Constructieve berekeningen dakopbouw

Transcriptie

1 WK ENGINEERING Willem de Jagerstraat BG Stellendam (ZH) KVK Opdrachtgever Van Lenten Bouw Datum 2 april 2014 uteur W.. Klepper

2 Inhoudsopgave 1 Inleiding lgemeen Doel document Documentgeschiedenis 2 2 Eisen en uitgangspunten Normen en overige literatuur Verstrekte gegevens Programmatuur Overige reken- en ontwerpparameters Duurzaamheid en uitvoering Geotechnische gegevens Gelijkmatig verdeelde veranderlijke belastingen 4 3 Berekening platdak lgemeen Belastingen en combinaties Doorsnede en materiaal eigenschappen Berekening en toetsing doorbuiging Berekening en toetsing buiging ten gevolge van moment Berekening en toetsing afschuiving Detaillering 6 4 Berekening vloerbalken lgemeen Belastingen en combinaties Doorsnede en materiaal eigenschappen Berekening en toetsing doorbuiging Berekening en toetsing buiging ten gevolge van moment Berekening en toetsing afschuiving Detaillering 8 5 Berekening houtskelet wanden lgemeen Belastingen Doorsnede en materiaal eigenschappen Berekening en toetsing buiging en druk Toetsing kantelstabiliteit dwarsrichting Toetsing kantelstabiliteit langsrichting Toetsing schrankstabiliteit Overige detaillering wanden 11 6 Controle funderingsdruk lgemeen Belastingen en combinaties woningscheidende fundering Berekening parameters Berekening en toetsing draagkracht 14 Bijlage 1 Schetsen 1 Blad 1/14

3 1 Inleiding 1.1 lgemeen De woning aan de Hoornbruglaan nr. 10 te Rijswijk, wordt op het dak voorzien van een dakopbouw. De dakopbouw bestaat uit houtskelet, op het bestaande houten dak wordt een volledige nieuwe vloer aangebracht. Hiermee wordt het bestaande afschot uitgevuld De vloer draagt van bouwmuur tot bouwmuur, en wordt in het midden ondersteund door een inwendig dragende wand. Hierdoor wordt het bestaande dak niet belast. Het bestaande dak kan opengewerkt worden voor het realiseren van het trapgat. De wanden worden opgebouwd uit houtskelet regels en stijlen, deze wanden moeten stabiliserend zijn voor de woning. anvullende stabiliserende elementen, zoals stalen kruizen of portalen, worden niet aangebracht. Het dak bestaat uit een houten balklaag. In deze rapportage worden de volgende zaken belicht: Berekening en toetsing van de houten balklagen vloer en dak. Berekening en toetsing van de houtskelet wanden, op sterkte en stabiliteit Dimensionering van de verankering van de dakopbouw op de bestaande constructie Bepaling van nieuwe funderingsdrukken en globale controle van de sterkte van de ondergrond (fundering op staal). 1.2 Doel document In dit rapport worden de constructieve aspecten toegelicht en berekend en getoetst aan het Bouwbesluit 2012, en de daaruit voortkomende van toepassing zijnde Eurocode rekennormen. 1.3 Documentgeschiedenis Datum Omschrijving 1 april 2014 Eerste uitgave B C Blad 2/14

