbar is, dan is dat onder de Goddelijke Wil (Al mashee'atoel Ilaahiyyah). Als Allaah de Machtige en Majesteitelijke Wil, dan zal Hij de dader van Shirkoel Asghar (kleine Shirk) en de grote zonden straffen en als Hij wil dan zal Hij hem vergeven, omdat hij de Vaak Vergevende, Verlener van Genade is. Dus de uitleg van dit principe is dat de bevestiging van Tawheedoer Roeboebiyyah (Eenheid van Allaah in Heerschappij), zonder de bevestiging van Tawheedoel Oeloehiyyah (Eenheid van Allaah in aanbidding) en Tawheedoel Asmaa'ie was Sifaat (Eenheid van Allaah in Zijn Namen en Attributen) de Islaam niet doet binnentreden. Dus de ongelovigen die de Profeet ( sallallaahoe alayhi was sallam) bestreedt toen Allaah hem beval om hen te bestrijden toen ze de ware da'wah (uitnodiging) niet beantwoordden, zij bevestigden de Tawheedoer Roeboebiyaah en ze geloofden dat Allaah de Schepper, Onderhouder, de Gever van Leven en de Veroorzaker van Dood is. Hoe dan ook, ze aanbaden anderen naast Allaah van de beelden en afgoden samen met hun verschillende typen. Ze geloofden dat deze valse afgoden hen dichter bij Allaah zouden brengen. Dus Allaah de Machtige en Majesteitelijke berispte hen voor dat corrupte geloof, en het was dat zij de Shafaa'ah (voorspraak/bemiddeling) van deze valse afgoden zochten om hen voordeel te brengen en het kwade te verwijderen. Daarom, degene die Tawheedoer Roeboebiyyah bevestigt, maar hij erkent de Tawheedoel Oeloehiyyah en Tawheedoel Asmaa'ie was Sifaat niet en handelt er niet naar, dan kan hij niet als een moslim gezien worden. De connectie tussen de drie categorieën van Tawheed: Dus hier wordt de connectie tussen de drie categorieën van Tawheed duidelijk. Derhalve, Tawheedoer Roeboebiyyah vernoodzaakt Tawheedoel Oeloehiyyah. Betekenend: degene die de Roeboebiyyah voor Allaah bevestigt, het wordt bindend voor hem volgens de sharee'ah en het correcte verstand om Allaah uit te zonderen, met uitsluiting van alle anderen, in aanbidding. Tawheedoel Oeloehiyyah omvat Tawheedoer Roeboebiyyah. Betekenend: degene die Allaah uitzondert in aanbidding valt (hierdoor) onder de omvattendheid van deze uitzondering (ifraad), en richt zijn aanbidding naar Allaah alleen als gevolg van (deze) erkenning van de Roeboebiyyah en de controle van Allaah de Machtige en Majesteitelijke over alles van Zijn schepping en Zijn absolute beschikking hierover met wat Hij Wil, hoe Hij wil en wanneer Hij Wil. En de Tawheedoel Oeloehiyyah en Tawheedoer Roeboebiyyah vernoodzaken de Tawheedoel Asmaa'ie was Sifaat op de manier die onze Salafoes Saalih (vrome voorgangers) bewandelden met betrekking tot de kwestie van de Namen en Attributen. 10 Gezien het feit dat de principes van de Sharee'ah met betrekking tot dit onderwerp en anderen dan dit, bewijsvoering uit het Boek en Soennah nodig hebben, noemde de auteur van de bewijzen uit de Qur raan de uitspraak van Allaah de Machtige en Majesteitelijke: 10 [voetnoot SN] En de manier van de Salafoes Saalih met de Namen en Eigenschappen is dat zij deze bevestigen (ithbaat) vanuit de klaarblijkelijke ( alaa adh-dhaahir) betekenis van de arabische taal zoals ze zijn gekomen in het Boek en de Soennah, zonder takyeef (vragen naar de hoedanigheid), tahreef (verdraaing van de betekenis), tamtheel (vergelijken op totale wijze), tashbeeh (vergelijken op gedeeltelijke wijze), ta teel (ontkenning), ta weel (valse uitleg), tafweedh (beweren dat de betekenis onbekend is)

