Verschijnselen Pijn bij het plassen Pijn in de onderbuik Vaak kleine beetjes plassen Troebele urine,vlokjes, soms met bloed erin (roze) Urine riekt

Transcriptie

1

2

3 Verschijnselen Pijn bij het plassen Pijn in de onderbuik Vaak kleine beetjes plassen Troebele urine,vlokjes, soms met bloed erin (roze) Urine riekt Soms lichte temperatuursverhoging

4 Veel (water) drinken. Veelvuldig urineren. Wacht niet onnodig lang om te plassen. Veeg van voor naar achteren na de stoelgang. Dit voorkomt dat bacteriën in de anale regio zich naar de vagina en de plasbuis verspreiden. Neem douches in plaats van baden. De huid rond de vagina en anus dagelijks wassen Leeg de blaas zo spoedig mogelijk na de geslachtsgemeenschap. Vermijd het gebruik van deodorant sprays in het genitale gebied. Deze producten kunnen de plasbuis en blaas irriteren.

5 VERSCHIJNSELEN HARDE ONTLASTING DEFECATIE MINDER DAN 3 KEER PER WEEK PERSEN BIJ DE DEFECATIE VOL GEVOEL IN HET RECTUM ONVOLLEDIGE DEFECATIE DRUK OP DE ENDELDARM

6 ONVOLDOENDE VOCHT- EN/OF VEZELINNAME VERKEERDE VOEDINGSGEWOONTEN ONVOLDOENDE LICHAAMSBEWEGING OF INACTIVITEIT LANGDURIG GEBRUIK VAN LAXEERMIDDELEN GEBREK AAN PRIVACY, OPHOUDEN VAN ONTLASTING STRESS EN EMOTIONELE STOORNISSEN ZIEKTEN ZOALS ZIEKTE VAN PARKINSON, VERLAMMING DOOR CVA, STOFWISSELINGSSTOORNISSEN

7 DE ZORGVRAGER: VERWOORDT HET BELANG VAN PREVENTIE VAN OBSTIPATIE LEGT DE MAATREGELEN UIT TER PREVENTIE VAN OBSTIPATIE HEEFT EEN NORMAAL REGELMATIG DEFECATIEPATROON, MINIMAAL 3 x PER WEEK HEEFT GEEN PIJN BIJ DE DEFECATIE HEEFT EEN NORMALE VOCHTINNAME PER 24 UUR (MINIMAAL 1500 ML) GEBRUIKT VOLDOENDE EN VEZELRIJKE VOEDING GEEFT AAN GEEN PIJN TE HEBBEN HEEFT VOLDOENDE LICHAAMSBEWEGING

8 GEEF VOORLICHTING OVER GEZONDE VOEDING EN LEEFREGELS ;VEZELRIJK; VOLDOENDE DRINKEN; VOLDOENDE BEWEGING; GLAS LAUW WATER OP DE NUCHTER MAAG; ONTLASTING NIET OPHOUDEN STIMULEER ZORGVRAGER TOT BEWEGEN GEEF ZO NODIG IN OVERLEG MET ARTS LAXEERMIDDEL EVENTUEEL HULPMIDDELEN GEBRUIKEN ZODAT ZORGVRAGER GEMAKKELIJKER KAN ETEN EN DRINKEN ZOALS TUITBEKER/RIETJE/AANGEPAST BESTEK EVENTUEEL DIËTISTE/ERGOTHERAPEUT INSCHAKELEN HULP BIJ DE TOILETGANG INDIEN NODIG ZORG VOOR JUISTE HULPMIDDELEN ZOALS EEN POSTOEL IN PLAATS VAN EEN PO OP BED EVENTUEEL VOCHTLIJST BIJHOUDEN DAGELIJKS ONTLASTINGSPATROON RAPPORTEREN IN ZORGDOSSIER ZORG VOOR PRIVACY

9 Oorzaken; Voedselintolerantie Darmziekten Medicatie zoals antibiotica, cytostatica Bacteriën, virussen, parasieten

10 Verschijnselen; Dunne waterige ontlasting Verhoogde frequentie van de defecatie Meer dan 3 keer per dag Verhoogde productie Aandrang Kramp en buikpijn Verandering van geur en kleur van de ontlasting

11 De zorgvrager; Kan de factoren benoemen die diarree veroorzaken Kan maatregelen nemen om de diarree te verminderen Verwoordt vermindering van de diarree, afwezigheid van krampen Heeft een evenwichtige vochtbalans (geen uitdroging, een normale huidturgor) Heeft een gezonde huid rondom de anus

12 Geef de zorgvrager voorlichting over diarree en de maatregelen om dit te bestrijden Bied aangepaste voeding aan (stoppen) en voeg geleidelijk vezels toe Stimuleer voldoende vochtinname met elektrolyten Observeer en rapporteer de diarreeklachten Bewaak de voedings- en vochtbalans Weeg de zorgvrager bij aanhoudende diarree Laat in overleg met de arts de ontlasting onderzoeken Houd rekening met schaamtegevoelens

13 Zorg dat de zorgvrager snel naar toilet kan of op de po Geef eventueel tijdelijk incontinentiemateriaal en verwissel dit regelmatig/bij iedere lozing Adviseer geen zoetigheid en melkproducten te gebruiken; deze verergeren de diarree Geef extra hygiënische (huid)verzorging na po gebruik en toiletbezoek Laat de zorgvrager handen wassen na toiletbezoek Maak toilet 3 keer daags schoon/desinfecteren