4 2 Eisen en uitgangspunten 2.1 Normen en overige literatuur Bij het opstellen van dit rapport zijn de volgende normen gehanteerd en literatuur gebruikt: EN 1990 Grondslagen Grondslagen van het constructief ontwerp EN Belastingen lgemene belastingen EN Houtconstructies lgemene regels en regels voor gebouwen EN Geotechniek lgemene regels en regels voor gebouwen SKH Publicatie dwarsstabiliteit houtskeletbouw Tabellen voor bouwkunde en waterbouwkunde, 8 e druk, Briedé, ISBN Verstrekte gegevens De berekeningen in dit rapport zijn gebaseerd op de door de opdrachtgever verstrekte gegevens: Diverse tekeningen uit archief, van origineel ontwerp, medio Dit zijn woningen net naast nr. 10, maar zijn gelijk uitgevoerd, hetzij in spiegelbeeld. Overzichtstekeningen Van Lenten Bouw, van Programmatuur Bij het opstellen van dit rapport is de volgende programmatuur gebruikt: Microsoft Office 2007 utocd 2007 Hilti Profis 2.4 Overige reken- en ontwerpparameters Het ontwerp en de berekeningen zijn gebaseerd op onderstaande ontwerpparameters: Ontwerplevensduurklasse 3 (50 jaar) Gevolgklasse CC1 Betrouwbaarheidsklasse RC1 2.5 Duurzaamheid en uitvoering In verband met duurzaamheid en milieubelasting wordt geadviseerd om de volgende maatregelen toe te passen, of rekening te houden met de volgende ontwerpuitgangspunten: Verbindingsmaterialen uitvoeren als thermisch verzinkt of rvs. Houtconstructies die zich in een vochtige omgeving bevinden, hiertegen beschermen, om rot en schimmelvorming te voorkomen. 2.6 Geotechnische gegevens De woning is op staal gefundeerd. Op basis hiervan wordt aangenomen dat de ondergrond bestaat uit zandgrond. Uitgegaan wordt van een zandgrond met lage sterkteparameters. Blad 3/14

5 2.7 Gelijkmatig verdeelde veranderlijke belastingen Voor dit rapport zijn de volgende gelijkmatig verdeelde veranderlijke belastingen (gebruiksbelastingen) van toepassing: Belasting qk [kn/m 2 ] Vloerbelasting klasse 1,75 0,4 0,5 0,3 Dakbelasting platdak 1,00 0,0 0,0 0,0 Sneeuwbelasting platdak 0,56 0,0 0,2 0,0 Windbelasting druk op verticaal vlak 0,54 0,0 0,2 0,0 Windbelasting zuiging op verticaal vlak 0,27 0,0 0,2 0,0 De waarden van de combinatiefactoren 0, 1 en 2 zijn ontleent van EN 1990 NB, bijlage 1.1 tabel NB.2. Berekende waarde windbelasting druk op verticaal vlak: Uitgangspunt bebouwde omgeving, windgebied II, hoogte bebouwing 12,5 meter, kleinste breedte bebouwing is gelijk aan 5,0 m. qk = Pstuw x cdim x cindex = 0,70 kn/m 2 x 0,96 x 0,8 = 0,54 kn/m 2 Berekende waarde windbelasting zuiging op verticaal vlak: Uitgangspunt bebouwde omgeving, windgebied II, hoogte bebouwing 12,5 meter, kleinste breedte bebouwing is gelijk aan 5,0 m. qk = Pstuw x cdim x cindex = 0,70 kn/m 2 x 0,96 x 0,4 = 0,27 kn/m 2 Blad 4/14

6 3 Berekening platdak 3.1 lgemeen Berekening houten balken op sterkte en vervorming, rekening houden met kruip. Toepassen balklaag 71 x 196, hart op hart 610 mm, sterkte C24. De balken zijn tweezijdig opgelegd, de systeemmaat van de overspanning gelijk aan 4,7 m. 3.2 Belastingen en combinaties Blijvende belastingen G Balkenlaag met beplating Gk = 0,30 kn/m 2 x 0,61 = 0,18 kn/m Dakbekleding bitumen Gk = 0,07 kn/m 2 x 0,61 = 0,04 kn/m Isolatiebeplating Gk = 0,15 kn/m 2 x 0,61 = 0,09 kn/m Plafond Gk = 0,10 kn/m 2 x 0,61 = 0,06 kn/m Totaal Gk = 0,37 kn/m Veranderlijke belasting Q Dakbelasting Qk = 1,00 kn/m 2 x 0,61 = 0,61 kn/m Belastingcombinaties sterkte 6.10a Ed = 1,35G = 0,50 kn/m 6.10b Ed = 1,2G + 1,3Q = 1,24 kn/m Belastingcombinaties - vervorming 6.14 a/b karakteristiek Ek = 1,0 G + 1,0 Q = 0,98 kn/m 6.16 a/b quasi-blijvend Ek = 1,0 G + 2Qk = 0,55 kn/m 3.3 Doorsnede en materiaal eigenschappen fmeting doorsnede = 71 mm x 196 mm Sterkteklasse hout = C24 Klimaatklasse = 2 Kdef = 0,8 Emean = N/mm 2 Emean,fin = / (1 + 0,8) = 6100 N/mm 2 Iy = 1/12 b h 3 = 44,5 x 10 6 N/mm 4 Wy = 1/6 b h 2 = 455 x 10 3 N/mm 3 m = 1,3 Kmod = 0,6 kh = (150/h) 0,2 = 0,95 fmyd = fm0k / mx kh x Kmod = 10,5 N/mm 2 fv0d = fv0k / mx kh x Kmod = 1,1 N/mm 2 Blad 5/14