14 ق ل م ن ي ر ز ق كم م ن الس م اء و الا ر ض ا م ن ي م ل ك الس م ع والا ب ص ار و م ن ي خ رج ا لح ي م ن ا لم ي ت و ي خ رج ا لم ي ت م ن ا لح ي و م ن ي د ب ر الا م ر فس ي ق ول و ن الل ه ف ق ل ا ف لا ت ت ق و ن Zeg: "Wie voorziet jullie van voorzieningen uit de hemel en de aarde? Of wie heeft macht over het horen en het zien? En wie brengt het levende uit het dode en het dode uit het levende voort? En wie bestuurt het bevel?" Zij zullen zeggen: "Allah." Zeg dan: "Zullen jullie dan niet vrezen?" (Soerat Yoenoes 10:31 ) Dus Zijn uitspraak: Zij zullen zeggen: "Allah." Dit is het punt van bewijs. Het is bewijs dat zij wisten dat Allaah Degene is Die Zijn dienaren beschikt, Hij is Degene Die de regen nederzendt, het levende uit het dode voortbrengt en het dode uit het levende voortbrengt en dat Hij alle zaken bestuurt. Zij bevestigden dit alles en ondanks dit, vereenzelvigden zij anderen dan Hem met Hem. Dus dit is de corrupte 'Aqeedah (Geloofsleer). Zij geloofden in Tawheedoer Roeboebiyaah, maar bevestigden niet Tawheedoel Oeloehiyaah zoals Allaah van hen wilde. Dus zij werden moeshrikeen. En het bewijs van de Soennah is datgene wat kwam als een waarschuwing van de Profeet ( sallallaahoe 'alayhi wa sallam ) tegen het richten van aanbidding naar anderen dan Allaah, zoals (voorkomt) in de uitspraak van de Profeet ( sallallaahoe 'alayhi wa sallam), "Allaah vervloekt degene die slacht voor een ander dan Allaah." 11 7 Zo ook zei de Profeet ( sallallaahoe 'alayhi wa salam ): "Du'aa ( smeekbede ) dat is de aanbidding." 12 8 En de Profeet (sallallaahoe 'alayhi wa salam) zei: "Degene die een eed heeft afgelegd om Allaah te gehoorzamen, laat hij Hem dan gehoorzamen en degene die een eed heeft afgelegd om Allaah ongehoorzaam te zijn, laat hij Hem dan niet ongehoorzaam zijn." 13 Dit alles is van de typen van aanbidding welke de Profeet (sallallaahoe alayhi was sallam) gebood aan de Mukallaf (degene die belast is met het uitvoeren van de wetgeving) om dit naar Allaah alleen te richten. Zo ook, van de bewijzen van het ongeloof van degenen die de Tawheedoer Roeboebiyyah bevestigen maar die Tawheedoel Oeloehiyyah niet bevestigen, is de toestemming van Allaah voor Zijn nobele Profeet (sallallaahoe 'alayhi wa sallam) om Jihaad te verrichten tegen degenen die de Roeboebiyyah van Allaah bevestigden, maar niet Zijn Wahdaaniyyah (eenheid) bevestigden. Eerder, zij aanbaden anderen dan Hem 11 Overgeleverd door Ahmed in zijn Moesnad (1/108, 152, 309, 317), Moeslim (3/1567), Ibn Hibbeen in zijn Saheeh (10/265, 14/570), al Haakim in al Moestdrak 'alas Saheehayn (4/169/ 396), an Nasaa ie (3/67), Aboe 'Awaanah in zijn Moesnad (5/75-76), Majma'oez Zawaa'ied (1/103), al Bayhaqee in as Soenanoel Koebra (6/99, 9/250), en Aboe Yaa' laa in zijn Moesnad (4/314). 12 Saheeh: overgeleverd door at Tirmidi (nr. 5/456), Ibn Hibbeen in zijn Saheeh (3/172), al Haakim in al Moestadrak 'alas Saheehayn (1/667), Aboe Dawoed ( 2/76 ), al Bayhaqee in as Soenanoel Koebra (6/450), Ibn Majaah (2/1258), Ibn Abee Shaybaah in al Musannaf (6/21), al Bazzaar (8/205), Ahmed (4/267), Aboe Ya'laa in zijn moesnad (1/262), at Tabaraanee in al Moe'jamoes Sagheer (2/208) en at Tiyaaliesee in zijn Moesnad (1/108). Het werd saheeh verklaard door al Albanie, Rahiemahoellah, in Saheeh Soenan Ibn Majaah (2/324 ). 13 Overgeleverd door al Boecharie (6/2463), Maalik in al Muwatta (3/170), Ahmed in zijn Moesnad (1/231), Ibn Khoezaymah (3/352), Ibn Hibbaan in zijn saheeh (10/233), Aboe 'Awaanah in zijn Moesnad (4/13), at Tirmidi (4/104), al Bayhaqee in as Soenanoel Koebra (9/213), an Nasaa ie in al Mujtabaa (nr. 17 ), Ibn Majaah (1/687) en Ibn Abee Shaybah in al Musannaf (3/66).