14 Oorzaken;disfunctie van de rectale sluitspier Onvoldoende controle over de sluitspier ten gevolge van CVA, MS etc. Overmatig uitzetten van het rectum ten gevolge van chronische obstipatie Verminderde reservoircapaciteit door ontsteking Afgenomen cognitieve vermogens bv dementie Niet kunnen herkennen van, interpreteren van, of reageren op prikkels van het rectum ten gevolge van cognitieve stoornissen Verschijnselen; onvrijwillige uitscheiding van ontlasting

15 De zorgvrager; Heeft iedere dag, om de dag of eens per drie dagen zachte ontlasting Heeft een evenwichte vochtbalans (geen uitdroging, een normale huidturgor) Heeft een gezonde huid rondom de anus

16 Beoordeel voorgaand ontlastingspatroon, dieet en leefgewoonten Houd een registratie bij van het ontlastingspatroon; tijd, resultaat ontlasting, gebruikte methode(n), aantal onvrijwillige ontlastingen Leg belang uit van een vezelrijk dieet en optimale vochtopname Geef eventueel tijdelijk incontinentiemateriaal en verwissel dit na iedere defecatie Reinig de huid na iedere defecatie Bescherm de huid met een creme Raadpleeg incontinentie/stomaverpleegkundige Zorg voor lichaamsbeweging en oefeningen Informeer over juist gebruik van laxeermiddelen die de ontlasting zachter maken Geef informatie over symptomen van obstipatie Houd rekening met schaamtegevoelens

17 Stress-incontinentie = inspanningsinco Urge-incontinentie = aandranginco Overloopincontinentie = druppelinco Reflexincontinentie Functionele incontinentie Volledige incontinentie

18 Meest voorkomende vorm voornamelijk bij vrouwen Komt voor in combinatie met urge-incontinentie Oorzaak; verslapping bekkenbodemspieren en de blaaswand, verzwakte sluitspier, overgewicht, oestrogenentekort, gynaecologische operaties, meervoudige zwangerschap Verschijnselen; Geeft vooral overdag veel klachten zoals; urineverlies bij inspanning zoals niezen, hoesten, lachen, tillen, sporten

19

20 Oorzaak; neurologische aandoeningen zoals CVA, ziekte van Parkinson, Alzheimer, stress, veel koffie, thee en alcoholgebruik, urineweginfecties, blaasstenen Verschijnselen; Een hevige aandrang tot urineren, waaraan vrijwel direct moet worden toegegeven, omdat anders urineverlies ontstaat Vaak kleine hoeveelheden plassen De blaas trekt al vroeg samen, ook al bij een kleine vulling (overactieve blaas)

21

22 Oorzaak; een verzwakte blaasspier of obstructie zoals bij; steen of tumor, MS, CVA, prostaatproblemen, operaties in de buikholte, aangeboren afwijkingen, fistel Verschijnselen; onwillekeurig lekken van kleine hoeveelheden urine als gevolg van een overvolle en overrekte blaas Bij geringe drukverhoging kan de blaas dan overlopen Sterke aandranggevoelens Onwillekeurige blaascontracties

23 Oorzaak; reflexen tussen blaas en ruggemerg zijn onbeschadigd maar het samenspel met de hersenen is verstoord zoals bij een dwarslaesie of MS Verschijnselen; normale vulling van de blaas wordt uitgeplast; maar men heeft hier geen controle over (vergelijkbaar met baby)

24 Oorzaak; immobiliteit, cognitieve stoornissen, medicatie die de alertheid verminderen, desoriëntatie in vreemde omgeving, gebruik van plasmiddelen of dementie Verschijnselen; grote hoeveelheden urineverlies een aantal keren per dag

25 Verschijnselen; verlies continue druppelsgewijs urine Er is geen enkele controle over de mictie en er is geen aandranggevoel

26 De zorgvrager: wordt geïnformeerd over de vorm van incontinentie die hij heeft en geeft aan deze informatie te begrijpen Kan verwoorden welke consequenties de incontinentie voor hem heeft en welke behandelingsmogelijkheden er zijn en hoe hij zelf kan meewerken aan de behandeling Kan zelf verband verwisselen of de mantelzorger kan dit doen Gebruikt adequaat incontinentiemateriaal Heeft geen huidirritatie, huidirritatie wordt tijdig ontdekt of voorkomen Drinkt minstens 1,5 tot 2 liter per 24 uur

27 Observeer en rapporteer de incontinentieverschijnselen (mictiedagboek) Bespreek de gegevens met de behandelend arts Vang urine op voor onderzoek Bereid de zorgvrager voor op urologische onderzoeken Stimuleer oefeningen bij stress-incontinentie en urge-incontinentie (overleg met fysiotherapeut)

28 Toon begrip voor de gevoelens van de zorgvrager Bespreek eventuele problemen zoals; schaamtegevoelens, verliesgevoelens, relatieproblemen Schakel de incontinentieverpleegkundige in voor aangepaste hulpmiddelen en instructie Help zo nodig bij het verwisselen van het incontinentiemateriaal Let op lekkages, huidirritatie vochtletsel, bewegingsproblemen door zwaar verband

29 Geef schriftelijke en mondelinge informatie over incontinentie, hulpmiddelen, urineweginfectie, belang voldoende vochtinname Evalueer het gebruik van hulpmiddelen; vraag naar ervaringen met het materiaal Vertel over lotgenotencontact bij een patiëntenvereniging Zorg voor hygiëne en huidbescherming Neem preventieve maatregelen tegen smetten en decubitus Temperaturen bij verdenking van urineweginfectie * (pijn bij het urineren, troebele en sterk ruikende urine, temperatuurverhoging)

30 Decubitus graad 1,2,3,4 uitdroging smetten Schimmel infectie vochtletsel

31 Schaamtegevoelens en verlies van zelfrespect Relatiestoornissen Sociaal isolement Smetten, decubitus, vochtletsel Urineweginfecties Schimmelinfecties Uitdroging

32 ?

33