7 3.4 Berekening en toetsing doorbuiging Doorbuiging van houten liggers wordt berekend op wtot = w1 + w2 + w3, waarin: W1,2 = doorbuiging karakteristieke combinatie BGT met korte-duur eigenschappen; W3 = doorbuiging quasi-blijvende combinatie BGT met lange-duur eigenschappen minus doorbuiging quasi-blijvende combinatie BGT met korte-duur eigenschappen. w1,2 = 5/384 x q x l 4 / E x I = 0,013 x 0,98 x / x 44,5 x 10 6 = 12,7 mm wlang = 5/384 x q x l 4 / E x I = 0,013 x 0,55 x / 6100 x 44,5 x 10 6 = 12,9 mm wkort = 5/384 x q x l 4 / E x I = 0,013 x 0,55 x / x 44,5 x 10 6 = 7,1 mm w3 = wlang wkort = 5,8 mm wtot = w1,2 + w3 = 18,5 mm Voor de doorbuiging van vloeren moet gelden: wmax 0,004 l = 18,8 mm wtot / wmax 1,0 18,5 / 18,8 = 0,98 (VOLDOET) 3.5 Berekening en toetsing buiging ten gevolge van moment Md = 1/8 x q x l 2 = 0,125 x 1,24 x 4,7 2 = 3,4 knm myd = Md / Wy = 3400 / 455 = 7,5 N/mm 2 Voor buiging van houten liggers zonder axiaalkracht moet gelden: myd / fmyd 1,0 7,5 / 10,5 = 0,71 (VOLDOET) 3.6 Berekening en toetsing afschuiving Vd = 1/2 x q x l = 0,5 x 1,24 x 4,7 = 2,9 kn vd = Vd / = 2900 / 71 x 196 = 0,2 N/mm 2 Voor dwarskracht van houten liggers moet gelden: vd / 0,67 x fv0d 1,0 0,2 / 0,67 x 1,1 = 0,30 (VOLDOET) 3.7 Detaillering Voor stabiliteit en schijfwerking en ter voorkoming van opwaaien van het dak, alle balken aan beide opleggingen (bovenregel wanden) verankeren met een hoekstaal, of de balken verschroeven en opnemen in de houtskelet wanden. Balken voorzien van beplating 18 mm, verschroeven platen op balken. Platen aanbrengen in verbandpatroon, lengterichting van de platen haaks op de lengterichting van de balken aanbrengen. Verschroeving minimaal 4.0 x 50 mm, hoh 150 mm op alle delen. De randbalken tegen de houtskelet zijwanden leggen, en deze verschroeven aan de wanden. Blad 6/14