15 naast Hem. Dit zijn bewijzen van de Sharee'ah. En het correcte verstand gaat de authentieke tekst niet tegen. Dus, het intellectuele bewijs, bewijst dat Degene die schept, onderhoud, leven geeft, en de dood veroorzaakt en het universum controleert, Hij is Degene Die het verdient om uit uitgezonderd te worden in aanbidding, alleen en zonder deelgenoten. Wat betreft degene die niet de hemelen en de aarde geschapen heeft, of de aarde, of de mensheid of de djinn, of iets anders van de schepping, hij verdient niets van aanbidding. Dus de tekstuele en intellectuele bewijzen zijn verbonden met elkaar in de verplichting om Allaah - Gezegend en Verheven is Hij - uit te zonderen in de aanbidding van Hem alleen zonder anderen en in de verplichting tot het bevestigen van Zijn Roeboebiyyah en absolute controle van de wereld van de hemelen en de wereld van de aarde in overeenstemming met Zijn Wijsheid. En in de verplichting van het bevestigen van de Dhaat 14 van Allaah de Machtige en Majesteitelijke, Zijn Namen en Zijn Attributen op een manier die past bij Zijn Majesteitelijkheid en Zijn Grootsheid." 14 [voetnoot SN] Met Dhaat wordt Allaah Zelf bedoelt, Zijn Zelf, Zijn Hoedanigheid

16 Het tweede principe Shaychoel Islaam Mohammed bin 'Abdel Wahhaab rahiemahoellaahoe Ta'aalaa zei: "Het tweede principe: Dat zij (de moeshrikeen) zeggen: "Wij roepen hen niet aan en wij richten ons niet naar hen, behalve om nabijheid en voorspraak te zoeken bij Allaah." Dus het bewijs voor het zoeken van nabijheid (qoerbah) is de uitspraak van Allaah de Verhevene: ا ل ا ل ل ه الد ين ا لخ ال ص و ال ذ ين ات خ ذوا م ن د و نه ا و ل ي اء م ا ن ع ب د ه م ا ل ا ل ي قر ب ون ا ا لى الل ه ز ل فى ا ن الل ه ي ح ك م ب ي ن ه م ف ي م ا ه م ف يه ي خ ت ل فو ن ا ن الل ه لا ي ه د ي م ن ه و ك اذ ب كف ار En is het niet voor Allaah alleen aan Wie de zuivere religie toebehoort? En degenen, die naast Hem anderen als Awliyaa ( beschermers ) nemen, zeggen: "Wij aanbidden hen slechts opdat zij ons dichter bij Allaah brengen." Voorwaar, Allaah zal onder hen rechtspreken over datgene waarin zij verschilden. Voorwaar, Allaah leidt niet wie een leugenachtige ongelovige is. ( Soerat azzumar 39:3). Een weerlegging van sommige van de Shoeboehaat (misvattingen welke op de waarheid lijken) van de ongelovigen: Al 'Allaamah Shaych Zayd Ibn Mohammed al Madkhalee hafidahoellah zei als commentaar: "Dus dit tweede principe omvat twee zaken: De eerste zaak: is de shoebhah (misvatting die lijkt op de waarheid) van deze ongelovigen, welke zij gebruikten als een bewijs in de tijd van de Profeet (sallallaahoe alayhi was sallam ). En deze is geërfd door de moeshrikeen (polytheïsten) in alle tijden en plaatsen. Dit is de shoebhah waarvan zij dachten dat het een argument voor hen was, het is hun uitspraak, "We roepen hen niet aan." Dat is, deze valse goden en beelden, samen met hun verschillende typen, we richten ons niet tot hen, behalve voor een