KERST 1 GROEP 6. Vorm Klankhoogte. Cavalry. Bron De cavalry met lesidee: Onbekend Alma ten Bruin

Transcriptie

1 KERST 1 GROEP 6 Vorm Klankhoogte Cavalry Bron De cavalry met lesidee: Onbekend Alma ten Bruin Benodigdheden: CD: Kerst CD speler Bijlage 1 en 2 Liedblad Muziekmappen Voorbereiding: CD: Kerst maken CD speler klaarzetten Liedblad voor de kinderen kopiëren Bijlage 1, kopiëren, de zinnen uitknippen, verstevigen en klaarleggen. De vorm van kerststerretjes eigen maken. Lied instuderen Dans van Jingle bells instuderen De cavelry melodische zinnen eigen maken. Muziekmappen klaarleggen. Opstelling: De kinderen zitten in een kring van het speellokaal. Inleiding: Zingen De kinderen leren een nieuw Kerstlied Liedblad CD: Kerst, nr. 01, Kerstlied Kern: Bewegingsimprovisatie Vorm De leerkracht laat de kinderen een eigen plekje in de ruimte zoeken. En vertelt de kinderen dat ze naar alle mooie versierde kerstbomen gaan kijken. De kinderen krijgen van de leerkracht opdrachten bij het muziekfragment CD: Kerst, nr. 02, Kerststerretjes Download 1 dat als vorm A B B heeft. De kinderen lopen bij het A fragment, staan stil bij het B fragment en liggen bij het B fragment. De leerkracht geeft met een handklap de wisselingen van de fragmenten aan. De kinderen lopen bij het A fragment, staan stil bij het B fragment en liggen bij het B fragment. De leerkracht geeft met een handklap de overgebleven wisselingen van de fragmenten want de kinderen moeten zelf de wisseling van B naar B en van B naar A horen en uitvoeren. Dezelfde opdracht maar de kinderen doen nu alle wisselingen zelf. De opdracht blijft hetzelfde maar bij het B gedeelte maken de kinderen nu een standbeeld van een kerstboomversiersel. De leerkracht laat eerst enkele kinderen standbeelden verzinnen en voordoen.

2 Melodische vorming De leerkracht en de kinderen gaan naar het bord. De kinderen zitten bij het bord en de leerkracht hangt de 3 melodische zinnen van bijlage 1 op het bord. De leerkracht vraagt de kinderen goed naar de melodische zinnen aan het begin van het muziekfragment te luisteren. Daarna stopt de leerkracht het muziekfragment. CD: Kerst, nr.03, The cavalry. Download 2 De leerkracht vraagt de kinderen goed naar de melodische zinnen op het bord te kijken. De leerkracht vraagt wat de verschillen zijn tussen de 3 melodietjes Antwoord: De ritmes zijn 2 aan 2 gelijk maar de melodie gaat omhoog/omlaag. De leerkracht vraagt de kinderen goed naar de melodische zinnen aan het begin van het muziekfragment te luisteren en de juiste melodische zinnen eruit te halen. De leerkracht vraagt enkele kinderen de melodische zinnen op het bord te laten hangen en de onjuiste weg te halen. Antwoord: Extra opdracht: De kinderen luisteren goed wanneer in het muziekstuk melodie 2 wordt overgeslagen. En steken daarbij de vinger op. Afsluiting: Beweging De leerkracht vraagt de kinderen twee aan twee een plekje in de ruimte te zoeken en tegenover elkaar te gaan staan. De leerkracht leert de kinderen de dans bij het lied Jingle bells CD: Kerst, nr. 04, Jingle bells Bijlage 2 Download 3 De kinderen krijgen van de leerkracht het kerstlied, pakken daarna de muziekmap, doen het liedblad erin en gaan naar de klas.

3 ZET DE 3 MELODIEËN IN DE JUISTE VOLGORDE BIJLAGE 1

4 LIED EN DANS VAN JINGLE BELLS BIJLAGE 2

5 KERST 2 GROEP 6 Vorm Klankhoogte Muzikale kerstboom Benodigdheden: CD met CD speler Bijlage 1 Werkblad 1 Kleurpotloden Muziekmappen Voorbereiding: CD met CD speler klaarzetten Werkblad 1 voor de kinderen kopiëren. Kleurpotloden meenemen. Muziekmappen klaarleggen. Opstelling: De kinderen zitten in de kring. (speellokaal). Inleiding: Zingen De kinderen zingen een Kerstlied CD: Kerst, nr. 01, Kerstlied Kern: Bewegingsimprovisatie Vorm De leerkracht laat de kinderen twee aan twee een plekje in de ruimte zoeken. Een kind zit en het andere kind staat. De kinderen krijgen de opdracht om samen een kerstboomversiersel te maken maar.. Het zittende kind moet met het zitvlak op de grond blijven, het andere kind is vrij in de houding. De kinderen krijgen even de tijd om de opdracht te oefenen. Daarna laten enkele tweetallen de verzonnen houding zien. De andere kinderen raden welk kerstboomversiersel ze hebben uitgebeeld. De kinderen lopen twee aan twee bij het A fragment. CD: Kerst, nr. 02, Sterrendansje. Bij het B fragment vormen de twee kinderen samen een kerstboomversiersel, en bij het B fragment gaan de kinderen liggen. Melodische vorming Gehoor Vorm De leerkracht verdeeld de kinderen in 3 groepjes en gaan staan. Elke groep krijgt een melodie van bijlage 1 De leerkracht geeft de kinderen de opdracht om als een dikke Kerstman te bewegen wanneer ze hun melodie horen. CD: Kerst, nr. 03, The cavalry. Afsluiting: Gehoor De leerkracht laat enkele kinderen werkblad 2 uitdelen. Wanneer de kinderen het werkblad hebben mogen ze hun kleurpotloden, de muziekmap pakken en een plaatsje verspreid in de ruimte zoeken. De leerkracht legt uit dat de 3 ballen in de kerstboom staan voor de 3 melodieën die de kinderen geoefend, gezien en gehoord hebben. De kinderen krijgen van de leerkracht de opdracht voor elke melodie een kleurpotlood te pakken. Daarnaast nog een 4 de kleur voor de klokken. De kinderen krijgen van de leerkracht de opdracht wanneer ze de melodieën horen de ballen met de juiste kleur te kleuren. (Er is ook een muziekfragment met maar twee van de 3 melodieën!). Wanneer de kinderen een klok horen luiden kleuren ze een klok.

6 DE MUZIKALE KERSTBOOM WERKBLAD 1 Kleur de kerstballenreeks in de juiste kleuren. Wanneer je de klok hoort kleur je een klok.