8 4 Berekening vloerbalken 4.1 lgemeen Berekening houten balken op sterkte en vervorming, rekening houden met kruip. Toepassen balklaag 59 x 171, hart op hart 400 mm, sterkte C24. De balken zijn op drie plaatsen opgelegd, de systeemmaat van de grootste overspanning gelijk aan 3,7 m, de totale lengte van de vloer is 6,6 m. In het midden van de vloer = half door de opbouw, wordt een houtskelet wand geplaatst. Deze staat 3,7 - (0,5 x 6,6) = 0,4 m uit het steunpunt. Het gewicht van deze wand wordt meegenomen in de toetsing. 4.2 Belastingen en combinaties Blijvende belastingen G Balkenlaag met beplating Gk = 0,30 kn/m 2 x 0,40 = 0,12 kn/m Houtskelet wand = 0,4 kn./m2 x 0,4 x 3,0 = 0,5 kn Veranderlijke belasting Q Dakbelasting Qk = 1,75 kn/m 2 x 0,40 = 0,70 kn/m Belastingcombinaties sterkte 6.10a Ed = 1,35G = 0,16 kn/m + 0,68 kn 6.10b Ed = 1,2G + 1,3Q = 1,05 kn/m + 0,60 kn Belastingcombinaties - vervorming 6.14 a/b karakteristiek Ek = 1,0 G + 1,0 Q = 0,82 kn/m + 0,5 kn 6.16 a/b quasi-blijvend Ek = 1,0 G + 2Qk = 0,33 kn/m + 0,5 kn 4.3 Doorsnede en materiaal eigenschappen fmeting doorsnede = 59 mm x 171 mm Sterkteklasse hout = C24 Klimaatklasse = 2 Kdef = 0,8 Emean = N/mm 2 Emean,fin = / (1 + 0,8) = 6100 N/mm 2 Iy = 1/12 b h 3 = 24,6 x 10 6 N/mm 4 Wy = 1/6 b h 2 = 288 x 10 3 N/mm 3 m = 1,3 Kmod = 0,6 kh = (150/h) 0,2 = 0,97 fmyd = fm0k / mx kh x Kmod = 10,7 N/mm 2 fv0d = fv0k / mx kh x Kmod = 1,1 N/mm 2 Blad 7/14

9 4.4 Berekening en toetsing doorbuiging Doorbuiging van houten liggers wordt berekend op wtot = w1 + w2 + w3, waarin: W1,2 = doorbuiging karakteristieke combinatie BGT met korte-duur eigenschappen; W3 = doorbuiging quasi-blijvende combinatie BGT met lange-duur eigenschappen minus doorbuiging quasi-blijvende combinatie BGT met korte-duur eigenschappen. Ten gevolge van de gelijkmatig verdeelde belasting: w1,2 = 5/384 x q x l 4 / E x I = 0,013 x 0,82 x / x 24,6 x 10 6 = 7,4 mm wlang = 5/384 x q x l 4 / E x I = 0,013 x 0,33 x / 6100 x 24,6 x 10 6 = 5,4 mm wkort = 5/384 x q x l 4 / E x I = 0,013 x 0,33 x / x 24,6 x 10 6 = 3,0 mm w3 = wlang wkort = 2,4 mm wtot = w1,2 + w3 = 9,8 mm De vervorming ten gevolge van de puntoplegging door de wand is verwaarloosbaar. Voor de doorbuiging van vloeren moet gelden: wmax 0,004 l = 14,8 mm wtot / wmax 1,0 9,8 / 14,8 = 0,66 (VOLDOET) 4.5 Berekening en toetsing buiging ten gevolge van moment Md,1 = 1/8 x q x l 2 = 0,125 x 1,05 x 3,7 2 = 1,8 knm Md,2 = Fd x a x b / l = 0,50 x 0,4 x 3,3 / 4,7 = 0,2 kn myd = Md / Wy = / 288 = 6,9 N/mm 2 Voor buiging van houten liggers zonder axiaalkracht moet gelden: myd / fmyd 1,0 6,9 / 10,7 = 0,65 (CCEPTBEL) 4.6 Berekening en toetsing afschuiving Vd,1 = 1/2 x q x l = 0,5 x 1,05 x 3,7 = 2,4 kn Vd,2 = F x a / l = 0,5 x 1 - (0,4 / 3,7) = 0,4 kn vd = Vd / = / 59 x 171 = 0,3 N/mm 2 Voor dwarskracht van houten liggers moet gelden: vd / 0,67 x fv0d 1,0 0,3 / 0,67 x 1,1 = 0,38 (VOLDOET) 4.7 Detaillering Op de bouwmuren wordt een houten basisregel gelegd. Deze wordt aan de ondergrond (bestaande houten dak) verbonden. Verschroeving ter keuze aannemer. Op deze lat worden de vloerbalken opgelegd. lle balken aan alle drie opleggingen (bovenregel op wanden) verankeren met een hoekstaal, of de balken verschroeven en opnemen in de houtskelet wanden. Balken voorzien van beplating 18 mm, verschroeven platen op balken. Platen aanbrengen in verbandpatroon, lengterichting van de platen haaks op de lengterichting van de balken aanbrengen. Verschroeving minimaal 4.0 x 50 mm, hoh 150 mm op alle delen. De randbalken tegen de houtskelet zijwanden leggen, en deze verschroeven aan de wanden. Blad 8/14