verzoek om nabijheid (qoerbah) en voorspraak ( shafaa'ah ). Dat is, we vragen dat niet van hen omdat zij scheppen, of onderhouden, of leven schenken, of dood veroorzaken aan wie dan ook. Betekenend, we geloven niet dat zij de mogelijkheid hebben om te scheppen, noch herproduceren, noch om leven te schenken, noch om dood te veroorzaken. Maar, voor de zaak om dichterbij Allaah te komen en voorspraak te zoeken bij Hem, hebben we hen als voorwerpen van aanbidding en goden buiten Allaah genomen. En we hopen van hen dat zij ons goedheid zullen brengen en het kwaad zullen verwijderen. Dus Allaah de Verheerlijkte en Verhevene heeft dit argument in een aantal van Zijn aayaat geciteerd. Daaronder is de uitspraak van Allaah de Gezegende en Verhevene: م ا ن ع ب د ه م ا ل ا ل ي قر ب ون ا ا لى الل ه ز ل فى

17 "En degenen, die naast Hem anderen als Awliyaa ( beschermers ) nemen." ( Soerat azzumar 39:3). Ze zeggen: م ا ن ع ب د ه م ا ل ا ل ي قر ب ون ا ا لى الل ه ز ل فى ا ن الل ه ي ح ك م ب ي ن ه م ف ي م ا ه م ف يه ي خ ت ل فو ن "Wij aanbidden hen slechts opdat zij ons dichter bij Allaah brengen." Voorwaar, Allah zal onder hen rechtspreken over datgene waarin zij verschilden." ( Soerat azzumar 39:3). Toen gaf Allaah het oordeel van ongeloof over hen in Zijn uitspraak: ا ن الل ه لا ي ه د ي م ن ه و ك اذ ب ك ف ار "Voorwaar, Allah leidt (hem) niet wie een leugenachtige ongelovige is." (Soerat azzumar 39:3). Dus een groep van deze leugenachtige ongelovigen zijn, "Degenen, die naast Hem anderen als Awliyaa (beschermers) nemen." Zij hopen dat deze valse goden hun goedheid zullen brengen en het kwaad zullen verwijderen. Zij hopen van deze valse goden dat zij hun een kind schenken, of dat zij de zieke genezen, of veiligheid schenken en angst verwijderen en andere soortgelijke zaken waarin niemand toe in staat is te bewerkstelligen, behalve Allaah alleen, zonder enige deelgenoten. Dus er moet gezegd worden tegen hen: Aangezien jullie geloven dat Allaah de Schepper is, de Al Competente, de Ene Die alles omvat, de Alhorende, de Alziende, waarom richten jullie je dan niet naar Hem met het verzoek om behoeften te vervullen en moeilijkheden te verwijderen en al het andere waar menselijke wezens van onder de mensheid behoefte aan hebben?! Dus Allaah de Machtige en Majesteitelijke is Degene die dat verordend, dus Hij is niet behoeftig aan enige bemiddelaar. Omdat Hij de Bezitter is van absolute perfectie en kennis die alle zaken omvat, en niets is verborgen voor Hem van de zielen van de kinderen van Aadam ( alayhis salaam ), niets van daden, noch uitspraken en handelingen, noch hun behoeften, noch van wat zij fluisteren in henzelf. Allaah weet daar alles van, Zijn Kennis omvat en kent het aantal van dat alles. De tweede zaak: De verduidelijking dat er geen behoefte is aan ongeoorloofde bemiddelaars, textueel bevestigd door het Boek en de Soennah, voor het brengen van voordeel en het verhoeden van kwaad.