10 5 Berekening houtskelet wanden 5.1 lgemeen Berekening houten stijlen met enkelzijdige beplating. Berekening op knik door verticale bovenbelasting en moment uit windbelasting. Stijlen 46 x 96 hoh 400 mm C24, beplating underlayment 18 mm aan binnenzijde. Bij de toetsing wordt de gunstige aanwezigheid van de beplating niet meegenomen. Het maximale moment is op de halve verdiepingshoogte = ca. 1,5 m. Knikhoogte 3,0 m. 5.1 Belastingen De volgende belastingen grijpen aan op de constructie. Zie ook de resultaten van de berekeningen van het dak voor de oplegreacties uit het dak. De belastingen worden per stijl gegeven. 1) Verticale belasting uit dak is gelijk aan qd = 1,2 x 0,37 x (0,4/0,61) = 0,3 kn 2) Eigen gewicht wand op toetshoogte is gelijk aan qd = 1,2 x 0,4 x 1,5 x 0,4 = 0,3 kn 3) Windbelasting op gevel is gelijk aan qd = 0,4 x 1,3 x (0,54 + 0,27) = 0,3 kn/m Doorsnede en materiaal eigenschappen fmeting doorsnede = 46 mm x 196 mm Sterkteklasse hout = C24 Klimaatklasse = 2 Kdef = 0,8 Emean = N/mm 2 Emean,fin = / (1 + 0,8) = 6100 N/mm 2 Wy = 1/6 b h 2 = 70,6 x 10 3 N/mm 3 m = 1,3 Kmod = 0,6 kh = (150/h) 0,2 = 1,09 fmyd = fm0k / mx kh x Kmod = 12,1 N/mm 2 ftc0d = ftk / mx kh x Kmod = 10,6 N/mm Berekening en toetsing buiging en druk c,d = N Ed / = (0,3 + 0,3) x 10 3 / 46 x 96 = 0,1 N/mm 2 I = 0,298 h = 0,298 x 96 = 29 = l / i = 3000 / 29 = 103 Kcom = 0,30 MEd = 1/8 x qd x l 2 = 0,125 x 0,3 x 3,0 2 = 0,4 knm myd = Md / Wy = 400 / 70,6 = 5,7 N/mm 2 Voor buiging in liggers in combinatie met axiale kracht moet gelden: Blad 9/14