18 Dus de enige wettelijke gelegisleerde bemiddeling welke verplicht is om te volgen is de bemiddeling van de openbaring. Dat is, de Boodschappers ( 'alayhim us salaam ) welke de bemiddelaars zijn tussen Allaah en de schepping. Het is verplicht om hen als bemiddelaars te nemen. Betekenend: we nemen de kennis van de 'aqeedah en de sharee'ah van hen en we volgen dit op met daden. Wat betreft de rest van de schepping, waarvan het nemen van tussenpersonen, voorspraak ( shafaa'ah ) en nabijheid ( qorbah )wordt gevraagd, dan zijn ze of levend of dood. Dus wanneer ze dood zijn, dan is het niet toegestaan om iets van hen te zoeken, noch datgene waar menselijke wezens de mogelijkheid voor hebben om te schenken, noch datgene waar menselijke wezens niet de mogelijkheid voor hebben om te schenken. Wat betreft het hopen op voorspraak, nabijheid, of het vervullen van een behoefte van degene die leeft, dan valt dit niet buiten één van twee situaties: 1) Dat het valt onder de mogelijkheden van menselijke wezens en hij moet aanwezig zijn, of beoordeeld als aanwezige. 2) Of het valt buiten van wat voor menselijke wezens mogelijk is.. Dus als het buiten de mogelijkheden valt van het menselijke wezen, dan is het niet toegestaan om bemiddeling te vragen of de vervulling van een behoefte door hem. Eerder wordt dit gezien als Shirkoel Akbar, zoals gedaan werd door de ongelovigen van Quraysh en anderen dan zij. Wat betreft datgene wat gevraagd wordt van datgene dat binnen de mogelijkheden van het menselijke wezen valt, zoals het zoeken van zijn hulp of zijn assistentie in iets dat hij kan doen en andere zaken dan dat van datgene waaraan de mensheid behoeftig is, tot het laatste van hetgeen voorgegaan is, dan is dit iets wat toegestaan is zolang dat de harten aan Allaah de Machtige en Majesteitelijke verbonden zijn. Dus Allaah is Degene Die de behoefte vervult en Hij is Degene Die iemand vrij maakt van moeilijkheden. Allaah is Degene Die alles voorbeschikt en rechtspreekt en er is niets meer na Zijn oordeel.. Shaychoel Islaam Mohammed bin 'Abdel Wahhaab zei: "Het bewijs voor Shafaa'ah ( voorspraak ) is: و ي ع ب د و ن م ن د ون الل ه م ا لا ي ض ر ه م و لا ي ن فع ه م و ي ق ول و ن ه و لاء ش فع او ن ا ع ند الل ه "En zij aanbidden naast Allah datgene wat hen niet schaadt noch baat en zij zeggen: "Dezen zijn onze Sjoefa'aa'oenaa) ( bemiddelaars ) bij Allah." ( Soerat Yoenoes: 10:18 )

19 Al 'Allaamah Shaych Zayd Ibn Mohammed al Madkhalee hafidahoellaah zei als commentaar: "Dus het tweede argument waarmee zij hun correctheid trachten te bewijzen van wat zij doen in termen van aanbidding van valse goden is datgene dat berispt is door de uitspraak van Allaah de Machtige en Majesteitelijke: و ي ع ب د و ن م ن د ون الل ه م ا لا ي ض ر ه م و لا ي ن فع ه م و ي ق ول و ن ه و لاء ش فع او ن ا ع ند الل ه "En zij aanbidden naast Allah datgene wat hen niet schaadt noch baat en zij zeggen: "Dezen zijn onze Shoefa'aa'oenaa) ( bemiddelaars ) bij Allah." ( Soerat Yoenoes: 10:18 ) Betekent dat zij niet het bestaan van Allaah ontkenden, noch ontkenden ze Zijn macht of Zijn Roeboebiyyah ( Heerschappij ). Maar, ze zeiden dat ze niet konden volstaan zonder bemiddeling tussen hen en Allaah de Machtige en Majesteitelijke. En dit is de verwerpelijke bemiddeling, welke het nemen van objecten als aanbiddingen met zich meebrengt zoals: stenen, bomen, (zaken van) hout, de zon, de maan, de sterren, de oprechte Awliyaa (vrienden van Allaah) en andere dan dat van wat bekend is in de Religie van de Islaam. Ze namen deze valse goden buiten Allaah. Voorzeker, Allaah de Machtige en Majesteitelijke heeft hiertegen gewaarschuwd, zoals Zijn Profeet (sallallaahoe alayhi was sallam), zo ook iedere opvoedende geleerde die de boodschap van de Profeet (sallallaahoe alayhi was sallam) onderwijst, zijn manhaj bewandeld en zijn overlevering volgt." Het verschil tussen de bevestigde en de ontkende bemiddeling: Shaychoel Islaam Mohammed bin 'Abdel Wahhaab rahiemahoellaahoe Ta'aalaa zei: "En voorspraak is van twee categorieën: 1) Shafaa'ah manfiyah (ontkende bemiddeling) 2) Shafaa'ah moethbatah (bevestigde bemiddeling). Dus de ontkende bemiddeling is datgene dat gezocht wordt van anderen dan Allaah in zaken waarin niemand de mogelijkheid heeft om het te bewerkstelligen buiten Allaah. En het bewijs is de uitspraak van Allaah de Verhevene: ي ا ا ي ه ا ال ذ ين ا م ن و ا ا نف قو ا م م ا ر ز قن ا كم م ن قب ل ا ن ي ا ت ي ي و م لا ب ي ع ف يه و لا خ ل ة و لا ش ف اع ة و ا ل كاف ر و ن ه م الظ ال م و ن "O, jullie die geloven, spendeer van hetgeen Wij u voorzien hebben, voordat een dag komt, waarop geen handel is, geen vriendschap en geen voorspraak. En de ongelovigen zijn de onrechtvaardigen." (Soeratoel Baqarah 2:254).

20 En de bevestigde bemiddeling is hetgeen wat gezocht wordt van Allaah, en de bemiddelaar moet geëerd zijn door Allaah met het recht om te bemiddelen. En degene voor wie bemiddelt wordt is iemand wiens uitspraken en daden naar tevredenheid van Allaah zijn na de toestemming, zoals Allaah de Verhevene zei: م ن ذا ال ذ ي ي ش فع ع ن د ه ا لا ب ا ذ نه "Wie is degene die bij Hem kan bemiddelen, behalve met Zijn toestemming?" (Soeratoel Baqarah 2:255) Al 'Allaamah Shaych Zayd Ibn Mohammed al Madkhalee hafidahoellah zei als commentaar: "Ik zeg: Voorzeker, Allaah de Gezegende en Verhevene verduidelijkte de regelgeving m.b.t. bemiddeling, wat ervan bevestigd is en wat ervan ontkend word. Betekenend datgene wat verplicht is te bevestigen en in te geloven, aangezien het bevestigd is en de waarheid is, en datgene wat verplicht is om te ontkennen en als vals te verklaren door hetgeen wat volgt uit de teksten van de Soennah en de Qur aan. Dus de auteur, rahiemahoellah, volstond met deze teksten. En daaronder is de uitspraak van Allaah de Verhevene: ي ا ا ي ه ا ال ذ ين ا م ن و ا ا نف قو ا م م ا ر ز قن ا كم م ن قب ل ا ن ي ا ت ي ي و م لا ب ي ع ف يه و لا خ ل ة و لا ش ف اع ة و ا ل كاف ر و ن ه م الظ ال م و ن "O, jullie die geloven, spendeer van hetgeen Wij u voorzien hebben, voordat een dag komt, waarop geen handel is, geen vriendschap en geen voorspraak. En de ongelovigen zijn de onrechtvaardigen." (Soeratoel Baqarah 2:254). Daarvan is ook Zijn uitspraak: م ن ذا ال ذ ي ي ش فع ع ن د ه ا لا ب ا ذ نه "Wie is degene die bij Hem kan bemiddelen, behalve met Zijn toestemming?" (Soeratoel Baqarah 2:255) Dus de auteur noemde dat de bemiddeling verdeeld is in twee categorieën: shafaa'ah moethbatah (bevestigde bemiddeling) en Shafaa'ah manfiyah (ontkende bemiddeling). Het verschil tussen de twee is dat de bevestigde bemiddeling datgene is wat bevestigd is door de Qur aan. Het is wat gezocht wordt bij Allaah de Machtige en Majesteitelijke en heeft twee voorwaarden: De eerste voorwaarde: De toestemming van Allaah de Machtige en Majesteitelijke voor de bemiddelaar om te bemiddelen.