11 myd / fmyd + c,d / ft0d x kmod 5,7 / 12,1 + 0,1 / 0,3 x 10,6 = 0,50 (VOLDOET) 5.4 Toetsing kantelstabiliteit dwarsrichting Getoetst wordt de stabiliteit in de dwarsrichting. Deze gevel moet 50% van de windbelasting (in die richting) opnemen. Deze gevel is maatgevend omdat deze de kortste penanten heeft, in verband met de aanwezigheid van de kozijnen. Totale lengte stabiliserende penanten 3,35 m, kortste penant gelijk aan 0,8 m. Fwind,totaal = gevel x Qwind = 0,5 x 3 x 6,8 x 1,3 x (0,54 + 0,27) = 10,8 kn Fwind,gevel = 0,5 x 10,8 = 5,4 kn Het kantelmoment op de korte penant is gelijk aan: Md,k = F x a = 5,4 x 3,0 = 16,0 knm Het tegenwerkend moment wordt veroorzaakt door het eigen gewicht van de wand. qkt = 3,0 x 0,4 kn/m 2 = 1,20 kn/m qdt = 0,9 x 1,20 = 1,08 kn/m Md,t = F x a = 1,08 x 3,6 x 1, = 4,2 knm Het tegenwerkend moment is kleiner dan het kantelmoment, de wand moet constructief verbonden worden aan de vloer om instabiliteit te voorkomen. Toepassen boor/lijmankers M12 8.8, hoh 400 mm. De grootste trekkracht op de ankers is gelijk aan: Md = y ( ) (16,0 4,2) = 48,2 y y = 0,24 Fd,trek = 0,24 x 3600 = 881 N = 0,9 kn. Verdere toetsing van de ankers blijft achterwege. Toepassen verankeringsdiepte minimaal 150 mm. lle penanten uitvoeren met deze verbinding. 5.5 Toetsing kantelstabiliteit langsrichting Getoetst wordt de stabiliteit in de langsrichting. In langsrichting wordt de stabiliteit verzorgt door de lange wand zonder kozijnen. Deze gevel moet alle windbelasting (in die richting) opnemen. Fwind,peant = gevel x Qwind = 0,5 x 3 x 5,0 x 1,3 x (0,54 + 0,27) = 7,9 kn Het kantelmoment op de korte penant is gelijk aan: Md,k = F x a = 7,9 x 3,0 = 23,7 knm Het tegenwerkend moment wordt veroorzaakt door de bovenbelasting en het eigen gewicht van de wand. qkt = ((1/0,61) x 0,37) + 3,0 x 0,4 kn/m2 = 1,81 kn/m qdt = 0,9 x 1,81 = 1,63 kn/m Blad 10/14

12 Md,t = F x a = 1,63 x 6,8 x 3,4 = 37,7 knm Het tegenwerkend moment is groter dan het kantelmoment, de wand is stabiel uit eigen gewicht. De wand wordt enkel ter plaatse van de bouwmuren verbonden met de bouwmuren, dit zijn drie plaatsen per wand. Deze verbinding volstaat. 5.6 Toetsing schrankstabiliteit Maatgevend voor bepaling schrankstabiliteit is de dwarswand. anbrengen beplating op de regels en stijlen. Beplating eenzijdig, 18 mm. In de penant zijn 5000 / 400 = 12 velden = 13 stijlen aanwezig. In onderstaand figuur is schematisch de berekening van schrankstabiliteit van een penant weergegeven. q = 1,20 kn/m Mdres = 16,0 4,2 = 11,8 knm lpenant = 4,7 m Hpenant = 3,0 m Hierdoor: fschuifkracht randstijl links = Fr1 - Fq1 = 11,8/4,7 - (0,2 x 1,2) = 2,27 kn fschuifkracht middenstijl = Fq2 = 0,4 x 1,63 = 0,65 kn fschuifkracht randstijl rechts = Fq1 = 0,2 x 1,63 = 0,33 kn Maximale afschuiving is gelijk aan 2,72 / 3,0 = 0,76 N/mm. Toepassen verschroeving 4,0 x 70. Voor een verschroefde verbinding geld: Fv,Rk = min [t1 x d x fh,1,k ; t2 x d x fh,2,k] = min [18 x 5 x 8 = 720; 52 x 5 x 12 = 3120] = 720 N, toepassen hoh 720 / 0,76 = 951 mm Verschroeving toepassen hoh 150 mm. (VOLDOET) 5.7 Overige detaillering wanden Rondom muuropeningen zoals kozijnen en ramen, anders dan grote puien en dergelijke, moeten dubbele randstijlen in het houtskelet zijn toegepast. De aansluiting van de houtskelet langs- en dwarswanden, in alle vier hoeken constructief verbinden. anbrengen houtdraadbouten hoh 400 mm over gehele hoogte. Blad 11/14

13 6 Controle funderingsdruk 6.1 lgemeen Fundering uitgevoerd als betonplaat. Het uitgangspunt is dat alle bouwdelen een gelijkmatige druk op de fundering veroorzaakt. De belasting uit de nieuwe dakopbouw wordt volledig verdeeld afgedragen op de fundering. Controle van krachten in de funderingsstrook blijkt achterwege omdat er geen geconcentreerde krachten op de fundering werken, dus geen (grote) buigende momenten. De plaatsing van de houtskeletwand zal in verband met zijn geringe aandeel in de totale verticale belasting op de fundering, geen buigende momenten veroorzaken. In onderstaand figuur is rechtsonder een woning in het blok aangegeven deze is in spiegelbeeld uitgevoerd, maar is gelijksoortig als de fundering van nummer 10 (deze valt linksboven net buiten de tekening). Getoetst wordt de funderingstrook ter plaatse van de woningscheidende wanden, en de inwendige wand, deze hebben een funderingsafmeting 1400 x 100 mm 2 met rib, respectievelijk 1020 x 85 mm 2 met rib. lle ribben 220 x 600 mm Belastingen en combinaties woningscheidende fundering Blijvende belastingen G 4 x Balkenlaag Gk = 4 x 0,35 kn/m 2 x 0,5 x 3,7 = 2,6 kn/m 2 x plafond Gk = 2 x 0,10 kn/m 2 x 0,5 x 3,7 = 0,4 kn/m Wanden steens Gk = 0,2 x 20 kn/m 3 x 8,8 = 35,2 kn/m Rib fundering Gk = 0,22 x 0,6 x 25 kn/m 3 = 3,3 kn/m Plaat fundering Gk = 0,1 x 1,4 x 25 kn/m 3 = 3,5 kn/m Vloer opbouw Gk = 0,35 kn/m 2 x 0,5 x 3,7 = 0,6 kn/m Wand opbouw totaal Gk = 0,50 kn/m 2 x 3,0 = 1,5 kn/m Langswanden opbouw Gk = (2 x 0,50 kn x 0,5 x 3,0 x 6,8) / 10,5 = 1,0 kn/m Dak opbouw Gk = (2 x 0,35 kn x 0,5 x 5,0 x 6,8) / 10,5 = 1,1 kn/m Totaal Gk = 49,2 kn/m Blad 12/14

14 Veranderlijke belasting Q Vloer maximaal Qk = 1,75 kn/m 2 x 0,5 x 3,7 = 3,2 kn/m 3x vloeren combi. Qk = 1,75 kn/m 2 x 0,4 x 0,5 x 3,7 = 3,8 kn/m Totaal Qk = 7,0 kn/m Belastingcombinaties sterkte 6.10a Ed = 1,35G = 66,4 kn/m 6.10b Ed = 1,2G + 1,3Q = 68,1 kn/m Belastingcombinatie 6.10b is maatgevend in de berekening van de sterkte van de ondergrond. De effectieve funderingsdruk is gelijk aan: d = 68,1 / 1,4 = 49,7 kn/m 2 Opmerking: de funderingsdruk neemt ca. 7% toe met de komst van de dakopbouw. 6.3 Berekening parameters De berekeningen verlopen conform Eurocode 7. Toepassen strokenfundering. Breedte strook = 1400 mm, kortste funderingslengte = 10,5 m. Het uitgangspunt voor de berekening is een toetsing in de gedraineerde toestand. De hoek van inwendige wrijving is gelijk aan = 25,0, de bijbehorende waarden van Nq en N zijn geïnterpoleerd uit onderstaand figuur. N = 7,16 en Nq = 10,66 Figuur 1: Tabellarische waarden Nc, Nq, Ny (Bron: Tabellen voor Bouwkunde en Waterbouwkunde) sq = 1 + B/L x sin = 1 + 0,13 x sin 25 = 1,05 sy = 1-0,3 B/L = 1-0,3 x 0,13 = 0,96 Blad 13/14

15 6.4 Berekening en toetsing draagkracht Voor een zuiver horizontaal rechthoekig funderingselement waarbij de horizontale belasting is verwaarloosd, en waarin de bijdrage aan de draagkracht door cohesie is verwaarloosd (zandgrond), is de draagkracht van de ondergrond gelijk aan: R/ = q x Nq x sq + 0,5 x B x N x s = 16 x 10,66 x 1,05 + 0,5 x 16 x 1,4 x 7,16 x 0,96 = 256 kn/m 2 Voor de fundering moet conform NEN-EN artikel gelden: Vd Rd 49,7 < 256 (VOLDOET) Blad 14/14

16 Bijlage 1 Schetsen

17

18