21 De tweede voorwaarde: De tevredenheid van Allaah, hoe Gezegend is Zijn Naam, voor degene voor wie bemiddeld wordt. Dus met deze twee voorwaarden wordt de bemiddeling bevestigd en voorgeschreven. Wat betreft de ontkende bemiddeling, dat is datgene wat ontkend wordt (als zijnde geldig en rechtmatig) door de Qur aan. Het is dat wat gezocht wordt bij anderen dan Allaah betreffende dat waartoe niemand instaat is om te bewerkstelligen buiten Allaah de Gezegende en Verhevene, zoals gedaan werd door de moeshrikeen (polytheïsten) die bemiddeling zochten bij anderen dan Allaah de Machtige en Majesteitelijke in het brengen van voordeel en het verwijderen van kwaad met de verschillende typen van voordelen en de verschillende typen van kwaad voor het individu en de gemeenschap."

22 Het derde principe Shaychoel Islaam Mohammed bin 'Abdel Wahhaab rahiemahoellaahoe Ta'aalaa zei:" Het derde principe: De Profeet (sallallaahoe alayhi was sallam) verscheen onder mensen die onderling verschilden met betrekking tot hun aanbidding. Onder hen waren er die de engelen aanbaden, onder hen waren er die de Profeten en de rechtvaardigen aanbaden, onder hen waren er die de bomen en de stenen aanbaden en onder hen waren er die de zon en de maan aanbaden. Dus de Boodschapper van Allaah (sallallaahoe alayhi was sallam) bestreedt hen allemaal en maakte geen verschil tussen hen. En het bewijs is de uitspraak van Allaah de Verhevene: و ق ات ل وه م ح ت ى لا ت كو ن ف ت ن ة و ي كو ن الد ين ك له ل ل ه "En bestrijdt hen totdat er geen Fitnah ( Shirk ) is en de godsdienst geheel voor Allah is." ( Soerat al Anfaal 8:39). En het bewijs voor de zon en de maan is de uitspraak van Allaah de Verhevene: و م ن ا ي ات ه الل ي ل و الن ه ار و الش م س و ا ل قم ر لا ت س ج د وا ل لش م س و ل ا ل ل قم ر و اس ج د وا ل ل ه ال ذ ي خ ل قه ن ا ن كنت م ا ي اه ت ع ب د و ن "En van Zijn tekenen zijn de dag en de nacht, de zon en de maan; Prosterneer ( soedjoed ) niet voor de zon of de maan, maar prosterneer voor Allah Diegene Die hen heeft geschapen, als jullie Hem aanbidden." ( Soerat Foessilat 41:37) En het bewijs voor de engelen is de uitspraak van Allaah de Verhevene: و لا ي ا م ر ك م ا ن ت ت خ ذو ا ا لم لاي ك ة و الن بي ي ن ا ر ب اب ا "En Hij beval u niet de engelen en de profeten als goden te nemen." ( Soerat aal Imraan 3:80) Al 'Allaamah Shaych Zayd Ibn Mohammed al Madkhalee hafidahoellaah zei als commentaar: "Dat is het derde principe van deze vier principes welke een verduidelijking van Tawheed omvatten en de verplichting voor de thaqalayn (de mensheid en de Djinn) betreffende dit en het aanmoedigen van hen hierna. Deze principes bevatten ook een verduidelijking betreffende de Shirk van de polytheïsten, in haar

23 verschillende manifestaties en een waarschuwing ertegen. Dit principe, zoals de auteur rahiemahoellaah genoemd heeft dat Allaah de Profeet (sallallaahoe 'alayhi wa sallam) zond terwijl de mensen verdeeld waren met betrekking tot hun aanbidding. Ze waren verdeeld met betrekking tot hun groepen, hun religies, hun madhaahib, betreffende 'Aqeedah en anders dan dat. Ze waren verenigd op het begaan van Shirk met Allaah de Gezegende en Verhevene, ook al verschilden hun objecten van aanbidding. En ze waren verenigd onder één beschrijving, dat is dat zij moeshrikeen (polytheïsten) waren. Dus de auteur noemde dat er onder hen mensen waren die de engelen aanbaden. Ze maakten afbeeldingen en claimden dat deze op de engelen leken. Dus ze zouden hen aanbidden, maakten beloften via hen en slachtten voor hen. Ze zochten redding via hen, zochten hulp bij hen (en ze zochten hulp van hen) om hen voordeel te brengen en het kwaad van hen weg te nemen, wat niet gezocht kan worden, behalve bij Allaah de Machtige, de Vaak Vergevende. En onder hen zijn degenen die de Profeten en de rechtvaardigen aanbaden. Gelijkerwijs, hoopten zij van hen om hun goedheid te brengen en het kwaad weg te nemen, waartoe niemand in staat is, behalve Allaah, de Ene, Al Qahaar. En onder hen zijn degenen die de bomen en de stenen aanbidden, zoals de staat van de ongelovigen van de Quraysh was, de Arabieren en de Ahzaab (groepen), zelfs de reizigers onder hen waren gewoon om sommige stenen bij zich te hebben om hun kookpotten op te zetten en sommigen die zij als goden namen om aanbeden te worden buiten Allaah. Dit laat de omvang zien van hun gruwelijke onwetendheid, dat zij sommigen stenen gebruikten om mee te werken en anderen als goden. Eerder, ze zouden sommigen daarvan opeten op sommige gelegenheden. Dat is niet vreemd, want niets neemt iemand uit onwetendheid, behalve kennis, en zij hadden geen kennis, behalve wat de duivels hen voedden van de verfraaide en misleidende spraak En onder hen waren degenen die de zon en de maan aanbaden, zoals de Saabi'ah ( Sabianen ) 15 en hun soortgenoten onder degenen welke hun aanbidding richtten naar de zon en de maan. Hoe dan ook. Allaah de Gezegende en Verhevene schiep de zon en de maan voor profijt en voordelen, welke niemand kan opsommen buiten Allaah de Machtige en Majesteitelijke. Voorzeker, Allaah de Machtige en Majesteitelijke bracht sommige van hun profijt en voordelen naar voren in de Qur raan zoals de uitspraak van Allaah de Gezegende en Verhevene: و ا ل قم ر قد ر ن اه م ن ا ز ل "En Wij hebben voor de maan fasen bepaald" ( Soerat Yaa sien 36:39 ) 15 Saabi'ah: The Saabi'iah (Sabianen ) waren een grote gemeenschap van onder de volkeren uit de oudheid. Ze waren verdeeld in twee categorieën: 1) De Saabi'ah Hoenafaa ( De zuivere Sabianen ) en 2) de Saabi'ah Moeshriekaa ( de polytheïstische Sabianen ). Dus de polytheïsten (van) onder hen waren gewoon om de zeven sterrenbeelden te verheerlijken en de twaalf tekenen van de dierenriem. Ze zouden deze afbeelden in hun torens. Dus ze hadden een grote toren voor de zon, een toren voor de maan, een toren voor de planeet Venus en een toren voor de planeet Jupiter. Refereer naar al Milal wa Nihaal (2/289), Ighaatatul Lahfaan (2/223, 250) en Ahkaam ahludh Dhimmaah (1/233) van ibnul Qayim, Moe'jamoel Boeldaan (2/22), Abjadoel "Oeloem (2/287) en al Fataawaa (2/19 ) van Ibn Taymiyyaah.